EDITIE 4 2014 4 E JAARGANG WWW.PSCMAGAZINE.NL
DE NEUROPLASTICITEIT
VAN HET BREIN ETEN ALS EEN
OERMENS PEDAGOGIEK VAN VERTROUWEN SPELENDERWIJS LEREN
COMMUNICEREN
DE INFORMATIEBRON VOOR PROFESSIONALS IN DE PSYCHOSOCIALE GEZONDHEIDSZORG AANGESLOTEN BIJ DE NFG, ROSEGARDEN EN TP.NET
WEBSITE QUICKSCAN DÉ SERVICE DIE JE HELPT MEER UIT JE BESTAANDE WEBSITE TE HALEN
“Hoe vindbaar is mijn website? Is de boodschap duidelijk en is alle belangrijke informatie helder beschreven? Sluit mijn website aan bij mijn doelgroep en is de uitstraling professioneel?” Er zijn veel aspecten waarop gelet moet worden bij het maken én onderhouden van een goede website. Omdat niet iedereen de tijd of de kennis en ervaring heeft, biedt de NFG samen met Inspired Communications de ‘Website Quickscan’ aan. Een service die u helpt meer uit uw bestaande website te halen. Kosten en informatie De kosten voor de Website Quickscan zijn normaal € 149,-. In overleg met de NFG is er nu een speciale aanbieding. U betaalt slechts € 99,- voor deze service. Wees er snel bij en ontdek wat u kunt verbeteren aan uw website! Meer informatie vindt u op de website: www.inspiredcommunications.nl onder ‘Service NFG-leden’.
2
VOORWOORD
GEHEUGEN VOOR GELUK Geheugen voor geluk is de titel van het laatste boek van Rick Hanson. Hanson is neuropsycholoog en meditatieleraar. De gedachte die hij in zijn boek uiteenzet en toelicht, is dat we ons geheugen kunnen herprogrammeren. We kunnen de negatieve ervaringen snel en effectief loslaten en vervangen door positieve. Met eenvoudige oefeningen kunnen we ons brein zo veranderen dat we positieve gevoelens en ervaringen heel bewust in ons opnemen. Wat mij betreft klinkt dat goed, want dat zou betekenen dat we zelf invloed hebben op hoe we geluk ervaren en hoe we dit integreren in ons zijn. Waarschijnlijk is geluk iets dat iedereen (bewust of onbewust) nastreeft.
voor mijzelf. Ik kreeg een berichtje van een dierbare (meerdere zelfs) en ik hoorde een van mijn favoriete liedjes op de radio. De dag is nog niet halverwege en ik heb al 5 gelukmakers mogen ervaren. Dat besef ik nu pas goed. Als ik nu de gedachte van Rick Hanson had opgevolgd (in plaats van de planning van mijn werkdag), dan had ik heel bewust stilgestaan bij deze ervaringen, zodat ik deze had kunnen verrijken. Er alleen bij stilstaan is niet voldoende. Het gaat erom de ervaring intens te beleven, waardoor ik haar helemaal had kunnen absorberen. Als ik nog een stapje verder was gegaan, had ik deze mooie ervaring kunnen linken aan een minder mooie om deze zo stukje bij beetje uit te wissen.
Wanneer we geluk ophangen aan externe zaken, wordt geluk of het geluksgevoel een afhankelijk iets. Iets dat valt of staat bij het wel of niet aanwezig zijn van externe factoren. Dan klinkt wat mij betreft de gedachte van Rick Hanson mij beter in de oren. Dat we geluk zelf in de hand hebben en dat het geluk binnen in ons zit.
Over deze 4 stappen gaat het interview in deze editie. En niet alleen over deze 4 stappen, want er ontbreekt nog een belangrijk aspect. De vier stappen zijn mij duidelijk, maar toch heb ik ze op het moment zelf niet gevolgd. Kennelijk zat ik te veel in de flow van de dag. Om de stappen te kunnen zetten, moet het brein afgeremd worden. En ook dat kunnen we onszelf aanleren.
'Met eenvoudige oefeningen kunnen we ons brein zo veranderen dat we positieve gevoelens en ervaringen heel bewust in ons opnemen.' Natuurlijk zijn er externe factoren die ons geluksgevoel vergroten. Dat kunnen we verderop in deze editie lezen. Britse onderzoekers deden onderzoek naar het geheim van geluk en stelden naar aanleiding hiervan een lijst samen van de Top 50 gelukmakers. En wat blijkt: dit zijn heel kleine en alledaagse dingen. Sinds het moment dat ik vanmorgen ben wakker geworden, heb ik er zeker al 5 ervaren. Ik werd wakker en de zon scheen. Ik heb zittend in de zon mijn ontbijtje gegeten en had zo even een moment
Ik wens u veel leesplezier en ben benieuwd hoeveel gelukmakers u vandaag al heeft ervaren op het moment dat u dit leest (de top 50 staat op pagina 29). • Sacha van den Ende Hoofdredacteur PS: volgt u de NFG al LinkedIn en Facebook? Via LinkedIn kunt u contact leggen met collega’s uit uw regio en via Facebook blijft u op de hoogte van nieuws over het werkveld.
PSC
3
spreken zien weten zijn voelen handelen liefhebben 4
SanoConcept
synergie vanuit de bron
CHAKRA FYSIEK
ENERGIE Onbewuste drijfveren, emoties en predisposities vormen bij veel gezondheidsklachten een factor van belang. Het SanoConcept hanteert een geïntegreerd model waarin drie niveaus worden onder-scheiden: het fysieke, energetische en persoonlijkheids- of psychovegetatieve niveau. In dit concept spelen de persoonlijkheidskenmerken ofwel de chakra’s een sleutelrol. Chakra’s komen overeen met de psychovegetatieve stuurcentra in de hersenen. Daar zetelen de fixaties en remmingen die energetische en somatische verstoringen kunnen veroorzaken of beïnvloeden. Het SanoConcept biedt u een werkbaar medisch-klinisch model en uitgebreide ondersteuning middels diverse opleidingen. Vraag nu het gratis vademecum aan. Uitgebreide testset van 40 energetische producten is verkrijgbaar voor maar €15,-.
Kijk voor meer informatie op www.SiVAS.nu
SiVAS PSC
Subtiele interventies met behulp van het Vasculair Autonoom Signaal
SanoPharm Nederland bv - Prins Hendrikweg 2 - 3771 AK - Barneveld T 0342-420714 - F 0342-420686 - www.sanopharm.com - info@sanopharm.com
INHOUDSOPGAVE
EDITIE 4 - 2014 3 VOORWOORD SACHA VAN DEN ENDE
6
6
INTERVIEW DE NEUROPLASTICITEIT VAN HET BREIN
10
ETEN ALS EEN OERMENS EVERT BERKELAAR
13 COLUMN WILMA DE HAAS 14
PEDAGOGIEK VAN VERTROUWEN TEA ADEMA
17
SPELENDERWIJS LEREN COMMUNICEREN
SIMONE GRIFFIN EN DIANNE SANDLER
21
KINDEREN, LIEFDE EN DOMINANTIE DAS
24 ZINTUIGENPRIKKELS
17
26
OP WEG NAAR EEN INTEGRALE GEZONDHEIDSZORG
MIRRE BOTS
28
ONDERNEMEN ANNO 2014 HANNEKE NIJKAMP
29 LIFESTYLE 30
NLP: JOUW EN MIJN GELUK! TP.NET
33 COLUMN MARTINE CLAUSEN 34 ZINTUIGENPRIKKELS
22
36
AFSTUDEREN BIJ DE ROOS, OPLEIDING TOT
PSYCHOSOCIAAL THERAPEUT ROSEGARDEN
38
COLOFON EN VOORUITBLIK
PSC
5
DE NEUROPLASTICITEIT VAN HET BREIN
De neuroplasticiteit van het brein Een interview met Rick Hanson
Rick Hanson is neuropsycholoog en meditatieleraar. Hij is verbonden aan het Greater Good Science Center van de Universiteit van Californië. De afgelopen jaren schreef hij verschillende boeken zoals Boeddha's brein, Een ding tegelijk en het onlangs verschenen Geheugen voor geluk. Het boek Geheugen voor geluk gaat over het goede in je opnemen voor een beter leven. Kun je hier wat meer over vertellen? ‘Wat we allemaal proberen te doen in het leven is leren en groeien, wat ook wel betekent het ontwikkelen van goede kwaliteiten en verschillende bronnen in onszelf. Als therapeut bijvoorbeeld proberen we verschillende hulpbronnen bij cliënten te ontwikkelen zoals mindfulness, zelfcompassie, vastberadenheid en een positieve kijk op het leven. Als ouder proberen we hetzelfde te doen voor onze
zijn en het is makkelijk om aardig te zijn, maar het is niet zo makkelijk om het allebei tegelijk te zijn. In mijn ogen is dit wat we allemaal doen. De focus ligt op leren en op hulpbronnen. De vraag die hierop volgt is: hoe ontwikkelen we die hulpbronnen in ons brein? Hulpbronnen zijn opgebouwd uit hersenstructuren. Hoe ontwikkel je die? Dat is waar ik geïnteresseerd in ben. Het hoe van neurowetenschappelijk leren is een
‘Wat we allemaal proberen te doen in het leven is leren en groeien, wat ook wel betekent het ontwikkelen van goede kwaliteiten en verschillende bronnen in onszelf.' kinderen. We proberen ze geduld te laten ontwikkelen en bijvoorbeeld een gevoel voor rechtvaardigheid mee te geven. En eigenlijk proberen managers in het bedrijfsleven hetzelfde te doen bij hun werknemers door bijvoorbeeld communicatievaardigheden en zelfvertrouwen te ontwikkelen. En ook relaties zijn hierop gericht. We proberen elkaar te leren het hart open te stellen, liefde te voelen en assertiviteit en vriendelijkheid te combineren. Het is makkelijk om assertief te 6
PSC
onderwerp waar enerzijds enorm veel onderzoek naar gedaan is, maar waar anderzijds weinig van in de praktijk is omgezet. Het brein verandert door onze ervaringen. Dit is een proces van twee stappen: van activatie naar installatie. Van kortetermijnbuffers naar de langetermijnopslag. Als we onze ervaringen niet overbrengen, is er geen duurzame waarde van die ervaring. Er is dan geen sprake
van leren, ontwikkelen of groei. Ik denk dat therapeuten, mindfulness-trainers en coaches bijvoorbeeld heel goed zijn in het activeren van een positieve state of mind. We zijn heel goed in staat om cliënten in een staat van mindfulness te brengen of om zichzelf op een meer realistische manier te zien. Maar we hebben vaak minder aandacht voor het duurzaam maken van zo’n tijdelijke ervaring. Dat is wat mij interesseert. Als je gaat kijken naar hoe we hulpbronnen in onszelf kunnen ontwikkelen, kun je je gaan realiseren dat het leven van alledag vol is van fantastische mogelijkheden om hulpbronnen te ontwikkelen. Als je het gaat uitproberen, zul je erachter komen dat het leven niet eng is en dat situaties die je normaal als spannend ervaart, eigenlijk helemaal niet zo spannend zijn, maar juist de mogelijkheid geven voor groei. En als je heel even de tijd neemt om je dit te realiseren, bijvoorbeeld 5 seconden, dan wordt deze ervaring geregistreerd in het brein. Stukje bij beetje. Als je op deze manier naar het leven kijkt, wordt het leven meer hoopvol op een realistische manier. Ik geloof niet zozeer in positief denken als wel in realistisch denken. In de realiteit zie je dat er enorm veel mogelijkheden zijn voor kleine stukjes groei. Deze duren misschien maar 10 tot 20 seconden per keer. Als je jezelf dit realiseert, geeft dat je vertrouwen dat je jezelf daadwerkelijk kunt veranderen. Dat je je eigen hulpbronnen kunt creëren. De meeste kansen om te leren zijn klein en duren maar kort en het zijn er misschien maar een handvol. Juist dat maakt ze ook echt en geloofwaardig. En al die kleine leermomenten opgeteld over een langere periode, zorgen voor een stijgende leercurve. Als je op deze manier naar ervaringen kunt kijken, zie je dat het alledaagse leven volop kansen van groei biedt. Daarnaast kun je ook specifiek gaan kijken en zoeken naar die hulpbronnen die voor jou zeer behulpzaam zijn en juist op zoek gaan naar die kansen. Ik noem deze specifieke hulpbronnen de sleutelhulpbronnen. Als voorbeeld kunnen we een angstig persoon nemen. Deze persoon zou kunnen zoeken naar die mogelijkheden waaruit blijkt dat hij of zij veilig is. Of hij zou kunnen kijken naar mogelijkheden die voor ontspanning in het lichaam zorgen. Of hij zou naar mogelijkheden kunnen
EEN INTERVIEW MET RICK HANSON
zoeken waarbij hij ervaart dat andere mensen om hem geven. Als een persoon deze hulpbronnen vindt, geeft hem dat kracht en vertrouwen. Als therapeut, coach of zelfs ouder kunnen we deze persoon aanmoedigen om te zoeken naar de specifieke ervaringen om de sleutelhulpbronnen eigen te maken. Deze ervaringen zijn een soort medicijn voor een bepaald probleem dat iemand ervaart. Door het vergaren van hulpbronnen kunnen we op een meer effectieve manier omgaan met het leven en de dingen waar we tegenaan lopen. Of dit nu problemen binnen een relatie of familie zijn, of dat het gaat om problemen op het werk.’ Hoe pas je deze ideeën toe in je eigen praktijk? ‘Ik zal eerst even wat context weergeven. Voor mij gaat het om neuroplasticiteit. Dit houdt in dat we leren hoe we het brein kunnen helpen om te groeien. Daarna gaan we deze algemene kennis toepassen om specifieke hulpbronnen te ontwikkelen. Het proces van neuroplasticiteit is iets wat therapeuten en coaches al langer toepassen. Ik heb neuroplasticiteit niet zelf ontdekt. Alle therapeuten proberen hulpbronnen te ontwikkelen bij hun cliënten. Wat ik probeer te doen, is expliciete aandacht geven aan precies dat
moment waarop het brein kan leren. Een voorbeeld. Als er bij een cliënt iets bruikbaars gebeurt in zijn of haar hoofd, zijn er eigenlijk vijf aspecten tegelijkertijd aan de gang: er is een gedachte, perceptie, emotie, verlangen en een actie. Het is alsof een ervaring een lied is waar vijf instrumenten aan meespelen. Therapeuten doen intuïtief kleine interventies om het proces van deze vijf aspecten te vertragen, zodat een cliënt bij zo’n bruikbare ervaring stil staat. Maar meestal focussen we als therapeut niet zorgvuldig genoeg op bruikbare gedachten, percepties, emoties, verlangens en acties. Meestal geven we niet heel veel opzettelijke aandacht aan het proces van het omzetten van deze bruikbare aspecten in een geïntegreerde hulpbron in het brein. Voor mijzelf als therapeut in die context, probeer ik nederig te zijn, want ik heb ontzettend veel bruikbare momenten verspild. Ik heb deze momenten bij cliënten en bij mijzelf vooral verspild omdat ik te gefascineerd was door de ‘flow’ van hun en mijn eigen bewustzijn en gedachten, en omdat ik niet zorgvuldig genoeg keek. Het is belangrijk te realiseren dat het proces van een toestand naar handeling, het proces van het integreren in het brein van emotioneel leren, langer duurt dan het leren van een simpel feit. De emotionele geheugensystemen van het brein zijn oud en primitief. Ze zijn
al rond de 200 miljoen jaar oud. Dus enerzijds hebben we dat hele slimme moderne brein dat razendsnel van de ene op de andere gedachte en impuls kan inspringen. Aan de andere kant werkt het emotionele brein een stuk langzamer. We moeten dus afremmen, zodat het emotionele brein kan inhalen en het emotioneel leren echt kan landen in het brein. Zelf probeer ik twee stappen te volgen. De eerste stap is de focus voornamelijk leggen op het antwoord op de vraag: welke hulpbronnen zouden voor een cliënt echt bruikbaar en behulpzaam zijn als hij ze ter beschikking had? Wat zou zijn probleem oplossen of wat zou hem helpen naar de volgende stap om het probleem op te lossen of zich beter te voelen? De tweede stap is dat ik een aantal keer gedurende een gesprek of sessie het proces vertraag om de aandacht (impliciet of expliciet) te verleggen naar de ervaring die hij heeft. Ik moedig cliënten aan om een bestendig, rijk en volledig besef te hebben van deze ervaring, zodat deze stukje bij beetje geïntegreerd kan worden in de structuur van het brein. Een beroemde psycholoog zei eens: “De cliënt heeft geen nieuw idee nodig, maar een nieuwe ervaring.” In mijn eigen praktijk is er nog een belangrijk onderdeel en dat is dat ik met PSC
7
DE NEUROPLASTICITEIT VAN HET BREIN
len niet precies wat we doen, maar doen het gewoon. Het zijn kleine dingen. Als ik zie dat een cliënt een bruikbare ervaring heeft, vraag ik bijvoorbeeld: hoe voel je deze ervaring in je lichaam? Of: kun je de ervaring en het gevoel dat je ervaart wat langer vasthouden? Op deze manier probeer ik ook om te gaan met eventuele blokkades die mensen hebben. Blokkades die bepaalde ervaringen tegenhouden. De tweede manier is ook een algemene aanpak onder therapeuten: ik leer ze de methode. Ik leg uit dat het brein constant verandert en haal vaak aan dat het brein er goed in is te leren van negatieve ervaringen, maar dat het minder goed is in het leren van positieve ervaringen. Terwijl het leren van positieve ervaringen zorgt voor het verkrijgen van bruikbare hulpbronnen.
cliënten praat over wat voor hen sleutelhulpbronnen zijn en hoe ze hier naar kunnen zoeken in het alledaagse leven en dus in de tijd tussen de gesprekken met mij. Ik probeer met hen te kijken waar ze bruikbare ervaringen kunnen vinden in dagelijkse activiteiten. Bijvoorbeeld iemand met weinig zelfvertrouwen kan ontdekken dat degene die hem zijn broodje tijdens de lunch verkoopt, vriendelijk is tegen hem. Daar zou hij uit op kunnen maken dat hij aardig gevonden wordt. En ook al is deze relatie niet een heel belangrijke, veel van deze kleine ervaringen kunnen de emotionele leercurve doen stijgen.’ Hoe kunnen mensen zichzelf afremmen om aandacht te geven aan die bruikbare ervaringen? ‘Het proces dat ik zojuist beschreef, is geen therapie op zichzelf, maar een belangrijk aspect van therapie. En volgens mij liggen er op dit gebied grote kansen voor het werkveld om de respons 8
PSC
op behandeling te doen toenemen. Het gemiddelde resultaat van psychotherapie is de afgelopen 30 jaar niet verbeterd, terwijl het een krachtige manier van interventie is. Het werkt niet voor iedereen, maar in vergelijking met andere methoden lijkt psychtherapie vaak goede resultaten te boeken. En toch is er de afgelopen 30 jaar geen verbetering waargenomen in het resultaat. Hoe kan dat? Ik denk dat dat komt, omdat we er steeds beter in worden om een heilzame state of mind te activeren, maar we zijn er niet beter in geworden die te integreren in het brein. We zijn er niet beter in geworden om de leercurve van het brein omhoog te krijgen. Volgens mij zijn er vier manieren waarop we als therapeut de leercurve bij cliënten kunnen verbeteren. Overigens gelden deze vier manieren voor het leren van iedere methode. De eerste manier is impliciet. We vertel-
Negatieve ervaringen zijn behulpzaam bij overleven, maar in het leven van de meeste mensen creëren de negatieve ervaringen veel onnodig lijden, stress en angst. De negatieve ervaringen in het brein vormen zo een bottleneck voor het aanleren van bruikbare hulpbronnen. Ze maken het moeilijker deze aan te leren. Ik denk dat het belangrijk is als therapeut dat je behoedzaam en voorzichtig te werk gaat. Therapie is niet lesgeven. We moeten niet in de rol van leraar stappen. Ik leg cliënten uit dat ze een positieve ervaring kunnen hebben of deze kunnen oproepen. Vervolgens kan deze ervaring verrijkt worden door deze langer vast te houden, de intensiteit te vergroten, haar in het lichaam te voelen, het nieuwe ervan en de persoonlijke relevantie op te merken. Al deze factoren zullen de integratie van de ervaring in het brein vergroten. En hoe vaker je het doet, hoe makkelijker het gaat. De makkelijkste factoren zijn het vasthouden en het voelen in het lichaam. Voor de meeste mensen is dit het meest tastbaar. Ik leg mensen uit dat het omgaan met ervaringen op deze manier ervoor zorgt, dat die ervaringen echt indalen en ontvangen worden door het brein. Het is als een vuurtje. Allereerst moet je een vuur hebben. Vervolgens moet je zorgen dat het vuur blijft branden en zelfs groter kan worden door er brandstof bij te doen. Daarna kun je de warmte van het vuur absorberen. Dit zijn de drie basisstappen. Daarna voeg ik nog een vierde stap toe, namelijk het linken van een positieve ervaring aan een negatieve. Nogmaals, ik heb dit niet zelf bedacht, maar ik denk dat therapeuten dit bewuster in kunnen zetten. Als ik dit alles heb uitgelegd, laat ik aan
EEN INTERVIEW MET RICK HANSON
de cliënt over wat hij hiermee doet. De derde manier is het expliciet meenemen van een cliënt. Als therapeut neem ik een cliënt mee naar een bepaald gevoel op het moment dat ik denk, dat het een behulpzame ervaring betreft voor het creëren van een bruikbare hulpbron. De vierde manier is het leren van de methode aan een cliënt en hem te motiveren die te gaan uitproberen tussen de afspraken door. Moedig cliënten aan mooie dingen om zich heen te zien, dingen die werken of goede dingen in zichzelf. Ik motiveer ze om deze dingen op te merken, want de meeste dingen zien we niet. Dus zie de mooie dingen, voel ze en geniet ervan. En dan vraag ik wat dit voor iemand doet. Verandert er iets in het leven van de cliënt? Het komt ook voor dat ik vooraf met een cliënt bepaal naar welke specifieke dingen hij gaat kijken. Naar welke ervaringen ze op zoek gaan. Als cliënten aan de slag gaan met het zien en in zich opnemen van positieve dingen en ervaringen, lopen ze vaak tegen blok-
'In wezen is het brein net een tuin. Je kunt er niet alleen naar kijken. Een tuin heeft onkruid en dat verdwijnt niet door er naar te kijken. Dat trek je eruit. En als je bloemen wilt, moet je zaadjes zaaien.'
kades aan. Ze raken afgeleid door andere dingen, hebben het gevoel dat ze geen goede ervaringen verdienen of zijn bijvoorbeeld ergens bang voor. Een van de belangrijkste klinische aspecten van het opnemen van positiviteit is dat het blokkades blootlegt die anders niet zichtbaar zouden zijn. En dan wordt direct duidelijk waarom bepaalde hulpbronnen zo bruikbaar zouden zijn. Wat mij hierbij vaak is opgevallen, is dat er bij vouwen en mannen vaak dezelfde ontdekking plaatsvindt. Vrouwen ontdekken dat ze veel aandacht besteden
aan het helpen ervaren van positieve ervaringen bij hun vrienden, kinderen, partner of collega, maar dat zij hier voor zichzelf geen aandacht aan besteden. Veel mannen beseffen dat ze zijn opgegroeid met de gedachte dat ze gewoon de klus moeten klaren zonder hier veel bij na te denken. Ze zijn het niet gewend dat je iets zou kunnen voelen en dat dit plezierig is. Want meestal zijn behulpzame ervaringen plezierig. Dat is wat uiteindelijk ook motiveert om er aandacht aan te blijven besteden. Er zijn eigenlijk drie voordelen van het ervaren en integreren van positiviteit. Allereerst creëer je er specifieke hulpbronnen mee die je leven ondersteunen. Ten tweede behandel je jezelf alsof je ertoe doet. Om het positieve in je op te nemen moet je een goede vriend zijn van jezelf. Daarnaast versterk je je aandacht. Het derde voordeel is dat je je brein sensitief maakt voor het positieve. We hebben een brein dat in de basis kwetsbaar is en gevoelig voor het negatieve. Iets nieuws leren is in het begin altijd moeilijk, zo ook het ervaren en integreren van positiviteit. In het begin doe je het opzettelijk. Maar als je eenmaal op weg raakt, gaat het steeds meer automatisch.’ Wat zou je therapeuten ten slotte nog mee willen geven? ‘Ik denk dat er drie manieren zijn om de geest ergens bij te betrekken. De eerste manier is om te zijn bij wat er is. Leven in het moment. We proberen niet te veranderen wat er is. Liever accepteren we het of proberen we het te begrijpen of herleiden. Ik denk dat leven in het moment heel belangrijk is, omdat je het altijd kunt doen. Maar het is niet de enige manier om de geest te betrekken. Het is niet alleen belangrijk om te zijn bij wat er is, maar ook om er mee te werken. Dit houdt in het verminderen van het negatieve en het laten toenemen van het positieve. En deze drie aspecten zijn tegelijkertijd aan het werk. Voor mij ligt de focus op het doen toenemen van het positieve. Het ontwikkelen van behulpzame bronnen zorgt ervoor dat je dicht bij je ervaringen bent.
veranderen. Als we positieve kwaliteiten willen laten groeien in het brein, zullen we iets moeten doen. In wezen is het brein net een tuin. Je kunt er niet alleen naar kijken. Een tuin heeft onkruid en dat verdwijnt niet door er naar te kijken. Dat trek je eruit. En als je bloemen wilt, moet je zaadjes zaaien. Volgens mij is leven in het nu of mindfulness meer. Volgens mij is het aanwezig zijn, of je nu kijkt naar de tuin, onkruid trekt en bloemen zaait. Mindfulness is niet in conflict met werken aan. Bovendien vraagt het inspanning om mindful te zijn. Dit alles gezegd hebbende zou ik willen zeggen: laten we meer aandacht besteden aan leren. Laten we leren hoe we kunnen leren. Laten we leren hoe we het leren kunnen excelleren.’ •
De vier stappen van het goede in je opnemen: 1. Heb een positieve ervaring. Heb of herbeleef een positieve ervaring. Let op je omgeving of denk aan dingen waarvoor je dankbaar bent: een vriend of vriendin, of een prestatie die je hebt verricht. 2. Verrijk de ervaring. Houd de ervaring gedurende 5 tot 10 seconden vast. Stel je open voor het gevoel dat je erbij hebt en probeer dit ook in je lichaam te voelen. Geniet ervan, erken het en zoek er iets nieuws in. 3. Absorbeer de ervaring. Voel de ervaring en laat die heel bewust tot je doordringen terwijl je erin wegzinkt. Laat de ervaring een deel van jezelf worden. Link het positieve aan het negatieve 4. Verbind positieve en negatieve ervaringen met elkaar, waarbij de positieve ervaring altijd in de schijnwerpers staat en de negatieve tussen de coulissen.
Wat ik hierbij wil opmerken is, dat volgens mij het leven in het nu tegenwoordig soms teveel benadrukt wordt. Alsof zijn bij wat er is de enige manier is. En volgens mij is dat niet zo. Ons brein is een fysisch organisme. Negatieve factoren in het brein verdwijnen niet zomaar omdat we ze waarnemen. Het helpt, maar het is niet de enige manier om het brein te PSC
9
ETEN ALS EEN OERMENS
Door: Evert Berkelaar Wij, de moderne mensen, stammen van de apen af en zijn geëvolueerd tot datgene wat wij nu zijn. De huidige leefomgeving verschilt in alle opzichten enorm met de leefomgeving van onze verre voorouders uit de tijd dat onze genen werden gesmeed. We praten dan over de periode van voor de landbouwrevolutie, die ongeveer 10.000 jaar geleden haar intrede heeft gedaan. Deze periode wordt het paleolitische of stenen tijdperk genoemd. Genetisch zijn wij als soort het beste aangepast aan de leefomgeving van die tijd. Wij leefden toen in kleine stammen en hadden een bestaan als rondtrekkende jager-verzamelaar. Dit artikel gaat over twee belangrijke gebeurtenissen in de geschiedenis van de menselijke soort. De eerste gebeurtenis is dat wij ergens de aapachtigen hebben ingehaald op de evolutionaire ladder. De tweede gebeurtenis betreft de recentelijke ontwikkelingen waaruit blijkt, dat wij nu, met onze moderne geneeskunde en voorzieningen, er ondanks onze langere levensduur niet in slagen om meer jaren in gezondheid te leven dan onze voorouders van voor de landbouwrevolutie. Gezien de vele mensen die lijden aan depressie, overgewicht, diabetes, kanker en hart- en vaataandoeningen is er nu sprake van dat wij genetisch niet meer goed zijn aangepast aan onze leefomgeving. Voor beide belangrijke evolutionaire gebeurtenissen ligt er één ding aan ten grondslag: ons dieet.
10
PSC
Het dieet van de aapachtigen Apen die in de natuur leven, hebben een grotendeels plantaardig dieet, met slechts zo nu en dan dierlijke voeding. Deze dierlijke voeding bestaat voornamelijk uit insecten, kleine bodemdieren of vogels en een enkele keer uit een groter dier zoals een overmeesterde soortgenoot. Het overgrote deel van het dieet bestaat echter uit plantaardige voeding: fruit, vruchten, bladeren en noten. Alhoewel plantaardige voeding, zeker in het wild zoals onze verre voorouders het aten, zeer rijk is aan vezels en gunstige micronutriënten zoals mineralen, vitamines en enzymen, bevat plantaardige voeding niet veel calorieën. In de natuurlijke leefomgeving van apen wordt geen landbouw bedreven, en het is dus lastig om binnen een uur een grote hoeveelheid van een calorierijke plant te vinden,
zoals een peulvrucht of het zaad van granen. Zodoende hebben apen het door de gehele geschiedenis moeten doen met een voeding die niet al te bezaaid is met vet en calorieën. Dit is een belangrijk verschil met de voeding van de mens. De omslag van aap naar mens was een omslag in voeding Pas toen de eerste apen hun voeding veranderden door ook dierlijke voeding te gaan eten, opende zich de deur voor de volgende stap in de evolutie. Dit is ongeveer 2,3 miljoen jaar geleden in Afrika in gang gezet. Het zou toen nog zo’n 2 miljoen jaar duren voordat de moderne homo sapiens zich had ontwikkeld met het hersenvolume dat gelijk is aan het onze. Gedurende deze periode zijn onze voorouders steeds meer dierlijke, en daarmee vet- en calorierijke voedingsmiddelen gaan eten. Omdat de hersenen bestaan uit vet en zeer veel calorieën verbruiken, is het dieet hiervoor echt de doorslaggevende factor geweest. Een voedingspatroon zonder landbouwproducten moet veel dierlijke producten bevatten, anders bevat het voor ons hersenvolume simpelweg te weinig calorieën. Hierbij is het nog belangrijk om te vermelden dat onze voorouders het hele karkas van een gejaagd dier (of ei of vis) leegaten. Dus niet alleen de spiermassa zoals wij doen. Er zijn veel archeologische bewijzen gevonden van stenen instrumenten die onze voorouders gebruikten om bijvoorbeeld het merg uit de botten te schrapen. Wij aten behalve de spieren ook de organen en zelfs de hersenen. Dit stelde onze voorouders voor het eerst
EVERT BERKELAAR
bloot aan inname van zowel vet als calorieën, wat hen in staat stelde zich te ontwikkelen tot de moderne mens met een groot hersenvolume. Het oorspronkelijke paleodieet De voedingsmiddelen die onze voorouders in het paleolithische tijdperk aten, vormen het paleodieet. Dit bestond grofweg uit vijf categorieën: vlees, vis, groenten, fruit en noten (en zaden). Afhankelijk van het seizoen en de geografische regio waren er verschillen in de verhouding tussen deze categorieën. De voorouders die aan de kust leefden, zullen meer vis hebben gegeten dan mensen uit het binnenland. Ook was het in sommige regio’s
‘paleo-beweging’ begonnen. In 2002 bracht hij zijn eerste boek uit (The Paleo Diet) en sindsdien is het dieet uitsluitend in populariteit gegroeid. Inmiddels zijn er meerdere interventiestudies gedaan met het paleodieet en keer op keer blijkt het klachten van de typische welvaartziektes te verminderen. Geen granen, peulen, zuivel en bewerkte voeding Onze voorouders aten geen granen, geen peulvruchten en geen zuivel. Voor al deze voeding geldt immers dat dit typische landbouwproducten zijn en voor graan en peulvruchten geldt zelfs dat ze rauw niet eetbaar zijn voor de mens.
'Onze huidige voeding en levensstijl komen niet meer overeen met hetgeen waarop wij genetisch zijn aangepast.' of seizoenen zo koud dat er slechts zeer beperkt toegang was tot plantaardige voeding. Toch was het dieet vaak veel gevarieerder dan nu. Onze voorouders waren volledig afhankelijk van de natuur en aten daardoor vrijwel alles wat eetbaar was. Dit staat in schraal contrast met de huidige situatie, waarin men slechts een paar tientallen verschillende soorten fruit en groente eet. Duizenden eetbare planten worden enkel voor de sier gehouden of zelfs als onkruid uitgeroeid. Hetzelfde geldt overigens voor het dierenrijk. Daar waar onze voorouders veel verschillende soorten dieren aten, eten wij er slechts enkele, en dan zelfs alleen nog maar de spiermassa ervan. Het moderne paleodieet Door de voeding die onze voorouders in het paleolithische tijdperk aten na te bootsen, kom je uit op het moderne paleodieet. Natuurlijk is dit dieet niet meer dan een nabootsing, immers veel diersoorten die wij vroeger aten, zijn uitgestorven, en zelfs onze biologische groentes komen van de landbouw af en groeien niet meer in het wild. Het moderne paleodieet bestaat uit vlees, vis, groente, fruit en noten. Het grootste gedeelte van de voeding is plantaardig en kan oplopen tot een kilo groente en fruit per dag. Het paleodieet is voor het eerst goed in kaart gebracht door de Amerikaanse Professor Loren Cordain. Hij heeft erg veel wetenschappelijke publicaties over dit onderwerp op zijn naam staan en is de wereldwijde
Het zou een jager-verzamelaar veel te veel energie kosten om een handvol peulvruchten te vinden en deze vervolgens te moeten weken en koken om ze eetbaar te maken. Hetzelfde geldt voor graan. De evolutie heeft ons niet uitgerust om graan rauw te kunnen eten en dit komt puur omdat onze voorouders het niet aten. Voor zuivel geldt zelfs dat wij pas na vierduizend jaar landbouw en veeteelt op het idee kwamen om de melk van de dieren te gaan gebruiken. Omgerekend in generaties eten mensen pas zo’n 330 generaties lang graan en peulvruchten, en slechts 200 generaties lang zuivel. Dit zijn er veel te weinig om ons genetisch hierop aan te passen. Door de industriële revolutie is het de laatste honderd jaar letterlijk mogelijk geworden om voedingsmiddelen te bedenken en te ontwerpen. Niet je gezondheid, maar de koopbaarheid van het product is daarbij van belang. Denk aan het harden van plantaardige vetten of de suiker- en frisdrankindustrie. Dit zijn stuk voor stuk voedingsmiddelen die onze voorouders niet aten. De huidige situatie De huidige situatie is eigenlijk schrijnend. Dankzij onze moderne geneeskunde is de kindersterfte laag, hoeft er vrijwel niemand meer dood te gaan van een botbreuk en sterven er nog maar weinig mensen aan infectieziektes. Wij worden gemiddeld zelfs ouder dan de mensen enkele generaties terug. Toch zijn we minder lang gezond. Eigenlijk zijn
we dus alleen maar langer ziek. Volgens de inzichten uit de evolutiegeneeskunde komt dit, doordat onze huidige voeding en levensstijl niet meer overeenkomen met hetgeen waarop wij genetisch zijn aangepast. Sinds de landbouw is niet alleen onze voeding drastisch veranderd, ook onze lichamelijke activiteit. Daarnaast zijn wij van relatief kleine sociale netwerken (stammen) overgegaan tot grote gemeenschappen, steden en landen. Dit is allemaal in een tempo gegaan, dat de evolutie niet heeft kunnen bijhouden. Bovendien staat het voortbestaan van onze soort niet meer onder druk. Evolutionair gezien hoeven wij ons genetisch niet meer aan de huidige situatie aan te passen, want wij zijn namelijk prima in staat om kinderen voort te brengen. Feitelijk zelfs zo goed dat de wereldpopulatie groter is dan ooit tevoren. De weg naar gezondheid Wanneer we aannemen dat wij nu ziek worden doordat we niet genetisch zijn aangepast op de moderne voeding en leefstijl, dan zouden we hierop dus moeten inspelen om weer gezonder te worden. De makkelijkste en meest doeltreffende manier is je voeding aan te passen. Geef je lichaam waar het genetisch op is aangepast en belast het niet meer met granen, peulvruchten en zuivelproducten. De volgelingen van het moderne paleodieet melden stuk voor stuk verbetering in hun gezondheid. Herwin je gezondheid dus door te eten als een oermens! •
EVERT BERKELAAR PSC
11
Innovatieve nutricijnen met de hoogst mogelijk kwaliteit, zuiverheid en opneembaarheid!
Als u kiest voor Nutrisan, kiest u voor —
natuurlijke en veilige nutricijnen de hoogst mogelijke kwaliteit en zuiverheid de best opneembare vorm strenge kwaliteitscontrole innovatieve productontwikkeling wetenschappelijk onderbouwde kwaliteit ingenieuze en gepatenteerde productieprocessen perfecte prijs/kwaliteit verhouding nutricijnen conform de Europese wetgeving
Nutrisan bvba | Egide Walschaertsstraat 22 bus i | 2800 Mechelen T. +32 (0)15 21 51 00 | info@nutrisan.com | www.nutrisan.com Focused on Science, Driven by Nature
&
Psychodidact Communicatie & Psychologie
NHA en Psychodidact verzorgen in samenwerking de Opleiding Psychosociaal Counselor (OPC). Studenten worden na het behalen van het diploma van deze geaccrediteerde SNRO HBO registeropleiding toegelaten tot het register van de NFG. Meer info over deze unieke opleiding vindt u op www.nha.nl. De onderstaande modules uit deze registeropleiding kunt u ook los volgen. De te behalen certificaten voor deze modules zijn officieel erkend als na- of bijscholing door de NFG: PSCM0312 Sociale Psychologie
Klinische Psychologie 1 en 2
- Uniek lesmateriaal (gratis 14 dagen op proef) - Studiebegeleiding door vakdocenten via onze digitale leeromgeving. - Contact met medestudenten via onze leeromgeving. - Praktijkdag verzorgd door Hein Heijen. Lesgeld: € 499 of 9x € 60,00
- Uniek lesmateriaal (gratis 14 dagen op proef) - Studiebegeleiding door vakdocenten via onze digitale leeromgeving. - Contact met medestudenten via onze leeromgeving. - 3 Praktijkdagen verzorgd door Hein Heijen. Lesgeld: € 699 of 12x € 66,00
Medische kennis Anatomie, Fysiologie en Pathologie
- Uniek lesmateriaal (gratis 14 dagen op proef) - Studiebegeleiding door vakdocenten via onze digitale leeromgeving. - Contact met medestudenten via onze leeromgeving. Lesgeld: € 279 of 9x € 34,00
Bel voor GRATIS studiegids 077-3067000 of www.nha.nl PSC 0312.indd 1
02-02-12 09:26
COLUMN WILMA DE HAAS
et is vandaag vijfentwintig mei en ik ben jarig. Vandaag MOET het feest zijn en MOET ik me gelukkig voelen.
Voor cliënten die bij mij komen op zoek naar geluk, heb ik altijd slecht nieuws. Vooral voor degenen die de voorkeur hebben voor geluk-met-een-langehoudbaarheidsdatum. Bij mij kunnen ze dat niet halen.
Ik ben immers jarig! Bij mij werkt dat averechts. Alles wat MOET, verandert in het omgekeerde. In plaats van blij word ik chagrijnig, want ik ben verplicht tot iets en als ik ergens een hekel aan heb, is het aan verplichtingen. Vooral aangaande gevoelens en emoties. Die zijn bij mij slecht stuurbaar. Het criterium voor een echt fijne verjaardag ligt bij mij in de zon. Het grootste cadeau dat ik kan krijgen op die dag, is een zonovergoten dag. Wanneer ik op vijfentwintig mei wakker word en de eerste lichtstralen door de kieren van het gordijn glippen, is het alsof de zon mij hoogstpersoonlijk met haar zonnestralen hartelijk de hand schudt met een welgemeend ‘Van harte gefeliciteerd’. Dan ben ik oprecht blij en voel iets van geluk. Daar kunnen alle kusjes (rechts, links, rechts), omhelzingen en cadeautjes die daarop volgen, niet tegenop.
Niet te koop. Uitverkocht. Recept onbekend. Mijn taak is om deze illusie om te buigen naar iets wat meer reëel is. Hun de boodschap te geven dat het geluk dat ze zoeken, iets is dat langzamerhand door deze hele maatschappij is opgeblazen. Waarbij het bijna not done is om eens niet gelukkig te (willen) zijn. Want wist u dat pakweg honderd jaar geleden er niet eens depressie bestond. Toen was het nog normaal dat je je niet altijd gelukkig voelde. Tegenwoordig is dat wel anders. Tegenwoordig schieten we in de stress als we maar even niet-gelukkig zijn. Want dat MOET toch. We MOETEN gelukkig zijn. Zucht. Wat een last. Wat een verantwoordelijkheid. Volgens mij is het heel simpel met dat geluk.
Geluk komt je toe. Geluk valt je toe. Geluk overkomt je. Voor geluk kun je open staan. Geluk is de mogelijkheid om te kunnen genieten van wat er ís, van wat je zomaar gratis en voor niets wordt aangeboden. Onverwachts. Even. Het is niet maakbaar. Je kunt het niet kopen. Je kunt het niet bezitten of vasthouden. En bovenal, het valt niet te plannen! Daarom. Voor mij liever driehonderdvijfenzestig dagen openstaan voor dat geluk dan éénmaal per jaar jarig te MOETEN zijn. • De columns van Wilma de Haas worden in 2014 gebundeld en uitgegeven onder de titel K-Therapie, over vallen en weer opstaan. Fotograaf: Sjoerd Banga
WILMA DE HAAS RICHTTE HAAS & KONIJN ®OP, EEN BUREAU VOOR PERSOONLIJKE EN PROFESSIONELE ONTWIKKELING.
PSC
13
PEDAGOGIEK VAN VERTROUWEN
Pedagogiek van vertrouwen Door: Tea Adema
Opvoeden is van alle tijden. Waar ik mij wel eens zorgen over maak, is dat we tegenwoordig een pedagogiek van tekorten lijken te hebben. Immers, hoe zorgelijk is het in onze samenleving als we vanaf het kinderdagverblijf kinderen volgen met scores en systemen? We achtervolgen kinderen tot hun achttiende met allerlei scorelijsten waar ze aan moeten voldoen. Zelden scoort een kind 100%. Tests gaan inherent altijd over tekorten en gebreken, en leggen vooral de nadruk op wat er niet is. Tegenwoordig worden daar bovendien steeds meer wensenlijstjes aan verbonden. Dat betekent dat er in de score een verwachtingspatroon is bijgekomen waaraan een kind op een bepaald tijdstip dient te voldoen. Maar is dit wat we echt willen voor onze kinderen? Als het iets zou toevoegen aan het kind, hadden we er nog wat aan, maar het zegt niets over de andere capaciteiten van het kind, zijn motivatie, zijn ambitie, zijn vermogen om problemen op te lossen, zijn muzikaliteit, zijn creativiteit en ga zo nog maar even door. Kortom: het kind en al zijn mogelijkheden. Wat als we nu overgingen op een pedagogiek van vertrouwen. We stimuleren kinderen om zichzelf te worden, vrij van onze wensen en verlangens, maar vooral vrij van onze angst. De angst dat ze tekortschieten, te laag presteren, achterblijven, gepest gaan worden, geen goede opleiding kunnen volgen en al die andere angsten en zorgen die ons ’s nachts uit de slaap houden. We stoppen met die dwaze testen en observeren waar ze goed in zijn, waar ze blij van worden en wat ze graag doen. We stimuleren hen om zich te ontwikkelen, zodat hun talenten zich kunnen ontvouwen. Net zoals ieder zaadje juist die ene bloem of boom wordt, en niet de andere. Het enige wat we hoeven te doen is vertrouwen te hebben en uit te spreken. Vertrouwen dat kinderen toch wel groeien en hun potentieel waarmaken. 14
PSC
De make-over van een onderpresteerder De volgende dag zou hij jarig zijn. Dat bleek een prachtig toeval te zijn. Op school ging het niet helemaal goed. Hij haalde lage cijfers, kon zich niet concentreren, was al eens van school veranderd omdat hij werd gepest en nu was er opnieuw zo’n moment waarop alles even vastliep. Tot mijn verrassing stapte er een open, vrolijk en levendig kind binnen. Hoewel hij al een paar uur in de auto had gezeten, had hij er zin in. Tijd om aan de slag te gaan dus. Hij vertelde dat hij zich niet kon concentreren en dat dit vooral gebeurde op de dagen dat hij een toets had. Hij wist dan bij wijze van spreken ‘s ochtends al dat het niet goed zou gaan. Dit was erg vervelend natuurlijk, want hij wilde architect worden. Hij wist dat architecten in ieder geval goed moeten kunnen rekenen en goede brieven moeten kunnen schrijven. We babbelden even verder over het ontwerpen van huizen en maakten steeds even de overstap naar zijn leven op school. Hij was bang dat hij voor nerd uitgemaakt zou worden en wilde graag gemiddeld zijn. Ik maakte hem een beetje in de war door veel verschillende vragen op hem af te vuren. ‘Wat is normaal presteren?’ ‘Hoe gek is het dat een nerd abnormaal presteert als hij lage cijfers haalt?’ ‘Hoe gek is het dat een dommerik erop aan wordt gekeken dat hij het gewoon niet beter kan?’ Het gevolg van deze vragen was dat hij zijn overtuiging dat hij het beste af was door minder te presteren, niet meer goed vast kon houden. Zijn moeder wist nog een aantal prachtige anekdotes te vertellen over hoe hij zichzelf in groep 1 en 2 had leren lezen en rekenen, en hoe hij op school beweerde dat hij het niet kon. Dit paste in hetzelfde mechanisme. En dus konden we dit mooi meenemen in het kiezen van een nieuwe overtuiging over leren en presteren en het wel of niet laten zien van je talenten.
Vriendjes maken was voor hem van groot belang, zeker gezien zijn pestgeschiedenis. Hij merkte nu dat hij door zich anders te profileren dan hij was, het probleem juist erger maakte. Hij knikte en bleef knikken terwijl we het hierover hadden. Ik vertelde hem over de fabel van de ezel, de man en de jongen. De vader en zoon brengen de ezel naar de markt om verkocht te worden en ze maken steeds andere keuzes om de ezel hen wel of niet te laten dragen. Die keuze laten ze afhangen van het commentaar van de omstanders. Ze ontdekken dat op iedere straathoek mensen een andere mening hebben over hun gedrag. Uiteindelijk kiezen ze er toch voor om voortaan hun eigen keuze te maken. Al die vragen en overwegingen zijn best veel voor een tienjarige. Ik pakte een stapel matjes en gaf hem een matje voor de jongen die hij tot dusver was. Hij ging erop staan en merkte dat het niet prettig was om deze jongen te zijn, die ervoor koos om zijn talenten niet te laten zien. We legden een ander matje neer voor de jongen die hij voortaan wilde zijn. Hij ging op dit matje staan en voelde dat dit meer klopte met wie hij wilde zijn. Zijn schouders gingen naar achteren en hij keek me recht aan. Ik vroeg hem te kijken naar het matje van de jongen die hij tot dusver was en liet hem daar nog even op staan. Hij wilde liever terug. Terwijl hij op het nieuwe matje stond, vroeg ik hem zijn ogen te sluiten en denkbeeldig naar zichzelf te kijken. • Hoe zou hij morgen op zijn plek zitten? • Hoe keken de andere kinderen naar hem als hij ze één voor één aankeek? • Wat zou zijn meester tegen hem zeggen? Zijn oogleden trilden onophoudelijk en hij bleef knikken terwijl ik hem zachtjes pratend denkbeeldig door zijn klas liet kijken. Toen het genoeg was, bleef hij nog een poosje voor zich uit kijken.
TEA ADEMA
Zijn moeder stelde voor om vannacht om twaalf uur zijn ‘oude ik’ denkbeeldig bij het afval te doen. Het schoot me te binnen dat hij dan inderdaad jarig zou zijn. Wat een prachtig toeval! Het leek hem een goed idee en we spraken af dat hij dan eerst welgemeend ‘dank je wel’ tegen zijn ‘oude ik’ zou zeggen. Zijn ‘oude ik’ had hem tenslotte tien jaar op weg geholpen en het zou een beetje respectloos zijn om dat zo maar te dumpen. Hij kon daar ook nog veel mooie talenten van meenemen. En toen was het tijd om af te ronden. Zijn moeder zou hem helpen herinneren aan zijn ‘nieuwe ik’ op momenten dat het minder goed zou gaan. En om zijn nieuwe overgang nog extra kracht bij te zetten, zouden ze over de Afsluitdijk terug naar huis rijden. Ook een symbolische nieuwe overgangsfase. Hoe mooi kan toeval zijn… De vertaalmachine Met licht gebogen schouders kwam hij samen met zijn moeder binnen. Hij gaf me een slap handje, maar keek me recht aan. Zijn moeder had hem met zijn instemming aangemeld omdat hij zich faalangstig en weinig zelfverzekerd voelde. Op school ging het niet zo goed en hij moest terug van havo naar vmbo.
Al een hele poos voelde hij zich daardoor onzeker en hij kreeg steeds meer het gevoel dat hij niets waard was en dat hij de grip op zijn planning verloor. Ik liet hem zijn verhaal vertellen en vroeg hem vooral naar details over hoe hij was omgegaan met de teleurstellingen die hij had meegemaakt. Hij vertelde me over
bord met rode pijlen naar zijn vicieuze cirkel. Zijn doel was om zich goed, sterk en zelfverzekerd te voelen en zijn school af te maken, zodat hij na zijn examen misschien weer kon opstromen. Om daar te komen moesten we gaan ontdekken wat hem zou helpen op weg daar naartoe. Ik nam hem mee terug naar zijn verhaal.
‘Hij was bang dat hij voor nerd uitgemaakt zou worden en wilde graag gemiddeld zijn. Ik maakte hem een beetje in de war door veel verschillende vragen op hem af te vuren.' zijn acties en gevoelens, en ik vroeg hem naar zijn gedachten. Toen het verhaal afgerond was, schreef ik dit schematisch op het bord. In zijn nare gevoelens was ik niet zo geïnteresseerd, maar des te meer in de manier waarop hij zichzelf in deze situatie had gemanoeuvreerd. Door dit te onderzoeken kwamen we tot de ontdekking dat zijn gedachten over zichzelf, zijn capaciteiten en zijn prestaties hem uiteindelijk vasthielden en terugbrachten in een negatief patroon. Dit stond op het
Hij had onder andere in zijn eentje een gesprek aangevraagd met zijn mentor om over zijn resultaten te praten en met hem te bespreken wat zijn plannen waren. Ik vroeg hem wat dit eigenlijk betekende. Hij had geen idee wat er nodig was geweest om te doen wat hij had gedaan en dus hielp ik hem een handje. Ik noemde het moedig en sterk. Andere zaken die hij had verteld, vertaalden we als het hebben van doorzettingsPSC
15
PEDAGOGIEK VAM VERTROUWEN
pijlen bij, die de gedachten over zijn goede eigenschappen vertegenwoordigden. Deze pijlen konden we doortrekken naar het doel dat hij had geformuleerd. Hij gaf aan dat zijn actie om met zijn mentor te gaan praten toch best moeilijk was geweest, juist omdat hij vaak bang was om iets alleen te ondernemen. Ik zei hem hoe knap het juist hierdoor van hem was geweest om dit te doen. Hij vertelde daarop dat hij dan meestal iemand meevroeg om de eerste stap te zetten, omdat die voor hem de meeste spanning meebracht. De ‘vertaalmachine’ beoordeelde dit opnieuw als sterk in plaats van zwak door toe te geven dat er nu eenmaal zaken zijn die moeilijk zijn. Dan is het juist erg verstandig om hulptroepen in te schakelen. Hij gaf aan dat hij erg veel steun van zijn ouders ervoer en zijn moeder beaamde dit.
vermogen, zelfstandigheid, het vermogen tot observeren, planmatig denken, evalueren, doelgericht kunnen denken, flexibel kunnen zijn, eerlijk ten opzichte van zichzelf, adviezen van volwassenen kunnen overwegen en aan kunnen nemen, assertief zijn en nog een aantal
Het toetsen van zijn nieuwe doelen was een belangrijke volgende stap. We stelden vast dat zijn motivatie om zijn doelen te bereiken erg hoog was en dat het daarvoor nodig was dat hij zelf een besluit nam over zijn te halen doelen. Langs de vloerketting ging hij naast de 8 staan als passend cijfer op weg naar zijn doel. Hij vertelde dat hij er vertrouwen in had dat
vroeg welk beeld of welke gedachte hij hiervoor kon gebruiken. Hij zag een tekening van twee handen om een hart voor zich en zou dit thuis ophangen als gedachtesteun. Toen we zo rond waren en onze blik van het bord af haalden, vroeg ik hem of hij verder kon. Hij beaamde het en zei: ‘Ik was bang dat ik weer allemaal boodschappen zou krijgen die niet helpen, zoals ‘je doet het goed’ en ‘je kunt het wel’. Daar heb je niets aan.’ En dat was voor mij weer een leuke les om hem voor te bedanken. Maar het mooist was zijn vertrek. Ik kreeg een strakke blik en een krachtige mannelijke handdruk! • Tea Adema is coach voor kinderen en volwassen. Daarnaast geeft ze les aan beroepskrachten in de door haar ontwikkelde opleiding tot kindercoach. Zij schrijft artikelen over alles wat met kinderen en opvoeden te maken heeft. De boeken Ik leer leren en Zo veel te leren zijn van haar hand.
‘Het toetsen van zijn nieuwe doelen was een belangrijke volgende stap. We stelden vast dat zijn motivatie om zijn doelen te bereiken erg hoog was en dat het daarvoor nodig was dat hij zelf een besluit nam over zijn te halen doelen.'
eigenschappen die ik nu vergeten ben. Wat er bij hem gebeurde tijdens deze vertaling was, dat hij eerst een aarzelende instemming gaf, ‘mwaggh, mwoghh’, maar gaandeweg richtte hij zich op en de glimlach werd breder. Het kwam binnen, en hij was het met me eens dat hij, terwijl hij dacht dat hij aan het mislukken was, juist een prachtige prestatie had geleverd in zijn groei naar volwassenheid. Hij had helemaal alleen een besluit genomen over zijn doel en hiernaar gehandeld. Ik nam hem weer even mee naar het schema op het bord. We keken naar de rode lijnen van zijn gedachten die hem in zo’n nare vicieuze cirkel gevangen hadden gehouden. Ik tekende er groene 16
PSC
zijn doelen haalbaar waren en hij voelde zich er stevig in. Ik kon het niet laten om dit even te testen door hem omver te duwen. Het ging, en ik plaagde hem een beetje door te zeggen dat hij zich toch niet van zijn doel liet wegduwen door anderhalve meter. Hij keek me aan en in een split second zag ik hem verstrakken. Toen ik opnieuw duwde, kreeg ik er geen centimeter beweging in! Dat had hij al eerder geleerd en ik adviseerde hem om dit in te zetten op momenten dat het nodig was. Er restte ons nu nog één ding: hoe zou hij onthouden dat hij zijn opnieuw hervonden zelfvertrouwen en zijn doel zou halen? Ook dit wist hij in binnen een seconde te benoemen toen ik hem
TEA ADEMA
SPELENDERWIJS COMMUNICEREN
Door: Simone Griffin en Dianne Sandler Waarom motiveren? Om met Mary Poppins te spreken: ‘Met een schepje suiker gaat het drankje zó naar binnen.’ Dat geldt absoluut niet alleen voor kinderen met autisme. We hebben allemaal motivatie nodig, een reden om iets te doen. Denk maar eens terug aan je eigen schooltijd. Herinner je je een docent die je motiveerde en inspireerde om te leren? De manier waarop hij zijn vak bracht, maakte dat je graag wilde luisteren en leren, en lang na de les wist je nog wat hij had verteld. Misschien heeft die leraar zelfs wel een grote rol gespeeld in je beroepskeuze.
Spelenderwijs leren communiceren Het boek Spelenderwijs leren communiceren van Simone Griffin en Dianne Sandler is geschikt voor iedereen tussen de 1 en 100. Bij het schrijven hadden de auteurs ouders, verzorgers en begeleiders van kinderen met autisme voor ogen. De spelletjes en activiteiten kunnen een bron van inspiratie zijn voor leerkrachten en andere professionele krachten die werken met kinderen met autisme. Daarnaast zullen ook kinderen met andere speciale behoeften, of ook wel zonder speciale behoeften, genieten van de spelletjes en activiteiten. De uitdaging is om die activiteiten eruit te zoeken die jouw kind leuk vindt. Uitgeverij Pica, paperback, ISBN9789077671542, Prijs: € 15,00
Vergelijk dat positieve gevoel eens met de herinnering aan een andere docent: iemand die je alleen maar is bijgebleven om alle verkeerde redenen. Wat herinner je je nog? Een saaie presentatie, lange, onbegrijpelijke zinnen, een eentonige stem, en… het had niets te maken met wat jou bezighield! En wat die docent je nu eigenlijk wilde bijbrengen, kun je al helemaal niet bedenken. Motiveren houdt eigenlijk in dat je je richt op enthousiasmeren en interesse wekken bij het kind, zodat het graag met je wil communiceren en samenwerken. Er bestaat geen algemeen geldende formule om dit voor elkaar te krijgen, aangezien niet alle kinderen van dezelfde dingen houden en ze ook niet altijd van hetzelfde blijven houden. Net als volwassenen hebben ze verschillende voorkeuren, en het is aan ons om inzicht te krijgen in welke dat zijn. Door de wereld van het kind uit te breiden en nieuwe interesses voor hem te zoeken, zul je merken dat er deuren voor een kind opengaan waardoor het nieuwe communicatievaardigheden aanleert en hier plezier aan beleeft.
Kenmerkende beperkingen De drie meest opvallende gedragskenmerken van kinderen met autisme zijn: • problemen in de communicatie, zowel verbaal als non-verbaal; • moeite met sociale interactie; • zich herhalend gedrag of beperkte, obsessieve interesse. De combinatie van problemen op deze drie gebieden maakt het ontwikkelen van communicatievaardigheden bij kinderen met autisme tot een uitdaging. Soms kun je de kenmerken van autisme echter ook in je voordeel laten werken. Zo kunnen de obsessieve interesse en het enthousiasme voor een specifiek onderwerp ook een enorme kracht zijn: als je er eenmaal achter bent wat die interesse is, heb je een sterke motivator voor het kind gevonden om met je te communiceren. PSC
17
SPELENDERWIJS COMMUNICEREN
Communiceren kan de hele dag door Kinderen met autisme communiceren op diverse niveaus. Zo zijn er kinderen die praten, andere gebruiken gebarentaal, weer andere gebruiken pictogrammen om hun boodschap over te brengen en weer andere proberen dat wat ze willen, zelf te pakken, ofwel ze wijzen het aan. Belangrijk is dat je goed doorziet welke methoden het kind gebruikt en hoe je hem kunt helpen en stimuleren. Er zijn elke dag talloze gelegenheden om communicatievaardigheden te ontwikkelen. Je kunt met relatief weinig moeite je eigen gedrag of de omgeving zodanig aanpassen dat er veel meer oefensituaties ontstaan.
Doe iets ongewoons of onverwachts Als je kind in bad zit, kun je iets creatiefs doen zoals een broertje of zusje vragen erbij in bad te stappen, terwijl hij/zij zijn sokken nog aanheeft. Zo creëer je een gelegenheid om over ‘domme’ dingen te communiceren. Niets zeggen In plaats van je kind te vragen wat hij wil eten, als hij naar de keuken komt, kun je voor de (koel)kast gaan staan en niets zeggen. Als hij echt honger heeft, zal hij aangeven dat hij iets wil eten of drinken, waarna je kunt reageren.
Communicatiestrategieën Buiten bereik Als je kind dol is op een bepaalde dvd, leg die dan zo hoog dat hij er niet bij kan. Je kind zal dan met je moeten communiceren om te krijgen wat hij wil.
Creatieve ‘stomheid’ (expres fouten maken) Je kunt doen alsof je iets niet weet, of ‘per ongeluk’ een fout maken om een reactie uit te lokken. Dat stimuleert je kind om met je te communiceren door óf te vragen wat hij wél wil, commentaar te geven dat je iets niet goed hebt gedaan of je te vertellen hoe het wel moet.
Speelgoed met een specifiek doel, dat het kind niet zelfstandig kan gebruiken Stel je kind wil iets doen dat hij zelfstandig niet kan, bijvoorbeeld bellenblazen, een ballon opblazen of mechanisch speelgoed opwinden. Wacht in zo’n geval even tot hij om hulp vraagt of anderszins communiceert dat hij hulp nodig heeft.
Kiezen In plaats van je kind steeds hetzelfde aan te bieden (bijvoorbeeld appelsap) kun je hem laten kiezen: ‘Wil je appelsap of chocolademelk?’ Je kind hoeft niet te kunnen praten om dergelijke keuzes te kunnen maken: je kunt twee mogelijkheden laten zien en je kind stimuleren om aan te wijzen wat hij wil.
Alles op één na Als je je kind helpt met aankleden, kun je hem een stapeltje kleding geven, maar daarbij één ding ‘vergeten’, zoals een schoen of sok, zodat hij je om het missende kledingstuk moet vragen.
Motiveren met eten Sommige kinderen met autisme zijn goed te motiveren met eten. Het creëren van een communicatief-rijke omgeving rond maaltijden, tussendoortjes en koken kan je kind helpen met het maken van contact en het uitbreiden van zijn communicatievaardigheden. Op deze manier verbetert hij zijn communicatie en doet hij iets waarvan hij geniet: lekker eten. Eten is ook een prima middel om sociale vaardigheden aan te leren. Je kunt dan denken aan zaken als eten delen met de ander, commentaar leveren op dingen die je lust, of familieleden of vrienden vragen wat ze willen eten.
Stuk voor stuk Als je kind graag cake eet, of graag met een knikkerbaan speelt, geef hem dan niet een hele plak of alle onderdelen tegelijk en wacht tot hij om de rest vraagt. Dingen aanbieden die het kind niet wil; ‘nee’ leren zeggen Om je kind aan te sporen ‘nee’ te communiceren kun je hem dingen aanbieden die hij niet lust of niet fijn vindt. Vraag bijvoorbeeld of hij een dvd wil kijken waarvan je weet dat hij die niet leuk vindt.
Brood De meeste kinderen vinden brood lekker en met een beetje creativiteit rond etenstijd kun je veel mogelijkheden tot communicatie creëren. Daarbij gaat het niet zozeer om het oefenen van een specifieke vorm van communiceren, maar om de dagelijkse routine hieromtrent. Vormen Snij toast met een mes of uitsteekvormpje in diverse vormen, of laat je kind vragen om een specifieke vorm. Je kunt van de figuurtjes ook afbeeldingen maken: een vierkant met een driehoek erboven is een huis, diverse rondjes achter elkaar met twee dunne reepjes op de voorste cirkel als voelsprieten, stellen een rups voor. Toast met een gezichtje Er zijn allerlei vormen van beleg die je kunt gebruiken om een gezichtje op toast mee te maken (afhankelijk van wat je kind lekker vindt). Hartige voorbeelden zijn: geraspte kaas, wortel of komkommer als haar; cherrytomaatjes of plakjes partykomkommer als ogen en een mond van een plakje avocado of een half plakje tomaat. Motiveren met (uitdeel)speelgoed Kinderen met autisme spelen over het algemeen erg graag met uitdeelspeelgoed, zoals bellenblaas, ballonnen, autootjes en opwindspeelgoed. Om dit speelgoed interessant te houden, adviseren we er een speciale doos (met deksel) voor te maken en die buiten bereik van je kind te bewaren. Zo kan hij er niet zelf over beschikken en blijft het spannend. Het beste kun je beginnen met je kind zelf te laten kiezen wat
18
PSC
SIMONE GRIFFIN EN DIANNE SANDLER
hij wil doen. Zo begint de speeltijd positief. Uitdeelspeelgoed kan ook broertjes en zusjes ertoe aanzetten om mee te doen. Zo krijgt je kind de kans om belangrijke sociale vaardigheden aan te leren, zoals op zijn beurt wachten. Bellenblazen Bellenblazen is een snelle en veelzijdige activiteit die je kunt inzetten om communicatievaardigheden te leren, zoals taal, en begrippen als omhoog/omlaag, groot/klein, een/veel, prikken/ slaan/klappen, mijn beurt/jouw beurt, blazen en tellen. Grote en kleine bellen Als je snel blaast, krijg je een heleboel kleine belletjes, zacht en langzaam blazen maakt de bellen groter. Voordat jij of het kind gaat blazen, kan hij kiezen of hij grote of kleine bellen wil. Prikken, klappen en slaan Je kunt je kind stimuleren om op verschillende manieren bellen stuk te maken, bijvoorbeeld door er met een vinger in te prikken, door ze tussen de handen stuk te slaan of erop te gaan staan. Moeilijker wordt het als je hem de bellen stuk laat maken met verschillende lichaamsdelen: neus, knie enzovoort.
'Om je kind te motiveren is het verstandig te beginnen op een moment dat hij niet gestrest is, met iets wat hij al leuk vindt en wat hij goed kan.' Motiveren met sociaal spel Kinderen met autisme vinden het vaak moeilijk om samen te spelen, zowel met volwassenen als met andere kinderen, dus is het belangrijk zoveel mogelijk gelegenheden te creëren waarbij het kind kan leren met anderen te communiceren en het gezelschap van andere mensen te waarderen. Om je kind te motiveren is het verstandig te beginnen op een moment dat hij niet gestrest is, met iets wat hij al leuk vindt en wat hij goed kan. Door zoveel mogelijk situaties voor je kind te creëren waarin hij zich sociaal moet gedragen, help je hem om vaardigheden te leren die hij de rest van zijn leven nodig heeft, zoals delen, vriendschap opbouwen, probleemoplossend gedrag, geduld, op je beurt wachten enzovoort. Muzikaal speelgoed Heel veel kinderen met autisme houden van muziek en genieten van speelgoed met muziek of geluid. Muzikaal speelgoed heeft het voordeel dat je er iets mee moet doen (oorzaak-gevolg) zodat je kind ook actief deelneemt aan het spel. Muzikaal speelgoed kan helpen bij het aanleren van sociale vaardigheden, op je beurt leren wachten en ritmes en handelingen nabootsen. Nog een keer! Je kunt veel plezier hebben met een eenvoudige dictafoon of een computer/mobieltje met een opname- en afspeelmogelijkheid. Kinderen vinden het geweldig om een opname van zichzelf te horen. Zing een favoriet liedje dat je daarna afspeelt of laat je kind (korte) zinnen uit een boek nazeggen en neem dat op. Als je dat dan na elkaar afspeelt, is het een luisterboekje geworden dat je kind zelf heeft ingesproken. Zelfgemaakte instrumenten Er is veel plezier te beleven met zelfgemaakte instrumenten. Dat kan bijvoorbeeld een lege plastic fles zijn gevuld met
gedroogde peulvruchten, of een stok met daaraan metalen doppen gebonden, om mee te rammelen. Door de instrumenten in een doos te doen houd je de controle over wanneer het ‘muziektijd’ is, anders loop je het risico dat je kind de hele dag door alles als muziekinstrument gebruikt. Motiveren met buitenspelen Veel kinderen met autisme zijn graag actief bezig. Als je met je kind naar buiten gaat, heb je een grotere ruimte tot je beschikking, waar je grotere, viezere en luidruchtigere dingen kunt doen dan binnen. Buitenspel wordt vaak gedaan met meerdere kinderen en eventueel volwassenen en is daarom een uitstekende manier om sociale vaardigheden te oefenen. Als je buiten bent, kun je andere kinderen uitnodigen met jullie mee te spelen. Je kunt je kind leren hoe hij een vriendje kan vragen om mee te doen met een spel, en het is ook een uitstekende gelegenheid om vaardigheden als (op je beurt) wachten te leren. Spelen in de tuin Een tuin of een parkje is voor kinderen heel fijn. Er zijn vaak wel dingen te vinden waarmee een kind kan spelen, en er is extra ruimte voor beweging. Hindernisbaan Je kunt oude banden, hoepels, touw, pylonen, houten planken, krijt, speeltunnels of minitrampolines inzetten om een hindernisbaan of apenspel te maken. Zet tijdens het spelen ook eens muziek op en doe daarmee een start-stop-spel (waarbij je bijvoorbeeld mag klimmen en rennen als de muziek speelt, maar stil moet staan als die stopt). Krijt en water Met een kwast en een pot water of wat krijt kan je kind tekenen of schilderen op muren, hekken, tegels of beton (op plaatsen waar dat mag). Laat je kind aangeven wat hij wil dat jij voor hem tekent, of laat hem beschrijven wat hij heeft getekend. Ook het ouderwetse hinkelspel kun je spelen als je met krijt de vakken en cijfers getekend hebt. Motiveren thuis en op school Er zijn zowel in je eigen huis als op school een heleboel dingen te vinden waar je kind mee kan spelen. Je kunt veel beschikbaar speelgoed op meerdere manieren gebruiken, waarbij je het kind kunt motiveren tot communicatie. Zorg er wel voor dat niet altijd al het speelgoed onder bereik is. Berg een deel op en varieer het gebruik. (helling)banen en rollend speelgoed Veel kinderen met autisme vinden het erg leuk om te spelen met dingen die van (helling)banen af gaan, zoals autobanen, knikkerbanen en speelgoed dat rolt. Knikkerbanen Een knikkerbaan is uitstekend speelgoed om zo’n beetje elke vorm van communiceren mee te oefenen, en bijna alle kinderen met autisme (maar ook volwassenen) vinden het leuk om ermee te spelen. Je kunt het over het aantal gootjes of knikkers hebben, en de kans is groot dat je kind om hulp zal moeten vragen, vooral tijdens het bouwen van de baan. Jij kunt de knikkerbaan bouwen of je kind stimuleren er zelf een te bouwen met behulp van voorbeeldplaatjes. Glijbanen Glijbanen zijn ook ideaal om dingen van af te laten rollen. Je kunt de lievelingsknuffels en speeltjes van je kind op een ritje van de glijbaan trakteren. Misschien wil je kind wel meedoen om te zien wie er sneller gaat: hij of de knuffels. • PSC
19
Stimuleert een goede geestelijke gezondheid Werkt ontspannend en rustgevend Tijdens het zoeken naar de oorzaak van je neerslachtig voelen, is het nuttig iets te doen om de meest vervelende verschijnselen (onbestemde onrustgevoelens, je angstig voelen, slecht slapen en dergelijke) op te heffen of zoveel mogelijk te verminderen. Neurapas® balance bevat drie werkzame bestanddelen die elkaar aanvullen en versterken en die daarbij helpen.
NEURAPAS balance
De werkzame stoffen in Neurapas® balance zijn Sint-Janskruid, valeriaan en passiflora. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat Neurapas® balance bij neerslachtige, sombere gevoelens snel en zonder bijwerkingen verlichting brengt. Dit bereikt u al door 3x daags 1 tablet in te nemen. 60 tabletten € 17,50
Prins Hendrikweg 2 - 3771 AK Barneveld www.sanopharm.com - info@sanopharm.com
100% natuur. 100% puur.
Ashana Holistic Education
Instituut voor Eclectische Energetische Natuurgeneeskunde
Scholingen voor profesionals
Secretariaat: Mariet van Buuren BNG® Thornerweg 3A, 6097 NC Panheel, telefoon 0475 - 572988
Nieuwetijdskindercoach Energetische kindertherapie Kinder-mindfulness Hypnotherapie bij kinderen Paranormale kinderen begleiden Hoogsensitiviteit in de praktijk Voor meer info: www.ashana.biz
E-mail: info@instituuteen.nl website: www.instituuteen.nl Geaccrediteerd door CPION, SNRO, KTNO, ZHONG, VIV, VBAG, LVNG, de NFG, BATC, RING, ERC, NRR en het Rode Kruis
Opleidingen (HBO Niveau) Registeropleiding Eclectisch Energetisch Natuurgeneeskundig Therapeut SHO Registeropleiding Medische en Psychosociale basiskennis
Bijscholingen, cursussen en workshops Klassieke Homeopathie, Feng Shui, Ankhtherapie, Voetreflexologie Dolfijnenergie, Communicatie en NLP binnen de hulpverlening
Geaccrediteerd door SNRO, NBVH Door KTNO, voor BATC, LVNG, VBAG Erkend door VIV en door NFG Grotestraat 18 5931 CV Tegelen (Venlo) Tel: 077-3740538 Mail: info@ashana.biz 20
PSC
Werken met de E.E.N.® Energetica, EHBO, BLS en AED Jaarlijkse nascholing Medische vakken en EHBO, BLS en AED
DAS
Kinderen, liefde & dominantie 'Love is the child of freedom, never that of domination' (Erich Fromm) Door: mr. drs. Shirin Slabbers, juriste bij DAS Een kind wordt in de regel geboren uit liefde. Helaas gaat die liefde soms over. In heftige echtscheidingssituaties komt het kind dan wel eens tussen twee vuren te staan en heeft het dan soms professionele hulp nodig. Wat te doen als niet beide ouders toestemming daarvoor geven? Juridisch gezien heeft het kind geen zeggenschap over het aangaan of de inhoud van een psychologische begeleiding of behandeling als het jonger is dan 12 jaar. Beide ouders met ouderlijk gezag moeten dan toestemming geven. U moet het kind hierover dan wel informeren, voor zover dat past bij zijn of haar bevattingsvermogen. Dubbele toestemming Als het minderjarige kind 16 jaar of ouder is, hebben de ouders weer niets te bepalen. In de tussencategorie geldt de eis van de dubbele toestemming; zowel de ouders met ouderlijk gezag als het kind
moeten toestemming geven. Alleen als het kind de begeleiding of behandeling weloverwogen blijft wensen ondanks de weigering van (een van) de ouders, mag daartoe worden overgegaan. Ernstig nadeel De andere uitzondering op de dubbele toestemming is dat niet begeleiden of behandelen kennelijk ernstig nadeel voor het kind oplevert. In de literatuur en rechtspraak zijn daarvan voorbeelden te vinden zoals abortus of de behandeling van een geslachtsziekte. Of het begeleiden of behandelen van een kind vanwege ernstige loyaliteitsproblemen of om andere psychische redenen daar ook onder valt, is nog niet te vinden in het recht.
sprake is van genoemde uitzondering. Ook niet als de motieven van de ’geen toestemming verlenende ouder’ niet zuiver, niet in het belang van het kind zijn. Helaas is dat vaak zo. Het kind is dan het slachtoffer van de (onredelijke) dominantie, na de verdwijning van de liefde tussen de ouders. Vervangende toestemming Er bestaat wel een oplossing: de ouder die wél voorstander is, vraagt vervangende toestemming aan de kinderrechter. Zodra die is verkregen, heeft u de vrijheid om het kind helpen. •
Beide ouders Het is aan de hulpverlener om zich ervan te vergewissen dat beide ouders toestemming geven. Als een van de ouders dat (ondanks het belang van het kind) niet doet, mag geen begeleiding of behandeling worden gegeven, tenzij PSC
21
HOOGGEVOELIGHEID
In gesprek met Nelleke Lust en Anja Rijkhoff
Problemen op school met haar dochter, 15 jaar geleden, vormden de aanleiding voor Nelleke Lust om op zoek te gaan naar de oorzaak van deze problemen: het bleek hooggevoeligheid te zijn. Het materiaal dat Nelleke over hooggevoeligheid verzamelde, deed haar beseffen dat ze zelf ook hooggevoelig is. Anja Rijkhoff, collega-therapeut van Nelleke, kwam tot het besef dat ze hooggevoelig is, in de moeilijke periode die volgde na het overlijden van haar man. Tijdens een intervisiebijeenkomst leerden Nelleke en Anja elkaar kennen en hun gemeenschappelijke interesses en belevingswereld met betrekking tot hooggevoeligheid leidden al snel tot het samen ontwikkelen van een training voor leerkrachten: “Bewust(er) zijn voor hooggevoelige kinderen”. Naast de training zijn ze ook bedreven in het begeleiden van hooggevoelige kinderen en (jong) volwassenen, binnen hun praktijk, als spiritueel therapeut, en beiden hebben binnen het onderwijs als leerkracht ervaring opgedaan. Momenteel is Anja nog actief binnen het onderwijs en Nelleke niet meer. Nelleke verzorgt nu voorlichtingsavonden voor ouders van hooggevoelige kinderen en dialoogavonden voor hooggevoelige jongvolwassenen. Ze 22
PSC
merkt dat hier een enorme behoefte aan bestaat. Het gedrag van hooggevoelige kinderen wordt dikwijls als ADHD bestempeld, terwijl ze in werkelijkheid helemaal niet hyperactief zijn. Toch kunnen hooggevoelige kinderen druk gedrag vertonen, als voor hun gevoeligheid geen oog is. Vaak worden zij hierdoor onbegrepen en kunnen hierdoor vastlopen. Anja en Nelleke weten vanuit hun therapeutische ervaring dat steeds meer mensen hun hele leven in contact blijven met de kwaliteiten van het jonge kind. Kleine kinderen leven heel vanzelfsprekend vanuit hun intuïtie en omdat kinderen deze wijze van ervaren als het meest wezenlijke beschouwen, blijven ze dit
doen, ook als ze ouder worden. Mensen die vanuit hun intuïtie leven, staan meer in contact met hun rechterhersenhelft. Hier zit het zogenaamde beelddenken, dat bij hooggevoelige mensen een veelvoorkomend verschijnsel is. De eigenschappen die bij de rechterhersenhelft horen, worden vaak binnen het schoolsysteem niet gepromoot. Op scholen worden mensen klaargestoomd voor de maatschappij, waarbij vooral het abstracte niveau ( dat in de linkerhersenhelft zit) wordt aangesproken. Om als mens in balans te zijn is het belangrijk om zowel je linker- als je rechterhersenhelft te gebruiken. Naar de mening van Anja en Nelleke is de balans binnen het onderwijs teveel gericht op het cognitieve: er wordt te weinig aandacht besteed aan activiteiten die ook de rechterhersenhelft stimuleren. Het volgende praktijkvoorbeeld is hiervan een illustratie: Jolien kwam in de praktijk van Nelleke. De moeder van Jolien zocht contact met Nelleke, omdat haar dochter concentratieproblemen had. Op school vertelde de leerkracht dat Jolien een ongeïnteresseerde indruk maakte en ze vroeg zich af of Jolien wel beschikte over de juiste verstandelijke vermogens. Met andere woorden: de
NELLEKE LUST EN ANJA RIJKHOFF
leerkracht vond Jolien dom. Tijdens de therapie kwam Nelleke al snel tot de ontdekking dat Jolien zich wel degelijk kon concentreren en dat het wel degelijk een slimme meid is, als zij maar aangesproken wordt op haar talenten en interesses. Ze blijkt een kind te zijn dat snel verbindingen kan leggen en heel veel mogelijkheden ziet, waardoor het soms
en bij alle nationaliteiten. Het feit dat niet alleen blanke Nederlandse kinderen hooggevoelig kunnen zijn, maar dat bijvoorbeeld ook Indonesische, Turkse of Marokkaanse kinderen dit kunnen zijn, realiseerde Anja zich met een schok. Een jongetje, in haar groep, had haar namelijk al een aantal malen gevraagd hoe het met haar ging en Anja had al een aantal ken-
' Hooggevoeligheid is zeker geen afwijking, maar een prachtig instrument.' wat langer duurt voordat ze met een antwoord komt. Verder werd duidelijk dat Jolien een beelddenker is. Ze vond dit fijn om te horen. Ze begrijpt nu waarom een leerkracht die hier niets van weet, haar bijna niet iets kan uitleggen tijdens een les in de klas, wat aansluit op haar belevingswereld. Ze denkt in beelden, maar dit is heel moeilijk uit te leggen. In de klas van Jolien wordt dit niet (h)erkend. Gelukkig kreeg Jolien het volgende jaar een andere leerkracht, die haar wel op waarde wist te schatten en haar tot volle bloei liet komen. Informatieverwerking van hooggevoelige kinderen en de reactie daarop zijn soms anders dan waar in het algemeen van uit wordt gegaan. Hierdoor voelen ze zich vaak niet begrepen. Volgens Anja kan dit naast eventuele leerproblemen leiden tot ontwikkelingsproblemen, zoals het ontbreken van zelfvertrouwen. Hooggevoelige kinderen beleven alles wat er om hen heen gebeurt, intenser dan andere kinderen. Ze schrikken sneller, zijn sneller geïrriteerd en kunnen zich extreem druk maken over details die een ander niet eens opmerkt. Hooggevoeligheid is zeker geen afwijking, maar een prachtig instrument. Als je eenmaal weet hoe je er mee om kunt gaan, kun je er veel profijt van hebben, aldus Nelleke. Onderling kunnen hooggevoelige kinderen ook veel verschillen; niet iedereen heeft immers hetzelfde karakter. Hooggevoeligheid komt bij zowel jongens, als meisjes voor. Alleen uiten jongens zich anders dan meisjes. Jongens uiten zich bij overprikkeling eerder agressief en meisjes zullen eerder gaan huilen. Voor jongens is huilen eigenlijk ‘not done’, omdat ze dan gepest kunnen worden of voor ‘watje’ worden uitgemaakt. Hooggevoeligheid komt voor in alle lagen van de bevolking, maar ook in alle landen
merken van hooggevoeligheid bij hem opgemerkt, maar hij was Turks, dat kon toch niet? Tot ze zich realiseerde dat hij net zo goed hooggevoelig kon zijn als elk ander kind. Immers, ongeveer 20 % van alle mensen is hooggevoelig. Elaine Aron, een wetenschapper uit Amerika, kwam tot deze ontdekking, nadat zij onderzoek had gedaan naar hooggevoeligheid. Hooggevoeligheid komt, zoals gezegd, zowel bij jongens als bij meisje voor en is voor een belangrijk deel erfelijk. Zo herinnert Nelleke zich haar opa ook als een hooggevoelige man, maar destijds bestond er nog geen naam voor. Inmiddels hebben Anja en Nelleke sinds 2012 al heel wat leerkrachten mogen begroeten in hun training. De training is zo samengesteld dat er een logische volgorde in opbouw is. Het leren herkennen en erkennen van hooggevoeligheid is hierin essentieel. Aan de hand van praktische tips kunnen de leerkrachten zelfstandig aan de slag. Ook komen leerkrachten regelmatig met praktische vragen. Zo kwam laatst de vraag naar voren: ‘Wat kan ik als leerkracht doen, als een kind al moe op school komt en de moeder hier wanhopig van wordt?’ Dit is een terechte vraag. Het komt regelmatig voor dat hooggevoelige kinderen al moe op school aankomen, nog voordat de lessen beginnen. Vaak heeft dit ook te maken met de intense dromen, die ze ’s nachts hebben. Om even terug te komen op de vraag wat je als leerkracht kan doen, kwamen we gezamenlijk tot de volgende oplossingen. Inventariseer wat een kind al heeft meegemaakt voordat het naar school komt. Hoe laat staat het gezin bijvoorbeeld op? Is er ruim voldoende tijd voor het kind om zich te wassen, aan te kleden, tanden te poetsen? Kan het gezin in alle rust ontbijten aan tafel of krijgt het kind een boterham op schoot voor de televisie? Draalt het kind bij het uitkiezen van de kleding?
Waarom dan niet ’s avonds voor het naar bed gaan de kleding al klaar leggen? Zo kan het kind ook moe worden van de wifi die nog aanstaat ’s nachts, of van een elektrische wekker naast het bed. Zaken waar je normaal gesproken niet zo bij stilstaat, maar het is wel iets waar terdege rekening mee gehouden moet worden. Door deze zogenaamde elektrosmog kunnen kinderen niet opladen ’s nachts. Leerkrachten die de training hebben gevolgd, komen tot de ontdekking dat hun nieuwe benaderingswijze naar de kinderen toe geen windeieren legt in de klas. Ze merken, doordat zij de kinderen anders benaderen, dat er rust ontstaat in de klas. Kinderen zijn een ster in het oppakken van sferen. Als de juf ontspannen is, heeft dit zijn weerslag op de groep. •
Hoe herken je een hooggevoelig kind? • ze zien veel, nemen kleine veranderingen waar • staan graag 'langs de kant' om te observeren • scherp horen, bijvoorbeeld geluiden snel 'hard' noemen • geïrriteerd zijn door kleine ongemakken, zoals labeltjes in kleding • aanvoelen van stemmingen en emoties • zich snel zorgen maken • toetrekken naar kinderen die enigszins buiten 'de groep' vallen • behoefte hebben aan een rustige omgeving met niet te veel mensen • moeite hebben met veranderende omstandigheden • de kwetsbaarheid van anderen zien en begrijpen • tijd nodig hebben om aan een nieuwe situatie of omgeving te wennen • groot inlevingsvermogen in de gevoelens van anderen • niet van verrassingen houden • op jonge leeftijd al in staat zijn tot zelfreflectie • niet in het middelpunt van de belangstelling willen staan • diepzinnige vragen stellen • eindeloos willen weten 'waarom'
Meer informatie over de training “Bewust(er) zijn voor het hooggevoelige kind” is te vinden op de website van Nelleke (www.nellekeenco.nl) en Anja (www. anja-aspiratie.nl)
PSC
23
ZINTUIGENPRIKKELS
In deze rubriek bespreken we elke editie vakgerel a te e r d e b o e ke n , c d ’s , d vd ’s e n ap p s .
Opvoeden tot geluk Help je tiener puberen Onze kinderen behoren tot de gelukkigste van heel Europa, maar tijdens de tienerjaren kent hun geluksniveau een plotse daling. Veel ouders kijken dan ook met enige angst uit naar de puberteit van hun zoon of dochter. Er kan zoveel fout gaan - conflicten thuis en op school, alcohol en drugs, psychische problemen, criminaliteit... Een tiener loopt het gevaar om in zeven sloten tegelijk te sukkelen, zo lijkt het wel. Daarom schieten veel ouders in een kramp en focussen ze vooral op het vermijden van problemen. Waarschuwen dus, en duizend keer zeggen: 'Zorg dat je niet...' Maar het kan ook anders. Opvoeden tot geluk kiest er resoluut voor niet te blijven hangen bij wat er allemaal fout kan gaan, maar de aandacht te vestigen op de positieve kanten van je puber. Want ja: die zijn er ook! Het blijkt bovendien effectiever te zijn om die positieve kanten te versterken dan te blijven hameren op de negatieve. Dit basisinzicht uit de positieve psychologie passen Jacqueline Boerefijn en Ad Bergsma toe op tieners én hun ouders. Aan de hand van concrete praktijkvoorbeelden tonen ze hoe je als ouder je tiener door de puberteit heen kunt coachen en hem of haar kunt helpen om later als een evenwichtige volwassene op eigen benen te staan. Opvoeden tot geluk, Jacqueline Boerefijn en Ad Bergsma Uitgeverij Lannoo, ISBN 940140228
24
PSC
De mythes van geluk Wetenschappelijke inzichten in wat ons echt gelukkig maakt Bijna iedereen accepteert de zogenaamde ‘mythes van geluk’: de overtuiging dat sommige gebeurtenissen in het leven (het huwelijk, kinderen, een goede baan, rijkdom) ons gelukkig maken en dat tegenslagen (gezondheidsproblemen, verbroken relaties, financiële problemen) ons ongelukkig maken. Zelfs na de ingrijpendste gebeurtenissen in het leven – mooi of minder mooi – keren we uiteindelijk terug naar ons initiële geluksniveau en vergeten we al snel wat ons zo opgetogen of ongelukkig maakte. In dit boek onderzoekt Sonja Lyubomirsky op verfrissende wijze de grootste keerpunten in ons leven. Ze ontrafelt aan de hand van talloze, herkenbare voorbeelden de mythes van geluk en nodigt ons uit om er op een andere manier naar te kijken: het is tijd voor actie! De mythes van geluk, Sonja Lyubomirsky Uitgervij A.W. Bruna LeV., ISBN 9789400502901
ZINTUIGENPRIKKELS
Zeg nee! Gedrag in goed banen leiden door het versterken van executieve functies
Recensie: Anja van de Weerd Zeg nee! is de titel van het boek dat geschreven is door Ellen Luteijn. ‘Nee kunnen zeggen,’ betoogt zij,’ heeft een relatie met executieve functies en dat zijn weer de hersenfuncties die belangrijk zijn bij het aansturen en uitvoeren van sociaal en doelgericht gedrag.’ Het gedrag van opgroeiende kinderen kunnen we dus beïnvloeden door het versterken van deze functies. Voorbeelden van executieve functies zijn: aandacht en concentratie, plannen en organiseren, ordenen, zelfbeheersing, emotieregulatie, timemanagement etc. Meestal worden deze functies pas in kaart gebracht als er een probleem is. Beter is natuurlijk, om dat gewoon voor te zijn door te begrijpen wat executieve functies zijn en hoe je ze kunt ontwikkelen. Goed ontwikkelde executieve functies zijn onontbeerlijk voor “later”. Het zijn de bouwstenen waarmee bijvoorbeeld relaties opgebouwd kunnen worden, keuzes gemaakt kunnen worden, flexibiliteit in situaties kan worden getoond, kinderen kunnen worden opgevoed etc. Hoe beter de executieve fucties zijn ontwikkeld, des te groter de zelfsturing dus is. Dit laatste zal ons als hulpverlener als muziek in de oren klinken. Ellen Luteijn heeft per leeftijdsfase (peuter tot jongvolwassenen) uitgewerkt wat er nodig is om de executieve functies te ontwikkelen. Daarbij heeft ze als uitgangspunt dat iedereen uniek is op zijn of haar eigen wijze en er dus afgestemd moet worden op bijvoorbeeld de leerstijl en de omgeving. Zeg nee! leest gemakkelijk en is tot mijn verbazing alleen geschreven voor ouders en leerkrachten. Eerlijk gezegd mag daar voor mij de hulpverlener ook bij gezet worden. Ik vind het bijzonder nuttig en handig. Ellen Luteijn reikt ons veel informatie aan in de vorm van overzichtjes, tips en testjes en allemaal aansluitend op de praktijk van alledag. Ik word daar altijd bijzonder blij van. Een aanrader dus. Ellen Luteijn is ontwikkelingspsycholoog (de VISK-vragenlijst komt van haar hand) en moeder van drie pubers. Zeg nee!, Ellen Luteijn Uitgeverij Pica, ISBN 9789491806056
Het boekje over geluk 'Wat is geluk?' vroeg mijn lievelingsneefje Benjamin. Geen makkelijke vraag, maar ik probeer er in dit boekje antwoord op te geven. Gelukkig heb ik hulp gehad van een heleboel bekende mensen, die door de tijd heen iets over geluk hebben gezegd. Een prachtig cadeauboekje (met een leuk memoryspel!) om jong en oud mee blij te maken. Het boekje over geluk, Geronimo Stilton Uitgeverij Wakkere Muis, ISBN 9085920558
De 7 sleutels tot geluk Volgens Chopra is geluk het doel van ons leven. Veel mensen leven in de overtuiging dat geluk te maken heeft met succes, rijkdom, gezondheid of een goede relatie. Er is een enorme sociale druk om te geloven dat die verworvenheden hetzelfde zijn als geluk. Maar die veronderstelling is onjuist, het zijn bijproducten van geluk en er is geen oorzakelijk verband. Chopra geeft een aantal sleutels om ons te ondersteunen in het bereiken van ons levensgeluk en die gaan van een goed contact met ons eigen lichaam naar het besef dat de wereld zich niet buiten jou maar in jou afspeelt. • De 7 belangrijkste elementen om tot een gelukkig leven te komen. • Bevat de belangrijkste thema's uit het werk van Deepak Chopra. • Een hebbeboekje, cadeau en inspiratiebron. • Zowel voor de beginnende Chopra-liefhebber als de routinier een onmisbaar werk. De 7 sleutels tot geluk, Deepak Chopra Uitgeverij Kosmos, ISBN 9021547740
Geluk The World Book of Happiness. In dit uitdagende boek delen 100 topexperts in de positieve psychologie, van IJsland tot Zuid-Afrika en van China tot Australië, de kennis die zij bezitten over geluk. Deze moderne wetenschap maakte het voorbije decennium een grote opgang. Geen filosofische of spirituele beschouwingen, maar inzichten die gebaseerd zijn op wereldwijd wetenschappelijk onderzoek. Het gaat niet over 'geloven' maar over 'weten'. Kennis over de rol van tijd, geld, gezondheid, succes, welzijn, toekomst en warmte. Over jeugd, genetica, toeval en vrije wil. Over humor, pijn en verdriet. Over kiezen, familie, relaties en vrienden. Dit boek behandelt niet alleen het individuele geluk, maar ook het welzijn van groepen, organisaties en landen. Zo ontstaat in dit unieke standaardwerk een globale visie op geluk. Hoofdredacteur Leo Bormans verdiepte zich twee jaar in de onderzoeken van deze professoren en vertaalde hun conclusies naar een breed publiek. Nooit eerder werd research op een dergelijke manier samengevat en ontsloten. Prachtige illustraties uit alle hoeken van de wereld en een moderne grafische vormgeving maken van dit geheel een boek dat ook het hart zal aanspreken. Een waardevol cadeau! Geluk, Leo Bormans Uitgeverij Lannoo, ISBN 9020990667 PSC
25
OP WEG NAAR EEN INTEGRALE GEZONDHEIDSZORG
Door: Mirre Bots De gezondheidszorg is bijna dagelijks in het nieuws. Vaak met informatie over allerlei nieuwe geneesmiddelen, methoden en technologische hoogstandjes. Of over de kosten van de zorg die de pan uit dreigen te rijzen. Men verwacht de komende jaren zelfs een explosieve groei van de zorgkosten en dat lijkt me ook alleszins voorspelbaar, tenminste als we op dezelfde weg doorgaan, waarin alles wat moet kunnen, ook kan en we zelfs voor een paar gewonnen levensweken enorme bedragen Maar over de inhoud van de zorg: wat is goede, menswaardige zorg en welke complementaire en alternatieve methoden leiden tot goede resultaten? gaat het helaas veel minder. Dat is jammer, want met een brede kijk op gezondheid en een gezondheidszorg die lichaam, geest en ziel omvat, valt veel winst te behalen. Daarom wilde ik in mijn boek Gezond en wel. Artsen met een brede visie op gezondheid diverse artsen aan het woord laten, die al vanuit een meer integrale visie op gezondheid werken. Zij leggen in hun aanpak wel de verbinding tussen regu-
over gezondheidszorg nodig, want zo lang we menen dat alles wat kán, ook moet kunnen - desnoods voor torenhoge bedragen en zonder dat we zelf de verantwoordelijkheid voor onze gezondheid nemen - zal er niet veel veranderen. Bovendien is de gezondheidszorg een industrie geworden. Een industrie waar héél véél geld in omgaat en waar de financiële belangen dus ook steeds groter worden en waardoor bijvoorbeeld het preventief behandelen van gezonde mensen er steeds meer bij te lijkt gaan
'Want met een brede kijk op gezondheid en een gezondheidszorg die lichaam, geest en ziel omvat, valt veel winst te behalen.' lier én alternatief, lichaam én geest, wetenschap én intuïtie, vakmanschap én compassie en laten zien welke meerwaarde dat voor de patiënten heeft. Ook hebben de meesten van hen de overtuiging dat ziektes en klachten tekenen op onze levensweg kunnen zijn, waarvan we kunnen groeien en wijzer worden. Maar daarvoor is ook een soort mentaliteitsverandering of een omslag in het denken 26
PSC
horen. Mede door die enorme financiële belangen delven de veel goedkopere zogenaamde alternatieve geneeswijzen of zachtere methoden het onderspit, terwijl die juist naar de mens als geheel kijken en lichaam, geest en ziel meer als een eenheid beschouwen. De artsen of behandelaars in deze sector bereiken met aandacht, tijd, betrokkenheid, een ruimere visie op gezondheid en sim-
pele middelen en technieken vaak veel. Bovendien zijn zij er niet van overtuigd dat alle klachten ook meteen verholpen moeten worden. Soms hebben die ons iets te zeggen over hoe we ons leven leiden of we komen erdoor tot nieuwe inzichten. Ze geven daar mooie staaltjes van. Het is in hun ogen dan ook belangrijk om naar die klachten te luisteren, bijvoorbeeld door onze levensstijl te veranderen en in een druk, hectisch leven een pas op de plaats te maken, want inmiddels is de schatting dat bijna 75 % van alle klachten en ziekten van de hedendaagse mens stressgerelateerd is. Bovendien is geen enkele levensreis zonder hobbels, moeite en pijn. Wanneer artsen meer aandacht voor dat laatste hebben, hoeft niet alles meteen opgelost of weggewerkt te worden, maar kunnen we bepaalde symptomen en klachten ook als een soort richtingaanwijzers gaan zien, die tot meer bewustzijnsontwikkeling kunnen leiden. Een grote rem op het tot stand komen van een integrale gezondheidszorg is de Vereniging tegen de Kwakzalverij, die overigens maar uit een paar mensen bestaat. Maar zij ageert altijd hevig tegen alles wat ‘alternatief’ of complementair is en doet het meteen af als onbewezen flauwekul. Omdat de medische stand daar erg huiverig voor is, wordt er soms snel afstand genomen van zaken die wel degelijk hun nut en waarde hebben bewezen. Hoopvol is wel dat er tegenwoordig ook vanuit de reguliere gezondheidszorg steeds vaker geluiden komen van artsen die zeggen dat hun behandelingen soms niet helpen of dat de wetenschappelijke bewijslast ontbreekt. Ook geven steeds meer reguliere artsen toe dat het huidige gezondheidszorgsysteem eigenlijk een perverse prikkel kent, omdat er betaald wordt voor verrichtingen en bijvoorbeeld niet voor aandacht of tijd. Hierdoor worden deze soms te snel en zelfs onnodig uitgevoerd. Ook in de laatste fase worden er veel behandelingen gegeven die slechts een zeer beperkte levensverlenging opleveren. Artsen worden nauwelijks aangemoedigd om zich af te vragen of we dat wel zouden moeten willen. De artsen in mijn boek stellen zich dat soort vragen wel. Huisarts Hans Moolenburgh ‘In de zestig jaar dat ik huisarts ben heb ik in mijn spreekkamer de hele medische wereld grondig zien veranderen, maar
MIRRE BOTS
ook de ziekten zijn van karakter veranderd. Aanvankelijk kreeg ik vooral kinderen op mijn spreekuur die last hadden van de standaardkinderziekten, zoals de bof, mazelen, waterpokken, roodvonk en kinkhoest. Ook volwassenen kwamen vooral met acute ziekten of met wonden. Kanker kwam veel zeldzamer voor en alleen bij oudere mensen. Nu lijkt de kanker ontploft te zijn en ook komt deze op veel jongere leeftijd voor. Verder zijn er meer chronische ziekten, zoals reuma, hart- en vaatziekten, allergieën, voedselintolerantie en stoornissen als ADHD en autisme bij kinderen. De tegenwoordige opvatting is dat je alles zoveel mogelijk moet wegwerken; er moet meteen een pilletje, behandeling of inenting voor zijn. Vroeger wist zelfs een ouder: oh, Marietje is nu even niet te handhaven, want ze zit tegen de mazelen aan. Had ze die eenmaal doorgemaakt, dan was ze een beetje wijzer geworden en gegroeid. Zo’n ziekte had een reinigende werking en dat is met veel onschuldige ziekten zo. Het doormaken van een griep of flinke verkoudheid, eens echt goed koortsen en door al het gesnotter een flinke schoonmaak houden doet het lichaam goed. Veel mensen zijn dat vergeten of men is meteen bang dat we anderen infecteren, zoals onlangs ook weer duidelijk werd met die hele discussie over de mazelen. Tegenwoordig luidt het belangrijkste adagium: ik heb een symptoom en dat moet het liefst zo snel mogelijk weg. Een grote aanjager hiervan is natuurlijk de farmaceutische industrie! De geest en de ziel zijn twee aparte grootheden die je overal in moet betrekken. Doe je dat niet, zoals bij de reguliere geneeskunde het geval is, dan kijk je eigenlijk maar naar één derde van wat er is.’ Osteopaat John van der Woude ‘Het mooie is dat ik als osteopaat de levende structuur onder mijn handen voel. Ik werk letterlijk met het menselijk lichaam en ervaar het als een vibrerend energetisch geheel dat in interactie staat met zijn omgeving en medemensen en dat zich constant aanpast en zelf reguleert. Een van de beste adviezen die een arts in mijn ogen aan veel mensen kan geven, is om meer rust en stilte in hun leven in te bouwen. Juist omdat osteopaten veel met beweging en ritme werken, zijn zij erachter gekomen dat wanneer de ritmes van allerlei systemen vertragen en in de verstilling komen, mensen veel meer in
balans komen. Ook neemt het zelfgenezend vermogen dan aanzienlijk toe.’ Huisarts Joop de Vette ‘In onze maatschappij is het moeilijk om met een open blik naar ziekte te kijken, want ziekte wordt voornamelijk als de vijand gezien. Ziekte en dood zien wij niet als een onderdeel van het leven, als iets wat er gewoon bij hoort. Nee, wij zijn als gekken voor de dood uit aan het rennen en ziektes moeten vooral worden bestreden. De hele medische literatuur is een oorlogsliteratuur. We moeten vechten tegen kanker en trekken ten strijde tegen diabetes. Wanneer iets ons bedreigt, zoals pijn en koorts, willen we er direct vanaf, vaak zonder het eerst zijn werking te laten hebben. We bouwen steeds hogere en dikkere muren door bij ieder risico preventieve medicatie te geven en als dat niet afdoende is, sturen we grote legers in de vorm van antibiotica en chemotherapie.
duizenden euro’s uit te geven voor een zeldzame complicatie of een gewonnen levensmaand, terwijl er voor de thuiszorg nauwelijks geld is. Het heeft allemaal te maken met het feit dat wij in het westen ons persoonlijke leven tot het allerbelangrijkste maken. Op het moment dat we voelen en ervaren dat we in verbinding zijn met alles en iedereen om ons heen, zullen we andere keuzes maken. Voor onszelf én in de gezondheidszorg.’ • Gezond en wel. Artsen met een brede visie op gezondheid, Brave New Books 2014, als paperback (12,95) en e-book (7,99) verkrijgbaar.
Natuurlijk is de voortgang van de geneeskunde een goede zaak en soms moeten we ziekte direct bestrijden, zoals bijvoorbeeld een longontsteking of een gebroken been. Maar wanneer angst onze raadgever is, beseffen we niet dat we een onderdeel zijn van een eindeloos proces van geboren worden en sterven. Dan worden eigenbelang en overleven het enige dat telt. Dan zijn we bereid om PSC
27
ONDERNEMEN ANNO 2014
ls ik dit schrijf, is de zomer in aantocht. Voor sommige ondernemers een fijne tijd om even uit te rusten en te ontspannen om in het najaar het werk weer op te pakken. Voor anderen kan het een moeilijke tijd zijn, vanwege financiële zorgen of teruglopende aanmeldingen waardoor op vakantie gaan geen optie is of de vakantiebestemming dichterbij huis is dan gehoopt. Voor iedereen zal die situatie anders zijn. Wat ik de afgelopen jaren gemerkt heb, is dat er in de psychosociale hulpverlening per keer een golfbeweging zichtbaar is die elk jaar kan wisselen. Het ene jaar is het druk in januari en het andere jaar is het druk in april. Dit jaar hebben wij het zelfs best druk gehad in juni, zo vlak voor de vakantie. Het lijkt erop dat cliënten meer zien dat zorg niet gratis is en dat zij op zoek zijn naar die hulp die het best bij hen past en waarmee zij denken echt resultaat te boeken. Want daar komen je cliënten voor, om te groeien, vooruit te komen, problemen op te lossen en (onbewust) zichzelf beter te leren kennen. In deze column wil ik met je nadenken over de wijze waarop je zicht houdt op de praktische kanten van het ondernemerschap. Weet je wel hoeveel nieuwe cliënten je elke maand ontvangt, heb je snel en makkelijk een overzicht van het aantal uren dat je gemaakt hebt? Hoe zie jij of er groei is in je praktijk of weet je dit pas als je weer belastingaangifte gaat doen? Voor veel therapeuten is de praktische (regel)kant van het ondernemen niet
het meest leuke deel van het werk. Maar als je dit stuk in je praktijk goed op orde hebt, kan dat wel rust en inzichten geven, waardoor je je nog beter kunt focussen op het werk dat je met cliënten doet. Het eerste, belangrijke aandachtspunt om antwoord te kunnen geven op bovenstaande vragen, is of je een administratiepakket hebt waarin je de gevraagde en gewenste gegevens kunt invoeren. Er zijn diverse systemen op de markt die hierin kunnen voorzien, maar daar hangt vaak een kostenplaatje aan vast. Je kunt ook besluiten om zelf iets te maken (of je partner of iemand die je goed kent) in bijvoorbeeld Excel of Access. Als je zelf iets gemaakt hebt, kun je dat inrichten naar je eigen wensen, maar het kost meer tijd om het goed te ontwikkelen. Zorg dat je in je administratie iedere cliënt een uniek cliëntnummer geeft. Hierdoor kun je goed bijhouden hoeveel cliënten zich in een bepaalde periode aangemeld hebben. Geef daarnaast elke factuur een uniek factuurnummer. De belastingdienst stelt eisen aan de factuur die je maakt voor een cliënt. Het kan handig zijn, als je dat nog nooit gedaan hebt, die eisen na te lopen en te kijken of je factuur hieraan voldoet. Alles wat belangrijk is om overzicht te houden op je praktijk, heeft namelijk te maken met de gegevens die je op de factuur moet zetten, zoals factuurbedrag, btw, datum, uniek factuurnummer enz. Ook is het handig om elk kwartaal in te voeren welke kosten je gemaakt hebt. Ben je btw-plichtig, dan moet dit in veel gevallen zelfs, maar ook als voor jou de btw-plicht niet geldt, kan het een goede gewoonte zijn. Zo kun je elk kwartaal bekijken wat je inkomsten en uitga-
ven zijn en zien hoe het loopt met jouw praktijk. Als je merkt dat het financieel gezien goed loopt met je praktijk, kun je er bijvoorbeeld voor kiezen om te gaan investeren in jezelf met een opleiding of cursus. Of je gaat investeren in pr, wat vaak best wat kosten met zich meedraagt, maar heel erg belangrijk is! In de volgende column wil ik verder ingaan op pr. Maar voor nu dus de praktische tip: krijg overzicht in inkomsten en uitgaven per kwartaal om zo meer inzicht in je eigen bedrijf te krijgen. Mocht je vragen hebben naar aanleiding van mijn column of vragen hebben over ondernemen, dan mag je daarvoor altijd contact met mij opnemen (info@caritasgroep.nl). Mogelijk kan ik je in een persoonlijk gesprek begeleiden of het onderwerp uitwerken in een volgende column. •
HANNEKE NIJKAMP IS PRAKTIJKHOUDER BIJ DE CARITASGROEP. ZE IS PSYCHOLOOG, RELATIECOUNSELOR, COACH EN SUPERVISOR. INFO@CARITASGROEP.NL
28
PSC
GELUKSMAKERS
TOP 50 GELUKMAKERS
Nederlanders zijn volgens onderzoek van de Verenigde Naties na de inwoners van Denemarken, Finland en Noorwegen de gelukkigste wereldburgers. Dit onderzoek is gedaan onder leiding van de economen John Helliwell, Richard Layard en Jeffrey Sachs. Ze hebben onderzoeken en enquêtes van 2009 tot 2012 gecombineerd en daarbij gelet op aspecten als inkomen, vrijheid, vertrouwen in de overheid, medische zorg en levensverwachting. Daaruit kwam de geluksfactor. Per land zijn duizend mensen van vijftien jaar of ouder ondervraagd over hoe gelukkig zij zijn. Maar hoe vertaal je dat gelukkig zijn naar het dagelijkse leven? Britse onderzoekers deden onderzoek naar het geheim van geluk. Hieruit blijkt dat het de kleine dingen zijn die het ‘m doen. Zo zijn het vinden van koopjes, slapen in een bed met gewassen lakens of in die lange file je favoriete liedje op de radio horen echte gelukmakers. Op basis van de onderzoeksresultaten is er een top 50 samengesteld van gelukmakers. Uit ander onderzoek blijkt dat er nog een manier is voor een instant geluksgevoel: lachen. Het blijkt dat, wanneer alleen al je mondhoeken omhoog gaan, je je blijer en gelukkiger voelt. Laat staan wanneer je eens een echte goede lachbui hebt! En het mooie is, lachen werkt aanstekelijk op mensen in je omgeving! • “Als ieder mens één ander mens gelukkig zou maken, was de hele wereld gelukkig!” -Wim Kan Bronnen: healthylives.nl, Algemeen Dagblad en Word Happiness Report 2013
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45. 46. 47. 48. 49. 50.
Het vinden van een tientje in een oude spijkerbroek Op vakantie gaan Slapen in een bed met net gewassen lakens Zwemmen in de zee Wakker worden op een zonnige dag Zitten in de zon Verrast worden met bloemen of bonbons Een berichtje krijgen van een dierbare Knuffelen Het bedankkaartje in de brievenbus vinden Twee oude mensen hand in hand zien lopen In een auto zitten met open raam op een zonnige dag Het winnen van een tientje Een vakantie boeken Naar je favoriete liedje luisteren Het vinden van een koopje Een oude vriend zien Picknicken in het park Promotie krijgen Een romantisch avondje uit Het horen van een nummer dat je doet denken aan het verleden Foto’s van vroeger bekijken Vrienden maken Een rustig moment voor jezelf Wandelen door de natuur Een kind horen lachen Een echte mannen- of vrouwenavond Wakker worden op zaterdagochtend en beseffen dat het weekend is Chocolade Cake eten In je spijkerbroek passen terwijl je dacht dat deze te klein was Lof van je baas Geur van vers gebakken brood of koekjes Een warm bubbelbad Iemand die je vertelt dat je bent afgevallen Uitzoeken of diegene je leuk vindt Een diner op zondag Geur van vers gemaaid gras Op de luchthaven van je vakantiebestemming landen Good hair day Feestdagen Klaar zijn met je rijexamen Een zeer mooie hotelkamer Als je kinderen het goed doen op school Aan een oud iemand jouw zitplaats in de bus of trein aanbieden Iemand die jou een parkeerkaart geeft op de parkeerplaats Wakker worden en ontdekken dat het die nacht gesneeuwd heeft Het drinken van een koud biertje na het werk Een avond ‘eenvoudig’ eten Zoenen PSC
29
NLP:JOUW EN MIJN GELUK
Boos of blij?
Door: Hiltje van Gijssel Over de foto bij dit stukje: Is de hond boos of blij? Ik zie op deze foto een boze hond die op het punt staat te bijten terwijl jij misschien een blije hond ziet, die graag wil spelen. Hoe ieder van ons tegen de dingen aankijkt en situaties ervaart, heeft alles te maken met neurolinguïstisch programmeren, oftewel NLP. Door je ervaringen kijk je op een bepaalde manier tegen mensen en situaties aan. En zie je de persoon tegenover je met een positieve of negatieve emotie. NLP maakt je bewust van het onbewuste, analyseert je gedrag en wijze van communiceren. Door diep naar binnen te kijken en aangeleerd negatief gedrag om te buigen naar bewust positief gedrag, worden jij en ik gelukkig; dat is een wisselwerking. Een interview met Loek Bakker, coach en begeleider van jongeren en volwassenen. Praktijk voor coaching en begeleiding met NLP In de praktijk van Loek Bakker kunnen jongeren terecht die een taal- of rekenprobleem hebben of die willen leren om beter voor zichzelf op te komen. Volwassenen biedt Loek handvatten in privé- en werksituaties. Voor zowel jongeren als volwassenen maakt hij gebruik van de inzichten van NLP. In dit themanummer over geheugen voor geluk een interview over wat NLP is, wat je zintuigen doen, hoe je negatief gedrag kunt veranderen en hoe NLP kan bijdragen aan geluk.
'NLP gaat ervan uit dat alle gebeurtenissen in je leven te maken hebben met hoe jij als persoon de wereld ervaart. Dat gebeurt met je 5 zintuigen: horen, zien, voelen, ruiken en proeven.' Hoe is NLP ontstaan? 'Net als veel stromingen is NLP komen overwaaien uit Amerika. Daar onderzochten John Grinder en Richard Bandler waarom bepaalde mensen zo succesvol en gelukkig zijn en andere juist niet. En hoe je kunt leren van succesvol gedrag - modelleren 30
PSC
en dit kunt toepassen in de praktijk. NLP zorgt ervoor dat je in bepaalde situaties minder last hebt van angst, onzekerheid, stress of vervelende emoties. Door de technieken te oefenen word je je ervan bewust waarom je bepaald gedrag vertoont. Negatieve ervaringen in het verleden zorgen ervoor, dat jij in het heden op een bepaalde manier reageert. NLP maakt dit proces zichtbaar, buigt negatief gedrag om, modelleert en traint je communicatie- en taalvaardigheid.' Kun je iets vertellen over de achtergrond? 'NLP gaat ervan uit dat alle gebeurtenissen in je leven te maken hebben met hoe jij als persoon de wereld ervaart. Dat gebeurt met je 5 zintuigen: horen, zien, voelen, ruiken en proeven. Zowel positieve als negatieve ervaringen worden door die zintuigen opgeslagen in je brein. Als jij in het verleden een bepaalde situatie hebt meegemaakt en een vergelijkbare situatie doet zich voor in het heden, dan is de kans groot, dat jij op dezelfde manier reageert op de situatie. Dat is voorgeprogrammeerd. Dit geldt vooral voor bedreigende ervaringen, waarbij het om overleven gaat. Een voorbeeld hiervan is het verhaal van ‘de tijger in het gras’. Als mensen proberen we te overleven in bedreigende situaties: er is altijd een kans dat er een tijger uit het gras tevoorschijn springt. Wij zijn dus voortdurend alert om te vluchten als de tijger aanvalt. Dat is bij dreiging een prima overlevingsstrategie. En dat is maar goed ook. Je wilt toch niet worden aangevallen of opgegeten? Je bent alert! Dit systeem werkt ook voor positieve ervaringen. NLP maakt hier gebruik van en herinnert je aan je positieve ervaringen. In therapie kun je dit trainen.' Heb je een voorbeeld uit je praktijk? 'Negatieve patronen kunnen soms leiden tot een depressie of een burn-out. Zoals Jan overkwam, die al zijn hele leven docent is. Jan ontwikkelt tijdens zijn loopbaan negatieve ervaringen bij het lesgeven. Van nature is Jan wat onzeker en nerveus. Dat is te zien aan zijn gedrag. Hij is streng voor de leerlingen en bewaakt de orde in de klas. Hij is royaal met het uitdelen van strafwerk. Hij probeert zo zijn leerlingen op een nega-
TP.NET
tieve manier onder de duim te houden. Het tegenovergestelde gebeurt. Er ontstaat wanorde in de klas, Jan stuurt elke les leerlingen de klas uit. Elke keer dat hij voor de klas staat, wordt het erger; hij roept bij zichzelf steeds het beeld van de vorige les op en wordt er ongelukkig van. Uiteindelijk zoekt hij hulp. Met de techniek van NLP keert Jan terug naar zijn eerste les. Wat gebeurde er? Hoe voelde hij zich? Hoe was hij voorbereid? Tijdens therapie wordt hij zich bewust van zijn manier van lesgeven en zijn wijze van communiceren. Met NLP herinnert hij zich ook positieve ervaringen. Door die te trainen gaat hij geleidelijk aan anders reageren op zijn leerlingen, stelt hun andere vragen en toont zijn belangstelling en gaat het lesgeven hem beter af. Dit wordt veroorzaakt door zijn houding, zijn communicatie en taalgebruik.' Hoe gebruik je NLP bij kinderen/jongeren? 'Bij hen stel ik andere vragen en gebruik ik andere materialen dan bij volwassenen. Die stem ik af op het niveau en de leefwereld. Bij een kind dat gepest wordt, maak ik bijvoorbeeld gebruik van een stoplicht of een stressmeter en stel de vraag hoe lang het duurt voordat hij boos wordt. In welke situatie gaat het licht op ‘groen, ‘geel, ‘rood’, in welke situatie zegt hij: ‘Stop!’ Dat zorgt voor een stuk bewustwording bij het kind en daar borduur je op voort. Verder doe ik in gesprekken met kinderen meestal eerst een spel en tijdens die ontspanning komt er vaak uit wat hen dwars zit. Ik geef veel aandacht. De sessies dragen bij aan betere relaties met andere kinderen, ouders en leerkrachten. En natuurlijk ook aan betere schoolprestaties. '
Platform TP.net Transpersoonlijk.net (TP.net) is een zelfstandig platform voor de therapeut, psycholoog, filosoof, kunstenaar en belangstellende. Centraal staan de inzichten uit de transpersoonlijke psychologie (C.G. Jung, Assagioli, Ken Wilber, ...) en de wereld van transpersoonlijke ervaringen. Dit laatste gaat om ervaringen van schoonheid en eenheid. Voor transpersoonlijke therapie geldt de benadering dat problemen kunnen worden gezien als mogelijkheid tot persoonlijke ontwikkeling en groei. Verder biedt de website van TP.net actuele informatie over workshops,trainingen, Cursussen en evenementen. Alles gericht op het ont-moeten en leren van elkaar. Actueel zijn nu: de training 'NLP & Kinderen' op 4 en 25 oktober 2014 (er zijn nog enkele plekken beschikbaar). http://www.transpersoonlijk.net/nlp-kinderen/het leertraject Leertraject 'Kracht van zelfkennis' - Een leertraject voor therapeuten en coaches die meer zelfkennis op diepere niveaus van bewustzijn willen verwerven en die vanuit deze basis anderen willen gidsen. http://www.transpersoonlijk.net/ enneagram-kracht-zelfkennis/ Meer informatie www.transpersoonlijk.net, info@transpersoonlijk.net, Piet van Gijssel, tel. 050-5423892
Wat betekent NLP voor jou persoonlijk? 'In moeilijke situaties vraag ik me steeds af waar mijn gedrag vandaan komt en waarom ik op een bepaalde manier reageer. Mijn negatieve gedachten vervang ik door positieve gedachten en positief gedrag. Dat werkt effectief, zoals in het volgende voorbeeld. Als klein kind ben ik eens gebeten door een hond. Die ervaring nam ik overal mee naar toe. Als ik een hond hoorde blaffen, brak het angstzweet me uit, kreeg ik buikpijn en wilde vluchten. Ook bij vrienden met een hond was dit het geval. Ik besloot aan mijn angst iets te doen en NLP hielp me daarbij. Tijdens mijn eerstvolgende bezoek bereidde ik me goed voor en nam ik een varkensoortje mee voor de hond. Mijn houding was positief, de hond was vrolijk, hij rook iets lekkers en was blij en enthousiast! Door me zo op te stellen, verdween m’n angst voor honden. En dat geldt voor veel situaties van angst, onzekerheid, stress of woede. Negatieve gedachten en gedrag kun je vervangen door positieve gedachten en gedrag. De hond bleek gewoon een leuke spontane hond.' Loek vervolgt: 'Door dit in het dagelijks leven te trainen, verander ik stapje voor stapje. Ik ben bijvoorbeeld in de loop der jaren veel bewuster gaan kiezen. Ik doe geen dingen meer als ik twijfel heb. Dat voorkomt valkuilen. Ook in tweede instantie kan ik nog ‘nee’ zeggen. Dat is persoonlijke ontwikkeling. ' Is geluk te trainen? 'Jazeker, door je elke keer weer bewust te zijn van je zintuigen en je houding, kun je je communicatie verbeteren. En dat oefen ik, iedere dag. Dat maakt me tot een gelukkig mens. Door communicatie en taal verander ik niet alleen mijzelf, ook jíj - de ander - verandert. Dat is een wisselwerking. Dat is jóuw en míjn geluk!' • Meer informatie over Loek Bakker - www.loekbakker.nl, 06-10529465
LOEK BAKKER PSC
31
STRIP AUKE HERREMA
www.aukeherrema.nl
Bloesem-remedies brengen de emoties in evenwicht en bevorderen daardoor indirect de gezondheid. De oorzaak aanpakken op een veilige manier.
‘Tristan lacht weer.’ Moeder van Tristan
De Dr. Schüssler Celzouten van Adler beziien kracht en kwaliteit. Zijn de cellen gezond, dan is ook het lichaam gezond. De mineralen zijn verwreven en niet geschud. Celzouten div. nummers in poedervorm, 10 verschillende mengsels, b.v. combinatie 1 t/m 12, het energie Met de hand verwreven mengsel. Alles in 250 gr. en 1 kg.
Essentïele oliën en producten voor de aromatherapie, biologische cosmetica. Het grootste assortiment biologische oliën, airsprays en massage oliën. Winkel: De 3Vrouwen St.Jansstraat 5 - 5964 AA Meterik Tel: 077-3526885 www.de3Vrouwen.nl
De kracht van een lach. 32
104x118.indd 1
PSC
WWW.BLOESEM-REMEDIES.COM Bloesem Remedies Nederland
Tel: 077-3987826 / 077-3989011 E-mail: info@bloesem-remedies.com
GEHEUGEN ALS TROOST
oen ik even zat te googelen wat er zoal etymologisch over het woord geheugen te vinden was, stuitte ik op de betekenis van ‘verhogen’, hetgeen troosten zou betekenen. Interessant. Zou dit in kunnen houden dat het geheugen ons een vorm van troost kan bieden? Intrigerend, want hoe zit het dan met traumatische gebeurtenissen? Het is mij vaak opgevallen hoe mensen zaken lijken te filteren waardoor zij dingen anders onthouden dan dat zij ze feitelijk hebben meegemaakt. Zo had ik eens een cliënte die een zeer moeilijke relatie met haar vader had. Nadat zijn vrouw was overleden, was zij degene die de zorg voor hem op zich nam, zogenaamd omdat haar jongere zus te ver weg woonde. De vader had zijn oudste dochter nooit erg vriendelijk behandeld. Tijdens alle jaren dat cliënte hem had verzorgd, toonde hij nooit enige erkentelijkheid, sterker nog, hij bleef maar opgeven over zijn jongste die zo ver weg woonde, maar die hooguit eens in de twee maanden een middagje op bezoek kwam. Op 84-jarige leeftijd overleed de vader plotseling. Wonderlijk genoeg verdwenen als sneeuw voor de zon alle verwijten en irritaties van deze cliënte over haar vader. Nu, een aantal jaren later, spreekt zij alleen nog met waardering over hem. Onlangs vroeg ik haar eens hoe zij terugkijkt op haar ouders. Er volgde een lofzang. Weemoed en nostalgie spraken uit haar woorden. Toen ik zeer voorzichtig polste of zij zich de mindere ervaringen met haar vader nog herinnerde, wimpelde zij mijn vraag weg met de opmerking: “We hebben allemaal wel eens een nare dag met een slecht humeur.” Deze cliënte is niet de enige met een soort-
gelijk filterend geheugen. Ik vermoed dat er een ingenieus systeem is waarmee wij mensen zijn uitgedost. Dat zie ik zo. Het brein is als een computer met vele functies waar wij gebruik van maken en in potentie gebruik van kunnen maken. Eén daarvan is het geheugenarchief met verschillende mappen. Langetermijngeheugen, kortetermijngeheugen. Geheugen voor linkerhersenhelft-data en voor rechterhersenhelft-data. Fysiek geheugen en emotioneel geheugen, enzovoort. Alle gebeurtenissen worden opgeslagen, traumatische ook. Deze worden vaak weggestopt op het niveau van het celgeheugen, ergens in een laatje in de ‘traumamap’. Ik stel mij zo voor dat bovengenoemde cliënte alle ervaringen met haar vader die negatief waren, afgestoft en wel in een laatje heeft gestopt en dat zij niet van plan is om dat laatje ooit nog open te trekken. Zij heeft een nieuwe archiefkast in een zonnig plekje van haar geheugen geplaatst waar zij alleen nog maar dingen uit haalt over haar ouders waar zij met plezier aan terugdenkt. En daarom denk ik dat er veel waarheid zit in de betekenis ‘troost’, die in het woord geheugen verborgen is. Naarmate ons leven zich ontvouwt, kunnen wij met de geheugenfunctie een heleboel troost voor onze verdrietige ervaringen vinden.
Daarnaast vinden ze het vaak fijn om naar muziek te luisteren. Hieruit kunnen wij weer opmaken dat er in onze boordcomputer (brein) in het vak geheugen nog veel meer laatjes en onderverdelingen te vinden zijn. Minstens een la voor alle zintuigen. Interessant boek overigens, want het gaat over een arts die in dat hospice werkt en die van de verzorging hoort dat een van de katten, een paar uur voordat een patiënt gaat overlijden, op het bed van die patiënt springt, daar tegen bijvoorbeeld een been van de stervende aan gaat liggen, en pas weer vertrekt na het overlijden. Het is geschreven door David Dosa en heet Oscar. Concluderend stel ik, dat het geheugen mede een positieve functie voor ons welbevinden is. Maar hoe zit het dan met mensen van wie het leven door een trauma dat zij maar niet kunnen verwerken of een fobie waaraan zij lijden, verpest wordt? Bij deze mensen staat de la met de traumatische gebeurtenis continu open. Hoe de la te sluiten is de vraag. Helaas heb ik geen ruimte meer om daar in deze column over uit te weiden. •
Zojuist heb Ik een boek gelezen over mensen met dementie. In dit boek over een hospice wordt duidelijk dat dementerenden alles wat zij ooit hebben aangeleerd tijdens de ziekte, ‘ont-leren’. Langzamerhand lijkt hun geheugen gewist te worden. Het aparte is dat in bijna alle gevallen deze patiënten tevreden en gelukkig reageren, wanneer er huisdieren bij hen zijn. Op elke verdieping van de hospice wonen twee katten en nog andere dieren zoals konijnen en cavia’s. De patiënten vinden het heerlijk om de dieren op hun schoot te hebben en te aaien.
MARTINE CLAUSEN, NOG NIET UITGEPRAAT PSC
33
ZINTUIGENPRIKKELS
In deze rubriek bespreken we elke editie vakgerel a te e r d e b o e ke n , c d ’s , d vd ’s e n ap p s .
Hartstikke hoogbegaafd! Praktische gids voor kinderen en ouders
De verborgen bloei Over de psychologische achtergronden van spiritualiteit
Hartstikke Hoogbegaafd! is een positief boek, waarin moeder en dochter hun (wetenschappelijke) kennis en ervaringen delen met hoogbegaafde kinderen en hun ouders. De teksten zijn toegankelijk geschreven van ouder tot ouder en van kind tot kind en doorspekt met herkenbare voorbeelden. Dit boek daagt daarom uit om samen de belangrijkste thema's rond hoogbegaafdheid te verkennen.
Hoe komt het dat de ene mens in de loop van zijn leven milder en wijzer wordt, en de ander juist hardvochtiger en meer verblind raakt? Wat maakt dat sommige mensen steeds meer levensvreugde ervaren en uitstralen, terwijl andere in toenemende mate in de greep raken van levensangst? Deze vragen hebben betrekking op een verborgen bloei die zich diep in ons wezen kan voltrekken. De vruchten van deze bloei zijn zichtbaar in ons spreken en handelen, in onze omgang met de medemens en onze wereld, en kunnen onszelf én anderen inspireren en verheffen. De verborgen bloei wordt gecultiveerd in wat wel het contemplatieve leven wordt genoemd. Dat leven is van alle tijden en alle culturen. Welke uiterlijke vorm dit leven ook aanneemt, het wordt gedragen door psychologisch inzichten die in de grote spirituele tradities te vinden zijn. Daarover gaat het eerste deel van dit boek. Het tweede deel biedt een uniek, systematisch overzicht van de spirituele methoden die de grote spirituele tradities hebben ontwikkeld om onze fundamentele menselijkheid te wekken en tot bloei brengen. Geschreven in een speelse, toegankelijke stijl, met vele voorbeelden, is het boek een inleiding in de contemplatieve psychologie. Het werd ook vertaald in het Engels en Duits.
Wat we graag willen bereiken? Dat ouders 'hoogbegaafde' opvoeders worden, met gelukkige kinderen die het beste uit hun bijzondere talenten halen. Want: hartstikke hoogbegaafd is hartstikke leuk! Hartstikke hoogbegaafd, Loes van der List en Floor Raeijmaekers Uitgeverij 248media, ISBN 9079603295
De verborgen bloei, Han F. de Wit Uitgeverij Ten have, ISBN 9789025957223 34
PSC
ZINTUIGENPRIKKELS
Druk!
Boek van de levensmissie Een weg naar vervulling Waarom ben je hier op aarde? Wat is je levensmissie? Wat geeft jouw leven richting en vervulling? Essentiële vragen die maar weinig mensen rechtstreeks kunnen beantwoorden. Toch mogen we ervan uitgaan dat iedere ziel met een bepaalde bedoeling geïncarneerd is. Maar vaak zijn we ons die niet meer bewust. Als kind hadden we nog dromen wat we wilden worden, later als we groot waren. Vaak zit er nog een kern van waarheid in die dromen. Regelmatig kruisen je levensweg en je missie elkaar, momenten die haast ongemerkt voorbij gaan en worden afgedaan als niet-realistisch. In dit boek ga je ontdekken dat je een levensmissie hebt. Je krijgt handreikingen om die voor jezelf te bepalen. Je hebt immers niet voor niets talenten meegekregen. Je ziet sommige thema's in je leven steeds terugkeren. Je wordt van bepaalde dingen heel enthousiast. Je wordt steeds instinctief naar bepaalde levensgebieden toegetrokken. Wijst dat ergens op? Een missie wordt altijd in vreugde gedaan, want daar vallen je dienstbaar zijn en je geluk samen. Waar vind jij je schat? Niet op een gebaand pad, dat is het pad van een ander. Durf je buiten de gebaande paden te gaan om je levensmissie te vinden en te vervullen? Willem Glaudemans Uitgeverij AnkhHermes, ISBN 9020210564
Rust, Reinheid, Regelmaat en Ritalin... Recensie: Anja van de Weerd Het boek Druk! van de auteur Suzan Otten-Pablos is de opvolger van ADHD?! Het is een columnbundel die is samengesteld uit haar wekelijkse columnbijdrage voor de Stichting ADHD. En Suzan weet als geen ander wat ADHD is en hoe het eruit ziet. Ze heeft het namelijk zelf. Maar ook haar twee kinderen zijn, zoals ze het zelf zegt: gelabeld. Ze zijn echt meer dan alleen maar een beetje druk. Ze reageren anders en zijn gewoon anders. En zoals een echte moeder...ze wil ze beschermen, want ze maakt zich zorgen. Suzan Otten-Pablos is ook een kritische vrouw en er niet vies van om te reflecteren op zichzelf. Dit doet zij met humor en zelfspot. Ze vertelt in haar columns niet alleen over haar gezin, maar bijvoorbeeld ook over een moeder die van binnen verscheurd wordt, omdat het lijkt alsof haar kinderen echt alleen functioneren met medicatie... En het pakt me, het raakt me. En dat verwondert me, omdat ik altijd denk dat ik columns minder aantrekkelijk vind dan een boek in verhaalvorm. Daar moet ik wel even over peinzen. Misschien komt het wel door de ontwapende eerlijkheid van haar columns. Ze vertelt hoe zij als kind zo op zoek was naar waardering, naar bevestiging. En hoe waardeloos en ongelukkig je je eigenlijk kunt voelen, omdat je steeds onhandig gedrag vertoont en daardoor echt geen complimenten krijgt, en wat dàt dan met je doet. Ik heb zelf geen ADHD, maar door haar verhalen te lezen met de bril op van een hulpverlener, begrijp ik nog meer de impact. Druk! is natuurlijk bijzonder geschikt voor ouders van kinderen die meer dan een beetje druk zijn. Maar naast ouders zou iedereen die te maken heeft met ADHD, herkenning en erkenning kunnen vinden in haar columns. Suzan Otten-Pablos is naast ervaringsdeskundige ook maatschappelijke werker en coach. Druk, Suzan Otten-Pablos Uitgeverij Brave New Books, ISBN 9402100229
Van gifbelt naar tempel Kinderen Hoe houd je je kinderen gezond met voeding? Iedereen wil zijn kind gezond zien en geeft hem het liefst de beste voeding. Maar wat is gezond? Iedereen lijkt elkaar tegen te spreken. Volg je het Voedingscentrum of juist niet? Jacqueline van Lies-hout helpt je te midden van de wirwar van (zogenaamd) gezonde producten te kiezen. Ze houdt rekening met de drukke agenda's en de praktische haalbaarheid: wat kies je op een feestje, wat op vakantie? Met handige ingrediëntenlijstjes: zodat je in één oogopslag kan zien wat wel of niet gezond is! Jacqueline van Lieshout Uitgeverij Kosmos, ISBN 9021555085
PSC
35
AFSTUDEREN BIJ DE ROOS
Afstuderen bij De Roos opleiding tot psychosociaal therapeut Door: Kirsten Riepma Mijn naam is Kirsten Riepma, zojuist afgestudeerd als psychosociaal therapeut bij Bureau de Roos. Voor mijn afstuderen heb ik een scriptie geschreven met als onderzoeksvraag: Kan iemand met een eetstoornis dat werkelijk achter zich laten, afsluiten of is dat onmogelijk? Is verbinding, aansluiting een beïnvloedende factor in effectieve therapie bij eetstoornissen? Mijn eigen ervaring van 10 jaar een eetstoornis maakt dat deze vraag mij bezighoudt. Zelf kan ik zeggen dat ik mijn eetstoornis volledig heb kunnen afsluiten. Maar hoe komt het dat iemand anders dit niet kan? En wat is de visie van de huidige hulpverlening? Is het doel afsluiten of ermee leren omgaan? Een samenvatting van mijn scriptie Aansluiten houdt in je verbinden met je cliënt. Niet alleen geestelijk, maar ook met je hele wezen, je ziel (hart), lichaam en geest. Helaas is de huidige hulpverlening anno 2014 nauwelijks in staat om werkelijk aan te sluiten bij een cliënt met een eetstoornis. De mens, zo ook de hulpverlener en de cliënt in een hulpverleningsproces, bestaat uit 3 componenten: geest, ziel en lichaam. De huidige hulpverlening is echter niet meer 3 componenten in 1; er wordt vooral aandacht geschonken aan 1 component: het geestelijke niveau, het denken, het gedachtegoed. Bij een cliënt met een eetstoornis wordt ook aandacht besteed aan het lichamelijke aspect. Heel belangrijk voor deze doelgroep i.v.m. ondergewicht, overgewicht, braken, laxeren etc. Zoals hierboven al gezegd richt het grootste gedeelte van aansluiting in een hulpverleningsproces voor mensen met eetstoornissen zich op de hersenen, een heel belangrijk onderdeel van de mens. De hersenen zijn onderverdeeld in 3 lagen: • laag 1: bovenin: de neocortex, het kennis- /cognitieve niveau • laag 2: daaronder: het limbische systeem: het gevoel en de emoties • laag 3: onderin: de hersenstam (reptilian complex): gevoel van veiligheid, relaties en erbij horen In een hulpverleningsproces anno 2014 ligt het accent op de 1e laag, de bovenste, het kennis- en cognitieve niveau. Hulp wordt aangeboden d.m.v. cognitieve therapie, gericht op de gedachteverandering. Dit is voor de wetenschap/het onderzoek en de hulpverlening tastbaar en meetbaar. Daarbij lijkt het alsof het herstelproces sneller gaat en meetbaar wordt. En het kost niet veel tijd; tijd kost immers geld. De middelste laag, het limbische systeem, wordt daarbij soms aangeraakt, als er een mate van veiligheid, aandacht en tijd is. Dan kan de emotie de ruimte krijgen. Maar wordt de onderste laag, de reptilian complex, ook aangeraakt? Er moet dan wel 36
PSC
aansluiting zijn op dit onderste, diepe level van veiligheid, daar waar de diepste behoefte en nood van een cliënt zitten. Dit kan alleen vanuit aanvaarding. Pas dan kan een cliënt alles laten zien wat gezien moet worden: de pijn, het verdriet, het gemis en het trauma. Datgene wat verdoofd moet worden door een eetverslaving. Alleen als er in een hulpverleningstraject op alle 3 de lagen aangesloten wordt, kan een eetstoornis echt afgesloten worden. Wordt er op deze onderste laag niet of nauwelijks aangesloten, dan is er alleen een mate van hanteren, leren omgaan…met je eetprobleem.
'Aansluiten houdt in je verbinden met je cliënt. Niet alleen geestelijk, maar ook met je hele wezen, je ziel (hart), lichaam en geest.' Bewezen is dat hulpverleners die zich richten op de 1e laag en (een beetje) op de 2e laag, minder hoop hebben op afsluiting van een eetstoornis. Maar hulpverleners die zich bewust ook op de 3e laag richten, bereiken wel degelijk effect in het hulpverleningsproces met een cliënt met een eetstoornis Het hulpverleningsproces kent 3 invalshoeken: 1. Er is in de hulpverlening geen tijd voor optimale aansluiting. De cliënt moet concessies doen, omdat deze moet aansluiten bij de huidige hulpverlening i.p.v. dat de hulpverlening aansluit op de cliënt, zodat er een zekere mate van grondige aansluiting is. Het is niet de cliënt die het proces bepaalt, maar het protocol, de ziektekostenverzekeraar, wetgeving, het proces, dat wat te meten is. En meten is weten en controleerbaar. 2. De hulpverlener heeft een grote bijdrage in de aansluiting. Is deze in staat om met zijn hele mens-zijn te luisteren en een veilige plek te zijn voor de cliënt? Veiligheid bieden is het fundament waarop het groeiproces rust. Is de hulpverlener zelf in contact met zijn eigen proces en daarbij behorende ziel en hart? Hoe kan een hulpverlener dat wat hij zelf niet kent, aan een cliënt geven? 3. Anno 2014 halen we geest, ziel en lichaam uit elkaar, maar zo zitten we niet in elkaar. Deze 3 aspecten in 1 = de mens. Maar dat zien we niet meer als inclusiviteit. Het huidige aansluiten op eetstoornissen betreft de geest; het gaat om de cognitieve gedragstherapie. Die is zichtbaar, geeft een kortetermijnbevrediging en is te meten. Maar waar is het onzichtbare, ons hart, onze ziel, dat waar de kern van het probleem ligt, de nood, dat wat zo graag gezien wil worden? Dat wat zich in de onderste laag van de hersenen bevindt, in de reptilian complex, de hersenstam. De pijn
ROSEGARDEN
die maar één verlangen heeft en dat is gevoeld worden. De rouw over wat in het leven gebeurd is en wat nooit ongedaan gemaakt kan worden, is voorwaarde voor het proces naar afsluiting. Veldonderzoek wijst dan ook uit dat geïnterviewde hulpverleners die deze bovenstaande visie delen en zelf ook een eigen proces zijn doorgegaan, weet hebben van wat er in hun eigen reptilian complex speelt. Zij geloven dan ook meer in het afsluiten en beëindigen van een eetstoornis, (dat dit kan!) dan hulpverleners die cognitief opgeleid zijn en te werk gaan (maar nauwelijks het interne proces bij zichzelf kennen). Deze groep heeft minder of geen zicht op wat er in hun diepste laag van hun hersenen speelt, de hersenstam (reptilian complex). Zij geloven in het leren hanteren van een eetprobleem en dus niet in afsluiten. Mijn eigen verhaal, mijn literatuur- en veldonderzoek bevestigen dat, wanneer de diepe nood , de kortsluitingen, dat wat zo schreeuwt in de cliënt, gezien en erkend worden, een hulpverlener veel kan bereiken in het afsluitingsproces. Als dit gebeurt door een therapeut die dit proces van heelwording ook kent, kan op lange termijn een eetprobleem eerder en beter met resultaat afgesloten kan worden. Een vergelijking met een boot: je kunt d.m.v. therapie allerlei tools krijgen waardoor je bepaalde ‘vracht’ in jezelf (boot) overboord gooit en bepaalde vracht erin laadt (b.v. corrigerende ervaringen) en op neocortex-niveau rangschikt. Maar als het anker (de nood, de basisovertuiging en kortsluitingen), dat wat in de reptilian complex zit, er niet uit gaat, krijgt de boot geen beweging en kan niet of moeizaam gaan varen. Als het anker
eruit kan, doordat dat wat zo vast zat en diep verborgen was in een cliënt, nu bekend gemaakt kan worden en verwerkt, kan de boot gaan varen. De effectieve factor van aansluiten is gerealiseerd en de cliënt kan zijn afweer- en overlevingssysteem, zijn eetstoornis afsluiten. Ik realiseer me dat de toonzetting best zwart-wit is, maar ik voel een verlangen om me hard te maken voor dit onderwerp. Inmiddels afgestudeerd Het waren 3 fantastische jaren. De opleiding bij Bureau de Roos is zo opgezet dat je zelf door hetzelfde proces gaat als je cliënt. Dit geeft een enorme meerwaarde om nu als pscychosociaal therapeut aan de slag te gaan. De thuiskomst in jezelf wekt een verlangen op om dit ook met cliënten te gaan beleven. Afstuderen met als doel je diploma halen! Samen met 30 leerlingen hebben we het behalen van het diploma gevierd tijdens een feestelijke uitreiking. De volgende stap is een praktijk starten en aan te sluiten bij de NFG. Ook ga ik starten met een eigen praktijk met een specialisatie in eetstoornissen. Want hier ligt voor mij de ervaringsdeskundigheid, die een zekere meerwaarde zal bieden. Ik heb er zin in! • www.praktijkmeerwaarde.nl
PSC
37
COLOFON
U vindt de NFG niet alleen op
FACEBOOK maar sinds kort ook op
Om het voor u als zorgondernemer mogelijk te maken contact te leggen met collega’s uit uw regio en de onderlinge verbinding meer kracht bij te zetten, vindt u de NFG sinds kort ook op LinkedIn. Hoe meer mensen zich aansluiten hoe makkelijker u kunt zien wie er werkzaam is in uw regio. U kunt dan bijvoorbeeld samen uw gemeente benaderen en samen initiatieven ontwikkelen zoals beschreven in de vorige editie van PSC Magazine. Deze initiatieven willen we graag met u delen, zodat we met elkaar kunnen werken aan nog betere zorg.
ZELF IETS BIJDRAGEN? Wilt u zelf iets bijdragen aan PSC Magazine? Stuur dan een e-mail aan onze redactie: redactie@pscmagazine.nl.
PSC MAGAZINE, DE INFORMATIEBRON VOOR PROFESSIONALS IN DE PSYCHOSOCIALE GEZONDHEIDSZORG AANGESLOTEN BIJ DE NFG, ROSEGARDEN EN TP.NET Hoofdredactie Sacha van den Ende E-mail: sacha@pscmagazine.nl Bladmanagement: Maartje Albert E-mail: maartje@pscmagazine.nl Eindredactie: Marianne Smits Redactieadres Sabangstraat 14 2612 BK Delft Telefoon: +31 (0)15 88 71 276 E-mail: redactie@pscmagazine.nl Uitgever Inspired Publishing Contactpersoon: Sacha van den Ende Sabangstraat 14 2612 BK Delft Telefoon: +31 (0)15 88 71 276 info@inspiredcommunications.nl
Vormgeving Eefje Kleijweg www.eefjekleijweg.com Druk Drukkerij Bestenzet bv, Zoetermeer Lezersservice PSC Magazine verschijnt zes keer per jaar. Het wordt in 2014 toegezonden aan alle leden van beroepsorganisatie NFG (Nederlandse Federatie Gezondheidszorg), TP.net en Rosegarden. Abonnementen Jaarabonnementen per zes nummers: € 39,95. De abonnementsprijs dient bij vooruitbetaling te worden voldaan. U ontvangt hiervoor een factuur. Nieuwe abonnementen kunnen op elk moment van het jaar ingaan. Opzegging dient schriftelijk, ten minste 2 maanden voor afloop van de abonnementsperiode te worden ingediend bij de uitgever. Adreswijzigingen Adreswijzigingen graag zo spoedig mogelijk schriftelijk indienen bij de uitgever per post of per e-mail: abonnement@pscmagazine.nl Losse edities
38 38 PSC
Kijk voor losse edities op www.pscmagazine.nl Disclaimer De informatie in dit blad is uitermate zorgvuldig opgesteld en gecontroleerd. De uitgever is evenwel niet aansprakelijk voor de inhoud van ingestuurde c.q. aangeboden artikelen, product-informatie en voor eventuele schade als gevolg van vermeende (medische) adviezen, onverhoopte onjuistheden en/of onvolledigheden. De uitgever draagt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van advertenties. Informatie over gebruikte bronnen kan opgevraagd worden bij de redactie. ©Copyright Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Inspired Publishing. Alle rechten voorbehouden.
"Merk je ook dat je verder wilt?" + Specialist in sekse specifiek & lichaamsgericht werken
+ Supervisie voor hulpverleners + Training op maat
In- & outdoortraining in teamverband en individueel o.a. “Een taal erbij” en “Geweldloos verzet in gezinnen”.
VOOR EBSITE ONZE W D BEZOEK TUELE AANBO CHING HET AC A O C & G TRAININ
WWW.IKOS - HARDERWIJK.NL
Koots òf coach?
OS_PSC_105x74.indd 2
17-01-13 (w 3) 15:49
HET AANTAL PATIËNTEN MET CHRONISCHE PIJN EN CHRONISCHE STRESS STIJGT! Vergroot nu uw kennis en vaardigheden middels een korte, geaccrediteerde bijscholing waarin u leert uw patiënten effectief te behandelen met behulp van de CPSS methode. Meer info: www.cpsscentrum.nl
krachtige leerstrategie.
of stuur een email naar info@cpsscentrum.nl
Kijk voor informatie op: opleiding.ke rnvisie
methode.nl
Verlies en Verlangen
Praktijk voor psychodynamische therapie en persoonlijke ontwikkeling
Trainingen in 2014 Omgaan met rouw en verlies
2-daagse training: voor professionals die werken met cliënten met een rouw- en/of verlieservaring
Stil Verlangen, de onvervulde kinderwens
2-daagse training: voor professionals die werken met cliënten met een onvervulde kinderwens. Data: zie www.verliesenverlangen.nl accreditatie voor NFG, NVPA en Adiona leden 06-27865750 www.verliesenverlangen.nl info@verliesenverlangen.nl
€ 250-
GRATIS ADVERTENTIE
VAKANTIE IS WIELEWAAL
VAKANTIE IS... ...SPIERPIJN VAN HET LACHEN
Stichting Wielewaal zoekt vrijwilligers om kinderen, jongeren en volwassenen met een beperking een onvergetelijke vakantietijd te bezorgen. Maak jij het mogelijk? www.wielewaal.nl/ vrijwilligers
Kenners Kiezen Kwaliteit
Meer informatie: www.nutrisan.com