LAND WERK WALCHEREN oostindische kers
grote klis
witte klaver
smeerwortel
scenario’s voor een rijk cultuurlandschap melde
Zela & kompanen
1
D K N
een project van: Zela & kompanen postbus 273 4330 AG Middelburg M +31(0)6 46015371 info@zelaenkompanen.nl www.zelaenkompanen.nl in samenwerking met: SL Studio www.slstudio.nl Paul de Graaf Ontwerp & Onderzoek www.pauldegraaf.eu Mede mogelijk gemaakt met financiĂŤle steun van: A4
A4
www.stimuleringsfonds.nl
Š Alles uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt wanneer de bron wordt vermeld: Zela & kompanen SL Studio
januari 2014
0 Voorwoord 1 De uitdaging: Het ontheemde platteland
5
2 Opzet van het onderzoek en leeswijzer
13
3 Aanknopingspunten voor een rijker landschap
19
4 Inspiratie en kennis uit het heden en verleden
31
Het dynamische landschap Dynamiek in de natuur Rijke opbrengst Biotopen Principes en technieken
5 Principes Landwerk 41 Ecosysteem als basis voor landbouw Agro-ecologie Rijk landschap Nomadische ontwikkeling / Successielandbouw Economische basis: verbreed verdienmodel Organische Groeimodel Nieuwe Landwerkers / Petten
6 Uitwerking Randerij 55 Randerij-concept Uitwerking 1 Bosranderij de Mantelinge Uitwerking 2 Kreekrugranderij Oude Veerseweg Uitwerking 3 Oeverranderij Veerse Meer
7 Catalogus van producten, diensten en waarden
73
8 Toewerken naar eco-effectief ondernemerschap
93
Colofon Bijlage 1 Landwerkers - interviews Bijlage 2 Ecosysteembenadering en veerkrachtdenken
3
droom, doel en waarden Toen we ruim twee jaar geleden dit project als voorstel bij het Stimuleringsfonds indienden hadden we (met wat toen ‘Kunstpark Zeeland’ heette) een samenwerking met Orionis Walcheren, het werkbedrijf voor werkzoekenden en mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt. We hadden samen een proefproject met als doel een werkplaats op te richten waar werkzoekenden meewerken aan opgaven uit de creatieve sector.
worden aangewend voor lokale investeringen. Het landschap verliest door dit ‘efficiency denken’ voortdurend aan vitaliteit en waarde. Ondanks dit tomeloze verlies spreken we van een ‘groeiende economie’. Is dat allemaal niet een beetje gek?
We werkten als stichting aan nieuwe concepten in natuurrecreatie. Danny begon met dit idee van ‘duurzame kunstzinnige recreatiegebieden’. Vanuit het besef dat het bestaande recreatie aanbod in Zeeland relatief eenzijdig is zagen we hier een potentieel in. Werkzoekenden zouden hieraan kunnen meewerken in het toewerken naar nieuwe waarden en nieuwe markten.
Met deze, en met vele andere vragen hebben we samen met Suzanne Loen en Paul de Graaf de aanvraag bij het Stimuleringsfonds ingediend. Kan het anders? Kunnen we naar meer vitale oplossingen toewerken? Walcheren werd met de samenwerking met Orionis Walcheren als vanzelfsprekend het onderzoeksgebied.
En gevoed door het besef dat het landschap voortdurend aan vitaliteit verliest hebben we onszelf als ‘mens’ ook steeds vragen gesteld: Is het vanzelfsprekend dat we het overgrote deel van ons landschap voor export benutten wanneer de economische drijfveer hiervan door steeds minder mensen benut wordt? Terwijl de landbouw maar voor 2,1% drager is van ons bruto nationaal product? En hoe kan het dat ondanks de inspanningen in natuurbescherming de biodiversiteit in Nederland sinds Jac. P. Thijsse met 85% is afgenomen? En hoe is het met de vitaliteit van onze Zeeuwse klei gesteld, en met de voedingswaarde van ons voedsel? Het ‘efficiëntie denken’ neemt bij beslissingen in de huidige maatschappij een belangrijke plaats in. Maar we zien nu ook dat hierin naast de opbrengsten ook kosten ontstaan. Deze kosten worden nu bij toekomstige generaties neergelegd. Voorts zien we dat opbrengsten met name toekomen aan grootaandeelhouders en opbrengsten niet
Wat als we de definitie van efficiëntie opnieuw bekijken? Wat gebeurt er als we niet kijken naar onderdelen maar kijken naar het geheel?
In de twee jaar waarin we aan dit project werkten is er veel gebeurt en veranderd. Niet alleen is de samenwerking met Orionis Walcheren niet voortgezet en was er de economische malaise die voor nieuwe realiteiten zorgde. Maar ook bleek in het zoeken van draagvlak en samenwerkingen dat onze boodschap niet altijd begrepen werd. ‘Wat bedoelen jullie nu eigenlijk?’ ‘En maak het eens concreet’. ‘Is dat wel realistisch?’ Waar wij het potentieel zagen was dat voor anderen vaak heel anders. Het waren de vragen en processen die bij innoveren horen. Maar de som hiervan heeft er toe geleid dat Kunstpark Zeeland in goed overleg uit elkaar gevallen is, en dat deze bundel met vallen en opstaan tot stand gekomen is. Het was dus nodig om nog beter ‘te laten zien wat we bedoelen’. En misschien was het wel juist door dit vallen en opstaan dat deze bundel nu rijk is aan nieuw potentieel en ook de belemmeringen die dit tegen houden in beeld gekomen zijn.
Voorwoord
Paul en Suzanne hebben in dit proces een tomeloze veerkracht en inzet getoond, het Stimuleringsfonds was begripvol en behulpzaam gedurende het proces. Ik ben jullie hier allemaal heel dankbaar voor. De lokale ondernemers en de geraadpleegde experts die wij interviewden waren heel vrijgevig in hun informatie en niet zelden was dit van grote waarde om ‘de realiteitszin’ te testen. Het heeft in dit onderzoek op verschillende manieren een invloed gehad.
Het besef dat een vitaal ecosysteem de drager is van rijkdom en van een toekomstbestendige economie is merkbaar groeiende. Maar hoe herstellen we die mens-natuur relatie? Landwerk Walcheren laat zien hoe het Walcherse platteland in ruimtelijke en ecologische zin kan worden verrijkt en haar veerkracht voor de toekomst kan vergroten. Als model voor eco-effectief ondernemerschap biedt het concept ‘Randerij’ diverse verdienmodellen en een reeks aan nieuwe gebruiksmogelijkheden, bouwstenen en ontwikkelingspotentieel vanuit een ecosysteembenadering. Landwerk Walcheren is een pleidooi voor lokaal initiatief en lokale kwaliteiten, en brengt het groeipotentieel van kleinschalige benaderingen aan het licht. Ooit was Walcheren een rijk cultuurlandschap. Dit landschap was juist door de aanwezigheid van mensen zo rijk aan biodiversiteit, en zo gaf deze bron ook heel veel terug. We hebben het dus al eens eerder gedaan. Die tijd was niet voor iedereen zalig makend, maar wat kunnen we leren van dit verleden, en wat kunnen we doen met de kennis en de wetenschap die we nu hebben? Zouden we een rijk cultuurlandschap opnieuw kunnen vormgeven? Eén ding is zeker, alles wat leeft ‘werkt’.. Jos Willemsen - Zela & kompanen
5
1 De uitdaging: Het ontheemde platteland Het platteland verandert. Het aantal boeren, de traditionele beheerders van het landschap, neemt gestaag af. Andere beroepen die gekoppeld waren aan beheer van het landschap als rietsnijders, houtvesters en griendwerkers zijn nagenoeg verdwenen of zijn verworden tot toeristische attracties. De gestage verdwijning van de werkende mens uit het landschap is het gevolg van de industrialisatie en de mechanisatie. Deze mechanisatie heeft geleid tot gebruik van steeds grotere machines en een nadruk op bulkgoederen in grote hoeveelheden met een kleine marge. Het landschap van het platteland is als gevolg hiervan steeds eentoniger en grootschaliger geworden. Hoewel deze schaal ook een zekere schoonheid heeft, is zij ook een zichtbaar symptoom van de ontheemding van de plattelandsbewoner en de uitholling van haar economische basis. Het werk op het land moet zeker niet verheerlijkt worden, maar welke werkgelegenheid is er voor in de plaats gekomen? In zekere zin is iedereen een stedeling geworden, bijvoorbeeld in de manier waarop de actieradius van de auto het gebruik van voorzieningen bepaalt. Maar ondertussen is de idylle van het platteland nog springlevend. Dit leidt soms tot eigenaardige, interessante hybride landschappen zoals kleine lintweggetjes waarop fourwheeldrives in de file staan voor een boerderij met biologische kaas en geitjes die tegen vergoeding geaaid en gevoed mogen worden. Maar vaker uit het zich in een andere vorm: grootschalige recreatielandschappen, met marina's en vakantieparken met zeeĂŤn van witte huisjes. Ook al biedt deze recreatie een nieuwe, groeiende bron van inkomsten; zij leidt meestal niet tot een mooier landschap en ook niet tot een evenwichtige lokale economie. De seizoensgebondenheid leidt tot verlaten straten en donkere ramen tijdens een groot deel van het jaar.
Zelfs in het natuurbeheer is de neiging terug te vinden om in grote aaneengesloten gebieden te denken waarin de natuur de natuur mag zijn zonder inmenging van mensen, paradoxaal genoeg betaald door giften van mensen die de natuur in hun directe omgeving missen. Natuurgebieden zijn de reservaten van biodiversiteit terwijl het omliggende agrarische landschap dat door (over)bemesting is verworden tot een ecologische woestijn al is afgeschreven. Al deze ontwikkelingen hebben een schijnbaar onbedwingbare economische logica waar ontwerpers alleen op kunnen reageren met slimme en mooie oplossingen voor de landschapsopgaves die uit deze ontwikkelingen voortvloeien. Is het mogelijk om, in samenwerking met andere disciplines, de vormgeving van de ruimte te combineren met de introductie van een ander economisch model? Een model meer gebaseerd op lokale kwaliteiten, lokale bronnen, op de aanwezige bewoners en hun ondernemingslust met een meer duurzame economie? In dit project is de samenhang tussen ondergrond, gemeenschap en de inrichting van de omgeving opnieuw overwogen. Deze samenhang zou je kunnen beschrijven als een systeem bestaande uit onderdelen en hun onderlinge relaties. Vanuit dit systeemperspectief, vanuit een begrip van deze verschillende onderdelen – natuurlijk en sociaal – en hun samenhang kan een proces in gang worden gezet dat leidt tot mooiere en rijkere landschappen, waar het beeld wordt ondersteund door een onderliggend systeem van relaties waarin landbouw, recreatie en natuurbeheer elkaar versterken.
9
historische voorbeelden
hedendaagse referenties
interviews pioniers
+
+
=
huidige toestand sector
tijd
slij
n
Principes Landwerk +-
Catalogus
Walcheren als sociaal-ecologisch systeem ext
rap
12
ola
tie
2 Opzet onderzoek en leeswijzer De ambitieuze opzet van het onderzoek heeft zich ontwikkeld onder invloed van excursies, discussies, zijsporen en allerlei ontwikkelingen in het veld. In de afgelopen twee jaar heeft het onderzoek zich zo verfijnd en toegespitst op de uitgangspunten zoals in de inleiding geformuleerd.
E X TE RN E I N V LO E DE N
SOCIAAL SYSTEEM
te halen die cruciaal zijn geweest voor de huidige toestand van landbouw, natuur en recreatie op Walcheren en hun onderlinge relaties. Deze kennis wordt in Hoofdstuk 4 ‘Inspiratie en kennis uit heden en verleden: Het dynamische landschap’ verrijkt met vormen van landbewerking, die werken met en afhankelijk zijn van de natuurlijke dynamiek. Hieruit worden universele principes en technieken gedestilleerd van landbewerking.
kaders
Aanvullend daarop hebben we een aantal interviews gehouden met ondernemers en organisaties die in die drie velden vernieuwend bezig zijn. Vanuit het veld ondersteunden zij het door ons verkregen beeld of stelden dit bij. De interviews zijn samengevat in een aantal portretten in Bijlage 1, maar hun inzichten hebben ook inspiratie geboden voor het tweede deel van het onderzoek waarin we voorstellen formuleren om het bestaande palet van de landbouw, recreatie en natuurbeheer te verrijken.
actoren
bewerking RUIMTE tijd / seizoen klimaat ondergrond
NATUURLIJK SYSTEEM
Om te begrijpen hoe het natuurlijke systeem en het sociale systeem van Walcheren in elkaar zitten hebben we gekeken naar de ontstaansgeschiedenis van het voormalige eiland. We hebben gekeken naar hoe het land werd gebruikt in verschillende periodes, de rol die de lokale natuurlijke omstandigheden daarin speelde, maar ook de sociale ontwikkelingen en invloeden van buitenaf. In het Hoofdstuk 3 “Aanknopingspunten voor een rijker landschap. Walcheren als sociaal-ecologisch systeem” hebben we op basis van dit onderzoek de zeer beknopte geschiedenis van Walcheren als sociaal-ecologische systeem beschreven, waarbij we met zevenmijlslaarzen door het complexe samenstel van gebeurtenissen, ontwikkelingen en cycli heen stampen om een paar factoren en kantelpunten naar voren
In Hoofdstuk 5 “Principes Landwerk” worden een aantal principes geformuleerd voor de ontwikkeling van landschappen op Walcheren die de huidige patstelling op het platteland doorbreken en een ruimte bieden aan vormen van landbouw, natuurbeheer en recreatie die aanvullend zijn op de huidige en nu nog niet of onvoldoende aan bod komen. De hiermee beoogde diversiteit is van belang voor de veerkracht van Walcheren op langere termijn en biedt ook mogeljkheden voor behoud en ontwikkeling van het relatief kleinschalige landschap waar Walcheren bekend om staat. De principes zijn gebaseerd op recente inzichten in de rol die de natuur speelt en hoe we daar deel van zijn; en laten zien hoe die kunnen worden vertaald naar landschapsinrichting, organisatie en gebieds-
ontwikkeling. Hoofdstuk 3, 4 en 5 zijn doorspekt met voorbeelden uit de (lokale) cultuurhistorie, uit agro-ecologie in verwante klimaatzones en uit plattelandsrecreatie die inzicht geven in ons referentiekader bij het ontwikkelen van de principes voor Landwerk. Een referentiekader dat we onder invloed van recente ontwikkelingen in landbouw, recreatie en natuurbeheer overigens blijven herijken en verrijken. Omdat we Landwerk zien als een organisch ontwikkelend proces waarvan het resultaat over 15-20 jaar niet is te voorspellen (al geven we in de Principes wel een indicatie), kiezen we bij de uitwerking in Hoofdstuk 6 voor het verbeelden van de eerste projecten, de zaadjes voor eventuele grotere ontwikkelingen. De drie Randerijen zijn kleine projecten gekoppeld aan een of meerdere zelfstandige ondernemers en wat zij eigenhandig kunnen doen. Door middel van deze drie ontwerpen wordt onderzocht hoe bottom-up initiatief kan dienen als aanjager voor grotere veranderingen op het platteland. Het volgende hoofdstuk 7 “Catalogus van producten, diensten en waarden” is zowel gericht op ondernemers die als Landwerker aan de slag willen als op overheden en grondeigenaren die Landwerk willen faciliteren, en laat zien hoe deze benadering door Zela & kompanen wordt vertaald naar aan te bieden producten en diensten. Hoofdstuk 8 is een reflectie op de ervaringen tot nu toe met de hier ontwikkelde benadering Dit hoofdstuk geeft aanbevelingen voor vervolgstappen om tot realisatie te komen van Randerijen en andere vormen van Landwerk op basis van de hier opgedane inzichten. 13
Natuur/cultuur Zeegraswinning (- 1800) Haringvisserij/haringkaken ( - 1400)
Natuur/cultuur Handkokkel/ alikruiken visserij
Natuur/cultuur Duinboeren Melkveehouders/melkschaap Duinmeijers - konijnenjacht
Recreatie/natuur/cultuur Jacht in bos van Manthelinge - eendenkooi
Recreatie Landgoederen Binnenduinrand Vinkenbaan bij Koudekerke
Peulvruchten als groenbemester (witte boon)
Recreatie/natuur Badplaatscultuur 1850
0 km
0,2 km
0,3 km
Cultuur Vlascultuur zavel -> klei (1300 - 1950)
0,6 km
0,7 km
0,7 km
1,5 km
Cultuur Schuitevaar Meekrapdelver op kleigrond (1500-1900) Rogge/wintergerst groenbemester Tarwe(stro als zeematten)
Het rijke landschap uit de Walcherse geschiedenis. Vanaf de kustlijn tot 4 km landinwaarts
Cultuur Moernering/ selnering Klei- en turfwinning nabij Koudekerke (900-1400) Suikerbieten op kleigronden 1870 -
1,5 km
2 km
Cultuur Kersenboomgaarden op Kreekruggen Moerbei - Zijdecultuur Koudekerk
2,5 km
Cultuur weidegrond poelgronden Recreatie Opkomst mini-campings en bungalowparken 1980
3 km
Cultuur Peer - en boomgaarden op kreekruggen Meidoorn veekering/hakhout 1400-1947
4 km
Cultuur Weidegrond melkschaap Kreek/Poelgronden Serooskerke Schapenkaas
Recreatie Strandhuisjes Oostkappele Natuur Strand Oostkappele
0 km
16
Cultuur Mantelinge duinbos
Natuur Natuurgebied waterleidingduinen Oranjezon
0,2 km
0,3 km
Recreatie Camping Oranjezon Binnenduinrand Cultuur Landgoederen Binnenduinrand
0,6 km
0,7 km
0,7 km
Cultuur Akkerland op Zavelgrond Nieuwland Vrouwenpolde
1,5 km
Het huidig Walcherse landschap. Vanaf de kustlijn tot 4 km landinwaarts Recreatie Minicamping Vrouwenpolder. Nieuwland
Recreatie Bungalow/Camping Kleiplaatgronden
Cultuur Akkerland Vrouwenpolder Nieuwland / Zavelgrond
er
1,5 km
2 km
Cultuur Boerderij Kreek/Poelgronden Serooskerke Cultuur Weidegrond Kreek/Poelgronden Serooskerke
Cultuur Akkerland Kleiplaat/kreekrug Zuidweg Aagtekerke
2,5 km
3 km
4 km
17
3 Aanknopingspunten voor ontwikkeling van een rijker landschap Walcheren als sociaal-ecologisch systeem
Franken & Saksen Romeinen
Frankische rijk
KADERS SOCIAAL SYSTEEM
80-jarige oorlog
Vikingen Duitse graaf rijk Vlaanderen abdijen
EEG
heren van Veere
Veere Vlissingen
ambachten
WOII
Republiek
abdij Middelburg
Walichrum ringburgen Middelburg
Nehalannia-tempel
ORGANISATIE & SAMENWERKING
graaf Holland
Franse tijd
wateringen kanaal door Walcheren
INFRASTRUCTUUR
handel
HANDEL
spoor trams
havens turfhandel handel in graan e.d.
turfwinning
ENERGIEVOORZIENING INDUSTRIE
snelweg
FOSSIELE BRANDSTOFFEN
zoutziederij
visveiling visverwerking oude ambachten
haringkaken
VERWERKING
MASSA RECREATIE
MINICAMPING
RECREATIE
visserij
LANDBOUW & VISSERIJ
schapenteelt
schapenteelt
dammen
WATERHUISHOUDING
meekrap
vlas
graan
NATUURLIJKE DYNAMIEK
NATUURBEHEER
kustvisserij walvisvaart
haringvisserij
akkerbouw
LANDWERK
dagtoerisme badtoerisme visquota mossel- en oesterteelt motorisering GLB
buitenplaatsen
INDUSTRIALISERING & SCHAALVERGROTING
GEMENGD BEDRIJF
kunstmest mechanisatie NATUURBEHOUD
WERKEN BINNEN NATUURLIJKE BEGRENZINGEN
1e ringdijken
inpoldering
Deltawerken gemaal Boreel bemaling
landwater overstromingen
NATUURLIJK SYSTEEM
KLIMAAT
ONDERGROND
WOII 1953
overstromingen
zoutwinning
BODEM- EN GRONDSTOFFENBEHEER
sel- en moernering zoutafzetting
oude duinen
kreken kreekruggen afbraak oude duinen
NIEUWE NATUUR
ruilverkaveling
zeedijken afwateringskanalen
afwateringskanalen
MILIEU
verzilting
afname bodemleven
vorming jonge duinen inklinking poelgebieden
ontwikkeling hoogveen
0
afzetting zeeklei
500
1000
1500
1800
2000
Dit schema laat de ontwikkeling zien door de tijd van van het sociaal-ecologisch systeem Walcheren, thematisch georganiseerd met centraal daarin recreatie, landbouw en natuurbeheer. Een aantal dwarsverbanden tussen deze onderdelen worden in dit hoofdstuk uitgelicht, waaronder twee belangrijke ‘kantelpunten’ (de geblokte banden): de buitensluiting van de zee door de aanleg van de dijken (rond 1200) en de omslag naar specialisatie en schaalvergroting in de tijd rond de Industriele Revolutie (eind 18e eeuw). De doorlopende grijze band geeft de periode aan die als referentie voor het rijke landschap nader wordt beschouwd (rond 1800). Zo wordt een aantal factoren en mechanismes blootgelegd die de huidige toestand van het systeem mede verklaren.
20
Aanknopingspunten voor ontwikkeling van een rijker landschap Walcheren als sociaal-ecologisch systeem Geschiedenis als sleutel
Natuurlijke dynamiek: de invloed van de zee
Bestudering van de geschiedenis kan ons meer vertellen over de samenhang en wisselwerking tussen natuurlijke omstandigheden en processen en menselijke activiteiten in Walcheren. Begrip van dit sociaalecologisch systeem helpt ons het huidige landschap en het systeem van dit landschap te begrijpen dat er aan ten grondslag ligt. Van hieruit kunnen we gerichte stappen nemen naar verduurzaming van dit systeem.
De natuur op Walcheren is van oudsher van grote invloed op het landschap en haar inrichting. Het eiland Walcheren was tot in de 12e eeuw sterk onderhevig aan de invloed van de zee. Regelmatige overstromingen brachten het in cultuur gebrachte land schade toe, maar lieten ook vruchtbare kleiafzettingen achter (de reden dat het land zo geschikt was voor landbouw) en brachten dynamiek in het landschappelijk systeem. De nabijheid van de zee zorgde naast harde wind ook voor relatief veel zon en zachte winters, die bij droegen aan een gunstig klimaat voor landbouw. De indijking van het land bracht relatieve rust en ruimte voor ontplooiing van menselijke activiteiten: akkerbouw op de vruchtbare grond, handel in de opkomende steden – Walcheren lag al in de Romeinse tijd strategisch in het Europese kustverkeer – en toen deze activiteiten rijkdom brachten later ook verpozing op de buitenplaatsen in de 16e en 17e eeuw. Buitendijks land werd ingepolderd. Nog slechts af en toe kwam de zee binnendijks, maar als dit gebeurde, was het met ongekende kracht. Ongenadig doorbrak zij dijken om gewassen en vee weg te spoelen, huizen te vernielen en …. De vruchtbare werking van deze natuurlijke dynamiek werd vergeten en elke overstroming was een tragische ramp. De zee een ongewenste indringer. De dijk een tot barstens toe onbuigzame barrière tussen land en zee.
Het ontstaan van het moderne agrarisch landschap De huidige inrichting van het landschap van Walcheren heeft zijn oorsprong in de naoorlogse herverkaveling, maar de onderliggende logica is al veel eerder ontstaan. Zelfs voordat de gevolgen van de industriële revolutie zich deden gelden, werd in de 19e eeuw in de landbouw al een begin gemaakt met schaalvergroting en een steeds efficiëntere bedrijfsvoering, aangejaagd door internationale handel en marktwerking en behoefte aan voedselzekerheid. Voormalige cash crops als meekrap werden op andere plekken goedkoper geproduceerd of werden als grondstof vervangen door synthetische producten. Waar deze toenemende efficiëntie eerst nog werd bereikt door optimaal gebruik van lokale omstandigheden, werd door de komst van kunstmest en fossiele brandstoffen een meer universele benadering gemeengoed die zich richtte op monoculturen die met goedkope externe inputs steeds hogere opbrengsten per hectare brachten. Het besef dat daarmee de natuurlijke omstandigheden die landbouw oorspronkelijk mogelijk hadden gemaakt, werden aangetast en uitgehold zou pas veel later komen.
Bedrijvigheid binnen lokaal aanwezige ruimtelijke en natuurlijke kaders Binnendijks maakte de landbouw het beste van de omstandigheden als gemengd bedrijf met akkerbouw op de hoger gelegen kreekruggen en
veeteelt op de lager gelegen drassige poelgronden. Daarnaast bestonden op de randen en overgangen van het boerenland en de uit duinen, dijken en schorren bestaande woeste, onbewerkte gronden langs de zee verschillende ambachten als duinboer, zeekraalsnijder en stropers/jagers die uit duin, bos en schor eetbare gewassen en wild oogsten. Deze rijkheid aan landschappelijke bezigheden weerspiegelde zich in een rijk landschap, waarin veel mensen actief waren in wisselwerking met de natuur. Het is de tijd waarin het cultuurlandschap zoals we dat nu nog waarderen ontstond. Een cultuurlandschap dat steeds meer om zijn recreatieve kwaliteit wordt erkend en geëxploiteerd. Het gevolg is dat dit ooit zo levendige en nijvere (‘industrious’) landschap nu wordt behouden of zelfs op kleine schaal opnieuw wordt gemaakt (in letterlijke zin gerecreëerd) uit cultuur-historische en – laten we er niet omheen draaien – financiële overwegingen, maar zonder economische drager anders dan die recreatieve waarde. Wat dit landschap aantrekkelijk maakt is echter niet alleen de kleinschaligheid en diversiteit an sich, maar ook de manier waarop dit de hand van de mens in het landschap zichtbaar maakt en een bepaald soort lokale bedrijvigheid. Als we een landschap met deze kwaliteiten willen hebben, moeten we ook ruimte maken voor dit soort bedrijvigheid, en waarde toekennen aan de producten die dit landschap oplevert.
21
Schaal manden en matten
product
bont/leer
wol
verf
kaas
linnen
meel
klompen
Vlechten
Verwerking
spinnen
bont en leerbewerking
karnen
bewerken
malen
spinnen/kammen
bewerken
Veren
Ruw product
Zeebies
Konijnen bont
fruit
schapenwol
water
hout
lanolie
verfstof
granen
brandhout
Energiebron Landoogst
scheldieren Voedsel
eieren
Zeekraal en lamsoor
schaaldieren
gevogelte
Konijnenvlees
vis
schapenvlees
drinkwater
Konijnenholen
Bevloeing
bonenstroo
vlasstro
klavers
lijnolie
brandhout
bonen winter/zomer rogge
schapenmelk
bemesting
vlas
boekwijt
bladafval bemesting
Bodemverrijking
meidoornhout
bonenstroo
diepe penwortel
groenbemester stikstof
bemesting
bladval
Landbewerkers Seizoenen/Cycli
Landbwerking Landbewerking
eendenkooien
nandkokkelen
Konijnenholen
snijden
vinkenbanen
vissen
Waterwinningskanalen
begrazing
waterinfiltratie?/verrijking
knotten hakken stoven
jacht
Visserij
verzamelen
Jacht
grondstofwinning
houtwinning
telen
oogsten
oogsten
oogsten
oogsten
zaaien
zaaien
zaaien
zaaien
fruitteelt
verzamelen
akkerbouw
Fauna
Flora
zeewier
zeebies
zeekraal Duinen
Beuken
Eiken akkers
Dennen Essen
meidoornen
Biotopen Kust
Jonge duinen
Oude duinen
Mantelinge
landschappelijke ondergrond
De diversiteit aanFauna landbewerkingsvormen in verschillende biotopen creeerde een veelzijdig landschap vogels: drieteen strandloper zoogdieren: insecten: vissen:
Zavelgronden /Kleiplaat
Oudland
Kreekrug
Aanknopingspunten voor ontwikkeling van een rijker landschap Walcheren als sociaal-ecologisch systeem
uwhout
Bouwmateriaal
kaas / Boter
Het rijke landschap van de 19e eeuw Locale referenties
Ingemaakt klompen
karnen kaasmaken
werk
ut
Drogen
Inmaken/Wekken
Hooi
Veren
elzenhout
Veren?
ndhout
brandhout
mesting bladval
Gevogelte
Rundvlees
eieren
Koemelk
Bemesting
Bemesten
rapen
ken
eieren
Jagen Verzamelen
afval voeding
Hoeden
Kreekrug
bladval
hakken plukken
rietsnijden
Melken
planten
grasland
Kom en poelgronden
hakken
Maaien
Veeteelt & Melkveehoduerij
Meidoornen
Fruit
gevogelte
Hooi/veevoer
grazen
Eiken
karnen kaasmaken
Verzamelen
meidoornen
Meidoornen
Kreekrug
Ooftbouw
fruitbomen
Essen
Kom en poelgronden
Elzen
Tot in de 19e eeuw bestond er in Walcheren een rijk cultuurlandschap dat tot op de dag van vandaag aanspreekt zowel in de ruimtelijk inrichting ervan als in de ambachtelijke activiteiten die er plaats vonden. De diversiteit aan teelten en daaraan verbonden vormen van bewerking van het land, de ambachten die de producten uit dit landschap verwerkten vormen een bron van inspiratie voor een nieuwe interpretatie van het rijke landschap. In deze periode was natuur, recreatie en landbouw nog innig met elkaar vervlochten. De activiteiten van landbewerking waren divers en varieerden in arbeidsintensiviteit. En alhoewel de Walcherse oogst van het land ook op de nationale en internationale markt werd verhandeld, zoals vlas en meekrap, kende Walcheren wel enkele vormen van kringloopsystemen. Landbewerkingsvormen die naast de oogst van het land ook voorzagen in brandstof en bodemverrijking en/of grondstof voor (lokale) nijverheid. Bloeiende meidoornhagen om de akkers en weiden, geintroduceerd als hakhout na het verbod op turfwinning, werden afgewisseld met boomgaarden achter de Manteling en op kreekruggen. De diversiteit aan afwisselende landschappen vormde samen de Tuin van Walcheren. Er was akkerbouw en veeteelt in de duinen, op de zavel- en kleiplaat- en komgronden. Jacht en houtbouw concentreerde zich rond de Manteling. Hier wisselden relatief ongerepte duinen zich af met hooggecultiveerde landgoederen van de buitenplaatsen waar landeigenaren eendenkooien en vinkenbanen construeerden. Duinmeiers joegen er op konijnen voor bont en vlees. Duinboeren beweiden hun koeien en schapen in de duinen. De Walchersen schapenkaas was beroemd. Walcheren kende nog lang een dynamisch watersysteem. Getijdemolens werkten op het getij en water werd in bepaalde delen in de winter vastgehouden op het land. Dit voedde de zoetwaterbel en hield verzilting en verdroging tegen. De rottende plantenresten en bemesting door watervogels zorgde voor een vruchtbare bodem. Rond kwelwater en wielen raapte de bevolking eieren. In de duinen werd drinkwater gewonnen. De vlas en meekrapteelt genereerde rijkdom. Echter niet voor de seizoensarbeiders. Pogingen om linnenproductie op Walcheren te introduceren om werk en inkomen te verschaffen na de oogst strandden door angst voor vernieuwing. Met de komst van fossiele brandstoffen werden meidoornhagen overbodig en verwijderd. De vlas- en meekrapcultuur verdween door buitenlandse concurentie en technische vernieuwing. Meekrapteelt had door de diepe penwortels een gunstig effect op de bodem gehad. De beroemde bonenteelt van Walcheren, een uitstekende groenbemester die de bodem gezond hield werd verdrongen door aardappelteelt. Door de economische teruggang raakten buitenplaatsen in verval of werden afgebroken. Het rijke en diverse landschap werd niet langer gedragen door een economisch systeem. Met daaropvolgend de inundaties, ruilverkaveling en relatieve schaalvergroting van de landbouw verloor Walcheren een deel van haar onderscheidende Opwassen Opgeslibte eilanden ruimtelijke rijkdom en landbewerkingsvormen die dit in stand hielden.
het delta-getijdenlandschap Walcheren - Karolingische tijd 750 bC
24
het rijke cultuurlandschap
Walcheren - ca. 1940 (voor de inundatie)
het huidige gescheiden landschap
Walcheren - 2014 - (wonen, werken, landbouw, natuur, recreatie)
Aanknopingspunten voor ontwikkeling van een rijker landschap Walcheren als sociaal-ecologisch systeem Mechanistische benadering van het landschap Het landschap zoals zich dat had ontwikkeld tot begin 18e eeuw mag ons dan charmeren, het is te gemakkelijk deze tijd te verheerlijken. Er bestond veel seizoensarbeid, met arme landarbeiders die in de winter bijna verhongerden. Ook waren in die tijd de gevolgen zichtbaar geworden van de winning van een van de eerste fossiele brandstoffen. De sel- en moernering: het afsteken van turf om dit te gebruiken als brandstof en als grondstof voor zout, was sinds de vroege middeleeuwen een lucratieve bezigheid. Het zout (neergeslagen uit het zeewater) was waardevol als conserveringsmiddel voor vis en vleeswaren en dat versterkte de handelspositie van Walcheren. Maar de afgravingen in het landschap maakten dat het water bleef staan. Water dat eerder via de kreken wegliep naar zee bij laag water, kon nu geen kant op en zorgde ervoor dat lager gelegen delen meer dan de helft van het jaar onder water stonden: het ‘landwater’. Pas met de komst van het gemaal Boreel in 1929 werd dit probleem opgelost, al legde het – zoals veel technische oplossingen voor landschappelijke problemen – ook de basis voor een volgend probleem: de verzilting (waarover later meer). De naoorlogse mechanisatie en ruilverkaveling De Industriële Revolutie zette de schaalvergroting, rationalisering en effectivisering van het landschap binnen dijk en duin in gang, maar pas na de Tweede Wereldoorlog kreeg het landschap zijn huidige vorm. De inundatie van Walcheren door de Duitsers spoelde een groot deel van de karakteristieke hagen weg, nadat de economische grondslag (hakhout als energiebron) al eerder door de opkomst van goed-
kope olie en gas was weggevallen. In het herstelplan en vervolgens de ruilverkaveling die in de jaren 50 begon kwamen de hagen dan ook niet terug. Het naoorlogse Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GBL) van de EEG zette in op de (voor de oorlog in gang gezette) verhoging van de opbrengst per hectare met alle moderne middelen, mechanisatie, kunstmest, bestrijdingsmiddelen. Alles met als doel: ‘nooit meer honger’. Dit leidde tot een blikvernauwing, waarbij bijkomstige voordelen van het rijke productielandschap te niet werden gedaan ten gunste van efficiënt ingedeelde kavels. De toen ingeslagen weg blijkt nu niet alleen te leiden naar grootschalige, monoculturele landschappen, maar ook naar verlies aan biodiversiteit, bodemstructuur en vruchtbaarheid en een afname van de beroepsbevolking werkzaam in de landbouw en steeds minder boeren die steeds meer land moeten bezitten om de rente te betalen terwijl hun bedrijf in bezit is van de bank. Schaalvergroting en intensivering heeft de samenleving wel goedkoop, 24-7 beschikbaar voedsel opgeleverd en een schijn van voedselzekerheid, maar de boer en het platteland is er in veel opzichten niet beter van geworden. Het kleinschalige landschap van Walcheren Interessant is dat Walcheren in deze ontwikkeling nog een relatieve uitzondering is. De vroege ruilverkaveling leidde tot een – in verhouding tot andere landbouwgebieden in Nederland – relatief kleine schaal van het moderne productielandschap. Deze relatief kleinere schaal wordt tot de dag van vandaag in stand gehouden door het fenomeen minicamping. Boeren kregen eind jaren 70 exclusieve licentie om in het landelijk gebied kleine campings op hun erf aan te leggen. Deze recreatieve neveninkomsten bewerkstelligden dat de boeren niet mee
hoefden te gaan in de volgende schaalvergrotingsslag. Dit model wordt daarom terecht geprezen als succesvolle vorm van landschapsbehoud, dat kleinschalige inbedding van recreatie koppelt aan het voortbestaan van de lokale landbouwsector. Een ongemakkelijk huwelijk 1: landbouw & recreatie Met huidige ogen bekeken heeft de strategie echter ook een keerzijde. Hoewel het kamperen bij de boer in eerste instantie een verrijking van het recreatieve aanbod betekende, is op de uitwerking (onafhankelijk van de betrokkenheid van de boer) wel het een en ander aan te merken. De functies recreatie en landbouw gaan een ietwat ongemakkelijk huwelijk aan. Ruimtelijk wordt de camping vaak gescheiden gehouden van het boerenbedrijf, vanwege veiligheid en geluidsoverlast. Ook dient de camping van overheidswege als landschapsverstorend element ingekaderd te worden door groenblijvende hagen (vaak coniferen), die zelf weer een wezensvreemd element in het landschap vormen. Ondertussen leidt de fusie in veel gevallen niet tot vernieuwing, noch van de lokale landbouwsector, noch van het recreatieve aanbod (veel mini-campings hebben dezelfde pragmatische opzet). Recreatief ondernemers kijken met een scheef oog naar de juridische voorkeurspositie van boerencampings. Boeren die op dezelfde voet zijn door blijven boeren worden nu alsnog ingehaald door de schaalvergroting en halen al hun inkomen uit de camping. Ook hier dringt schaalvergroting door. Recentelijk mocht onder voorwaarden (natuurcompensatie op eigen erf of in de omgeving) het aantal staanplaatsen worden uitgebreid. Ondanks een vrij trouwe groep bezoekers die genieten van het contact met de boer, lijkt het tijd het minicampingbeleid te heroverwegen en in de geest van dit beleid nieuwe wegen te bewandelen. 25
+
-
+-
+
het delta-getijdenlandschap
het rijke cultuurlandschap
het huidige gescheiden landschap
In dit landschap leefden de bewoners een min of meer zelfvoorzienend bestaan. De voornaamste invloeden van buiten waren de zee die kwam en ging, en de handel die Walcheren aandeed.
Dit landschap wordt door de activiteiten van een diverse groep boeren, jagers, scharrelaars en verzamelaars benut en in stand gehouden. De invloed van de zee is buitengesloten, maar binnen de dijken worden materialen en voedsel gekweekt, geoogst en geplukt, bewerkt en verhandeld of gebruikt en weer hergebruikt in een netwerk van kringlopen die zich - noodgedwongen - verhoudt tot de mogelijkheden en beperkingen van de omgeving.
In dit landschap zijn functies gescheiden. Landbouw, recreatie en ook het stadslandschap zijn steeds meer afhankelijk van externe inputs van nutrienten, grondstoffen en voedsel, en maar in beperkte mate van elkaar. Binnen de landbouw is de functiescheiding ook doorgevoerd. Het gemengd bedrijf bestaat nog wel in uitgeklede vorm maar de landbouwsector bestaat met name uit specialistische bedrijven. De natuur bestaat als enclave die moet worden beschermd tegen negatieve invloed van menselijke activiteiten.
26
Aanknopingspunten voor ontwikkeling van een rijker landschap Walcheren als sociaal-ecologisch systeem Gescheiden landschappen
Natuur zonder mensen?
Invloed van de zee: verzilting
In het klein weerspiegelt het merendeel van Walcherse mini-campings de gescheiden landschappen van het hedendaagse platteland, landbouwgebied gericht op productie ten koste van ecologische en ruimtelijke diversiteit, recreatieterreinen met schaamgroen afgescheiden van dit zelfde landschap uit naam van ruimtelijke kwaliteit; in het klein op het boerenerf, in groter formaat als enclaves tegen de duinrand.
Door intensief menselijk landgebruik zijn de plekken waar de natuur zijn gang kan gaan in Nederland en in Walcheren gekrompen en versnipperd. Natuurgebieden moet worden beschermd of zelfs opnieuw aangelegd. De te behouden of ontwikkelen natuur wordt vastgelegd in natuurdoeltypes, waarbij een bepaalde natuurlijke staat door beheer in stand wordt gehouden en zorgvuldig bewaakt. Deze noodzakelijkerwijs(?) defensieve houding bergt ook een paradox in zich. Ook in een natuurgebied kan de natuur niet zijn gang gaan. Er is weinig ruimte voor een natuurlijke dynamiek op langere termijn. Ook voor modellen waarin de mens als constructief onderdeel van de natuur en haar processen een rol speelt is weinig ruimte. De mens wordt gereduceerd tot deus ex machina: de onzichtbare hand die de natuur stuurt, of tot bezoeker (‘op de paden blijven!’).
Verzilting is een terugkerend probleem. Het door de zee afgezette slib bevatte zout. Dit bleek voor de sel- en moernering ook een economische kans. Nu de zee buiten wordt gehouden komt het zout via kwel binnen. Terwijl de zeespiegel langzaam stijgt, klinkt de bodem in door de afvoer van hemelwater door het waterschap waardoor deze kwel wordt versterkt. Ook nu probeert men van verzilting een kans te maken door toepassing van zilte teelten (‘if you can’t beat them, join them’) maar het blijkt lastig om gewassen als zeekraal te telen zonder de natuurlijke dynamiek van buiten de dijken. Is het mogelijk deze dynamiek te simuleren of herintroduceren zonder al te veel techniek? Een andere oplossingsrichting is de Waterhouderij, waarin boeren en waterbeheerders samen werken aan het vasthouden van zoet water, middels slim peilbeheer. Door minder af te voeren blijft dit water op het zwaardere zout water liggen en is deels beschikbaar voor gebruik in de landbouw of andere toepassingen.
En de natuur? Er is toch geen ongerepte natuur in Nederland? Of is heel Nederland met zijn mensgemaakte inrichtingen en polders op globaal niveau niet een natuurlijk verschijnsel (net als alle sporen van de mens), zij het met een iets te dominante rol voor de diersoort mens? De ‘ongerepte’ natuur huisde van oudsher op woeste gronden als de duinen en het daartegen gelegen bos, de schorren, in en op zee natuurlijk. Deze gebieden werden wel betreden en gebruikt door mensen maar hielden voor een groot deel zelfstandig hun natuurlijke hulpbronnen in stand. Terwijl menselijke samenleving in de landbouw en industrie steeds meer gericht raakte op technologische controle over en manipulatie van natuurlijke hulpbronnen, wees wetenschappelijk onderzoek, met name op het gebied van de ecologie, uit dat de zelforganisatie van de natuur en de zogenaamde ecosysteemdiensten die zij levert ook een belangrijke voorwaarde voor het overleven van de mens vormen, en dat de hang naar efficiëntie deze kwaliteit van de natuurlijke omgeving aantast en bedreigt. Deze nieuwe inzichten sterkte de meer gevoelsmatig onderbouwde natuurbeweging in haar streven de natuur te willen behouden.
Een ongemakkelijk huwelijk 2: landbouw & natuur Nu dit model financieel onhoudbaar blijkt wordt de hoop gevestigd op agrarisch natuurbeheer. Dit is een interessante ontwikkelrichting, maar ook hier steekt de logica van de gescheiden landschappen weer de kop op. Het agrarisch natuurbeheer bestaat uit het zich onthouden van agrarische activiteit en in plaats hiervan beperkt maaien ten behoeve dan de natuur. Er wordt nog te weinig gezocht naar symbiose tussen agrarische activiteit en ruimte geven aan en bevorderen van natuurlijke biodiversiteit. Dit vraagt een heel andere benadering van landbouw, die het niet zoekt in gangbare methoden zij het met minder (onduurzame) middelen, maar die in de productie van voedsel lokaal aanwezige kansen en beperkingen omarmt en de samenwerking met zijn natuurlijke omgeving zoekt.
Landwerk In deze context zoekt Landwerk naar modellen die de traditionele functies van landbouw en recreatie en de wat recentere van natuurontwikkeling combineren vanuit een integrale benadering die tegenstellingen onderzoekt, waar mogelijk verzoent en elders duidelijke keuzes maakt. Hierbij enerzijds geïnspireerd door pioniers die al bezig zijn in Zeeland, waarvan we een aantal hebben geïnterviewd (zie Bijlage 1), anderzijds door voorbeelden uit het verleden en hedendaagse referenties van elders, en voortbouwend op wat er tot nog toe in Walcheren bereikt is op het gebied van landbouw, natuur en recreatie. 27
4 Inspiratie en kennis uit heden en verleden Het dynamische landschap
Bies-, riet-, griendcultuur, Rivierengebied Holland en Utrecht
Vasoman Cash, Bangladesh
Vloedbossen en - akkers Biotoop laaggelegen zoetwaterdelta
Drijvende akkers Biotoop laaggelegen zoetwaterdelta
productie van bouwmateriaal als beschoeingen en rijsdammen, meubels, huisraad en gereedschap
biezencultuur
rietcultuur oogsten in de zomer
griendcultuur oogsten als water is bevroren
Landgebruik/methode
systeem vloedbos 32
Winter Oogsten bouw-materiaal bedden rijstro, kroos, waterhyacinth
planten en zaaien Oogsten bouwmateriaal bedden
Monsoon: vluchteiland en drijvende akker
Oogsten: Groenten
viskweken
waterakker als mest voor akkerland
systeem floating argiculture
Floating Agriculture Bangladesh
Rijst akkers
Inspiratie en kennis uit heden en verleden Het dynamische landschap Dynamiek in de natuur
Rijke opbrengst
Sinds de komst van de landbouw bewerkt de mens het land en brengt hij het ‘in cultuur’. Deze landbewerkers waren genoodzaakt te ‘werken’ met de dynamiek van de natuur, bijvoorbeeld met getijden, omdat ze de middelen (nog) niet hadden om deze te beteugelen en hierdoor vormen van landbewerking ontwikkelden die juist gebruik maakten van deze dynamiek. In het dynamische Hollandse deltagebied kwamen tot de vorige eeuw rijshout- en biezenculturen voor. Vloedbossen en -akkers die een cyclus en specifieke bewerking kenden in de dagelijkse getijden, de seizoenen, maar ook in jaren. Nu de houdbaarheid van het huidige grootschalige ‘statische’ landbouwsysteem en traditioneel natuurbeheer tegen haar eigen grenzen aanloopt is het waardevol om kennis te nemen van dit soort dynamische vormen van landbewerking. De principes en technieken die hierin besloten liggen werken op ingenieuze wijze met, en zijn vervlochten met de natuurlijke dynamiek van de landschappelijke context .
Als we naar de hier geanalyseerde landbewerkingsvormen kijken dan zijn ze naar huidige heersende landbouweconomische maatstaven niet rendabel. Bij ‘museumlandschappen’ moet er zelfs geld en energie in. Methodes zijn fysiek zwaar uit te voeren en de lokale gemeenschappen leefden of leven in (relatieve) armoede. De methoden worden hier dan ook niet verheerlijkt maar ontleed op de gebruikte principes. Door met een andere blik naar ‘vergeten’ of gemarginaliseerde vormen van landbewerking te kijken kan gesteld worden dat de ‘opbrengst’ van het land vele malen rijker is dan naar gangbare maatstaven kan worden uitgedrukt.
Voorbeelden van dynamische landbewerking zijn te vinden over de hele wereld. De technieken van de landbewerking zijn zeer verbonden met de lokale omstandigheden wat betreft bodem, klimaat en lokale behoeften. Het betreft technieken en systemen ofwel ‘ambachten’ die in de loop der eeuwen verder zijn verfijnd zoals het ‘floating agriculture systeem Vasoman Chash’ in de delta van Bangladesh. Met de wereldwijde schaalvergroting in de landbouw, toepassing van generieke defensieve waterbeheersingssystemen en het duurder worden van arbeid zijn veel van deze vormen van landbewerking ‘vergeten’ of worden afgewezen als zijnde ‘primitief’. Vormen van getijdelandschappen als grienden en gorzen worden in Nederland alleen nog als ‘museumlandschap’ in stand gehouden en niet meer bedrijfsmatig geëxploiteerd.
Het is opvallend dat, ondanks de grote geografische spreiding van de hier besproken voorbeelden, enkele universele landschapstypologieën en terugkerende landbewerkingstechnieken kunnen worden herkend. Hier volgt eerst een beschrijving van biotopen en typen landgebruik, daarop volgt een overzicht van terugkerende principes en technieken die de veerkracht van de landschappen bepalen. Biotopen Ongeacht de geografische ligging in verschillende klimaatzones kunnen we de voorbeelden onderverdelen in verschillende biotopen op de gradiënt van kust, naar dynamische rivierdelta, hoger gelegen zand- en of bergvlakten en bosgebieden. De keuze voor de hier behandelde landschapssystemen berust op de aanwezigheid van ongeveer vergelijkbare biotopen op Walcheren. Binnen deze biotopen zijn bepaalde typen van landbewerking te herkennen. Hieronder volgt een korte omschrijving van de typen per biotoop.
Biotoop: Zoute en brakke voordelta Type: Zeegrasvelden in waddengebieden (NL) In grote delen van de Waddenzee kwamen vroeger uitgestrekte velden met zeegras voor. De dichtbegroeide velden vormden een rijke leefgemeenschap voor verschillende waterdieren. Waddenbewoners oogstten het zeegras. In gedroogde vorm was het zeer geschikt als vulmiddel voor matrassen. In de jaren dertig is het zeegras nagenoeg helemaal verdwenen, naar alle waarschijnlijkheid door een ziekte en de voltooiing van de deltawerken. Zeegrassen zijn zogenaamde biobouwers, soorten die niet alleen reageren op het milieu, maar die het milieu ook sterk veranderen. Ze zorgen ervoor dat het water lokaal minder snel gaat stromen waardoor fijn slib wordt afgezet op de bodem. Hierdoor beïnvloeden zij allerlei andere soorten en neemt de biodiversiteit van het waterleven toe. Biotoop: Laaggelegen zoetwaterdelta Type: Vloedbossen en -akkers als grienden en gorzen (NL) Grienden worden vooral aangetroffen in de buurt van de grote rivieren in Utrecht en Zuid-Holland, in de IJsselstreek in Overijssel en de Betuwe. Het door de rivieren aangevoerde zand en slib vormde platen en banken, die bij eb droogvielen, met daartussendoor kreken en killen. Hier ontstonden zoetwatergetijdegebieden. Eerst schoot de bies massaal wortel, daarna het riet en op de al weer hogere platen: de wilg. Deze werd vanaf die tijd uitgebreid aangeplant. In de winter, als het water bevroren is wordt de wilg geknot. De successie van bies naar wilg duurde enkele jaren. Type: Floating agriculture als Vasoman Cash (Bangladesh) Grote delen van de zuidelijke en zuidwestelijke kustgebieden van Bangladesh staan gedurende het jaar onder water. Vooral tijdens de moesson (regenseizoen). 33
Elzenmeten, Goeree en Schouwen Nederland
Camellones / Waru Waru, Andesgebied Bolivia & Peru
Omwalde akkers Biotoop binnenduin
Systeem met verhoogde teeltbedden Biotoop hoogvlakten
Akkerbouw afgewisseld met veebeweiding 7-jarig systeem van elzenstoven hakhout productie
systeem elzenmeten 34
waterverdamping verkoelt akkers overdag
nachtvorst in gebergte wordt getemperd door warm water in greppels
Bladafval uit de grippen op de akker ter bemesting
viskweek bladafval is bemester
systeem Camellones / Waru Waru,
Inspiratie en kennis uit heden en verleden Het dynamische landschap
De bevolking van deze gebieden heeft een drijvend landbouwsysteem ontwikkeld ‘Vasoman Cash’ dat waarschijnlijk tot 400 jaar terug gaat. De drijvende akkers worden gemaakt van waterhyacinth, algen en rijststro. Ze zijn vruchtbaarder dan akkers op het vaste land door de rottende plantenresten. In het droge seizoen worden de resten van de drijvende akkers op het vaste land verspreid ter bemesting. Tussen de drijvende bedden worden vissen gevangen en gekweekt die zich o.a. voeden met het plantafval van de drijvende akkertjes.
Camellones / Waru Waru Op de afbeelding staan de archeologische patronen van het systeem
Biotoop: Binnenduinen en (hoog)zandvlakten Type: Omwalde akkers als Elzenmeten en Schurvelingen in Goeree en Schouwen (NL) Een elzenmeet is een in cultuur gebracht stuk drassig binnenduin, dat afwisselend als wei- en akkerland werd gebruikt. In een perceel werden parallelle greppels gegraven met aan weerszijden sprongsgewijs in het greppeltalud geplante elzen. De els had veel voordelen: bestand tegen een variërende waterstand, snelle aangroei na het hakken. Binnen de omwalde akkertjes heerste een zachter warmer microklimaat dat de groei van gewassen stimuleerde. Eens in de zeven jaar werden de zwarte elzen gerooid. Het afkomend hout diende o.a. als productiehout en brandstof. Type: Verhoogde teeltbedden als Camellones / Waru Waru in de Andes (Peru en Bolivia) Archeologisch onderzoek in de Andes heeft geleid tot de herintroductie van een adaptief landbouwsysteem genaamd ‘Camellones of Waru Waru’. Het systeem bestaat uit uitgegraven kanalen waarmee verhoogde teeltbedden worden opgeworpen. Het verschil tussen de dag- en nachttemperatuur is zeer groot. Het verdampende water in de kanalen tempert de extreme hitte overdag en geeft ‘snachts warmte af tegen de nachtvorst. Met extreme regen-
droge perioden. In de greppels wordt vis gekweekt welke gevoed worden met plantenresten. Bodemmateriaal uit de kanaaltjes wordt gebruikt om de teeltbedden te bemesten.
Type: Vloeiweiden op arme zandgronden als de Kempen in Belgie en Oost-Nederland De hogergelegen arme zandgronden waren door het vloeibeken- en vloeiweidesysteem in gebruik als hooi- en weideland. Kwelwater en voedselrijk water uit hoger gelegen beken en rivieren werd met een systeem van dammen en stuwen naar weiden geleid welke in de winter zo onder water werden gezet. Rottend plantmateriaal en bemesting door watervogels in deze periode zorgde voor een vruchtbare grond en hoge hooiopbrengst. Biotoop: Bossen Type: Hak- en voedselbossen als de Brabantse Mastbossen en Mediterrane Kastanjebossen in Ardeche, Borgo Val di Taro en Corsica (FR & IT) Voor de komst van de aardappel vormden de vruchten van de tamme kastanje een belangrijk bestanddeel van de voeding van Zuid-Europeanen. De omvangrijke mediterrane kastanjecultuur voorzag in werk, voeding, brand- en hakhout. De kastanjecultuur in bijvoorbeeld Corsica genaamd ‘Castagnetu’ heeft geleid tot een enorme diversiteit aan kastanjesoorten binnen een relatief klein gebied. De grote soorten variëteit is ontstaan om de gewassen zo goed mogelijk aan te passen aan de microklimaten op het eiland, om ziekten en plagen op te vangen en de oogsttijd zo lang mogelijk te maken. De diversiteit van smaken van verschillende kastanje soorten (“gout de terroir”) waren een bron van trots voor de verschillende gemeenschappen. Van de kastanjebossen in de Ardeche grenzend aan de Cote d’Azur zijn wel 60 tamme kastanjesoorten bekend. 35
Vloeiweide, Kempen
Mastbossen, Brabantse zandgronden
vloeiweide systeem Biotoop arme zandgronden
Hak- en voedselbossen Biotoop eikenbossen op zand
Eikels voeding voor varkens bemesting door watervogels
Hakhout Eikenstoven
Eikenschors voor leerlooi-indusrie
stuwtjes en dammen
Beken voor looien en watermolens
Gras- en hoolandonder bevloeien in winter
systeem vloeiweide 36
Eiken voor scheepsbouw
varkensleer
systeem mastbossen
Inspiratie en kennis uit heden en verleden Het dynamische landschap
Kastanjebossen of boomgaarden werden gebruikt voor het hoeden van geiten en varkens, de bijencultuur en het verzamelen van paddenstoelen. Het knotten van de kastanjes om de 10/12 jaar was cruciaal voor de gezondheid en vruchtopbrengst van de bomen en leverde productie- en brandhout op. De Brabantse Mastbossen kennen een soortgelijk gebruik. Met het verschil dat in deze eikenbossen varkens werden ‘vetgemast’ met eikels. Zowel de kastanje- als de eikenbossen leverden tannine voor de leerlooi industrie.
Castagnetu, Corsica Italie Hak- en voedselbossen Biotoop Mediterrane Kastanjebossen
Principes & techieken De gemene deler van de hier besproken vormen van landbewerking is dat de systemen een nagenoeg gesloten kringloop kennen waarin brandstoffen en bodemverrijking onderdeel uitmaken van een zichzelf in standhoudend systeem. De landschappen leveren voeding, productiematerialen en verhogen en/of houden de biodiversiteit in stand. De vruchtbaarheid van de bodem wordt in stand gehouden en verbeterd door slimme ‘teeltplannen’ en gebruik van rottende plantenresten zoals bij o.a. de elzenmeten. Het bladafval van de elzenhagen valt in vochtige greppels en wordt over hoger gelegen akkertjes verspreid welke door deze houtwallen een zachter microklimaat kennen. Het creëren van microklimaten en een verfijnd watersysteem is een andere gemene deler die meerdere rijke landschappen kenmerken. Het camellonnes systeem combineert beide. De waterkanalen tussen verhoogde teeltbedden temperen extreme dag- en nachttemperaturen in de bergen en worden gebruikt als viskweekvijvers, waarvan het bodemmateriaal wordt gebruikt om de verhoogde teeltbedden te bemesten. Ook het combineren van meer en minder intensieve vormen van akkerbouw, veeteelt, visteelt, jacht en verzamelen kenmerken de systemen. Sommige typen van dynamische landbewerking vergen alleen in bepaalde seizoenen of jaren veel arbeid.
Daarbij zijn de landschapssystemen zeer verweven met lokale nijverheid en industrie en kennen daardoor een rijk palet aan ambachten voor verwerking van grondstoffen. Tussen de productie van de ‘ruwe’ grondstof naar eindproduct zit letterlijk en figuurlijk weinig afstand. De ‘nijverheid’, zoals bijvoorbeeld de leerindustrie rond de mastbossen was gebaat bij en afhankelijk van de instandhouding van het eco- en landbouwsysteem. Hier volgt een overzicht van enkele terugkerende waardevolle principes en technieken: Cyclische landschappen De bewerking is afgestemd op getijden, seizoenen en de natuurlijke ontwikkeling van landschappen • Dagelijkse cyclus van dag en nacht en eb en vloed • Jaarcycli, de 4 jaargetijden en droge en natte perioden (moesson) • Meerjarige cycli, het knotten of rooien van houtige gewassen en/of successie naar andere cultuur Schaalverkleining in het landschap Een ‘vlak’ wordt opgedeeld in kleinere eenheden die de opbrengst verhogen door; • creatie van reliëf (ophogen, greppels maken) • creatie van ‘eilandjes’ (akkertjes, bedden) • creatie van randen en overgangen (zandwallen, houtwallen, oevers) Beïnvloeding van het klimaat • Temperen van hoge en lage temperaturen d.m.v. water • Creatie van microklimaten d.m.v. (hout)omwallingen Dynamische watersystemen Er wordt gebruik gemaakt van fluctuaties in waterniveaus, door eb en vloed en droge en natte perioden 37
Voordelta Zoutwinning
Zoetwaterdelta
Binnenduinen
ontwikkeling verlanding Graan malen
Zeematten isolatiemateriaal
Vloed: Spuikom vult zich met water
rietcultuur
griendcultuur
biezencultuur
Winter Oogsten bouwmateriaal bedden
planten en zaaien Oogsten bouwmateriaal bedden
Monsoon:vluchteiland en drijvende akker
Rijstro bouwmateriaal voor drijvende akkers
viskweken
oogsten
7-jarig systeem van elzenstoven
waterakker als mest voor akkerland hakhout productie
Eb: Water stroomt vanuit spuikom langs Rad
Arme zandgronden
Ho
bemesting door watervogels
Akkerbouw afgewisseld met veebeweiding
Bladafval uit de grippen op de akker ter bemesting
stuwtjes en dammen
wat verk
Grasland onder bevloeien in winter
Landgebruik/methode Landbewerking Periode/locatie
Energie
Bodem Waterhuishouding Biodiversiteit
Seizoenen/ Cycli Voeding
Industrie
Beheer/exploitatie/ eignaarschap
Zeegras winning
Getijdenmolens
Met aanleg van de Deltawerken verdwenen Zeegras (Zostera marina) - Wier in de volksmondWiervisserij (maaien van zeegras van de zeebodem). Zeegrasgebieden noemt met wierwaarden. Werd opgeslagen in Wierschuren
1551-1873 Met de aanleg van kanaal door Walcheren verdween het getij
brandstof gebruik onbekend?
Opwekking energie door stroming van getijde. Instromend water wordt opgevangen in een kom en eb stroomt water langs rad.
Bies-, riet- en griendcultuur
Floating Agriculture Bangladesh
Griendcultuur kwam voor in de Hollandse en Utrechtse getijdenrivieren. Met aanslibben van land onstond eerst biezencultuur, na verdere ophoging onstond de rietcultuur, na enkele jaren verlande en verdroogde het gebied en onstond wilgencultuur dat nog maar enkele keren per jaar overstroomde.
Gopalgonj (Southern District) of Bangladesh Bekend systeem vanaf 1600 Vasoman Chash Flood-proof Landbouw systeem van drijvende eilanden (aquaponics) gemaakt van rijststro, waterhyacinthen en kroos. Na het oogstseizoen worden de eilanden als bemesting over het vaste land verspreid.
Het hakhout werdgebruikt als brandhout
De wortels van de waterhyacinten worden gebruikt als energiebron
Hoog Nederland
Ho
Bewerking van drassige binnenduinen. Afwisselend beweiding en rogge en boekweit tussen elzenstruiken, akkers worden afwisselend bemest met bladafval en koeienmest
Bevloeien door beken van laaggelegengraslanden om de vruchtbaarheid te vergroten, tot de intrede van kunstmest in 20ste eeuw
‘Ra arc
Verbranding van hakhout
- Goede doorworteling bodem langs akkerranden - bladafval elzen worden akkerbodem verrijkt - Afwisselende beweiding zorgt extra bemesting door koeien - Zomerroge is (als stoppelgewas) ook een groenbemster
Bevloeing van graslanden door beekwater in de wintermaanden, watervogels bemesten de graslanden. Koeien bemesten in voorjaar en zomer.
De drijvende bedden zijn voorzien van bovenlaag van rottende plantenresten (kroos etc.) die dienen als voedselrijke bodem. kunstmest/dierlijke mest is niet nodig. De drijvende eilanden worden na het oogstseizoen over de akkers op het vaste land verspreid als bodemverrijking.
Zeegrasvelden zorgen voor langzamere stroming en vangen slibafzettingen op. Gewas afhankelijk van zuustof en zilt water uit de noordzee
Maakt gebruik van de natuurlijke overstromingen en getijden. Na verloop in de cyclus komt het land hoger te liggen en staan de akkers alleen nog met hoog water overstroomd.
Maakt gebruik van de natuurlijke overstromingen door de Monsoon. Waterplanten en algen dienen als voeding voor de gewassen. Tussen de bedden worden vissen gekweekt
Houdt water beter vast tussen wortels van de elzen
Maakt gebruik van het bekenstelsel, haalt water op het land in plaats van het water weg te leiden. Gaat verdroging en daling grondwaterpeil tegen. Ingenieus stelsel van bekkens en waterwerken
De natte akkers met hoogopgaand riet en houtopstanden vormen een ideale habitat voor moerasplanten, watervogels, amfibien en vissen
Tijdens de monsoon bieden de eilanden vluchthaven aan vee en huisdieren.
Fauna: Ideale biotoop voor vogels en kleine zoogdieren als bunzingen en otters
Ideale biotoop voor overwinterend watervogels deze bemesten de graslanden.
Gras en riet wordt in de nazomer geoogst Wilgen worden om de 2 of 4 jaar geoogst in de winter als het water hoog staat en is bevroren
Winter; Verzamelen van rijststro - oude bedden worden over hoge vasteland verspreid als bemesting Lente; Verzamelen/oogsten van waterhyacinten, vlechten bedden van waterhyacinten en rijstro (laag 1) en toevoegen rottende plantenlaag (kroos) Zomer/Monsoon (juni-augustus) verbouw: okra/komkommers Herfst: spinach, aurum, spices and several other vegetables
Ideale biotoop voor kreeftachtigen, weekdieren, vissen en watervogels
Oogst seizoen in het najaar wanneer de zeegras loslaat
- wortels van zeegras zijn eetbaar - Voeding voor vogels en waterdieren- Garnalenvisserij afhankelijk van zeegrasvelden - Zoutwinning
- bouwindustrie : isolatiematerialen woningen - Huisnijverheid: Isolatie materiaal matrassen en kussens, weven van tapijten - Weg/waterbouw: Zeematten/wierdijken met houten eikenpalen - Grondstofwinning: Zout Winning door (wier)vissers Zeegras werd gedroogd op grond van boeren die ervoor betaald werden
- Graan werd gemalen bij de getijdenmolen -
- Korenmolen - Meelindustrie
Molenaar/waterschap
- Weg- en waterbouw - Kuip industrie (haringen) - Manden en matten - rietbedekkingen - gereedschappen en huisraad - In eigendom van Domeinen (verpacht) - Boeren - Griendbedrijven - particuliere dorpelingen
7 jarig systeem, na 7 jaar worden de elzenstruiken geruimd en nieuw aangeplant.
Bevloeing in de wintermaanden, weide en grasland in grasland in voorjaar, zomer en najaar
- Vissen - kruiden - bladgroenten - vruchten (komkokkers/okra)
- Wisselteelt op akkers - Veeteelt/melkvee - Roggeteelt tussen de elzenstruiken
- Vleesvee - melkvee - gras is veevoer
- Agriclutuur - Vis-industrie
- akkerbouw
- Veeteelt - melkvee - hooiland
Boeren Individueel/corporaties
Boerenbedrijf
- veeteelt
Ca
-
De pioniersplanten bies, riet en wilg volgen elkaar in een periode van enkele jaren op en zorgen voor nieuwe landaanwinst.
Bo aa de
De od pe ‘sn ge
De vis de
De od pe ‘sn ge
-A -V
- timmerindustrie/huisnijverheid
http://enviroscope.iges.or.jp/contents/APEIS/RIS PO/inventory/db/pdf/0146.pdf
Overzicht van enkele systemen van dynamische landbewerking en hun ‘opbrengst’ 38
Vloeiweidenstelsels
Goeree en Schouwen.
Zeewier wordt soms gebruikt voor bodemverrijking
Bronnen: http://www.youtube.com/watch?v=0EpXEeh_rjU
bronnen:
Elzenmeten
Waterschappen en boeren
Boere
Inspiratie en kennis uit heden en verleden Het dynamische landschap
• Bewegend water, bewerking is afgestemd op eb
n
Hoogvlakten
Bossen op zandgronden Eikels voeding voor varkens
stuwtjes en dammen
ls
oten, w
er in de e en zomer.
water op den. Gaat n. rken
waterverdamping verkoelt akkers overdag
nachtvorst in gebergte wordt getemperd door warm water in greppels
Eiken voor scheepsbouw
Hakhout Eikenstoven
Eikels voor leerlooi-indusrie
viskweek
Beken voor looien en watermolens
bladafval is bemester varkensleer
Camellones / waru waru
Mastbossen
Hoogvlakten van de Andes in Peru en Bolivia
Brabant
‘Raised bed’ systeem met waterkanalen dat na archeologische vondsten is geherintroduceerd
Beweiden van varkens (vetmasten) met eikels in eikenbossen. De eikels en varkensleer werden verwerkt in de leerlooiindustrie. De beken waren essentieel voor het looien en watermolens - Eikenstoven als brandhout - Beken met verval voor de aandrijving van watermolens welke gebruikt werden in de leerlooiwerkplaatsen
Bodem wordt bemest met rottend plantmateriaal uit de kanalen. Door de hoge waterstand blift de bodem vruchtbaar
Wroeten van varkens en bemesting door varkens gunstig voor de vruchtbaarheid van de bosbodem - tanine van eikellooien vervuilt water/bodem?
De kanalen vangen water op tijdens natte perioden tbv van drogere perioden. Het water tempert door verdamping hitte overdag en geeft ‘snachts warmte af en gaat zo bevriezing van de gewassen tegen
ogels
De kanalen zijn vormen een biotoop voor vogels, vissen welke worden gevoerd met plantafval van de akkers
ajaar
De kanalen vangen water op tijdens natte perioden tbv van drogere perioden. Het water tempert door verdamping hitte overdag en geeft ‘snachts warmte af en gaat zo bevriezing van de gewassen tegen
- Akkerbouw - Visteelt
Maakt gebruik van het verval van bekenstelsel - tanine van eikellooien vervuilt water/bodem?
Najaar varkens ‘vetmasten’ Schors en hout hakken
- eikels als veevoer - eikels voor boszoogdieren/vogels - varkensvlees - eikels voor eikeltjeskoffie
- Varkens hoeden - Timmer/bouwindustrie - brandstof industrie - Tannine uit eikenbast - leerindustrie
Boeren Individueel/corporaties
en vloed • Gebieden worden bewust tijdelijk onderwater gezet • Kanalen en greppels zijn buffers en spaarbekkens voor droge en natte perioden Kringlopen voor gezonde bodem Het systeem voorziet in zijn eigen gezonde vruchtbare bodem vaak in samenhang met het water- en teeltsysteem • Rottende plantenresten uit omringend water worden gebruikt als bemesting • Groenbemesters maken deel uit van teeltplannen • Tijdelijk onderwater zetten van akkers • Positieve verstoring bodem door wroetende bosvarkens Combinatie van extensieve & intensieve bewerking • Jagen en vissen (visteelt tussen akkers) • Verzamelen (hout, schors, eieren, paddenstoelen, kastanjes) • Veeteelt (beweiden, hoeden) • Combinatie van houtige meerjarige gewassen en wisselende teelten • Praktijk van ‘coppice’ of knotten van bomen, dit verhoogd vrucht- en hout opbrengst Verwevenheid met lokale (huis)nijverheid Landbewerking en nijverheid zijn in deze systemen innig verweven en van elkaar afhankelijk • De combinatie van houtige en wisselende gewassen zorgt voor spreiding van arbeid in de seizoenen. Het hout wordt vaak gebruikt in woning-, weg- en waterbouw en productie van gebruiksvoorwerpen aan huis. • De landwerkers zijn vaak ook werkzaam in de lokale (huis)nijverheid en industrie
Verwevenheid met en instandhouding biodiversiteit • Praktijk van houtwallen, knotten of stoven creëert een habitat voor vogels, kleine zoogdieren en insecten • Beheer d.m.v. stoven zorgt voor extra bloei en grotere vruchtopbrengsten. Dit draagt bij aan en wordt extra gestimuleerd door de bijencultuur Hortillonnages • Overgangen van stromend naar nagenoeg stilstaand water creëert een ideale habitat voor bio divers waterleven
Grasland onder bevloeien in winter
Amiens
Moestuinen en waterakkers
- Eikenstoven als brandhout - Beken met verval voor de aandrijving van watermolens welke gebruikt werden in de leerlooiwerkplaatsen
?
Concluderend kan gesteld worden dat wat rijke landschappen kenmerkt is dat ze ‘robuust’ zijn. Ze zijn bestand tegen en gedijen bij uitstek of zijn juist ‘ontworpen’ om extreme omstandigheden op te vangen. Omdat ze een bufferende en of temperende werking kennen werken ze met en zijn de bestand tegen droge perioden en overstromingen en lage en hoge temperaturen. Ruimtelijk gezien is zeer opvallend dat ze juist ‘schaalverkleinend’ in plaats van schaalvergrotend zijn. De schaalverkleining vergroot de opbrengt per vierkante meter. De ruimte die wordt ‘opgeofferd’ aan houtige wallen en randen, greppels en kanalen voor het watersysteem verdient zichzelf ruim terug.
Maakt gebruik van het verval van bekenstelsel - tanine van eikellooien vervuilt water/bodem?
Waterakkers en afrasteringen van wilgen creeeren een mangroveachtige biotoop voor watervogels
Bodemverrijking door varkens, jonge eikenaanplant
- eikels als veevoer - eikels voor boszoogdieren/vogels - varkensvlees - eikels voor eikeltjeskoffie
De rijkheid van het systeem zit hem naast robuustheid en rijke opbrengst in de verwevenheid tussen natuur en cultuurlandschap. De scherpe scheiding en tegenstelling is afwezig. De kastanjebossen zijn aangelegd als boomgaarden maar worden beleefd als ‘wilde’ bossen waarbij de wijze van exploitatie de biodiversiteit stimuleert. De hier besproken principes en technieken kunnen een bijdrage leveren in de zoektocht naar een veerkrachtiger landbouwsysteem dat bijdraagt aan en geïntegreerd is met het natuurlijke systeem. 39
- Varkens veeteelt - Timmer/bouwindustrie - brandstof industrie - leerindustrie
Boerenbedrijf en leerindustrie (verzamelen eikels voor leerlooien?)
5 Principes Landwerk
Uitgangspunten van het rijke landschap
Principes Landwerk: natuur als model
Wereldwijd is een debat gaande over de toekomst van de landbouw en de vraag hoe we 9 miljard mensen gaan voeden. Moeten we doorgaan op dezelfde voet met grootschalige geindustrialiseerde monoculturen (alleen steeds een beetje efficienter en steeds een beetje minder milieuvervuilend), of de landbouw meer vormgeven als natuurlijk ecosysteem met ruimte voor de complexiteit, diversiteit en veerkracht?
fos
sie
42
duurzame transitie
to
miljoenen jaren
ffen
natuur als model voor duurzame ontwikkeling
ontwikkeling leven op aarde gevoed door zonne-energie
Ecosysteem als basis voor landbouw
le bra nds
fossiele tijdperk: kwantitatieve groei gebruik makend van over lange tijd opgebouwde reserves
ecosysteembenadering: kwalitatieve groei door toenemende complexiteit van verbindingen en uitwisseling van beperkte voorraad hernieuwbare grondstoffen
Terwijl het eerste kamp beweert als enige aan de vraag te kunnen voldoen (en dat de ecologische prijs hiervoor daarom maar betaald moet worden) ziet de ander deze benadering als een doodlopende weg (verwoestend in ecologisch opzicht en op langere termijn in fysieke en economische zin onhoudbaar). Het laatste woord hierover is nog niet gezegd en beide stromingen (en het spectrum er tussen in) verdienen meer onderzoek en vooral experimenteerruimte. Op dit moment echter zetten we als samenleving vrijwel al ons geld op grootschalig, industrieel, terwijl agro-ecologie op zijn minst een alternatief is dat het onderzoeken waard is. De meeste bezwaren tegen deze landbouw vanuit ecologische principes zijn pragmatisch en economisch van aard; uitgaand van de huidige omstandigheden. De voordelen van agro-ecologie daarentegen lijken een langere houdbaarheidsdatum te hebben. Ze bouwen voort op honderden jaren wereldwijde ervaring met locatie-specifieke landbouw, die in het licht van de huidige inzichten op het gebied van duurzaamheid weer uiterst actueel blijkt. Het is daarom vanuit landbouwkundig oogpunt interessant om de agroecologische benadering van landbouw in de praktijk te gaan testen, al is het maar op kleine schaal. Ook in de discussie over de landbouw als beheerder van natuur- en recreatiegebieden kan deze benadering een vernieuwende bijdrage leveren.
Principes Landwerk: symbiose natuur, landbouw en recreatie Agro-ecologie
Onder agro-ecologie verstaan we alle vormen van landbouw die zijn gestoeld op ecologische principes, in het bijzonder de vormen die zijn ingesteld op de Nederlandse omstandigheden (klimaat, bodem, maar ook economie en maatschappij). Hieronder valt valt het biologisch-dynamisch gemengd bedrijf, kringlooplandbouw, polyculturen en agroforestry (zie overzicht volgende bladzijde). Geinspireerd door de voorbeelden uit het verleden en van elders en met oog voor het rijke verleden van de lokale context kan uit deze ‘best practice’ worden geput voor het (verder) ontwikkelen van lokale vormen.
netto ecologische op brengs t
biodive rsteit biomassa per opbrengst
t hec
are
arbeid
ext e
rne inp ut energie en grondstoffen
agro-ecologie: het eco-effectieve midden tussen natuur en gangbare landbouw (adaptatie van schema Martin Crawford)
Wat deze teelten gemeen hebben is dat ze ruimte open laten voor natuurlijke processen buiten de groei van het productiegewas om en deze processen zelfs stimuleren. Zij doen dit omdat deze natuurlijke processen ecosysteemfuncties vervullen zoals bodemverbetering en -bemesting en plaagbestrijding die in de huidige landbouw niet worden vervuld of met hoog verbruik van eindige grondstoffen. De mate waarin en de manier waarop de systemen naar natuurlijke systemen zijn gemodelleerd verschilt (zie het schema hiernaast).Dat maakt dat de systemen ook in ruimtelijk-landschappelijk opzicht verschillen en dit biedt mogelijkheden voor een meer divers productielandschap. De introductie van complexiteit en diversiteit betekent enerzijds minder werk in de zin van plaagbestrijding, landbewerking, snoeien en bemesting, maar anderzijds dat oogsten een meer divers en handmatig karakter krijgt. De (her)introductie van agro-ecologische benadering betekent ook de herintroductie van handwerk in de landbouw. Een kans om betekenisvol en interessant werk te bieden met een rol voor vrijwilligers en recreanten. De ambachtelijke kwaliteit van het werk in agro-ecologische systemen biedt hiervoor ruimte. 43
New Forest Farm, Verenigde Staten restoration agriculture
Agroforestry Trust - Forest Garden, Engeland agroforestry
Pioniers in Nederland
Foodforest Ketelbroek 44
Hof van Twello
Krameterhof, Oostenrijk permacultuur
Doornik Natuurakkers
Overzicht vanvan agro-ecologiesche benaderingen Overzicht agro-ecologische benaderingen Agro-ecologie omvat een bandbreedte aan benaderingen die verschillende ecologische aspecten binnen de landbouw centraal stellen, zoals zelforganisatie in systemen (of onderdelen daarvan) die dicht bij de opbouw van natuurlijke systemen staan, of de sluiting van kringlopen volgens natuurljike principes met mensgemaakte hulpmiddelen. Hieronder vallen het traditionele gemengd bedrijf (zoals dat nu nog wordt gepraktiseerd in de biologisch-dynamische landbouw) en andere vormen van kringlooplandbouw, polyculturen die verschillende soorten naast en door elkaar laten groeien en agroforestry waarin bomen en andere meerjarige opgaande gewassen worden gecombineerd met andere teelten. Ruimtelijk bewegen deze systemen zich van parkachtige bos(rand)systemen tot akkers, waarbij ook het gebruik van eenjarige of meerjarige gewassen zorgt voor verschillen in beleving en inrichting. De diversiteit in het systeem weerspiegelt zich in de diversiteit aan werkzaamheden en activiteiten die mogelijk is in een agro-ecologisch landschap. Internationaal gezien zijn er voor onze klimaatzone een aantal aansprekende voorbeelden van deze bandbreedte, met name uit de Verenigde Staten, maar ook in Engeland en Oostenrijk.
The Land Institute, Verenigde Staten meerjarige polycultuur
Polyface Farm, Verenigde Staten kringlooplandbouw
Pioniers op Walcheren In Nederland staat de agro-ecologie nog in de kinderschoenen, maar er is wel sinds kort weer een hoogleraar op dit gebied in Wageningen en op kleine schaal werken een aantal pioniers aan vergelijkbare benaderingen. Daarnaast wordt binnen de biologischdynamische landbouw al veel aan kringloopsluiting gedaan. In Zeeland wordt onder meer ge-experimenteerd met paardentractie en ploegloos boeren. In Vlaanderen is agro-ecologie als concept inmiddels omarmd door de overheid en verbouwen boeren al gewassen in agroforestry systemen.
Biologisch-dynamisch bedrijf Loverendale
Paardentractie (o.a. Eindelienge, Zeeland) 45
Principes Landwerk: rijk landschap Een rijk landschappelijk systeem Een productielandschap gebaseerd op agro-ecologische principes is niet alleen vriendelijker voor flora en fauna maar ook voor de mens die er in verblijft. De diversiteit in productie van de polyculturen uit de agro-ecologie biedt een rijk palet aan voedsel en andere producten voor menselijk gebruik, maar ook een diversiteit aan ruimtes en mogelijkheden om aan het landschap deel te nemen. De principes en technieken in het hoofdstuk Dynamisch landschap laten zien hoe de diversiteit aan bewerkingen tot diversere, kleinschaliger landschappen leidt. +
+
+
gemengd natuurgebied De activiteiten in dit landschap zijn dragen bij van bedrijf extensieve begrazing het kringloopopbouwen van natuurwaarden. Zo wordt de bosbouw landbouw mensaquacultuur een constructief deel Randerij duurzaam recreatieparkvan de natuur. De verbreding agroforestry in manieren van produceren, + gemengd natuurgebied omgaan met natuur, verblijven verduurzaamde natuurgebied reguliere bedrijf extensieve wildpluk STAD / DORP en deelnemen in het landschap landbouw kringloop begrazing bosbouw landbouw die Landwerk voorstaat maakt Randerij aquacultuur duurzaam recreatiepark het platteland als geheel rijker. agroforestry
verduurzaamde reguliere landbouw
O2
CO2
+
+
N
+ O2
CO2
N
+
Het rijke landschap als systeem. 46
De huidige vormen van intennatuurgebied wildpluk STAD / DORP sieve landbouw en verblijfsrecreatie worden aangevuld en positief beïnvloed door nieuwe meer geïntegreerde vormen van landbouw, natuur en recreatie. Deze nieuwe landschappen verbeteren de systeemkwaliteiten van het platteland. Er worden nieuwe verbindingen gemaakt, de diversiteit biedt meer veerkracht in tijden van verandering en er wordt efficiënter omgegaan met kostbare grondstoffen, die grotendeels lokaal gewonnen worden: van duurzame zonne-, wind- en getijde-energie tot vezels uit de tarra van landbouwproducten.
Principes Landwerk: verbreed en evoluerend verdienmodel Economische basis: verbreed verdienmodel
aarde w e h c is ecolog rde landschappelijke waa
5
10
20
30
â‚Ź
40
opbrengst
rde (winst) ische waa econom
recreatie
kosten
landbouw 5
10
20
verbreed verdienmodel met toekomstwaarde
30
40 jaren
Door aan te sluiten op behoeften in de huidige samenleving zoals een toegankelijk recreatief landschap met mogelijk tot participatie en natuurbeleving kan Landwerk binnen de huidige economische randvoorwaarden renderen. De huidige landbouw en de huidige recreatievoorzieningen dekken die behoeften maar ten dele. Hier is plaats voor nieuwe modellen voor landschapsinrichting en -beheer. Vernieuwende symbioses tussen landbouw gericht op nicheproducten, landschaps- en natuurbeheer en recreatieve diensten, die op een kleine schaal in het landschap worden ingepast, kunnen in deze (groeiende) nichemarkt stappen. Deze kleinschalige bedrijven bieden tegelijkertijd de experimenteerruimte voor vormen van landbouw die op langere termijn en bij doorzetten van een aantal trends ook zelfstandig rendabel kunnen zijn al dan niet in combinatie met verzilveren van een aantal ecosysteemdiensten. Landgenieters: Overzicht van vernieuwende vormen van recreatie De veranderende kijk op de natuur en onze rol daarin leidt tot nieuwe recreatieve behoefte, waarin natuurbeleving, authenticiteit, het genieten van de seizoenen en ook een actieve houding een rol spelen. Het overzicht op de volgende bladzijden geeft een beeld van deze groeiende recreatieve niche.
47
1 t/m 3 http://preau.nl
4 t/m 8 www.outdoorinspiration.nl
9 t/m 16 http://savannagardens.com
17 t/m24 www.outdoorinspiration.nl
25 t/m 32 http://riogozofarm.blogspot.nl
Voor de Randerijboer: Keuze voor schaalverkleining; Met persoonlijke en financieel gunstige motieven de markt van eco-toerisme aanboren
Voor de verhuurder: Inkomsten uit verhuur eco-lodges
Voor de natuurbeheerder: Betere inbedding van natuurgebieden; Ecologische verbindingen tussen natuurgebieden; Natuurwaarden in landbouwareaal door het ecoeffectief ondernemerschap van de Randerijboer; Inkomsten uit natuurgebruik
Randerij - gebiedscooperatie
50
Voor de bouwer: Inkomsten uit de bouw van eco-lodges, uit de bouw van nieuwe landschapselementen en lichte infrastructuur
Voor de kok: Inkomsten uit verkoop maaltijden en kookworkshops
Voor de wellness ondernemer: Inkomsten uit wellness
Voor de (team) trainer: Inkomsten uit trainingen
Principes Landwerk: Ondernemerschap Het ondernemersklimaat
Voor de hoeder: Inkomsten uit beheer en producten
Voor de manager: Inkomsten uit organisatie en promotie
De uitvoerig van de hier beschreven Landwerkprincipes vragen om een nieuwe ambachtelijkheid: nieuwe vaardigheiden, en vooral om nieuwe combinaties van vaardigheden. Het landschap van de Randerij biedt mogelijkheden voor allerlei verschillende diensten, zowel meer reguliere, bijvoorbeeld overnachting of de groententas, als meer vernieuwende zoals cursusaanbod in natuurlandbouw of persoonlijke training. Bij deze diensten horen verschillende rollen, verschillende petten. Deze petten kan de ondernemer zelf opzetten, door te verbreden en nieuwe vaardigheden te ontwikkelen als ondernemer, of hij kan samenwerken met anderen met aanvullende vaardigheden. Met de verkoop van arrangementen kan afhankelijk van de creativiteit van de ondernemers een heel divers ondernemersklimaat ontstaan. Gebiedscooperatie
Voor de natuur exploirant: Inkomsten uit natuurbeleving
Voor de paardenhouder: Inkomsten uit landbewerking en beheer met paardentractie
Binnen het ondernemersklimaat kan worden samengewerkt in een gebiedscooperatie. Bestaande ondernemers kunnen vanuit hun bedrijf geleidelijk naar deze samenwerking overstappen. In de catalogus is dit ondernemersklimaat verder uitgewerkt >>
51
2014
Bestaande landbouwbedrijven al of niet met minicamping
Een klein aantal andere landwerkers vinden een plaats binnen het ondernemersklimaat van de Landbouwbedrijven
2016 Randerijen - pilotprojecten
Instapmodel bestaande actoren (biologische bedrijven): Dingemanse, de Visser, Guepin, de Krom, Korstanje, Dekker, ‘t Hof Welgelegen, Bioduin.
52
ondernemersklimaat 2014
ondernemersklimaat 2016 - groeipotentieel
Principes Landwerk: organisch groeimodel voor Walcheren Organisch groeimodel
Instapmodel
Een rijk landschap moet tijd krijgen om te groeien. De tijd van grootschalige herstructureringen lijkt voorbij en daarnaast zijn er in tijden van overgang als deze veel vaak tegenstrijdige ideeen over hoe de toekomst er uit zal zien. De hier geformuleerde visie op landbouw en natuur is in elk geval nog niet breed geaccepteerd. Veranderingen vinden langzamerhand plaats en daarom stellen we een organische groeimodel voor gebaseerd op de kracht van initiatieven en ondernemers die met deze visie aan de slag willen.
Het experimentele karakter van deze nieuwe benadering en de stroperigheid van het huidige systeem maken (in de ervaring van Zela & kompanen) dat dit niet altijd door bestaande partijen kan worden gedaan, maar dat er soms een frisse blik nodig is en onconventionele spelers die op basis van geleerde lessen een heel andere richting uit gaan. Landwerk gaat daarom uit van een combinatie van oude en nieuwe spelers die soms in samenwerking, soms naast elkaar werkzaam zijn in het landschap. Daarbij kan een onderscheid gemaakt worden tussen reguliere spelers, pioniers en nieuwe Landwerkers
Door klein te beginnen kan het model zichzelf bewijzen en als er behoefte aan is kan het op langere termijn bredere toepassing vinden. De kleine schaal sluit aan op het ondernemende karakter en de menselijke schaal van Landwerk: het werk van ondernemende individuen die in hun levensonderhoud voorzien en al doende condities scheppen waarin de natuur zich kan ontwikkelen met als resultaat een landschap dat rijk is aan ecologische waarde, en aan economische waarde op het gebied van cultuur en landbouw. De kleine schaal maakt het ook makkelijker om het experiment in te passen in het huidige landschap: Door nu ruimte te maken voor diversiteit, en voor experimenten buiten de bestaande denken beleidskaders, ontstaan er kleine hubs in het landschap die het bestaande landschap complementeren en die zaadjes vormen die bij de juiste condities (zoals veranderingen in de beschikbaarheid van grondstoffen, toenemende kosten voor fossiele brandstoffen, afnemende opbrengsten in de gangbare landbouw door klimaatverandering) kunnen ontkiemen en tot bloei komen.
Het landschap wordt steeds rijker als cultuurlandschap en steeds robuster als verdienmodel
landschap 2030
2030
Minder maar grotere landbouwbedrijven in de centrale delen
Randerijen aan de randen
Een groot aantal andere landwerkers vinden een plaats binnen het ondernemersklimaat van de Randerijen
ondernemersklimaat 2030 53
6 Uitwerking Randerij
Bottom-up inweving van Landwerk in Walcheren
Randerij: van probleemrand naar kansrand
pad natuurbeheer
Randerijen kunnen worden ontwikkeld op de randen van agrarische gebieden waar ze grenzen aan natuur-gebieden, aan dorpen en steden of aan (mini)campings. Deze grensgebieden zijn vaak conflictgebieden. De natuur heeft voor boeren veel lastige zaden en bij agrarische teelten worden vaak kunstmest
en pesticiden gebruikt welke voor de natuur schadelijk zijn. Landbouw wil graag een laag grondwaterpeil waar natuur een hoge wenst. In dorpen, steden en (mini)campings heeft de relatie met het aangrenzende land vaak maar een onbeduidende waarde. Burgers komen nog weinig buiten..
verplaatsbare eco-lodge
<
natuur-recreatie & natuur-landbouw
Randerij
In een randerij worden deze harde grenzen die vaak tot last zijn, opgerekt tot een rand van kleinschalig cultuurlandschap. Er ontstaat zo een landschappelijk netwerk met natuurwaarden en cultuurwaarden.
>
landbouw
Deze randen beschermen de twee aangrenzende zones van elkaar, zodat ze beide tot volle ontwikkeling kunnen komen. En door de rijkdom van zijn natuurlijke en culturele verschijning verbindt het de burger met het landschap. Er zijn zo drie winnaars: de boer, de natuur en de burger.
Voorbeeld van successielandbouw het 1e jaar
vanaf het 2e jaar
1
eenjarigen: pompoen, courgette, mais, bonen, oostindische kers, zonnebloem..
vanaf het 3e, 4e of 5e jaar
1
2
vaste planten: artisjok, aperge, capucijnbaard, brave hendrik, vaste ui, zwartmoeskervel, aardbei..
Aan de rand van een bestaande bos wordt een deel ingezaaid met bijvoorbeeld pompoen, maïs en bonen. De wilde vegetatie die opkomt wordt niet of selectief gewied. Deze soorten laten zich gemakkelijk met de opkomende wilde vegetatie verenigen, en de wilde vegetatie creëert de benodigde condities voor de volgende teelt. Na de oogst kan bijvoorbeeld met hulp van varkens of kippen het volgende zaaibed worden klaargemaakt. Alles wordt ingezet om benodigde condities te scheppen. Het volgende jaar kan afhankelijk van de ontwikkeling deze strook worden ingezaaid met de eerste vaste planten. De vaste planten creëren
1
vanaf het 5e, 6e of 7e jaar
2
houtigen: framboos, kiwibes, blauwe bes, aalbes, hazelaar..
3
1
2
3
4
boomvormers: walnoot, appel, peer, pruim, moerbei, druif, kiwi, tamme kastanje..
vervolgens de benodigde condities voor de houtigen. Na enkele jaren ontstaat er een gemengd voedselbos. De soorten worden afhankelijk van de condities van de plek gekozen en het geheel wordt zorgvuldig op elkaar afgestemd. Het systeem wordt steeds robuuster als ecosysteem en steeds robuuster als verdienmodel. Met heel weinig energie wordt dit landschap steeds vitaler. Dit landschap legt CO2 vast, zuivert lucht, water en bodem, produceert biodiversiteit, biomassa, humus én voedsel. eindbeeld
56
een gemengd voedselbos als overgang tussen conventionele landbouw en natuur
Randerij: kleinschalig eco-effectief ondernemerschap Landwerk vanuit kleinschalig innovatief ondernemerschap De principes van Landwerk bieden een palet aan mogelijkheden, dat op verschillende schaalniveaus kan worden ingevuld. In de uitwerking voor dit rapport, de Randerij, onderzoeken we de kleinste schaal, die van de individuele ondernemer die een stuk landschap in bruikleen neemt en eigenhandig en met activiteiten die hij met anderen ontplooit het land omvormt tot een rijker landschap. Deze uitwerking verkiest bottom-up initatief en innovatie vanuit ondernemerschap boven grootschaliger projecten die een langere aanlooptijd, veel meer communicatie en veel meer bemoeienis van bovenaf vergen. Deze kleinschalige uitwerking moet - naast de waarde die het heeft als burgerinitiatief en groene oase - wel gezien worden als mogelijke opmaat naar en proeftuin voor initiatieven op grotere schaal (zie Principes Landwerk: Organische gebiedsontwikkeling).
Nomadische ontwikkeling / Successielandbouw
Eco-effectief ondernemerschap
Natuurlijke processen zijn continue in ontwikkeling. Er vind successie plaats tot dat er sprake is van een climaxvegetatie. Vervolgens wordt het zo ontstane dynamisch evenwicht weer verstoord en vind een nieuwe successiereeks plaats. Vanuit dit principe zou landbouw gedacht kunnen worden als begeleider van dit proces van successie, gericht op productie in de diverse stadia van de successie. Ruimte geven aan natuurlijke principes vraagt in dit geval ook om een andere benadering van ruimtegebruik, waarin de ruimtelijke inrichting meer dynamisch is. Een volgens natuurlijke principes bewerkt stuk grond is geen bos of weide, maar ontwikkelt zich over tijd van open veld via opgaand groen naar bos, waar vervolgens door kap of intensieve begrazing weer een open veld van wordt gemaakt. Gekoppeld daaraan kan een boer nomadisch meebewegen met een bepaalde successiefase. Bijvoorbeeld in de vorm van een open plek met een productieve bosrand, die door kap aan de ene kant en aanplant aan de andere kant verplaatst door een bosgebied, of als beheerder van een steeds opschuivende (want opgroeiende) bosrand.
We zijn nu opgegroeid met het idee dat we als mens schadelijk zijn voor natuur. Wat natuurlijk zo is, maar het omgekeerde is ook mogelijk, wij kunnen ook heel nuttig zijn voor natuur. Zelfs zo nuttig dat natuur daar met heel veel overvloed op reageert. Met eco-effectief ondernemerschap wordt met natuurlijke processen mee gewerkt. De ondernemer schept in de bedrijfsvoering gunstige condities voor natuurlijke processen, en de natuurlijke processen scheppen gunstige condities voor de ondernemer. Ze trekken als het ware samen op. Zo’n onderneming wordt steeds robuuster als ecosysteem en steeds robuuster als verdienmodel. Stappenplan
Om pilot projecten te realiseren stellen we een stappenplan voor. De eerste stap is het identificeren van geschikte locaties en benaderen grondeigenaren. De tweede is het samenbrengen van een aantal Randerij ondernemers rond deze locatie en het opzetten van een of meerdere verdienmodellen volgens de prinMet Randerij wordt ruimte voor vernieuwing in de cipes van Landwerk. De derde is de uitvoering van marge gezocht: aan de randen op de overgang tus..benutten van natuurlijke successie in de landbouw, natuurbeheer verenigen met voedselproductie. Teaming with de lifeaan de verdienmodellen gekoppelde diensten en sen de gescheiden werelden van natuur, landbouw activiteiten en ruimtelijke inrichting in samenwerking en recreatie. Juist omdat het daar schuurt en botst. met alle stakeholders: ondernemers, grondeigenaIn de ecologie heten overgangen gradienten en juist e v ren, maatschappelijke organisaties en overheden. r deze plekken zijn ecologisch het meest interessant cu eits t i l ndgebieden met In de Catalogus (Hoofdstuk 6) wordt hiervan een a en rijk door de dynamiek die op die overgangen vit pallet in beeld gebracht . In Kansen en belemmerinontstaat. Op basis van natuurlijke principessen atie (Spartinion maritimae) gen (Hoofdstuk 7) worden de eerste ervaringen wordt een stuk land aan een of beide zijdes van de besproken die Zela & kompanen met dit model heeft grens tussen boerenland en natuur of recreatiepark opgedaan. omgevormd tot een productief, recreatief interessant happen op de overstromen. en ecologisch rijk gebied. De vegetaties
dat Het groeit in verkavelde landschap wordt huidige die jaarlijks ongeveer opnieuw bewerkt en opnieuw met ormteen slijkgras éénjarig gewas ingezaaid en ten een kans er is vaak een eesla. In het a zelfs de
tgestorven in
SUCCESSIELANDBOUW
pioniersfase
..de grenzen tussen landbouw en natuur zijn hierin doorgaans hard. Hiermee verliest het landschap aan vitaliteit.
climaxfase
In successie werken alle soorten, alle planten, alle dieren voortdurend toe naar het creëren Wanneer de condipioniersfase van overvloed. climaxfase ties goed zijn werkt al het leven hier aan mee, aangedreven door zon, regen en mineralen in de bodem en in de lucht. Natuur wordt hierin steeds rijker, steeds vitaler en zelfredzamer, alles ‘werkt’ dan mee. Alle soorten creëren gunstige condities Natuurlijke successie West-Nederland voor de soorten die erna komen, en er wordt in voortdurend ‘waarde’ opgebouwd. Waarde in termen van vitaliteit, synergie, biomassa, biodiversiteit en humus. Successie is misschien wel het meest krachtige en energie-efficiënte natuurprincipe.
57
1
2
3
rand natuur rand landbouw rand recreatief verblijf rand water
4
rand dorp of stad overgang hoog-laag (kreekruggen) overgang zoet-zout (zoute kwel)
1
58
2
3
4 km
5
Gradientenkaart: ruimte in de randen Gradientenkaart Het vinden van geschikte locaties voor de Randerij is enerzijds een sociaal proces: praten met private en institutionele landeigenaren en alle stakeholders vanuit natuurbescherming en -ontwikkeling, boeren en boerenorganisaties en recreatief ondernemers. Maar vanuit strategisch oogpunt is het - voor overheden en non-profit organisaties als Zela & kompanen - interessant om een kansenkaart te maken die laat zien waar de Randerij het meest effectief kan worden ingezet. De hier ontwikkelde gradientenkaart laat zowel de dynamiek van overgangen in menselijk activiteit en beleid als de overgangen in natuurlijke condities zien. De hieraan verbonden potenties worden in samenhang zichtbaar gemaakt en wijzen ons op bijzondere kansen en mogelijkheden bijvoorbeeld waar verschillende, ecologische en sociale overgangen bij elkaar komen. Maar de kaart laat ons ook met een andere blik kijken naar Walcheren en biedt een blik op een mogelijke toekomst waarin het natuurlijk systeem weer leidend wordt voor ontwikkelingen op Walcheren. Als zodanig biedt ze ook een mogelijke ondergrond voor grootschaliger ontwikkelingen, zoals het raamwerk voor 2030 op blz. 29 die ook ook aansluiten op landschapsarchitectonische visie in de Landschapsatlas van Walcheren. Eigenschappen van de locatie De gradientenkaart brengt aan de hand van een aantal randen en overgangen eigenschappen in kaart die van belang zijn voor een Randerij-locatie:
1. randen natuur, landbouw, recreatie Hier wordt het gescheiden landschap tastbaar door grenzen tussen natuurgebied en landbouw, landbouw en recreatie en (verblijfs)recreatie en natuurgebied. Vaak worden deze grenzen zichtbaar door hekken of schaamgroen (om landschappelijk gezien â&#x20AC;&#x2DC;ongewensteâ&#x20AC;&#x2122; elementen als caravans aan het oog te onttrekken) 2. waterrand De waterrand is zowel in ecologisch als in recreatief opzicht aantrekkelijk. Ecologisch gezien markeert het de overgang van natte naar droge leefmilieus. In recreatief opzicht staat de rand voor toegang tot water: om over uit te kijken, in te zwemmen of op te varen. 3. stads/dorpsrand De rand van de bebouwde kom markeert de overgang van leefmilieu naar het landschap: uitzicht, frisse lucht, ontsnappen aan sociale druk. De nabijheid van een gemeenschap betekent zowel een bron van vrijwilligers/ klanten, als een zekere druk op de rust van het platteland. De Randerij kan gebruik maken van deze tegenstelling. 4. overgang hoog-laag : kreekruggen Kreekruggen zijn vanuit cultuur-historisch oogpunt waardevolle elementen, die daarmee ook een recreatieve potentie hebben. Deze voormalige kreken zijn in de loop van de tijd hoger komen te liggen dan de naastgelegen poelgronden en vormen dus ook langgerekte ecologische gradienten van hoog naar laag (en dus van lage naar hoge grondwaterstand) 5. overgang zoet-zout : zilte kwel Op de overgang van zoet naar zout water in gebieden waar zilte kwel optreedt is ruimte voor andere meer zouttolerante gewassen, die een geheel eigen locatiegebonden smaak hebben.
Eigenschappen ondernemer(s) De locatiekeuze brengt eigenschappen van de locatie samen met de eigenschappen van de betrokken ondernemers volgens het Petten-model, waarmee de ondernemers in hun levensonderhoud kunnen voorzien en die het landschap verrijkt volgens de principes van Landwerk. De kaart is dus geen eenduidige kansenkaart maar een bron van informatie over mogelijkheden waar iedere ondernemer zijn eigen keuzes op kan baseren, binnen de doelstellingen van Landwerk. Drie locatiespecifeke uitwerkingen Op de volgende bladzijden is een uitwerking gemaakt voor drie verschillende locaties op de kaart. De locaties laten verschillende overgangen van landbouw, natuur en recreatie zien en zijn daarnaast gekozen omdat ze gezamenlijk een aantal kenmerkende condities van het Walcherse landschapbeslaan: de overgang van duin naar bouwland, van zilt naar zoet langs de kreekruggen en van buitendijks gebied naar brak watermilieu.
1
2
3
4 km
59
BOSRANDERIJ De Mantelinge Het bos van de Mantelinge ligt achter de duinen op zandgrond. De bosrand ligt op een overgang tussen zand en klei, het bos gaat hier over in akker en weide. Het bos is plaatselijk relatief soortenarm, door teveel voedingsstoffen en te weinig diversiteit. Er is een constante stroom van zoet water uit de duinen, maar de oude greppels in het bos bieden door gebrek aan licht en bladval niet de goede condities om deze bron te benutten. Kan ondernemerszin tegelijkertijd de productiviteit, biodiversiteit en verblijfskwaliteit bevorderen in een bosgebied? Een gradiĂŤntrijke bosrand, enerzijds in het bos en anderzijds op de akkers aan de rand van het bos gerealiseerd, is de ruimtelijke en economische drager van verrijking van dit gebied. In het bos worden open plekken langs de greppels vrijgemaakt en de zo ontstane bosranden worden geleidelijk ontwikkeld tot voedselbos. Diverse stadia van successie verrijken het bodemleven en de biodiversiteit. De greppels worden opgeschoond, blad en slib als mest opgebracht en de zoetwaterstroom wordt benut voor kweek van waterkers. De bosrand wordt geleidelijk uitgebouwd, door natuurlijke successie te combineren met teelt van eetbare soorten die in de betreffende successiefase thuis horen. Alle onderdelen van het systeem: planten, dieren, schimmels werken mee in deze successielandbouw, en creĂŤren gunstige condities voor de soorten die erna komen, er wordt voortdurend waarde opgebouwd. In termen van diversiteit, complexiteit, invloedsferen, kringlopen, humus en productie. In combinatie met workshops, trainingen, de verhuur van de eco-lodges en verkoop van al dan niet verwerkte producten uit de randerij wordt de Randerij steeds robuuster als ecosysteem en als verdienmodel. 61
opening inbreiding bosrand zaaien / planten
natuurlijke ontwikkeling
voedselbos
3e 2e 1e uitbreiding bosrand
Potentieel verspreidingsgebied & locatie
Flora
Wilde asperges / aardpeerartisjok
duinfruit, duindoorn kruisbessen
waterkers/mierikswortel
daslook / vogelmelk
bosfruit, bosbessen / braam/ framboos
Principes Bosranderij
eik/es/tamme kastanje/beuk/hazelaar notenbomen
fruitteelt, aalbessen/appel/ peer/kers
bloem(zaad) teelt
zoet zout
62
zout
Locatie De Mantelinge
Jaar 1-3: CreĂŤren ruimte, planten en zaaien
Jaar 4-10: Cultiveren en laten ontwikkelen van de bosranden
satelliet
gradienten
historische referentie ca.1940 voor de inundatie (bron: topografische dienst)
63
KREEKRUGRANDERIJ Veerseweg De omgeving van de Oude Veerseweg kenmerkt zich door het zoute kwelwater. Het is nu deels als weidevogelgebied aangemerkt en in beheer bij Het Zeeuwse Landschap. Kan dit natuurgebied worden verrijkt met kleine ingrepen in de waterhuishouding, zo dat zowel een ondernemer als de natuur hiervan profiteren? In dit scenario worden in de kreekruggen aan de rand van het gebied tussen de Oude Veerseweg en het Kanaal door Walcheren boezems uitgegraven. Met molentjes wordt het zoute kwelwater in de boezems gepompt. De randerij-boer reguleert met schuifjes de bevloeiing van de aan deze boezem gelegen vloeivelden. Hij begeleidt deze veldjes zo door verschillende successiestadia heen. Hij gebruikt hiervoor varkens en zaait de gewassen in, steeds in de condities die door het vorige gewas ontstaan zijn. In een successie die is geinspireerd op het slikken-schorren landschap, worden bijzondere groenten gekweekt wiens smaak de â&#x20AC;&#x2DC;terroirâ&#x20AC;&#x2122; weerspiegelt: de bodem, het zoutgehalte en andere kenmerken van de locatie. Door uitzaaiing worden ook de poelgronden verrijkt met de soorten die aanslaan, wat leidt tot meer variatie dan gebruikelijk in dit soort weidenatuur. Er ontstaat een nieuw type cultuurlandschap met een bijzonder Zeeuws product en een bijzonder verhaal dat in lokale restaurants genuttigd kan worden. Bestaande structuren in het landschap lenen zich voor het plaatsen van in het landschap verscholen ecolodges. In combinatie met workshops en rondleidingen ontstaat zo een nieuw lokaal verdienmodel.
65
molentje
boezem
4e
3e
2e
1e
zeekraal, lamsoor, Engels slijkgras, kweldergras, zilte rus, roodzwenkgras, zulte, schorrekruid, strandkweek, heen, zeegroene ganzenvoet, zeeweegbree en schorrenzoutgras.
vloeiveld
Principes Kreekrugranderij
Potentieel verspreidingsgebied & locatie
Flora
zegge
kweldergras
zout
66
zeekraal, lamsoor, zeeaster, zeekool
wilg- en elzenstruweel
zout
zeekraal, lamsoor, zegge
kweldergras zeeaster, zeekool wilg- en elzenstruweel
zout
zegge
kweldergras
zout
Locatie Oude Veerse Weg
Jaar 1-3: Aanleggen zilte boezems, bevloeiing, begin cultivatie
Jaar 4-10: Successiestadia bewegen in cycli langs de kreekrug
satelliet
gradienten
historische referentie ca.1940 voor de inundatie (bron: topografische dienst)
67
OEVERRANDERIJ Veerse Meer De oevers van het Veerse Meer zijn deels beplant met bos en er zijn grasvelden welke dienen voor recreatief gebruik. De oever is met natuursteen bestort. Kunnen tijdelijke teelten en recreatief gebruik van bos en oever kansen bieden voor ondernemer en natuur? De Oeverranderij combineert bosbouw en aquacultuur en wordt stapsgewijs langs de oever opgeschoven. De randerijboer creëert hiermee al doende gunstige condities voor natuurwaarden in het bos en aan de waterkant. Op drijvende velden worden zilte gewassen gekweekt, onder de velden mossels in een hangcultuur. Deze drijvende velden creëren luwte en microbiële activiteit die het waterleven diverser maakt. Het bos wordt verrijkt door open plekken te creëren en deze geleidelijk te laten ontwikkelen tot voedselbos, zoals die gebruikt worden in de bosranderij. Terwijl de successie van het bos aan de ene kant de open plek langzaam weer vult, wordt aan de andere kant gekapt om nieuwe ruimte te creëren. Zo ‘wandelen’ de open plekken door het bos en verrijkt het bodemleven en de biodiversiteit. Ditzelfde principe wordt ook voor het eiland de Haringvreter voorgesteld. In een restaurant dat uit lokaal hout is opgebouwd kunnen de specialiteiten uit het bos en het meer worden genoten. In combinatie met workshops, trainingen en de verhuur van eco-lodges ontstaat zo een nieuw lokaal verdienmodel.
69
verrijkte milieus
drijvend veld
4e
steiger
3e 2e 1e varkens wandelende open plek
Potentieel verspreidingsgebied & locatie
Flora
es eik hazelaar
zwarte els
wilg
riet
bies
Principes Oeverranderij
klein en groot zeegras
bies
brak
riet
wilg
zwarte els
es eik hazelaar
getijde
zout dijk
70
bos
wandelende open plek
drijvende velden: zilte teelt en hangcultuur
Veerse Meer
drijvende ecolodges
eiland de Haringvreter
Locatie Veerse Meer
Jaar 1-3: Vrijmaken ruimte in bos, bouw en aanleg drijvende velden
Jaar 4-10: Cultiveren oever, laten ontwikkelen en rijker achterlaten
satelliet
gradienten
historische referentie ca.1940 voor de inundatie (bron: topografische dienst)
71
72
7 Catalogus producten, diensten en waarden bouwstenen voor een verrijkend landschap
toewerken naar nieuwe waarden - gebruiksbeschrijving van de catalogus Het volgende hoofdstuk “Catalogus van producten en diensten” is zowel gericht op ondernemers die als Landwerker aan de slag willen als op overheden en grondeigenaren die Landwerk willen faciliteren, en laat zien hoe deze benadering door Zela & kompanen wordt vertaald naar aan te bieden producten en diensten.
Nog leuker vinden we het als wij als Zela & kompanen kunnen ondersteunen bij het uitwerken van specifieke cases. Ondersteunen bij strategie, ontwerp en planvorming. Ook bij uitvoering van aanleg, beheer en bouw.
Deze catalogus geeft een overzicht van rollen, producten & activiteiten, arrangementen en landschapselementen. Met deze elementen kan de Landwerker aan de slag om in samenwerking met natuur en met andere ondernemers verdienmodellen samen te stellen, waarmee het landschap opnieuw vorm wordt gegeven en gewerkt kan worden aan de ontwikkeling van nieuwe landschaps- en milieuwaarden. Centraal staat hierin steeds de opgave zo veel mogelijk los te komen van de prijsvorming in de landbouw-wereldmarkt en toe te werken naar ecoeffectief ondernemerschap. Zodat landschap en ondernemer beiden steeds ‘rijker’ en robuuster worden in een wederkerig patroon. Als ecosysteem en als verdienmodel. Deze catalogus is hierin een eerste aanzet. Niet met de bedoelling om volledig te zijn, wel om een beeld te geven van de ingredienten waaruit een ‘rijk’ landschap zou kunnen worden gevormd. Wij verwachten dat deze verzameling in de toekomst in het ondernemen, in het ontdekken en in het doen steeds rijker wordt, steeds diverser en steeds leuker. Als ondernemer, als landwerker of als overheid kunt u hier vrij uit putten. Wij hopen dat deze catalogus een bijdrage kan leveren in het verrijken van uw bedrijf, uw erf, uw landschap, uw toekomst.
www.zelaenkompanen.nl 75
Het ondernemersklimaat - de dynamiek en de landwerkers - samen nieuwe economie creĂŤren Met de verkoop van arrangementen kan afhankelijk van de creativiteit van de ondernemers een heel divers ondernemersklimaat ontstaan. De boer kan de arrangementen zelf ontwikkelen maar kan hiervoor ook met andere ondernemers samenwerken. De verkoop van arrangementen schept condities waardoor ondernemers op het platteland kunnen ondernemen in voltijds en deeltijds samenwerkingen. Ieder krijgt een deel uit de opbrengst van het verkochte arrangement.
Voor de Randerijboer: Keuze voor schaalverkleining; Met persoonlijke en financieel gunstige motieven de markt van eco-toerisme aanboren
Voor de verhuurder: Inkomsten uit verhuur eco-lodges
Randerij gebiedscooperatie
Met Randerijen ontstaat: Voor de natuurbeheerder: Betere inbedding van natuurgebieden; Ecologische verbindingen tussen natuurgebieden; Natuurwaarden in landbouwareaal door het ecoeffectief ondernemerschap van de Randerijboer; Inkomsten uit natuurgebruik
Meer locale investering Meer economische spreiding Meer werkgelegenheid Meer verdienmodellen Meer creativiteit Meer samenleving Meer cultuur Meer ruimte voor water Meer ruimte voor vrijetijdsbesteding Meer schaalvergroting & Meer schaalverkleining
+
+ + + +
+
76
+
Voor de bouwer: Inkomsten uit de bouw van eco-lodges, uit de bouw van nieuwe landschapselementen en lichte infrastructuur
+
Deze boer kiest er voor om als Randerijboer verder te gaan. Schaalverkleining en eco-effectief ondernemen
Door de keuze van schaalverkleining door de Randerijboer krijgen andere boeren ruimte voor schaalvergroting
..en in deze dynamiek kan het waterschap werken aan meer ruimte voor water..
Voor de kok: Inkomsten uit verkoop maaltijden en kookworkshops
Voor de (team) trainer: Inkomsten uit trainingen
Voor de wellness ondernemer: Inkomsten uit wellness
..en in de verkoop van arrangementen onstaat een nieuw ondernemersklimaat met nieuw potentieel voor nieuwe landwerkers
..en voor vrijwilligers en studenten ontstaat leerruimte en ruimte voor zingeving. Zij zijn ‘nieuwe landarbeider’.
Voor de hoeder: Inkomsten uit beheer en producten
Voor de natuur exploirant: Inkomsten uit natuurbeleving
Een Randerijboer kan zelf meerdere petten dragen of er voor kiezen om met andere ondernemers samen te werken.
Voor de manager: Inkomsten uit organisatie en promotie
Voor de paardenhouder: Inkomsten uit landbewerking en beheer met paardentractie
Afhankelijk van de ligging, en afhankelijk van de ondernemer zelf kunnen er verschillende typen Randerijen ontstaan en verschillende typen Randerijboeren. Bijvoorbeeld een oeverranderij, een bosranderij, een dorpsranderij..
In de ontwikkeling van dit landschap zijn een reeks aan deelopgaven te definiëren waar met werkzoekenden aan kan worden mee gewerkt. Zo werken zij mee aan het creëren van nieuwe economie en nieuwe werkgelegenheid.. >> Landwerkplaats
77
De Randerijboer
De schaalvergrotende boer
De natuurbeheerder
De verhuurder
De kok
De Randerijboer biedt een combinatie van natuur-landbouw en natuur-recreatie.
De schaalvergrotende boer richt zich op de landbouwwereldmarkt. Ruimte voor schaalvergroting is een voorwaarde voor deze boer om een goede concurentiepositie in de wereldmarkt zeker te stellen. Deze boer profiteert van de ruimte die ontstaat door de schaalverkleining die randerijboeren creëeren. Hiermee werkt schaalvergrotende boer mee aan het mogelijk maken van een recreatief netwerk en biodiversiteit in het landschap vanuit een wederkerig belang.
De natuurbeheerder verschuift de focus van beschermen van natuurgebieden naar een successielandschap. De natuurbeheerder volgt de natuurlijke processen (successie en verbindingen) op, kijkt hierop vooruit en zet de juiste man/ vrouw op de juiste plek.
De verhuurder verhuurt ecolodges aan de recreant. Deze verhuurder onderscheidt zich van andere verhuurders door de natuurrijke omgeving, de innovatieve duurzaam gebouwde verblijven en de arrangementen die aan de recreant worden aangeboden.
Deze kok maakt allerlei ambachtelijke producten van wat er uit de Randeij allemaal naar voren komt. Deze kok is een cullinaire duizendpoot en groot liefhebber voor alles wat ‘echt’ is een gaat steeds op zoek naar essenties van voeding en smaak.
De randerijboeren en de hoeders zijn hierin als eco-effectieve ondernemers belangrijke partners. Samen werken zij toe naar een landschap dat steeds rijker wordt. Steeds rijker aan natuurwaarden, steeds rijker aan cultuurwaarden, en steeds rijker als verdienmodel.
De eco-lodges zijn bij voorkeur mobiel. Op die manier kunnen de eco-lodges met de successie meeschuiven en zijn zo ecoeffectief.
Het land bevind zich doorgaans op randen. Bijvoorbeeld tussen natuurgebieden en landbouw of tussen stad of dorp en landbouw of langs oevers. Randerijen vormen samen een cultureel- en natuurrijk netwerk. De Randerijboer benut de natuurlijke successie als waarde opbouwend principe. Deze successie wordt met eetbare soorten nagebootst en wilde planten vervullen een opbouwende rol in het systeem als geheel. Teelten zijn steeds condities scheppend voor de volgende teelten, er wordt toegewerkt naar een voedselbos. Het systeem van het bedrijf wordt steeds rijker als ecosysteem, en steeds rijker als verdienmodel. Het verdienmodel van deze boer bestaat uit de verkoop van arrangementen. Hiervoor kan worden samengewerkt met een rijk pallet aan plattelandsondernemers. www.krameterhof.at www.newforestfarm.net www.denieuwetuin.be www.agroforestry.co.uk www.foodforestry.nl
78
www.zlto.nl
www.verborgenverblijf.nl www.frankrijk-noord.nl www.drewapenaar.nl
De bouwer Met Randerijen ontstaan er allerlei nieuwe bouwopgaven. De bouw van eco-lodges, nieuwe landschapselementen en lichte infrastructuur zoals hokken, hekken, steigertjes en bruggetjes. Maar ook met het verbouwen en nieuwbouwen van de boerderij tot meervoudige ruimtes, sanitair etc.
De welness-ondernemer
Deze ondernemer speelt in op de groeiende aandacht die er is voor persoonlijke verzorging bij zowel mannen als vrouwen, en de groeiende behoefte vanuit welvaartsziekten als burn-out en overgewicht. Het programma wordt aangeboden vanuit een noodzaak en vooral Deze kok maakt de maaltijden, vanuit belevenis. De welnessmaar ook verwekte producten ondernemer biedt diensten zoals chutneys, pasta’s, sauzen, ter verzorging van lichaam en jam, sappen, smoothies, ciders, geest. Een sauna, massage bieren, wijnen. Ook vleesproduc- en beweging gerelateerde ten en kazen. programma’s ter ontspanning of innerlijke en uiterlijke reiniging http://foodcurators.wordpress.com voor de gezondheid. Ook is www.villa-augustus.nl er steeds meer vraag naar www.hethinkelspel.be begeleiding van de persoonlijke http://preau.nl en spirituele ontwikkeling. Welke vorm ook, een zuivere en natuurlijke plek en omgeving versterkt de werking van de welness. www.kraaybeekerhof.nl www.elysium.nl www.kuuroorddeschouw.nl
De (team) coach
De natuurexploirant
De hoeder
De paardenhouder
De manager
De nieuwe landarbeider
De coach heeft expertise om het functioneren of het communiceren van uzelf of van teams te verbeteren. Mensen kunnen in teamverband prestaties leveren die ze alleen nooit voor elkaar krijgen. Samenwerken kan tegelijkertijd ook heel lastig zijn. Omdat er in alle subtiliteit verschillen zijn in het team bijvoorbeeld. Deze coach leert hoe u zelf beter kunt functioneren of hoe teams kunnen ontwikkelen tot inspirerend samenwerkende groepen, die optimaal bijdragen aan de organisatie.
De natuurexploirant gebruikt de natuur als grote inspiratiebron voor mensen. Dit kan op het recreatieve als op het educatieve vlak zijn. Bij een recreatieve invulling is te denken aan zeilen, kanovaren, surfen, (avontuurlijke) wandeltochten, etc. Bij meer educatieve programma’s is te denken aan excursies of avontuurlijke activiteiten waarbij meer nadruk wordt gelegd op de beleving van de natuur. Dit kan in samenwerking met natuur- en milieuorganisaties. Een derde invalshoek van de natuurexploirant is de natuur te ‘gebruiken’ als inspiratiebron voor persoonlijke ontwikkeling. Er is steeds meer behoefte aan persoonlijke en spirituele ontwikkeling en ondersteuning bij de lichamelijke en geestelijke gezondheid.
De hoeder is een nomadische dierenhouder. Zoals een herder met schapen een natuurgebied beheert doet de hoeder dat ook. Maar niet zo zeer in natuurgebieden, als wel in de overgangen tussen natuur en landbouw, de randerijen en de daarmee verbonden delen. Met bijvoorbeeld schapen of varkens of koeien of kippen of duiven. De dieren worden ingezet om condities te scheppen voor een volgende fase in de successie, voor een volgende teelt. Met hun gewroet, gegraas, en hun mest ontstaan deze condities waardoor er een ander gewas kan worden ingezaaid of aangeplant. In het proces van verstoren & herstel ontstaan deze condities en ontstaat er ook meer biodiversiteit. De hoeder betrekt een inkomen uit de verkoop van vleespaketten, het verzamelen van wilde planten, zaden en bessen, met het beheer en de hiermee verbonden arrangementen.
Moderne paardentractie is het door middel van paarden voortbewegen van moderne apparatuur, in de land-, tuinen/of bosbouw. Moderne paardentractie werkt veel efficiënter dan traditionele paardentractie en past daarom uitstekend in deze tijd.
De manager doet de planning, de verdeling van de taken, het werven van gasten, het geld, de materialen en de (online) verkoop.
Nieuwe landarbeiders wonen in steden en dorpen. Deze groep mensen willen in hun vrije tijd meer grondgebonden leven. Nieuwe landarbeiders putten plezier uit werken op het land op een sociaal maatschappelijke manier. In plaats van naar de tennisclub te gaan gaan deze mensen naar de boer om mee te werken aan kleinschalige agrarische doelstellingen. Afhankelijk van hun interesse specialiseren zij zich in een streekproduct waar de nieuwe landarbeider zich helemaal op toe legt. Nieuwe landarbeiders zijn in het dagelijks leven bijvoorbeeld dtp-er of accauntant en als nieuwe landarbeider bomenplanter, of in het dagelijks leven secretaresse en als nieuwe landarbeider kaasmaker.
www.bruisendebreinen.nl www.outdoorinspiration.nl www.dehaanteamcoaching.nl www.brendasarbach.nl
www.outdoorinspiration.nl www.innersteps.com www.teamwandeling.nl www.thuis-op-aarde.nl http://preau.nl
www.buitengewonevarkens.nl www.krameterhof.at www.polyfacefarms.com
Werken met paardentractie is per definitie werken met duurzame energie. Paardentractie verstoort het natuurlijk bodemleven veel minder of zelfs dan trekkertractie of een gunstige manier en past derhalve perfect in de natuurlandbouw. www.paardentractie.nl
Deze manager vertaalt de ambities van de samenwerkende partners in deeldoelstellingen en taken en zorgt er voor dat het goed samenloopt. Deze rol kan goed door een van de andere ondernemers als bijtaak worden uitgevoerd.
Nieuwe landarbeiders kunnen ook mensen met een beperking zijn die hier op de Randerij een zinvolle taak krijgen. www.hoevebiesland.nl www.hindersteyn.nl www.debuytenhof.nl
en in dit ondernemersklimaat kunnen nieuwe nog onbekende beroepen ontstaan..
79
Producten & activiteiten - verdienmodellen opbouwen Waar het in gangbare landbouw gaat om een hoge kilo-opbrengst van een uniform product gaat het in een Randerij om een hoge diversiteit. Diversiteit van veel verschillende agrarische producten en delicatessen, diversiteit in recreatieve waarden, en om biodiversiteit. Met het samenstellen van arrangementen uit producten en activiteiten kunnen verdienmodellen voor de ondernemer(s) worden opgebouwd. Iedere plek, iedere onderneming en iedere ondernemer beschikt over bepaalde eigenschappen die de keuze voor bepaalde producten en activiteiten vanzelfsprekend maakt. Hier wordt diversiteit, ervaring, avontuur, welzijn en gezonde producten direct aan de consument verkocht. Met de verkoop van arrangementen ontstaat: Meer diversiteit in producten Meer diversiteit in activiteiten en diensten Meer diversiteit in verdienmodellen Meer smaken Meer zelfontplooiing
+
+ + + +
+
80
+
+
Producten Vanuit een Randerij kunnen verschillende producten worden aangeboden. Een greep uit de denkbare producten:
Activiteiten Vanuit een Randerij kunnen verschillende activiteiten worden aangeboden. Een greep uit de denkbare activiteiten:
Groenten Fruit, vruchten, noten Natuurvlees Natuurzuivel Zaden Planten Paddenstoelen Wieren Zeevruchten Sappen Ciders, bieren, wijnen Chutneys, pasta’s, sauzen Verwerkte producten Haardhout Compost
Overnachten - in een kamer Overnachten - in eigen tent Overnachten - in een eco-loge Overnachten - in een boomhut Overnachten - op een vlot Overnachten - in open lucht bij een vuur
Maaltijden Picknicken Tappasbuffet Stamppotbuffet Wild tea Geschenken Relatie- en kerstpakketten Activiteitenruimte, indoor - outdoor Vergaderruimte Experimenteerruimte: proeftuin duurzaam bouwen proeftuin duurzame landbouw proeftuin duurzame recreatie proeftuin ‘mens als nuttige soort’ proeftuin eco-effectief ondernemerschap
Cursus - ecosystemen Cursus - ken je plek Cursus - bodem Cursus - productief agro-ecosysteem Cursus - composteren Cursus - zaaien en planten Cursus - lui tuinierien Cursus - food matters Cursus - ik in het complexe voedselweb Cursus - jagen, verzamelen Cursus - mee met de seizoenen Cursus - plantaardige voeding Cursus - raw food Cursus - werken met water Cursus - houtbewerking Cursus - wilgentenen vlechten Cursus - paddestoelen kweken Cursus - putten, vijvers en visteelt Cursus - bier brouwen Cursus - bijen houden Cursus - geneeskrachtige wilde planten Cursus - natuurlijke huidverzorging Cursus - koken in het voedselbos Cursus - koken met zeewier en zeevruchten
Cursus - koken met kruiden Cursus - soepen Cursus - pickles en chutneys Cursus - groene sappen em smoothies Cursus - rauwe hapjes maken Cursus - roken van vis en vlees Cursus - bakken in een leemoven (brood - pizza) Cursus - voedsel bewaren Cursus - zeep maken Cursus - verf maken Cursus - express yourself Cursus - herken jezelf met een paard Cursus - team with a leek, team with a pig Cursus - Yoga Cursus - Mindfulness Cursus - Tai Chi Cursus - Ikido Opleiding - randerijboer ontwerp Opleiding - permacultuur ontwerp Opleiding - voedselbos ontwerp Opleiding - natuurvoeding Excursie - ecosystemen Excursie - winterwild Excursie - bodemprofielen Excursie - veldsalade Excursie - mee op jacht Excursie - genezen met planten Excursie - vogels herkennen Excursie - sterren kijken Retraite - schapendrijven met de herder Retraite - wandelen met een ezel Retraite - half jaar meewerken op het land Retraite - schrijven in stilte
Retraite - herstellen na een zware operatie Retraite - herstellen uit overspannen periode Retraite - een nieuwe start
Lease - de burger least een kip, varken of geit Lease - de burger least mobiele duiventil Lease - de gast least een hele zomervakantie
Welness - Massage Welness - Sauna Wellness - buitenstoombad
Verhuur - fiets of tandem Verhuur - step Verhuur - kajak
Ontspanning - boogschieten Ontspanning - tango Ontspanning - poezie schrijven en beleven Ontspanning - boetseren Ontspanning - schilderen Ontspanning - schaaktournooi
Seizoenskaart - groententas Seizoenskaart - 4 seizoensfeesten
Avontuur - te paard naar het strand Avontuur - paardenweek voor kinderen Avontuur - zeekajak varen Avontuur - kano varen op de binnenwateren Avontuur - zeilen Avontuur - vissen met sleepnet op het strand
Meewerken - in het voedselbos Meewerken - zaterdagmiddag event Sociaal werk - hulpboer Sociaal werk - Landwerkplaats
Event - vergaderingen, bijeenkomsten Event - seizoensfeesten Event - pop-up restaurant Event - Kinderfeestje Event - Familiedagen Event - Huwelijk Teambuilding - familieopstellingen Teambuilding - ken je collegaâ&#x20AC;&#x2122;s Training - ken jezelf Training - express yourself Speurtocht - in rechte lijn van A naar B - linearecta Speurtocht - fakkeltocht Speurtocht - puzeltocht
81
Samengestelde arrangementen - verkoop uit een rijk samengesteld aanbod Arrangementen worden uit de producten en activiteiten samengesteld. Dat kan de randerijboer of een gebiedscoöperatie zelf doen. Toegespitst op specifieke gebiedskenmerken, op de doelgroep en op de kwaliteitskenmerken van de ondernemer(s) zelf.
op en af
n voor roducte et p s it e t Kwali ants. M was restaur le r ge a c lo , minde t meer d n la r actief en passief me minde r dieren keuze uit verschillende en minde meer cultuur it en arrangementen kwalite dienen. er meer v € 280,- p.p ar ,- /ha/ja €2.500 nder: zo echt bij /jaar 0,- /ha 0 €10.0 2 dagen training en 2 dagen strand
Tradities en oude gebruiken kunnen opnieuw geinterpreteerd worden. Maar ook nieuwe ontwikkelingen in cultuur en techniek kunnen hier vorm krijgen. En nieuwe inzichten in bijvoorbeeld landbouwmethoden, voeding en gezondheid.
d
eekein
kanow zomer
verlof
1 week p 1 week aardrijden + zeilen Voor d e je een ten ugd: Slapen in t, kampv gezond eten uuren liedjes € 1080
,- p.p.
82
t land
van he
eind de
ek een we jk li r e e H d de win kop in € 170,-
p.p.
vergaderingen Gebruik grote zaal € 80,- /dagdeel
expres
s your
self 1x per Catering op aanvraag maand e leide n en beg atu eandere urervaring m et kindere n, naar eig enwaa opzoek rde 10 x € 490,-
p.p.
errrr..
ur pow pimp yo
zelf er in een d n o je p ko llen aante s te n same oga, stanga y a n a v d bo s, indfulnes aikido, m sage, as sauna, m n lekker n, e uitwaaie eten
een weekeind lang niets dan een donzen dekbed, vers brood, goede wijn, vogelgeluiden en een houtvuur 2 nachten € 260,- voor twee
5 dagen .p. € 350,- p eten van het land Dagmenu € 20,- p.p.
ongestoord schrijven
de zalige modus
Aan bod komt het communicatieproces, valkuilen, verschillende stijlen en opvattingen. Afgewisseld met actieviteiten en super lekker eten.
per week € 420,- p.p.
permacultuur ontwerp
2 weken € 1050,- p.p.
aan inwodirect geleverd naastgelegen ners van het dorp
4-da a zom gse ertre ktoc ht Wan delen naar van R R pen, anderij. anderij G g sen oed eten oed slaen b ijklet € 22 0,- p .p
ontwerpcursus, goed eten en slapen in eigen tent. teamtraining Haal meer uit het team!
& natuurvlees ten n e ro rg natuu
ongestoord schrijven, goed eten, sauna en uitzicht over de velden
retraite twee weken retraite na een zware operatie groene omgeving, goed eten, en persoonlijke assistentie
t
kfas
rea t&b
kajak , r e t nd et wa op h icknickma n e p sla np n ee ken e mee
vlo
chten 2 na .p. 0,- p 7 2 €
t
n n , e age m o rj e bo kaa br l n & s ee bij e o n i n b n en ete ele p m sla lf je rza ze ve n en te . h c .p na ,- p 2 0 27 € as
f ak
€ 1150,- p.p. v.a. € 210,- p.p.
83
Landschapselementen
Mobiel
Mobiele eco-lodge
Mobiele keuken
Mobiele duiventil
Mobiele kippenstal
Veel van de hier voorgestelde elementen zijn als mobiel voorgesteld. Aanleiding hiervoor is de successie. Successie is het proces waarin natuur van pioniersfase steeds naar climaxfase toewerkt. Het proces waarin alles wat leeft condities scheppend is voor de soorten die er na komen. Waarin het ecosysteem ‘waarde’ opbouwend is, waarin het als systeem steeds rijker wordt. Rijker in biodiversiteit, in begroeide massa en in humus.
Eco-lodges worden gebruikt voor overnachtingen. Men kan spreken van eco-lodges wanneer de lodge volgens principes van ‘cradle to cradle’ gebouwd is. Dit betekent dat de lodge na afschrijving gemakkelijk gedemonteerd kan worden en de materialen opnieuw als grondstof kunnen dienen in de biosfeer en/ of de technosfeer.
Met een mobiele keuken kan op iedere gewenste plek een lunch of diner geserveerd worden. Aanhakend op geplande activiteiten of als pop-up restaurant.
Duiven werden vroeger met name gehouden voor de consumptie, met name door de elite. Behalve als lekkernij kunnen duiven ook een nuttige rol spelen voor bemesting en voor het verspreiden van zaden.
Met mobiele kippenstallen ‘werken’ kippen als ‘landschapsbeheerder’, als bemester en als producent van de beste eieren en het beste kippenvlees. En zo is maar weinig bijvoeder nodig.
Door de landschapselementen mobiel te maken kunnen ze met de successie meeschuiven. Zo kan de successie doelbewust worden toegepast en werken deze elementen samen met de planten en dieren mee in het toewerken naar een vitaal landschap.
Eco-lodges laten zich door hun omvang en materialisering gemakkelijk in een natuurlijke omgeving opnemen. zie de voorbeelden op de volgende pagina’s >>
84
Joel Salatin laat de kippenstallen na enkele weken de koeien in de weide opvolgen. De kippen eten van het jong opgekomen gras en van de insecten die tussen de koeienmest ontwikkeld zijn. www.polyfacefarms.com
Bijenstal
Windmolentjes
Toiletraket
Bagageslede
Dampalen
Met een bijenstal worden bijen gehouden. De voornaamste taak van de bijen is de bestuiving. Bestuiving van de gewassen en ook van de wilde vegetatie. Daarnaast worden bijen natuurlijk gehouden voor honing en was.
Windmolentjes kunnen worden ingezet voor voor peilbeheer van het polderwater. Ook in het slim omgaan met zout kwelwater.
Met de toiletraket komt de menselijke ontlasting opnieuw terug in de voedselkringloop. Het feit dat nu onze toiletten op de riolering aangesloten zijn maakt dat deze koolstof, deze mineralen en het daarin aanwezige microleven niet in het eco-systeem terug komen. Hierdoor verliest het landschap voortdurend aan vitaliteit.
Een bagageslede kan door gasten worden gebruikt om de bagage naar hun verblijf te brengen. De slede glijdt het beste op een stropad. maar ook in het gemaaide gras glijdt de slede goed.
Dampalen zijn een bekende verschijning op het Walcherse platteland. Ze worden gebruikt om de toegang op het erf te markeren, en vaak ook is de naam van de boerderij op de dampalen vernoemd.
Maar ook als mechanische kracht in het productieproces. Zo heeft Dave Hakkens een molentje ontworpen voor het persen van olie. www.davehakkens.nl/work_ windoil.html
Voortbouwend op deze traditie verdienen de dampalen een herwaardering.
Na het composteringsproces kan deze compost bijvoorbeeld in boomgaarden worden toegepast.
85
Jos Willemsen landschapsproducties www.jwlp.nl
Danny van Rijt www.facebook.com/danny.vanrijt.9
Landschaps- en milieuwaarden - ecosysteemdiensten en ecosysteem-wederdiensten Een steeds vitaler landschap Vanuit het Randerijmodel worden ecologische principes als successie, fotosynthese en biodiversiteit in de landschapsontwikkeling hersteld vanuit een voor de ondernemer gunstig (economisch) motief. Zo wordt het landschap steeds rijker en steeds vitaler. Het economisch motief ontstaat doordat de ondernemer met de verkoop van arrangementen niet langer afhankelijk is van prijsvorming op de landbouw-wereldmarkt. En vooral ook doordat de klant deze belevingskwaliteit verlangt. Met het herstellen van de ecologische principes ontstaat: Meer schone lucht Meer schoon water Meer CO2 opname Meer humus Meer zoet bodemwater Meer bodemvruchtbaarheid Meer biodiversiteit Meer natuurlijke bevruchting Meer veerkracht Meer gezondheid Meer recreatiewaarden Meer belevingswaarden Meer voedsel Meer voedselkwaliteit Meer grondstoffen
+
+ + + +
+
88
+
+
Eco-effectief ondernemerschap We zijn nu opgegroeid met het idee dat we als mens schadelijk zijn voor natuur. Wat natuurlijk vaak zo is, maar het omgekeerde is ook mogelijk, wij kunnen ook heel nuttig zijn voor natuur. Zelfs zo nuttig dat natuur daar met heel veel overvloed op reageert. Een mooi voorbeeld hiervan wordt misschien herkent door mensen die wel eens gesnorkeld of gedoken hebben. Op de zeebodem zie je vaak niet meer dan een schelpje of een garnaaltje. Maar is daar een wrak dan gonst het daar van het leven. Dit wrak als voorbeeld is onbedoeld, maar dit als principe kan ook expres. Met eco-effectief ondernemerschap wordt met natuurlijke processen mee gewerkt. De ondernemer schept in de bedrijfsvoering gunstige condities voor natuurlijke processen, en de natuurlijke processen scheppen gunstige condities voor de ondernemer. Ze trekken als het ware samen op. Zoâ&#x20AC;&#x2122;n onderneming wordt steeds robuuster als ecosysteem en steeds robuuster als verdienmodel. De ondernemer werkt met het ecosysteem samen in een wederkerig patroon van ecosysteemdiensten en ecosysteemwederdiensten (Odinot). Beleid Randerij valt in het natuurbeheer als nieuwe benadering vanzelfsprekend buiten het beleid van de nu algemeen geldende natuurdoeltypen. Als cultuurlandschap heeft Randerij wel de potentie om aan natuurwaarden een positieve bijdrage te leveren. Randerijen kunnen worden toegepast in het toewerken naar herstel van natuurwaarden vanuit een voor ondernemers gunstig economisch motief. Het afgelopen jaar is geprobeerd om Randerijen te ontwikkelen. In dit proces is tegen belemmeringen aangelopen. >> Hfd. Kansen en belemmeringen
Schema van landgebruik - waarden en kenmerken - versie oktober 2013 Een vergelijking van Randerij met ander landgebruik in landbouw, natuur en recreatie Jos Willemsen landschapsproducties www.jwlp.nl
Vergelijking landgebruik 1 2 3 4 5 6 7 8 9
landschap dat klimaat positief beïnvloedt (door vastleggen CO2) landschap dat klimaat negatief beïnvloedt (door uitstoot CO2) landschap dat biodiversiteit positief beïnvloedt (door diversiteit aan microklimaten en voedsel) landschap dat voortdurend groeit in natuurwaarden en als cultuurlandschap landschap dat erosie voorkomt landschap afhankelijk van olie en energie (transport, grondbewerking, mechanisatie) landschap dat natuurlijke energie vastlegt in groeiende en levende (eco)systemen landschap dat regenwater in de 'spons' van de ondergrond buffert landschap met meerdere functies tegelijk
gangbare landbouw
biologische landbouw
permacultuur
agrotoerisme
randerij
natuurreservaat
camping
+ + -
+/+/+/+/+/+/+/+/-
+ + + + + + +
+/+/+/+/+/+/+/+/-
+ + + + + + +
+ + +/+ + + -
+ +/+ +/-
10 11 12 13 14
landschapsstructuur welke als buffer tussen landbouw en natuur kan worden toegepast landschapsstructuur als ondergrond voor een divers ondernemersklimaat landschapsstructuur waar bewoners en toeristen hartelijk welkom zijn landschapsstructuur voor speels en educatief gebruik landschapsstructuur geënt op de genius loci, de terroir * 1
+/-
+/+/+/+/-
+ +/+/+/+/-
+/+/+ + +/-
+ + + + +/-
+/+/+/-
+/+/+ + -
15 16 17 18 19
verdienmodellen gebaseerd op verkoop van bulk op de wereldmarkt verdienmodellen gebaseerd op verkoop van voedsel op de lokale markt verdienmodellen afhankelijk van subsidies verdienmodellen gebaseerd op verkoop van beleving / arrangementen verdienmodellen door verkoop van arrangementen door samenwerkende ondernemers
+ + -
+/+/+/+/-
+ +/-
+/+/+ +/-
+ + +
+ +/-
+/+/-
20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35
landbouw met gebruik van pesticiden landbouw met gebruik van kunstmest landbouw met gebruik van vloeibare dierlijke mest landbouw met gebruik van vaste dierlijke mest landbouw met gebruik van mulch en compost landbouw welke natuurlijke successie benut als een waarde opbouwende bron * 2 landbouw gebaseerd op teeltwisseling, voornamelijk met eenjarige planten landbouw in een permanente plantengemeenschap, voornamelijk met meerjarige planten landbouw met gebruik van ploeg of cultivator voor bodembewerking landbouw welke met bodemleven de structuur van bodem verbetert landbouw welke op korte termijn met veel energie vele tonnen voedsel produceert landbouw welke op lange termijn met weinig energie een regelmatige goede opbrengst genereert landbouw waar veel energie en mechanisatie voor benodigd is landbouw met bescherming van de natuur en toekomstige generaties landbouw welke voortdurend waarde opbouwt - humus, primaire soorten als voedsel in voedselweb landbouw welke gunstige condities schept voor wilde planten en dieren
+ + +/+/+ + + + -
+/+ + +/+/+/+/+/+/+/+/+/-
+/+ + + + + + + +
+/-
+
36 natuurbescherming in een afgebakend voor natuur bestemd gebied 37 natuurbescherming door integratie - natuur als bron 38 verhuur van gewone staanplaatsen en caravans 39 verhuur van mooi gemaakte eco-lodges (cradle to cradle) 40 verhuur van mobiele eco-lodges die meeschuiven in de successie en zo condities scheppend zijn
+/+ + + + + + + + +/-
+
+/+/-
+ +
+ + +/-
+ wel - niet + / - beide zijn mogelijk * 1 Gebruik van de specifieke kenmerken in geografie, geologie en het klimaat van een bepaalde plaats,toegepast in teelten, bij verwerking in agrarische producten. * 2 Natuurlijke successie: De ontwikkeling van pioniersfase naar de climax fase. De successie bouwt voortdurend waarde op in de vorm van mineralen, compost, een levende verscheidenheid. Vrij, door natuurlijke kracht. Voorts wordt water vast gehouden, water gezuiverd, lucht gezuiverd, temperatuur gereguleerd, het voorziet in microklimaten voor verschillende levensvormen.
89
Landwerkplaats - werkzoekenden werken toe naar nieuwe waarden en naar nieuwe economie Walcheren kent nu ongeveer 2.500 werkzoekenden. Met deze wekzoekenden wordt nu in sociale werkprogramma’s vaak gewerkt aan opdrachten die ook door reguliere bedrijven uitgevoerd hadden kunnen worden. In fijte halen zij hiermee onbedoeld werk uit de reguliere arbeidsmarkt weg. De idee van de Veldwerkplaats bestaat er uit werkzoekenden niet te laten werken aan opgaven uit de bestaande markt, maar te laten werken aan opgaven die nog niet als opdracht bestaan. In landschapsontwikkeling kunnen nieuwe (deel) opgaven gedefinieerd worden. Opgaven die een impuls gaan geven in nieuwe landschapsontwikkeling en in nieuwe markt. Voor het benoemen van deze opgaven kan een landschapsmeester worden aangesteld. Deze landschapsmeester heeft ‘een neus’ voor nieuw potentieel. Zijn of haar taak is scenario’s voor landschapsontwikkeling uit te tekenen en binnen deze scenario’s nieuwe opgaven en deelopgaven te definieren waar met werkzoekenden aan gewerkt kan worden. Ondernemers met een nieuw innovatief plan kunnen zich melden om aanspraak te maken op de hulp van deze werkzoekenden.
+
Landwerkplaats
werkgelegenheid Walcheren
+
werkgelegenheid Walcheren
+
De werkzoekenden werken zo mee in de start-up van nieuwe waarden: Meer nieuwe markt Meer nieuwe werkgelegenheid Meer ontwikkelingspotentieel Meer zelf-expressie Meer vitaal landschap
+ + + +
+
+90
+
+
De landschapsmeester
Werkzoekenden werken mee aan nieuw potentieel
91
8 Toewerken naar eco-effectief ondernemerschap
Belemmeringen bij het toewerken naar natuurlandbouw en natuurrecreatie wegnemen
Toewerken naar eco-effectief ondernemerschap
Belemmeringen bij het toewerken naar natuurlandbouw en natuurrecreatie wegnemen wat we zijn tegengekomen op onze weg In het toewerken naar Randerij en hiermee naar eco-effectief ondernemerschap zijn we in de voorbije maanden tegen belemmeringen aan gelopen. Met name bij het zoeken naar grond om dit principe toe te passen. We zoeken hiervoor zowel landbouwgrond als natuurgrond en liefst plekken waar beiden in voorkomen. Om van hieruit de ervaringen uit de praktijk te kunnen delen. De belemmeringen zijn er in wetgeving, in afspraken en in culturen. Ook door een gebrekkige kennis van de werking van natuurlijke processen en het daardoor gevormde ‘wereldbeeld’ ontstaan belemmeringen. Algemene belemmeringen Algemene denkbeeld In het algemene denkbeeld is de mens schadelijk voor de natuur. Dat klopt, vaak is dat ook zo. Maar het omgekeerde is ook mogelijk, de mens kan ook heel nuttig zijn voor natuur. Zelfs zo nuttig dat de natuur er mét mens beter uit komt dan wanneer de mens er niet is. In dit denkbeeld is de mens ecoeffectief. Dit denkbeeld bestaat bijna niet in het algemene denken en in ons beleid is hier nu nauwelijks ruimte voor. Terwijl eco-effectief ondernemerschap misschien wel een verandering zou kunnen brengen die in de wortel van veel huidige problemen raakt. Combineren van landbouw, natuur en recreatie In huidig beleid is er geen ruimte voor innovatie in de combinatie van landbouw-natuur-recreatie. Er is beleid voor of landbouw of natuur of recreatie. Niet voor de combinatie hiervan. Dit maakt dat deze stap
naar eco-effectief ondernemerschap wordt tegengehouden. Omdat hier geen beleid voor is werkt het middenkader niet als vanzelf mee aan deze innovatie. (Meegemaakt bij Provincie en bij Waterschap). Belemmeringen bij ontwikkeling randerij op landbouwgrond - regelgeving Eenmaal bos kan je niet meer terug In een scenario dat een boer bomen op het land zou planten wordt na verloop van tijd in bestemmingsplannen bestemming landbouw omgezet naar bestemming natuur. Natuurgrond heeft een veel lagere kadastrale waarde (ca 15.000 / ha) dan landbouwgrond (ca 50.000 -80.000 / ha). Dit belemmert boeren bomen op hun land te planten. Kunnen we er voor zorgen dat de bestemming landbouwgrond ondanks de bomen de landbouw bestemming kan behouden en ook het kappen van bomen op landbouwgrond zondermeer is toegestaan? Zo kan naar nieuwe waarden worden toegewerkt. Namelijk naar permanente of tijdelijke groenstructuren in het landschap. Warme gronden Rond dorpen en steden liggen de zogenaamde ‘warme gronden’. Dit zijn de gronden met een landbouwbestemming waar in de toekomst mogelijk gebouwd zou kunnen worden. Dit is het stille suikergoed van het pensioen van de boer. Wanneer op deze grond bomen worden geplant belemmert dit binnen de huidige wet- en regelgeving het proces van huizenbouw. Dit belemmert boeren om bomen op warme gronden te planten. Terwijl juist hier rond dorpen en steden (al is het maar tijdelijk) heel veel waarde kan ontstaan voor het leven van nu. Kunnen we met nieuwe afspraken waarmee met veel gemak kan worden teruggegrepen naar de oorspronkelijke
landbouwbestemming naar nieuwe waarden toewerken? Namelijk permanente of tijdelijke groenstructuren rond dorpen en steden. Verblijfsrecreatie op landbouwgrond Het is vooral de verblijfsrecreatie die het verdienmodel van Randerij interessant maakt. Dit verdienmodel maakt het mogelijk om naar eco-effectief ondernemerschap toe te werken. Zonder dit verdienmodel is het (in ieder geval in de beginfasen) ondenkbaar. Verblijfsrecreatie op landbouwgrond is iets wat niet bestaat. Dat heeft allerlei logische redenen, maar feit is dat het huidige landgebruik niet bijdraagt aan het vormen van een vitaal landschap. Cijfers over klimaat, biodiversiteit en bodemvruchtbaarheid zijn zorgwekkend. Kunnen we ruimte vrij maken voor een scenario waar mobiele eco-lodges een verdienmodel vormen voor eco-effectief ondernemerschap? Zo kan met gunstige economische motieven naar nieuwe waarden worden toegewerkt. Belemmeringen bij ontwikkeling randerij op landbouwgrond - boeren cultuur Eerst zien dan geloven Met Randerij wordt verondersteld met betere verdienmodellen te kunnen werken dan in de gangbare landbouw. Door geen bulk te verkopen maar arrangementen. Combinaties van overnachtingen, maaltijden, trainingen en ervaringen. Vooral aan mensen die er even tussenuit willen en aan mensen die biologisch als voorkeur kiezen. Hoewel uit voorbeelden blijkt dat dit aannemelijk is moet het zich (in Zeeland) nog bewijzen. De meeste boeren zijn daardoor niet geneigd die stap te nemen. Kunnen we met goede voorbeelden deze dynamiek op gang brengen? 95
Mestdebiet Boeren met een mestproductie moeten hun mest kwijt. In een Randerij is geen plaats voor mest. Het zou betekenen dat de boer daarmee minder areaal heeft om de mest uit te rijden. Deze redenering is begrijpelijk maar kijkt alleen naar de belemmering van dit deel van de bedrijfsvoering. Niet naar het potentieel en het verdienmodel dat het geheel zou kunnen bieden. Kunnen we ook hier met goede voorbeelden deze dynamiek op gang brengen? Ben je dan nog wel boer? Randerij gaat uit van kleinschalige landbouw. Het gaat niet om een hoge kilopbrengst, het gaat om productie van een hoge diversiteit in producten, in diverse belevingen en ook van biodiversiteit. Ben je dan nog wel boer? Die vraag belemmert boeren de keuze voor Randerij te maken, zij moeten over tonnen kunnen spreken en hierover in hun sociale kring kunnen vertellen. Kunnen we met goede voorbeelden laten zien dat deze ondernemers een gewaardeerde plaats in de samenleving innemen? Geen mensen op m’n land Een boer is niet gewend om mensen op z’n land te ontvangen en de meesten doen dat ook liever niet. Belemmeringen bij ontwikkeling randerij op natuurgrond - regelgeving
96
In onze verkennig hebben we gesproken met overheid en sem-overheid binnen en buiten de provincie Zeeland. Opmerkelijk is dat de interpretatie van wat kan en niet kan niet overal op de zelfde wijze wordt gehanteerd. Buiten de provincie lijken er meer mogelijkheden te zijn voor de ontwikkeling van Randerijen op natuurgrond. Achteraan in deze peragraaf is beschreven welke ruimte we buiten de provincie gevonden hebben.
Natuurdoeltypen Voor natuurgebieden worden natuurdoeltypen aangeduid. Een gebied wordt geschikt gemaakt en ook geschikt gehouden voor vooraf door de Provincie bepaalde soorten. Een natuurbeheerder wordt beloond voor de succesfactor waarin dit natuurdoel wordt behaald. Randerij gaat uit van de successie als een voortdurend waardeopbouwend systeem. Net zoals natuur dit doet. Alle soorten creëren gunstige condities voor de soorten die erna komen, en er wordt voortdurend ‘waarde’ opgebouwd. Waarde in termen van vitaliteit, synergie, biomassa, biodiversiteit en humus. En dit systeem schuift dus op, het is een opschuivend landschap. Met het SNL beleid en de daarbij horende natuurdoeltypen wordt dit landschap statisch gehouden. Wanneer men bedenkt dat alles wat leeft toeleeft naar successie en ook wel degelijk voortdurend opschuift is dat wel vreemd. Natuurbeheerders doen dit echter omdat het nu beschikbare natuurareaal in Nederland heel klein geworden is. Zij willen een minimum areaal (bijvoorbeeld aan trekvogels) garanderen. Natuurbeheerders worden beloond voor de succesfactor waarmee zij het natuurdoeltype halen m.a.w. de bedreigde soorten beschermen. Hiervoor worden aantallen geteld. Ondanks dat successie waarde opbouwt en een statisch landschap successie tegen houdt wordt dit statische principe gehanteerd. Maar met Randerij kan worden toegewerkt naar meer natuurwaarden ook in het landbouwareaal. Naar het vervagen van de grens tussen natuur en landbouw. Hiermee ontstaat dus winst voor natuurwaarden in een groter areaal. Kunnen we ruimte vrij maken voor deze benadering en deze wijze van natuurontwikkeling nader onderzoeken?
Buiten de provincie In de Europese N2000-gebieden is het binnen de huidige regelgeving niet denkbaar dat daar Randerijen worden aangelegd. Daar speelt ook de externe werking. Ook in de gerealiseerde EHS en de bestaande natuurgebieden, niet behorend tot de EHS is dit niet vanzelfsprekend. Er zijn wel mogelijkheden in de EHS-beheergebieden, dat zijn gronden met actuele en potentiele beheergebieden, mits de bestaande natuurwaarden (meestal plantengemeenschappen en leefgebieden voor amfibieĂŤn en reptielen of weidevogels) niet worden aangetast. De ambitie van Randerij is deze juist te versterken. Ook in leefgebieden voor kwetsbare soorten buiten de EHS zijn er mogelijkheden voor je concept, mits de waarden daar versterkt worden. In de attentiezones rond de EHS zijn mogelijkheden, mits er geen belemmeringen zijn voor de waterkwantiteit en waterkwaliteit. Verder zijn de gebieden met landschappelijk en cultuurhistorische waarden ook geschikt. De grootste uitdaging is om ook de lelijke landelijke gebieden op te waarderen tot een aantrekkelijk landschap. Verstoren & herstel In een volledig ecosysteem treedt regelmatig verstoring op waarna het weer hersteld. Bijvoorbeeld een rivier die buiten de oevers treedt, een ravage aanricht en weer terug treedt waarna de natuur zich weer hersteld. Of een kudde runderen die tijdelijk alles kaal vreet en dan weer verder trekt waarna het weer herstelt. Het is deze dynamiek van verstoren & herstel waardoor biodiversiteit ontstaat.
Veel van de huidige natuurgebieden kennen deze dynamiek niet meer. Hierdoor zitten deze gebieden in een schijn-climax en neemt de soortenrijkdom af. Kunnen wij als mensen dit proces van verstoren & herstel nabootsen, met als doel de biodiversiteit te verhogen?
aan het versnellen van deze natuurrijke rand rondom natuurgebieden. Een voor natuur waardevolle ontwikkeling. Kunnen we hier ruimte voor maken?
Met Randerij gaan we er vanuit dat dit kan. Met een ander verdienmodel, met een gunstig economisch motief voor de boer. In een natuurlandbouw wordt dit principe van verstoren & herstel nagebootst. Echter de wet is er nu niet voor ingericht om natuur te verstoren, natuur wordt beschermd. Nu stellen we vast dat ondanks die bescherming en al de getroffen maatregelen de biodiversiteit in Nederland tot 15% is afgenomen, 85% is verdwenen. (bron: Compendium voor de Leefomgeving) Kunnen we aan de randen van enkele natuurgebieden ruimte vrij maken voor deze vorm van natuurlandbouw en de effecten hiervan onderzoeken?
De mens een nuttige soort? Hoewel we nog niet met heel veel natuurliefbeschermers hebben gesproken is de verwachting dat een groep de redenering van de mens als nuttige soort nog moeilijk kan volgen. Het bijzondere is natuurlijk dat de benadering van de mens als nuttige soort zowel wel als niet correct is. Maar kunnen we ondanks deze vaststelling ruimte vrij maken waardoor de mens-natuur relatie anders geĂŻnterpreteerd kan worden en van hieruit kan worden toegewerkt naar een andere verstandhouding en naar inrichtings- en beheerprincipes waarop het wel kan?
Belemmeringen bij ontwikkeling randerij op natuurgrond - natuurcultuur
Verblijfsrecreatie in natuur Verblijfsrecreatie is de belangrijkste inkomstenbron in het Randerij model. Het helpt dus wanneer hier mogelijkheden voor worden gemaakt. Op die manier kan naar eco-effectief ondernemerschap worden toegewerkt en natuurwaarden ook buiten de natuurgebieden worden opgebouwd. Grenzen tussen natuur en landbouw kunnen zo vervagen. Voorts is het uitgangspunt nu dat eco-lodges voor randerijen klein en vooral mobiel zijn. Op die manier kunnen zij mee opschuiven in de successie en worden de ecolodges condities scheppend. Wanneer de ontwikkeling als geheel wordt gezien als een proces waar in het begin de eco-lodges in de rand van het natuurgebied worden geplaatst en later zodra de Randerij verder ontwikkeld is weer worden weggehaald dragen de natuurgebieden bij
97
Bijlage 1 Landwerkers verslag van de interviews
Han Kole - Minicamping Kole
30 oktober 2012 Han Kole is boer en heeft al 30 jaar een minicamping, een ander woord voor kamperen bij de boer. Hij is langere tijd actief geweest in ZLTO o.a. als bestuurder. Minicampings zijn de reden dat de boeren op Walcheren relatief kleinschalig zijn gebleven. In plaats van schaalvergroting is gekozen voor inkomensverbreding. Volgens Han Kole ‘redden’ de minicampings de kleine boerenbedrijven. Zonder de camping was het bedrijf waarschijnlijk failliet gegaan in slechte jaren. Minicampings onderscheiden zich door de kleine schaal en het persoonlijk contact met de boer. Het publiek is op zoek naar rust en waardeert het persoonlijk contact. Het erf voor de agrarische activiteiten is gescheiden van boerderijgebouw en de camping uit oogpunt van veiligheid (spelende kinderen tussen de landbouwmachines) en bedrijfsvoering (caravans die in de weg staan voor tractors). De minicampings (en alle campings) zijn verplicht om caravans en campers met een groenzone van 7-10 meter aan het oog te onttrekken. Daardoor hebben deze kampeerders ook niet het mooie uitzicht van de boerderij op het landschap. Activiteiten Akkerbouw Bloemzaadteelt o.a. Goudsbloem en Gipskruid Minicamping Caravanstalling Karakter bedrijf 30-40 ha Akkerbouw, conventioneel (samen met dochter en schoonzoon maatschap). Het akkerbouwbedrijf draait een min of meer reguliere wisselteelt, aangevuld met teelt van bloemenzaad. Die bloemenzaadteelt is rondom de camping gesitueerd. Camping voor caravans met 15 staplekken. Kole doet erfbeheer. Zijn vrouw doet administratie en boekingen. Samen maken ze de faciliteiten driemaal per dag schoon. Ze zitten in een maatschap met dochter en schoonzoon die een camping met 25 plekken hebben. Publiek/ afnemers Caravanhouders. Er komen gezinnen en wat oudere mensen (bij de dochter van Kole die zelf kinderen heeft komen relatief
100
meer gezinnen met kinderen). Zijn oudere vaste gasten zijn met hem ‘opgegroeid’. Met veel van hen is hij nu vrienden geworden. Ze komen met auto en tent of met caravans en verkennen de omgeving, gaan naar het strand of een dagje naar Brussel of Antwerpen. Verkoop aan huis werkt niet: aardappelen en uien van eigen akker verkopen niet, en broodbezorgdienst was ook geen succes. Geschiedenis De eerste minicamping zijn opgezet eind jaren ‘70. In 1980 is een aanzet gegeven om de VeKaBo (Verenigng Kamperen bij de Boer) op te richten. Han Kole en zijn vrouw zijn hun camping begonnen in1982, gelijktijdig met de minicamping van zijn ouders naast hen. Hun dochter en schoonzoon hebben deze in 2000 van opa en oma Kole overgenomen. De gemeente Veere heeft een quotum ingesteld, dat over de jaren is uitgebreid. Deze minicamping waren lange tijd max. 15 eenheden. Recentelijk mocht dit onder voorwaarden (natuurcompensatie op eigen erf of in de omgeving) worden uitgebreid tot 25 eenheden. Dit heeft Kole niet gedaan, zijn dochter en haar man wel. Tijdsindeling seizoenen Winter: Stalling Lente (Pasen): Opening Camping Zomer: Hoogseizoen camping. Oogst bloemzaad Herfstvakantie: sluiting Camping Herfst: Oogst gewassen Bedrijf t.o.v. sector Bloemzaadteelt om het bedrijf, nabijheid kust en uitzicht op duinen. Typering van regio Zeeland / Walcheren Door de minicampings is het landschap relatief kleinschalig gebleven. In de gemeente Veere heeft het merendeel van de boeren een minicamping. Zonder schaalvergroting redden boeren het niet, dus worden veel van hen deeltijdboer. De generatie na de deeltijdboer doet meestal afstand van de grond en het bedrijf. De minicamping biedt een alternatief voor deze boeren. Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio
Boer en boerin hebben in de loop van de tijd vrienden gemaakt onder de campinggangers (de trouwe klanten). De minicamping onderscheidt zich niet bijzonder van de 170 andere minicampings in de gemeente Veere. Han Kole is wel actief in ZLTO. (Bereidheid tot ) Samenwerking Het samenwerkingsverband VeKaBo doet collectief aan belangenbehartiging en marketing, o.a. in de vorm van de campagne Boer zoekt jou. Ook werken de boeren soms samen in de oogsttijd. Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Kole gaat zelf binnen enkele jaren met pensioen, en zal zijn bedrijf dan verkopen aan zijn dochter. Op recreatief gebied willen mensen meer privacy en grotere plekken. Initiatieven als trekkershutten zijn interessant.
Lille Wagenmakers - B&B Frankrijk-Noord
30 oktober 2012 Lille Wagenmakers heeft met haar partner Edith Ramakers een Bed & Breakfast opgezet in een boerderij uit 1639 aan de rand van Westkapelle. Het is een voorbeeld voor kwalitatief overnachten op het platteland, maar er is geen directe relatie met het omliggende landschap. De ligging bij de zee is een natuurlijk deel van de aantrekkingskracht. Er zijn mensen die de hele dag in de tuin rond het huis blijven hangen. Volgens Lille zou dat nog veel sterker worden als er een natuurlijk zwembad bij zou zijn. Frankrijk-Noord heeft dan ook iets van een enclave. Hoewel de boomhut uitkijkt over het naastgelegen boerenland is er geen direct contact met de omliggende boeren. Met het naastliggende campingbedrijf is samenwerking en kruisbestuiving niet aan de orde. Wel komen soms andere recreatieondernemers inspiratie opdoen en een kijkje nemen. Lille en haar partner worden nu en dan gevraagd om presentaties over hun onderneming te geven. Activiteiten Bed & Breakfast Groepsverhuur Mini chalet/boomhut Karakter bedrijf Ze bieden verschillende overnachtingsvormen van slapen in een boomhut, een trekkershut in de tuin tot een verbouwde, met smaak ingerichte schuur met drie kamers en een enorme gemeenschappelijke woonkamer met open keuken voor alle gasten. Vernieuwend in Walcheren B&B in schuur 4x2 eenheden Boomhut en chalet Publiek/ afnemers Min of meer cultureel geïnteresseerde vaak hoogopgeleide tweeverdieners, mensen die bijzonder willen overnachten. Zoals Lille het noemt zijn hun gasten oorspronkelijk diegenen die het niet erg vinden een douche te delen en voor wie de bijzondere locatie en de persoonlijke inrichting belangrijker is dan de mate van comfort. Met de oplevering van de schuur is het nu mogelijk kamers met sanitair te huren, maar het ontbijt wordt aan de grote houten tafel gegeten.
De B&B heeft een iets ander publiek dan andere B&B’s in de omgeving door de bijzondere door een architect/kunstenaar ontworpen boomhut. Hun bereik is landelijk, met veel mensen uit Limburg, Brabant en Gelderland, die hen vinden via publicaties in tijdschriften, het internet en van horen zeggen. Geschiedenis In 2007 gestart met boomhut en Bed & Breakfast in kamer woonhuis. In Walcheren beland door combinatie van factoren: werk van partner op Walcheren, droom van plattelandsidylle Frankrijk. Tijdsindeling seizoenen Hele jaar geopend. Festivalseizoen is druk. Bedrijf t.o.v. sector Onderscheidend door ‘authentieke’ karakter van gebouwen en erf, en door vernieuwende architectuur: boomhut en verbouwing schuur, en door collectieve, gedeelde voorzieningen als tuin, gezamenlijke eetruimte en douche. Typering van regio Zeeland / Walcheren Kust is de trekker, maar de locatie is ook een goede uitvalbasis voor stedentrips. Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio In Walcheren vernieuwend en onderscheidend, door uitstraling, authenticiteit (behoud van oorspronkelijke elementen en kleinschaligheid). Maar vormt ook een bestemming los van de omgeving. Als er een zwembad bij zou zijn zouden mensen het erf niet meer verlaten. (Bereidheid tot ) Samenwerking Vergelijken zich met landelijke kwaliteitsaanbod. Vrijwel geen locale samenwerking. Geen plannen voor relatie met omliggende landschap. Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Frankrijk-Noord vaart haar eigen koers.
101
Twan Vermeulen - Camping de Pekelinge
30 oktober 2012 Twan Vermeulen is een echte ondernemer. Hij heeft een grote reguliere camping met veel voorzieningen op eigen terrein. Daarbinnen is hij wel op zoek naar vernieuwing. Ziet heel goed de positie van zijn bedrijf in grotere ontwikkelingen en probeert hier op te anticiperen. Hij constateert een ontwikkeling in de verblijfsrecreatie, die na de oorlog is begonnen met tenten en nu via stacaravans (“toeristisch kamperen”) naar bungalows gaat. Zelf is hij liever een goede camping dan een slecht bungalowpark. Hij volgt daarbij wel de behoeftes en wensen van zijn klanten. Daarom is inpassing van meer of minder permanente vakantiehuisjes in een landschappelijke omgeving voor hem interessant en daar ziet hij ook kansen in het verhaal van Landwerk / Kunstpark Zeeland. Daarbij is het wel van belang dat de prijs per eenheid onder de E35.000,- blijft, anders rendeert het niet. Op dit moment staat de camping met de ‘rug’ naar het landschap, omdat de caravans uit het zicht gehouden moeten worden met schaamgroen. De camping staat op klei, en heeft daarom veel overlast van water. Activiteiten Camping (525 standplaatsen op18 hectare): - Chalets - Caravans - Tentenverhuur Met aanvullende voorzieningen als zwembad en restaurant. Karakter bedrijf Traditioneel, maar zoekt actief naar vernieuwing. Houdt vast aan basiswaarden kamperen: sociaal contact en buitenleven, maar is wel geïnteresseerd in het ontwikkelen van moderne, comfortabele varianten hierop. Zoals chalets/ lodges in het groen met hotelservice. Publiek/ afnemers De doelgroep bestaat uit mensen van 30-50 jaar die geen tent of caravan meer willen, maar wel het ‘buitengevoel’. Ze vinden de camping op internet of via mond-op-mond reclame.
102
Geschiedenis In de jaren ‘80 gestart door ouders, nu gerund door Twan en zijn zus. Tijdsindeling seizoenen Van Pasen tot en met de herfstvakantie Met chalets zou het seizoen verlengd kunnen worden. Bedrijf t.o.v. sector Zoektocht naar vernieuwing, loopt redelijk vooruit op de traditionele branchegenoten. Typering van regio Zeeland / Walcheren Kust is de trekker, maar ook als uitvalbasis voor stedentrips. Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio In Walcheren een trekker voor vernieuwing van de traditionele camping. (Bereidheid tot ) Samenwerking Met buurman(boer) wil de grond van boer pachten en meer betalen dan opbrengst landbouw Plekken met uitzicht op akkers lopen als een trein. Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Ziet veel toekomst in “Buitengevoel” met “Hotelservice” Ziet toekomst in integratie van landbouw/recreatie, maar is nog niet overtuigd van de noodzaak van (een concept als) de Randerij als schakel in de overgang van landbouw naar recreatie. Wil daar graag mee aan de slag als proeftuin.
Wim van Nieuwenhuijzen - Waterhouderij
30 oktober 2012 Wim van Nieuwenhuijzen is actief als (parttime) boer en daarnaast werkzaam als adviseur. Hij neemt als boer deel aan het project Waterhouderij en is als voorzitter van Waterhouderij Walcheren een enthousiast pleitbezorger van het project. Het projectgebied ligt tegen de duinrand in het noordwestelijke deel van Walcheren (in de driehoek Oostkapelle, Serooskerke, Oranjezon) op de overgang van zand naar klei. In samenwerking met Rijkswaterstaat, waterschap en diverse kennisorganisaties experimenteren 11 boeren in het gebied met waterpeilbeheer om verzilting van oppervlaktewater te voorkomen. Met de ruilverkaveling en moderne afwateringssysteem (gestart met het nieuwe gemaal De Boreel in 1930) is verzilting toegenomen. Neerslag wordt sinds de jaren â&#x20AC;&#x2DC;30 direct afgevoerd i.p.v. dat het infiltreert in de ondergrond. Dit terwijl (dit deel van) Walcheren met Texel â&#x20AC;&#x2DC;s zomers een van de droogste gebieden in Nederland is. Veel neerslag valt in najaar en winter en weinig in de zomer. De zoetwaterlens in de kreekruggen die historisch gezien de verzilting tegenhield is daardoor afgenomen. De Waterhouderij probeert door (zoet) water minder snel af te voeren en plaatselijk het peil op te voeren, deze balans te herstellen. Activiteiten Verhogen grondwaterniveau door aanpassen duikers/dammetjes/sluisjes. Tegengaan van mineralisatie/slemp/verdroging. Deze zandgronden zijn na verhoging waterpeil ook geschikter voor de aanwezige teelt van kleinfruit en bloemen, van 1,5-2 meter onder maaiveld nu naar 1 meter onder maaiveld. Oogsten nemen toe. Van Nieuwenhuijzen teelt op zijn bedrijf tarwe en graszaad en ziet een duidelijke toename. Ook bosbouw in het gebied profiteert van de maatregelen.
die een behoefte heeft aan schoon water. Geschiedenis In 2010 sloeg een aantal partijen de handen ineen. Rijkswaterstaat, Aequator, Deltaris, InnovatieNetwerk en ZLTO startten het waterproject De Waterhouderij. Het project in Walcheren is een van de pilots van dit concept. Tijdsindeling seizoenen Opvangen en vasthouden regen in najaar en winter om schaarste in zomer op te vangen. Bedrijf t.o.v. sector en t.o.v. regio n.v.t. Typering van regio Zeeland / Walcheren Waterhouderij sluit goed aan op problemen met verzilting en verdroging (in bepaalde gebieden) op Walcheren. (Bereidheid tot ) Samenwerking Het samenwerkingsverband werkt goed. Van Nieuwenhuijzen wijst er op dat er grenzen zijn aan met hoeveel mensen je kan samenwerken, dus wil bij voorkeur in klein gebied samenwerken. Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Door verhoging van waterpeil is diversificatie van gewassen mogelijk: meerjarig kleinfruit e.d.
Karakter bedrijf Bedrijf Van Nieuwenhuijzen: 40 hectare. Parttime reguliere landbouw. Daarnaast doet o.m. een biologisch-dynamisch landbouwbedrijf mee. Publiek/ afnemers De boeren in het gebied. Plaatselijke sportvereniging. In principe iedereen die last heeft van verzilting of verdroging of
103
Emiel van de Vijver - Zeeuwse Akker
12 november 2012 De ontwikkeling van Emiel van de Vijver laat zien hoe snel de ontwikkelingen in de landbouw elkaar opvolgen, maar ook hoe onzeker de laatste twintig jaar zijn geweest. Emiel van de Vijver is sinds 1998 overgestapt op biologisch en boert sinds 2003 zonder ploegen. Voor hem is dit een stap in een proces naar steeds verder gaande verduurzaming van zijn bedrijf. Tegen de stroom in, omdat het beter voelt, en omdat het aantoonbare resultaten oplevert. Activiteiten Grootschalige, biologische tuinbouw, winkel aan huis, lezingen. Karakter bedrijf 50 hectare (voorheen 70 hectare), een voorheen traditioneel bedrijf in de overgang naar biologisch-dynamische consumentgerichte landbouw. Er is 1 vaste medewerker in dienst.
te bewerken werd. Sindsdien heeft hij zijn eigen systeem ontwikkeld om ploegloos te boeren, onder andere geïnspireerd op de biologisch-dynamische manier van werken. In de streek worden oude boerderijgebouwen gezien als ballast, die beter vervangen kunnen worden door nieuwe schuren. Emiel van de Vijver wil uit cultuurhistorische overwegingen zijn schuur renoveren. Tijdsindeling seizoenen ‘s Zomers actief op het land. ‘s Winters onderhoud en afspraken. Bedrijf t.o.v. sector Ploegloos boeren bespaart veel brandstof . Het verbruik is 10 liter diesel per hectare tegenover 40 of zelfs 80 l/ha in gangbare bedrijven. Typering van regio Zeeland / Walcheren –
Publiek/ afnemers 2% gaat via de winkel aan huis, directe levering aan een lokale supermarkt (C1000 Hulst) en regionale biologische winkel (De Grote Verleiding). 98% gaat naar de biologische groothandel. Hoewel de boerderij op een paar kilometer van Antwerpen ligt, gaat een groot deel van de producten naar Nederland. In België wordt een deel afgezet via een andere teler, rechtstreeks is lastig als Nederlander. Emiel van de Vijver krijgt geen meerprijs omdat hij ploegloos boert, maar de investering verdient zich terug door een goed product en verminderde kosten voor brandstof.
Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio Zeeuws-Vlaanderen ligt meer geïsoleerd (in Nederland) dan Walcheren wat voordelen heeft (de kwaliteiten van het vooroorlogse cultuurlandschap zijn beter bewaard gebleven dan elders in Zeeland) en nadelen (ver van stedelijk gebied en dus van de consument). Oriëntatie op Belgische markt stuit op cultuurverschillen en nationale sentimenten.
Geschiedenis Grootvader had gemengd bedrijf met paarden. Zijn vader begon met dit gemengd bedrijf met vleesvee en boomgaard en eindigde als grote graanboer. Emiel van de Vijver is toen hij de boerderij overnam zich eerst gaan specialiseren in pootgoed. Dat ging goed, maar het vele spuiten ging hem tegenstaan. Na al te zijn geminderd met spuiten is hij in 1998 overgestapt op biologisch, vanwege de uitdaging en het financiële perspectief. Daarna enthousiast geraakt en vanaf 2001 voluit biologisch en van daaruit verder gaan zoeken naar manieren om bedrijf duurzamer te maken. In 2003 stopte hij met ploegen omdat zijn grond steeds moeilijker
Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Biologisch-dynamisch, stadsgericht, verbreding activiteiten richting beleving rust en schoonheid van het Zeeuws-Vlaamse landschap. Waar om hem heen, en wereldwijd, schaalvergroting nog de klok slaat wil Van de Vijver zich liefst richting biologisch-dynamisch ontwikkelen maar zoekt daarbij nog naar geschikte rassen voor zijn bedrijf (die zijn er bijvoorbeeld voor broccoli nog niet).
104
(Bereidheid tot ) Samenwerking Emiel van de Vijver staat open voor samenwerking, vooral om zijn producten directer aan de consument te leveren.
Leo de Visser - Eindelienge
12 november 2012 Leo de Visser heeft zijn bedrijf volledig afgestemd op zijn interesses en behoeftes. Vanuit zijn interesse in paarden en zijn boerenachtergrond is hij een biologisch-dynamisch bedrijf gestart op 10 hectare waar hij op een heel andere manier boert, meer met paarden en met de hand en door de teeltkeuze tot in het winterseizoen actief. Door verpakking in eigen hand te nemen en slim te vermarkten krijgt hij een goede prijs voor zijn producten. Het land is in zijn eigendom en niet van de bank. Activiteiten Voornamelijk tuinbouw (o.a. Pastinaak, knolselderij en pompoen), daarnaast vroege aardappels. Demonstraties en cursussen paardentractie. Slachtvee. Karakter bedrijf 11,5 hectare waarvan 5 hectare wei, en 6,5 ha bouwland. Werkt waar mogelijk met trekpaarden. Hij heeft 5 volwassen trekpaarden (en nog een jong en een oud paard) Paarden zijn niet zo geschikt voor planten want lopen te snel. In de praktijk leveren paarden 10-20 pk (paardenkracht). Publiek/ afnemers 80-90% gaat naar Odin. Biologisch-dynamische groothandel die betere prijs biedt voor b.d. landbouwproducten en voor paardentractie. Paar % in de eigen winkel, overige afzet bij andere boerenwinkels en soms bij Udea groothandel. Geschiedenis Leo de Visser komt uit een boerengeslacht, maar was zelf werkzaam als werktuigbouwkundige, tot hij grond zocht voor zijn paarden en hij alleen een groter stuk land kon krijgen, waarop hij besloot dat met paarden te gaan verbouwen. Tijdsindeling seizoenen Door de keuze van teelten werken Leo en zijn vrouw vrijwel het jaar rond. Tot in januari zijn ze bezig met leveren pastinaak kool en knolselderij. Koeien en paarden vragen 2 maal een halfuur per dag.
Bedrijf t.o.v. sector Het bedrijf is heel anders opgezet dan de bedrijven in de omgeving. Leo de Visser maakt slim gebruik van zijn onderscheidende karakter en vangt een goede prijs voor zijn bijzondere benadering met paardentractie op biologischdynamische landbouw. Typering van regio Zeeland / Walcheren In sociaal opzicht is er veel schroom tussen boeren onderling om anders te denken en anders te gaan werken. Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio Het bedrijf is heel anders dan de bedrijven in de omgeving. Andere boeren willen of durven niet over te stappen. Het is wellicht ook niet toevallig dat het bedrijf van De Visser niet een voortzetting is van een bestaand bedrijf, maar een nieuw opgezet bedrijf afgestemd in grootte en bedrijfsvoering op het uitgangspunt met paarden te werken. (Bereidheid tot ) Samenwerking Producten worden voor een deel regionaal afgezet (via De Grote Verleiding). Er ontbreekt een gemeenschap van boeren met trekpaarden. Als je paard ziek is kun je niet een paard lenen van de boeren. Daardoor heeft het bedrijf meer paarden lopen dan voor de dagelijks bedrijfsvoering noodzakelijk, als â&#x20AC;&#x2DC;back-upâ&#x20AC;&#x2122; om uitval te kunnen compenseren. Voor zover er een referentiekader is, zijn dat boeren met zelfde werkwijze, niet per se de lokale boeren. Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) In zijn niche is sprake van een groeiende vraag en dus is er ruimte voor meer innovatieve ondernemers. Inmiddels is de volgende generatie ook actief in het bedrijf. Paardentractie heeft de toekomst. In Noorwegen en Duitsland zijn al op grotere schaal boeren over gegaan op paardentractie. Op de biologisch-dynamische opleiding De Warmonderhof wordt al les gegeven in paardentractie, maar het is naar De Vissers smaak nog vrij theoretisch.
105
Jan Poleij – Wilde en geteelde zeegroente
29 november 2012 Jan Poleij is een voorbeeld van een kleine ondernemer die in de overgang tussen buitendijks en binnendijks, tussen natuur, visserij en landbouw zijn geld verdient met snijden, telen van en groothandel in zilte groenten. Hij maakt deel uit van een traditie van ambachtelijke ‘scharrelaars’ die inventief gebruik maken en kennis hebben van het landschap. Als kenner van het landschap ziet hij de nadelen van grootschalige pluk en visserij, maar ziet hij zijn activiteiten ook bedreigd door de ‘milieumaffia’. Zijn ervaring in zowel teelt van zeekraal (binnendijks) als het plukken van wilde zeekraal (buitendijks) geeft hem een uniek inzicht in de verschillen. Wilde zeekraal is smakelijker dan teelt en vormt een deel van een groter ecosysteem. Het snijden van deze wilde zeekraal draagt volgens hem ook bij aan dit systeem (net als handmatig kokkelen bijdraagt aan de groei van de kokkelstand). In het wild zijn zeekraal en lamsoor pioniers en verplaatsen zich. De zandplaat (het oogst-territorium van Jan) is in 12 jaar gegroeid met 60 ha. Op de stoppels groeit elk jaar 2 cm (hoogte) land aan. Er zijn heel veel soorten zeekraal, groeien ook in woestijn in China/ Israël. Zijn teeltlocatie maakt gebruik van zilte kwel, maar de hier geteelde zeekraal mist de natuurlijke dynamiek van het buitendijks gebied. Daardoor heeft de teelt last van schimmels. Activiteiten Teelt van zeekraal. Oogsten van wilde zeekraal en wilde lamsoor. Verpacht rest van grond aan boeren: Snijbloemen en weidegrond. Karakter bedrijf Omvang: Totale bedrijf 10 hectare waarvan 1,5 hectare voor teelt zeekraal. Pionier in zilte teelt van zeekraal, met gebruik van lokale zoute kwel. Importeert ook gekweekte zeekraal uit Israël. Oogst in het wild op een zandplaat met handzeis. Dit wordt gedoogd. Hij heeft geen officiële vergunning. Publiek/ afnemers Verpakt zelf zijn producten Via de Agrimarkt wordt zeekraal verkocht in de supermarkten Wilde zeekraal aan natuurwinkels en direct aan restaurants.
106
Geschiedenis Land 5 generaties in bezit van de familie. Leerde zelf zeekraal snijden met handzeis van de ‘oude mannetjes’ Jan was voor hij het bedrijf overnam Kokkelvisser. Verkocht zijn vergunning toen mechanisch kokkelen werd verboden. Handmatig kokkelen mag nu wel. Tijdsindeling seizoenen Teelt van zeekraal: mei-augustus: 1,5 ha verbouw Oogsten van wilde zeekraal: mei augustus Oogsten wilde lamsoor: april – augustus: 200 kilo/week Bedrijf t.o.v. sector Hij is een van de 4-5 boeren in NL die zeekraal verbouwen. En onderscheidt zich door combinatie van teelt en snijden. Typering van regio Zeeland / Walcheren Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio Er zijn nog 2 zeekraal kwekers in Zeeland, nog 2 andere in Nederland. (Bereidheid tot ) Samenwerking Provincie heeft veel werk gestoken in promoten van zeekraal, verspreid recepten met zeekraal. Is positief over steun van de provincie, maar merkt dat er op lange termijn niet meer door verkocht wordt. Samenwerking met ´milieumaffia´ is misschien mogelijk als natuurbeheerder? Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Jan ziet al 7-10 jaar de markt niet groeien. Hij verliest nu ook marktaandeel door opkomst van concurrenten. Zeekraal/ lamsoor blijft luxeproduct, en wordt niet veel gegeten. Arbeidsintensief handmatig kokkelen kan een interessante verdienste worden (ziet dit in Frankrijk). Ziet geen toekomst (geen markt) voor zijn eigen zoon als opvolger.
Alex Van Hootegem – De Grote verleiding
29 november 2012 Alex van Hootegem is een innovatieve boer die goed om zich heen kijkt en zich actief bemoeit met nieuwe ontwikkelingen, onder andere in de webwinkel die hij met zijn vrouw heeft opgezet, en in de ontwikkeling van een nieuwe slimme trekker. Zijn bedrijf heeft zich ontwikkeld en gevormd rond zijn interesses en kwaliteiten. Hij begon met biologisch omdat het een uitdaging was. Rond 1999 zag hij 3 opties: schaalvergroting, intensiveren of biologisch. In de laatste zag veel mogelijkheden voor innovatie. Tussen 1970 en 2000 heeft de biologische landbouw zijns inziens stil gestaan: geen innovatie, zelfde methoden, zelfde machines. De webwinkel is hij gestart uit frustratie: mooie producten lagen te verpieteren in de schappen. Nu levert hij in heel Zeeland biologische producten van Zeeuwse boeren. Activiteiten Biologische land- en tuinbouw volgens 7 jarig bouwplan, met: peen, luzerne (veevoer en groenbemester), witlof, sperziebonen, aardappelen. Karakter bedrijf Grootschalig. Totale bedrijf 165 hectare; 1 vaste medewerker, 10-25 extra in het seizoen. Webwinkel: 11 mensen, zelf inpakken en bezorgen aan huis/ winkel. Deel van de grond wordt wordt verpacht Biologisch, probeert ook met mensen met een ‘rugzakje’ te werken maar lukt niet altijd. Houdt zijn akkerranden wild & ruige kanten langs de sloten om biotoop te bieden voor natuurlijke vijanden van ziektes/ plagen. Innovatief: biologische boeren introduceerden als eersten GPS t.b.v. rijpaden in de akkers. Zo kun je veel verfijnder werken. Hij is gestopt met ploegen/ grondkering. Publiek/ afnemers Verpakt, bezorgd en verkoopt zelf deel van zijn producten (... % webwinkel/ ... % markt) Geschiedenis Boerderij is in 1860 gesticht door weduwe van Hootegem uit België, op land rond het dorp. Rond 1980 verhuisd naar land buiten dorp met 60 ha. In 1999 ( 95 ha) begonnen met
biologisch boeren. In 20.. webwinkel opgezet. Tijdsindeling seizoenen In het voorjaar, zomer en najaar druk met zaaien/ oogsten en winkel. In de winter werkt hij aan nieuwe landbouwmachines, de webwinkel en aan nieuwe ideeën. Bedrijf t.o.v. sector Ondernemend en innovatief. Bourgondische boer. Zeer groot bedrijf Heeft eigen goedlopende webwinkel, (bijna alles seizoen/ regionaal) verkoop direct aan klanten Typering van regio Zeeland / Walcheren Ziet geen ‘grote markt/toekomst’ voor zilte teelt Positie van eigen bedrijf t.o.v. die regio Onderscheidend door innovatie, open staan voor nieuwe ontwikkelingen en kennis Ondernemend, zoekt en creëert eigen afzetmarkt met eigen winkel en bezorgdienst (Bereidheid tot ) Samenwerking Werkt samen met andere boeren in de regio in de afzet via de webwinkel. Is deel van een landelijk netwerk van biologische boeren die meewerkt aan innovaties als de ‘almobiel’, een zogenaamde portaaltractor op elektromotor. Toekomstbeeld (eigen bedrijf en sector als geheel) Plannen voor de komende jaren omvatten het aanleggen van eigen moestuin van 5 ha met bijzondere gewassen voor de eigen winkel (schaalverkleining / combi van grootschalig en kleinschalig); experimenteren met combinaties van verschillende gewassen (die elkaar helpen) op 1 akker, en (deels) vaste/meerjarige gewassen op de akkers; introduceren van hagen en houtwallen introduceren, en het opzetten van een ‘Centrum voor voeding’, waarin gezondheid, lokaal voedsel en genieten worden gecombineerd.
107
Colofon - Over Zela & kompanen, en over de auteurs een project van: Zela & kompanen Mede mogelijk gemaakt met financiële steun van: www.stimuleringsfonds.nl Onderzoek: Paul de Graaf, Suzanne Loen Begeleiding: Jos Willemsen, Danny van Rijt Ontwerp: Jos Willemsen, Suzanne Loen, Paul de Graaf Redactie: Suzanne Loen, Jos Willemsen, Paul de Graaf, Danny van Rijt Eindredactie: Paul de Graaf Met dank aan de volgende mensen Wetenschappelijk klankbord: dr. Jan Willem van der Schans Geraadpleegde experts: Wim Schippers (Aardewerk Advies), Anne Fortuin (waterschap Scheldestromen), Richard van Bremen (Jos?), Hilde Blank (BVR), Ben Delbaere (ECNC), CBK (Jos), boswachter van de Mantelinge (jos?) en natuurlijk de geïnterviewde Landwerkers: Han Kole, Lille Wagenmakers, Twan Vermeulen, Wim van Nieuwenhuijzen, Emiel van den Vijver, Leo en Mieke de Visser, Jan Poleij, Alex van Hoogtegem Foto’s zijn van de auteurs of vermelden de bron voor zover deze kon worden achterhaald. januari 2014
108
Zela & kompanen
Jos Willemsen
Is het mogelijk een andere meer duurzame ontwikkeling in gang te zetten? Zela & kompanen is een nieuwe beweging in het Zeeuwse. Met Zela & kompanen leven we toe naar toekomstwaarden door als samenleving zelf projecten te definiëren en initiatieven los te weken. Door ruimte vrij te maken voor een andere mens-natuur relatie, ruimte voor andere samenlevingsvormen. Soms op een nuchter zakelijke, en soms op een speelse manier..
Jos werkt als landschapsontwikkelaar zelfstandig en in samenwerking met andere specialisten aan landschappelijke projecten in stedelijk- en landelijk gebied. De laatste jaren is hij vooral actief in het vitaliseren van het platteland middels nieuwe verdienmodellen en toepassen van ecologische principes. Zijn werkveld ligt in landschapsontwikkeling, in natuurrecreatie en natuurlandbouw. Specialisme ligt vooral in het toewerken naar eco-effectieve oplossingen en nieuwe verdienmodellen. Vanuit het besef dat natuur een voortdurend waardecreërende bron is.
Met de kennis van vandaag kan Nederland over pakweg 50 jaar volledig duurzaam zijn. Met schoon bodemwater, geen gebruik van fossiele brandstoffen, goede sociale verbindingen, een rijk planten- en dierenleven. Een samenleving samen met natuur. Met intelligente oplossingen die een impuls zijn voor het welzijn van mensen, voor de economie en de biodiversiteit. Dat is mogelijk en ook nodig vinden wij.. Voor deze groene transitie werken Zela & kompanen aan projecten en wordt hier spelenderwijs naartoe geleefd. Vanuit een ‘think global act local’ mentaliteit. Doe je mee?! www.zelaenkompanen.nl
Jos werkt zowel strategisch als praktisch naar vitale landschapsontwikkeling toe. In samenwerkingsprojecten zijn verschillende projecten uitgevoerd en ontwerp-prijsvragen gewonnen. In eigen werkplaats ontwikkeld hij accommodaties voor natuurrecreatie en onderzoekt hij in proefvelden praktisch principes die in natuurlandbouw kunnen worden toegepast. www.jwlp.nl
Danny van Rijt
Paul de Graaf
Suzanne Loen
Danny van Rijt staat als beeldend kunstenaar, vormgever en ideeën-makelaar in het leven. Zijn multidisciplinaire, holistische benadering en de liefde voor de natuur inspireert hem tot het bedenken en ontwikkelen van duurzame integrale concepten.
Paul de Graaf (Wieringermeer, 1972) is een architect en systeemdenker, geïnteresseerd in de relatie tussen architectuur, landschap en ecologie. Sinds 2003 exploreert hij als Paul de Graaf Ontwerp & Onderzoek de mogelijkheden om de menselijke habitat te (her)ontwerpen als duurzaam sociaalecologisch systeem, door het herintroduceren van natuurlijke processen en ecologische principes in de mensgemaakte omgeving.
Suzanne Loen is de oprichter van het buro SL Studio en is gespecialiseerd in onderzoeks- en ontwerpopgaven op het snijvlak van het landschap, de groene ruimte en ecologie. De cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarden van de context zijn leidend in het onderzoeks- en ontwerproces. Werkzaamheden bestaan o.a. uit onderzoeken naar stedelijk groen, waardering en herontwikkeling van landelijke gebieden en gebiedsvisies voor recreatie- en natuurgebieden.
Zo’n 10 jaar geleden kreeg hij het idee om aan een duurzaam kunstzinnig recreatie gebieden te gaan werken, Onder de naam stichting ‘Kunstpark Zeeland’ zijn verschillende mensen actief geweest om het idee samen mede te ontwikkelen. Een belangrijk aspect hierin is in het landschap zachte overgangen te creëren. Met ‘stichting Dutch Art Match’ legt hij zich toe op het realiseren van een broedplaats / werkplaats waar gewerkt wordt aan kunst en kunst gerelateerde opdrachten. Ook ontwerpt en bouwt hij ecologische recreatie verblijven. De rode draad in zijn werk is steeds de wens een bijdrage te leveren aan een mooiere duurzamere wereld waar niet de mens centraal staat maar het leven in al zijn vormen.
Paul de Graaf onderzoekt, ontwerp, schrijft, organiseert en geeft les. In de afgelopen 15 jaar heeft hij door uitwisseling en samenwerking met een internationaal netwerk van collega’s uit zowel theorie en praktijk, ontmoetingen met pioniers en studie van voorbeelden wereldwijd op het gebied van duurzaam stedelijk ontwerp, ecological design & engineering en duurzame (stads)landbouw een unieke kennis en expertise opgebouwd. Hij combineert deze internationale focus met sterk lokaal engagement. Paul de Graaf is oprichter en bestuurslid van Eetbaar Rotterdam en lid van de International Ecological Engineering Society (IEES). www.pauldegraaf.eu
Suzanne Loen is tevens werkzaam als gastdocent en onderzoeker bij de leerstoel Landschapsarchitectuur aan de TU Delft. In dit verband zijn twee publicaties uitgebracht waarin de karakteristieken en typische (water)elementen van de Nederlandse cultuurlandschappen in kaart zijn gebracht. In 2010 richtte zij het multidisciplinaire ontwerperscollectief KRACHTGROEN op. Dit collectief doet onderzoek naar en begeleidt co-creatieprocessen van groene ruimte in het stedelijke en landelijke gebied. www.slstudio.nl
https://www.facebook.com/danny.vanrijt.9
109
Literatuurlijst Landwerk Walcheren
Altieri, Miguel A. e.a., 1987, Agroecology. The Science of Sustainable Agriculture, Westview Press, Boulder, Colorado, Verenigde Staten Atlas van topografische kaarten Nederland 1955-1965 Bieleman, J., 2008, Boerenland in Nederland. Geschiedenis van de Landbouw, 1500-2000, Uitgeverij Boom, Amsterdam Blom, Peter e.a., 2009, Historische Atlas van Walcheren. Continuiteit en verandering op een Zeeuws eiland, Uitgeverij Vantilt, Nijmegen Bouman, P.J., 1946, De Geschiedenis van den Zeeuwschen Landbouw, in de negentiende en twintigste eeuw, en van de Zeeuwsche 1843-1943, H. Veenman en Zonen, Wageningen Bos, K en J.W. Bosch, 2008, Landschapsatlas van Walcheren, Bos & Bรถttcher, Koudekerke Denslagen, W., 2011, Beemden en Bouwlanden. Het verdwijnende boerenlandschap, NAI uitgevers, Rotterdam Hemminga, M.A., 2004, Deltalandschap. Natuur en landschap van Zuidwest-Nederland in historisch perspectief, Stichting Het Zeeuwse Landschap, Heinekenszand Jacke, D. & E. Toensmeier, 2005, Edible Forest Gardens. Volume One: Ecological Vision and Theory for Temperate Climate Permaculture, Chelsea Green, Vermont, Verenigde Staten Jacobusse, Ch. & M.A. Hemminga, 2001, Zeldzaam Zeeuws. Bijzondere planten en dieren in Zeeland, Stichting Het Zeeuwse Landschap, Heinekenszand King, F.H. (vertaald en bewerkt door S. Leeflang), 2011, Vierduizend jaar kringlooplandbouw, Eburon/ De Twaalf Ambachten, Delft/ Boxtel Ploeg, J.D. van der, 2001, De Virtuele Boer, Koninklijke van Gorcum, Assen Schippers, W., 2008, Graanschuur de Molenpolder. Buijtenland van Rhoon, Provincie Zuid Holland Stichting Floron, 2011, Nieuwe Atlas van de Nederlandse Flora, Stichting Floron, Nijmegen
Walacria, een Kroniek van Walcheren (deel 1 en 8) Walker, B. & Salt. D, 2006, Resilience thinking. Sustaining Ecosystems and People in a Changing World, Island Press, Washington, Verenigde Staten Green Deal Stadsgerichte Landbouw, 2013, Stadsboeren in Nederland. Professionalisering van de stadsgerichte landbouw, Rotterdam Geraadpleegde websites Geografisch Loket Zeeland: http://loket.zeeland.nl/geo/ http://www.geschiedeniszeeland.nl http://www.nationalelandschappen.nl/landschap.php?id=20 Taskforce MultiFunctionele Landbouw: http://www.multifunctionelelandbouw.nl/index.php?file_ id=2003 Met dank aan de volgende mensen Wetenschappelijk klankbord: dr. Jan Willem van der Schans Geraadpleegde experts: Wim Schippers (Aardewerk Advies), Anne Fortuin (waterschap Scheldestromen), en natuurlijk de geïnterviewde Landwerkers Geïnterviewde Landwerkers: Han Kole, Lille Wagenmakers, Twan Vermeulen, Wim van Nieuwenhuijzen, Emiel van den Vijver, Leo en Mieke de Visser, Jan Poleij, Alex van Hootegem Foto’s zijn van de auteurs of vermelden de bron voor zover deze kon worden achterhaald.
Walchers Randerijmes -uitgevoerd met lederen heftHet Walchers Randerijmes wordt gebruikt voor dunningen in struweel en in beplantingen. Het hakhout wordt in de Randerij toegepast voor ondermeer afrasteringen, voor paddenstoelenteelt en de bebladerde takken als veevoer. De dynamiek in het beheer - het proces van verstoring & herstel - heeft een gunstige invloed op de biodiversiteit. De ontstane condities worden gebruikt om (al dan niet tijdelijk) voedsel producerende gewassen te kweken. Successie wordt als â&#x20AC;&#x2DC;waarde opbouwendâ&#x20AC;&#x2122; principe benut.
Meer schone lucht Meer schoon water Meer CO2 opname Meer humus Meer zoet bodemwater Meer bodemvruchtbaarheid Meer biodiversiteit Meer natuurlijke bevruchting Meer veerkracht Meer gezondheid Meer recreatiewaarden Meer belevingswaarden Meer voedsel Meer voedselkwaliteit Meer grondstoffen Meer samenleving Meer cultuur Meer werkgelegenheid Meer verdienmodellen
wikke
zeekool
hertshoornweegbree
114
W
LAND WERK WALCHEREN
scenario’s voor een rijk cultuurlandschap
115