5 minute read

Dubbelinterview: Allen digitaal

Next Article
Allen digitaal!

Allen digitaal!

Allen digitaal!

Technologie en digitalisering, je kan er niet meer omheen. Herinner je je eigenlijk nog wel de tijd dat je elpees speelde op een pick-up, je fotorolletje op was na 24 foto’s of je enkel kon betalen met cash geld dat je aan het loket in de bank moest halen? Wat is het allemaal snel geëvolueerd! Te snel soms? We praten erover met vrijwilligers van S-Plus en Joetz.

Gilbert Vandervelpen is 66 en coördinator van S-Plus in regio Tienen, Ingrid Derkinderen is 68 en voorzitter van S-Plus Temse. Samen met Jana Van Luchem (22), animator, hoofdanimator en instructor bij Joetz vzw, praten we over de invloed van de nieuwe technologie op hun leven.

Technologie heeft sinds jullie jeugd een steeds grotere plaats ingenomen in het dagelijkse leven. Welke zijn volgens jullie de grootste evoluties? Gilbert: “De grootste veranderingen zijn er gekomen met de komst van de computer en het internet. Vroeger kon je enkel het nieuws volgen op de televisie en radio. Nu heb je 24 uur per dag nieuws via het internet.” Ingrid: “Voor mij is ook de smartphone belangrijk, want zo ben je altijd bereikbaar. Die is eigenlijk zo goed als een computer.”

Wat doen jullie zoal digitaal? Gilbert: “Als gewezen computerleerkracht heb ik dat altijd allemaal goed gevolgd. Ik heb Facebook, e-mail en Skype. Iedere dag rond 17 uur bel ik via Skype met een vriend die nierpatiënt is en nu niet buiten mag komen. Ook met mijn zoon en kleinkind heb ik contact via Skype. Verder winkel ik ook digitaal. Ik zoek dan online naar de beste prijs van een product. Bankieren doe ik ook digitaal. Ik doe dat wel allemaal op een computer. Ik heb een smartphone, maar gebruik die enkel om te bellen, te smssen en foto’s te maken.”

Ingrid: “Dat was bij mij vroeger ook zo, maar stilaan doe ik nu veel meer op mijn smartphone, zoals ook Facebook en mails lezen.

Ook Whatsapp gebruik ik veel, om contact te houden met familie, maar ook met de bewoners van het appartementsgebouw waar ik woon. Winkelen doe ik niet zo vaak digitaal, enkel als ik iets echt niet kan vinden. Ik ben er eigenlijk een beetje tegen. Ik koop liever iets bij een lokale handelaar. Ook is het bezorgen van al die pakjes niet erg milieuvriendelijk. Maar bankieren bvb. doe ik ook wel van op mijn smartphone.”

Jana: “Ik gebruik mijn smartphone echt voor alles, mails lezen en beantwoorden, bellen, sociale media, pinterest enz. Als ik een favoriete app moet kiezen, is dat toch Whatsapp, omwille van het sociale contact met vrienden en familie. Maar ik heb heel veel apps op mijn smartphone.”

Het is jammer genoeg zo dat een aantal mensen, waaronder veel senioren, vandaag nog niet mee zijn met de digitalisering. Gilbert: “Veel senioren hebben nog altijd een soort van drempelvrees om met een computer of een smartphone te leren werken. Dat is helemaal anders bij de jeugd, zij zijn ermee opgegroeid. Er worden wel cursussen georganiseerd maar die zijn vaak al te specifiek. Een cursus Skype of Homebanking, terwijl dat eigenlijk nog niet aan de orde is bij sommige mensen. Je moet beginnen bij de basis.”

Jana: “Ik vind het zelf ook belangrijk dat ik mijn grootouders daarin meetrek. Want alles werkt stilaan online. Vandaag, in coronatijden, moet je videobellen om elkaar te kunnen zien. Omdat ik vorig jaar op stage was in Zambia, heb ik mijn grootouders

Misschien is de coronacrisis een extra stimulans om met een computer te leren werken?

(Jana)

op dat moment al geleerd hoe dat werkt. Daar ben ik nu heel blij om. Maar de digitale kloof komt ook bij jongeren tot uiting. Ik zie binnen mijn scoutsgroep soms kinderen en jongeren die kwetsbaar zijn. Sommigen kunnen het niet betalen en dus ook niet leren. Anderen hebben een beperking, wat het soms ook moeilijker maakt.”

Ingrid: “Het is ook duur allemaal, dat speelt bij senioren ook een rol. De aankoop van een toestel, een abonnement. Dat kost ook al snel zo een 100 euro per maand, dat is niet niks voor iemand die met pensioen is.”

Zien jullie nog nadelen aan de digitalisering? Jana: “Het sociale contact vind ik soms een nadeel. Ik ben van nature iemand die graag babbelt, graag discussieert. En nu stuur je snel een smsje en je bent klaar. Ik mis soms de charme van een echt gesprek.”

Gilbert: “Veel senioren willen graag meer sociaal contact, maar ze krijgen dat niet via de computer. Misschien een beetje via Facebook, maar eigenlijk is dat meer bezigheidstherapie dan echt contact. Sociaal contact komt alleen maar als ze samenkomen op koffienamiddagen, dansnamiddagen, e.d.”

Is dat door de coronacrisis verandert volgens jou? Gilbert: “Mensen die voordien niet met een computer bezig waren, doen dat nu ook niet denk ik. Degene die het wel al deden, zullen nu nog meer gebruik maken van de computer, met videobellen e.d. We zien dat ook in het volwassenenonderwijs waar veel senioren op dit moment les krijgen via de computer en die lessen niet volgen. Dat komt niet altijd omdat ze te weinig kennis hebben van de computer, ze hebben ook geen affectie voor het toestel. Ze willen liever les in een klas met een leerkracht. Ook hier draait het vooral om sociaal contact.”

Jana: “Misschien zijn er ook wel senioren die spijt hebben dat ze niet eerder hebben geleerd hoe ze met een computer of smartphone moeten werken. Misschien is de coronacrisis wel een extra stimulans om les te volgen of aan de kleinkinderen om hulp te vragen.”

Kan een organisatie als S-Plus hier helpen denken jullie? Gilbert: “S-Plus kan zeker helpen om die drempelvrees weg te werken, dat is het eerste wat moet gebeuren. En dan kan S-Plus cursussen inrichten, beginnend bij de basis.”

Ingrid: “Het is belangrijk om die cursussen toe te spitsen op wat mensen echt willen weten en nodig hebben om ermee te kunnen werken. Anders haken ze af.”

Gilbert: “Cursussen rond homebanking bvb. Maar ook beveiliging en phishing moeten aan bod komen.”

Jana: “Of online boodschappen doen, voor mensen die minder goed te been zijn. Het zou ook wel een leuk idee zijn om generaties te mixen bij dergelijke cursussen. Er zijn ook voordelen voor jongeren: zij kunnen beter hun grootouders contacteren.”

Sarah Van Humbeeck i.s.m. Joetz vzw

This article is from: