HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN VERSLAG VAN EEN MELDWEEK
‘IK VIND DIT ECHT BELACHELIJK, IK KAN NOOIT MEER MIJN BEROEP ALS AGENT UITOEFENEN, STERKER: IK KAN NIET EENS MIJN TANDEN POETSEN MET MIJN RECHTERARM EN MENEER HEEFT 180 UUR WERKSTRAF!’
NOVEMBER 2010 RONALD VAN RAAK, SP-TWEEDE KAMERLID ERIK DE VRIES, MEDEWERKER BESTUUR EN VEILIGHEID VAN DE SP
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
2
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
INHOUD INLEIDING..................................................................5 ONZE VOORSTELLEN..................................................7 FRAGMENTEN UIT DE MELDINGEN ............................9
3
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
4
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
INLEIDING Mensen worden politieagent om anderen te helpen. Toch wordt agenten dit mooie werk steeds vaker onmogelijk gemaakt. Denk aan de beelden van het groepje agenten dat in de zomer van 2009 op een dancefeest in Hoek van Holland door een meute gedrogeerde jongeren met het leven werd bedreigd. Nog bekender zijn de bijna rituele veldslagen met voetbalhooligans, die matten met de politie zien als onderdeel van het bezoek aan een voetbalwedstrijd. Maar ook in het dagelijkse werk worden agenten steeds vaker bespot, bespuugd en bedreigd. Daarom heeft de Tweede Kamer afgesproken dat agressie tegen agenten zwaar, snel en goed moet worden bestraft. De praktijk is echter vaak anders. Dat bleek bijvoorbeeld uit een melding die de SP kreeg over een dronken automobilist die in november 2009 het leven van vier agenten in gevaar had gebracht en was veroordeeld tot 21 maanden cel, maar in april 2010 op vrije voeten werd gesteld. Dit voorval was voor ons aanleiding om een meldweek in te stellen. Van 14 tot 21 oktober 2010 hebben meer dan vijftig agenten ons concrete voorbeelden gegeven over hoe in de praktijk met agressie tegen agenten wordt omgegaan. Dat leverde een ontluisterend beeld op. Veel agenten zijn ontevreden over de hoogte van de straffen als zij te maken krijgen met buitensporige agressie. Een agent vindt het onbegrijpelijk dat hij drie operaties moet ondergaan en vier en een half jaar moet revalideren, terwijl de dader wegkomt met 180 uur taakstraf. Een ander vindt het vreemd dat het goedkoper is om een agent voor zijn gezicht te slaan, dan om door het rode licht te rijden. Sommige agenten zeggen dat zij het vertrouwen in hun bescherming kwijtraken en zich niet meer vrij voelen om op te treden. Als agressie tegen agenten niet wordt bestraft, verliest de politie haar gezag op straat. Agenten zeggen dat het heel belangrijk is om direct tegen geweldplegers op te treden. In de praktijk duurt het echter vaak lang voordat verdachten moeten voorkomen. Op straat worden agenten door diezelfde verdachten ondertussen uitgelachen – die zien zichzelf als onschendbaar en nemen de politie niet serieus. Het is volgens agenten belangrijk dat het OM en rechters snappen dat lange wachttijden het gezag van de politie aantasten. Agenten vinden het moeilijk te begrijpen dat veelplegers soms alweer op vrije voeten zijn nog voordat agenten het papierwerk hebben afgerond. Velen hebben niet het gevoel dat rechters en aanklagers beseffen met wat voor agressie en geweld ze allemaal te maken hebben en wat dit betekent voor hun werk, maar ook voor hun privÊleven, zeker als sprake is van mogelijke besmetting met een enge ziekte. Veel agenten willen dat rechters meer moeite doen om zich in hen te verplaatsten, bijvoorbeeld door vaker een dienst mee te lopen. Wij nodigen agenten van harte uit om misstanden te blijven melden. Dat kan door een mail te sturen naar: politie@sp.nl Meldingen worden altijd vertrouwelijk behandeld.
5
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
6
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
ONZE VOORSTELLEN 1. Bij geweld tegen agenten moet altijd een dubbele strafeis worden gesteld. 2. Als sprake is van geweld tegen de politie worden verdachten altijd vervolgd. 3. De gevolgen van agressie voor agenten moeten bij de strafbepaling altijd worden meegerekend als verzwarende omstandigheid. 4. Een strafzaak waarbij sprake is van agressie tegen de politie wordt binnen twee weken opgepakt en binnen een halfjaar afgerond. 5. De werkgever neemt in alle gevallen de strafzaak van de agent over, zodat deze zowel privé als op het werk de handen vrij heeft. 6. Schadevergoedingen worden door de overheid voorgeschoten en teruggevorderd op de dader, zodat agenten niet meer zoveel tijd en moeite kwijt zijn aan een rechtszaak. 7. Besmette verdachten moeten altijd meewerken aan een onderzoek naar eventuele besmetting van een agent. 8. Veelplegers van geweld tegen agenten worden verplicht behandeld tegen verslaving en agressie. 9. Rechters en openbaar aanklagers draaien minimaal één keer per jaar een dienst mee met de politie.
7
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
8
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
FRAGMENTEN UIT DE MELDINGEN ‘Hij vertelde mij en mijn collega’s net voor de aanhouding, dat zeker iemand van ons in het ziekenhuis zou komen als wij de aanhouding door zouden zetten. Natuurlijk hebben wij hem aangehouden, maar hij gebruikte zoveel geweld dat ik nu na 4,5 jaar en drie schouderoperaties verder, tijdelijk nog steeds 100 procent arbeidsongeschikt ben verklaard. Hij heeft als straf gekregen: 180 uur werkstraf … en 1.000 euro schadevergoeding. En dit terwijl hij een ‘goede’ bekende van de politie is. Ik vind dit echt belachelijk, ik kan nooit meer mijn beroep als agent uitoefenen, sterker ik kan niet eens mijn tanden poetsen met mijn rechterarm en meneer heeft 180 uur werkstraf!’ ‘Bij het aanzeggen dat hij een bekeuring kreeg, kregen we direct allemaal nare ziektes beginnend met een K naar ons toe … Binnen enkele minuten werden we door ongeveer 15 burgers (vrienden van de verdachte) aangevallen en raakte ik door dezelfde verdachte gewond aan mijn rechterduim. Mijn duim is blijvend kapot doordat de pezen zijn verrekt. Ik heb nu een knobbel op mijn duim en ben beperkt in mijn werk en mogelijk ook in mijn toekomst. Door dit feit is er een geweldsprotocol opgestart en de eis zal ongeveer minimaal 300 en maximaal 500 euro zijn, terwijl ik heel mijn leven met een kapotte duim zit. Tot de dag van vandaag zien we beide personen vaak en kijken ze ons van het moment dat we ze zien totdat we uit het oog verdwijnen met een lachende blik aan. Dit frustreert mij enorm. Ze komen er zo gemakkelijk mee weg en sarren ons zonder dat er ook maar iets gebeurt.’ ‘Ik ben door een verdachte bedreigd dat hij “een kogel door mijn kop zou schieten”. Dit gebeurde nadat wij hem hadden aangehouden voor openbare orde verstoring, openbare dronkenschap, het niet kunnen tonen van een identiteitsbewijs en het niet opvolgen van een bevel of vordering. Deze man was veelpleger en welbekend bij ons en de buurt. Ik heb aangifte gedaan en via mijn dienst personeel en arbeid, me als civiele partij gesteld bij het OM. Namens mij werd 150 euro schadevergoeding geëist. Omdat de verdachte een bekende van de politie was bleek dat het OM meerdere zaken bij elkaar had gevoegd. Naast de bedreiging in mijn richting bleek hij ook nog iemand met een stuk hout te hebben geslagen en was hij een van de verdachten van een straatroof … Deze officier nam zonder blikken of blozen het pleit van de advocaat over en eiste een verlichting van de straf op het bedrag dat namens mij werd geëist. Het moest 100 euro worden.’ ‘Ik heb mijn verdachte gevolgd na het incident met mij en die slaat zo ongeveer twee tot drie personen per jaar het ziekenhuis in en komt steeds weg met een werkstraf of een geldboete. Mijn schade was toen drie kiezen uit mijn gebit, een zware hersenschudding door een aantal trappen in mijn gezicht en diverse behoorlijke schaafwonden en blauwe plekken. Genoemde man doet het volgende keer gewoon weer dus en hij komt gewoon weer weg met een werkstraf of iets dergelijks.’ ‘Mijn collega en ik staan voor een groep mensen. Uit deze groep komt een man en die vraagt wat er aan de hand is. Ik begrijp dat het de vader is van de aangehouden verdachte. Mijn collega vertelt dat zijn zoon mee gaat naar het bureau. Ik hoor hem iets zeggen van “daar komt niets van in”. Ik voel een klap op mijn linker schouder en een ruk aan mijn linker arm. Vier meter naar achter gevlogen en kom een beetje bij. Mijn schou-
9
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
der is compleet uit de kom. Resultaat: twee operaties, 1.5 jaar revalidatie, posttraumatische stress stoornis, negen procent blijvend letsel … De rechter bleef mij maar vragen stellen terwijl ik uitgelachen werd door vader en zoon. Uiteindelijk kreeg de vader één maand voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en 1.000 euro schadevergoeding.’ ‘Wij deelden deze verdachte mede dat hij was aangehouden. Direct hierop greep de verdachte mijn collega bij haar haren. De verdachte werd hierop direct door mij gepeperd maar reageerde hier totaal niet op. Sterker nog, voordat ik er erg in had kreeg ik een drietal schoppen op mijn gezicht. Omdat het C2000 systeem niet naar behoren werkte kregen wij geen assistentie ter plaatse. Uiteindelijk is het ons gelukt de verdachte onder controle te krijgen. Ik miste toen in inmiddels wel een set voortanden en had behoorlijk letsel in mijn gelaat … Bij mijn collega waren de kale plekken van het uitrekken van de haren op het hoofd zichtbaar. Uiteindelijk heeft de verdachte later een aantal weken taakstraf gehad. Door deze schoppen heb ik nu nog steeds last van pijnklachten aan het gebit. Binnenkort moet de hele voorzijde er weer uit omdat uit onderzoek is gebleken dat het in de kaak ook niet goed zit.’ ‘Ik sprak de man aan op zijn gedrag en kreeg zonder aanleiding of waarschuwing een stomp tegen mijn hoofd. Nu ben ik gelukkig niet de kleinste dus ik bleef overeind. Op de grond kreeg ik nog enkele stompen tegen mijn hoofd en ribben. Uiteraard voelde ik dit. Ik bleef de verdachte echter vasthouden en samen met andere collega’s is hij uiteindelijk geboeid. Toen ik ging staan merkte ik pas wat voor letsel de verdachte had aangericht. Ik stond op en viel meteen weer neer. Nogmaals dit geprobeerd met hetzelfde resultaat. Tijdens de worsteling is door toedoen van de verdachte mijn knie zwaar beschadigd … Nu heb ik mijzelf gevoegd in de strafzaak. Het voorstel is een verzoek om smartengeld van een bedrag tussen 4 en 500 euro. Ik zie het ervan komen dat de verdachte weggaat met iets meer dan een standje terwijl ik driekwart jaar met een zware blessure loop.’ ‘De verdachte heeft mij (voor de derde keer) ernstig bedreigd tijdens een incident tijdens een Horecadienst. De verdachte dreigde bij zijn aanhouding mij, mijn vrouw en kinderen af te maken en te vermoorden. Bij insluiting heeft deze verdachte nog een andere collega bedreigd en een vrouwelijke collega met de vuist op haar voorhoofd geslagen. Deze verdachte heeft een waslijst aan antecedenten op geweldsgebied. De politierechter achtte alle feiten wettig en overtuigend bewezen, maar legde een werkstraf op van 240 uur (een first offenderstraf) en verklaarde de rechtbank niet-ontvankelijk voor de door ons drieën geëiste schadevergoedingen.’ ‘De man werd vervolgens met het grootste verzet aangehouden door meerdere collega’s die ter plaatse kwamen. Toen het stof was opgetrokken en de verdachte was afgevoerd heb ik naar mijn letsel laten kijken door ambulancepersoneel. Gevolg: zwaar gekneusde duim. Toen heb ik mij gevoegd als benadeelde partij en aangifte gedaan. In plaats van de bevestiging dat mijn voeging bij de rechtbank ontvangen zou moeten zijn, kreeg ik een brief namens de Officier van Justitie dat de zaak ‘voorwaardelijk geseponeerd’ was … Over mijn voeging werd verder niet gerept. Bij navraag bleek dat men niet wist dat ik me gevoegd had in dit strafproces voor een bedrag van 350 euro immateriële schade … Alle formulieren zijn netjes en op tijd opgemaakt en ingezonden maar alsnog ergens in de rechtbank zoekgeraakt … Aansluitend aan het oplopen van het letsel had ik een week vakantie met mijn gezin waarbij ik mijn rechterhand niet kon gebruiken van de pijn. Nu maanden later is mijn duim nog steeds erg gevoelig.’ ‘Er was een kroegganger met een fles op zijn hoofd geslagen. Wij zijn ter plaatse gegaan. Aldaar troffen wij het slachtoffer aan, samen met enkele vrienden van hem. Er waren op dat moment ongeveer een dertigtal mensen op straat. Het was op dat moment rustig. Op een gegeven moment werd de verdachte aangewezen door het slachtoffer en getuigen. Ineens sloeg de sfeer om. Er kwamen vrienden van de verdachte aan … Ik verloor mijn collega heel even uit het oog. Toen ik hem zocht stond hij een meter of vijf van mij vandaan. Ik zag dat de verdachte hem vast had. Ik bedacht me geen moment. Ik duwde de vrienden van de verdachte weg en schoot mijn collega te hulp. Mijn collega had op dat moment al enkele klappen gehad … Ik bracht een nekklem aan bij de verdachte. Ik had hem stevig vast. Ik hoorde achter mij “Klojo’s laat hem los”, voor ik het wist werd ik met twee armen om mijn hoofd gegrepen en hard achterover getrokken … Ik had enorme last van mijn onderrug. Ik heb er tot heden nog wel last van … Wat mij heel erg stoorde aan dit verhaal is dat de verdachte die mijn collega sloeg de dag erna weer naar huis kon.’ ‘De verdachte is onder verzet aangehouden en geboeid overgebracht naar het bureau … Ook was deze verdachte een verslaafde en bekende veelpleger. Na aankomst bureau draait de verdachte zich om en spuugt mij vol in mijn gezicht. Saillant detail; verdachte zou besmet zijn met HIV en hepatitis. Ik in paniek, mijn maat in paniek, het korps in paniek. Vorige week de uitspraak; poging zware mishandeling niet wettig en overtuigend bewezen. Belediging bewezen geacht. Straf een week hechtenis.’
10
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
‘We kwamen bij een voor ons bekende veelpleger. Hij had een andere persoon beroofd … Helaas kreeg hij een konkel in zijn hoofd en begon zijn wang kapot te bijten. Het vrijgekomen bloed spuwde hij met zijn speeksel in ons gezicht … Uiteindelijk is ‘onze vriend’ er met een lichte straf (werkstraf ) en een verplichting tot betaling van een enorme schadevergoeding aan ons dienders. Het te betalen bedrag bedroeg 50 euro per persoon.’ ‘De vader begon direct tegen mij beledigende uitlatingen te doen, hetgeen ruim tien minuten duurde. Ik kon de tyfus, de kanker en de tering krijgen. Dit herhaalde hij keer op keer. Dat wanneer hij mij op de fiets voor zijn auto zou krijgen, hij mij dood zou rijden … Enerzijds het niets kunnen doen, anderzijds het maar doorgaan met heftige beledigingen naar mij en de doodsbedreiging en als derde punt het vele publiek dat daarvan getuige was maakte bij mij veel emoties los … Vervolgens greep de man een ijzeren staaf … Vervolgens gooide hij deze ijzeren staaf met kracht in mijn richting … Voor de rechtbank is de verdachte vader veroordeeld tot twee maanden gevangenis (één maand voorwaardelijk en één maand onvoorwaardelijk en een schadevergoeding van ongeveer 260 euro … In hoger beroep is de straf omgezet in een proeftijd van twee jaar, is de gevangenisstraf geheel komen te vervallen en is de schadevergoeding NIET toegekend. Mij gaat het niet om het bedrag. Mij gaat het om imagoschade. Door deze ‘straf’ komt de vader er als overwinnaar uit. Ik heb het gevoel dat onze vijand niet alleen voor ons staat maar, ook achter ons. Echter de straf die de rechtelijke macht oplegde is als een dolksteek in de rug.’ ‘In mijn vrije tijd zag ik op zeer brutale wijze drie jongens van Marokkaanse afkomst producten stelen uit de AH. Ze probeerden het niet te verhullen, in tegendeel. Ik zag dat andere mensen dit zagen en hier bang van werden, dus ik vond dat ik wel moest optreden ... Het verhaal eindigde ermee dat hij terug rende richting de supermarkt en voor de supermarkt in een auto sprong. Ik opende de deur om hem uit de auto te kunnen halen. Op dat moment gaf hij gas achteruit, waarbij ik in eerste instantie klem kwam te zitten tussen een bouwsteiger en de autodeur. Hierbij heb ik een gekneusde rib opgelopen. Toen hij merkte dat de auto niet verder naar achteren ging, gaf hij veel gas bij. Ik ben gelanceerd door de autodeur en blijkbaar op de grond beland (ik kan me dit niet herinneren). Twee getuigen verklaarden dat dit met veel kracht ging, en één getuige dacht dat ik nooit meer op zou staan. Dat deed ik gelukkig wel, en ik heb het kenteken nog kunnen onthouden … Ook bleek hij geen rijbewijs te hebben en is hij eerder veroordeeld voor joyrijden … Na tien maanden eindelijk een telefoontje vanuit de andere politieregio: de zaak kwam binnenkort voor de rechter … 30 uur werkstraf en twee weken cel voorwaardelijk … Ik heb mijn vertrouwen in justitie inmiddels lang en breed opgegeven.’ ‘Wij dachten dat het verdachte voertuig wel zou stoppen. Echter dit was niet het geval. De verdachte reed met zestig km op ons in. Het politievoertuig was total loss en de airbags waren geactiveerd ... Uitspraak: een half jaar ontzegging rijbevoegdheid.’ ‘Bij de behandeling van de voeging tijdens de zitting werd ons niets gevraagd … Toen ik in tranen de rechtszaal verliet kwam de officier nog naar me toe op de gang. Die is naar aanleiding van mijn opmerkingen en eigen verhaal in gesprek gegaan met de rechter, die vervolgens toegaf mijn hele verklaring niet te hebben gelezen!’ ‘Een verdachte wordt tijdens een horecanachtdienst van zaterdag op zondag aangehouden voor een incident en hij bijt in hand van de collega. Hij schrikt, baalt, en wordt verwezen naar de EHBO van een ziekenhuis … Dan wordt je wond behandeld en wordt geconstateerd: “goh, flinke wond, diep, flink gebeten” en dan vragen ze, weet je iets van die verdachte, heeft hij ‘enge’ ziektes of is hij anderzijds bekend met besmettelijke of overdraagbare ziektes? Nee, dat weet je niet. Verdachte wil niet meewerken aan verder onderzoek. Fijn dat je dan naar huis gaat met de tip om met je partner de komende maanden veilige seks te hebben, dus met condoom, omdat je weleens ‘besmet’ kan zijn. Jammer dat je een kinderwens hebt, die stel je dus maar even uit … Dan kijk je wat er met je ‘zaak’ is gebeurd, en zie je dat verdachte ontkent en na verhoor, ’s ochtends om 11.00 uur is heengezonden! … Op de zitting ontkent verdachte, de zaak wordt pas na 15 maanden behandeld. Dan vraagt de advocaat: “Herkent u deze verdachte?” Nee, natuurlijk niet, het is 15 maanden geleden!’ ‘Deze beide heren zaten zo onder de speed en cocaïne dat ze alleen met dreiging van de hond konden worden aangehouden … Eén van de heren draaide bij de voorgeleiding volledig door. Een tafel vloog door de lucht, ik werd op mijn juist herstelde knie geschopt en de verdachte werd, met behulp van zes met spoed ter plaatse gekomen collega’s en het nodige gepaste geweld onder controle gebracht. Deze man voelde totaal geen pijn en vocht als een leeuw. Vanaf het parket werd ’s nachts een auto met chauffeur geregeld, want normaal vervoer was niet mogelijk. Resultaat: één dikke, wederom gekwetste knie en een zomervakantie die twee weken later zou beginnen naar de ‘k’. De pijn bleef … Een herstelperiode van ruim drie maanden … Rechtszaak de eerste keer verplaatst. De tweede keer heeft de advocaat zich ziek gemeld en nu staat de zaak weer voor (…) op de
11
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
rol, maar daar heb ik ook geen vertrouwen in. De verdachte zie ik bijna wekelijks in het uitgaansgebied en dan kijkt hij mij lachend aan. Tegen collega’s heeft hij inmiddels aangegeven dat hij er voor zal zorgen dat (…) ook niet doorgaat. Hij en zijn advocaat verzinnen wel weer wat.’ ‘Tot bloedens toe in hand gebeten door zwartrijder in trein. Dader wilde pas na dwang, enkele weken later, bloed afstaan i.v.m. mogelijk HIV of hepatitis besmetting. Enkele maanden lang iedereen in spanning wel of niet besmet door de dader. Zaak bij de rechtbank diverse malen uitgesteld en na anderhalf jaar nog steeds NIET afgerond!’ ‘Op ongeveer vier meter voor mij gaf de bestuurder ineens vol gas en reed op mij in. Door mijn oplettendheid kon ik nog net op tijd het voertuig ontwijken en in een reflex sloeg ik de voorruit van de auto met de zaklamp kapot. Dit geeft wel aan hoe dicht ik op het voertuig stond. Collega’s ter plaatse konden de achtervolging inzetten en de verdachte aanhouden. De verdachte had teveel gedronken, HAD al een ingevorderd rijbewijs en reed ook dus tijdens een ontzegging. Het was ook duidelijk dat de verdachte doelbewust de controle ondanks alles wilde ontlopen. Ik heb aangifte gedaan tegen de verdachte van poging zware mishandeling c.q. poging doodslag … De uitspraak was echter een heel jaar later. Waar ik nog zieker van werd, was dat de verdachte op alles was veroordeeld behalve de poging zware mishandeling c.q. poging doodslag! De rechter had dus medegedeeld dat er gelukkig niets gebeurd was en dat dit ook mijn risico was om op de weg voertuigen stoptekens te geven.’ In september 2008 aangifte gedaan tegen manspersoon wegens mishandeling. Tijdens aanhouding vuistslag in gelaat gekregen. Andere verbalisanten hebben aangifte gedaan van bedreiging. In juli 2009 is voor de rechtbank de strafzaak tegen verdachte geweest. Verdachte is veroordeeld en rechtbank heeft toen mijn vordering van een bedrag van 500 euro toegewezen. Tegen dit vonnis is door verdachte hoger beroep ingesteld. Na diverse telefoontjes met rechtbank komt de zaak pas begin volgend jaar 2011 weer voor.’ ‘Ben ik door een andere verdachte met een fototoestel moedwillig tegen mijn hoofd geslagen, waardoor ik bijna twee maanden met een zware hersenschudding thuis heb gezeten. In eerste aanleg werd de verdachte vrijgesproken. Na overleg (uit mijn beweging) met de officier is deze in hoger beroep gegaan. Toen er een jaar later nog steeds niets met de zaak bleek te zijn gebeurd heb ik aan de bel getrokken bij de Procureur Generaal. Na heel erg veel moeite en benadrukken dat het hier gaat om geweld tegen een ambtenaar en dat daar prioriteit aan gegeven moet worden, kon men voor een half jaar later een zittingsdatum plannen, 2,5 jaar na de pleegdatum … Bij de zitting bleek dat de voeging alsnog niet daar terecht was gekomen waar hij moest zijn. Gelukkig werd deze wel meegenomen. Ook heb ik zelf moeten zorgen dat de tenlastelegging aangepast werd en dat ook mishandeling meegenomen werd i.p.v. alleen verzet bij aanhouding. Na een goed verloop van het hoger beroep ben ik weer zwaar teleurgesteld in het rechtssysteem bij de uitspraak die twee weken later volgde. De verdachte werd vrijgesproken voor de mishandeling en verzet bij aanhouding omdat “u bent aangehouden” niet gehoord is.’ ‘Een uitspraak van de rechter: Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij door het bezigen van de woorden ‘ik pak je dochter wel als ik hieruit kom’ en / of ‘als ik hieruit kom dan zoek ik je wel op en doe ik je wat aan’ agent heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling. Het hof is van oordeel dat deze bewoordingen op zich genomen geen bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht of met zware mishandeling zijn. Het is immers niet duidelijk waar dat ‘pakken’ en ‘wat aandoen’ feitelijk uit zouden bestaan. Het hof acht derhalve niet bewezen hetgeen aan verdachte is ten laste gelegd, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.’ ‘We hebben als team die nacht lang overgewerkt. Alles goed op papier gezet en met name het genoemde incident. Betreffende collega is nog naar het ziekenhuis gegaan. Letsel: gekneusde neus, hechtingen wenkbrauwen, hechtingen aan het hoofd, blauwe plekken over het lichaam. En dan mentaal heeft de collega nog best wat opgedaan. En hoe is het afgewerkt? De verdachte is die ochtend gehoord en na verhoor in de middag heengezonden. Wij, de collega’s en met name de collega die het overkomen is, lagen nog te slapen terwijl de verdachte al weer op straat was. Ik voel mij als politieman, maar ook als mens, volledig in de steek gelaten en vernederd. Moet je dan nagaan hoe de collega zich voelt die klappen heeft gehad van deze verdachte. Die lacht zich natuurlijk kapot, want die heeft een politieagente mishandeld en is dezelfde dag nog vrijgelaten. Wat denk je dan dat die verdachte denkt over de politie.’ ‘Een asociale verdachte was opgepakt wegens diefstal en geweld, waaronder huiselijk geweld. Hij was zelf gewond geraakt en had verschillende open en bloedende wonden. Ook was hij gewond aan zijn kaak en in
12
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
zijn mond. Hij was HIV besmet. Hij wilde in het bureau blijven en wenste na afhandeling van zijn zaak niet zijn cel te verlaten … Na wederom weigeren liet ik de verdachte uit het cellenblok verwijderen en hij werd onder dwang door collega’s op straat gezet. Hij dreigde te bijten en te slaan met zijn bebloede ledematen en mond. Hij riep voortdurend dat hij ons AIDS zou bezorgen. Toen dit door goed optreden van de collega’s niet lukte spuugde de verdachte mij plotseling in mijn ogen. Hij werd onmiddellijk weer aangehouden en ik pleegde overleg met de Officier van Justitie. Uitslag: onmiddellijk in vrijheid stellen. De kans op besmetting was niet groot en de rest hoorde bij het spel. Ik ben vervolgens behandeld in het ziekenhuis volgens de procedure, kreeg injecties en moest medicijnen slikken. Na maanden behandeling kwam de uitslag: gelukkig geen besmetting.’ ‘Zij beet een bewaarder een stuk uit diens arm en ging er vandoor. De vrouw werd enige tijd later in het centrum aangetroffen. Het betrof koopavond en het zag zwart van de mensen. De vrouw werd aangesproken en zij gilde alles bij elkaar. Uiteindelijk werd de vrouw aangehouden waarbij zij mij in mijn hand beet … Naar ziekenhuis, test op HIV, gesprek met arts en uiteindelijk zeven maanden wachten tot je het eindresultaat krijgt. Mevrouw weigerde bloed af te staan en deelde ook nog mede dat zij aids had. Ik kan je vertellen dat je je dan niet echt lekker voelt. Je houdt afstand van je eigen vrouw en de onzekerheid blijft knagen. Je zult maar HIV besmet raken, wat dan? … Ik heb mij civiel partij gesteld en kreeg een minimale schadevergoeding. Bijna een jaar later kreeg ik het verzoek dit geld terug te betalen, omdat mevrouw in hoger beroep was gegaan. Je wordt dan weer met deze zaak geconfronteerd nadat je het net een “plekje had weten te geven”. ‘Mijn privéleven was wat betreft intimiteiten totaal op zijn kop gezet en ik denk er nog veel aan terug. Als ik de betreffende Officier van Justitie hoor, lees of zelf spreek, moet ik mijn uiterste best doen om professioneel te blijven handelen. Frustratie en boosheid doen hun best om mij de baas te worden. En dit alles na bijna veertig jaar trouwe dienst … Het blijft een schitterende, maar wel steeds vaker moeilijke baan. Moeilijk, niet door het publiek, maar wel door Justitie en de politiek. ‘Op een bepaald moment kwam een voertuig aangereden en stond als tweede in de rij zijn voorganger weg te toeteren. Om een lang verhaal kort te maken … ben ik door deze verkeerscrimineel omver gereden, ik ben zwaar ten val gekomen, heb kneuzingen hierdoor opgelopen. Ben helaas niet zielig thuis gaan zitten maar heb mij weken met pijnstillers op de been gehouden, omdat ik het gevoel had dat de dader (deze is, nadat hij in eerste instantie was doorgereden, aangehouden) door justitie wel aangepakt zou worden. Wat schetst mijn verbazing, de dader wordt vrijgesproken (zelfs geen verkeersboete) en ik mocht ondanks een aanvullend proces verbaal niet in hoger beroep. Dit heeft mij zeer aangegrepen … Ik ben mij terdege bewust van het feit dat ik als politieagent met geweld te maken krijg. Ik kan hier goed mee omgaan, omdat ik goed getraind word in het omgaan met geweld en door mijn levenservaring - 52 jaar inmiddels … Waar ik zeer kwaad om kan worden is het rechterlijk apparaat achter de tafel … die totaal niet ontvankelijk is voor argumenten en een proces verbaal niet op waarde schat, maar deze als taalkundigen gaan uitpluizen en op woordkeuzes gaat afwijzen.’ ‘Ik schreeuwde “mes” en wij stoven uit elkaar. De man koos mij uit om achter aan te gaan. Ik moest rennen voor mijn leven … Toen drong het tot mij door dat ik in de vuurlinie stond. Weer moest ik rennen om mezelf in veiligheid te brengen. Ik rende naar de zijkant en hoorde het eerste schot. Een tel later nog een schot. Ik zag dat de man in elkaar zakte op de grond. De schutter vertelde later dat de man op hem afkwam en het mes omhoog bracht om hiermee aan te vallen of te gooien. Het 1ste schot keurig op de benen. Hierbij is de knieschijf geraakt, waardoor hij bij de volgende stap door dit been zakte. Bij de volgende stap had hij het mes gegooid naar de collega’s. Dit was ten tijde van het tweede schot. Dit schot was hoger gericht. Al met al een zeer angstig moment, waardoor ik zelf een jaar lang geen noodhulp heb kunnen draaien en bij een psycholoog ben geweest om een en ander te verwerken. Later bleek dat de man thuis had aangegeven dat hij zichzelf of iemand anders ging vermoorden … De uitspraak van de rechter was dat de man al voldoende is gestraft en hij dus niet vervolgd zal worden … Vorige week (bijna drie jaren later) ben ik zelfs als getuige opgeroepen, omdat de man een schadevergoeding heeft geëist en moest ik weer mijn verhaal doen.’ ‘Ondanks het feit dat er met het OM afspraken zijn gemaakt, worden deze met de voeten getreden. Afspraak om een verdachte niet met een schikking de deur uit te sturen, wordt niet nagekomen. Voor de diender wordt het stukje partijstelling moeilijker omdat hij nu zelf achter alles aan moet gaan. Wordt een verdachte namelijk veroordeeld, is de partijstelling een stuk makkelijker. Zowel de afdeling recherche als ook het OM laat zich door de waan van de dag leiden. Cijfers/targets moeten gehaald worden en zijn kennelijk belangrijker dan het doen van een goed onderzoek.’
13
HANDEN AF VAN ONZE AGENTEN
‘Ik werd door een verdachte met zijn vuist op mijn kaak geslagen. Ik heb aangifte tegen hem gedaan. De verdachte werd na een ontkennende verklaring van ongeveer tien regels heengezonden … terwijl ik nog mijn bevindingen op papier aan het zetten was. Ik kreeg na ongeveer vier maanden te horen dat mijn zaak geseponeerd was, omdat er niet “kennelijk opzettelijk met als doel mij pijn te doen” in de aangifte stond. Irritatie 1: de snelheid waarmee de verdachte in vrijheid gesteld is. Irritatie 2: het feit dat de zaak geseponeerd is, omdat de opzet niet bewezen was volgens de Officier van Justitie. Irritatie 3: de verdachte kan tegen al zijn vrienden zeggen dat je ongestraft een politieman voor zijn bek kan slaan!’ ‘Tijdens een aanhouding van een verdovende middelen dealer reed deze moedwillig met zijn auto op mij in. Ik werd geraakt door de auto. Hierbij brak ik twee nekwervels. Ik ben twee jaar bezig geweest om weer terug te keren in het arbeidsproces. De dealer kreeg drie jaar gevangenisstraf voor het in bezit hebben van een kilo verdovende middelen (heroïne). Ik kreeg levenslang, ik ben nu nog 35 procent afgekeurd en het komt ook nooit meer goed. Ik ben toen een rechtszaak begonnen tegen de verdachte, met als resultaat dat ik een schadevergoeding kreeg waar ik de schulden mee kon betalen die ik reeds had opgebouwd. Ook het geweldige politie korps laat je in de kou staan, want je hebt geen waarde meer voor het korps.’ ‘Wilde ogen, sterk wisselende stemmingen en erg agressief in zijn bewoordingen naar zowel ons als politie als naar zijn op leeftijd zijnde ouders. Na eerst gedreigd te hebben met een integraalhelm en niet van plan om rustig mee te gaan, was hij niet voor een goed gesprek te porren en lagen we vrij snel met een totaal gestoorde op de grond. Collega en ik ieder een arm en de vader van het jong op zijn benen gezeten konden we niets anders dan wachten op versterking … Tijdens het wachten ben ik diverse malen met de dood bedreigd door deze verslaafde zombie met totaal verwilderde ogen. Nadat het op mij geen effect had begon hij mijn vrouw en kinderen te bedreigen met de dood … Hij woont niet heel ver bij mijn huis vandaan. We hebben vier kinderen in de leeftijd van 8 tot en met 10 en ik sta niet voor mijzelf in als hen wat wordt aangedaan … Ik hoop toch zo dat de rechterlijke macht ons gezag op straat weer eens teruggeeft. Niet de macht om bonnen te schrijven, maar de steun bij optreden. ‘Een tijdje geleden was ik ter assistentie van jeugdzorg bij een uit huis plaatsing van een jonge dame. Toen deze niet mee wilde gaan, moesten wij een handje helpen. Hierbij besloot één van de bewoners (en tevens vriend van dit meisje) mij een vuistslag in mijn gezicht te geven. Dit terwijl ik duidelijk herkenbaar was als zijnde politieagent, doordat ik een politie motoruniform droeg. Ik deed aangifte van eenvoudige mishandeling en kreeg te horen dat de zaak was geseponeerd. Dit omdat de verdachte verklaard had dat hij mij “per ongeluk” had geslagen! De parketsecretaris oordeelde dat hij geen bewijs had van de opzet en dus SEPOT! … Volgens mij kun je een duidelijk herkenbare politieman in de uitvoering van zijn taak niet “per ongeluk” slaan. Te belachelijk voor woorden. Ik heb de zaak bij mijn chefs ter behandeling gegeven maar nooit meer een terugkoppeling van het OM gekregen. Moet ik mij gewoon laten slaan of gaan we er nog wat aan doen?’ ‘Ik houd samen met andere collega’s een man aan die onder invloed reed, gevaarlijk rijgedrag vertoonde en trachtte mensen aan te rijden. De man verzette zich hevig tegen zijn aanhouding. De man gaf mij knietjes en wilde mij meerdere malen kopstoten geven. Na veel geworstel en gevecht kon ik de man aanhouden. De man wordt afgevoerd door een eenheid naar het cellencomplex. Ik ga naar het bureau, samen met andere collega’s, om het op papier te zetten. Ik ben mishandeld door de man en doe ook aangifte, dat eist het protocol wat wij hebben: het protocol geweld tegen de politie … De officier beslist dat de verdachte direct in vrijheid moet. In vrijheid, zonder verhoor of wat dan ook. De reden? O, de verdachte is GHB verslaafd en een dienstdoende GGD-arts adviseerde om de verdachte niet te lang op te sluiten … Ik zat toen letterlijk in mijn stoel achter de computer om de melding net op te starten. Ik wist niet wat mij overkwam. Ik snapte er even niets meer van. Wat ik nog gekker vond is dat de aangetroffen GHB (later in zijn auto aangetroffen) ook teruggegeven moest worden aan de verdachte. De politie geeft dus verdovende middelen terug aan verdachten, in plaats van het af te pakken.’ ‘Tijdens het drijven van deze groep heeft één persoon vervolgens een collega een vuiststoot tegen zijn neus gegeven. Gelukkig kon deze persoon direct door andere collega’s worden aangehouden. Meerdere collega’s hebben ook gezien dat dit de dader was, die werd aangehouden, en dit ook verwerkt in een zogenaamd ambtelijk verslag. De dader zelf verklaarde dat hij het niet meer wist, omdat hij zoveel had gedronken en ook vrienden van hem verklaarden dat zij zeker wisten dat hij het niet was. De betreffende collega (die geslagen was) heeft uiteraard aangifte gedaan, echter de dader is vrijgesproken, omdat volgens de rechter er nu onduidelijk was wie nu de dader was. Daardoor kon deze collega de schade niet verhalen op de verdachte en komt de dader er gewoon mee weg dat hij een politieagent een vuistslag geeft. Dat is erg vervelend, maar het meest vervelende vinden wij het feit dat een rechter dus schijnbaar geen waarde hecht aan hetgeen wij onder ede of belofte
14
VERHALEN VAN AGENTEN OVER AGRESSIE EN VOORSTELLEN OM HIERMEE AF TE REKENEN
vastleggen. Deze collega vraagt zich nu nog steeds af waarvoor hij het eigenlijk allemaal doet en of het dan wel de moeite waard is.’ ‘Trammelant bij een discotheek in mijn wijk. Met meerdere auto’s ter plaatse (tien collegae). Ik neem een aangehouden verdachte over en breng deze naar een auto om hem af te boeien, daarbij geholpen door een uitsmijter. In de rug komen een vijftal bezoekers op ons af, kennelijk om de aangehoudene te ontzetten. Ik sommeer de groep meermaals om afstand te houden. Op enig moment voel ik dat ik vastgepakt word bij mijn schouder. Ik reageer en sla de belager van mij af; gevolg voor hem een hevige bloedneus. Enkele collega’s zagen dat we belaagd werden en waren al onderweg naar mij en de uitsmijter. De belager krijgt ook nog enkele klappen met de wapenstok. Hij wordt later door ons aangehouden op verdenking van ambtsbelemmering. PV geweldgebruik opgemaakt en foto’s van het letsel van de belager gemaakt … Drie collega’s en ikzelf maken een PV op van wat we hebben gezien en gedaan. Wat doet het OM: sepot, is het wel duidelijk dat de groep de aangehoudene wilde ontzetten en kwam de belager wel uit deze groep? Vier PV op ambtsbelofte/ambtseed opgemaakt vermelden duidelijk welke groep en welke persoon uit de groep kwam … Ja, wat moet je dan, als je op je ambtseed al niet meer geloofd wordt, als men medelijden krijgt met een belager?’
15
SP Postbus 20018 2500 EA Den Haag www.sp.nl