2 minute read

Abracadabra van Aaron Blommaert De TIEN OM TE ZIEN

Wat is je favoriete zomerevent in Aalst?

Aaron: “Doe mij maar de parkconcerten. Daar ging ik heel graag naartoe. Ik heb daar voor het eerst een Gers Pardoel, Bart Peeters, Stan Van Samang zien optreden… Ik had nog niet de leeftijd om daarvoor even naar ’t Sportpaleis te gaan, dus het was heel cool dat dat in Aalst gebeurde. Als ambitieuze dertienjarige dacht ik toen: als ik neig mijn best doe, kan ik daar misschien ooit ook eens staan. En vorig jaar was het dan zover, met mijn band Bobby. Dit jaar komt Pommelien Thijs, dan ga ik ook wel eens kijken denk ik. Maar kijk, als de organisatoren dit lezen, volgend jaar: wie weet maak ik me vrij, hé (lacht).”

En je favoriete Aalsterse terras?

Aaron: “Als het zomer is en ik ga in Aalst weg, dan maak ik er een sport van om zoveel mogelijk terrasjes te doen. Ik kan me dus niet vastpinnen op één café, maar tijdens mijn middelbaar zat ik enorm veel in De Steeg, de Cosa Nostra… en in de Safir als ik me wat wilde mengen met volwassenen en serieuzere onderwerpen wilde aansnijden (lacht).”

Welk drankje mag daar dan bij horen?

Aaron: “Ik ben vaak dorstig omdat ik met de velo naar ’t stad kom en dan begin ik dus met een glas water. En dàn begin ik - als ik de volgende dag vrij ben - met een gin-tonic of zo. Maar dat is verraderlijk en dan moet ik me intomen. Dat zit snel in je kop, hé. Maar twee weken geleden stond ik buiten aan ‘’t Clubken’ (Hopmarkt, red.) en ik vroeg de baas: verras mij. Ik heb niet verstaan welke gin-tonic ik toen precies kreeg, maar het was wel heel lekker. Dat zal ik hem toch nog eens moeten vragen.”

2 3 4

Favoriete restaurant in Aalst?

Aaron: “Ik ben niet zo’n fijnproever. Zeker als ik een avond ben weggeweest in Aalst mag Pitta Kurt zich wel aan een bezoekje verwachten of Frituur ’t Nief Petatje aan de Boudewijnlaan, dat is dicht bij waar ik woon. En als ik dan toch deftig moet eten, want die raad geeft mijn moeder mij altijd (“ziet da ge ne fond legt”) dan kies ik voor een spaghetti bolognaise in de Safir.”

5

Welk Aalsters nummer of welke Aalsterse artiest mag niet ontbreken in je playlist?

Aaron: “Ik ben sinds de afgelopen Carnaval verkocht aan De Stoefkabassen. Hun album staat vaak op in de auto als ik naar ’t werk rijd. Zo’n nummer als ‘Spaghetti bolognaise’ (Sliert in Mènnen Neis, red.) maakt me ook echt vrolijk. Ik vind het uitzonderlijk goed gezongen door kafeekesprins ‘De Sjalen’. Maar evengoed ‘As Marie Claire komt’. Ook mijn collega’s beginnen het te kennen, die Aalsterse liedjes (lacht). Mensen moeten er altijd wreed hard mee lachen buiten Aalst. Dan moet je niet hard zitten nadenken over een mop, je kunt best gewoon een liedje zingen.”

6

Heb je in Aalst ooit een favoriete leerkracht gehad?

Aaron: “Ik deed heel mijn middelbaar in DvM, ik volgde Economie-Moderne Talen. Ik had er veel goeie leerkrachten, maar twee sprongen er bovenuit: Stijn De Moor, leraar economie. Hij veranderde de perceptie van hoe ik naar leerkrachten keek. Die vertelde op zo’n goeie manier dat ik eigenlijk niet veel meer moest studeren. Ondanks dat economie niet altijd zo’n makkelijk vak was, maakte hij dat toch heel interessant. En als tweede kies ik voor Tom Bracke, mijn leraar geschiedenis, mijn lievelingsvak. Hij zorgde ervoor dat mijn liefde voor geschiedenis nóg groter werd. Ik zou nog veel leerkrachten willen opnoemen, maar die twee leerkrachten hoor ik gewoon soms ook nog.”

This article is from: