6 minute read

SAM DE VISSER HENGELT NAAR GOUD

Lommelse zwemmer op Paralympische Spelen in Parijs

20 jaar geleden werd hij geboren met een onderbeenbeperking, vandaag is Sam de Visser een duizendpoot zonder grenzen. Hij is een trotse Lommelaar, studeert en zit op kot in Brugge, werkt in Nederland en zwemt straks in … Parijs!

Ben je altijd zo’n sportieve kerel geweest?

Sam: “Ik was altijd wel een actief jongetje, dat kan ook niet anders met twee broers in huis. Mijn eerste echte sport was voetbal, dat wou ik het liefst. Ik ben zo’n twee jaar aangesloten geweest bij Lutlommel VV, maar dat was niet simpel met een prothese. Verzekeringstechnisch mocht ik ook alleen trainen en geen wedstrijden meedoen. Na het voetbal ben ik begonnen met omnisport, om te kijken welke sport mij het meest beviel.”

Wanneer heeft de zwemmicrobe je dan te pakken gekregen?

“Ik heb altijd wel op zwemles gezeten. Het is dan ook een sport die je iets makkelijker kan doen met één been. Maar in het begin was het geen succes, ik had een beetje waterangst. Dat is geleidelijk aan wel veranderd. Op mijn elfde ben ik met competitie begonnen, in het begin gewoon tussen de valide zwemmers. Toen ik merkte dat ik mij kon meten met andere mindervalide zwemmers en uiteindelijk ook het BK G-zwemmen won, begon het pas echt leuk te worden. Ik ontdekte dat er een competitiebeest in mij schuilt.”

Hoe ben je ontpopt van een goede zwemmer naar de topzwemmer van nu?

“Coach Greg Planckaert heeft me ontdekt tijdens mijn eerste Belgisch kampioenschap in 2014. Hij zag meteen potentie in me en na een gesprek met mijn ouders zijn we beginnen samenwerken. Onder Greg heb ik me enorm ontwikkeld. Hij is nu nog steeds mijn coach, we hebben een uitstekende band.”

Hoe ziet een trainingsweek eruit voor jou?

“Ik zwem 10 keer per week. Daar komen ook nog een paar kracht- of houdingstrainingen bij. Mijn sterkste punt is mijn doorzettingsvermogen. Ook al doet het pijn, ik kan meestal toch nog een tandje bijsteken. Het laatste jaar zijn we enorm aan het sleutelen aan mijn techniek. Daar kan ik nog wel wat procentjes mee winnen.”

Na het zwemmen duik je meestal recht de boeken in.

“Klopt, ik studeer in Brugge. Ik zit in mijn tweede jaar bedrijfsmanagement sportbusiness. Ik pak momenteel maar de helft van mijn studiepunten op, zo kan ik het combineren met mijn sport. Zodra ik mijn diploma heb, ga ik alles op het zwemmen zetten. Profzwemmer worden is bijna onmogelijk als G-zwemmer, maar met de sponsors en de media-aandacht gaat het wel de goede richting uit. Zij zorgen ervoor dat ik mijn stages en wedstrijden niet uit eigen zak moet betalen en daar ben ik hen heel dankbaar voor.”

Wat doe je de rest van je tijd?

“Ik werk ook nog in een supermarkt in Luyksgestel, net over de grens. Elk weekend stuur ik er de vulploeg aan, tenminste als ik niet weg ben voor een stage of wedstrijd. De schaarse tijd die dan nog overschiet, spendeer ik graag met mijn vrienden van het middelbaar hier in Lommel.”

Veel tijd voor een sociaal leven zal je waarschijnlijk niet meer hebben, met de Paralympics die naderen?

“Het wordt inderdaad een drukke periode. Begin augustus trek ik nog twee weken naar het Turkse Belek voor een stage. Een week voor de Paralympische Spelen beginnen, reizen we dan af naar Parijs. Ik moet meteen op de eerste dag van het tornooi aan de slag, op donderdag 29 augustus. Ik zwem er de 400 meter vrije slag in een stadion waar wel 40.000 mensen binnen kunnen. In de voormiddag staan de reeksen op het programma, ’s namiddags volgt meteen de finale.”

Je werd onlangs derde op het EK, is een medaille ook haalbaar in Parijs?

“Dat zou natuurlijk fantastisch zijn, maar het is geen doel op zich. Ik hoop in eerste instantie de finale te halen en daarnaast ook mijn persoonlijke recordtijd te verbeteren. Ik wil vooral ervaring opdoen om over vier jaar in Los Angeles op mijn best te zijn.”

Kunnen we je wedstrijd live volgen?

“Ik vermoed dat Sporza het wel zal uitzenden, minstens via een livestream en misschien zelfs op tv. Het leuke is dat er ook heel wat supporters ter plaatse zullen zijn, Parijs is dan ook niet zo ver. Een hele hoop familie en vrienden hebben er een huisje gehuurd. Ze zijn met een man of 25, bijna een bus vol. Voor mij is dat een extra motivatie, het wordt echt iets om naar uit te kijken.”

Een duwtje in de rug door turnjuf Suzy

Er zijn veel mensen die een belangrijke rol hebben gespeeld in de sportcarrière van Sam. Maar als hij er eentje moet noemen, is het wel Suzy Wouters, zijn turnjuf van de lagere school.

Suzy: “Ik ken Sam al van toen hij in het eerste leerjaar binnenkwam op De Speling. Hij was een kind als een ander. Ik heb hem eigenlijk altijd alles laten meedoen. Hij zou het wel aangeven als het niet zou lukken, maar dat is niet vaak gebeurd (lacht).”

Sam: “Achteraf gezien is het voor mij heel belangrijk geweest dat Suzy mij bij de turnlessen niet anders behandeld heeft. Ze heeft me destijds zelfs een extra duwtje in de rug gegeven, door me in te schrijven voor de Lenteloop. Ik was eigenlijk een beetje bang om mee te doen, met al dat volk in het centrum. Maar Suzy heeft de hele tijd met me meegelopen, hand in hand. Achteraf mocht ik ook nog mee het podium op. Da’s nog steeds een mooie herinnering. Ik besef heel goed hoeveel dat waard was. Ook al zien we elkaar niet meer zo vaak, die band is er nog steeds.”

Suzy: “Alle credits voor de ouders van Sam. Zij waren altijd erg betrokken en vol vertrouwen, wat het voor mij als leerkracht ook makkelijk maakte. Als ik nu naar Sam kijk, kan ik alleen maar respect hebben voor de weg die hij heeft afgelegd. Ik ben trots dat ik daar destijds misschien een klein steentje aan heb kunnen bijdragen.”

This article is from: