Proscenium 34

Page 1


0

0 cl)

cl)

0

cl)

0

00 w

&,

.

0

qp

m

0 00

Ï0


DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT VOOR THEATERTECHNIEK

INHOUD

THEATERARCHITECTUUR SCENOGRAFIE

04 Jaargang 9 Nr. 34

-

maart

2005

Theaterarchitectuur & techniek

VAN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS.

Proscenium is een pub[icatie van BASU Begische Associatie van Scenografen en Theatertechnid vzw aangesloten

bij

Casino-Kursaat Oostende, vergane gtorie in ere hersteld.

OISTAT

redactie, correspondentie, advertentie Azateataan, 30 8-1030 Brusse’ tel.: 02 215 08 52 fax: 02 241 44 76 e-maiL proscenium@bastt. be, bastt@bastt.be website : www.bastt.be

Secretariaat,

12 Nieuwe Media

AUDIO IN THE SPOTLIGHT

Hoofdredactie Rose Werckx Werkten mee aan dit nummer Serge Atgoet

15

Gerbrand Borgdorff Luc Dhooghe

Licht

Jan Strickx

VEEL DOOR WEINIG

Etke Van Campenhout David Vanparrys Rose Werckx Arne Lievens Cover Foto: “Ctoser” Arne Lievens -

Druk Sintjoris

21

: Nevete

-

Scenografie

DE RUIMTELIJKHEID VAN MOZARTS ZAUBERFLÖTE

Vormgeving www.brusse[s[of.be Prijs per nummer: 5,00 € Abonnement (4 nrsj: 18,00 € Bank: 402-5525161-38 van BASU vzw Buitenland Prijs per nummer: 7,00 € Abonnement (4 nrs.): 25,00 € IBAN: BE24 4025 5251 6138 BIC: KREDBEBB

volgens Karl-Ernst Hermann, Peter Sellars en William Kentridge.

28

Teksten, foto’s en ittustraties mogen enket worden overgenomen mits voorafgaande schriftetijke toestemming van de uitgever.

Decorbouw

INNOVATIE IN INTERIEURTEXTIEL

Verantwoordelijke uitgever Jacques Berwouts Kunstenaarsstraat 100 B-9040 Gent

Verder

adverteerders: AMPCO Betgium AMF[EC Stage Studio Technoogy AUVICOM CANDELA PHIJPPO Showtights SËNNHESER Betux SERVIO STAKEBRAND UAS Vakbeurs Theatertechniek VERBIEST -

-

-

-

-

-

-

-

BASTT-NIEUWS VARIA

+

TENTOONSTELLINGEN

-

PROSCENIUM: INHOUD 3


Het gebouw wordt echter vernieLd tijdens de tweede wereLdoorLog.

HISTORIEK CASINO KURSAAL OOSTEN DE 1851

Het eerste Kursaat wordt voedig in hout opgetrokken, voLgens de p[annen van de Kortrijkse architect Hendrik Beyaert. Het is gesitueerd op het einde van de druk bezochte Christinastraat, en heeft een uniek panorama over de zee, het strand en de dijk. Qua concept roept het associaties op met de in de negentiende eeuw gebouwde stat ions: een hoofdgebouw in een edectische vormgeving en een door ingenieurs ontworpen perronoverdekking. Het tijdebjke karakter is een gevog van de eis om het gehee in een minimum van tijd te kunnen afbreken bij oorLogsdreiging. In 1918 wordt het gedemonteerd en terug opgebouwd in Nederand.

Verbouwing tweede KursaaL, arch. Chambon. Ontwerp geveL zeezijde, gewassen tekening met oost-indische inkt, 1903. Brussel, Archives d’Architecture Moderne

1945-1952

Architect t. Stynen is de Laureaat van een architec tuurwedstrijd voor een nieuw KursaaL, dat in 1952 zijn deuren opent. Het is een sober modernistisch geheeL waarin Stynen toch een aantaL basisprincipes van het vorig KursaaL hergebruikt zonder echt te verwijzen naar de vroegere architectonisch vormentaaL. Aan de kant van de zeedijk komt er opnieuw een concertzaaL met een ruim uitzicht op zee. 1960

In de jaren ‘60 transformeert men de concertzaaL in een theater en spektakeLzaaL, waardoor de gLazen geveLs voLledig hun functie verLiezen. De subLieme overgang tussen zeedijk en gebouw verdwijnt met deze ingreep voLLedig. Samen met andere ingrepen, zoaLs het verhogen van de toneeLtoren en de vLoer van de evenementenzaaL verstoort dit het oorspronkeLijke karakter van het gebouw. 1994

—-

-

Verbouwing tweede KursaaL, arch. Chambon. Grote trap en speeLzaaL, ca 1905.

Parijs, Roger Viollet. Foto N.D.276

Eerste KursaaL ca 1865.

1875-1878

de paats van het huidige casino bouwt men het tweede Kursaa naar een ontwerp van de Brussese architecten Naert en Laureys. De hoofdtoegang is gericht naar de stad, terwij de grote concertzaa aan de zeedijk paatt en uitgeeft op een groot terras met zicht op zee. Zowe de binnen- as de buitendecoratie is sober, zonder overdadige weede. op

2003

-

y’ —

1

z;a

Verbouwing tweede KursaaL, arch. Chambon. Zicht op de concertzaaL tijdens een optreden op 22 juLi 1923. Oostende,fotoAnthony

Tweede Kursaa[, arch. Laureys en Naert. Voorgeve angs stadszijde, 1885.

Aanvang van de restauratie- en renovatiewerken onder de Leiding van het architectenbureau Storme Van Ranst. AL wat er in de voorbije 50 jaar is bijgebouwd moet er uit. Het moet opnieuw een transparant glazen gebouw worden, met zicht op zee vanuit de grote centraLe haL, dwars door het gebouw. De concertzaal krijgt tweeduizend tweehonderd zitjes. De eis van monumentenzorg om er een zaaL met zicht op zee van te maken, bekoort de uitbaters. Het is een uniek verkoopsargument voor de congressen die er overdag pLaats vinden. ‘s Avonds kan aLLes met grote houten LameLLen verduisterd worden. Stynen hing die LameLLen, maar ze zijn nooit gebruikt. 2005

Oostende, stodsorchief 1898-1906

Het Kursaa wordt vergroot, gerenoveerd en van nieuwe decoratie voorzien door architect AWan Chambon. Dit gehee is een van zijn beangrijkste reatisaties samen met het casino van Spa en verschi[[ende theaters in binnen- en buitenand. Voor Chambon moet het casino een feebrieke ruimte zijn. Het eindresuLtaat is een sterk exotisch schouwspeL een perfecte afbeeding van het exuberante genot, een gebouw waarin het Leven zich feesteLijk kan uitLeven. Chambon gebruikt de meest uiteenLopende materiaLen om een artificiëLe kosmos te creëren waarin de bezoekers overgeLaten zijn aan een visueeLesthetisch gebeuren. De kern van hetgebouwis de concertzaaL, omgeven door een grote rotonde, die samen pLaats bieden aan zesduizend bezoekers. Hetis een waar exotisch paLeis met koepeLs en torenijes en sbngerende geveLpartijen bezet met ceramische kLei. Binnenin wordt de bezoeker overbLuft door de veeLkLeurige overdadige decoratie, de geraffineerde verLichting, het tropische pLantendecor en de Luchtige doorkijkstructuur. Met dit unieke bouwwerk staat Oostende op dat moment bovenaan de top van de Europese badsteden.

1998

Het gebouw van Stynen wordt door de minister van cuLtuur Luc Martens toegevoegd aan de Lijst van waardevoLLe monumenten, met inbegrip van het interieur met zijn typische tapijten, kroonLuchters en gordijnen.

Oostende, stodsarchief

Hf

Het stadsbestuur wiL het bestaande gebouw afbreken en vervangen door een nieuw compLex waarin ook appartementen ondergebracht worden. Er komt een architectuurwedstrijd, waa rbij architect Norman Foster een gLazen huis voorsteLt en architect Bob Van Reeth het KursaaL verpLaatst op een schiereiLand 200 meter in zee.

Verbouwing tweede KursaaL, arch. Chambon. LeeszaaL, 14juLi 1925. Oostende, foto Anthony

Heropening van het KursaaL. De afwerking van de koepeL op de zeedijk is gepLand voor deze zomer. Naast de concertzaaL biedt het compLex ruimte aan een auditorium, vier muLtifunctioneLe zaLen, een ontmoetingscentrum, drie restaurants en een casino-speeLzaaL. De vernieuwing van dit beschermde monument kostte ongeveer 35 miLjoen euro. Dat restaureren en renoveren van dergeLijke monumenten een hoog budget vereist en een zeer compLexe materie is, wordt duideLijk aan de hand van bijgaande bedenking die we vonden tussen de het eeuwige diLemma: weegt veLe persreacties: de zekerheid van het oude en vertrouwde op tegen de verrassing van het nieuwe, onbekende? Het is een vraag die niet meteen de architect moet beantwoorden, maar de samenLeving. De architect moet bewijzen dat de hedendaagse architectuur het beste medium is om antwoorden te bieden op hedendaagse uitdagingen.” “. . .

(De Standaard, 8januari 2005)

Derde KursaaL, arch. L. Stynen, 1952

PROSCENIUM: VAN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS

De redactie


AN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS CASINO-KURSAAL OOSTENDE, VERGANE GLORIE IN ERE HERSTELD GERBRAND BOR000RFF

meer voorzien. Het nieuwe Kursaal wordt een groot feestpaleis, waar diners dansants worden georganiseerd. In het midden van de zaal staat een grote muziektent met daar rond lange tafels waar enkele duizenden bezoekers kunnen eten. Het gebouw wordt geheel in art deco stijl opgetrokken en heeft een feeërieke uitstraling.

1

I-F

orngevingsplaii

© Storme -van Ranst

Het Casino Kursaa[ Oostende is vooral groot en dat is het eerste dat de bezoeker opvalt. De footprint van het gebouw bedraagt maar liefst één hectare, oftwee voetbalvelden... Een verbouwing van een dergelijk volume is dan ook een ingrijpend werk, zeker als je bedenkt in welke staat het gebouw nog maar een paar jaar geleden verkeerde. Het Kursaal dateert van de jaren ‘50 van de vorige eeuw en is sindsdien vrijwel niet meer onderhouden. De gevolgen waren in eerste instantie alleen maar zichtbaar voor wie het gebouw goed kende, maar de laatste jaren kon iedere voorbijganger constateren dat het er treurig bijstond. De glazen en betonnen gevels waren zo aangetast door de zeewind, dat het verroeste betonijzer aan alle kanten zichtbaar was. Delen van het gebouw waren overgenomen door de duiven. Dat klinkt onschuldig, maar wie de enorme hoeveelheid duivenpoep en duivenljken moest verwijderen, dacht daar ongetwijfeld anders over.

Tussentijdse verbouwingen De zaal en het toneelhuis waren in de loop der jaren wel enigszins aangepast, maar van verbetering was nauwelijks sprake. Een aanpassing van het stoelenplan kwam de zichtljnen weliswaar ten goede, maar een prettige zaal werd het er bepaald niet van. Daarvoor werden de zitplaatsen veel te breed uitgezet en aan de zijkanten voelde het publiek

zich nog nauwelijks betrokken bij devoorstelling. De stoelen en de vloerbedekking waren geheel versleten en maakten een troosteloze indruk. Het toneel was vooral heel erg donker en somber en de technische voorzieningen waren bijzonder beperkt. De belangrijkste tussentijdse verbouwing” van het toneelhuis betrof het wit schilderen van de glazen achterwand. Later is voor de glazen wand zelfs een muur gemetseld. Laden en lossen gebeurde nog in de open lucht en de zware kisten en karren moesten via een steile helling naar de goedereningang geduwd worden. Een klein gat in de achterwand gaf toegang tot het toneel. Regen, sneeuw en wind hadden er vrij spel. Wie weet welke grote voorstellingen er geprogram meerd stonden, moet wel respect hebben voor de technici die dat allemaal voor eLkaar kregen.

KursaaL gesLoopt en nieuwgebouwd De tweede wereldoorlog betekent helaas het einde van dit Kursaal. De Duitse bezetter heeft behoefte aan een uitkijkpost op deze plek aan het Noordzeestrand en het gebouw wordt gesloopt. Maar een definitief einde is het niet; meteen na de oorlog wordt een prijsvraag uitgeschreven voor een nieuw ontwerp. Architect Leon Stynen stelt het winnende concept voor: een modernistisch ontwerp met strakke, sobere lijnen. Stynen maakt prachtig gebruik van de locatie. Hij legt in zijn ontwerp nadrukkelijk de relatie tussen het gebouw en de zee. Het is niet moeilijk te begrijpen dat zijn ontwerp in 1998 tot monument wordt verklaard. Maar dan verkeert het gebouw al in lamentabele staat. Kursaat gerenoveerd Als opnieuw een prijsvraag wordt uitgeschreven voor renovatie van deze cultuurtempel is het, gezien de staat van het gebouw, misschien geen wonder dat de meeste architecten kiezen voor sloop en nieuwbouw. De meest gewaagde plannen worden ingediend, waaronder het idee om een pier te bouwen de zee in. Aan het einde van de pier moet een nieuw theater verrijzen,

.

.--

g .,

I..1’

t,.

;;» Historie Het Kursaalheefteen rijke en lange geschiedenis. Al in 1852 is sprake van een eigen Kursaal voor Oostende. Het eerste Kursaal is een bescheiden houten gebouw dat gemakkelijk verwijderd kan worden. De locatie wordt beschouwd als militair strategisch en bij dreiging van buitenlandse vijanden moet het gebouw vlot opgeruimd kunnen worden om een vrij schootsveld te creëren. Aan het eind van de 19e eeuw wordt dan besloten een permanente behuizing te bouwen. De toeristenstroom groeide gestaag en er wordt kennelijk geen militaire dreiging

It’_

_I

\

.1

h

Voorgevet stadszijde -

PROSCENIUM: VAN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS

5


maar een belangrijk dee’ van dat theater za onder de zeespiege worden gebouwd. Wat de ontwerper denktte zien in het donkere zeewater en hoe dat nieuwe gebouw er na vijftienjaar uit zou zien, vermeLdt het verhaal niet.

EerhersteL voor het KursaaL De ondertussen helaas overleden JozefVan Ranst, architect van het Antwerpse Architectenburo Storme-Van Ranst komt als enige met de suggestie het Kursaal in zijn oorspronkelijke luister te herstellen. Sterker nog, hij wil het oorspronkelijke idee nog verder verbeteren. Bijzonder aan de zaal is dat deze rondom is voorzien van een glazen gevel. De ramen kunnen verduisterd worden, maar als dat niet nodig is, kan men vanuit de zaal over zee kijken. Deze glazen gevel is niet beperkt tot de wanden van de zaal, zelfs de ronde achtergevel van het toneelhuis is van glas. De architect besluit het uitzicht op zee te herstellen. Niet zo eenvoudig als het lijkt, want de glaswand van het toneelhuis was immers witgeschilderd en vervolgens dicht gemetseld. Het daglicht op toneel is daarmee definitief buitengesloten. De mechaniek van de luiken waarmee in de zaal het daglicht kan worden binnengelaten of buitengesloten is volkomen versleten en de luiken staan onwrikbaar in een stand. Het glas is bovendien erg verweerd en vervuild. Herstel van het uitzicht betekent dus in ieder geval een dure restauratie van de glazen wanden en de draaibare luiken. Een goede, intieme zaal creëren is het tweede doel van de architect, althans voor zover dat mogelijk is met een zaal van meer dan 2000 stoelen. Tegelijk onderkent hij nog een paar problemen die hij in samenhang wil oplossen. De zaal is eigenlijk te breed en daardoor te weinig intiem. De toneeltoren biedt voldoende hijshoogte, maar die is bereikt door het verhogen van de toren, wat een lelijke toevoeging is aan het oorspronkelijke buitenvolume. Bij een verbouwing is het wenselijk dat dit ontsierende element verwijderd wordt. De oorspronkelijke hoogte is echter te weinig voor de gewenste progra m m en n g

totale stoelenaantal, ze werken ook mee aan de verbetering van de akoestiek en de sfeer van de zaal. De extra stoelen onder het balkon en op het zijbalkon zijn bovendien nodig om het verlies aan zitplaatsen te compenseren dat ontstaat door het stoelenplan minder breed te maken. Nog een bijkomend voordeel van het verdiepen van de zaal is dat het zeezicht nu niet alleen vanuit de zaal te genieten is, maar ook vanuit de grote centrale hal, over de zaal heen. Het bouwkundig plan voorziet voorts in een parkeergarage, een overdekt laadperron voor vrachtwagens, een forse uitbreiding van de sanitaire voorzieningen en een ingrijpende opknapbeurt van de gevels en de overige zalen. Tegelijk met de verbouwing wordt ook het Casino uitgebreid en gedeeltelijk verplaatst. De Ambassadeurszaal wordt aan het Casino toegevoegd.

Theatertechniek Niet alleen de zaal, ook de theatertechnische voorzieningen zijn toe aan renovatie. In de loop

Laad- en tastift

...

Verdieping Het is een geniale vondst van Van Ranst om de zaaIen hettoneelenkele meterste laten zakken. Onder de zaal bevindt zich een grote kelder, dus de ruimte onder de vloer is beschikbaar. Met deze ingreep lost hij bovendien een aantal problemen in een klap op. Door de zaal te verdiepen het parterre zakt en de achterste rijen blijven wordt immers automatisch een op hoogte balkon gecreëerd. Om het balkon te ontsluiten worden links en rechts extra trappenhuizen voorzien. Onder het balkon komt ruimte voor nieuwe zitplaatsen en het wordt uitgebreid met zijbalkons. Die zijn niet alleen gunstig voor het -

der jaren is weliswaar geïnvesteerd in nieuwe apparatuur, maar dat is vrijwel nooit aanleiding om de oude apparatuur weg te gooien. Er is dan ook ruimte genoeg. Zolang een spot werkt, kan hij blijven hangen, ook al komt er nog nauwelijks licht uit. En wat niet meer werkt, kan onopgemerkt in de opslag blijven. In het toneelhuis hingen voorde renovatie beweegbare spots die eerder een plaatsje in het museum dan in het theater verdienen. Ook voor de overige apparatuur geldt dat de waarde voornamelijk antiquarisch is.

Defecte orkestbak De verbouwing van het gebouw is de ideale gelegenheid de installatie grondig aan te pakken. De oude installatie bestaat uit een serie lichtbruggen en een trekkenwand met Het theater handbediende decortrekken beschikt verder over ondermachinerie, te weten een draaischijf in de toneelvloer en een orkestlift. De draaischijf is al vele jaren buiten gebruik en de orkestlift heeft in feite nooit gewerkt. Al bij de oplevering immers bleek de lift niet te functioneren. Men heeft de lift laten zakken, zodat het hefplateau zich bevond op het niveau van de orkestbak. Vervolgens moet geprobeerd zijn de lift weer op zaalniveau te krijgen. De zaak loopt echter vast. Aannemer en opdrachtgever raken verwikkeld in een rechtszaak, maar daarmee krijgt men geen beweging in de heffer. Voor de technici is dit een ramp. Als een orkestbak nodig is, staat het plateau op dejuiste hoogte, maar als de heffer op zaalniveau nodig is, of op toneelniveau, dan moet dat hoogteverschil met de hand worden gemaakt. Vijftig jaar later, als de lift gesloopt wordt, schijnt hetjuridische conflict hierover nog steeds niet ten einde, maar het praktische probleem is dat gelukkig wel. Het overbruggen van het hoogteverschil gebeurt nu gewoon hydraulisch. .

Lichtbruggen in de zaal Voor de renovatie beschikt de zaal over twee lichtbruggen. De brug die het dichtst bij het toneel hangt heeft vooral nadelen. Ze is namelijk onveilig en er kunnen slechts weinig schijnwerpers aan worden gehangen. Bovendien is de positie van de brug verkeerd. Hij hangt zo dicht bij het toneel dat het licht veel te steil inkomt. Er wordt besloten de brug te handhaven. De positie kan niet worden gewijzigd, maar deze kan wel veilig worden gemaakt, wat er op neerkomt dat de brug voor het belangrijkste deel wordt vervangen.

-

Achter in de zaal is een technisch balkon. Dit was tot de renovatie redelijk bruikbaar als regieplaats en voor de volgspots, hoewel niet geschikt voor andere schijnwerpers. Het licht komtte rechtvanvoren. Door hetverdiepen van Hydrautica taad- en tastift

PROSCENIUM: VAN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS

t


Orkesttift

Hydrautica Orkesttift

zaa’ en toneeL is de oude votgspotpaats evenweL onbruikbaar geworden; het Ucht van de vo[gspots zou het tonee eenvoudig niet bereiken.

Licht en ruimte Tegelijk met het slopen van dak en vloer is de toren van binnen geheel gestript. De oude rollenzolder, de bruggen en de trekkenwand, maar ook de gemetselde achterwand, een trappenhuis en het witgeschilderde glas zijn in de vuilcontainers verdwenen. Verder is een aantal overbodig geworden betonnen kolommen en wanden verwijderd. De zijtonelen zijn doordoor flink vergroot. Om te beginnen ontstaat daardoor veel extra licht en ruimte. Een klein deel van die extra ruimte werd benut voor een goederenlift tussen het nieuwe laadperron in de kelder en het toneel. Laden en lossen kan nu geheel overdekt plaatsvinden in een gesloten garage. Het is voor de romantiek van het theatervak misschien spijtig, maar voor de arbeidsomstandigheden is het een enorme vooruitgang. Maar liefst drie vrachtwagens kunnen tegelijk worden geladen en gelost. Vanaf de loskade kunnen de kisten gelijkvloers naar de goederenlift. Met een afmeting van 2,45 bij 8 meter is deze lift ook geschikt om grotere stukken op hettoneelte brengen.

BesLoten wordt tot een aantal ingrepen. len eerste moet een nieuwe brug gemaakt worden op een betere positie en met meer ophangmogetjkheden voor schijnwerpers. Wat technisch nodig is, is echter niet altijd esthetisch wenselijk. Het Kursaal is een monument en het plafond van de zaal is onderdeel van dat monument. Daarom wordt besloten de brug boven het plafond te hangen. Daarvoor wordt een brede strook uit het plafond gezaagd en een nieuw schuin geplaatst plafond gemonteerd. Vanuit de brug kan nu goed belicht worden, terwijl de techniek voor het publiek vrijwel onzichtbaar blijft. Het voormalig technische balkon is na de renovatie niet meer bruikbaar en wordt omgebouwd tot extra kantoorruimte. In plaats van de oude regie wordt een nieuwe regiecabine gebouwd en een nieuwe brug. De nieuwe regiecabine en de nieuwe brug worden verder naar voren gebouwd, zodat de zichtljnen hersteld zijn.

ToneeLhuis De ingrepen in de zaal betekenen al een belangrijke verbetering op theatertechnisch vlak, maar de grootste veranderingen vinden we in het toneelhuis. Om te beginnen is het niveau van de scène fors verlaagd. De toren kan daardoor teruggebracht worden tot zijn oorspronkelijke lagere niveau. Zo is het buitenvolume in ere hersteld, terwijl toch een volwaardige toneeltoren werd behouden.

Geautomatiseerde trekkenwand De handtrekkenwand is geheel vervangen door een geautomatiseerde toneelhijsinstallatie. Deze bestaat uit 59 decortrekken met variabele snelheid (max. 1,8m/s), aangevuld met een sluiertrek, 4 zijtrekken en een voordoektrek. Om optimaal gebruik te kunnen maken van de totale diepte van het toneel is achter de normale decortrekken een tweetal gebogen trekken gemonteerd. Deze trekken zijn gebogen omdat de achterwand van het toneel dat ook is. Aan de trekken kan een rondhorizon worden gehangen, maarze kunnen ookworden gebruiktvooreen zwart achterdoek of extra tegen licht. De trekken worden bediend met een computerbesturing van Batalpha.

PROSCENIUM: VAN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS

7


1:

LANGSDOORSNEDE ZAAL

4

‘è»

:

*fr

1

‘,

ç/):

PLATTEGROND BRUGNIVEAU 11.240+

.

---:E-

-

,

PLATTEGROND LIERRUIMIEN 13.940±

Technische gegevens BouwpLaats: Casino Kursaa Oostende, Monacopein, B-8400 Oostende Gebruikers: Exploitatie Kursaa[ Oostende (EKO nv): uitbating concert— en seminariezaen Ostend Cueen nv: uitbating restaurants (Ostend Oueen, 0K, Coffehouse) en bar (Lounge Bar) Casino (CKO nv): uitbating Casino

Bouwheer: AGSO (Autonoom Gemeentebedrijf Stadsvernieuwing Oostende), Gist&sesteenweg 1C, B-8400 Oostende Ontwerpers: Architectenburo Storme Van Ranst

Ontwerper theatertechniek: Iheateradvies bv, Herengracht 160, 1016 BN Amsterdam, Nederland Theatertechniek: Technum Gent

ALgemene aannemer: IV MBG-Strabag

TextieL: Showtex België nv, Antwerpen Wavre -

-

-

StabiLiteit: Constructor, Antwerpen

GeLuidsinstaLLatie: Ampco Belgium, Boom

Aannemer Theatertechnieken: Roden Staal bv, Kanaalstraat 64, 9301 LT Roden, Nederland

ToneeLverLichting: ADB, Zaventem


Portaat vanop scène

de zaal wordt versterkt en daardoor in lengte toeneemt. Dit is een zeer natuurlijke wijze van variabele akoestiek. In feite komt het er op neer dat op elektronische wijze de akoestische absorptie wordt verminderd (vergelijkbaar met het verwijderen van zware gordijnen uit de zaal). Er wordt dus geen gebruik gemaakt van kunstmatig opgewekte galm (elektronische galm). De luidsprekers van dit systeem onder het balkon dienen tevens als invulsysteem voor de zaalversterking. Bovendien kan het systeem met een enkele druk op de knop ook gebruikt worden voor surroundsound.

Trekken scène

Punttrek 1T

Motoren trekken

Hijsen van puntLasten De goed beoopbare roenzoWer is voorzien van 12 kraanbanen, de&s met kettingtaket. De kranen zijn opgehangen tussen de spanten en kunnen met de hand van voor naar achter worden gereden. Boven het geheLe speehitak kan hiermee op ieder gewenste positie een hijspunt worden gemaakt. Het ophangen van bijvoorbeeW een ichtpafond is daarmee eenvoudig geworden.

Akoestiek Het gebruik van het Kursaat is zeer divers. Symfonische concerten, musical, congressen en popconcerten vinden er plaats. De akoestiek is echter niet zonder meer geschikt voor al die toepassingen. Er is daarom gekozen voor een getuidssysteem waarmee de nagatmtijd van de zaal beïnvloed kan worden. De ‘eigen” nagalmtijd van de zaal bedraagt 1,5 s. Als een langere galmtijd gewenst is voor bijvoorbeeld symfonische muziek of opera, dan kan dat bereikt worden met een elektronisch systeem. De akoestiek in de zaal wordt elektro-akoestisch aangepast door middel van zogenaamde gatmveldversterking op basis van multiple kanaalversterking (MCR: Multipte Channel amplification of Reverberation). Dit houdt in dat de oorspronkelijke (bouwkundige) galm van

Nieuwe vaste Uchtbruggen, een beweegbare portaaWchtbrug, zaa[trekken, manteautorens, een beweegbare orkestbak en een goederentift naar het taad- en tosperron maken de installatie compleet.

ToneeLverLichting Niet alle oude apparatuur kon worden weggegooid. Een inmiddels antieke dimmerkast van ADB kon voor de sloophamer worden behoed en ook enkele oude armaturen zijn uit de boedel gered. De waarde is vooral museaal. Voor het dagelijkse gebruik is besloten een geheel nieuwe toneelvertichting aan te schaffen. Lichtregettafels, im mers, schijnwerpers, votgspots, horizonarmaturen, een netwerk en alle benodigde bekabeling zijn geheel nieuw. GeLuidinstaLLaties De zaalversterking is geschikt voor zowel muziek als spraak. Dat wil zeggen dat voor de meeste toepassingen het huissyteem kan worden gebruikt. Bij popconcerten is aanvulling noodzakelijk, maar door de uitstekende infrastructuur kan het aansluiten van aanvullende apparatuur snel en efficiënt gebeuren.

Voor symfonische concerten beschikt het Kursaal in aanvulling op het MCR systeem over een orkestschelp. Deze orkestkamer bestaat uit verrolbare wanden en ptafonddelen aan decortrekken. De orkestkamer zorgt voor een afsluiting van de zijtonelen en de toneeltoren, zodat de muziek van het orkest niet in de toren verdwijnt. Opzetten van de kamer kan door twee mensen in een half uur worden gedaan. De combinatie van het MCR systeem en de orkestkamer maakt het Kursaal tot een zeer geschikte concertvoorziening. De toneelstoffering tenslotte bestaat uit een voordoek, een afstopping van zwartvelours, een horizondoek en dansvinyl. De glazen wanden van de zaal en het toneelhuis kunnen worden verduisterd met gordijnen. Het Kursaal is nog steeds groot, maar in plaats van een bouwvallige duiventil staat aan de boulevard van Oostende nu een waar volkspaleis. Een feest om te werken en een feest voor het publiek.

Simutatie Achtergevet zeezijde, 2004 -

PROSCENIUM: VAN DUIVENTIL TOT VOLKSPALEIS

9


IiIiiAMPCO uIs ïCreatîve

Audio

Solutions

0< ADVIES

.z

t-o

ONTWERP

Da:

REALISATIE

—1

<0

CASINO KURSAAL OOSTEN DE tij

e—\

-

7

------•r--’----

1I

za: -

-

D-i -

00

cc:

THEATERSYSTEEM MGR SYSTEEM (Multi channel reverb)

øz .

j.-0

0•

Dé ontmoetïngsplaats

_beursvloer!

voor iedereen die meer wil weten over alle technische faciliteiten rond

<ïIi

OW

Reserveer nu uw plaats op

1

podiumkunsten en zakelijke RENKUS-HEINZ PN 102 LA LINE ARRAY

evenementen zoals licht, geluid, trekkenwanden, tribunes, hijstechnieken, theatertextiel, meubilaîr, etc.

cDI •0

gratis

-jw

<0 .

.

Za:

0<

Maandag

10:00-18:00 uur

Dinsdag

10:00-18:00 uur

L

Woensdag

a:w

10:00-17:00 uur

.

Xw

wJ

Scheldehal

LI< <0 <cc —

0

h

G EÏNSTALLEERQJN KURSAAL OOSTEN DE DE WERF AALST

AMPCO BELGIUM • Hoek 76 Unit 72 • 2850 Boom • Tel: 03/844.6797 Fax: 03/844.67.46 • Contact: Steven Kemland • CSM 0475/62.55.80 e-mail: steven@ampcobelgium.be www.ampcobelgium.be •

www.vakbeurs4heatertechniek.nl


THEATER 1N*ø1J

ENTOONSTELLINGEN HOT RE-STRIKE, OM NIET LICHT TE VERGETEN. Philips Lighting in Iurnhout bestaat vijftig jaar en dat wordt gevierd met een tentoonsteWng in de betonnen exporuimtes van cuftuurcen trum De Warande. Licht is daarin de voorwaarde van afte zien, met taL van historische foto’s en nieuwe installaties en in sommige gevalLen samenwerkingen tussen beeldend kunstenaar en Lichtingenieur.

L

,E .:

GtkRt

Ni Blt,ttd,,1 t997

G(BAR), Maria Bondee 1997

Schitterend zijn de fotogrammen van Man Ray (1890-1976). Abstracte Licht- en schaduwpar tijen op fotopapier veroorzaken daarin onge kende diepte. Het was de eerste keer dat foto’s een eigen esthetische kwaliteit kregen, zonder de (buiten)wereld afte beelden. De meeste historische foto’s, waaronder schitterende werken van Moholy-Nagy en Heinz Hajek-HaLke, komen uit de collectie van het Antwerpse FotoMuseum. Bekijk in deze afdeling vooral Essai pour one archéotogie imaginaire va n B russeLaa r Gilbert Fastenaekens. Een helLe streep in een duistere hemel, ontstaan door een uiterst lange sluiter

Machines op het middaguur, Eric Joris

tijd, beschrijft daarin het traject van een ster. Naast installaties van Maria Blondeel en Fred Eerdekens zijn het vooral Bart Stolle en Angelo Vermeulen die voor de meerwaarde van de expo zorgen. Stolle maakte een schitterende, flit sende video op basis van Lichtfoto’s ingezonden door Turnhoutenaren. Het beste werk bevindt zich in een afgesloten kelder, waar Vermeulen met wetenschapper Luc De Meester een esthetisch ogend experiment opzette over het aanpassingsgedrag van watervlooien. Het is een lang, fascinerend verhaal met vijf na eLkaar geplaatste aquaria. In afwis seLend geeL en blauw Licht spelen de watervlooien een spel op Leven en dood pal boven een batterij hongerige goudvissen. Lekker ouderwetse computers registreren het geheel. De resultaten worden later gepubliceerd in een wetenschappelijk magazine. Kunstenaar-wetenschapper Vermeulen transponeert het recht van de sterkste naar zijn model/experiment, dat je als metafoor voor de bikkelharde kunstwereld kunt lezen. Wie van visuele uithouding houdt, moet bij Box van Kris Verdonck zijn. Een lichtbron van zo maar even 4.000 watt is in het midden van een gezellige ruimte geplaatst. Je ogen worden met een speciale bril geconfronteerd met wat fysiek draaglijk is. (De Morgen, lOfebruari 2005) —

Nog tot30 april, dinsdag tot vrijdag von 14.00 tot 18.00uur, tijdens het weekend von 10.00 tt 18.00 uur, De Warande, Warandestroat 42, Turnhout, tel.: 014 41 94 94, www. warande. be

THEATER IN DE TWEEDE WERELDOORLOG Von 4 moort 2005 tot 9januari 2006 in het Theotermuseum, Herengrocht 168 te Amsterdam Welke theateractiviteiten waren er tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland? Welke keu zes hadden theatermensen in bezettingstijd? Het effect van belangrijke gebeurtenissen tijdens de oorlog op het theater in Nederland wordt in de tentoonstelling Theater in de Tweede Wereldoorlog zichtbaar gemaakt aan de hand van persoonlijke belevenissen. Aan bod komen: het bombardement op Rotterdam, het cultuurbeleid van de bezetter, anti-joodse maatregelen, oprichting van de Kuftuurkamer, D-day, Dolle Dinsdag en de bevrijding van Zuid-Nederland.

MUS Theater in WO II, affiche

Een ruime collectie van brieven, toneelteksten, programmaboekjes, affiches, film- en geluids fragmenten maakt duidelijk hoe de bezetter theater gebruikte om de ‘nieuwe orde’ te propa geren, terwijttegenstanders theater gebruikten om zich te verzetten. Naast de eigen collectie zijn er ook bijzondere bruiklenen te zien van diverse musea en particulieren. Het Theater Instituut besteedt in 2005 volop aandacht aan Theater in de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de tentoonstellingsperiode organiseert het TIN educatieve activiteiten en huiska mervoorstellingen in de sfeer van de Zwarte Avonden tijdens de oorlog. Ook brengt het fiN begin mei een essaybundel en een cd-box uit. In het najaar verschijnt tevens een boek over joodse theatermensen in Nederland. Informatie over alle activiteiten verschijnt op www.tin.nl. De tentoonstelling vormt de afsluiting van onderzoek naar het Nederlandse theater gedurende de oorlogsjaren. Informatie met onder meer een database overzicht van alle in Nederland gespeelde theaterproducties in de oorlog, voorzien van tal van illustraties, staat op www. theateri ndetweedewereldooorlog. De tentoonstelling Theater in de Tweede Weretdoortog is mede mogelijk gemaakt dankzij begunstiging van VSBFonds.

Theaterin WOu. 4 maart2005 tot9januari 2006. Theatermuseum, Herengracht l68Amsterdam. Ma t/m vrll.00— 17.00uur, za&zo 13.00—17.00 uur. Entree votwassenen 4,50. T 020 551 33 00, www. theaterindetweedeweretdoorlog. ni, informatie Theatermuseum 1 www.tin.nt.

. PROSCENIUM: TENTOONSTELLINGEN 1 1


uDIo IN THE SPOTLIGHT JAN STRICKX

Geze[tig tafeten in een restaurant. Iedere tafeL kiest zijn eigen muzieksUjt zonder de buren te storen. In een bus of vLiegtuig, zonder koptetefoon, naar zijn eigen muziek tuisteren zonder burengerucht. Een saton waar mijnheer de voetbaL votgt en mevrouw ondertussen een ktassiek concert betuistert zonder koptetefoon en zonder dat ze etkaar hinderen. Een kantoor waar etk eitandje zijn eigen muziekkeuze maakt. Een congres waar een deet van de zaaL de vertating krijgt in het Frans, een ander bLok in het Engets, enz. Dit attes zonder gebruik van koptetefoons of oorjes. Het teger dat de vijandige sotdaten bestookt met propaganda maar er zetf geen tast van heeft. At deze voorbeetden tijken misschien wet aantrekketijk maar utopisch. Niets is minder waar.

Voorgeschiedenis De techniek waarbij hoge-frequentie goven gebruikt werden om [age-frequentie go[ven te genereren dateert uit de jaren ‘60. Deze techniek werd voor het eerst gebruikt door onderzoekers die (onderwater) sonartechnieken ontwikke[den. Daarmee was de eerste stap gezet. In 1975 verscheen een pubLicatie waarin uiteengezet werd dat dit ook in de [ucht mogelijk zou moeten zijn. In de daarop vo[gende twee decennia hebben meerdere grote bedrijven, waaronder Panasonic

Getichf geluid

LU:

.

k11

en Ricoh, getracht een speaker te ontwikke[en gebaseerd op dit principe. Hoewe[ zij erin s[aagden om enig ge[uid te produceren, is het onderzoek naar de techno[ogie vrijwe[ gehee[ stop gezet door prob[emen met de kosten, de haa[baarheid en de extreem s[echte getuidskwa[iteit. Eind de jaren ‘90 had de jonge onderzoeker Joseph Pompei het [umineuze idee om deze “uttrasound” aLs een akoestische projector te gaan gebruiken. Joe Pompei, Joe voor de vrienden, was destijds a[s zestienjarige de jongste ingenieur bij Bose, en studeerde aan de Northwestern University om een ‘Master’s degree” te beha[en Tijdens zijn studies aan de Massachusetts Institute of Techno[ogy (MIT), waar hij doctoreerde, kon hij zijn idee verwezenlijken.

evenwe[, waardoor wij in staat zijn dit u[trasoon ge[uid om te zetten in e[k wi[[ekeurig, hoorbaar geLuid. De richting (breedte) van eLke geLuidsgoLf hangt af van de grootte van de bron, gere[ateerd aan de goLf[engtes die het produceert. Hoorbaar geLuid heeft go[f[engtes van enkeLe centimeters tot een meter, en doordat goLfLengtes even groot zijn als de meeste Luidsprekers, verspreidt het geLuid zich in aLLe richtingen. Een smaLLe geLuidsbundeL kan uitsLuitend geproduceerd worden door een ge[uidsbron die veeL groter is dan de go[fLengtes die het uitzendt. Het gebruiken van Luidsprekers van tien meter groot is niet erg praktisch, dus om smaLLe geLuidsbundeLs uit te zenden vanuit een kLeine ge[uidsbron maken we gebruik van uLtrasoon geLuid. De goLfLengtes van uLtrasoon geLuid zijn slechts enkeLe miLlimeters groot, waardoor deze in een extreem smaLLe bundeL uitgezonden kunnen worden. U[trasoon geLuid gebruikt steeds frequenties die ver buiten het hoorbare liggen, maar de Lucht zorgt ervoor dat het uLtrasone geLuid in een voorspelbare manier verandert. Deze verandering kan zeer precies worden voorspeLd, waardoor wij in staat zijn eLk wiLlekeurig geluid te produceren met behulp van ultrasoon geluid. Het gepatenteerde Audio Spotlight systeem is het eerste, en enige, hoogwaardige audio systeem dat gericht geluid kan uitzenden door middel van bovenstaande technologie.

Gericht getuid Deze nieuwe techno[ogie werkt met behu[p van u[trasoon geLuid dat frequenties ver buiten ons hoorbereik gebruikt. In de [ucht verandert dit

Geprojecteerd getuid Het Audio SpotLight systeem kan niet alleen direct op iemand gericht worden, maar kan, net als een lichtbundeL, geprojecteerd worden.

2 PROSCENIUM: AUDIO IN THE SPOTLIGHT

Hierdoor lijkt het alsof het geLuid van een muur of een voorwerp afkomt. Tevens is het mogelijk om, dankzij de zeer Lange geluidsbundeL (bereik ongeveer 200 meter), het geLuid te Laten weerkaatsen op meerdere muren / voorwerpen, waardoor vele speciaLe effecten gecreëerd kunnen worden met sLechts een audio systeem. Ter ittustratie: De populaire band U2 maakt gebruikt van de Audio Spotlight systemen bij haar concerten ter aanvuLling van de reeds bestaande lichteffecten. Toepassingen De toepassingsgebieden zijn: vakbeurzen, pre sentaties, congressen detailha ndeL, supermarkten, musea, tentoonsteLlingen, pretparken, concerten, publieke ruimtes, muurinstalLaties, vliegtuigbranche, auto-branche, sportevene menten, sportevenementen, eLektronica, leger, kantoor en horeca. ,

Vakbeurzen: Op de meeste vakbeurzen mag men geen geluid laten horen omdat dit een storend effect heeft. Door het Audio Spotlight systeem te instaLleren op uw stand, kunt u toch gebruik maken van alLerhande audio / video presentaties zonder dat u daarbij de andere standhouders stoort.


Presentatie / Congressen Door gebruik te maken van Audio Spot[ight systemen kan de spreker met behulp van speciale effecten gemakkelijker de aandacht van zijn aanhoorders krijgen en / of vasthouden, waardoor de boodschap beter blijft hangen. Detaithandet / Supermarkten Het Audio Spotlight systeem kan, optioneel in combinatie met een visuele presentatie, de aandacht trekken van de klant zonder dat men in andere gedeeltes van uw winkel hier last van heeft.

MuurinstatLaties Bij geldautomaten zal uitsluitend de persoon die van de automaat gebruik maakt, het geluid horen. Bij drive-through concepten (bv. McDrive) kan de geluidskwaliteit sterk worden verbeterd doordat het geluid op de bestuurder gericht kan worden.

Kantoor Elke werkplek kan voorzien worden van een Audio Spotlight systeem waardoor de betreffende medewerker geen koptelefoon meer nodig zal hebben bij de (telefonische) communicatie en kan indien gewenst zelfs naar de eigen muziekkeuze luisteren.

Vtiegtuigbranche Koptelefoons zullen niet langer nodig zijn na de installatie van een Audio Spotlight systeem boven elke zitplaats.

Horeca Restaurants kunnen hun ruimtes in secties indelen en elke sectie voorzien van andere muziek (passend bij de sfeer van de betreffende ruimte).

Auto branche

Het is gebleken dat audio-visuele pres-entaties van bijvoorbeeld speciale aanbiedingen tot 75x effectiever zijn dan uitsluitend geschreven informatie, wat resulteert in een verhoogde omzet. Musea

/ Tentoonstettingen

In musea en bij tentoonstellingen kon men tot nu toe geen audio presentaties geven zonder het gebruik van een koptelefoon. Met de komst van gericht geluid is het nu mogelijk om bij elk voorwerp een audio presentatie te geven zonder de omgeving te storen. Pretparken Door het gebruik van vele verschillende geluiden in een klein gebied kunnen vele speciale effecten gecreëerd worden, wat de multimediale ervaring van de bezoeker sterk verhoogt. Concerten Bij concerten kan men nu dezelfde effecten toepassen zoals die met licht reeds mogelijk zijn. De zaal kan bijvoorbeeld in geluidssecties worden verdeeld of men kan de speakers over het publiek zwiepen. Pubtieke ruimtes In publieke ruimtes kunnen de mensen nu beter geïnformeerd worden door het gebruik van gericht geluid.

Uitsluitend diegenen voor wie de informatie bestemd is zullen het horen.

Elke passagier zal nu naar zijn eigen muziek keuze kunnen luisteren door boven elke zitplaats een speaker te installeren. Sportevenementen Het publiek kan nu doorlopend geïnformeerd worden aangezien de sporters geen hinder ondervinden van het uitgezonden geluid. De European PGA Golf lour maakt gebruik van deze mogelijkheid. Consumenten etektronica De Audio Spotlight systemen kunnen worden aangesloten optelevisies en PC’s (in de toekomst volledig geïntegreerd). Uitsluitend diegenen die recht voor het apparaatzitten, horen het geluid, waardoor omstanders geen hin-der van het geluid ondervinden. Leger Door toepassing van gerichte audio kunnen omstanders op grote afstand (tot 200m) geïnformeerd worden waardoor een grotere veiligheidszone gecreëerd kan worden. Ook kunnen tegenstanders worden misleid door geluid te projecteren of zelfs worden uitgeschakeld doorzeer hard geluid (op bepaalde frequenties) uit te zenden. De tegenstanders kunnen dan natuurlijk gebruik maken van de “anti-geluidstechnologie”, maar dat is stof voor een ander artikel.

Audio Spottight Elk Audio Spotlight bestaat uit een zeer platte (1cm) luidspreker, die de geluidsbundel uitzendt, en een processor/versterker, die voor dejuiste verwerking van het geluid zorgt. De luidsprekers zijn leverbaar in drie verschillende formaten: . Audio Spotlight Small (diameter 30cm) Zendt een zeer smalle geluidsbundel uit, welke zeer geschikt is wanneer er meerdere geluiden uitgezonden moeten worden in een kleine ruimte (kleiner dan 20 m2). . Audio Spotlight Medium (diameter 45cm) Het meest gebruikte formaat, dat het best in standaard ruimtes gebruikt kan worden ( ruimtes tussen de 20 en 100 m2) . Audio Spotlight Medium (diameter 45cm) Dit formaat is geschikt voor gebruik in grote zalen en andere grote ruimtes ( bv. Hallen, evenementen, ruimtes groter dan 100 m2) De prijzen van een complete set liggen tussen de 1499,00 en 2499,00 euro, afhankelijk van het formaat en het aantal. Het systeem is nu nog vrij duur, maar wordt in de toekomst door massaproductie waarschijnlijk goedkoper. Dat kan als wij “De Telegraaf” mogen geloven zeer binnenkort zijn: “Het klinkt als toekomstmuziek, maar (klassieke) luidsprekers kunnen op korte termijn wel eens compleet verdwijnen. Gerichte bundels geluid kunnen muziek of spraak naar een enkele persoon in een groep sturen... Volgens industriële klanten groeit deze markt binnen de komende vijf jaar uit tot een miljarden markt.” . . .

-

-

. Bronnen . Arnoud Boksteijn, Algemeen Directeur Direct Audio B.V. . http://www.directaudio.nl . http://holosonics.com

PROSCENIUM: AUDIO IN THE SPOTLIGHT 1 3


‘ ÏÏI h II TI&..’. w/iJI L II Exclusief distributeur Benelux

Dïstrïbution of professional Iighting equipment Service and support “Intelligent” Iighting for theatre and projects

Ëxclusive distribution H

Cirro . CIay Paky • CLS • E-CUE • Major MA Lïghting • Rainbow • Vari*LÏte •Xilver

Dïstribution —-—

GE Lightïng

1

Osram

Philips

S ERIQ

Specialist in uw vot[edïge theateruitrusting, zowet voor nïeuwbouw als voor kleine of grote renovatîes. Wij bieden U geïntegreerd of afzonderlijk: metalen draagstructuren, toopbruggen, beweegbare podia, elektrische trekken (van prijsgunstige tot snelle computerge stuurde systemen), alsook de bijkomende benodigdheden: doeken, horizonts, danstapijten,

R 1 G 0 1 N 0

A U 0 1 0

c

A S E S

S T A 0 1 N 0

SOUND

Antwerpsesteenweg 334 2500 Tel.: ÷ Fax: ÷ Email:

Liet

-

Belgium

32 3 491 91 70 32 3 489 05 62 into@phlippo.com URL: www.phlippo.com

SL.ËS

&

IEW4IL.

Aarzel niet voor vrijblijvende inLichtingen en raadgevingen. Brugsesteenweg, 545 B-88oo Roeselare www.servio.be

TeL. ÷ 32 (o)i 24 00 96 Fax -‘- 32 (o)i 21 ot 92 servio@skynet.be


E LIEVENS

VEEL DOOR WEINIG

ELKE VAN CAMPENHOUT

Een veetkLeurig op[ichtend bamboebos. Een stiLzwijgend voyagerend LichtvLak. Een acteur in het donker of in een brandende spot. Arne Lievens maakt in zijn Lichtontwerpen en scenografie steevast intrigerende keuzes. Uiterst minimaLe ingrepen die de voorsteLLing uit perspectief trekken of op persoonLijke wijze inkLeuren. Licht aLs een eigen gecomponeerd verhaat, een traject dat zachtjes schuurt Langs de dramaturgie van choreograaf of theatermaker. Een Lichtmaker die zijn inspiratie zoekt in quantummechanica, fractaLen en fysische processen. Het resuLtaat: ‘denkende’ Lichtontwerpen in donkere tijden...

een of andere manier zijn werk op de scène aanwezig stelt. Hoe summier of abstract de bijdrage ook is: je moet het publiek toch altijd iets te vertellen hebben.

!

t’

4

?

:

\iij

1H

Ctoser, foto Arne Lievens

Hoe benje in het theater terecht gekomen? Ik studeerde voor burgerUjk ingenieur, maar ik wist eigenlijk a van bij het begin dat ik niet in die sector wilde werken. Door mijn burgerdienst te doen in de Gentse Vooruit, kwam ik echt bij het theater terecht. In die tweejaar leerde ik Peter De Graef kennen, waarmee ik uiteindeLijk zeven of achtjaar intens heb samengewerkt. Met Et voito begon voor mij een beLangrijke periode. Na honderd voorsteWngen rang samen in de auto te zitten op weg naar het zoveeLste cufturete centrum, [eerje ekaar wel kennen. Ik denk dat in die tijd al enkele van de principes aanwezig waren die ik altijd ben blijven gebruiken. Ik vertrek bijvoorbeeld vaak vanuit detaits, en maar heel weinig vanuit een algemene verlichting of grote lichtvlakken. Integendeel, ik focus veel sterker op iets kleins, op de voet van een acteur, ofeen klein stukjevan descène. Door de aaneenschakeling van al die details kom ik tot een eigen lijn, die parallel loopt met de voorstelUngsdramaturgie. Bij Peter De Graef heb ik heel sterk geleerd om mijn dramaturgie zelf te bepalen, doordat we op een hechte manier konden samenwerken. De belichting kan dan de visualisatie worden van de dramaturgie van de voorstelling. Het gaat niet om het licht op zich, maar om het verhaal dat je doorheen het traject van de lichtstanden vertelt. Dat is trouwens niet alleen zo voor de belichter, maar voor iedereen die op

Is er een verschil inje monier von werken voor theater ofvoor dons? Werken met Peter De Graef is natuurlijk heel letterlijk werken met een verhaal. Dat is anders bij muziektheater en dans, waarje werkt naar een atmosfeer, waar je iets creëert dat heerst, dat aanwezig is, en dan een eigen taal ontwikkelt. Bij de voorstelling Itch ond Feorvan Salva Sanchis bijvoorbeeld, wilden we een voorstelling maken over dejeuk, over het verlangen om te beginnen, en tegelijkertijd over de angst om dat ook effectief te doen. Over de ‘goesting’ om iets te zeggen, en de weifeling om hettoch maar niette doen. Samen met de danseressen en met de technische ploeg konden we daar elk op onze manier over nadenken: wat betekent dat voor ons persoonlijk, in onze praktijk. Hetis heel belangrijk datje als lichtontwerper ook bij die voorbereidende gesprekken aanwezig kan zijn, datje mee documentatie kunt verzamelen, omdat je dan ook blijft meedenken, ook buiten de repetities, waardoor er uiteindelijk een uitwerking van die thematiek in de choreografie zichtbaar wordt, en een parallelle uitwerking in het lichtplan. Die twee staan in eerste instantie apart, en kunnen later met elkaar de communicatie aangaan. Er is bijvoorbeeld een scène waarin enkel de achtermuur fel wordt belicht en de rest duister wordt gelaten. Daardoor worden de drie dansers donkere schimmen, die spelen met die verlichte zone als een plek die tegelijkertijd aantrekt en afstoot. Het is een heel simpele belichting, die toch inspeelt op de vraag van Salva om een lichtontwerp te maken dat de dans zou kunnen inspireren. In eerste instantie richt ik mij dan ook niet op de choreografie, maar probeer ik voor mijzelf een ontwerp te maken dat wordt ingepast in de voorstelling. Dat kan zowel conflictueus of harmonieus gebeuren, en liefst allebei op verschillende momenten in dezelfde voorstelling. Je vertelt mee een verhaal, maarje stelt er ook een tegenover. Dat is natuurlijk de theorie, en het lukt niet elke keer. Maar als het lukt heeft datveelte maken met de samenwerking dieje hebt met de maker. Als dat niet klikt, komje ook niet tot een goed ontwerp. Je moet elkaar begrijpen, dan vaLt alles meteen op zijn plaats. Dat was zo met Peter De Graef en ook met Salva Sanchis. Elkaar begrijpen zonder woorden. Met sommige makers kan je eindeloos blijven doorbomen om uiteindelijk te concluderen dat je toch eigenlijk

PROSCENIUM: ARNE LIEVENS 75


Ctoser, foto Arne Lievens

iets anders voor ogen hebt. En natuurLijk zijn we ook maar mensen die werken volgens de motivatie van het moment. Niet eke schrijver is aftijd even goed, niet eU<e sportman zet iedere keer een fantastische prestatie neer. Kanje een voorbeetd geven van zo’n gezamenlijk denkproces? HoeweL ik de eerste jaren as Uchtontwerper en scenograaf vooral met theater bezig was, ben ik steeds heet erg gemntrigeerd door dans. Toen ik in het theater met Peter De Graef maar ook heel vaak met de Parade, een beetje genoeg begon te krijgen van het tourbestaan, heb ik een productie gemaakt met choreograaf Heine Avdat, die ik ontmoet had in Zürich. Heine Avdat, Yukiko Shinozaki en Christoph de Boeck maakten samen de voorstelling Ctoser, en ook dat was een echt samenwerkingsproject. In de tijd voor de eerste repetities werd er heel veel gepraat, uitgaande van het basisidee van Heine en Yukiko om het publiek te isoleren ten opzichte van de dansers. In het begin werd er gedacht aan een glazen wand of om het publiek apart in een kooi op te sluiten. Ideeën die later zijn afgevoerd. Toen werd een tweede begrip geïntroduceerd, datvan intimiteit. De eerste idee om publiek en dansers te scheiden werd uiteindelijk verwezenlijkt door de persoonlijke koptetefoon die elk van de bezoekers opgezet krijgt. Hierdoor wordt hij helemaal in de geluidsomgeving opgenomen, en bLijft toch heel betrokken bij de voorstelling. Nog later kwam er de structuur van hangende bamboestokken bij die de ruimte in zekere zin in compartimenten verdeelt, en ook de tichtomgeving die telkens nieuwe ruimtes schept. Een ander thema dat steeds terugkwam was het onderzoek naar de binnenkantvan hettichaam, naar DNA, dezoektochtnaar het microscopisch

6 PROSCENIUM: ARNE LIEVENS

kleine. De DNA-structuur bestaat eigenlijk uit vier basiselementen, die zich steeds opnieuw blijven herhalen in voortdurende variatie. Hier heb ik mijn kennis uit mijn universiteitsopleiding opgediept; de theorie van de fractalen. Eenvoudig gezegd zijn dat figuren die zich in steeds kleinere vorm steeds opnieuw herhalen in een grotere, geljkvormige figuur. Zoals de nerfstructuur van een blad, die vanuit de hoofdnerf in steeds kleinere nerfstructuren zichzelf herhaalt en toch gelijk blijft. Elk detail is gelijk aan het geheel, in een zich steeds herhatend patroon op kleine en grotere schaal. Dat is een idee dat ik ook in mijn lichtontwerp heb toegepast, en daar komt mijn wiskundige achtergrond wel van pas. Dat is trouwens wel interessant: Satva is erg geïnteresseerd in fysica, en samen praten we wel vaker over quantummechanica, over retativiteitsprincipes. Dat is misschien niet rechtstreeks zichtbaar in de voorstelling, maar dat bepaalt welje werksfeer en je communicatie. Die communicatie is nodig, en dat hoeft natuurlijk niet altijd over fysica te gaan, dat kan ook een filosofisch onderwerp zijn waarje etkaarin vindt, ofiets helemaal anders. Maar het belangrijkste is het gemeenschappelijke discussieptatform dat je opbouwt, en waarje inje werk van kan vertrekken. Het is de achtergrond, de gemeenschappelijke interesse die je intuïtief de voorstelling bin nensmokkelt. Bij Heine Avdal gaat dat gedeeld verhaal eerder over computers en software, waaruit telkens een geanimeerd gesprek ontstaat, waar de voorstelling zeker in deelt. Voor mij is dat zeer belangrijk, die achtergrond waar ik uit kan vertrekken om tot een Lichtontwerp te komen. Veel elementen daaruit kan je dan misschien niet rechtstreeks verklaren, of zijn niet rationeel onderbouwd, maar die fantasie, dat gevoel, dat komt toch ergens vandaan.


Ctoser, foto Arne Lievens

Maar om terug te keren naar Ctoser en de DNA-structuur: aan het begin van de voorstelLing staan de toeschouwers voLLedig in het donker, tot er opeens een fetver[ichte witte rechthoek op de muur verschijnt, die op ooghoogte heet tangzaam door de ruimte beweegt, van kteur verandert, steeds snetler begint te ftikkeren, tot hij uiteindetijk uitgaat. Dat is mijn vertating van de DNA-structuur. Door het voorbijschuiven zie je de hoofden van de mensen een voor een uitge[icht. In feite is deze tichtintro meteen een samenvatting van de hete voorstetting, in een abstracte vorm, en tegetijkertijd is het natuurlijk ook gewoon een leuk effectje. Hoe denkje dotje werk in de ioop van dejaren is geëvotueerd? Als ik naar mijn traject kijk, zie ik wel een duidelijke evotutie. Mijn eerste voorstelLingen maakten alleen gebruik van wit licht. In de tweede fase begon ik zeer felle kleuren te gebruiken. Absoluut geen discreet correctieticht maar hevige kleuren. En dan steeds duidelijker scherp afgeljnd licht. Soms in geometrische vormen, zoals vlakken, cirkels, rechthoeken. Een ander steeds weerkerend element is het bewegende licht. Mijn stijl is een combinatie van factoren, vanuit de dramaturgische keuzes die ik maak, en mijn manier van werken. Ik streef er altijd naar zo weinig mogelijk middelen in te zetten om een zo groot mogelijke impact te krijgen. Dat valt ook wel op, al vind ik het zelf een evidente denkpiste. Die soberheid kan even goed wel groots uitvallen. In het theater vind ik Dirk Tanghe daarvoor bijvoorbeeld een equivalent. Zijn scenografie en ruimtegebruik is altijd uiterst sober, gebaseerd op één of twee ideeën, maar dan wel heet groot en imponerend neergezet. Ik ben zelf ook niet bang voor grote effecten, maar ik zet die enkel in zonder effectbejag.

Die bewegende streep bij aanvang van Ctoser bijvoorbeeld heeft een sterk effect omdat de toeschouwers in het donker staan en ineens met die tichtprojectie worden geconfronteerd. Maar door die rechthoek uiterst langzaam te laten evotueren, kunnen de toeschouwers zich er tegenover verhouden en reftecteren. Over het algemeen zieje dat we in een samenleving verzeild zijn geraakt die informatie op informatie stapelt. Een overdaad die nergens meer toe leidt, maar alleen maar gaat om het meer en meer. In veel voorstellingen gebeurt er net hetzelfde. In uitzonderlijke gevallen kan dat werken, maar vaakis hetnietinteressant. Mijn fitosofieis ereen van uiterste efficiëntie.

Don’t touch here, De Parade. Foto Arne Lievens

PROSCENIUM: ARNE LIEVENS 17


Met Salva Sanchis in Constant Retay zie je een tichtvetd, met daarin een duidelijk afgebakende streep. Dat is mijn vertaling van ‘constant relay’: de wisselwerking tussen twee min of meer synchroon bewegende, maar toch Lichtelijk andere dansers. Elk danst hetzelfde materiaal op een andere manier. Die witte streep is dan zowel het verbindingsteken tussen hen beiden aLs het residu. In Closer heb je een opgehangen bos van neerhangende bamboestokken. Daar projecteer ik kLeuren op, die over elkaar schuiven en andere kleuren produceren, maar eigenlijk gebruik ik enkel rood en bLauw. ALs Heine Avdal op de vloer werkt, staat daar een eenvoudig Laag Licht op, waardoor hij enkel aan een kant zichtbaar is, maar zijn schaduw als tegenelement werkt. Ik werk vaak met het verbergen van wat belangrijk is, zoweL beweging, als aangezicht, als decor. Bij Previous van Salva Sanchis heb ik een wit vierkant op de vloer uitgeLicht. Aan de zijkant bewegen de dansers, maar ze staan niet in het licht. Zij worden wel meer zichtbaar als ze dat zeLfwillen, en ze kunnen het Licht gebruiken als tegenspeLer waar ze heel bewust mee omgaan.

Constant Retay, Satva Sanchis. Foto Arne Lievens

Watje wilt zeggen, watje witt overbrengen naar een pubLiek, doeje metverschittende media op een verschifiende manier. Ik probeer mij aLtijd in de pLaats van het publiek te zetten en te bekijken: ‘Wat vind ik hier overbodig?”. Hoe vertaott deze instelling zich in je voorstellingen? In Hun van Peter De Graef en Koen Van Impe, zit Katelijne Verbeke op een bepaald moment in

het donker. Het enige strookje licht valt op haar voet. Zij doet haar verhaal, en als toeschouwer raak je daar compleet op gefixeerd. Je krijgt namelijk een visueel beeld, en een auditief beeld en je raakt helemaal geïntrigeerd door dat gezicht datje niet kan zien. Je verwacht als toeschouwer niet datje enkel een schemerfiguur te zien krijgt, maar het werkte zeer goed voor de spanningsopbouw.

Een ander experiment met die onzichtbaarheid is Henri van Peter De Graef, waarin het licht op scène gemaakt wordt met Parspots. Peter staat achter een lichtstatief in het strooilicht van de spots, en hij vertelt een zeer pakkend verhaal. op het hoogtepunt zet hij één stap naar voor, waardoor hij in het volle Licht komt te staan, en dus ook in de gloeiende warmte van die spot, waardoor hij meteen begint te zweten, en dat beeld heeft een enorme impact. Dat is ook fijn om te doen, alsje iemand hebt die daar in mee wilt gaan. Zijn er, naast dat spet met 1’onzichtbaarheid” en efficiëntie nog ander weerkerende etementen in je ontwerpen? Andere belangrijke elementen in mijn werk zijn irritatie en het werken met schaduwen. Met irritatie bedoel ik bijvoorbeeld bij de voorstelling van Salva een wit licht dat recht in de ogen van het publiek schijnt, waardoor ze zich moeten herspositioneren en erboven of eronderdoor kijken. Ook bij Ctoser heb ik wat irriterende elementen binnengebracht. Het is een voorstelling van een uur, dus het moet wel wat gezellig blijven, maar tegelijkertijd vind ik wel datje wel eens aan de mensen hun lijf mag trekken, dat je ze nu en dan uit hun comfort mag duwen. Het schaduwwerk heeft er mee te maken dat alles sowieso altijd twee kanten heeft. Er is een belichte zijde, maar ook een schaduwkant. Dat is ook zo met woorden, met een verhaal dat je vertelt. Er is watje beweert, maar er is ook iets

Qwat, foto Ward Weis

8 PROSCENIUM: ARNE LIEVENS


ap (2000), Itch & Fear (2000), Previous (2002) en Constant ReLay (2002): Lanssoo en -producties van Sak’a Sanchis :oaching en Uchtontwerp/scenografie) rouwenvouwen (2000): ansproductie van Chadotte Vandeneynde (‘ichtontwerp)

oest (2002): ansproductie van Ugo Dehaes (Uchtontwerp) Loser (2003): ansproductie van Heine Rosda Avda en Yukiko Shinozaki (‘ichtontwerp) merikaanse Dromen (1993), Modern Nature (1993), Marokko (1997), mado Mio (1998), Life is aLt we have (2003) en Don’t touch here (2004): ieaterproducties van De Parade (ichtontwerp) mbat (1994), Henry (1997) en Niks (2001): ieatersoo’s van Peter De Graef (regie en ‘ichtontwerp) un! (1995), Itak (1996) en De drie mannen van YpsiLanti (1997): ieaterproducties van Peter De Graef :o-regie en ichtontwerp/scenografie) (2004): e winter onder de tafeL (2001) en Da’isss ieaterproducties van Peter De Graef Lichtontwerp/scenografie) e Bourgeois Gentithomme (1993) eater4ocatieproject van Dirk Ianghe (Uchtontwerp) ati?! Kato!? (1998): ugdtheaterproductie (regie en co4ichtontwerp/scenografie) hauncecteer, a medieva[ Urcus on the Canterbury Tates (1999) iuziektheaterproductie van Tom Hannes (Uchtontwerp) wat (2000): heatrate geuidsinstabtie van Ward Weis (Uchtontwerp) lermaphi[ie (2001) iiddeeeuwse-muziekproductie van Zefiro Torna (ichtontwerp) ime Code Matter (2005): 3ptop-concert van Eavesdropper en Audiostore (Uchtontwerp)

Roest, U

Foto Liesbeth Bernaerts

...

anders dat je niet zegt door wat je zegt. Dat is heer interessant om mee te werken. In Roest van Ugo Dehaes zit een beed van een rug, die een choreografie doet, maar die door de schaduwwerking van de beUchting bijna Lijkt open te spLijten. Dat was mijn eigen interpretatie van het materiaaL dat Ugo aanbracht. De sp[eet in zijn rug is nu eens uitgeLicht in donkerbLauw en dan weer gewoon in schaduw. Dat zie je aLs toeschouwer niet, maar je krijgt wet de indruk dat die rug het ene moment uiteen vaLt in twee heLften en zich dan weer aaneenschakeLt tot een geheeL. Licht dient dan om beeLden te maken, en wordt eigenLijk aL een scenografie op zich. Daar neem je de hete ruimte in mee: de vLoer, maar ook het pLafond, de muren, de couLissen. Je kunt schaduwen Laten uitLopen tot ver buiten de grenzen van de scène, tot in de verste uithoeken van het heeLaL.

.

ioest, Ugo Dehaes. Foto Liesbeth Bernaerts

PROSCENIUM: ARNE LIEVENS 19

ij


TTAS studĂŻebureau voor theatertechnieken

Het moederbĂŠdrijf Stakebrand B.V. heeft in Nederland, ruime ervaring en een rijke historie in de theatertechniek.


r

2 RUIMTELIJKHEID JVANMOZARTS ZAUBERFLOTE 1

1,;, —,

SERGE ALGOET

VOLGENS KARL-ERNST HERRMANN, PETER SELLARS EN WILLIAM KENTRIDGE Geen enkeLe andere opera van Mozart heeft reeds van bij het begin meer tot de verbeeLding van theaterintendanten en scenografen gesproken dan ‘Die Zauberftöte’. Mozart schreef deze opera in 1791, zijn Laatste Levensjaar, het jaar waarin hij ook ‘La CLemenza di Tito’ componeerde en het onvoLtooide ‘Requiem’. Voor een scenograaf en theatermaker was het aLtijd aL een enorme taak ‘Die ZauberfLöte’ deze tutti frutti van vreemde gebeurtenissen, intriges en schijnbaar tegenstrijdige handeLingen vorm te geven en te ensceneren. Schikaneder had voor het Libretto weLiswaar regieaanwijzingen geschreven, samen met beschrijvingen van de pLaatsen waar de handeLingen zich afspeeLden, toch bLeek dat veLe scenografen er niet in sLaagden een zinnige eenheid van dit SingspieL te maken! Waar grote operahuizen zich in de Laatste decennia van de twintigste eeuw overgaven aan een pronkerige kitscherigheid, vonden andere huizen de weg naar origineLe ensceneringen van ‘Die ZauberfLöte’. Zo pakte het GLyndenbourne FestivaL in 1978 uit met een ToverfLuit-e nscenering in decors van David Hockney. Zijn scenografie was kLeurrijk en geometrisch-kubistisch geïnspireerd. In de jaren ‘80 en ‘90 van de twintigste eeuw profiLeerden zich twee theatermakers aLs beLangrijke regisseurs voor Mozartopera’s: KarL-Ernst Herrmann en Peter SeLLars. -

-

-

-

KARL-ERNST HERRMANN, de tovenaar van de opera... K.-E. Herrmann begon zijn carrière in de jaren zestig als scenograaf voor de Bertiner SchaubUhne. Jarenlang werkte hij er samen met Peter Stem en Claus Peymann. In 1981 maakte hij zijn debuut als operaregisseur met Mozarts Ctemenza di Tito in de Brussetse Muntschouwburg. Tijdens het Mozartjaar 1991 werd in de Munt Die Zauberftöte opgevoerd. Urset en Karl-Ernst Herrmann stonden in voor de regie, Karl-Ernst voor kostuums en decors. Natuur versus cuttuur Reeds bij het binnenkomen in de zaal confronteert Herrmann het publiek met twee werelden. Links voor het nog gesloten doek waarop een sfinx is afgebeeld staat een zilveren patmboom met daaronder een steen: de wereld van de natuur. Aan de andere zijde van het podium staat een grote zuil: de wereld van cultuur en beschaving. Tijdens de zwijgproef in hettweedebedrijfzalPapagenoalsnatuurwezen

plaatsnemen op een steen onder de patmboom. Tamino echter, zit in de ruimte die in de sokkel van de zuil is uitgespaard. Deze confrontatie trekt Herrmann logisch door in deopbouwvan de ganse voorstelling.

De wereld van de Koningin van de Nacht heeft alles te maken met de ‘natuur’. Daarom laat hij in heteerste bedrijfde koningin verschijnen op een zeegolf. Voor de realisatie van de golven greep hij terug naar het barokke theaterapparaat.

1’ j_

,

‘ /,

((

&4:f,L

2

t

%_-

/) / E

PROSCENIUM: DE RUIMTELIJKHEID VAN MOZARTS ZAUBERFLÖTE 21


Vijftiende tafereet

Negenentwinügste tafereet

Herrmann Uet de koningin vanuit het podium met een Uftsysteem naar boven komen. De wered van Sarastro daarentegen is rationee en heeft te maken met ‘cultuur’. Ze wordt uitgebeed door architecturae eLementen, zoas de miniatuurstad achteraan op de scène op het einde van het eerste bedrijf. Deze ‘stad’ is voedig gebouwd in een stij die verwijst naar die van de achttiende-eeuwse architecten C[aude-Nico[as Ledoux en Etienne-Louis Boutée, en naar de Revoutiearchitectuur. De geLijkenis van het ministadje met het ontwerp van Ledoux voor een kanonnensmederijcomptex is frappant. Een andere duideLijke uiting van beschaving is de zoektocht naar de ‘waarheid’ bij het begin van het tweede bedrijf. De scène bestaat uit een open zwarte ruimte met aerei oude wetenschappeUjke researchapparaten. Op die manier verduideLijkt Herrmann het verband tussen Mozarts Ioverfluit en de tijdsgeest waarin de opera werd gecreëerd, de VerLichting en de nakende Franse RevoWtie.

schuiven golven en siertuinen. Onder de bühne verdwijnen mensen en voorwerpen, die weer te voorschijn komen. Boven het toneel zweven wolkjes en het “papieren” hoedje/bootje dat de Drei Knapen vervoert. Op het toneel manipuleren zwarte figuren, zoals de poppenspelers uit de Japanse Bunraku, de grote slang die Tamino achtervolgt. Alle denkbare theatertruuks en machinerieën worden in deze productie op virtuoze manier ingezet. Herrmann presenteert de Toverfluit zonder omwegen als een Machienenkomödie in de Weense theatertraditie uit de barok. De toneelmachinerie wordt het publiek voor de ogen opgevoerd en zet de theatrale illusie in haar blooije. Men ziet de machinisten aan het werk en het onderste gedeelte van de toneettoren is afgedekt met een transparant doek: zo blijven de loopbruggen, schijnwerpers en katrollen vaag zichtbaar. Herrmann maakt de toeschouwer op die manier bewust van het manipulatieproces dat aan gang is. Tegelijkertijd gebruikt hij de lege ruimte om de acteur-zanger tot leven te laten komen, maar ook als een magische plek met veel contrasten zoals echt-onecht, groot-klein. De Drei Knapen vliegend in een reusachtig uit wit papier gevouwen hoedje, is hiervan een prachtig voorbeeld. 5a ist denn altes Heuchetei is voor Herrmann van cruciaal belang. Het sprookjesachtige, dat in de Toverfluit meer dan overduidelijk aanwezig is, zette Herrmann neer in volle glorie. Ergens heeft de scenograaf zich op de plaats van Schikaneder gezet, met éénzelfde kijk en inzet: luchtig, volks, tegelijk ernstig en lichtvoetig, serieus en komisch. Dat kon omdat de Toverfluit een Zauber-oper is. Herrmann’s scenografie is uitermate fijn. Rijk in verbeelding met een enorme feeling voor de fysieke aanwezigheid en zeggingkracht van de theatrate ruimte. Tweehonderd jaar na de creatie van de Toverfluit liet K.E.Herrmann dit Singspiet in de Munt als theater opvoeren, als een grote, amusante, doch geniale en veelbetekenende sprookjes- en spekta kelopera.

Licht en duisternis, zien en suggereren De spe&xuimte waarin de wereWen van het [icht en de duisternis met eLkaar geconfronteerd worden en waarin handetende figuren bewegen, is een grote sobere zwarte ruimte, opgebouwd met verschuifbare paneen. Hierin schuiven de diverse decoronderdeWn over onzichtbare rails: zowe de reuze pa[mb[aderen, beweegbare paimbomen en bLoemen as de piramides, de bootvormige vUegmachinerie van de Drel Knapen, de miniatuurstad en een Wbyrint. Interessant zijn de optossingen die Herrmann uitdacht voor de vuur- en waterproefscène en voor de finaW. De vuur- en waterproef situeert hij onder de tone&vWer, temeer daar het vo’gens hem waanzinnig moeilijk is om Schikaneder hier Wtter[jk te vogen. Tamino en Pamina verdwijnen door vaWiken in de vLoer naar beneden. Tijdens hun wandeUng door het vuur en het water worden zij aLdus aan het oog van de toeschouwer onttrokken. Bij de vuurproef kan men de weg van het tweetal ‘volgen’ doordat een boven de toneelvloer schietende vlam zich over het podium voortbeweegt. Achteraan kijken Sarastro en zijn gevolg vanop een tribune toe. Bij de tekst van de finale schreef Schikaneder de volgende aanwijzing: Sogteich verwandettsich das ganze Theater in eine Sonne. Hiervoor gebruikt Herrmann een reusachtige matte ronde spiegel. Terwijl de spiegel naar voren schuift, wordt het oppervlak ervan door licht beschenen en in de zaal gereflecteerd. De reflectie van dit licht betrekt het publiek rechtstreeks bij het gebeuren. Het toneel, trukendoos voor manipulatie en magie Voor Herrmann is Die Zauberftöte puur theater. Daarom maakt hij overvloedig gebruik van de klassieke theatertechnieken die hij zichtbaar voor de toeschouwers demonstreert. Tussen de coulissen heen en weer bewegen zuilen en palmbomen. Van het achtertoneel naar voren

2 PROSCENIUM: DE RUIMTELIJKHEID VAN MOZARTS ZAUBERFLÖTE

Derügste tafereel


PETER SELLARS, demystificatie van de opera Peter Settars raakte voornameUjk bekend door zijn controversiële enscenedngen van de Mozart-opera’s. In samenwerking met scenografen aLs Adrianne Lobet en George Isypin ging hij tekens weer op zoek naar de actualiteitswaarde. Zo situeerde hij Le Nozze di Figaro (1988) in een uxeftat van de Trumptower in New York, Cosifan tutte (1991) in Despina’s neonvertichte hamburgertent en Don Giovanni (1991) in het drugsmi[ieu van Spanish Harem. Peter S&iars verandertvaak en soms drastisch de operaUbretti in functievan de actuahteitswaarde. lot grote ontsteftenis van de muziekpers deed hij hetzelfde in Die Zouberftöte, waaruit hij nagenoeg alle gesproken tekstdelen schrapte omwille van de continuïteit van de muziek! Licht en duisternis, tandschap en Hoten Sellars maakte deze enscenering voor het Glyndebourne Festival in 1990. Ook ditmaal koos hij voor een Amerikaanse sethng: een landschap met veel highways, dito palmbomen, uitgestrekte witte zandstranden, mooie villa’s met tuinen, benzinestations. Kortom, the Americon Woy of Life: een scenografie bestaande uit veel clichés met een kitscherige technicolor-belichting. Voor het theaterbeeld zocht Adrianne Lobel inspiratie in prentkaarten van het landschap rond Los Angeles, die gelijkenis vertonen met schilderijen uit de achttiende eeuw. Hieruit distilleerde ze een tweedelig toneelbeeld met bovenaan de wereld van het licht, gebaseerd op het landschap met de autoweg die Los Angeles verbindt met de luchthaven. Riooldeksels verlenen toegang naar de ondergrondse catacomben waarin Sarastro en zijn gevolgvertoeven. “In dewereld van de duisternis leven mensen die de zon nooit zien, en dus onder de grond verblijven, zoals in Egyptische tempels of Indiaanse grotten”, aldus Lobel in een interview voor een documentaire rond de voorbereidingen van de productie. Sellars interpreteerde de hogepriesters als hippies uit dejaren zeventig. Theater van de ervaring Wanneer de opera aanvangt heeft Tamino in jeans gekleed een bad trip, die de slang vervangt. Zijn Bitdnisaria zingt hij voor een TV-scherm in plaats van voor het gebruikelijke portret van Pamina. De Koningin van de Nacht en de Drie Dames dragen allen keurige Chanel mantelpakjes met handschoenen en bijpassende handtas. In het theaterbeeld staan verscheidene videomonitors opgesteld, waarop beeldfragmenten van onder andere politieke wantoestanden en ook de uitvergrote gelaatsexpressies van de zangers getoond worden. Op die manier hanteert Sellars een opvallende visuele theaterbeeldtaal die functioneert aan de hand van hedendaagse

Fitmstitts uit de documentaire Ctaire Newman, 1990

(...) Ikzelf haat “actuaUsering” over het agemeen. het lijkt me goedkoop en vaak enkel. een “truuk” te zijn, maar ik hoop dat het duidelijk wordt dat wij enkel dit procédé gebruiken als een basis die eidt tot een overstijgen naar een veeL veel hoger terrein. t...) Peter SeUars

beelden die tot de ervaringswereld van het pu bliek behoren en een aanklacht vormen tegen de politieke wantoestanden in de Amerikaanse maatschappij.

In Die Zauberftöte staat het “zwijgen” centraal. En dus schrapte hij alle tekstgedeelten. Welis waar een veeg uit de pan naar het Amerikaanse beleid!

PROSCENIUM: DE RUIMTELIJKHEID VAN MOZARTS ZAUBERFLÖTE 23


DIEZAUBERFLÖTE W.A. MOZART EEN KORT OVERZICHT 1791

1816

; Première: januari Hoftheater, BerLijn Decor: KarL-Friedrich SchinkeL (1781-1841)

WereWpremière: 30 september Freihaustheater, Wenen Libretto en regie: Emanue Schikaneder Decor en kostuums : NessLthaer

1970

Staatsoper, München Regie: Günther Rennert Decor: Josef Svoboda

Première: 27 november Hoftheater, München Decor: Simon Quagüo (1795-1878)

1978

1974

SaLzburger FestspieLe Regie: Giorgio StrehLer Decor: Luciano Damiani

Première: 28 mei GLyndebourne FestivaL Opera Regie: John Cox Décor: David Hockney

1982

Regie

+

Hamburg decor: Achim Freyer

Première: 27 juni Opera BastiLLe, Parijs Regie + decor: Robert WiLson


Der Vogetfanger

Die Königin der nacht

In diesen helt

Feuer

Finate Drei Knaben

-z

,‘ ,

Attes Fuhtt Der

._

...

Kentridge verwerkte zijn ideeën in houtskool tekeningen, geïnspireerd op de negentiende eeuwse historische decorontwerpen van Schin kel, Beuther, Quaglio en De Pian. Het toneeL bestaat uit verschillende niveau’s in de vorm van oplopende traptreden met een centraal Liggend vLuchtpunt waarnaar alle beeldassen verwijzen. Daarnaast zal Kentridge gebruik maken van diverse optische effecten, zoals het projecteren van een dansende neushoorn en abstracte structuren op het scènebeeld en op de kostuums van de zangers.

Wasser

Die Strahten Der Sonne

WILLIAM KENTRIDGE, totaatkunstenaar

Kunsten FESHVALdesArts, experimenteerde hij met de relatie tussen klank, theaterbeeld en handeling. Het Muntpubtiek leerde Kentridge vooral kennen door zijn enscenering van Monteverdi’s II Ritorno d’Utisse in Patria in het Kaaitheater. Hij maakte er een intense, esthetisch-dramatische voorstelling van. De poppen contrasteerden met de animatiefilms die tegen de achterwand verschenen. Deze scenografie was intrigerend, mysterieus en suggestief.

In april 2005 staat Mozarts Zauberftöte terug op de affiche van de Munt. De Zuid-Afrikaanse kunstenaar Wittiam Kentridge ontwerpt de scenografie en regisseert. Kentridge is de regisseur van The Handspring Puppet Company uit Johannesburg. Hij studeerde politieke wetenschappen aan de universiteit van Witwatersrand, schilderkunst aan de Johannesburg Art Foundation en theater aan deJacques Lecocqschootin Parijs. Zijn scenografie is het resultaat van een subtiel samenspel tussen levensgrote poppen, acteurs, animatiefilmbeelden en muziek. Zijn stukken hebben vaak de multiculturele samenleving en de politieke actualiteit als thema. In Faustus in Africa uit 1995, een productie die in Brussel uitgenodigd werd door het

Meer dan tweehonderd jaar theatergeschiedenis scheiden ons van de creatie van Die Zauberftöte op 30 september 1791. Elke periode heeft “haar’ Mozart op de planken gebracht, met een eigen scenografie. Veertien en vijftien jaar na de eigenzinnige ensceneringen van K.E.Herrmann en Peter Sellars kijken we met belangstelling uit naar Kentridge’s interpretatie van dit meesterwerk. Die Zauberflöte op 26, 27, 28, 29 en 30 april (19 uur). 3, 4, 6,

ActuatiseHng van de vorm Kentridge tracht voor het concept van Mozarts Zauberflöte de oorspronkelijke bedoelingen van deze opera te achterhalen, aan de hand van de aanwijzingen in Schikaneders libretto en Mozarts partituur. Toch wensthij deaanwijzingen niet Letterlijk te volgen maar de sfeer ervan weer te geven.

10, 11 en 12 mei (l9uur). Op 1, 7 en 8 mei matinee (l5uur) in de Muntschouwburg. Deze productie staat ook in september 2005 op het programma. Kaartverkoop vanaf 26 maart 2005. Info tel. 070 23 39 39 of www.demunt.be Met dank aan Sabine Iheunissen van het studiebureau van de Munt voor het publiceren van het beeldmateriaaL

PROSCENIUM: DE RUIMTELIJKHEID VAN MOZARTS ZAUBERFLÖTE 25



ARIA -

:•_

;::;;;::

.

RENOVATIES EN BRANDVEILIGHEID De nieuwe aanpak van de ruimteijke ordening zet steeds meer aan tot vernieuwing van stadskernen en reconversie van oude industriëLe sites. Hierbij wordt, in eerste instantie, voorkeur gegeven om de bestaande, soms vervaten, gebouwen te behouden; zeker indien ze deeL uitmaken van het “cultureeL erfgoed”. De bestemming van de gebouwen wijzigt meesta van nijverheid of industrie naar kantoorruimte, woningen of cufturete aard.

1

[__

---::

op relatief besloten ruimten. Ze berekenen slechts gemiddelde tempera turen zodat de thermische belasting van bijvoorbeeld een balk van een koepeldak niet precies kan berekend worden. Bij veldmodelten daaren tegen bekomt men een temperatuursprofiel van de berekende ruimte, zodat voorspelling kan gemaakt worden van de thermische belasting van de structurele elementen. De veldmodellen zijn een toepassing van de numerieke stromingsleer CED (Computational Fluid Dynamics). Compartimentering van een historisch gebouw door middel van brandwerende wanden en deuren leidt vaak tot onpraktische situa ties of ondermijnt de esthetische waarde van het gebouw.

Voor de gebouwen waar personeel tewerk gesteld zal worden, is het artikel 52 van het ARAB1 steeds van toepassing. Hierin zijn prescriptieve eisen vervat op gebied van brandweerstand van de gebouwstructuur, com partimentering van lokalen met hoog brandrisico en grootwarenhuizen, veilige evacuatie van personen, veilige tussenkomst van de brandweer en preventieve maatregelen waaronder de inrichting van stooklokalen. Hoewe de basisnormen2 sinds 4 april 2003 niet meer van toepassing zijn op bestaande gebouwen, za de brandweer de voorschriften van deze wettekst aLs Leidraad gebruiken voor zijn adviezen. Bestaande gebouwen hebben soms een dragende structuur in staaL of gietijzer. HoeweL deze bouwwijze dikwijLs gekozen werd om een betere weerstand tegen brand te bekomen, kan de weerstand tegen brand niet aangetoond worden door een test in het Laboratorium. De stabiLiteit bij brand van de structuur kan dan weL beoordeeLd worden op basis van een berekening die rekening houdt met een natuurLijk brandscenario. De berekeningsmethodes die momenteeL gebruikt worden zijn de Eurocodes en de simuLatie met een modeL. De Eurocodes worden vooral gebruikt voor het ontwerp van nieuwe structuren. Voor bestaande gebouwen kan deze methode meestal niet toegepast worden omdat een aantal basisparame ters, zoals de brandlast en de reductiecoëfficiënten, niet genormaliseerd zijn.

Om bijvoorbeeld een grootwaren huis, bij brand, te scheiden van een winkelgalerij wordt daarom gebruik gemaakt van brandwerend glas en brandschermen. Indien men enkel tot doel heeft om de rookverspreiding tegen te gaan volstaat het gebruik van rookdichte wanden en deuren of rookschermen. Door het modelleren van de evacuatie van complexe gebouwen worden de knelpunten opgespoord. Het volstaat meestal om deze knelpunten aan te passen, om te kunnen aantonen dat de evacuatie voldoende snel zal verlopen. Om te weten wat “voldoende snel” is moeten de evacuatietijden vergeleken worden met de resultaten van de simulatie van de natuurlijke brand. De tussenkomst van de brandweer gebeurt meestal via dezelfde wegen als de evacuatie van het gebouw. Het spreekt voor zich dat wanneer de simulatie wijst op een toestand waarbij in een grote ruimte voor brandoverslag (Eng.: flashover) of vlamterugslag (Eng.: backdraft) gevreesd kan worden, er bijkomende maatregelen moeten genomen worden om dit uit te sluiten. Omdat de opstapeling van hete rook aan de basis ligt van deze fenomenen, is een installatie voor rook- en warmteafvoer de meest aangewezen oplossing.

.

(Arch-index nr. 49 februari 2005) (Footnotes) Mgemeen Regement op de 2 KB van 7 joU 1g94 gewijzigd door de KB’s van 4 april 1996, 18 december 1996, 19 december 1997 er 4 april 2003 —

Simulatie kan door middel van zonemodelten en veldmodellen. Zonemodellen zijn eenvoudiger in opbouw, maar zijn slechts toepasbaar

PROSCENIUM:VEILIGHEID 27


ILINNOVATIE IN %jITERI EURTEXTI EL ,-Ï_d&-

MAARTJE HENKET

De Laatste jaren worden er steeds meer technische eigenschappen aan interieurtextieL toegevoegd. Was het een paarjaar geLeden nog bijzonder om vtamvertragende kwaLiteiten in Trevira CS te hebben, tegenwoordig bestaan er onder meer geurafbrekende stoffen, kwaLiteiten die bij wrijving een geur afgeven, anti-bacteriëLe en anti-aLLergische kwaLiteiten en stoffen met een antischimmeL coating. Ook zijn er vLamvertragende kwaLiteiten verkrijgbaar uit andere materiaLen dan Trevira CS, waarvan sommige beduidend betere eigenschappen hebben. En de toekomst beLooft nog veeL meer. De ktedingmode kent taL van toepassingen die een beeld geven van wat er op de korte termijn mogeLijk wordt: panty’s die de benen ontharen, BH’s die nicotine inbrengen, kLe dingstukken die vitamines afgeven, t-shirts die de hartstag meten en t-shirts met een opdruk die onder invLoed van het zon Licht van kLeur verandert. Daarnaast zijn er, dankzij ontwikkeLingen in de nanotechnotogie, zetfhetende en zetfreinigende coatings op komst en stoffen met bestuurbare functies. Twee voorbeeLden: in Frankrijk zijn kLeurstoffen ontwikkeLd die zoveeL warmte afgeven dat ze bijna aLs verwarming kunnen dienen en waarbij de warmteafgifte regetbaar is; en in BeLgië wordt gewerkt aan een weefstof van ptasma: het materiaaL waar tetevisiebeetdschemen van worden gemaakt. Dit product is waarschijnlijk over een jaar of vijf marktdjp en dan kan de gebruiker beeLden uit de computer downtoaden op zijn gordijn. Wij zuLLen hier aandacht besteden aan een aantaL vLamvertragende varianten en andere toegevoegde eigenschappen.

Erbestaan ook kwaLiteiten metatoëvera, datin de eerste pLaats de huid verzorgt, maar voLgens sommige Leveranciers ook een rustgevende werking heeft door de geur die het afgeeft. ALoë vera wordt tot nu toe aLLeen gebruikt in matrastij ken.

De kwaliteit Micracare Action Fresh van Ferdinand Visser bevat ingeweven micracapsules, die bij wnving een pepermuntgeur afgeven.

Geurafbrekend Geurafbrekende stoffen Laten geuren en sommige schadeLijke stoffen (zoa’s het kankerverwekkende formadehyde) in motecuten uiteen vatten. Dit kan middeLs een coating van een chemisch en een keramisch materiaat: onder invLoed van Licht breekt het chemische middeL de geuren af, waarna ionen in het keramische materiaaL voorkomen dat de motecuten zich weer samenvoegen. De eerste en bekendste fabrikantvan deze kwaLiteiten is Schmitz Werke, dat zijn geurafbrekende coLLecties brengt onder de naam Drapitux. Deze worden in NederLand

gebracht door Artimo (zorgsector) en Kobefab (horeca). InmiddeLs zijn er ook intrinsiek geurafbrekende garens ontwi kkeLd, nametij k door Ado InternationaL.

Geurend De eerste Leverancier van stoffen die een geur afgeven, is Microcare. De kwaLiteit heet Microcare Action Fresh en is bedoeLd aLs meubetstof voor de ouderenzorg (in verband met incontinentie). In het garen zitten minuscuLe capsuLes, die bij wrijving een mintgeur afgeven.

8 PROSCENIUM: INNOVATIE IN INTERIEURTEXTIEL

Anti-bacterieeL De meeste bacteriedodende kwaLiteiten worden gemaakt uit het intrinsiek anti-bacteriëLe en tevens vLamvertragende garen Irevira CS Bioactive. De kwaLiteiten gaan het ontstaan en vermeerderen van bacteriën tegen en zijn met name bedoeLd voor de zorgsector. In NederLand worden ze geLeverd door Artimo. Ado InternationaL maakt zijn eigen intrinsiek anti-bacteriëLe garens. Ook deze worden gemaakt op basis van Irevira CS. Overigens zijn gemetaLLiseerde kwaLiteiten, zoaLs VerosoL die Levert, ook min of meer anti-bacterieeL: ze zijn niet bewust antibacterieeL gemaakt, maar vormen geen goede voedingsbodem.

Vlamvertragende stoffen Irevira CS is sLechts één mogeLijke grondstof voor vtamvertragende stoffen. De voornaamste reden dat Irevira CS het meest wordt gebruikt, is dat Irevira aL 25 jaar een uitgebreide marketingcampagne voert. Er bestaan echter ook gemodificeerde acryts (bijvoorbeeLd Kanecaron) en stoffen kunnen brandwerend worden gefinisht. Bovendien zijn er andere gemodificeerde poLyesters op de markt, die veeLaL goedkoper zijn en soms zeLfs betere waarden hebben.


Het permanentfinishen van katoen is moeiLijker, omdat er zoveeL ammoniak bij vrijkomt dat het proces erg beLastend is voor mens en miLieu. In het buitenLand gebeurt het weL, maar de NederLandse finishbedrijven hebben niet de apparatuur om aan de arbo- en miLieueisen te voLdoen. Een permanente finish geeft bovendien een structuurverandering in het katoen. Ook voor het permanent vLamvertragend finishen van poLyester-katoen is nog geen in NederLand toegestane, rendabeLe methode gevonden.

WoL Het van nature vLamvertragende materiaaL woL is de Laatste jaren weinig toegepast. Het Lijkt echter of producenten de vLamvertragende te eigenschappen van beginnen woL herwaarderen, zodat het gebruik van woL aLs vLamwerende component in de nabije toekomst kan toenemen.

Net van Kinnasand: Kinnasand presenteerde vorige lente de eerste vlamvertragende ausbrenner.

Gemodificeerde poLyesters De veze[s/fila menten van gemodificeerde poyesters zijn intrinsiek brandvertragend. Hier zitten wet beperkingen aan. Stoffen uit deze garens kunnen bijvoorbeeW niet worden behandebi metzachtmakers en zijn niet geschikt voor ate verfstoffen. Bovendien smeLten modipoLy’s bij brand, zodat ze gaan drippen’ (druppen). Dit is vooraL gevaarLijk bij textieLe architectuur.

eruit gaan in de was/stomerij. Er zijn echter schoon maa kbedrijven die stoffen opnieuw kunnen finishen. PoLyester kwaLiteiten kunnen ook permanent worden gefinisht. Een permanente finish is net zo goed aLs een vLamvertragend garen: na 100 keer wassen is het doek nog steeds vLamvertragend. Deze finishes kunnen echter weL de kLeunntensiteit en de soepeLheid van de stof beinvLoeden. .

..

.

.

.

GLasvezeL Een bestaand product waarvan onLangs is ontdekt dat het aLs vLamvertrager kan worden ingezet, is gLasvezeL. De uitvinder van de nieuwe toepassing is Ferdinand Visser, die de gLasvezeLs gebruiktin combinatie met een vLamvertragende coating. Dit maakt zijn meubeLstof Microcare dusdanig brandvertragend, dat hij voLdoet aan de strengste EngeLse normen (geschikt voor gevangenissen, vLuchtwegen van zieken huizen, etcetera).

.

Bbd: Pl, Projekt & Interieur nr. 1 2005-03-08 Copynght: Uitgevenj Iriade BeneWx BV Amsterdam

ModacryLs Voor wat betreft drippen, bieden gemodificeerde acryLs uitkomst: modacryLs smeLten niet, maar verassen, zodat ze niet drippen en er een raster bLijft staan. De garens zijn duurder dan modipoLy’s, maar worden gemengd toegepast met katoen of polyester. Dat brengt de aankoopprijs naar beneden en zorgt voor een tijdsbesparing in de weverij. Verven kost echter weer meer moeite, omdat de garens een verschiLLend verfbad nodig hebben. Dit geLdt voor drukken ook, behaLve bij satijnbindingen. Van de modacryLs is Kanecaron het bekendst en in de industrie het meest geLiefd. Het garen is namelijk makkeLijker te verwerken dan Lufnen, dat minder goed tegen hitte kan. lekLan wordt genoemd aLs een modacryL die in de toekomst beLangrijk kan worden. Finishen Een stof kan ook vLamvertragend worden gefinisht. Dit kan op verschiLLende manieren, waarvan de niet-permanente finish de meest bekende is. Deze finishes bestaan voor katoen, poLyester en poLyester-katoen. NadeeL is dat ze

Ado International ontwikkelde de eerste kwaliteiten die intHnsiek geurafbrekend zijn. Dat wil zeggen dat de eigenschap er niet uitgewassen kan warden.

PROSCENIUM: INNOVATIE IN INTERIEURTEXTIEL 29


‘VAR IA

MET KOFFIE EN KOEK RUSTIG GENIETEN VAN EEN BOEK.

DOORKIJKJAS MAAKT VERBORGENE ZICHTBAAR. Freddy Mercury van Queen zingt erover in The Invisibe Man en Harry Potter kn het gewoon: onzichtbaar zijn. KLeine kinderen dromen ervan, voor de gewone mens blijft het een utopie. Maar de Japanse professor Susumu Tachi doet hard zijn best veler innige wens enigszins uit te laten komen. De toverkunst van de professor in de natuurkunde en informatica van de universiteit van Tokio is gebaseerd op virtual reahty. Of optical camou 1 Een spîegel refiecteert

::, het licht gedeeltelijk, Hetmenselijk oog registreert nu een doorzichtige regenjas.

d

10.00 tot 18.00uur. (Brussel Deze Week, 13januari 2005)

Het beeld van de projector geprojecteerd.

,

\

Id

Bolle, Vlaamsesteenweg 57, Brussel, 02 502 02 26, www.bollebooks.be. Geopend dinsdag tot vrijdag van 9.00 tot 19.00uur, in het weekend van

13 wordt op de regenlas

de test wordt doorgelaten.

il ‘..I

Niets moedeloosmakenders in een boekhandel dan de zoveelste oelewap(p/st)er die bij het horen van een naam als Stanislavski al glazig uit de ogen begint te kijken, laat staan als je informeert naar Slawormir Mrozek? Pina Bausch? Sam Shepard dan? Arne Sierens? Niet aldus bij Bolle. Hier zit een man die zijn zaakjes kent: voor literatuur over theater, dans, film en fotografie ben je hier voortaan aan het goede adres. Ook snuisteren in de gespecialiseerde tijdschriften mag, en je kunt er een kop koffie bij krijgen ook.

p g 1

Ï -.

__________t_3

: .

L

L\

De computer verwerkt het opgeslagen beeld.

BEURZEN 30-31 maart, 1 april 2005 Cannes Heavent -

flage, zoals Tachi het zelf noemt. Hij doet daarbij een beroep op een persoon in een regenjas. Als je voor hem gaat staan, kijk je als het ware dwars door hem heen. Auto’s, fietsers en voetgangers die anders verbor gen bleven achterzijn rug, zieje nu gewoon passeren. Is het bovenUjfvan die persoon onzichtbaar? Niet helemaal. De waarheid achter het systeem buigt de illusie om in een desitlusie. Tachi maakt namelijk gewoon gebruik van een camera die de gebeurtenissen achter de regenjas registreert. Via een computersysteem projecteert hij die beel den vervolgens op de voorkant van de van retro-reflecterend materiaal voorziene regenjas. Zonder dat anderen het door hebben ergens aanwezig zijn, gaat dus niet. Evenalsjeverplaatsen.Toch heeftdevinding weldegeljk nut, steltlachi. Zoals voor chirurgen. Bij operaties nemen hun handen een deel van het zicht weg. Met Tachi’s toepassing kunnen ze de hele lichaamsstructuur zien. Ook voor piloten kan dit staaltje van virtual reality uitkomst bieden. Door bijvoorbeeld de vloer van hun cockpit zogezegd transparant te maken. Zo hebben ze een beter zicht op de afstand tot de landingsbaan. De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie Nasa is alvast geïnteresseerd. j-Ioewel Tachi zijn systeem nog verder wil verfijnen voor hij het in 2008 op de markt wil brengen, denkt hij alverder. Zo wil hij mensen ook de mogeljkheid geven om door muren te kijken. Daarvoor ontwikkelt de Japanner een retro-reflecterende technologie die, toegepast op een geverfde muur, de buitenwereld toont. ‘Ze[fs als er geen raam in de kamer is, kunnen we toch het landschap buiten zien”, aldus Tachi.

6-9 april 2005 Frankfurt Protight ± Sound 2005 -

10-14 april 2005 New York Lightfair Intern ationat -

13-18 april 2005 Maitand Eurotuce -

24-26 april 2005 Dubai Patme -

21-24 mei 2005 München Showtight 2005 -

1-3juni 2005 Bertijn Showtech -

16-19 november 2005 Brusset ACF -

29-30 november 2005 Parijs JTSE -

16-l8januari 2006 Rotterdam Vakbeurs Theatertechniek -

fluvicom verhuur verkoop service van alle audïovisueel materïaal -

-

(De Morgen, 22juni 2004)

) PROSCENIUM: VARiA

Auvicom nv tech@auvicom.he Alsembergsesteenweg 61 8-620 1653 Dworp-Beerset tel: +32 2 380 10 44 fax: +32 2 380 70 89 www.auvicom. be


CURSUS LICHT 2005 “Omgaan met Licht”

BASTI-NIEUWS

Programma 20 mei 2005: Geschiedenis van de be[ichting Gordon Craig en Adotph Appia Lichtcomputers 24 mei 2005: Visuete waarneming en k[euren Bewegend ticht 27 mei 2005: Nieuwe tichtbronnen Vermogensturing Tijdstip: 20, 24 en 27 mei 2005 tetkens van 10.00 tot 13.00 uur en van 14.00 tot 17.00 uur. Ptaats: Arenbergschouwburg, Antwerpen Maximum aanta[ dee[nemers: 15 Prijs (exct. middagmaat): BASU-teden: 100 euro per dag, 270 euro voor het tota[e programma Niet-teden: 110 euro per dag, 300 euro voor het totate programma Inschrijvingen: BASTF-secretariaat v66r 6 mei 2005 -

-

BASU-CONTACEDAG op 6juni 2005 in zaa Roma lurn houtsebaan, 286 B-2140 Borgerhout, Antwerpen

-

-

-

Thema: Lichtontwerp, wit product? Programma: 9.45 uur Ontvangst, koffie 10.15 uur Verwe[koming en presentatie dagprogramma 10.30 uur Panetgesprek met vogende onderwerpen: 1. lichtontwerp, kunst of techniek? 2. taakomschrijving hoe word ik Uchtontwerper? zijn er op’eidingen en vervotmakingcursussen in het ontwerpen? horen projectie en video ook bij de taakomschrijving van de [ichtontwerper? 3. tichtp[an ats communicatiemidde[ met regisseur, acteur, scenograaf, technicus,... 4. kwa[iteitsbewaking op reisvoorste[[ingen 12.30 uur Lunch 14.00 uur Rondgang gebouw Demonstraties en infosessies van bedrijven over theaterbetichting 17.00 uur One for the road Inschrijven: Op hetsecretariaatvan BASU vzwvbbr6 mei 2005 BA5U-teden: 30 euro, met [unch 15 euro, zonder tunch Niet-teden: 40 euro, met tunch 25 euro, zonder [unch Studenten: 20 euro, met [unch 10 euro, zonder [unch ...

-

-

-

-

(de directie) verpUcht een preventiebeteid te voeren en heeft ze zodoende verp[ichtingen, bevoegdheden en verantwoorde[ijkheden. Wetke deze zijn en hoe ze kunnen uitgeoefend worden, komen aan bod in deze op[eiding; Preventiebeteid Werken met derden Risicobeheer Omgaan met ongewenste gebeurtenissen Communicatie rond veiligheid Data: woensdag 11 mei (dee[ 1) 8 woensdag 25 mei (dee[ 2) Uur: 9u30 17u00 Ptaats: Kaaitheater Forum Sainctetettesquare 19, 1000 Brusse[ Prijs: 190 euro (ov) Op[eidingscheques worden aanvaard. -

-

-

-

-

-

‘Praktisch risicobeheer’ In deze praktisch aangepakte opleiding ligt het accent vooral op het zien en interpreteren van mogelijke risico’s eigen aan de specifieke taken en activiteiten van veiligheids- en preventiead viseurs en het uitwerken van preventieve maatregelen. Deze aanpak zal er voor zorgen dat er “haalbare preventieve maatregelen voorgesteld worden waardoor de kans op succes bij implemen tatie toeneemt; “

VEILIGHEID IN DE CULTURELE EN PODIUMKUNSTENSEC[OR Het Sociaat Fonds voor de Podiumkunsten van de V[aamse Gemeenschap (SEP) heeft in kader van het sectorconvenant, dat tussen de Socia[e Partners van PC 304 en de V[aamse Regering afgestoten werd, het initiatief genomen om in samenwerking met het Kunstentoket, VVC en Syntra een opteidingstraject “Vei[igheid in de Cu[turete en Podiumkunstensector” te organiseren. De door Syntra voorbereide op[eidin gsmodu[es werden door ‘Veitigheids’-experten (waaronder Bastt) uit de sector getoetst en aan onze sector aangepast. Dit op[eidingstraject kadert in een [ange termijn visie om de vei[igheid in deze sector te verhogen. Het VDP-project “Podiumkunsten & Ontwikketing” gaf aan dat er enerzijds nood is aan sensibitisatie en opteiding van directies, (podium)technici en medewerkers én anderzijds b[ijkt het moeitijk om betrouwbare en op de sector toegepaste/ toepasbare informatie te vinden.

Waarom vei[igheid Wat is een risico vertrekkende vanuit ongeva[ [en en bijna ongeva[[en De risicoanatyse vertrekkende vanuit taken en activiteiten Cases

-

-

-

-

Data: donderdag 2 juni (deet 1) & donderdag 16 juni (deet 2) Uur: 9u30 17u00 Plaats: nader te bepa[en Pnjs: 190 euro (ov) Opteidingscheques worden aanvaard. —

He bedrag overschrijven op rekening nr. 4025525161-38 van BASU vzw met vermetding cortactdg Roma Na nei OQ5 kunr rgergeanr

Het votgende stappenptan zat gevotgd worden: ( a) Sensibitiseren en Ondersteunen van de organisatie en haar medewerkers, (b) Op[eiding en Jobondersteuning, (c) Contact met Externe Diensten voor Preventie en Bescherming en (d) het oprichten van een ‘Contactpunt’ Veitigheid. Op korte termijn worden 2 opLeidingsmoduLes aangeboden:

-

ModuLes die nog volgen: Basisopleiding Veiligheid Evacuatie

&

Brand

en

Meer informatie over dit opteidingstraject via www.padiumkunsten. be.

‘VerantwoordeLijkheden van de hiërarchische lijn’ In a[te ondernemingen is de hiërarchische tijn

PROSCENIUM: BASTT NIEUWS 37


,

1

p :i

J

m o n t a g e 1 1 ft e n nacelles

1


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.