UITGAVE
VAN
KRING
'VRIENDEN
VAN
's-HERTOGENBOSCH'
JAARGANG
23
-
NUMMER
3
-
JUNI
1997
krln9.-..nleuw1 VAN DE BESTUURSTAFEL VAN DE BESTUURSTAFEL: extra ledenvergadering (1J " Op de koffie bij de Kring (2) Fietstocht naar Liempde (2J Excursie naar Groningen (21 De 'R' komt van zelf weer in de maand {3)
AGENDAol VAN DE REDACTIE: Conditie beiaarden beneden maat (3) Klein geschut veel lawaai ($) Jeroen Bosch Centrum (6J Redactioneel verslag ledenvergadering (6) Schelmen, schurken en schobbejakken m Opening museumweekend (7) Start bezoekersseizoen (BJ Lezing vestingwerken {101
VAN DE WERKGROEPEN: 25 jarig bestaan (11) Wieweet(lll Bossche verhalen, liedjes en anekdotes (11) Wooncultuur 1650/1850 (12} Restauratie vestingwerken (13)
BOSSCHE HISTORIE: Bossche bruggen (14) Vier kanonnen in het stadhuis (16) Een Bossche schilderijencollectie (19) Maten en gewichten (14)
ANDER NIEUWS: Excursie torengidsen (23)
STICHTING GASTHEERSCHAP (24l KN - JUNI 1997
Uitnodiging extra Ledenvergadering maandag 30 juni, aanvang 20.00 uur EUROHOTEL, Hinthamerstraat De agenda van de jaarvergadering op 6 mei jl kon niet geheel worden afgewerkt. Met name naar aanleiding van het financiëel verslag over 1996 werden vragen gesteld die niet terstond en ter plekke konden worden beantwoord. Vragen die nog na eind april door het lid de heer J. van Uden schriftelijk werden gesteld; zorgvuldige beantwoording vergt tijd terwijl ook de vergadering in staat moet zijn kennis te nemen van de inhoud van de vragen en van de beantwoording. Bovendien bleek ter vergadering dat er behoefte bestond aan verantwoording van het door het bestuur in meer algemene zin gevoerde beleid. Besloten werd tot een (extra) ledenvergadering nogvoor de grote vakantie. Met betrekking tot de meer specifiek financiële vragen zullen deze met de antwoorden van het bestuur ook ter kennis worden gebracht van de kascomm1ss1e. De overige vragen zullen ter vergadering worden beantwoord. De betreffende stukken (gestelde schriftelijke vragen en antwoorden) liggen vooraf, vanaf 23 juni, in het Kringhuis ter inzage. Op woensdag 25 juni is er van 19.00 uur tot 2i.oo uur gelegenheid mondeling nadere toelichting te krijgen van het bestuur, en kascommissie.
AGENDA
Iedere woensdag: Op de koffie bij de Kring, 10.3ouur 14-06 Schutterij 11 .00 Citadel 15-06 FietstochtLiempde 10.30 Kringhuis
De agenda voor de ledenvergadering van3ojuni 1997 luidtals volgt: 1. opening, mededelingen, ingekomen stukken. 2. jaarrekening 1996: naar aanleiding van gestelde vragen en antwoorden bestuur; evt. commentaar kascommissie. 3. jaarverslag 1996: zie vorig nummer Kring-Nieuws. De verslagen van de werkgroepen en de beide stichtingen liggen in het Kringhuis ter inzage. 4. verkiezing plv lid kascommissie: kandidaten bij voorkeur graag voor 25 juni 1997 aanmelden bij de secretaris S. Swarts. 5. rondvraag, sluiting. In de vergadering van 6 mei jl werd door de kascommissie verslag uitgebracht van haar bevindingen. Op aanbeveling van de kascommissie werd tot décharge van de penningmeester besloten. De vergadering koos het bestuurslid de heer P. v.d. Heuvel opnieuw voor drie jaar totlid van het bestuur. De heer P. van Spaandonk werd gekozen tot lid van de kascommissie als opvolger van de heer J. van de Voren, wiens termijn was beëindigd. S.Swarts, secretaris
30-06 Extra Ledenvergadering
20.00 uur Euro hotel 12-07 Schutterij 1i.00 Citadel 30-08/ Excursie Groningen 31-08 informatie volgt
VAN DE BESTUURSTAFEL
Op de koffie bij de Kring
Ter plaatse worden we getrakteerd op koffie met een Liempdse lekkernij.
Iedere woensdagmorgen is het vanaf halfelf(tot ongeveer twaalfuur) koffietijd bij de Kring. De afgelopen tijd hebben we iedere keer bezoekers gehad. In totaal ruim dertig personen, vogels van diverse pluimage, erg leuk. Een stadsgids zag twee dames uit het station komen die zoekend rondkeken. Hij verwees ze naar ons Kringhuis voor informatie en naar de koffie. Kopers in de winkel werden door de daar aanwezige dames naar beneden, naar de koffie, verwezen. Vrij~ willigers die post komen ophalen strijken even neer voor een bakje koffie en wat buurten. U begrijpt dus datde koffie er is voor iedereen, dus ook voor u en degenen die bij u zijn, lid ofgeen lid, maaktnietuit. Wij verwachten u! Visstraat tussen Den Otter en de theeshop. Elly Strang en Kok de Bekker
.à.
Fietstocht naar Liempde Op zondag, 15 juni a.s. gaat onze fietstocht naar Liempde. Via een natuurrijke route gaan we naar het (klein maar fijn) museum 'De Klöskes', waar allerlei attributen uit Liempde en omgeving uitlang en kort vervlogen tijden zijn tentoongesteld. We worden daar rondgeleid door enkele zeer enthousiaste vrijwilligers. Het is de bedoeling dat we daar om ongeveer 13 .oo uur arriveren. Van 14.00 tot 16.00 uur gaan we vervolgens naar de Beugelbaan aan de Oude Dijk 19 aldaar. Degenen die de Beugelsport niet kennen, maar ook alle andere geïnteresseerden, krijgen ter plaatse tekst en uitleg van enkele vrijwilligers die ons ook bij het beugelen begeleiden. Uit ervaring kan ik vast verklappen dat beugelen een sport is waar je geen andere attributen bij nodig hebt dan je eigen handen en een paar ballen, waarmee je op een bepaalde manier op de baan moet manoeuvreren on1 met je team een zo hoog mogelijke score te behalen. Wat je daarvoor terugkrijgt is enorm veel plezier met z'n allen!
Nadat we ongeveer twee uur lekker ontspannen bezig zijn geweest gaan we vanaf 16.00 uur weer op huis aan. Mooi weer kunnen we niet garanderen, maar nà 15 juni zijn we zeker enkele ervaringen rijker: een mooie landelijke fietstocht, meer kennis over heden en verleden van Liempde en omgeving, beugelen, maar zeker ook de ervaring van waartoe vrijwilligers, in dit geval in Liempde, met vereende krachten en al jarenlang met veel liefde, in staat zijn! Het maximale aantal deelnemers voor deze fietstocht is 40! !! Daarom verzoeken wij u vriendelijk om zich vooraf aan te melden bij het Kringhuis, Visstraat 42b, 5211 DN 's-Hertogenbosch, telefoon (073) 613 5098. Verzamelen: op 15juniom 10.3ouur bij het Kringhuis. U kunt daar alvast een kop koffie drinken en tevens het bedrag vanf 15,- per persoon betalen; dit bedrag is inclusief museum, beugelen, koffie mèt in Liempde en de fietsroute. Wij raden uaan(omdatweal bijtijds vertrekken) om voor onderweg een lunchpakketje mee te nemen. Vertrek' s-Hertogenbosch: 11.00UUr Aankomst Liempde: 13.oouur Vertrek Liempde: ±16.15uur Aankomst 's-Hertogenbosch: ±18.oouur. Graag tot zondag 15 juni a.s.! Elly Strang-Overmeijer
Excursie 30 en 31augustus1997 naar Groningen. Wij (Kok de Bekker-Dupont, Stan Swarts en Elly Strang-Overmeijer) zijn ons volop aan het oriënteren op de excursie in het weekend van 30 en 31 augustus aanstaande. Zoals wij in het vorige Kring-Nieuws al aankondigden zal de reis deze keer naar Groningen gaan. Inmiddels hebben we al behoorlijk wat informatie over de mogelijkheden.
Zoals het er nu naar uitziet zouden wij gebruik willen gaan maken van een cultureel weekend arrangement in het..., kader van de grootse manifestatie ) GoudenEeuwinGroningen'. Deze manifestatie is een samenwerkingsverband van het Groninger Museum, De Groningse Borgen Stichting, het Nationale Rijtuigmuseum en de Stichting Oude Groninger Kerken. Vele exposities en talrijke activiteiten maken deel uit van deze zomermanifestatie 1997. Dit cultureel weekend arrangement ten bedrage van ±f 250.-houdtin: - drie-gangen diner - hotelovernachting + welkomstverrassmg - toegangskaarten rondvaart door de grachten - entreekaarten Holland Casino Gronmgen. We bekijken nog de mogelijkheid van een stadswandeling. Ook zijn we nog bezig met de overweging om te kiezen voor vervoer naar Groningen per trein ofper bus. Om enig inzicht te krijgen in het te verwachten aantal deelnemers zouden wij het erg op prijs stellen als degenen, die in deze excursie zijn geïnteresseerd, zich nu alvast zouden willen aanmelden bij het Kringhuis; adres: Visstraat 42b, 5211 DN 's-Hertogenbosch, telefoon(o73)613 5098. In de eerstvolgende editie van het Kring-Nieuws zult u de laatste nieuwtjes met betrekking tot deze excursie aantreffen! KN - JUNI 1997
2
VAN DE BESTUURSTAFEL • VAN DE REDACTIE
Wij hopen uiteraard op een grote belangstelling! Elly Strang-Overmeijer
De 'R' komt vanzelf weer in de maand. Over de cursus Boschlogie. Weinig steden in Nederland zijn zozeer onderwerp van beschrijving als 's-Hertogenbosch. Het historisch besef over de stad is nog steeds groeiende. Dat blijkt bijvoorbeeld ook uit de cursus Boschlogie. Op je vrije zaterdagmorgen 'leren', dan moet er toch iets aan de hand zijn? Met die cursus of de Bosschenaren of..? Met alles eigenlijk wel, leest u maar. Het kan niet anders of de Bosschenaar moet wel als chauvinistisch bekend staan. Elk jaar verschijnen er wel weer een een aantal belangrijke en minder belangrijke publikaties over de stad. Onlangs was de beurtaan een integrale geschiedenis over de stad vanaf 1629.
Boekhandel Heinen ziet er nog steeds brood in. Dan zullen die boeken dus ook wel aan de man of vrouw komen. Die Bosschenaar moet toch wel een bijzondere belangstelling voor zijn stad hebben. Neem nou die cursus Boschlogie. Inmiddels lopen er zo'n zeshonderd Boschlogen in deze stad rond. Dat is het grootste aantal van heel Nederland. Er zijn nog steeds mensen die lid zijn van' de Kring' zonder de cursus Boschlogie gevolgd te hebben. Daar moet dus snel verandering in komen. Wat je leert in die cursus? Van alles en nog wat over de oude hertogstad en haar geschiedenis. Denk daarbij aan de St.-Jan, het stadhuis, de industrie, het garnizoen, de architectuur, waarom het Bossche Broek behouden bleef, enz, enz. Een keur aan onderwerpen dus. Om precies te zijn, veertien.
Prominenten De cursus Boschlogie is een doorslaandsucces. Dat blijkt onder meer uit de wijze waarop de uitreiking van de getuigschriften plaatsvindt. Elke keer is er wel weer een prominente Bosschenaar ofBrabander bereid om de getuigschriften uit te reiken. De wethouders doen het graag. Met de professoren en andere hooggeleerden is het al niet anders. Zo'n uitreiking is een echt feest. Dat wil je toch niet missen? Dat hoeft ook niet als je je inschrijft voor de cursus Boschlogie. Als de 'R' in de maand is begint de cursus weer. En die 'R' is er weer in september. Voorf 150,- word je een stuk wijzer. Bij het Kringhuis kun je jezelf inschrijven. Doen dus. Écht wel!!!
Frans van Gaal
In en op verrassende locaties. Zo bezoekt u de 'oude' sigarenfabriek van 'Goullemie' (nu Willem II) aan de Boschdijkstraat. Een aantal lessen vinden plaats in het prachtige complex van het Koning Willem I College aan de Vlijmenseweg.
VAN DE REDACTIE 'Conditie beiaarden in de stad beneden de maat' Achtste Bossche Beiaardweek officieel geopend
Beiaardbabbeltje
Nostalgisch wordt soms nog teruggedacht aan de zomeravond bespelingen van de Bossche beiaards in de jaren zestig. Concerten die destijds bij veel mensen in de smaak vielen. Om het luisteren comfortabeler te maken werden op de Parade banken en stoelen geplaatst. Daar kon het publiek rustig genieten van de beiaardklanken. Hoe anders is de situatie nu. Het is moeilijk grotere aantallen mensen naar de stad te trekken voor een beiaardconcert. Alleen de echte liefhebbers komen er nog op af Het grote publiek laat het bij concerten helaas afweten. Zij genieten wel van de beiaardklanken wanneer ze toevallig toch in de stad zijn. De beiaard wordt meer en meer beschouwd als onderdeel van het totale stadsbeeld. Tot deze conclusie is ook het bestuur van de' s-Hertogenbossche Beiaard Stichting gekomen.
De opening van de Beiaardweek vond op dinsdag 6 mei plaats in de sfeervolle Oranjegalerij van het stadhuis, precies onder de stads beiaard. Ruim twintig aanwezigen luisterden achtereenvolgens naar een openingswoord door Jan van der Vaart, de penningmeester van de 's-Hertogenbossche Beiaard Stichting, wethouder Rottier, twee lezingen over heden en verleden van de beiaard door oud-stadsbeiaardier Sjefvan Balkom en Bert Augustus van de Koninklijke Eijsbouts klokkengieterijen in Asten en een kort concert door stadsbeiaardier Joost van Balkom. Sjef van Balkom voerde zijn gehoor tijdens zijn 'beiaardbabbeltje' in sneltreinvaart door de geschiedenis van de beiaard. Een geschiedenis die eigenlijk rond 1496 aanving in Oudenaerde. Drie signaalklokjes vormden daar de voorslag van de uurklok en tegelijkertijd het voorzichtige begin van het eerste klokkenspel. Met behulp van touwen werd een ritmisch spel van klanken geproduceerd. Van het spelen van composities met behulp van een speeltafel was nog geen sprake. Dat was ook bijna onmogelijk doordat de kennis om klokken zuiver te gieten en te stemmen nog ontbrak.
Daarom werd de achtste beiaardweek verplaatst naar een tijdstip waarop traditioneel al veel mensen van heinde en verre naar de stad toe trekken. Welke maand kon daarvoor beter worden gekozen dan de meimaand en dan speciaal de week van Hemelvaart.
KN - JUNI 1997
3
VAN DE REDACTIE • RECTIFICATIE
In 's-Hertogenbosch waren in die tijd vanzelfSprekend meerdere klokken te vinden. Ze hingen in de toren van het middeleeuwse stadhuis, de westtoren van de St.-Jan en de St.-Jacobskapel. Het betrof vaak klokken van Bossche origine. DeoudstewasdegroteMaria uurklokvan Willem van Vechel uit 1372 in het stadhuis. Een klok die nog steeds dienst doet en volgens Van Balkom inmiddels ruim 35.600.000 keer heeft geslagen. Ook in de toren van de St.-Jan hingen oorspronkelijk klokken van Bossche klokkengieters zoals Willem van Vechel en Go bel Moer van Keulen en zijn zonen. Er was zelfs sprake van een klokkenspel van 18 klokken als voorslag van de grote uurklok. De enorme brand van 1584 betekende echter voor de meeste klokken het einde. Gedurende het tweede en derde kwart van de zeventiende eeuw werd daarna in de toren een nieuw klokkenspel geïnstalleerd, compleet met speeltrommel en klavier. Het uurwerk en de trommel werden geleverd door de befaamde Juriaan van Spraeckel, de klokken zouden onder meer worden gegoten door de nog beroemdere gebroeders Hemony. Deze personen hadden enkele jaren eerder ook al het klokkenspel voor de stadhuistoren geleverd en geïnstalleerd. Het bijzondere van de Hemony-klokken was hun toonzuiverheid. De gebroeders Hemony hadden een procédé ontwikkeld waardoor ze met behulp van een draaibank de toon van een klok na het gieten konden bijstellen. De kennis van de gebroeders Hemony raakte geleidelijk in de vergetelheid. De kunst om zuivere klokken te gieten verdween en werd pas in de negentiende eeuw weer opgepakt in Groot-Brittannië. Ook de toestand van de aanwezige beiaards werd almaar slechter.
Eijsbouts aan de top. Bert Augustus, campanoloog bij de Koninklijke Eijsbouts klokkengieterijen in Asten, begon zijn verhaal in 1924. Toen werd namelijk besloten een nieuwe carillon voor deSt.-Jan te laten gieten bij de beroemde Engelse firma Gillet& Johnston uit Croydon. De firma Eijsbouts kreeg tot taak het geheel in te richten. Daarbij werd, mede op aandrang van de Mechelse stadsbeiaardier JefDenijn, voor de aansturing van de hamers gebruik gemaakt van het toen nog vrij nieuwe tuimelaarsysteem. Het eindresultaat mocht er wezen. Iedereen was enthousiast over de muzikale kwaliteiten van het volgens moderne richtlijnen ontworpen instrument. Bij Eijsbouts heeft men sinds 1924 echter ook niet stilgezeten. Het bedrijfmaakte naam in beiaardland, zowel nationaal als internationaal. Er is bijvoorbeeld gezocht naar een betere versie van het tuimelaarsysteem. En met succes, want het zogenaamde roltuimelaarsysteem werd ontwikkeld.
Daarmee kunnen de klokken nog beter en gevoeliger worden bespeeld. Het resultaat van dit ontwikkelingswerk is vanaf medio mei in Amersfoort te horen, wanneer daar de nieuwe beiaard in gebruik wordt genomen. Nederlandse klokkengieters staan duidelijk weer aan de top.
Variaties op 'Onze Lieve Vrouwe van Den Bosch'. Rond half negen opende wethouder Rottier officieel de achtste Bossche Beiaardweek. Met behulp van één van demoderne draadloze communicatiemiddelen nodigde de wethouder stadsbeiaardier Joost van Balkum uit een kort concert ten gehore te brengen. Variaties op 'Onze Lieve Vrouwe van Den Bosch'. Een compositie van zijn grootvader Toon van Balkom. IJle klanken daalden vanuit de stadhuistoren neer over een natte stad en dwarrelden via het openstaande raam de Oranjegalerij van het stadhuis binnen.
Redt de Bossche beiaarden. Eén thema liep bijna als een rode draad door alle toespraken en lezingen heen. Dat is de slechte conditie van de bei.-l ) ~ Bossche beiaarden. Onderzoek heeft aangetoond dat gr'L. investeringen nodig zijn om de geconstateerde tekortkomingen weg te werken. Corrosie en slecht onderhoud hebben hun sporen nagelaten, vooral in de St.-Jan. Voorzichtige schattingen spreken van een ton voor het Stadhuis en zeker drie ton voor de St.-Jan. Algemeen is inmiddels het besef doorgedrongen dat het bijna vijfvoor twaalfis. Het gemeentebestuur onderzoekt de mogelijkheden voor de renovatie. Hoogstwaarschijnlijk zullen de financiële middelen van de gemeente tekortschieten. Particulier initiatief moet uitkomst bieden. Het is te hopen dat de 's-Hertogenbossche Beiaard Stichting samen met andere partijen erin zal slagen burgers en bedrijven te enthousiasmeren om gul bij te dragen aan de reddingsactie. Op 14augustus 1999 isheq5jaargeledendat beiaardier Jef Denijndevernieuwde beiaard vandeSt.-Jan ingebruiknam. Is er een mooier verjaardagsgeschenk denkbaar dan uitvoering van die hoognodige renovatie? Dan kan iedereen, l- · wust of onbewust, weer genieten van de voor Nederla•. ~ . unieke klanken van een uniek instrument. Wanneer bij de herinrichting van de autovrije parade (die toch ook rond het begin van de volgende eeuw haar beslag moet krijgen) gedacht wordt aan voldoende zitgelegenheden is de droom co mp leet. Geheel in de sfeer van de vroegere zomeravondbespelingen kunnen bezoekers dan weer zittend genieten van de hemelse beiaardklanken. Jan Korsten
RECTIFICATIE Van een oplettende lezer kreeg ik de juiste naam van de dansschool die in het verhaal van de 'Liederentafel' in het Kring-Nieuws van maart 1997 op bladzijde 18 werd beschreven. De gedeelte van de zin 'ik meen dansschool van der Aa' moet men vervangen door' dansschool Traa'.
Voor deze reactie hartelijke dank. Doorreacties van uw kant worden de verhalen alleen maar volledig.
Jo Hendriks KN - JUNI 1997
4
VAN DE REDACTIE
Klein geschut, veel lawaai Op 12 april 1997 gaf'De halve kompagnie artillerie der dienstdoende Schutterij van 's-Hertogenbosch' voor de eerste keer dit jaar acte de présence op de Citadel. Terwijl de luitenant de toeschouwers enige uitleg gaf over wat hen te wachten stond, kwamen de recruten onder begeleiding van tromgeroffel aan gemarcheerd. Wij waren getuige van een recrutentraining voor het afschieten van een kanon. Tijdens de training wordt de recruten preciers gezegd wat ze doen moeten. Ter controle moet het bevel door de recruten herhaald worden en dan naar de letter uitgevoerd worden. Voordat een kanon afgevuurd kan worden moet er nogal wat gedaan worden. Het is (bijna) niet mogelijk een kanon door één persoon te laten controleren, te laden en afte vuren. De minimale bezetting voor een batterij is drie personen. Ofmen had weinig kruit gebruikt ofmijn oren waren op het moment van vuren niet goed want de oorverdovende klap bleefuit. Voorgaande jaren kwam na de demonstratie van het kanon met het lont, het kanon met het slaghoedje aan de beurt. Dit keer had de Schutterij iets 'nieuws' voor ons in petto, een demonstratie met een vuursteengeweer. Eerst werd er een uitleg over het geweer en zijn werking gegeven. Daarna waren we getuige van een recrutentraining laden geweer. Dit verliep op dezelfde nauwgezette wijze als de training bij het kanon. Bij het zien van dit kleine geschut verwachtte ik een kleine klap. Nu met die verwachting kwam ik bedrogen uit. Dit geweer produceerde heel wat meer decibellen dan zijn grote broer een paar minuten eerder.
Het is en blijfi: steeds weer een boeiend en leerzaam stukje levende histone. Indien u het ook eens mee wilt maken kan dat elke tweede zaterdag van de maanden juni tot en met oktober.
Ati Linders Joto'sAri Grufers -aanmarmcmtm -ltlÎtmant -gerwfmakm kanon -yrmntmngewar -gerwfmakmgewm
Kopij voor het eerstvolgende Kring-Nieuws dient uiterlijk vrijdag 27 juni 1997 te worden ingeleverd bij Secretariaat Kring-Nieuws Postbus 1162, 5200 BE 's-Hertogenbosch of bezorgen in het Kringhuis KN - JUNI 1997
5
VAN DE REDACTIE
Jeroen Bosch Centrum Na de ledenvergadering van 6 mei j .1. verlieten een aantal leden de lokaliteit, maar door toename van het aantal geïnteresseerde bezoekers mocht mevrouw Judith Mestriner voor vijftig aanwezigen haar lezing houden. De, in Tilburg afgestudeerde, architecte beschreef haar afstudeerproj eet met verve. Diverse bezoekers moesten even wennen aan het utopische ontwerp dat zij naast het Zwanenbroedershuis had gedacht. Diverse oud-vrijwilligers van de vroegere permanente expositie "Jeroen op ware grootte" konden oren noch ogen geloven van datgene wat hen werd voorgeschoteld. Zij hadden immers vele dagdelen besteed aan het toezicht houden op de "fotoreportage" boven in de nok van "De Moriaan", waarbij de belangstelling over het algemeen tegen viel. Alleen tijdens bijzondere dagen, zoals de Open Monumentendagen, was het bezoek aan de tentoonstelling bevredigend. Mevrouw Mestriner heeft als ideaal dat men het centrum zonder inzicht
binnen gaat en het, rijk voorzien van inzicht, weer verlaat. Zij beweerde ook dat er weinig over Jeroen Bosch is geschreven maar dat hij wel veelvuldig in de annalen van het Zwanenbroedersgilde voor komt. We laten deze woorden voor haar verantwoordelijkheid. Zij hoopt ook op meeropenheid over de geschiedenis van dit gilde en verbindt zelfs haar geesteskind zowel letterlijk als figuurlijk met het gildehuis. Zij ziet het centrum op de plaats van twee panden oostelijk van hetZwanenbroedershuis, met een lange entree vanaf de Hinthamerstraat tot aan de brug achter het huis over de Binnendieze. Zij borduurt verder op de structuur van het Middeleeuws Bosch woonhuis waarin ook ruimte is voor documentatie door middel van alle moderne mogelijkheden. Zij plant daarin tevens afbeeldingen van alle schilderijen op ware grootte, maar ook een soort van Prentenkabinet. Zij heeft een massief blok in gedachten met voorin diverse zalen en achterin het personeelsgedeelte dat
vanaf de Louwse Poort bereikbaar is. Tussen de beide gebouwen zit een zeer open entree met een soort van voorhof en een ontvangstruimte. In de onderbreking van de gevelrij aan de Hinthamerstraat ziet zij geen probleem. Vermoedelijk zal hier verschillend over gedacht worden. Wat men van het geheel ook mag denken, het is vooral belangrijk dat er toch weer gedacht wordt aan de mogelijkheid om belangstelling te trekken voor Jeroen Bosch in 's-Hertogenbosch. Wellicht slaagt zij er in om alle geestverwanten op dit gebied te verzamelen en gezamelijk te werken aan een toekomst met onze grote schilder als middelpunt. Harry Blanken
Redactioneel verslag ledenvergadering Op dinsdag 6 mei werd in Theater Bis aan de Triniteitstraat de Algemene Ledenvergadering gehouden. Om 19.30 uur opende voorzitter Kurvers de vergadering met een welkom aan een veertigtal aanwezigen. De mededelingen, de ingekomen stukken en het verslag van de vorige vergadering passerden razendsnel de revue. De jaarrekening 1996 kostte meer moeite. Het blijkt dat de oud-penningmeester nog in correspondentie is met het bestuur. De heer J. van Uden vraagt om behandeling van zijn correspondentie tijdens deze vergadering. De voorzitter wijst op de geplande lezing in het tweede deel van de avond en vermeldt dat de behandeling van de discussiepunten na de vergadering zal moeten plaats vinden. Hierna stelt hij penningmeester Van der Heyden in de gelegenheid zijn toelichting te geven. De heer P. Hellings geeft daarna een korte toelichting op de samenstelling van de kascontrolecommissie en leest
vervolgens het verslag van deze commissie voor en stelt voor de penningmeester decharge te verlenen. Oud-penningmeester Jack van Uden vraagt het woord en reageert op het verslag door het voorlezen van een brief met zijn bemerkingen. Er ontstaat een discussie over de afhandeling van dit agendapunt. Uit de vergadering komt de wens naar voren om behandeling per discussiepunt. Het blijkt om een tiental punten gaan die complex verweven zijn, met als toppunt een veelvoudige overschrijding van een onderdeel der vroeger goedgekeurde begroting. De voorzitter deelt mede geneigd te zijn omeenenanderalsmotievan wantrouwen te beschouwen. Tenslotte besluit men tot een nieuwe vergadering op een moment dat het probleem helder is, dit zal in ieder geval vóór de grote vakantie zijn. Vervolgens gaat men over tot decharge-verlening aan de penningmeester. Dit is mogelijk omdat het verslag van de kascontrolecommisie alléén de handelingen van de penningmeester
betreffen en het discussiepunt het beleid van het bestuur betreft. De resterende agendapunten worden aangepast behandeld. De heer van Spaandonk wordt gekozen tot lid van de kascontrolecommissie, de P. v.d. Heuvel wordt herkozen als stuurslid en de heer Hage wordt bij acclamatie gekozen tot lid van de Raad van Adviseurs. Punt 6 van de agenda en de aangehouden onderdelen van de overige agendapunten zullen in de volgende ledenvergadering worden behandeld. Om 20.15 uur komt een einde aan deze moeilijke vergadering, die dus over ongeveer 6 weken een belangrijk vervolg gaat krijgen. De leden zullen moeten beseffen dat het bezoek aan de volgende vergadering zeer belangrijk zal zijn. De stemming onder de aanwezigen voorspelt dat er beslissende stappen genomen moeten gaan worden.
hr)-·
Harry Blanken
KN - JUNI 1997
6
VAN DE REDACTIE
Schelmen, schurken en schobbejakken Als men wat nonchalant uit de stadsbus stapt, kan het je gemakkelijk overkomen een flink aantal verwensingen naar het hoofd geslingerd te krijgen van passerende fietsers of bromfietsbezitters. We krijgen er zo langzamerhand eelt van op onze ziel. We kijken niet meer op van het vocabulaire van die onbekenden die zich nergens voor schamen. Tijdens de lezing die Erik-Jan Broers op dinsdag 22 april in het CDA-gebouw in de Walpoort hield, bleek dat men daar vroeger meer moeite mee had. Hij citeerde vele gebeurtenissen welke beschreven zijn in zijn boek dat als onderwerp de processen bij de Staatse Raad van Brabant en Landen van Overmaze inde periode van 1586tot 1795 heeft. De belangstelling voor deze lezing was niet overweldigend, er waren slechts 15 leden aanwezig. De Kring is gewend aan grotere aantallen. Naar de oorzaak kan men slechts raden. In die tijd was de eer het belangrijkste goed dat men bezat en wanneer men iemand beschuldigingen of verdachtmakingen naar het hoofd wierp dan kon men er al gauw op rekenen dat men een proces werd aangedaan. Civiele processen stonden toen al op de tweede plaats in aantallen gerekend. De serie beledigingen welke tot processen leidden, hadden tot doel om iemand in een kwaad daglicht te zetten en bij de vrouwen was dit voornamelijk op zedelijk gebied. De aan-
stichter excuseerde zich vooral in Brabant met de verontschuldiging dat men onder duivelse invloed had verkeerd. Als eerlijke betering kon men gestraft worden met de opdracht om, in aanwezigheid van de beledigde, geknield te bidden, maar ook werd men wel letterlijk in het hemd gezet. Bij een geldelijke eis was dit meestal niet bedoeld voor de eiser maar daarvoor werd een goed doel aangewezen zoals bijvoorbeeld de armenzorg. De criminele strafzaken waren voornamelijk beledigingen van de hoge overheid. Ook beledigingen van de lagere overheid kwamen voor en die gingen meestal gepaard met handtastelijkheden. De soorten van verweer van de verdachten waren te verdelen in drie hoofdgroepen. De eerste was het beroep op dronkenschap en was wel de succesvolste. De tweede was "hij is begonnen" en de derde was dat het toegeschreeuwde verwijt op waarheid berustte. Dit laatste werd echter nooit gehonoreerd. Het onderwerp van deze avond was wel zo boeiend dat het leidde tot een tiental vragen waar de spreker uitvoerig op in ging. Men had duidelijk geen spijt dat men deze avond had bijgewoond, het dankwoord van bestuurslid Kok de Bekker werd dan ook onderstreept door een hartelijk applaus. Harry Blankert
Opening museumweekend 12 april 1997
Terwijl de Schutterij van 's-Hertogenboschzichopsteltop het bordes van het stadhuis, arriveert burgemeester Rombouts vanuit de Romangalerij in de grote hal om de geïnteresseerden, voor de opening van het Nationale Wandel-Museum-Weekend, welkom te heten. Hij ontpopte zich als een uitstekend gastheer door op een amusante wijze een gedeelte van het gebouw te laten zien waarvan hij vindt dat het eigenlijk
ook al een plaatselijk museum is. Hij neemt iedereen mee de Herentrap op om in de Oranjegalerij en de oude Raadszaal op diverse bezienswaardigheden te wijzen en neemt hen dan mee naar zijn eigen kamer waar hij zich kennelijk ook het meest thuis voelt. Hij geeft een uitvoerige uitleg van de daar hangende schitterende schilderijen. Hier beschrijft hij ook het belang van museumbezoek en zegt bijzonder gelukkig te zijn met een vereniging als de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch", dat zich enorm inzet voor de stad en zich actief opstelt om het Bossche erfgoed te bewaren. Uiteraard vergeet hij niet om de ook aanwezige heer H. Bergé een pluim op de hoed te steken, die op dit punt baanbrekend werk heeft verricht en nog steeds attent is op het behoud van het vele mooie dat voor het nageslacht behouden moet blijven. Hij laat daarna ook zijn ambtsketen zien, gemaakt door Marius de Leeuw, met de symbolische dierenfiguren op elke schakel. Het medaillon dat de keten volledig maakt, toont aan de voor-
zijde het wapen van de stad en aan de achterzij de het wapen van het land dat, zoals hij het uitdrukt, de drager bestempelt als de man van de stad en de hand van de regering. Vervolgens betreedt hij het bordes en krijgt het saluut van de Bossche Schutterij die zich model presenteren. Door het hijsen van de Nationale Museumvlag opent hij deze dag officiëel, dat wordt bekrachtigd door het geweervuur van de geüniformeerden. Hierna vertrok men onder leiding van een stadsgids naar één der musea. Velen zouden daarna hun voorbeeld volgen en dit weekend tot het succesvolste van de afgelopen jaren maken.
Harry Blankert
DeScliumrijymrntmtzidi 6ij cfe bUQJtmmm. (Foto H.Bfunkert).
KN - JUNI 1997
7
VAN DE REDACTIE
Start bezoekersseizoen 1997 Op zaterdag 26 april 1997 werd door de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch", Stichting Binnendieze en Stichting Gastheerschap wederom' een feestelijk tintje' gegeven aan de start van het bezoekersseizoen 1997路 Ook dit jaar was er weer genoeg te vieren. De dag bestond in feite uit een aaneenschakeling van verschillende plechtigheden, met elk hun eigen uitstraling. De dag begon om lO.oo uur met een speciaal vaartochtj e over een stukje van de Uilenburgstroom. Het tochtje bracht belangstellenden langs een bonte verzameling vogelhuisjes die sinds kort de wanden van de huizen aan de westkant van deze Dieze-arm opsieren. De kunstwerkjes zijn vervaardigd in het kader van een door de Bond van N ederlandse Architecten Kring 's-Hertogenbosch uitgeschreven prijsvraag. Er was een grote vari毛teit aan ontwerpen te zien in allerlei vormen, materialen en kleuren. Meer traditioneel ogende ontwerpen werden afgewisseld met heel bijzondere creaties. Het was heel aardig om te zien hoe creatief mensen om kunnen gaan met een alledaags thema als een vogelhuisje. De verzameling vogelhuisjes is nog tot het einde van het bezoekersseizoen te bezichtigen. Het is beslist de moeite waard om vanaf het water ofde Uilenburg eens een kijkje te gaan nemen. Omstreeks 14.00 uur werden de plechtigheden voortgezet in de Bossche Kelders. Daar werden de Kringleden en relaties op traditionele wijze ontvangen met een kopje koffie en een chocolade bol. Toen iedereen zich deze versnapering goed had laten smaken, werd de menigte door voorzitter Kurvers met een ratel gemaand zich op het pleintje voor het Kringhuis te verzamelen om deelgenoot te zijn van de afsluiting van de twee-jarige opleiding tot stadsgids. Namens de groep van vierentwintig cursisten die de opleiding met goed gevolg hadden afgesloten, voerde Guus Smits het woord. Hij gafblijk van het intens plezier waarmee de groep aan de cursus had deelgenomen. Hij dankte de vakkundige docenten, die de vele facet-
ten van de Bossche historie in hun onderlinge samenhang op goede wijze hadden onderwezen, en de mentoren, die als oude rotten in het vak de cursisten leerden hoe de theorie in praktijk te brengen. Als gebaar van waardering kwam Smits met een vertassing. De groep cursisten had besloten de borg voor studiemateriaal, die zij aan het begin van de cursus hadden moeten overmaken, niet terug te vragen. In plaats daarvan werd het bedrag van in totaal f i.200,- als cadeau aan Stichting Gastheerschap aangeboden. Volgens Smits zou het bedrag het beste besteed kunnen worden aan een toeristische kaart van' s-Hertogenbosch of aan een databank voor gidsen met historische informatie over's-Hertogenbosch. De uitreiking van de gidsencertificaten werd verzorgd door wethouder Schram. In haar woordje sprak zij haar bewondering uit voor het werk van de stadsgidsen. Het is een hele prestatie om de vele wetenswaardigheden over de Bossche historie in het hoofd op te slaan en deze kennis op interessante wijze aan de bezoekers van de stad over te brengen. Kennis die binnenkort aangevuld zal moeten worden met wetenswaardigheden over de talrijke nieuwe projecten die in de stad hun voltooiing naderen. De wethouder maakte van de gelegenheidgebruik om het belang van goed opgeleide stadsgidsen nog eens te onderstrepen. Zeker nu vrijwel alle activiteiten op toeristisch gebied aan de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch" toevallen, zijn nieuwe en goed opgeleide 'ambassadeurs van de stad' hard nodig. Met de felicitaties van het stadsbestuur en onder een warm applaus van de aanwezigen werden de gidsencertifi.caten en de speciale gidsenpenningen aan de vierentwintig kersverse stadsgidsen uitgereikt. Na een korte pauze met een hapje en een drankje werden tegen de klok van 15.00 uur de aanwezigen wederom door de ratel van de voorzitter tot stilte gemaand voor een tweetal plechtigheden. Als eerste werd door de heren Egeraat, directeur van de VVV 's-Hertogenbosch en de Meierij, en Kurvers, voorzitter van de Kring "Vrienden van
's-Hertogenbosch", het eerste product van de onderlinge samenwerking ten doop gehouden: een folder met groepsarrangementen voor een bezoek aan 's-Hertogenbosch, de Meierij en de rest van Noordoost-Brabant. In het kader van het sinds kort opgerichte 'bezoekersmanagement' werken beide organisaties samen om waar mogelijk gezamenlijk activiteiten te ontplooien op het terrein van toeristische activiteiten in stad en streek. Deze samenwerking werd door Egeraat en Kurvers als zeer waardevol ervaren. Het is dan ook de bedoeling dat deze samen werking in de nabije toekomst meer tastbare resultaten zal gaan opleveren. Daarna was het tijd voor de feeste,, ke opening van de Erfgoedwinkel 's-Hertogenbosch. De erfgoedwinkel in het Kringhuis is een initiatief van de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch" in samenwerking met de landelijke Vereniging Open Monumenten en de Stichting Promotie Nationaal Erfgoed. Het assortiment bestaat uit cultuur-historische geschenken uit stad en streek. De verhuizing van het Kringhuis, zo merkte Kurvers op, is mede ingegeven door het feit dat in het pand aan het Tweede Korenstraatje geen plaats was voor de verkoop van deze geschenken. De nieuwe locatie aan de Visstraat beantwoordt wel aan de eisen die de nieuwe functie van erfgoedwinkel met zich meebrengt. De hr-) Voorhoeve, voorzitter van de Stichn-../ Promotie Nationaal Erfgoed, onderstreepte deze laatste woorden. Hij feliciteerde de Kring met de prima geoutilleerde Erfgoed winkel. Kort ging Voorhoeve in op het fenomeen 'erfgoedwinkel'. Halverwege de 20e eeuw, zo stelde hij, was het in Nederland slecht gesteld met het historisch erfgoed. Het succes van de monumentenzorg in de vorige eeuw had de betrokkenen lui gemaakt. Veelal was geldgebrek het voornaamste struikelblok bij pogingen het verleden van stad en streek levend te houden. Om toch de nodige fondsen bijeen te kunnen brengen voor de cultivering voor het erfgoed werd de formule overgenomen, die al met succes in de natuurbescherming werd toegepast. De verkoop van KN - JUNI 1997
8
VAN DE REDACTIE
produkten uit de eigen stad en streek werd direct gekoppeld aan de zorg voor het lokaal erfgoed. En juist daar, zo benadrukte Voorhoeve, ligt het belang van de erfgoedwinkel: de opbrengsten uit de verkoop komen geheel ten goede aan. de inspanningen voor behoud en herstel van het lokaal erfgoed. Na deze woorden kreeg Voorhoeve een paar stelten aangereikt om op passende wijze de Erfgoedwinkel ' s-Hertogenbosch te openen. Het kostte hem de nodige moeite om de juiste positie op de stelten te vinden. Maar met behulp van een aantal omstanders lukte het Voorhoeve dan toch de winkel op de stelten binnen te gaan.
)
)
Tegen 16.oo uur was het moment aangebroken voor de laatste plechtigheid van de dag. Op dat moment vertrok vanuit het Kringhuis de in historische kledij gestoken leden van het Bossche Sint-Joris Gilde 'De Oude Schuts'. Onder begeleiding van de Stadspijpers van 's-Hertogenbosch werden vier wapenborden naar de St. -Jan gedragen. Op de borden staan de wapens van een viertal ridders die in 1481 aan het in 's-Hertogenbosch gehouden 14e kapittel van de Orde van het Gulden Vlies hebben deelgenomen. De borden maken deel uit van een collectie van in totaal 35 wapenborden die in 1481 in het koor van de St.-Jan werden aangebracht. Omstreeks 1798 werden deze borden verwijderd. Op verzoek van de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch" hebben de leden van Het Bossche Palet in het kader van "s-Hertogenbosch 800' de borden opnieuw geschilderd naar de oorspronkelijke wapenborden. De stoet werd met enige verbazing gadegeslagen door het winkelende publiek. Aangekomen bij deSt.-Jan verzameldedestoetzichinde luipoort. Daar hing aan de wand het met een doek bedekte wapenbord van keizer Maximiliaan van Habsburg, aartshertog van Oostenrijk. In de kerk werd door de historicus, de heer Kappelhof, een korte uiteenzetting gegeven over de gebeurtenissen in 1481 . Destijds, zo stelde hij, moet de optocht van de edelen voor de Bosschenaren een exotisch aandoend schouwspel
zijn geweest. Zoveel pracht en praal kregen de mensen niet iedere dag te zien. De stads bevolking moet zijn ogen hebben uitgekeken. Al is het niet met bronnen te staven, toch vermoedt Kappelhof dat de optocht van de edelen voor de Bosschenaren aanleiding was om ook zelffeest te vieren. De orde van het Gulden Vlies werd in 1430 door Filips de Goede gesticht. Aan de nieuwe ridderorde lag een politiek doel ten grondslag. Het rijk van Filips bestond namelijk uit een broos conglomeraat van vorstendommen zonder enige natuurlijke eenheid. De Bourgondische machtsconcentratie hing geheel aan de persoon van Filips de Goede. Het overlijden van de vorst zou het einde van het Bourgondische rijk kunnen betekenen. Daarom zocht Filips een manier om de plaatselijke vorsten te binden aan het Bourgondische vorstenhuis, later het Habsburgse huis. De nieuwe ridderorde stond uitsluitend open voor hoge edelen en staatsdienaren uit de Bourgondische machtsconcentratie. In ruil voor trouw aan het Bourgondische huis ontvingen de plaatselijke heren een aantal exclusieve voorrechten. Het politieke doel van de ridderorde werd verbonden aan een religieuze conceptie: de verering van Maria en het Lam Gods. Het 14e kapittel van de orde van het Gulden Vlies dat in 1481 te 's-Hertogenbosch werd gehouden moet volgens Kappelhof gezien worden als een poging de problemen binnen het Bourgondische of Habsburgse huis te verhullen. Na de dood van Karel de Stoute was er een crisis ontstaan. Ook de Franse koning Lodewijk XI maakte aanspraak op delen van de erfenis. Hij bezette het hertogdom BourgondiĂŤ en trok met zijn legers de Nederlanden binnen. Bovendien verbonden een aantal plaatselijke heren zich vrijwillig aan de Franse koning. Om deze crisis te bezweren riep Maximiliaan van Habsburg, echtgenoot van Karels dochter Maria van BourgondiĂŤ en derhalve het soevereine hoofd van de orde van het Gulden Vlies, de Vliesridders bijeen om hen opnieuw te binden aan het Bourgondische ofHabsburgse huis. Deze ge-
legenheid werd door de plaatselijke heren gebruikt om verregaande concessies af te dwingen. De leden van de ridderorde die naar de Franse zijde waren overgelopen, werden voor deze daad bestraft door hun wapenborden op de kop te hangen. Voor onze tijd een weinig indrukwekkende straf, maar, zo verzekerde Kappelhof de toehoorders, in een tijd waar eer en schaamte domineerden was het voorde betreffende heren een enorme belediging. Na deze historische schets verhaalde prof Coopmans, vice-voorzitter van het kerkbestuur, van de moeizame speurtocht naar een geschikte plek voor de wapenborden. Het koor, de oorspronkelijke plaats bleek geen haalbare kaart, omdat deze plek gereserveerd is voor de wapens van de bisschoppen. De wanden boden ook geen oplossing, omdat de lijsten van de wapenborden net iets te groot bleken te zijn. Om toch de herinnering aan de bijzondere bijeenkomst in 1481 levend te houden is uiteindelijk besloten het wapenbord van de belangrijkste Vliesridder, Maximiliaan van Habsburg, een plek te geven in de luipoort en de wapenborden van de andere vier een plaats te geven in de Bouwloods. Na de ondertekening van de bruikleenovereenkomst tussen het kerkbestuur en de Kring werd dep lechtigheid afgesloten met de onthulling van het wapenbord van keizer Maximiliaan van Habsburg. Onder bazuingeschal en tromgeroffel werd het doek weggetrokken en kwam het wapenbord in al zijn glorie tevoorschijn. Met de plaatsing van de andere vier wapenborden in de Bouwloods werd de feestelijke opening van het bezoekersseizoen 1997 afgesloten. AartBogers
KN - JUNI 1997
9
VAN DE REDACTIE
Lezing Vestingwerken Bosboom wezige vestingwerken in de stad en de naaste omgeving. Persoonlijk zag hij ook graag de stadsgracht bij het 'Vonk en Vlamterrein' weer terug komen. Via de jaartallen 1550 (voltooi誰ng omwalling), 1629 (inname door Frederik Hendrik), 1794 (inval Fransen) en 1874 (de invoering van de Vestingwet) beschreef hij de omwikkeling van de vestingwerken en haar vuurmonden. Door de beschrijving van het functioneren van de eerste wallen, via de stadsmuren, bastions, voorwerken en buitenwerken, schetste hij het beoogde resultaat der diverse verdedigende en/of aanvallende funties. Zelfs degenen die dachten veel van het onderwerp te weten, mochten hierdoor r. wel iets nieuws aan hun kennis toevoegen. Op 2.2. maart j .l. belegde de Kring voor Geschiedenis en Heemkunde de Boschboom een bijeenkomst die men in dubbel opzicht als een noviteit en een experiment beschouwde. Het was een bijeenkomst welke in de morgenuren plaats vond in een collegezaal van het Koning Willem I College en een lezing bevatte die werd besloten door een rondleiding over het terrein van de vroegere Willem !-Kazerne. Nieuw was ook dat de leden van onze Kring waren uitgenodigd. Vandaar dat u een verslag in uw eigen verenigingsblad aantreft. Bij de samenkomst rond 10.00 uur, in de koffiekamer van het College, hing er een bijzondere sfeer die wellicht mede werd veroorzaakt door de aanwezigheid van verschillende groepen cursisten van de diverse Boschlogie-opleidingen. Gezamenlijke interesse voor onze stad schept een band. Na de koffie met cake vertrok een ieder naar zijn of haar lokaliteit.
Lezing vestingwerken
Rondleiding Vervolgens hield de heer Jan van Ee een inleiding over de geschiedenis van het garnizoen in het algemeen en de Eerste Wereldoorlog in het bijzonder. Wat velen niet weten is bijvoorbeeld dat de inkwartieringswet nog steeds bestaat. Geleidelijk ging hij over tot de geschiedenis van het gebouw waarin we te gast waren. Tot slot werden de aanwezigen in twee groepen verdeeld en vergastten de heren Van Gaal en Van Ee hen op een leuke en instructieve wandeling. Voor de beschrijving van deze rondleiding wordt u verwezen naar het verslag van deze zelfde wandeling na de laatst gehouden jaarvergadering van de Kring, die is te vinden in het maartnummer van ons KringNieuws. Een oprechte dank aan de drie heren die deze mnrgenactiviteit verzorgden, is zeker op zijn plaats. Het tijd~ ) van de aanvangstijd is naar mijn mening voor herhaling vatbaar.
Harry Blanken
Deze werd verzorgd door de heer C.H.P. Gillhaus uit Vught, bestuurslid van de 'Stichting Menno van Coehoom'. Hij werd voorgesteld door voorzitter Frans van Gaal die tevens iedereen van harte welkom heette, speciaal de leden van de zustervereniging Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch". Hij was tevreden over het aantal belangstellenden. Met veertig aanwezigen was het zaaltje goed gevuld. Gezien er nogal wat 'dubbel-leden' aanwezig waren en/ of het niet vanafde gezichten afte lezen is van welke vereniging men lid is, was het niet mogelijk daarin een verdeling te maken, maar het voornaamste is uiteraard de gezamenlijke interesse. De heer Gillhaus begon met de aandacht te vestigen op het voornemen van de gemeente tot restauratie van de nog aan-
f端tyoort8e6ouw van de vroe8mKon端19Wilfem1-Kaume. (Foto H.BLmkert). KN - JUNI 1997
10
VAN DE WERKGROEPEN
VAN DE WERKGROEPEN
)
Nog maar een goed half jaar en dan is het zover: de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch" viert in 1998 het 25jarig bestaan. Op 21 maart 1973 werd de Kring opgericht naar aanleiding van het succes van de foto-expositie 'Kijk hier eens ... Kijk daar eens' van G. Ie Ruet in Lohengrin. De nieuwe vereniging zette zich in het cultuur-historisch erfgoed van de stad onder de aandacht van een zo breed mogelijk publiek te brengen. In de afgelopen vijfentwintig jaar is de van oorsprong heemkundige vereniging uitgegroeid tot een grote vrijwilligersorganisatie die op cultureel-historisch gebiedeen uitermate belangrijke func-
tie binnen de Bossche samenleving vervult. Om het vijfde lustrum niet ongemerkt te laten passeren heeft het Kringbestuur in februari 1996 een commissie in het leven geroepen, die voorbereidingen moest gaan treffen voor een feestelijke omlijsting van het 25-jarig bestaan. De lustrumcommissie is begonnen met een inventarisatie van mogelijke activiteiten die gedurende het jaar 1998 zouden kunnen worden gehouden. Centraal daarbij stond de doelstelling om in alle geledingen van de Bossche samenleving meer bekendheid te geven aan het werk waar de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch" zich al die jaren sterk voor heeft gemaakt. Uit deze eerste inventarisatie is een selectie gemaakt. Op dit moment naderen de lustrumactiviteiten hun voltooiing. Als steeds terugkerend thema is gekozen voor: '1973 -1998-2023'. Tijdens het lustrumjaar 1998 zal wor-
den teruggekeken op het 25-jarig bestaan van de Kring "Vrienden van 'sHertogenbosch", maar tegelijkertijd zal de blik worden gericht op de toekomst. Binnenkort zal de lustrumcommissie haar programma voor het vijfde lustrum bekend maken. Het eerste tastbare resultaat van de inspanningen van de commissie kan nu al worden gepresenteerd. Om het25-j arig bestaan van de Kring "Vrienden van 's-Hertogenbosch" een eigen gezicht te geven heeft grafisch ontwerper Bart Smit op verzoek van de lustrumcommissie een speciaal 'lustrumlogo' ontworpen. Onder dit logo zult u in de komende afleveringen van het Kring-Nieuws nadere informatie aantreffen over de activiteiten gedurende het lustrumjaar 1998.
AartBogers
Wie weet?
)
De meeste onder ons kennen de tekeningen van Herman Moer kerk, de spotprenten van de opening van de Veemarkthallen in 1931, zoals de prent van de reis van het gemeentebestuur naar Leer in Duitsland, 'Leerke plezeerke' en de prent 'Trekken Manus'. Maar er zijn ook enkele prenten van Leo van Grinsven die ook te maken hebben met de opening van de nieuwe Veemarkthallen in r93 i. Mijn vraag is wie kan mij helpen wat de volgende prent voorstelt. De prent voorstellende, burgemeester van Lanschot met een lauwerkrans op zijn hoofd zittend op een koe ofstier met lans en omringd door zes varkens.
Onderaan de prent staat het volgende: 'SPAANSCHEHERINNERINGEN V.D. BOSSCHENBURGEMEESfER'
Wat is de link met burgemeester Van Lanschot en zijn Spaanse herinneringen en de veemarkt? Graag uw bevindingen naar Jo Hendriks, postvak H in het Kringhuis Visstraat.
Voor uw bijdrage hartelijke dank
Onderzoek naar typische Bossche verhalen, liedjes en anekdotes Het is algemeen bekend dat de Kring "Vrienden van' s-Hertogenbosch" zich inzet voor het behoud en herstel van het cultureel-historisch erfgoed van de stad. Tal van activiteiten worden ontplooid om straten, panden, gevelstenen, waterlopen, enzovoorts in stand te houden en zo mogelijk in oude glorie te herstellen. In de Erfgoedwinkel' s-Hertogenbosch worden allerlei geschenken verkocht met een historische
waarde, zoals boeken, kaarten en posters. Al deze activiteiten worden ingegeven door het besef dat het cultuur-historisch waardevolle bezit van de stad levend moet worden gehouden door het onder de aandacht te brengen van de Bosschenaren en de vele bezoekers aan de stad. Het historisch erfgoed van' s-Hertogenbosch wordt ook in steeds toene-
mende mate in boekvorm vastgelegd. In deze studies naar de Bossche geschiedenis valt echter op dat het verhaal over het dagelijks leven vaak erg globaal wordt beschreven. Het 'leven' van vroeger tijden is er amper te bespeuren. De verhalen gaan meestal over belangrijke gebeurtenissen, onderwerpen en personen. Maar al te vaak wordt onvoldoende stilgestaan bij de 'gewone' mensen en dingen uit 's-Hertogen-
KN - JUNI 1997
ll
VAN DE WERKGROEPEN
bosch. Iedere srad heeft zijn eigen verhalen, liedjes en anekdotes die een goede doorkijk geven in het dagelijks leven van de gewone Bosschenaren. Binnen de lustrumcommissie is daarom het idee geboren om ook dit zogenaamde mondelinge erfgoed niet verloren te laten gaan.
dagelijks leven in het gezin, het bedrijf, de schoolbanken, de kroeg, enzovoorts. Deze kennis kan het vaak droge historische verhaal armen en voeten geven. Op deze wijze komt het verleden daadwerkelijk tot leven en blijft het geen dorre, oude boel en zeker niet iets algemeens en abstracts.
Daarom is het zinvol te onderzoeken ofeen project opgestart kan worden om deze mondelinge historische documentatie op te sporen en vast te leggen. Via de verhalen, liedjes en anekdotes over het alledaagse leven in het vooroorlogse's-Hertogenbosch kan contact worden gelegd met gewone mensen, die kunnen _verhalen over hun eigen omgeving en concreet kunnen vertellen wat ze zelf hebben meegemaakt. Door de Bosschenaar zelfaan het woord te laten, wordt kennis vergaard over het
Vooralsnog is de hoofddoelstelling het blootleggen en vastleggen van deze brokken alledaagse geschiedenis die te vaak onderbelicht blijven in de studies over 's-Hertogenbosch. De typische verhalen, liedjes en anekdotes van de gewone Bosschenaren zullen op band moeten worden vastgelegd. Omdat het hier een zeer arbeidsintensief project betreft, is het nodig een groep vrijwilligers te formeren die behulpzaam willen zijn bij het vergaren van deze Bossche verhalen, liedjes, anekdotes,
moppen, versjes, spreekwoorden en gezegdes. Maar omdat er niets vast te leggen valt zonder mensen die iets kunnen vertellen over deze vooroorlogse stadsgeschiedenis, wordt ook gezocht naar mensen die bereid zijn uit eigen herinnering of uit directe overlevering hun verhaal te doen. Suggesties van mensen die iemand in hun directe omgeving kennen en in staat achten het Bossche verleden in verhalen, liedjes en anekdotes uit de doeken te doen, zijn eveneens van harte welkom. Belangstellenden kunnen contact opnemen met: Joep van de Griendt (073) 6418802
AartBogers (073)6890828
AartBogers
Wooncultuur 1650 tot 1850
In 1995 zijn wij, met aanvankelijk 15 vrijwilligers, in het stadsarchiefbegonnen met onderzoek naar de wooncultuur van de Bosschenaren die de Peperstraat en de Orthenstraat bevolkten tussen 1650 en i850. Aanvankelijk zijn door ons, werkend vanuit de notariĂŤle archieven, alle boedelinventarissen en verkoopaktes geregistreerd, waarbij en passant niet enkel de Peper- en Orthenstraat, maar alle inventarissen werden 'meegenomen', zodat al deze zaken nu keurig geregistreerd staan voor latere onderzoeken. Momenteel worden, via het zogenaamde 'Bosch Protocol', transport-aktes geregistreerd van verkochte woningen, eveneens de Peperstraat en Orthenstraat betreffende , van 1650 tot 1850. De werkzaamheden zijn interessant. Soms eenvoudig, vaak moeilijk. Vooral de mensen in de zeventiende en begin ach tiende eeuw bezigden een taalgebruik en hanteerden een handschrift wat in de verste verte niet lijkt op het hedendaags schrift. Ze konden er wat van, onze voorvaderen! Het lijkt af en toe wel of men had leren schrijven met een aardappel! Namen zijn vaak moeilijk te ontcijferen en worden soms zelfs in een en dezelfde akte wel op twee ofdrie verschillende manieren gespeld. Hierbij mag niet uit het oog worden verloren dat in de zeventiende en achtiende eeuw nog lang niet iedereen kon lezen of schrijven. In gedachten zie je dan zo'n
zeventiende-eeuwse Bosschenaar staan voor de lessenaar van een klerk in een notariskantoor. Wanneer de man zijn bedoelingen duidelijk heeft gemaakt wordt hem gevraagd naar zijn naam. Hij noemt die. Nu zou de volgende dialoog kunnen plaatsvinden: "Hoe schrijf je dat?" wordt hem dan gevraagd. Het;. ) woord luidt vervolgens: "Ja, dat weet ik niet, jij hebt toch leren schrijven." Vaak werd ook, om toch vooral maar duidelijk te maken om wie het ging, vermeld wie de ouders van betrokkene waren (geweest), waarbij niet werd vergeten te vermelden dat de bedoelde persoon "in wettichen echt was verweekt". Vele interessante inventarissen hebben we voorbij zien komen tijdens het onderzoek. Soms eenvoudige, maar soms ook zeer uitgebreide, van tientallen bladzijden. Dingen waar wij nu misschien niet meer bij zouden stilstaan werden aan het papier van de notaris toevertrouwd, waarbij het soms in de keuken ging om de inventarisatie van onder andere twee kruidnagelen, een muskaatnoot en meer van dat soort zaken. Minutieus werden soms schilderijen met hun omlijsting beschreven, zodat we ons precies kunnen voorstellen wat op zo'n conterfeitsel was vereeuwigd. Soms ook doken namen van bekende Bosschenaren op, zoals bijvoorbeeld de schilder Tuiden. KN - JUNI 1997
12
VAN DE WERKGROEPEN
Af en toe lees je een andere akte door, niet omdat die belangrijk is voor het onderzoek, maar gewoon omdat die akte je op dat moment interesseert. Mensen gingen in vroeger tijden vaker naar de notaris dan nu. Een burenruzie bijvoorbeeld werd notarieel vastgelegd, waarbij elk scheldwoord en elk gebaar precies werd omschreven. Nu kunnen we om de toen gebezigde uitdrukkingen lachen, toen was het bittere ernst. Bij de transportaktes kom je eenvoudige éénkamer-woninkjl!s (de zogenaamde 'cameren') tegen, maar ook grote huU:en, vaak beschreven als 'eene schoone ende welgelegen huysinge', compleet met zomerhuis, stallen, loodsen, tuin, kelder, waterput, pomp, achterhuis, bleekveld voorde was en keuken. De prijzen varieerden ook nogal, want een 'camere' kon soms te koop staan voor slechts veertien gulden, terwijl een duur huis soms wel meer dan vijfduizend gulden op kon brengen. Dit laatste was echter wel eeq uitzondering.
Omdat in de transportaktes tevens de begrenzingen van de panden, hoe klein ook, werden beschreven, kunnen we ook nagaan wie de naaste buren waren, of het huis met de voorkant aan de straat grensde en wie er eventueel achter het verkochte pand woonde. In vele gevallen werden de beroepen van de verkopers van de huizen vermeld. Dit gebeurde ook in de inventarisakten. Soms ook beroepen die momenteel niet meer bestaan. En zo vordert het onderzoek gestaag en krijgen we steeds meer een beeld van wie waar woonde en wat de bezittingen van hem (ofhaar) waren. Wij gaan door met onze werkzaamheden en zullen u beslist in de toekomst op de hoogte blijven houden van de vorderingen.
Jos Nelis
Restauratie van de vestingwerken 2 'Het toekomstig vestingverleden van de stad 's-Hertogenbosch'
)
In het vorige Kring-Nieuws is al een bericht verschenen van de werkgroep Vestingwerken. De werkgroep heeft zich naar aanleiding van het verzoek van de gemeente gebogen over het 'renovatieplan vestingwerken' van de gemeente' s-Hertogenbosch. Het commentaar van de werkgroep bevindt zich in de afi:ondfase. Het adviesrapport wordt halverwege mei aan de gemeente gepresenteerd. Het adviesrapport staat in de bibliotheek van het Kringhuis en is daar in te zien. De werkgroep bespreekt in haar reactie voornamelijk de historische- en toeristische aspecten van de vesting 's-Hertogenbosch. Voorgesteld wordt om de walmuren in het geheel aan te pakken, waarbij om restauratie-urgentie met betrekking tot de bouwtechnische staat, de volgende volgorde in acht wordt genomen: I Fort St. Anthonie (aan de Vughterweg}; 2 Westzijde walmuur (St. Janssingel/ Westwal}; 3 Zuidzijde walmuur (Bastion St. Anthonie, Bastion Baselaar, Hekellaan, Hekelsluis/Hekelbrug, Zuidwal, Bastion Oranje, Spinhuiswal, Parklaan en Vughter Bolwerk) 4 MuntelBolwerk(Muntelwal/ Aawal)
Per onderdeel wordt uitgewerkt wat de huidige situatie is en welke advies Witteveen en Bos per onderdeel geeft. Daarna volgt het commentaar en advies van de werkgroep, waarin tevens ideeën zijn opgenomen om het geheel (toeristisch) aantrekkelijker te maken. De relatie met de omgeving wordt van groot belang gevonden, zodat meer samenhang en harmonie ontstaat. De belangrijkste uitgangspunten die bij de restauratiewerkzaamheden gehanteerd dienen te worden zijn: - Er dient zoveel mogelijk gestre;fd te worden naar eenheid in het beeld van de vesting. Dit kan worden bereikt door het reeds gerestaureerde/gerenoveerde deel van de vesting - De Muntelwal, Citadel, Oliemolenbastion en Buitenhaven - als uitgangspunt te nemen voor: · de keuze van de materialen (metselwerk, straatstenen ed.) · hetsteenverbandvandemuren · de maatvoering van de onderdelen: muren, rondelen, bastions en buitenwerken, de aanzetten van verdwenen muren, rondelen, bastions en buitenwerken dienen op gelijke wijze te worden gemarkeerd conform het verdwenen bastion van de Citadel. · rondelen hoger afwerken dan de walmuren - Daar waar mogelijk dient het water/ degrachtaandevoetvandewalmuur
te worden teruggebracht naar de 17e eeuwse situatie - Waar de muur vervangen is (en blijft) door een talud, dient de kruin van het talud met een muurtje te worden afgedekt, zodanig dat het beeld van de boven-binnenzijde van de vesting een geheel vormt met de muren die daar op aansluiten - Restanten en onderdelen uit de vroegere en toevoegingen uit latere perioden moeten door middel van afwijkend materiaal worden aangegeven. - De zogenaamde voorlanden dienen zo klein mogelijk te blijven, voor zover dit strookt met eventuele natuurwaarden van deze groenstroken (broedplaatsen bijzondere vogels, bijzondere plantengroei). Van de aanleg van voetpaden op deze stroken dient te worden afgezien; een pad over een gedekte weg aan de overzijde van de gracht verdient de voorkeur. De kans daarvoor doet zich voor aan de rechterdijk van de Dommel tegenover Fort Sint Anthonie en vrijwel de gehele zuidzijde van de vesting. In een apart hoofdstuk geeft de werkgroep een paar historisch toeristische suggesties. Zo wordt aan de gemeente gevraagd om een bedrag (2 %van het begrote bedrag) te reserveren voor het aantrekke(vervolg zie pagina 22)
KN - JUNI 1997
13
BOSSCHE HISTORIE
BOSSCHE HISTORIE Bossche bruggen
WATER was een facet van 's-Hertogenbosch dat tot 1996 onderbelicht is gebleven. Gelukkig kwam daar het afgelopen jaar verandering in. Als eerste verscheen het boek 'Binnendieze, Stadsrivier van 's-Hertogenbosch' van Jan van Oudheusden. Het staat boordevol informatie waar al jarenlang naar werd gevraagd door de bezoekers aan het Kringhuis. Daarna verscheen "s-Hertogenbosch Waterstad' geschreven door de heren D. Hoogma enA. Steketee. Het bevat veel belangrijke gegevens in haar dertien hoofdstukken en het is eveneens een uitstekend stuk werk. Het boek was razend snel uitverkocht wat natuurlijk een pluim is voor de beide heren, maar voor velen tot gevolg heeft dat men de hand op een lege plaats slaat en dat is voor de liefhebber nooit prettig. Dit laatste boek vermeldt dat er in het begin van de 17e eeuw in 's-Hertogenbosch een verbazend groot aantal bruggen waren. Zelfverzamel ik, via de Vraagbaak, al diverse jaren namen van bruggen, maar zoveel vond ik er nog niet in al die oude boeken. Zelfs niet als men de moderne er bij op telt. Vele werden slechts genoemd naar de plaats waar zij zich bevinden (ofbevonden), zoals de brug in de Boerenmouw, in de Minderbroederstraat, in de Schilderstraat, achter het huis van Boxtel enzovoorts. Andere zijn er nog wel maar blijken te zijn vervangen door overkluizingen. De ijzeren hekjes verdwenen uit het straatbeeld. In die boeken
komen we ook meerdere bruggen met dezelfde naam tegen, zoals de LOEFFSBRUG m de Waterstraat ende Mortel, de LOMBARDSBRUG op twee plaatsen en dan de JUDASBRUG aan weerszijden van de Casinotuin. Al met al is de verzameling een hele collectie geworden en kijkt u maar of u ze allemaal kent en er mogelijk nog meer weet, maar dat zullen dan meestal naamloze bruggen zijn. Veel succes. ABTSBRUG, is de naam van de overkluizing over de Binnendieze op het punt Snellestraat/ Kruisstraat, ze werd ook BEVERSBRUG genoemd. ACACIABRUG, is de brug over deAa in de Geulweg. ANTHONIEBRUG, is het oostelijk deel van Sluis 0, dus tussen de Oostwal en de Hekellaan. AUTFOIRTSEBRUG, die is vanaf de straat onzichtbaar geworden, maar bevindt zich over de Binnendieze in Achter het Stadhuis. BAAIWATERSBRUG, is de oude naam voor de brug over het Baaiwater tegenover de Eurocinema in de Jan Heinsstraat. Ze is ook bekend onder de naamZEVENSTEENSEBRUG. BASELDONKSEBRUG, die was over de Aa nabij de Kleine Hekel. BEVERSBRUG, die noemde ik al onder de naamABTSBRUG. BLAETSEBRUG, is de oude naam voor de KORENBRUG die over de Binnendieze ligt. BOERTSEBRUG, dat is nu een overkluizing over de Binnendieze in de Beurtsestraat. BOOMBRUG, deze is zo genoemd naarde boom waarmede mende Waterpoort kon afsluiten, dus tussen de Handels kade en de Brede Haven.
BRUGGETJE BIJ DE BRANDWEERKAZERNE,dat is één van de jongere bruggen, zij is in de Jan Heinsstraat gebouwd in hetjaar 1938. BRUG ACHTER DE HONT, deze lag onder aan de Scheidingstraat. BRUGACHTERDEPLUYM, deze zal wel vlak achter de Orthenstraat gelegen hebben, u vindtdaarnunoghetsteegje Achter de Pluym. BRUG ACHTER DE TOLBRUG, deze lag bij de vroegere pastorie van de SintPieterskerk. BRUG ACHTER HET HUIS VAN BOXTEL. BRUG BIJ DE NOBEL. Het pand ' 1 Nobel' staat op de driesprong Postelstraat/Snellestraat/Kruisstraat. Het zal dus wel een andere naam zijn voor DE ABTSBRUG. BRUG BIJ DE UILENBURG, hiermede zal wel de brug in het Uilenburgstraatje bedoeld zijn. BRUG IN DE BOERENMOUW, zij werd in 1745 gebouwd of verbouwd, daar ben ik nog niet precies achter. BRUG IN DE MINDERBROEDERSTRAAT, BRUG IN DE SCHILDERSTRAAT, BRUG IN DE VOLDERSTRAAT, BRUG OP DE SCHAPENMARKT. Allemaal over de Binnendieze uiteraard. BRUGJE VAN MARGGRAFF, lag over de Parkstroom van de Binnendie ) die langs de Parklaan liep, er waren daar overigens nog twee bruggetjes, waaronder die naar de laatste boerderij binnen de wallen. LAMBOOYBURGEMEESTER BRUG, die ligt over de Zuid-Willemsvaart tussen de wijken Oost en Zuid. CAPUCIJNENBRUGGETJE, is de volksnaam voor de MARIABRUG over de Dommel tegenover de Mariënburg aan de Sint-Janssingel. CA VALERIEBRUG, ze ligr russen de Cavaleriestraat en de Casinotuin over de Binnendieze. CONINXBRUG, dat is nu de overkluizing in de Keizerstraat. DIEZEBRUG, die ligr over de Dieze bij het Brugplein, maar wordt ook genoemd DE NIEUWE BRUG, DE GROTE BRUG enDE HOGE BRUG. KN - JUNI 1997
14
BOSSCHE HISTORIE
DRAAIBRUG, gelegen over de Dommel bij het Brugplein, maar heet eigenlijk de HAVENBRUG. GASTHUISBRUG, die ligt v66r het poortje in de Gasthuisstraat en werd gebouwd in 1745· GEERLINGSBRUG, die is te vinden over de Binnendieze in de Hinthamerstraat.. GROTE BRUG, een andere naam voor de DIEZEBRUG. HA VENBRUG, zoals reeds genoemd de officiële naam van de Draaibrug. HEKELBRUG, die ligt over de Grote Hekel. HINTHAMERBRUG, dat is de naam van het westelijk deel van Sluis 0. HOGE BRUG, zoals eerder vermeld, eenanderenaam voordeDIEZEBRUG. HULSTERBRUG, dat is de overkluizing van de Binnendieze in de Sint-Jorisstraat. JUDASBRUG, die ligt over de Binnendieze in de Papenhulst. Ook de vroegere overkluizing bij de Oude Dieze tussen het Voldersgat en het Plantsoen zou zo geheten hebben. Daar is nu gelukkig weer een brug teruggekeerd die nu DE OUDE DIEZEBRUG heet. KALKBRUG, tussen de Smalle Haven en de Handelskade, onder deze brug was het Veeregat waardoor het water vanuit het Baaiwater in de Haven stroomt. KASTERENBRUG, die ligt over de Zuid-Willemsvaart bij het Kardinaal van Rossumplein en had vroeger de naam van VEEMARKTBRUG. KENNEDYBRUG (JOHN F.), de brug over deAa bij de Lagelandstraat. KNUPPELTJESBRUG, over de Dommel gelegen bij het Heetmanplein. KORENBRUG, die ligt in de Korenbrugstraat over de Binnendieze en werd ook BLAETSEBRUG genoemd. LANGEBRUG, deze lag over de vroegere Oude Dieze, de hoofdstroom van
de Dommel iets ten noorden van de Citadel. LOEFFSBRUG, die ligt in de Waterstraat over de Binnendieze. Maar volgens Sasse van Ysselt zou ook het bruggetje in de Mortel de LOEFFSBRUGGE geheten hebben. LOMBARDSBRUGJE, was gelegen over de Binnendieze nabij het Bokhovenstraatje, het werd afgebroken in 1632.
LOMBARTSBRUG, een brugje over de Binnendieze in het Lombardje. MARIABRUG, zoals reeds vermeld gelegen over de Dommel aan de SintJanssingel, beter bekend als CAPUCIJNENBRUGGETJE. MOERPUTTENBRUG, de naam van de brug die in de polder ligt en bij "Het HalveZolenlijntje" behoort. MOLENBRUG, dat is een overkluizing over de Binnendieze in de Vughterstraat. Volgens de gevelsteen in de voorgevel van het pand op nummer 103, heeft deze woning nog steeds deze naam. MORTELBRUG, is nu een overkluizing van de Binnendieze in de Mortel. MUNTELBRUG, die ligt over de Aa in de Citadellaan. NIEUWE BRUG, één van de populaire namen van de Dieze brug. ONZE LIEVE VROUWE-BRUG, dit is de brug over de Grote Stroom van de Binnendieze achter het Zwanenbroedershuis dat in de Hinthamerstraat staat. ORTHENBRUG, die is gelegen over de Zuid-Willemsvaart bij de Citadellaan. OUDE DIEZEBRUG, dat is dus de vervanger van de dam tussen het Voldersgat en het Plantsoen. PAARDENBRUG, die lag over de Haven naast de BOOMBRUG. PASTOOR BARTENBRUG, deze ligt over deAa bij de Watertoren. RUCKERTBRUG,gelegenoverdeAa in de van Berckelstraat. SPOORBRUG, die zijn er meerdere met die functie. STATIONSBRUG, zo heette de Wilhelminabrug tijdens de Tweede Wereldoorlog. SYNAGOGEBRUG, v66r de Synagoge in de Prins Bernhardstraat. SWENGELBRUG, ze werd afgebroken bij het graven van de Zuid-Willemsvaart, zij lag over de Dode Stroom.
TOLBRUG, de brug die in de Marktstraat over de Marktstroom van de Binnendieze lag. TRIERBRUG, zij ligt bij de Ertveldplas in de Zandzuigerstraat. TWEEDE TOLBRUG, was de brug die in de Tolbrugstraat over de Grote Stroom van de Binnendieze lag. VEEMARKTBRUG, zoals gezegd de vroegere naam van de Kasterenbrug. VERLICHTE BRUG. Zie WILHELMINABRUG. VISBRUG, deze lag over de Vughterstroom van de Binnendieze tussen de Lepelstraat en de Brede Haven, nu dus een overkluizing. WILHELMINABRUG, over de Dommel tussen de Stationsweg en de Visstraat, daar is inmiddels al de derde versie van. Zij werd tijdens de Tweede Wereldoorlog STATIONSBRUG genoemd. Ook hoorde men wel de naam VERLICHTE BRUG. ZEVENSTEENSEBRUG, ligt in de Jan Heinsstraat naar de Orthenstraat over de Binnendieze, ze had ook de naam BAAIWATERSBRUG. ZWIJMELBRUG of ZWENGELBRUG, kijkt u daarvoor maar bij SWENGELBRUG, de namen zijn daarvan afgeleid. Uiteraard is ook deze lijst voor uitbreiding vatbaar. Bovendien zullen, als de Zuid-Willemsvaart werkelijk wordt omgeleid, wel nieuwe bruggen gebouwd worden. Trouwenswatdachtu van de nieuwe luchtbrug van het station de PASSERELLE? Harry Blanken
Geraac!jleiscfe Bronnen: 'Ouck namen van huizen til straten te 's-Herto8en6oscli' vande8e6roeckrs Mosmans; 'Voorname huizen tll,ge6ouwm van's-Herto8en6osch' van Jhr. Mr A. Sasse van Ysse[~ "s-Herto8en6oscfi', driemaanMijki tijcliclirift over de,gescliiedenisvan 's-Htrto,gtll6osch; 'Wewartllno,g etllst~e' 1en2 van Kees Syierin,gs; til vel! anckre. DeSy11L\g08e6ru8 ifoto H.Bfunkert). de 6ru8 achter liet Zwanm6roedmliuis,8cim vanafde Lauwst Poortifoto H.Bfankert).
Onu Lieve Vrouwe6ru,g,
KN - JUNI 1997
15
BOSSCHE HISTORIE
De vier kanonnen in het stadhuis De kanonnen in het stadhuis van 's-Hertogenbosch waren in 1927 het onderwerp van een pennenstrijd, gevoerd tussen de heren H .J.M. Ebeling, de toenmalige stadsarchivaris van ' s-Hertogenbosch, en J. Heeren, toen waarnemend gemeentearchivaris van Helmond. Het was een poging van Helmond om deze kanonnen een ereplaats te geven in het kasteel van Helmond, thans gemeentehuis. De heer Heeren kon niet bewijzen dat deze kanonnen aan Helmond toebehoorden. De heer Ebelingdie deze kanonnen ook niet graag uit' s-Hertogenbosch zag vertrekken kon de bewijzen die de heer Heeren aanvoerden op zakelijke wijze te ontzenuwen. Toch geeft een gebrek aan bewijs een onbevredigd gevoel. Daarom is hier getracht om meer klaarheid te brengen over deze kwestie. De bronzen kanonnen werden in 1580 door de geschutgieter Jan de Challengy in Lotharingen gegoten; ogenschijnlijk zijn ze volkomen aan elkaar gelijk, maar in werkelijkheid is er sprake van twee verschillende paren kanonnen. Hetene paar heeft bij het achterstuk een versiering van een acanthusblad dat bij het andere paar ontbreekt. Het kaliber bedraagt slechts drieeneenhalve centimeter; de totale lengte is toch nog 1,62 meter, en ze waren bestemd voor loden kogels van een halfpond. Vanaf de monding van de kanonnetjes treft men de volgende opschriften en versieringen aan. a. op een smalle band bij de monding, bijna onleesbaar: 'En !'an 1580 je futfaictde par Jan de Challengy'. Deze was lid van de bronsgietersfamilie van die naam, reeds in de 15' eeuw in Lotharingen bekend; b. een 'bij' in relief, hoogstwaarschijnlijk het meesterteken van de gieter, zijnde het embleem voor arbeidzaamheid; c. in een rechthoekige omlijsting het jaartal 1580; d. in een eveneens rechthoekige omlijsting de lijf- ofwapenspreuk 'TANDEM'; e. in een oude krans een later verwijderd familiewapen; f in een rechthoekige omlijsting de eveneens verwijderde naam van de opdrachtgever, degene die destijds de opdracht gafvoor het gieten van het kanon. De met ijzer beslagen affuiten zijn kennelijk van veel latere datum dan de bronzen kanonnen. Van veel belang is natuurlijk de vraag op welke documenten men zich met betrekking tot de vier bronzen kanonnen kan beroepen. Met opzet spreekt men in dit artikel niet van deze vier bronzen kanonnen, omdat uit geen enkel archiefstuk blijkt, welke vier kanonnen bedoeld worden.
De documenten die men hierover heeft geraadpleegd zijn: 1. een op 5 oktober 1594 opgemaakt en gewaarmerkt afschrift van een door de magistraat van 's-Hertogenbosch op 24 september 1594 afgelegde verklaring, dat 'd'Edele ende welgeboren Heer, HeereAdolph van Cortenbach, heere tot Helmond, eet eertijds binnen des er voorschreven stadt (dit is Den Bosch), heeft doen brengen vier metaelen (dit zijn bronzen) stucxkens geschut mitsgaders alsnoch twee andere ijsere gesmede veltstucxkens alle tesamen op raderen liggende, welcke voorsz. zesse stucken wij altijt ten versueck ende tot behouff van den erffgenaemen ende Huyse van Helmont beloven te restitueren ende laten volghen'. Adolph van Cortenbach overleed in augustus 1594. 2. een afschrift van een akte van 10 mei 1616betreffende de restitutie van de kanonnen door de Heer van Helmond, Adolph van Cortenbach, eertijds binnen de stad's-Hertogenbosch gebracht, luidende: "ingelijcx gelesen de bekentenisse der drije leden ven den 24 september 1594 van ontvangen te heb ben van de He. van Helmont vier metalen ende twee ijsere gesmede veltstucxkens met geloofte van restitutie die deshalve nu is versoeckende (de heren van de eerste lede) van opinie, dat men dese stucxkens de voorsz. Heere van Helmont zall laten volghen onder behoorlijcke quytancie met geloofte van indemniteijt van voirder vuytreij ckinge tegens eenenijegelijcken". 3. een handschrift van omstreeks 1631, waarin een mededeling betreffende de geboorte van Charles van Cortenbach, de toekomstige Heer van Helmond, als zoon van Adolph van Cortenbach en Philipinne van Reuschenberch, luidende: "wesende op eenen Woensdagh den 23 Meert tusschen elf ende twelf ooren smiddaechs int jaer 1580 tot Tsertogenbossche ende had voor sijnen Peteren den Graven van Mausfelt, die hem op die doop vereert heeft met vier stuckens geschuts staende tegenwoordich tot Tsertogenbossche". Niet zonder reden hebben zij deze drie documenten ;,,_ chronologische volgorde geplaatst; het valt (de onderz. ) kers) zodoende beter op, dat in het laatste document(3) voor het eerst, namelijk in 1583 (1580!), over vier kanonnen wordt gesproken. Het handschrift zou van omstreeks 1631 zijn, dit is bijna een halve eeuw later dan het jaar 1583, waarin de schenking plaatshad! Adolph van Cortenbach, Heer van Helmond, was destijds bevelhebber van 's-Hertogenbosch; hij maakte zich in het Spaanse leger zeer verdienstelijk en onderscheidde zich in 1581 bij de verdediging van het kasteel van Helmond. De peter van diens zoon Charles van Cortenbach was Karel, graaf van Mansfeld (1547-1596), die als bevelhebber onder Parma heeft gediend en ook chefder Artillerie is geweest. Hij was de zoon van de meer bekende Pieter Ernst, graaf van Mansfeld (1517-1604), staatsman en militair, ridder van het Gulden Vlies en stadhouder van Luxemburg. In de voorgaande documenten wordt steeds gesproken over vier kanonnen; in documenten 1 en 2 zijn het vier bronzen kanonnen, terwijl in document 3 slechts sprake is van KN - JUNI 1997
16
BOSSCHE HISTORIE
)
vier kanonnen zonder meer. In geen van de drie archivalia wordt iets omtrent het kaliber vermeld, terwijl voorts iedere beschrijving ontbreekt. Daarom was het vrijwel onmogelijk vast te stellen ofhier steeds van dezelfde vier kanonnen sprake is. Het doet zeker vreemd aan, dat Adol ph van Cortenbach al direkt zou gaan beschikken over vier kanonnen, welke door Karel, graafvan Mansfeld aan de pasgeboren Charles van Cortenbach werden geschonken. Dit is zeker (volgens de onderzoekers) een eerste aanwijzing, dat de in de documenten 1 en 2 bedoelde bronzen kanonnen niet dezelfde vier kanonnen zijn als de vier, in document 3 genoemd. Een tweede aanwijzing ligt in het feit, dat, als Adolph van Cortenbach eertijds - wanneer is onbekend - vier bronzen kanonnen en twee ijzeren kanonnen binnen 's-Hertogenbosch heeft laten brengen, het toch stukken moeten zijn geweest, welke voor de verdediging van de stad van werkelijke betekenis waren. Daar de thans in de hal van het Bossche stadhuis opgestelde kanonnen een kaliber van slechts drieeneenhalve centimeter hebben, zijn het vuurmonden, welke voor de verdediging van de stad slechts weinig waarde zouden hebben gehad. Deze lichte kanonnen zijn eigenlijk bestemd voor de strijd in het open veld; door hun gering gewicht konden zij de infanterie gemakkelijk volgen, men zou het infanteriegeschut kunnen noemen. Met de loden kogel van een half pond, kon een grotere dracht worden bereikt dan met de loden kogel van het vuursteengeweer. De onderzoeker ziet in het voorgaande een nieuwe aanwijzing, dat het in de drie documenten niet om dezelfde vier vuurmonden gaat. Indien wij nu eens een ogenblik aannemen, dat de vier bronzen kanonnen wel de kanonnen zijn, welke in 1583 aan Charles van Cortenbach werden vereerd, dan zouden het verwijderde familiewapen en de eveneens verwijderde naam van de opdrachtgever, die van de schenker Karel graafvan Mansfeld moeten zijn geweest; dit was in die tijd gebruikelijk. In géén geval is het verwijderde familiewapen, dat van 'Cortenbach', zoals door de heren Ebeling en Heeren in hun pennenstrijd werd aangenomen en zoals vroeger aan bezoekers van het Bossche Stadhuis werd medegedeeld. Het is ook volkomen onlogisch, dat Karel, graafvan Mansfeld in 1580 vier bronzen kanonnen met het familiewapen van 'Cortenbach' zouhebbenlatengietenomdezein 1583 als peter aan Charles van Cortenbach ten geschenke te geven! In dit verband hebben wij enig houvast aan de lijf- of wapenspreuk TANDEM; wij komen daarmede op het eerste bewijs. Gelet op het voorgaande zou TANDEM de wapenspreuk van Karel, graafvan Mansfeld moeten zijn. Bij onderzoek is ons gebleken, dat deze wapenspreuk door een lid van het geslacht 'van Mansfeld' werd gevoerd en wel door Philipp, graafvan Mansfeld, 1589-1657. In het werk van J. Dielirz ('Die Wahl- und Denksprüche' 1884) is zijn naam echter cursiefgedrukt, hetgeen wil zeggen, dat Philipp, gràaf van Mansfeld de enige persoon uit het geslacht van Mansfeld was, die de lijf- of wapenspreuk TANDEM heeft gevoerd. Karel, graaf van Mansfeld, komt derhalve niet in aanmerking.
Een verwarring in de persoon van de peter is ook uitgesloten, daar Philipp graafvan Mansfeld zes jaar later dan Charles van Cortenbach werd geboren. TANDEM is overigens een wapenspreuk, welke door vele geslachten is en nog wordt gevoerd, zowel in het binnen- als in het buitenland; ook van Deense kanonnen uit de jaren 1759-1762 is deze wapenspreuk bekend. Hiermede staat reeds vast, dat de vier kanonnen, bedoeld in het eerste gedeelte van document 3 niet dezelfde zijn als thans in het Bossche stadhuis opgesteld. Een tweede bewijs brengt ons een werk van de bekende geschiedschrijver Pieter Bor Czn. (Gelegentheyt van' s-Hertogen-Bosch Vierde Hoofd-Stadt van Brabandt), in 1630 in 's-Gravenhage verschenen. De schrijver vermeldt onder meer de kanonnen, welke na de val van' s-Hertogenbosch in 1629 werden aangetroffen; deze opgave luidt aldus: 5 halve Canons schietende 24 pondt, 7 veldstucken 10 6 6 4 metale stuck( en) 5 stuck 4 1
3
3 21/2
13/4 ijser.
'Noch 10 ij sere Stuc ken van verscheyden calibers. Noch eenige ysere Stucken als Camerstucken, die niet veel en dogen.' In deze opgave komen geen metalen (bronzen), noch ijsere kanonnen voor, welke een loden kogel van halfpond schieten; kalibers van drieeneenhalve centimeter zijn dus niet aangetroffen. Wel waren er 4 bronzen kanonnen, welke een loden kogel van vijf pond schieten, hetgeen overeenkomt met een kaliber van ongeveer negen m. (cm.?) De twee ijse.rr kanonnen in de documenten 1 en 2 genoemd, moeten dan in de afzonderlijke opgegeven 'ijsere stucken' zijn begrepen. De in het laatste gedeelte van document 3 bedoelde vier 'stuckens geschuts' - deze stonden in 1631 nog in 's-Hertogenbosch - kunnen niet anders geweest zijn dan de vier bronzen kanonnen, kaliber 9 cm, in de opgave vermeld. Dit klopt met het gestelde in de documenten 1 en 2 en met het hoogstwaarschijnlijk niet teruggeven van deze kanonnen; een kwitanie van teruggave van dit geschut bevindt zich namelijk niet in het Bossche gemeentearchief. Interessant is in dit verband een schilderstuk in de verzameling van het Bossche Stadhuis van de hand van de kunstschilder Abraham Beerstraten, die tussen de jaren 1637 en 1665 heeft gewerkt. Het schilderstuk stelt de Bossche Markt met het Stadhuis voor; bij het bordes zijn vier bronzen kanonnen afgebeeld, welke naar de grootte te oordelen zeker van groter kaliber zijn dan drieeneenhalve centimeter. De eindconclusie van de onderzoekers is als volgt geformuleerd: De vier (bronzen) kanonnen bedoeld in het eerste gedeelte van document drie zijn positief andere dan die, genoemd in de documenten 1 en 2 alsmede in het tweede gedeelte van document 3. De vier bronzen kanonnen, opgesteld in de hal van het stadhuis in' s-Hertogenbosch komen niet voor in de opgave
KN - JUNI 1997
l7
BOSSCHE HISTORIE
van geschut in 1629 in 's-Hertogenbosch aangetroffen, zodat deze vier kanonneneerstnĂ 1629in 's-Hertogenbosch zijn gekomen; zij staan derhalve in gĂŠĂŠn enkel verband met de kanonnen, bedoeld in de documenten 1, 2 en3. Wanneer deze vier fraaie bronzen kanonnen in' s-Hertogenboschzijngekomen, is helaas niet vast te stellen. Zeker is het, dat het niet de vier stukken zijn, waarop Helmond bij monde van de toenmalige waarnemende gemeentearchivaris, de heer J. Heeren, aanspraak meende te kunnen maken. 's-Hertogenbosch kan derhalve in het rustig bezit van de besproken vier bronzen kanonnen blijven en dit niet langer 'wegens gebrekaan bewijs.' Men zal er goed aan doen deze vuurmonden, in het bijzonder de houten affuiten, in goede staat te houden, ze zij n een mooie bezienswaardigheid voor de bezoekers van het fraaie stadhuis. Een veronderstelling met betrekking tot de vier Bossche kanonnen. Wat de vier kanonnen betreft, welke aan Charles van Cortenbach werden geschonken, moeten wij aannemen, dat deze op het kasteel van Helmond zijn gebleven en dat ze vroeg oflaat in de geschiedenis zijn verloren geraakt of zijn omgesmolten. Hoe staat het nu met de vier kanonnen in de hal van het Bossche Stadhuis? Omtrent de herkomst kan men bij gebrek aan archivalia slechts gissingen maken.
Inde loop derjarenzijnerindevoorraad kanonnen van 's-Hertogenbosch talrijke mutaties geweest. De mutaties, voor zover daarvan aantekening werd gehouden, brengen ons niets verder daar iedere aanduiding van het kaliber en ook iedere beschrijving ontbreekt. Wij merkten (onderzoekers) reeds op, datde affuiten van de in 1580 gegoten bronzen kanonnen van veel latere datum zijn; het hout van de affuiten is minder duurzaam dan het bestendige brons. Men kan veilig aannemen dat de affuiten in de loop der jaren wel eens zijn vernieuwd. De direkteur van het Tuighuismuseum te Kopenhagen meent door vergelijking met in zijn museum aanwezige tekeningen, dat de affuiten uit omstreeks 1750 dateren. Merkwaardig is het, dat de houten ramen, waarop de kanonnen zijn gePlaatst, ongeveer uit dezelfde tijd lij ken te zijn, als de affuiten. Het was geen gewoonte de kanonnen in tuighuizen op dergelijke ramen te plaatsen; het komt voor, dat deze ramen werden gemaakt om de kanonnen, waarop men blijkbaar was gesteld, blijvend zodanig te exposeren, dat ze niet gemakkelijk konden verplaatst worden. Wanneer zouden deze ramen zijn gemaakt? De toestand van de ramen, evenals van de affuiten is in het algemeen goed. Is het te verwonderen, dat wij (onderzoekers) denken aan het moment waarop de Franse troepen, ons land
voorgoed verlieten en aan de mogelijkheid dat het hier vier kanonnen betreft welke de Fransen bij hun vertrek in 's-Hertogenbosch achterlieten, evenals in Elburg na vertrek der Franse troepen Franse m(v)uursteengeweren werden aangetroffen? Wij (onderzoekers) nemen hiermede de veronderstelling van wijlen de heer Ebeling over, die de herkomst van deze kanonnen verbond aan de inname van 's-Hertogenbosch door de Franse troepen onder generaal Pichegru op 9 oktoberi 794. Het verwijderen van de familiewapens onder meer op de kanonnen is daarmede tevens te verklaren. Dat bronzen kanonnen in 1580 gegoten ruim twee eeuwen later nog in gebruik waren, behoeft, zolang die kanonnen nog niet uitgeschoten zii ~ geen verwondering te wekken; h~.J kanon als zodanig is gedurende veel meer dan twee eeuwen practisch ongewijzigd gebleven. Dat men de vier achtergebleven kanonnetjes als versiering voor de hal van het stadhuis benutte ligt voor de hand; het was een herinnering aan het einde van de Franse overheersing. Nog eens, het is slechts een veronderstelling, maar een aannemelijke volgens de onderzoekers! Jo Hendriks Ansicht VerzameG1\!J]o Hendriks. Bron: Bra6antia i96i.
(advertentie)
) Wij staan bekend om onzegrote collectie boeken over onze stad. Ook de Meierij van 's-Hertogenbosch, onze provincie en geschiedenis in het algemeen is bij ons goed vertegenwoordigd. Het is de moeitewaard eens om bij ons binnen te stappen.
Ai1i: Htfntn BOEKHANDEL
Kerkstraat 23-27, 5211 KO 's-Hertogenbosch. Tel (073) 613 00 12, fax (073) 612 09 90. E-mail: adr.heinen@pi.net
KN - JUNI 1997
18
BOSSCHE HISTORIE
Een Bossche schilderijencollectie Op 12 mei 1698 werd er door notaris Jacob de Bye een inventaris opgemaakt van de nalatenschap van Elisabeth van Veen, die op 7 augustus 1694 was overleden (1). De inventarisatie geschiedde ter instantie van haar testamentaire erfgenamen Jan Hendrick de Bacquer en Peter Matthijs de Bacquer (2). Tot de nalatenschap behoorde onder andere het huis de Klo.ck op de hoek van de Vughterstraat en Pastelstraat. In dat huis zal Elisabeth van Veen overleden zijn. Opmerkelijk is dat in de inventaris een groot aantal schilderij en wordt opgesomd met een beschrijving van het schilderij en de naam van de schilder. In het hoofdstuk 'Schilderijen en Beeltwerck' van de inventaris treffen we onder meer de volgende beschrijvingen aan (nummering is door mij aangebracht): folio 15v: Een schilderij van een kint levens grote met een geel tabbertien aen ge boort met witte kanties met een goude bel en waijerken in de hant is het conterfeijtsel van Joanna van Veen geschilden bij P. de Putter 2 Noch een schilderij levens grote van een kint met een zeegroen tabbertien aan ge boort met witte kanties hebbende een goude clater in de handt is het contrefeijtsel van Elisabeth van Veengeschildert bij P. de Putter 3 Een conterfeijtsel van meester Pieter van Veen een oudt grijs man met een kael hooft met een lob ben om den hals 4 Een conterfeijtsel van sijn huijsvrou Jacomina van Ruijven een oude vrou met een lobben om den hals en een swarte tipkap op, geschilden met het bovenstaende bij Pieter de Putter 5 Een conterfeijtsel van meester Johan van Iderssem sijnde een oudtachtich man met een bef om sonder kant 6 Een conterfeijtsel van sijn huijsvrou Theodora van der Schenck met een camerijcx doecken hals ken sonder kant om den hals beijde geschilden bij Pieter de Putter
)
folio 16: 7 Een conterfeijtsel van meester Cornelis van Veen met een fluweele mantèl om en een paruijck op geschilden bij de Putter 8 Conterfeijtsel van Josina van Iderssem met een paruijckien op voor een Spaense kap met kante kragen en rabatten is mede van de Putter gedaen 9 Conterfeijtsel van Simon van Veenmetswartfluweelmet een witte satijne vest aen geschilden bij de Putter 10 Een conterfeijtsel van Johanna van Veen met een orangie ende blaeugebloemt tabbenien aen, int bloot haijr gehult geschilden bij de Putter 11 Een conterfeijtsel van Jacobus van Veen met een swart satij ne gepiqueert wambas aen, geschilden bij sijn suster Apolonia van Veen 12 Conterfeijtsel van Capiteijn Hendrick Sels staet als een crij chsman int harnas met bruijn haij er geschilden bij de Putter 13 Een conterfeijtsel van Maria van Iderssem sijn huijsvrouw en hij haeren tweeden man al in 't swan fluweel geschilden bij de Putter
14 Een conterfeijtsel van Theodora van Veen heel op sen ouwets met getailleerde mouwen in 't midden toe gebonden geschilden bij van der Vliet 15 Een schilderij ken sijnde een open gesnede meloen en een halve open pruijm comt een oostindise vliech ofgespickelt beest bij sitten, geschilden bij meester Jacob van Veen 16 Een schilderijken met eenige rivierviskens baerskens etc. is bij de Putter geschilden 17 Een schilderij ken meteen ebbe lijsthetconterfeijtsel van Joanna van Veen op s'en antijckx als een herderinne met een blaeu lijfken aen witte moukens een bont gecouleurt charpken om den hals enomtlijf, eenige bloemen op haer hooft, geschilden bij Benjamin Cuijp 18 Twee stucxkens gesneden van wit papier in ebbenhoute lijsten op swan fluweel met een glas veur folio 16v 19 Een weerga tot het bovenste is het conterfeijtsel van Elisabeth van Veen met een co lumbijn lij fken aen met geele biessies een sluij erken om den hals bloemen en p luij men opt hooft geschilden bij Benjamin Cuijp 20 Een stucxken daer een crucifix in staet met de weenende moeder Godts daer onderstaende is, bij Apolonia van Veen geschilden 21 Een schilderijken is een herderke met een hoet op sijn hooft, sijn staffin de handt, een duijtse fluit in d' andere handt heeft een verschooten paers kleetien aen met groene ondermouwen geschilden bij Jacobus van Veen 22 Noch een schilderijken de weerga tot het bovenstaende sijnde een herderinneke int blaeu met een geel charpken omt lijfmet bloemen en een halve maen op het hooft geschilden bij Jacobus van Veen 23 Een stucxken met fi:uijt rode en witteAelbessen en appelen etc. comt een mees oft vogelken geschilden van Jacobus van Veen 24 Een kleij n ront schilderij ken met een achtkantig eb benhoute lijstien is het conterfeijtsel van meester Pieter van Veen een grijs man met een kael hooft met een lob be aen en bij hemselfgeschilden 25 Een kleij nschilderijken is een zeetje met twee schepen en een int verschiet geschilden bij Marten Fransse van der Hulst 26 Een stucxken met crion geteeckent op parkement in een swart ebben lijstie daer een glas voor is, verheelt een harderinne met den ellenbooch op een dootkist steunende bewenende de doot van haren harder geteeckent bij meester Jacobus van Veen 27 Een grote schilderij waerin staet de heer pensionaris meester Pieter van Veen in sijn comtoir voor een tafel een blat van eenen boeck omslaende bij hem hebbende sijn soon Jacobus van Veen, met een swart en vergulde lijst 28 Een ovael schilderijken op een co per plaettie is een cardinael int groen gekleet met een rode bonnet op en pruijmebome lijstien geschilden bij Octavi van Veen
KN - JUNI 1997
19
BOSSCHE HISTORIE
Dan volgt nog een aantal schilderijen, waarbij wel de afbeelding wordt beschreven, maar niet wie de schilder is. Deze schilderijen zijn wel beschreven door Mosmans (3). Dan volgen nog op folio 19: 29 Noch een conterfeijtsel van een seer schone juffi:ou int root satijn gekleet met kanten kraegen om den hals geschildert bij Apolonia van Veen 30 Noch een vierkant stuckie met een gesneden lijstien met crion op parquement geteijckent is Prins Frederick Hendrick van Nassou prins van Oranie met een glas voor geteeckent bij S. van Veen 31 Een schilderijken met een ebben lijs tien is een jufferken in een geel satijn lijf wat bruijn geschildert met rode stricken om het lijfen om de mauwen wat bruijn geschildert bij Apo lonia van Veen Bij het doorlezen van deze inventaris vroeg ik me een paar dingen af a Wanneer zijn de schilderijen en pentekeningen gemaakt en is er informatie te vinden over de schilders Cuijp, Van der Vliet, De Putter en Van der Hulst en de genoemde schilders uit de familie Van Veen? b Wat is de familierelatie tussen de diverse schilders en schilderessen Van Veen en Elisabeth van Veen en tussen de families Van Veen en Van Iderssem? c Bestaan de schilderijen en pentekeningen nog, en zo ja, wat is hun verblijfplaats?
9
Maerten Fransz van der Hulst werkte in de jaren 16301645 als schilderteLeiden(4).
We kunnen de schilderijen en pentekeningen dus grofweg dateren als zijnde eind 16de eeuws/eerste helft 17e eeuws. Ad. b Familierelaties van Veen en van Iderssem. Uit het artikel van Mosmans (3) blijkt, dat Elisabeth van Veen een dochter was van Jacob en Maria van Iterson. Maria hertrouwde na het overlijden van Jacob met Hendrik Seis, uit welk huwelijk onder andere werd geboren: Catharina Maria Seis, zij trouwde met Jacob de Bacq uer en werd de moeder van Jan Hendrick en Peter Matthijs de Bacquer, de erfgenamen van Elisabeth van Veen. De grootouders van Elisabeth van Veen waren: Pieter van Veen en Jacomina van Ruijven en Johan van Iterson en Theodora van der Schenck. Ad. c Verblijfplaats schilderijen en pentekeningen Over de verb lij [plaatsen van de schilderij en en tekeningen was in 1937 niets bekend(3). Het zou natuurlijk heel erg leuk zijn, als die na 300 jaar wel bekend zouden worden.Mogelijk hangt een van de schilderij en nog in een Bossche huiskamer. Aanvullingen worden met belangstelling tegemoet gezien.
Ada. Datering schilderijen en informatie over de schilders. 1 2 3
4
5
6
7
8
Pieter de Putter werd circa 1605 te Middelburg geboren en overleed te Beverwijk in 1659 (4,s). Benjamin Gerrits Cuijp, werd in 1612 te Dordrecht geboren en overleed aldaar in 1652 (4,s,6). Van schilder Van der Vliet wordt slechts de achternaam vermeld. Mogelijk is hij identiek met Hendrik Cornelis van (der) Vliet, geboren Delft 1611/ 1612 en aldaar overleden in 1675 (5). Pieter van Veen werd in 1563 te Leiden geboren en overleed in 1629 te Den Haag (4,s). Hij was in 1606pensionaris van Leiden en gehuwd met Jacoba van Ruijven (7). Ottovan Veen, ookgenoemdOctavi, werd in 1556teLeidengeborenenoverleedin 1629 teBrussel(7,8,9). Hij was een broer van voornoemde Pieter van Veen. Apolonia van Veen waseendochtervanPietervan Veen en Jacoba van Ruijven en overleed op 11september1635 te Goes (7). Kramm vermeldt van haar twee landschapjes met de pen gerekend (7 ,9). Met S. van Veen zou Simon van Veen bedoeld kunnen zijn, een zoon van de onder 4 genoemde Pieter van Veen, die in 1661 overleed (3). Jacob van Veen is waarschijnlijk dezelfde als de zoon van de onder 4 genoemde Pieter van Veen, die op schilderij nummer 27 staat afgebeeld. Biografische gegevens zijn mij over hem niet bekend.
Notm 1 Notariu[Arcliief's-fĂźrto8en6oscli, invmtarisnummer2740,fouo 12, mnei1698 2 Efisa6etli van Veen maakte oy 3.8.1694 een testament voor notaris Jaco6 de Bye afdaar (NotariufArcliiefs-Herto8en6oscli inventarimummer 2738, foGo 155). Uit dit ttstammt 6fijk~ datEfisabetli urdemn testament liufwmaahvoornotaris de Ham te Grave oy 29.J.1691. A~lions GJ Mosmans: Een 6efm\:'lrij ke nafatenscliay van oudescliilifcrijm in: Oud-Holfanrt(54) 1937,ya8ina's214-218. 4 cliristoyher Wr~ht Paintir\:'lsinDutchmuseums: An index ofoi~aintir\:'ls inyu6Gr - r) fections in tlieNetherfmu/S ~ artists 6om 6efore 1870,Amsterdam [1980) 5 'Alfrnliiliferijm van liet Rijksmuseum te Amsterdam, vollĂŞd~8ed!itstmrde catafo8us', door df afdfGn8 Scliifdfrijen van liet Rijksmuseum, Amsterdam [1976) 6 'Aef6mciryy mzijnfmniue, scliifdfrs u Dordrecli~ catafo8usvan de tentoonsteffin88elioudminDordrechtvan 12 novem6eri977-8januari1978', Dordreclit(1977). Descliildfrijm vanJoanna mEfisa6erli van Veen,8escliifdfrrtrtoor Bmjamin Cuijy wordm niet in de catafo81tsvermdd. Ook lietartikefvanMosmanswas 6fij k6aar aandesammstelfers van de catafo8us on6ekmcf. 7 NieuwNerterfandSBio8rafmli Woordfn6oe~ deef6 8 Winkfer Prirts Encycfoyedle,7e druk 1972 9 Christiaan Krnmm: De ~verts mwerken der HolfandSclie en v!itamsclie Ku11Stscliifdfrs, 6edilliouwm,8raveurs en 6ouwmmtersvandm vroe8stm tot oy onzen tijd, Antsterdam (1861J,M5
Theo van Herwijnen
KN - JUNI 1997
20
BOSSCHE HISTORIE
's-Hertogenbosch gezien vanuit het recht op Gerechte maten en gewichten. (12) Op 2 Februari 1615 brengt een bode een, 'schoenen ende gulden cop, wegende vier en dertich ende een halffonce'. De bode wordt op quitantie 162 guldens betaald. 5 Juni 1615 behandelt de stad een verzoek van enkele burgers die doende zijn om nieuwe stenen gevels voor hun huizen te maken. Zij doen hun verzoek ook voor diegenen die hun gevels nog zullen gaan veranderen in steen. Zij vragen om vrijstelling van de bieraccijns, voor het bier dat aan de arbeiders die aan die nieuwe gevels, welke in de plaats van de houten gevels komen, werken. De gevels moeten een 'chiraet der stadt' worden. De accijnsontheffing wordt gevraagd voor bier dat is 'verdroncken oft nochteverdrinckene'.
)
De stad besluit dat er, 'egeen vrijdicheyt van de acchijns' wordt gegeven. Er wordt een commissie uit de drie leden van de stad gevormd om op een andere voet een regeling te maken. Men is het eens met de opmerking dat de nieuwe gevels tot' chiraet ende verbeteringe' van de stad zullen leiden. En dat er' egeene n yeu we hou te voorp loyen (voorgevels) bynnen dese stadt en souden behoiren gemaeckt te worden'.
DE KRONIEK VAN' s-HERTOGENBOSCH van VanderHeijdenenMolhuysen bericht in 1615 dat aan de eigenaars van panden die hun houten gevel door een stenen laten vervangen een premie wordt toegekend, gelijk aan één derde van de benodigde stenen. 26 Juni 1615 wordt Adriaen Wijnen benoemd tot deken van de korenkopers. 1616. Daniel Janssz. Bachoven meet en ijkt diverse vullegers. 14 Juli 1616 betaalt men voor een goudgewicht voor het betaalkantoor "boven", 1 gulden en 16 stuivers. 29 Augustus 1616 staat in een brief aan de stad iets over het gewicht van het te bakken "amonitie broots". Dat is het brood dat voor het garnizoen werd gebakken, zoals beschreven in het contractd.d. 31 Maart1605, tussen de heren Boxhorn en Innevelt (Mijn artikel lo.). Men spreekt over Boxhorn in de verleden tijd. Het contract onder andere met 'wijlen den Raedtsheer Bocxhoim, dijen Godt rust geve'. Dat contract bepaalde te rekenen, niet meer dan '235 pond meels voor elck molder terwe ende 224 pond voor elck molder roggen, dwelck de voirschreven Raedtsheer seedert noch heeft verleeght tot 220 pond,
vindende dat den voirschreven Rogh nij et en was van goeden gewichte'. Verder, dat alles wat de granen meer zouden wegen, ten voordelezouzijn van de voornoemde heer Boxhorn. De brief was ondertekend door Innevelt (Jan Franszen van Innevelt). 10 April 1617 maakt de stad een instructie voor de conciërge op de Gaffele van de stad' s-Hertogenbosch. Hoe hij op provisie verplicht zal zijn de wijnkelder te bedienen te beginnen omtrent 'St.Jans baptiste geboorte dach Ierstcommende deses jairs 1617'. Ten eerste hebben de heren schepenen de macht om ten allen tijde de conciërge, met zijn familie, van de Gaffele te laten vertrekken en de 'neringe ofte administratie des wijnkelders affte nemen', zonderopgaafvan redenen. In de kelder mag de conciërge alleen 'in te leggen ende laten tappen Rijnssche wijnen' en door een ander is te leveren de Spaansche, Franse en alle andere wijnen, 'gheen rijnsche wijnenzijnde'. De conciërge mag op de Gaffel wonen zonder huis- of kelderhuur. De stads-rentmeesters moeten het pand goed onderhouden. De stad houdt het gebruik van de Gaffel zowel boven als beneden, wanneer het hen nodig lijkt. Van het huisraad en de meubelen krijgt de conciërge een goede inventaris. Van wat inde Gaffel staat en in de kelder, wat alles stads eigendom blijft. De conciërge moet op zijn kosten alles zuiver en schoon houden. De conciërge moet ook het stadhuis 'keren, vegen ende suyver houden'. Zowel voor als achter. Ook schoon houden 'de stoopen op de kankamer'. 's-Morgens de 'voordoore aen de paije van den Zadel van 't stadthuys open te doen'. Dezelfde deuren en van de andere Raadskamers 's-avonds, als de heren schepenen zijn vertrokken, weer sluiten. Zonder daarvoor loon te ontvangen. 10 ayri[i617.
lnstructievoor dt concië'2)t oy De Gaffe( KN - JUNI 1997
21
BOSSCHE HISTORIE • VAN DE WERKGROEPEN
De wijnen worden de conciërge geleverd op kosten van de stad tot op de straat voor de kelder. De onkosten voor het binnenbrengen worden ook betaald. Maar' d' ongeluck oft schade' die bij het binnenbrengen of in de kelder ontstaat, is voor kosten van de conciërge. De conciërge mag voor zichzelf ofiemand anders geen wijn binnenhalen. De conciërge mag geen vat of vaten openen dan na overleg met een nog aan te stellen opzichter van de stad. Deze zal met de heren schepenen van de stad, de prijs voor de wijn bepalen. De conciërge moet deze prijs hanteren en zich daarvoor verantwoorden. De opzichter noteert bij het openen van het vat, de datum, hoeveel de in-
houd van het vat is, de vastgestelde prijs en wanneer het vat leeg komt. ('is affgeloopen'). Dat wil zeggen wanneer' tzelve op zijn Iers te moeder is oftnyet'. (Leeg is, wanneer het eerste bezinksel - moeder - zichtbaar wordt.) Een afgelopen vat moet men te water leggen en daarvan de juiste watermaat nemen. Naar deze maat en de vastgestelde prijs moet de conciërge zonder enig uitstel afrekenen. Zonder fraude. Het is de conciërge verboden stadswijn te schenken op de pof, dus zonder te laten betalen, aan welke persoon ofin welke hoedanigheid dan ook. De conciërge ontvangt voor iedere geschonken pot van de wijnen, twee
oirt stuivers. Dat is per aam, 'twee gulden thien stuvers'. Van de wijn die aan de heren schepenen of hun gasten, en aan de heren van de Magistraat worden geschonken, ontvangt hij voor een pot, niet de voornoemde twee oirt stuivers. Maar alleen' de crimpinge ende lakagie'. Dus het verlies van indampen en lekken bij uitschenken. Zoals men in de stad deze regel hanteert. En zo gaat deze instructie nog even door. Het lijkt mij dat de arbeidsomstandigheden en -voorwaarden, verre van aangenaam waren.
Wordt vervolgd. J.J.van Veldhuizen
VAN DE WERKGROEPEN (vervolg van pagina 13) lij ker maken van de walmuren voor zowel de inwoners van de stad als de bezoekers van de stad 's-Hertogenbosch. Van dit bedrag kunnen onder andere bewegwijzering en informatieborden gefinancierd worden. Bij deze korte toeristische aanbeveling blijft het niet.
De komende maanden gaat de werkgroep zich onder andere richten op de samenstelling van wandel- en fietsroutes en gaat zij een meer omvattende toeristische visie uitwerken.
ken om op deze wijze ook in de toekomst aan de gemeente te kunnen blijven adviseren. Petra van der Elst en Joris van den Bergh
Tevens hoopt de werkgroep op de hoogte te blijven van de vorderingen van de restauratie van de vestingwer-
NIEUWE STADSGIDSEN
KN - JUNI 1997
22
ANDER NIEUWS
ANDER NIEUWS Met de torengidsen op excursie in Utrecht dus. In het lokaal stonden allemaal ruw geschuurde houten tafels en stoelen, zelfs de vloer was van ruw hout. Het was er zo gezelligdatwedetijd vergaten en bijna bij de Domtoren te laat waren voor een tweede beklimming naar het op 86 meter staand beiaardklavier met de muziektrommel van Juriaan van Sprake!. Hier speelde Arie Abbenes het Wilhelmus en het liedje: 'Lang zal hij leven', dit alles voor de dertigste verjaardag van onze Kroonprins Willem-Alexander. Na een aantal nummers op de beiaard gespeeld te heb ben en de vragen beantwoord te hebben van onze torengidsen zijn we naar beneden gegaan om vervolgens naar de Nicolaïkerk ofwel 'Klaaskerk' te lopen. Deze kerk heeft twee torentjes die totaal verschillen van elkaar, de heer Dick van Dijk wist hier het een en ander over te vertellen, binnen speelde de heer Van Dijk voor ons op het 'Marcussen'-orgel. Hij heeft alle toetsen en knoppen laten zien en laten horen Voor zondag 27 april 1997 had de Kring een excursie geor- · waar deze voor dienden tot zelfs het kerstbelletje dat ook door lucht wordt aangedreven. Jammerdatde persoon er niet ganiseerd voor onze torengidsen. Om 08.15 uur zijn we met twaalf personen vanuit de Vis- meer was die de blaasbalgen bediende zoals ze dat vroeger straat in drie auto's vertrokken richting Utrecht. De leiding deden. was inhanden van John Vermulsteen Utrechtkenner bij uitNa dit concert klom onze groep naar het hoogste torentje stek. waar de beiaard van Hemony (1649) hangt. Deze beiaard is Rond 09.00 uur werden we aan de voet van de Domtoren 1989 verrijkt met twee nieuwe klokjes, hierdoor heeft deze gastvrij ontvangen door de heren Arie Abbenes (stadsbeiaar- beiaard nu de omvang van drieeneenhalfoktaaf. Normaal worden hierboven geen rondleidingen gegevc n dier) en Dick van Dijk (beiaardier en organist). Binnen in een mooi onderkomen van het in 1979 opgerichte Utrechtse omdat de ruimte te beperkt is maar voor ons was er een uitKlokkenluiders Gilde 'Sint-Maarten' werden wij op koffie en zondering gemaakt. gebak met de Utrechtse kleuren rood-wit getrakteerd. De De heer Abbenes vertelde ook dat deze toren dit jaar weer koffie werd geserveerd in eigen kopjes met hun logo UKG. Na luidklokken,krijgt in een nieuwe klokkenstoel. De officiële dit welkom gingen we naar de eerste trans om te zien en niet overdracht is op 29 augustus 1997- Deze klokken zullen meete vergeten, te horen, hoe het klokkengilde de klokken hand- luiden in het grote stadsgelui ter gelegenheid van de opening matig luidde. De 'leider' van het klokkengilde gafinstructies van het Holland Festival Oude Muziek. Maar liefSt vijftig luidklokken, waaronder veertien exemaan de klokkenluiders aan de hand van een schema dat hij op plaren uit de Middeleeuwen, zullen op die avond over de stad papier had staan. Geestdriftige jongelui waaronder een meisje luidden er Utrecht galmen. Het is mij wel opgevallen dat er buiten de sprinklerinstalstevig op los, het was een prachtig gezicht. Een verdieping hoger konden we de luidklokken op en latie in deze twee torens ook elektrische rookmelders aanweneer zien gaan. Na deze demonstratie gingen we naar bene- zig waren wat bij ons niet het geval is. Na een afscheid van beide herenzijn we terug gereden naar den. onze stad's-Hertogenbosch. Onder leiding van John Vermulst liepen we langs de kerDe Domtoren is prachtig, en het uitzicht zal bij goed weer, ken rondom de Domtoren waar John het een en ander over vertelde. Omdat er in deze kerken nog diensten aan de gang zeker de moeite waard zijn, maar onze St.-Janstoren is bij waren konden we ze niet van binnen bezichtigen. Vroeger slecht weer ook de moeite waard om te worden bezichtigd, waren deze kerken met andere gebouwen appart ommuurd daar er in onze toren veel te zien is. Utrecht, sorry hoor, maar dit moest ik echt even kwijt! zoals we op een groot schilderij konden zien, staatjes in de MenkandeDomtorenendeSt.-Janstorenooknietmetelstad Utrecht zoals het Vaticaanstad in Rome. kaar vergelijken omdat het om twee totaal verschillende toRond 12.oo uur zijn we wat gaan eten in een eethuis waar rens gaat. Iedereen vond het een leuke excursie en dankte John. het echt gezellig en druk was. Volgens mij was het een oud herenhuis met in het midden 'n lichtkoepel van glas-inloodramen, het leek veel op een oranjerie, een bloemenkas Jo Hendriks KN - JUNI 1997
23
STICHTING GASTHEERSCHAP
Secretariaat van
KRING "VRIENDEN VAN 's-HERTOGENBOSCH" . Postbus 1162 · 5200 BE 's-Hertogenbosch
CULTUUR-HISTORISCHE ACTIVITEITEN ~
Bezc>ekersseizoen 1997 Op 26 april j.I. is het Bezoekersseizoen weer officieel van start gegaan. Twee nieuwe folders zijn gepresenteerd: één folder met de individuele rondleidingen van de Stichting Binnendieze en Stichting Gastheerschap van de Kring met de rondleidingen, stadswandelingen en vaartochten Binnendieze voor losse kaartverkoop en een Arrangementenfolder voor groepen vanaf 10 personen, een gezamenlijke uitgave van Kring en streek VVV 's-Hertogenbosch. Beide folders zijn verkrijgbaar in het Kringhuis.
Nieuwe cultuurhistorische rondleidingen Museumwandelingen Stadswandeling inclusief een rondleiding op de historische afdeling van het Noordbrabants Museum en een bezoek aan de beeldentuin onder leiding van een Kring gids. Een bijzonder middagvullend arrangement. Op woensdag, zaterdag en zondag om 12.00 uur, start Kringhuis. Avondwandelingen Wandelen bij het vallen van de avond door de historische binnenstad onder leiding van een gids van de Kring. Op donderdagavond om 19.00 uur, start Kringhuis. Middeleeuws kruisboogschieten met het Bossche Schuttersgilde Een combinatie van een rondleiding in de vesting de Citadel en een bezoek aan het Gilde de Oude Schuts. Na de rondleiding door het gebouw onder leiding van een Kring gids en na het drinken van een kopje koffie vertellen Gildeleden in historische kleding over hun rijke verleden, mede aan de hand van een audio-visuele presentatie. Daarna kunt u zelf met hun middeleeuwse kruisboog schieten. Voor de beste schutter van de groep hebben wij een leuke attentie in petto! Een bijzonder arrangement voor groepen. Elke vrijdag van 10.00 tot 13.30 uur. Maximaal 25 personen, f 300,- per groep. Voor inlichtingen en reserveringen: Kringhuis, tel. 073 - 6135098
~
Nu te koop in het Kringhuis, Erfgoedwinkel 's-Hertogenbosch, de geschiedenis van een Brabantse stad - 1629-1990 Een inmiddels veel besproken boek over de stadsgeschiedenis van 's-Hertogenbosch waarin bovenal de aandacht ligt op gebeurtenissen die het leven van de gewone Bosschenaren raakten. Een prachtig geïllustreerd boek, op een prettig leesbare manier gepresenteerd. 464 pagina's, gebonden, ruim 350 illustraties. Prijs: f 69,95. De Sint-Cathrien - een binnenstadskerk in 's-Hertogenbosch Een boeiend overzicht van de bouwgeschiedenis van de St.Cathrien. Het boek brengt het restauratieproces in kaart en geeft een inzicht in de problematiek van onderhoud en herstel van de Bossche monumentale kerkgebouwen. Prijs: f 25,Kroniek deel 2 Vanaf 27 mei kunnen de bestelde exemplaren van de Kroniek deel 2 (in combinatie deel 1) worden afgehaald in het Kringhuis.
KRINGHUIS Vlsstraat 42b 5211 ON 's-Hertogenbosch Telefoon 073 - 613 50 98 073 • 614 60 21 Telefax OpenlngsfJJden: Maandag t/m zaterdag van 10.00-17.00uur Zon· en feestdagen van 12.00 - 17.00 uur bovendien op donderdag van 18.00 • 21.00 uur
BETALINGEN - Postgiro 3.119.716 - Bank van l.anschot rek.or. 22..51.91.202 _7- JoorllJkse bijdrage m:1n1m0f 25,- Jeugdleden f 15,Krlng-Nleuws is het zes maal per jaar verschijnend tijdschrift van de Kring ''Vrienden van 's-Hertogenbosch".
REDACTIE: Harry Blankert, Aart Bogers, Jack van Elfen. Alexander Franssen, Theo van Herwijnen. Jan Korst~n. Afi Unders (voorzitter/secretarts) en ston swarts.
AAN DIT NUMMER WERKTEN MEDE; Kok de Bekker-Dupont, Joris van den Bergh, Uan Duif, Petra van der Elst, Frans van Goal, Jo Hendriks. Jos Nelis,
Martien Smits, EllyStrang-Over~ melJer en J.J. van Veldhuizen. . REDACTIE-ADRES: Secretariaat Kring-Nieuws Postbus 1162 5200 BE 's-Hertogenbosch VORMGEVING: Alexander Franssen, . Jack van Elfen en Atl Unders
DRUK: Prlntex 's-Hertogenbosch Oplage 1 700 stuks Niets uit deze uitgave mag · worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de redactie. KN - APRIL 1997
24