3 minute read
STADSBEESTJES
tekst © Lieselotte Vervoort
Over insecten, tuinvogels en andere bewoners van de stadstuin.
Advertisement
BRUSSELSE PARKIETEN
Net als vorige maand blijven we met de Stadsbeestjes in de wereld van de vogels. Zoals onze stad een mix is van exotische culturen en kleuren, zo krijgen ook onze inheemse dieren meer en meer het gezelschap van exoten. Dat is zeker niet in alle gevallen positief, aangezien sommige exoten bij gebrek aan natuurlijke vijanden flink wat schade kunnen berokkenen aan de soorten die hier van oorsprong zijn, maar daarover later meer.
SOORTEN
In Brussel broeden 3 soorten parkieten in het wild: de halsbandparkiet, de grote alexanderparkiet en de monniksparkiet. De twee eersten worden vaak met elkaar verward omdat ze sterk op elkaar lijken. De drie soorten vallen op door hun felgroen verenkleed, maar de monniksparkiet is een stuk kleiner (tot 29cm) en heeft een witte hals en buik. Het verschil tussen de halsbandparkiet en de alexanderparkiet is moeilijker te zien hoewel de alexanderparkiet groter is (tot 58 cm) en vooral een langere staart heeft. Ook hebben de mannetjes een halsband en een roze vlek in de nek en op de vleugel. Bij jonge vogels ontbreken die en deze worden dan ook vaak verward met de halsbandparkiet. Bij deze laatste hebben de volwassen mannetjes een blauwe schijn in de staart en op de kop.
Halsbandparkiet
LEVENSWIJZE
Deze kleurrijke en luidruchtige vogels blijven doorgaans hun hele leven bij één partner. Ze eten bij voorkeur bloemen, vruchten en noten (pinda’s). In Europa blijft hun verspreiding beperkt tot de steden omdat ze in de winter niet in staat zijn om voedsel te vinden buiten de stad. Mensen met fruitbomen zien hen echter niet graag komen, ze kunnen best wel veel schade aanbrengen aan de bloesems en het fruit. Het oorspronkelijke leefgebied van de halsbandparkiet is India en Afrika rond de evenaar. De alexanderparkiet komt uit een gebied dat zich uitstrekt tussen Afghanistan, Sri-Lanka en Vietnam. De monniksparkiet is afkomstig uit Argentinië en Brazilië en leeft in kolonies. Van de drie soorten is deze de meest creatieve nestenbouwer. In sommige parken in Brussel kan je hun nesten bewonderen, ze hangen aan de takken of aan straatlantaarns en zijn
Nest parkieten © Wikiwand
zeer groot aangezien de hele kolonie eraan meewerkt en erin woont. Eigenlijk zijn het een soort “flatgebouwen” waarin elk koppeltje een aparte “flat” heeft.
GELUIDSOVERLAST
Ga maar eens kijken aan de Louizalaan niet ver van de Terkamerenabdij, in de hoge platanen is het een drukte van jewelste als ze hun nesten ‘s morgens verlaten. De andere twee soorten maken hun nest in holtes, dat maakt hen relatief schadelijk voor inheemse vogels aangezien ze nestplaatsen stelen van spechten of kauwen. Er zijn weleens klachten over geluidsoverlast van deze vogels. Vooral aan het park van Vorst en in mindere mate aan de Kruidtuin in Sint - Joost is dit een probleem. Hoe komen deze exotische vogels in Brussel terecht?
VERSPREIDING
In 1974 werden in het toenmalige Meli park aan de Heizel een 50-tal parkieten uit een volière losgelaten. De vogels verspreidden zich snel over Brussel en het eerste broedgeval buiten het Meli Park dateert uit 1975. In 1984 telde men 250 vogels, in 1988 waren het er al 500 en in 2014 maakt Het Nieuwsblad melding van 28500 parkieten. Hoewel monniksparkieten dicht op elkaar wonen en elkaar ‘s winters warm houden zijn zij het kwetsbaarst en stagneert de populatie al jaren tot rond de 200 exemplaren. Deze vogels kunnen perfect de winter overleven mits ze genoeg voedsel vinden. Ze zijn vrij goed bestand tegen de kou, zowel de winters op de Argentijnse pampa’s als in het Himalayabergte zijn niet bepaald warm te noemen. Parkieten eten ‘s winters vooral het voedsel dat mensen in de tuin hangen zoals pinda’s en allerhande door de mens achtergelaten afval zoals brood. Vanaf de vroege lente schakelen ze opnieuw over op bloesems en knoppen, tot grote ergernis van de parkwachters… Voor hun overleving zijn ze, in de winter althans, afhankelijk van de mens, vandaar hun voorkeur voor de stad. Stadsbeestjes bij uitstek dus !
Monniksparkiet