Armenian Rhapsody - Queers in Armenia

Page 1

© Karin Grigoryan - Tsomak

n a i n e m r A dy

Met twee maanden tijdskrediet op overschot en via mijn lerares Russisch in België ben ik in Armenië terechtgekomen. Als ervaren reiziger en motorrijder, grafisch ontwerper en selfmade fotograaf, op zoek naar... Tja, naar wat? Ontmoetingen, een paar eigen projecten, verademing, zoiets. Pure nieuwsgierigheid naar de wereld, ook dat. En in de marge om beter Russisch te leren. Trui Hanoulle Twee jonge vrouwen, kunstcurator Eva Khachatrian en journalist-fotograaf Karin Grigoryan, zullen me wegwijs maken in dit eigenzinnige land in de Kaukasus. Een land dat we in België alleen kennen van de genocide in het prille begin van de vorige eeuw, en misschien nog van de dramatische aardbeving in 1988 en de oorlog in Nagorno-Karabach met

o s p a h R

Queers in Armenië buurland Azerbeidzjan. Het is een van de ex-Sovjetstaten, losgelaten na de val van de muur, met een worstelende, vervormde economie die voor een stevig stuk draait op Armeniërs in de diaspora. Grofweg acht miljoen mensen wonen verspreid over de wereld; een dikke drie miljoen in het land zelf dat iets kleiner is dan België. Eva en Karin circuleren in een zeer actieve kring van kunstenaars, feministen, schrijvers, curatoren, journalisten, fotografen, muzikanten, activisten, en via hen kom ik algauw in contact met allerlei mensen. Na een poos bleken daar een aantal lesbiennes en homo’s tussen te zitten, wiens ‘onbekende stem uit een ver land’ ik wil laten horen. In Europa zitten we ondertussen met zijn allen gezellig te cocoonen, maar elders behoren er heel andere dingen tot de orde van de dag. En ik word algauw een paar keer stevig op mijn nummer gezet... Queer on the rocks Een zaterdagavond, hartje stad in een ruim café. We zitten aan tafel met negen vrouwen, ruw geschat tussen de negentien en vijftig jaar: Lusine Talalyan, Arpi Adamyan, Shushan Avagyan, Adrineh, en nog vier jonge vrouwen die naamloos wensen te blijven. De afspraak is geregeld door Adrineh, een Canadees-Armeense die ik tegen het lijf liep in een betoging tegen geweld op vrouwen hier in Yerevan. Mijn verwelkoming is er een van het kille soort. Ik word voorgesteld, en getaxeerd.

27


© Lusine Talalyan - Zelfportret

© Lusine Talalyan - Anoniem

Komt daar nog eens bij dat er voortdurend vertaald moet worden, in beide richtingen, wat de afstand alleen maar vergroot. Shushan, een schrijfster die voornamelijk in de VS verblijft maar volledig focust op Armenië, opent het gesprek en bakent het interview meteen af. Vorig jaar werden ze geïnterviewd door een lokale journalist die het allereerste artikel ooit publiceerde over lesbiennes in Armenië onder de titel ‘Coming out: Armenian lesbians raise the curtain’. Hoe ‘lansbrekend’ ook, het was niet de bedoeling dat een aantal van hen online en zonder inspraak zouden geout worden. Dit zijn kunstenaars, dit is het leven waarover ze willen praten; persoonlijke verhalen zijn niet aan de orde. Arpi is verbaasd als ze hoort dat ik geen kunstenaar ben. “Wat doe je hier, waarover gaat dit interview dan?!” Mijn beurt om verbaasd te zijn. Iets is de mist ingegaan. Ijs, niet alleen in mijn campari. Het label ‘lesbienne’ wordt ook maar ineens van tafel geveegd. Ontoereikend, beperkend, en zelfs beledigend. ‘Queer women’ of ‘queer’ tout court, noemen ze zichzelf. ‘Queer’ als in ‘alle van-de-heteronorm-afwijkende levensstijlen’, zelfs als het een heterovrouw of een man betreft. Genoteerd. Het feministisch kunstcollectief waar al deze vrouwen deel van uitmaken, met zijn radicale standpunten over gender, bestaat sinds drie jaar en heet WomenOriented Women (WOW). Ze zijn actief in Yerevan, en verbonden met het Women’s Resource Center (WReC), een soort vrouwenhuis. Dat ze er zijn, en zichtbaar zijn voor wie het wil weten en wat voorbereidende research doet, kwam voor mij sowieso al als een verrassing. Ik ga ervan uit dat holebi’s buiten de ‘westerse’ wereld altijd grotendeels ‘ondergronds’ leven, en mijn verbazing was positief, maar zo zagen ze het niet. Het was een oriëntalistische belediging.

© Lusine Talalyan - Een aantal vrouwen van het WOW-kunstenaarscollectief

“De situatie van ‘queer’-vrouwen in Armenië,” leggen de WOW-vrouwen uit op hun blog, “is ronduit slecht. Homoseksualiteit en andere non-normatieve levensstijlen werden consequent afgestraft doorheen de hele hedendaagse geschiedenis van Armenië, en vanaf 1936 tot 2003 werden homo’s en lesbiennes vernederd, gecriminaliseerd en gevangen gezet op basis van Artikel 116 in de Armeense strafwet. De wetten zijn sindsdien toleranter tegenover de LGBTgemeenschap, maar de niet-heteronormaliteit wordt nog steeds veroordeeld in de meeste lagen van de maatschappij, door onwetendheid en homofobie. WOW creëerde een veilige omgeving en beantwoordde aan een dringende nood. Terwijl homoseksualiteit over het algemeen gestigmatiseerd wordt in Armenië, worden vrouwen dubbel onderdrukt door de last van traditionele rollenpatronen en moederschap, en hebben ze omzeggens geen middelen om die onderdrukking te ontlopen. Coming-out tegenover de familie en de maatschappij is ondenkbaar voor veel queer-vrouwen.”

De WOW-vrouwen zoeken een taal, een manier om hun ongewone, antitraditionele stempel te drukken op deze stad. Hun experimentele blog heet dan ook ‘Queering Yerevan’ (zie achteraan artikel). De groep bestaat uit kunstenaars, curators, schrijvers, activisten en kunstcritici. Ze voeren een voortdurend debat, binnenskamers en met de buitenwereld, over bewustzijn, terminologie, draagwijdte en zichtbaarheid van queer-thema’s en andere belangrijke LGBT-onderwerpen in Armenië, door middel van workshops, lessen, onlinediscussies, rondetafelgesprekken, LGBT-films, artikels en individuele en collectieve kunstprojecten. Het hele project gaat over ‘queering the city/map’ en ook ‘queering the self’. Ik voel me bij momenten de mecanicien die Derrida uitgelegd krijgt. Eén van die projecten, ‘Coming To You To Not Be With You’, vond in 2008 plaats. De naam duidt op de interne dynamiek binnen het collectief die probeert een ‘queer’ homogeniteit te vormen ondanks de meningsverschillen, tegenover een maatschappij die hen afwijst en vervreemdt. Het project bestond uit een workshop van twee weken en een aansluitende tentoonstelling die gepromoot werd via affiches in de hele stad. Op de affiches stond: “U wordt uitgenodigd op een groepstentoonstelling van werken van (on)gewone queer vrouwen”. Enkele mannen kwamen hun ongenoegen uiten, het bezoek van andere buitenstaanders was zeer beperkt, en er kwam omzeggens geen pers, maar een eerste stap was gezet: de stad had een kleine maar aanwezige ‘queer’-stem gekregen. Na een dik uur zijn de meesten niet meer in het gesprek geïnteresseerd maar dat ben ik ondertussen al gewoon hier. Bij concerten, theater- en filmvoorstellingen wandelt iedereen naar believen binnen en buiten. Ze bladeren snel door een reeks reisbeelden op mijn laptopje, terwijl ik nog even verder praat met Shushan, die zichzelf wel uitgesproken lesbisch noemt. Twee vrouwen stappen zonder boeh of bah op. De rest wil gaan dansen. Hoe gaat dat dan in een gewone bar, want ‘queer’-bars zijn hier onbestaand? “Mensen zijn gewoon aan intiem contact tussen vrouwen, niemand stelt zich vragen,” zegt Adrineh met haar vriendin stevig aan de arm. “En als je zou zoenen?” - “Dat doen hetero’s hier ook niet in het openbaar, dat


behoort tot de privésfeer. “But going out is also part of queering the city”, vult ze aan. Een paar maanden geleden is er een relletje geweest in een bar. Twee lesbiennes stonden achter de toog en plots was er een ‘gay friendly’ plek in de stad. Maar op een avond stonden twee vrouwen te zoenen en ging het mis. De eigenaar vond het onbetamelijk. Sindsdien boycotten de WOW-vrouwen die bar, en zoeken weer een ander, tijdelijk onderkomen. Want leven en dansen, dat willen ze natuurlijk ook. Een paar dagen later valt er een e-mail in mijn bus. Of ik de introductie wil doen van hun filmvoorstelling ‘Journey to Kafiristan’, over de reis van Annemarie Schwarzenbach en Ella Maillart in 1939. En of Lusine, de analoge fotografe en multimediakunstenaar, een interview zou kunnen afnemen. Over westerse kunstenaars – fotograaf is ook goed – en hun herinneringen aan de Koude Oorlogstijd. Blijkbaar is niets wat het lijkt, en zelfs dat niet... Incest is coming! Als ik een vrouwenfilmfestival buitenkom, word ik voorgesteld aan een paar mensen, en plots ook aan ene Tsomak Oga. “Dé Tsomak?” - “Jawel, dé.” Pretlichtjes in de ogen, krullenbol, solide mountainbike aan de hand. Daar staat ze, de vrouw over wie ik voor mijn vertrek al hoorde en las. Een jonge rock/ punk/grunge- en experimentele muzikant, en kunstenaar, met al een pittig leven achter de rug. Enkele dagen later heb ik de tweede interviewafspraak, met haar en nog wat vrienden en vriendinnen. Bij haar thuis, een heel ander kader, een heel andere sfeer. Er wordt gekletst, gegeten en gelachen. En uitgebreid verteld.

© Trui Hanoulle - Incest roept een taxi. Een stevige tas voor de basgitaar hebben ze niet, een plastieken zak moet het voorlopig doen. - v.l.n.r.: Naira Tadevosyan, Nata Avagyan, Tsomak Oga, Armine Ghazaryan

De enige foto die de zussen hebben van hun moeder die ze al 12 jaar niet meer gezien of gesproken hebben.

Tsomak is kunstenaar, lesbienne, muzikant, en de rebelse stichter van de twee vrouwenrockgroepen. Dat laatste is haar focus. Hoewel... De dag voordien was ze in Gyumri, in een weeshuis voor gehandicapte kinderen. Ze is er niet goed van. Ze vertelt over kinderen met afwijkingen die over de grond kruipen, over een jongetje dat heel pienter is maar amper kan praten en bewegen, over baby’s die door hun handicap bij de geboorte aan het weeshuis afgestaan zijn. Tsomak is een geëngageerde, warme vrouw van 29 die zelf ook keiharde klappen gekregen heeft. Haar moed en energie maken haar tot een voorbeeld voor veel queervrouwen, hier en in het buitenland, want stilaan krijgt ze ook daar respons op haar werk als muzikant en als multimediakunstenaar. Zij en haar zus hebben hun moeder in geen twaalf jaar gesproken, hun vader in geen twintig jaar, hoewel ze hem soms kruisen op straat. Reden: Tsomak’s eigenzinnige, rebelse, queer-leven. Ze zijn solidair thuis weggegaan en hebben een stuk grond gekocht in een arme wijk van de stad, niet eens ver van het centrum. Ze bouwden hun eigen huis en wonen er gezellig samen. Twee ruime kamers, veel licht, twee poezen, en bijna altijd bezoek. De buren zijn dorpelingen die naar de hoofdstad gekomen zijn op zoek naar een beter leven. Van meet af aan kwamen er spanningen en ronduit harde burenruzies. Want twee onafhankelijke vrouwen samen in een huis, feestjes, rare kleren, kort haar, en een franke bek, dat hebben ze nog nooit meegemaakt. De zussen bijten van zich af, maar twee keer moesten ze er de politie bij halen omdat het uit de hand liep. Nu is er een soort gewapende vrede. Net leefbaar. “Ik ben een emotioneel mens,” zegt ze “maar ik heb daar een dikke laag rationaliteit moeten bovenop leggen, zoals een man. Om overeind te blijven.” Die woorden, die ze bijna terloops dropt, zullen me nog zeer lang heugen. Tien jaar geleden richtte Tsomak de vrouwenrock/punk/grunge-groep ‘Incest’ op, de allereerste vrouwenrock/punk/grunge-groep in Armenië en zelfs de hele Kaukasus. En daar is ze nog steeds heel trots op. “We hadden een heleboel problemen toen we begonnen. We waren slechte muzikanten; we schreeuwden alleen. We hadden wel erg goeie teksten van mijn goede vriendin, de kunstenares Sona Abgaryan. Erg politieke, erg sociale teksten. Ook onze haarstijlen waren bizar. Veelkleurig, gemillimeterd. En we waren jongensachtig, met tatoeages. We leken in de verste verte niet op Armeense meisjes! En zelfs voor de Armeense rockscene was dat allemaal erg vreemd, want die is eigenlijk nogal conservatief. Ze waren bang van punkers. Als je een punkmeisje bent, dan ben je een bitch, vuil, agressief, ... je weet wel, alle slechte dingen over punk. Als we in groep over straat wandelden, staken de mensen over. Ze zeiden: “Oh my god, Incest is coming...!” De lesbiennes, de feministes! Kijk hoe lelijk ze zijn!” “Ik speelde al lang muziek, met jongens. Op een dag zei Sona tegen me: ‘Ik ken een heel cool meisje, Nata.’ Ik vroeg haar: ‘Kan jij schreeuwen?’ En ze zei: ‘Ja, waarom niet?’ En zij kende op haar beurt een geschikt meisje, Naira, haar beste

29


© Karin Grigoryan - Nata Avagyan, zangeres van Incest

vriendin. Ik vroeg of ze gitaar kon spelen. ‘Nee natuurlijk niet,’ antwoordde ze. Daarna vonden we een drumster in een rockbar, Armine. Zij kon niet drummen.” Voor onze repetities hadden we geen drumstel, een kleine basgitaar voor kinderen, en een akoestische gitaar met microfoon. Als drumstel schikten we een rij stoelen. Voor ons eerste optreden in een rockbar, kregen we plots professioneel materiaal. We waren in shock! En we speelden slecht, werkelijk heel erg slecht. Een heleboel mensen kwam kijken omdat ze nieuwsgierig waren naar die meisjesrockgroep. Eerst vonden ze het wel spannend en tof, daarna begonnen ze ons te verafschuwen. Maar we bleven gewoon spelen. Natuurlijk waren we beroemd op een avond. Er werd over ons geschreven, in de stijl van ‘Wat is dit? Moet dit de eerste vrouwenrockband voorstellen? Ze kunnen niet spelen, niet zingen, het is bullshit, enz.’ Dus cool, helemaal goed! We waren niet ontgoocheld. Later begonnen we coherenter te spelen, beter. Eva (n.v.T.: Khachatrian, de curator die mijn eerste contact in Armenië was) organiseerde een tentoonstelling en vroeg ons om op de opening experimentele muziek te spelen. Dus begonnen we ook te experimenteren en te improviseren. Na vijf jaar zijn we uit elkaar gegaan. Er kwamen conflicten, we begrepen elkaar niet meer. Ik richtte een tijd daarna terug een groep op, Pincet, weer een meisjesband. Gelijkaardige muziek, maar toch professioneler. Na een jaar zijn we om persoonlijke redenen uit elkaar gegaan. Maar ik heb goed nieuws! Mijn eerste band Incest komt terug! We hebben overmorgen een eerste repetitie. Ik nodig jullie allemaal uit volgende week.”

Dan komt het gesprek op motoren, en bespreken we voor en tegens van diverse types, reizen, verkeer enz. Ze wil absoluut een motor kopen volgend jaar en ik geloof dat ik de start heb gezien van WIMA-Armenië (de internationale vrouwenmotorclub). De eerste vrouwenrockband en nu ook de eerste vrouw op een motor in Armenië. Geen gewone, die Tsomak! Tsomak heeft twee lieven, en een vriendin Maria die er bijna altijd is. Een in Canada, “een geschifte punkster” zegt ze zelf, en een in de VS, “meer een... hoe moet ik het zeggen? Met mooie kleren en zo. Een dandy.” Met hen onderhoudt ze een intensieve skype-relatie, en een paar keer per jaar wordt er © Trui Hanoulle - Tsomak en Maria op de ochtend van heen en weer gevlogen. Nieuwjaar, bij Tsomak thuis Ze weten van elkaar, en zelf kan ze het prima splitsen “want ze zijn zo heel erg verschillend.” De Canadese komt volgend jaar in maart met haar samenwonen in Armenië. De skype-relatie is toch te eenzaam, het vreet aan haar. “Love is a gun,” laat ze op een andere avond eens vallen. En dan is er Maria hier in Armenië. Lieve hartelijke Maria, met haar blonde stekelkop en lachende ogen, luistert aandachtig. Ik zal ze later alleen horen. Haar verhaal is heel anders gelopen. Ze kennen elkaar nu drie maanden. Ze had alleen relaties met mannen, en toen haar laatste relatie afsprong op grond van het feit dat haar vriend eigenlijk homo was, was ze daar helemaal kapot van. Ze zouden trouwen, hun relatie was warm en intens, en al waren ze ‘maar’ 6 maanden samen, het leken jaren. Hij heeft nu een vriend en zij alleen nog de herinneringen. En toen wandelde Tsomak haar leven binnen. “Ik vond het op het eerste zicht al zo’n boeiende vrouw,” chat ze, want het spontane interview gebeurt plots op de chat. “Maar ik ben niet


lesbisch,” voegt ze eraan toe. “Ik weet niet hoe ik het moet uitleggen, ik begrijp het zelf niet, ik had nog nooit een relatie zoals met haar. Ik ben zelfs niet eens bi. Misschien is het een nieuwe richting, die MariaTsomia heet :)” Naar aanleiding van haar verhaal, vertel ik ze over Vita en Harolds relatie, zij lesbisch, hij homo, denderend huwelijk, enfin toch in boekvorm. Waarop Maria zegt dat het wel makkelijker is als je allebei ‘gay’ bent. “Als een van hen ‘gewoon’ zou geweest zijn, dan was het erg moeilijk.” Haat en nijd In de loop van de weken die volgen, hoor ik nog verhalen. Zoals over een kunstenaar die eerst vrouw was maar zich haar hele leven al man voelde. Hij leeft nu als man, met zijn vriendin, en spaart volop voor zijn operatie. En ik ontmoet nog enkele queer-vriendinnen van vriendinnen. De meesten hebben eerst relaties met mannen voor ze erachter komen dat ze eigenlijk lesbisch zijn. Maar zelfs dan is de stap om effectief zo te gaan leven onnoemelijk groot. Een aantal beginnen terug relaties met mannen. Omdat ze bi zijn, of omdat de risico’s op totale maatschappelijke uitsluiting te groot zijn. Niet iedereen heeft Tsomak’s moed, de mogelijkheid om naar het buitenland te verhuizen of een buitenlands paspoort. Dat de Armeense maatschappij nog een heel eind af staat van de openheid en tolerantie die echt queer-leven mogelijk maakt, wordt soms op een erg scherpe manier duidelijk. Taguhi, een kennis van me, zet een artikel over de situatie van holebi’s in Armenië op Facebook. ‘Armenian gays face long walk to freedom’ *

Nog geen kwartier later prijkt er ineens: “protecting your nation and your authentic tradition against things that are immoral and against humanity doesn’t mean homophobia in my personal view!” De reactie komt van een zekere Tigran Sarkisian, een Griekse Armeniër. De discussie wordt niet aangegaan. “Hij lokt een haatdiscussie uit, dat weten we,” zeggen verschillende van mijn Armeense kennissen en vrienden. Gezien het extreme Armeense nationalisme van de reactie voel ik me niet de aangewezen persoon om de discussie wel aan te gaan. Maar ik sta perplex, en met mij een heel aantal anderen die het vanuit Europa met lede ogen hebben zien verschijnen. Maar er is ook een beetje hoop. Het WOW-collectief. En Mamikon Hovsepyan die in 2007 de NGO ‘Public Information and Need for Knowledge’ of kortweg PINK** oprichtte. Hij en zijn collega’s en vrienden vechten openlijk voor holebirechten en preventie van SOA’s. De betoging op Wereldaidsdag telt een honderdtal deelnemers, gaat dwars door het centrum van Yerevan en verloopt zonder enig incident. Of lag dat aan de ruime politiebegeleiding?

links Blog WOW http://queeringyerevan.blogspot.com *http://www.iwpr.net/?p=crs&s=f&o=350900&apc_state=henh **http://www.pinkarmenia.org/en/index.html

© Karin Grigoryan - Naira Tadevosyan, basgitarist van Incest

31


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.