Campusvisie TU Delft (NL)

Page 1

de visie op de campus

op 15 juli 2013

de visie op de campus op 15 juli 2013

1


de visie op de campus op 15 juli 2013

2


Voorwoord Waar willen we naar toe met de campus de komende jaren? Op het oog een makkelijke vraag. Het antwoord lijkt ook eenvoudig: naar een campus die past bij de ambitie van de TU Delft. De uitwerking is echter nogal complex. De komende jaren zullen we investeren in een levendige campus. Een Living Campus waar studenten, wetenschappers, ondersteunend personeel, ondernemers en bezoekers zich prettig voelen. Waar zij kunnen studeren, werken, leven en verblijven in een omgeving waar alle faciliteiten binnen handbereik zijn om dit op een prettige en functionele manier te doen. In de Campusvisie staat dan ook de gebruiker centraal. De verschillende wensen, eisen, behoeften en invalshoeken van die gebruiker zijn onderwerp van gesprek geweest op verschillende plekken in de organisatie. Op basis daarvan is nu een visie ontwikkeld die het kader vormt voor de ontwikkeling van de campus in de komende jaren. Deze visie is het startpunt van waaruit de concrete plannen kunnen worden uitgewerkt. Natuurlijk is dit een dynamisch proces. We houden ruimte voor bijstelling door deze visie regelmatig te toetsen aan toekomstige ontwikkelingen. Daarnaast gaan de gevolgen van de economische crisis niet voorbij aan de universitaire wereld. Onder meer door dalende overheidsfinanciering moeten universiteiten de broekriem aanhalen. Ook de TU Delft ontkomt hier niet aan. Wij zullen het zuiniger aan moeten doen. Ook dit gegeven is in de campusvisie opgenomen. We geven we ons geld natuurlijk het liefste uit aan onze primaire taken: onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie. Het TU Delft-vastgoed moet excellent onderwijs en onderzoek ondersteunen. Verouderd vastgoed moet dus meegroeien met de prestaties want laten zoals het is, is een kostbaar scenario. Daarom gaan we zo efficiĂŤnt mogelijk om met de beschikbare vierkante meters, benutten ruimten vaker multifunctioneel en bouwen zo duurzaam mogelijk. Uiteraard beginnen we met vervanging of verbetering van de huisvesting waar dat het eerst nodig is. We combineren dit met verbeteringen in de inrichting en programmering van de gehele campus en een upgrade van de overige onderwijsondersteunende voorzieningen. Zo bouwen we gezamenlijk aan een toekomstbestendige campus die ons onderwijs en onderzoek optimaal ondersteunt en een aantrekkelijke omgeving biedt aan studenten, wetenschappers, ondersteuners en ondernemers.

Dirk Jan van den Berg voorzitter van het College van Bestuur van de TU Delft

de visie op de campus op 15 juli 2013

3


de visie op de campus op 15 juli 2013

4


INHOUDSOPGAVE 1

Inleiding ................................................................................... 7 1.1 Aanleiding campusvisie ....................................................... 7 1.2 Doel campusvisie ................................................................ 8 1.3 Leeswijzer .......................................................................... 8

2

De 2.1 2.2 2.3 2.4

3

Uitgangspunten voor de TU-Campus ......................................... 19 3.1 Voldoende kwalitatief hoogwaardige faciliteiten voor onderwijs, onderzoek en valorisatie .............................................................. 19 3.2 Levendige campus met ruimte voor ontmoeting .................. 20 3.3 Prettige werkomgeving ..................................................... 22 3.4 Veilige en gezonde leer- werk-, en woonomgeving .............. 22 3.5 Goede toegankelijke campus ............................................. 22 3.6 Duurzame campus ............................................................ 23 3.7 Excellente en efficiĂŤnte campus ......................................... 24

4

Huisvesting ............................................................................. 26 4.1 Onderwijsruimte ............................................................... 26 4.2 Onderzoeksruimte ............................................................ 26 4.3 Kantoorruimte .................................................................. 28 4.4 Openbare ruimte .............................................................. 28 4.5 Gebouwen ....................................................................... 28 4.6 Afstemming vraag en aanbod ............................................ 29

5

Vastgoedstrategie .................................................................... 30 5.1 Investeren in voorzieningen voor het primaire proces .......... 30 5.2 Noodzakelijke ondersteunende voorzieningen ..................... 30 5.3 Randvoorwaarden investeringen ........................................ 32 5.4 Uitwerking deelgebieden ................................................... 32 5.5 Campusbrede programma’s ............................................... 34 5.6 Dynamische vastgoedstrategie ........................................... 34

Technische Universiteit Delft ................................................ 10 Missie en visie van de TU Delft .......................................... 10 Trends en ontwikkelingen.................................................. 12 TU en de gemeente Delft .................................................. 14 De TU-gemeenschap......................................................... 16

de visie op de campus op 15 juli 2013

5


de visie op de campus op 15 juli 2013

6


1 INLEIDING De almaar toenemende wereldbevolking en het streven naar steeds hogere welvaartniveaus leiden tot grote maatschappelijke vraagstukken. Moderne technische universiteiten zijn een bron van nieuwe wetenschappelijke inzichten en technologische doorbraken die onmisbaar zijn bij het oplossen van deze vraagstukken. Ze leiden ingenieurs op die met hun geavanceerde kennis en kunde vitaal voor de samenleving en economie zijn. Ingenieurs die op wetenschap gebaseerde technologische oplossingen ontwikkelen die de kwaliteit van leven van een groot aantal mensen beïnvloeden. Daarmee zijn technische universiteiten katalysatoren van innovatie en economische groei. Zo ook de Technische Universiteit Delft. De TU Delft draagt substantieel bij aan een duurzamere samenleving voor de 21ste eeuw. Hoe? Door het uitvoeren van grensverleggend technisch-wetenschappelijk onderzoek van erkend internationaal wereldniveau, het opleiden van maatschappelijk betrokken ingenieurs en doctors, en door het helpen vertalen van kennis in economisch en maatschappelijk waardevolle technologische innovaties en bedrijvigheid. De TU Delft is een open academische gemeenschap die middenin de samenleving staat en die wortelt in de nationale en regionale maatschappelijke en economische omgeving. Via wetenschappelijke staf en alumni is de TU Delft bovendien wijdvertakt in de mondiale academische wereld.

1.1 Aanleiding campusvisie De TU Delft scoort hoog op internationale universiteitsranglijsten en wil dit blijven doen. Het einde van de levensduur van enkele gebouwen is een kans om met behulp van huisvesting deze ambitie verder te verwezenlijken. Daarom investeert de TU Delft met nieuwbouw en renovatie grootschalig in de kwaliteit van de campus. Zo brengen we onze huisvesting op een peil dat hoort bij de toppositie van de TU Delft. Deze optimalisatie is complex en kenmerkt zich door veel verschillende zienswijzen, zowel binnen de TU Delft als daarbuiten, die de ontwikkeling beïnvloeden. De uitdaging is nu om deze verschillende aspecten toch te laten leiden tot één campus die de gemeenschap van de TU Delft als geheel ondersteunt. Het werken naar zo’n Living Campus is een langdurig proces. De omvang van de voorgenomen investeringen in vastgoed heeft grote impact op de financiële huishouding van de TU Delft. Huisvesting heeft een statisch karakter waardoor gemaakte keuzes een langjarig effect hebben. Dat maakt een langetermijnkader voor de campusontwikkeling wenselijk en noodzakelijk. De campus en onderwijsondersteunende voorzieningen, vergen een heldere visie op de toekomst van de campus (waar willen we naartoe) en een bijpassende strategie (hoe komen we daar).

de visie op de campus op 15 juli 2013

7


1.2 Doel campusvisie De campusvisie geldt als richtlijn voor de campusontwikkeling van de TU Delft. In deze visie probeert de TU Delft zoveel mogelijk facetten binnen de universiteit te identificeren die van invloed zijn op de campus en deze samen te brengen in een kaderstellende visie op de ontwikkeling van de campus. Deze campusvisie wordt gebruikt voor het aansturen van het dagelijks beheer, het opstellen van huisvestingsbeleid, huisvestingsplannen en het uitwerken van de vastgoedportefeuillestrategie van de TU Delft. De visie is geïntegreerd in een werkdocument, de campusatlas. In dit document wordt ingezoomd op het huisvestingsbeleid.

1.3 Leeswijzer De campusvisie omvat de visie op de ontwikkeling van het hele “estate” van de TU Delft, dat wil zeggen het terrein dat de gehele campus beslaat, inclusief sciencepark Technopolis Delft. Dit gebied is te verdelen in drie zones met elk een eigen identiteit en programma: TU City, TU Science en TU Business. Hoofdstuk twee beschrijft hoe de TU Delft zichzelf ziet en voor welke gemeenschap de campus zich ontwikkelt. Hoofdstuk drie gaat in op de eisen en wensen die die gemeenschap aan de TU-campus stelt en de visie van de TU Delft over hoe de campus zou moeten functioneren. Hoofdstuk vier geeft de huidige campus weer. Hoofdstuk vijf geeft aan welke strategie wordt gevolgd om de huidige campus (hoofdstuk vier) te laten voldoen aan de toekomstvisie uit hoofdstuk drie.

de visie op de campus op 15 juli 2013

8


Campusatlas De campusatlas is het werkdocument dat een beeld schetst van wat er in de campusvisie wordt beschreven. De campusvisie is bedoeld als een gemeenschappelijk beeld van de campus en zijn ontwikkeling in de komende jaren. Met behulp van verschillende kaarten maakt de atlas zichtbaar hoe de campus zich de komende jaren kan ontwikkelen, waar de voorzieningen gelokaliseerd zouden moeten worden en hoe deze worden ingepast in de infrastructuur van landschap, verkeersstructuur en stedenbouwkundige context. De campusatlas geeft een beeld van de inventarisatie (wat is er), de visie (het beeld voor de toekomst) en de strategie (de aanpak). Het is bovendien een dynamisch document dat ‘meebeweegt’ met de feitelijke ingrepen op de campus (gebouwen, terrein en directe omgeving).

de visie op de campus op 15 juli 2013

9


2 DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT De Technische Universiteit Delft wil een compleet en hoogwaardig spectrum aan disciplines, onderzoek en opleidingen blijven bieden op het gebied van de ingenieurswetenschappen met instandhouding van haar unieke faciliteiten. Daarmee wil de TU Delft een technische universiteit met een vooraanstaande wereldwijde reputatie blijven, die door haar peers als world-leading wordt gezien. De TU Delft wil ook een universiteit zijn die door bedrijven gewaardeerd wordt vanwege de uitstekende ingenieurs die we opleiden (MSc en PhD). Ook wil zij worden gezien als innovatieve samenwerkingspartner op basis van onze hoogwaardige kennis die via nuttigheidsgedreven vragen is verkregen. Bovendien wil zij een universiteit zijn van waaruit nieuwe bedrijvigheid opbloeit en waarvan het onderwijs en onderzoek een belangrijke bijdrage leveren aan een competitieve economie.

2.1 Missie en visie van de TU Delft ‘ De TU Delft draagt substantieel bij aan de duurzame samenleving van de 21ste eeuw door het verrichten van grensverleggend technisch-wetenschappelijk onderzoek van erkend internationaal wereldniveau, door het opleiden van maatschappelijk betrokken ingenieurs en doctors, en door het helpen vertalen van kennis in economisch en maatschappelijk waardevolle technologische innovaties en bedrijvigheid.’ Als katalysator van innovatie en economische groei hebben heeft de TU Delft in haar visie drie kerntaken, namelijk: • Onderwijs – Het opleiden van internationaal erkende hoogwaardige ingenieurs op die een bron vormen voor innovatie en economische groei; • Onderzoek – Onderzoekers verrichten fundamenteel onderzoek op de TU Delft dat leidt tot oplossingen voor grote maatschappelijke vraagstukken; • Valorisatie - Bedrijven en kennisinstellingen zien in de TU Delft een innovatieve samenwerkingspartner voor het ontwikkelen van nieuwe technieken. Daarnaast is de universiteit een plek waar nieuwe bedrijvigheid opbloeit en waar het onderwijs en onderzoek significant impact hebben op een competitieve economie. De TU Delft wil een universiteit zijn waar wetenschappers en studenten werken en denken vanuit inter- en multidisciplinariteit en waar de combinatie van science, design en engineering de dominante invalshoek is in onderwijs en onderzoek. De universiteit wil een inspirerend en genderbewust instituut blijven waar vanuit de hele wereld de beste wetenschappers en slimste studenten naar toe komen om hun talenten te ontplooien. De TU Delft heeft het meest complete spectrum aan ingenieurswetenschappen in Nederland en leidt ongeveer de helft van de studenten bèta en techniek op. Bijna 100% van de in Delft opgeleide ingenieurs vindt binnen één jaar na afronding van de studie een baan. De TU Delft streeft naar behoud van deze posities. de visie op de campus op 15 juli 2013

10


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

Â

11


2.2 Trends en ontwikkelingen De TU Delft heeft te maken met ingrijpende ontwikkelingen binnen de maatschappij. Deze ontwikkelingen beïnvloeden het primaire proces en daarmee de ontwikkeling van de campus. Vaak vormen deze ontwikkelingen (nieuwe) kansen voor de TU Delft, maar enkele ontwikkelingen dreigen ook het primaire proces van de universiteit te verstoren. Hieronder worden in het kort de ontwikkelingen beschreven, waarmee de TU Delft rekening houdt om de kansen te kunnen benutten en de bedreigingen te reduceren (Roadmap TU Delft 2020). •

De TU Delft participeert wereldwijd in een kennisnetwerk van onderwijs- en onderzoeksinstellingen. De TU Delft ondervindt hierin veel concurrentie van opkomende kenniseconomieën (met name Azië) en stevige wereldwijde concurrentie om wetenschappelijk talent. Nederlandse studenten en onderzoekers verkiezen sneller een carrière in het buitenland. Deze globalisering levert de TU Delft echter ook kansen op om internationale studenten en onderzoekers aan te trekken en te verbinden aan de TU Delft.

Om nationaal en internationaal te kunnen concurreren is samenwerking en alliantievorming tussen universiteiten noodzakelijk: op mondiaal, Europees, regionaal en sectoraal niveau. De ‘Zuidvleugel’ vormt een belangrijk netwerk voor de TU Delft. Dit is een samenwerkingsverband van o.a. de gemeenten Den Haag en Rotterdam, de regio’s Holland Rijnland, Drechtsteden, MiddenHolland, stadsgewest Haaglanden, Stadsregio Rotterdam en de provincie Zuid-Holland. Deze samenwerking heeft tot doel het verder ontwikkelen van de zuidelijke Randstad tot één van de economische topregio's van Europa, met een aantrekkelijk en samenhangend woon- en vestigingsklimaat. Nevenstaande kaart geeft schematisch de verhoudingen tussen de partners binnen dit netwerk weer.

Wereldwijd is er een autonome ontwikkeling die zich richt op de verdere verwetenschappelijking van de ingenieursdisciplines. Gelet op haar ambities kiest de TU Delft ervoor om deze ontwikkeling te stimuleren.

Het Nederlandse hoger onderwijsbestel is aan het hervormen. Universiteiten richten zich meer op kwaliteit en ontwikkelen een helder eigen profiel waarbij ze zich specialiseren in specifieke ‘Topsectoren’.

De universiteiten in Nederland hebben te maken met onzekere overheidsfinanciering. Met name het afschaffen van de basisbeurs zal veel invloed krijgen op de studiekeuzes van studenten en daarmee de eerste geldstroom vanuit de overheid. Het introduceren van een nieuwe landelijke bekostigingssystematiek in combinatie met een vorm van prestatiebekostiging voor universiteiten leidt tot verdere onvoorspelbaarheid. De TU Delft zet in op verhoging van de kwaliteit en continuering van het aantal studenten.

de visie op de campus op 15 juli 2013

12


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

Â

13


2.3 TU en de gemeente Delft Naast het inspelen op de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen in de maatschappij, moet de TU Delft rekening houden met de ontwikkelingen van de fysieke omgeving om de campus heen. Samen met de gemeente Delft en andere partners investeert de universiteit de komende vijf jaar één miljard euro in de kenniseconomie. Daarbij worden in tien jaar onder meer 2500 woningen en 5000 studentenwoningen gerealiseerd. De TU Delft, kennisinstellingen en kennisintensieve bedrijven zullen in de komende 20 jaar groeien van 16.000 naar 30.000 arbeidsplaatsen. De meer dan 20.000 studenten van TU Delft en hogescholen zorgen voor een constante toestroom van ondernemend toptalent. De gezamenlijke ambitie is samengevat in de notitie ‘Delft levert de technologie van de toekomst‘ (2012). Relatie tussen de campus en de binnenstad Kenniswerkers, onderzoekers en medewerkers van de universiteit en hogescholen, en medewerkers van kennisinstellingen en hightechbedrijven hebben allemaal hun eigen woon- en recreatiewensen. In het hart van de stad in de Spoorzone - boven de spoortunnel die nu wordt aangelegd –ontstaat letterlijk nieuwe ruimte voor wonen in het centrum van de stad, in aanvulling op het bestaande aanbod van woningen in het historische centrum en de wijken daar omheen. Vooral het noorden van de campus sluit direct aan bij deze gebieden. Relatie tot de bedrijven Op sciencepark Technopolis Delft - in de achtertuin van de TU Delft - is Exact inmiddels gevestigd en wordt er op dit moment druk gebouwd aan de nieuwe vestigingen van 3M en Applikon Biotechnology. Voor kennisintensieve bedrijven en instellingen is er in de regio een breed aanbod van locaties en verzamelgebouwen. Behalve YES Delft! zijn er in de directe nabijheid van de campus nog ‘Creative city’ voor kleine bedrijfjes in de binnenstad, de locatie van de Biotechcampus op het DSM-terrein en ‘City Centre: de Spoorzone en de binnenstad’. Relatie tot andere instellingen Naast de vestigingen van bekende instituten als TNO en Deltares zijn in het westelijk deel van de campus twee hogescholen gevestigd met hun technische opleidingen en daar komt binnenkort een nieuwe mbo-opleiding technologie bij. Deze opleidingen zorgen voor een optimale aansluiting voor scholieren naar het hoger en wetenschappelijk onderwijs. Ook beantwoorden ze de vraag naar uitvoerend technisch talent van de bedrijven in de Clean Tech Delta, Medical Delta en de Greenport. Bereikbaarheid Ten behoeve van de bereikbaarheid van de campus werkt de TU Delft samen met lokale en regionale overheden. Een voorbeeld hiervan is de verbetering van een ringweg rondom de campus en de aanleg van de hoogwaardige openbaarvervoerverbinding, tramlijn 19. Daarnaast is de gemeente, als bevoegd gezag, handhaver ten aanzien van de (verkeers)veiligheid binnen de grenzen van de campus.

de visie op de campus op 15 juli 2013

14


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

Â

15


2.4 De TU-gemeenschap De TU Delft heeft binnen de campus een unieke samenstelling van studenten, wetenschappers en ondersteunend personeel. Hoewel we één gezamenlijk doel nastreven, heeft iedereen (als groep en individueel) eigen eisen, wensen en behoeften waarmee de TU Delft zoveel mogelijk rekening wil houden. Op basis van een inventarisatie zijn er voor de TU Delft zogenaamde persona’s ontwikkeld. Er zijn binnen de totale populatie namelijk wel groepen van personen te onderscheiden met gelijkwaardige eisen en wensen. Persona’s zorgen er voor dat de doelgroep niet meer bestaat uit abstracte termen. Met behulp van die persona’s wordt er gewerkt aan een campusvisie voor realistische, herkenbare personen. Er kan beter worden ingeleefd in de TUgemeenschap en de campusvisie en de vastgoedstrategie kunnen gerichter worden ontwikkeld. Vanuit de verschillende kenmerken van deze personen volgen hun eisen en wensen ten aanzien van de campus. Ze geven aan wat ze verwachten van de dienstverlening van de TU Delft en welke faciliteiten en voorzieningen zij nodig hebben om te kunnen excelleren binnen hun studie-, taak- en werkvelden. Deze verwachtingen vormen samen met de verwachtingen van samenwerkingspartners en de missie en visie van de TU Delft de basis voor de visie op de TU Delft Campus. Bij de beschrijving van de persona’s is onder meer gekeken naar waarom personen verblijven op de campus en in welke mate iemand locatiegebonden is of juist flexibel en of men solistisch is ingesteld of veel samenwerkt. Dit houdt niet in dat een individu in een bepaald hokje is te plaatsen. De persona’s zijn als hulpmiddel gebruikt bij het uitwerken van de campusvisie. Door rekening te houden met de verschillende typeringen kan bij het aanbieden van de verschillende faciliteiten tegemoet worden gekomen aan de wensen, eisen en behoeften van het individu op dat moment. Om een beeld te geven is onderstaand kort weergegeven welke verschillende typen bewoners en gebruikers (of combinaties hiervan) er zoal op de TU-campus te vinden zijn. Studenten – De TU Delft biedt onderwijs aan nationale en internationale studenten. Een groot deel hiervan studeert, woont, recreëert en leeft op en rond de campus. Binnen onze studentenpopulatie onderscheiden we vier typen studenten: (1) de student die geniet van het studentenleven en die op de campus de rust zoekt om te studeren en niet afgeleid wil worden, (2) de op studie gefocuste student die naar de campus komt voor zijn of haar afspraken en voor groepswerk, (3) het multi-talent dat graag wil weten wat er van hem verwacht wordt en voor college naar de campus komt, en (4) de student die gezelligheid zoekt en naar de campus komt om mensen te ontmoeten en samen te werken. Wetenschappelijk personeel – Afhankelijk van de passie, het talent, de opdracht en/of de drijfveer van het individu gaat de TU Delft bij het wetenschappelijke personeel (hoogleraar, universitair hoofddocent, universitair docent etc.) uit van vier typen die gebruik maken van de verschillende faciliteiten: (1) de “ambachtsman” die locatiegebonden is en solistisch werkt, (2) de visie op de campus op 15 juli 2013

16


de “leermeester” die veel contact heeft met studenten en veel samenwerkt met andere medewerkers, (3) de “backpackende” werknemer die solistisch werkt en geen vaste plek op de campus nodig heeft, en (4) de inspirerende werknemer die constant ideeën, mensen en kennis verbindt en hiervoor bewust deels een plek buiten de campus zoekt. Ondersteunend personeel – Een universiteit kan niet zonder medewerkers die het primaire proces ondersteunen en beheren. Deze zeer diverse groep komt om te werken maar heeft ook behoefte om op gezette tijden te ontspannen. Ook deze medewerkers kunnen afhankelijk van onder meer functieomschrijving, persoonlijke voorkeuren etc. eisen en wensen hebben ten aanzien van hun werkomgeving. Ook hier wordt uitgegaan van vier typen om te bepalen welke faciliteiten nodig zijn: (1) de werknemer als “gezicht van de organisatie” die naar een vaste plek op de campus komt voor het uitvoeren van dagelijkse werkzaamheden waarin hij of zij veel contact heeft met mensen, (2) de verbindende werknemer die vanuit een vaste locatie overlegt en samenwerkt binnen een team aan het oplossen van problemen, (3) de werknemer die de rechterhand is van onderzoek en onderwijs en naar de campus komt voor vergaderingen en afspraken met collega’s, en (4) de creatieve ontwikkelaar die inspiratie en ideeën haalt uit de mensen op de campus, veel met hen samenwerkt en qua werkplek zeer flexibel is. Overige bewoners en gebruikers – behalve bovengenoemde categorieën zijn er nog meer groepen te onderscheiden. Denk bijvoorbeeld aan alumni en promovendi (onderzoek en werkervaring), bezoekers (werkgerelateerd of voor ontspanning) en ondernemers in onder meer de typen backpacker en netwerker. Ook zijn samenwerkingspartners een belangrijke bewoner en gebruiker van de campus. De TU Delft werkt samen met onderwijs- en onderzoeksinstellingen uit binnen- en buitenland. De TU Delft onderhoudt contacten met overheden, handelsorganisaties, consultancy’s, de industrie en het midden- en kleinbedrijf. Voorbeelden van bedrijven zijn de momenteel op de campus aanwezige TNO en natuurlijk YES!Delft, waar veel van onze student-ondernemers een spin-off bedrijf starten.

de visie op de campus op 15 juli 2013

17


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

Â

18


3 UITGANGSPUNTEN VOOR DE TU-CAMPUS Vanuit de perspectieven van studenten, onderzoekers, medewerkers en samenwerkingspartners, in combinatie met de visie en ambities van de TU Delft, ontstaat zo een beeld over hoe deze campus zou moeten functioneren. De Campusvisie geeft aan wat de TU Delft met de campus wil bereiken en vormt het uitgangspunt voor de verdere ontwikkeling van de campus.

Het College van Bestuur omschrijft de gewenste TU Delftcampus in hoofdlijnen als: • • • • • • •

voorzien van voldoende kwalitatief hoogwaardige voorzieningen voor onderwijs, onderzoek en valorisatie een aantrekkelijke en levendige campus met ruimte voor ontmoeting een prettige werkomgeving een veilige en gezonde leer-, werk- en woonomgeving een excellente en efficiënte campus een goed toegankelijke campus een duurzame campus

Deze omschrijvingen gelden als uitgangspunt voor de campusvisie en ze worden in navolgende paragrafen verder uiteengezet.

3.1 Voldoende kwalitatief hoogwaardige faciliteiten voor onderwijs, onderzoek en valorisatie Een campus heeft voornamelijk tot doel om het primaire proces van de universiteit te faciliteren. De gebruikers willen zich niet druk hoeven maken over de beschikbaarheid van de faciliteiten die zij hierbij nodig hebben. Dit geldt niet alleen voor de kwantiteit van onderwijs en onderzoeksfaciliteiten, maar ook voor de kwaliteit ervan. In de campusvisie is er dus voldoende ruimte voor studenten en onderzoekers om te excelleren in onderwijs en onderzoek.

de visie op de campus op 15 juli 2013

19


3.2 Levendige campus met ruimte voor ontmoeting De TU Delft wil aantrekkelijk zijn voor (internationale) studenten, onderzoekers, personeel, bedrijven en bezoekers. Om aantrekkelijk te zijn en te blijven moet de omgeving van de TU Delft bieden wat deze groepen nodig hebben. Vooral de eisen en wensen van de gebruikers staan daarom centraal in het opstellen en uitwerken van de visie op de campus. Die gebruikers vragen naast voldoende faciliteiten een inspirerende omgeving waarin zij kunnen studeren, ontmoeten, werken, wonen en recreëren, kortom: een Living Campus. Centraal in die inspirerende omgeving staat het ontmoeten van andere studenten, onderzoekers en samenwerkingspartners. Het delen in de ontwerpen en ideeën van anderen en het samen discussiëren over problemen en oplossingen draagt bij aan het ontwikkelen van kennis. Inspiratie kan ook voortkomen uit de fysieke omgeving van de gebruikers. De campus moet daarom bestaan uit een mix van bruisende en rustige gebieden, voorzien van veel groen. Bewoners en gebruikers van de campus verwachten niet alleen meer dat kernvoorzieningen zoals winkels, horeca en services (denk aan een stomerij of kinderopvang) op orde zijn. Op luchthavens en treinstations is het ontbreken van goede dienstverlening, goede winkels, restaurants en services tegenwoordig ondenkbaar en dat wordt ook steeds meer het geval op (de campus van) universiteiten. Er is behoefte aan verschillende voorzieningen, verschillend in omvang, op het campusterrein en in de gebouwen. Deze moeten aantrekkelijke plekken vormen om samen te komen, te eten, drinken of werken en daarmee de gebruikersgroepen van de TU Delft uit hun faculteiten en woningen te halen. Deze voorzieningen kunnen ook bewoners en gebruikers uit TU Delft Noord, Midden en Zuid beter met elkaar verbinden. Voorzieningen kunnen een aanleiding zijn voor mensen om te verblijven of zich te verplaatsen. Gebouwen zijn in de toekomst ook geen autonome entiteiten meer met eigen voorzieningen, maar bedienen een groter gebied. Voorzieningen in een faculteit worden gedeeld en variëren in opzet per locatie. Dit met het oog op het stimuleren en faciliteren van ontmoetingen, samenwerking en het delen van voorzieningen. Naast de mogelijkheid tot ontmoeten moet de campus plaats bieden aan een gemengd programma van wetenschap, bedrijfsleven, cultuur en ontspanning. Door de ligging van de campus binnen de stad Delft en door de directe relatie tot haar omgeving ontstaan binnen de campus op natuurlijke wijze locaties voor deze programma’s, namelijk: TU City, TU Science en TU Business.

de visie op de campus op 15 juli 2013

20


de visie op de campus op 15 juli 2013

21


TU City, TU Science en TU Business Binnen het langgerekte grondgebied van de campus ontstaan op natuurlijke wijze drie zones met elk een eigen identiteit door verschillen in huisvesting en nuances in programma.  TU City In het noorden van de campus is deze zone stedelijk qua programma, en fysiek aansluitend aan de binnenstad van Delft. Dit gebied kenmerkt zich door faciliteiten voor wonen en voorzieningen voor studenten met internationale focus.  TU Science Het middengedeelte van de campus met een onderwijs- en onderzoeksprogramma kenmerkt zich door menging met kleinschalige bedrijven in kennisvalorisatie, ruimte voor sport, cultuur en wonen voor studenten.  TU Business Het zuidelijk deel van de campus waar ook het Sciencepark Technopolis Delft onder valt, is specifiek gericht op kennisvalorisatie en samenwerking met bedrijven.

3.3 Prettige werkomgeving Bij het ontwikkelen van de TU Delftcampus is er uiteraard ook aandacht voor de werkomgeving van het personeel. De Campusvisie gaat uit van een kantooromgeving die de werkprocessen van zowel de wetenschappers als het ondersteunend en beheerpersoneel optimaal ondersteunt. De behoefte aan soorten ruimten en kantoorvoorzieningen verschilt echter sterk per werknemer en is afhankelijk van de activiteiten die hij of zij moet verrichten. Daarvoor zijn verschillende kantoorconcepten en werkplekconcepten beschikbaar (denk aan Sociale Innovatie of Smart@Work) die rekening houden met deze verschillende behoeften. Bij het ontwikkelen en invoeren van een dergelijk werkplekconcept binnen de TU Delft zijn de uitgangspunten arbeidsproductiviteit en arbeidsplezier, maar niet ruimtebesparing.

3.4 Veilige en gezonde leer- werk-, en woonomgeving Behalve nieuw te ontwikkelen faciliteiten en voorzieningen, bestaat een groot gedeelte van de vastgoedportefeuille van de TU Delft uit gebouwen en terreinen waar geen directe grootschalige ingrepen gepland staan. Voor dit onderdeel van de portefeuille is onderhoud zeer belangrijk. Alle gebouwen en terreinen moeten blijven voldoen aan de wet- en regelgeving om iedereen een gezonde en veilige leer-, werk- en woonomgeving bieden. Verder dragen goed onderhouden gebouwen en terreinen natuurlijk bij aan de aantrekkelijkheid van de campus.

3.5 Goede toegankelijke campus Bereikbaarheid is een belangrijk thema voor de bewoners, medewerkers en bezoekers bij het dagelijks gebruik van de campus. De TU Delft wil daarom een campus die uitstekend toegankelijk en bereikbaar is voor het bestemmingsverkeer van de TU Delft. De campus is reeds voorzien van een uitgebreid fiets- en voetgangersnetwerk en met de komst van HOV tramlijn 19 zal de bereikbaarheid van de TU Delft met het openbaar vervoer sterk de visie op de campus op 15 juli 2013

22


verbeteren. Door parkeerfaciliteiten te clusteren aan de randen van de campus (zo dicht mogelijk aan de ring, maar op loopafstand van de werkplek) ontstaat meer drukte op straat en wordt de levendigheid in het gebied versterkt. Twee van de uitgangspunten bij de ontwikkeling van het gebied zijn het verbeteren van de herkenbaarheid van de ring rondom de universiteitswijk en het goed toegankelijk maken van de parkeerzones. Nieuwe (auto)bewegwijzering op de ring verbetert de vindbaarheid van de gebouwen en parkeerfaciliteiten. In de huidige situatie kan de TU Delft met de bestaande en geplande parkeercapaciteit in haar eigen parkeerbehoefte voorzien.

3.6 Duurzame campus Duurzaamheid is een belangrijk thema bij de ontwikkeling van de campus. Bij het ontwikkelen van een duurzaamheidsbeleid voor de campus worden de volgende speerpunten gehandhaafd waarbij als hoofddoelstelling een reductie van de CO2-footprint geldt: 

Duurzaam bouwen - De speerpunten op het gebied van duurzaamheid gaan hand in hand met toepassing van de principes van Duurzaam Bouwen (DUBO). Verduurzaming van services als energie, inkoop, mobiliteit e.d. heeft alleen effect als aan de randvoorwaarde van DUBO is voldaan. Gebouwen zijn ecologisch duurzaam als de milieueffecten van zowel het gebruik van die gebouwen als het produceren van bouwmaterialen en –componenten, van bouwactiviteiten en ruimtelijke ordening, allemaal worden geminimaliseerd. Bij duurzaam bouwen is er een evenwicht tussen de sociale kwaliteit, de milieukwaliteit, de economische kwaliteit en de ruimtelijke kwaliteit. Duurzaam inkopen - In VSNU-verband heeft de TU Delft een convenant ondertekend, waarin is vastgelegd dat duurzaam wordt ingekocht. Dit geldt voor producten, diensten en werken waarvoor door de overheid samen met het bedrijfsleven specifieke duurzaamheidscriteria zijn vastgesteld. Verduurzaming van het blokverwarmingsnet - Door het geschikt maken van gebouwen voor verwarming op een temperatuur van 80 ⁰C uit het blokverwarmingsnet ontstaat de mogelijkheid om dit traditioneel “hoge temperatuurnet” (130 ⁰C) om te vormen tot een hybride net, dat ook kan leveren op middentemperatuur van 80 ⁰C. Bovendien ontstaat op die manier de mogelijkheid om een aanzienlijk gedeelte van de warmte-opwekking uit te laten voeren via een geothermiebron.

de visie op de campus op 15 juli 2013

23


Energie - Op energiegebied neemt de TU Delft sinds 1998 deel aan de Meerjarenafspraak WO/HBO geïnitieerd door de rijksoverheid. Deze meerjarenafspraak (MJA3) kent een besparingsdoelstelling die we kunnen bereiken via technische, organisatorische en gedragsmaatregelen en die wordt geborgd in een energiezorgsysteem. Er moeten de komende jaren projecten gericht op duurzame elektriciteitsopwekking worden ontwikkeld. Op uitnodiging van de gemeente Delft ondertekende op 31 mei 2013 een negental Delftse bedrijven en instellingen, waaronder de TU Delft, de zogenaamde “E-deal Delft energieneutraal 2050”. Hiermee verklaarde de TU Delft de doelstelling van “Delft Energieneutraal in 2050” te onderschrijven en haar verantwoordelijkheid te nemen in het reduceren van de CO2-uitstoot door in te zetten op energiebesparing, duurzame productie van energie en intelligente energiesystemen. WKO-systemen – Sciencepark Technopolis Delft is grotendeels in eigendom van de TU Delft en is onderdeel van de campus. Hier wordt door de TU Delft een kennisintensief bedrijvenpark ontwikkeld. Op dit gebied rust een milieudoelstelling die bestaat uit opgave om de CO2 uitgifte te reduceren. De TU Delft doet dit door het gebied te voorzien voor de opslag van warmte- en koude in de bodem (WKO).

3.7 Excellente en efficiënte campus Efficiënter met ruimte omgaan, vierkante meters optimaal benutten, kostenreductie: dat bereikt de TU Delft door de uitgangspunten voor de campus niet perse voor elke faculteit afzonderlijk te hanteren en een ‘eigen’ plek te geven. De universiteit schuift een schaalniveau naar boven op: van faculteitnaar campusniveau, zoals dat nu al gebeurt in de ‘zalenpool’, sportcentrum, cultureel centrum en andere voorzieningen op de campus. Alle zalen gaan nu in ‘de pool’, studieplekken zijn voor iedereen en restauratieve voorzieningen zijn divers in functie en geografisch gespreid over de campus.

de visie op de campus op 15 juli 2013

24


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

Â

25


4 HUISVESTING De TU Delft ontwikkelt de campus vanuit de bestaande situatie. Deze bestaat uit circa 560.000 m2 bruto vloeroppervlakte aan gebouwen en 162 ha terrein. De kwaliteit van gebouwen en andere voorzieningen en services speelt – samen met de inrichting en programmering van de campus – een grote rol in de profilering van de TU Delft. De visie op de campus geeft de huisvestingsvraag vanuit de studenten, wetenschappers, ondersteunend en beheerpersoneel en samenwerkingspartners weer. Kijkend vanuit deze visie naar onze huidige huisvesting vallen een aantal mismatches op.

4.1 Onderwijsruimte Op de campus zijn er een groot aantal onderwijsruimten, waaronder innovatieve locaties als het Library Learning Centre en de Wim Crouwelzaal bij IO. Er zijn ruim 26.000 zit- en werkplekken om te studeren. Denk hierbij ook aan de bijzondere studiefaciliteiten bij EWI en CiTG. Inventarisaties tonen echter aan dat de functionele en technische kwaliteiten van de onderwijszalen nog niet volledig voldoen aan de eisen die de gebruikers eraan stellen. Het gaat om aspecten zoals audio, klimaat, verlichting, meubilair en bouwkunde. Deze achterstand in kwaliteit zorgt er mede voor dat roostering niet optimaal kan plaatsvinden. Het is zaak deze achterstand weg te werken en in dialoog met de gebruikers te verbeteren, maar ook om te investeren in nieuwe onderwijsruimte die nieuwere of nog te ontwikkelen onderwijsconcepten kan ondersteunen. Studenten geven aan behoefte te hebben aan meer ruimte voor zelfstudie in verschillende vormen (individueel en groepswerk), voorzien van voldoende faciliteiten. Momenteel heeft de TU Delft ruim 8000 plekken op de campus die ingezet kunnen worden als studieplek. De uitdaging zit in het beter benutten van deze plekken door het aanleggen van goede voorzieningen zoals draadloos internet en deze voor de studenten beter vindbaar te maken.

4.2 Onderzoeksruimte TU Delft heeft unieke en 'state-of-the-art' onderzoeksfaciliteiten waaronder een Nucleaire onderzoeksreactor (RID), het ‘Van Leeuwenhoek-Laboratorium’ (nanotechnologie), verschillende windtunnels, een hoogspanningslab en een vloeistofmechanicalab. In het totaal bestaat de onderzoeksruimte uit meer dan 500 labruimten en 120 andere onderzoeksruimten die, afhankelijk van het onderzoek dat er plaatsvindt, ieder andere eisen stellen op het gebied van voorzieningen en veiligheid. Mede doordat er steeds nieuwe onderzoeken starten, is er continu behoefte aan veranderingen van de laboratoriumomgeving. Het is dan ook niet de hoeveelheid laboratoriumruimte die tot problemen leidt, maar wel het soort en de kwaliteit van de ruimte. Er is momenteel bijvoorbeeld een tekort aan chemische labs. Om aan de veranderende vraag naar laboratorium te kunnen voldoen moeten er dus meer (en flexibelere) laboratoria worden gerealiseerd. de visie op de campus op 15 juli 2013

26


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

Â

27


4.3 Kantoorruimte De kantooromgeving in de vastgoedportefeuille kenmerkt zich door een vrij traditioneel concept van individuele kantoorruimten. Kwalitatief sluit een groot gedeelte van de portefeuille daarom niet meer aan bij de eisen en wensen die de gebruikers stellen. In de huidige vastgoedportefeuille heeft de TU Delft bovendien door de grootte van de gebouwen te maken met een overschot aan kantoorruimte en nevenruimten zoals opslag. Er wordt namelijk steeds meer archief gedigitaliseerd en er is steeds minder behoefte aan werkplekken. Bovendien benut de TU Delft deze ruimtes niet efficiënt genoeg, waardoor sprake is van zo’n 30% ‘verborgen overruimte’. Dit houdt in dat er gebruik wordt gemaakt van ruimte die eigenlijk overbodig is en anders ingezet of afgestoten zou kunnen worden.

4.4 Openbare ruimte Het campusterrein van de TU Delft is in oppervlakte gemeten één van de grootste campussen ter wereld. De openbare ruimte op het campusterrein bestaat echter veelal uit autoverkeerswegen, trottoirs en parkeerplaatsen, en niet uit ruimte om te ontmoeten en ontspannen. In het landschap zijn de gebouwen geïsoleerde objecten zonder zichtbare samenhang. De hoeveelheid openbare ruimte biedt echter volop kansen voor het creëren van woningen, sport en bedrijvigheid in een groot, parkachtig landschap. De openbare ruimte binnen gebouwen bestaat veelal uit verkeersruimte (hal en/of gang) en grote kantines. Deze ruimtes faciliteren niet de gewenste ontmoetingen tussen gebruikers. Transformatie hiervan en het creëren van een betere aansluiting tussen het gebouw en het terrein kunnen bijdragen aan een levendige campus.

4.5 Gebouwen De campus bestaat uit veel gebouwen met een cultuurhistorische waarde die echter technisch verouderd zijn. De huisvesting van de TU Delft is een bedrijfsmiddel dat technisch-functioneel het onderwijs en onderzoek excellent moet ondersteunen. Technisch en functioneel verouderd vastgoed ‘presteert’ in die zin onvoldoende, is een risico voor de bedrijfscontinuïteit en kost jaarlijks veel geld in de exploitatie. Omdat de kosten van vastgoed concurreren met de budgetten voor de primaire taken van de TU Delft, is het zaak om efficiënt met vastgoed om te gaan. Dat kan heel goed door efficiënter met de beschikbare vierkante meters om te gaan, duurzamer te (ver)bouwen en in het algemeen ruimten vaker multifunctioneel te benutten. Daarbij wil de TU Delft de kwaliteit van de bestaande gebouwen verbeteren door de staat van onderhoud van gebouwen aan te pakken en de achterstand in onderhoud van sommige gebouwen op te lossen en te verhogen tot het niveau van de huidige criteria op het gebied van comfort en klimaat.

de visie op de campus op 15 juli 2013

28


4.6 Afstemming vraag en aanbod Uit het voorgaande blijkt dat de huidige huisvesting niet volledig aansluit bij het beeld van de campusvisie. Om het aanbod van de huisvesting beter te laten aansluiten bij de behoefte van de gebruikers zijn verschillende ingrepen in de vastgoedportefeuille nodig. Welke ingrepen De TU Delft wil plegen en hoe ze deze denkt uit te voeren, werken we in hoofdlijnen uit in de vastgoedstrategie en op een groter detailniveau in concrete huisvestingsplannen, dit in nauw overleg met de gebruikers. Op hoofdlijnen is er een beeld van de vastgoedstrategie voor de komende tien jaar. Dit wordt weergegeven in het volgende hoofdstuk. De uitwerking van de strategie en de plannen vindt plaats binnen de algemene kaders die hierin worden geschetst

de visie op de campus op 15 juli 2013

29


5 VASTGOEDSTRATEGIE Al het vastgoed aanpakken in een gebied van 154 hectare is een zaak van lange adem. De ontwikkeling van de huidige voorraad naar hoogwaardigere gebouwen, functies en voorzieningen, gaat decennia vergen en zal bovendien nooit af zijn. Hoe pak je dat aan en waar moet je beginnen? De TU Delft wil een technische topuniversiteit zijn met topfaciliteiten voor studenten en wetenschappers. In de Vastgoedstrategie (het kader voor het investeringsprogramma van de komende tien jaar) hanteert de TU Delft dit uitgangspunt als afwegingskader voor de investeringen in huisvesting.

5.1 Investeren in voorzieningen voor het primaire proces Door het centraal stellen van studenten en onderzoekers ligt de prioriteit voor de ontwikkeling van de campus bij het bieden van een compleet en hoogwaardig spectrum aan disciplines, opleidingen en het bieden van unieke faciliteiten op het gebied van de ingenieurswetenschappen. De universiteit investeert daarom in de eerste plaats in:  Onderwijsfaciliteiten – Investering in faciliteiten voor onderwijs om alle onderwijszalen te laten voldoen aan de huidige en toekomstige eisen en wensen. Daarnaast realisatie van voldoende studieplekken voor individuele en groepsgebonden zelfstudie.  Onderzoeksfaciliteiten – Om het tekort aan kwalitatief hoogwaardige laboratoria op te lossen investeert de TU Delft in faciliteiten voor onderzoek.  Faciliteiten ten behoeve van Valorisatie – Doordat het belang van samenwerking met andere onderwijsinstellingen, onderzoeksinstellingen en het bedrijfsleven toeneemt, investeert de TU Delft in faciliteiten voor Valorisatie. De TU Delft wil ondernemerschap op de campus en toegankelijkheid van onderzoeksfaciliteiten stimuleren. Met investeringen in valorisatie willen we een aantrekkelijker vestigingsklimaat creëren voor spinoffs, R&D-bedrijven en samenwerkingspartners. Sciencepark Technopolis Delft fungeert primair als de locatie voor deze doelgroepen, maar ook alle leegstaande ruimte binnen de vastgoedportefeuille komt in aanmerking voor verhuur aan derden.

5.2 Noodzakelijke ondersteunende voorzieningen Voor het juist kunnen functioneren van de voornoemde voorzieningen zijn goede ondersteunende faciliteiten een noodzaak. Daarom investeert de universiteit naast het primaire proces in de volgende voorzieningen:  Bereikbaarheid – Bereikbaarheid behelst het verbeteren van de bereikbaarheid, toegankelijkheid en vindbaarheid van de campus als geheel en de vestigingen daarbinnen.  Living campus - Investeren in openbaar gebied en voorzieningen (hotspots) om de ontmoeting tussen studenten, onderzoekers en bedrijven te stimuleren en hen een aantrekkelijke en inspirerende omgeving te bieden waarin zij kunnen excelleren in onderwijs, onderzoek en valorisatie. de visie op de campus op 15 juli 2013

30


Werkomgeving ondersteunend personeel – Kantoorruimte ziet de TU Delft als bedrijfsmiddel dat onderwijs en onderzoek ondersteunt. Beschikbaarheid en betrouwbaarheid staan bij deze ruimte voorop. De TU Delft investeert niet in het toevoegen van ‘state of the art’ kantoorruimte, maar wil de kwaliteit van de huidige omgeving continueren en bij gelegenheid upgraden naar de huidige kantoorconcepten. Daarnaast wil zij de overruimte binnen de kantoorruimte verminderen door deze in te zetten voor andere functies. Onderhoud en verkleinen footprint Binnen de bedrijfsvoering van de TU Delft is ook het onderhoud en beheer van gebouwen en het openbare gebied geborgd. Dit gebeurt volgens de richtlijnen van de vigerende wet- en regelgeving. Daarnaast zet de universiteit zich in op het verkleinen van haar m2-footprint en het reduceren van haar exploitatielasten door zo snel mogelijk alle gebouwen die in onbruik zijn of komen aan de vastgoedportefeuille te onttrekken. Duurzaamheid – De TU Delft transformeert het warmte en koude distributienetwerk en past de gebouwen aan om de CO2-footprint te reduceren en de exploitatielasten te verlagen.

Onderstaande figuur geeft schematisch voorgaande kern en de afgeleiden van de vastgoedstrategie weer.

de visie op de campus op 15 juli 2013

31


5.3 Randvoorwaarden investeringen Ieder thema kenmerkt zich door een specifieke verzameling van huisvestingsprojecten. Deze projecten dragen gezamenlijk bij aan het realiseren van de campus die de TU Delft voor ogen staat (zie beelden in de Campusvisie de Campusatlas) en die bovendien zijn getoetst aan een aantal randvoorwaarden in de bedrijfsvoering, te weten:  Het totaal van de projecten dient financierbaar te zijn, dat wil zeggen niet alleen binnen het totaalbudget in de komende jaren, maar ook haalbaar met het oog op solvabiliteit en liquiditeit. Sturen op het enigszins gelijkmatig verdelen van de investeringen is hiervoor een instrument.  De uitvoering van het totaal van de projecten dient haalbaar te zijn. Teveel projecten tegelijkertijd levert problemen op voor de beschikbaarheid van voorzieningen (tijdelijke oplossingen/schuifruimte), bereikbaarheid van de gebouwen en de werklast van projectmanagement. Een goede overall planning is dan ook belangrijk: ‘de winkel blijft open tijdens de verbouwing’.  De gebouwenportefeuille moet niet alleen kwalitatief, maar ook kwantitatief zijn afgestemd op de behoeften van de TU Delft. Teveel ruimte (vierkante meters) leidt tot extra en onnodige exploitatielasten. Minder (en beter) vastgoed is de doelstelling: het onttrekken van gebouwen aan de vastgoedportefeuille (slopen of afstoten) draagt hieraan bij.  De TU Delft heeft lopende afspraken op het gebied van duurzaamheid. Dit betekent dat ruimte gegeven moet worden aan duurzame vormen van energieopwekking en beperking van energiegebruik.

5.4 Uitwerking deelgebieden De Vastgoedstrategie dient binnen deze randvoorwaarden te worden uitgevoerd. De TU Delft kiest ervoor om de campus in deelgebieden aan te pakken, waarmee de campusontwikkeling overzichtelijk, beheersbaar en uitvoerbaar blijft. De aanpak van de Vastgoedstrategie in deelgebieden maakt het mogelijk om de specifieke uitwerking in goed overleg met de campusbewoners (vooral decanen van de faculteiten en de directeuren van de Universiteitsdienst) en overige stakeholders (zoals gemeente, studenten, bedrijven en kennisinstituten) in dat gebied te doen en de regie te houden op de campusontwikkeling in de komende tien jaar. Bovendien kan de besluitvorming meer integraal worden voorbereid en in afstemming met de medezeggenschapsraad. Zo hoeft niet steeds per gebouw en/of per project een besluitvormingsproces te worden georganiseerd. Dat biedt het kader voor separate investeringsbesluiten. Voor ieder gebiedsdeel is een ‘hoofdproject’ (een bepalende investering) in beeld, die dan wordt aangegrepen om tegelijkertijd samenhangende projecten op te pakken en de inrichting van de openbare ruimte in dat deelgebied conform de uitgangspunten van de Campusvisie ter hand te nemen. Zo zal de campus zich gaandeweg ontwikkelen tot de ‘ Living Campus’, die aansluit op de ambitie van de TU Delft: een topuniversiteit met topfaciliteiten.

de visie op de campus op 15 juli 2013

32


Â

de visie op de campus op 15 juli 2013

33


5.5 Campusbrede programma’s In de Vastgoedstrategie zit naast de hiervoor genoemde projecten ook een aantal campusbrede programma’s, waarvoor de invulling per deelgebied niet toereikend is. Het gaat dan vooral om de programma’s bereikbaarheid (de campusringweg, wayfinding, de aansluiting op centrale parkeerfaciliteiten en openbaar vervoer), verkleinen van de ‘footprint’ (amoveren van gebouwen: afstoten of slopen), duurzaamheid (‘smart grid', middentemperatuur-verwarming en opwekking met geothermische bron) en voorzieningen (restauratieve voorzieningen). Deze worden zoveel mogelijk in de aanpak per deelgebied ondergebracht (bijvoorbeeld: de aanleg van parkeerterreinen, de aanpassing van gebouwen ten behoeve van middentemperatuur en het slopen van een aantal gebouwen), maar er resteert een aantal investeringen, die voor de gehele campus gedaan zullen moeten worden (zoals wayfinding, aanleg HOV-tramlijn 19, centrale aanpassingen warmtecirculatie).

5.6 Dynamische vastgoedstrategie Er zit een continu verloop in de projecten die onderdeel uitmaken van de vastgoedstrategie. Oude projecten worden opgeleverd en nieuwe initiatieven worden toegevoegd op basis van de meest recente inzichten. Binnen de strategie zijn drie ‘windows’ met soorten geplande ingrepen te onderscheiden, namelijk: 

Korte termijn - De basis van de vastgoedstrategie wordt bepaald door projecten die de TU Delft op korte termijn (tussen de één en drie jaar) uitvoert. De uitgangspunten van deze projecten liggen vast en de benodigde besluitvorming heeft plaatsgevonden ten aanzien van de uitvoering. De projecten zijn onderdeel van de jaarlijkse begroting van de TU Delft. Middellange termijn – Er zijn projecten die op de middellange termijn (drie tot zes jaar) in uitvoering gaan. Over het initiatief van deze projecten

de visie op de campus op 15 juli 2013

34


heeft besluitvorming plaatsgevonden, echter dit staat nog niet vast. De scope van deze voorgenomen projecten kan veranderen onder invloed van nieuwe inzichten zoals wijzigingen in onderzoeken en onderwijs, maar ook door de oplevering van andere projecten. Lange termijn - De vastgoedstrategie is op de lange termijn flexibel om in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen. Voorgenomen ingrepen hebben het kenmerk van een initiatief. Door middel van deze initiatieven denkt de TU Delft over de toekomstige vraag naar huisvesting en schetst ze een beeld van de toekomstige campus over ongeveer tien jaar.

De vastgoedstrategie zit in een halfjaarlijkse cyclus waarbij de TU Delft evalueert, opnieuw weegt en actualiseert. De hiervoor beschreven windows bewegen mee met de strategie en geven telkens een nieuw beeld van de geplande ontwikkeling van de campus voor de komende tien jaar.

de visie op de campus op 15 juli 2013

35


de visie op de campus op 15 juli 2013

36


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.