DELTA. 01 07-01-2010
weekblad van de technische universiteit Delft
>03 Miljoenen
>07 Atomic pencil
>08 Afvalberg
>11 Ecodrama
> 19 English Best teacher 2009
De TU pikt een graantje mee van de miljoenen die Europa uittrekt voor Knowledge and Innovation Communities (KIC’s). De TU is bij twee van de drie KIC’s betrokken. “Het is voor de TU Delft van groot strategisch belang dat we deelnemen aan de KIC’s.”
With his Veni grant, dr. Willem van Dorp intends to push Ebid technology to the ultimate limit: writing atomic structures with an electron beam. But he won’t be doing it in Delft.
Metalen worden schaars, voorspelt dr.ir. André Diederen (TNO, defensie en veiligheid). Dat zal allerlei spullen duurder maken en we zullen onze afvalbergen gaan doorvlooien op bruikbare resten. “Ik denk dat het een directe bedreiging voor onze welvaart vormt.”
‘Avatar’ is niet alleen de duurste film aller tijden en een ongekend visueel spektakel, het is ook een diep-ecologisch epos. Na het bekijken van deze film hoop je dat de speurtocht naar buitenaards leven nooit iets zal opleveren.
After months of intensive jury evaluation of seven worthy candidates from within the ranks of university’s academic staff, we have a winner: Susanne Rudolph has been chosen as the best teacher of TU Delft in 2009. Yesterday afternoon she received her award of 10,000 euro from rector Jacob Fokkema.
01
TUDELTA.01
Aangewezen rector prof.dr. Karel Luyben past vlak voor kerst zijn nieuwe bedrijfskleding bij het Rotterdamse toga-atelier Schout&Katsonis. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Pagina 12: ‘Slim, snel en slaapt nauwelijks’
DELTA. 01 07-01-2010
02
nieuwsinterview
‘Die besparingen zijn keihard nodig’ TUdelta.01 > Jaargang 42 Delta is het informatie- en opinieblad van de TU Delft, verzorgd door een journalistiek onafhankelijke redactie.
> Redactie Frank Nuijens, (hoofdredacteur), Katja Wijnands, Dorine van Gorp, (eindredactie), Saskia Bonger, Tomas van Dijk, Erik Huisman, Connie van Uffelen, Jos Wassink (verslaggeving). > Medewerkers Willemijn Dicke, Robbert Fokkink, Dap Hartmann, Auke Herrema, Richard van 't Hof, Christian Jongeneel, Ivo Knubben, David McMullin, Anna Noyons, Edgar van Os, Miranda Pieron, Daan Schuurbiers, Jimmy Tigges, Ellen Touw, Robert Visscher, Floris Wiegerinck, Martine Zeijlstra. > Foto‘s Sam Rentmeester/ Hans Stakelbeek (FMAX).(info@fmax.nl) > Vormgeving Kummer & Herrman, Utrecht > Lay-Out
Liesbeth van Dam
> Mededelingen Martin Kers (m.kers@tudelft.nl) > Redactieraad Ir. S. Rozendaal (voorzitter), mw. prof.dr.ir.drs. H. Bijl, prof.dr.ir. F.W. Jansen, J. Op Den Kelder, mr. J.J. M.Kok, R.H.G. Meijer, T. Niks, prof. dr.B.J. Thijsse, ir. M. Persson, dr.ir. C. Vermeeren > Redactie-adressen Universiteitsbibliotheek Kamer 0.18-0.28 Prometheusplein 1 2628 ZC Delft Postbus 139 2600 AC Delft Tel. 015-278 4848 E-mail: delta@tudelft.nl www.delta.tudelft.nl
Civiele Techniek en Geowetenschappen krijgt de komende vijf jaar dertien miljoen euro aan steun uit de civiele sector en de overheid. Decaan Louis de Quelerij lobbyde hard voor dit geld. xConnie van Uffelen Gefeliciteerd, u bent de man van dertien miljoen. “En het gaat nog meer worden. Mijn doelstelling lag hoger, maar ik ben met deze toezegging al een eind op weg.” Hoe moeilijk was het om steun te krijgen? “De sector was verbaasd dat een faculteit met zo’n stijgende studenteninstroom steun vraagt. Het aantal inschrijvingen en onze onderzoeksoutput zijn in zes jaar verdubbeld. Desondanks zijn onze eerste geldstroommiddelen aanzienlijk gedaald van ongeveer 45 naar 31 miljoen euro. Ik begon mijn gesprekken bij Rijkswaterstaat. Die wilde ons met een miljoen per jaar steunen op voorwaarde dat zowel de publieke als de private sector meedoet. Dat heeft uitstekend gewerkt als breekijzer bij anderen. Tweede voorwaarde was dat ook de afdeling civiele techniek van de Universiteit Twente in de plannen werd ver-
> Oplage 12.000 > Advertenties H&J uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJssel Tel. 010-451 55 10 Fax 010-451 53 80 E-mail:delta@henjuitgevers.nl www.linkmagazine.nl > Abonnement Een abonnement kost 37,50 en kan elk moment ingaan. > HOP Delta werkt samen met het Hoger Onderwijs Persbureau Hein Cuppen, Bas Belleman, Thijs den Otter Tel. 071-523 6151 Fax 071-523 2138 E-mail hop@xs4all.nl > Copyright Delta Auteursrecht voorbehouden. Het is verboden zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur artikelen, schema‘s of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen en/of openbaar te maken, in enigerlei vorm of wijze.
Louis de Quelerij. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
werkt. De derde eis was dat men mee kon praten over het onderwijs- en onderzoeksprogramma. Ik heb dat vertaald in vijf thema’s: deltatechnologie, transport, bouw/ infra, watertechnologie en geoenergie. Voor die laatste twee heb ik geen extra steun nodig omdat het bedrijfsleven daar al veel in investeert.” U wilt 9,5 miljoen euro ‘ombuigen’: 6 miljoen door te bezuinigen en 3,5 miljoen door extra inkomsten. Hoeven er met die dertien miljoen euro steun nu geen gedwongen ontslagen te vallen? “Nee, die zes miljoen kan ik alleen realiseren met gedwongen ontslagen. We moeten het eigen huis op orde brengen. Als het vijftien miljoen euro steun wordt, gedeeld door vijf jaar, en vijf ton elk jaar naar Twente gaat, haal ik 2 tot 2,5 miljoen per jaar binnen. Met overige inkomsten kom ik aan 3,5 miljoen euro per
jaar. Die 9,5 miljoen euro ombuigen is per jaar en die 13 miljoen euro is voor vijf jaar.” Dat is zuur voor mensen die ontslag boven het hoofd hangt. Heroverweegt u die ontslagen? Er vloeit veel kennis weg. “Nee, zeker bij de afdeling bouw waar jarenlang de grootste tekorten zaten, is dit echt noodzakelijk. Voor een groot deel kunnen we gebruikmaken van natuurlijk verloop. Voor twintig plaatsen moeten we een andere oplossing vinden. Ik heb een risicoanalyse uitgevoerd: als alleen pensioenpremies al hoger zijn dan in het plan staat, heb ik een half miljoen extra nodig. Dus die besparingen zijn kei- en keihard nodig. Ik kan echt niet zeggen: laat ik maar twee of drie mensen minder ontslaan. Als het geld harder groeit, heb ik wat reserve. Dat heb je ook nodig.” Waarom heeft bouw niet meer geld
Is dat laatste misschien reden dat er te weinig werd binnengehaald? “Nee, dat geloof ik niet. Er zijn er die vlak voor hun pensioen grote projecten binnenhalen. Anderen proberen dat, werken tachtig uur per week en halen geen projecten binnen. Het heeft niet zozeer te maken met werkhouding maar met marktgebied en daar handig mee omgaan. De een doet dat beter dan de ander.” Hoe verder na vijf jaar steun? “Als wij op dat moment de faculteit op orde hebben en nog steun nodig hebben, is hooguit de helft nodig. Als we er in slagen betere tarieven te krijgen voor onderzoek, zou het probleem onmiddellijk zijn opgelost. Een derde optie is: waarom zou je niet een soort toeslag heffen op bestekken bij de grond-, weg- en waterbouwsector? Al is het maar één promille die je vervolgens zou bestemmen voor universitair onderzoek en onderwijs, dan zijn ook alle problemen opgelost.”
x
Meer op www.delta.tudelft.nl
van der duin
> ISSN 0169-698x > Druk Wegener Nieuwsdruk Twente, Enschede
binnengehaald, terwijl dat wel nodig was? “De bouwwereld is weinig bereid in onderzoek te investeren. Je kunt je ook afvragen of hoogleraren allemaal even actief zijn geweest om geld te verwerven. Bij een moeilijke markt moet je krimpen. Verjonging is een tweede onderdeel van het vernieuwingsplan. Een groot deel van de hoogleraren in de bouw zit tegen zijn pensioen aan.”
Norm Vorig jaar schreef ik in Trouw een positief gestemd artikel over de opkomst van Twitter. Hoewel toen voorspeld werd dat het fout zou aflopen met deze nieuwe vorm van social media had ik toen een goed onderbouwd (maar niet gevalideerd) gevoel dat Twitter een hit zou worden. ‘En je gebruikt het zelf niet eens’, werd me vaak verweten. En dat is nou precies waarom ik een goede inschatting heb gemaakt. De grootste fout die mensen in het algemeen en wetenschappers in het bijzonder kunnen maken is zichzelf als de maat der dingen nemen. Jezelf tot norm verheffen. Jezelf beschouwen als het vleesgeworden gemiddelde. Zo hoor ik vaak ‘beurs-experts’ roepen dat ze verwachten dat een fonds gaat stijgen omdat zij dat verwachten. Deze experts overschatten vaak hun vermogen tot self-fulfilling prophecy. De crux is juist dat je voor een accurate voorspelling het gedrag van anderen juist moet inschatten. In een vorige column schreef ik dat men bij het raden van de uitslag van een miss-verkiezing nooit op de eigen smaak moet afgaan. Maar wat is de norm? Wat betreft mijn werktargets ligt de norm op tien BTA-punten, tienduizend euro aan derdegeldstroom en veertig procent van mijn tijd aan onderwijs besteden. Voor UHD’s en professoren liggen deze normen hoger. Steeds vaker staat in vacatures voor wetenschappelijk personeel dat men een tenure track hanteert. Dat klinkt stoer, maar is niets anders dan een jaarlijkse target waaraan men moet voldoen. En wee je gebeente als je die niet haalt. Geen vast contract en met pek en veren de universiteitspoorten uit. Inderdaad, ‘publish or perish’.
Het is niet te hopen dat onze TU dit McKinsey-achtige model gaat hanteren: ‘You are up or you are out’. Redelijke targets zijn uitstekend, maar een universiteit die uitsluitend bevolkt wordt door hyperintelligente wezens die grossieren in best paper awards, gehonoreerde NWO-voorstellen en jaarlijks gemakkelijk honderd BTA-punten halen, stemt mij niet vrolijk. Een groep mensen met talent voor autisme is nooit tot iets substantieels in staat. Een voetbalelftal met alleen vedetten wint geen enkele wedstrijd. Overleving is gebaat bij diversiteit. Juist in een samenleving waarin steeds vaker ‘the wisdom of the crowds’ regeert, verdient de middelmaat meer lof. De hoogbegaafde experts weigerden uit hun ivoren toren af te dalen en proberen nu met de moed der wanhoop de eigen soort af te schermen tegen het klootjesvolk door hen schier onhaalbare targets op te leggen. Maar het demasqué van de expert, wetenschappelijk van aard of niet, staat op het punt van doorbreken. Het monopolie van de normstelling lijkt doorbroken. Iedereen met een beetje gevoel en verstand van dialectiek weet dat de meester de slaaf net zo hard nodig heeft als de slaaf de meester. Beroemde sportcoaches waren vaak zelf niet hooggetalenteerd. Daarom behandelen ze iedereen gelijkwaardig. Tot verdriet van de vedetten, maar de andere teamspelers zijn er blij mee. Dus, wees jezelf, maar ga nooit uit van jezelf. Karl Marx zei ooit dat ie geen Marxist is. Ik bedoel maar. Patrick van der Duin is toekomstonderzoeker bij de sectie technology, strategy and entrepeneurship van de faculteit Techniek, Bestuur en Management.
DELTA. 01 07-01-2010
D66 De kandidatenlijst van D66 voor de gemeenteraadsverkiezingen kent een groot TU-gehalte. Bij de eerste tien staan zeven mensen met een TU-achtergrond of –betrokkenheid. Hoogste TU’er op de lijst is de huidige fractievoorzitter in de raad, Pauljan Kuijper. Hij studeerde ooit civiele techniek aan de TU en werkt bij een adviesbureau voor verkeer en vervoer. Hij wordt gevolgd door Huub Halsema, die na zijn middelbare school in Delft aan de TU luchtvaart- en ruimtevaarttechniek studeerde. Zesde op de lijst staat Kim Huijpen; zij is
psychologe en werkt als managementtrainee bij de TU. Studente technische bestuurskunde Laura Wytema staat zevende op de lijst, gevolgd door Jan Wouter Langenberg, die vorig jaar afstudeerde bij dezelfde faculteit. André Jongeling, in 1987 afgestudeerd bij EWI, staat negende op de lijst, promovendus bij 3mE Stephan Hannot staat tiende.
Afsluiting
Dies
Laparoscopie
De Michiel de Ruyterweg wordt – afhankelijk van het weer - vanaf 11 januari voor de helft afgesloten. Het gaat om het stuk tussen de Julianalaan en de Mijnbouwstraat. Verkeer richting TU-wijk wordt over de overgebleven rijbaan geleid. Verkeer richting centrum wordt geleid via het De Vries van Heijstplantsoen. De afsluiting duurt waarschijnlijk tot half april en heeft te maken met werkzaamheden voor de aanleg van tramlijn 19. Daarvoor moeten leidingen worden verlegd en nieuwe kabels en leidingen worden aangebracht.
Op de 168-ste dies natalis profileert de TU zich als een instelling die toekomstgerichte en verantwoordelijke ingenieurs levert. Scheidend rector Fokkema heeft zich daar flink voor ingezet. Op de bijeenkomst in de aula (vrijdag, aanvang 14.45 uur) draagt Fokkema het rectoraat over aan Karel Luyben. Speciale spreker is wetenschapsfilosofe Susan Sterrett (Duke University), auteur van het boek ‘Witggenstein flies a kite’. Zij laat verrassende verbanden zien tussen het technisch-wetenschappelijk en het filosofisch denken.
Voordat chirurgen sleutelgatoperaties uitvoeren, moeten ze eerst droog oefenen in een soort simulator. Dat stelt de Leidse gynaecoloog prof.dr. Frank Jansen bij zijn oratie aan het LUMC als hoogleraar klinische evaluatie van minimaal invasieve chirurgische instrumenten. Jansen is tevens hoogleraar bij biomechanical engineering van 3mE. Jansen hoopt door een nauwere samenwerking tussen clinici en technici een betere introductie van high-tech medische instrumenten te bewerkstelligen.
‘TU naar Europese top’ De TU Delft pikt een graantje mee van de miljoenen die Europa uittrekt voor Knowledge and Innovation Communities (KIC’s). De TU is bij twee van de drie KIC’s betrokken. xERIK HUISMAN De miljoenen voor de KIC’s komen van het Europese Instituut voor Technologie (EIT). Het EIT moet er voor zorgen dat het onderzoek en de innovatiekracht in Europa leidend worden in de wereld. Dat gebeurt via KIC’s: pan-Europese consortia van universiteiten, kennisinstellingen, overheden en bedrijven. Begonnen wordt met KIC’s voor klimaatverandering, ict en duurzame energie. “Het is voor de TU Delft van groot strategisch belang dat we deelnemen aan de KIC’s. In Europa zitten nu veel universiteiten kwalitatief dicht bij elkaar. Ik verwacht de komende jaren meer reliëf in dat landschap, vergelijkbaar met de Verenigde Staten waar je een paar topuniversiteiten hebt”, stelt 3mEdecaan Marco Waas, die namens de TU betrokken is bij de KIC voor klimaatverandering. “De KIC’s moeten virtuele universiteiten worden die op deze thema’s de top in Europa vormen.” Door deelname daaraan profileert de TU zich als topinstituut, meent hij, zeker omdat Nederland
Glanzende vloer
03
Nieuws
de opzet voor de Klimaat KIC leidt. Prof.dr.ir. Erik Jansen (EWI), die betrokken is bij de KIC voor ict, stelt dat deelname aan de KIC’s ook goed is voor het huidige onderzoek. “Europa vindt dat er te veel onderzoek op de plank blijft liggen en het ontstaan van spin-offbedrijven te afhankelijk is van toevallige initiatieven. Via de KIC’s worden onderzoekers en bedrijven samengebracht om te zorgen voor kennistransfer en start-ups.” Dat leidt volgens hem aan de TU ‘tot meer
‘Deelname aan KIC is van groot strategisch belang’ follow-ups van promotieonderzoek, dus meer continuïteit’. Zowel Waas als Jansen denkt dat de TU op termijn ook baat heeft bij de KIC’s. “Door onze positie in het topcluster kunnen we meer geld gaan aantrekken”, stelt Waas. Jansen: “Ik verwacht dat de contacten van onderzoeksinstellingen en bedrijven binnen de KIC’s leiden tot meer investeringen van bedrijven in onderzoek aan universiteiten.” Het consortium voor ict krijgt via het EIT zeker zeven jaar maximaal 22 miljoen euro per jaar en moet er zelf een veelvoud van bijeenbrengen. De TU Delft is bij deze KIC betrokken via de 3TU-samenwerking. Volgens Jansen komt voor de Nederlandse partners jaarlijks 3 à 4 miljoen euro beschikbaar voor onderwijs, onderzoek, ontwikkeling en het naar de
De TU-bibliotheek moet in de loop van het jaar in een soort huiskamer en studieplek veranderen. In dit zogeheten ‘Library Learning Centre’ moeten studenten en medewerkers straks in loungebanken informeel kunnen afspreken met een hapje en een drankje. Natuurlijk past daar ook een mooie nieuw glanzende vloer bij. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
markt brengen van ict-producten en -diensten. Als voorbeeld noemt hij sensortechnologie om op afstand iemands gezondheid te kunnen monitoren. Bij deze KIC kunnen volgens Jansen naast EWI werktuigbouw en natuurkunde betrokken worden. De KIC voor klimaatverandering krijgt 120 miljoen euro in vier jaar. “Dat willen we vervijfvoudigen via bedrijven, onderzoeksinstellingen, overheden en universiteiten”, aldus Waas. Deze KIC richt zich vooral op hoe klimaatverandering bestreden en vermeden kan worden. Het onderzoek in Delft zal zich richten op ‘onder meer aanpassing van de stedelijke omgeving aan klimaatverandering, elektrische mobiliteit, waterveiligheid, CO2-opslag en bioenergie’. “Daarbij sluiten de DRI’s infrastructure, environment en energy mooi aan.” Dat leidt volgens Waas tot mogelijke betrokkenheid van alle faculteiten.
Succesvol in FES Bij de verdeling van de zogenoemde FESgelden heeft de TU Delft goed gescoord. FES staat voor Fonds Economische Structuurversterking. De TU is betrokken bij drie van de zes geselecteerde projecten. Samen zijn die goed voor bijna tweehonderd miljoen euro. Het door de TU gecoördineerde project Be-Basic ontvangt zestig miljoen euro. Be-Basic staat voor Biobased ecologically balanced sustainable industrial chemistry. Daarbinnen wordt onderzoek gedaan naar de invloed op de leefomgeving van producten die zijn gebaseerd op biologische grondstoffen. Het project wordt uitgevoerd door een groot aantal internationale industriële, academische en financiële partners. De bijdrage wordt gebruikt voor experimenten rond duurzame industriële productie van biochemicaliën, bioplastics en biobrandstoffen. Het programma ‘Towards a sustainable open innovation ecosystem’ ontvangt 125 miljoen euro. De TU Delft is een belangrijke partner binnen het project. Het onderzoekt nieuwe toepassingen op het gebied van nano- en microtechnologie
en ontwikkelt die tot commerciële producten. Voorbeelden zijn de ‘laboratoria op chip’ voor medische toepassingen, het ontwikkelen van zonnecellen met een hoger rendement, verbeterde waterzuivering en voedselkwaliteitsbewaking in verpakkingen. Het energieproject Cato-2, waarin de TU Delft een partner is, ontvangt tien miljoen euro. Cato-2 is een Nederlands onderzoeksprogramma naar afvang en opslag van CO2. Om in de komende decen-
De geselecteerde projecten zorgen voor nieuwe bedrijvigheid nia te kunnen voldoen aan de Nederlandse klimaatdoelstellingen wordt binnen het Cato-2 programma getracht om deze techniek vanaf 2020 grootschalig commercieel toe te passen. De FES-gelden daarvoor zijn afkomstig van de aardgasbaten. Ruim veertig procent daarvan gaat naar het FES. Het fonds financiert projecten die de Nederlandse economie op de lange termijn versterken. Dit jaar wordt 350 miljoen uitgekeerd. De geselecteerde projecten zorgen voor nieuwe bedrijvigheid en creëren daarmee extra werkgelegenheid. FES-ronde 2009 was de laatste uitkering van het fonds tot de volgende nationale verkiezingen in 2011. (MP)
DELTA. 01 07-01-2010
04
Nieuws
Hangen en wurgen Vlak voor kerst viel bij alle eerstejaars een brief op de mat met de eerste indicatie van het bindend studieadvies (bsa). Voor de helft van de eerstejaars was die positief, voor een kwart negatief en voor de rest twijfel. De indicaties worden soms voor kennisgeving aangenomen, maar leiden ook tot actie.
manier om studenten snel op de juiste plek te krijgen voor IO’ers niet. “Bij IO geeft het eerste jaar een beeld van wat je in de studie kunt doen. Je krijgt van alles wat: mens en product, ontwerpen, product en werking, design experience. Dus kun je via het advies nu nog geen goede indicatie krijgen of je bij deze studie op de juiste plek zit.”
(Foto: Erik Huisman)
Naam: Jan-Harm Betting Leeftijd: 19 jaar Studie: Werktuigbouwkunde Advies: Positief
xERIK HUISMAN EN MIRANDA PIERON (Foto: Miranda Pieron)
Naam: Tiffany Vlaar Leeftijd: 14 jaar Studie: Technische schappen Advies: Positief
(Foto: Miranda Pieron)
Naam: Bram van der Veen Leeftijd: 18 jaar Studie: Industrieel ontwerpen Advies: Twijfel De bsa-indicatie ging voor Bram van der Veen vooral gepaard met irritatie en zorgt bij hem niet voor twijfel “Ik had het advies al een beetje verwacht”, stelt hij. “Een onderdeel, tekenen, had ik ingehaald, maar het resultaat daarvan was administratief nog niet verwerkt.” Daarmee was voor een deel verklaard dat hij officieel maar 7,5 van de 15 te behalen punten heeft. “We moesten via de computer ook een competentiemonitor invullen. Dat heb ik twee keer gedaan, maar beide keren waren de gegevens door het systeem ‘vergeten’. Toen ik alles voor de derde keer helemaal had ingevuld, bleek dat hij toch onvolledig was. Op basis van die twee dingen heb ik het twijfeladvies gekregen.” Vooral het gehannes met de competentiemonitor vindt Van der Veen ‘heel irritant’. “Ik vind het niet leuk dat ik die punten officieel niet heb, want ik meen dat ik alles heb gehaald wat ik kon halen.” Hij heeft dan ook niet het idee dat hij de studie niet aankan of bij de verkeerde studie is beland. Zijn aanpak zal in elk geval niet veranderen. Wat hem betreft werkt het bsa als
Naam: Tom Horsten Leeftijd: 18 jaar Studie: Civiele techniek Advies: Positief
aardweten-
Met het behalen van 12,2 van de totale 13,2 studiepunten stond een positieve indicatie voor Tiffany Vlaar wel vast. “De vakken in de eerste periode gingen wel redelijk. De meeste leerstof begreep ik goed en ik heb bijna alle tentamens gehaald. Alleen het vak geologisch kaartlezen heb ik niet gehaald. Dat was een kwestie van niet helemaal begrijpen en te weinig oefening.” Het advies verandert niets aan de studiestrategie van Vlaar. “Het heeft niet zoveel invloed op me, al geeft het wel een goed gevoel dat dit eerste advies positief is.” Ze vindt de invoering van het bsa een goed initiatief, omdat studenten nu beter zullen nadenken over de voortgang van hun studie. “Er zijn sinds het begin van het collegejaar al ongeveer vijf eerstejaars gestopt volgens mij, van wie er twee na het studieadvies zijn vertrokken.” Vlaar is een stuk jonger dan haar mede-eerstejaars omdat ze op de basisschool vier klassen heeft overgeslagen. Ondanks dat heeft ze het gevoel dat ze goed meekomt met de rest. “Ik twijfel wel of aardwetenschappen de juiste studie voor mij is. De mix van scheikunde, natuurkunde en wiskunde trok me aan. Dat vind je niet op alle faculteiten in deze combinatie. De geologische vakken vind ik alleen minder interessant.” Voorlopig blijft ze de opleiding volgen. “Ik zou op dit moment ook niet weten welke studie ik anders wil volgen en het gaat goed tot nu toe.”
“In de eerste periode heb ik alle studiepunten gehaald. We hadden vakken zoals analyse, statica, 2D-tekenen en materiaalkunde. Ik heb hard gewerkt in de eerste witte week om alle tentamens te halen.” Betting is positief over het bindend studieadvies. “Ik vind het een goed middel om studenten op de juiste plaats te krijgen. Het is niet de bedoeling dat je te lang aanrommelt met een studie die je eigenlijk niet aankunt.” Hij heeft wel het idee dat dit voorlopige advies, over één studieperiode, misschien te kort is voor een goede indicatie van de prestaties van studenten. “Een vriend heeft door een gebroken been in de eerste periode nog helemaal geen punten kunnen halen. Een negatief advies is dan niet eerlijk. De studieadviseur heeft ook aangegeven dat het voorlopige advies nu, na een periode, nog niet veel voorstelt.” Extra druk op zijn studievoortgang door de invoering van het bindend studieadvies voelt Betting niet. “Ik weet dat ik goed ben in bepaalde vakken en ik was er zeker van dat ik de tentamens zou halen. Andere studenten ervaren misschien extra druk door het bsa. Het kan op twee manieren werken: je kunt worden gestimuleerd of juist worden tegengewerkt.” Betting heeft niet het idee dat hij, met zijn positieve advies, een uitzondering is binnen de faculteit. “Sommige medestudenten moeten erg hard werken voor hertentamens, maar het moet natuurlijk makkelijk mogelijk zijn om de helft van het totale aantal studiepunten te halen binnen een jaar.” De positieve indicatie verandert volgens hem niets aan zijn studiestijl.
(Foto: Erik Huisman)
“Ik heb alle tentamens in de eerste periode gehaald, waardoor ik het maximale aantal van vijftien studiepunten heb. Daardoor had ik verwacht dat het advies positief zou zijn”, vertelt Tom Horsten. Van tevoren had hij niet verwacht dat de tentamens hem zo gemakkelijk af zouden gaan. “Het viel erg mee. Voor sommige vakken heb ik hard gewerkt, voor sommige minder. Gelukkig waren de tentamenvragen gunstig en had ik geluk bij de vakken waarvoor ik minder goed had gestudeerd”. Of het bsa een goed middel is om studenten bij de juiste studie te krijgen is voor Horsten de vraag. “Ik had het advies niet hoog in het vaandel staan. Ik vraag me af of het advies een goede indicatie geeft of de studie bij je past en of je goed aan het studeren bent.” Het bsa zorgt er wel voor dat hij harder werkt aan zijn studie dan dat hij zonder bsa gedaan zou hebben. “Ik weet nog niet wat ik in het tweede semester naast mijn studie ga doen. Waarschijnlijk steek ik dan iets minder energie in het studeren, maar nu is het eerst belangrijk om dat minimum van dertig punten te halen.”
(Foto: Erik Huisman)
Naam: Joris Lippens Leeftijd: 18 jaar Studie: Technische natuurkunde Advies: Negatief Joris Lippens ging de kerst in mineur in. “In de brief stond dat mijn studievoortgang zorgwekkend was, of iets in die trant.” Dit advies had hij na de eerste tentamens wel verwacht. Aan de start van zijn eerste studiejaar had hij geen goede inschatting gemaakt van de hoeveelheid werk die in de studie gestoken moest worden, realiseert hij zich nu. “In de eerste periode heb ik drie van de elf punten gehaald. Ik had niet gedacht ik er zoveel energie in moest steken om voldoendes te halen”. Achteraf vindt Lippens dat hij meer en beter had kunnen studeren en misschien ook een betere inschatting van het werk had kunnen maken. “Ik moet nu echt gewoon hard doorbeunen en me nog meer inzetten. Het is zeker nog geen ver-
loren zaak. Ik verwacht de dertig studiepunten te halen aan het einde van het jaar.” Lippens is, na het ontvangen van het advies, gaan twijfelen of hij in september met de juiste studie is begonnen. “Ik geloof dat het bsa wel nut heeft, maar tot nu toe vind ik TN wel leuk genoeg. De conclusie dat ik verkeerd zit trek ik zelf voorlopig nog niet.” Door het tweede semester hard te studeren verwacht hij dat het volgende advies positiever uit zal vallen.
(Foto: Miranda Pieron)
Naam: Thijs Faber Leeftijd: 19 jaar Studie: Industrieel ontwerpen Advies: Positief “Ik heb gewoon vijftien van de vijftien punten gehaald”, vertelt Thijs Faber. De eerste bsa-brief met de positieve indicatie was dan ook geen verrassing. Toch wil hij het resultaat relativeren. “Het waren introductievakken. En niet de moeilijkste.” Hij heeft tot nu toe ‘niet heel hard’ hoeven werken, voegt hij er aan toe. Radicaal zal Faber zijn aanpak van de studie dan ook niet veranderen, maar het wordt volgens hem vanaf nu wel een stuk serieuzer. “In de tweede periode komen de rekenvakken, mechanica en wiskunde. Dat zijn niet mijn sterke punten. Ik moet me nu beter voorbereiden op tentamens.” Voor hem werkt de bsa-indicatie als een middel om te zien of hij op de juiste plek zit. “Deze eerste brief geeft aan dat het goed zit”, meent Faber. “Het is een bevestiging. Maar het is geen garantie voor de rest van het jaar, want dan gaat het om heel andere vakken.” Er kriebelt bij Faber ook enige twijfel of een studie IO hem echt op het lijf geschreven is. “Ik vind de studie heel leuk, maar ik heb toch wat twijfel. Dat zit ‘m in de wiskundige kant van de studie. En in de tijd. IO is een tijdrovende studie en ik woon in Amsterdam, dus door het reizen houd ik niet veel vrije tijd over.”
DELTA. 01 07-01-2010
Boek BK City De brand bij Bouwkunde was een ramp. Maar er kwamen mooie dingen uit voort. In het oude TU-hoofdgebouw werd in zeer korte tijd BK City gerealiseerd, compleet met onder meer kleurrijke, aantrekkelijke inrichting, hoogwaardige ict-voorzieningen en flexwerkplekken. In het nu uitgekomen boek ‘The Making of BK City’ – ondertitel ‘Bouwkunde een jaar na de brand’ – wordt in dertien hoofdstukken teruggeblikt. Aan het woord komen tientallen personen en vertegenwoordigers van betrokken bedrijven en TU-afdelingen,
05
Nieuws
zoals lichtarchitect Henk van der Geest, IJzerhandel Zwaard en facilitair management en vastgoed. Het resultaat is een lees- en kijkboek over de brand en alles wat er daarna moest gebeuren en is gerealiseerd. 'The Making of BK City' verschijnt in een oplage van 5350 en is te koop voor 27,50 euro.
Kenniseconomie
Erepenning
Watercongres
Minister Van der Hoeven van economische zaken bezoekt maandag 11 januari de TU Delft voor een debat over de kenniseconomie en de Delftse regio. De bijeenkomst wordt georganiseerd door de afdeling Delft van het CDA. Andere deelnemers zijn onder meer bestuursvoorzitter Dirk Jan van den Berg, 3mE-decaan Marco Waas, VSNU-econoom en CDA’er Jeroen van Oort, en wethouder economische zaken Ronald Vuijk. Het debat wordt gehouden in de Senaatszaal van de aula vanaf 20.00 uur.
Rector Fokkema heeft dinsdag 5 januari tijdens de Delftse Kring bijeenkomst de erepenning van de gemeente Delft gekregen uit handen van burgemeester Bas Verkerk. Fokkema krijgt de penning vanwege zijn grote betrokkenheid bij Delft. Volgens Verkerk heeft Fokkema de TU niet alleen meer glans gegeven, maar ook bijgedragen aan de faam van Delft. De rector was onder meer de drijvende kracht achter de Hippolytuslezing, die tot doel heeft universitair onderzoek onder de aandacht van burgers te brengen.
De 62ste ‘vakantiecursus’ van Civiele Techniek en Geowetenschappen staat in het teken van ‘energie uit water: hype of kans’. Onderwerpen zijn ondermeer Blue Energy, energiewinning uit rioolslib, opslag van warmte in de bodem en de verborgen gezondheidsaspecten. Nederland zou naast Singapore een centrum van innovatie op dit gebied moeten worden. Vrijdag 15 januari op CiTG, deelname kost voor TU’ers 15 euro.
x
Civiel heeft beste docent TU Susanne Rudolph is verkozen tot beste docent van de TU Delft in 2009. Zij kreeg woensdagmiddag een prijs van tienduizend euro uit handen van rector Jacob Fokkema. xConnie van Uffelen Als student ging Susanne Rudolph niet vaak naar colleges. Als docent bij Civiele Techniek & Geowetenschappen won ze de eerste editie van de verkiezing tot beste docent van de TU Delft. De jury - bestaande uit de rector, twee leden van de studentenraad en één lid van de studieverenigingenraad – verkoos haar uit zeven genomineerden. De andere kandidaten waren: Erik Tempelman van Industrieel Ontwerpen, Daniel Rixen van Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en
Materiaalwetenschappen, Michiel Kreutzer van Technische Natuurwetenschappen, Jan Anne Annema van Techniek, Bestuur & Management, Ron Noomen van Luchtvaart& Ruimtevaarttechniek en Fred Vermolen van Elektrotechniek, Wiskunde & Informatica. Rudolph is werkzaam bij de sectie petroleum engineering binnen de opleiding technische aardwetenschappen. Ze stond meteen al
Rudolph stak met kop en schouders boven haar concurrenten uit op grote voorsprong na een eerste schifting op basis van de voordrachten door studieverenigingen. Uit die van de Mijnbouwkundige Vereeniging bleek dat zij bekendstaat als betrokken, toegankelijk, enthousiast en sociaal. Ook schreef de Vereeniging dat zij met verbeterpunten direct aan de slag gaat. Als ze een
extra college moet geven, omdat studenten de stof niet begrijpen, doet ze dat. Zijn er problemen in het onderwijsprogramma, dan zoekt ze oplossingen. Moet er vervolgens iets veranderen maar wil niemand verantwoordelijk zijn voor het doorvoeren daarvan, dan neemt zij dat op zich. De jury ging na de eerste schifting na in hoeverre de geselecteerde docenten hun masterstudenten betrekken bij onderzoek en een bijdrage leveren aan onderwijsvernieuwing. Ook keek zij naar de manier waarop de docenten hun studenten coachen. Rudolph stak met kop en schouders boven haar concurrenten uit. Vooral waar het ging om haar brede inzet binnen de faculteit. Verder scoorde Rudolph even goed of beter als het ging om de communicatie met haar studenten, het gebruik van ict en didactische middelen en het stimuleren van studenten om iets te doen met hun verworven kennis. De docente verstrekt oude tentamenopgaven en integreert haar vak binnen de faculteit. Bovendien zet ze
haar studenten, net als de andere geselecteerde kandidaten, goed aan tot zelf nadenken. Tot slot woonden studentleden van de jury colleges bij. Na afloop noteerden zij bij het college thermodynamics & chemistry van Rudolph onder meer de steekwoorden: punctueel, uitleg tijdens pauze, interactie, rustige klas, PowerPoint, Whiteboard, goede uitspraak Engels, direct, hoog tempo, blackboard, mondeling tentamen en good luck! De jury noemde het college weliswaar chaotisch, maar vond dat dit mede kwam doordat dit het laatste college voor de tentamenweek was. Ze vertelde onder meer hoe studenten formules moesten gebruiken en bleef doorvragen totdat zij zeker wist dat haar studenten de stof begrepen.
x
Dat is een van de maatregelen naar aanleiding van klachten en verwijten van voormalige docenten van het SNC. Zeker zes docenten zijn de afgelopen tijd ontslagen of opgestapt na conflicten. Zij gaven als oorzaak de zes jaar geleden ingezette verzakelijking van het
centrum onder Raymond Browne. Directeur onderwijs & studentenzaken Anka Mulder stelde daarop een onderzoek in en signaleert drie problemen. Allereerst de al genoemde koersverandering waarbij niet meer het aanbod centraal staat maar datgene wat studenten willen. “Docenten werden daar te weinig bij betrokken”, zegt Mulder. Dit leverde volgens haar het tweede probleem op: een verwijdering tussen de leiding en de docenten. “Het is belangrijk docenten te betrekken bij de inhoud en het invullen van de koers.” Mulder denkt daarbij bijvoorbeeld aan het betrekken van docenten bij de dagelijkse praktijk op het centrum, het salarissysteem en het werven van nieuwe docenten.
Tot slot meent Mulder dat een aantal organisatorische zaken is blijven liggen. Zo bleken docenten zich te ergeren aan het salarissysteem. “Er is wel begrip voor salarisverschillen als het gaat om bijvoorbeeld ervaring, maar het moet transparant zijn.” Een andere organisatorische bottleneck is haperende communicatie. “Het is voor studenten moeilijk informatie te vinden over lessen. Dat vinden docenten vervelend. Het programmaboekje is niet verschenen.” Mulder zegt er scherp op toe te zien dat zaken daadwerkelijk verbeteren. Volgens Mulder is voor de kerst al begonnen met het opschonen van de website en komt er in februari een SNC-krant met praktische infor-
delta online OV-chipkaart Studenten kunnen het beste hun oude OV-jaarkaart uit 2009 nog even bij zich houden. Dat adviseert de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Volgens de LSVb is er nog veel onduidelijkheid rond de Studenten OV-chipkaart die per 1 januari 2010 is ingevoerd.
Architectuurgids De stichting Architectuurgids Delft heeft de website www.architectuurgidsdelft.nl gelanceerd. Via de site kan een virtuele rondwandeling door Delft worden gemaakt. Bezitters van een iPhone of smartphone kunnen via de site onder meer al wandelend gegevens opzoeken over een object waar ze dan in de buurt zijn.
Directeur DOK Voor een reactie van Rudolph: www. delta.tudelft.nl.
Meer inspraak docenten bij Sport en Cultuur Het sport- en cultuurcentrum (SNC) betrekt docenten voortaan meer bij de inhoud van het programma-aanbod en bij de werving van nieuwe docenten.
www.watermanagement.tudelft.nl/ vakantiecursus
matie die voorheen het in programmaboekje stond. Tevens bekijkt het SNC hoe andere instellingen docenten betalen om dit vervolgens met vakgroepvoorzitters te bespreken. Docenten die dat willen, kunnen voortaan meepraten over de inhoud van het aanbod en over het aanstellen van collega’s. “Bij de afdeling cultuur zijn we daar al mee begonnen. Bij sport willen we dat ook.” Mulder wil niet ingaan op de vraag of er personele wijzigingen komen in het management van het SNC. (CvU)
Eppo van Nispen tot Sevenaer is per 1 juni 2010 benoemd tot directeur van de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB). Dat heeft het bestuur van de CPNB bekendgemaakt. Van Nispen tot Sevenaer is sinds 2005 directeur van de Stichting DOK Delft en veranderde de bibliotheek tot een van de modernste ter wereld.
NS-station De situatie rond het NS-station Delft verandert deze maand. Aanleiding zijn de werkzaamheden rond het aanleggen van de treintunnel. Zo verhuist het busstation naar achter het station. Fietsers en voetgangers kunnen in de nieuwe situatie het station nog wel via de voorkant bereiken. Voor hen blijft de brug tegenover de Barbarasteeg toegankelijk.
Keuzegids Universitaire rechtenstudenten zijn het minst tevreden over hun studie. Dat blijkt uit de nieuwe Keuzegids Universiteiten. Ze vinden het aantal contacturen te gering en de groepen veel te groot. Bovenaan de lijst staan de geologie-opleidingen, vóór scheikunde, diergeneeskunde en de university colleges.
Phishing aanval Spartelen
Het ging er hevig aan toe afgelopen weekend in het Delftse Kerkpolderbad. Zoals elk jaar vond daar het waterpolowintertoernooi van de Delftse studentenzwemvereniging Wave plaats. Slechts twee dagen na oud en nieuw streden vijftien teams uit heel het land in drie poules voor de overwinning. “Sommige mensen moesten nog een beetje bijkomen van hun nieuwjaarskater”, lacht Julian de Ruiter van Wave. Het Wave-team viel net niet in de prijzen. “De winnaars kregen lekkere taarten”, aldus De Ruiter. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Veel studenten hebben een valse e-mail gekregen die zogenaamd van de Informatie Beheer Groep kwam. Of ze even op een website hun adresgegevens en DigiD-inlogcodes wilden invullen.
x
www.delta.tudelft.nl
DELTA. 01 07-01-2010
06
science
opinion please
Shockingly complicated Predicting earthquakes was long thought to be impossible. But thanks to a new TU Delft algorithm, this is no longer so far fetched. For geophysicists it’s a dream come true. xTomas van Dijk All is quiet above the North Anatolian Fault - for the moment that is. The area around this long, tectonic boundary between the Eurasian Plate and the Anatolian Plate is prone to earthquakes, because the massive African Plateau is slowly sliding underneath these two smaller plates. As a consequence thousands die. Last time this happened was in 1999: the earthquake at Izmit killed approximately 17,000 people. Wouldn’t it therefore be great to be able to predict exactly where and when earthquakes will occur? For a long time geophysicists dismissed this thought. Modeling the slow creeping motion of the Earth’s rocky mantle in three-dimensions was too tough for all the world’s most powerful computers combined. Yet now, thanks to an algorithm developed by TU Delft PhD student, Mehfooz ur Rehman, this idea doesn’t seem quite so far fetched. Together with geophysicists from the University of Utrecht, Rehman, and his PhD supervisor, Professor Kees Vuik, of the numerical analysis department, showed that it is theoretically possible to model the underground streams underneath Turkey. The team wrote an article
that has been accepted for publication in the magazine 'Geochemistry Geophysics and Geosystems', showing its proof of principle. The lead author of the article is Utrecht University geophysicist Thomas Geenen. The group in Utrecht will now actually start modeling the underground in Greece and Turkey up to 1,000 kilometers deep, using real seismological data. The model will consist of 100 million underground grid points. “Until recently, the best we could do was one million dots,” says Arie van den Berg, from the Utrecht Geophysicist group. “If we added more, things would completely go astray.” A model with 1 million dots was nice to play with and for gaining some academic insights, according to Van den Berg, “but it had no practical value.”
The world is not enough But predicting earthquakes will still remain very difficult, since they are linked to underground flows in a very intricate way. Van den Berg: “We will however be able to calculate where the strongest underground stresses are located, and which areas are the most dangerous.” Solving viscous flow problems means solving mathematical matrices made up of the millions of density and velocity values at millions of different spots in the ground. And, as if this weren’t difficult enough, scaling up the matrix, in order to make the model more accurate, results in an exponential growth in the number of iterations. The TU Delft formula however
Wouldn’t it be great to predict quakes like the one that struck Turkey in 1999? (Photo: ANP)
makes it possible to scale up the matrix only linearly. That’s something geophysicists have been dreaming about for years. Rehman used a series of multi-grid methods to simplify the matrix. He multiplied the matrix by several other matrices before starting the iterative calculations. “This is called preconditioning the matrix,” Rehman explains. Van den Berg adds, laughing: “A technique so complicated it makes your head spin!” Another problem Rehman tackled is that of parallel computing. To make the calculations requires many computers calculating simultaneously. Increasing the number of computers would always cause the system to work less efficiently. “It’s like giving instructions to someone,” Rehman says. “It’s easier to explain something to one person face to face - than to many people at the same time.” According to Rehman, the same goes for computers, in some way. His formula allows computers to work together more efficiently. He has tested this with 500 computers. For the geophysicists, the world is not enough, now that they have a new calculating tool. After modeling Turkey and Greece, the team in Utrecht wants to model the tectonics of the entire globe. That would involve 1 billion dots. “Next we want to model the inner core of the moon,” says Van den Berg. There are indications that it is partially liquid. Van den Berg wants to calculate whether that is true.
Masters of terrorism More than forty percent of Muslim terrorists have an engineering degree, say two sociologists. Are engineers indeed the best terrorists, as the Dutch newspaper De Pers heralds? University of Technology graduates from developing countries tend to get frustrated by their disappointing career opportunities. These are the findings of sociologists Diego Gambetta, of Nuffield College, Oxford, and Steffen Hertog, of the University of Durham and Sciences Po, Paris. They have co-authored the book, 'Engineers of Jihad', to be published later this year. According to the two researchers, graduates who followed part of their studies in western countries are even more frustrated, because they compare the western wealth to their local misery. To top it off, it’s generally western expats who get the best jobs, forcing local graduates to work as taxi drivers, for example. This leads to a fertile ground for terrorism. “I’ve been to many poor countries and I’ve seen this happen. It’s terrible”, says professor Daan Lenstra, dean of the faculty of Electrical Engineering, Mathematics and Computer Science. “That there is a fertile ground for terrorism is one of those big world problems the university can’t do very much about. Our main objective is to offer outstanding education”, says Lenstra. “And,” he somewhat sadly continues, “it is in our interest to have good relationships with companies, even when they sometimes do bad things. A company like Shell for instance does terrible things in Nigeria.” “It’s mainly unsuccessful engineers that radicalise”, says professor of ethics, Jeroen van den Hoven (Technology, Policy and Management). “And that is hardly new. Anton Mussert [leader of the Dutch fascist National Socialist Movement (NSB) during WWII – ed.] was a pitiful TU graduate. And also Pol Pot and Eichmann were educated as engineers. The two sociologists say that an engineer is 4.8 times more likely to end up as a terrorist than the average guy, but for an unsuccessful engineer it’s even 7.7 times higher.” What can universities of technology do to prevent their graduates from becoming terrorists? “The TU attracts many people from India, Pakistan and similar countries”, says Van den Hoven. “And sometimes you can’t help but think: is that quiet boy okay - he doesn’t drink, he doesn’t join the group. What’s wrong? At the moment a separation seems to grow between students based of their provenance or religion. We should be attentive to this.” “Of course the deans of all faculties and the executive board try to act responsibly”, says Lenstra. “Personally I try to assimilate all my new students and researchers in the group. That way people gain more contacts, which can help in their careers.” Van den Hoven thinks technical universities especially should act proactively: “The neutral knowledge technical universities offer attracts fundamentalist minds, be they Muslim or Christian, because the instrumental knowledge asks no questions of the ends; it only offers the means. Students should be trained to reflect on the ends of their actions. I think we should include more humanities in the curriculum on a mandatory basis.” (TvD/JW)
DELTA. 01 07-01-2010
07
science
halfway
Sharpening the atomic pencil
Peter Buist. (Photo: Sam Rentmeester/FMAX)
Willem van Dorp: “An important part of my Veni grant will be spent on microscope time.” (Photo: Tomas van Dijk)
With his Veni grant, dr. Willem van Dorp intends to push Ebid technology to the ultimate limit: writing atomic structures with an electron beam. But he won’t be doing it in Delft. xJos Wassink Their publication in the nanoscience magazine, Nano Letters, in June 2005 made headlines. Dr Kees Hagen and his PhD student, Willem van Dorp (particle optics at Applied Sciences), had made dots and lines finer than anyone else had achieved. The 1-nanometre (a millionth of a millimetre) wide tungsten dots they had drawn with their ‘atomic pencil’ were 50 times thinner than any other lithography technique could achieve. “Imagine a human hair as
‘The decomposition is less favourable than we thought’ broad as the Nieuwe Waterweg, and the lines are as thin as a felt pen”, a Delta article reported at the time (23-06- 2005). The Nano Letter article was an important part of Van Dorp’s thesis. The technology the two researchers used is known as electron beam induced deposition, or Ebid. It uses a focused electron beam to decompose metal-containing gas mole-
cules (called the precursor gas) to create a deposit on a substrate. This happens in two steps. Highly energetic electrons from the beam hit the substrate and create secondary electrons, which then hit the gas molecules, causing the metal to be deposited on the substrate. The researchers had achieved finer structures than anyone else thus far by using state of the art electron microscopes and short exposures. “The earlier you stop, the smaller the dot,” said Van Dorp. But he was uncertain about the purity of the deposits. The gas they used was composed of tungsten atoms with CO-groups attached to it. Van Dorp wondered how much carbon and oxygen had ended up in the deposits. What has happened since? Van Dorp: “I’ve been busy to improve my understanding of the process. Two years ago I spent a year at Rutgers University, in New Jersey, in Professor Ted Madey’s laboratory, where I have studied how the gas molecules decompose. This was not known, but it’s vital for a better understanding of the process.” What did you find out? “The decomposition is less favourable than we thought. We used gas molecules that consisted of a platinum atom with a five-carbon ring and three methyl groups. Upon deposition, only one methyl group (CH3) detached. The rest of the molecule remained behind on the surface, which is bad news since we only want the metal to be deposited. We have been looking for ways to remove the unwanted material after deposition and we have found a few methods that work. The next step is
to find gases that decompose more cleanly, so that these extra treatments are not necessary.” How will you use your Veni grant? “An important part of it will be spent on microscope time at the Danish Technology University near Copenhagen. Another part will be spent on consumables, gases and so on. And of course it pays for my salary as well for three years.” What will you be doing in Denmark? “I want to modify the electron microscope to implement a new writing strategy. Our results indicate that the deposition process is determined by chance. To deposit single atoms reproducibly, we need to eliminate this randomness. Normally an electron beam in a microscope simply scans the surfaces and reads the signal to make an image. Instead, I now want to position the beam on a certain point for deposition, and then scan around that particular point to see if something has been written. If not so, we’ll repeat the process until a deposit has been detected and move on to the next point.” Why Groningen and not here at the Van Leeuwenhoek laboratory? “While I was waiting for a decision about the Veni grant, my wife found a job in Groningen. So we decided to move. The University of Groningen will be my base and I’ll do the experiments in Denmark. After having done my PhD and post-doc research in Delft, it’s good to meet other people and new ideas. And I will remain attached to the TU as a visiting researcher, so I will still be in Delft a few days per month.”
Formation flight in space Name: Peter Buist (36) Nationality: Dutch PhD supervisor: Professor Peter Teunissen (Aerospace Engineering) Subject: Relative positioning and attitude determination for formation flying Thesis defence: One year to go “Last year we let the faculty airplane fly circles above the buildings of TU Delft. I tested our method for the relative positioning between the plane and a reference station at the Nederlands Meet Instituut (NMI) on the Thijsseweg. I could determine precisely where the plane was with the new relative positioning method I’m currently developing. The current trend is to launch several smaller satellites, acting as a large spacecraft in a so-called formation in space, instead of one big and heavy satellite. It’s very important to know where all the different elements of the mission are. When one wants to determine the relative position of a formation, a dynamic approach is often used. This kind of approach has a reduced performance when the orbit is actively controlled. Moreover, it’s not possible to use this approach to determine the relative position in other applications, such as for example planes flying in formation. I’m working on a new kinematic approach for relative positioning and the determination of orientation, based solely on observations from Global Navigation Satellite Systems (GNSS) like GPS and Galileo. With the help of these observations, I determine where vehicles, like airplanes or satellites, are located relative to each other. My approach could be used independent of the mission or vehicle, which is an important advantage over the dynamic approach. It could also determine the relative position between airplanes when, for instance, a plane must be fuelled in air or when a plane wants to land on an aircraft carrier. My approach can determine the relative positions up to the centimetre-millimetre level. We have done several experiments with a ship on the Schie. We put three GPS receivers onboard and another three at the reference station. Using observations from the receivers, we were able to determine the relative position of the ship to the reference station at the NMI. As we used three receivers, we also determined the orientation of the ship. I’ve also tested my method at the European Space Agency (ESA) office in Noordwijk. We simulated a space mission with multiple satellites. The most spectacular testing of this method is done in Japan. A microgravity research vehicle is dropped from a balloon at an altitude of 40-kilometres. The vehicle is in a freefall and my system determines the relative position and the orientation, which is tricky because of the vehicle’s unpredictable movements. Within a year I think I’ll be able to demonstrate that this kind of approach works well for different types of applications. But more research will have to be done after I receive my PhD, and therefore I would like to continue to work on it.” (RV)
DELTA. 01 07-01-2010
interview
08
WIE IS ANDRÉ DIEDEREN? André Diederen (1964) is in 1987 afgestudeerd als werktuigbouwkundig ingenieur aan de TU Eindhoven. Na zijn militaire dienst is hij bij DAF-trucks in Eindhoven gaan werken als hoofdconstructeur. Vier jaar later (1993) kwam hij als promovendus naar de TU Delft en ontwikkelde in het laboratorium apparatenbouw voor de procesindustrie (API) een nieuw type scheidingsapparaat voor de waterzuivering. Na zijn promotie in 1997 ging Diederen werken bij TNO defensieonderzoek in Rijswijk, waar explosieven, munitie en pantsers beproefd worden. Zijn interesse voor de naderende energieschaarste en zijn werk met exotische metalen zette hem op het spoor van de metaalschaarste, een onderwerp waarop hij in Nederland een toonaangevend expert is geworden. (Foto’s: Sam Rentmeester/FMAX)
DELTA. 01 07-01-2010
09
interview
Afvalberg als goudmijn Metalen worden een schaars goed, zo voorspelt dr.ir. André Diederen (TNO, defensie en veiligheid). Dat zal allerlei spullen duurder maken en we zullen onze afvalbergen gaan doorvlooien op bruikbare resten. xJos Wassink U luidt de noodklok over de komende schaarste aan metalen. Baart u dat persoonlijk zorgen? “Ja, omdat ik denk dat het een directe bedreiging voor onze welvaart vormt. Nederland moet vrijwel alle metalen importeren, vervolgens doen we er iets mee en hopen we ze met winst te exporteren. Maar als we veel moeilijker aan die metalen komen, of ze voor een deel helemaal niet meer verkrijgbaar zijn, dan hebben we een groot probleem.” Nu lees ik in uw CV dat u in dienst bent geweest, u heeft met vrachtwagens en explosieven gewerkt en pantsers, kortom een heel praktische loopbaan. Hoe raakt zo iemand opeens bezorgd over materiaalschaarste? “Ik hield me privé al bezig met energieschaarste omdat het onderwerp me fascineerde. Daarnaast heb ik in mijn werk bij TNO te maken met exotische toepassingen van diverse metalen. Het viel me op dat bedrijven die zich bezighouden met de ontwikkeling van materialen voor bijvoorbeeld pantsers, zich ten dele nog steeds richten op wat technisch mogelijk is. Ze lijken helemaal niet na te denken over de beperkte voorraden van de metalen die ze toepassen.” Dus u wordt dat op gegeven moment gewaar, u praat erover met collega’s. Hoe reageren die? “In het begin liep ik tegen ongeloof aan. Maar toen ik de feiten voorlegde en mijn analyse vertelde dat metaalschaarste wel degelijk een probleem wordt, kreeg ik mensen wel mee.” Als mensen zeggen: er is nog metaal genoeg. Wat is dan uw tegenargument? “Het tegenargument is dat het overgrote deel van het materiaal gewoon niet bereikbaar is vanwege de energie die het kost om het te winnen. Goud is een mooi voorbeeld. Daarvan zit een paar microgram in iedere kubieke meter zeewater opgelost. Japanners hebben in de jaren zeventig geprobeerd dat er met allerlei geavanceerde technieken uit te winnen. Daar zijn ze snel mee opgehouden, want het kost gewoon meer aan energie dan het goud waard is.” Geldt dat ook voor metaalertsen in steen of zand? “Ja. Het verwarrende is dat er nog enorme hoeveelheden metalen in de aardkorst zitten. Alleen heb je er niets aan. Alleen de ertsen die rijk genoeg zijn en makkelijk genoeg bereikbaar, liefst dichtbij bevolkingscentra en fabrieken die het moeten verwerken en niet te diep onder de grond, zijn energetisch zinvol winbaar. Naarmate je meer tonnen rots en puin moet verwerken om dezelfde hoeveelheid metaal te produceren, des te meer energie dat kost per kilo metaal. Daar hebben we meteen de link met de energieschaarste, want zelfs als de energieprijzen constant zouden blijven, wordt het steeds moeilijker om de productie op peil te houden, laat staan te laten groeien. De energieschaarste vergroot het probleem.” Wordt het nog duurder om die metalen te winnen? “Ja, en voor een aantal metalen zal zelfs gelden dat de huidige bewezen reserves vroeg of laat naar beneden bijgesteld moeten worden. Dat betekent dat materiaalschaarste niet pas een probleem is voor de volgende generaties, maar dat we er al behoorlijk snel last van zouden kunnen krijgen.” Kunt u schetsen hoe snel de kwaliteit van de ertsen achteruit gaat? “Het gemiddelde kopergehalte van ertsen bedroeg in de tweede helft van de negentiende eeuw nog vaak zo’n 25 procent. Men is nu al blij met een kopergehalte van 0,6 procent. Je zult dus steeds meer tonnen rots en puin moeten verwerken om een ton koper te concentreren. Je moet het bovendien
van steeds verder en steeds dieper halen. De energiebehoefte om een bepaalde hoeveelheid koper te concentreren neemt zo steeds toe.” Eind vorig jaar sprak u op het congres ‘Materiaalschaarste: bedreiging of kans voor Nederland’ georganiseerd door TNO met de Haagse denktank HCSS en M2i (het TU-instituut materials to innovate, red.). Daar spraken onder anderen ook HCSS-directeur Rob de Wijk, oud-rector Jacob Fokkema en Gert-Jan Kramer van Shell. Is iedereen het met u eens? “Niet iedereen. Ook toen bleek dat een deel van het publiek het niet kon geloven. Dat heb ik ook van collega’s gehoord en ik las het in de vragenlijst. Het bleek dat er veel mensen meedenken met deze problematiek, maar dat er nog steeds mensen zijn die het niet als een probleem zien.” Die productiepiek is al voorspeld voor olie, en voor energie in het algemeen. U voegt daar nu de metalen aan toe. En het speelt allemaal omstreeks 2025. Hoe kunnen onderzoekers en ingenieurs daarop inspelen? “We kunnen materialen slimmer gebruiken, je kunt schaarse metalen vervangen door minder schaarse, je kunt je producten beter ontwerpen, je kunt ze een langere levensduur meegeven, je kunt intensiever recyclen. Soms liggen de oplossingen ook in een combinatie van techniek en gedragsbeïnvloeding.” Gedragsbeïnvloeding zoals langer met je spullen doen, neem ik aan. Maar de elektronica is extreem trendgevoelig met gebruikstijden van hooguit een paar jaar. “Misschien zou je statiegeld voor mobiele telefoons moeten invoeren. Ik heb begrepen dat twee van de drie mobieltjes thuis blijven liggen of in de prullenbak verdwijnen. Die gaan verloren voor de recycling terwijl er allerlei zeldzame metalen in zitten. In totaal gaat het om een forse materiaalstroom van elementen waarvan we niet veel produceren per jaar. In toenemende mate moet je het daar van de recycling hebben.” Is het denkbaar dat je een bepaalde metaalvoorraad eindeloos hergebruikt zonder dat je op mijnbouw bent aangewezen? “Ja, een mooi voorbeeld is platina. De helft daarvan komt al uit recycling, omdat de primaire productie allang niet meer aan de vraag kan voldoen. Een succesvol voorbeeld is een recyclingfabriek in Antwerpen. Daar worden printplaten gerecycled en katalysatoren van auto’s. Van het platina en palladium wordt meer dan 97 procent terug gewonnen. Een land als Nederland dat vrijwel geen eigen metaalwinning kent zou nog meer moeten recyclen dan het nu doet. Sterker nog, het kan zinvol zijn om afvalstromen waarvan we nu nog niet weten hoe die te recyclen, toch alvast maar op te slaan.”
Wat bijvoorbeeld? “In het verleden is dat gebeurd met batterijen. Op een gegeven moment is de technologie er, en het is economisch zinvol om het te herverwerken. De fabriek is dan meteen zeker gesteld van materiaal om te verwerken.” Wat zouden we nog meer moeten opslaan? Mobieltjes? “Ja.“ Mijn oude boormachine? “Ja, ook. Eigenlijk zou je al het afval moeten screenen op metalen. Er is al een eerste internationale conferentie geweest over ‘landfill mining’ (winning uit stortplaatsen, red.) Dat zegt toch wel iets. Er is een bedrijf geweest dat in Duitsland de rechten wil kopen om een oude vuilstortplaats te ontginnen. Dat bedrijf is geïnteresseerd in plaatsen waar in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw elektronisch afval is gedumpt. Daar zitten grote onderdelen op die relatief veel zeldzame metalen bevatten. Men heeft al proefboringen verricht en de concentratie van die metalen is hoger dan in een moderne mijnbouwoperatie.” Het probleem lost zich misschien vanzelf op, alleen tegen een hogere prijs. Mensen worden dan vanzelf zuiniger op hun spullen. “Dat zijn ideeën die er op neerkomen dat arbeid veel goedkoper zou moeten zijn en het gebruik van energie en grondstoffen veel duurder. Dan wordt het ook weer aantrekkelijk om dingen te repareren in plaats van weg te gooien. Cynisch gezegd worden consumentenproducten zo slecht gemaakt dat ze nog net niet in de winkel blijven liggen, het is de bedoeling dat je ze zo snel mogelijk weggooit en een nieuwe koopt. Buiten het feit dat je het einde van de technische levensduur hebt als iets het niet meer doet, heb je ook nog de ‘gevoelde’ levensduur, dat je ermee voor gek loopt.” Je hoort dat Chinezen mijnen opkopen in Afrika, hoe kijkt u daar tegenaan? “China kijkt naar de lange termijn, zo’n 25 jaar vooruit, waar wij soms niet verder dan een kwartaal vooruit kijken. De Chinezen snappen beter dan wij de intrinsieke waarde van fossiele brandstoffen en van grondstoffen zoals metalen. Wat ze nu doen is het slaan van twee vliegen in een klap. Ze leggen het risico van de waarde van de dollar terug in het westen of elders, zoals in Afrika. Ze hebben enkele duizenden miljarden dollars aan valutareserves die ze proberen om te zetten in spullen die hun waarde behouden voordat de dollar in waarde daalt.”
DELTA. 01 07-01-2010
10
lifestyle
‘Je moet het mensen makkelijk maken’ We moeten minderen. Vanwege het milieu en de liquiditeit van de TU. Ad Winkels, manager operations bij facilitair management en vastgoed, draagt er flink aan bij. Privé is hij ‘niet zo fanatiek’, maar hij heeft goede voornemens. “Zonnepanelen op mijn dak.”
Avoriaz is de ideale plek voor een huiswintersportvakantie. (Foto: Lisa Bruijntjes)
Wintersport In de wintermaanden overspoelen studenten massaal de skipistes. Huis de Zatte Aap op de Jacoba van Beierenstraat 93 was er vroeg bij en vertrok met kerst naar het Franse Avoriaz. Avoriaz ligt op een nacht rijden in het enorme skigebied Portes du Soleil in de Franse Alpen. Het dorp is autovrij en telt 49 skipistes, waaronder 24 blauwe en zes zwarte. Voor zowel beginners als gevorderden dus goed te doen. Gelegen op 1800 meter hoogte, is het gebied zeer sneeuwzeker: gemiddeld ligt er in een winter zo’n acht meter sneeuw. “Wij hadden af en toe wel regen”, zegt Lisa Bruijntjes van huis De Zatte Aap. “Daardoor ontstond op veel plekken ijs. Dat maakt het skiën uiteraard een stuk lastiger.” Het vervoer in Avoriaz bestaat uit sneeuwscooters en arresleeën die worden voortgetrokken door paarden. “Heel gezellig”, volgens Bruijntjes. “Alles ligt op een loopafstand van maximaal tien minuten en de meeste appartementen liggen aan de pistes. Zo ook de twee die wij hadden gehuurd.” De bewoners van De Zatte Aap zijn gemakkelijk te herkennen in de witte vlakte. Negen man en vrouwen in huistrui, huisoutfit en das. De eerste dag heerlijk in het zonnetje, daarna in regen en sneeuw. Beetje skiën en uitgebreid lunchen. “De Franse prijzen liegen er niet om, heerlijk!” Om een uur of half vijf keert iedereen langzaam terug naar het appartement. De skischoenen worden verwisseld voor partymoonboots. Op naar The Place, een bomvolle bar met live music. Het repertoire van de band die speelt is uitgebreid. Maar liefst tien toppers worden keer op keer herhaald. Tijd om thuis te gaan eten en ‘Wie ben ik’ te spelen in het appartement. Ook het spel ‘Weerwolven’ slaat aan, uiteraard vergezeld van een biertje en een wijntje. Wat de après-ski betreft, kun je in Avoriaz kiezen tussen Globe Trotters, Shooters of het inmiddels al bekende The Place. Bij Globe Trotters is een shotje Austin Powers aan te raden, waar de vlam in gaat. Dat warmt de kelen lekker op. Shooters serveert de Zatte Aap een adje vodka. En omdat het centrum van Avoriaz zo lekker compact is, rol je aan het einde van de avond zo je bed in. Algemene impressie? Bruijntjes: “Zon, regen, sneeuw, mist, bier, Shooters, The Place en Globe Trotters. Kortom een fantastische huiswintersport in Avoriaz. Wat wil je nog meer als student."
xERIK HUISMAN Ad Winkels is gegrepen door het milieu- en besparingsvirus. Maar tussen dat aanpakken op de TU en dat privé ook doen… Daar wringt ‘m nog een beetje de schoen, geeft hij wat schuldbewust toe. Op de TU is Winkels verantwoordelijk voor onder meer energievoorziening, logistiek en milieu. “Maar voor mezelf speelt het minder.” Voor wat betreft zijn werk aan de TU hoeven we ons geen zorgen te maken. “Zaken als milieu, energie en geld spelen een grote rol. Ik zit bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van Technopolis bij overleg over hoe je het straks aanpakt met openbaar vervoer en een warmte-koudevoorziening. Met zo’n collectieve voorziening kun je veel meer winnen dan als ieder dat voor zich doet.” Er wordt ook gewerkt aan verbeteringen van bestaande voorzieningen. Het vervangen van de warmtekrachtmotoren van de TU bijvoorbeeld. “Die zijn onderdeel van een meerjarenafspraak van de Nederlandse universiteiten om per jaar twee procent op energie te besparen. Die motoren worden drie keer zo groot als nu. Dat kost 6,5 miljoen euro, maar je bespaart 1,7 miljoen per jaar aan stroomkosten.” Verder bespaart de TU onder meer ‘door slim aanbesteden’. “Gassen bijvoorbeeld. Je hebt geen idee hoeveel gas er omgaat op de TU.” Bij Winkels uitleg over wat er op de TU wordt gedaan aan gescheiden
stephan
Sport
Ad Winkels: “Mijn kinderen noemen me wel mr. Green, omdat ik vaak vertel over mijn werk op de TU.” (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
afvalinzameling ziet hij een contrast met thuis. Op de TU gaat het om onder meer papier en karton, gevaarlijk afval als chemicaliën en computers en sloopafval. Thuis gaat het moeizamer. “Ik scheid groen en grijs afval. En natuurlijk papier, maar mijn vrouw moet me wel pushen. Je zou afval scheiden eigenlijk veel gemakkelijker moe-
‘Mensen zullen altijd auto blijven rijden. Ik ook’ ten maken”, constateert hij. “En dat neem ik dan mee naar de TU: stuur mensen de goede kant op.” Dat laatste kan ook veel energie besparen. “Ik heb hier een knop voor de verwarming en aan de andere kant van de kamer een voor de koeling”, wijst hij. “Die systemen kunnen tegen elkaar in werken. En bij die van de koeling kun je niet zien welke kant je op moet draaien.” Dat regelen heeft hij thuis beter geregeld, bedenkt Winkels, die door zijn kinderen af en toe wordt omschreven als ‘mr. Green’ omdat hij vaak vertelt over wat hij aan de TU doet. “Ik heb een goede klokthermostaat gekocht, maar ik heb
te weinig spaarlampen in huis. Dat komt door de investering die je ervoor moet doen.” Terwijl hij het zegt, vindt hij het een beetje raar van zichzelf ‘want je kunt uitrekenen dat je er voordeel van hebt’. Er stroomt in huize Winkels ook geen groene stroom door de snoeren. Bewust. “Een milieumaatregel moet voor mij direct zichtbaar zijn, geen papieren transactie.” Extra stappen om in 2010 de kosten en milieu te sparen, ziet hij de TU niet snel maken. “De in twee of drie jaar terug te verdienen maatregelen hebben we wel gehad. We moeten het hebben van stappen op het geheel, bijvoorbeeld het omzetten van de tamelijk ouderwetse cv met hoge temperatuur naar een systeem met lage temperatuur. Dan kun je gebruikmaken van zonnecollectoren en aardwarmte. Daarvoor krijg je de kans als de gevels wordt aangepakt, zoals bij EWI en Civiel de bedoeling is.” Voor de verdere toekomst hoopt Winkels op het ‘samenbrengen van kennis en bedrijfsvoering’. “We weten hier veel van duurzaamheid en energiebesparing, maar we gebruiken er voor de TU zelf weinig van.” Privé wil Winkels in 2010 een zichtbare bijdrage leveren: zonnepanelen. “Mijn dak is er ideaal voor, de ligging is goed en buren hebben ze al. Daar moet ik nu maar eens in duiken. En mijn vrouw overtuigen.” En het autorijden? “Mensen zullen altijd auto blijven rijden, hoe duur je het ook maakt. Ik ook. Het is de vrijheid om privé en comfortabel overal te komen, maar het mag voor mij wel elektrisch rijden worden.”
DELTA. 01 07-01-2010
11
lifestyle
de melkkoe
Ecodrama op Pandora ‘Avatar’ is niet alleen de duurste film aller tijden en een ongekend visueel spektakel, het is ook een diep-ecologisch epos. xJOS WASSINK
“Als het te lang duurt voordat je de grap begrijpt, dan werkt-ie niet”, aldus Floris Wiegerinck. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Cartoonist Ruim drie jaar stond Floris Wiegerinck (27, industrieel ontwerpen) met cartoon ‘Floris’ in Delta. Zijn laatste bijdrage maakte hij drie weken geleden. “Joris, de broer van mijn vriendin, was mijn voorganger op deze plek. Hij stuurde me vaak cartoons met: ‘Wat vind je hiervan?’ Toen hij ermee ophield, heb ik bij de redactie gesuggereerd om het over te nemen. Ik maakte destijds namelijk al illustraties voor Delta. Een proefserie bleek in de smaak te vallen en ik mocht aan de slag. De rollen werden omgedraaid: vooral in het begin vroeg ik regelmatig feedback aan Joris. Uiteindelijk zijn het bij elkaar zo’n 130 cartoons geworden. Nu ik terugkijk is het wel een hele bundel, ja. Misschien dat ik er nog eens een boekje van maak.” “Met welke cartoon ik het langste bezig ben geweest? Ik zou het niet meer weten. In de begintijd zei ik tegen mezelf: ‘Het moet in twee uur lukken.’ Input daarvoor was landelijk nieuws, maar ook actualiteit rondom de TU of het studentenleven. Soms had ik na drie uur nog niets en dan moest je maar gaan voor iets minder. Later werd ik er beter in, kreeg ik meer routine. Vaak had ik aan een half uur genoeg. Met tekenen erbij kon het in vijf kwartier.” “Als het te lang duurt voordat je de grap begrijpt, dan werkt-ie niet. Mijn grappen waren natuurlijk illustratief, maar ook vooral tekstueel, dus dat je ‘m al lezend moet snappen. ‘Floris’ bestond uit stereotypes, dé docent of dé student. Het was een rekbaar type, soms iets meer nerdy, dan weer meer corpsbal. Hoewel ik mezelf er nooit in heb gezien, tekenende ik de laatste tijd wel vaak de student die klaar is met zijn studie.” “Niet de hele wereld vindt jouw grap leuk. Soms heb je er een bedacht waar je zelf enthousiast over bent. Blijkt je omgeving minder enthousiast te reageren. Ik kan me nog een cartoon herinneren voor mijn proefserie, waar ik zelf tevreden over was. Een keurige student op de fiets, die een bolderkar met drie dronken studenten erin voorttrekt. ‘De Bob’ stond erboven. Afgelopen zomer besloot ik er vanwege werk mee te stoppen. Dat de redactie me drie jaar lang mijn gang heeft laten gaan, is voor mij het grootste compliment.” (IK) Bijbaan: Verdiensten: Opvallend:
Cartoonist € 45 per cartoon Volgde de broer van zijn vriendin op als cartoonist
x Weet je een aparte bijbaan? Mail naar iamknubben@gmail.com
James Camerons nieuwste film speelt zich volledig af op de wonderlijke wereld Pandora. Vier meter lange blauwe mensachtigen met platte neuzen en gele ogen leven er in wonderlijke harmonie met andere vreemde schepsels zoals dino-achtige wildebrassen van het formaat olifant, vliegende dino’s ter grootte van een stadsbus en reptielachtige paarden. Het landschap is ronduit spectaculair met bomen zo groot als wolkenkrabbers, diepe valleien en zwevende bergen – in de lucht hangende rotsblokken van honderden meters groot die alleen door lianen met elkaar verbonden zijn. De Na’vi, zoals de inwoners heten, leven een eenvoudig bestaan in harmonie met de natuur. De film begint met de aankomst van een aardse versterkingsploeg die uit hun cryo-slaap gewekt worden. Al bij de glijvlucht komt de menselijke aanwezigheid in beeld: een mijn in het oerwoud oogt als een open wond, uitgegraven door monsterlijk grote graafmachines en vrachtwagens op zoek naar delfstoffen. Even verder landt het ruimtevaartuig op een omheinde militaire basis vol futuristisch wapentuig en vuilbekkende officiers. Het probleem is dat een grote stam inboorlingen zich aan de voet van een megaboom gevestigd heeft waaronder zich een immense voorraad van de begeerde delfstof Unobtainium (‘Onverkrijgbarium’) bevindt. De blauwe reuzen moeten dus verkassen, maar hoe? Men heeft zijn hoop gevestigd op hybride infiltranten, wezens die in het lab gekweekt zijn uit een mix van menselijk en Na’vi dna en die via geperfectioneerde telepathie als in een droom bediend worden door hun ‘bestuurder’. Dat de marinier in een rolstoel Jake Sulley (Sam Worthington) hiervoor wordt ingevlogen, berust op toeval. Men had zijn tweelingbroer
Jake Sully (Sam Worthington) wacht tot zijn gekweekte avatar gereed is voor gebruik. (Foto: 2009 Twentieth Century Fox Film Corporation)
gekloond met Na’vi bloed, maar die is intussen overleden. Jake is genetisch weliswaar de perfecte keuze, maar verder is hij vrijwel onvoorbereid. Dat blijkt meteen bij de eerste sessie, wanneer zijn geest bezit neemt van de reusachtige blauwe avatar en hij weer kan lopen. Wat heet, hij rent er in pyjama euforisch vandoor met de infuusslangen nog achter zich aan. De infiltranten moeten contact maken met de Na’vi en hen ervan overtuigen dat het beter is om te vertrekken. Want dat de graafmachines komen, lijdt geen twijfel.
Een krachtig protest tegen de neoconservatieve kapitalistische houding “Een massaslachting is natuurlijk vervelend”, zegt de projectleider empathisch, “maar aandeelhouders vinden rode kwartaalcijfers nog veel erger.” Zo komt Jake in de vorm van zijn blauwe avatar Jakesully bij de Na’vi terecht, waar hij onder de hoede genomen wordt door de jonge vrouw Neytiri. Natuurlijk ontspint zich tussen hen een romance, die aanvankelijk ook hinder ondervindt van Jake’s onervarenheid. Hij kan niet eens uit een boom springen of een paard berijden, laat staan een vliegende draak. Terwijl dat allemaal wel basisvaardigheden zijn voor een
beetje Na’vi vent. Geleidelijk aan begint het verhaal te draaien. Jake’s droom wordt steeds meer zijn werkelijkheid en de Na‘vi zijn vrienden, terwijl de werkelijkheid op de militaire basis zich tot een nachtmerrie ontwikkelt als de ijzervretende kolonel Quaritch Jake van verraad beticht. Jake ontwikkelt zich zelfs tot aanvoerder van de Na’vi tegen de oprukkende mensheid. Dan gaat het van dik hout. Oprukkende helikopters in het lage ochtendlicht roepen herinneringen op aan de film ‘Apocalypse now’, en dat is ook precies wat de Na’vi te wachten staat. “Wie op je grondstoffen zit, verklaar je de oorlog en dan vernietig je ze”, vat de projectleider de strategie samen. Het is oorlog tussen het vreemde maar holistische natuurvolk met pijl en boog en de agressieve, kortzichtige en vraatzuchtige indringers die, zo horen we terloops, hun eigen aarde al hebben verspeeld. Het verhaal is simpel genoeg, maar de visuele uitwerking van het vreemde Pandora en de geavanceerde techniek van de Sky-people (mensen) zijn ronduit spectaculair. Daarnaast is Camerons sciencefictionfilm een krachtig protest tegen de neoconservatieve kapitalistische houding. Na deze film hoop je dat de speurtocht naar buitenaards leven nooit iets zal opleveren. (JW)
x ’Avatar’ 3D, Mustsee Delft dagelijks 13.00, 16.30 en 20.00 uur.
time out
Eigen werk Beetje bijgekomen van de kater van oud en nieuw? Dan is er vrijdag in Speakers weer een mooie avond livemuziek te beleven. Maar liefst twee bands treden vrijdag op in Speakers. De boel wordt op stelten gezet door lokaal Delfts talent van Rock Morton, gevolgd door de heren en dames van Horse. Misschien niet de grootste namen, toch betreft het hier geen typische coverbands ‘voor al uw feesten en partijen’ die grijsgedraaide covers spelen waar je biertje spontaan van doodslaat. Beide bands nemen eigen werk mee naar het optreden. Het is dus zeker dat de avond muzikaal verrassend zal zijn, al is het maar omdat Horse nieuwe nummers voor het eerst laat horen. Horse belooft stevige rock in een
spetterend optreden. Desnoods ‘keert men zichzelf binnenste buiten’, aldus het persbericht. Het geheel wordt geleid door zanger/gitarist Bob Reinders. Naast zijn medemuzikanten neemt hij zijn twee achtergrondzangeressen mee en, speciaal voor deze avond, een ‘spectaculaire’ lichtshow. Voorafgaand aan het optreden van Horse maakt Rock Morton zijn opwachting. Rock Morton speelt enkel eigen nummers, gebaseerd op muziek uit de jaren zeventig, uiteenlopend van psychedelica tot oosters. Kijk daarbij niet vreemd op wanneer er op het podium ter plekke wordt geïmproviseerd. (EvO)
x Horse en Rock Morton, vrijdag 8 januari in Speakers. Kaarten kosten zes euro. www.speakers.nl
DELTA. 01 07-01-2010
12
reportage
Slim, snel en Op de 168-ste dies natalis van de TU draagt rector magnificus prof.dr.ir. Jacob Fokkema zijn ambtsketen over aan prof.ir. Karel Luyben, voormalig decaan van de faculteit Technische Natuurwetenschappen (TNW). Mensen uit zijn omgeving over de man die vanaf vrijdag het gezicht van de TU is. xTomas van Dijk, Connie van Uffelen en Jos Wassink “Hij klimt op een stoel om de lampjes te vervangen”, vertelt zijn secretaresse Anne Marie Terpstra (TNW). Luyben kruipt zelfs in gootsteenkastjes om kranen te repareren. “Als hier iets kapot is, repareert hij dat. Dat gaan we echt missen.” “Overal waar vacatures vrijkomen,
‘Hij houdt niet van poespas’ zet Luyben mensen neer die aantoonbaar beter zijn dan hun voorgangers”, stelt Jack Maat van de dienst elektronische en mechanische ontwikkeling. Maat verzorgt
In de laatste week voor de kerst maakte de aangewezen rector prof.dr. Karel Luyben de oversteek van het gebouw van Technische Natuurkunde naar het onderkomen van het college van bestuur, waar scheidend rector Fokkema hem welkom heette. (Foto’s : Hans Stakelbeek/FMAX)
inzameling en revisie van oude TUcomputers voor Afrika. Luyben nam daarvoor in 2006 contact met hem op. “Hij zorgt voor een vlucht voorwaarts”, vindt Jack Maat.
Prof.dr. Cees Dekker, hoogleraar bionanoscience, is opgevallen dat Luyben lange dagen maakt: “Ik krijg wel eens mailtjes van hem om vier uur ’s ochtends.” Dat zegt ook prof. dr. Rob Mudde, directeur onderwijs bij TNW en hoogleraar multiscale physics: “Je kunt hem om drie uur ’s nachts mailen en om vijf over drie een mail terug krijgen. Hij schijnt maar een paar uur per nacht te slapen.” Anne Marie Terpstra beaamt dat: “Mail lezen doet hij niet op kantoor, maar in de nachtelijke uren. Dat is wel bijzonder.” Dineke Heersma, voorzitter van de ondernemingsraad (or), weet dat Luyben graag fietst. “Altijd. Hij is bijzonder eenvoudig.” Bob Ursem, directeur van de Botanische Tuin, tot slot, bevestigt dat beeld: “Hij houdt niet van opsmuk en poespas. Hij is snel, kort en zeer doelgericht.”
Herinneringen De mooiste herinnering van Bob Ursem aan Karel Luyben is nog steeds zijn aanstellingsgesprek, nu negen jaar geleden. “Hij bood me een jaarcontract aan en daarna een vast dienstverband. Dat leek me niks. Ik wilde vijf jaar of niks. Je hebt vijf jaar nodig: een jaar kijken, het tweede jaar plannen, het derde jaar waarmaken, het vierde jaar echt toetsen en het vijfde jaar kun je iemand de ruimte geven om fatsoenlijk te vertrekken, mocht het niet lukken. Dat vond Luyben wel humor. Ik vond het goed dat hij op
zo’n manier kan onderhandelen. Die spirit herkenden we in elkaar. De speelsheid is altijd zo gebleven.” Dineke Heersma had onder meer met Luyben te maken in het proces van de benoeming van de nieuwe rector. De or wordt namelijk gehoord door de vertrouwenscommissie. “Af en toe laat Karel veel van zichzelf zien", zegt ze. “Dat koester ik. Hij heeft normale menselijke emoties als het niet gaat zoals hij wil. Hij kan geraakt zijn. Een mooi moment was toen hij tot rector werd benoemd. Zijn blijdschap kwam uit zijn tenen. Hij kwam bij de vertrouwenscom-
missie binnen en ik zei alleen maar: ‘En? Ben je blij?’ Hij pakte me beet, kneep me en zei: ‘Ja, ik ben blij!’ Jack Maat kent Luyben als een toegankelijk bestuurder: “Op elk moment van de dag kan hij binnen komen met een vraag, als hij met een computerprobleem zit bijvoorbeeld. Maar hij lost dergelijke problemen uiteindelijk zelf op. Zo gaaf is dat, dat een bestuurder zelf met opgestroopte mouwen gaat sleutelen. Zijn opgroeiende knul van zeventien werkt bij mij. Ik heb ook een zoon van zeventien. We hebben het wel eens over hoe het met onze
Wie is Karel Luyben? Karel Luyben (1951) studeerde chemical engineering aan de TU Eindhoven. Daarna werkte hij als onderzoeker aan de Wageningen Universiteit en ook als contractonderzoeker bij Bayer in Duitsland en Cehave in Nederland. In 1983 werd hij hoogleraar biokinetiek in Delft en in 1984 voorzitter van het Samenwerkingsverband Biotechnologie Delft-Leiden. Vanaf 1988 is hij hoogleraar bioprocestechnologie. In 1989 richtte hij met anderen Bird Engineering op, een detacheringsbureau dat een brug wil slaan tussen academie en bedrijfsleven. Van 1993 tot 1999 was hij wetenschappelijk directeur van de Onderzoeksschool Biotechnological Sciences Delft-Leiden, de opvolger van het eerdere samenwerkingverband biotechnologie. In 1998 werd Luyben decaan van de faculteit Technische Natuurwetenschappen waarbij hij inzette op kwaliteit van onderzoek en onderwijs en samenwerkingen binnen en buiten de universiteit. In 2008 kreeg hij een ‘lintje’ als officier in de orde van Oranje Nassau. Op 1 januari 2010 trad Luyben aan als rector magnificus van de TU in tijden van veranderende financieringen van hoger onderwijs en onderzoek, en van toenemende internationale samenwerking.
DELTA. 01 07-01-2010
13
reportage
slaapt nauwelijks jongens gaat op school. Het is met die kinderen niet altijd rozengeur en maneschijn.”
Luyben als leider “Luyben staat open voor input van alle kanten. Je kunt het met hem eens zijn of niet, maar je weet wat je aan hem hebt”, zegt Cees Dekker die met Luybens steun de nieuwe afdeling bionanoscience heeft opgezet. “Luyben denkt op een verstandige manier mee”, vindt hij. “Trefwoorden voor zijn leiderschapsstijl zijn: zeer betrokken, opererend vanuit de basis, vertrouwen, open agenda”, vindt Rob Mudde. “Ik denk niet dat hij een verborgen agenda heeft. Binnen zijn eigen faculteit in ieder geval niet. Alles komt op tafel. Hij wil kijken wat het beste is. Hij heeft een fenomenaal geheugen. Een enorme dossierkennis ook. Dingen die hij tot zich heeft genomen, kan hij heel lang bij zich houden, dus elke positieve kant heeft een negatieve. Verder vind ik hem in zijn stijl een heel energieke man. Dat straalt af en is ontzettend motiverend. Dat verwacht hij ook van mensen met wie hij werkt. Ik heb wel eens tegen hem gezegd: als ik bij je kom, ga ik weg met tweemaal zoveel werk en viermaal zo veel energie.” Luyben zet je op scherp, vindt Jack Maat: “Vergaderingen met hem zijn altijd levendig, je zit altijd op het puntje van je stoel. Je bent continu scherp, want je weet dat hij je iets gaat vragen waardoor je een waardevolle bijdrage kunt leveren. Hij weet mensen goed te motive-
‘Hij heeft een fenomenaal geheugen en enorme dossierkennis’ ren. Vraag me niet hoe hij het heeft geflikt, maar bij TNW heerst een Formule-1-gevoel. Luyben zet de juiste mensen op exact de juiste plek. Iedereen kent zijn taak. Gezamenlijk zetten we prestaties van formaat neer.” Toch ziet Dineke Heersma ook gevaren in Luybens confronterende stijl: “Ik denk dat zijn stijl voor bescheiden mensen heel moeilijk is. Zij moeten stevig in hun schoenen staan om met hem te onderhandelen. Hij heeft een goede dossierkennis en een enorme kracht, dat kan wel eens bedreigend zijn voor mensen. In een or-vergadering zei ik iets waarbij ik hem afviel. Na afloop stierde hij zo de zaal in naar mij en wilde weten wat ik bedoeld had. Hij ging er vol in. Je kunt nooit zomaar iets zeggen. Mijn persoonlijke mening is: hij kan uitstekend communiceren. Je moet daarbij goed opletten, want hij zegt wel wat hij wil.” Bob Ursem ziet in de nieuwe rector een doortastend, doelgericht
iemand met goede visie, enorm enthousiasme en inzet. Ook Dekker noemt hem visionair: “Hij weet nieuwe fondsen binnen te halen.” Heersma zegt: “Hij is eigenwijs en wil alles weten.” Jack Maat: “Hij bemoeit zich met van alles tot in detail. Dat verwacht je niet van een bestuurder.” “Hij barst van de dadendrang”, zegt Rob Mudde. “Hij wil ontzettend graag dingen doen. Maar soms geldt wel de ingenieurswijsheid: If it ain’t broken, don’t fix it. Of, zoals Vincent Icke ooit zei: ‘We hebben dit kapot verbeterd.’ Luyben verbetert graag dingen. Hij ziet daar altijd mogelijkheden toe.” “Soms is hij te eigenwijs”, vindt Heersma. “Daardoor kan hij zijn
‘Ik denk dat zijn stijl voor bescheiden mensen heel moeilijk is’ doel voorbijschieten, want hij creëert zo geen draagvlak. Je krijgt dan alleen maar irritaties. Dat is zonde, want volgens mij staat de TU bij hem voorop.” Bob Ursem schetst een soortgelijk beeld: “Hij kan zijn ambities te enthousiast neerleggen, waardoor hij het doel soms niet haalt, wat je van te voren had kunnen bedenken. Het is een gevoel van inschatting dat te veel gericht is op de wens en dat de realiteit overstijgt. Te enthousiast, zeg maar.”
Authentiek Hebben de betrokkenen nog goede raad voor de nieuwe rector? Ursem: “Hij riskeert zichzelf voorbij te lopen. Hij gaat honderd procent voor zijn werk, maar hij vergeet zijn eigen leven. Tot nu toe gaat dat goed, maar het is een potentieel gevaar.” “Zorg ervoor dat je je TNW-manier van denken een beetje loslaat en omschakelt naar TU- en 3TUniveau”, raadt Jack Maat aan. Maar Cees Dekker zegt juist: “Hij moet TNW niet verwaarlozen. Ik denk dat er een vooroordeel zal heersen. Mensen zullen denken, aha dus dit is de nieuwe TNW-decaan, die zal TNW wel bevoordelen. Ik denk dat hij dat absoluut niet zal doen. De kans bestaat dat hij te zwaar aanzet om dat vooroordeel tegen te gaan. Dat moet hij niet doen. TNW verkeert in zwaar weer. De laatste begroting is dramatisch.” “Schoenmaker, hou je bij je leest”, zegt Dineke Heersma. “Hoe slim je ook op veel gebieden bent: creëer niet je eigen valkuil.” “Hij is authentiek”, vindt Rob Mudde. Anne Marie Terpstra vindt dat ook: “Hij moet gewoon zichzelf blijven. Niks veranderen.”
Luybens eerste overleg met prof.ir. Daan van Eyk van Industrieel Ontwerpen.
DELTA. 01 07-01-2010
14
service
Aankondigingen Algemeen Persoonlijk Advies Stoppen met roken Op dit moment is de Universiteit Maastricht bezig een nieuw stoppen met roken programma te testen. Dit programma heet PAS (Persoonlijk Advies bij het Stoppen met roken). PAS biedt rokers de kans om met behulp van persoonlijke adviezen via internet te stoppen. Het onderzoek naar PAS wordt gefinancierd door KWF Kankerbestrijding. Zie voor meer informatie www.persoonlijkstopadvies. nl en http://persoonlijkadvies. hyves.net/. Masterclass Cradle to Cradle Op donderdag 21 januari start aan de Erasmus Universiteit Rotterdam voor de eerste keer de Masterclass Cradle to Cradle in Hoger Onderwijs. Deze masterclass is speciaal ontwikkeld voor de onderwijssector. Te denken valt aan docenten, AIO’s (PhD-studenten), lectoren en hoogleraren. Onder de supervisie van prof.dr. Michael Braungart wordt gedurende vier dagen ingegaan op het inbouwen van de principes van Cradle to
ver vooruit in duurzame technologie afspraak maken met een van de medewerkers. Bezoekadres: Jaffalaan 9a (ingang Mekelweg); tel. 0152788004. e-mail: studentandcareersupport@tudelft.nl website: www.studentandcareersupport.tudelft.nl
Cradle (C2C) in hoger onderwijs. Zie voor meer informatie www. erasmusacademie.nl/c2c.
Student and Career Support Informatie Bij Student and Career Support kun je terecht voor een bezoek aan een studentendecaan, een studentenpsycholoog, het Career Centre met studiekeuzeadviseurs en loopbaanadviseurs, en het Informatiecentrum. Voor de studentenpsychologen geldt dat het eerste contact loopt via het Open Spreekuur op dinsdag- of donderdagochtend van 11.30-12.30 uur. De studentendecanen en de loopbaanadviseurs houden een inloopspreekuur op dinsdag van 11.30-12.30 uur en de studiekeuzeadviseur op donderdag van 11.30-12.30 uur. Het Informatiecentrum (begane grond) is geopend van 9.00–17.00 uur. Er is documentatie beschikbaar over WO- en HBO-opleidingen, arbeidsmarkt, studie- en beroepskeuze, buitenlandse studies, enz. Bij de balie, telefonisch of via de email kun je een
HOE ENERGIE EFFICIENT BEN JIJ?
International Office Het International Office, Jaffalaan 9a, is op werkdagen geopend van 9.00-17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via internationaloffice@tudelft.nl of telefonisch (015-2788012) een afspraak maken.
x
Draag met je scriptie bij aan een duurzame wereld!
Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek “Aankondigingen” in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft.nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.
Ben jij masterstudent aan de TU Delft en heb jij een innovatief idee op het gebied van energy efficiency en duurzaamheid? Cofely geeft vijf maal 2.500 euro weg aan masterstudenten met de meest innovatieve oplossingen. Stuur voor 1 februari 2010 jouw project, afstudeer- of onderzoeksverslag in en maak kans! Kijk voor meer informatie op www.hoe-energie-efficient-ben-jij.nl
Wetenschapsagenda Alle promoties, intree- en afscheidsredes vinden, tenzij anders vermeld, plaats in de Aula van de TU, Mekelweg 5, Delft. Maandag 11 januari * Optical microspectrometer using imaging diffraction gratings. Promotie van S. Grabarnik, MSc. Promotor: prof.dr.ir. G.C.M. Meijer. 10.00 uur. * Multimedia content analysis, indexing and summarization: A perspective on real-life use cases. Promotie van S.U. Naci, MSc. Promotor: prof.dr.ir. J. Biemond. 12.30 uur.
* Charge transport through single molecules in two- and three-terminal break junctions. Promotie van C.A. Martin, Diplom-Ingenieur. Promotoren: prof.dr. H.S.J. van der Zant en prof.dr. J.M. van Ruitenbeek. 15.00 uur. * Intreerede van prof.dr. F.W. Jansen, faculteit 3mE en Universiteit Leiden. 16.15 uur. De intreerede wordt gehouden in het Groot Auditorium van het Academiegebouw te Leiden. Dinsdag 12 januari * Tailor-Made Blanks for the Aircraft Industry. Promotie van A.A.
Zad Poor, MSc. Promotor: prof. dr.ir. R. Benedictus. 10.00 uur. * Understanding and Exploring. Safety Culture. Promotie van drs. F.W. Guldenmund. Promotor: prof.dr. A.R. Hale. 12.30 uur. * Super- and Transcritical Fluid Expansions for Next-Generation Energy Conversion Systems. Promotie van ir. J. Harinck. Promotor: prof.dr. G.J. Witkamp. 15.00 uur.
Gegevens voor deze rubriek kunt u doorgeven via e-mail: delta@tudelft.nl.
Studentenactiviteiten Studieverenigingen Mijnbouwkundige Vereeniging In april 2010 zal de Halflustrumweek plaatsvinden van de Mijnbouwkundige Vereeniging. Het hoofdevenement van de week is een internationaal symposium met als thema ‘How smart technology pushes today’s limits’. Zie www.lustrum-mv.nl voor meer informatie.
Overige Nationale Jeugdraad Gezocht: jongerenvertegenwoordiger duurzame ontwik-
keling. Laat jij dé stem van jongeren horen op de volgende klimaattop? Geef je voor 31 januari op. Meer informatie op www.njr.nl.
for business and a heart for the world? We are looking for new participants now! Check www. sifedelft.nl or mail your motivation to info@sifedelft.nl.
SIFE Delft Looking for something new? Students in Free Enterprise Delft offers you the opportunity to combine social entrepreneurship with your academic knowledge. With the support of companies like Unilever, Heineken, HSBC, KPMG, Schiphol and Philips we create projects to help people all around the world. Do you also have a head
Webspace nodig? Gratis Windows Server 2008 web hosting en .nl domeinnaam Ga naar: http://www.gratiswindowshosting.nl
N ZEN VA J I R P 5
, 0 0 5 €2
www.hoe-energie-efficient-ben-jij.nl
Announcements General
Student and Career Support
International Student Church Students of all denominations are invited to our ecumenical service every Sunday at Raamstraat 78, 11.30 hrs followed by tea/coffee. The services are led by the chaplains Reverend W. Stroh and Father Avin, and are supported by student leaders. More information on www.iscnetherlands.nl.
Information The student psychologists and the central student and careers councilors are located at Jaffalaan 9A. Office hours: Monday-Friday from 9.00-17.00 hrs. You can direct your inquiries or make an appointment at the Front Office or by phone: 0152788004. For an initial appoint-
ment with one of the student psychologists you should first come to one of the open office hours: Tuesdays and Thursdays from 11.30-12.30 hrs. The open office hours of the Student and Career counselors are on Tuesdays from 11.30-12.30 o’clock. More information on www.studentandcareersupport.nl.
falaan 9a/visitor’s entrance at Mekelweg, office opening times Monday to Friday 9.00–17.00 hrs. Appointments and enquiries can be made by email: internationaloffice@tudelft.nl or by phone: 015-2788012.
International Office The International Office, Jaf-
‘Wie sponsort mijn hart?’ Jump, het jeugdfonds van de Nederlandse Hartstichting, helpt kinderen en jongeren met een ziek hart langer en gelukkiger te leven. Daarnaast zijn we er ook voor kinderen en jongeren zonder aangeboren hartafwijking. Giro 5514 t.n.v. Jump in Den Haag www.heartjump.nl inf@heartjump.nl
DELTA. 01 07-01-2010
15
loopbaan
Avontuur in de rivier Kees Sloff zat twee weken lang in de Amerikaanse Grand Canyon om aan de Colorado-rivier te meten. Ook beklom hij Javaanse kraters om vulkaanrivieren te bestuderen en onderzocht hij de rivierbodemdaling in Vietnam. Zijn werk voor WL/Deltares is een groot onderzoeksavontuur voor de riviermorfoloog.
ren vijf dagen door de Canyon voordat ze op de juiste meetplek waren. “Het was geweldig. Je vergeet de dag, de tijd en je bent in een buitengewoon mooi, ruig landschap.” Wel moest er hard worden gewerkt. Sloff klauterde over de steile rotsen om te meten. De bodemligging werd bestudeerd, net als de stroomsnelheden en het stroompatroon. Het zat de wetenschappers niet altijd mee. “Sommige meetapparatuur is heel delicaat. We gingen door wilde stroomversnellingen en dan loop je de kans dat er dingen kapot gaan.” Dat was bij een van de apparaten het geval. Ook liet een landmeetgroep het apparaat in het water vallen. “Daardoor zijn alle gegevens van voor het hoogwater, gemeten op het land, verloren gegaan”, zegt de waterbouwer. “Niet leuk.” De gegevens in het water gingen niet verloren. Sloff en zijn collega’s groeven een ketting in een zandbank. De ketting stak net boven het zand uit. Nadat de sluizen open werden gezet, verdween de ketting en moesten ze graven om hem weer te vinden. “We konden precies zien hoeveel zand er was weggespoeld voor en tijdens het hoogwater en daarna hoeveel zand er op was gekomen.” Alle gegevens worden nu in Amerika verwerkt. Sloff ondersteunt de Amerikanen bij de berekeningen. “Ik hoop dat er nog eens een hoogwatersituatie komt waar ik bij mag zijn. “Ik heb er veel geleerd en het is er geweldig. Sommige mensen betalen drieduizend dollar om erheen te gaan en ik mocht er voor mijn werk heen.”
xMARTINE ZEIJLSTRA Als klein kind was Kees Sloff al fanatiek aan het geultjes graven en bergbeken afdammen. Na de middelbare school hoefde Sloff niet lang te twijfelen over zijn studiekeuze: het werd civiele techniek. Over zijn afstudeerrichting was hij minder zeker, maar dat veranderde toen zijn professor met een project over vulkaanrivieren kwam. “Ik was meteen verkocht”, zegt Sloff. “Een uitbarstende vulkaan is op zich al een ramp, maar de rivieren op een vulkaan zijn minstens zo verwoestend. Het kan heel hard regenen op een vulkaan. De as die op de berg ligt, zorgt dan voor enorme modderstromen die erg heet kunnen zijn. Je kunt mensenlevens redden als je goed voorspelt hoe die rivieren zich gaan gedragen.” Sloff loerde niet over de krater van een uitbarstende vulkaan tijdens zijn onderzoek. Toen hij bezig was met zijn afstudeerproject in Indonesië, was er geen activiteit in de krater van de Javaanse Kelud. “Ik ben er twee maanden geweest voor mijn case study en het was er prachtig weer.” Een jaar daarna barstte de Kelud uit. “Op foto’s zag ik hoe heftig dat was”, zegt Sloff. “Het maakte grote indruk op me.”
Dokter
Mysterieus De waterbouwer wist vanaf dat moment dat hij verder wilde in de riviermorfologie. Tijdens zijn promotieonderzoek in Delft maakte hij rekenmodellen voor het sediment. Hij bekeek onder andere de vorm van de rivier, hoe de bodemligging is en op welke wijze los materiaal door de rivier heen stroomt. “Ik vind het zo fascinerend omdat het mysterieus is. Je ziet niet wat er onder water plaats vindt, maar toch gebeurt er van alles. Als je het niet in de gaten houdt, loopt de scheepvaart vast en krijg je last van afkalvende oevers, waar wegen en huizen ook problemen door krijgen. De stroming en het bewegen van het sediment maken het tot een heel complex vakgebied.” Sloff hield zich tijdens zijn promotieonderzoek ook bezig met de aanzanding van stuwmeren. “Dat is vrij exotisch voor Nederland, want we hebben hier geen grote dammen en bergen”, zegt hij. De keuze voor het onderwerp kenmerkt hem. Sloff dompelt zichzelf graag onder in onderzoek en hij wil niet alleen de Nederlandse rivieren goed leren begrijpen. Hij is gefascineerd door rivieren over de hele wereld. En het liefste combineert hij onderzoek met praktijk. Sinds hij bij WL/Deltares werkt, lukt dat perfect, zegt hij. “Elk onderzoek is een avontuur. Je weet niet wat er aan de hand is en dat probeer je te ontdekken.” Maar niet alleen de diagnoses die hij op het kantoor van WL/
Deltares maakt zijn een ontdekkingstocht. Vaak staat Sloff ook zelf met zijn voeten in de modder om op de meest spectaculaire plekken onderzoek te doen. Zijn eerste grote project was in Turkije, in 2000. Het gebied waar hij onderzoek deed, was geteisterd door een aardbeving. “In de winter ontstonden heel veel riviertjes in dat gebied en er waren ook veel overstromingen. Ik heb gekeken hoeveel sediment er in de rivieren aanwezig was, vlak voor het moment van de overstroming.”
Boerenverstand Met zijn model onderzocht Sloff hoe dit soort overstromingen in de toekomst voorkomen kunnen worden. “Bijvoorbeeld door sediment bovenstrooms af te vangen. Als je die verwoesting ziet, ben je blij dat je echt iets kunt doen”, zegt hij. “Al weet je nooit voor de volle honderd procent zeker dat zo’n regering je advies doorvoert.” Hij kwam overal ter wereld. “Als student leer je de basiskennis, maar je moet zelf met je voeten in de blubber staan om mee te praten. Als je dit vaak gedaan hebt, weet je op een gegeven moment wel waar je moet meten en welk rekenmodel je bij een bepaalde rivier nodig hebt. Het is boerenverstand. Rivieren lijken op elkaar, of ze nu in Japan of Afrika liggen.” Soms komt Sloff op plekken waar hij al jaren over droomde. Hij mocht mee het Amerikaanse bedrijf US Geological Survey om onderzoek te doen naar de zandbanken in de Colorado-rivier in de Grand Canyon. Eind jaren zestig is een grote dam gebouwd, die al het sediment tegenhoudt. De rivierzandbanken verdwijnen daardoor langzaam. Wandelaars en rafters kamperen er, en vissen rusten uit tussen de eilandjes in de rivier. Ook liggen er indianenbotten in oude graven. “De Amerikanen willen daarom niet dat de eilandjes verdwijnen, maar dat er nieuw zand op de strandjes komt.” Om dat voor elkaar te krijgen, laten ze water via grote pijpen uit de dam stromen. “Maar het is moeilijk om te voorspellen hoe je de juiste zandafzetting creëert. We balanceren daarmee op het randje van onze kennis.”
Geweldig In maart 2008 creeërden de onderzoekers een hogere waterstand, door water via grote pijpen uit de dam te laten stromen. Zo wilden ze erachter komen hoeveel zand er tijdens hoog water op de eilandjes in de rivier wordt afgezet. Twee weken lang zat hij in de Grand Canyon. Drie boten, afgeladen met meetapparatuur, wetenschappers en kampeerspullen voe-
De Amerikanen delen hun informatie over hun rivieren met Sloff, maar niet elk land is scheutig met informatie over rivieren. In Vietnam moest de waterbouwkundige alles op alles zetten om de oorzaken van de rivierbodemdaling van Hanoi Red River boven tafel te krijgen. “Ik mocht er niet meten, maar wel in de data wroeten. Ik kwam erachter dat de waterspiegel zo dramatisch daalt omdat mensen het zand met bakken tegelijk uit de rivier halen. Door de economische groei en enorme bouwwoede zakt de rivierbodem en de regering heeft er geen enkele controle op.” Sloff is als een dokter die erachter probeert te komen waarom de patiënt ziek is. “Soms willen regeringen niet weten wat er mis is, maar met behulp van forensische morfologie schud ik ze toch wakker. Als je het goed onderbouwt, luisteren ze uiteindelijk wel. Dat zijn mijn kleine persoonlijke succesjes.” Zijn studenten aan de TU Delft laat hij tijdens zijn lessen ook aan zijn avonturen proeven. “Riviermorfologie is een lastig vak. Studenten moeten veel weten en de theorie is moeilijk. Mijn professor liet tijdens het laatste kwartier altijd zien aan welke projecten hij werkte en dat doe ik nu ook. Ik wil de theorie graag levendig maken met mijn foto’s en verhalen, zodat de studenten enthousiast worden. Als dat lukt, ben ik geslaagd.”
Naam: Kees Sloff (43) Woonplaats: Barendrecht Verliefd/verloofd/getrouwd: Getrouwd Studie: Civiele techniek Afstudeerrichting: Waterbouwkunde Afstudeerjaar: 1990 Loopbaan: Van 1990 tot en met 1995 was Kees Sloff promovendus op de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen aan de TU Delft. In 1995 ging hij als onderzoeker en adviseur aan de slag bij WL/Deltares. Sinds 2007 werkt hij daar als specialist. In 2002 kreeg hij ook een aanstelling als universiteitsdocent/onderzoeker aan de TU Delft. (Foto’s: Sam Rentmeester/FMAX)
DELTA. 01 07-01-2010
H&J Uitgevers_2x70_zw-w
16
service
Eettafels Alcuin Oude Delft 55-57 Ma t/m do geopend van 18.0019.30 uur. Tijdens het hockeyseizoen ook op zondag geopend van 18.00-19.00 uur. Dagelijks daghap maaltijd, op ma., di. en do. ook een luxe maaltijd. Alle maaltijden zijn inclusief soep. Daghap 3 euro, luxe 4,10 euro. Sociëteit De Bolk Buitenwatersloot 1-3 Onze open eettafel is geopend ma. t/m do. De maaltijd begint om 18.30, waarna er gezamenlijk gegeten zal worden. Vegetariërs en groepen worden verzocht (voor 14.00 uur) te bellen. De prijs voor de maaltijd is 4,00 euro, inc. soep en toetje. Koornbeurs Voldersgracht 1 Om mee te eten bij de eettafel van de Koornbeurs moet je je even inschrijven. Dit kan op
Minimaatjes
www.koornbeurs.nl/eettafel tot 14.00 uur op dezelfde dag. We eten elke dag om 18.30 uur. Deze manier van eten is tijdelijk, maar nog steeds erg gezellig en lekker. Eettafel geopend ma. t/m vr. van 17.30-19.30 uur. Basismaaltijd 3,60 euro, soep 0,30 euro, toetjes v.a. 0,30 euro, fruit v.a. 0,40 euro. Inl. www.koornbeurs.nl/ eettafel. Tyche Oude Delft 123 Eettafel geopend van 18.0019.30 uur. Basis 3,50 euro, luxe 4,30 euro, xluxe 4,80 euro. Dagelijks soep. Vegetarische variant beschikbaar. English menu available: www.delftschestudentenbond.nl.
x www.eettafels.tudelft.nl
Sint Jansbrug Oude Delft 50-52 Ma. t/m vr. geopend van 17.3019.30 uur. Dagschotel (incl. salade) 3,40 euro, fruit 0,25 euro, toe 0,30 euro, luxe toe 0,85 euro, bier en fris 1,10 euro. Het menu staat ook op www.jansbrug.nl. Open from Monday to Friday from 17.30-19.30 hrs. Daily dish (incl. salad) 3,40 euro, fruit 0,25 euro, dessert 0,30 euro, beer and soda 1,10 euro. Find the complete menu at www.jansbrug.nl.
AC-HOP de vakbond voor Universiteitspersoneel. Voor informatie kijk dan op www. AC-HOP.nl. Stichting Delftse Natuurwacht zoekt vrijwilligers voor het begeleiden van activiteiten met kinderen van 8-14 jaar. www. natuurwacht.nl, 015-2783086 of j.f.m.molenbroek@tudelft.nl.
Spelregels minimaatjes. Minimaatjes zijn niet toegankelijk voor het bedrijfsleven. Voor commerciële aanbiedingen en advertenties: H&J Uitgevers (adres in colofon). Minimaatjes zijn maximaal 200 tekens lang. Inleveren vóór vrijdag 14.00 uur via e-mailadres delta@ tudelft.nl.
14-05-2004
Voor advertenties bel met:
H & J Uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJsel T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80 E delta@henjuitgevers.nl
Neem contact op met Hennie de Ruyter of met Mireille van Ginkel voor nadere informatie
Voor jou maar even Voor mij een heel leven
Wolbodo Verwersdijk 102 Soup is served at 18.30h. Everyone is welcome. Tuesday and Thursday: 3,40 euro, Wednesday: 4,00 euro. www.wolbodo.nl
Bloed geven. Minder kun je niet doen.
Help mee in de strijd tegen kindersterfte Bel 0800 - BLOEDBANK of kijk op www.sanquin.nl Bloed is leven
Word nu lid van Unicef Bel 0800 1133
14:02
Pa
DELTA. 01 07-01-2010
17
service
Studieverenigingen moeten meer samenwerken in Idea League Binnen de Idea League meer samenwerken op het niveau van studieverenigingen: dat adviseert Idealistic, de studentenraad van de Idea League. Emma Sirks, Studentenraad TU Delft: “Het vakgebied is een goed aanknopingspunt voor studenten om elkaar te ontmoeten.”
TU DELft voorlichting
verschijnt onder verantwoordelijkheid van de directie Marketing & Communicatie
xAngèle Steentjes Binnen de Idea League – het samenwerkingsverband van de universiteiten van Aken, Zürich, Londen, Parijs en Delft – wordt niet alleen op bestuurlijk niveau samengewerkt. Ook vertegenwoordigers van studenten weten elkaar te vinden. In Idealistic bijvoorbeeld werken de studentenraden van de Idea League-universiteiten samen. Emma Sirks, lid van Oras en de studentenraad TU Delft, heeft Idealistic in haar portefeuille. “Wij hebben regelmatig contact via e-mail en we organiseren één keer per maand een videoconferentie. Daarnaast komen wij één of twee keer per jaar bij elkaar.” Dit persoonlijke contact is belangrijk, merkte Sirks tijdens de bijeenkomst begin december 2009 in Zürich. “Je kunt beter overleggen als je daadwer-
De studentcouncil van Idea League in Zürich in december 2009. (Foto: Studentenraad)
kelijk bij elkaar zit dan in een videoconferentie.”
Studieverenigingen In de bijeenkomst van Idealistic in december in Zürich ontbraken de studentenvertegenwoordigers van Imperial College Londen en Paris Tech. “Londen was niet in de gelegenheid om te komen en Parijs heeft het druk met de interne structuur van ParisTech, dat uit verschillende instituten bestaat.” In Zürich stonden diverse punten op de agenda, waaronder het verbeteren van de mobiliteit van de studenten tussen de Idea League-deelnemers. “De Idea League is nog te onbekend en daarom gaan maar weinig studenten bij een andere Idea League-partner studeren.” Er zijn ook praktische
bezwaren die dit belemmeren, beaamt Sirks: “Niet alle universiteiten hebben bijvoorbeeld de bachelor-masterstructuur met een minor die zich goed leent om aan een andere universiteit te volgen.” Om de Idea League meer bekendheid te geven streeft Idealistic naar meer samenwerking tussen de studieverenigingen. “Wij kwamen op dit idee door een initiatief van Gezelschap Leeghwater, de studievereniging van werktuigbouwkunde. In november hadden zij een bijeenkomst georganiseerd met overeenkomstige studieverenigingen uit Aken, Londen en Zürich en dat heeft geresulteerd in de MEsa (Mechanical Engineering Study Associations) Idea League. Doel is om het onderlinge contact tussen deze studieverenigingen werktuigbouwkunde
te versterken en ideeën uit te wisselen. Voorlopig hebben zij afgesproken ieder jaar een gezamenlijk weekend te organiseren. Op de langere termijn willen zij studenten die bij een Idea League-partner willen studeren, gaan ondersteunen met informatie en tips.” De studentenraad wil dit initiatief van Gezelschap Leeghwater onder de aandacht brengen van de andere studieverenigingen. Sirks: “Wij denken dat het vakgebied een goed aanknopingspunt is om studenten van de verschillende universiteiten met elkaar in contact te brengen. Via de studieverenigingen is het dan ook mogelijk om meer bekendheid te geven aan andere Idea League-faciliteiten, zoals de onderzoeksbeurs van duizend euro per maand die een student kan krijgen of het Idea League-sporttoernooi dat in mei bij de TU Delft plaatsvindt.” Een ander punt op de Idealistic-agenda was de integratie van internationale studenten, die een steeds groter deel van de studentenpopulatie vormen in Delft, Aken en Zürich. Sirks: “Wij konden op dit punt niet veel van andere Idea League-leden leren, maar zij wel van ons. Zij waren erg geïnteresseerd in de Delftse aanpak, zoals een centrale introductieweek voor internationale studenten en speciale introductiedagen bij de faculteiten.”
x www.idealeague.org/study/studentcouncil
Vrouw moet excelleren Innovatie door diversiteit. Dat is het thema van de jaarlijkse Dewis-conferentie op 25 januari 2010. Divers samengestelde teams, binnen zowel de wetenschap als de ondersteuning, presteren beter en zijn innovatiever, is het uitgangspunt. Drie sprekers uit bedrijfsleven en wetenschap geven hun visie. Het doel van Dewis (Delft Women in Science) is vrouwen van de TU Delft stimuleren in hun persoonlijke, professionele en wetenschappelijke carrière. Naast workshops en lunchbijeenkomsten organiseert Dewis jaarlijks een congres, dat overigens toegankelijk is voor mannen en vrouwen. Deze congressen hebben zowel een wetenschappelijke als praktische invalshoek, aldus Marieke Bouma, HR-adviseur van de faculteit TNW en medeorganisator van de conferentie. “Het programma bestaat uit lezingen en een workshop en biedt wetenschappers – mannelijke en vrouwelijke – de gelegenheid elkaar op een informele manier te ontmoeten, te netwerken en van elkaar te leren.” Het Dewis-congres heeft dit jaar als
thema: innovatie door diversiteit. De gedachte is dat teams die zijn samengesteld uit mannen en vrouwen met verschillende achtergronden, creatiever en innovatiever zijn dan meer homogeen samengestelde teams. Bouma: “Het onderwerp wordt op verschillende manieren belicht. Vanuit het bedrijfsleven door Wouke Lam, die verschillende posities bij Shell heeft bekleed en op dit moment gedetacheerd is bij de Nederlandse overheid. Zij zal toelichten hoe bedrijven, en in het bijzonder Shell, omgaan met diversiteit en wat volgens haar de waarde is van gemêleerde teams. Hans van Dijk, onderzoeker bij de Universiteit Tilburg, heeft de samenstelling van teams bekeken en hun prestaties. Hij zal dieper ingaan op de vraag of diversiteit inderdaad bijdraagt aan innovatie.” Marieke van den Brink, wetenschappelijk onderzoeker aan de Radboud Universiteit Nijmegen, heeft onderzocht waarom het aantal vrouwelijke hoogleraren zo achterblijft op de Nederlandse universiteiten. Zij ontzenuwt een aantal mythen, zoals dat er onvoldoende vrouwelijk talent zou zijn. Zeker binnen de alfa- en gammawetenschappen is er geen gebrek aan vrouwelijk potentieel. Toch stroomt maar een klein deel door naar de hogere wetenschappelijke posities. Evenmin is er de laatste jaren een gebrek aan hoogleraarposities. Van den Brink laat in haar onderzoek zien dat er 3322 hoogleraarposities vrij kwamen tussen 1999 en 2005, maar
dat daarvan slechts 12 procent naar vrouwen is gegaan. Een van de redenen is volgens Van den Brink dat 44 procent van de commissies voor hoogleraarbenoemingen uitsluitend uit mannen bestaat. Zij constateert dat dit nadelig is voor vrouwen; als er wel vrouwen in de commissie zaten, werd vaker gekozen voor vrouwelijke kandidaten. Een andere mythe die zij heeft ontkracht, is het idee dat wetenschappelijke excellentie sekseneutraal is. Van den Brink beaamt dat dit zo zou moeten zijn, maar dat mannen al benoemd worden als zij geschikt zijn als hoogleraar en vrouwen pas als zij echt werkelijk excellent zijn. Het programma bestaat echter niet alleen uit lezingen, zegt Bouma. “Er is ook de uitreiking van de Dewis Award. Deze is bestemd voor een cum laude gepromoveerde vrouwelijke wetenschapper van de TU Delft met een
origineel onderzoek van internationale allure. Wij sluiten de middag af met een workshop ‘creative thinking’, waarbij de deelnemers een diversiteit aan stijlen van communicatie aangereikt krijgen. Daarna kunnen we met zijn allen aan de borrel.” (AS)
x Het symposium is gratis toegankelijk na inschrijven op www.dewis.tudelft.nl. (zie activiteiten) De voertaal is Engels.
Programma: Innovatie door diversiteit, 25 januari 2010 13.00 uur Ontvangst 13.30 uur Opening door prof. Jenny Dankelman (voorzitter Dewis) 13.40 uur Speech door collegevoorzitter TU Delft Dirk Jan van den Berg 13.50 uur 'De mythen ontkracht: genderpraktijken in het academische wervingssysteem' door Marieke van den Brink 14.15 uur 'Heeft diversiteit werkelijk een hefboomeffect op innovatie?' door Hans van Dijk 14.45 uur Uitreiking van de Dewis Award 14.55 uur 'Waarde creëren door diversiteit” door Wouke Lam 15.30 uur Workshop ‘Creatief denken’ door Anne Heleen Bijl 17.30 uur Borrel
DELTA. 01 07-01-2010
18
Delta in English
Architecture guide
Road closure
Best employer
The Architecture Delft Guide Foundation recently launched a website offering virtual tours of Delft’s architectural wonders. Via Google maps, owners of iPhones or smartphones can access the site while wandering around Delft. The site offers 300 project descriptions for projects related to various architectural movements and styles.
The Michiel de Ruyterweg – dependent on the weather – will be partially closed as of January 11. The section of road at issue is that which runs between the Julianalaan and the Mijnbouwstraat. Traffic in the direction of the TU campus will be diverted to the remaining section of road open to traffic. Traffic from Rotterdamseweg – Julianalaan in the direction of the city centre will be diverted via De Vries van Heijstplantsoen. The closure, in effect until mid-April, is due to construction for the new tram line.
TU Delft has been voted best employer in the category education. This is the first time that TU Delft has been included in the ‘Incompany 200’ annual study of employee satisfaction. In its magazine, Incompany 200 presents employee levels of satisfaction for employers in large businesses, organizations and government bodies in the Netherlands A total of 135 organizations were surveyed, including a considerable number of universities. More than 70,000 employees were asked to assess their employers on 18 aspects in the categories
x www.architectuurgidsdelft.nl
of job profile, employment terms and conditions, career and work culture. TU Delft took 15th place with a score of 7.15, making it the highest scoring university. This was the first year that universities were included in this survey.
Everyday design: sharing wheels Many things are designed for everyday use. Some you fall in love with, others drive you up the wall. xMARK BAKKER Today’s topic is sharing wheels. And with sharing wheels I don’t mean borrowing somebody’s bike or car, or taking a bus or train. Nor do I mean common car or bike rental places, which are far too inconvenient and expensive for an afternoon trip to the beach. No, I mean a Shared Wheels system that is easy to use, has many convenient pick-up locations, and is reliable and cheap. A utopian plan for Shared Wheels was proposed in the 1960s. The plan was to put 2,000 white-colored bicycles for free use on the streets of Amsterdam. The project was never adopted by the city council, however, although a similar project has been successfully implemented in ‘De Hoge Veluwe’ national park, where today you can indeed find lots of free white bikes for general use. In recent years, several cities, including Paris, have implemented a system of shared bicycles, many with a distinguishingly funny look to them. Although some are reportedly free, most require payment or a membership card to check out a
bicycle. The system in Paris is having major problems with vandalized and stolen bikes (they show up as souvenirs in many European cities). Another problem that Paris suffers from is gravity: since you can return a bicycle to any check-out centre, the bikes have a tendency to accumulate at the centres located at the bottom of city’s hills. In Holland we have two very successful Sharing Wheels projects: one for bikes and one for cars. They both require you to be a member and both have attractive features: picking up the bikes or cars
Many OV fiets centres are located at the bicycle shops of railway stations. is exceedingly quick and easy; there are quite a few pick-up locations (more so for cars); they’re cheap (well, at least the bicycles), and the ‘wheels’ are well-maintained. The cars need to be returned to the pickup location; bikes may be returned to other locations, although then the price is steeper, equivalent to a three-day rental. For both the bicycles and the cars you get a discount if you also have a train pass. The bicycle project is called OV fiets (OV the acronym for Dutch public transport; ‘fiets’ means bicycle). For
In Holland we have two very successful Sharing Wheels projects: one for bikes and one for cars. (Photo: Mark Bakker)
€9.50 a year you become a member and receive a card with a barcode. Many OV fiets centres are located at the bicycle shops of railway stations. All you need to do is have the barcode of your card and the OV fiets scanned, and off you go. And here comes the best part: you pay only €2.85 for 20 hours! So you can go to a friend’s place, stay over night, and
bike back the next day for less than 3 euro. Amazing. And even better: when you’re traveling with others, you can check out two bicycles on one membership card. The car project is called Greenwheels, and it offers two kinds of cars: the small but fuel-efficient Peugeot 107, and, for a bit more money, the Peugeot 207 station
wagon. All cars are red with a green smudge on the wheels. The cars are located at reserved parking spots throughout many Dutch cities. There are 16 pick-up locations in Delft, including one right behind the EWI faculty building. Once you’re a member, you can reserve a car on the Internet. At your reserved time, you go to the car, hold your membership card in front of the windshield, and the locks magically pop open! You then get the keys from the glove compartment, type in your secret pass code and off you go. Greenwheels offers several pricing schemes, depending on how often you want to use a car. Monthly fees vary from 5 to 25 euro. You need to be at least 24 years old, but you can share the membership among three drivers living in the same house. You pay for the car by the hour (2.40 to 6 euro - more expensive on weekends), and by the kilometer (20 to 35 cents). So, for example, a 6-hour trip to the theater in Amsterdam may cost as little as 40 euro on a weeknight. Greenwheels are reasonably priced for shorter trips, but may get somewhat expensive if you go farther or stay longer. For a weekend get-away it’s better to hop a train and grab an OV fiets. For less than 10 euro you can bike anywhere you want, all weekend long. Mark Bakker is an associate professor at the Faculty of Civil Engineering & Geosciences.
bemgha nyakuma
Ring in the true Out with the old, in with the new, as they say, 2009 and all the intrigues that made it such an eventful year have finally past. A new year is often likened to a blossom with petals curled tightly concealing the beauty within, and as eternal optimists we always look forward to the New Year, believing that all we believe and conceive will flourish in the year ahead. Thus we often begin the year by making New Year’s resolutions, setting new targets for ourselves, all in a bid to better ourselves, or ‘have a new soul’, as English writer G.K. Chesterton once said. But why do we always look forward to a New Year? Why do we continuously indulge in the ritual of making resolutions? Is it simply because we always think ‘new is good’, so therefore what better time than a new year to turn over a new leaf, and what better way to do so than by setting new life goals? Or is it because we humans must always have goals to strive for, new ideals to believe in? Or is it because we always fail in the face of life’s challenges and therefore always need second chances – year after year after year? A new year. Another chance to get it right. The truth is that most of us fail to keep to our resolutions, but that doesn’t stop us all tagging along the same lines of making and failing to keep the resolutions we make. So we all look forward to the New Year, if only to get a new start on old habits? Every year I make resolutions, and every year I not only don’t keep them, but by the end of the year I’ve even forgotten what they were to begin with. My annual ritual is to start a New Year by promising to do, act, say, think, feel and see the world differently. But actually it’s not about me, or us, is it? Rather, it should be about our collective resolve as human beings and our responsibility to mankind, future generations and the environment.
Will our resolutions this year ask difficult questions about the true situation in world today? Shouldn’t the questions on our lips be about the collective good of mankind in 2010? Or will our New Year’s resolutions be simply the traditional lip service and self-consoling promises we make to ourselves to become better? Will they simply be like the many promises politicians, opinion makers, leaders and the like make year after year about how to make the lives of the citizenry better? Or perhaps, just maybe, we will witness a new year devoid of the intrigues that almost drove our world to financial ruin last year? Will we see a more sincere resolution on issues such as poverty, HIV/Aids, illiteracy, malaria, energy, water crises and the environment? Will climate change and global warming feature more prominently in the sincere rhetoric, or will it simply be more rounds of futile, vague debates about making our world a better place? This may all sound like hoping in the face of despair, but this year let us all resolve to embrace new sincere resolutions that will offer real answers to life’s many hard questions. This year let us all resolve to make this the New Year in which we truthfully honor Lord Alfred Tennyson’s poetic words: ‘Ring out the old, ring in the new, Ring, happy bells, across the snow: The year is going, let him go; Ring out the false, ring in the true’. Bemgba Nyakuma, from Nigeria, is a 2nd year MSc student studying sustainable energy technology at the Faculty of Applied Sciences. He can be contacted at b.b.nyakuma@tudelft.nl
DELTA. 01 07-01-2010
Delta safe Delta will continue in both its print and online versions, said TU Delft Executive Board member, Paul Rullmann, during a recent meeting with the student council. Rullmann was prompted to reaffirm Delta’s future standing following the University of Utrecht’s recent decision to terminate Ublad, the print version of its university newspaper as of 1 January 2010. Utrecht moreover severely reduced its editorial news team and will only publish news online, a move that was met by dismay by many within in the Utrecht university community who
19
Delta in English
Bio-based economy regard an independent journalism, upholding the values of freedom of thought and speech, as vital to a university. Utrecht’s action raised concern among the members of TU Delft’s student council, leading to Rullmann’s confirmation that the Executive Board has “no plans” to downsize Delta or publish online only. He also reaffirmed Delta’s journalistic independence.
As of 1 January 2010, knowledge institutes, the Dutch government and industry are to cooperate more intensively and at international level to speed up the introduction of the bio-based economy, an economy based on renewable sources. By placing the emphasis on scaleup research, an open innovation model and a proactive role for the financial sector, the BE-Basic consortium aims to stimulate innovation which will lead to accelerated introduction. TU Delft is coordinating the new initiative that includes an R&D budget exceeding 120
KIC million euro. BE-Basic will not just position itself as a leading institute nationally, but will have a large number of European and global industrial, academic and financial partners, including DSM, AkzoNobel, Imperial College (UK), several US and Asian players, and financial partners such as Rabobank.
x
With sustainable energy, climate change and ICT at the top of the EU’s agenda, the European Institute for Technology (EIT), which will be launched this year, has reserved a couple hundred million euro for Knowledge and Innovation Communities (KICs) based around these key themes. TU Delft is involved in two KICs: ICT and climate change. The KICs will consist of robust consortia of universities and businesses and will be located in different locations throughout Europe.
www.eit.europa.eu
The best teacher of TU Delft 2009 After months of intensive jury evaluation of seven worthy candidates from within the ranks of university’s academic staff, we have a winner: Susanne Rudolph has been chosen as the Best Teacher of TU Delft in 2009. Wednesday afternoon she received her award of 10,000 euro from rector Fokkema. xConnie van Uffelen When Susanne Rudolph was a student, she admits that she would often skip lectures. Yet now in her position as a teacher at the faculty of Civil Engineering & Geosciences, she has won TU Delft’s first annual Best Teacher Award competition, in part for her abilities as a lecturer who constantly strives to ensure her lectures are engaging and captivate her students. The jury for the Best Teacher competition – consisting of Rector Fokkema, two members of the student council and one member of the student association council – chose Rudolph over six other nominees. The other candidates for the award were: Erik Tempelman (Industrial Design Engineering); Daniel Rixen (Mechanical, Maritime and Material Engineering); Michiel Kreutzer (Applied Sciences); Jan Anne Annema (Technology, Policy and Management); Ron Noomen (Aerospace Engineering); and Fred Vermolen (Electrical Engineering, Mathematics & Computer Science). In the months prior to the selection of TU Delft’s Best Teacher 2009, Delta profiled each of the seven nominees. For Rudolph, whose profile was published in Delta 34, the portrait that emerged was that of a free spirit who was much liked by her students, especially those students in the Life Science & Technology (LST) program, who had nicknamed here ‘Kung Fu’. “This is because I always gesticulate so wildly”, Rudolph says. “At the end of the course the LST students told me: ‘we’ll miss your Kung Fu classes!’” Rudolph (42) is married and has two children, as well as a slew of pets, including a dog, two cats, two guinea pigs, a rabbit and two rats. The specialist subjects she teaches at TU Delft include properties of
"I talk too much and too fast”, Rudolph says. (Photo: Sam Rentmeester/FMAX)
hydrocarbons and reservoir fluids, rock fluid interactions, and courses for the introduction to petroleum engineering. Previously, Rudolph was named the best teacher of the year at LST. She found the lectures she gave while teaching at LST better than those she now gives. Presently, she teaches in the petroleum engineering section of the Applied Earth Scien-
‘I reinvent their lectures until they fit my own style’ ces program, where she teaches a variety of other subjects and has also taken over lectures from her departmental colleagues. Rudolph: “I reinvent their lectures until they fit my style, but you must give a particular lecture about three times before you find your own unique style.” Her teaching style is, she says, “structured”. She knows beforehand why she is giving a certain lecture and where it must ultimately lead to. And there is also a red thread always running through her lectures, yet it’s not always easy to maintain. “I talk too much and too fast,” Rudolph says. “But because of
my enthusiasm and because of the interactions with students, sometimes I can also lose track of the red thread.” Rudolph says that she is always striving for improvement, also in her position as chairwoman of the education commission. She also has contributed to renewing the curriculum in her specialist subject areas. It is no surprise then that she has been nicknamed the ‘Change Agent’ within her faculty and is also an ambassador for Dewis (Delft Women In Science).
Positive After the first round of selection process for the Best Teacher 2009 competition, Rudolph commanded a big lead in voting based on the support of student associations. For instance she was already a highly respected teacher among the members of the Mining Engineering Student Association, where she was praised for being engaged, accessible, enthusiastic and social. Moreover, the association’s students admired her ability to find solutions to problems that arose in the educational program, and also for her forthrightness in accepting responsibility for any changes that occurred, when others were hesitant to do so.
After the selection process was complete and the jury had compiled its short-list of seven candidates for the award, the jury evaluated the teachers in a subject that they currently taught. For Rudolph, this was her Rock Fluid Interaction course. The jury looked at the overall exam grades, pass/fail rates and the number of students taking the course over the past three years. The jury also evaluated the extent to which the shortlisted teachers involved their MSc students in research and contributed to innovation in education. The jury also evaluated the way in which the teachers coached and advised their students. Rudolph stood head and shoulders above the competition when it came to the wide-ranging contributions she made within her own faculty. Moreover she scored as well or better than the other candidates when it came to her ability to communicate with her students, the use of ICT and didactic methods, and for the encouragement she gave in compelling her students to do something positive with the knowledge that they had acquired. Rudolph also excelled in updating and revitalizing old exam assignments and in integrating her course subjects within the faculty. In addition, like the other nominees for the award, she
was also highly praised for ability to help her students to learn to think for themselves. In the final round of jury evaluation, the student members of the jury also attended lectures given by the seven nominees for the award. After attending a lecture given by Rudolph on thermodynamics & chemistry, the jury’s report included the following comments about her performance in front of the class: “punctual, explained matters during the break, interactive, calm, PowerPoint, Whiteboard, good pronunciation of English, direct, high tempo, blackboard, oral exams and good luck!” Although the jury did find her lecture to be rather chaotic, they surmised that this was partly to do with the fact that the lecture they attended was the final lecture of the exam week. Nevertheless, the jury noted, Rudolph continued to answer questions until she was certain that her students thoroughly understood the subject matter. She also related the subject matter back to actual practice in real life and moreover instructed her students in how they must use the various formulas.
DELTA. 01 07-01-2010 achterkant
00 20
de fiets van Naam: Ava Wagter (19, industrieel ontwerpen) Merk: Motobecane Gekocht voor: Veertig euro, afkomstig van ouders Opvallend: Voorzien van een Bovagkeurmerk Een beetje saai is de grijze fiets van Ava Wagter wel, dat vindt zij zelf ook. “Mijn andere fiets heb ik dood gefietst helaas. Jammer, want die was veel mooier.” Sinds een week rijdt Wagter noodgedwongen op haar ‘stationsfiets van thuis’. Wagter: “Mijn eigen fiets, een eerstejaarsweekend fiets was roze en wit gespoten.” Om toch nog een beetje op te vallen, heeft ze de grijze bolide voorzien van een rood slot. “Maar het blijft jammer”, aldus Wagter, die hoopt ooit weer op haar eigen fiets te rijden. “Mijn vader gaat ernaar kijken, het achterwiel moet vervangen worden, ik hoop dat hij er tijd voor vindt”, zegt Wagter bezorgd. “Misschien had ik het beter in Delft kunnen laten oplossen, er lopen hier genoeg fietsenmakers rond.” Mocht Wagter toch veroordeeld zijn tot deze fiets dan zou ze hem graag weer roze spuiten. “Als iemand een spuitbus over heeft mogen ze zich melden.” (EvO)
as in olde times
Festive food fight Peering down the hallway and into Virgiel’s main meeting room, the scene recalls that of a misty autumn day. Yet it’s the middle of winter and time for celebrating the New Year. Each year the student society’s herendispuut (men’s club), Van den Vos Reynaarde, celebrates the new year with the requisite oliebollen (fried dough balls) and powdered sugar. Although an oliebollen borrel (party) at this time of year isn’t so strange, this particular party certainly is. The festivities start at midday when members cook oliebollen according to a secret recipe. “We’ve used this recipe since the club started 20 years ago”, explains Paul van Tricht, ‘voszitter’ (or chairman) of Van den Vos Reynaarde. After an afternoon of toil in the kitchen, the table is soon overflowing with oliebollen and powdered sugar, ready for the party. The Vossen (Foxes), as club members are known, can choose to cover the oliebollen with powdered sugar beforehand. “But experience has shown that it’s better to throw a cloud of powdered sugar into a flame”, says Van Tricht, “as this creates a blowtorch-like effect.” In addition to the fiery clouds, many of the stuffed red-brown foxes get covered in powdered sugar and end up looking like arctic foxes! As expected, after a few bites of oliebol with garlic or pepper, the atmosphere in the room quickly changes, becoming more like a paint-ball battlefield where oliebollen are sent flying through the air. “It’s important that there’s enough ammunition”, says Van Tricht, who confirms that this society room is ideal for actual ‘firefights’. “All the pieces of furniture in the room serve as excellent obstacles.” Once all the pyromania and warfare dies down, the borrel ends with the chugging down of Bacardi-cola cocktails! And you can guess what that means… (EvO)
Kriep
Stuffed foxes prepare for battle. (Photo: Hans Stakelbeek/FMAX)
Ava Wagter: “Had ik mijn roze fiets nog maar.” (Foto: Richard van ’t Hof)
Anna noyons
Zwart gat Ik ben net afgestudeerd en op lustrumreis van mijn club. Er zijn van die dingen waar iedereen je voor waarschuwt, maar waar je je niets bij voor kunt stellen tot het je overvalt: de puberteit, liefdesverdriet, rimpels… Terwijl ik aan het afstuderen was, keek ik reikhalzend uit naar alle mogelijkheden daarna. Ik maakte briefjes met dingen waar ik me toen schijnbaar op verheugde zoals eindelijk eens een trui breien en al mijn ongelezen boeken lezen. Inmiddels is het zo ver en alles dat ik tot nu toe deed is apathisch op de bank zitten, mijzelf afvragend of ik ooit nog de energie zal terugvinden om me überhaupt te verplaatsen. Zo labiel als een dronken koekoeksklok ontroeren zelfs de reclames van Sheba kattenvoer mij tot tranen toe. Ik slaap nauwelijks en als ik slaap droom ik dat iemand mijn verslag heeft uitgegumd. Dit is dus het zwarte gat. Er zijn ook van die dingen waar niemand je voor waarschuwt, maar waar je je van te voren alles bij kunt voorstellen: Een club lustrumreis. Met veertien eigenwijze vrouwen harmonieus tien dagen op elkaars lip zitten, lijkt een onmogelijke opgave. JC Scala besloot te gaan
skiën en ik had geen excuus. Omdat deze reis al vijf jaar gepland stond, was er genoeg tijd om ons overal zorgen over te maken: wie gaat er mee, wie slaapt met wie, wie gaat er zeuren over gebroken nagels, wie doet er boodschappen en wie bereikt als eerste haar kookpunt. Licht gespannen arriveren we in het gehuurde chalet en onder het genot van een wijntje delen we maar meteen onze onzekerheden: ‘Ik ga ook af en toe een boek lezen hoor! Alléén!’ ‘Ik ook!’ klinkt het in koor. Enigszins verbaasd en opgelucht haalt iedereen adem. De rest van de avond kletsen we gezellig over zwarte gaten, rimpels en toekomstplannen. De volgende ochtend worden veertien opgetogen vrouwen met een pannenkoek tussen hun benen een eindeloos hoge berg opgesleept. Vlak achter elkaar in een slinger, vanzelfsprekend verbonden door een onbreekbare staaldraad. Onderweg waarschuwen ze elkaar voor hobbels en kuilen in de weg en zingen af en toe een liedje. Ik hang middenin de rij en pink een laatste sentimentele traan weg bij zoveel symboliek. Ik sluit mijn ogen en laat me langzaam uit mijn zwarte gat slepen.