Delta 1 - Jaargang 49

Page 1

NR.1 5 SEPTEMBER 2016

onafhankelijk universiteitsblad

Zorgrobots Gezellig maar traag Tim van der Hagen Collegevoorzitter wil het niet te makkelijk Nieuw op de TU Dit gaat er komend jaar gebeuren

Owee 2016

INVASIE VAN STUDENTEN


5 SEPTEMEBR 2016

08 COVER

OWEE De nieuwe eerstejaars zijn gearriveerd. En hoe! Verslag met heel veel foto’s.

12 INTERVIEW

TIM VAN DER HAGEN De nieuwe collegevoorzitter: “Dit is niet zo maar een universiteit, het is een van de beste.”

18 REPORTAGE

ZORGROBOTS

VERDER 04 06 15 16 17 25 27 31

Column Nieuws Master Sport Lifestyle Starter Desgevraagd Science

Als thuishulp is Rose 2.0 nog super sloom maar ze bevordert wel sociaal contact en veiligheidsgevoel.

22 REPORTAGE

NIEUW Wat kunnen we dit academische jaar verwachten aan de TU? Over sneller boarden, robotbootjes en weermodellen.


Delta

3

TU Delft

COVER “De Owee levert altijd drukke en gezellige plaatjes op, maar voor de cover heb je liever een wat strakker beeld. Aan de andere kant moet het meteen duidelijk zijn dat het de Owee is. Op de infomarkt was er zo’n mogelijkheid: maar twee mensen in beeld, toch de uitstraling van feest in Delft.” (Fotograaf Sam Rentmeester)

COLOFON REDACTIE Frank Nuijens (hoofdredacteur), Saskia Bonger, Tomas van Dijk, Dorine van Gorp, Connie van Uffelen, Jos Wassink, Katja Wijnands MEDEWERKERS AAN DIT NUMMER Jorinde Benner, Brandon Hartley, Auke Herrema, Erik Huisman, Heather Montague, Boudewijn de Roode, Molly Quell, Jimmy Tigges, Caroline Vermeulen, FOTO’S Marcel Krijger, Sam Rentmeester

LAY-OUT Liesbeth van Dam, Saskia de Been REDACTIE-ADRES Universiteitsbibliotheek, Prometheusplein 1, 2628 ZC Delft, 015 278 4848, delta@tudelft.nl ADVERTENTIES H&J Uitgevers, 010 451 5510, delta@henjuitgevers.nl DRUK Quantes Grafimedia B.V. Oplage 4.500 Jaargang 49t ISSN 2213 8838 Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief op de website. MEER INFORMATIE OP www.delta.tudelft.nl/colofon.

REAGEER!

Je bent een van de 1800 nieuwe internationale studenten in Delft en je krijgt samen met anderen tijdens je introductieprogramma de opdracht om onder meer een mascotte voor Kinderdijk te maken. Wat doe je dan? Juist, van gerecycled plastic en karton een molen maken waarvan de wieken warempel nog draaien ook tijdens een afsluitende optocht over de campus.

TV-tip

Materiaalkundige en historicus prof. dr. Joris Dik is de komende vijf weken nog elke donderdag te zien in het AvroTros-programma ‘Het Geheim van de Meester’ waarbij zes schilderijen worden nagemaakt. Hij is een van de deskundigen in de serie naast restaurator Michel van de Laar en timmerman Berd Visscher. Zij analyseren hoe een schilderij in elkaar zit en adviseren schilderes Charlotte Caspers die als taak heeft een reconstructie ervan te maken. Jasper Krabbé treedt op als teamleider en presentator. Het meisje met de parel van Johannes Vermeer werd op 1 september behandeld. Schilderijen die nog volgen zijn: Victory Boogie Woogie van Piet Mondriaan, Zelfportret op jeugdige leeftijd van Rembrandt, Kindje, kerkje, beestje van Karel Appel, Vincent van Gogh met Zelfportret met grijze vilthoed, en De Marskramer van Jeroen Bosch. delta.tudelft.nl/31956

Bijbanen

Goed nieuws voor studenten met een bijbaan. Werken naast je studie lijkt niet tot studievertraging te leiden, blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau. De afgelopen tien jaar zijn steeds meer studenten gaan werken. In 2004 had de helft een bijbaan of was op zoek naar werk. In 2014 was dit aandeel gestegen naar driekwart. delta.tudelft.nl/32036

Meer of minder

Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek zou in 2017 niet minder eerstejaars moeten aannemen maar evenveel als nu en daarna zelfs 25 per jaar meer, adviseert de studentenraad. Het college van bestuur wil dat niet. delta.tudelft.nl/32034

Verengelsing

Minister Bussemaker gaat alsnog 'een stevig gesprek' voeren met universiteiten en hogescholen die Engelstalig onderwijs 'puur en alleen' aanbieden om internationale studenten te trekken. De minister reageert op een nieuwe inventarisatie van Engelstalige universitaire opleidingen door de Volkskrant en herhaalt wat ze eind vorig jaar tijdens een Kamerdebat zei. De 'verengelsing' van het hoger onderwijs heeft allerlei voordelen voor studenten, zei ze toen, maar dan moet het niveau wel op orde zijn. delta.tudelft.nl/32029

Ranking

Wie de Shanghai-ranking positief wil bekijken: de TU Delft is gestegen in de jaarlijkse top-500 van universiteiten wereldwijd. Maar Delft is nog ver verwijderd van Utrecht, Groningen en Leiden. delta.tudelft.nl/31979

Foto: Sam Rentmeester

BLADCONCEPT EN VORMGEVING Maters & Hermsen, Leiden


4

Column Erik Huisman Allemaal anders Ze zijn binnen. Enkele duizenden bachelorstudenten zijn begonnen aan een groot en nieuw avontuur in hun leven. Ook ongeveer tweeduizend master- en exchangestudenten uit onder meer Mongolië, Australië en noem maar een ver en exotisch land, maar daar gaat het nu niet om. Hun avontuur is ook groot en nieuw, maar anders dan waar ik heen wil. Eerstejaars bachelorstudenten dus. Vers van de middelbare school. Gepassioneerd. Gretig. Gefocust. Allemaal – als het goed is – een studiekeuzecheck gedaan. Ze zien zich al als klinisch technoloog, civiel technicus, elektro-expert, marien techneut of luchtvaart- en ruimtevaartingenieur. O, wat vergissen ze zich! Wat zitten ze ernaast! Nee, niet meteen de moed verliezen als je dit als kersverse TU-student toevallig leest. Zou zonde zijn. Er is ook volstrekt geen reden tot paniek, maar geloof me: het gaat héél anders lopen. Voor velen. Hoe toegewijd je ook aan het gekozen vakgebied bent, hoezeer je ook van kinds af… Het loopt vaak anders. Neem mijn vrouw. Begon als achttienjarige Friezin in een Haags ziekenhuis aan een opleiding verpleegkunde. Nu – ruim dertig jaar later – is ze medisch fitnessinstructeur en lifestyle coach via een carrière als gipsverbandmeester. Of een aantal van mijn collega’s uit mijn vorige leven, de journalistiek. Ik spoelde bij de toenmalige Leidse Courant aan met een lerarenopleiding huishoudkunde en biologie. Onder mijn collega’s waren een socioloog (die het schopte tot hoofdredacteur van het NOS Journaal) en ex-HEAO ’er, een gesjeesde student Russisch en meerdere politicologen en doctorandussen geschiedenis. Jaloers was ik lang op een klasgenoot die wél naar de sportacademie mocht. Hij maakte die studie af, maar later interviewde ik hem eens als manager van een ABN AMROvestiging. En mijn oudste zus? Was basisschooljuf. Doet nu iets op het gebied van persoonlijkheidsontwikkeling voor aanstormende managers op de Haagse Hogeschool. Is dat switchen erg? Een onderwijsminister zal - met het oog op schijnbaar verspilde opleidingsgelden - denken: jazeker. Ik zeg: welnee. Het loopt zoals het loopt. Soms ligt je interesse toch op een ander gebied. Dat kun je niet voor de rest van je leven weten als op je vijftiende een vwo-profiel moet kiezen en enkele jaren later een serieuze studie. Wie heeft als 17-, 18- of 19-jarige de wijsheid in pacht? Veel 17-, 18- en 19-jarige roepen meteen: ik! Maar dat hoort bij de leeftijd. Daar zijn ze 17, 18 of 19 voor. Diep in hun hart weten ze beter. Wij ook. Dus geen zorgen. Er begint een mooie tijd. Een tijd waarin je een vakgebied ontdekt. Een nieuw stuk van de wereld, jezelf, anderen. Een stap in de volwassenenwereld. Haal dat diploma en ga de wereld in, wat je er ook gaat doen. Je wordt vanzelf jezelf. Erik Huisman is frontman bij het central international office. Als oud-journalist kijkt hij graag over muurtjes.

Je rooster, tentamencijfers en studievoortgang voortaan altijd bij de hand. Hoe fijn is dat? Utrechtse studenten maakten de My TU Delft app in samenwerking met de TU-afdelingen ict en onderwijs & studentenzaken. Oraslid Johan van den Heuvel liet hen weten wat Delftse ingenieurs graag in de app terugzien.

1. Deze app maakt (de opvolger van) Blackboard overbodig.

NEE 3. Door deze app kunnen studieadviseurs voortaan achterover leunen.

NEE

2. Docenten moeten voor deze app voortaan eerder gegevens aanleveren.

NEE 4. Iedereen die aan de TU Delft studeert is verplicht deze app te gebruiken.

JA

Op welke stelling wil je terugkomen? “Op stelling 2. Als student kun je relevante studie-informatie vinden met deze app, doordat hij is gekoppeld aan het studentenregistratiesysteem Osiris. Voor docenten verandert er dus weinig. In de toekomst willen we dat studenten via de app notificaties krijgen als hun cijfer bekend is. Ik denk dat studenten dan gaan verwachten dat docenten de cijfers sneller invoeren. Wijziging van een lokaal of een ziekmelding van een docent willen we ook sneller communiceren via de app. Daar wordt nog aan gewerkt. Net als aan een overzicht van tentamens. Daarvoor moet je je met één druk op de knop kunnen inschrijven. De app is niet letterlijk verplicht, hoor. Ik ben er gewoon enthousiast over.” (CvU)


Delta

Cijfer

3611 De inschrijvingen van eerstejaars bachelors op de TU loopt achter bij 2015. Op peildatum 30 augustus stond de teller op 3611 nieuwe studenten, wat acht procent minder is dan op dezelfde datum vorig jaar. Er komen wel nog inschrijvingen bij. Altijd zijn er studenten die op het laatst beslissen. De uiteindelijke eindstand is moeilijk te voorspellen. De gewogen vooraanmeldingen laten nu een ander beeld zien dan de daadwerkelijke inschrijvingen. De vooraanmeldingen vertonen juist een stijging zien ten opzichte van 2015. Zij stonden op peildatum 29 augustus op 4531 studenten. Dat is vijf procent meer dan vorig jaar. (SB)

Tweet

Matthijs Kan, president van het Delftsch Studenten Corps: “We hebben weer veel nieuwe leden voor onze vereniging: ons maximum van 450. Tijdens de kennismakingstijd hebben we twee dagen werkacties met ze gedaan. In samenwerking met de gemeente heeft een deel de stad schoongemaakt met prikkers. Ze hebben blikjes en peuken opgeraapt bij wijken in de buurt van Abtswoude en deels ook buiten Delft. Nieuwe leden van Sint Jansbrug hebben dat ook gedaan: in totaal ging het om 270 studenten. Op die manier kunnen ze wat terug doen voor Delft en zuinig leren worden op de stad. Soms is het gebruik van studenten een beetje te uitbundig.” (CvU)

TU Delft

5

Wie je moet kennen...

Doe gewoon wat je leuk vindt. Dat advies wil hoogleraar structural optimization and mechanics, Fred van Keulen, eerstejaarsstudenten meegeven. Van Keulen krijgt maandag 5 september de Leermeesterprijs 2016. Deze prijs van vijftienduizend euro is voor Delftse hoogleraren die inspireren en excelleren in onderwijs én onderzoek. “ Het is een beetje vloeken in de kerk: doe wat je leuk vindt, want daar ben je het beste in”, vertelt de hoogleraar in een interview op de website van Delta. “Dat is niet bedoeld als: ga alleen maar feesten, maar ga in je opleiding juist die onderwerpen opzoeken waar je de meeste lol in hebt. Die gaan je het makkelijkste af en daar kun je het verst mee komen.” (Foto: Sam Rentmeester) delta.tudelft.nl/31991 Het waren bewogen weken voor Laga-secretaris Marieke Noordermeer. Eerst moest ze alle activiteiten van de roeivereniging tijdens de Owee in goede banen leiden, vervolgens organiseerde ze mede het evenement Swim to fight Cancer (om geld in te zamelen voor KWF kankerbestrijding) en vorige week was ze druk in de weer met de introductie week voor de eerstejaars. “We hebben dit jaar 453 nieuwe inschrijvingen, het hoogste aantal van alle studentensportverenigingen in Delft. We kunnen er maar 250 aannemen.” Noordermeer snapt al die animo wel. “Roeien is magisch. Je krijgt meteen feedback op je inspanning. Je voelt je boot harder door het water glijden als je een tandje bijzet.” (Foto: Laga) Eindelijk is hij er dan, een trein met urinoir. Jaren heeft promovenda Marian Loth (IO) naar dit moment toegeleefd. Op dinsdag 30 augustus presenteerde de NS een nieuwe trein met daarin een toilet dat door Loth ontworpen is. Volgens Loth zorgt het pissoir ervoor dat de toiletpot schoner blijft en het toiletbezoek voor vrouwen en ouderen aangenamer wordt. “Ik heb hier zo vreselijk hard aan gewerkt”, zegt ze. In 2010 onderzocht ze de vervuiling van de wc-bril bij staand plassen in een rijdende trein. Met behulp van papier kon ze onzichtbare verstuiving bij het plassen zichtbaar maken. De pissoirtrein is de eerste van een reeks dubbeldekkers uit de jaren negentig die nu gemoderniseerd worden. In 2020 moeten 81 van zulke dubbeldekkers met urinoir rondrijden. (Foto: Studiolab Ide) delta.tudelft.nl/32037


6

Nieuws

Bagage opdoen tijdens buitenlandreis Deze Delftse studenten deden nuttig werk afgelopen zomer. Ze onderzochten overstromingsproblematiek in Ghana, hielpen bij het ontwikkelen van een afwateringssysteem in Guyana, bekeken architectuur in Mexico en gaven les aan vluchtelingen in Beirut.

ACCRA, GHANA Studenten civiele techniek Lexy Ratering Arntz, Caterina Marinetti, Evelien Martens en Nadi Modderman, samen team Flood Risk Accra, waren van eind april tot eind mei in Accra om het probleem van de overstromingen in kaart te brengen. Overstromingen in de Ghanese hoofdstad Accra worden ieder jaar erger. Ze zagen met eigen ogen hoe de straten na een flinke regenbui veranderden in watervlakten waardoor diepe open goten en putten

onzichtbaar werden. Auto’s vallen stil of rijden zich vast in een goot, mensen vallen soms in een put om nooit meer tevoorschijn te komen. Men is wel wat gewend in Accra. Maar sinds vorig jaar meer dan tweehonderd doden vielen tijdens een overstroming, staat het probleem hoog op de agenda van de plaatselijke overheid en hulporganisaties. Bij het opstellen van een hydrologisch model van een wijk zagen de studentes dat veel duikers en goten verstopt waren door vuilniszakken. ‘Als alle goten schoon waren, zouden er geen overstromingen optreden’, was een van hun conclusies. Hun hoogleraar prof.dr.ir. Nick van de Giesen (faculteit CiTG) bevestigt dat het ontbreken van afvalinzameling het risico op overstromingen vergroot. (JW) floodriskaccra.com

MEXICO CITY, MEXICO Bouwkundestudente Jennifer Pels reisde deze zomer met 21 studiegenoten af naar Mexico voor een studiereis. De studenten reisden drie weken lang door het land, dat ze gekozen hadden om zijn variëteit aan architectuur, zoals moderne hoogbouw, eeuwenoude Maya-tempels en koloniale stadjes. Wat Pels het meeste is bijgebleven, is het bezoek aan een sloppenwijk met ontwikkelingsorganisatie Techo. “Zij werken samen met gemeenschappen om woonhuizen te bouwen. Ook geven ze de les, over gender equality bijvoorbeeld. Mensen hebben zo weinig en leven toch zo mooi.” De bouwkundestuden-

GEORGETOWN, GUYANA Zeven Delftse masterstudenten civiele techniek vertrokken eind juli naar Georgetown. Kanalen vol rotzooi en pompen op onlogische plekken; het afwateringssysteem van Georgetown in Guyana laat te wensen over. Vorig jaar stond deze Zuid-Amerikaanse stad blank na flinke regenbuien. De instanties riepen de hulp in van Nederlandse ingenieurs. “We zijn hier zeven weken lang om de infrastructuur in kaart te bren-

ten reisden met de bus van Mexico City naar badplaats Cancún, een reis van bijna tweeduizend kilometer. “Zo konden we een heel andere cultuur beleven én architectuur zien die je in de studieboeken niet terugvindt.” Gevraagd naar wat Pels aan de reis heeft overgehouden, moet ze even nadenken: “Ik moet het nog laten bezinken, maar ik ben gelukkig dat ik een eigen kamer van elf vierkante meter heb.” (SB) facebook.com//D.B.S.G.Stylos

gen en een afwateringsmodel te ontwikkelen”, vertelt Jos Muller. De stad ligt in de oksel van de rivier de Demerara en de Atlantische Oceaan. Via een enorme wirwar aan kanaaltjes moet regenwater afvloeien naar de rivier of de zee, daarbij geholpen door pompen en sluizen. Door stadsuitbreidingen is het systeem zo complex geworden dat niemand het meer snapt. “Bijkomend probleem is dat meerdere instanties gaan over de waterhuishouding, en dat juist daardoor nie-

BEIRUT, LIBANON Masterstudente watermanagement Marijke Panis ging zes weken naar een vluchtelingenkamp in Beirut, Libanon, om les te geven aan Syrische kinderen tussen de 6 en 14 jaar. Als deelnemer aan het project Nour van AEISEC wil ze wederzijds begrip kweken tussen de Arabische en de Westerse wereld. “Dat leek mij een mooie uitdaging en een goed doel.” Drie dagen in de week gaf ze lessen over gendergelijkheid, respect en het uiten van emoties. Daarnaast leerde ze de kinderen met allerlei materialen spelletjes maken en samenwerken en probeerde ze hen hun emoties op een positieve manier te laten uiten via theater, muziek en dans. “Je zag dat die Syrische kinderen veel agressie en energie in zich hadden. Door dans en samenwerking konden ze hun energie uiten. In het begin wilden de jongens niet met de meisjes dansen, maar aan het eind vonden ze het leuk en waren ze meer één groep.” Panis denkt dat de kinderen nu wat opener naar elkaar zijn. “We probeerden ze hoop te geven en ze te laten zien dat ze dromen mogen hebben, maar ook om gewoon nog kind te mogen zijn.” Zelf leerde ze dat Beirut een ‘behoorlijk Westerse stad is’. (CvU) delta.tudelft.nl/blog/bridge-the-gap

mand het voortouw neemt”, aldus Muller. De studenten (Siebe Dorrepaal, Joost Remmers, Thijmen Jaspers Focks, Peter Vijn, Martijn van Wijngaarden en Ruben van Montfort) leerden elkaar kennen via hun studievereniging Het Gezelschap Practische Studie. Eerder dit jaar werkten ze namelijk samen aan een grote bierkrattenbrug. “De samenwerking beviel goed. We hadden zin in een nieuw project.” (TvD)


Delta

7

TU Delft

Bijbanen en stages onder handbereik Het is vaak lang zoeken om als student een stageplaats, bijbaan of vrijwilligersproject te vinden. Want welke organisatie biedt wat en hoe krijg je overzicht? Twee TU-studenten bedachten een oplossing.

T

rots staan Joost Rothweiler (informatica) en Huub Hillen (werktuigbouwkunde) in de hal van 3mE. Los van een groep internationale studenten die de introductie doen, is er weinig leven te bekennen. Het is vakantie, buiten is in een tropisch hitte de Owee gaande. Maar de twee studenten hebben vooral oog voor de digitale informatiezuil naast de koffieautomaten. Die staat er dankzij hen. Swipend over het scherm wordt al gauw duidelijk wat toevallig langslopende studenten hier kunnen vinden: honderden actuele stageplaatsen, bijbanen, vrijwilligersprojecten en carrière-evenementen. Later komen daar bestuurs- en commissiewerk voor studentenorganisaties als de

Dreamteams bij. Zoeken kan onder meer op branche of soort dienstverband. Gebruikers kunnen interessante vacatures naar hun eigen mailadres sturen. Ook kunnen ze hun adres achterlaten, zodat aanbieders hen kunnen benaderen. Het idee voor de zuilen ontstond tijdens Hillens bestuursjaar bij Aiesec Delft, dat buitenlandstages regelt. “We zochten naar manieren om meer herkenbaarheid te krijgen op de TU”, vertelt hij. “Eén van de ideeën was een zuil op verschillende plekken. Dat bleek te duur omdat we pas net in Delft zaten. Maar we bleven zien dat best wat studenten met een grote omweg bij Aiesec terecht kwamen.” En dus ging Hillen zelf met het idee voor digitale informatiezuilen aan de slag. In de zomer van 2015 riep hij de hulp in van zijn huisgenoot Joost Rothweiler. Ze noemden zichzelf Studentpoint en gingen samen langs bij verschillende organisaties. Naast Aiesec waren dat studentenuitzendbureau Stud, Unipartners en Integrand (beide voor stages en afstudeeropdrachten) en recruiter Business Talent Network. “Ze stonden achter het idee

Joost Rothweiler (links) en Huub Hillen van Studentpoint. (Foto: Studentpoint)

en dragen nu financieel bij. Met de programmeerkracht van Joost hebben we een platform gemaakt dat we op de zuilen kunnen laten zien.” Het duurde vervolgens bijna een jaar voordat de zuilen op de campus stonden. Er was toestemming nodig van de universiteit en de studenten moesten hun platform verder verbeteren. Zodat het systeem zichzelf bijvoorbeeld drie à vier keer per dag automatisch ververst. Hillen: “Dat is de kracht van de zuil. Posters en folders raken

over datum. Dat zul je op de zuil niet tegenkomen. Je kunt steeds terugkomen.” Er staan nu vier informatiezuilen op de TU campus: op de faculteiten 3mE, EWI en TBM en in de TU Delft Library. Ook heeft Studentpoint een website. Hillen en Rottweiler zien het eerste jaar als een proef. Daarna hopen ze uit te breiden op de TU en naar andere universiteiten. studentpoint.nl

Meer studiesucces met hoger wiskundecijfer Hoe hoger je cijfer voor wiskunde B, hoe meer kans je hebt om je eerste jaar aan de TU te halen. Dat blijkt uit onderzoek.

M

et een vijf voor wiskunde B heb je zo'n vijftig procent kans het tweede jaar te halen. Met een zeven heb je al zeventig procent kans. Althans zo verging het studenten die in 2014 begonnen aan de TU. Je studieprestaties zijn echter wel afhankelijk van de opleiding die je volgt. Bij bouwkunde en industrieel ontwerpen is het verband met je wiskundecijfer minder heftig dan bij bijvoorbeeld technische natuurkunde of technische wiskunde. Uit het onderzoek blijkt ook dat hoe lager je cijfer voor wiskunde B is, hoe groter de kans is dat je voortijdig (voor 1 februari) stopt of switcht naar een andere studie. Tussen de switchers zitten relatief veel studenten die een zes voor wiskunde B hadden. Zij hebben het in hun 'tweede eerste jaar' weer moeilijk: slechts een op

de drie haalt genoeg studiepunten om door te mogen gaan. Voor studenten die in 2012 hun eerste jaar hadden gehaald, geldt dat hoe hoger hun wiskundecijfer was, hoe meer studiepunten ze in hun tweede en derde jaar haalden. Het aantal studenten dat hun bachelor vervolgens in drie jaar haalt is relatief laag. Maar ook hier geldt: hoe hoger je wiskundecijfer, hoe groter de kans je bachelor in drie jaar te halen. De correlatie tussen wiskundecijfer en je bachelor in vier jaar halen is vooral bij jongens sterk. Meisjes scoren vaak al beter met een lager wiskundecijfer. Dat verschil zit hem meer in het type opleiding. Meisjes kiezen vaker voor opleidingen als bouwkunde, industrieel ontwerpen of technische bestuurskunde. Die opleidingen zijn het minst 'wiskundegevoelig' en kennen veel positieve bindend studieadviezen, aldus onderzoeker Eric Logtenberg. (CvU)

De Delftenaren die deze zomer naar Rio afreisden, kwamen terug met mooie resultaten. Chantal Achterberg won zilver in de dubbelvier, Olivier Siegelaar en stuurman Peter Wiersum behaalden brons in de Holland Acht. Lees ook ‘Eeuwige roem’ op pagina 16. (Foto's: Sam Rentmeester)


8

Delta

TU Delft

Tekst: Saskia Bonger Foto's: Sam Rentmeester

Een invasie van 2900 aankomende studenten overspoelde traditiegetrouw Delft voor de introductieweek. Sta jij ook op de foto?

3

8

4

1

5

6

2

9


7

10

11

Z

ondag kwamen de eerstejaars massaal aan in Delft (foto 1 en 2), de meesten na een zwaar eerstejaarsweekend van hun studievereniging. Na een barbecue op de campus (4) liepen of fietsten ze achter de parade van studentenverenigingen (6, 8) aan de stad in voor het openingsfeest (3, 7). DJ PJ, Capital S en Lange Frans brachten de sfeer er op de Markt goed in, soms tot wanhoop van bewoners van Delft wier kinderen de volgende dag weer naar school moesten. Gelukkig hield het Owee-bestuur zich aan de afspraken met de gemeente en was het feest stipt om middernacht ten einde. De muziek ging uit, felle lampen aan, waardoor zelfs achttienjarigen er na een weekend feesten wat minder aantrekkelijk uitzien. Tien minuten later was de Markt helemaal leeg. Een beetje slapen was sowieso verstandig, want de volgende morgen werden de 'nullen' geacht hun studieverenigingsliederen van zich af te brullen (9, 12). ‘3 keer 3 is negen. Dat zelfs weet een Bouwko niet’, ‘Ga staan als je civieler bent’, ‘Leve de vliegmachien’ en vele andere nauwelijks verstaanbare teksten schalden de hele ochtend door de aula. Op de informatiemarkt die middag werden de aankomende studenten vervolgens belaagd door allerhande verenigingen en partijen in de strijd om hun aandacht (5, 10, 11, 14). Gelukkig was er op het Bastiaansplein ruimte om even bij te komen (13). Het dagprogramma op dinsdag bood de nullen nog meer rust, na een ongetwijfeld slopend gezellige maandagavond bij de verenigingen. In theater De Veste konden ze luisteren naar wijze studentenlevenslessen van programmamaker Chris Zegers (15). “Bij welke studievereniging je ook komt, je vindt er altijd wel een leuke gast of toffe meid”, zei hij. En: “Hiërarchie komt vaak voort uit onzekerheid. Waardeoordelen komen voort uit projectie. Hard brallen zegt vaak iets over die persoon zelf.” >>

12

13

14


15

18

19

16

20

21

17

23


22

24 Later die middag bleek dat de presidenten van studentenverenigingen als het Delftsch Studenten Corps en Virgiel misschien wel brallen, maar niet dansen op commando (26). Tijdens het presidentenforum bleven zij zitten terwijl de andere voorzitters samen met de nullen een voorzichtig dansje deden om wakker te blijven. Die avond lieten andere corpsleden vermomd als de Backstreet Boys zien dat corpsballen wel degelijk losse heupen hebben (16, 20). Ook bij Virgiel stonden die avond muziek en dus dans centraal (19), terwijl de nullen bij de Delftsche Studenten Bond in de kroonluchter klommen en jazzvereniging Groover jamde op een boot aan de Oude Delft (17). Helaas ging het die avond bij jongerenvereniging Outsite van de Delftse Werkgroep Homoseksualiteit (DWH) mis. Na de homobingo (21) vond een groepje jonge mannen het nodig de aanwezige bezoekers uit te schelden en te bespugen. Drie van hen werden aangehouden. Zij kregen een boete voor overlast. Het incident laat volgens DWH-voorzitter Bram van Meurs zien hoe belangrijk deelname aan de Owee is voor Outsite. “Veel mensen denken: in Nederland ben je veilig en kun je veilig over straat. Het mag duidelijk zijn dat we er nog lang niet zijn. We willen laten zien dat je bij ons jezelf kunt zijn." De volgende dag was het weer feest, ditmaal op de parkeerplaats naast de TU Library. Terwijl de nullen naast bier ook water dronken in de zinderende hitte, en de gratis zonnebrand gretig aftrek vond, speelde coverband Lijn 7 een breed repertoire op de cantus sing along (22, 23, 24, 25). Na het ‘Wilhelmus’, kwam van alles voorbij: van ‘Hallo Wereld van Kinderen voor Kinderen’ tot ‘YMCA’, ‘Sexy als ik dans’ en ‘Hey Jude’. De eerstejaars vonden het allemaal best, als ze maar mee konden schreeuwen. Voor Owee-bestuurder Ellis Bots was de cantus het mooiste moment van een geslaagde week. “Zondag kenden al die mensen elkaar nog niet, waren ze vreemden in deze stad. En nu stonden ze daar samen te zingen.” <<

25

26


Hij werkt al 32 jaar bij de TU Delft en werd per 1 mei benoemd tot collegevoorzitter. Welke plannen heeft prof.dr.ir. Tim van der Hagen voor de universiteit? “Ik zou hier graag iets meer een gevoel van trots willen creëren.”

‘OP DE WINKEL PASSEN IS MIJ TE GEMAKKELIJK’


Tekst: Connie van Uffelen Foto's: Sam Rentmeester

Delta

U bent behalve collegevoorzitter ook ‘toetsenwizard’, zag ik op de website van uw band Make my day. Wanneer kunnen we uw eerste optreden op het International Festival of Technology (IFoT) verwachten? “Ik ontvang graag een uitnodiging om een keer te komen spelen, maar we hebben wel eens eerder gespeeld voor de TU Delft. Dat was bij een eindejaarsfeest en bij het hooglerarendiner. Ik speel al sinds de middelbare school, vroeger gitaar en nu toetsen. Covers. Swingmuziek. Stevie Wonder en dergelijke. Dat probeer ik te blijven doen.”

TU Delft

13

meer, meer, in plaats van beter, beter, beter, is niet goed. Uit eigen ervaring weet ik ook dat het niet bevredigend is. Eén vernieuwende publicatie of één goede ingenieur opleiden is leuker dan drie matige.”

Liever kwaliteit dan kwantiteit dus? “Absoluut ja. En willen wij nog een stapje maken in kwaliteit, dan moeten wij in een aantal dingen terug in kwantiteit.”

Kunt u hier voorbeelden van noemen? Een van uw missies is het verlagen van de werkdruk, zei u. Kunt u dat toelichten? “Je zou kunnen zeggen: de TU Delft staat er fantastisch voor, dus we gaan gewoon door en ik ga een beetje op de winkel passen, maar dat is mij te gemakkelijk. Uit ervaring weet ik dat dat ook niet past in de aard van TU-medewerkers en studenten. Deze gemeenschap wil altijd vooruit en beter en meer. Een prettige en goede eigenschap natuurlijk, maar de consequentie is dat er meer en meer werk op de bordjes van medewerkers komt. Voor een deel doen ze dat zelf, voor een deel komt dat door externe factoren. Ik heb wel eens een lijstje gemaakt van activiteiten die we zelf hadden bedacht - die dus niet van buiten kwamen - en dan kom je op vijftig à zestig dingen die niet per se hoeven, maar die verder uitstekend zijn. Ik ga geen voorbeelden noemen, want dan ga je opschrijven dat ik vind dat dat gestopt moet worden. Helemaal niet. Het was allemaal zinvol en nuttig en leuk, maar wel veel. Als wij een wereldklasse universiteit willen zijn en blijven, zullen we keuzes moeten maken. Mensen werken hard en doen dat gelukkig nog met veel plezier, maar ik wil voorkomen dat het lijntje breekt. Tegen sommige dingen zullen we gewoon ‘nee’ moeten zeggen.”

Tegen wat voor dingen moeten we 'nee' zeggen? “Daar gaan we nog naar kijken.”

'Nee' zeggen lijkt me heel lastig. “Daar zijn we niet goed in, dat klopt. Als je zou vragen wat we de afgelopen twintig jaar niet hebben gedaan, zou ik lang moeten nadenken. En waar we mee zijn gestopt? Ik kan niet veel noemen. Toen ik directeur werd van het Reactor Instituut Delft heb ik gezegd: we moeten minder publiceren. De reactie was: wat krijgen we nou? Minder publiceren ja, maar beter. Het is niet de hoeveelheid, maar de kwaliteit. Je moet als wetenschapper ruimte hebben voor creativiteit. Voortdurend die druk voelen van meer,

‘We zijn nieuwe kennis aan het produceren en we zijn wereldwijd in contact met de smaakmakers, kennisinstellingen en industrie die er toe doen’

“Wij besteden veel tijd aan onderzoek en minder aan onderwijs. Begrijpelijk, want de samenleving waardeert vooral onderzoekprestaties. Die zijn zichtbaar. Als iemand een fantastisch college geeft, mag je blij zijn als een student ‘dankjewel’ zegt. Ik vind dat daar meer waardering voor mag komen en dat mensen meer tijd moeten krijgen voor onderwijs. Dat zal misschien hier en daar ten koste moeten gaan van de tijd voor onderzoek. Veel wetenschappers zijn bezig met het herhaaldelijk indienen van voorstellen, die kwalitatief uitstekend zijn maar door de geringe hoeveelheid middelen toch buiten de boot vallen. Dat is dus echt zonde van de tijd. We kunnen het die onderzoekers absoluut niet verwijten, maar wel het Nederlandse of Europese systeem.”

Wat kunt u daar aan doen? “Een simpele oplossing zou zijn: meer geld. Je kunt ook zeggen: minder voorstelrondes. Grotere porties geld per keer verdelen in plaats van iedere keer een stukje. Dat zou al helpen. Kijk naar de hoeveelheid studenten: 22 duizend. Die doorlopen hier volgens mij een prima opleiding, vinden snel een baan, zijn gewild bij de industrie. Wij kunnen als universiteit een grote rol spelen in het oplossen van maatschappelijke problemen. We hebben daar de onderzoeksfaciliteiten voor, de onderzoekers en de studenten. Alleen de financiële middelen zijn achtergebleven. Het is jammer dat je daar als samenleving niet een optimaal rendement uithaalt. Dat je moet zeggen: deze studie zit nu vol, anders kunnen we de kwaliteit niet meer garanderen. Als je daar als samenleving iets meer geld voor over hebt, zou je een veel hoger rendement halen. En dat komt dan weer uiteindelijk ten goede aan diezelfde samenleving. Dat is mijn boodschap aan de overheid.”

Welke plannen heeft u voor de TU? “Ik zou hier graag iets meer een gevoel van trots willen creëren. Een sfeer van excellentie. Een sfeer van ‘het is een eer om hier te mogen werken of te mogen studeren en ik ben er geweldig trots op dat ik bij de TU Delft zit’. Het is niet zomaar een universiteit, het is één van de beste.”

Waarom vindt u die trots belangrijk? “Ik denk ten eerste dat het terecht is, en ten tweede dat je daarmee een gemeenschappelijkheid creëert waaruit nog betere prestaties voortkomen. Dat je teamgevoel gaat krijgen. En een ander elan. Een elan van elkaar stimuleren en enthousiasmeren. We zijn met zijn allen de nieuwe generatie ingenieurs aan het opleiden. We zijn nieuwe kennis aan het produceren en we zijn wereldwijd in contact met Lees verder op pagina 14


14

Delta

TU Delft

‘Ik wil ervoor zorgen dat we het met elkaar beter gaan doen’

de smaakmakers, kennisinstellingen en industrie die er toe doen. Als we ons daar beter van bewust zijn en elkaar daarin stimuleren, is het rendement hoger en wordt de werkbeleving positiever.”

Rendement? Zojuist pleitte u voor kwaliteit. “Ik bedoel rendement in kwaliteit, niet in hoeveelheid.”

Wat wilt u nog meer met de TU? “Wat vooral zichtbaar is zijn de wetenschappelijke successen. Wat je veel minder ziet zijn die plekjes waar het misschien wel redelijk gaat, maar niet excellent. Het zou goed zijn om te kijken of dat niet nog wat beter kan.”

Hoe wilt u dat doen? “Het ligt misschien niet altijd aan de mensen. Het heeft ook te maken met faciliteren, mensen begeleiden en coachen. Zeker jonge mensen. Ik wil absoluut niet verwijten, ik wil er voor zorgen dat we het met elkaar beter gaan doen. De komende periode gaan wij werken aan het Instellingsplan 2018-2024. Dat plan zal concrete aandachtspunten hebben.”

In Delta hebben we een rubriek waarin mensen alleen met ja of nee kunnen antwoorden op stellingen. Wat is uw antwoord op de stelling: de TU moet niet nog meer groeien: liever klein maar fijn.

we moeten snijden in onderdelen die heel waardevol zijn. Als wij door meer gebruik te maken van e-learning meer studenten wereldwijd kunnen bedienen, kun je zeggen dat we groter worden. Dat zou geweldig zijn, toch? Daar ben ik alleen maar voor. Als wij met dezelfde middelen en dezelfde kwaliteit meer ingenieurs kunnen afleveren, is dat alleen maar goed.”

“Groeien in wat?”

Ja of nee: stijgen in de rankings is een doel voor de TU. Studentenaantallen.

“Nee. Stijgen in de rankings vind ik geen doel op zich. Het zou meer een logisch resultaat moeten zijn. Mijn doel is om excellentie na te streven. Ik ben er van overtuigd dat die rankings dan vanzelf volgen.”

“Nee. Dat is te kort door de bocht.”

Liever klein maar fijn? “Klein klinkt negatief. Klein spreekt me totaal niet aan. Fijn wel. Wij zijn een universiteit die er toe doet en we hebben een grote hoeveelheid studenten. We hebben een compleet palet aan technisch wetenschappelijk onderzoek. Science, design, engineering. Ik denk dat dat perfect op maat is. Ik zou het zeker niet kleiner willen maken, want dan zouden

CV Tim van der Hagen studeerde technische natuurkunde in Eindhoven. Hij promoveerde in 1989 bij de TU Delft en werd tien jaar later hoogleraar Reactorfysica. Tussen 2005 en 2012 was hij directeur van het Reactor Instituut Delft en in 2010 werd hij benoemd tot decaan van de faculteit Technische Natuurwetenschappen. Van der Hagen was lid van de Algemene Energieraad en het Topteam Energie en zit in de raad van toezicht van het

Energieonderzoek Centrum Nederland. Verder is hij lid van de nationale Adviesraad voor Wetenschap, Technologie en Innovatie (AWTI) en was hij voorzitter van de raad van toezicht van Holland PTC, het behandelings- en onderzoekscentrum voor protonentherapie. Sinds 1 mei 2016 is hij collegevoorzitter met in zijn portefeuille onder meer human resources want, zo zegt hij: “Het gaat om mensen bij de universiteit.”

Wat betekent de Brexit voor bestaande samenwerkingsverbanden binnen de TU? “Dat is ongewis. Daar kunnen we ons zorgen over maken, gezien het feit dat we veel financiële middelen uit Europa halen, uit Horizon 2020. Daarin werken we veel samen met de Engelsen. Dat zal ongetwijfeld blijven, maar de financiering verandert. Of ze dat zelf gaan doen of uit nationale middelen is allemaal nog niet zeker.”

U was de afgelopen zes jaar decaan bij Technische Natuurwetenschappen (TNW). Heeft u als collegevoorzitter een andere blik op de universiteit gekregen? “Misschien een wat bredere blik. Ik ken de universiteit wel redelijk in de breedte, maar nog niet zo in de diepte. Ik ben nu bezig wetenschappelijke afdelingen te bezoeken. Ontzettend leuk om te doen. We hebben een paar mooie voorbeelden waarin disciplines bij elkaar komen. Bij TNW en Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica hebben we natuurlijk QuTech: het onderzoek naar de quantumcomputer en quantum internet, samen met TNO. Ik ben heel enthousiast over robotica. Dat dekt nagenoeg het hele domein van onze activiteiten. Natuurlijk werktuigbouwkunde en elektrotechniek, maar ook Industrieel Ontwerpen. En Techniek, Bestuur en Management: hoe ga je straks met robotica om? TNW, nieuwe materialen, Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Alle faculteiten kunnen voor een deel aansluiten bij het domein robotica. Ik denk dat er veel van te verwachten is.” <<


Delta

TU Delft

15

de

Master Amandine Marié Met lede ogen keek industrieel ontwerper Amandine Marié (25) deze zomer toe hoe zongebruinde vakantiegangers aan de bagageband van Schiphol, vers geland en nog lang niet toe aan werken, hun vakantiegevoel met de minuut verder kwijtraakten.

‘Deze koffer reist alleen’

En dan moesten ze nog naar huis. Koffer tussen de benen in een volgepakte trein, de bus in; stuntelend om die 23 toegestane reiskilo’s langs het OV-chipkaartpoortje te krijgen. Dan te bedenken dat al die reizigers hetzelfde gestuntel op de heenweg al in omgekeerde volgorde hadden afgelegd, met een ellenlange rij voor de bagage-check-in als beloning. Kan honderd keer efficiënter, ontdekte de ontwerper op datzelfde moment. Nou ja, in elk geval een halfuur sneller. Soepel en snel zijn geen woorden die samengaan met reizen. Op zich geen probleem, vinden de meeste reizigers: wachten hoort nu eenmaal bij een vliegreis. “Maar toch, als je mensen vraagt hoe ze het zouden vinden als ze zich een uur korter voor vertrek op Schiphol zouden mogen melden, springen ze een gat in de lucht”, zegt Marié. Voor haar afstuderen bij industrieel ontwerpen richtte ze zich op passagiers die vanaf huis met het openbaar vervoer naar Schiphol reizen, en vanaf daar op het vliegtuig springen naar hun bestemming. Hoe efficiënt verloopt dat traject nu eigenlijk? Niet zo, ontdekte ze al snel. 21 Procent van de reizigers ervaart het inchecken van bagage als stressvol en gedoe. “Op een normale dag duurt dat proces zo’n zes tot negen minuten”, weet de ontwerper, “maar in drukke periodes kan dat makkelijk oplopen tot meer dan een uur.” Wat nou als je de reis van al die koffers uit handen geeft aan een logistiek bedrijf, dat de koffer thuis bij je ophaalt, en hem persoonlijk aflevert op de plaats van bestemming? Feitelijk is je koffer dan gewoon een postpakket. Dát noem je nog eens licht reizen. Er zitten wel wat haken en ogen aan. Veiligheid, bijvoorbeeld. Marié. “Je zou de koffer moeten sealen. Maar logistieke bedrijven hanteren een grondigere inspectie dan de standaardinspectie van Schiphol. In die zin is het dus veiliger.” Dan heb je nog te maken met stapels wet- en regelgeving. Zo zou het los versturen van koffers aanvankelijk alleen mogelijk zijn binnen de Europese Unie, omdat alleen daar vrij verkeer van goederen geldt. Daarbuiten krijg je te maken met invoerrechten. O, en mensen moeten bereid zijn minimaal een tientje extra te betalen voor hun reis. “Nu kost een retourtje voor een koffer vijftig euro, dat zouden er zestig worden. Of zelfs 150, als je je koffer pas een dag voor vertrek wilt laten ophalen, in plaats van de drie dagen die daar in het huidige model voor staan.” Het onderzoek van Marié is onderdeel van het Personalised Airport System for Seamless Mobility and Experience (Passme)project van de TU, de faculteit Industrieel Ontwerpen en KLM. Schiphol en PostNL snuffelen ondertussen ook aan de mogelijkheden van zelfstandig reizende koffers. “Dit is de toekomst, dat ziet iedereen.” (JB)

‘Designing a seamless passenger journey’

EINDCIJFER:

7,5

Foto: Sam Rentmeester

ONDERZOEK:


16

SPORTZAKEN

TEAMGEEST TEAM: Ariston’80 dames 1 | SPORT: Veldvoetbal | TRAINING: Tweemaal per week | TRAINER/ COACH: Nuno Pereira, sinds februari 2016 | AANVOERSTER: Sanne Aarts | NIVEAU: 3e klasse KNVB HOOGTEPUNTEN: Kampioen 4e klasse (2012), 2x winnaar Stad Delft Bokaal (2011, 2012)

TEAMKARAKTERISTIEK “Jong, gezellig en dynamisch.” Verhouding serieus vs lol is naar schatting fiftyfifty. Sinds de komst van trainer/coach Nuno Pereira is de discipline opgevoerd en wordt er serieuzer getraind. Geen alcohol op de avond voor de wedstrijd.

SPORTIEF “Het seizoen verloopt met pieken en dalen. Tegen de betere teams spelen we altijd goed, tegen de zwakkere slecht, omdat we dan te laks zijn.”

YELL

Foto: Sam Rentmeester

(vrij naar Rihanna’s Man Down) Rám-papapam, Rám-papa-pam, Ariston ‘80 Bám Bám Bám!

“Er gaat een peptalk aan vooraf. De yell is bedoeld om meteen scherp te zijn als we beginnen. We worden wel uitgelachen door onze tegenstander.”

DERDE HELFT “Er blijft altijd een clubje hangen na de wedstrijd. Buiten het voetbal om organiseren we borrels, diners en uitstapjes.”

VOORUITBLIK “We zijn nu sinds twee jaar een min of meer vaste groep, maar kunnen best wat nieuwe goede speelsters gebruiken. We spelen nu stabiel in de derde klasse. We zouden wel graag de twee damesteams willen uitbreiden met een derde elftal.” (JT)

Eeuwige roem De voetafdruk van Chantal Achterberg, de Olympische ervaringen van Annette Duetz en de jacht op het wereldsnelheidsrecord op de fiets. Wie met Olympisch eremetaal thuiskomt wacht eeuwige roem. Tastbare roem. Chantal Achterberg weet ervan. Haar voetafdruk zal deze week worden bijgezet in de gloednieuwe Walk of Fame op de campus van de VU Amsterdam. Achterberg, zowel alumna van de TU Delft als van de VU, won in Rio zilver in de dubbelvier. Voor het erelidmaatschap van Proteus, vier jaar geleden al vergeven aan Achterberg, is nu ook Peter Wiersum voorgedragen door het bestuur. In Rio leidde hij als stuurman voor de derde keer de Holland Acht op een Olympische Spelen. De ploeg, met onder anderen Lagaaier Olivier Siegelaar aan boord, won brons. Wiersums clubgenote Ellen Hogerwerf ontving voor de zesde plaats in de damesacht een Olympisch diploma. De zevende plaats in de 49’er FX-klasse was voor zeilsters Annette Duetz (technische natuurkunde) en Annemiek Bekkering eveneens goed voor zo’n document. “Ondanks de teleurstelling zijn we trots op wat we samen bereikt hebben de afgelopen jaren”, schrijven ze op hun Facebooksite. Op 22 september komen ze op de unit cultuur uitgebreid vertellen over hun Road to Rio. Er werd ook op andere plekken op de aardbol internationaal gestreden, afgelopen zomer. In het Kroatische Zagreb veroverde een lichte mannenvier van Laga een gouden medaille tijdens de European University Games. Drie leden van de Delftse krachtsportvereniging IJzersterk hielden rond dezelfde tijd in het Wit-Russische Minsk de eer van de TU Delft hoog door als vierde, negende en tiende te eindigen op de eerste editie van de University Powerlifting World Cup. Het leverde de TU Delft een 18e plaats op in een klassement van 29 universiteiten. Over kracht gesproken. Fietsen met een snelheid van pak ‘m beet 140 kilometer per uur. Dat is het streven van het Human Power Team, samengesteld uit studenten van de VU en de TU. Van 12 tot 17 september wil de equipe op een kaarsrechte weg in Nevada het wereldrecord terug veroveren voor mensaangedreven voertuigen. Die snelheid moet gehaald worden op een stuk over 200 meter, na een aanloop van acht kilometer. Onlangs probeerden ze hun Velox6 uit op een afgezet deel van de Prinses Beatrixlaan. Een geestige motoragent constateerde na de testrit dat de ingehuurde coureur Jan Bos, voormalig Olympische schaatser, met zijn behaalde snelheid van 59 kilometer zo op de bon geslingerd kon worden. Het wereldrecord staat op 139,4 kilometer per uur. Advies van Sportzaken? Om met de Raggende Manne te spreken: Trappe! Trappe! Trappe! Tips? Jimmy.tigges@hetnet.nl


Delta

WAT: Popronde Delft WAAR: 24 kroegen en podia in Delft WANNEER: Donderdag 22 september PRIJS: Gratis PARTYPROGNOSE

8,5

Ze draaien pas een weekje warm, als de pakweg 50 van de 137 bands die dit jaar meedoen aan reizend muziekfestival Popronde, op 22 september de Delftse podia bestormen. Gratis.

17

TU Delft

Popronde Delft Een kroegentocht is nog nooit zo leuk geweest. En nog nooit zoveel lopen trouwens, want om zoveel mogelijk optredens mee te pakken tijdens de Popronde, mag je hard rennen. Op het programma: Tim Dawn, Vreemde Vogels en Nachtschade. Zegt je misschien nog niet veel, maar dat is precies de kracht van het festival: het heeft de naam artiesten te spotten voordat ze landelijk doorbreken. Dotan bijvoorbeeld, en Kensington, Racoon, Rondé, Blaudzun en Chef’s Special. De Delftse editie voegt een leuk extraatje toe: bij Koornmarkt 113 kun je op een rondvaartboot stappen, voor akoestische optredens van De Dood (19.30 uur) en The Grand East (20.30 uur). Veertig steden doet het festival aan dit jaar, te beginnen met de traditionele aftrap in Nijmegen op 15 september. Daarmee blijft het sinds de eerste editie in 2002 groeien. “In de elf weken dat de Popronde plaatsvindt, zijn nu iedere donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag gevuld”, zegt Chris Moorman van de Popronde. “De periode breiden we niet uit, in Nederland groeien we niet verder. De volgende stap moet over de grens zijn.” Daarmee kon de selectiecommissie wat groter, naar

bijna honderd leden – allemaal afkomstig uit de Nederlandse muzieksector. Onder anderen Eva Koreman (3FM) en Peter ‘Perquisite’ Perquin (Buma/ Stemra), Phil Tilli (oud-gitarist Moke, Beatsurrender Music), Timo Pisart (3voor12) en Dennis van Leeuwen (ex-gitarist Kane) helpen de organisatie om de muziekkaravaan voor het komende jaar samen te stellen. “Uitbreiding van de commissie zorgt voor meer aanwas van bands”, denkt Mischa van den Ouweland, artistiek leider van het festival. “En dat betekent dat meer muziekprofessionals al in een vroeg stadium met talentvolle acts in aanraking komen.” Na Delft reist het festival nog naar onder andere Den Haag (15 oktober), Leiden (27 oktober) en Rotterdam (5 november), om op 26 november te eindigen met een groot slotfeest in de Amsterdamse Q-Factory. Mocht je het schema via je telefoon wat lastig te volgen vinden: alle informatie voor de Delftse editie vind je op de avond zelf bij de infostand bij de Koornbeurs. (JB) popronde.nl

Help! Ik krijg 15 eters! Als student kook je af en toe voor je huisgenoten of voor vrienden. Maar hoe vaak kook je nu echt uitgebreid om een avond lang te dineren? Wil jij een diner organiseren voor veel personen? Dan zijn dit mijn tips en tricks. Voorbereiding in de keuken is essentieel. In restauranttermen noemt men dit mise-en-place. Zonder een goede mise-enplace wordt het stressen en gaat het fout. Neem allereerst genoeg tijd voor inkopen en koop niet alles bij de supermarkt. Ga naar de markt en kijk wat er allemaal bij de Turkse winkels verkocht wordt. Je bespaart geld en vaak vind je etenswaren die van betere kwaliteit zijn. Heb je alles in huis, begin dan met het maken van de mise-enplace. Deze lijst bevat alles wat voorbereid kan worden in volgorde van bereidingstijd en wachttijd. Probeer deze lijst af te werken voordat je gasten komen, zodat je, zodra iedereen er is, er zelf ook bij kan gaan zitten en van de avond kunt genieten. Het laatste dat aandacht vereist is de opmaak van de borden. Door het eten in de keuken te dresseren krijg je sneller een wow-effect dan wanneer je

alles in schalen op tafel zet. Voor het dresseren van koude gerechten heb je alle tijd en kan het uit veel onderdelen bestaan. Zorg ervoor dat je warme gerechten zo simpel mogelijk zijn en schakel hulp in. Om je gerecht ook daadwerkelijk warm voor te schotelen kun je het beste werken met een stapel hete borden. Zet de borden een half uur van tevoren in een oven van 80 graden en werk met zijn drieën. Het eten wordt door twee op het bovenste bord van de stapel gelegd en de derde serveert het uit. Timing is vaak een struikelblok maar dat is een kwestie van oefening. Zo wordt ook voor jou een dinertje geven een peulenschil. Maurice van Bussel (23) is vierdejaars student Industrieel Ontwerpen en werkt bij sterrenrestaurant Niven in Rijswijk.



Tekst: Jos Wassink Foto's: Sam Rentmeester Illustraties: Lucas Rozenboom

Delta

19

TU Delft

DE ROBOT ALS

VERLENGSTUK

Als je ziet hoe langzaam ze werken, lijkt het niet erg waarschijnlijk dat robots het werk van thuiszorghulp zullen overnemen. Wat wordt dan wel de taak van de thuisrobot?

O

ntwikkelaars van zorgrobots schermen graag met de demografische tijdbom. “In 2025, en dat is al heel snel, zijn er vier keer meer tachtigjarigen dan nu”, zegt een van de VU-onderzoekers in de documentaire ‘Ik ben Alice’. Het zijn de babyboomers, de generatie van net na de Tweede Wereldoorlog, die een piek in de bejaardenzorg veroorzaken. Het is de ramp die je wist dat zou komen. De zorgvraag zal toenemen, maar vier keer meer capaciteit dan nu zal er niet zijn, laat staan vier keer meer budget. Gelukkig komt de technologie te hulp. Tot voor kort draaiden robots vooral in fabrieken auto's in elkaar, en dat doen ze nog steeds met verbijsterende snelheid, kracht en precisie. Nu zijn er steeds meer initiatieven om robots tussen en met mensen te laten werken. Het project Factory in a Day van het TU Delft Robotics Institute is daar een goed voorbeeld van. Daar pakken robots dozen in en planten ze stekjes.

zich beperken tot een knuffel, een praatpop, een hulpmiddel of een rijdend communicatieplatform (zie kader Robots over de vloer).

JUNGLE

HULP VAN OPERATOR

Niettemin is de gemiddelde woonkamer een jungle voor een robot. Het helpt dat ouderen graag gelijkvloers wonen, maar elke drempel, kabel of stok over de vloer is voor een robot op kleine wieltjes al een gevaarlijk obstakel. De (stereo)camera's worden steeds beter, geholpen door geavanceerde software voor beeldherkenning, maar waar tussen al die troep nou de leesbril precies ligt, blijft lastig te ontdekken. Zeker als die in de koelkast gelegd is. En dan zijn er nog deurdrangers of nauwe doorgangetjes waar een robot makkelijk tussen beklemd raakt. In het beste geval heeft de robot één arm, maar probeer zelf maar eens een frisje in te schenken met één arm op de rug. Nee, er zijn nog best wat uitdagingen om een robot in huis iets te laten doen. Dat is waarschijnlijk ook de reden dat veel onderzoekers

Eenmaal aangekomen bij de tafel, neemt een van de ontwikkelaars de taak over. Hij kijkt via zijn laptop door de stereocamera op de robot en zoekt naar de pen. Hij manoeuvreert de robot zo dichtbij dat hij er met de robotarm bij kan. Dan komt de arm in beweging en daarmee een extra cameraatje dat boven de grijper is gemonteerd. Zo kan de operator goed zien wat hij pakt. Met de tong tussen de lippen beweegt hij behoedzaam de robothand naar de pen en sluit die er voorzichtig omheen. Hoera, gelukt. Met de pen bungelend tussen de uiteinden van de grijper komt Rose teruggereden. Demonstratie geslaagd, we zijn tien minuten verder en het was bloedspannend om te zien. Rose 2.0 is de voortzetting van de op de TU Eindhoven ontwikkelde ‘op afstand bestuur-

IPAD OP WIELEN De Delftse onderzoekers die in het Science Centre aan robot Rose 2.0 werken noemen een communicatieplatform ietwat denigrerend ‘een iPad op wielen’. Zij weten hoe lastig het is om een robot de handen uit de mouwen te laten steken. De demonstratie begint veelbelovend. Rose zal even de pen ophalen die ik aan de andere kant van de zaal vergeten ben. Met een schokje komt ze in beweging, draait de juiste richting op en rolt zelfstandig om de lage kast heen en langs de lange tafel. Rose heeft een plattegrond van de ruimte in haar geheugen, legt projectleider zorgrobotica ir. Jeroen Wildenbeest uit, en ze scant de hele tijd de omgeving af om te zien waar op die kaart ze zich bevindt. Wanneer iemand voor haar langsloopt ‘ziet’ ze dat ook en wacht ze tot de weg vrij is.

Sociaal gerontologe en verpleegkundige drs. Erica van de Veerdonk doet promotieonderzoek naar robotica in de zorg: “Een huishoudelijke hulp komt maar veertig minuten per week.”

bare robot voor thuiszorgtoepassingen’ Rose. Ir. Cock Heemskerk, TU-alumnus en directeur van Heemskerk Innovative Technologies (HIT), nam een jaar geleden de robot, het onderzoek en een deel van de staf over. Heemskerk zegt bruggen te willen slaan tussen wetenschap en industrie. Hij wil complexe technologie laten werken. Met dat doel werken TU-afstudeerders en promovendi in een gehuurde ruimte aan de Mijnbouwstraat aan verbeteringen van de robot. Als verschillen met de vorige versie noemen ze de smallere basis, zeg maar het karretje waar alles op gemonteerd is. Dat is op verzoek van gebruikers die de vorige te fors vonden. Verder heeft de robot een grotere en krachtigere arm gekregen die, dankzij een ingebouwde lift, tot aan de grond komt. Ook dat is op verzoek uit de praktijk.

Lees verder op pagina 20


20 De belangrijkste link met de praktijk is sociaal gerontologe en verpleegkundige drs. Erica van de Veerdonk. Ze doet promotieonderzoek naar robotica in de zorg aan de Universiteit Tilburg, en heeft meer dan dertig jaar ervaring in de ouderenzorg. Zij coördineert de praktijktests, zelf noemt ze het ‘proeftuinen’, met zowel ouderen als met jongere lichamelijk gehandicapten.

TIJD VOOR DE WAS Van de Veerdonk weet dat mensen liefst zo lang mogelijk zelfstandig willen zijn, en dat ze liever afhankelijk zijn van een robot dan van een ander mens. In de proeftuinen kwam een lijst tot stand met wat ouderen en gehandicapten van een robot zouden verlangen. Die lijst (zie kader Takenlijst) bepaalt de koers van de ontwikkeling van Rose 2.0. “Een huishoudelijke hulp komt maar veertig

ROBOTS OVER DE VLOER Paro is een therapeutische knuffelrobot, ontwikkeld door Takanori Shibata op basis van een babyzeehond. Het dier, sinds 2004 op de markt, kan praktisch niks, maar is onweerstaanbaar schattig. GiraffPlus is een ‘iPad op wielen’ dat samen met een heel netwerk van sensors in huis ouderen in staat stelt langer thuis te wonen. Het is een Europees project met medewerking uit Örebrö (Zweden) en Rome.

Delta

TU Delft

minuten per week” vertelt Van de Veerdonk. “Tijd om de was uit de machine te halen is er niet. Als er niemand komt, ligt het er de volgende week nog in.” Was uit de machine halen is dus een punt op de lijst. Daarvoor is de robot overigens nog niet krachtig genoeg en hij komt ook nog niet achterin de trommel. Ook het dekbed openslaan is lastig. En het inschenken en rondrijden met hete koffie of thee is nog te riskant voor de kwetsbare robotarm.

ZELF DOEN Boodschappen uitruimen kost een huishoudelijke hulp één minuut. De robot doet er, via de afstandsbediening, twintig minuten over. Is dat erg? Volgens Van de Veerdonk niet. “Het is rustgevend om naar te kijken”, grapt ze. Wat belangrijker is: mensen kunnen het zélf doen, en dat is wat ze willen. Het maakt ze min-

‘Mensen kunnen het zelf doen, en dat is wat ze willen. Het maakt ze minder afhankelijk van anderen’

Psychologen van de VU ontwikkelden Alice, een pratende pop die mensen weet te boeien en te activeren ondanks dat ze zelf op de bank blijft zitten. De documentaire ‘Ik ben Alice’ is nog te zien op npo.nl Robot Care Systems uit Den Haag ontwikkelt Lea. Het wordt een kruising tussen een intelligente elektrische rollator en een rollende iPad. TU Delft presenteerde in 2012 de thuiszorgrobot Eva, het resultaat van een minor robotics van zes studenten. Eva kon pakken, rijden en brengen. Bijvoorbeeld koffie. In hetzelfde jaar presenteerde de TU Eindhoven robot Rose, een op afstand bestuurbare robot voor thuis. De ontwikkeling stopte in de zomer. TU Eindhoven werkt nu vanuit de Robocup groep aan de tweearmige Amigo voor ondersteunend huishoudelijk werk.

TAKENLIJST

Wat verwachten gebruikers van een hulprobot?

• koffie, thee, borrel verzorgen • lamp uitdoen, gordijnen openen en sluiten • wasmachine en droger vullen en leeghalen • dekbed openslaan, iemand toedekken • toezicht houden (meekijken) • afstandsbediening, bril of telefoon zoeken • bellen en skypen met kinderen • begeleiden naar toilet • het dagelijkse afval uit huis halen • ontbijttafel dekken

der afhankelijk van anderen. “Het voelt als een verlengstuk van mezelf”, reageerde iemand tijdens een praktijktest. Naast materiële meerwaarde (is het goedkoper of sneller) zijn er namelijk ook immateriële meerwaarden, vertelt ze. Dat zijn onafhankelijkheid, (stimuleren tot) beweging, (bevorderen van) sociaal contact en veiligheidsgevoel. Het zijn vooral die immateriële kwaliteiten die gebruikers aanspreken, en die de robot hen biedt. Over zeven jaar moet robot Rose voor zevenduizend euro te koop zijn. Dat is het streven. De babyboomers moeten maar vast gaan sparen, want ook financieel moeten ouderen zo lang mogelijk zelfredzaam blijven. <<


t

el

wi

j elt

in e is

t u ss e

n a c h te r h a a l d

.

Di

ds

pp

g.

ta n

g ko

He

tt

e

A fs

d

t k r a c h t te r u

in

be

ie n

me in g

‘Waar tussen al die troep de leesbril nou precies ligt, blijft lastig te ontdekken’ am

rk we

t a an

e en b ete re

gri

jpe

r.


22

Delta

Tekst: Tomas van Dijk Illustratie: Auke Herrema

TU Delft

Dit gebeurt komend jaar in Delft Les krijgen in een vliegtuigromp, wonen in een openlucht laboratorium en je gft-afval omzetten in drinkwater. Binnenkort allemaal op de TU.

MILIEUMASTER

NIEUW INSTITUUT

VLIEGTUIG BIJ IO

Wil je drinkwater filteren, bioplastics maken van afvalwater of waterreservoirs op aarde monitoren met satellieten? De faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen start dit jaar met de nieuwe masteropleiding environmental engineering om in te spelen op de toenemende urbanisatie op aarde en klimaatverandering. Vanwege deze ontwikkelingen moeten we efficiënter omgaan met energie, water en andere natuurlijke hulpbronnen. Nieuw bij CiTG is ook de oprichting van het Ruisdael Observatorium, vernoemd naar de 17eeeuwse schilder Jacob Ruisdael. Anders dan de naam doet vermoeden, bestaat dit observatorium niet uit een gebouw van waaruit wetenschappers de hemel bestuderen, maar uit een netwerk van meetstations verspreid over het land. Met het Ruisdael Observatorium hoopt initiatiefnemer hoogleraar atmospheric remote sensing, prof.dr.ir. Herman Russchenberg, nauwkeuriger weersvoorspellingen te kunnen doen. Dit kan door kleinschalige fenomenen te meten. Russchenberg wil de komende jaren bestaande meetnetwerken van instellingen als het KNMI en RIVM met elkaar verbinden. Ook wil hij gebruikmaken van de gegevens uit weerstation die mensen in hun tuin hebben staan.

De TU krijgt er begin 2017 een nieuw instituut bij; het Institute for Computational Science and Engineering (DCSE). Hier draait alles om numeriek modelleren en simuleren. De toepassingsgebieden lopen door alle vakgebieden van de TU heen, van het berekenen van de aerodynamica van een nieuw vliegtuigontwerp tot aan het modelleren van het menselijk immuunsysteem. Het instituut is een samenwerkingsverband van zes Delftse faculteiten: EWI, CiTG, TNW, 3mE, LR en TBM.

De faculteit Industrieel Ontwerpen (IO) krijgt een vliegtuigromp. Mogelijk komt deze maand nog achter het faculteitsgebouw een stuk Boeing 737-300 van Norwegian Air met circa honderd stoelen. Prof. dr. Peter Vink, van de afdeling applied ergonomics and design, wil ermee uitzoeken hoe je passagiers sneller kunt laten plaatsnemen in het toestel. Hij tovert het vliegtuig om in een laboratorium voor promovendi en studenten van de master advanced concept design. Het efficiënt opbergen van de handbagage is cruciaal bij het boarden. Als mensen niet snel een plekje in de bagagecompartimenten vinden, ontstaan er rijen in het gangpad en blijft het toestel te lang aan de grond. “We hebben ideeën over hoe we het boarden kunnen versnellen”, vertelt Vink. “We kunnen het formaat en de geometrie van handbagage voor het boarden bepalen en mensen instrueren waar ze hun spullen moeten plaatsen.” Een ander idee is om passagiers met een plek aan de raamkant als eerste te laten instappen. Dit klinkt simpeler dan het is. Je moet rekening houden met groepen die tegelijkertijd willen boarden. En met frequent flyers die altijd voorrang hebben. Een wiskundige heeft zich een halfjaar lang het hoofd gebroken op de optimale instapformule. Het onderzoek maakt deel uit van het door de TU geleidde EU project Passme, waar ook KLM, Transavia en Schiphol aan deelnemen. Waarschijnlijk krijgen IO-studenten ook les in het toestel. “Maar geen eerstejaars”, laat Vink weten.

VERJAARDAG 175 jaar. Zo lang bestaat de TU op 13 januari 2017. Het programma van de dies natalis is nog niet rond, maar het thema is al bekend: Technology for Life. Studenten van studievereniging Het Gezelschap Practische Studie, van de faculteit CiTG, nemen het thema heel letterlijk. Ze maken anderhalve meter hoge cijfers – 1, 7 en 5 – van een beton waar bloemetjes uit groeien. Behalve dit speciaal in Delft ontwikkelde bloemetjesbeton gebruiken ze wellicht ook zelf-herstellend beton, een materiaal dat dankzij bacteriën heelt als er scheurtjes in komen. De cijfers komen voor de aula te staan, vlakbij het lustrumpaviljoen dat bouwkunde-studenten in elkaar gaan zetten.

Wil je wonen in The Green Village, dan ben je wel 24 uur per dag, 7 dagen per week proefkonijn


“Daar zouden we een A380 voor moeten hebben, want dat zijn er honderden.” Bij IO vinden dit jaar nog veel meer veranderingen plaats. Tussen IO en 3mE verschijnt in de loop van dit academisch jaar het gebouw Pulse, bedoeld voor interdisciplinair onderwijs. Aan het plein komt ook een fietsparkeergarage annex koffiebar en een kantoorgebouw voor docenten; het ‘learning lab’. In september 2017 moet alles af zijn.

ROBOTBOOTJES Studenten en medewerkers moeten niet raar opkijken als ze dit jaar bootjes in het gelid door de vijver voor 3mE zien varen. Zelfstandig varende robotboten hebben de toekomst, aldus dr. Rudy Negenborn en ir. Klaas Visser van de afdeling maritime & transport technology (3mE). Gedurende het jaar laten ze drie à vijf transport-robotbootjes van 30 à 60 centimeter lang de vijver verkennen. De bootjes moeten complexe manoeuvres uitvoeren. In formatie onder de brug door varen bijvoorbeeld, inhalen, kruisen en allerlei situaties uit havengebieden nabootsen. En dat alles zonder te botsen. “Tegen 2020 willen we tien of misschien zelfs twintig boten rond laten varen”, zegt Negenborn. In de toekomst is er geen personeel meer aan boord van transportschepen. De onderzoekers houden daar rekening mee in hun scheepsontwerpen.

GROENE KAMERS TE HUUR Wie een kamer zoekt, kan aankloppen bij the Green Village op de TU-campus. Op het terrein van dit openluchtlaboratorium voor groene energie en sys-

teeminnovaties verschijnen studentenwoningen. Het zijn vierkante houten studio’s. Ze komen naast het ultrazuinige Prêt-à-Loger huis. Deze maand wordt de eerste woning opgeleverd. De huizen worden voorzien van technische snufjes, zoals warmtewisselaar in de doucheput waardoor je restwarmte uit het water herwint en gelijkstroom-stopcontacten. Wil je hier wonen, dan ben je wel 24 uur per dag, zeven dagen in de week proefkonijn voor onderzoeken naar duurzaam wonen. In the Green Village experimenteert men ook volop met nieuwe materialen. Zo komt er een brug naar het dorp dat geheel van glas is.

LAB MET MICROSCOPEN De TU krijgt een nieuw laboratorium; het Van Leeuwenhoek Laboratory for Advanced Imaging Research (VLLAIR), geleid door hoogleraar deeltjesoptica prof.dr.ir. Pieter Kruit (TNW). Formeel bestond dit laboratorium voor microscopen en andere afbeeldingsinstrumenten al, maar het was versnipperd over de faculteitsgebouwen. Doordat de afdelingen biotechnology, chemical engineering en bionanoscience zijn verhuisd naar de nieuwbouw aan de Kluyverweg is er in het oude TNW-hoofdgebouw ruimte ontstaan voor dit hightech-microscopielab.

ZELF EXPERIMENTEN DOEN Dat je in het TU Delft Science Centre vrijwel alles mag aanraken, er mag spelen en knutselen, was al bekend. Maar nu gaat het interactieve Delftse museum voor techniek een stap verder. Dit najaar

opent het vier laboratoria waar bezoekers hun eigen experimenten kunnen uitvoeren, zij aan zij met Delftse wetenschappers. Zo komt er een biovergister waar je als bezoeker je gft-afval kunt omzetten in drinkwater en methaan. In een kamer met een triltafel ontdek je of je zelfgemaakte constructies bestand zijn tegen aardbevingen. De aerodynamica van voorwerpen kun je testen in een kleine windtunnel. En als je proefkonijn wilt zijn, ben je welkom in het Senselab. Onderzoekers van Bouwkunde doen daar onderzoek naar de beleving van binnenklimaten, zoals lichtintensiteit, geluid en ventilatie. Dit laatste lab opent in januari 2017. Daarnaast wordt de historische werkkamer van microbioloog Martinus Willem Beijerinck in ere hersteld. Het Beijerinck/Kluyver-archief bestaande uit preparaten, glasnegatieven en bijzondere boeken, worden daarmee toegankelijk voor het publiek. De opening is op 16 maart 2017, Beijerincks 166ste verjaardag. <<


ADV_SunTestSystems_v1_Opmaak 1 31-08-16 14:56 Pagina 1

Durf jij als

JUNIOR SOFTWARE ENGINEER C++

de uitdaging aan om te werken aan onze testapparatuur voor de veeleisende luchtvaart- en automotive markt?

Dan moet je echt verder lezen! Met vijf directe collega’s werk je in teamverband aan de software van de besturingssystemen van onze testapparatuur. Sun Test Systems zoekt een collega met: - Een HBO/WO opleiding in Electrotechniek, Technische Informatica of soortgelijk - Affiniteit met operator interfaces en machine controls - Kennis van C++ en methodische software ontwikkeling - Kennis van Windows Embedded - Een klantgerichte, communicatieve en analytische instelling - Initiatief, drive en ambitie - Bereid is om af en toe ook te werken aan onze projecten in het buitenland

Sun Test Systems biedt je: - Een uitdagende functie met veel technische diepgang, vrijheid en ruimte voor persoonlijk initiatief - Veel mogelijkheden om je talenten verder te ontwikkelen en uitstekende studiefaciliteiten - Een sterk productenportfolio met een groot potentieel in de internationale luchtvaarten automotive markt - Een professionele werkomgeving - Uitstekende arbeidsvoorwaarden en een mooie werkplek in een nieuw pand in Weesp

Ben je geïnteresseerd? Solliciteer via email: HR@suntestsystems.nl. Voor meer informatie: stuur even een email, dan neemt Martin Kolvoort, manager Engineering contact met je op. Over Sun Test Systems: Hoogwaardige techniek en innovatieve oplossingen. Dat is waar onze 70 professionals dag in dag uit mee bezig zijn. Wij ontwerpen, ontwikkelen, verkopen en onderhouden geavanceerde testapparatuur voor de vliegtuig- en automotive industrie. Onze klanten bevinden zich over de hele wereld.

SUDOKU VARIATION Solution Delta Sudoku 18

Delta Magazine

© 2015 www.sudoku-variations.com

In a regular Sudoku, every row, column and block of 3 x 3 cells must contain the digits 1 through 9 exactly once. In this CalculoDoku, there are fifteen more items to solve. These are the fifteen groups of three cells, marked A through O, and marked in pink,

blue and grey. (Grey cells are the common cells of two groups.) Each group holds a number of three different digits, divisible by 9. No group holds the same number. If you like to receive a possible partly solution of this puzzle in Dutch please send an email to folkert@su-

doku-variations.com, with the number of the puzzle you want.

Lees ’m online

If you love to solve more of these challenging Sudoku variations please visit www.sudoku-variations.com.

delta.tudelft.nl


Delta

Ga dan fietsen

In de serie De starter vertellen starters over hun leermomenten, verkeerde inschattingen en fouten.

Bijbaan op de groei Oppas Madelief mag zich rekenen tot één van de grootste oppascentrales van Nederland. Hoe een babysitbaantje naast het vwo kan leiden tot een landelijke organisatie onder leiding van een industrieel ontwerper.

Z

e hing gewoon wat briefjes op in de lokale supermarkt en op basisscholen. ‘Middelbare scholier zoekt oppaskinderen.’ Ze maakte er zelfs een website bij met online agenda, nothing fancy, maar de reacties stroomden binnen. Het was 2010, Lyla Kok en haar tweelingzus Jasmijn (oud-Bouwkunde) waren 17, en voor ze het goed en wel beseften, stonden ze aan het hoofd van een bloeiend oppasbureau. Met vriendinnen die hielpen babysitten omdat ze de vraag met zijn tweeën niet meer aankonden, en een spaarrekening die langzaam maar zeker volliep met startkapitaal voor later. En ze moesten nog beginnen met hun studies. Begin dit jaar studeerden de zussen – nu 24 – af. In de voetsporen van hun ouders, die ook industrieel ontwerpen en bouwkunde studeerden aan de TU. Jasmijn werkt inmiddels als architect in Rotterdam, en neemt daarnaast de marketing en financiële kant van Oppas Madelief voor haar rekening. Lyla neemt het onderhoud van de website, design en de communicatie met de vestigingen grotendeels op zich – al heeft ook zij sinds kort baan als industrieel ontwerper. “Voor 36 uur, zo is het goed te combineren.”

De stand van zaken: hun oppasbureau is een franchiseorganisatie met vestigingen in negen steden. Ouders kopen een maandabonnement om verzekerd te zijn van beschikbare oppas, en betalen daar bovenop een uurtarief aan de oppas zelf. Kok: “Binnenkort beginnen we met automatische incasso’s van abonnementen, zodat mensen niet actief hoeven verlengen, maar wel actief moeten opzeggen.” Sinds 2012 kunnen ze ervan leven. Eruit stappen is dan ook geen optie: Kok beschouwt haar onderneming als haar kind. “Met het juiste personeel, runnen de vestigingsleiders – meestal studenten – hun zaak zelf, en hebben Jasmijn en ik tijd om ons bezig te houden met de strategie.” Natuurlijk hebben Kok en haar zus veel te danken aan geluk. “Maar het schrijven van een businessplan en het bouwen van een goede interface zijn wel trucjes die we opstaken tijdens onze studies en het honors programma.” Ze lacht: “En verder hebben we gewoon heel veel gegoogeld.” Haar grootste les: durf te investeren. “Hoe meer geld we in onze onderneming stopten, grotendeels op het gebied van promotie, hoe meer eruit kwam. Dat durfden we pas toen we in 2012 een programmeur inhuurden om een echt goede website voor ons te bouwen, maar dat heeft zich dubbel en dwars terugbetaald. En houd contact met je klanten: ik doe alles telefonisch. Zo weet ik echt wat ze willen en kunnen we het product leveren waar Jasmijn en ik ooit mee zijn begonnen.”

A willing suspension of disbelief. Het is niet dat ik het niet wíl begrijpen en enorm veel respect voor de mensen die iets dergelijks proberen te ontwikkelen, maar ik kan echt niks met autonome auto’s. Autorijden is voor mijzelf een ontspannende bezigheid. Het vergt precies genoeg aandacht om me af te leiden van mijn gedachten en is ideaal om ondertussen van goede muziek te genieten. Als je gewoon wilt zitten, blijf dan thuis. Als je niet wil autorijden, ga dan carpoolen. Ooit van openbaar vervoer gehoord? Ik begrijp dat het mogelijk is om met een berg sensoren, computers en regeltechniek een autonoom voertuig op de weg te plaatsen, maar ik betwijfel de toepasbaarheid in de echte wereld. Zelfs de meest intelligente regelsystemen zijn in essentie blokschema’s die inputs verwerken. De parameters en interpretatie van de signalen worden nog altijd opgesteld door de programmeerders. Amsterdams verkeer bijvoorbeeld is krapjes en onvoorspelbaar. Ik zie absoluut niet voor me dat zo’n rijdend schap gopro’s zich daar veilig tussen het verkeer kan mengen, laat staan dat je zoiets loslaat in een stad als Mumbai. Zelfs in een relatief overzichtelijke habitat als een snelweg zal niet gegarandeerd kunnen worden dat een dergelijk voertuig (en dus de ontwikkelaar) de verantwoording voor jouw welzijn op zich kan nemen. Met gevolg dat fabrikanten altijd zullen adviseren de aandacht bij het verkeer te houden en de overheid zal bestraffen waar dit niet het geval is. Wat is dan in ‘s hemelsnaam nog het punt? Met ‘active cruisecontrol’, ‘lane assist’ en andere bemoeizieke computergrollen is snelweg rijden al aardig slaapverwekkend en het wordt vast veiliger op de weg als rijden nóg minder input vergt; kennen we het begrip polderblindheid nog? Ontwikkelingen als antiblokkeersystemen en stabiliteitscontrole hebben enorme sprongen in de verkeersveiligheid betekend, maar deze systemen hebben een ondersteunende functie bij het rijgedrag. Zo moeilijk is sturen toch niet? Ik begrijp dat autorijden veiliger zou kunnen worden als de computer opvangt waar onze rijkunsten eindigen, maar worden we nou echt veiliger als alle connectie tussen bestuurder en wegdek wordt weggenomen?

oppasmadelief.nl Boudewijn de Roode is bachelorstudent werktuigbouwkunde.

COLUMNBOUDEWIJNDEROODE

Foto: Marcel Krijger

DE STARTER

25

TU Delft


26

TU Delft

NI E

UW !

Delta

Roeien

Fonds Gehandicaptensport, Aegon en de KNRB staan als één team achter de sporters met een handicap

EEN BIJBAAN WAARIN JE WERKT AAN JE LEIDERSCHAPSKWALITEITEN?

dé studentensport, ook als je een beperking hebt! www.knrb.nl

Voor alle roeiers, top- en breedtesporters, zetten wij ons samen in. Met één doel: zorgen dat gehandicaptensport op een dag vanzelfsprekend is.

Nederlandse

Hoofdsponsor

Studenten

Als één team achter de sporters met een handicap

Roei Federatie

FGS_AD_roeien_A4_2.indd 1

WERKSTUDENT BIJ DEFENSIE

Voor advertenties bel met:

WAT HOUDT HET IN? Als werkstudent heb je een bijbaan van een aantal uur per week bij Defensie, waar je opdrachten uitvoert die passen bij jouw studierichting en interesses. Met je werk draag je bij aan vrede en veiligheid in Nederland en daarbuiten. Jij leert de bijzondere wereld van Defensie beter kennen en traint je leiderschapsvaardigheden, wij proteren van jouw frisse blik en actuele kennis op een speciek vakgebied. Win-win dus!

WAT HEB IK ERAAN? • Je ontvangt uiteraard een passend salaris. • Je krijgt goede begeleiding en kunt proteren van ervaren militairen met zeer specialistische kennis op jouw vakgebied. • Je kunt vakken volgen aan de Nederlandse Defensie Academie (NLDA).

T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80 E delta@henjuitgevers.nl

• Je mag deelnemen aan masterclasses over leiderschap, doorzettingsvermogen en teamwork. • Je doet relevante werkervaring op binnen een unieke organisatie. • Je draagt als militair al tijdens je studie bij aan vrede en veiligheid.

OKÉ, VERTEL ME MEER!

H & J Uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJssel

Dat doen we graag. Kijk voor meer informatie en hoe je kunt solliciteren op werkenbijdefensie.nl/werkstudent.

Neem contact op met Hennie de Ruyter of Mireille van Ginkel voor nadere informatie.

23-01-15 17:20


Delta

DESGEVRAAGD

Stelling

Astronomen zijn door het dolle heen: buitenaards leven bevindt zich misschien op slechts 4,2 lichtjaar afstand, schreef het wetenschappelijk tijdschrift Nature op 24 augustus. Gevoel voor dramatiek kan planeetjager Guillem Anglada-Escudé niet ontzegd worden. “De zoektocht naar buitenaards leven begint nu”, zei de onderzoeker van de Queen Mary University of London in de Nature-uitgave van 24 augustus. De reden voor deze gedurfde uitspraak: de ontdekking door Anglada-Escudé en zijn teamgenoten van een aardachtige planeet rond de ster die het dichtst bij ons zonnestelsel staat, Proxima Centauri. Deze planeet, Proxima b, bevindt zich slechts 4,2 lichtjaar van ons vandaan. Een kosmische steenworp afstand. En de ingrediënten voor leven, waaronder vloeibaar water en een gunstige atmosfeer, zouden zomaar aanwezig kunnen zijn. Planeetonderzoekster dr. Daphne Stam, van de sectie astrodynamics & space missions (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek), noemt de ontdekking desgevraagd ‘heel bijzonder’. Vooral omdat de planeet zo dichtbij is en toch heel moeilijk te spotten was. “De meeste exoplaneten – planeten buiten ons zonnestelsel – die we tot nu toe hebben ontdekt, konden we vinden dankzij de regelmatige flikkering van het licht van hun ster.

Telkens wanneer zo’n planeet voor zijn ster langsgaat – en ons zichtveld op de ster doorkruist - zien we de ster net iets minder fel schijnen. De ontdekking van planeet Proxima b was nog lastiger omdat deze planeet ons

De kans dat er leven op de planeet is, acht Daphne Stam klein zichtveld op de ster Proxima Centauri niet doorkruist. We zien de ster dus niet flikkeren. Wat gemeten is, is dat de ster een heel klein beetje wiebelt door de aantrekkingskracht die de eromheen draaiende planeet op hem uitoefent.” Tot zover het halleluja. De kans dat er leven op de planeet is, acht Stam klein. Proxima Centauri is een erg actieve rode dwergster. Dat betekent dat hij levensgevaarlijke geladen

27

TU Delft

deeltjes uitspuwt. En Proxima b, die dicht bij zijn ster staat, krijgt regelmatig de volle laag. Een magneetveld, zoals we dat rond de aarde hebben, zou de planeet nog kunnen beschermen tegen deze deeltjes. Maar Stam gaat er niet vanuit dat er een veld is dat sterk genoeg is. “Proxima b draait namelijk niet erg snel om zijn eigen as. Dat betekent dat er waarschijnlijk geen ronddraaiend en wervelend vloeibaar ijzer in de kern zit, zoals in de aarde, dat als een dynamo een magneetveld opwekt.” Toch onderschrijft Stam dat er spannende tijden aanbreken. Proxima b is ontdekt met een telescoop van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO) in Chili. Momenteel bouwt ESO aan de European Extremely Large Telescope (E-ELT) in Chili. Daarmee moeten we de planeet rechtstreeks kunnen waarnemen.” En dan is er ook nog het verhaal van Yuri Milner, een Russische miljardair, die samen met de beroemde natuurkundige Stephen Hawking en Facebookoprichter Mark Zuckerberg van plan is minuscule ruimtesondes naar Proxima b te sturen. Die sondes worden met zeilen uitgerust en door krachtige lasers vanaf de aarde met een vijfde van de lichtsnelheid naar hun doel geduwd, dat ze dan na twintig jaar zouden bereiken. (TvD)

‘Het rendement op de investering in een airco voor in het lab kan niet overschat worden.’ NICK VAN DE BERG biomedisch ingenieur Uit proefschrift: ‘Needle Steering Mechanics and design cases’ “Een prettige en gezonde werkomgeving werkt prestatiebevorderend. Gelukkig heb ik tijdens mijn promotietijd bij de afdeling biomechanical engineering samen mogen werken met waanzinnig leuke collega’s. Het Misitlab (Minimally invasive surgery and interventional techniques) is een broeikas van inspiratie, goede ideeën en initiatieven. Te midden van het faculteitsgebouw, is deze ruimte helaas ook in letterlijke zin een broeikas. Volgens mijn stelling zal de investering in een goed klimaatbeheersysteem zichzelf terugbetalen door een toename in het concentratievermogen, de algehele fitheid en de productiviteit van het personeel. Onlangs heb ik vernomen dat onze lobby gehoor heeft gekregen. Hopelijk kan ik tijdens de officiële verdediging van deze stelling meer heuglijk nieuws delen.” (TvD) Verdediging, 25 oktober


28

News

Text: Heather Montague Illustration: Liesbeth van Dam

Doctoral Education Improving PhD competences model competences

English pages

Welcome back! This Delta is the first of our new monthly publications. Rather than every other week, you’ll find Delta once per month in your faculty. But, there is still plenty of content available online and you can follow us on Facebook, Twitter and Instagram for more!

‘We don’t want to change everything but we want to keep improving.’ The Graduate School simplified their competences model in order to make a coherent programme that supports PhD candidates in becoming highly skilled autonomous researchers.

O

ver the last year and a half the Graduate School (GS), together with Human Resources and the Career Centre, worked at taking the old model, with 14 competences, to a more simplified nine point model. The revised model groups the competences into three categories: research skills, discipline related skills and transferable skills. With the start of the GS there were many things that needed to be put into place. Now with four years behind them the team is working to improve things as they learn and this revised model is one example of that. “We felt a new model could be more clear and transparent in order to support their development,” said Maddy Peters, Doctoral Education Programme Manager. “The target was to ensure that PhD candidates would see the same competences in the DE Programme as in Human Resources and Career Development. We don’t want to change everything but we want to keep improving.” Completing a PhD is a challenging process that involves more than just research. Through its mandatory DE Skills Training Programme, the GS offers courses aimed at helping candidates get the most out of the PhD and preparing graduates for what comes after they finish. According to Peters,

Research Management

Scientific Knowledge

Academic Thinking Engineering & Design

Academic Attitude

Self Management & Autonomy

Effective Communication Working with others

Teaching, Supervising & Coaching

Doctoral Education competences model.

the general idea is to make a coherent programme that supports PhD candidates in becoming highly skilled autonomous researchers. A wide range of courses are offered and can be selected to cater to the specific personal and professional development needs of each candidate. The DE learning programme operates with a pool of about 50 trainers, both internal (some are professors) and external. “They have to understand the academic world and PhD candidates in order to be able to teach or train them,” said Peters. “The whole idea is that we want PhD candidates to take the lead in their own development, both scientifically as personally, so if someone doesn’t do that from the start the trainers have to be able to inspire them to turn around.”

‘The whole idea is that we want PhD candidates to take the lead in their own development’

The revised competence model coincides with the early-September launch of and online magazine by the GS. The website aims to inspire PhDs and their supervisors about personal development and preparing for the next step whether that be in or outside of academia. With regard to practical matters, the new competence model will be on the GS website, Blackboard and in the HR development cycle forms. DE course descriptions, requirements and guidelines will be migrating to Blackboard to make it easier for PhD candidates to find all the necessary information in one place. The GS will keep some information about DE on the website but it will be considerably minimised.


Delta

29

TU Delft

Fewer growing pains continue for international student housing Finding enough living spaces for TU Delft’s international students has long been a challenge.

T

he local rental market has caused plenty of headaches for Dutch students and staff over the years. It’s even more difficult to deal with when you’re coming from overseas and know next to nothing about the local rental market. As a result, efforts have been made in recent years to guarantee housing for international students. DUWO, the housing group tasked with organising accommodations for many of them, remains confident that it will be able to handle these requests for the coming year. “We’ve been preparing for some time, as we do every year,” said Michiel Ensink, a branch director for DUWO. “We do this by talking to the housing office at TU Delft on a regular basis and we target the specific needs of international students for the coming

academic year. Based on the applications that TU Delft has received for this coming year, we should be able to house every international student who wants to rent a room.” DUWO and other local housing organisations have struggled to find spaces for these students in years past. In December of 2014, several of them also reported problems with housing quality and high rental prices, especially at the Student Hotel in Den Haag. More recently, others have encountered difficulties like finding better accommodations from DUWO once their contracts conclude. “Initially, students who were beginning their year of studies in the summer of 2015 and were living in Rijswijk, Den Haag and Schiedam were given no choice of searching for houses themselves in Delft if they weren't satisfied with their chosen housing,” said Rajarshi Sinha, secretary of Delft International Student Society. “This was a huge problem for the students, as the distance from TU Delft to these cities can be quite overwhelming. It was, however,

eventually sorted out and this year they were given options for housing in the city without any hassles.” Sinha and other residents who live in the Student Pavilions Aan 't Verlaat, a former mental health care facility located in Delft, have also been contending with an ongoing rodent problem. “We’ve been dealing with this problem for a year now,” Sinha said. “We’ve written many emails and the landlords have tried to do different things but nothing is working out.” TU Delft’s student body expected to grow to 25,000 by 2022 and there are various projects and initiatives are in the works to add housing or replace outdated existing properties. “Several temporary housing complexes, 400 rooms in total, will be replaced by new/permanent facilities on the TU campus,” Ensink said. “Most important is the development of a new complex located along the Schemerhornstraat, which will house 332 international students.” (BH)

A greener way to drink coffee Do you like getting free coffee? What about protecting the environment? Now there’s a way that you can do both right here at TU Delft. Last spring, the Coffee-Star located in the Electrical Engineering, Mathematics and Computer Science (EWI) building began using Engreenment, a programme that encourages customers to enjoy their favourite drinks in reusable containers instead of disposable cups. After every tenth order they receive a free beverage of their choice. Engreenment was created by

two engineering students at TU Delft named Natalie Kretzschmar and Jeroen Buter in 2015. “I was always studying in the library and I liked to get coffee,” Kretzschmar said. “But it

TU Delft students and staff burn through an estimated five million disposable coffee cups every year really bothered me that there were only paper cups. It made me consider all of the trash I was producing so I started thinking about what I could do about it.” She began bringing her own reusable

mug to campus before she teamed up with Buter to brainstorm a programme that would encourage others to do the same. Buter designed a scanner capable of reading waterproof NFC stickers attached to reusable containers that can track customers’ orders while they work their way towards a free drink. They decided to call the programme Engreenment and contacted Coffee-Star about setting it up at one of their locations for a trial phase. Since its debut at the cafe in the EWI building it’s been a success. “We gave them 100 stickers,” Kretzschmar said. “And the last time we checked there were 30 left. Every time I was there people were bringing in their own mugs and that was nice to see.”

According to a recent report, TU Delft students and staff burn through an estimated five million disposable coffee cups every year. A recycling programme was recently introduced on campus but Engreenment offers a second alternative for those who would like to avoid disposable containers altogether. The programme is also being used at the Cafe Bar Trinkaus in Berlin and will soon launch at the Coffee-Star in the TU Delft library. Kretzschmar and Buter hope that Engreenment will be adopted by other cafes around Europe as well. “We want to get more places involved,” Kretzschmar said. “We have two more in Germany that are interested and we would like to see more cafes install it in the Netherlands too.” (BH)


30

Text: Caroline Vermeulen Photo: Marcel Krijger

DELFT SURVIVAL GUIDE Surviving street food Should you find yourself in need of a snack whilst out and about, there are a number of typically Dutch food items that any newcomer should try at least once. NIEUWE HARING This is the first young herring of the season suitable to eat, caught from around mid May to mid July. The first batch is celebrated each year in Scheveningen. It’s served raw with diced raw onions: dip the fish in the onions first, then hold it in the air by its tail, and eat headfirst. Or you could eat it in a bread roll, if you find that more palatable. At the fixed fish market in Delft they cost €2 each, or 6 for €10. At the Thursday market visit Simonis, who won first prize in 2016 for the best herring in the Netherlands in the famous Algemeen Dagblad (AD) taste test. “Without doubt the best herring of 2016,” said AD. The Dutch having been eating it for hundreds of years, and if that doesn’t sell it to you, rumour has it it’s a good hangover cure too.

KIBBELING Continuing the fishy theme, kibbeling is also a must try. It’s battered, deep fried nuggets of fish. Typically made from cod cheeks, kabeljauwwang became kibbeling over the years, but due to increasing prices other white fish is commonly used now, such as hake or pollock. It rarely states what sort of fish was used. Usually served with a mayonnaise–based tartar sau-

In The Netherlands herring is served raw with diced raw onions.

ce. At Simonis, 250g costs €3.50, or you can get 500g for €6.50.

STROOPWAFELS These are deliciously sweet treats. Two wafer–thin waffles sandwiched with caramel in the middle. Packages are sold everywhere from supermarkets to gift shops to the markets, and cost just a couple of euros. The markets are a great place to try them. At Delft’s Thursday market you can get an extra–large stroopwafel for €1.30, or a bag of kruimels (crumbs) for €0.50. They are best enjoyed with a hot drink: place the stroopwafel over the top of the cup like a lid, wait

Similar to kroketten are bitterballen, smaller bite-sized balls, commonly served in bars and cafes

until the caramel in the middle starts to melt, then consume when it’s nice and gooey.

ERWTENSOEP (SNERT) This thick pea soup often comes with sliced sausage in it and rye bread on the side topped with katenspek, bacon that has been cooked and then smoked. A good winter warmer.

KROKETTEN Also available from street vendors are kroketten, often served in a bread roll with mustard. These cylinder–shaped snacks are a meat–based ragout deep fried in breadcrumbs. Beef, veal or veggie versions are available. It’s best not to question exactly what they contain. Whilst this sounds dreadful, they actually don’t taste too bad at all, especially after a few drinks. A truly Dutch phenomenon is the automatic vending machine with a range of hot snacks behind closed glass doors: pop in a coin, open the

door of your choice, take out a warm kroket. Smullers at Delft train station offers snacks like this ‘from the wall’ with the motto ‘what you see is what you get’. Similar to kroketten are bitterballen, smaller bite–sized balls, commonly served in bars and cafes.

POFFERTJES Plates of bite–sized fluffy pancakes, made in special pans, and typically served with butter and icing sugar or syrup. Often found at cafes and, during the winter, at street stalls too.

LOEMPIA’S These are spring rolls, introduced here due to the colonial link with Indonesia, and sold by street vendors all over the country for around a euro each. There’s usually a meat and veggie variety, served with sweet and sour sauce. You can often buy them to take home and cook yourself too.


Delta

31

TU Delft

SCIENCE H2 racing car nearing completion Team Forze Delft unveiled its hydrogen electric racing car at the Gamma Racing Day on August 7, 2016. Team members are completing its assembly.

Forze VII is packed with electronics. (Photo: Jos Wassink)

all kinds of certifications required by racing organisations. This car is built to compete. Not against other battery-powered cars in the Formula-E but against petrol-powered gas guzzlers. Forze VII has been designed to race non-stop for 45 minutes on two tanks of hydrogen. Unlike its competitors, however, Forze VII will be silent and its only exhaust gas is lukewarm water vapour. The main power source is a 100 kW hydrogen fuel cell. The boost power from the Li-Ion super caps

adds another 200 kW for a few seconds. In all, the acceleration from 0 to 100 km/hour for the 1,100-kilogram car should take only four seconds. Team manager Rick Everaert told Delta the car had to be taken apart after a leakage occurred in a cooling system. The students are now re-assembling it in preparation for a test drive on the racing circuit of Zandvoort. (JW) delta.tudelft.nl/31985

Down into the great unknown The ocean floor, the last frontier of earth, will reveal itself thanks to swarms of robots talking to one another with acoustic pulses. Or so Delft researchers believe.

S

unken drums on the seafloor leaking chemicals, shipwrecks and containers dropped from a ship. A team of Portuguese scientists – or more specifically, their robots - had little difficulty locating these objects during recent experiments in the harbour of Porto. The robots formed an effective search team thanks amongst others to algorithms developed by Dr. Hamid

More news on delta.tudelft.nl/science

Wolk safely

T

wo grey boxes were the centre of attention of the Dreamhall workspace. These boxes contain super-fast batteries that behave like something between supercapacitors and Li-Ion batteries. They can store or deliver braking energy for 5-10 seconds. Red LEDs on the front indicate that the car is switched on. With 600 volt DC for the engines, this means that the whole car is a no-go zone for the uninitiated. One of the students proudly lists some of the features of the electronics aboard: 72 print boards, over 30,000 components, more than 500 sensors, 600 metres of electric cable and 22 electric engines. The Forze VII is built on an existing racing chassis, which comes with

SHORT

Ramezani, who defended his PhD research about underwater acoustic localization this summer at the EWI faculty. Ramezani and his supervisor, Professor Geert Leus, took part in Project Noptilus, led by the Centre for Research and Technology Thessaloniki (Greece). Noptilus is an acronym for autoNomous, self-learning, OPTImal and complete Underwater Systems. Exploration of the deep sea nowadays involves submarines with human pilots or robots that are either attached to a boat or need to surface regularly to transmit their discoveries. That makes the exploration a tedious task. And often unsuccessful. The ocean floor search for airplane MH370 has

been unsuccessful for months. There is a more efficient way, according to Ramezani. It involves autonomous robots. The three torpedo-shaped robots, or autonomous vehicles, which the Noptilusresearchers deployed, communicated with one another, and with a fixed station in the harbour, using acoustic pulses. Kind of like the sonar used by submarines. “The ultimate goal of Noptilus is to unleash swarms of robots that can communicate with one another and form vast underwater networks”, explained Ramezani. “Radio signal frequencies, used for instance in Wi-Fi, fade out in the water within a couple of meters. We, therefore, have to fall back on acoustics.” (TvD)

Entrepreneur Filippo van Hellenberg Hubar came up with an idea for an airbag called Wolk that would prevent injuries from falls. He developed prototypes with Dr. Heike Vallery at the 3mE Faculty. “It’s a little bit complicated,” Dr. Vallery said. “It’s very difficult to differentiate between bending down, sitting down and falling down.” The Wolk resembles a large belt and is worn around the waist. When the wearer falls, it activates a built-in airbag to prevent injury. delta.tudelft.nl/31966

Fraud indicator

The Impact Factor is so important for journals that some of them use tricks to inflate it. An indicator has been developed to spot such fraud. The principle behind the manipulation of impact factors is simple enough. One only needs to increase the number of citations to recent articles (less than two years old) in one’s journal. To that extent, editors may ask, or force, authors to add citations to their own periodical. delta.tudelft.nl/32031

Gas sensor

A miniaturised and mass-producible gas sensor is in development. It will allow household burners to adjust to changes in gas composition. A standard gas spectrometer in every house is not an option. Home equipment should be small, cheap and free of maintenance. Dr. Ayerden has developed the first step towards such a gas sensor based on optical absorption spectroscopy in her PhD research. The prototype sensor is as small as a stamp. Adding a light source and a detector would make the cell a little thicker but not bigger. delta.tudelft.nl/32011


28

30

Improving PhD Competences

Street food

MAIN

Contents International

SURVIVING

31

SCIENCE

H2 racing car nearing completion

WHAT'S HIDING IN DELFT Historisch Joris

T

he disturbing history of mental health treatment in the region is revealed at this museum. In the 19th century forced treatments were common; patients were forcibly placed in prolonged baths, straitjackets, beds and insulin induced comas. There’s a collection of objects used during this period on display. And they weren’t only for those considered mentally ill, but also for those who demonstrated aberrant behaviour. “It may seem like a horror show, but it’s all been used in the past,” said curator, Niek van Hamburg. Some items in the collection, such as two bite and spit masks, are quite unique. It’s a fascinating place where third class citizens were once treated.

“Historisch Joris aims to offer a safe haven for people that are or have been in need of mental healthcare by means of occupational therapy activities,” explained Van Hamburg. The museum opened in June 2015, and 22 people are currently engaged in running the tea rooms and gift shop on site, giving tours and helping organise the collection. The museum is situated in a listed building dating back to 1893, located within the grounds of psychiatric centre GGZ Delfland. The tour is recommended for hearing the grisly details and stories behind the exhibits.

Historisch Joris Sint Jorisweg 2a Visit by appointment or on the first Saturday of the month between 13:00 and 16:00, when a free tour is run at 14:00. Entry is €3 for students, or free with a CJP card. Tours can be arranged in Dutch or English on request. historischjoris.nl

Text: Caroline Vermeulen Photo: Marcel Krijger


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.