TU Delta

Page 1

DELTA. 10 18-03-2010

weekblad van de technische universiteit Delft

>03 Slecht nieuws

>06 Haiti

>08 Herman Koch

>10 Te koop

Een kwart van de studenten heeft deze maand een negatief preadvies gekregen. Dat betekent niet dat ze hun studie moeten staken, maar de faculteiten adviseren hen om langs een studieadviseur te gaan. “Studenten denken: ik ga het nog wel halen.”

Together with a team of young TU Delft architecture graduates, Alexander Vollebregt is giving Cordaid and the United Nations a helping hand in Haiti. “Will we make a difference? I don’t know. But it can’t get much worse.”

Gastschrijver Herman Koch hoopt op wereldbestormende ideeën, op zijn uitvinderspodium is elke student welkom. Over steeds krachtigere hoofdpersonages, flirten met de onderwereld en de Kid A-reflex. “Het is leuk om mensen voor de gek te houden.”

Als wetenschapper heb je het niet makkelijk: je moet excellent onderzoek doen, inspirerend onderwijs geven en in vergaderingen verstandige dingen zeggen. Alsof dat nog niet genoeg is, moet je je excellente onderzoek ook nog aan de buitenwereld zien te verkopen. Vier manieren om je onderzoek aan de man te brengen.

01

>23 English Science Center Coming soon to the TU Delft campus: an educational yet entertaining centre showcasing all the best scientific and technological research the university has to offer. Science Centre Delft intends to ‘Wow’ its visitors through a combination of hard science and fun and games.

TUDELTA.10

Studenten legden dinsdag de laatste hand aan hun Energy Plant – een organisch vormgegeven windmolen in de vijver van het college van bestuur - die bij voldoende wind water gaat spuiten. Voorbijgangers zijn gewaarschuwd. Oud-minister Jacqueline Cramer onthulde woensdag het energieke kunstwerk dat als uithangbord

fungeert van het Delft Research Initiative Energy. ’s Middags ging in de aula de Campus Energy Challenge van start. Vijf finalisten presenteerden hun ideeën voor een meer duurzame campus. (Foto: Sam Rentmeester/ FMAX)


02

nieuwsinterview

‘De zee heeft bergen en dalen’ TUdelta.10 > Jaargang 42 Delta is het informatie- en opinieblad van de TU Delft, verzorgd door een journalistiek onafhankelijke redactie.

> Redactie Frank Nuijens, (hoofdredacteur), Katja Wijnands, Dorine van Gorp, (eindredactie), Saskia Bonger, Tomas van Dijk, Erik Huisman, Connie van Uffelen, Jos Wassink (verslaggeving). > Medewerkers Willemijn Dicke, Robbert Fokkink, Jorinde Hanse, Dap Hartmann, Auke Herrema, Richard van 't Hof, Christian Jongeneel, Ivo Knubben, David McMullin, Anna Noyons, Edgar van Os, Daan Schuurbiers, Jimmy Tigges, Stephan Timmers, Ellen Touw, Robert Visscher, Martine Zeijlstra. > Foto‘s Sam Rentmeester/ Hans Stakelbeek (FMAX).(info@fmax.nl) > Vormgeving Kummer & Herrman, Utrecht > Lay-Out Liesbeth van Dam > Mededelingen

Martin Kers (m.kers@tudelft.nl)

> Redactieraad Ir. S. Rozendaal (voorzitter), prof.dr Jeroen van den Hoven, prof.dr.ir. F.W. Jansen, J. Op Den Kelder, mr. J.J. M.Kok, R.H.G. Meijer, T. Niks, prof.dr.B.J. Thijsse, ir. M. Persson, dr.ir. C. Vermeeren > Redactie-adressen Universiteitsbibliotheek Kamer 0.18-0.28 Prometheusplein 1 2628 ZC Delft Postbus 139 2600 AC Delft Tel. 015-278 4848 E-mail: delta@tudelft.nl www.delta.tudelft.nl > ISSN 0169-698x > Druk Wegener Nieuwsdruk Twente, Enschede > Oplage 12.000 > Advertenties H&J uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJssel Tel. 010-451 55 10 Fax 010-451 53 80 E-mail:delta@henjuitgevers.nl www.linkmagazine.nl > Abonnement Een abonnement kost 37,50 en kan elk moment ingaan. > HOP Delta werkt samen met het Hoger Onderwijs Persbureau Hein Cuppen, Bas Belleman, Thijs den Otter Tel. 071-523 6151 Fax 071-523 2138 E-mail hop@xs4all.nl > Copyright Delta Auteursrecht voorbehouden. Het is verboden zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur artikelen, schema‘s of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen en/of openbaar te maken, in enigerlei vorm of wijze.

Geofysicus en planeetwetenschapper dr. Bert Vermeersen is afgelopen maandag in Perth, Australië, aan boord gestapt van de VPRO-expeditie Beagle. Vermeersen (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek) vaart drie weken mee in het kielzog van Darwin.

jaar geleden is dat Vening Meinesz daar rondvoer, in het voorjaar van 1935. Meer toevalligheden: ik ben nu 48. Vening Meinesz was toen ook 48.”

xJos Wassink Wordt u snel zeeziek? “Dat gaan we zien. Ik heb op verschillende boten gezeten, maar nog nooit met grote deining. Ik hoop dat ik er na een paar dagen aan gewend ben.” Ziek of niet, u hebt een missie aan boord. Wat gaat u doen? “We gaan de absolute positie van het zeeoppervlak meten met gpsapparatuur van Fugro. We mikken op een nauwkeurigheid van tien centimeter. Het zeeoppervlak is, anders dan veel mensen denken, helemaal geen ideale elipsoïde. De zee heeft bergen en dalen die veroorzaakt worden door lokale verschillen in zwaartekracht. De

Dr. Bert Vermeersen: “Ik zie erg uit naar de ontmoeting met collega-wetenschappers.” (Foto: Bewrt Vermeersen)

hoogteverschillen tussen toppen en dalen bedragen tientallen tot zelfs honderd meter. Dat vertelde ik een jaar geleden in een radio-uitzending van HoeZo-radio naar aanleiding van de lancering van de Goce gravitatiesatelliet.” En hoe bent u op de Beagle uitgenodigd? “De wereld hangt van toevalligheden aan elkaar. Henk Bas, een redacteur van Teleac, is later bij het Beagleproject gaan werken. Daar heeft hij mijn suggestie besproken om de bergen en kuilen tijdens een

zeereis te meten. Bij de VPRO was iedereen enthousiast. Ik heb toen de Indische Oceaan voorgesteld omdat daar een heel diepe kuil is van honderd meter. Een tweede reden voor die plek is dat professor Vening Meinesz van de TU 75 jaar geleden datzelfde traject heeft gevaren. In een onderzeeër. Hij heeft toen ook de zwaartekracht gemeten met een slingerapparaat met de bijnaam ‘het gouden kalf’.” Komt die historische meting ook ter sprake? “Zeker. Omdat het toevallig exact 75

Dat is inderdaad toevallig. Behalve een expeditie en een meting is het ook een sociaal gebeuren op die boot. Waar verheugt u zich het meest op? “Ik zie erg uit naar de ontmoeting met collega-wetenschappers. Henk Brinkhuis van de Universiteit Utrecht zit aan boord. Die heeft rond Antarctica boringen gedaan naar diepzeekernen. Hij bestudeert het klimaat van de afgelopen vijf tot zes miljoen jaar. Hij kan daaruit afleiden hoeveel ijs er gesmolten is. Maar niet hoe dat water zich over de wereld heeft verdeeld. We kunnen een aardig gesprek opzetten over hoe de zeespiegel zich toen gedragen heeft.” En verder? “Ik zal druk zijn met metingen en met het bijhouden van mijn weblog vol foto’s en filmpjes. En, oja, ik wil ook nog in de mast klimmen.”

x www.tudelft.nl/beagle

schuurbiers

Europa 2020 Op 3 maart 2010 gaf de Europese Commissie het startsein voor de Europa 2020-strategie. De komende tien jaar moet Europa uit de crisis geholpen worden met een beleidslijn die gericht is op slimme, duurzame groei voor iedereen. Daarbij zet de commissie opnieuw flink in op onderzoek en ontwikkeling. Opnieuw, want de kenniseconomie speelde ook al een voorname rol in de Lissabon-strategie die precies tien jaar geleden werd gelanceerd om de Europese Unie in 2010 de sterkste economie van de wereld te maken. Om die doelstelling te halen riep toenmalig eurocommissaris Philippe Busquin in 2000 de zogeheten Europese Onderzoeksruimte in het leven, om het onderzoek op Europees niveau te coördineren en verbrokkeling tegen te gaan. De Onderzoeksruimte moest het fundament worden waarop de Europese kennissamenleving rust. Vanuit Europees perspectief is dat een logische gedachtegang: als de lidstaten hun krachten bundelen op het gebied van onderzoek en ontwikkeling, wordt voorkomen dat elk land het wiel opnieuw probeert uit te vinden. Met Brussel als centraal regieorgaan kan op de juiste plaatsen focus en massa aangebracht worden. Toch is er ook veel kritiek op het Europese beleid. Zo zijn de Lissabondoelstellingen bij lange na niet gehaald. Tien jaar na dato kunnen we ons afvragen: wat is de meerwaarde van al die Europese onderzoeksprojecten? Vaak blijkt het samenbrengen van onderzoekers uit de verschillende delen van Europa belangrijker dan de uitkomsten van het onderzoek. Vooral bij de zogenaamde coordination and support actions lijken de vergaderingen en diners op mooie locaties voor de partners soms zwaarder te wegen dan de inhoud. Ook blijkt het lastig de juiste balans te vinden tussen de onderlinge cultuurverschillen: de Europese Commissie hoopt op projecten die door

Nederlanders gecoördineerd worden met Duits ambitieniveau en een Italiaanse ambiance, maar ze krijgt projecten die door Italianen gecoördineerd worden met een Nederlands ambitieniveau en een Duitse ambiance. En dan is er nog de bureaucratie. Projectaanvragen en jaarlijkse rapportages worden noodgedwongen lijvige boekwerken waarin de inhoud ondergesneeuwd raakt door onnodige maar verplichte tabellen en grafieken. Bij de lancering van elk volgend kaderprogramma belooft de commissie dat de administratie eenvoudiger en slagvaardiger wordt. Maar steeds weer blijkt dat lastig in praktijk te brengen. Uit angst voor aantijgingen van corruptie of vriendjespolitiek, die steevast in de media breed worden uitgemeten, worden zoveel checks and balances in het leven geroepen dat er geen doorkomen meer aan is: de smalle marges van de democratie. Het succes van de Europese onderzoeksruimte staat of valt met de vraag of we er klaar voor zijn om de grotere, Europese belangen te laten prevaleren boven de gevestigde nationale belangen. Het is een sociaal experiment met een onzekere uitkomst. Wat de een herkent als noodzakelijke aanloop voor de grote sprong voorwaarts, is voor de ander een doorgedraaide bureaucratische mallemolen. In beide opvattingen schuilt een kern van waarheid. Alleen de toekomst kan uitwijzen in hoeverre het beleid ook daadwerkelijk tot slimme en duurzame groei gaat leiden. Wat vooruitgang is, blijkt helaas vaak pas achteraf. Daan Schuurbiers reflecteert het komende jaar op het universitaire leven vanaf zijn nieuwe werkplek aan de Universiteit Utrecht.


DELTA. 10 18-03-2010

Coalitie Een nieuwe Delftse coalitie is in zicht. D66, de grootste partij in de gemeenteraad sinds de verkiezingen, wil verder met PvdA, CDA, Stip en GroenLinks. Daarmee passeert D66 de VVD, die hiervoor wel in het college van burgemeester en wethouders zat. In een reactie op het nieuws over de nieuwe coalitie liet de VVD weten dat het mobiel cameratoezicht waarmee de partij de veiligheid in Delft wil vergroten D66 waarschijnlijk te ver gaat. Kandidaatwethouders zijn Lucas Vokurka (D66), Raimond de Prez (PvdA), Saskia Bolten (GroenLinks),

03

Nieuws

Stookkosten Milène Junius (CDA) en Pieter Guldemond (Stip). Vorkura trad ook op als informateur. In een persbericht zegt hij dat drie opgaven centraal zullen staan in het nieuwe coalitieakkoord. “Om Delft door de economisch zware periode te loodsen en sterker te maken voor de toekomst, is een duidelijke en breed gedragen koers nodig, gericht op bezuinigen, hervormen én investeren in de stad.”

De stookkosten bij Bouwkunde rijzen de pan uit. Het gebouw aan de Julianalaan (het voormalig hoofdgebouw van de TU) was in eerste instantie aangepast zodat het vier à vijf jaar als tijdelijk onderkomen dienst kon doen. Maar nu besloten is dat dit gebouw, BKCity, permanent de bouwkundigen huisvest, is het zaak het pand snel duurzamer te maken. Afgelopen woensdag presenteerde hoogleraar duurzaam bouwen prof.dr.ir. Andy van den Dobbelsteen een rapport met de voorlopige plannen. Die liegen er niet om. In 2013 wil BKCity haar

Slecht nieuws voor kwart eerstejaars Een kwart van de studenten heeft deze maand een negatief pre-advies gekregen. Dat betekent nog niet dat ze hun studie moeten staken. De faculteiten adviseren hen wel dringend langs een studieadviseur te gaan. xSASKIA BONGER 42 Procent van de eerstejaars kreeg deze maand een positief preadvies, bij 27 procent is er nog twijfel. Paul Rullmann van het college van bestuur verwacht dat van de twijfelgevallen het overgrote deel uiteindelijk een positief advies zal krijgen, zodat het totaal op 65 procent uitkomt. Dat is het percentage studenten dat de afgelopen jaren de studie succesvol heeft afgerond. Het pre-advies is een voorloper van het bindend studieadvies dat eind september op de mat valt. In december 2009 kregen de eerstejaars al een eerste indicatie, gebaseerd op de resultaten van de eerste onderwijsperiode. Toen kreeg ook een kwart van de studenten een negatief advies, bij een kwart heerste twijfel en de helft van de studenten kreeg een positief advies. Sindsdien heeft zes procent van de

Ronde schaduw

eerstejaars zich uitgeschreven. Dat percentage lijkt op dat van vorig jaar rond deze tijd, toen er nog geen bindend studieadvies was. Paul Rullmann had dit jaar een groter aantal afzwaaiers verwacht. “Dat betekent dat studenten denken: ik ga het nog wel halen”, zei hij vorige week tegen de studentenraad. De genoemde percentages zijn gemiddelden. Per faculteit en per opleiding zijn er uiteraard verschil-

‘Als studenten zich niet inschrijven voor tentamens houdt het op’ len. Irma Croese van de afdeling onderwijs en studentenzaken wil alleen de uitschieters noemen. Ze vindt het nog te vroeg om alle opleidingen openbaar te maken, omdat nog niet iedereen op de hoogte zou zijn van de laatste cijfers. In positieve zin vallen de faculteit Industrieel Ontwerpen (meer dan zestig procent positief) en de opleiding life science and technology (zestig procent positief) op. De faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica (EWI) schiet er aan de andere kant uit: 45 procent van de eerstejaars heeft een negatief pre-advies gekregen. Onderwijsdirecteur Herman Russchenberg van EWI heeft nog geen

Hij ziet er simpel uit, de sculptuur Analemma van architect Jelle Feringa. Hij maakt deel uit van de expositie Trans Natural in het Trouw-gebouw in Amsterdam. Maar schijn bedriegt. Dit beeld werpt het hele jaar door een perfect ronde schaduw. Feringa, die promotieonderzoek doet bij Bouwkunde, ontwikkelde het beeld samen met ir. Jorik Blaas van de faculteit 3mE. Aan het boetseerwerk ging veel rekenwerk vooraf. “Het is een soort Stonehenge on steroids”, aldus Feringa. Elk jaar op 21 juni komt de zon op door de as van deze enorme Engelse formatie uit de steentijd. “Bij Analemma vindt zo’n fenomeen het hele jaar door plaats.” (Foto: Jelle Feringa)

sluitende verklaring voor dit slechte resultaat. Hij wil eerst uitzoeken wat er aan de hand is, maar wil toch hardop nadenken over factoren die zouden kunnen meespelen. “Voor een deel zou het in de onderwijsvorm kunnen zitten. Andere faculteiten bieden vaak grote projecten voor veel studiepunten. Wij hebben meer kleinere vakken. Projecten worden over het algemeen gemakkelijker gehaald dan vakken.” Russchenberg verwacht wel dat veel studenten vanaf nu een inhaalslag zullen maken. Overigens vindt hij dat ook de faculteit harder moet werken om het percentage goed presterende studenten op te krikken. “Maar je kunt nog zo je best doen, als studenten zich niet inschrijven voor tentamens of daar niet komen opdagen, dan houdt het op.” De studentenraad had vorige week vragen over de toestroom van studenten die de studieadviseurs nu te verwerken krijgen. Volgens Irma Croese zijn er tot nu toe echter geen signalen dat zij lange wachtlijsten hebben. “Maar als dat verandert, komt dat vanzelf naar voren.”

x www.delta.tudelft.nl: Het geheim van IO

Kokkerellen energieverbruik ten opzichte van 2009 gehalveerd hebben en alleen nog gebruikmaken van duurzame energie. Als concept noemt het rapport onder meer het creëren van een glazen overkapping (een stolp) over het hele gebouw en warmte en koude opslag met water in een toren.

Jacob Fokkema kijkt op de site ScienceGuide terug op zijn tijd als rector. Eén van de succesverhalen vindt hij het ‘krant lezen met de rector’, waarbij hij in studentenhuizen langs ging om met de bewoners het nieuws door te nemen. Dat ging niet zo makkelijk met buitenlandse studenten, vertelt hij. “Ze klapten helemaal dicht.” Hij moest zijn aanpak veranderen, want ‘die typisch Nederlandse manier van ongedwongen elkaar de waarheid zeggen kun je bij velen elders uit de wereld niet kopiëren’. Dus ging Fokkema met de studenten koken.

Droog oefenen met Waterspot Een consortium van waterzuiveringsbedrijven viert donderdag in Soest de oplevering van een simulatorprogramma voor hun bedrijfstak. Promovendi van de TU hebben er tien jaar aan gewerkt. “Je kunt het vergelijken met een vluchtsimulator”, zegt prof.dr.ir. Luuk Rietveld (Civiele Techniek en Geowetenschappen). “Net zoals je met een vliegtuig geen noodsituaties kunt oefenen, kun je ook bij een waterzuiveringsinstallatie niet zomaar aan de knoppen draaien. Bij Waterspot kan dat wel – die is er voor gemaakt.” Waterspot staat voor ‘simulator voor proactieve operatie en training’. Het gebruik is tweeledig: je kunt bedrijfsvoerders beter en sneller trainen, vooral op onverwachte situaties, en zorgen voor optimalisatie van het zuiveringsproces. Operateurs kunnen droog oefenen zogezegd. Werken met de simulator draagt verder ook bij aan een beter ‘gevoel’ voor de installatie, stelt Rietveld. Een waterzuiveringsinstallatie bereidt drinkwater uit oppervlakteof van grondwater. Het doel is drinkwater dat vrij is van ziektekiemen en gifstoffen, dat geen kalk of slibdeeltjes bevat en dat qua geur, kleur en smaak in orde is. Dat gaat in een

opeenvolging van stappen waaronder beluchting, filtratie, coagulatie (vlokken), het ozonproces (voor de ontsmetting), ontharding en passage door actieve koolfilters. Al deze processen zijn wiskundig beschreven in een doorlopend programma van tien jaar tijd met vijf promovendi bij gezondheidstechniek (CiTG) en een promovendus bij het Delft Centre for Systems and Control. Die modellen vormen het hart van het

Je kunt bedrijfsvoerders beter en sneller trainen, vooral op onverwachte situaties simulatieprogramma. De schil er omheen lijkt op de schermen die bedrijfsvoerders van waterzuiveringsinstallaties voor zich hebben en waarmee ze op afstand het proces besturen. Aan het eind van het door SenterNovem (tegenwoordig Agentschap NL) ondersteunde programma worden er vijf verschillende op maat gesneden versies afgeleverd aan de deelnemende waterzuiveraars. De simulatoren kunnen parallel aan de installaties lopen. Als er een verschil optreedt, ligt dat vaak aan de werkelijkheid. Dan zit er bijvoorbeeld iets vast. (JW)

x www.waterspot.nl


DELTA. 10 18-03-2010

Lopend onderzoek Hoe reageren mensen als ze bijna tegen elkaar aanlopen. Dirk Versluis zocht het uit. Hij zette proefpersonen op hun plek, zette het stoplicht op groen en filmde van boven wat er gebeurde. Bij zijn 1.500 waarnemingen bleek dat mannen meer uitwijken dan vrouwen; dat men bij voorkeur rechts houdt; dat gehaaste mensen meer uitwijken dan normale lopers en dat mensen een tweetal wandelaars liefst aan de achterkant passeren. Zulke microscopische interacties tussen voetgangers worden tot nu toe niet gebruikt

04

Nieuws

Geo-lezingen in ontwerpen van drukke voetgangersgebieden in bijvoorbeeld stations en winkelcentra. Volgens Versluis zouden de huidige programma’s, die voetgangers slechts als stromen mensen simuleren, daar realistischer door worden. Versluis verrichte zijn onderzoek aan de afdeling transport en planning van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen.

x

Dirk Versluis, Microscopic Interaction behavior between individual pedestrians, afstudeerpresentatie 16 maart 2010.

De organisatie van de masterstudie geomatics (Civiele Techniek en Geowetenschappen) heeft een lezingenreeks georganiseerd met kopstukken uit de geomaticapraktijk. Op de agenda staan onder meer bedrijven als TomTom, Google en Terracarta. De lezingen zijn open toegankelijk en vooral van belang voor bachelorstudenten met interesse voor geo-informatie. Denk aan satellietmetingen van dijkverzakkingen, navigatiesystemen, risicoanalyses voor overstromingen en modellering voor tunnelbouw. Geomatics, het vakgebied

Onderzoeksprijs over plaatsgebonden informatiesystemen, is niet erg bekend bij studenten, constateert communicatiemedewerkster Brenda Hooiveld, maar er is veel vraag naar afgestudeerden in dit veld. De eerste lezing vond maandag 15 maart plaats voor een halfvolle zaal. Han Wammes van softwarebedrijf Oracle beet het spits af, maar richtte zich daarbij duidelijk op een ingewijd publiek.

x

Bachelorstudenten die bezig zijn met maatschappelijk relevant onderzoek kunnen meedingen naar de Student Research Award die in oktober wordt uitgereikt tijdens de eerste Student Research Conference in Leiden. De conferentie is bedoeld om studenten te interesseren in onderzoek. Het is tot 1 mei mogelijk een onderzoeksbeschrijving in te dienen. Een commissie van hoogleraren selecteert en beoordeelt de onderzoeken.

x geomatics.tudelft.nl

www.vsnu.nl/scr

bezuinigingen

‘Selectie aan de poort zou goed zijn’ Van gebrek aan ideeën kun je de jonge voorzitter van de studentenraad niet betichten. Selectie aan de poort staat bovenaan zijn lijst, mét betere begeleiding vanuit de TU. Michael van Lith heeft harde kritiek op het bestuur van de TU. “Het college heeft geen duidelijke visie uitgestippeld voor de komende tien à twintig jaar.”

Met de dreigende bezuinigingen in het achterhoofd gaat Delta te rade bij een aantal TU-medewerkers en studenten. In deel 9: Michael van Lith, voorzitter van de studentenraad. “Het onderwijssysteem is nu veel te kil. Dat leidt tot uitval. Ik ben voorstander van een persoonlijkere aanpak.”

nigingsmaatregelen studenten hard treffen als de kaasschaafmethode wordt toegepast. En dat het cvb daar voor kiest, lijkt hem zeer waarschijnlijk aangezien het geen duidelijke visie heeft. Het zou betekenen dat er ook tien procent af gaat van het budget van studieverenigingen. “Dat treft vooral de commissies binnen die verengingen hard. Ik kan me voorstellen dat als er geen vergoeding is voor het plaatsnemen in onderwijscommissies, deze functies dan niet bekleed worden. De studenten in deze commissies houden de kwaliteit van het onderwijs in de gaten. Dat is niet de leukste taak. Het is minder leuk dan reizen organiseren bijvoorbeeld. Een vergoeding hiervoor is een kleine investering waar de TU veel aan heeft.”

xTomas van Dijk “Waar kan de TU op bezuinigen? Ik hoor vaak van huisgenoten dat ze verbaasd zijn over alle flatscreens. Vooral bij L&R zijn er heel veel. En misschien kun je ook wel bezuinigen op designmeubels bij IO en Bouwkunde?” Echt zoden aan de dijk zetten deze maatregelen niet, geeft Van Lith toe. Maar een gebrek aan ideeën kun je de jonge voorzitter van de studentenraad niet verwijten. Op een notitieblok heeft hij puntsgewijs uiteengezet welke kant het aan de TU op moet met het onderwijs. Selectie aan de poort, staat opmerkelijk genoeg bovenaan zijn lijst. Dat is toch iets waar de studentenraad (sr) juist tegen zou moeten zijn? “Van de sr verwacht je inderdaad dat ze zou zeggen dat iedereen hier mag komen studeren”, zegt Van Lith. “Maar ik denk toch echt dat selectie goed kan zijn voor het onderwijs aan de TU.” De lange studieduur en uitval van studenten kosten de TU veel geld, meent Van Lith. “Het is een groot probleem. Door alleen goede gemotiveerde studenten toe te laten en deze ook beter te begeleiden, kan dat veranderen.” Selectie aan de poort is nu wettelijk voor de meeste studies (waaronder de studies aan de TU) niet toegestaan. Maar wellicht gaat dat veranderen. Van Lith pleit ervoor dat de TU een voorschot neemt door intakegesprekken te voeren met aankomende eerstejaars die niet hoog gescoord hebben op hun eindexamen.

Michael van Lith: “Laat alleen goed gemotiveerde studenten toe.” (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

De TU kan zo oefenen in het herkennen van veelbelovende studenten. Slechte cijfers beteken niet direct dat een student faalt, zeker niet als hij zeer gemotiveerd is. Veelbelovende studenten herkennen vergt training en is iets van de lange adem, redeneert Van Lith. Maar voor de korte termijn is het volgens hem

’Het college van bestuur heeft geen duidelijke visie’ ook gunstig om dergelijke gesprekken te voeren. “Op die manier geef je ook eerlijke voorlichting aan studenten. Heb je een zes voor natuurkunde? Dan zullen die en die vakken waarschijnlijk moeilijk voor je zijn. Misschien heb je bijles nodig. Zulke gesprekken moeten het zijn. Studenten gaan dan veel beter na of een bepaalde studie echt iets voor hen is. Studie-

adviseurs dienen de vorderingen van de studenten vervolgens bij te houden.” Allemaal mooi en wel, maar al die extra begeleiding klinkt wel heel schools. “We moeten niet veranderen in een hbo-instelling”, antwoordt Van Lith. “Vrijheid is ook belangrijk. Maar nu is het systeem veel te kil. We hebben het bindend studieadvies en de harde knip. Je moet je punten maar halen en anders ben je weg. Er is geen ijkmoment waarop gekeken wordt wat voor jou moeilijk is. Dat moet veranderen. Ik ben voorstander van een persoonlijkere aanpak.” Van Lith heeft ook moeite met de wijze waarop het cvb de aftrap heeft genomen voor de bezuinigingen. “Het cvb vraagt aan de faculteiten hoe zij denken dat ze tien procent kunnen bezuinigen. Maar zelf heeft het helemaal geen duidelijke visie uitgestippeld voor de komende tien à twintig jaar. Het is de verkeerde volgorde. Het cvb stelt de vraag aan

de faculteiten, de decanen leggen de vraag neer bij de afdelingshoofden, enzovoort. Aan de ene kant is zo’n bottom up-aanpak misschien verstandig, maar het leidt ook tot rare bezuinigingsconstructies. Je ziet nu al gebeuren dat faculteiten af en toe wat minder ruimte inhuren bij FMVG (afdeling vastgoed van de TU, red.) omdat dat beter staat op hun begroting. Maar de TU als geheel levert het natuurlijk niets op.” De sr-voorzitter vreest dat de bezui-

Om de financiële problemen van de TU Delft het hoofd te bieden, moeten alle faculteiten van het college van bestuur aangeven hoe ze tien procent kunnen bezuinigen op het geld dat zij vanuit de overheid krijgen. De faculteiten moeten met voorstellen komen over herinrichting van wetenschappelijke afdelingen en bundeling van onderwijs en onderzoek binnen de faculteit en met andere faculteiten. Ook moeten ze aangeven welke onderdelen onvoldoende bijdragen aan de doelen van de faculteit. Het vrijkomende geld wil het college vooralsnog gebruiken voor vernieuwing in onderwijs, onderzoek en infrastructuur. Het college spreekt daarom niet van bezuiniging maar van ‘flexibilisering’.


DELTA. 10 18-03-2010

Sociaal Binnen de techniek wordt te weinig nagedacht over sociale samenhang. Dat zegt IO-docent Clemens de Lange in Algemeen Dagblad van 12 maart. “Het denken blijft te ‘techneuterig’. De link met sociale toepassingen ontbreekt”, stelt hij. Daarom begon De Lange dit jaar een nieuw keuzevak: social cohesion design. Het doel van dat vak is, aldus het AD, om studenten niet alleen te laten nadenken over techniek, maar ook over het sociale effect en de financiering van hun ontwerp. Het vak blijkt populair onder studenten. Er zijn

05

Nieuws

nu elf teams bezig die voor ontwikkelingsorganisatie Cordaid fictieve sloppenwijken bedenken met drie werkplaatsen gefinancierd met microkrediet. De zes beste teams staan op 15 april in de finale in Speakers, waar een vakjury de plannen beoordeelt.

Knip

Selectie

Hoewel het wetsvoorstel voor de invoering van de harde knip onlangs controversieel is verklaard in de Tweede Kamer, moeten studenten het komend collegejaar toch eerst hun bachelor hebben afgerond voordat ze verder mogen met hun master. Volgens de TU kunnen instellingen die de harde knip hebben ingevoerd of daarmee bezig zijn daar gewoon mee doorgaan. Het voorstel in Delft is volgens de TU tot stand gekomen onder de huidige wet. En het past in de nieuwe wetgeving, mocht die worden doorgevoerd.

Hoe om te gaan met hoge studentenaantallen en beperkte middelen? Volgens 62 procent van drieduizend TU-studenten mag er een strenge selectie aan de poort zijn. Zo’n vijftien procent vindt dat er ook wel wat hogere eisen mogen komen voor huidige studenten. Dat blijkt uit tussentijdse resultaten van een enquête die de studentenraad (sr) vorige maand op blackboard zette. Collegelid Paul Rullmann wees er tijdens een overleg met de sr op dat de universiteit een open toegang kent. “Een wetsvoorstel dat selectie mogelijk maakt,

Patstelling over RAS-maanden

Mogelijk geen sr-verkiezingen

Als de studentenraad (sr) niet instemt met een bezuiniging van tien procent op bestuursbeurzen, hanteert het college van bestuur de kaasschaaf.

AAG blijft bij haar besluit niet mee te doen aan de studentenraadsverkiezingen in mei. Dit ondanks een laatste poging van het college van bestuur afgelopen dinsdag de partij van gedachten te doen veranderen.

De sr is fel tegen de bezuiniging op de Regeling Afstudeersteun Studenten (RAS), omdat daarmee de ontplooiing van studenten wordt aangetast. Collegelid Paul Rullmann gaat daar niet in mee. “Negentig procent van de RAS-pot staat nog overeind. Daarnaast bepaalt het college het budget voor RAS-maanden, studenten hebben alleen instemmingsrecht over de verdeling van de maanden.” Een derde argument van Rullmann was beeldvorming. “Als ik roep dat er meer geld naar de kenniseconomie moet, krijg ik terug dat we studenten niet tot snel afstuderen weten te brengen.” Rullmann bleef tijdens een overleg op 11 maart bij zijn drie opties: de kaasschaafmethode, het verlagen van het maximaal aantal garantiemaanden per fulltime bestuurder van twaalf naar negen, of een alternatief van de sr. “Zonder akkoord wordt het tien procent kaasschaaf.” De sr schorste het overleg en wees er daarna op dat studenten al inleveren. “De komst van het learning centre is uitgesteld, studentassistenten zijn de laan uitgestuurd

Curius

en er is minder begeleiding in het onderwijs.” Een efficiencyslag bij verenigingen zou neerkomen op een bezuiniging op ‘personeelskosten’ van studentbestuurders. “Medewerkers hoeven toch ook niet tien procent van hun salaris in te leveren?”, zei AAG-lid Mark Bosschaart. Rullmann verwierp dat. De gevolgen van het voorgenomen besluit vallen volgens hem wel mee. “Ik geloof heilig in de creativiteit van

‘Ik geloof heilig in de creativiteit van studenten’ studenten. Er zijn ook studenten die zonder RAS veel doen. Faculteiten kreunen en piepen ook. Dan zeggen wij: je moet het als een uitdaging zien.” “Mijn klomp breekt”, reageerde Van Lith geïrriteerd. “Het wordt tijd dat u naar de feiten kijkt.” Rullmann was er niet van onder de indruk: “Onder druk wordt alles vloeibaar.” Juist op dat moment klonk een ontruimingsalarm. Voor een oefening die zo lang bleek te duren dat het overleg moest worden afgelast. De druk is van de ketel tot een vervolgoverleg op donderdag 18 maart. (CvU)

Curius, studievereniging van Techniek, Bestuur en Management bestaat tien jaar en vierde dat deze week onder meer met een spelletje volleybal op een springkussen. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Collegelid Paul Rullmann sprak vorige week in de studentenraadsvergadering nog zijn spijt uit over het besluit van AAG. “Heel jammer, omdat ik de invloed van AAG en ook van Het Principe zeker niet als gering beschouw. Met twee zetels fungeer je als hefboom. Ik heb de indruk dat AAG haar rol goed spelt. Het is jammer als we naar een eenpartijstelsel gaan. In landen die dat hebben, ga ik liever niet op vakantie. Ik ga graag met jullie in overleg.” Dat laatste is dus dinsdag gebeurd, maar de insteek van AAG was een heel andere dan die van Rullmann.

Maandagochtend rond elf uur raakten werklui bij het wegfrezen van boomknollen aan de Michiel de Ruyterweg een elektriciteitskabel. Daar vinden graafwerkzaamheden plaats voor de aanleg van tramlijn 19. Er ontstond een grote steekvlam, waardoor even werd gevreesd voor explosiegevaar. Dat kon al snel worden uitgesloten. Niemand raakte gewond, maar de spanningsdip die het gevolg was van het kapot gaan van de kabel was voelbaar tot in Pijnacker. Volgens Nico Prenen van de afdeling facilitair management en vastgoed (FMVG) was niet meteen duidelijk hoeveel schade er was. Dat kon pas die avond worden bekeken. Nadat in heel TU-midden de stroom eraf was gehaald en de omgeving van de plek van het ongeval was afgegraven, bleek dat slechts één van de vier voedende kabels van de TU was geraakt. Daardoor kon de stroom om 19.30 uur weer aan. Dinsdag is

delta online Verlies

AAG-voorzitter Mark Bosschaart: “Onze beslissing is definitief. We hebben alleen nog gepraat over de toekomst van de studentenraadsverkiezingen.” Het is niet voor het eerst dat AAG niet meedoet aan de verkiezingen omdat ze over te weinig mensen beschikt. Ook in 2008 was dit het geval. Andere studenten sprongen toen onder de naam Het Principe in het opengevallen gat. Het college van bestuur hoopt dat er ook nu andere studenten zullen opstaan, omdat het vindt dat er voor een goede inspraak meer partijen nodig zijn. Collegesecretaris Hans Krul wijst er met klem op dat iedere student tot 1 april een lijst kan indienen. Volgens Krul is er nu ook een scenario denkbaar waarin er geen verkiezingen zijn in mei: als alleen Oras een lijst indient, met tien of minder kandidaten. Aangezien er tien zetels zijn in de studentenraad hebben studenten dan immers niets te kiezen. Overigens verwacht AAG niet dat ze volgend jaar weer wel meedoet aan de verkiezingen.(SB)

Schade stroomstoring Het is nog onduidelijk hoeveel schade de TU heeft gehad van de stroomstoring van maandag.

ligt stil omdat het controversieel is verklaard. Wij selecteren nu na de poort door het bindend studieadvies.” De enquête op blackboard is deze week gesloten.

de kabel gemaakt. FMVG onderzoekt nu hoeveel schade de TU heeft geleden. Ook bekijkt de afdeling op wie die kan worden verhaald. De veiligheid van TU-gebouwen is tijdens de stroomonderbreking nooit in het geding geweest, aldus Prenen. Er is extra beveiligingspersoneel ingeroepen en veel beveiligingssystemen hebben accu’s waardoor ze tijdelijk in bedrijf blijven. De stroomonderbreking in de vroege avond is een paar uur daarvoor aangekondigd, zodat ook wetenschappers noodsystemen konden regelen. Bij de faculteit Technische Natuurwetenschappen, waar veel meetapparatuur staat, is daarom vooral de spanningsdip van elf uur schadelijk geweest. Een precieze inventarisatie volgt nog, maar biotech, DelftChemTech en het Kramerslab hebben allemaal meer of minder schade. Veel meetresultaten zijn kwijt. Ook bij Dimes (EWI) is schade. Waarschijnlijk voor tienduizenden euro's, aldus secretaris Paul de Wit. Dat is inclusief niet benutte capaciteit, materiële kosten, en gevolgschade voor projecten en gebruikers. De cleanroom was de gehele maandag uit de lucht, en bepaalde onderdelen zijn nu nog steeds niet opnieuw opgestart. (SB)

Het ministerie denkt dat het allemaal wel meevalt met het beleggingsverlies van onderwijsinstellingen door de beurscrisis. Het boekwaardeverlies van 2008 zou weer grotendeels zijn ingelopen. De TU Delft had geen verlies, want zij belegt niet.

Huurprijs De huurprijs van studentenkamers die via kamernet.nl worden verhuurd, is met gemiddeld vijftien euro gestegen ten opzichte van vorig jaar. Delftse studenten betalen minder dan gemiddeld, maar ook hier stegen de prijzen.

Geheelonthouders Voor het eerst zijn er meer geheelonthouders dan zware drinkers onder hoogopgeleiden. In het jaar 2000 waren er nog ruim twee keer zoveel zware drinkers als geheelonthouders onder mensen met een diploma van hogeschool of universiteit.

Ranglijst De vermaarde universiteitenranglijst van de Times Higher Education gaat op de schop. Het tijdschrift maakt schoon schip en gooit de oude methode overboord.

Functiebeperking Hogescholen en universiteiten bieden steeds meer voorzieningen voor studenten met een functiebeperking. Maar nog niet genoeg, vindt de Onderwijsinspectie.

OV-chipkaart De papieren ov-kaart kan de prullenbak in. Vanaf 16 maart reizen studenten alleen nog met een ovchipkaart.

Vrouwen Er komt meer geld beschikbaar om vrouwen te bevorderen tot universitair hoofddocent of hoogleraar. Ook verruimt onderzoeksfinancier NWO de criteria, zodat meer vrouwen in aanmerking komen.

x www.delta.tudelft.nl


DELTA. 10 18-03-2010

06

science

opinion please

Barefoot architects and voodoo priests Together with a team of young TU Delft architecture graduates, Alexander Vollebregt is giving Cordaid and the United Nations a helping hand in Haiti. “Will we make a difference? I don’t know. But it can’t get much worse.” xTomas van Dijk “For the real estate business, an earthquake like the one that hit Haiti is a dream come true. In the blink of an eye large areas need to be redeveloped. Millions, sometimes billions of euros are to be spent and they need to be spent quickly on infrastructure and buildings, because donors want to see tangible results as soon as possible”, says Alexander Vollebregt, researcher at the faculty of Architecture, sighing. He sees this happening time and time again. New neighborhoods are built so hastily that there is no time to think about social, economic or safety issues. “In Aceh for instance, contractors built new kampongs after the tsunami. They built a house for everyone; also for the elderly and children. Because of this, there was no land available in the kampongs for people to grow vegetables. The kampongs were also built for fishermen, but they were located miles away from the ocean.” In short, there was no way these kampongs could become economically viable; instead, they become the slums of tomorrow. Vollebregt, together with a team of students, set up a research project,

called urban emergencies, shortly after a fire burnt down the architecture faculty. The project set out to investigate post-disaster urban responses, and in particular the role of architects and urbanists. He has a pretty straightforward idea about how reconstruction can be ameliorated: “At the moment, relief agencies and civil engineers are involved in the early stages of the reconstruction. Only years later, during the so-called redevelopment phase, are architects and urban development experts consulted. That is much too late: they should be involved from the beginning.”

‘We should probably get the voodoo priests involved in the decision-making process’ As we speak, a handful of recent architecture graduates are in Haiti to assist Cordaid and the United Nations in a pilot project. These ‘barefoot architects’, as Vollebregt calls them, help with the development of around 2,000 small wooden houses on the outskirts of Port au Prince. “What’s special about this project is that the houses are semi-permanent”, Vollebregt explains. People can use these shelters as foundations and then further develop their homes in the ways that they prefer. The students will also research and design integrated urban development strategies, taking into account such key aspects as water, waste and energy management. “Normally, during the reconstruction phase, simple structures are built without taking into account these important infrastructural aspects.

They are meant to be temporary, but when this phase is finished, it’s very difficult to make any important urban changes.” Getting the locals involved in the reconstruction process is also of great importance. “In Haiti, the voodoo religion is very important. We should probably get the voodoo priests involved in the decisionmaking process.” If the project is successful, then over the next three years another 10,000 homes will be built, and Vollebregt envisions sending many more young architects to the area. Vollebregt is going to Port au Prince as well. He will leave in the coming weeks for a ten-day journey, during which he’ll give presentations to development agencies about his vision on reconstruction work. Vollebregt: “Our focus is post-disaster redevelopment. It’s a fairly new term, unlike pre-disaster preparedness. Research shows that if just a small percentage of the aid money could be spent on figuring out how to deal with social, economic and safety issues right from the beginning, we could avoid a lot of problems later.” But does the Delft researcher really believe he can make a difference in the huge, hierarchal world called ‘developmental aid’? Vollebregt says there really aren’t that many people active and in charge in this area: “Especially in the post-disaster field of work, there is limited expertise. So, on this side of the disaster world, there is lots of money yet very little knowledge.” What Vollebregt means to say is that if he manages to get through to the right people, he could make a difference: “I don’t have the pretention that I will make a big difference, but it can’t get any worse.”

Port au Prince after the earthquake that ravaged Haiti on the 12th of January this year. (Photo: UNDP)

Surfers paradise An artificial reef creates great waves at Scheveningen Beach, heralds NRC Handelsblad. Protecting the country against flooding while still retaining good surf spots along the coast had long seemed a contradiction in terms. Every year huge quantities of sand need to be dumped on Dutch beaches to support the dunes, which are constantly eroding. These piles of dumped sand are washed away by the sea and strengthen the dunes further along the coastline. Surfers were never too keen about this dumping process, because shortly after the sand was dumped the waves they ride on would mostly disappear. Because of the extra sand, the beaches become steeper, and this leads to the waves breaking much more suddenly. Nevertheless, at the moment the surfer dudes in the coastal town of Scheveningen are now breaking personal records, despite the fact that extra sand has recently been added to local beaches. Large amounts of this sand were poured on an underwater embankment, turning it into a reef that runs perpendicular to the coastline and creates a great swell. The waves start curling at the tip of the reef and continue doing so all the way to the beach. Reefs like these (but then natural reefs) are common at many of top surf spots around the world. Coastal engineer and TU alumnus, Erik van Ettinger, of the company SurfReefs, together with PhD students, Sierd de Vries, Matthieu de Schipper and Martijn Henriques (faculty of Civil Engineering and Geosciences), designed this reef that was commissioned by the municipality. “I was there in the water myself recently”, says De Vries, who is a passionate surfer. “Talks about creating this reef started three years ago and now it’s accomplished. It’s really amazing how well it works. The waves are better now than before the sand was dumped. Normally you’re happy if you get to ride a wave for about 10 seconds. Now however we get rides of up to 24 seconds. It’s unprecedented.” Unfortunately however this great point break is only temporary, since the sand is being washed away gradually. But instead of fearing such coastal protection measures, surfers will now be looking forward to them. Before they could design the artificial reef, the researchers had to investigate the sedimentation processes along the coast. With a jet-ski, loaded with high tech and water-tight electronics, they surveyed the seabed for months. Using what is known as a Doppler current profiler, they measured the currents at different depths, while also using an echo sounder to make depth profiles. “We’re now assigned to monitor the reef and investigate how much the waves have been ameliorated and how the reef could be improved”, De Vries concludes. (TvD)


DELTA. 10 18-03-2010

07

science

come to think of it

Attitudes on wheels

Condom clip Delta and Delft Integraal/Outlook often write about innovative ideas that offer big promises for the future. But what has happened to such ideas a couple years on? What for instance has happened to Wingman?

17-Year-olds who have passed their driving tests may – up to their 18th birthdays – only drive in the company of a more experienced driver. (Photo: Sam Rentmeester/FMAX)

Young drivers are four times more likely to be involved in a crash than their middle-aged parents. In her PhDthesis, titled ‘The X-factor’, dr. Saskia de Craen pursues the question of how experience reduces crash risk over time. xJos Wassink In the Netherlands over hundred young people each year die in car crashes involving a novice driver behind the wheel, which often also involve groups of people and occur at night. Statistics show that crash rates are highest in the first months after a person receives a driving license, and then drop substantially over the first two years of driving, with the sharpest decline occurring during the first six months or 5,000 kilometres. There are several known factors in youngsters contributing to the risk, such as underdeveloped executive functions concerning planning, impulse control and reasoning. And, for some specific sub-groups, intentional risk taking, sensation seeking and peer pressure put them even more at risk. One could argue that young drivers just need to acquire experience, so that driving becomes automated, reducing the mental workload. But Dr Saskia de Craen counters this argument, stating that mental load doesn’t seem to be the issue here. Firstly, any driver can reduce the mental work load of driving by simply reducing speed – but young drivers seldom do – and secondly young drivers typically engage in secondary behaviour, like making a telephone call, which

role of calibration in gaining driving experience, but not entirely. As expected, the results showed that young drivers overestimate their driving skills more than experienced drivers do. What’s worse, the drivers who drove so unsafe that they failed the on-road driving assessment reported the same confidence level as their peers who performed best. In other words: the worst young drivers have the highest self-esteem. Results also showed that such overestimation of skills resulted in more crashes. The problem with calibration lies in its lack of measured development. It is indeed strange that although crash rates diminish quickly over the first six months of driving, De Craen has found no correlated improvement in calibration. She offers a number of possible explanations for this awkward fact, but concludes that the search for the X-factor in gaining driving experience has not yet been found. However, the good news is that, despite the lack of full theoretical understanding, some practical recommendations can be made. Accompanied driving, for example, might well work. It entails that 17-year-olds who have passed their driving tests may – up to their 18th birthdays – only drive in the company of a more experienced driver. This might be a safer way for the novice driver to gain experience in those first few dangerous months. In Germany, accompanied driving has reduced the number of accidents by people from the programme by thirty percent. The programme is expected to be introduced in the Netherlands later this year.

increases mental pressure instead of decreasing it. De Craen is a psychologist working at the Dutch Institute for Road Safety Research (Swov) in Leidschendam. She performed her study of young drivers acquiring driving experience under the supervision of professor Karel Brookhuis, of TU Delft’s faculty of Technology, Policy and Management. The concept most used in such studies is called calibration. Calibration is the complex process of matching up a complex traffic situation against one’s own impression of one’s driving skills, and then adapting your driving behaviour accordingly. De Craen has put the concept of calibration to the test in two-year, longitudinal study involving over

Accompanied driving might well work 500 novice drivers: Does poor calibration indeed mean a higher crash risk? And how can calibration be measured and how does it change over time? Young drivers were recruited directly after they passed their examination. “They’re so exhilarated, they’d say yes to anything”, De Craen says. Over a period of two years, the new drivers were, at four month intervals, presented with a questionnaire on skills and self-confidence, a driving diary (in which they reported remarkable incidents over the past three week) and a newly developed adaptation test for measuring their degree of calibration. In addition to the self-reported behaviour, the driving behaviour of a group of drivers was additionally judged in an onroad driving assessment. An older group of experienced drivers was enrolled as well as a control group. The findings partly support the

x

Saskia de Craen, ‘The X-factor – A longitudinal study of calibration in young novice drivers’, 16 March 2010, PhD supervisor professor Karel Brookhuis

When it’s dark and you’ve had a few drinks, many men struggle to get Delta, 17-11-2005 the condom pack open, and it’s also Never again having to struggle often frustratingly hard to figure with rubbers. The Delft stuout what side of the rubber is up. dent company MungosWorks Not the best way to stay in the mood developed a radical new way for having sex. One night, however, to put on a condom. inventor and former student mechanical engineering Adnan Tunovic had enough of this irritating process. The next morning he came up with an idea: Wingman, an inventive condom clip, which has made struggling with rubbers a thing of the past. “The clip is already on the condom when it is still in the package. The clip shows you what side is up, and then all you have to do is unroll it on the penis. This only takes three seconds and you can do it with one hand,” explains Tunovic, who is the director of MungosWorks. Five years ago Delta was the first to publish an article about Wingman. After that the condom gadget became a media hype. Tunovic appeared on Dutch TV shows like ‘De Wereld Draait Door’ and ‘Hart van Nederland’. Newspapers and magazines like NRC Handelsblad and Der Spiegel wrote about his invention. One of Holland’s best-known players, dj Jean, said he couldn’t wait to use Wingman. Bags full of mail from desperate condom users arrived at the MungosWorks office in Delft. It was the best possible publicity a product could get to take over the condom market; however, five years later and Wingman is still not on the market. “It’s been very difficult to find an investor”, Tunovic says. “We were close to a deal with a company in 2008.” But the financial crisis made investors hesitant. “Condom suppliers want us to make a series of 100,000 Wingmans. That way people can test it on a large scale and it will show that it makes using a condom so much easier. To make 100,000 Wingmans however we need to create a stamper, buy condoms, set up a semi-automatic assembly line and have Wingman certified.” That will cost 200,000 euro. Nobody yet wants to invest the money to set this up. Tunovic still believes in his product and is convinced that the clip will be a success. “Every month we get letters about Wingman”, he adds. “I’ve used the prototypes, so I know they work very well. Although I don’t use them anymore, because I got married.

The Wingman: all you have to do is unroll it on the penis. (Photo: MungosWorks)


DELTA. 10 18-03-2010

interview

Wie is Herman Koch Nog voor ‘Jiskefet’ op de VPRO-televisie kwam, was er ‘Red Ons, Maria Montenelli’ (1989), een roman waarin Herman Koch (Arnhem, 1953) afrekende met zijn Montessori-jeugd en eer bewees aan Reve en Salinger. Daarna volgden ‘Eindelijk Oorlog’ (1996) en ‘Eten met Emma’ (2000). Koch goochelt graag met feit en fictie. ‘Eten met Emma’ bevat een geraffineerd pre-Google bedrog: twee citaten van Amerikaanse auteurs zijn als motto gebruikt en ogen allebei authentiek, maar één citaat is verzonnen, tot de schrijversnaam toe. In Een bundel als ‘Geen Agenda’ (1998) staan autobiografische verhalen waar opeens de fantasie het over lijkt te nemen. Koch, die met zijn vrouw en zoon in Amsterdam woont, situeert zijn romans vaak dicht bij huis. In ‘Odessa Star’ (2003) komt een schijnbaar keurige huisvader uit Watergraafsmeer in contact met een jeugdvriend die fortuin heeft gemaakt in de georganiseerde misdaad. Het thema van de behoefte om te ontsnappen aan je eigen leven is in ‘Denken aan Bruce Kennedy’ (2005) heel anders uitgewerkt: Koch wordt geprezen om zijn overtuigende portret van een vrouwelijk personage op drift. De doorbraak komt met ‘Het Diner’. Opnieuw mooie kritieken, maar nu ook spectaculaire verkoopcijfers. Koch schreef ooit een toneelstuk, maar acht dat experiment niet voor herhaling vatbaar. Wel is hij op 24 maart met Michiel Romeyn, Christine Otten en Frans Thomèse in Theater de Veste te zien met hun Muziliteraire Revue. (Foto’s: Sam Rentmeester/FMAX)

08


DELTA. 10 18-03-2010

09

interview

’ Bedrog is mijn hobby’ De nieuwe gastschrijver hoopt op wereldbestormende ideeën, op zijn uitvinderspodium is elke student welkom. Herman Koch over steeds krachtigere hoofdpersonages, flirten met de onderwereld en de Kid A-reflex.

of zou je liever in bed blijven vandaag? (Lacht). Ik kan beter iets zeggen als: kom op, zet ‘m op, ga lekker naar school! En dan gaat hij ook naar school. Ik probeer een beetje pedagogisch te zijn, hè. Ik wil geen domme dingen tegen ‘m te zeggen.” Nog even over ‘Odessa Star’. Waarom die titel? “Het is de naam van een vrachtboot die Fred het Noordzeekanaal uit ziet varen. Een korte, terloopse scène, vlak voor een nieuwe ontmoeting met Max. Het is duidelijk dat het schip met de criminele activiteiten van Max te maken heeft. Maar wat zich er afspeelt, en wie zich erop bevinden – daar zal Fred nooit achter komen. ‘Odessa Star’ blijft voor hem een onbereikbare, mythische wereld. Het grappige is dat ik die scène oorspronkelijk uit het boek had geschrapt. Het boek had toen nog geen titel. Later besefte ik dat het geen overbodige beschrijving is.”

xJoost Panhuysen Studenten die zich opgeven voor Kochs Uitvinderspodium, kunnen op 25 maart hun idee presenteren. Wordt er geselecteerd door een meedogenloze jury? “Nee, helemaal niet. Iedere student die zin heeft om aan de masterclass mee te doen is welkom. Het gepresenteerde idee hoeft niet briljant te zijn. Al mag dat natuurlijk wel.”

’Odessa Star’ was uw eerste boek met een strakke plot. Waarom die verandering? “’Eten met Emma’, het boek dat voor ‘Odessa Star’ verscheen, had beter kunnen zijn als ik langer aan de plot had gewerkt. Toen ik dat besefte, besloot ik daar voortaan meer aandacht aan te besteden. Een plot is niet echt nodig, maar als schrijver beleef je veel plezier aan het bedenken van een verhaal waarbij je de lezer af en toe op het verkeerde been kunt zetten.”

Maar uiteindelijk hoopt u met de studenten tot een baanbrekend idee of een revolutionaire innovatie te komen? “Ja. Dat is voor mij ook erg spannend, natuurlijk. We zullen zien waar we uitkomen.” Uw openingscollege in de aula gaat over ‘het liegen van de waarheid’. Wat bedoelt u met die titel? “Het is leuk om mensen voor de gek te houden, maar het is nog leuker als ze denken dat ze voor de gek gehouden worden terwijl het niet zo is. Vertel ze zo’n mooi verhaal dat ze het ten onrechte gaan wantrouwen. De waarheid liegen biedt nog meer bevrediging dan echt liegen.” Waarom is het leuk om mensen voor de gek te houden? “Het is geen fulltime hobby van me, hoor. Maar bedrog maakt het leven interessanter, omdat je je fantasie moet gebruiken. Op de middelbare school schreef ik een geschiedeniswerkstuk over een twaalfde-eeuwse monnikenorde, compleet met literatuurlijst. Alles was verzonnen. De leraar had niets in de gaten, ik kreeg een achteneenhalf. Dit was in de tijd voor Google, natuurlijk. Ik had er plezier in al die details overtuigend te maken.” ’Odessa Star’, uw vierde roman, vertoont verwantschap met ‘Het Diner’. Al is het hier niet de zoon die het verkeerde pad op gaat, maar de vader. Die ziet een ontmoeting met een oude, inmiddels criminele schoolvriend als een buitenkansje om aan zijn saaie leven te ontsnappen. “Bij het schrijven van ‘Het Diner’ dacht ik inderdaad: Paul Lohman lijkt op Fred Moorman uit ‘Odessa Star’. Ook Paul heeft weer zo’n gezin, met één zoon. Ik heb toen besloten: in dit boek moet het hoofdpersonage een stapje verder gaan. Fred was te slap om echt stappen te nemen. Hij fantaseerde over geweld, en vond het prettig als een criminele vriend hem het vuile werk uit handen nam, maar bleef passief.

Masterclass Voor studenten die willen deelnemen aan de masterclasses van Herman Koch is er op 25 maart de kennismakingsbijeenkomst in de aula: Herman Kochs Uitvinderspodium. Aanmeldingsformulieren kun je downloaden op tudelft.nl of ophalen bij de i-TU-balie in de aula. Op 23, 24, 25 april gaan gastschrijver en studenten op excursie naar het Franse kasteel Clos Lucé. De acht masterclasses vinden plaats in de periode van 28 april tot en met 10 juni.

Openbare lezingen Toegangskaarten voor het openingscollege van Koch (16 april) zijn gratis. Entreekaarten voor de sneak preview (18 mei) en de Vermeerlezing (10 juni) kosten vijf euro (studenten en medewerkers van de TU Delft betalen de helft). Toegangskaarten zijn verkrijgbaar bij de i-TU-balie of kunnen worden besteld bij Marga Schrijvershof (m.a.schrijvershof-vink@tudelft.nl) of via Verstegen & Stigter (culturele projecten (www.verstigt.nl).

‘Het Diner’ is de volgende stap: een personage dat het heft in handen neemt en bereid is zelf geweld toe te passen. In mijn volgende boek, ‘Zomerhuis met Zwembad’, ga ik opnieuw een stapje verder. De huisarts die de hoofdrol speelt in dit nieuwe boek is sterker dan Paul Lohman. Voor hem zijn mensen inwisselbaar, om het voorzichtig uit te drukken.” En daarmee vergeleken is Fred een watje? “Fred zit vooral te stoken. Kenmerkend is de scène – wel een genot om te schrijven, trouwens - waarin hij het agressieve zoontje van zijn zwager influistert: je vader is zo’n slappe lul, je hebt het volste recht om hem op zijn bek te slaan. Zelf doet hij niets. Wat dat betreft is mijn sympathie voor de hoofdpersoon in ‘Het Diner’ groter. Maar Fred valt met mij samen in de fascinatie voor het gangsterdom.” Zijn vriend Max G. is dan ook een kruising tussen Klaas Bruinsma en Tony Soprano. “Max leidt het leven waar Fred naar verlangt. Maar als je iemand bewondert, wil je uiteindelijk ook die ene zwakke plek ontdekken, waardoor je boven hem kunt staan. Al is het maar in je gedachten. En dat is precies wat Fred doet. Op een cruciaal moment speelt hij het spel niet mee. Hij denkt: ik ben nu slimmer dan Max – ook al kost het me misschien mijn leven. Dat vindt hij ook zo belangrijk omdat hij het respect van zijn zoon wil herwinnen. Dat krampachtig in de smaak proberen te vallen bij de jongeren – zoiets moet je natuurlijk nooit doen. Bij de vader in ‘Odessa Star’ is dat nog iets gênanter dan bij de vader in ‘Het Diner’. ‘Als ik nou die zwarte Jeep Cherokee koop, vindt mijn zoon me misschien weer leuk!’ Als vader ben je ergens nog die opstandige puber van vroeger, terwijl je tegelijkertijd de volwassene moet zijn tegenover je kind. Dat zorgt soms voor een licht schuldgevoel. Dat je denkt: ik begrijp het allemaal zo goed, en ik denk dat hij snapt dat ik het begrijp. Mijn zoon zei laatst tegen me: ik wil eigenlijk niet meer naar school. Ik vind het daar zo erg - ik wil gewoon in bed blijven liggen. Zoiets snap ik volkomen. Dat is precies wat ik zelf vroeger voelde.” Uw zoon lijkt op u? “In sommige opzichten, ja. Maar hij heeft meer verantwoordelijkheidsbesef. Hij is vijftien en is nog geen enkele keer blijven zitten. Op zijn leeftijd was me dat al twee keer gebeurd. Ik was zelfs al van het Montessori Lyceum gestuurd. Ik maak mijn zoon soms ‘s ochtends wakker met de vraag: ga je naar school,

Kunt u zich voorstellen dat u in de toekomst de plot weer loslaat en gaat experimenteren met de romanvorm? “Nou ja, als iedereen je ziet als een toegankelijke schrijver en als een echte plottenbouwer, krijg je zin om daar tegen in te gaan en opeens weer iets heel anders te doen. Een beetje zoals Radiohead na het succes van ‘OK Computer’, met ‘Kid A’ op de proppen kwam, een cd waarvan veel mensen dachten: wat krijgen we nu? Het is die vreemde impuls om een deel van je publiek tijdelijk van je af te stoten: het heeft nu wel weer lang genoeg geduurd, jongens! Ik heb al de titel en de flaptekst voor zo’n tegendraads boek bedacht. Verder wil ik er nog niet veel over kwijt.” Humor en beklemming spelen ook in ‘Zomerhuis met Zwembad’ weer een belangrijke rol. Hoe vind je de balans tussen die twee elementen? “Te veel humor gaat ten koste van de spanning, daar ben ik me sterk van bewust. Dan je bij een bepaalde passage denkt: dit is wel hilarisch, maar je verliest ook iets. Er gaat ook iets verloren als je een bepaalde gedachte of observatie van het hoofdpersonage te kleurrijk opschrijft. Zeker als het verhaal in ik-vorm wordt verteld. Je kunt Paul Lohman eigenaardige dingen laten denken, maar niet: de zon stond als een kobaltkleurige, naar de eeuwigheid terugrollende ster aan de hemel. Zo is hij niet. Het moet altijd in character zijn. Anders doorbreek je de magie.” Bent u een romanpersonage wel eens beu na een paar maanden? “Ja. Ik heb net een verhaal geschreven in opdracht van mijn uitgever, die een Nederlandse bundel gaat uitbrengen waarin een aantal schrijvers een hardcore misdaadverhaal vertelt. Ik heb ‘Zomerhuis met Zwembad’ twee weken opzij gelegd om aan mijn misdaadverhaal te schrijven en die afwisseling was heel prettig. Opeens een totaal ander personage dan die huisarts: een politieman van bureau Buitenveldert. Net gescheiden. Hij komt zijn kinderen ophalen en ziet hun ‘nieuwe vader’ staan. Hij maakt cynische opmerkingen over voetballers, over schrijvers… En hij klaagt over de stank op het Boekenbal, waar hij voor onderzoek moet rondlopen. Hij ergert zich aan al die rare mensen daar.” In uw boeken zit agressie, maar het is agressie waar je als lezer vreemd genoeg vaak een goed humeur van krijgt. “Ik houd niet van nare, horrorachtige agressie. Mijn boeken zijn ook niet uitgesproken gewelddadig. Geen uitvoerige beschrijvingen van hoe een mes door een lichaam snijdt en dat soort dingen. Soms gebeurt er ook helemaal niets akeligs. Dan blijft het bij pure fantasie.”

x www.tudelft.nl


DELTA. 10 18-03-2010

10

reportage

Te koop: vers Als wetenschapper heb je het niet makkelijk: je moet excellent onderzoek doen, inspirerend onderwijs geven en in vergaderingen verstandige dingen zeggen. Alsof dat niet genoeg is, moet je ook nog je excellente onderzoek op een of andere manier aan de buitenwereld zien te verkopen. Daarom hier vier manieren om onderzoek als een ware marktkoopman aan de man te brengen, compleet met voorbeelden en voor- en nadelen. xIONICA SMEETS

Leo Kouwenhoven: “Het is eigenlijk net als versieren in de kroeg: de kans dat het lukt is klein, maar met een bord voor je kop en veel pogingen is het meestal toch gelukt aan het einde van de avond.” (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Zorg dat je de cover van Nature haalt David Lentink: “Ik leerde pas hoe je een verhaal vertelt toen ik tijdens mijn studie in Delft een cursus kleinkunst volgde.” (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Pitch je werk bij De Wereld Draait Door Twee dagen nadat hij cum laude promoveerde aan de Universiteit Wageningen zat dr.ir. David Lentink bij De Wereld Draait Door om te vertellen over zijn onderzoek naar de vliegtechniek van de gierzwaluw en hoe je die kunt gebruiken in de luchtvaart.

Om de voorkant van Nature te halen, moet je onderzoek natuurlijk eersteklas zijn. Maar daarnaast moet je een spectaculair mooi plaatje hebben.

Lentink: “Het was een bijzondere ervaring om in vijf minuten aan zo’n breed publiek uit te leggen waarom mijn onderzoek vernieuwend was. Op dat moment was ik niet geïnteresseerd in wetenschappelijk detail. Ik wilde vooral dat mensen het gesprek amusant zouden vinden.” Hij gelooft niet dat hij zelf direct iets aan dit media-optreden heeft gehad, maar voor de wetenschap als geheel is dit soort dingen volgens hem onmisbaar: “Wetenschappers moeten aan het publiek uitleggen waarom hun werk belangrijk is, anders stopt de wetenschap op een gegeven moment.” Lentink had geen media-aandacht gezocht voor zijn proefschrift, er was zelfs geen persbericht uitgegaan: “Ik had mijn proefschrift alleen opgestuurd naar een journalist die er zelf om had gevraagd. Dat leidde tot een artikel in de NRC en dat stuk was opgepikt door De Wereld Draait Door.” Lentink had wel erg veel werk besteed aan de stijl en vormgeving van zijn proefschrift: “Ik vind het belangrijk om altijd alles op het hoogste niveau in te zetten, ook de communicatie van je werk. De inleiding moet glashelder zijn en de plaatjes perfect.” Lentink denkt dat communicatie naast creativiteit onmisbaar is in de wetenschap: “In de opleidingen wordt er veel te weinig aandacht besteed aan dat aspect. Zelf leerde ik pas hoe je een verhaal vertelt toen ik tijdens mijn studie in Delft een cursus kleinkunst volgde. Toen ik later mijn onderzoek pitchte bij Nature, was het erg handig dat ik pakkend kon opschrijven wat mijn werk uniek maakte.”

Natuurkundige prof.dr. Ad Lagendijk stond in 1997 op de cover met een plaatje met een piek die prachtig tussen de letters van Nature viel. Het was Lagendijk opgevallen dat er vaker dingen tussen de letters doorgeweven werden, dus hij zorgde dat zijn onderzoek voorzien was van een plaatje met een piek op precies de juiste plek. De Delftse natuurkundige prof.dr.ir. Leo Kouwenhoven zette eens al zijn plaatjes over in turqoise nadat hij via het roddelcircuit hoorde dat dit de lievelingskleur was van degene die de voorplaat koos. Zijn turqoise plaatje haalde inderdaad de voorkant. Het lijkt of er gouden recepten bestaat om de voorkant van Nature te halen, maar Kouwenhoven benadrukt dat dit niet zo is: “Het lukt veel vaker niet dan wel. De succesverhalen zijn wat overtrokken. Het is Lagendijk, volgens mij, geen tweede keer gelukt om zo de voorkant te halen. Zelf heb ik ook veel meer mislukkingen dan successen op mijn naam staan.” Kouwenhoven noemt het halen van de voorkant ‘het kaarsje op de taart’: het trekt de aandacht. Maar het blijft slechts het kaarsje, de onderzoeksresultaten zelf zijn de taart: “Collega’s maakt het niet uit of je die voorpagina haalt, zij kijken naar de kwaliteit van je onderzoek. Zo’n kaft maakt vooral indruk op het grotere publiek en natuurlijk bij de decanen en managers.” Van dat laatste maakt Kouwenhoven gebruik bij het indienen van subsidievoorstellen: hij voegt daarbij de plaatjes toe van alle voorkanten die ze haalden met hun onderzoek. “Zo’n voorstel is verder vooral tekst en je probeert zo goed mogelijk reclame te maken voor jezelf en je werk. Ik heb het idee dat die plaatjes helpen. Je laat zien dat je succes hebt en dat trekt hopelijk nieuw succes aan.” Omdat de impact van een voorkant zo groot is, blijven wetenschappers het toch steeds proberen. Kouwenhoven: “Als we een nieuw artikel indienen, doen we er soms vier of vijf suggesties bij voor een voorplaat. Heel soms lukt het. Het is eigenlijk net als iemand versieren in de kroeg: de kans dat het lukt is klein, maar met een bord voor je kop en veel pogingen is het meestal toch gelukt aan het einde van de avond. Zo werkt het ook met covers.”

Voordeel: Je leert glashelder te formuleren waarom jouw werk vernieuwend is. Nadeel: Het blijft erg aan de oppervlakte.

Voordeel: Maakt indruk en geeft daardoor grotere kansen bij subsidies en prijzen. Nadeel: Het lukt veel vaker niet dan wel.


DELTA. 10 18-03-2010

11

reportage

onderzoek Doe iets met zombies Met ‘When zombies attack! Mathematical modelling of an outbreak of zombie infection’ kreeg een groep Canadese onderzoekers vorig jaar veel aandacht voor hun werk. Misschien waren ze geïnspireerd door het succes van ‘Pride and Prejudice and Zombies’. Of misschien hadden ze op het jaarlijkse vakgroepsuitje een ‘Night of the Living Dead’marathon gehouden. In elk geval besloten de onderzoekers hun (nogal saaie) modellen voor de verspreiding van epidemieën eens toe te passen op zombies. Geen gek idee in een vakgebied waar artikelen onsexy namen hebben als ‘Reproduction numbers and sub-threshold endemic equilibria for compartmental models of disease transistor’. ‘When zombies attack!’ begint met de beschrijving van verschillende soorten zombies. Voor hun modellen kiezen de onderzoekers de zombie uit klassieke zombiefilms: hij is ondood, beweegt traag en eet graag mensen. Voor verschillende scenario’s worden differentiaalvergelijkingen opgesteld, Jacobianen berekend en evenwichten bepaald. De conclusie: bij een uitbraak van zombies zal onze beschaving waarschijnlijk instorten. Met een medicijn om zombies te veranderen in levende mensen, zou er een evenwicht kunnen ontstaan waar zombies en mensen naast elkaar leven. Quarantaine van zombies zou de epidemie kunnen stoppen, maar volgende onderzoekers is dat ‘in de praktijk niet haalbaar’. Prof. Robert Smith? (het vraagteken hoort bij

De zombie uit klassieke zombiefilms is ondood, beweegt traag en eet graag mensen. (Foto: Robert Smith)

zijn naam) was een van de auteurs en is verbaasd over de lawine aan reacties: “Het was leuk om het artikel te schrijven en meer had ik er niet van verwacht.” Er gebeurde echter van alles. Hij werd gevraagd voor talrijke presentaties en mocht zijn eerste plenaire voordracht geven. Er werden documentaires over hem gemaakt en Smith? geeft nu advies aan scenarioschrijvers over wetenschap in Hollywoodfilms. Ook leverde het artikel hem meer publicaties op in goede tijdschriften. Wat hij zelf het mooiste vindt is dat hij daarna ook mediaaandacht kreeg voor zijn serieuze werk: “Ik had een publicatie in Science over het gevaar van resistentie tegen medicijnen. Dit belangrijke werk kreeg veel publiciteit, de

journalisten kenden me van de zombies en wisten dat ik me staande kon houden in een interview.” Smith? noemt het zombie-artikel een enorm voordeel: ”Het enige dat het niet heeft gedaan is direct geld opbrengen, maar de eer en roem zijn meer dan genoeg.” Voordeel: Levert roem, plenaire voordrachten en publicaties op. Nadeel: Mensen zullen je vragen of hun belastinggeld hier aan moet worden besteed.

Bouw een strandpaviljoen Spiegelzee: Een houten strandpaviljoen dat laat zien hoe de zeespiegel de afgelopen honderdduizend jaar langzaam daalde en weer steeg. Met dit idee stond het Delftse Team Hoogendoorn in 2007 in de finale van de Academische Jaarprijs. Ze wonnen niet, maar hun gedroomde strandpaviljoen kwam er toch. Het begon allemaal toen initiatiefnemer dr. Bob Hoogendoorn (geo-engineering) een oproep voor de Academische Jaarprijs las in NRC Handelsblad. Toevallig had hij een week eerder met collega-promovendus Joep Storms een discussie over hoe je onderzoek kon uitdragen en of je dat moest doen. Hoogendoorn: “Er wordt veel onzin verkocht over verandering van het klimaat en de gevolgen daarvan. We wilden het publiek het juiste perspectief bieden door te laten zien dat er altijd klimaatveranderingen waren en wat de gevolgen daarvan op de zeespiegel en de kust zijn geweest.” Hoogendoorn en Storms voegden de daad bij het woord en meldden zich aan. Een paar maanden later stonden ze met vijf andere teams in de finale: “Toen was het opeens een heleboel werk.” Met een team van vijf maakten ze gedetailleerde communicatieplannen en begrotingen. Spiegelzee kreeg positief commentaar van de jury, maar won niet. Hoogendoorns toenmalige promotor Salomon Kroonenberg bracht het team in contact met Mart van Bracht van TNO, voorzitter van het Jaar van de Planeet Aarde. Zo kwam het paviljoen er alsnog en stond het in de zomer van 2008 op het Katwijkse strand. De uitvoering kostte zeeën van tijd: Hoogendoorn besteedde driekwart van 2008 aan het project Het resultaat: tussen de dertigduizend en veertigduizend bezoekers en een tiental interviews in de media. Hoogendoorn deed veel contacten op in bedrijfsleven en politiek. Daarnaast leerde hij hoe ontzettend moeilijk het is om te bepalen wat mensen kunnen bevatten: “Dingen die voor jou vanzelfsprekend zijn, gaan er soms niet in. Als je vertelt dat de zeespiegel vroeger 120 meter lager was, vragen mensen waar het water dan is gebleven. Als je uitlegt dat de kustlijn in die tijd bij de Atlantische Oceaan lag, dan antwoorden ze dat dat niet kan omdat daar nu zee is.” Hoogendoorn vindt het achteraf jammer dat hij in het project niets van zijn eigen onderzoek heeft uitgelegd. “De link tussen wat ik hier van dag tot dag doe en Spiegelzee is slechts dat alles in het project tot de basisstof behoort.” Toch noemt Hoogendoorn het project vooral ‘ontzettend leuk’ en raadt hij elke onderzoeker aan om een keer zo’n groot project te doen. Onderzoeker Bob Hoogendoorn: “Dingen die voor jou vanzelfsprekend zijn, gaan er bij het publiek soms niet in.” (Foto: Bruno van Wayenburg)

Voordeel: Je doet contacten op buiten je gewone werkkring. Nadeel: Het kost heel veel tijd.


DELTA. 10 18-03-2010

12

lifestyle

Nooit gebouwd

Thor (in blauwzwarte tenues) begon de play-offs tegen RUS met een kleine nederlaag (10-14). In de rust leidden de Delftse rugbysters nog met 10-0. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Na een door omstandigheden beduidend minder tussenseizoen is de damesafdeling van rugbyclub Thor dit jaar als vanouds volop verwikkeld in de strijd om de landstitel. In de halve finale van de play-offs stuitte de nummer drie uit de competitie op het Utrechtse RUS. Op het sportcentrum nam Thor een voorsprong door een try van Pien Selbeck na een fraaie break van Lieske van der Brug. Dankzij de benutte conversie en een rake penalty kick van Lorraine Laros stonden halverwege de cijfers 10-0 op het scorebord. Na de rust bogen de bezoeksters via twee try’s plus conversies de stand om naar 10-14. “Bij de laatste try werd een onwijze knock-on gemaakt”, aldus Thor-aanvoerster Fanny Ruter die doelde op het vooruitspelen van de bal met de hand dat bij rugby niet is toegestaan. De scheidsrechter, aan wie deze knock-on was ontgaan, raadpleegde de linesman van RUS. Ruter: “Die had natuurlijk geen knock-on gezien. Logisch, ik zou hetzelfde zeggen in zo’n belangrijke wedstrijd.” Komende zondag moet Thor de terugwedstrijd in Utrecht met een try verschil winnen om alsnog de finale te bereiken. Voor de rugby-heren van DSR-C staat na de slotwedstrijd tegen directe concurrent AAC degradatie uit de ereklasse vast. De studenten grepen in Amsterdam naast de laatste strohalm en verloren met 22-8. Een onterechte degradatie, vindt speler Ernst Kamp: “We stonden onderin vrij close. Na de winterstop hebben we een paar sterke wedstrijden gespeeld. Als team zijn we gegroeid.” En dan, met zelfverzekerd optimisme: “Komend jaar gaan we lekker in de eerste klasse spelen en over twee jaar weer in de ereklasse.” Roeivereniging Laga is ook gegroeid. ‘Wederopstanding van het zware roeien bij de Delftse corporalen’, meldt nlroei.nl over de afgelopen weekend op de hoofdstedelijke Amstel gehouden Heineken Roeivierkamp. Voor het tweede achtereenvolgende jaar was de zware eerstejaarsacht van Laga in zijn categorie de snelste overall over de 2500, 250, 750 en 5000 meter. Een logisch gevolg van de andere koers die Laga is gaan varen sinds 2002, weet president Joost van der Weiden. Het meer op sportieve prestaties gerichte beleid en de openstelling voor niet-corpsleden werpt zijn vruchten af. Proteus kwam thuis met drie overall-‘blikken’, alle veroverd in gecombineerde ploegen. In het eerstedivisieveld won de damesdubbelvier, met de drie Proteus-roeisters Sytske de Groot, Chantal Achterberg en Ellen Hogerwerf, zelfs alle vier de afstanden. De overgang van Ariston’80 naar burgerclub DHL gaat niet door. De voetballers wilden weg van het sportcentrum, onder meer uit onvrede over de miscommunicatie met het management. De leden gaven in september 2009 toestemming aan het bestuur om een onderzoek te doen naar de haalbaarheid van het plan. In de ALV van 6 maart kozen de leden echter voor een langer verblijf op het sportcentrum. (JT)

x Tips? Jimmy.tigges@hetnet.nl

xRobert Visscher

Rotterdam zoals het had kunnen zijn. (Illustratie: ZUS)

Wie Rotterdam met de trein binnenrijdt kan niet om het gifgroene gebouw van Nationale Nederlanden van architect en TU-hoogleraar Jo Coenen heen. Het is een van de blikvangers van de stad. Zo had het kunnen zijn. Maar het ontwerp van Coenen werd nooit gerealiseerd. Coenen viste achter het net. Bij het station staan nu twee karakteristieke, zilverkleurige torens. Na het verwoestende bombardement zeventig jaar geleden stond er buiten de Laurenskerk weinig meer overeind. De verwoeste Maasstad werd na de oorlog proeftuin voor architecten en stedenbouwkundigen. Parels als de Euromast, het Groothandelsgebouw en de Erasmusbrug waren het resultaat. Veel interessante ontwerpen verdwenen in de prullenbak. De tentoonstelling ‘Nooit Gebouwd Rotterdam’ eert die ontwerpen. Daarbij gaat veel aandacht uit naar Delftse architecten, zoals Jo van den Broek, Winy Maas en Jo Coenen. De tentoonstelling geeft de nooit gebouwde ontwerpen inventief weer. Op vier wanden is Rotterdam te zien vanuit de vier windrichtingen. Met behulp van lamellen verschijnen per windrichting achter elkaar drie soorten afbeeldingen: een luchtfoto van hoe Rotterdam er nu uitziet en twee artist’s impressions van Rotterdam als kleinstad en grootstad. De verschillen tussen de afbeeldingen zijn zo groot dat

het verschillende steden lijken. De Maas, het spoor en de Laurenskerk zijn de enige constanten. Dat laat eens te meer zien hoe belangrijk gebouwen zijn voor de identiteit van een stad. De afbeelding van Rotterdam als grootstad springt met spectaculaire wolkenkrabbers het meest in het oog. Als deze gebouwen waren gerealiseerd, had de stad pas echt de bijnaam ‘Manhattan aan de Maas’ verdiend. Een hoogtepunt is een gigantisch gebouw uit 1982

stephan

Sport

In ‘Nooit gebouwd Rotterdam’ staan niet gerealiseerde ontwerpen voor de Maasstad in de schijnwerpers. Dat levert een prachtige tentoonstelling op met veel aandacht voor Delftse architecten, megalomane wolkenkrabbers en pareltjes waarvan het jammer is dat ze nooit zijn gebouwd.

Een snelweg dwars door de Rotterdamse binnenstad van toparchitect Rem Koolhaas dat uit met diagonale lijnen aan elkaar geschakelde delen bestaat. Een ander voorbeeld is de avontuurlijke kikkerbrug. Deze bestaat uit een soort waterlelies en die kwam in 1998 uit de koker van de Brit William Alsop. De tentoonstelling zit vol met pareltjes, waarvan het jammer is dat ze nooit het levenslicht gezien hebben. Hier tegenover staan projecten waarbij Rotterdammers de handen mogen dichtknijpen dat ze niet zijn gerealiseerd. Het bekendste voorbeeld daarvan is het ontwerp uit 1946 van een groot verkeersplein met een diameter van driehonderd

meter – een soort Prins Clausplein in het centrum van Rotterdam. Daarnaast zou er een snelweg (Rotte-tracé) dwars door de binnenstad komen. De gevatte Rotterdammers noemden het plein al snel ‘Het Slakkenhuis’. Een verwijzing naar de vorm van de wegen en naar de filevorming die het ontwerp opleverde. Na protesten verdween het plan in de la. Gelukkig is er ook veel aandacht voor megalomane gebouwen. Zoals een goudkleurige bal, die boven het Hofplein moest komen. Of de raketvormige Parktower, een ontwerp van Eamonn O’Mahony uit 2002. Met 375 meter zou dit het hoogste gebouw van Rotterdam worden. ‘Nooit gebouwd Rotterdam’ laat op overzichtelijke wijze zien hoe Rotterdam er uit had kunnen zien. De ontwerpen die het (net) niet haalden worden terecht in het zonnetje gezet. Daardoor is de tentoonstelling voor iedere geïnteresseerde in architectuur en stedenbouwkunde een must. Wie jeukende handen krijgt bij het zien van de ontwerpen, kan op de tentoonstelling zelf aan de slag met speciale bouwblokken in de vorm van de nooit gebouwde ontwerpen.

x ‘Nooit gebouwd Rotterdam’, Schie-

landshuis, Korte Hoogstraat 31 in Rotterdam. Di t/m zo 11 – 17 uur, entree € 5. Nog te zien t/m 22 augustus. www.hmr.rotterdam.nl


DELTA. 10 18-03-2010

13

lifestyle

hoe overleef ik...

… mijn ranzige studentenhuis? (Met heel veel tips om vals te spelen!)

Hallo, je bent student. Natúúrlijk is je huis niet streeploos schoon. Maar de kots in het tapijt en aangekoekte spaghetti van drie maanden geleden gaan een keertje tegenstaan - zo jou niet, dan je huisgenoten wel. Dus deze keer in Delta’s overlevingscursus: van ranzige pheut tot poetsmiep. Pindakaas in je haar Je moet er wat voor over hebben, zo’n feest op de vereniging. Humor is betrekkelijk, besef je als je wakker wordt met een klont kauwgum in je haar. Tijd voor een nieuw kapsel dan maar? Welnee! Smeer er een flinke kwak pindakaas in en wrijf met een stuk keukenrol net zolang tot de kauwgum oplost. Bevriezen werkt trouwens ook heel goed, al is die truc een stuk geschikter voor je bank of vloerbedekking.

Zum kotzen Heb je eindelijk jezelf weer schoon, ontdek je nog één pijnlijk souvenir van de night before: een stinkende plak kots, precies in het midden van de kamer. Oké; ’s avonds een vent, ’s ochtends een vent, dus eerst even de brokstukken verwijderen. Daarna begint het echte werk. Je kunt er een peperdure powercleaner tegenaan gooien, maar minstens zo effectief, goedkoop én educatief is je eigen mengsel van afwasmiddel, azijn en zuiveringszout. Even laten intrekken, et voilà. En dan verklappen we niet dat gemalen koffie erover gooien minstens zo goed werkt – gewoon voor het wow-effect.

Wie schrijft, die blijft Op het toppunt van concentratie kán wel eens iets misgaan. Verdiept in je boeken, vergeet je je balpen, die al druppend een knalblauwe vlek achterlaat op de stoel van je huisgenoot. Duik het badkamerkastje in, ergens moet een fles haarlak te vinden zijn. Even sprayen, wrijven en klaar is Kees. O, mocht je kleding ook geraakt zijn: beetje alcohol erop (nee, niet die uit de koelkast…) en zo de was in. Niks van dit alles in huis te vinden? Week je kleren in de melk!

De slogan telt het zwaarst Delftse studenten bedachten het nieuwe campagnebeeld van de TU Delft. De slogan ‘Dare to be…’, in combinatie met aansprekende posters en interactieve snufjes, moet potentiële TU-studenten naar Delft lokken. xTrudy van der Wees Deelnemen aan studentenwedstrijden is een lucratieve business als je het handig aanpakt. Je kunt er een leuk zakcentje mee verdienen en het staat goed op je cv. De studenten technische natuurkunde Robbert Weijers, Jeroen Vrouenraets en Frank Pijnenborg trekken er elke week een middag voor uit om te bespreken welke wedstrijden er lopen en welke voor hen interessant zijn. Weijers en Pijnenborg wonnen vorig jaar 2500 euro met de studentenwedstrijd ‘Ben jij beter dan Microsoft?’ Dat succes smaakte naar meer, dus stortten ze zich dit keer op de wedstrijd ‘Ontwerp jij het nieuwe campagnebeeld van de TU Delft?’ bedoeld om zowel vwoscholieren als bachelor- en masterstudenten te interesseren voor een opleiding aan de TU. Voorheen werd deze jaarlijkse reclamecampagne uitbesteed aan een reclamebureau. Dit jaar is ervoor gekozen om de creativiteit van de Delftse studenten te benutten. Niet alleen een stuk goedkoper, de studenten staan ook dichter bij de doelgroep en hun leefwereld. Daar kan geen reclamebureau tegenop. Zeven studenten en studententeams deden mee. Drie finalisten kregen 1500 euro om hun concept verder uit te werken en maandag te presenteren voor een jury bestaande uit onder andere middelbare scholieren, studenten en medewerkers van marketing en communicatie. De studenten hebben één ding met elkaar gemeen: allemaal willen ze duidelijk maken dat een techni-

Niels Jacobs: "Techniek is overal om ons heen." (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

sche studie niet alleen iets is voor nerds. Allemaal maken ze gebruik van interactieve technische gadgets, van twitter tot ultramoderne RQ-tags, en allemaal gebruiken ze in hun campagnes de iconen van de TU Delft zoals de Nuna, de stormparaplu Senz en universiteitsbibliotheek. Weijers, Vrouenraets en Pijnenborg kozen voor een speels concept en slogan: ‘Don’t stop playing’. “We bedachten dat het hele leven eigenlijk een spel met techniek is. Als kind speel je met treintjes, als volwassene sleutel je aan een TGV.” Een leuk idee, maar niet sterk

Hier kan geen reclamebureau tegenop genoeg voor de hoofdprijs. Die ging naar student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek Niels Jacobs en IO’er Vincent Laban. Jacobs heeft samen met René Smeets een eigen reclamebureautje waarmee hij af en toe opdrachten doet voor de TU. “Niet dat ik mijn studie ontrouw ben, ik heb gewoon een brede interesse.” Hun concept draait om augmented reality, een technisch snufje dat het mogelijk maakt om virtuele beelden aan rechtstreekse, reële beelden toe te voegen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een computer of mobiele telefoon in combinatie met een webcam. “In een logo op drukwerk kun je een bepaalde code ver-

stoppen. Deze wordt door de webcam herkend en zo krijg je toegang tot bewegende beelden van een voorwerp of gebouw. Op die manier kun je de opleiding meer tot leven brengen.” Het motto van hun campagne luidt: ‘Dare to be…’. “Dat kan van alles zijn”, legt Niels uit. “Dare to be sustainable, dare to be innovative. We willen duidelijk maken dat techniek overal om ons heen is, ook op plekken waar je het misschien niet verwacht.” Dat wilde ook IO-studente Bente de Lat laten zien. “Ik laat technische toepassingen zien die de nieuwsgierigheid prikkelen en stel de vraag: ‘Wil je weten waarom?’ Waarom is een Senz-paraplu stormbestendig? Waarom is een bankpasje beveiligd met priemgetallen? Waarom rijdt de Nuna zo zuinig en zo snel? Het antwoord luidt natuurlijk: dan moet je in Delft komen studeren.” Juryvoorzitter en collegelid Paul Rullmann is tevreden. “Deze aanpak is voor herhaling vatbaar. De kwaliteit van de inzendingen is hoog. Bij het aanwijzen van de prijswinnaar is de slogan doorslaggevend geweest. Visueel en technisch is er van alles mogelijk, maar het gaat om de boodschap die de universiteit wil uitdragen. De uitdagingen van deze eeuw zijn enorm. Onze studenten moeten oplossingen vinden voor een wereld die langer meegaat dan vandaag. Daarom is gekozen voor de slogan ‘Dare to be…’ en de bijbehorende campagne.”

Vetverdemme Niets zo lekker als een vette bek na het stappen. Maar die shoarmasaus laat hopeloze vlekken achter op je kleding, om over de bank maar niet te spreken. Wat nu? Strooi er een beetje aardappelmeel op! Even afkloppen en applaus, alstublieft.

Bloody Sunday Een ongeluk zit in een klein hoekje (of glaasje). Bloed op je stoel of beddengoed? Smeer er een papje op van maïzena met water, en hup, de zon in.

Wax on, wax off Zijn jullie thuis ook gezwicht voor de truc met het aluminiumfolie op het gasfornuis? Kom op, dat ziet er toch niet uit? Dé oplossing: één keer bikkelen en de boel goed schoonmaken (gooi de pitten in de kunstgebittenreiniger!) en smeer het fornuis daarna in met ovenwas. Eén snelle veeg met een lap na het koken is voor (bijna) altijd voldoende.

Snelle remedies tegen… Rode wijn: spa rood erover. Kaarsvet: in de diepvries, föhnen, of strijken met absorberend papier. Vieze wasbak en spiegel: scheerschuim!

Piep zei de muis… … maar niet in je huis – als je de boel nu tenminste schoon weet te houden. Toch nog last van ongedierte? Zet vallen en bel de ongediertebestrijding. Maar heb je inmiddels de smaak van de huismiddeltjes te pakken: kakkerlakken vang je door ’s nachts een vochtige dweil op de vloer te leggen, daar kruipen ze graag onder. Het pad van mieren bestrooi je met witte peper, hun nest smeer je in met knoflook of koffiedik. En die lastige huisgenoot? Die vertel je niks over deze trucs, zodat hij Huize Helderschoon gillend ontvlucht. (JH)

time out

New bands on the block In de High School Music Competition, vrijdagavond in Speakers, strijdt nieuw talent om een plek in de gevestigde muziekscene. Geen nieuw talent zonder battle. Dat weet de Zuid-Hollandse Popunie ook wel. Dus riep ze twaalf jaar geleden, ver vooruitlopend op tv-talentenjachten als X-Factor, Popstars en Idols, de High School Music Competition (HSMC) in het leven. Toen nog als een regionale, kleinschalige wedstrijd, maar inmiddels is de jaarlijkse competitie uitgegroeid tot een groots landelijk evenement. Waar overigens ook een dichtwedstrijd aan hangt: Doe Maar Dicht Maar. Het winnende gedicht wordt door de winnende band tot nummer bewerkt. Ondanks de misleidende naam, mogen ook studenten deelnemen, als ze maar jonger dan negentien jaar zijn. Toch doen geen TU-studenten mee. De enige Delftse (scholieren)band, Muscled Lemon, legde het afgelo-

pen vrijdag af tegen de bands Hybernation en Face the Facts, tijdens de eerste loud music-voorronde in de Rotterdamse Baroeg. In de voorronde in Speakers, komende vrijdag, strijden bands in de categorie pop/rock tegen elkaar voor een finaleplaats in het Haagse Paard van Troje, op 23 mei. De deelnemers: Ablaze uit Rotterdam, Hunting the Robot uit Eindhoven, het Leidse Pollution, Sideditch uit Oldenzaal, de Amsterdamse The Jetts en The Ties uit Den Haag. Daarna nemen alleen de hiphoppers het nog tegen elkaar op, in De Unie in Rotterdam, op 26 maart. Lekker – al is het maar omdat alles wat van ver komt nu eenmaal lekker smaakt. En valt dat per ongeluk toch nog vies tegen, dan kun je na de HSMC altijd nog lekker vrijdansen op dj Jasper Weeda. (JH)

x

Voorronde High School Music Competition, op vrijdag 19 maart vanaf 20.30 uur in Speakers. Toegang: € 5. www.highschoolmusiccompetition.nl www.speakers.nl


DELTA. 10 18-03-2010

loopbaan

14

Naam: Bart Reijnen (37) Woonplaats: Wassenaar Verliefd/verloofd/getrouwd: Getrouwd, twee dochters Studie: Luchtvaart- en ruimtevaarttechniek Afstudeerrichting: Stabiliteit&besturing en simulatie Afstudeerjaar: 1995 Loopbaan: In 1994 begon Bart Reijnen zijn loopbaan bij Dasa, als stagiair. In 1995 nam hij deel aan het Corporate Young Manager Programme in München. Het jaar daarop werd hij technisch projectleider bij DaimlerBenz Airport Systems. In 1997 was hij assistent van de Senior Vice President van de Large Aircraft Division van Airbus in Toulouse. In 1998 werd hij hoofd van de A3XX (tegenwoordig A380) projectplanning bij Airbus. Twee jaar later was hij assistent van de bestuursvoorzitter van EADS in München en vier jaar daarna hoofd van het bestuursbureau van EADS in diezelfde stad. In 2006 werd hij algemeen directeur van Dutch Space. Reijnen is ook voorzitter van SpaceNed, de branchevereniging van Nederlandse ruimtevaartbedrijven. (Foto’s: Hans Stakelbeek/FMAX)


DELTA. 10 18-03-2010

15

loopbaan

Luchtvaartbloed Bart Reijnen leidt als directeur van Dutch Space innovatieve projecten voor de internationale ruimtevaart in goede banen. Maar naast passie voor ruimtevaart is hij verslingerd aan de luchtvaart. Hij begon zijn carrière bij het grootste vliegtuig ter wereld: de A380.

in de computer en zodra het uit de fabriek komt, is dat idee tastbaar.”

Ruimtestation Als directeur van Dutch Space bejubelt hij nu met evenveel enthousiasme projecten als het Automated Transfer Vehicle voor het internationale ruimtestation, waarvoor het bedrijf de innovatieve zonnepanelen levert. Als student had hij de keuze tussen luchtvaart en ruimtevaart snel gemaakt, zegt hij. “Maar inmiddels weet ik dat ik niet alleen luchtvaartbloed, maar zeker ook ruimtevaartbloed heb.” Dat ontdekte hij toen Dasa met een aantal bedrijven werd samengevoegd en verder ging als het European Aeronautics Defence and Space Company (EADS). Ruimtevaart werd een belangrijk onderdeel van het bedrijf. Reijnen kreeg daardoor als chief of staff van de algemeen directeur ook te maken met ruimtevaart. “Toen merkte ik dat ruimtevaartprojecten minstens zo fascinerend zijn als luchtvaartprojecten. Met behulp van de allerknapste technieken worden nieuwe dingen bedacht. En het is heel internationaal. De samenwerking reikt tot ver over de landsgrenzen.” Toen Reijnen in 2006 het aanbod kreeg om directeur te worden van het EADS-onderdeel Dutch Space, hoefde hij niet lang na te denken. “We werken bij Dutch Space aan spannende, innovatieve projecten. Onze medewerkers leven intensief mee als onze onderdelen in een baan om de aarde worden gezet of bij het internationale ruimtestation aankomen.” Hoewel hij het in het buitenland goed naar zijn zin had, voelde hij ook voor een terugkeer naar Nederland. “Ik had nog nooit in mijn moederland gewerkt.” Het bevalt hem uitstekend. “Als ik ooit gedwongen weg zou moeten en een nieuwe keus moet maken, keer ik wellicht terug naar de wereld van de luchtvaart. Maar dat is alleen als het echt niet anders kan. Ik ben namelijk nog lang niet klaar met de ruimtevaartprojecten van Dutch Space.”

xMartine Zeijlstra Opmerkelijk genoeg droomde Dutch Space-directeur Bart Reijnen als kind niet van avontuurlijke ruimtereizen. Hij was juist gek op vliegtuigen. En daarvoor hoefde hij niet ver. Het Limburgse dorpje Heythuysen waar hij opgroeide, lag op de aanvliegroute van de RAF-basis in het Duitse Brüggen. “Er vlogen ook geregeld Belgische en Nederlandse toestellen over”, zegt Reijnen, nog steeds enthousiast. Toen Engelse piloten van de Royal Air Force in het oude huis van de achterburen trokken, kon Reijnen zijn geluk niet op. “Ik was daar kind aan huis. Ze vertelden me alles wat ze meemaakten.” Daar zaten stoere verhalen bij, over snelle vliegmachines en spannende vluchten. “Maar het ging bijvoorbeeld ook over de Irak-oorlog. Die mannen werden emotioneel als ze over hun collega-piloten vertelden die door Irakezen gegijzeld waren. En ze hadden ook wel eens verhalen over ongelukken. Een straaljagerpiloot belandde met zijn toestel in een Canadese boomtop en kon nog net op tijd met zijn vliegstoel ontsnappen.” Reijnens droom om straaljagerpiloot te worden spatte echter uiteen toen hij in zijn puberteit doorgroeide tot een lengte van 1.94 meter. Te lang om straaljagerpiloot te kunnen worden.

Puur Toch bleef hij enorm geboeid door vliegtuigen. Een studie luchtvaart- en ruimtevaarttechniek was voor hem dan ook de meest logische keuze. “Ik heb geen moment overwogen om lijnvluchtpiloot te worden. Ik wilde altijd alles van de techniek weten. Een vliegtuig is heel puur. Alle berekeningen die je leert, dienen om een toepasbaar product te maken dat in de lucht blijft. En het materiaal en de technieken die je daarvoor gebruikt, moeten zo weinig mogelijk ruimte innemen. Dat maakt het fascinerend.” Hij hoefde niet lang na te denken over zijn afstudeerrichting: vliegtuigbouw. Naast de theorie leerde hij vooral hoe belangrijk samenwerken is. Vliegtuigen ontwerpen in een klein team was een wezenlijk onderdeel van de dagelijkse praktijk. “Op de TU Delft was daar vergeleken met andere buitenlandse universiteiten veel aandacht voor”, zegt Reijnen. Dat niet alle universiteiten samenwerking zo hoog in het vaandel hebben, ontdekte hij tijdens zijn afstudeeropdracht. Samen met een andere Delftse student en twee Duitse studenten werkte hij aan een opdracht voor Daimler Benz Aerospace (Dasa). “Wij, de Nederlanders, wilden meteen met z’n vieren aan de slag, terwijl de Duitse studenten zich liever eerst alleen voorbereiden. Wij maakten allerlei planningen en structuren voordat we met het werk begonnen, de Duitsers gingen eerst de bibliotheek in om zich in de problematiek te verdiepen.” Ze werkten aan een simulator om luchtverkeersleiders te trainen. Reijnen en zijn collega’s simuleerden sneeuwstormen en afgesloten landingsbanen op de virtuele vliegvelden van München en Frankfurt. “Die situaties komen niet vaak voor, maar als het een keer noodweer is, zijn de luchtverkeersleiders er door het oefenen met ons simulatieprogramma wel goed op voorbereid.” Hoe belangrijk dat is, ontdekte hij toen een van de luchtverkeersleiders de lichten van een afgesloten landingsbaan doofde. “Dan zie je niet eens dat er een landingsbaan is.” Hoewel de meeste mede-studenten met een voorliefde voor luchtvaart na hun afstuderen kozen voor een carrière in de Nederlandse luchtvaart, ging Reijnen naar het buitenland. “We maakten tijdens de studie excursies naar Fokker, maar ik wilde verder kijken, meer beleven.” Tijdens zijn afstuderen werd hij gevraagd om te solliciteren naar een plek in het Corporate Young Managers programma van Dasa. Hij werd aangenomen en werkte aan veel grote pro-

jecten over de hele wereld, van München tot Pretoria. Een van de hoogtepunten was zijn werk aan het grootste vliegtuig dat ooit gebouwd was: de Airbus A380. “Toen ik die baan kreeg, voelde het als de hoofdprijs”, zegt hij. “Het was geweldig om mee te werken aan zo’n gigantisch innovatief project waar het grootste vliegtuig ter wereld uit voortkwam.”

TK vuurdoop Reijnen hield zich niet bezig met de technische innovaties van het vliegtuig. Hij was verantwoordelijk voor de integrale planning binnen het project. “Er zitten zoveel onderdelen aan een vliegtuig. De cockpit, vleugels, staartstuk en ga zo maar door. Dat moet allemaal ontwikkeld, gemaakt en getest worden, en op tijd. En in de juiste volgorde. Het vergt een heel goede planning en structuur om dat voor elkaar te krijgen bij zo’n groot vliegtuig”, zegt Reijnen. Als rechterhand van de projectleider leerde hij veel. “Mijn baas, de projectleider, was een wat oudere man met veel ervaring. Hij had altijd een kleine zakrekenmachine bij zich waarmee hij alle berekeningen van de ingenieurs naploos. Als zijn uitkomst meer dan vijf procent afweek van het computermodel, riep hij: ‘stop! Het klopt niet’. Acht van de tien keer had hij gelijk. Dan zat er meestal een fout in het computermodel. Hij leerde mij om heel kritisch het grote geheel in de gaten te houden. Daar heb ik nog steeds veel aan.” Tijdens het project kreeg hij ook zijn vuurdoop in samenwerking. “Ik gaf leiding aan zeven mensen. Dat was spannend.

‘Toen ik die baan kreeg, voelde het als de hoofdprijs’ Spanjaarden en Fransen werken heel anders als Britten of Duitsers. Spanjaarden zijn heel informeel, Duitsers juist niet. Het was prachtig om ze uiteindelijk samen te laten werken. Maar soms bleef het lastig”, zegt hij. “Niet alleen omdat ze allemaal een andere achtergrond hadden, maar ook omdat het een samenwerking tussen verschillende bedrijven was. Ik moest beoordelen wie salarisverhoging kreeg. Dat is moeilijk als twee mensen precies dezelfde baan hebben, maar anders beloond worden.” De eerste keer dat de A380 de fabriek verliet, vond Reijnen fantastisch. “In het begin bestaat zo’n vliegtuig alleen nog maar


DELTA. 10 18-03-2010

16

service

Aankondigingen Algemeen Vakken Alle ingenieurs krijgen ooit met intellectueel eigendom te maken. Het Delft Centre for Entrepreneurship biedt hierover een keuzevak aan voor masterstudenten en aio’s in het 4e kwartaal. In dit vak leer je de verschillende vormen van Intellectueel Eigendom kennen en gebruiken. Inschrijving kan via Blackboard: WM0781TU. Voor meer informatie kun je contact opnemen met Susan Tate, S.C.Tate@tudelft.nl. Valorisation Centre Het Valorisation Centre organiseert informatie bijeenkomsten voor de wetenschappers van de TU Delft. Voor meer informatie en aanmelding kunt u terect op www.valorisationcentre. tudelft.nl. Bierhistorie Bierhistorie Delft organiseert op dinsdag 23 maart een bierproeverij. Deze bierproeverij begint om 20.00 uur en wordt gehouden in Bierlokaal De Klomp, Binnenwatersloot 5, Delft. De kosten voor deze proeverij bedragen 12 euro per persoon. Voor aanmelding en meer informatie zie

www.bierhistoriedelft.nl of bel 06–25413178. Wij helpen daar Stichting 'Wij Helpen Daar' organiseert vrijwilligersprojecten in de zomer voor studenten in Servië, Bosnië en Kroatië. Kom voor een uitgebreid verhaal over de projecten naar de voorlichtingsavonden op 24 en 25 maart in Plexus om 19.30, Kaiserstraat 25, Leiden. Aanmelden via info@wijhelpendaar. org. Zie ook www.wijhelpendaar. org. Elsevier Technologiedebat Op het eerste Elsevier Technologiedebat, georganiseerd samen met de TU Delft en Campus Den Haag, staat de file centraal onder leiding van Simon Rozendaal (wetenschapsredacteur Elsevier). Hoeveel hebben we en wat kunnen we er in theorie aan doen? Het debat heeft plaats op maandag 29 maart van 16.00-18.30 uur bij de Campus Den Haag (Lange Voorhout 5-7). Schrijf u in door een e-mail te sturen naar: info@campusdenhaag.nl. Congres Spoorzone Op maandag 19 april zal er een congres worden gehouden over de Spoorzone. Diverse

sprekers zullen belichten hoe de Spoorzone gebruikt zal kunnen worden. Entree bedraagt 10 euro per persoon. Aanmelden kan via www.aanmelder.nl/ delft_bouwt_aan_je_toekomst. Bij het kaartje zijn lidmaatschap van het WeSD en twee consumpties inbegrepen. Hidde Nijland Symposium Op 28 april vindt het Hidde Nijland symposium over ‘Elektrisch Vervoer’ plaats op de TU Delft. Inschrijven kan via de website www.hiddenijlandsymposium.nl. De kosten voor academisch personeel bedragen 85 euro en voor studenten 10 euro. Projectvoorstellen wetenschappers gezocht Stichting Imagine Life Sciences is voor de scholierenwedstrijd (4/5 havo en 4/5/6 vwo) van 2010-2011 op zoek naar wetenschappers die ons kunnen steunen en hun enthousiasme voor hun vak willen uitdragen door het indienen van een projectvoorstel. Voor meer informatie kijk op www.foundationimagine.org of mail naar info@ foundation-imagine.org. Studium Generale • Maandag 22 maart, 20.15 uur ‘Geestverruimende middelen’.

Auteur Lars Faber komt vertellen over de hedendaagse gebruiksvormen van geestverruimende middelen. Het Prinsenhof, ingang Oude Delft 183, Delft - toegang gratis. • Dinsdag 23 maart, 20.15 uur – ‘Architectuur, kunst en religie in de Middeleeuwen’ door Elisabeth den Hartog. In deze lezing wordt ingegaan op de relatie tussen architectuur en liturgie in de Middeleeuwen. Het Meisjeshuis, Oude Delft 112, Delft - toegang gratis. • Woensdag 24 maart, 20.15 uur -
Eppo van Nispen tot Sevenaer, directeur DOK, spreekt over ‘De bibliotheek in 2050 (wanted) dead or alive’. In deze lezing zal hij ingaan op de vraag of de bibliotheek nog toekomst heeft en hoe die toekomst er uit kan zien. DOK, Vesteplein 100, Delft - toegang gratis.

Student and Career Support Informatie Bij Student and Career Support kun je terecht voor een bezoek aan een studentendecaan, een studentenpsycholoog, het Career Centre met studiekeuzeadviseurs en loopbaanadviseurs, en het

Announcements General Valorisation Centre The Valorisation Centre organises information meetings for the scientists of TU Delft. More information and application forms can be found on www. valorisationcentre.tudelft.nl. Symposium The Department of Chemical Engineering of the TU Delft will hold a symposium on ‘soft matter’ on the 12th of April. For more information and registration see www.softmatterdelft.nl. International Student Church Students of all denominations are invited to our ecumenical
service every Sunday at

Raamstraat 78, 11.30 hrs followed by tea/coffee. The services are led by the chaplains Reverend W. Stroh and Father Avin, and are supported by student leaders. More information on www.iscnetherlands.nl.

Student and Career Support Information The student psychologists and the central student and careers councilors are located at Jaffalaan 9A. Office hours: Monday-Friday from 9.00-17.00 hrs. You can direct your inquiries or make an appointment at the Front Office or by phone: 0152788004. For an initial appointment with one of the student

psychologists you should first come to one of the open office hours: Tuesdays and Thursdays from 11.30-12.30 hrs. The open office hours of the Student and Career counselors are on Tuesdays from 11.30-12.30 o’clock. More information on www.studentandcareersupport.nl.

(personal branding, CV check, etc.) and hear about our plans for the future. The day will end with a festive toast and live music. Students can participate in the competition (sign up before 26 March), see more information on www.careercentre.tudelft.nl.

Workshops Workshop constructive thinking – 29 March Self Esteem – 29 March More information on www. smartstudie.tudelft.nl.

International Office The International Office, Jaffalaan 9a/visitor’s entrance at Mekelweg, office opening times Monday to Friday 9.00–17.00 hrs. Appointments and enquiries can be made by email: internationaloffice@tudelft.nl or by phone: 015-2788012.

Opening Career Centre The Career Centre has officially started during the fall of 2009. On 21 April you will be able to attend a selection of workshops

Minimaatjes Gez. L&R-ing. uit het ELDOtijdperk (1962–1970): ing. (of nabest.) in 60s betrokken bij European Launcher Development Organisation progr. in Woomera, Australië. Doel: research voor roman. A. van den Berg, anna@opatelier.nl, 0654717259. Yoga geeft je rust, leert je ontspannen en je eigen grenzen zoeken in een fraai zaaltje in

gebouw Delftstede, Phoenixstraat 66. Informatie: www. johanmolenbroek.nl/yoga, 0152783086 of j.f.m.molenbroek@ tudelft.nl. AC-HOP de vakbond voor Universiteitspersoneel. Voor informatie kijk dan op www. AC-HOP.nl. Band (zangeres, basgitarist, toetsenist) zoekt drummer en

gitarist. We coveren nu, later willen we zelf nummers schrijven. Genre: o.a. pop, rock, jazz & soul. Contact opnemen met 06-29306993.

Spelregels minimaatjes. Minimaatjes zijn niet toegankelijk voor het bedrijfsleven. Voor commerciële aanbiedingen en advertenties: H&J Uitgevers (adres in colofon). Minimaatjes zijn maximaal 200 tekens lang. Inleveren vóór vrijdag 14.00 uur via e-mailadres delta@ tudelft.nl.

Informatiecentrum. Voor de studentenpsychologen geldt dat het eerste contact loopt via het Open Spreekuur op dinsdag- of donderdagochtend van 11.3012.30 uur. De studentendecanen en de loopbaanadviseurs houden een inloopspreekuur op dinsdag van 11.30-12.30 uur en de studiekeuzeadviseur op donderdag van 11.30-12.30 uur. Het Informatiecentrum (begane grond) is geopend van 9.00–17.00 uur. Er is documentatie beschikbaar over wo- en hbo-opleidingen, arbeidsmarkt, studie- en beroepskeuze, buitenlandse studies, enz. Bij de balie, telefonisch of via de email kun je een afspraak maken met een van de medewerkers. Bezoekadres: Jaffalaan 9a (ingang Mekelweg); tel. 0152788004. e-mail: studentandcareersupport@tudelft.nl website: www.studentandcareersupport.tudelft.nl Workshops • Energie & Communicatie - 19 maart • Constructief denken in afstudeerfase - 23 maart • Studieversnelling - 24 maart • Studie(her)keuze - 24 maart • Constructief denken - 25 maart

• Grip op je dip - 25 maart Zie voor het totale aanbod www. smartstudie.tudelft.nl. Sociale Vaardigheden Leer voor jezelf op te komen, meer ontspannen gesprekken te voeren en effectiever met anderen om te gaan in de training Sociale Vaardigheden. Aanmelden en meer informatie op www.smartstudie.tudelft.nl. Opening Career Centre Het Career Centre bestaat officieel vanaf het najaar 2009. Op 21 april kun je een aantal openingsworkshops volgen (studie/ masterkeuze, personal branding, CV checks) en hoor je meer over wat het Career Centre je te bieden heeft. Uiteraard wordt de opening afgesloten met een feestelijke borrel en livemuziek. Je kunt als student ook meedoen aan de openingswedstrijd, zie www.careercentre.tudelft.nl voor meer informatie (opgeven voor 26 maart). Online huurprijs check Is jouw huurprijs redelijk? Check www.huurcommissie. nl voor meer informatie en om helderheid te krijgen over huren en geschillen tussen huurder en verhuurder.

WorkNtravel WorkNtravel is een jong bureau dat bemiddelt tussen vrijwilligers/stagiair(e)s en bedrijven. WorkNtravel is op zoek naar Nederlandse stagiair(e)s die stage willen lopen in Suriname. Meer informatie via info@ bluefrogtravel.net. International Office Het International Office, Jaffalaan 9a, is op werkdagen geopend van 9.00-17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via internationaloffice@tudelft.nl of telefonisch (015-2788012) een afspraak maken.

x Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Aankondigingen' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft.nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.

Werken bij de Universiteit tWente Universiteit Twente. De plek waar talent zich het best ontplooit. Studenten en medewerkers staan centraal. 3.000 wetenschappers en professionals zorgen samen voor baanbrekend onderzoek, relevante innovatie en inspirerend onderwijs voor meer dan 8.500 studenten.

DE UT DAAGT UIT MEER TE DOEN! IK STUDEER, VOLLEYBAL, GEEF VOORLICHTING EN WERK HIER! EMMA LIGTENBELT STUDENT WB FACULTEIT CTW

Post doctoral researcher in the field of Enriched Expression of Humanoids 1,0 fte Faculty of Engineering Technology PhD for a PhD research project Construction Management in stabilization operations 1,0 fte Faculty of Engineering Technology

Ook werken bij Universiteit Twente? Een goede keuze. Universiteit Twente biedt ruimte! Ruimte voor ambitie, voor talent. Ruimte voor eigen ideeën en initiatieven. Jouw ondernemende instelling wordt gewaardeerd en gestimuleerd. We bieden je carrièreperspectief. Ambitieuze en kritische collega’s. Volop trainingen en cursussen om je verder te ontwikkelen. En vanzelfsprekend een goed salaris en prima secundaire voorwaarden.

WWW.UTWENTE.NL/VACATURES


DELTA. 10 18-03-2010

17

service

Ben jij de IT-er die straks de markt verovert met innovatieve ideeën?

Leun achterover, sluit je af en innovatieve ideeën volgen vanzelf. Heel belangrijk, want innovatie betekent groei, ontwikkeling en vooruitgang. Precies wat we willen bereiken voor onze klanten. Deloitte heeft daarom een unieke aanpak om huidige en toekomstige business effectief te stimuleren. Een intern platform, waarop iedereen zijn ideeën kan delen. Ook jij als je straks bij ons werkt. Wij creëren vervolgens ruimte om je business case daadwerkelijk vorm te geven en succesvol te implementeren. Ook het talent en de ambitie om anders te denken en je naast je formele functie als innovator te profileren? Kijk voor een voorbeeldcase van TNT op werkenbijdeloitte.nl/innovatie

Laat niemand je tegenhouden.

© 2010 Deloitte, Member of Deloitte Touche Tohmatsu


DELTA. 10 18-03-2010

service

Maken jullie kans op de UfD-E.ON Teamworkprijs? Zijn jullie een team studenten en medewerkers van de TU Delft, dat in de afgelopen periode een bijzondere en uitmuntende prestatie heeft verricht? Meld je dan nu aan voor de UfD-E.ON Teamworkprijs en maak kans op de hoofdprijs van maar liefst H 10.000,-. Meer informatie en de voorwaarden kun je aanvragen via: ufonds@tudelft.nl. Meer weten over het grootste energiebedrijf van Europa? Kijk dan op www.eon-benelux.com.

18


DELTA. 10 18-03-2010

19

Opinie/recensie

Studiefinanciering gered? Iedereen die voor het behoud van studiefinanciering is, kan meehelpen dit tot een verkiezingsonderwerp te maken, vindt student life science & technology Geert Roekaerts. Begin 2010 hing een donkere wolk boven het hoger onderwijs en voelde de afschaffing van de studiefinanciering (stufi) nog aan als een reële bedreiging. In heel Nederland werd door studenten actie gevoerd voor het behoud van de stufi. Het grote succes van de actieweek in februari was voornamelijk bewustwording en nationale media-aandacht. De meerderheid van de studenten wist nu echt dat de stufi mogelijk afgeschaft ging worden. Nog geen maand later valt het kabinet en lijkt de toekomst van de

basisbeurs weer wat rooskleuriger. D66 en PvdA die eerst voor afschaffing waren, met het argument dat de basisbeurs in de huidige economische omstandigheden niet meer houdbaar is, hebben zich onderhand alweer tegen de afschaffing van de stufi uitgesproken. Mooi. Stufi blijft. Of niet? Hoe zit het met de andere partijen? VVD en Groenlinks blijven in verkiezingstijd voor de afschaffing van de basisbeurs en de SP is altijd tegen afschaffing geweest en voor de uitbreiding van de aanvullende beurs. Het CDA en de PVV hebben zich tot nu toe nog niet duidelijk uitgesproken. Dus als we een compleet plaatje maken: twee eerst voor en nu tegen, één tegen, twee voor, en twee onthouders. Uit deze tussenstand valt moeilijk een eindscore af te leiden. Deze mistigheid staat politici namelijk toe om aan de ene kant een mooi verkiezingspraatje te houden en aan de andere kant gemakkelijk koehandel te bedrijven wanneer een coalitie gevormd dient

te worden. Hoe kun je dit soort mistigheid doorbreken? Het is een kwestie van geloofwaardigheid. Hoe vaker en concreter een politicus zich uitspreekt over een onderwerp, des te minder deze zijn standpunt later kan veranderen. Een goed voorbeeld is de kwestie Uruzgan. De PvdA kon niet meer toegeven zonder geloofwaardigheid te verliezen, juist omdat Bos zich

'Studenten kunnen zelf actie nemen' namens de partij al eerder zo duidelijk in de media voor de terugtrekking had uitgesproken. Politieke geloofwaardigheid is meestal belangrijker dan het voortbestaan van een kabinet, zeker in verkiezingstijd. Dus als je wilt dat stufi blijft, zul je het voor elkaar moeten krijgen dat zoveel mogelijk prominente politici van zoveel mogelijk verschillende partijen zich publiekelijk uitspreken

tegen de afschaffing van deze stufi. Dat het in sommige verkiezingsprogramma’s staat is mooi, maar nog niet goed genoeg. Het is dus aan iedereen die voor het behoud van stufi is, dit voor 9 juni tot een verkiezingsonderwerp te maken. Het belangrijkste doel is om politici zich te laten uitspreken vóór de stufi, zodat ze hier later op afgerekend kunnen worden. Studenten kunnen hier zelf iets aan doen. Door de gebruikelijke initiatieven van de studentenvakbonden te steunen, zoals het ondertekenen van de petitie op reddestufi.petities.nl en het bijwonen van de demonstratie in Den Haag op 25 maart. Hoe meer studenten deze initiatieven steunen, des te minder politici er omheen kunnen. Studenten kunnen zich ook aansluiten bij Comité SOS, de organisatie die alle acties coördineert. Aanmelden kan op studentendemonstratie.nl. Dus wie voor voor toegankelijk hoger onderwijs is, kan zelf actie nemen.

Geert Roekaerts, student life science & technology en Sp-lid, namens Comité SOS Delft in samenwerking met de VSSD.

Kangoeroeburgers zijn goed voor het milieu Hoogleraar Steven Levitt werd bekend met het boek ‘Freakonomics’, waarin hij onvermoede economische statistieken opdiepte. In ‘Superfreakonomics’ herhaalt hij dat kunstje. xChristian Jongeneel Aantonen dat er een verband is tussen gewelddadige televisieseries kijken en gewelddadig gedrag, is verrekte lastig. Tussen televisiekijken in het algemeen en crimineel gedrag bestaat echter een harde statistische correlatie. In de Verenigde Staten kregen niet alle steden tegelijkertijd televisie. De steden die het eerst tv kregen, hadden in 1970, toen iedereen tv had, meer verhoogde misdaadcijfers. Sterker nog, als je in al die steden kijkt naar kinderen die net voor of net na de introductie van het apparaat geboren zijn, valt op dat ieder jaar extra televisie voor het vijftiende levensjaar vier procent meer kans op arrestatie wegens diefstal oplevert en twee procent meer kans wegens een geweldsdelict. In totaal zorgde de introductie van televisie voor vijftig procent meer diefstallen en een kwart meer geldsmisdrijven. Dat is een boude bewering – en daar houdt Steven Levitt, hoogleraar economie aan de University of Chicago, van. Zijn eerste boek, ‘Freakonomics’, dat hij samen met journalist

Stephen Dubner schreef, werd vermaard om het verband dat het legde tussen de legalisatie van abortus en de afname van misdaad. Daar lag wetenschappelijk onderzoek aan ten grondslag – waar inmiddels de nodige vraagtekens bij gezet zijn – maar de simpele versie sloeg in als een bom. Abortus is nu eenmaal een gevoelig onderwerp in de VS. In ‘Superfreakonomics’ pikt het duo vier jaar na de eerste exercitie de draad op. Voor het geval de lezer zou gaan denken dat het mijden van televisie een goede zaak is, halen ze een voorbeeld uit India van stal, waar kabeltelevisie ook met horten en stoten over het land uitgerold werd. In het kielzog van de televisie ging het beter met de vrouwenrechten. In plaatsen waar televisie kwam, ging het aantal schoolgaande meisjes omhoog (op het percentage jongens had het geen invloed) en de gemiddelde gezinsgrootte nam af. Dat laatste heeft ook invloed op de waardering voor meisjes binnen het gezin. Het leeuwendeel van het boek gaat over sociaal-economische onderwerpen. Straatprostituees met een pooier verdienen beduidend meer in minder tijd dan hun collega’s zonder, ook na aftrek van commissie. Uit analyse van de financiële handel en wandel van zelfmoordterroristen blijkt dat ze nooit een levensverzekering afsluiten – dat is niet zo gek, maar omdat de opsporing veel gebruik maakt van dit soort statistieken kan een terrorist zichzelf beter schuilhouden door juist wel zo’n verzekering af te sluiten. De toevoeging van fluoride aan het

drinkwater scheelt de VS jaarlijks tien miljard dollar aan tandartskosten. En zo gaat het door. Zwangere moslimvrouwen die ondanks de vrijstelling die de profeet hen heeft gegeven, toch meedoen aan de ramadan, lopen twintig procent meer kans op een kind met zicht-, hoor- en leerproblemen. Vooral vasten tijdens de eerste weken van de zwangerschap kan ernstige gevolgen hebben voor het kind. Als ergens op de wereld dokters in staking gaan, leidt dat tot een significante afname van het

lijk geen methaan, een veel erger broeikasgas dan kooldioxide. Er wordt gewerkt aan een variant op de kangoeroedarmbacterie die ook in de koe overleeft. Het mag duidelijk zijn dat de door Levitt en Dubner aangedragen wetenschap vooral geselecteerd is op curiositeit, niet op relevantie. ‘Superfreakonomics’ is uiteindelijk niet meer dan een verzameling losjes aan elkaar geprate columns met opmerkelijke statistische weetjes. Leuk om te lezen en handig om een paar van paraat te hebben op feestjes.

‘Straatprostituees met een pooier verdienen beduidend meer in minder tijd dan hun collega’s zonder’ aantal sterfgevallen. De verklaring voor dit laatste is niet helemaal helder, maar het lijkt erop dat mensen met niet-ernstige aandoeningen extra risico’s lopen als ze onder behandeling komen, terwijl mensen met ernstige ziekten sowieso sterven, behandeling of niet. Het laatste van de vijf hoofdstukken gaat over milieuzaken, met opnieuw een optocht van feitjes, zoals: vee voor menselijke consumptie is wereldwijd verantwoordelijk voor vijftig procent meer broeikasgassen dan de hele transportsector bij elkaar. Het zou enorm schelen wanneer de kangoeroe de koe zou verdringen als populairste vlees. Kangoeroescheten bevatten name-

x Steven Levitt en Stephen Dubner, ‘Superfreakonomics’. Allen Lane, pp 270, 22 euro.


DELTA. 10 18-03-2010

20

service

Eettafels Alcuin Oude Delft 55-57 Ma t/m do geopend van 18.0019.30 uur. Tijdens het hockeyseizoen ook op zondag geopend van 18.00-19.00 uur. Dagelijks daghap maaltijd, op ma., di. en do. ook een luxe maaltijd. Alle maaltijden zijn inclusief soep. Daghap 3 euro, luxe 4,10 euro. Sociëteit De Bolk Buitenwatersloot 1-3 Onze open eettafel is geopend ma. t/m do. De maaltijd begint om 18.30, waarna er gezamenlijk gegeten zal worden. Vegetariërs en groepen wordt verzocht (voor 14.00 uur) te bellen. De prijs voor de maaltijd is 4,00 euro, inc. soep en toetje.

Webspace nodig?

Koornbeurs Voldersgracht 1 Om mee te eten bij de eettafel van de Koornbeurs moet je je even inschrijven. Dit kan op www.koornbeurs.nl/eettafel tot 14.00 uur op dezelfde dag. We eten elke dag om 18.30 uur. Deze manier van eten is tijdelijk, maar nog steeds erg gezellig en lekker. Eettafel geopend ma. t/m vr. van 17.30-19.30 uur. Basismaaltijd 3,60 euro, soep 0,30 euro, toetjes v.a. 0,30 euro, fruit v.a. 0,40 euro. Inl. www.koornbeurs.nl/ eettafel. Tyche Oude Delft 123 Eettafel geopend van 18.0019.30 uur. Basis 3,50 euro,

luxe 4,30 euro, xluxe 4,80 euro. Dagelijks soep. Vegetarische variant beschikbaar. English menu available: www.delftschestudentenbond.nl. Sint Jansbrug Oude Delft 50-52 Ma. t/m vr. geopend van 17.30-19.30 uur. Dagschotel (incl. salade) 3,40 euro, fruit 0,25 euro, toe 0,30 euro, luxe toe 0,85 euro, bier en fris 1,10 euro. Het menu staat ook op www. jansbrug.nl.

Open from Monday to Friday from 17.30-19.30 hrs. Daily dish (incl. salad) 3,40 euro, fruit 0,25 euro, dessert 0,30 euro, beer and soda 1,10 euro. Find the complete menu at www.jansbrug.nl. Wolbodo Verwersdijk 102 Soup is served at 18.30h. Everyday meat, vegetarian and vegan. Everyone is welcome. A meal costs 4,00 euro. www. wolbodo.nl

Gratis Windows Server 2008 web hosting en .nl domeinnaam Ga naar: http://www.gratiswindowshosting.nl

Studentenactiviteiten Studieverenigingen

x www.eettafels.tudelft.nl

Gezocht: Productontwikkelaar Functie eisen: * Inzet, uitstekend concentratievermogen, aandacht voor detail * Flexibel, bereidheid om 80 uur per week te werken * Goede gezondheid; in staat uren achter elkaar te staan. De voorkeur wordt gegeven aan kandidaten die vrij zijn van infecties Wij bieden: * Het verwerven van textiele vaardigheden * Geen lastige controles van de mensenrechtensituatie * Salaris van 38€/maand (contant uitbetaald) * Sollicitatiegesprek is niet noodzakelijk; u kunt gelijk beginnen

Functie voorwaarden: * Geen contract, geen recht op het minimum loon, geen CAO-recht, geen verzekering * Lidmaatschap van een vakbond of ‘civil society’ organisaties is niet toegestaan * Kandidaten moeten minstens 1,30 cm zijn Contact: Voor meer informatie contacteer ons op contact@rankabrand.com.Zie voor meer informatie over de vacature op www.rankabrand. com. Wilt u meteen aan de slag? Kom dan langs op: Minahassastraat 1, 1094RS Amsterdam.

VSV ‘Leonardo da Vinci’ Op vrijdag 19 maart zal het lustrumfeest ‘Airbase: Blacklight District’ van VSV ‘Leonardo da Vinci’ plaatsvinden. Vanaf 22.00 uur treden onder andere William Shagspeare, Steven Quarre en Lasgo op. Mijnbouwkundige Vereeniging In april 2010 zal de Halflustrumweek plaatsvinden van de Mijnbouwkundige Vereeniging. Het hoofdevenement van de week is een internationaal symposium met als thema ‘How smart technology pushes today’s limits’. Zie www.lustrum-mv.nl voor meer informatie.

Overige SIFE Delft Looking for something new? Students in Free Enterprise Delft offers you the opportunity to combine social entrepreneurship with your academic knowledge. With the support of

companies like Unilever, Heineken, HSBC, KPMG, Schiphol and Philips we create projects to help people all around the world. Do you also have a head for business and a heart for the world? We are looking for new participants now! Check www. sifedelft.nl or mail your motivation to info@sifedelft.nl. Innovatie Challenge De Club van Maarssen nodigt studenten en young professionals uit om met innovaties te komen voor Deltametropool Nederland tijdens het Olympisch jaar 2028. Een prijs van 10.000 euro wordt uitgereikt op het World Congress on Information Technology op 25-27 mei. Zie www.clubvanmaarssen.nl/ innovatiechallenge voor meer informatie.

waarde van 35.000 euro gereed liggen. In de maand maart kunnen geïnteresseerde mbo-, hbo- en universitair studenten hun businessplan aanmelden op www.liofyeah.nl. Student Research Conference Tijdens de Student Research Conference op 14 en 15 oktober op de Universiteit Leiden krijgen alle Nederlandse en Vlaamse bachelorstudenten de kans om hun onderzoek voor een breed publiek te presenteren. Dien je onderzoeksbeschrijving in tot 1 mei via www.vsnu.nl/SRC.

LIOF Yeah! Het project, LIOF Yeah! heeft tot doel om ondernemende studenten te stimuleren een bedrijf te starten. LIOF heeft voor de 10 beste starters elk een pakket ter

Wetenschapsagenda H&J Uitgevers_2x70_zw-w

14-05-2004

14:02

Alle promoties, intree- en afscheidsredes vinden, tenzij anders vermeld, plaats in de Aula van de TU, Mekelweg 5, Delft.

Pagina 1

Voor advertenties bel met:

H & J Uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJsel T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80 E delta@henjuitgevers.nl

Neem contact op met Hennie de Ruyter of met Mireille van Ginkel voor nadere informatie

Vrijdag 19 maart * Afscheidsrede prof.dr. S.B. Kroonenberg, faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen. 15.00 uur.

TUDELTA zoekt een enthousiaste studentenredactie!

GRATIS HYPOTHEEKGESPREK BIJ U THUIS (OOK IN DE AVOND) • Voor starters die inzicht willen in alle subsidiemogelijkheden • Voor doorstromers op de woningmarkt • Voor mensen die willen oversluiten

Maandag 22 maart * Theory Review for Cylindrical Shells and Parametric Study of Chimneys and Tanks. Promotie van ir. J.H. Hoefakker. Promotor: prof.dr.ir. J. Blaauwendraad. 15.00 uur.

Gegevens voor deze rubriek kunt u doorgeven via e-mail: delta@tudelft.nl.

Net als vorig jaar zal Delta 18, die op 27 mei verschijnt, een studenteneditie zijn. Wil jij onderdeel zijn van een redactie van alleen studenten die één nummer van Delta gaan maken? Zodat je de universiteitskrant kunt maken die jij als student meteen zou willen lezen? Op 8 april is de eerste redactievergadering en dan hopen we meteen aan de slag te gaan met een 15-koppig team van Nederlandse en internationale studenten. Je schrijft binnen de bestaande opmaak artikelen, maakt foto’s en cartoons en bepaalt zo samen met de andere studentredacteuren de inhoud van de krant. De redactie van Delta biedt tijdens het hele proces ondersteuning. Met dit project wil Delta erachter komen wat studenten missen in de krant. En jij maakt de ultieme krant voor en door studenten, niet minder dan een collectors item. Doe je mee? Stuur dan voor 25 maart je cv en motivatie naar hoofdredacteur Frank Nuijens, f.w.nuijens@tudelft.nl.

Kortom bel ons: 015 215 78 00 voor een goede uitleg en deskundig advies!

Benieuwd naar de vorige studenteneditie? Kijk op www.delta.tudelft.nl/nl/archief/uitgave/41/18

Oosteinde 25 • 2611 VA Delft • info@vwadviseurs.nl • www.vwadviseurs.nl

advertentie-02.indd 1

01-03-2010 10:24:16


DELTA. 10 18-03-2010

21

service

Vrouwelijke wetenschappers ontmoeten bestuurders Op Vrouwendag, 8 maart, hield Dewis een Meet & Greet-bijeenkomst voor vrouwelijke wetenschappers, het college van bestuur en de decanen. Annemiek van Boeijen, docent industrieel ontwerpen: “Het was interessant omdat er steeds werd gerouleerd en je met diverse bestuurders kon kennismaken.”

TU DELft voorlichting

verschijnt onder verantwoordelijkheid van de directie Marketing & Communicatie

xANGELE STEENTJES Dewis (Delft Women in Science) is het netwerk voor vrouwelijke wetenschappers binnen de TU Delft. In het kader van internationale vrouwendag hadden zij op 8 maart een Meet & Greet lunchbijeenkomst georganiseerd voor vrouwelijke wetenschappers met het college van bestuur en de decanen. “Het was een mooie gelegenheid om persoonlijk kennis te maken met de bestuurders”, aldus Astrid van de Graaf, beleidsadviseur human resource Talent. “Het was een informele bijeenkomst waarbij vrouwelijke wetenschappers met hen konden praten over de TU, hun ideeën en ambities en het bood een unieke kans om te netwerken.”

Nuttige contacten Er waren 34 wetenschappers ingegaan op de uitnodiging. Opvallend is dat Annemiek van Boeijen (universitair docent IO), Yulia Meteleva-Fischer (onderzoeker 3mE) en Elif Ozcan (universitair docent IO) alle drie door een collega waren meegevraagd naar de

Fotobijschrift

lunchbijeenkomst. “Ik neem maar af en toe deel aan dit soort netwerkbijeenkomsten, voornamelijk vanwege tijdgebrek”, zegt Van Boeijen. “Een collega vroeg mij om mee te gaan.” Het bijzondere van de bijeenkomst was volgens Van Boeijen dat ze op deze manier kennis kon maken met de diverse bestuurders van de universiteit. “Dat was ook te danken aan de organisatie van de bijeenkomst. De rector gaf een signaal en dan werd er van tafel gewisseld en kon ik daardoor diverse decanen en collegeleden in een korte tijd leren kennen.” Ook de Russische Meteleva-Fischer is blij dat zij met haar collega is meegegaan. “Het is bijzonder om zo met bestuurders van de universiteit in contact te komen. Ik heb van de gelegenheid gebruikgemaakt om van alles te

vragen zoals over het geringe aantal vrouwen werkzaam op de universiteit bijvoorbeeld.” Maar niet alleen de contacten met de notabelen maakten voor haar de middag tot een succes. “Het was zeker zo interessant om te praten met vrouwelijke wetenschappers van andere faculteiten. Je hebt er meteen een aantal interessante kennissen bij.” Het contact met vrouwelijke collega’s was voor de Turkse Ozcan eveneens een van de hoogtepunten van de lunchbijeenkomst. “Ik ben zwanger. In Turkije kun je hulp krijgen van je familie wanneer het kind is geboren. Dat is hier anders geregeld en dan is het prettig om van andere collega’s te horen hoe zij de kinderopvang hebben geregeld.” De vraag hoe je in Nederland geld krijgt voor onderzoek, heeft

Ozcan bij decanen en collegeleden aangekaart. “Het is lastig om erachter te komen hoe je in Nederland geld voor wetenschappelijk onderzoek kunt krijgen. In dat opzicht kunnen buitenlandse wetenschappers wel extra steun gebruiken, omdat je veelal onbekend bent met de subsidiestructuur hier.” Van Boeijen had direct al profijt van de lunchbijeenkomst. “Ik had met rector Luyben kennisgemaakt tijdens de bijeenkomst en de volgende dag zat ik met hem in een panel. Dat verloopt toch gemakkelijker als je elkaar al een beetje kent.”

x www.dewis.tudelft.nl

Zorg dat je heel blijft Bij de arbo- en milieuadviseur (Ama) kun je terecht met vragen over veiligheidsvraagstukken, van laboratoria en werkplaatsen tot werken achter de pc en bedrijfshulpverlening. De vraag die het meest wordt gesteld, is volgens Ama Ben Stuivenberg: “Zit ik wel goed?” Ben Stuivenberg en Dik van Drimmelen zijn twee van de acht arbomilieuadviseurs (Ama’s) van de TU Delft. Stuivenberg is ondermeer verantwoordelijk voor de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen, de Universiteitsdienst en Onderzoeksinstituut OTB. Van Drimmelen ‘waakt’ over Bouwkunde en de faculteit TBM. TU-medewerkers benaderen hen regelmatig met de vraag of zij een goede zithouding hebben. Stuiven-

berg: “Vaak komt zo’n verzoek wanneer er klachten zijn. Wij gaan dan ter plekke kijken. Het is onze ervaring dat mensen weinig aandacht besteden aan een goede zithouding. Zij zitten niet recht voor hun beeldscherm en maken er geen gebruik van dat hun tafel in hoogte verstelbaar is. Vaak stemmen ze de hoogte af op die van hun collega ‘zodat de spullen er niet afvallen’. Staat de tafel dan te laag, dan kan iemand snel schouderklachten krijgen. Ook bij de stoelen worden allerlei instelmogelijkheden niet benut. Soms zit de handleiding nog onder de stoelen. Er is nog nooit naar gekeken. TU-medewerkers werken hard, maar vergeten hun lijf, zo is mijn ervaring.” De taak van een Ama is echter veel breder dan het instellen van stoelen en tafels. Van Drimmelen: “Wij geven advies over hoe TU-medewerkers ‘heel kunnen blijven’ tijdens hun werk. Onder dit ‘heel blijven’ valt het adviseren over veiligheidsvraagstukken, van laboratoria en werkplaatsen tot werken achter de pc en de bedrijfshulpverlening zoals ontruimingsplannen bij calamiteiten. Het is niet zo dat alle Ama’s overal verstand van hebben,

aldus Van Drimmelen. “Sommigen zijn arbeidshygiënisten – die veel kennis hebben van stoffen – en anderen veiligheidskundigen – die gespecialiseerd zijn in de algemene aspecten van veiligheid op de werkvloer, zoals het werken met machines.” De werkzaamheden binnen de TUorganisatie zijn heel gevarieerd, mede door de grote verscheidenheid aan onderzoek dat er plaatsvindt. Stuivenberg: “Vooral het inschatten van de risico’s van experimenteel onderzoek is soms lastig. Wij hebben veel aan het veiligheidsrapportensysteem dat is ontwikkeld door Dick Hoeneveld, onze Ama-collega van de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Voordat wetenschappers aan een onderzoek beginnen, maken zij aan de hand van dit systeem een inventarisatie van de risico’s en de maatregelen die nodig zijn om veilig te werken. Het systeem wordt nu steeds meer door andere universiteiten overgenomen.” Verder houden de Ama’s milieuvergunningen in de gaten, het asbestprotocol en zorgen zij ervoor dat er regelmatig de wettelijke Risico Inventarisaties & Evaluaties plaatsvinden. Leidraad hierbij is de arbo-wetgeving waarin de

verantwoordelijkheden van werkgevers en werknemers vastliggen en de arbocatalogus, waarin gerichte maatregelen zijn beschreven. Alle beheerseenheden hebben een Ama. Het is daarbij volgens Van Drimmelen belangrijk dat je oog hebt voor de specifieke problematiek van iedere beheereenheid. “Bij de ene faculteit is ruimtegebrek een item, bij een andere de leeftijd van een gebouw en een derde is begonnen met flexwerken, wat weer eigen eisen stelt aan de arbeidsomstandigheden. Je moet nadenken over een heel breed scala aan oplossingen.” Door hun verspreide werkzaamheden over de TU Delft is het van belang een goed contact te onderhouden met de facilitaire managers van de faculteiten. Stuivenberg: “Zij zijn ook voor ons de ogen en oren van een faculteit. Zeker nu gebouwen ’s avonds ook open zijn, zijn zij erg belangrijk voor het signaleren van knelpunten. Ik begin mijn werkdag altijd met even bij hen langsgaan.” (AS)

x

Vragen over werkplek en werkomstandigheden? Bij de servicepunten ligt een flyer met de gegevens van de arbo- en milieuadviseurs (Ama).


DELTA. 10 18-03-2010

22

Delta in English

Rent hikes The rental prices for student rooms rented via kamernet.nl have increased by an average of fifteen euro compared to last year. Including gas, water and electricity, a student in the Netherlands pays an average of 365 euro per month for a room. In Delft the average price is 26 euro lower than the national average, but prices are up 3.1 over last year. Amsterdam remains the most expensive student city: the average rental price is 465 euro per month. Enschede meanwhile offers the lowest rental prices: 248 euro per student room. The largest rent

Abstinence rising hikes were in Den Haag and Maastricht, where prices were up by 9.4 and 8.2 percent respectively. In Den Haag - now the second most expensive student city - the average rental price is 397 euro per month. The average size of a student room for rent on Kamernet is 17.96 square meters.

x kamernet.nl

For first time there are more people who abstain from drinking alcohol than there are heavy drinkers among highly educated people in the Netherlands. In 2000, there were approximately twice as many heavy drinkers than abstainers among Dutch people who have polytechnic or university degrees. At present one in ten higher educated people do not drink alcohol at all, compared to 5.7 percent in 2000. During the same period, the number of heavy drinkers dropped from 12.3 to 9.4 percent. For beer and wine, higher educated people

drink on average 1.3 glasses per day. But 8.2 percent drink three or more glasses of alcohol daily, which qualifies them as alcoholics. These figures come from a survey conducted by Statistics Netherlands (CBS), which qualifies a heavy drinker as one who, once per week, drinks six or more glasses of alcoholic beverages in one day. Among young people aged 18 to 25 years old, one in five were regarded as heavy drinkers, while 11 percent abstained.

news below sealevel This week’s roundup of what has been making headlines in the Netherlands starts with the big news: the fall of the Dutch government. Unable to reach an agreement on extending the Dutch military’s mission in Uruzgan, a province of Afghanistan, the PvdA (Labor Party) withdrew its support of Prime Minister Jan Peter Balkenende’s Christian Democrats (CDA) ruling coalition, causing the Dutch cabinet to fall. Plenty of finger-pointing soon followed. Alexander Pechtold, leader of the D66 party, said the country lost three years because of the 'cabinet’s lack of ambition', while, typically, Freedom Party leader Geert Wilders didn’t mince his words, proclaiming 'this was the worst cabinet we’ve ever had' and its fall was reason to 'get out the flags and celebrate'. New elections have been set for mid May, with Wilder’s anti-immigration Freedom Party expected to challenge the CDA for the most votes. How a new coalition cabinet will be formed is now the burning question. The PvdA, D66 and Socialist Party have stated that they will refuse to form a government with Wilders, whose anti-Islam rhetoric has divided the country. A CDA party leader

'I think women have less ego than men'

(Photo: Mark Bakker)

Apparently Albert Heijn reads the Delta! Last November, in my column ‘Everyday Design’ published in Delta 39, I complained about the bad design of the opening of Albert Heijn’s chocolate sprinkles box. But lo and behold, this morning I opened a new box of these sprinkles and was stunned to see that they had changed the design! It even says so on the box: ‘Verbeterde Opening’ (improved opening), and now resembles the opening of other chocolate flakes boxes on the market, while indeed working much better. So kudos to Albert Heijn for removing a tiny bit of frustration from my daily breakfast experience. And of course keep on reading our Delta!

pÉpette

Mark Bakker is an associate professor at the faculty of Civil Engineering & Geosciences

however said his party wouldn’t rule out a coalition with any other party. Meanwhile, the Dutch military base and all its equipment in Uruzgan have now been put up for sale and is said to be worth millions of euro, although presumably the Taliban have been ruled out as potential buyers. Meanwhile, the CDA has proposed that immigrants should be required to learn and sing the Dutch national anthem as part of their Dutch citizenship test. Sybrand van Haersma Buma, a CDA MP, said this would “help people become good citizens”. The Dutch Catholic Church is embroiled in controversy. First, a Catholic priest in Den Bosch refused to give communion to a gay man, prompting gay and lesbians groups to stage protests at Catholic churches across the country. Shortly thereafter, the church was rocked by a sexual abuse scandal, with victims coming forward to claim they were raped and sexually abused as children by Dutch Catholic priests. The abuse allegedly took place some four decades ago. March 1 was Holland’s ‘National Compliment Day’. Hans Poortvliet, one of the organisers, said: “The Dutch don’t often give compliments, but it’s nice for people to hear they’re doing a good job.” He said giving compliments isn’t part of

the Dutch character. This month also saw the country observe ‘National Head Lice Day’. Some 240,000 Dutch school kids suffer from head lice annually. At a women’s prison in Breda, an inmate escaped by using a spoon to dig a tunnel under the prison wall. She had two years left to serve on her sentence. Meanwhile, Dutchwoman Neelie Kroes, the EU’s Commissioner for Competition, was awarded the Aletta Jacobs Prize, given to pioneers of female emancipation. Upon receiving the award, Kroes said: “I think women have less ego than men, and don’t immediately think they have a monopoly on wisdom”. Local VVD political party activists in Zeist staged a protest at a local swimming pool. Why? Because the pool’s cafeteria decided to stop serving french fries, as they’re unhealthy for Dutch kids. “What a nanny state!” a VVD activist howled. “People have a right to decide what they eat!” The Dutch Kidney Foundation called a proposal to remove kidneys from organ donors before they’re dead a “terrible idea”. Researchers at Rotterdam’s Erasmus Medical Centre had published a paper stating that many donor organs are lost due to a lack of blood supply between the time of death and the organ’s removal. Removing organs from living people would solve the problem. Some 200 people die annually in the Netherlands due to a lack of donor kidneys. And finally, a 41-year-old Swede was arrested at Amsterdam’s Schiphol Airport, charged with impersonating a pilot. He’d been at the controls of a Corendon Air flight to Ankara but was arrested before take-off. Apparently the fake pilot had been flying the low-budget Corendon Air’s planes for two years, using a fake pilot’s license. He had also piloted planes for Air Sweden and Air One, an Alitalia subsidiary, over the past decade. (DM)


DELTA. 10 18-03-2010

Drilling starts On March 9 drilling for terrestrial heat in the Delft-Pijnacker region commenced at the Ammerlaan Land & Hydroculture Company. The drilling work conducted over the next few weeks is expected to reveal whether the drilling will release enough warm water to provide sustainable heating for local greenhouse businesses. Ammerlaan also intends to be the first Dutch town to heat a local swimming pool, school, fitness centre and sports hall with geothermal energy. Students working on TU Delft’s Delft Geothermal

23

Delta in English

Times ranking Project are closely involved in this drilling project, which will drill into a sandstone layer at a depth of 2,000 metres and pump hot (70°C) groundwater to the surface. Ammerlaan Land & Hydroculture hopes this will be enough to provide sustainable heating for its five-hectare business. If the drilling is successful, other local horticultural greenhouses and homes will also be connected to the geothermal energy supply. It is hoped that the first terrestrial heat will be found by early May.

The world-renowned Times Higher Education (THE) ranking of universities will be completely overhauled. The publication is scrapping its previous ranking methodology, according to its editor, Phil Baty. Writing on the THE website, Baty said: ‘I have a confession. The rankings of the world’s top universities that my magazine has been publishing for the past six years… are not good enough.’ Because the previous methodology was found lacking in many areas, THE’s entire rankings methodology is now open for a complete review. Baty added:

Wood waste ‘So much rests on the results of our rankings - individual university reputations, student recruitment, vice chancellors’ and presidents’ jobs in some cases, even major government investment decisions. We have a duty to overhaul the rankings to make them fit for such purposes.’

TU Delft researchers have made a substantial leap forward in the production of biochemicals and biofuels from waste wood. The researchers not only discovered that the bacterium cupriavidus basilensis breaks down the harmful by-products produced when sugars are released from wood, but they also managed to incorporate the degradation process in bacteria which are in common industrial use. Consequently, costly and environmentally unfriendly methods for removing by-products are no longer needed.

The making of a science centre Coming soon to the TU Delft campus: an educational yet entertaining centre showcasing all the best scientific and technological research the university has to offer. Science Centre Delft intends to ‘Wow’ its visitors with a combination of hard science and fun and games. xLEI LI With its doors set to officially open in a matter of months, Science Centre Delft is currently a hotbed of activity, as architects, designers, engineers and students work against the clock to get everything ready for the grand opening. Meanwhile, amid all this activity, the centre is also already testing several developed games and exhibits on groups of Dutch secondary school students. Located on the Mijnbouwstraat, Science Centre Delft will exhibit TU Delft’s best scientific and technological innovations and research, while also aiming to be a premier regional scientific education centre for local school children. The centre is however ultimately intended to be a fascinating place to visit for people of all ages, a place where the general public, students and scientists meet and share and revel in the wonders of scientific discovery. Grand plans, but will this new centre manage to attract sufficient numbers of visitors in a way that the TU’s former Technology Museum failed to do? To learn more about the centre’s plans, we first spoke to Alex Lokhorst (35), who is responsible for Science Centre Delft’s marketing sales & communication.

Alex Lokhorst: What can we see at the Science Centre Delft? “The exhibition hall will have three spaces: ‘Amazing Technology’, ‘4D Film Studio’ and ‘Working Space’. In ‘Amazing Technology’, where TU Delft’s state-of-the-art technology will be displayed, visitors are expected to experience the ‘Wow’ effect. The ‘4D Film Studio’ will show short films about five scientists and their work. ‘Working Space’ meanwhile will offer visitors an opportunity to build and design things themselves, as we believe this hands-on experience will be the best way to wrap

Visitors entering Science Centre Delft’s ‘Amazing Technology’ wing will board the TU’s Nuna solar car and be carried on a journey of discovery in the world of tomorrow (Image: courtesy of Science Centre Delft)

up your tour of the Science Centre.” What is the centre’s main mission? “Interaction, inspiration and creativity are our core principles. The centre is a platform, and we aim to use TU Delft research to inform our visitors of the role of science and technology in society.” There are other scientific educational centres and museums around the country, so what makes Science Centre Delft unique? “All the exhibits at our centre are based on TU Delft research. You don’t see such cooperation at other centres, like Nemo in Amsterdam. We’ll also be unique in encouraging our visitors to actively engage in the research and design taking place here.” Indeed, the centre makes science seem fun. But playing with science is different from actually conducting real, difficult scientific research. How do you plan to avoid simply creating an illusion? “When research is still in the lab, it’s very fundamental and there’s no showcase around it. That’s why we have a team of architects and engineers here to redesign it to make

it fun, such as introducing touch screens or making it into a serious game. We also want to make the process of conducting scientific research visible to our visitors, so we intend to invite students and scientists to bring their research projects here. In that case, when you walk around the Science Centre, you might become interested in what they’re doing, sit next to them, ask questions. Such interaction with the people working behind the science will give visitors greater insights into science.” How are you marketing Science Centre Delft? “We don’t think it’s the time for large-scale promotion yet, so we’re currently keeping it ‘beneath the radar’, as we say. We recently started a weblog, ‘The Making of Imagination’, which tracks everything happening here through pictures and video. It’s updated weekly, and so far we’ve had lots of visitors. They all help us spread the word.” One part of Science Centre Delft’s marketing plan is to use social media for communication purposes. Roelof van den Berg (24),

an MSc student studying science communication, is developing a communication plan for the centre targeted at kids aged 9-16. Van den Berg explained the thinking behind his research.

Roelof van den Berg: Why social media? “In terms of reaching large groups of people, social media is very powerful; but more importantly, social media provides a platform where people can engage in lots of interaction, which we aim to create between the Science Centre and our target audience. But when using social media you also need to be careful, because people may find it annoying when their private social media space is approached for marketing purposes.” What’s the idea behind your communication plan for the centre? “The main idea is interpersonal influence. In my plan, I start with kids who are both early innovation adopters and enthusiastic scouts. I then expect them to influence the other kids, so that it works like a chain reaction.”

Besides exhibits, the Science Centre is also collaborating with secondary schools to offer educational programmes. Aart Verbaas (22), an MSc student in science education, is currently working together with a fellow team member at the faculty of Applied Physics to design a workshop that Dutch high school students will attend next June. He shared his thoughts on trying to captivate young minds through science.

Aart Verbaas: How would you describe your approach to designing this workshop? “Our goal is to make the workshop surprising and trigger the students’ interest in physics. So, stimulating, challenging and hands-on experience are the three principles we’re following. One example is ferrofluid, which is a fluid containing magnetic particles. The school kids can then use their creativity to make nice sculptures out of this fluid.”

x themakingof.weblog.tudelft.nl


DELTA. 10 18-03-2010 achterkant

00 24

dreamteams Naam: Joris Aerts (22, Elektrotechniek) Dreamteam: DUTracing Functie: Officieel geen functie, “maar ik doe veel te veel”

as in olde times

Number 7 Sports clubs with a sense of history honor their heroes. Punch basketball is one such club. In the hallway leading to the Sport Centre’s ‘hal 1’ gym, where Punch plays its home games, a lone jersey hangs behind glass. It’s a red jersey with the name ‘Jan Sikking’ and the number 7 on the back. Sikking became something of a living legend when, in 1969, he joined Punch as a player and coach. He went on to serve the club very well and for many decades as both player and coach. Moreover, he not only was played on the Dutch national basketball team, but also later served as the national team’s head coach. In 1974 he won the national cup competition with Punch, and followed that up a year later by winning the national championship. In 1992, prior to the club’s 40th anniversary celebrations, Sikking, then age fifty, played in the Punch All Timer Tournament. During the tournament his jersey was retired in accordance with a tradition practiced by American NBA teams, which honor their greatest players at the end of their careers by raising their jerseys to the rafters. But because other sports besides basketball are played in the gym, Sikking’s shirt was soon brought down and safely placed in a display case. “No Punch player has worn number 7 since that day”, says Paul Smulders, a former Punch player. “The club federation requires clubs to play using shirt numbers 4 to 15. Our numbers go from 4 to 16.” The now 66-year old Sikking is still active as a coach at Punch. (JT/DM)

Joris Aerts: “Ik kan de kabelboom dit jaar in 72 uur produceren.” (Foto: Richard van ’t Hof)

Acht kratten bier staan er op het spel voor Joris Aerts. Vorig jaar was hij als chief electronics verantwoordelijk voor de productie van de kabelboom van de Delftse Formula Student-auto. Die was uiteindelijk wel goed gelukt, maar niet op tijd klaar. “Dit jaar ben ik geen chief electronics meer. Maar ik zie het als mijn plicht om dit jaar wel op tijd een goede kabelboom af te leveren.” Aerts ging zelfs nog een stapje verder door te beweren dat hij de kabelboom in 72 uur kan produceren. “Dat wordt nog een hele uitdaging. We gebruiken dit jaar echt topspullen van Fokker Elmo. Dezelfde bekabeling vind je ook terug in kruisraketten en straaljagers, en de stekkers komen uit de Formule 1. Betrouwbaarheid is erg belangrijk, dus je moet met veel dingen rekening houden.” Kennelijk vonden zijn collega’s het een onhaalbare uitdaging want al gauw werd er door meerdere mensen een krat bier verwed. “De teller staat inmiddels op acht kratten. Dat waren er eerst veel meer, maar sommige laffe dakhazen trekken zich terug nu de productie dichterbij komt, haha! Kennelijk hebben ze toch vertrouwen in me.” (EvO)

merel segers

Klein

Kriep

Punch’s great number 7. (Photo: Hans Stakelbeek/FMAX)

Ik voel me klein. Nietig bijna. Ik leg mijn tijdschrift weg om na te denken. Een paar seconden geleden zag ik de nieuwste foto’s van de Hubble Telescoop. Sterrenclusters, blauwe en rode reuzensterren, vlindernevels. Naast dat ze prachtig zijn, doen ze me verwaarloosbaar klein voelen. Naast klein voel ik me jong. Wist je dat als je de leeftijd van de aarde in een dag zou uitdrukken, de moderne mensheid pas de laatste seconden voor middernacht op komt duiken? Om 23:59:59,9 uur om precies te zijn. We zijn op dit moment in rap tempo grondstoffen uit de aarde aan het mijnen, de aarde heeft er miljoenen jaren over gedaan om ze erin te stoppen. Hierdoor voel ik me dom. Een vriend van mij gelooft dat mensen slim zijn maar samenlevingen dom. Op het moment dat er geld te verdienen is, is het makkelijk om eigen verantwoordelijkheid uit de weg te gaan. Dit om het belangrijkste doel

in het leven te verwezenlijken: een grotere auto kopen dan de buurman. Raar maar waar. Dus misschien ben ik niet dom, maar zijn we met zijn allen dom. Gedeelde smart is halve smart? Maar wees niet bang, ik heb ook momenten dat ik me groot, oud en slim voel. Gigantisch ben ik, vergeleken met de bacteriën onder mijn nagels, die op hun beurt reuzen zijn in vergelijking met de elektronen van mijn huidcellen. Oud voel ik me, als ik ga stappen in de stad waar ik ben opgegroeid. Ik zie de zestienjarige pubers inclusief rode pukkels denken: wat doet die oma hier? Ik schep graag op over de negen die ik voor mijn chemical process technology-tentamen heb gehaald. Hierdoor voel ik me geniaal. Ten slotte moet ik iets bekennen. Mijn ‘ik voel me klein’-gevoel komt ook door mijn lengte van 1 meter 60. Nietig bijna vergeleken met de gemiddelde Delftse man.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.