TUDELTA.10
DELTA. 10 24-03-2011 weekblad van de technische universiteit Delft
Deze week in Delta
The pure stuff
Beunderman: creatieve geest
INTERVIEW: 10
SCIENCE:05
NIEUWS: 03
01
INTERNATIONAL: 07
Vakevaluaties: pas op voor stigma docenten
REPORTAGE: 12
Cold hard facts from the Arctic
Ooggetuigenverslag aardbeving Japan
Langstudeerboete is te omzeilen Studenten kunnen de langstudeerboete ontlopen, als ze zich strategisch in- en uitschrijven. Het ministerie van onderwijs wil maar één keer in het jaar vaststellen wie studeert. bas belleman/HOP Volgens het wetsvoorstel zal het ministerie op 30 september turven wie er studeert en wie niet. Het gebruik van zo’n ‘peildatum’ is nadelig voor snelle afhakers. Eerstejaars studenten die zich in hun studiekeuze hebben vergist en na één of twee maanden stoppen, hebben meteen een heel uitloopjaar verspeeld. Ze kunnen het collegegeld voor de rest van het studiejaar terugvragen, ze kunnen hun studiefinanciering stopzetten, maar hun uitloopjaar zijn ze kwijt. Als ze een jaar later aan een nieuwe opleiding beginnen, moeten ze die precies op tijd afronden, anders gaan ze meteen het verhoogde tarief betalen. Het ministerie verdedigt deze gang van zaken. ‘Uitgangspunt blijft dat studenten zich inschrijven voor een geheel studiejaar’, staat in de toelichting bij de wet. ‘Dit past bij het doel een ambitieuzer studieklimaat te bevorderen, waarbij student en instelling een serieus commitment aangaan.’ Maar wie zich pas in oktober inschrijft, of in de maanden erna, kan zich aan het oog van de langstudeermaatregel onttrekken. Twee onderwijsjuristen – advocaat Erik de Groot en de Tilburgse hoogleraar onderwijsrecht Paul Zoontjens - bevestigen de constatering van het Hoger Onderwijs Persbureau. Vooral voor masterstudenten zal dit eenvoudig zijn. Die kunnen meestal ook in februari instromen. In de zomer schrijven ze zich uit, waardoor ze in september op de peildatum officieel niet studeren. Ze gaan bijvoorbeeld een half jaar lang hun scriptie schrij-
ven. Daarna schrijven ze zich weer in. Zo zouden ze in principe een tijdje door kunnen gaan, zonder dat de langstudeerboete hen treft. Van hun tijdelijke uitschrijving hebben ze ook weinig last, want Halbe Zijlstra heeft hun basisbeurs toch al wegbezuinigd. Ze moeten alleen even oppassen met campuscontracten, want sommige verhuurders gooien hun huurders uit hun kamer als ze een aantal maanden niet meer studeren. Ook verliezen deze studenten het recht op de ov-jaarkaart en kunnen ze even niet meer lenen bij de dienst uitvoering onderwijs. Als ze daarmee de boete van drieduizend euro omzeilen, betaalt het zich vanzelf weer terug. Voor bachelorstudenten ligt het ingewikkelder. Die mogen zich wel later
Wie zich pas in oktober inschrijft, of in de maanden erna, kan zich aan het oog van de langstudeermaatregel onttrekken inschrijven (bijvoorbeeld op 1 oktober), maar dat staan universiteiten en hogescholen alleen toe bij wijze van vriendelijke uitzondering. Het is een extraatje, en beslist geen regel. Probleem voor hogescholen en universiteiten is dat studenten niet voor de overheidsbekostiging meetellen als ze zich pas in oktober inschrijven. Daarom zullen onderwijsinstellingen het niet over hun kant laten gaan als studenten hier massaal gebruik van willen maken. Late inschrijvers lopen dus het risico dat ze niet meer worden toegelaten. Het ministerie zou deze maas in de wet nog met een ‘maatregel van bestuur’ kunnen veranderen en ervoor kunnen kiezen om vaker te peilen. Het is dan wel lastig uitleggen waarom studenten meteen een heel uitloopjaar kwijt zijn, als ze op één van de twee data niet staan ingeschreven.
Airbase
Rood was dit jaar de kleur van het dertiende lustrum van de Vliegtuigbouwkundige Studievereniging ‘Leonardo da Vinci’ van Luchtvaarten Ruimtevaarttechniek, afgelopen vrijdag op de faculteit. Er waren optredens van onder andere William Shagspeare, Steven Quarre en Lasgo. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Studenten in Japan willen blijven Tijdens de aardbeving van 11 maart waren er twaalf studenten van de TU in Japan. Volgens een woordvoerster van de universiteit gaat het goed met ze. De universiteit heeft al haar studenten in Japan ondersteuning aangeboden in het geval zij eerder willen terugkeren. Het gaat daarbij om hulp bij het regelen van de terugreis. Twee studenten hebben daar gebruik van gemaakt en zijn afgelopen zondag teruggekeerd. De overige tien studenten hebben besloten hun stage af te maken. Zij bevonden zich niet in een risicogebied. “Er geldt voor het gebied waar zij verblijven geen advies van het ministerie van Buitenlandse Zaken om weg te gaan”, aldus woordvoerster Karen Collet.
Uit contact dat Delta heeft met enkele van deze studenten, blijkt dat zij graag nog wat maanden in Japan blijven. Zij zouden oorspronkelijk tot 8 maart (drie dagen voor de aardbeving) stage lopen bij het onderzoeksinstituut AIST in Tokyo, maar kregen halverwege hun verblijf de mogelijkheid te verlengen. Inmiddels verblijven zij – volgens student werktuigbouwkunde Thijs Hel-
‘Als alles meezit, zit ik volgende week in mijn nieuwe woonruimte in het centrum van Tokyo’ doorn ‘om iedereen gerust te stellen’ – in Takamatsu, zo’n zevenhonderd kilometer van Tokyo. Daar werken ze bij een andere vestiging van hetzelfde bedrijf, maar eigenlijk willen ze zo snel mogelijk terug naar Tokyo. ‘Als alles meezit, zit ik volgende week in mijn nieuwe woonruimte in het
centrum van Tokyo’, laat student werktuigbouwkunde Erik Vlasblom weten. ‘Als de situatie niet verslechtert, is er een grote kans dat ik ook de zomer helemaal meepak, tot ik in september weer verder ga in Delft.’ Volgens de TU zijn er geen medewerkers in Japan. Voor zover bekend zijn er ook geen medewerkers en studenten in Libië en Bahrein. De TU heeft mensen die naar Libië zouden gaan, geadviseerd niet te gaan. Hetzelfde geldt voor een groep studenten die nog naar Japan zou reizen. Deze groep is uiteindelijk niet gegaan. Overigens zijn er nu twintig Japanse studenten in Delft. De universiteit heeft ze haar medeleven betoond en aangeboden dat ze gesprekken kunnen hebben met studentendecanen en -psychologen. Vorige week was daar nog geen gebruik van gemaakt. (CvU) Pagina 12: ‘Eens in de duizend jaar’
DELTA. 10 24-03-2011
nieuws/column
02
Design-Oscar www.delta.tudelft.nl @tudelta delta@tudelft.nl
delta online Selectie na de poort De meeste opleidingen die studenten aan de poort willen selecteren, komen daar vanzelf op terug, meent staatssecretaris Zijlstra van hoger onderwijs. Ze zullen volgens hem inzien dat het verstandiger is om pas na drie maanden de beste studenten eruit te pikken.
Harde knip De landelijke ‘harde knip’ tussen bachelor- en masteropleidingen wordt vanaf 1 september 2012 ingevoerd, zo is het plan. Opleidingen die er nog niet klaar voor zijn, krijgen uitstel.
Boete, boete Fulltime studentbestuurders mogen zich niet uitschrijven van staatssecretaris Zijlstra. VVD-Kamerlid Anne-Wil Lucas had hiervoor gepleit. Studenten met een bestuursfunctie zouden dan minder snel vertraging oplopen en een boete moeten betalen. Zijlstra wil bij de langstudeerboete ook geen rekening houden met de zwaarte van opleidingen. En ook deeltijdstudenten krijgen maar een jaar uitloop op de nominale studieduur.
Rel in verkiezingstijd Moedwil en misverstand overheersten het spoeddebat over uitspraken van minister Jan Kees de Jager van Financiën. Die zou hebben gezegd dat de langstudeerboete wat hem betreft niet had gehoeven.
Belabberde brochures
De ‘stijlvolle opvolger van de foto op canvasdoek’, Xpozer, heeft een prestigieuze Red Dot Award 2011 gewonnen als één van ‘s wereld beste productontwerpen. Oud-werktuigbouwkundestudenten en technostarters Clemens van Os en Ivan van der Veld bedachten het opspansysteem om grote foto’s op te hangen zonder lijst. Xpozer ontving de ‘Oscar voor design’ vanwege zijn design en gebruiksgemak. De prijs wordt jaarlijks toegekend door het Duitse Design Zentrum Nordrhein Westfalen. Op 4 juli mogen de ondernemers hun erkenning in ontvangst nemen. De Xpozer wordt
Ambulances dan vier weken lang tentoongesteld in het Red Dot Museum. In november 2010 ontvingen de technostarters ook al de Nederlandse GIO-designerkenning. Van Os en Van der Veld zijn overigens niet de enige oud-TU’ers die een Red Dot ontvingen; ook IO-alumnus Heleen Willemsen van Babybloom Healthcare viel in de prijzen met haar kind-, ouder- en verzorgervriendelijke couveuse.
www.xpozer.com
De gemeente Delft is niet van plan de TU te bewegen duidelijker aan te geven waar bezoekers van de unit sport en cultuur moeten parkeren. Volgens de gemeente is het helder waar wel en waar niet geparkeerd mag worden. Dat antwoordt het college van burgemeester en wethouders (b&w) op vragen van Onafhankelijk Delft. Die fractie viel over de grote hoeveelheid parkeerboetes die begin dit jaar zijn uitgedeeld in drukke weekenden op het sportcentrum. Onafhankelijk Delft vond dat verkeersborden en betegeling niet goed aangeven dat er een parkeerverbod
geldt. B&w laat de fractie weten dat de handhaving op het terrein op verzoek van de TU is aangescherpt. De oorzaak daarvan ligt in twee incidenten op het sportcomplex, schrijft b&w, in het weekend van 8 en 9 januari. Eerst moest een ambulance het terrein op voor een reanimatie, later moest een ambulance komen voor een gecompliceerde botbreuk. “In beide situaties was het voor de ambulancedienst praktisch onmogelijk het terrein te bereiken.”
‘Ben je bereid je vrijheid op te geven?’ Het bedrijfsleven biedt TU-alumni misschien een hoger salaris, maar een wetenschappelijke carrière biedt meer vrijheid. In het lagerhuisdebat ‘Prof of CEO’ donderdag op de faculteit Techniek, Bestuur en Management neemt dr.ir. Caspar Chorus het op voor een loopbaan op de universiteit. SASKIA BONGER Een debat over loopbaankeuze. Bent u ertegen dat studenten voor het bedrijfsleven kiezen? “Helemaal niet. Er is niets mis met een carrière bij Shell. Ik zie het niet als een gevecht tussen wetenschap en bedrijfsleven. Wel merk ik dat er veel misverstanden bestaan over werken op de universiteit. De meeste studenten kennen niet zoveel mensen die in de wetenschap werken. Ik wil ze opheldering geven, want ik weet wat de wetenschap voor moois kan bieden.” Wat kan de wetenschap dan voor moois bieden? “De universiteit is één van de aller-
laten zien hoe slim je bent. En zelfs dat is niet altijd een voordeel. Men denkt toch: wat kunnen wij met zo’n eigenwijs iemand?”
Caspar Chorus:“In de wetenschap willen we alleen de beste en meest creatieve studenten hebben.” (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
laatste plekken waar je heel veel vrijheid hebt in waar je over wilt nadenken en hoe je dat doet.” Moeten alle studenten kiezen voor een wetenschappelijke carrière? “In de wetenschap willen we alleen de beste en meest creatieve studenten hebben. Maar die hebben ook aanbiedingen van het bedrijfsleven op zak. De vraag is in hoeverre ze bereid zijn om hun vrijheid op te geven. Ik merk dat studenten daar lacherig over doen, maar vriendjes van mij die in het bedrijfsleven zitten hebben het daar moeilijk mee. Die denken: ‘hé, moet ik nou voor de vijfde keer dit advies uit-
Brochures van universitaire opleidingen zijn veelal misleidend. Struikelvakken worden verzwegen. Meer dan driekwart van de opleidingen zwijgt over de omvang van werkgroepen.
brengen?’. Maar een nieuw onderzoek is te duur voor de baas. Op de TU móet het nieuw, anders is het plagiaat en moet je de laan uit.” Moet je per se kiezen voor het één of het ander? “Het zou wel wat flexibeler mogen dan nu. Kom je op je 36ste binnen op de universiteit, dan moet je onderaan beginnen: eerst promoveren, dan kijken we wel weer verder. Het proefschrift wordt steeds meer een voorwaarde om te kunnen excelleren op de TU. Andersom is zo ongeveer het enige nut van een doctorsgraad in het Nederlandse bedrijfsleven dat je hebt
Wat raad je studenten aan? “Om eerlijk te zijn tegen zichzelf over wat ze kunnen en willen. Ik merk bij vrienden, dat er heel erg gelet wordt op de uitstraling van grote bedrijven. Studenten vragen zich te weinig af wat ze eigenlijk gaan doen daar en met wie. Toen ik koos voor promoveren, moest ik dat verantwoorden, ook voor mezelf. Het is voor een universiteit ook moeilijk knokken tegen een bedrijf dat tegen een pas-afgestudeerde zegt: je mag voor ons een half jaar naar Chicago. Maar als puntje bij paaltje komt, is de wetenschap internationaler dan werken bij een multinational. Ik ga zeer regelmatig naar het buitenland.” Welke argumenten kun je tegen de wetenschap verzinnen? “De universiteit kan een benauwende plek zijn als je merkt dat je niet bij de excellerende onderzoekers hoort. Maar ik wil vooral dat iedereen zich realiseert dat op de universiteit ongelooflijk veel belangrijk werk gebeurt.” Het lagerhuisdebat: ‘Prof of CEO’, 24 maart 2011, 15.30-17.00 uur, zaal H, faculteit Techniek, Bestuur en Management.
smeets
Studentenbezetting Een dertigtal Nijmeegse studenten heeft maandag 21 maart de Erasmustoren van de Radbouduniversiteit bezet. Ze eisen dat het universiteitsbestuur publiekelijk afstand neemt van de kabinetsplannen voor het hoger onderwijs.
Inkomen Het inkomen van een laagopgeleide was in 2009 gemiddeld ruim 26 duizend euro, meldt het CBS. Een hoogopgeleide verdiende bijna tweede keer zoveel: 49 duizend euro.
Sneller bewoonbaar Het wordt gemakkelijker en goedkoper om leegstaande kantoren tot studentenwoningen te verbouwen. In Nederland staat meer dan zeven miljoen vierkante meter kantoorruimte leeg, terwijl er de komende jaren 60 duizend studentenkamers nodig zijn. Maar er zijn nu erg veel regels aan het maken van woonruimte van de kantoren. Hierdoor is het meestal goedkoper om de kantoren te slopen.
Vooruitdenken Als kind vroeg ik me af waarom mensen in hemelsnaam op een breuklijn leefden. Natuurlijk kon je aardbevingsbestendige gebouwen maken, maar waarom ging iedereen niet veilig een paar honderd kilometer verderop wonen? Na de tsunami in 2004 zei ik dat het niet echt verstandig was van al die mensen om hun huizen zo vlakbij de kust te bouwen. Een Amerikaanse vriend vroeg me toen fijntjes hoeveel meter onder de zeespiegel ik ook alweer zelf woonde. Mensen doen veel dingen die niet zo slim zijn en pas als er iets misgaat, ziet iedereen de risico’s. Kerncentrales in een aardbevingsgevoelig gebied bouwen is achteraf gezien niet echt een goed idee. Op het moment dat ik dit schrijf, lijkt de situatie in de Japanse Fukushima-reactor enigszins onder controle, maar de schrik zit er goed in, ook in Europa. In Duitsland besloot Angela Merkel om zeven oude kerncentrales stil te leggen. Journaal-reporter Gerri Eickhof stond in lichte paniek bij de kerncentrale van Borssele en Maxime Verhagen zei dat bij de bouw van nieuwe Nederlandse kerncentrales de gebeurtenissen in Japan zullen worden meegenomen. Zijn deze schrikreacties niet wat overdreven? Zelfs bij een meltdown in Fukushima zou het aantal slachtoffers van die kernramp zeer waarschijnlijk maar een fractie zijn van het aantal doden en gewonden door de aardbeving en tsunami. Ik ontdekte deze week dat bij de kernramp in Tsjernobyl (in mijn herinnering een van de grootste rampen ooit) niet meer dan 57 directe doden vielen. Het is moeilijk om te schatten hoeveel mensen door de straling kanker kregen, maar de Verenigde Naties houden het op ongeveer vierduizend slachtoffers (en een deel daarvan is inmiddels genezen). Gek eigenlijk dat de Tsjerno-
byl-ramp uit 1986 zo is blijven hangen, terwijl de vulkaanuitbarsting uit 1985 die in Colombia 23 duizend doden kostte al lang is vergeten. Na Fukushima heeft kernenergie weer een boel nieuwe tegenstanders. Ineens zijn de risico’s weer duidelijk en wordt gekeken naar de veiligheid van kerncentrales. Verdronken kalf, gedempte put, enzovoorts. Gelukkig wordt er af en toe wél goed vooruitgedacht. Finland heeft besloten dat al het Finse kernafval voortaan veilig in eigen land moet worden opgeslagen. Er wordt nu gebouwd aan de opslag Onkalo. Het plan is om de opslag te vullen en in 2120 te verzegelen. Daarna moet het kernafval honderdduizend jaar (!) veilig blijven opgeborgen, zonder dat er onderhoud of iets nodig is. De documentaire ‘Into eternity’ (winnaar van de Green Screen Award op het IDFA 2010) laat zien welke problemen opgelost moeten worden bij de bouw. Interessanter dan de technische hoogstandjes is de vraag hoe de bouwers kunnen voorkomen dat over tienduizenden jaren een eventueel nieuwe beschaving het kernafval weer gaat opgraven. Heeft het zin om de opslag te markeren met waarschuwingsbordjes? Of werkt dat juist averechts? Een bij de bouw betrokken wetenschapper dacht dat een beschaving die geavanceerd genoeg was om het kernafval te kunnen opgraven, ook ontwikkeld genoeg was om te beseffen dat ze dat beter niet kon doen. Als de toekomstige beschaving op de mensheid lijkt, zou ik daar maar niet op rekenen. Ionica Smeets is TU alumnus (wiskunde), wetenschapsjournalist en onderzoeker bij Publiek Begrip van Wetenschap in Leiden.
DELTA. 10 24-03-2011
nieuws
Buitencollege
De eerste dag van de lente was eigenlijk te mooi om binnen te zitten. Dat vonden studenten van het bachelorvak beleid, economie en recht in transport en logistiek ook. Ze vroegen hun docent Jan Anne Annema spontaan of hij het college buiten kon geven. Annema zag dat wel zitten en zo geschiedde. (Foto: Bert van der Wees)
03 Glazen Huis
Owee-thema
Het Glazen Huis in 2012 naar Delft? De ondernemersvereniging van de binnenstad ziet het wel zitten en maakte een bidbook. Daarin staat omschreven wat Delft als stad te bieden heeft aan 3FM Serious Request. Afgelopen dinsdag reisden ondernemers, jongeren en het TU Delft Nuna Solar Team naar Hilversum om het bidbook te overhandigen. Op 29 april wordt bekend of het Glazen Huis volgend jaar in Delft, Enschede, Kerkrade of Sittard-Geleen staat.
The Delft Experience. Dat is het thema van de Ontvangstweek 2011. Ieder Owee-bestuur wordt geacht zijn eigen leus te bedenken. Voorzitter Pim Pelt denkt dat The Delft Experience de hele Owee omvat. “Het studentenleven, de studentikoze sfeer, maar ook de stad, kennis en intelligentie. Alles zit erin”, filosofeert hij. Ook in het logo – een boom – komen alle facetten van Delft terug, verzekert hij. De Owee vindt dit jaar plaats van 22 tot 25 augustus. www.owee-tudelft.nl
‘Vakevaluaties aan Strijd over positie promovendi de muur spijkeren’ De studentenraad wil dat vakevaluaties openbaar worden. De TU onderzoekt de mogelijkheden. Wat vinden docenten ervan als hun beoordelingen op straat komen te liggen? SASKIA BONGER De studentenraad (sr) wil vakken eenduidig en gedurende hun looptijd evalueren en bespreken en de resultaten daarvan publiceren op Blackboard. Het voorstel komt voort uit de behoefte van studenten dat hun mening zichtbaar serieus wordt genomen. De sr stelt in een brief aan het college van bestuur (cvb) dat het demotiverend werkt wanneer studenten de uitkomsten van enquêtes niet te zien krijgen en hen ook niet wordt medegedeeld wat ermee gebeurt. De sr en het cvb spraken afgelopen donderdag af dat het voorstel van de studenten wordt ingebracht in de overleggen van onderwijsbeleidsmedewerkers en facultaire kwaliteitszorgmedewerkers. Zij bekijken wat de mogelijkheden zijn. Daarmee wijst de universiteit het voorstel van de studenten niet op voorhand af. Eerder leek collegelid Paul Rullmann er nog niet happig op, omdat docenten nooit meer van een stigma af dreigen te komen als ze een keer niet goed beoordeeld zijn. De studentenraad stelt daarom voor om de beoordelingen te koppelen aan een vak en niet aan een docent. Er wordt, kortom, veel gesproken over
docenten. De vraag is wat zij zelf vinden van het voorstel van de sr. Een spreekbuis hebben zij niet. Docent van het jaar 2010 van de faculteit Technische Natuurwetenschappen Miriam Blaauboer denkt dat de andere beste docenten, die toch enig recht van spreken hebben, net als zijzelf voorstander zijn. Ze kan geen tegenstanders verzinnen. Filosofiehoogleraar Peter Kroes (TBM), voorzitter van de raad van hoogleraren maar sprekend op eigen titel, vat in zijn reactie waarschijnlijk aardig samen hoe verschillend er toch over het onderwerp gedacht wordt. Hij begint met te zeggen dat vakevaluaties
De status van promovendi houdt de gemoederen behoorlijk bezig. Actievoerende promovendi vergelijken VSNU-voorman Sijbolt Noorda zelfs met de verdreven Egyptische president Hosni Moebarak.
Volgens de promovendi liegt Noorda over de redenen achter de invoering van een bursalenstelsel, wanneer hij zegt dat hij daarmee buitenlandse beurspromovendi wil beschermen. “Universiteiten kunnen er straks voor kiezen om niet alleen buitenlandse,
maar ook Nederlandse promovendi een beurs te geven”, zegt Sjoerd Keulen namens een groep actievoerende promovendi. Noorda zegt echter dat de discussie over het promotiestelsel voor Nederlandse promovendi niet aan de orde is. “Er zijn honderden redenen om heel zuinig te zijn op het aio-stelsel, waarin promovendi werknemers zijn, en we zijn helemaal niet van plan om dat af te schaffen.” Toch lobbyt de VSNU al jaren voor een bursalenstelsel, omdat dat ‘differentiatie in het promotiestelsel’ mogelijk zou maken en beter zou aansluiten op internationale ontwikkelingen. Staatssecretaris Halbe Zijlstra van onderwijs ondermijnde dat verhaal
maandag. Hij stelde dat geld de belangrijkste reden is om promovendi een studiebeurs te geven in plaats van een salaris. “Een bursaal is goedkoper.” Een studiebeurs kan zelfs het tempo van de promovendi ten goede komen, meent hij. “Bij bursalen zit een push, omdat de vergoeding niet geweldig is – laat ik het maar even zo zeggen. De druk zit erop. Er is geen noodzaak om daar aanvullend beleid op te maken.” Overigens wil hij niet opleggen dat alle promovendi bursalen moeten worden: “Er zijn universiteiten die het graag willen, zoals Groningen, en universiteiten die het niet willen, zoals Nijmegen. Ik wil ze de keuze bieden.” (HOP/SB)
Docenten dreigen nooit meer van een stigma af te komen wat hem betreft aan de muur gespijkerd mogen worden. Om dat daarna te nuanceren. “Ik zeg dat vooral omdat andere docenten er zo spastisch en geheimzinnig over doen. Ik wil die verkrampte houding los krijgen.” Maar Kroes vindt ook dat voorkomen moet worden dat docenten die moeilijke vakken geven een stigma krijgen. De populariteit of afkeer van een vak wil volgens hem nog wel eens samenhangen met de moeilijkheidsgraad ervan en niet met de kwaliteit. Maar als die kwaliteit dan echt niet in orde blijkt, moet er volgens de hoogleraar actie ondernomen worden. “Daartoe moeten we bereid zijn. Onderwijs is één van de belangrijkste aspecten van de universiteit.”
Lunchconcert
Lunchen bij Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek was maandag net even anders dan anders. Krashna Musika verzorgde een optreden in het restaurant. Zo smaakt je boterhammetje toch net even wat lekkerder. Op 27 maart worden de acht campusconcerten die Krashna op steeds andere faculteiten geeft, afgesloten met een kamermuziekconcert bij de unit cultuur. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Geen knip-en-plak ingenieurs De vonken spatten er vanaf afgelopen vrijdag in de aula. Debatten in Delft zijn nog wel eens saai en zitten vol met langdradige opmerkingen. Dat was nu absoluut niet het geval. De discussie ging over de maatregelen van de TU Delft om schade van de langstudeerboete te beperken. Het was weliswaar een wat rommelige discussie, maar vooral de studenten waren gevat en to the point. “Een wazig verhaal”, noemde een afgestudeerde de aangekondigde maatregelen. Er was zelfs een pakkende oneliner. “U creëert copy-paste ingenieurs,” liet een bezorgde TUalumnus weten. De universiteiten en studenten betalen straks beide drieduizend euro
per jaar voor wie meer dan een jaar langer over de bachelor doet. De TU schat de kosten op 8,5 miljoen. Het is overigens nog onduidelijk of Den Haag de boete in deze vorm doorvoert. Toch pleit de TU, waar studenten in totaal gemiddeld 7,2 jaar kwijt zijn aan hun studie, hoe dan ook voor maatregelen. Een Delftse opleiding moet binnen vijf jaar te voltooien zijn is het devies. Het rapport-Brakels adviseerde onlangs het college van bestuur (cvb) een aantal maatregelen door te voeren. Zoals het verhogen van de bsanorm van 30 naar 45 studiepunten en compensatoir beoordelen. Hierop uitten studenten felle kritiek tijdens de discussie, die vakkundig werd geleid
door TU-alumnus en Stip-wethouder kenniseconomie en ruimtelijke ordening ir. Pieter Guldemond. De grootste zorg van de studenten was de doorvoering van een bsa van 45 punten per jaar. “U geeft nu dui-
Een langstudeerder gaf aan bang te zijn dat zijn diploma devalueert delijk aan dat dit effect zal hebben”, zei een student technische bestuurskunde. “Maar we kunnen nergens in het adviesrapport teruglezen wat het effect precies is.” Studenten waren kwaad dat de huidige bsa van 30 pun-
ten nog niet grondig geanalyseerd is. Docent luchtvaart- en ruimtevaarttechniek dr.ir. Akke Suiker was het met hen eens. “De analyse is nog niet scherp genoeg.” Veel studenten wonden zich er ook over op dat de kwaliteit van het onderwijs te grabbel wordt gegooid. Het adviesrapport pleit ervoor dat ze onvoldoendes voortaan mogen compenseren. Een langstudeerder gaf aan bang te zijn dat zijn diploma devalueert. TU-alumni staan bekend om hun grote prestaties, zoals het bouwen van de Deltawerken. Blijft dat zo of staat Delft straks bekend om lopendebandstudenten? Een aantal docenten en medewerkers sprak zich juist wel uit voor compen-
satoir beoordelen en een scherpere bsa. Maar helaas werd er te weinig direct op elkaar gereageerd door de debaters. Lof uit de zaal was er ook. Neem tussentijds toetsen, zodat studenten niet alleen vlak voor een tentamen keihard gaan leren. Daarover was vrijwel iedereen positief. Veel studenten en docenten spraken zich ook uit voor kleinere groepen en blokkenonderwijs. Collegelid Rullman luisterde aandachtig naar de discussie, die mee wordt genomen in het besluit van het cvb. Hij gaf aan dat de waarde van het diploma niet ter discussie stond, maar dat geloofde lang niet iedereen. Robert Visscher
DELTA. 10 24-03-2011
science
opinion please
04
Fail-safe reactors are too costly
The HTR-reactor is immune to overheating because of its limited thermal power and the containment of tiny uranium specks in heatproof carbon balls. (Illustration: Marijn van der Meer)
Change her up, please In twenty years time we will drive on ammonia borane instead of gasoline, Andrew Sutton and colleagues surmised last week in Science. Filling up a fuel tank yourself will become a romantic relic of the past associated with big, roaring gasoline consuming automobiles. In future drivers will exchange their empty fuel tanks at a fuel station for new ones. And the tanks won’t be filled with gasoline, but rather with ammonia borane, a lightweight material that contains lots of hydrogen (19.6 weight percentage). That is the vision presented by scientists at the Los Alamos laboratory in New Mexico (US). They believe that ammonia borane is the material that will help us get past our oil addiction. Hydrogen can be stored efficiently in ammonia borane and when put in a solution that has some nickel-based catalyst added to it, the hydrogen can also easily be delivered from that material to energy-producing fuel cells. One of the remaining challenges however is to find a way to regenerate ammonia borane from the spent, dehydrogenated fuel. But in last week’s edition of the Science, US chemists describe a way to do just that. A 24-hour treatment with a rocket fuel, called hydrazine, in liquid ammonia at 40°C in a sealed pressure vessel puts all the hydrogen back in place. The biggest bottleneck the researchers face now, they say, is the high price of hydrazine, which currently costs around 4.00 US dollars per kilo. But that price can drop fast, the researchers add, if the production process is scaled up, which of course would happen if the whole world is driving on ammonia borane instead of gasoline. Professor Fokko Mulder, of the Fundamental Aspects of Materials and Energy section (Applied Sciences), who conducts research on magnesium hydrides as a hydrogen storage material, sees some other hurdles as well. Although he says that this research 'certainly is an important step', he’s far from convinced that we’ll all be driving on ammonia borane in the near future. “The ammonia borane needs to be in a solution that will lower the effective hydrogen weight percentage,” he says. Prof. Mulder also worries about toxic compounds: “How will the researchers prevent the chemical borane from being formed in the fuel tank during the release of hydrogen? They do not write about that. Borane is very bad for the fuel cell. And worse, if you hit a tree and your fuel tank rips apart, the toxic substance can be released in the environment.” Professor Bernard Dam, of the Materials for Energy Conversion and Storage section (Applied Sciences), has similar reservations, yet these concern the ammonia which will also be produced. “They’ll have to add filters or invent some other complicated technique to prevent the ammonia from reaching the fuel cell and intoxicating it,” he opines. Prof. Mulder also wonders how the Americans plan to deal with the catalyst that will still be present in the ‘empty’ fuel tank: “You have to remove that before you start the process to regenerate ammonia borane, since the catalyst counteracts this process. They may have worked out a way to do this in the laboratory, but if you do it on a much larger scale it becomes more complicated.” (TvD)
Nuclear reactors that don’t melt down, even if all cooling fails, can be made. But the development of the high temperature reactor has been slowed because other types are cheaper. Jos Wassink The Fukushima-1 reactor boils away several tens of thousands of litres of water per day, estimates Dr Jan Leen Kloosterman, of the Reactor Institute Delft (Applied Sciences faculty). The amount of heat that a switched-off nuclear reactor produces is initially about 6 percent of its full thermal power. That may not sound like much, but as Fukushima shows, it can lead to a desperate struggle to cool away the reactor’s heat. The people staffing the reactor know only too well the consequences of insufficient cooling: pressure building up, forced radioactive steam releases, hydrogen formation and explosions, melting of the core, possibly even damaging the reactor vessel, resulting in a much-feared melt-down or the ‘China syndrome’. Over time the heat production diminishes. In a day’s time the power diminished by about 90 percent, but it will take six months before the heat production diminishes another 90 percent. All the time forced cooling of the fuel rods remains necessary to prevent releases of radioactive material into the surroundings. After Fukushima, it seems logical to ask if nuclear reactors can be constructed so that they do not collapse disastrously when the cooling breaks down. Well, they can be, but the power of this ‘inherently safe reactor’ is limited and its price appears to be prohibitive. “Siemens worked on it in the 1980s,” says Dr Kloosterman, adding however that eventually the company dropped the project in favour of a water-
cooled reactor, because this seemed less expensive. South Africa has been working on its own design for an inherently safe high-temperature reactor (HTR), but the project was recently cancelled because of the financial crisis. China has bought the entire German HTR-research inventory, including the fuel factory, and has continued the development from a 10-megawatt demonstration plant into a 250-megawatt prototype, which is expected to be completed by 2015. About this demo plant, Dr Kloosterman says: “They just shut off the cooling and stand back. You see the temperature in the core rise, but nothing happens. Three days later the temperature eases down again.” The magic of this inherently safe reactor is in its fuel packaging: three layers of heat-resistant material cover tiny uranium oxide bullets measuring only
If by 2020 an inherently safe reactor hits the market, it will have been ‘Made in China' half a millimetre across. The porous inner layer captures any gaseous products and prevents their release. About 15,000 of these millimetre-sized fuel balls, known as TRISO particles, are contained in a carbon sphere about as big as a tennis ball. These balls are heat resistant up to 1.600°C and do not release any of their contents into their surroundings. A reactor fuelled with these fuel spheres, also known as a pebble bed reactor, is inherently safe as long as the temperature in the core remains under 1.600 °C in all circumstances. This condition restricts the freedom in designing the reactor. Calculations from Dr Kloosterman’s section show that the width of the active core should be limited to about 1 metre and enclosed between two thick cylinders of graphite on either side. He explains: “The reactor has to
be slender in order to have enough surface to give off the heat to the air.” The typical design for a 250-megawatt HTR reactor measures 6 metres wide and 11 metres high. Under normal operation, circulating helium, which powers a generator, cools the reactor core. About 40 percent of the heat is converted into electrical power. The operational temperature of the outgoing helium is about 800 °C, while the outer temperature of the reactor vessel is 300 °C (400 °C without cooling). A HTR power plant will probably have a modular structure. A number of 250 megawatt pebble bed reactors in parallel will be needed to produce the same amount of power as a competitive light water reactor. To produce 1.500 megawatt of power, one would need to put 15 HTR’s in parallel, which is probably much more expensive than one EPR (European Pressurised Water Reactor - under construction in Finland). “That’s why Siemens stopped the development,” Kloosterman says. It also explains why none of the reactors ordered under the recent nuclear renaissance is safe without cooling. If by 2020 an inherently safe reactor hits the market, it will have been ‘Made in China’.
DELTA. 10 24-03-2011
science
05
short news science World Water Day
Innovation
Urban transport
Geothermal lab
Maas awarded
While children around the world were busy cleaning ditches and streams with little nets last Tuesday as part of the World Water Day events, researchers from TU Delft, Unesco-IHE and the institutes Deltares and KWR Watercycle Research Institute decided join forces and start a research platform called Delft Urban Water. By combining expertise in the field of urban water, they aim to tackle future problems of increasing urbanisation, flooding and a worldwide shortage of good quality water.
Implementation of information technology is generally associated with organisational changes and spurts of innovation. Yet, the connections between IT, organization, change and innovation are not as clear cut, argues Dr Fardad Zand (Technology, Policy and Management) in his thesis Information Technology and Firm Performance. Changes without corresponding IT investments do not result in higher productivity, and many enhancements that are attributed to IT are really the consequences of organisational change that is only initiated by IT.
Compact urban vehicles are the focus of conference being organized by D-incert (Dutch Innovation Centre for Electric Road Transport) that will be held next week on the campus of Twente University. The keynote speakers are Professor Wim de Ridder (future forms of sustainable mobility), Professor Wim Poelman (design and manufacture of vehicles) and Professor Jan Schoormans (consumer’s needs for mobility).
The Delft geothermal project DAP has equipped a geothermal lab at the site of a tomato breeding company, Duijvestijn, situated in Pijnacker. The new installation is close to the wells where another company, Ammerlaan, gets thermal heat for warming its greenhouses. Chris den Boer (DAP) says the lab will be used to measure four (and eventually six) wells. The main question is: how to keep geothermal heat profitable for as long as possible.
Professor Marco Waas was awarded the ‘Achieve More Award’ in Brussels on 16 March. The Dean of 3mE is wellknown for his enthusiasm for entrepreneurship, valorisation and innovation. ‘Achieve More’ is a European initiative that aims to provide small and medium-sized businesses in the IT-sector with financing and access to academic sources. Marco Waas was honoured as an Academic Enabler for providing access to academic knowledge and research facilities.
The conference will be held on Tuesday, 29 March from 13:00 to 18:00. Admission is free, registration obligatory. www.d-incert.nl/aanmelden
The pure stuff Many of the compounds in cannabis have medicinal properties. Hélène Perrotin-Brunel developed a technique to extract these chemicals in their purest forms. Tomas van Dijk
lop extraction techniques,” PerrotinBrunel continues. “You first need to show what the exact effects of the cannabinoïds are. But for the medical studies you need sufficient amounts of the chemicals in the first place. So it’s the problem of the serpent biting its own tail.”
Many of the chemicals in the plant are not available on the market in quantities necessary for developing new medicines you do have with the other methods being used at the moment,” says Perrotin-Brunel, adding that as far as she knows she is the second academic in the Netherlands to work on a technique for extracting cannabinoïds. She believes some work on this topic is being done in the United States, but also there the research is conducted in a small circle: “Pharmaceutical companies are probably doing research as well, but they do not publish about it.” “It is hard to find funding to deve-
proposition
Apart from adverse side-effects like schizophrenia-like symptoms, cannabis can also help relieve pain, reduce convulsions and nausea, sooth inflammation and lessen feelings of anxiety. That the plant’s active compounds the cannabinoïds - have many medicinal properties is well known. Yet according to Hélène Perrotin-Brunel many of the chemicals present in low quantities in the plant are not available on the market in quantities necessary for developing new medicines. “So far, for large-scale production, there are no economically and technically viable methods to extract those chemicals,” she says. Perrotin-Brunel worked on a technique that she hopes will one day make sufficient amounts of cannabinoïds available. Next month the PhD researcher at the department of Process and Energy (faculty 3mE) will defend her thesis, titled ‘Sustainable production of cannabinoïds with supercritical carbon
dioxide technologies’. Supercritical carbon dioxide is a solvent with which the Process and Energy researchers experiment a lot. When under relatively high pressure and heated, the carbon dioxide obtains properties that are an intermediate state between liquid and gas. By varying the temperature and pressure, one can vary which fractions of the compounds dissolve in it. “One of the nice things about this technique is that when you drop the pressure the carbon dioxide evaporates immediately, so you don’t have any solvent left in the fraction, as
Come to think of it
The job of creating simultaneously politically charged and humorous propositions is much better left to stand up comedians than to scientists at their PhD defence. ‘Thermospheric Density and Wind Determination from Satellite Dynamics’, PhD-thesis by Eelco Doornbos, Space Engineering. (Illustration: Auke Herrema)
After he has finished with the Chinese Roger Ball wants to scan skulls all over the world. (Illustration: Roger Ball)
Plug and play with skulls Delta and Delft Integraal/Outlook often write about innovative ideas that offer big promises for the future. But what has happened to such ideas years later? What for instance has happened to Roger Ball’s ‘Size China’ project? Consumer products like sunglasses and crash helmets, are currently being Delft Outlook June, 2008 designed using data based on people With his research on the shapes residing in the western hemisphere. of heads and faces of Chinese The drawback to this practice is that people, a doctoral student at the resulting products are then less the Faculty of Industrial Design managed to win one of the suitable for use by the Chinese. International Design Excellence But Associate Professor Roger Ball Awards (idea) 2008, last July. of Hong Kong Polytechnic University intends to change this with his project ‘Size China’. As part of his PhD research in 2006, Ball travelled across China with a 3D laser scanner measuring the skulls of some 2000 Chinese. This spring he will defend his thesis, ‘Size China, a 3D anthropometric survey of the Chinese head’. “Doing the measurements was quit a feat,” recalls Ball’s co-supervisor, Dr Johan Molenbroek, of the Applied Ergonomics and Design department (faculty of Industrial Design), who helped Ball in China on several occasions. “The Chinese all have black hair, which reflects the laser beams, so we had to put nylon stockings around their heads.” In an article in Delta in 2008, Ball said he was planning to scan the heads of people all around the world. What has become of that follow-up project, named ‘Size Global’? He is still looking for partners for that ambitious project, the designer replies by email. “And,” he adds, “to be honest another reason that project didn’t get off the ground yet is that TU Delft had kept me very busy trying to complete my PhD.” The researcher is quick to add that his company has “some impressive sales to some of the top companies and brands in the world as they rush to develop products for China’s surging domestic market.” Ball’s initial project in China was funded by the Chinese government. Such funding is difficult to find for the follow-up project, Ball explains: “I’ve found that countries are interested in their own individual population and not anyone else’s.” Ball has been concentrating on scanning new areas of the Chinese body, including feet and hands. And he has developed new design tools: “We’re working on a CAD [design program, ed.] plug in for our Size China data. Once the datasets of other populations become available we can just plug and play with the data. I fully expect over the next ten years to develop the world’s first ‘Body Shape’ library for use in product design and development.” (TvD)
DELTA. 10 24-03-2011
international students
06
Insane is perfectly normal’ This year’s wild and crazy Holi festival at the Culture Centre is one Indian party you won’t want to miss. CHANDRALEKHA ELANGO Beautiful spring, when suddenly everything is so colourful and refreshing, is also the time for us all to come out into the sunshine and celebrate the famous spring Hindu festival of Holi, co-organised this year by the Indian Students Association and the Delft International Students Society of TU Delft. Holi, the festival of colours, is unquestionably one of the most fun-filled and boisterous Indian festivals, marking the start of rejuvenating the mind, body and soul. Holi is an occasion for unadulterated joy and mirth, fun and play, music and dance - and of course lots of bright colours. Each year Holi is celebrated on the day of a full moon in March, as well during the day after. There are several legends associated with the celebration of this Hindu festival: some say it
relates to the immortal love between Lord Krishna (a Hindu god) and Radha, while others associate Holi with the victory of a true devotee of Lord Vishnu. Generally though this festival is celebrated to signify the triumph of good over evil and mark spring’s arrival. Things deemed ‘insane’ on any normal day are considered ‘perfectly normal’ on Holi. Spraying coloured water on passersby, dunking friends in mud
There are several legends associated with the celebration of this Hindu festival pools and all manner of wild revelling with friends is absolutely acceptable on this day. Yet despite this being such a colourful and happy festival, various aspects of Holi are also significant in our lives. Each colour is associated with a different energy centre, or chakra, in the body, and consequently the colours impact our body’s energies, helping to clear negative emotions and restore balance.
Holi also helps to bring society together. A Holi tradition is that even enemies become friends on this day. Moreover, it’s a day when people do not differentiate between rich and poor and everyone celebrates the festival together in a spirit of bonhomie and brotherhood. So what to wear on Holi? The colour white displays the Holi spirit best, as it says: ‘I’m ready to be coloured’! But ultimately though it doesn’t matter what colour one decides to wear, as this is a festival that celebrates our freedom to do whatever we want! This year’s Holi celebrations at TU Delft’s Culture Centre will begin at 12 noon and run to the early evening of Sunday, 27 March. Indian snacks and drinks can also be purchased close to the playing area. For those who have never celebrated Holi before, that’s all the more reason for to come and join the celebrations. A huge international crowd is expected this year. And all that is expected from the rest of us is that we enjoy smearing colours on everyone and dancing away to glory Happy Holi!
Revellers at last year’s Holi-fest at the Culture Centre. (Photo: Dhariyash Rathod)
http://me
(Photo: webcam)
Name: Victor Hurdugaci (23) Country: Romania Study: Computer Science Engineering (EEMCS faculty) “I spend a considerable amount of time online. Mostly, I use the internet to solve problems. The internet is a vast collection of answers and I try to get to them as soon as possible, in order to finish my tasks faster. I follow quite a few websites and with RSS reader I have everything in one place, which helps me triage the information. I currently follow about 25 websites, 10 of which are comics - yes, I love comics. Speaking of which: spikedmath.com - excellent geekish jokes. Both my personal and professional life is strongly connected to the Internet. This is not necessarily because I want to. When I first came to the Netherlands two year ago I didn’t have a Facebook account. I had to create one because many events were announced there and I was excluded from real events just because I wasn’t online. I currently work at Microsoft, where it’s impossible to stay offline because we have branches all around the world and need to keep in touch with fellows from other countries. I wouldn’t say that too much of my social life revolves around online communication. Of course there’s lots of online communication, but I prefer face-to-face conversations. I rely on online-based communication just because I don’t have any alternative. While online communication is a revolution and helps a lot, it still doesn’t allow us the express, all the time, the true meaning of the message. I have a blog- victorhurdugaci.com - that is more like a personal website where I post both thoughts and projects. It started from my desire to help others, after writing my first tutorial. I want to help others solve their problems faster and focus on what is truly important. I consider myself an amateur blogger and maintain this blog for fun, not for revenue, although I do have some ads on it, but only for covering the hosting costs.“In the Netherlands I had a friend from Bangladesh. Then I met another guy from Bangladesh in Denmark. I told this guy from Denmark that I had met someone else from his country, that the chances of the two guys knowing each other was slim to none. I then added my new friend on Facebook and surprise: we had a friend in common – my other My favorites: blogs.msdn.com friend from Bangladesh. Apparently ted.com they studied at the same high school. academicearth.com After this experience I realized that spikedmath.com victorhurdugaci.com the world is getting smaller and smaltwitter.com/victorhurdugaci ler.” (DR)
Motsyk
Anti-material girl According to UK researchers, four out of ten women would rather go shopping than have sex, and bargain shopping in particular lights up the same part of the brain as sexual arousal, in both men and women. For the 21st century materialistic society, shopping’s no longer the process of getting essential survival items but rather an entertainment and reward activity. We shop till we drop with girlfriends as a way of socializing, browse online catalogues when bored, wander around shops as part of our Saturday afternoon ritual…. We even use shopping as an anti-depressant: compulsive shopping is the new emotional overeating. And the internet only makes things worse: there’s an entire online community of compulsive shoppers — people posting so-called ‘hauls’, showing what they’ve bought while convincing their viewers to do the same. And then Google tailors ads to our interests, linking us to sites where we can shop around the clock from our own homes. Shopping’s the foundation of our consumer-driven economy, so it’s no wonder we’re addicted to it. As a student on a budget, I’m usually good at resisting the
Hollywood-style shopping sprees, but even I have my consumerist weaknesses, things I buy to indulge or reward, like makeup, accessories, books. These micro-sprees eat away at my monthly budget until the holes are difficult to stitch. So upon experiencing a post-skiing vacation empty wallet syndrome, I decided to find out what life would be like without the spending, declaring a ‘No-Shop February!’ The rules were simple: no shopping for anything but food for a month. Within the first few days I noticed changes in my daily routine. Browsing through stores often helps me unwind after work, a simple task that appeals to my ancestral hunting/gathering instincts with an instant reward: I catch my prey and then take it to the cashier for slaughter! But now that I’m only allowed in grocery stores, I find that I’m suddenly particularly picky about my pasta sauce, taking my time to pick one out. I soon notice how many shopping areas there are in the small city of Delft: shopping centres, passages, stores on every corner, all trying to grab my attention with bright banners and product
displays. So this is what recovering from addiction feels like? In the third week of No-Shop February I end up having dinner at Ikea, the worst place to be if you’re a recovering shopping addict. Once in it’s impossible to get out without going through the entire store. I expect to get that rush again, but instead end up bored. Why did I find this so appealing before? Finally, March 1st arrives. I walk into the stores with my meticulously-composed February wish list and feel…absolutely nothing. I look at all the superficial items on my list and walk out of the store empty-handed. I’d like to say that this is where it ended, but within a week I’d restored my habitual browsing and by mid-March had bought most of the things I had initially held off buying. Old habits die hard. Still, I learned one thing from this experiment: it’s the thrill of the hunt, rather than the end prize, that makes the ritual so exciting. Olga Motsyk, from Ukraine, is a BSc aerospace engineering student.
DELTA. 10 24-03-2011
international students
07
The cold hard facts
Students in Japan
A project that involves dealing with extreme weather and polar bear attacks requires imaginative and creative thinking, a demanding client and tons of discussion. TU Delft’s ‘Cold Facts Challenge’ team is building a weather station which involves all of the above.
Twelve TU Delft students were in Japan on March 11 when the earthquake stuck. A university spokesperson reports that none of the students were injured. The university offered all these students support in arranging return trips should any of them wish to return to the Netherlands immediately. Two students accepted the offer and returned to the Netherlands last Sunday. The other ten students have decided to stay and complete their internships.
Bright forecast The Netherlands’s Bureau for Economic Policy Analysis forecasts that the Dutch economy will grow by 1.75 percent this year and 1.5 percent in 2012. Most economic growth is expected to come from increased exports, higher domestic consumption levels and more business investments. The country’s budget deficit is also on the way down: 2010’s 5.2 percent deficit should fall to 3.7 percent this year and to 2.2 percent in 2012. Unemployment levels will also fall to 4 percent in 2012.
GUNJAN SINGH Massive chunks of ice, the North Pole, freezing temperatures? That’s perhaps the first thing that comes to mind when one thinks of the Arctic. Or perhaps we are now more inclined to think of melting glacial caps or changing sea currents pattern or for that matter the effects of global climate change. Although many polar scientists continue to intensely study the changes occurring in the high Arctic, a small group of students from TU Delft’s Energy Club are doing their bit by contributing to the data collection supporting climate change research. The sea ice cover is thinning and decreasing, although estimates of when the Arctic Ocean will be ice-free during summer months vary. There’s no consensus in the scientific community, though the downward trend is clear. Sea ice disappears either by melting or transportation. Most ice disappears when it gets carried away to the edges, outside of the Arctic basin, by sea currents and winds. This important mechanism needs to be better understood and monitored to study the influences on climate change and global warming. Every year polar scientists head to the
The station transmits its data via satellite as it drifts along with the ice flows polar region to work in the field for weeks and months, measuring sea ice thickness and dynamics. The efforts involved are enormous and only a few areas are explored regularly. The Cold Facts programme adds capacity to the data collection by providing instruments and protocols to the polar explorers who travel to remote areas where hardly anyone comes. The Cold Facts is mentored by Marc Cornelissen, a Dutch polar explorer who works with the World Wildlife Foundation and other polar scientists. He asked Delft’s Energy Club to coordinate the design and production of an unmanned, lightweight weather station, an important asset for his programme. Polar explorers can deploy such stations in scientific ‘white spots’, which are areas in the ocean that have layers of sea ice on which weather stations can be positioned. Once deployed the station provides meteorological and daily positional reports, actually monitoring sea ice movements and the key factors driving such movements: air pressure and wind. The station transmits its data via satellite as it drifts along with the ice flows. Cornelissen and others have made previous models, but there is room for improvement. What
news in brief
Long-study law The ‘Cold Facts’ project team: (top row left to right: Trent Ratzlaff, Michael Matsumura, Koen Gideonse, Kaushal Butala, Bart Bleijerveld , Hugo Poley, Sander Geursen, Vangelis Galinas, Amit Gudadhe, Vikrant Venkataraman; (bottom row left to right) Joris Nielander ,Casper van der Meer, Jasper de Vreede, Brhamesh Alipuria and Gaspard Bos . (Photo: Hans Stakelbeek/FMAX)
Cornelissen wants is a station that’s lighter, more reliable and easier to deploy. This new station will incorporate and upgrade already tested electronics, building upon known transmitters and sensors. The controller, power supply and mechanical construction are to be redesigned as well. All areas where Delft’s student project team lends a helping hand.
Creativity The Cold Facts team is a multidisciplinary international team comprised of students from mechanical engineering, sustainable energy and technology, electrical, electronics and industrial design engineering. One aspect of the project that binds and attracts them all is the adventure of making something that will be deployed on the North Pole. The team has been working on the project since January 2011 and plans to finish it by late April 2011, meeting each week in the faculty of Industrial Design Engineering to discuss the project’s progress among themselves and with Cornelissen. During these meeting the students brainstorm, present ideas, thrash out details of problems and discuss models of physical prototypes they’ve built. Professor Christos Spitas and Dr Mohammadreza Rajabalinejad from the Industrial Design Engineering faculty also supervise the project and provide valuable inputs. Although the students are extremely excited by the thought of polar travel, the project’s limited resources wouldn’t allow for it, so for now the students do their part from relatively balmy Delft, but always with the North Pole’s extreme weather conditions firmly in mind. “Working for polar expeditions and for extreme climates is challenging,” says Gaspard Bos, a Dutch student from Industrial Design engineering. “The project’s a nice combination of a sustainable cause and an opportunity to really come up with an innovative weather station that involves lots of engineering for an extreme climate.” Cornelissen, a TU Delft alumnus, is counting on the students’ creativity and is excited about the way the project has shaped up thus far. His ultimate goal is to devise a welldesigned, meaningful technical solution for a weather station that he’s been working on since 2004. There are also plans in place to involve and pitch the Cold Facts programme to other corporate sponsors, thus
raising awareness and funding for more research in the Arctic. For the Delft-bound students, visualizing the prototype is an especially difficult nut to crack, as the only available data comes pictures and videos Cornelissen takes at the artic locations. The team comes up with wild concepts but then must always critically examine the prototype idea in light of the harsh weather conditions, threats of polar bears, and ease of deployment by the polar explorers - all unique challenges to a North Pole project. Industrial engineering student, Amit Gudadhe, says: “The biggest advantage for us is having a client like Cornelissen, who has been completely involved in the team. He’s always ready to extend a helping hand and has lots to tell us based on his experience. Learning from previous models and existing technology and looking at new state of art technologies is also important.” The students know the complexity of the problems very well, but perhaps equally important for them is being in a team where they learn firsthand about the benefits of the cross-functionality of disciplines, while also learning how to deal and even benefit from the varied and sometimes conflicting opinions that arise when confronted with different aspects of the project. “There’s lots of diversity in the team, which is often helpful, especially in this case, as lots of specialized knowledge in various fields is required,” says team member Brhamesh Alipuria. “We have people whose opinions are valued more when dealing with certain specialised knowledge, but the final decisions are taken as a team. Till now it’s been easy to coordinate.” Exploring the Arctic on foot is a dream that all the project team members nurture, but for now it will be their brainchild weather station that will be the traveller.
Students can avoid paying fines for taking too long to graduate if they strategically register and deregister from university. This is possible because the Ministry of Education will only count once per year who is studying and who is not. According to new law, the ministry will tally those who are currently registered in university study programmes on 30 September. Using such a ‘reference date’ as this is disadvantageous for quick dropouts: those students who start a study programme in September but drop out in October will lose an entire year. However, those who register in October, or a month later, can escape the long arm of the new long-study law. Two educational lawyers confirmed these findings to the HOP press agency.
Public evaluations The Student Council wants course evaluations to be made public. TU Delft is studying the possibility. But how would the university’s academic staff feel about their evaluations being made public? Philosophy professor, Peter Kroes (TPM), said that in his opinion such course evaluations could be nailed to the walls: “I say this primarily because other teachers have reacted so spastically and secretively to this. I want to loosen this cramped position.” But Prof. Kroes does however want to prevent teachers who teach difficult subjects from being stigmatised.
No ‘brain drain’ Dutch Immigration Minister, Gerd Leers, stated in a letter written to Parliament that there is no ‘brain drain’ from the Netherlands. Following news reports that large numbers of Dutch people were now emigrating to places like Canada, the US and Australia, the minister said that most of those leaving the Netherlands were not looking for better jobs but rather more “wide open spaces”. The minister was responding to questions raised by Geert Wilders’ fear-mongering Freedom Party, which charged that highly educated native Dutch people were “fleeing” the country, thus leaving behind only uneducated migrants. The number of native Dutch emigrants rose by two percentage points in 2010.
PhD status The status of PhD students has sparked some heated debates. Protesting PhD students have compared VSNU leader, Sijbolt Noorda, to the exiled former Egyptian president, Hosni Mubarak. The PhDs say that Noorda lied about the reasons behind the implementation of a scholarship scheme when he said that the scheme was intended to protect foreign PhD students. “Universities later may chose to give not only foreign but also Dutch PhDs a scholarship,” says Sjoerd Keulen, on behalf of a group of protesting PhD students.
Pinkpop Planning to hit one of Holland’s biggest music festivals this year? Better hurry up and buy tickets. Some 50,000 tickets for the Pinkpop music festival were bought on the first day tickets were sold. The three day festival held in Limburg from June 11-13 will be headlined by the Manic Street Preachers, Kaiser Chiefs, Coldplay, Foo Fighters and Kings of Leon. There are still 50,000 weekend and 10,000 day tickets available.
Religion dying Researchers a Northwestern University and Arizona University (US) have used a mathematical model based on `nonlinear dynamics’ to put a numerical basis behind the decline of religion in various countries, including the Netherlands. The research concluded that with 40 percent of the Dutch population currently taking no interest in religion and with this group expected to continue to grow, religion will not exist for much longer in the Netherlands. The research study focused on Australia, Austria, Canada, the Czech Republic, Finland, Ireland, New Zealand, Switzerland and the Netherlands. The Czech Republic currently has the largest group of non-religious people: 60 percent.
DELTA. 10 24-03-2011
lifestyle
08
Altijd streven naar verbetering Laga werd vorig jaar verkozen tot best georganiseerde roeivereniging van Nederland. De door Aegon uitgeloofde geldprijs van dertigduizend euro werd gestoken in een nieuwe acht. De boot werd zondag gedoopt in Amsterdam. JIMMY TIGGES Nooit eerder klonk het Allez Lagaai harder en overtuigder dan zondagavond aan de Amstel. “Het zag rood van Lagaaiers”, vertelt een enthousiaste president Sean Pieters. De wedstrijd Head of the River, hét jaarlijkse strijdtoneel van de verenigingsachten, bood een uitstekende ambiance voor de doop en de daarbij behorende rituelen. Hopelijk hebben ze het aan de overzijde van de Amstel bij Nereus, Neerlands beste roeivereniging, goed gehoord. De boot is genoemd naar Bart Struwe die een belangrijke rol speelde in de recente ontwikkeling van Laga. De voorzitter van de oud-ledenvereniging gooide zelf de honderd jaar oude, met bier gevulde Laga-beker over de boeg. “In 2005 ging het met Laga niet best”, vertelt Pieters. “Weinig leden, weinig
aanwas, prestaties waren niet best. Er is aan de bel getrokken. Leden en oud-leden zaten bij elkaar: wat willen we bereiken.” Er kwam onder meer een meerjarenplan. Het ledenaantal groeide van 200 tot 720 nu, dankzij een actievere werving, ook buiten DSC. “We hebben een structuur neergezet, gezorgd voor continuïteit in de organisatie en samenwerkingsverbanden gezocht. Bij andere verenigingen staken we ons licht op, over zaken als coachingstructuren, sponsoring, het aantrekken van talenten. We zijn eigenlijk op zoek gegaan naar de suc-
‘We hebben heilige huisjes omvergegooid in de conservatieve roeiwereld’ cesformules van andere verenigingen. Dat laatste gaf de doorslag voor de prijs. We hebben heilige huisjes omvergegooid in de conservatieve roeiwereld. Er werd zondag met lof over gesproken.” Hard varen, daar gaat het uiteindelijk om. “Het maakt niet uit op welk niveau, als je maar gaat voor het maximaal haalbare. Niet zomaar trainen, maar trainen om beter te worden. Een groot verschil met vroeger. Om dat doel te bereiken is het goed om een moderne invulling te geven aan je tra-
De wedstrijd Head of the River, hét jaarlijkse strijdtoneel van de verenigingsachten, bood een uitstekende ambiance voor de doop van de nieuwe acht van Laga. (Foto: Ernst de Groot)
dities. Niet meer hetzelfde doen als in 1876. Geen diner geven vlak voor een wedstrijd, om maar wat te noemen. Tegelijkertijd zijn er meer sociale activiteiten gekomen.” Laga speelt in eigen bewoordingen ‘een voortrekkersrol in baanbrekende, de vereniging overstijgende projecten’. “Met Aegon en de KNRB zijn wij bezig met een Talenten Identificatie Project. We willen actief scouten op middelbare scholen op roeitalent. Het Verenigd Koninkrijk stort miljoenen in de roeisport. Hier in Nederland, met onze typische verenigingenstructuur, kun je zoiets met vrijwilligers opzetten. Binnenkort ga ik bij de jeugdopleiding van Ajax kijken naar de omgevingsfactoren, zoals studiebegeleiding, de relatie met ouders. Met oud-toproeier Henk Jan Zwolle ben ik bezig uit te zoeken welke testen we via de gymleraren kunnen houden op scholen om talenten te onderkennen. Hoe je roeien cool kan maken voor scholieren. We willen een pilot doen in Delft. Met Proteus en het Rotterdamse Skadi zijn we bezig met het opzetten van een regionaal talentencentrum.” De definitieve aanleg van een roeibaan in Rotterdam helpt om het zwaartepunt te verschuiven van Amsterdam naar hier. “Het TU-sportcentrum denkt met ons mee vanuit hun kennis en expertise. We hebben er met Proteus een rapport over gemaakt, dat wordt gepresenteerd aan het college van bestuur, ‘Toproeien Delft’. Het is naïef om te denken dat je als Laga alleen naar de top kunt, daar heb je sterke partners voor nodig. Dat was voor Laga een belangrijke eyeopener.” Dit alles met behoud van de eigen cultuur, ondanks de explosieve ledengroei. “Wat die cultuur is? Altijd streven naar verbetering, gaan voor de ultieme prestatie met trots en plezier voor je vereniging. Cultuur is ook het saamhorigheidsgevoel. Dat je je één voelt.” De prestaties zijn vooruitgegaan. “Vorig jaar hadden we de beste eerstejaarsacht van Nederland en gingen zes roeiers naar het studenten-WK. De basis ligt er, nu moeten we de volgende stap maken zodat we een van de beste clubs worden en blijven. We gaan nu Nereus uitdagen.”
time out
Diner met de dj Hip, simpel en lekker. Bij sommige feestjes moet je niet twijfelen, maar gewoon gáán. Het Rotterdamse Pakhuis Festival is er zo eentje. Als je van goede elektronische muziek houdt, kun je het in de twee voorgaande jaren al niet gemist hebben. Onder het motto ‘kwaliteit hoeft niet duur te zijn’, bindt Pakhuis sindsdien de strijd aan met de steeds commerciëler wordende uitgaansscene in de stad; met veel te dure grote namen achter de draaitafels en monotone, anonieme danceparty’s. Resultaat: een prachtige locatie, fijne en afwisselende dj’s (veel nieuw talent) en een dito toegangsprijs mét eten. Ook de derde editie in het monumentale pakhuiscomplex op het Westelijk Handelsterrein belooft wat: 33 dj’s, vijf dance area’s, de centrale ‘straat’ als ontmoetingsplek om te roken en socializen en een chill out met soundscapes. Pakhuis is een samenwerking van tien creatieve organisaties met verschillende stijlen, maar met één gedeelde liefde: de betere elektronische dansmuziek. Van deephouse tot minimal, van tech-
house tot techno en van jazzy dub tot electro/ disco. Leuk: aan het begin van de avond kun je voor vijf euro eten met de dj’s en organisatie, tijdens een ‘all you can eat’ biologisch diner. ’s Avonds en ’s nachts bereiden Japanse meisjes in kimono verse sushi. Pak de watertaxi heen of terug en je nacht kan niet meer stuk. Of beter nog: ga ’s middags nog snel even langs het Ro Festival in de Rotterdamse Schouwburg (laatste dag!), het jaarlijkse moment waarop het Ro Theater zich presenteert aan een zo breed mogelijk publiek. Je bepaalt je eigen toegangsprijs. Hoogtepunt is een openbare repetitie door acteur Jack Wouterse van de speciaal voor hem geschreven monoloog over verslaving (hij bekende onlangs zijn jarenlange verslaving aan cocaïne): Slaaf. Het festival staat trouwens in het teken van toneelschrijfster Dea Loher. Echte fans kunnen zaterdag een negen uur durende Dea Loher Marathon bekijken in de Schouwburg. Maar of je dán nog energie overhebt voor Pakhuis weten alleen de echte bikkels. (JH)
Pakhuis, op zaterdag 26 maart vanaf 21.00 uur. Toegang: € 15,- (€ 5,- extra voor het diner, vanaf 18.00 uur). Ro Festival, tot en met zaterdag 26 maart in de Rotterdamse Schouwburg. www.rotheater.nl
sport
De Delftse prestigestrijd tussen de in blauwe hemden gehulde Virgilianen van Dopie en het corporale DSHC werd in de slotseconden pas definitief beslist, in het voordeel van de laatsten (0-2). (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
Voor hockeyliefhebbers stond de zondag in het teken van de druk bezochte clash tussen Dopie en DSHC. De clash ook tussen Virgiel en het corps en tussen de hekkensluiter en de koploper van de tweede klasse. “De arbiters moesten de wedstrijd regelmatig stil leggen, er werd weer ouderwets geduwd”, keek DSHCspits Luit Italianer voldaan terug. Zijn ploeg kwam door een velddoelpunt van Jeroen Hockers snel voor. “Wij dachten dat het weer net zo’n uitslag als vorige keer zou worden, toen we met 5-0 wonnen, maar het ging een stuk moeizamer deze keer. We hebben wel veel kansen gehad, maar we hebben er toch heel hard voor moeten knokken. We maakten pas in de slotseconden 2-0.” Die eindstand werd bereikt door Daan Becker, die met een slepende beweging een strafcorner succesvol afrondde. Dopie-spits Pieter Verhoeven had een gelijkspel rechtvaardiger gevonden. “In de eerste helft was DSHC de betere ploeg, maar na rust hadden wij het spel bij vlagen echt in handen. Het lukte alleen niet om te scoren. We hebben heel veel kansen gehad, maar we waren niet scherp genoeg in de afronding.” De overwinning op de Delftse rivaal smaakte extra zoet voor DSHC vanwege de nederlagen van de twee naaste belagers voor de titel. Intussen begint op de voetbalvelden Ariston’80 zich gaandeweg te ontwikkelen tot een echte topper in de vierde klasse. De zaterdagploeg verpletterde op eigen terrein het verzwakte team van Haagse Hout met 7-1. Benny van de Vegte scoorde tweemaal. Omdat Maasdijk verloor schoof de selectie van coach Arjan van der Meijde door naar de tweede plaats die aan het eind van de competitie recht geeft op rechtstreekse promotie. Voor de rugbyers van DSR-C bleek promotie niet weggelegd. De Delftse studenten, die een sterk seizoen achter de rug hebben in de eerste klasse, kregen met 31-12 klop van de Utrechtse RC. Een week eerder wonnen de Utrechters ook al in Delft (28-13). SC Thor sloot een paar klassen lager de competitie af met een thuisnederlaag (20-34) tegen RC The Hookers. De Delftenaren, vorig seizoen nog actief in de vierde klasse, eindigden één niveau hoger op een keurige vijfde plek, nog net in het ‘linker rijtje’. (JT) Tips? Jimmy.tigges@hetnet.nl
Stephan
DELTA. 10 24-03-2011
lifestyle
09
‘Meester in de wetenschap’
apps
Voorbereid op alles
Yes! Eindelijk een date! Maar… hoe weet je nu dat je de juiste wijn bij het eten kiest? En daarna nog een beetje attent overkomt ook? Nou, dankzij de apps WineStein en Smstimer Pro.
(Foto’s: Caren Huygelen)
TU-alumnus en fotograaf Caren Huygelen legde in haar werk ‘Master of Science’ wetenschappers en onderzoeksruimten van de TU vast. “Ik fotografeer graag plekken die niet zo bekend of niet helemaal openbaar zijn”, zegt Caren Huygelen, “en het liefst met staal en beton. Daar komt mijn liefde voor techniek om de hoek kijken.” Huygelen studeerde in 2003 af bij Techniek, Bestuur en Management en is sinds vier jaar professioneel
fotograaf. “Als je in Delft studeert, heb je geen weet van de bijzondere onderzoeksruimtes op de TU. Die heb ik vastgelegd voor mijn afstudeerproject aan de fotoacademie. Ik ben dus met mijn ‘nieuwe’ blik van fotograaf gaan kijken naar mijn ‘oude’ wereld van de TU.” Huygelen was niet op zoek naar een werkbank met wat stofjes erop. “Zo zien niet-wetenschappers laboratoria vaak. Ik probeer er juist een kunstwerk van te maken, de beelden zijn dan ook vrij gestileerd en abstract. Soms herkenden beheerders hun eigen ruimte nauwelijks, ze hadden er nog nooit zo naar gekeken.”
Huygelen heeft veel bewondering voor de mensen die zich jarenlang richten op bepaald wetenschappelijk onderzoek en dat uitvoeren in ruimtes die geïsoleerd liggen van normale werk- of studieruimtes. “Ik heb hun vaak introverte en nadenkende karakter willen vatten in deze portretten. Wetenschappers beleven creativiteit heel anders dan ik nu als fotograaf. Het gaat veel meer om ratio en logica. Het werk van Huygelen zal in het nieuwe collegejaar worden tentoongesteld in de aula. Van 21 mei tot 19 juni is haar werk te zien op het Foto Festival Naarden, waar nieuw Nederlands talent wordt gepresenteerd.
Niemand stort zich anno 2011 nog in een avontuur zonder voorwerk. Dus google je je nieuwe date, zorg je dat je er een beetje spannend uitziet en zet je je – hopelijk – nieuwe liefde een lekker maal voor. Alleen, met de gebruikelijke goedkope fles van de buurtsuper kun je écht niet aankomen. Maar met wat dan wel? Even spelen met de digitale sommelier WineStein en simsalabim: je tovert de lekkerste wijnen tevoorschijn. Het enige wat je hoeft te doen is via het onvoorstelbaar uitgebreide voorkeuzemenu zo gedetailleerd mogelijk invoeren wat je eet (vlees, vis, bereidingswijze, welke saus en bijgerechten). Op basis daarvan kiest de app de lekkerste flessen uit een database met tweeduizend wijnen, ingedeeld op toepasselijkSms-timer Pro Leuk ***** Handig ***** Bediening ***** Prijs € 0,79 Platform iPhone
heid en prijsklasse. Eén minpuntje: andersom zoeken kan niet. Even gauw die mooie fles op de wijnkaart van het restaurant opzoeken zou fijn zijn. Nu moet je maar hopen dat de wijnen die WineStein ophoest, ook op de kaart staan. Vooral handig voor thuisgebruik dus, óf als je van tevoren weet wat je in het restaurant gaat eten – want hij geeft wel véél alternatieven. Sla je graag een beetje door in hoe gepland je te werk gaat? Dan zet je met Sms-timer Pro vast een sms’je klaar voor ná je afspraakje. Nog even vertellen hoe bijzonder het was, hoe je hebt genoten, dat je hoopt elkaar snel weer te zien. Fluitje van een cent, geen omkijken naar. Gewoon lekker onder de wol na die date en terwijl je slaapt lijk je superattent doordat dat sms’je om 4.00 uur nog je telefoon uit gaat (‘Hij denkt zelfs ’s nachts aan me!’). Ook heel handig voor verjaardags-sms’jes trouwens (zet ze meteen klaar voor de hele maand – de app haalt ze met één druk op de knop op uit Facebook) of een attente check hoe de eerste werkdag van je huisgenoot was. Die koppeling aan Facebook werkt overigens alleen als je je Facebook-profiel niet helemaal hebt afgegrendeld, en wat er vervolgens met je gegevens gebeurt mag Joost weten. Wel een beetje jammer dat het programma die sms niet helemaal automatisch verstuurt. Na een alarm moet je nog even op send drukken – en dus gestoord worden. Maar dat kun je ook positief bekijken: mocht die date onverhoopt toch tegenvallen, dan kun je je sms altijd nog op het nippertje annuleren. (JH) WineStein Pro Leuk ***** Handig ***** Bediening ***** Prijs gratis, € 2,39 als je uitgebreid wijnadvies wilt Platform iPhone en iPad
sportgek
Rob Mulders (triatlon, steeplechase) Bij zijn eerste triatlon was Rob Mulders meteen verkocht. Het ging om een 1/8ste triatlon: 500 meter zwemmen, 20 kilometer fietsen en 5 kilometer lopen. “Een triatlon is iets geweldigs. Kom je het water uit, moet je ineens een andere sport gaan doen. Het geeft een kick als je bij alle drie de onderdelen anderen kan bijhouden of zelfs voor blijven.” Niet zo heel lang daarvoor was de student bij Technische Natuurwetenschappen begonnen met hardlopen. “Ik werd een keer gevraagd mee te doen aan de Batavierenrace, voor iemand die op het laatste moment afzegde. Ongetraind liep ik twaalf kilometer. Of dat goed ging? Ik ben gefinisht.” Toen hij een keer met zijn vriendin ging zwemmen ontdekte hij ook daarvan de charme. Een week later kocht hij voor 250 euro een fiets en werd lid van triatlonvereniging Trinity, later ondergebracht bij zwemclub Wave. Rennen doet hij bij De Koplopers. Mulders is regelmatig ‘in voor gekke dingen’. Zo deed hij mee aan de Lektocht, een openwaterzwemwedstrijd over zes kilometer. En onlangs stond hij op een werpvijfkamp met een gewicht van zestien kilo te gooien. Bij
de onderdelen speerwerpen, discuswerpen, kogelstoten en kogelslingeren moest hij aan andere atleten vragen hoe je moest gooien. “Ik kon er niks van.” Momenteel is hij aan het trainen voor een steeplechase, hardlopen met hindernissen. “Ik vind die hekjes erbij wel grappig. Het meest angstwekkende is de waterbak van tweeëneenhalve meter lang. Je komt met volle snelheid aan en dan moet je eroverheen springen. Een traploop-
‘Mijn hart ligt bij het doodgaan in de sport. Diepgaan, afzien’
Rob Mulders: “Van spinnen of fitness op zo’n loopband word ik binnen de kortste keren gek.” (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
wedstrijd ga ik ook nog wel een keer doen.” Vreemd genoeg deed Mulders vroeger nauwelijks aan sport. “Ik was rond mijn achttiende salsaleraar. Daarmee ben ik gestopt, omdat salsa geen echte sport is. Mijn hart ligt meer bij het doodgaan in de sport. Diepgaan, afzien. Vooral het gevoel daarna. Als je na een training thuiskomt, gooi je je schoenen uit en dan heb je nog minstens een halve dag een heerlijk gevoel.”
Twee keer per week zwemt hij, vier tot vijf keer loopt hij hard. In de zomer fietst hij vaak. Daarnaast doet hij vier, vijf keer een krachttraining. Thuis, op een matje. “Een half tot een heel uur. Buikspieroefeningen en dergelijke. Lenigheidsoefeningen, anders heb ik te veel energie.” In de fitnessruimte komt hij zelden. “Van spinnen of van zo’n loopband word ik binnen de kortste keren gek. Dan ga ik mij vervelen, want er is niets te zien. Op vakanties loop je door bossen en heuvels die je niet kent. Ook al is het heel koud en guur, dat is toch veel mooier dan binnen op zo’n band?” (JT)
DELTA. 10 24-03-2011
interview
10
DELTA. 10 24-03-2011
interview
11
‘Je kunt zonder conrector, niet zonder decaan’ Conrector en voormalig Bouwkundedecaan Hans Beunderman neemt deze week afscheid van de TU Delft. Hij schaafde onder meer aan de organisatiecultuur. “Kom in een universiteit niet aan met de term ‘cultuurverandering’, want een groot deel van de academici laat zich niet bevelen.” SASKIA BONGER U kwam in 1998 naar de TU, uw Alma mater, om decaan Bouwkunde te worden. Zeven jaar later werd u directeur bestuurlijke en managementondersteuning en in 2008 volgde het conrectorschap. Wat was de mooiste baan? “Dat was het decaanschap, maar het was ook de meest intensieve. Ik zag die baan als een opgave om te winnen. Ik heb lang aan wedstrijdzeilen gedaan, dat is mijn passie. Ik gebruik metaforen uit die sport tot op de dag van vandaag. In het zeilen zitten veel principes en terminologie opgesloten die relateren aan het sturen van organisaties. Zeilen is een strijd met wind en tegenstanders, waarbij je het concept van de koers in je hoofd moet hebben. Schipperen heeft een negatieve connotatie, terwijl de Van Dale zegt dat het ‘met beleid in orde brengen, klaar krijgen’ betekent. Dat is wat ik heb gedaan op Bouwkunde. Ik heb een koers uitgezet, terwijl ik wist dat er tegenstanders waren. De omstandigheden waren de wind. Je moet verdomd goed sturen.” Een conrector is plaatsvervangend rector. Of is hij meer? “Mijn advies voor mijn opvolging was: je moet niet gaan voor het model-light. Maar ook niet voor het model-te-heavy, want dat betekent dat je een vierde lid krijgt van het college van bestuur. Ik zie meer in een model-medium-plus. Dat houdt in dat de conrector niet alleen maar klusjes opvangt voor de rector, maar dat je hem zwaarder kunt inzetten op specifieke opdrachten. Je kunt zonder conrector, al is er natuurlijk een reden waarom hij er is. Zonder decaan kun je zeker niet.” Voordurend speelt op faculteiten de discussie: willen we een inhoudelijke decaan met visie of een manager die de boel op orde houdt. De voorzitter van de onderdeelcommissie van Bouwkunde zei vorig jaar in Delta dat u dat laatste was. “Ik managede mijn zaken goed. Een decaan moet zijn financiën wel op orde hebben. Dank je de bliksem, dat is de opdracht. Maar ik heb zelf nooit gevonden dat ik een manager was. Ik herken me niet in dat woord. Ik heb me altijd bezig gehouden met het concept van de organisatie. Je zou mij een combinatie kunnen noemen van een creatief strateeg met iemand die heel persoonlijk aanspreekbaar was. Tegelijkertijd vraagt een opgewonden gemeenschap als die op Bouwkunde om een kristallisatiepunt. Er moet iemand zijn bij wie alle onrust bij elkaar komt, anders is het chaos. Er is een enorme behoefte aan iemand die je kunt vertrouwen, die integer is en standvastig en die er gewoon is.” In uw afscheidsrede blikt u terug op uw carrière. Is er een rode draad te ontdekken? “Ik zet twee assen tegen elkaar uit, één in de tijd en één inhoudelijk. Die eerste noem ik life long learning: mijn loopbaan ingedeeld in etappes van 12,5 jaar. De tweede is ‘de publieke zaak’. Ik heb een binding met alles wat hoort tot ons gezamenlijk domein. Vanuit mijn vak, omdat bouwkunde een discipline is die voortdurend intervenieert in de ruimte. Zelfs privéobjecten worden door iedereen gezien, dus alle gebouwen zijn in feite publiek. Bovendien, je kunt wel zeggen dat een gebouw privaat is, maar in de tijd wisselen functies heel vaak. Zelf opereerde ik als architect in een monumentaal woonhuizencomplex aan de Janskerkhof Drift in Utrecht. Dat werd later een kantongerecht en is nu van de universiteit. Daarbij is ook een sustainable benadering belangrijk, want gebouwen staan er lang. Zorg er als architect of stedenbouwkundige dus voor dat je goed omgaat met het publieke domein, dat je aan de lange termijn denkt. Na mijn eigen architectenbureauleven heb ik op het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu gewerkt, vooral bij de Rijksgebouwendienst. Die ontwikkelde zich in die tijd van een klassieke bouwdienst naar een huisvestingsdienst. Dat dient de publieke zaak. En het ministerie zelf stond in het hart van denken in termen van publiek bezit en publiek belang” En op de TU? “Als decaan was ik een publieke figuur. Ik opereerde bijna als een soort burgemeester: in de schijnwerpers. Als ik iets verkeerds deed, dan kwam dat graag in de pers. Daarna, als directeur bestuurlijke management ondersteuning, was ik actief in de publieke zaak van de universiteit zelf. Het ging om de vraag: hoe ontwikkelt de universiteit zich verder? Als conrector opereer ik negentig procent van mijn tijd in het publieke domein. Ik sta voortdurend op het podium, en redes en bij het publieke optreden van promovendi aan het eind van hun promotieproces. Veel mensen zien me in die hoedanigheid. Als ik dat goed doe, zijn zij mijn boodschappers en lever ik een bijdrage aan het imago van de universiteit.” U bent één van de bedenkers van de graduate school. Waarom moest die er komen? “In de Bologna-afspraken van de Europese Unie wordt de promotie gezien als de derde fase, na de bachelor en de master. Het draait dan niet alleen om onderzoek met een proefschrift als eindresul-
WIE IS HANS BEUNDERMAN?
Hans Beunderman (1948) was een creatief kind, maar op uitwisseling in Amerika na zijn middelbare school wees zijn Amerikaanse vader hem in de richting van bouwkunde. Daar was in tegenstelling tot de kunst wel geld te verdienen. In 1974 studeerde Beunderman cum laude af aan de TH Delft. Na een jaar gewerkt te hebben bij een Fins architectenbureau, ging hij in Utrecht aan de slag, de laatste jaren in een eigen maatschap. Tussen 1985 en 1998 vervulde Beunderman verschillende functies binnen het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu. Zo schopte hij het tot directeur rijkshuisvestingsbeleid en plaatsvervangend directeur generaal. In 1998 keerde Beunderman terug naar Delft, voor een baan als decaan aan zijn oude faculteit. Vanaf 2005 zat hij het cultuurteam TU Delft voor. In 2006 legde hij zijn decaanschap neer, om directeur bestuurlijke en management ondersteuning te worden. In 2008 maakte Beunderman een overstap naar het conrectorschap. Gelijktijdig was hij praktijkhoogleraar public real estate in de Bouwkunde-afdeling real estate and housing. (Foto’s: Sam Rentmeester/FMAX)
taat. Nee, het hele traject moet leiden tot hoogwaardige talenten, die ook een proefschrift maken. De gedachte dat we op de universiteit mensen trainen die universitair docent en daarna universitair hoofddocent of hoogleraar worden, wordt gelogenstraft door de statistieken. Tachtig procent van de promovendi eindigt niet op de universiteit, maar gaat ergens anders werken. Onze opdracht moet dus zijn om promovendi iets mee te geven waar ze de rest van hun loopbaan, waar dan ook, voordeel van hebben. Dat zijn de positieve argumenten.” En wat zijn de negatieve argumenten? “We hebben te veel uitloop, er is te veel uitval en er zijn te grote kwaliteitsverschillen. Er is een kopgroep van supervisoren die het heel goed doet. Maar er komen ook echt enge dingen voor: isolement, uitval, ruzie met de promotor. Dat mag niet meer voorkomen.” Vlak voordat de graduate school start, gaat u weg. Vindt u dat niet jammer? “Samen met Hans Suijkerbuijk heb ik in 2009 het eerste schetsontwerp gemaakt. Nu begint dat allemaal neer te slaan in het definitieve ontwerp dat nog in 2011 uitgevoerd moet worden. Dat is daar niet bij ben, is niet erg. Het is net als in de bouw. Als de werktekeningen zijn gemaakt, voeren anderen het uit. Wij moesten niet verder gaan zitten ontwerpen. Dan zou het een ding zijn geworden van de ambtenaren, terwijl het juist van de faculteiten moet worden. Vandaar ook, dat we het concept in 2010 hebben overgedragen aan een stuurgroep met een zware vertegenwoordiging uit de faculteiten. We proberen mensen bewust zoveel mogelijk mensen te binden.”
Sommige hoogleraren vrezen hun vrijheid te verliezen. Ze hebben geen zin om straks iedere cursus voor hun promovendi te moeten aanvragen bij een ambtenaar. “Dat is een gekleurde perceptie. Je kunt ook zeggen: de graduate school zorgt ervoor dat er budgetten zijn om competenties te ontwikkelen. Terwijl ik nu wel eens hoor van promovendi dat ze niet naar een cursus zijn geweest, omdat hun afdeling geen geld had. Diezelfde hoogleraren kunnen dus ook zeggen: wat fijn dat er een budget is dat ik kan aanvragen en dan ook krijg.” Dat heeft met organisatiecultuur te maken. “Zeker. We leggen sterk de nadruk op de kwaliteit van supervisie. Dan kom je bij cultuur. Ik heb mij zowel bij het ministerie van Vrom als op de TU veel beziggehouden met cultuur. Maar kom in een universiteit niet aan met de term ‘cultuurverandering’. Een universiteit is anders dan een bedrijf of de overheid. Bij een bedrijf draait het om winst maken of shareholders value, daar kun je relatief duidelijk op sturen. Een departement is politiek hiërarchisch ingesteld. Daar zegt de leiding nog wel eens: we gaan de dingen vanaf nu zo en zo doen. Maar een groot deel van de academici laat zich niet bevelen.” En bij Bouwkunde al helemaal niet. “Bouwkunde is complex tot de derde macht, want daar zijn de mensen nog creatief van aard ook. Men hangt niet erg aan het vasthouden van het bestaande. Er is een onverzadigbare drang om zo nodig iedere dag de dingen opnieuw te verzinnen. Het verlies is dat je veel van wat goed is kwijtraakt of overdoet en dat dat enorm veel energie kost. De winst is dat Bouwkunde nooit zal induffen. Maar voor de hele academische gemeenschap geldt: wil je ze toch meenemen, dan moet je heel goed duiden waarom je een andere weg in moet. Je moet overtuigen en dan samen vaststellen dat dat belangrijk is. Dat heet ‘sense making rather than decision making’. Wat gaat u doen na uw afscheid? “Ik blijf nog een tijdje de intreeredes doen. De verslaving moet rustig worden afgebouwd. De decaantijd was de drukste. Ik heb altijd alles wat ik had gegeven aan mijn werk. Het conrectorschap was al de eerste lichte vorm van ontwenning, omdat ik geen zware managementverantwoordelijkheid meer had. Maar het zou niet goed zijn om nu in één klap te stoppen. Los van de TU zal ik me ook wel blijven inzetten voor die publieke zaak. Over drie weken heb ik bijvoorbeeld een kennismakingsweekend waar zeilen en gehandicapten bij elkaar komen. Verder wil ik me richten op dingen van mijn echtgenote en mij. Ik wil er niet op mijn 66ste achter komen dat we vier jaar hebben laten liggen. Ik ben ook van plan om de kratstoel van Rietveld te gaan maken, om weer te gaan tekenen en schilderen en weer meer te gaan fotograferen.” Wat fotografeert u het liefst? “Ik heb een hang naar symmetrie, naar grafische dingen en gebouwen. Met mensen heb ik een schroom. Dat is mijn bescheiden kant. Ik ben er te bedeesd voor om ze ongevraagd op de foto te zetten.”
DELTA. 10 24-03-2011
reportage
12
Eens in de duizend jaar De vierdejaars studenten werktuigbouwkunde Thijs Heldoorn en Erik Vlasblom liepen met drie andere studenten stage in Japan toen de aarde begon te schudden. Hun ervaringen in Tokyo mailden ze naar Delta. ‘Ik hoorde mijn gebouw kraken, zag andere gebouwen heen en weer zwiepen en had moeite overeind te blijven.’
Een flatgebouw met gebroken ruiten na de aardbeving. (Foto: Thijs Heldoorn)
Thijs Heldoorn dd. 22 maart 2011 ’Ik zat op mijn kamer (zes vierkante meter voor 650 euro) in hartje Tokyo toen de aardbeving begon. Het begon als een ‘normale’ aardbeving die ik hier al vaker had meegemaakt. Ik belde meteen mijn studiegenoot Emiel Barten op, omdat hij nog geen enkele aardbeving had gevoeld. Ondertussen liep ik naar het dakterras van mijn gebouw. Emiel zat in het park en we spraken over de beving, die steeds heviger begon te worden. Uiteindelijk zwiepte het gebouw - het dakterras is op de zesde verdieping - behoorlijk heen en weer. Ik hoorde mijn gebouw en alle andere (veel hogere) gebouwen om mij heen kraken en zag ze heen en weer zwiepen. Ik ben toen onder de deurpost - een soort afdak van het dakterras - gaan staan. Beneden hoorde ik dingen omvallen en had ik nog moeite overeind te blijven. Ik vond het best eng, vooral omdat het gebouw waarin ik zit erg oud is en ik niet zeker wist of het zo’n zware aardbeving aankon. Toen de beving na tien, vijftien seconden over was, ging ik naar beneden. Ik keek in de gemeenschappelijke ruimte en keuken, waar prullenbakken waren omgevallen, bloempotten van de kastjes waren gevallen en keukenkastjes waren leeggegooid. Daarna ging ik weer naar het dakterras en voelde de eerste
gelukkig nog. Die avond was het verkeer een grote chaos. De treinen reden nog steeds niet, terwijl in Tokyo het overgrote deel van de mensen daarvan afhankelijk is. Er stonden enorme files en er liepen veel meer mensen over straat dan gewoonlijk. Bij de vele ‘convenience stores’ die Tokyo rijk is waren veel schappen leeg gekocht. De hotels zaten volgens mij ook allemaal vol, omdat de mensen niet naar huis konden. Later hoorde ik dat veel collega’s op het werk hadden geslapen, omdat ze niet naar huis konden. Die avond had ik bezorgde mails gehad van de TU, onder andere van professor Tomiyama (de begeleider van onze reis) en een studieadviseur (met wie wij allen goed contact hebben) die ook namens de onderwijsdirecteur mailde. Na de mails beantwoord en mijn vrienden via Facebook gerustgesteld te hebben, ben ik naar
bed gegaan. Af en toe begon de grond te trillen. De dag erna heb ik pas echt de omvang van de ramp meegekregen. Ik zag toen de beelden en realiseerde me dat de situatie in Tokyo heel erg meeviel vergeleken met wat er in het noorden van Japan is gebeurd. Ik was op dat moment niet bang voor de problemen met de kernreactoren in Fukushima. In Tokyo pakte iedereen het dagelijks leven gewoon weer op. Ik ben zelf bijvoorbeeld met Emiel en twee vriendinnen naar een range gegaan om te golfen. Het leek alsof er niets gebeurd was, alleen waren de supermarkten nog altijd erg leeg en reden er veel minder treinen. De dagen erna hoorde ik in de media steeds meer verontrustende berichten over de kernreactoren. Hoewel mijn Japanse begeleiders ons gerust hadden gesteld, kreeg ik van Nederlandse en Japanse professoren, vrienden en familie berichten dat ik toch echt uit Tokyo weg moest en erover na moest denken om terug naar Nederland te gaan. Zelf wilden Emiel en ik (de rest was al in Nederland of elders in Japan) in Tokyo blijven. Mijn ouders hadden hier geen moeite mee, maar andere familieleden wel. Uiteindelijk zijn wij - vooral om iedereen gerust te stellen - naar Takamatsu vertrokken, wat zevenhonderd kilometer van Tokyo af ligt. Wij (Erik Vlasblom, Emiel en ik) werken hier momenteel bij een andere vestiging van hetzelfde bedrijf. Hoewel wij eigenlijk weer zo snel mogelijk terug willen naar Tokyo. Ik denk zelf dat de situatie in de media erg wordt overdreven: alsof 35 miljoen mensen Tokyo willen ontvluchten. Dat is mijns inzien niet waar. Ik heb totdat ik in Tokyo was, ook op het moment dat er sprake was van een radioactieve wolk boven Tokyo, weinig verandering gezien in het dagelijks leven. Een verschil is dat de supermarkten leeg zijn, omdat veel mensen bang zijn zonder eten te zitten. Ook rijden de treinen minder om energie te besparen. Van de geplande stroomuitvallen heb ik niks gemerkt. Ook werden de naschokken in de media erger voorgedaan dan ze waren. De meeste naschokken waren lichter dan eerdere aardbevingen die ik in Tokyo had meegemaakt. Ik had zelf gepland tot eind juni te hier te blijven werken en dan nog op eigen gelegenheid wat rond te reizen. Van dit plan ga ik niet afwijken. Ik ben niet bang voor eventuele straling in Tokyo en nieuwe aardbevingen. Deze zware aardbeving was een uitzondering die eens in de duizend jaar voorkomt.’ Thijs Heldoorn (22, vierdejaars student werktuigbouwkunde) begon in oktober 2010 met vijf anderen aan een studiereis/stage van vijf maanden bij het Japanse onderzoeksinstituut AIST. Heldoorn zou oorspronkelijk tot 8 maart (drie dagen voor de aardbeving) in Japan blijven, maar kreeg net als de anderen de mogelijkheid te verlengen.
'Het leek alsof er niets gebeurd was, alleen waren de supermarkten nog altijd erg leeg en reden er veel minder treinen' naschok. Ik keek naar beneden en zag allemaal Japanners die zich op straathoeken verzamelden. Ik wist niet wat ik moest doen. Vooral omdat ik weg wilde uit mijn gebouw ben ik toen ook maar de straat opgegaan. Ik voelde nog af en toe naschokken en zag stoplichten en lantaarnpalen heen en weer schudden. Ik zag gebouwen met gebroken ruiten, en glas en afgebrokkelde steentjes op straat. Ik ben toen maar gaan lopen en volgde de menigte naar een parkje in de buurt. Op deze relatief veilige locatie bleef iedereen wachten en druk praten, maar er heerste voor mijn gevoel geen paniek. Ik probeerde mijn andere vrienden in Japan te bellen, maar het telefoonverkeer was overbelast. Na een uurtje verlieten de meeste mensen het park weer en ben ik verder rond gaan lopen. Ik kwam uit bij het station, waar iedereen op schermen zat te kijken naar beelden over ingestorte gebouwen. Er werden kaarten op getoond met locaties waar tsunami’s en branden waren. De treinen en metro’s reden niet meer. Uiteindelijk, ongeveer twee tot drie uur na de aardbeving, besloot ik terug naar huis te gaan en mijn moeder via skype te bellen. Internet deed het
Verkeerschaos in Tokyo, ongeveer zes uur na de grote aardbeving. (Foto: Thijs Heldoorn)
DELTA. 10 24-03-2011
reportage
13
Mondjesmaat werden reizigers die in Tokyo naar huis wilden het perron opgelaten. (Foto: Erik Vlasblom)
Erik Vlasblom dd. 22 maart 2011 ‘Ik liep met mijn ouders, die op bezoek waren, door Ito terug naar het hotel, klaar om onze reis voort te zetten naar Kyoto. De bomen langs de weg maakten periodieke bewegingen met een nogal grote amplitude. Een oudere Japanse man begon te lachen en maakte trillende bewegingen met zijn handen. Jawel, een aardbeving, zoals ik die al vaker had gevoeld in mijn huis in Tokyo. Hij duurde wat langer, maar verder bleek uit niets de ernst ervan. In het hotel was een waterleiding gesprongen. De receptioniste hield nauwlettend het nieuws in de gaten om tsunamigevaar op te vangen maar het water steeg niet noemenswaardig hoog. Op het station bleken geen treinen te rijden. Aan de Japanners was eigenlijk niet te merken dat er iets ernstigs was gebeurd, ook al werd er op straat van alles door luidsprekers omgeroepen. We merkten pas wat er aan de hand was door verontrustende berichten uit Nederland. Ik probeerde te bellen met mijn vijf studiegenoten maar Thijs en Emiel in Tokyo waren niet te bereiken door het drukke telefoonverkeer. Het telefoongesprek met Valerie viel ook regelmatig weg, al zat zij in Kyoto, vijfhonderd kilometer van Tokyo vandaan. Mijn ouders en ik hebben onze vakantie voortgezet als gepland en elke dag het nieuws in de gaten gehouden. We besloten dat ik met Emiel en Thijs naar Takamatsu zou gaan omdat het daar veilig is. Ik ben nog naar Tokyo geweest om mijn spullen op te halen. Daar zag het er in eerste instantie normaal uit. Mijn kastjes waren bijna van elkaar gevallen, er lagen wat spullen op de grond, maar winkels waren open, net als restaurants. Ook reden er weer auto’s op de snelwegen. Die avond voelde ik wel twee hevige nabevingen en de drukte op stations was gigantisch. Er stonden ellenlange rijen maar er was geen chaos. Alle Japanners gingen gewoon werken en pakken het leven weer snel op. In de supermarkten lagen tijdschriften en bier maar de planken met houdbare producten waren compleet leeg. Er was geen aanvoer mogelijk door het sluiten van de snelwegen vanwege de naschokken. Inmiddels ben ik dus enkele dagen geëvacueerd met als voornaamste motivatie het thuisfront gerust te stellen. Via e-mail en Facebook stromen de bezorgde berichtjes binnen. Van mijn professor Tomiyama, de buitenlandcoördinator, de studieadviseur, de ambassade, vrienden, familie, mijn begeleiders in Japan. Bijna alle buitenlanders die hier zijn, geven dezelfde reden op voor evacuatie. Want in alle eerlijkheid: behalve wat ongemakken zoals het treinverkeer is het leven in Japan vrij normaal. Er wordt snel en goed gereageerd. Niet dat Japanners niet ongerust zijn,
dit blijkt wel uit hun hamstergedrag. Ze laten het alleen minder blijken en gaan door met hun leven. Aardbevingen horen bij Japan. Gebouwen zijn erop ingesteld, kusten hebben golfbrekers, ik had een eigen helm met naamsticker bij mijn bureau, overal word je ingelicht over wat te doen bij een beving. De nucleaire dreiging is natuurlijk een ander verhaal. Niet iedereen vertrouwt de berichtgeving van de regering. Zelf ben ik niet van plan naar huis te gaan. Ik pas op, houd de situatie in de gaten en bekijk het van dag tot dag. Maar als alles mee zit, zit ik volgende week in mijn nieuwe woonruimte in het centrum van Tokyo. Daar blijf
(Illustratie: Google Maps)
ik gewoon tot het einde van mijn stage hier in juni of zelfs tot na de zomer, tot ik weer verder ga studeren in Delft.’ Erik Vlasblom (21) is vierdejaars student werktuigbouwkunde en loopt stage in Tokyo. Ten tijde van de aardbeving zat hij met zijn ouders die op bezoek waren op het schiereiland Izu in Ito, honderd kilometer ten zuidwesten van Tokyo.
DELTA. 10 24-03-2011
mededelingen
14
Agenda
TUdelta.10 > Jaargang 43
> Redactie Frank Nuijens, (hoofdredacteur), Katja Wijnands, Dorine van Gorp, (eindredactie), Saskia Bonger, Tomas van Dijk, Erik Huisman, Connie van Uffelen, Jos Wassink (verslaggeving).
Sports & Culture
Delta is het informatie- en opinieblad van de TU Delft, verzorgd door een journalistiek onafhankelijke redactie.
> Medewerkers Willemijn Dicke, Patrick van der Duin, Robbert Fokkink, Jorinde Hanse, Dap Hartmann, Auke Herrema, Floortje d'Hont, David McMullin, Jeroen Peters, Merel Segers, Ionica Smeets, Jimmy Tigges, Stephan Timmers, Ellen Touw, Robert Visscher.
> Vormgeving & Lay-Out Liesbeth van Dam > Mededelingen Martin Kers (m.kers@tudelft.nl)
> Redactieraad dr. B.B. Scholtens (voorzitter), G.K. Berghuijs, MSc, prof.dr. M.J. van den Hoven, mr. J.J.M. Kok, R.H.G. Meijer, T. Niks, ir. M. Persson, C.J.M. Pieters, prof. dr. B.J. Thijsse, dr.ir. C.A.J.R. Vermeeren > Redactie-adressen Universiteitsbibliotheek Kamer 0.18-0.28 Prometheusplein 1 2628 ZC Delft Postbus 139 2600 AC Delft Tel. 015-278 4848 E-mail: delta@tudelft.nl www.delta.tudelft.nl > ISSN 0169-698x
> Oplage 12.000
> HOP Delta werkt samen met het Hoger Onderwijs Persbureau Hein Cuppen, Bas Belleman, Marijke de Vries Tel. 071-523 6151 Fax 071-523 2138 E-mail hop@xs4all.nl > Copyright Delta Auteursrecht voorbehouden. Het is verboden zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur artikelen, schema‘s of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen en/of openbaar te maken, in enigerlei vorm of wijze.
“In India worden duizenden meisjes gedwongen tot prostitutie. Dit moet stoppen.” Ga naar stopkindermisbruik.nl en word donateur.
Lagerhuisdebat 15.30-17.00 uur – De faculteiten Techniek, Bestuur en Management, Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek en de studievereniging Curius organiseren samen met de DebatAcademie een lagerhuisdebat: ‘Prof of CEO, wat wil jij worden na je MSc studie?’ Ga je verder in de wetenschap of kies je toch voor een loopbaan in het bedrijfsleven? Of wellicht een combinatie? Rector Karel Luyben zal aanwezig zijn en actief deelnemen aan de discussie. Het debat staat open voor alle studenten. Locatie: TBM zaal H. Gratis pizza en drankje na afloop.
Wetenschapsagenda • 10.00 uur – Model-based Control in Adaptive Optics Systems. Promotie van ir. H. Song. Promotor: prof.dr.ir. M.H.G. Verhaegen. • 12.30 uur – Thermospheric Density and Wind Determination from Satellite Dynamics. Promotie van ir. E.N. Doornbos. Promotor: prof.ir. B.A.C. Ambrosius. • 15.00 uur – Afscheidsrede prof.ir. H. Beunderman, faculteit Bouwkunde.
Froudelicious 22.00 uur - Het DEK van Speakers zal er vanavond af gaan. Natuurlijk treedt de Froudeband ‘Oceans Eleven’ op, waardoor het weer een mooie avond zal worden. Kaartjes zijn in de voorverkoop verkrijgbaar bij het bestuurshok voor 5 euro. Aan de deur zullen de kaartjes 7 euro kosten. www. froudelicious.nl
> Druk Wegener Nieuwsdruk Twente, Enschede
> Abonnement Een abonnement kost 37,50 en kan elk moment ingaan.
Vrijdag 25 maart
Studium Generale • 17.00 uur - Andries Knevel spreekt over “Op zoek naar de wortels van de maatschappij”. Hoe kijkt Andries Knevel naar de wereld, wat is zijn persoonlijke opvatting over religie en maatschappij? Faculteit TBM, Jaffalaan 5, Delft – toegang gratis. • 20.00 uur - Concert ‘Johannes Passion van J.S. Bach’ door I Buoni Antichi. In een kleine bezetting van 12 zangers en een enkelvoudige bezetting van het orkest zal een transparante en zeer persotonlijke lezing worden gegeven van dit meesterwerk. De passie zal bovendien op gepaste wijze worden aangekleed met behulp van de multimedia mogelijkheden van de Aula d.m.v. extra kleur en geluid. Aula Congrescentrum, Mekelweg 5, Delft. Voor toegangsbewijzen zie www. sg.tudelft.nl.
> Foto‘s Sam Rentmeester/ Hans Stakelbeek (FMAX).(info@fmax.nl)
> Advertenties H&J uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJssel Tel. 010-451 55 10 Fax 010-451 53 80 E-mail:delta@henjuitgevers.nl www.linkmagazine.nl
Donderdag 24 maart
Zondag 27 maart International Student Church 11.30 hrs - Students of all denominations are invited to our ecumenical service every Sunday at Raamstraat 78, followed by tea/coffee. The services are led by the chaplains Reverend W. Stroh and Father Avin, and are supported by student leaders. More information on www.iscnetherlands.nl. Musica Antiqua Delft 15.00 uur - De ‘Messe des Morts’ van André Campra uit 1730 geldt als één van de belangrijkste dodenmissen uit de Franse barok. Musica Antiqua verzorgt vandaag een concert in de Waalse Kerk te Delft. Toegang bedraagt 10 euro (7,50 voor kaarthouders). Meer informatie op www. musica-antiqua.nl.
Maandag 28 maart Air Transport and Operations Symposium 9.00-17.00 hrs - As we enter the second decade of the second century of aviation, ATOS 2011 aims to explore how we achieve optimal progress for the industry. How do we identify, formalize, quantify, optimize and deliver maximum value within the current climate? Can we start to move towards a new Value Operations Methodology that raises the profile of operations research and expertise to its proper position within aerospace? Indeed, ATOS 2011 aims
to build on this aspiration of optimizing value in air transport and operations. For the program and registration visit: www.lr.tudelft.nl/atos. Wetenschapsagenda • 12.30 uur – On-load Tap Changer Diagnosis on Highvoltage Power Transformers using Dynamic Resistance Measurements. Promotie van ir. J.J. Erbrink. Promotor: prof.dr. J.J. Smit. • 15.00 uur - Global Chassis Control and Braking Control using Tyre Forces Measurement. Promotie van ir. M.P. Gerard. Promotor: prof.dr.ir. M.H.G. Verhaegen.
Dinsdag 29 maart Wetenschapsagenda 12.30 uur - Characterization of Unbound Granular Materials for Pavements. Promotie van A.A. Araya, MSc. Promotor: prof. dr.ir. A.A.A. Molenaar. Bierproeverij 20.00 uur – Bierhistorie Delft organiseert in samenwerking met Bierlokaal De Klomp een bierproeverij op Binnenwatersloot 5, Delft. Voor 12,50 euro worden vijf bieren geproefd met verschillende kazen. Het thema is ‘proef de lente’. Meld je aan via info@bierhistoriedelft.nl.
Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Agenda' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft. nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.
Alle promoties, intree- en afscheidsredes genoemd in deze agenda vinden, tenzij anders vermeld, plaats in de Aula van de TU, Mekelweg 5, Delft.
Announcements Official Elections SR and FSR This year the electing of members of the Student Council (SR) and Student Councils at faculty level (FSR) will be done on the Internet and is planned to take place between Wednesday 25th May 2011 from 9.00 a.m. and Thursday 26th May 2011 until 5.00 p.m.
Consulting the electoral registers This year the electoral registers can be referred to electronically from 30th March 2011 until 6th April 2011. In order to access the site, log on to https://stem.tudelft.nl using your NetID (as you do for Blackboard). This election site will become operational on 30th March. You can, if necessary, obtain further information on how to activate your NetID or on how to reset your password from the above-mentioned site. If you have problems following the stipulated procedures because your email address has not been properly entered into the system then you can
contact the Servicepunt of your Faculty. Changes in your course registration or address details may be passed on, by email, to the Central Student Administration division (csa@tudelft.nl). This year the electoral registers for the election of Student Council (SR) members at institute level and for the election of members of the Student Council at faculty level (FSR) will be printed out and may be consulted between 30th March 2011 and 6th April 2011 in the Central Election Committee’s office on the 5th floor of the Faculty Civil Engineering, Stevinweg 1, room 5.10. Interested parties may lodge objections with the Board of Governors: Stevinweg 1, 2628 CN Delft, up until one week after the names have been made known (i.e. until 5.00 p.m. on 6th April 2011 at the very latest). Submission of candidate lists The election committee hereby makes it known that candidate lists may be submitted to the
Student Council (SR) at institution level and to the Student Council (FSR) at faculty level from 30th March 2011 until 5.00 p.m. on 13th April 2011. Attention: Every student who is entitled to vote can nominate himself for the Student Council (SR) and Student Councils at faculty level (FSR). The nomination will take place as follows. To take part in the elections you have to hand in a candidate list to the secretary of the election committee. The candidate list must be supported by at least 10 persons who are eligible to vote for the Student Council (SR) and by at least 5 persons who are entitled to vote for the Student Councils at faculty level (FSR). Every candidate has to fill in a written declaration, in which he accepts his nomination on the candidate list. The candidate proposition forms may be obtained from the relevant central or facultative election committee (see overview below) as of 30th March 2011. The deadline for
the submission of the candidate list is 5.00 p.m. on Wednesday 13th April 2011. To ensure that the checking and processing of the candidate lists goes smoothly the Election Committee requests that the lists of candidates be handed in preferably before the final date. The candidate lists (together with the candidates’ declarations of consent) for the SR must be personally handed in to the Central Election Committee’s office on the 5th floor of the Faculty Civil Engineering, Stevinweg 1, room 5.10. The candidate lists (together with the candidates’ declarations of consent) for the FSR must be personally handed in to the relevant facultative election committee (see the overview below). Dated proof of receipt will be issued to those who submit the lists. The collecting and submitting of the SR candidate lists: Room 5.10, 5th floor of the Faculty Civil Engineering, Stevinweg 1
The collecting and submitting of the FSR candidate lists: BK: Julianalaan 134, BG. West 530 CiTG: Room 3.71, Stevinweg 1 EWI: Mekelweg 4, room HB 03.300 L&R: Room 7.03 main building IO: Room 4A-01 3Me: Mekelweg 2, room 8C-013 TBM: Room: b.2.030 TNW: room A.216, 2nd floor A-vleugel, TN building, Lorentzweg 1
Students International Student Chaplaincy Looking for a home away from home, trying to make new friends, interested in intercultural and interfaith activities, needing some inner peace, searching for more than academic challenges? Check the website of the International Student Chaplaincy, www. iscnetherlands.nl, to learn about their wide range offer. Student and Career Support The student psychologists and the central student and
careers councilors are located at Jaffalaan 9A. Office hours: Monday-Friday from 9.0017.00 hrs. You can direct your inquiries or make an appointment at the Front Office or by phone: 015-2788004. For an initial appointment with one of the student psychologists you should first come to one of the open office hours: every day from 11.30-12.30 hrs. The open office hours of the Student and Career counselors are on Tuesdays and Thursdays from 11.30-12.30 o’clock. More information on www.studentandcareersupport.tudelft.nl. International Office The International Office, Jaffalaan 9a/visitor’s entrance at Mekelweg, office opening times Monday to Friday 9.00–17.00 hrs. Appointments and enquiries can be made by email: internationaloffice@tudelft.nl or by phone: 015-2788012.
DELTA. 10 24-03-2011
mededelingen
15
Aankondigingen Officieel Verkiezingen SR en FSR De verkiezingen van de leden van de Studentenraad (SR) en de Facultaire Studentenraden (FSR) zullen dit jaar via het internet plaatsvinden op woensdag 25 mei 2011 vanaf 9.00 uur doorlopend tot en met donderdag 26 mei 2011 om 17.00 uur.
Inzage kiesregisters Het kiesregister kunt u dit jaar vanaf 30 maart 2011 tot en met 6 april 2011 elektronisch raadplegen. Hiervoor dient u in te loggen op https://stem. tudelft.nl met gebruikmaking van uw NetID (dezelfde als bij blackboard). Deze verkiezingensite zal operationeel zijn vanaf 30 maart a.s. Op bovengenoemde verkiezingensite kunt u, indien nodig, informatie vinden over het activeren van uw NetID of het resetten van uw wachtwoord. Mocht u problemen ondervinden bij het volgen van de vermelde procedures omdat uw email-adres niet correct is opgenomen in het systeem, dan kunt u contact opnemen met het Servicepunt van uw faculteit. Wijzigingen in uw studie- of adresgegevens kunt u per email doorgeven aan de Centrale Studentenadministratie (csa@ tudelft.nl). Het kiesregister ten behoeve van de verkiezing van de leden van de Studentenraad op instellingsniveau (SR) en de leden van de Studentenraden op facultair niveau (FSR) kan ook op papier ingezien worden en ligt vanaf 30 maart 2011 tot en met 6 april 2011 ter inzage bij de Centrale Verkiezingscommissie, 5e etage Faculteit Civiele Techniek, Stevinweg 1, kamer 5.10. Belanghebbenden kunnen binnen een week na de bekendmaking (tot en met uiterlijk 6 april 2011; 17.00 uur) bezwaar aantekenen bij het College van Bestuur, Stevinweg 1, 2628 CN te Delft. Indienen kandidatenlijsten De verkiezingscommissie maakt bekend dat vanaf 30 maart 2011 tot en met 13 april 2011 tot 17.00 uur de mogelijkheid bestaat voor het indienen van een kandidatenlijst voor de Studentenraad op instellingsniveau (SR) en de Studentenraden op facultair niveau (FSR). LET OP: Iedere kiesgerechtigde student kan zich kandidaat stellen voor de Studentenraad op instellingsniveau (SR) en de Studentenraad op facultair niveau (FSR). De kandidaatsstelling geschiedt als volgt. Om deel te kunnen nemen aan de verkiezingen dient een kandidatenlijst met een of meer kandidaten ingeleverd te worden bij de secretaris van de Verkiezingscommissie.
voor de SR en ten minste 5 kiesgerechtigden voor de FSR. Tevens dient iedere kandidaat een bewilligingsverklaring in te vullen, waarop hij/zij zich formeel kandidaat stelt voor de betreffende kandidatenlijst. De kandidaatstellingsformulieren kan men vanaf 30 maart 2011 afhalen bij de betreffende centrale c.q. facultaire verkiezingscommissies (zie onderstaand overzicht). De deadline voor het indienen van de kandidatenlijsten is woensdag 13 april 2011 om 17.00 uur. Om de controle en verwerking van de kandidatenlijsten soepel te laten verlopen verzoekt de Verkiezingscommissie de kandidatenlijsten eerder in te leveren. De kandidatenlijsten (+bewilligingsverklaringen van de kandidaten) voor de SR moeten persoonlijk worden ingeleverd bij de Centrale Verkiezingscommissie, 5e etage Faculteit Civiele Techniek, kamer 5.10, Stevinweg 1, 2628 CN Delft. De kandidatenlijsten (+bewilligingsverklaringen van de kandidaten) voor de FSR moeten persoonlijk worden ingeleverd bij de betreffende facultaire verkiezingscommissie (zie onderstaand overzicht). Aan degenen die de lijsten indienen wordt een gedagtekend bewijs van ontvangst verstrekt. Ophalen en indienen kandidatenlijsten SR: Kamer 5.10, 5e etage Faculteit Civiele Techniek, Stevinweg 1 Ophalen en indienen kandidatenlijsten FSR: BK: Julianalaan 134, BG. West 530 CiTG: Kamer 3.71, Stevinweg 1 EWI: Mekelweg 4, kamer HB 03.300 L&R: Kamer 7.03 hoogbouw IO: Kamer 4A-01 3Me: Mekelweg 2, kamer 8C-013 TBM: Kamer: b.2.030 TNW: kamer A.216, 2e verdieping A-vleugel, TN gebouw, Lorentzweg 1
Algemeen Zenmeditatie In april begint een nieuwe cursus zenmeditatie van acht vrijdagavonden in gebouw Delftstede, Phoenixstraat 66, Delft. Kosten: 100 euro, voor studenten 85 euro. Start op vrijdag 8 april (19.30–21.00 uur) Zie www.yogagezondheidscentrumdelft.nl of bel Trudie van Ginkel 015-2124521 of René Janssen 06-41687920.
sionele regisseuse, een try-out tour door Nederland en Vlaanderen, het driedaagse festival op 26,27 en 28 oktober in de Stadsschouwburg in Groningen en de finalistentour. Wil jij je inschrijven voor het festival? Ga dan naar www.gscf.nl voor extra informatie en aanmelding en wie weet word jij de grote winnaar. De inschrijfperiode sluit op 17 mei 2011. Student and Career Support Student and Career Support is een onderdeel van de dienst Onderwijs en Studentenzaken. Het omvat de diensten van de studentendecanen, de studentenpsychologen, en het Career Centre met studiekeuzeadviseurs en loopbaanadviseurs en het informatiecentrum. Het informatiecentrum in de hal op de begane grond is geopend op werkdagen van 9.00–17.00 uur. Er is documentatie beschikbaar over onder andere WO- en HBOopleidingen, arbeidsmarkt, studie- en beroepskeuze, buitenlandse studies, enz. Bij de balie of telefonisch kun je afspraken maken met een van de medewerkers.
Voor de studentenpsychologen geldt dat het eerste contact loopt via het Open Spreekuur elke werkdag van 11.30-12.30 uur. De studentendecanen, de loopbaanadviseurs en de studiekeuzeadviseur houden een inloopspreekuur op dinsdag en donderdag van 11.30-12.30 uur. Bezoekadres: Jaffalaan 9a (ingang Mekelweg); tel. 0152788004. E-mail: studentandcareersupport@tudelft.nl Website: www.studentandcareersupport.tudelft.nl; http:// careercentre.tudelft.nl. Online huurprijs check Is jouw huurprijs redelijk? Check www.huurcommissie. nl voor meer informatie en om helderheid te krijgen over huren en geschillen tussen huurder en verhuurder. International Office Het International Office, Jaffalaan 9a, is op werkdagen geopend van 9.00-17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via internationaloffice@tudelft.nl of telefonisch (015-2788012) een afspraak maken. Studium Generale Het bureau Studium Generale, Jaffalaan 5, is van maandag t/m donderdag geopend van 9.00–17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via studiumgenerale@tudelft.nl of telefonisch een afspraak maken via 015-2783258.
Studenten
Groninger Studenten Cabaret Festival Het 25ste Groninger Studenten Cabaret Festival is op zoek naar aanstormend cabarettalent. Laat jij iedereen altijd lachen en zie jij jezelf wel op het podium staan? Schrijf je dan snel in. Het gehele traject zal, net als voorgaande jaren, bestaan uit Deze kandidatenlijst dient de selectieronden in Amsterondersteund te worden door dam en Groningen, het werken H&J Uitgevers_2x70_zw-w 14-05-2004 ten minste 10 kiesgerechtigden aan de show met een profes- 14:02
Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Agenda' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft. nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur. Pagina 1
Voor advertenties bel met: Voor advertenties bel met:
H & J Uitgevers Postbus 101 H & J Uitgevers Postbus 101 2900 AC 2900 AC Capelle aan den Capelle IJssel aan den IJsel T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80
T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80 E delta@henjuitgevers.nl
Neem contact op met Hennie de Ruyter of Mireille van Ginkel voor nadere informatie. E delta@henjuitgevers.nl Neem contact op met Hennie de Ruyter of met Mireille van Ginkel voor nadere informatie
Johannes Passion van J.S. Bach
door i buoni antichi donderdag 24/3 20.00 uur aula tu delft mekelweg 5 delft kaarten aan de zaal studenten E 10,– TU-medewerkers/ alumni E 15,– regulier E 22,50
Uniek multimedia event
i.s.m. MultiMedia Services TU Delft
KIES JE MASTER! 2011 T R A A M TING 30
RLICH O O V R E T MAS TE.NL N E W T U . MASTER
DELTA. 10 24-03-2011
lifestyle
16
merel segers
Lieve G.
de huisjongste Huisjongste De Tjeerd de Wit studeert life science & technology en woont in Sportschool Starlight De Bunker aan de Westerstraat. De Bunker verwijst naar het gebrek aan ramen. Zo heeft zijn kamer geen raam naar buiten. Een andere kamer is nog te herkennen als voormalig sauna van de sportschool. Er wonen zeven mannen, allen DSC-lid. Naast pils aanvullen, vuilniszakken buiten zetten, de telefoon beantwoorden en de deur open doen is de belangrijkste taak van de HJ dat hij veel thuis is en zorgt voor gezelligheid. Hij zit dus vaak in de GR, en als hij thuis is hoort zijn deur open te staan. Het verkeerspaaltje is bedoeld om de deur open te houden. De poster van Justin Bieber is vooral om zijn huisgenoten te stangen. Grote kans dat hij binnenkort door een huisgenoot van de muur wordt getrokken. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)
We kennen elkaar nu een tijdje. In het begin wist ik niet zo goed wat je in godsnaam was. Ik experimenteerde, niet alleen jij kreeg een beurt, maar ook Ilse, Bing en een paar anderen die ik glad vergeten ben. Maar toch, jij was echt wel de leukste, de snelste, de meest effectieve ook, heerlijk. We gingen steady, ik gebruikte alleen jou nog maar. En dat is stiekem best wel mooi. Onze relatie groeide. Op een gegeven moment – dat weet ik nog heel goed – maakte je voor het eerst mijn zin af. Wat geweldig, ik startte met een A en jij maakte er meteen ANWB van. Wauw, inderdaad, natuurlijk zocht ik dat woord. De kriebels kronkelden heftig in mijn buikgebied. De tijd verstreek en je leerde me zo goed kennen, dat je voorspelde wat ik zocht. Oké, dit werd onhandig, nu vond ik vooral dingen die ik al kende. En alsof dat nog niet erg genoeg was weigerde je naar .com te gaan, dat veranderde je brutaalweg naar .nl. Ik geef toe dat het superknap van je is dat je weet dat ik Nederlands ben,
maar vijftig procent van mijn tijd functioneer ik in het Engels, daar mag je best wel rekening mee houden. Maar ik heb een groot hart, het is je vergeven. Nou eigenlijk helemaal niet! Ben je nu helemaal besodemieterd, ik kap ermee, ik laat je in de steek. Je werkte prima, maar nu ben je vooral een onhandige last geworden. En toen begon het stalken. Via de dashboard functie ontdekte ik dat je al jaren lang mijn gedrag opslaat. De kriebels kronkelden weer, maar nu van ongemak. Hoe dit verder gaat? Ik hoop dat je mijn gegevens niet verkoopt aan de hoogste bieder, maar ik heb het donkerbruine vermoeden dat dit wel kan gaan gebeuren. Wie weet staat er binnenkort een enthousiaste marketeer voor de deur met precies wat ik drie jaar geleden wenste. Wanneer dat gebeurt kap ik er mee, dan pleeg ik digitale zelfmoord en duik een biebboek in. Dag liefste google, het was leuk, maar nu ben je een beetje eng geworden.
tekentafeltalenten
Zen met stokjes Als je je zuurverdiende centjes op een vrije avond besteedt aan take away-sushi, wil je er wel van genieten. Dan eet je je visjes dus niet uit een plastic bakje, maar van de Sushi Tray van IO-student Anouk Zeeuw van der Laan. Jorinde Hanse Een sushischaaltje. Zo simpel kan een idee zijn voor je bachelor-eindproject. Dat betekent niet automatisch makkelijk, want zie tussen de duizenden schaaltjes die al op de markt zijn maar eens iets nieuws te ontwerpen. En daarvoor studeer je dus aan de TU Delft. Anouk Zeeuw van der Laan (22) bedacht een nieuw concept voor een eeuwenoude traditie en sleepte er een 8,5 mee binnen. Iedereen die door Azië heeft gereisd denkt wel twee keer na voordat hij volgegeten en voldaan zijn eetstokjes rechtop in zijn rijstkom prikt. Niets is asocialer dan zo’n teken van de dood. Japanse etiquette is in veel
Het Japanse sushiritueel ontdek je niet als je je zwarte plastic bakje voor geschoven krijgt in de sushibar, compleet met voorverpakte zakjes wasabi, sojasaus én splinterende wegwerpstokjes. De Sushi Tray van Anouk Zeeuw van der Laan brengt daar verandering in. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
opzichten ver verwijderd van de westerse, en barst ook nog eens van de voor ons onbekende rituelen. Die ontdek je niet als je je zwarte plastic bakje voor geschoven krijgt in de sushibar, compleet met voorverpakte zakjes wasabi, sojasaus én splinterende wegwerpstokjes. Jammer, vindt Zeeuw van
der Laan. “Volgens het traditionele Japanse sushiritueel is sushi eten namelijk een echt Zen-moment. Iets wat de consument dichterbij de natuur moet brengen, ontdaan van alle poespas.” Less is more; alleen jij, je met kennis en liefde bereide vis, rijst en groenten en totale aanwezigheid in het moment. Tja,
en dat laatste mis je, als je al schranzend boven je niet-afbreekbare bakje naar een slechte soap kijkt. “Ik vind het belangrijk om dat Zen-moment weer terug te brengen bij het sushi eten”, zegt de IO’er. “Dus is mijn houten Sushi Tray zo breed, dat je hem stabiel op je schoot kunt leggen. Zo zit je alvast lekker. Je stokjes leg je in de daarvoor bestemde gleuf en om de plank zit een ‘sleeve’, een plastic rand met een reservoir voor de sojasaus. Dat is de westerse touch aan mijn product; die sleeve kan zo in de vaatwasser.” Klinkt als een gat in de markt voor keukengereiproducent Royal VKB, voor wie ze de schaal ontwierp. Op de bank in je uppie, comfortabel onderuit met gezond en lekker eten, en niks anders aan je hoofd dan totale stilte: meer Zen kan je avondeten toch niet worden? “Klopt”, vindt Zeeuw van der Laan, “maar het bedrijf vond mijn ontwerp te commercieel.” Tja, een designschaal voor gezond yuppenfastfood – daar moet het bedrijfsleven natuurlijk maar net een markt voor zien. Of van sushi houden. En dat laatste is na een niet zo Zen sushimoment aan de lopende band, in een maatpak vol met sojasaus, vast al snel bekeken.
kriep