Delta TU Delft

Page 1

TUDELTA.21

DELTA. 21 30-06-2011 weekblad van de technische universiteit Delft

Deze week in Delta

Remaking Mecca

Bruggenbouwer tussen ingenieurs en medici

INTERVIEW: 10

SCIENCE:04

ZOMERVAKANTIE

01

INTERNATIONAL: 07

Delta 22 verschijnt op donderdag 25 augustus

REPORTAGE: 12

Internationals say goodbye to Delft

Schoon rioolwater

3mE overweegt numerus fixus De faculteit 3mE overweegt een numerus fixus voor de opleiding werktuigbouwkunde. Niet zozeer vanwege een hoge instroom, maar vanwege de kwaliteit van studenten. Connie van Uffelen Binnen de faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en Technische Materiaalwetenschappen (3mE) valt ‘voorzichtig’ de term numerus fixus, maar om andere redenen dan bij Bouwkunde of Industrieel Ontwerpen (IO). Die faculteiten hebben capaciteitsproblemen, werktuigbouwkunde wil ‘grip krijgen op de kwaliteit van studenten’, zegt directeur onderwijs Peter Wieringa. Het is geen geheim dat een hoog percentage studenten bij werktuigbouwkunde in het eerste jaar uitvalt, zegt Wieringa. Vorig collegejaar kreeg één op de drie eerstejaars een negatief bindend studieadvies (bsa). Zij haal-

‘Als het aan mij ligt gaan we selecteren aan de poort’ den dus niet de helft van zestig studiepunten. Daarnaast stopte ongeveer tien procent voortijdig. Deze cijfers liggen hoger dan het gemiddelde voor de TU. Vanwege deze hoge uitval wil de faculteit ‘grip krijgen op het niveau van de kennis’ van studenten, zegt Wieringa. Een indicatie is het cijfer voor techniek en bètavakken. “We weten dat scholieren die op het vwo gemiddeld meer dan een 7,5 halen een goede kans van slagen hebben. Als het aan mij ligt gaan we selecteren aan de poort.” Het kabinet wil de mogelijkheden hiervoor verruimen. Wieringa wil eerst de ervaringen bij Bouwkunde en IO afwachten, maar denkt aan een eventueel maximum

aantal eerstejaars van 550 tot 600 voor werktuigbouwkunde en maritieme techniek samen. Het aantal vooraanmeldingen voor beide opleidingen lag afgelopen week op 474, vijftig meer dan vorig jaar rond deze tijd. Zo’n aantal kan de faculteit volgens Wieringa wel hebben. Dit getal zal echter nog zakken omdat studenten zich voor meer opleidingen kunnen inschrijven en de ervaring leert dat werktuigbouwkunde nogal eens tweede optie is. Hoewel de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica vorig jaar de hoogste percentages negatieve bsa’s uitdeelde, denkt zij niet aan een fixus. Zij is juist blij met een groei van 23 procent naar zo’n driehonderd vooraanmeldingen. Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG) ziet het aantal vooraanmeldingen civiele techniek met maar liefst 34 procent stijgen van 258 naar 345. Met technische aardwetenschappen erbij staat de teller op 395. Boven de vierhonderd begint het lastig te worden, zegt directeur onderwijs Frank Sanders. Dan moeten studenten hun colleges in een tweede zaal volgen via beeldschermen en wordt tussentijds toetsen ook lastiger. Toch zijn meer dan vierhonderd studenten welkom. “Het aantal afstudeerders ligt namelijk lager dan de vraag uit de markt”, zegt Sanders. “Bovendien komt er een grijze golf: veel babyboomers gaan met pensioen.” CiTG denkt daarom ‘absoluut niet’ aan een fixus. “Als volgend jaar een bsa van 45 studiepunten wordt ingevoerd, ben ik er vrij zeker van dat wij studenten afwijzen die de opleiding normaal wel hadden kunnen voltooien. De markt zal ons dat niet in dank afnemen.” Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek (L&R) ziet het aantal voormeldingen ook flink stijgen: van 423 naar 522. “Dat zijn er meer dan verwacht en gehoopt, maar wat betreft zalen gaat dat nog net goed”, zegt Irma Croese. L&R gaat vanaf 2012 echter decentraal selecteren met een fixus van 440.

Het Nuon Solar Team presenteerde dinsdag de Nuna6 in de Amsterdamse Westergasfabriek. Het team gaat tijdens de World Solar Challenge in Australië met deze nieuw ontwikkelde zonnewagen de strijd aan met dertig teams uit de hele wereld. Nuna6 is de lichtste auto van het team ooit, hij weegt zo’n 145 kilo, ongeveer de helft van de oer-Nuna die in 2001 meereed. De race vindt plaats van 16 tot en met 23 oktober, van Darwin tot Adelaide. (Foto: Nuna Solar Team)

Pagina 05: Challenge for Nuna

Zorgen om instroom mastertracks De studentenraad (sr) is bezorgd over capaciteitsproblemen bij masteropleidingen en –tracks vanwege de groeiende studentenaantallen. De faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek (L&R) overwoog onlangs de instroom te beperken bij de track flight performance and propulsion en bij twee profielen binnen de track control and operations. De sr schrijft in een brief aan het college van bestuur dat L&R in juni besloot om voor de tracks te gaan selecteren door middel van loting, maar volgens Irma Croese van onderwijs en studentenzaken is er alleen een besluit genomen om de instroom te beperken. “Hoe we dat gaan doen, is nog niet besloten. Voor een masteropleiding mag je sowieso niet loten.” Volgende week stemt de Eerste Kamer

over een wetsvoorstel dat een numerus fixus voor masteropleidingen mogelijk maakt, maar een track is daar niet in voorzien. “Een track kennen we niet in deze context van loten en numerus fixus”, zegt Job Slok, woordvoerder van het ministerie van onderwijs. Overigens wil het kabinet loting op den duur afschaffen en meer moge-

‘Er is voldoende begeleiding, maar het is beter als er in sommige gevallen meer is’ lijkheden bieden voor selectie. In de Strategische Agenda - die nog naar de Tweede Kamer gaat – staan ook andere manieren om te selecteren. “De TU kan dan alvast kijken wat mogelijk is op grond van de Strategische Agenda”, zegt Slok. Uiteindelijk is bij L&R besloten de instroom niet te beperken. Mede omdat

studenten tijdig moeten worden geïnformeerd. Het probleem kwam te plotseling, zegt Croese. “We zaten ook met de uitvoering: wat kan wel, wat kan niet? Loten? Wie het eerst komt, het eerst maalt? Selecteren? We hadden weinig tijd om dat uit te zoeken.” En de oplossing? Studenten zijn nu volgens Croese geïnformeerd over de capaciteitsproblemen. “We hebben ze in overweging gegeven dat ze voor deze tracks veel concurrenten in de begeleiding hebben. Er is voldoende begeleiding, maar het is beter als er in sommige gevallen meer is.” L&R huurt geen extra begeleiding in. “Daar hebben we de middelen niet voor”, zegt Croese. “De oplossing ligt in prioriteiten van de begeleider.” Volgens het college van bestuur doen de problemen zich nog niet voor bij andere faculteiten. Wel liggen de verhoudingen in instroom bij tracks van Bouwkunde scheef. (CvU)


DELTA. 21 30-06-2011

nieuws/column

02

Reorganisaties www.delta.tudelft.nl @tudelta delta@tudelft.nl

delta online Goddeloos Van alle Nederlandse hoogleraren noemt 44 procent zichzelf atheïst. De wetenschappers zijn veel vaker ongelovig dan de rest van de bevolking, van wie veertien procent zich atheïst noemt. Dit blijkt uit een enquête van ForumC, een christelijke organisatie voor geloof, wetenschap en samenleving.

Inreisvisa Tot woede van universiteiten, hogescholen en studenten verhoogt minister Leers van Immigratie de tarieven voor wetenschappers en studenten van buiten Europa die naar Nederland willen komen. De nieuwe tarieven voor inreisvisa en verblijfsvergunningen gelden per 1 juli.

Studiebollen Steeds meer jongeren gaan naar het hoger onderwijs. Eén op de drie volgt nu een opleiding aan een hogeschool of universiteit. Tien jaar geleden was dat nog maar één op de vier. Sinds de eeuwwisseling is het aantal studerende jongeren tussen de achttien en vijfentwintig jaar spectaculair gestegen, blijkt uit een tabel van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Duitsers Staatssecretaris Zijlstra gaat het werven van Duitse studenten niet verbieden. Hij vindt hen een ‘verrijking voor het Nederlandse hoger onderwijs’, zolang instellingen er hun bestaansrecht niet aan ontlenen. Dit zei hij in antwoord op Kamervragen van VVDkamerlid Anne-Wil Lucas die zich zorgen maakt over de werving van Duitse studenten door Nederlandse hogescholen en universiteiten.

Flexdocent Als onderwijsbestuurders met een tijdelijk contract recht hebben op extra salaris, dan moet dat ook gelden voor hbo-docenten met een flexcontract, vindt de Algemene Onderwijsbond. Twee weken geleden stuurde het ministerie een brief naar de bestuurders van hogescholen en universiteiten met de mededeling dat onderwijsbestuurders minder gaan verdienen dan andere bestuurders in de (semi) publieke sector.

Studiesucces Er is weinig terechtgekomen van de ambitieuze afspraken tussen ministerie, HBO-raad en VSNU om de uitval onder bachelorstudenten terug te dringen. De landelijke streefcijfers waren voor goede instellingen te weinig uitdagend, maar voor de achterblijvers moeilijk haalbaar volgens de Onderwijsinspectie.

Niet alleen de TU Delft zit middenin reorganisaties, ook de TU Eindhoven en de Universiteit Twente moeten eraan geloven. Dat melden hun universiteitskranten. Cursor schrijft dat er in Eindhoven komend jaar 13,5 miljoen euro bezuinigd moet worden. Net zoals in Delft komt er geen grote reorganisatie, maar zullen de veranderingen plaats moeten vinden binnen faculteiten en diensten. Het UT Nieuws citeert zijn collegevoorzitter Anne Flierman, die zegt dat er in Twente ‘hoogstens een tiental mensen’ mogelijk worden ontslagen. Toch verdwijnen er meer banen door de ver-

Verrassing bouwing van het onderwijsmodel en de grootscheepse reorganisatie van alle onderzoeksgroepen die op stapel staat. Flierman denkt echter dat het overgrote deel is op te vangen door natuurlijk verloop.

www.tue.nl/cursor www.utnieuws.nl

Tuindersbedrijf Ammerlaan in Pijnacker heeft afgelopen voorjaar tegenslag gekregen in de boring naar aardwarmte. Dat berichtte het AD op dinsdag. Het Delft Aardwarmte Project (DAP) is bij de boring betrokken. ‘Het Pijnackerse tuinbedrijf stuitte in het voorjaar totaal onverwacht op olie. Onderzoekers van de TU Delft hadden dit niet zien aankomen’, aldus het AD. “Het verraste ons niet echt”, zegt masterstudent petroleum engineering Chris den Boer van het DAP. “Deze regio zit vol kleine olie- en gasveldjes.” Niettemin waren er geen voorzieningen getroffen om met de vondst om

te gaan. Gas in het water vereist een hogere druk op het boorsysteem en om olie af te scheiden moet het boorwater eerst verwarmd worden, legt Den Boer uit. Daarvoor zijn nu extra installaties besteld, maar het kan nog maanden duren voordat die er zijn. Ammerlaan zit met flinke extra kosten. Volgens het AD 1,5 tot 2 miljoen bovenop de al geïnvesteerde 7 miljoen. Den Boer erkent de schade maar vindt 'de kinderziektes uit oogpunt van geothermie ook erg interessant'.

‘Iedereen heeft lijken in zijn DNA’ Stephen Quake was vorige week te gast bij het Kavliinstituut. De Stanfordhoogleraar en ondernemer ontwikkelde in 2003 een goedkopere en snellere manier om DNA-volgorden te lezen. Hij verwacht dat over enkele jaren iedereen de beschikking krijgt over zijn eigen DNA-informatie. Maar willen we dat wel? Jos Wassink U bent een van de eersten die zijn hele DNA gescand heeft en op internet gezet, na Craig Venter en James Watson. Hoe was dat? “Het was een avontuur en het voelde als een sprong in het duister om het project te doen en om uit te pluizen wat er in mijn genoom stond.” Had u niet het gevoel zich helemaal bloot te geven op internet? “Een beetje wel. Ik heb er een tijd over nagedacht, maar ik dacht dat het wetenschappelijk de moeite waard zou zijn. ”

nen wel of niet werkzaam zijn in jouw geval.”

Stephen Quake: “Je weet meer over de risico’s die je loopt op verschillende ziektes en waar je op moet letten.” (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

Hebt u uw DNA vergeleken met dat van Watson en Venter? “Ja, dat hebben we gedaan omdat we wilden weten hoe verschillend mensen van elkaar zijn. De overeenkomsten tussen verschillende individuen is 99,9 procent, 97 procent met een chimp. Maar die 0,1 procent verschil staat voor ongeveer drie miljoen plaatsen in het genoom. Daarvan hadden wij er als blanke mannen een miljoen gemeenschappelijk, maar daarnaast twee miljoen ook niet.” Wat kwam u te weten over uzelf? “Vlak nadat het artikel gepubliceerd was werd ik opgebeld door een col-

lega uit Stanford die zei: ‘ik heb eens naar de Y-chromosoom gekeken en ik kan je vertellen waar je vaders familie vandaan komt. Hij vertelde dat mijn voorouders aan de Rijn in Duitsland woonden. Ik heb het aan mijn vader gevraagd, en die zei dat het klopt. Maar ook medisch was het informatief. Ik weet nu beter waar ik op moet passen.” Is dat een van de voordelen van de kennis van je genoom? “Ik denk het wel. Je weet meer over de risico’s die je loopt op verschillende ziektes en waar je op moet letten. Ook kun je te weten komen welke medicij-

Gaat dat verder dan algemene aanbevelingen als gezond eten, genoeg bewegen en niet roken? “Absoluut. Ieder van ons heeft een klein dozijn zeldzame mutaties die nadelig kunnen werken op de gezondheid. Het zijn de lijken in het DNA. Daar kun je niet iedereen op nalopen, maar als je het genoom bepaalt kom je er een aantal tegen. Dat gaat een stuk verder dan algemene adviezen. Zelf loop ik extra risico op een bepaalde hartziekte die cardiomyopathie heet. Dat gaat gepaard met een verdikking van de hartwand. Dokters kunnen daarop controleren.” Verwacht u dat gebruik van iemands genoom standaard wordt in de gezondheidszorg? “Zeker. Binnen een paar jaar al wordt de grens van duizend dollar per genoom bereikt. Dan zal het bij allerlei behandelingen geraadpleegd worden.” Denkt u dat mensen hun genoom willen weten? “Ik denk niet dat iedereen dat wil. Dat is prima. We leven niet onder een Orwelliaans regime. Maar voor degenen die het willen, biedt de kennis belangrijke voordelen.”

van der duin

Innovatiebeleid Het nieuwe innovatiebeleid van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie draait om een tiental topsectoren, aangevoerd door een ‘boegbeeld’ uit de private sector en geassisteerd door vertegenwoordigers uit wetenschap, hogeschool en bedrijfsleven. Tot 2015 verdeelt men per jaar ongeveer 1,5 miljard euro, inclusief 350 miljoen euro van NWO en KNAW. Daarnaast zijn er fiscale aftrekmogelijkheden voor bedrijven die aan R&D doen. Of dit innovatiebeleid beter is dan het mislukte Innovatieplatform moet getoetst worden op de uitgangspunten van innovatie: 1) kennis is geen innovatie 2) een innovatiesysteem moet uitgaan van een ambitieus toekomstbeeld; 3) innovatieprocessen verlopen niet rechtlijnig maar bevatten diverse feedbackloops, 4) innovatie ontstaat vaak op grensgebieden: tussen organisaties, disciplines en tussen sectoren. Allereerst valt dan op dat er voor een sectorale aanpak is gekozen terwijl veel innovaties cross-sectoraal zijn. Ook zijn de topsectoren van vandaag niet bij voorbaat de topsectoren van de toekomst. Daarnaast lijkt men er nog steeds vanuit te gaan dat kennis gelijk staat aan innovatie. Meer geld naar kennisontwikkeling is niet slecht maar is geen garantie voor de marktintroductie van nieuwe producten, processen en diensten. Gek genoeg kan minder aandacht voor kennisontwikkeling goed zijn voor innovatie. Door van fundamentele kennis te eisen dat vooraf de valorisatiewaarde wordt bepaald, zullen universiteiten voornamelijk toegepast onderzoek gaan doen die wel tot incrementele innovaties leiden maar beslist niet tot radicale. De innovatieparadox is dus niet de kloof tussen wetenschap en bedrijfsleven maar dat wetenschappelijk onderzoek zonder innovatieoogmerk juist leidt tot radicalere innovaties! Met de nadruk op kennisontwikkeling komen we dichter bij ‘Nederland Kennisland’

maar zijn we nog verwijderd van ‘Nederland Innovatieland’. Om tot echt innovatief innovatiebeleid te komen zal men meer aandacht moeten gegeven aan de volgende punten: - Voor iedere sector moet een glasheldere ambitie worden bepaald die gebaseerd is op een glashelder toekomstbeeld. Terwijl de ambitie best op de sector gericht mag zijn, moet het overkoepelende toekomstbeeld integraal zijn zodat duidelijk wordt hoe de sectoren met elkaar samenhangen en elkaar kunnen helpen. - Focus niet alleen op kennis maar vooral op de toepassing van kennis omdat het bij innoveren juist daarom gaat. Kennis is een input voor innovatie, en geen onbelangrijke, maar staat niet gelijk aan innoveren. - Laat universiteiten met rust. In een onafhankelijk academisch klimaat kan men fundamentele kennis opbouwen die de bron vormen van de radicale innovaties in de toekomst. Laat de vertaling van kennis naar ideeën voor innovatie over aan intermediaire organisaties zoals TNO, die als ‘product champions’ de link kunnen leggen tussen wetenschap en bedrijfsleven, tussen technology push en market pull. - Innoveren is geen sprint trekken maar een marathon lopen. Spreek daarom nu met elkaar af dat dit innovatiebeleid geen vier jaar duurt omdat er nu eenmaal om de vier jaar verkiezingen gehouden moeten worden. Hoe wispelturig innovatieprocessen ook kunnen verlopen, een betrouwbare overheid wijzigt niet tussentijds de regels van het zeer belangrijke spel in de innovatiearena. Patrick van der Duin is toekomstonderzoeker bij de sectie technology, strategy and entrepeneurship van de faculteit Techniek, Bestuur en Management.


DELTA. 21 30-06-2011

nieuws

De slimste

Llowlabs

Loting

Eindhoven kreeg onlangs het predicaat ‘slimste regio ter wereld’, maar daar valt veel op af te dingen, meldt het Financieel Dagblad. Zo zou de stad onaantrekkelijk en saai zijn voor hooggeschoolde mensen, zeker als ze uit het buitenland komen. Ook signaleren geïnterviewden dat de stad zichzelf slecht verkoopt. Verder zouden er niet meer zoveel nieuwe bedrijfjes ontstaan sinds in 2005 het Philips Natuurkundig Laboratorium verdween. De aanwas van nieuwe bedrijven stagneert.

De TU komt naar je toe deze zomer. Op het Lowlandsfestival (19 t/m 21 augustus in Biddinghuizen) kunnen bezoekers in drijvende paviljoens kennismaken met duurzame techniek van de toekomst. De TU presenteert er een tent in de vorm van het Revolthuis, het Delftse zonnehuis voor de Solar Decathlon 2012. In de tent kunnen bezoekers water zuiveren, een rookhok blauwzetten en zelf biobrandstof maken.

Voor de TU-opleidingen met een numerus fixus (Bouwkunde en Industrieel Ontwerpen eerstejaars) wordt mogelijk een wachtlijst ingesteld. Dit betekent dat studenten zich ook na 15 mei nog kunnen aanmelden. Dat meldt de website van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Bij Bouwkunde meldden zich tot deze inschrijfdatum 555 studenten voor 450 plaatsen. Voor IO 408 studenten voor 330 plaatsen. Alle plekken die na een tweede loting nog over zijn – door terugtrekking bijvoorbeeld - worden via de wachtlijst opgevuld.

www.lowlab.nl (vanaf 1 juli)

03

Postzegels

Gist, schimmels, bacteriën en virussen; je kunt er rustig aan likken zonder ziek te worden. Althans aan de postzegels waar deze micro-organismen op afgebeeld staan. Dit postzegelvel met tien zegels is gemaakt ter ere van het honderdjarig bestaan van de vereniging van microbiologie die door de Delftse microbioloog Martinus Willem Beijerinck werd opgericht. De foto is gemaakt aan het bureau van Beijerinck in het museum voor microbiologie in het Kluyverlaboratorium. (Foto: Tomas van Dijk)

Miljoenen voor vrouwelijk talent De TU Delft wil miljoenen euro’s uittrekken voor de tijdelijke aanstelling van twintig vrouwelijke wetenschappers. SASKIA BONGER Die vrouwen krijgen een Delft Fellowship, een tenure track voor getalenteerde vrouwelijke wetenschappers. In 2012 moeten tien kandidaten worden aangesteld, in 2014 nog eens tien. Hun tracks lopen daarna hooguit vijf jaar en moeten uitmonden in een reguliere aanstelling. Kandidaten moeten ambitieus en creatief zijn en werken in onderzoeksge-

Kandidaten moeten ambitieus en creatief zijn bieden die op de TU terug te vinden zijn. Ook moeten ze onder meer gepubliceerd hebben in vooraanstaande wetenschappelijke tijdschriften. Nederlandse kandidaten moeten minstens twee jaar in het buitenland hebben gewerkt. Nadat kandidaten goed zijn bevonden door de betreffende faculteit, beoordeelt ook een selectiecommissie van professoren hen. Afhankelijk van hun ervaring krijgen geselecteerde wetenschappers een aanstelling als universitair docent (ud), universitair hoofddocent (uhd) of professor. Alle-

maal krijgen ze naast hun salaris een toelage om hun onderzoek te kunnen opzetten; respectievelijk 100 duizend euro, 200 duizend euro en 300 duizend euro. De universiteit wil zich ervan verzekeren dat de tenure tracks als prestigieus te boek komen te staan. Daarom wordt onder meer voorgesteld dat de vrouwen deelnemen in overkoepelende projecten als de Delft Research Initiatives. Verder wordt er over gedacht een aantal hoogleraren aan te stellen als ambassadeur van het fellowship. Dat moet een mislukking als aan de TU Eindhoven voorkomen. Daar strandde een soortgelijk programma, doordat wetenschappers niet betrokken waren. Het werd vrouwen zelfs afgeraden te solliciteren. Het Delft Fellowship kost de universiteit minimaal 10,5 miljoen euro en maximaal 14 miljoen euro. Het college van bestuur (cvb) neemt tweederde van de kosten voor zijn rekening. De rest is voor de faculteiten waar de wetenschappers gaan werken. De TU hecht veel waarde aan deze tenure tracks, omdat ze onderdeel zijn van beleid dat moet zorgen voor meer ‘genderdiversiteit’. Was in 2010 9 procent van de hoogleraren vrouw, in 2014 moet dat 12 procent zijn. De percentages ud’s en uhd’s moeten in dezelfde periode stijgen van 23 naar 35 en van 8 naar 20. Het cvb bespreekt het plan voor het fellowship op 7 juli met de ondernemingsraad.

Nyama

Het meerdaagse Nyama Wereldculturen Festival eindigde zondag in het Poptapark, waar een fijne mix van buurtbewoners en mensen uit de stad en het prachtige weer voor een gezellige festivalsfeer zorgden. Op de foto Sene Percu, een Afrikaanse percussie- en dansband uit Senegal. (Foto: Herman Zonderland)

’Bsa niet naar zestig’ Ondanks felle weerstand tegen verhoging van het bindend studieadvies (bsa), heeft de studentenraad positief geadviseerd over maatregelen tegen langstuderen. Dat gebeurde nadat collegelid Paul Rullmann een aantal toezeggingen had gedaan. Zo komt er extra geld voor studiebegeleiding, voorlichting over

het verhoogde bsa, een evaluatie na vier jaar en geen extra bsa-verhoging als het kabinet opnieuw met maatregelen komt of als de TU fuseert met de Erasmus Universiteit Rotterdam. “We gaan niet met Rotterdam mee naar zestig punten”, zei Rullmann. “Die gedachte koester ik niet eens als stil ideaal.” Ook wil Rullmann de hardheidsclausule uitbreiden. Nu kan uitstel voor het halen van het bsa alleen worden aangevraagd vanwege persoonlijke omstandigheden zoals ziekte. De sr wilde daar ‘onstudeerbaarheid’ van het

curriculum aan toevoegen, maar Rullmann wil die – voorheen ook in de wet gebruikte - juridische term vermijden. “We hebben wel het zelfde voor ogen”, zei hij. Ook ging Rullmann akkoord met een betere terugkoppeling van vakevaluaties, het verbeteren van de studieduur van bachelor eindprojecten en meer aandacht voor de kwaliteit van docenten via professionaliseringscursussen. (CvU)

werken en er worden protocollen opgesteld die de veiligheid moeten vergroten. Dat geeft vertrouwen, al weet je nooit of andere ziekenhuizen er net zo bovenop zitten. Alsof Patijn nog niet genoeg heeft moeten doorstaan, constateert hij in de maanden die hij na zijn ontwaken in het ziekenhuis ligt dat een patiënt altijd op zijn hoede moet zijn. ‘Onder Zeil’ eindigt met een hele reeks tips van betrokkenen, te beginnen met Patijn zelf. Acht van de tien aanbevelingen van de voormalige decaan gaan over oplettendheid van patiënten zelf, zoals ‘Noteer welke medicijnen u wanneer en in welke hoeveelheid behoort te krijgen. Slik alleen medicijnen waarvan u de verpakking hebt kunnen controleren’. Geen gekke tip, als je weet dat Patijn een keer zelf moest voorkomen dat een ver-

pleegkundige hem prednison gaf, een medicijn met veel bijwerkingen dat hij helemaal niet hoorde te krijgen. Voor de angstige lezer is ‘Onder Zeil’ een boek dat bewijst hoe kwetsbaar een mensenleven is, ook leg je het in handen van medische experts. Voor de positief ingestelde lezer laat het boek zien hoe ziekenhuizen in staat zijn fouten en misstanden recht te zetten, wetende dat die altijd zullen blijven gebeuren, hoe streng de protocollen ook zijn. En voor mensen die Patijn in Delft wel eens tegen het lijf lopen, is het boek een reden om hem met hernieuwde blik te bekijken. Want zulke veerkracht is niet iedereen gegeven.

www.delta.tudelft.nl/23427

Ziekenhuistips van Patijn Wytze Patijn gaat op vrijdag 26 september 2008 naar het Havenziekenhuis voor een kleine operatie die hij bijna niet zal overleven. Drie weken lang ligt hij vechtend voor zijn leven in coma. Het narcosemiddel blijkt besmet met een alledaagse bacterie, die ingespoten in de bloedbaan een minder gezond mens het leven kan kosten. In het boek ‘Onder Zeil’ reconstrueert medisch journalist Matthijs Buikema hoe deze medische fout kon gebeuren en hoe alle betrokkenen de dagen en weken daarna beleefden. Vooral de angst, de onzekerheid en de slapeloosheid waaraan Patijns vrouw Els van Soest ten prooi valt, grijpt aan. Het relaas van Buikema leest als een thriller en laat de lezer na een kleine honderdtwintig pagina’s onthutst achter. Niet over de manier

waarop het ziekenhuis omgaat met deze noodsituatie, want dat gebeurt bewonderenswaardig open, schuldbewust, menselijk en professioneel. Zelfs niet over de ellende waarin Patijn en zijn vrouw zich maandenlang bevinden. Want het lukt Patijn met veel wilskracht om er weer helemaal bovenop te komen, al weten hij en zijn vrouw dat nog niet als de decaan Bouwkunde op 17 oktober 2008 uit zijn narcose ontwaakt. De onthutsing komt doordat het boek laat zien hoe een verkeerde werkwijze jarenlang heeft kunnen bestaan met alle risico’s van dien en hoe een patiënt over zichzelf moet waken als hij in het ziekenhuis ligt. Om met het eerste te beginnen: het narcosemiddel propofol dat Patijn vrijdag 26 september 2008 krijgt toegediend, komt uit een flesje dat

de dag ervoor is geopend. Het had weggegooid moeten worden, maar omdat er geen openingsdatum op staat, is het niet duidelijk dat het om een oud flesje gaat. In het flesje zitten bacteriën, doordat het membraan niet is gedesinfecteerd voordat het is doorgeprikt. Die bacteriën hebben de hele nacht gifstoffen kunnen aanmaken. Patijn krijgt de laatste dosis van 20 milliliter (ml) uit het flesje van 100 ml. De propofol uit het volgende flesje wordt met dezelfde naald ‘opgetrokken’. Daardoor kunnen de bacteriën bij zes andere patiënten hetzelfde ziektebeeld veroorzaken, zij het minder heftig. Na het incident past het Havenziekenhuis zijn werkwijze grondig aan. De flesjes propofol van 100 ml maken plaats voor ampullen van 20 ml, de staf krijgt training in aseptisch

Saskia Bonger


DELTA. 21 30-06-2011

science

opinion please

04

Remaking Mecca Saudi Arabian authorities have been improving walking routes in Mecca to accommodate more pilgrims and reduce risks of stampedes. Professor Serge Hoogendoorn (CEG) has been asked to advise on possible redesigns of the Sacred Mosque. Jos Wassink

Cloud computing is a hackers dream According to TU Delft researchers, cloud computing is a blessing in disguise. Files can indeed be more easily stored and synchronised, making large computations faster. Hackers however can also abuse these advantages to crash servers and blackmail companies. Cloud computing is rapidly taking over the world of file-storage. One can use several online computers (a cloud) to store information and synchronise it with mobile phones, tablets, desk- and laptops. This week in the Netherlands, Samsung introduced Chromebook, a laptop that stores music, documents and pictures online, using Google’s cloud-service Chrome. This month Apple presented iCloud, which will be introduced this fall. And Amazon also has a cloud-service. There are plenty advantages: files are more easily accessible, computers run faster and there is more storage available. However, the disadvantages were also noted, especially regarding privacy. Who can also access private tax, photos, bank and creditcard files? “But there has almost been no criticism so far on how clouds can be used by hackers. That’s why cloud computing also is a blessing in disguise at the moment,” states PhD student, Kassidy Clark MSc (Technology, Policy and Management). “Hackers have the same advantages as consumers. Clouds are robust, fast and easily accessible. And they make them able to use thousands of computers at the same time to attack.” To prove this point, Clark set up a botcloud – a network of computers used for mischief. “With a simple ten line script creating twenty virtual computers we were able to bring a server down in under ten seconds.” “This is being done by political groups that attack government websites for example. Or by hackers that blackmail banks, by threatening to put down the site,” adds Clark’s supervisor, Dr Martijn Warnier. Clark also showed how easy clickfraud is made by cloud computing. “Whenever someone clicks on a sponsored link, the company pays. Competition could use a cloud to click on the links, so their rival has to pay a lot of money. There are programs to prevent this from happening, but they check the IP-address (the unique identification code of a computer). With cloud computing, one can use as many computers and IP-addresses as possible. If one uses a stolen credit card to set up a cloud, it doesn’t even cost a thing. We set up a botcloud of a thousand virtual computers, with each of them having its own address. They were not detected nor shut down.” The recent Playstation Network hack proves Clark’s point. The credit card information of tens of millions of consumers was stolen. “This was done by using cloud computing. This year there will be many more attacks of this scale,” predicts Clark. The million-dollar question is what could be done to prevent cloud computing from becoming a hackers dream. “One could do a hundred percent check of what goes on in the clouds,” says Warnier. “But this is difficult regarding the violation of privacy. Cloud service providers also do not know who their consumers are. One only needs a (stolen) credit card. It would be safer if people have to go to an office to identify themselves, but this will make it more complicated to get an account and therefore no provider would like to implement this. It’s too risky. If one provider implies these rules, consumers will go to another one. Therefore, we need worldwide legislation. But it’s very difficult to achieve this. There are no easy solutions.” (RV)

Each year literally millions of Muslim pilgrims visit the holy city of Mecca to take part in the Hajj, a once-in-alifetime must for every able Muslim. Currently, about 2.5 million Muslims gather for the eight-day event. In 2030, the number is expected to rise to 3.9 million, which raises serious security issues. A notorious bottleneck was the Jaramaat Bridge (built in 1963) in Mina, where pilgrims have to throw pebbles at three pillars that symbolise the devil. Thirty years after its completion, the bridge had become dangerously outdated and overcharged by the millions of pilgrims. In the 1990s and early 2000s, hundreds of people were killed in seemingly yearly stampedes. Since 2006, however, a new bridge has been in use (built by the Bin Laden Group), with a much larger capacity. Resembling a multi-deck fly-over with three enormous walls to throw pebbles at, the Jaramaat Bridge is now the showcase of the modernday Hajj. “The bridge now has a capacity of 300,000 pedestrians per hour,” says Professor Serge Hoogendoorn, TU Delft’s expert on traffic flows and

How to safely increase the capacity of the Holy Mosque? (Photo: Omar-Chatriwala/Wikicommons)

crowd management. “But that creates a next bottleneck at the mosque that currently has a Tawaf capacity of about 50,000 pedestrians per hour (pph).” Inside the Al-Masjid al-?ar?m or ‘The Sacred Mosque’, the pilgrims perform the Tawaf (walking seven times around

Both approaches yielded similar outcomes the holy black bulk of the Ka’aba in counter clockwise direction), after which they also traverse the corridors between two pillars (representing two mountains) seven times. The latter location can handle more than twice the number of people who just performed Tawaf, according to the professor. Hoogendoorn, together with his colleague Professor Hani Mahmassani from the Northwestern University

Transportation Centre (US), was asked to advise on design solutions for the mosque in terms of increasing pedestrian capacity. “Based on my empirical knowledge of pedestrian flows, I could almost calculate the capacities of different design solutions on the back of an envelope. It’s not very complicated,” says Hoogendoorn. Mahmassani’s group has made computer models and run simulations of the pilgrim flows inside the mosque. “But they had a much larger budget,” Hoogendoorn adds. The funny thing was: both approaches yielded similar outcomes, and hence consistent advice could be given to the Saudi authorities. In the coming months, the Saudi authorities will use the advice to develop improvements in the capacity of the Al Mataf mosque through redesign and crowd management.

Fresh light on an old microscope Antoni Van Leeuwenhoek would only have been able to work with his microscopes during day time, or so some people have claimed. With her movie, ‘Worm by candlelight’, Dr Lesley Robertson, proved this assumption wrong. She is a passionate photographer of wildlife, usually capturing birds and occasionally seals and dolphins with her digital camera. This winter however Lesley Robertson, the curator the curator of the Delft School of Microbiology Archive in the Kluyver Laboratory, focussed on something completely different: microscopic worms and protozoa (single celled animals). This wouldn’t be so remarkable were it not for the fact that Robertson used a replica of a 17th century microscope made by the founding father of microscopy, Antoni van Leeuwenhoek. Filmmakers from the BBC visited Robertson’s museum two years ago, when they were making a documentary about Van Leeuwenhoek. “They also filmed microorganisms through a Van Leeuwenhoek microscope,” Robertson says. “But the results were far from perfect, which is understandable since they only had one day for

One of Robertson’s setups: a 21st century camera, a 17th century microscope, a piece of cardboard and a lamp from Ikea. (Photo: Lesley Robertson)

the shooting.” Robertson thought she could do better. She mounted her digital camera with a macro lens on a tripod in front of the microscope (magnification 118 times) and focussed on a sample with microorganisms she took from her ‘protozoa farm’, a collection of petri dishes and an old desiccator on her window ledge, filled with greenish water. “The focal depth is extremely small,” says Robertson. “So you have to wait till the organisms swim into focus.” Her efforts (done during many winter lunch break for months) resulted in razor sharp images. Robertson experimented with different sources of light, including candle-

light. In one of her candlelight movies, a worm swims by. “I have no idea what it is. I don’t even know which end is the front” she says, laughing. Her next attempt will be to film bacteria with a replica that magnifies around 250 times. “It has sometimes been claimed that van Leeuwenhoek couldn’t have seen bacteria with his microscopes. Obviously he could, how else could he ever have drawn them?” (TvD)

bit.ly/leeuwenhoek-1 bit.ly/leeuwenhoek-2 bit.ly/leeuwenhoek-4


DELTA. 21 30-06-2011

science

05

short news science Intimate technology

Vertical garden

Magnetic cooling

Nanoleds

Tender grip

Have you ever felt embarrassed by technology? By a navigator that outsmarted you, or a telemarketer who knew a little too much about you? This is your chance to create intimate, embarrassing and scary technology for a design competition organised by the Rathenau Institute and NRC-next newspaper. They want you to send in a design on A3-format or a working prototype and a 200-word text before 18 July. Check website for addresses and more info (in Dutch).

Integrated plants may make the walls of new and existing buildings more sustainable, says Dr Marc Ottelé, who defended his thesis last Tuesday. Among the environmental virtues are absorption from CO2 and fine dust particles from the urban air. The thermal insulation also improves, partly because the plants reduce the wind speed. No word however on vertical gardening.

BASF supports research into new magnetocaloric materials at Applied Sciences with a 2.4 million euros grant. Magnetocaloric materials heat up in a magnetic field and cool when the field is switched off. It’s a promising technology for fridges and heat pumps. But it requires strong and expensive magnets. BASF is now looking for materials that are magnetocaloric at a magnetic field weaker than 1 Tesla. Professor Ekkes Bruck has set up a five-year research programme with 5 PhDss, 2 postdocs and a technician.

Researchers have led the basis for what they believe will be the next generation of leds. Nanostructured leds, as they are called, will allow a better control over the direction of light emission and hence a better efficiency. Researchers of the TU (Professor Paul Urbach, Applied Sciences) worked together with FOMinstitute Amolf, TU Eindhoven and Philips research. They developed a pattern of partly emitting nanowires grown from semiconductor material. The results are to be published in the journal ACS Nano.

Ever seen a robot picking paprikas? Most robot hands would damage the tender fruit, but not the tender robot hand developed by Dr Gert Kragten, who defended his thesis last Tuesday. Kragten’s robot hand is clearly inspired by the human hand: it has hinged segments (like the bones in your fingers) that are activated by motors connected with strings (like tendons in humans). The result is a hand that carefully wraps around things instead of squeezing them.

www.bit.ly/intechno

Marc Ottelé, The green building envelope: vertical greening, 28 June 2011, PhD supervisor Prof. Michiel Haas (CEG)

New challenges for Nuna arsenide solar cell panels on their car (efficiency of 34 percent) instead of the 6 square meters in previous years. It’s either this, or they can fall back on the less efficient solar panels made of mono crystalline silicon (efficiency of 20 to 22 percent), of which 6 square meters are still allowed. The Nuna 6 team decided to use 6 square meters of silicon panels. This measure creates a more equal playing field, since not all teams could afford the more expensive gallium arsenide panels. The fastest teams, including Nuna, used gallium arsenide during previous races. With the new rules now in force, they will face The Nuna6 solar car has 10 percent less aerodynamic drag than the Nuna5 and is 15 kilograms lighter. (Photo: Tomas van Dijk)

The solar-powered racing car Nuna 6 was presented to the press this week. Will it be faster than its predecessors? New regulations on the type of solar cells allowed have turned the race into a whole new ball game. Tomas van Dijk This year’s race through the desert of Australia will be nerve breaking, if we are to believe Mike Hoogstraten (23), the chief engineer of the TU Delft student team. “Whereas the time dif-

ferences between participants were hours during the previous races, this years’ differences will probably only be minutes,” he says. TU Delft has a reputation to uphold when it comes to solar racing. Four times in a row the Delft students have won the race in which dozens of student teams from all over the world participate and which is held every other year in October. The teams have to cross the desert (3000 kilometers from Darwin to Adelaide) in five days. In 2009, Nuna was dethroned by a team from the Japanese University of Tokai, coming in second. Still not bad. But whether the Delft students will be able to shake off the vast majority of their opponents this year remains to be seen. Teams are only allowed to carry 3 square meters of very efficient gallium

‘In Delft we’re also very good in aerodynamics’ fierce competition from teams that have been doing fairly well with silicon cells, such as the Australian teams Auroa and Sunswift. Hoogstraten is optimistic however. Rumours were that the Delft team won thanks to their gallium arsenide. The student believes this year is his team’s chance to prove these rumours wrong. “The solar panel is an important part of the solar car, but to win a solar race the solar car must have a well-designed aerodynamic shape as well as a strong light weight structure. Now is our chance to once again prove that the strength of our team lies in combining all these elements .”

cover Jeroen and Linda met on the web. Linda Terlouw is an independent ICT consultant and an external PhD student under the supervision of Professor Jan Dietz (EEMC and TPM). Jeroen Advocaat is a graphic designer and sculptor, based in China. Linda was looking for a design for the cover of her thesis and she liked Jeroen’s science-fiction style, just as she likes the technological and futuristic view of science fiction. Asimov is her favourite writer and Jeroen has designed several covers for the SF magazine ‘Asimov’. The thing that she wanted to express in the cover of her thesis was modularity: “How to divide a complex whole

into parts to keep it manageable,” she explains. Her thesis deals with modularity in organisations and IT systems. “How to best divide organisations into modules and how do you make them communicate?” KLM is a good example, she says. A lot of different tasks need to be arranged for a flight, such as baggage handling, catering services and fuelling the plane. KLM aims for modularity in services to make mergers, outsourcing, and computer replacement easier. (JW) Linda Terlouw, ‘Modularisation and Specification of Service-Oriented Systems’, PhDsupervisor: Prof. Jan Dietz, 5 July 2011, 15:00, Science Centre

halfway

Evolution on a chip Name: Felix Hol (27) Nationality: Dutch Supervisors: Dr Juan Keymer and Professor Cees Dekker (faculty of Applied Sciences, department Bionanoscience) Subject: Evolution of bacteria in on-chip ecosystems Thesis defense: In two years “Most experiments to study the evolution of bacteria and their population dynamics are performed with well-stirred test tubes. Bacteria from different populations are put in there and mixed to shambles. Ultimately, always one population takes over the complete tube; the others are exterminated. Such situations are not at all true to nature. If you look in the soil or in your intestines you’ll see that the natural habitat of bacteria is very structured with lots of cavities. If you want to understand how it is possible that different populations coexist in nature, then you need to mimic the living conditions of the bacteria. That’s what we do in our laboFelix Hol: “I want to understand how different ratory. We work like urban populations can coexist in nature.” (Photo: Tomas planners. Our default ecosysvan Dijk) tems consist of a series of 85 microscopic chambers linked to one another by a small channel. In such an ecosystem on a chip I study the competition between three E. coli strains. One of these bacterial strains produces antibiotics that kill the bacteria from the so-called sensitive strain. The third strain is the resistant strain; it doesn’t produce antibiotics but it can’t be killed by them either. Put these three together and you have a version of the rock-paper-scissors game in which each strain can defeat one of the others. The sensitive one is vulnerable when exposed to the virulent strain, but it too has an advantage. In absence of antibiotics, it grows faster than the non-sensitive strain, since it doesn’t invest energy in protection measures. During my experiments I use a microscope to take a picture of the chambers every ten minutes, in order to visualize the population dynamics. Here in this video you can see very cool patterns of the three strains chasing each other. We also want to study evolution. You know that famous experiment done by the American microbiologist, Richard Lenski, who grew 40,000 generations of E.coli? This experiment showed sequential evolution. In sequential evolution, one population is replaced by the next, which, due to a mutation, is better adapted. Our hypothesis however is that with spatially segregated coexisting populations, evolution will go much faster. To become very fit, as a bacterium, you sometimes need several mutations, which means that you might first have to go through a low to become fitter in the end. In a flask or test-tube, this isn’t possible, since that bacterium would be wiped out immediately. In our on-chip ecosystems however different subpopulations of bacteria can simultaneously explore different evolutionary paths.”


DELTA. 21 30-06-2011

international students

06

Summer fun in NL For international students staying in the Netherlands during the summer holiday, fear not, because there’s more to see here than just windmills and wooden shoes. Every weekend this summer there is a fun festival somewhere near you. AAFKE VAN DEN BERG Westerpop is a great, smoky pop festival in Delft that takes place on August 26-27. The festival is held in an area behind Delft Central Station, near the bus stop. Just follow your ears to find it. The famous Dutch band ‘Go Back to the Zoo’ will perform at Westerpop this year, but there are also plenty of other rock, indie and metal music bands on the programme, and the entrance fee is zero! Go to the website to check the complete programme. A much different festival of world renowned is the annual North Sea Jazz Festival held in Rotterdam. Some of the artists playing this year include: blues legend BB king, Tom Jones, king of the night Prince and many more top

jazz artists. However, you need to pay a high price for seeing such stars: 89 euros per day. The festival runs from July 8 to 10. Somewhere else in Rotterdam, on Lloyd Multiplein square, a huge screen will be raised. Here a movie is shown every evening from August 17 to the 28th. Visit the website to see this year’s programme, but if you plan to go, don’t forget to take your own chair, couch or pillow! Otherwise you’ll have to sit on the ground. Renting a chair for 1 or

If you do join, you should be able to use your brakes, because the route is not entirely flat. 2 euros is also an option. From August 5 to 15, Amsterdam also shows movies in the open air. Those interested in theatre can go to the Parade, a travelling theatre festival. The Parade is a collection of colourful tents in which a wide variety of shows are performed. There are theatre and dance performances, and every evening there’s live music (sometimes with songs on request). From June 16 to August 21, the Parade travels throughout the Netherlands. Before 16:00 the entrance is free, and

the bike of ... after that visiting a show costs a few euros. And if you go, you should definitely ride on the merry-go-round. On every Wednesday between July 13 and August 10 there is the Wednesday Night Skate in Rotterdam. Each year thousands of skaters come to Binnenrotte square. Starting at 20:30, all these people start a skating tour – about 15km long - through the city. Among the crowd are cars with DJs playing on top. If you do join, you should be able to use your brakes, or at least take someone with you who can, because the route is not entirely flat. After the tour there’s a skate disco at the starting point. The last must-see event is a romantic one. Imagine fire-lit skies above the sea. At Scheveningen Beach there will be huge firework shows on August 12, 13, 19 and 20. The show itself starts at a 21:45. Two hours before the show there will also be a programme of activities, which will be announced on the website. Enjoy your holiday!

www.westerpop.nl www.northseajazz.com/nl www.pleinbioscooprotterdam.nl www.plukdenacht.nl www.deparade.nl wednesdaynightskate.nl www.vuurwerkscheveningen.nl

(Photo/text: Bernat Goñi Ros)

Name: Valerie Saavedra Lux (MSc Architecture, from Bolivia) Brand: Unknown Price: €90 Striking feature: Very reliable and easy to recognize “One of the things I like the most about the Netherlands is that almost everyone uses a bike to go from one place to another. Cycling is a very healthy and sustainable means of personal transportation, which is being promoted in many other countries. It’s also much more relaxing than taking a bus or train – unless it rains cats and dogs! I got my bicycle very soon after arriving to Delft, since I realized it was an indispensable item for living here. I purchased my bicycle in Brik-Fit. Brik-Fit is not a normal bicycle shop, but rather a workshop that gives mentally disabled people the opportunity to have a job and earn money by repairing and selling bicycles. People always say my bike is a very girly bike and I guess they’re right. However, having a colored bike has a very important advantage: it’s much easier to recognize it when it’s surrounded by dozens of other bikes. I bought the bags at Hema for a very low price. Those bags made my life much easier, since now I can carry my architecture books and models without hurting my back. Another thing I like about my bicycle is that even though it’s old, it works like new. It has no gears, so it’s not too fast, but it is highly reliable. So far, it never let me down. I’ve fallen off my bike a few times, particularly on winter days when there’s ice on the road. And once I fell as a consequence of the wind! I was cycling alongside the EWI Building. I felt the wind’s pressure but didn’t think that the wind could be so strong as to make me fall. I was obviously mistaken. I stayed on the ground laughing, because I couldn’t believe what had just happened. Two Dutch people stopped to help me and I told them I was really surprised that the wind can make someone fall off a bike. They looked at me kindly, as you look at a little child, and explained to me that this isn’t rare at all in the Netherlands - especially near the EWI Building. At that particular moment, I heard the sound of a crash, and to my utter astonishment, I saw a man on the ground some ten meters behind us. He’d also been blown off his bike because of the wind.” www2.ipse.nl/ruimte/rui-brikfit

Wednesday Night Skate in Rotterdam. (Photo: no credit)

Malone

Questions remain for Duwo “In Delta 19, we saw an article by Raghuveer Ramesh exploring issues with international housing and Duwo. The article was a great start to bringing better understanding and cooperation between international students, TU Deflt and Duwo, but there are many unresolved issues raised in Ramesh’s piece. Gilbert Mul referenced one of my articles, and I’d like to thank him for reading. Delta is one of the more prominent platforms for international students to express their opinions, and I find it encouraging that someone at Duwo is paying attention. But as to Mul’s regret about my article, and his statement that I was incorrect in my assertion that Duwo charges 20 euros a month for kitchen utensils, I don’t think Mul addressed my basic concern, and he raised a new one: first, he doesn’t explain why students are charged this way. Is this to recoup the cost of the dishes? Is each student required to buy an entire new kitchen set, even though most or all of the original set is probably fine? Is the original set thrown out? Even at €5, this system makes no sense. The new problem I have after Ramesh’s article is that I

asked three different students living in the space boxes what the charge for kitchen utensils was, and they all told me 20 euros. MSc students at TU Delft are pretty sharp, so my new question is: why don’t they understand their Duwo bills? The system is obviously not very transparent. This is interesting, because Mul makes a major point of stressing how transparent Duwo is, but how transparent could it be if there is so much dissatisfaction with the agency, and if an article like Ramesh’s is necessary in the first place? I don’t just think TU students are sharp, I also think they’re reasonable, and if a charge is reasonable and is explained as reasonable, I think we will accept that. But kitchen utensils aren’t my only problem with what Duwo is saying in Ramesh’s article. Mul seems to claim that the 150 euros monthly energy charge is just to cover costs – but how come I pay half that amount in my Dutch Duwo student house? Also, how disorganized is Duwo that they can’t manage a system to charge students the actual amount that they use? In my Woonpunt building they managed it: when I left, they read my

meter, made a calculation, and charged me accordingly. It’s not rocket science. Another thing: why do students pay 50 euros to extend their contract? If anything, shouldn’t there be fewer costs involved by having a student stay rather than signing up a new one? Shouldn’t students get a rent discount for staying? As to the 150 euros contract-start fee, I would again reference my Dutch Duwo room: no 150 euros fee, I can leave any time with 30 days notice, and I can sublet my room. Why this disparity between Dutch Duwo and international Duwo residences? I welcome the dialogue that has begun between students, Duwo, and the TU, but we’re just at the beginning of this process. Duwo claims transparency, but obviously it’s not there yet. We have a long ways to go.” Devin Malone, a second-year MSc student of industrial ecology, is from Anchorage, Alaska.


DELTA. 21 30-06-2011

international students

07

The good, bad and ugly

news in brief Capacity problems The Student Council is worried about capacity problems in Master’s degree programmers and on Master’s tracks, due to an increasing number of students. The faculty of Aerospace Engineering (AE) recently considered limiting the inflow of students for the Master’s track ‘flight performance and propulsion’ and for two profiles within the Master’s track - control and operations. The Student Council writes in a letter to TU Delft’s Executive Board that in June, AE decided to select students by drawing lots. Irma Croese, of Education & Student Affairs, says however that the faculty will not draw lots. It is not allowed. How AE will limit the inflow of student is yet to be decided.

Fellowship TU Delft wants to spend millions of euros on the Delft Fellowship, a tenure track for 20 talented female scientists. The intention is to place ten talented female scientists in 2012 and another ten in 2014. Following a positive evaluation at the end of a maximum of five years, these fellows will be awarded tenure. Candidates must be ambitious and creative and work in fields that are linked to the research areas represented at TU Delft. Among other things, they must also have published in first rate international scientific journals. Dependent on the candidates’ degree of experience, the starting position for the fellowship can be at the assistant, associate of full professor level. Apart from an annual salary, they will receive a start-up grant of 100,000, 200,000 or 300,000. (Cartoon: Elise Talgorn)

All good things must come to and end, as they say, and hence it’s time for graduating international students to look back nostalgically on their TU careers. So what were the best and worst things about their Delft years? ANKUR SHARMA Being one of the best universities in Europe, Delft University of Technology attracts thousands of students from all around the world – and the numbers of new international students keeps increasing each year. Many factors attract these students to Delft, apart from quests for scientific and technological knowledge, and, as these students bring along with them a wide variety of different cultures, languages and experiences, they also arrive here with varied expectations. Juan Leonardo Del Viejo, a soon to graduate student of sustainable energy, admits to being quite impressed with the educational standards at TU Delft, which shaped his choice to come to the Netherlands from Spain. “The best things I liked about my two years in Delft are the quality of education, the amazing people I met and the small power distance with professors,” he says. MSc student, Sheng Li, who will soon graduate from EEMCS, was also quite impressed with TU Delft’s reputation in the Netherlands and Europe. And similar thoughts are shared by Chinese student, Danqi Liu, who will graduate this summer from the TPM faculty: “The best thing about TU Delft was the amount of supervision I got from my teachers on my thesis”. It is precisely this quality of education available here that brings so many clever and interesting people to Delft. For Indian student, Arvind Jayshankar, who will graduate this year from 3mE faculty, it’s the people here that made his two years so special: “My best experience at TU Delft was shaped by the huge variety of people I got to meet from all around the world”. For the Indian student, Anurag Bajpai, who recently graduated from the EEMCS faculty, it was the general atmosphere at the university that made him satis-

Wastewater fied with his initial choice to study here. A thought succinctly shared by Iranian TPM student Maryam Halimi: “Overall, I liked the university”.

Empty But just as every coin has two sides, this story is not quite over yet, as life in Delft for international students also had unpleasant sides. Del Viejo, for example, is admittedly quite a social person, and sometimes he did not find reciprocity in Delft. “Many Dutch people like staying indoors, and then the city feels empty”. Li moreover was not very happy with the paucity of female students around campus: “I hated the lack of girls at EEMCS”. While Del Viejo bemoaned the lack of people out and about in the city, Halimi had tough times finding a house to stay in when she first arrived here: “The worst thing was the first month of my life at TU Delft, which was like a nightmare because of no accommodation, due to the fact that on the one hand we were regarded as a family, and the incomplete information about how to use the blackboard on the other.” As it was for Halimi, finding the right accommodation seemed to be a major problem and concern for many internationals during their stays. Or, as

'My best experience at TU Delft was shaped by the huge variety of people I got to meet from all around the world' Jayshankar describes it somewhat snidely: “Worst thing about TU - Duwo”. In a similar vein, while the International Office strives to make every student’s life better, not everyone, like Liu, seems to agree. “The most disappointing thing I came across was from the International Office. They tend to accommodate every student in the same way, and if something goes a bit irregular, they want to change the way you are instead of adjust the way they work in order to make things right for students”. Li is similarly critical of the university’s administrative set up: “I dislike the way that TU Delft is unconnected internally, in terms of people, departments and knowledge.” This disconnection could be also seen in the

responses of some other students, like Bajpai: “I think the curriculum could have been improved.”

App All things considered, however, most students interviewed for this article seemed to have a positive spirit about overall student life at TU Delft. And now as this graduating batch of students gives way to new ones, the university also seems to be improving their efforts to help the new students ‘find their way’ around. A quick scan of the campus reveals the addition of new signboards, which are meant to improve ones navigation on campus. The current students, however, had varied opinions about this, especially based on their past experiences. Del Viejo was not happy with the nomenclature of buildings: “The codes of the buildings are really strange and confusing - TNW, TBM, CTI, CIT…. During my first weeks here it was hard to find my way, as it also is for people visiting TU Delft just for conferences. I’d get rid of these initials and just call the buildings, Applied Science, Aerospace, etc.” But not everyone shares the same view. Liu likes the new signboards. “I think they make a lot of sense,” she says. “It’s easy to find places on campus now.” That surely was TU Delft’s intention in putting up new signs, but still, a signboard like the one on the Rotterdamseweg that simply says, ‘All other buildings’, amused many international students, as there are close to one hundred ‘other buildings’ on campus. Bajpai moreover wasn’t impressed with the signs’ aesthetic: “They could’ve chosen a better design and colors”. Meanwhile, one high-tech minded student even suggested that the university develop a smart-phone app to help new student navigate their way around campus. But for now, it’s ‘ring out the Old, ring in the New’, as the TU Delft story continues. The departing batch of internationals will now strive to make the best use of their acquired knowledge and skills. Wherever they go and whatever they do, these years spent in Delft will mark a very important journey in their lives. Delft will stay here, but TU Delft will travel all over the world with these graduates. Or as Bajpai puts it: “I am now a ‘TU Delft Ambassador’ - for life!”

The Dutch town of Epe is the site of the international debut of a new wastewater treatment technology, called Nereda. Developed by the TU and engineering firm DHV, Nereda technology, which is based on the use of aerobic granular biomass, only needs a quarter of the surface and 75 percent of the energy compared with current standard wastewater treatment technologies.

Numereus fixus The faculty of Mechanical, Maritime and Materials Engineering (3mE) is considering a numerus fixus system for the Bachelor’s mechanical engineering. Not because of high numbers of first-year students, but rather because of the quality of their knowledge. Last year, one out of three first-year, mechanical engineering students received a negative binding recommendation on continuing their studies (bsa). One out of ten students dropped out.

Binding recommendation Despite severe resistance against the increase of binding recommendation for continuation of studies (BSA) up to 45 ETCS, the Student Council has advised positively on measures for long-term studying. The students did so after Paul Rullmann, a member of TU Delft’s Executive Board, committed himself to a number of agreements. For example, there will be extra money for study support, information on the BSA-increase, and an evaluation after four years. Rullmann also assured the Student Council that the BSA will not be increased to 60 ECTS if government policy is tightened or if TU Delft decides to merge with Erasmus University Rotterdam. This university already has a BSA of 60 ECTS for some studies.

Rising permits prices To the great disappointment of universities, polytechnics and students, the Dutch minister of Immigration will raise the fees of scientists, researchers and students from non-EU countries who want to come to the Netherlands to study and work. The new fees the minister is implementing pertain to entry visas and residence permits, and these new fees will come into effect as of 1 July 2011. The cost of entry visas and residence permits will be raised from 438.00 euros to 600.00 euros. To extend a permit after one year no longer costs 52.00 euros, but rather 150 euros. For researchers, the fees will rise from 338.00 euros to 650.00 euros for visas and permits.

Lelieveldt Professor Boudewijn Lelieveldt received a Medical Delta appointment in biomedical imaging, both in Delft (faculty of Electrical Engineering, Mathematics and Computer Sciences) and at the Leiden Academic Medical Centre LUMC. How does he plan to bridge the cultural gap between doctors and engineers?

(Foto: Sam Rentmeester/FMAX)


DELTA. 21 30-06-2011

lifestyle

08

Nooit meer vergeten

sport

Internet, tablets and smartphones bieden overal en altijd toegang tot informatie voor vermaak, contacten en werk. Waar moet dat heen? Jos Wassink Het lijkt misschien vanzelfsprekend, maar het gemak en de hoeveelheid informatie die de moderne mens onder haar vingertoppen heeft is uniek in de geschiedenis. Twee recente boeken diepen de informatiemaatschappij verder uit. De een, James Gleicks’ ‘The Information’, laat zien hoe het zover gekomen is. Het andere boek, ‘Total Recall’ van Gordon Bell en Jim Gemmell, verkent hoe het verder gaat. Lezend in Gleicks ‘The Information’ besefte ik dat communicatie kennelijk een diepmenselijke behoefte is. De moeite die mensen hebben gedaan om tot een eenduidige spelling te komen (taal was primair gesproken), de ingenieuze seinsystemen waarvan de resten nog in heel Frankrijk te zien zijn, maar ook de ingewikkelde logica van de tamtam. Het laat zien dat mensen vanaf de vroegste historie bezig zijn met het verzenden en het opslaan van informatie. Dat klinkt saai, maar de oplossingen die ervoor verzonnen zijn, zijn dat allerminst. In zo’n historische wetenschappelijk exposé is Gleick (onder meer bekend van ‘Chaos’ en ‘Genius’) op zijn allerbest. Alle bekende namen uit de informaticageschiedenis komen langs: Charles Babbage, Alan Turing, Von Neumann, Claude Shannon en meer. Steeds intensiever raken elektrotechniek en wiskunde vervlochten in de informa-

tietheorie. Later raken ook de genetica en de fysica betrokken bij de wilde dans waarin letterlijk alles om bits en informatie draait. Waar het boek tekortschiet, is in de uitleg wat de alom aanwezige informatiesystemen nu voor in het dagelijks leven betekenen. Kijk eens om je

Waarom? Omdat het kan en omdat je nooit weet wat je vergeet heen in de trein en je ziet driekwart van de mensen met hun vingers over een schermpje aaien. Welkom in 2011. Gleick stopt zijn verhaal bij de opkomst van Wikipedia en Google, maar dat is pas het begin. Computerpionier Gordon Bell neemt het stokje over in zijn boek ‘Total Recall’ waarin hij betoogt dat niets meer hetzelfde zal zijn in een wereld waar informatie (lees: foto’s, clips, notities, agenda, adressen, röntgenfoto’s kortom alles) zo makkelijk overal

is op te roepen. Niets raakt meer kwijt zolang je de discipline hebt om je post te scannen en ergens in the cloud op te slaan. Het programma Evernote geeft een aardig voorproefje van wat Bell bedoelt. Nu gaat Bell wel ver met een camera om zijn nek en een gpstracker in zijn achterzak. Hij wil letterlijk zijn hele leven vastleggen in zijn project MyLifeBits bij Microsoft. Waarom? Omdat het kan en omdat je nooit weet wat je vergeet. Misschien is Bell extra gemotiveerd vanwege zijn gezondheidsproblemen en zijn gevorderde leeftijd. Zo extreem als hij maken niet veel mensen het, maar de computer als extern geheugen is voor veel mensen onmisbaar geworden. Ja, ook voor mij.

James Gleick, ‘The information. A history, a Theory, a Flood’, Fourth Estate, London, 2011, 527 blz, € 19

Gordon Bell and Jim Gemmell, ‘Total Recall, How the e-memory will change everything’, Penguin, London, € 25

Binnenkijken

In Museum Het Prinsenhof start op 1 juli een expositie van foto’s van interieurs aan de spoorlijn. De bewoners zien dagelijks 350 treinen vlak voor hun ramen voorbij rijden. Voordat de trein voorgoed onder de grond verdwijnt, heeft De Jong vijfentachtig interieurs vastgelegd. Met de voorbij razende trein op de achtergrond. De foto’s zijn allemaal samengesteld uit tientallen opnames. (Foto: Coen de Jong)

time out

Festival in eigen tuin Als de TU een Zomerfestival kan neerzetten, IO een IO-Festival, Bouwkunde een BK Beats en Wolbodo een Wolpop, dan kan corpsdiscotheek Lorre dat natuurlijk ook. En succesvol, dat bleek vorig jaar wel. Dus staat komende vrijdag de tweede editie van het Lorre Festival op het terrein van

'Het is zéker geen corpsfeestje en toegankelijk voor iedereen' Lijm & Cultuur. Nog vóór april begonnen de Lorremedewerkers met de voorbereidingen, want groot is het wel. “We verwachten minimaal achthonderd bezoekers”, zegt Syward van Wijnbergen, vicepresident van de studentendiscotheek, “en maximaal duizend. Daarvan is zeker driekwart student aan de TU, maar we hebben het festival door heel Neder-

Even leek het erop dat het uit vier TU-studenten bestaande estafetteteam van d’Elft/Wave écht geschiedenis had geschreven. Volgens de berichtgeving op NOS Teletekst had de Delftse zwemploeg zilver gewonnen op de viermaal 50 meter vrije slag op het NK sprint in Emmen. In werkelijkheid viel hen een achtste plaats ten deel. Volgens Victor den Heijer “een prestatie waar we normaal gesproken alleen van kunnen dromen”. Na een voorzichtige start van de licht geblesseerde Mo Liems, zwommen Den Heijer, Jasper Barsingerhorn en Maarten van der Beek naar een gezamenlijke tijd van 1:38.03. Voor het eerst sinds 1999 eindigde hierdoor een Delfts studententeam in de nationale toptien van een nationaal (niet studenten-) kampioenschap. Een ander prestigieus evenement van afgelopen weekend, niet in maar op het water, waren de roeiwedstrijden op de Bosbaan om de Koninklijke Holland Beker. Een belangrijk ijkpunt voor de (top)roeiers die in aanmerking komen voor de verschillende wereldbekerwedstrijden en WK’s. De Holland Acht, met krachtroeier Olivier Siegelaar (Laga) op slag won goud. De nationale 4-, met zijn clubgenoot Meindert Klem aan boord, finishte met minimaal verschil voor runner-up Canada. Ook de 4M+, met Maarten van Blokland (Proteus) en de Lagaaiers Daan Heskes en stuurman Ryan den Drijver, sloot haar race over twee kilometer winnend af. Klem en Siegelaar maken op 8 juli tijdens de wereldbekerwedstrijd in Luzern deel uit van de Nederlandse equipe. Heskes en Van Blokland starten op het WK onder 23, eind juli in Amsterdam. De nationale damesacht kwam zowel zaterdag als zondag in actie. In beide races bleven de Nederlandse vrouwen, met Sytske de Groot en Chantal Achterberg van Proteus, runner-up Canada met zo’n vier seconden verschil voor. Ook een andere zware opponent, Groot-Brittannië, hielden zij achter zich. Een derde vrouw van Proteus uit de ruime selectie van de bondsacht, Ellen Hogerwerf, is niet geselecteerd voor Luzern. Wel start zij op het WK onder 23, in een twee-zonder. Proteeër Arnoud Greidanus kreeg te horen dat hij in Luzern in de lichte M4- mag roeien, samen met clubgenoot en vroegere roeipartner Roeland Lievens. Afgelopen weekend ging Greidanus in een lichte twee samen met Joeri Bruschinski (Vidar, Tilburg) over de baan. Hoewel de mannen nog maar twee weken samen roeien, bleken zij zich goed te kunnen meten met de internationale top. Ze eindigden op slechts 0.22 seconden van de Canadese LM2-. (JT)

Tips? Jimmy.tigges@hetnet.nl

www.prinsenhof-delft.nl

Zo van de collegezaal het festivalterrein op. Soms kan het studentenleven gewoon niet beter. Het Lorre Festival, op vrijdag 1 juli, staat praktisch óp de campus.

Zaalvoetbalclub FC Tutor sloot het seizoen vrijdag definitief af met de laatste speelronde van de interne competitie. Beeld uit de wedstrijd tussen Heren 4 en Heren 5. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

land gepromoot”, lacht hij. “We willen zoveel mogelijk studenten trekken uit zoveel mogelijk steden, van zoveel mogelijk verschillende verenigingen.” Waarmee hij maar wil zeggen dat het zéker geen corpsfeestje is en toegankelijk voor iedereen. “Ook burgers mogen komen. Lorre kom je dan misschien alleen binnen met je studentenkaart, de enige toegangseis op het festival is dat je achttien jaar of ouder bent.” En wat kan dat gemêleerde publiek dan allemaal verwachten? In elk geval een dansbare line-up, met dj’s Pez, huis-dj Edward Roombah, Tom Ruijg, Tom Trago, Arjuna Schiks en Secret Cinema. Maar vooral ook héél veel vakantiesfeer, want het festival is bedoeld om het einde van het collegejaar en het begin van de vakantie te vieren. Geen betere manier dan deze. Moge de toon voor de volgende vrije zes weken maar gezet zijn. (JH)

Lorre Festival, op vrijdag 1 juli van 14.00 tot 23.30 bij Lijm & Cultuur. Toegang: € 15 in de voorverkoop, € 20 aan de deur. www.lorre.nl/festival

Stephan


DELTA. 21 30-06-2011

lifestyle

09

Zelf gemaakt

apps

In een stad die voor een groot deel draait om ontwerpstudenten, is het opmerkelijk dat er nog geen groot designfestival bestaat. Dat vond cultuurpodium Ciccionina nou ook. Komend weekend is daarom het eerste, tweedaagse Gemaakt Festival in en om de Kromstraat een feit. Jorinde Hanse Natuurlijk, posters genoeg in de hal van Industrieel Ontwerpen. Allemaal design van afstudeerders en bachelors. Een hal vol bijzondere maquettes bij Bouwkunde. Maar ze vallen in het niet bij een knallend Lorre-muziekfestival, praktisch op dezelfde campus. Laat staan dat iemand van ‘buiten’ al die designs waar de TU van uitpuilt ooit te zien krijgt. Jammer, vindt Nina Voets van Ciccionina, maar alles behalve reden om bij de pakken neer te zitten: voor alles is tenslotte een eerste keer. “Ciccionina is altijd bezig op het raakvlak tussen muziek, kunst en design. Bovendien vinden wij het belangrijk om studenten te betrekken bij wat er in de stad gebeurt. Dat lukt goed met muziek, maar het is natuurlijk óók leuk om te laten zien waar studenten en alumni zelf mee bezig zijn; wat ze zelf ontwerpen. Zo kwamen we op het idee voor het Gemaakt Festival. Er zijn al wel ontwerpfestivals – Dutch Design in

Kinetic Vision, een bedrijf van twee L&Rstudenten, laat bezoekers experimenteren met augmented reality. (Illustratie: Kinetic Vision)

Een gekleurde lamp van Ledwork, ook een TU-project. De lampen kunnen op elkaar reageren en kleuren doorgeven. (Foto: Ledwork)

Eindhoven is bijvoorbeeld heel groot. Maar in deze regio gebeurt er weinig, zeker met een tentoonstellingskarakter. Daar wil ons festival zich op richten. Wat komt allemaal kijken bij het maken van een ontwerp?” De exposanten op het festival zijn bijna allemaal afgestudeerden met een eigen bedrijfje. “Pioniers”, vol-

Het Gemaakt Festival is een ontdekkingstocht langs nieuwe ontwerpen én onbekende plekken gens Voets, “die bewust niet voor een ontwerpbureau kiezen. We willen aanstormend talent laten zien; nieuwe projecten met een interactief element die nog niet bekend zijn bij het grote publiek.” Daaronder ook de Footnote van industrieel ontwerpers Alexander Ettema en Joeri Lambert, een hulpmiddel voor muzikanten om op een gemakkelijke manier van andere muzikanten te leren. Helemaal zonder bladmuziek. Eigenlijk is het ontwerp niets meer dan een matje met een play-, pauze-, doorspoel- en terugdraaiknop, dat met de voeten bediend kan worden terwijl je speelt. Kinetic Vision, een bedrijf van twee luchtvaart- en ruimtevaarttechniek-

studenten, laat bezoekers experimenteren met augmented reality. Eerder lieten ze Delftse toeristen al met hun smartphone door de stad wandelen, om op die manier meer te leren over de geschiedenis van de gebouwen. Verder is studentenplatform Bluedot, opgericht om studenten te helpen hun producten klaar te maken voor de markt, aanwezig om het ontwerpproces te laten zien van twee ontwerpen. Ook leuk: de wereldverbeterende projecten Durke’s handcrafted Longboards (95% biologisch afbreekbare skateboards van bamboe) en Call for help (kartonnen, recyclebare iPhone-hoesjes, ten behoeve van Het Rode Kruis en de tsunami in Japan). Spannend, maar hoe indrukwekkend is dit voor niet-TU’ers? “Heel erg”, denkt Voets. “Het Gemaakt Festival is leuk voor iedereen, zelfs voor kinderen. In Ciccionina is bijvoorbeeld een workshop op basis van een You Tube-filmpje, waar je leert hoe je van een melkpak een recyclebaar portemonneetje kunt maken. En buiten, in de Kromstraat, staat een Battle Machine; een soort flipperkast waarmee je strijdt wie de mooiste muziek kan maken. Verder is er overal eten en muziek op straat: een echte festivalsfeer.” Bijzonder is dat veel ontwerpen te zien zijn in ongebruikelijke ruimtes. De binnen- en buitenruimtes van voormalig bakkerij Bierhuizen, bijvoorbeeld. “Daarbij ligt een loods met een prachtige lichtinval”, weet Voets. De sigarenfabriek aan de Brabantse Turfmarkt die al bijna dertig jaar leeg staat, is een al even adembenemende plek voor exposities en lezingen. Verrassend. Voets: “Zo zie je op het festival niet alleen dingen die je nog nooit gezien hebt, maar kom je ook op plekken waar je nooit geweest bent.”

Gemaakt Festival, zaterdag 2 juli van 14.00 tot 23.00 uur in en om de Kromstraat (afterparty in Ciccionina vanaf 00.00 uur) en op zondag 3 juli van 14.00 tot 18.00 uur. www.ciccionina.nl

Van uitstel komt afstel Stel nooit iets uit tot morgen, als je het ook tot overmorgen kan uitstellen. De meeste studenten krijgen er wel mee te maken: procrastinatie ofwel uitstelgedrag. Het wordt dan ook niet voor niets het studentensyndroom genoemd. Om dit gedrag het hoofd te bieden is de Pomodoro-techniek bedacht. Je zet een kookwekker op 25 minuten en gaat vervolgens geconcentreerd aan de slag. Als de wekker afloopt, neem je vijf minuten pauze. Hierna begin je weer opnieuw. De Pomodroido app is een geavanceerde kookwekker. Hij houdt bij hoeveel intervallen je hebt gedaan per week en per dag. Ook kun je op basis van het totale aantal intervallen een bepaald niveau bereiken. Zo zit er zelfs nog een sportief elementje aan deze intervaltraining. Net als een echte kookwekker tikt hij, als je dat wilt, netjes door tijdens het werk. Ook kun je instellen dat de klok zichtbaar blijft op het scherm. Heb je zitten ‘soggen’ tijdens een interval? Dan verklaar je het interval ongeldig en ga je weer aan de slag. Als klap op de vuurpijl geeft de app handige tips. Deze adviezen variëren van motivationals tot suggesties over

de besteding van je pauzes. Er is ook een Pro versie die integratie met Tasker geeft. Met Tasker kun je tijdens de intervallen je telefoon op slot doen zodat hij niet stiekem alle tijd opsnoept. Helaas is niet zichtbaar aan welke taak je gewerkt hebt tijdens een interval. Om dit bij te houden kun je Time Recording gebruiken. Deze app werkt als een ouderwetse prikklok. Inchecken bij de start en uitchecken op het eind. Om goed overzicht te krijgen kunnen taken in categorieën gezet worden. Daarnaast krijg je met een druk op de knop een rapport over de dag, week of maand. Door doelen in te stellen controleer je eenvoudig of je nu eigenlijk wel zo veel doet als je denkt. De app ondersteunt het exporteren van de tijden naar het gangbare .csv formaat. Een functie die ook handig is voor freelancers. Een categorie per werkgever en aan het eind van de week kopieer je de uren zo in de facturen. Studentensyndroom en kookwekker, urenregistratie en prikklok, de problemen en oplossingen zijn al jaren dezelfde. Alleen geeft de smartphone er een aantrekkelijk fris jasje aan. (JeP)

Time recording Leuk ***** Handig ***** Bediening ***** Prijs gratis of € 2,35 voor de Pro versie Platform Android

Pomodroido Leuk ***** Handig ***** Bediening ***** Prijs gratis of € 1,49 voor de Pro versie Platform Android

Link: market.android.com

Link: market.android.com

sportgek

Dennis Hamer (korfbal, en nog veel meer) Dennis Hamer (20) moet zijn teveel aan energie kwijt. “Ik heb geen ADHD, maar heb wel veel moeite met stilzitten, ik móet bewegen. Op een stoel kan ik ook niet stilzitten. Dan zit ik met mijn voeten te tikken of met een bal te spelen. Tijdens het sporten voel ik de adrenaline omhoog schieten. Dat gevoel, daar houd ik van.” Met zijn atletische bouw lijkt de kleine, lichtvoetige student technische natuurkunde geknipt voor sportieve activiteiten. “Toch deed ik niet veel aan sport, toen ik nog erg jong was, maar nu sport ik minstens tien uur per week. Sowieso twee maal twee uur korfbaltraining en vaak nog een wedstrijd in het weekend. Bij trainingen ben ik ruim tevoren aanwezig om met een groepje de palen neer te zetten en alvast wat te gaan inschieten. Verder loop ik hard, zit ik vaak in de fitnesszaal, doe ik aan klimmen en ga ik met vrienden voetballen of basketballen als dat zo uitkomt. Lekker bezig zijn. Als ik geld heb ga ik ook wel eens skiën in Snowworld in Zoetermeer.” Pas op de middelbare school leerde hij via vrienden en de gymles diverse sporten kennen. Op zijn dertiende meldde hij zich aan

bij de lokale korfbalclub in Oud-Beijerland. Die sport kende hij van een schooltoernooi uit zijn basisschooltijd. Hij kon er zijn sprintkwaliteiten, sprongkracht en spelinzicht goed in kwijt. In Delft werd hij lid van Paal Centraal, waar hij in het tweede speelt. Het ontbreekt hem naar eigen zeggen aan voldoende schotvermogen om in het eerste te staan. “Ik zou best in PC 1 willen spelen, maar ben zeer

‘Als ik maar lekker kan meeballen vind ik het goed'

Dennis Hamer: ‘Tijdens het sporten voel ik de adrenaline omhoog schieten. Dat gevoel, daar houd ik van.” (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

tevreden met mijn plek in het tweede. Als ik maar lekker kan meeballen vind ik het goed.” Zijn voedingspatroon lijkt niet afgestemd op een sportief leven. “Ik leef absoluut niet gezond, eet veel vette hap. Daarbuiten eet ik toch ook wel veel koolhydraten en als ik zin heb eet ik zo een half brood op.” Hij is fanatiek op de juiste momenten. “Tijdens een studententoernooi sta ik te dollen op het veld. Die gaan meestal nergens om. Maar

bij competitiewedstrijden geef ik alles.” Zijn hoogtepunt was het winnen van een internationaal toernooi, vorig jaar in het Schotse Edinburgh, met een team van Paal Centraal, volgens Hamer de leukste club van Nederland. “Het zijn echte feestbeesten, terwijl ze met sporten toch heel fanatiek kunnen zijn. Borrels van Paal Centraal zijn een stuk leuker dan bij studentenverenigingen. De club is een heel goede combinatie van studie- en sportvereniging, dat trekt mij heel erg aan.” Onomwonden erkent hij dat de balans momenteel meer doorslaat naar de sport dan naar de studie. “Ik zou echt niet weten wat ik zou moeten doen als ik niet meer zou sporten.” (JT) Dit is de laatste sportgek.


DELTA. 21 30-06-2011

interview

10


DELTA. 21 30-06-2011

interview

11

‘Dat gaat heel krachtig worden’ Prof.dr.ir. Boudewijn Lelieveldt kreeg met ingang van 1 maart een dubbelaanstelling aan de TU en aan het LUMC. “Een medical-delta-achtige constructie” noemt hij dat. Hoe gaat Lelieveldt bruggen slaan tussen ingenieurs en medici? JOS WASSINK Naast uw aanstelling als hoogleraar in Delft hebt u een aanstelling in Leiden gekregen. Hoe belangrijk is die dubbelaanstelling voor u? “Die is erg belangrijk. Ik ben sinds 2006 werkzaam als universitair hoofddocent in zowel Leiden als Delft. Ik zit in een medical deltaachtige aanstelling. Dat heeft legio voordelen. Vanuit het ziekenhuis willen we technische studenten interesseren om in het LUMC afstudeerwerk te doen. Vanuit de andere kant is het ook nuttig omdat goed technisch-geneeskundig onderzoek geworteld moet zijn in een klinische praktijkomgeving.” U loopt in twee verschillende culturen rond. Kunt u de verschillen schetsen in de benadering van een medicus en een ingenieur? “Dat is lastig te zeggen. De ingenieur pakt een probleem en gaat er een mooie oplossing voor zoeken. Het is belangrijk dat te blijven doen in contact met de medicus en de eindgebruiker. Anders kom je met mooie oplossingen waar grof gezegd ‘niemand op zit te wachten’. Aan de andere kant ziet een medicus ook vaak niet dat er achter een knopje op de scanner een heel traject van technisch onderzoek en ontwikkeling schuilgaat. Aan twee kanten is het belangrijk om een bewustzijn te hebben van elkaars verdiensten, en een erkenning dat het anders werkt.” Wat werkt anders? “Klinisch onderzoek werkt anders dan technisch onderzoek. Klinisch onderzoek is vaak gerelateerd aan hypotheses die uit de levenswetenschappen komen. Dan ga je daar patiënten bij verzamelen om aan te tonen dat het inderdaad zo is dat groep A een hogere factor X heeft dan groep B.” En dan moet je een heleboel patiënten hebben om er statistiek op los te laten? “Precies, en dan kun je op basis daarvan de hypothese toetsen. Bij ons laboratorium is het toch vaak de ingenieurswetenschap: je hebt een probleem dat nog nooit iemand heeft opgelost, hoe gaan wij dat technisch vernieuwend aanpakken? Dat betekent dat een promovendus eerst twee jaar aan de tekentafel zit en iets aan het ontwikkelen is en pas de laatste twee jaar daarover kan gaan publiceren. Gaat een medisch artikel sneller? “Niet altijd. Maar als de patiëntdata er eenmaal zijn, en dat kan ook een investering van jaren zijn, kan het ineens heel snel gaan.” U pendelt tussen die werelden heen en weer, ziet nieuwe dingen en denkt: hé, misschien kan ik dat aan de andere kant gebruiken? “Ja, verbanden leggen, proberen disciplines te overbruggen, gezamenlijke aanvragen schrijven. We hebben een heel mooi project met de groep van prof.dr. Jenny Dankelmann (biomechanical engineering, 3mE, red). Dat gaat over fluorescentietechnieken bij chirurgie om kanker zichtbaar te maken tijdens een operatie. Dat project loopt samen met de afdelingen chirurgie en endocrinologie (medisch specialisme betreffende klieren en hormonen, red.) van het LUMC en andere universiteiten in Nederland. Dat heeft echt een meerwaarde omdat clinici en technici nauw samenwerken. Allerlei technieken in dat consortium worden hier vrij snel opgepikt en gebruikt in de operatiekamer.” Dat moet bevredigend werken om te zien dat technieken zo snel gebruikt worden. “Zeker. Ik noem er nu een, maar ik heb ook een paar fantastische projecten gedaan met dr.ir. Charl Botha en dr.ir. Emile Hendriks bij EWI en met prof.dr.ir. Marcel Reinders van de afdeling bioinformatica (EWI). Een heleboel verschillende dingen hebben we nu opgestart waarbij telkens onderzoekers uit Delft betrokken zijn en onderzoekers uit Leiden.” Coördineert u dat allemaal of beginnen ze elkaar spontaan te vinden? “Ze weten elkaar steeds beter te vinden. Maar het is ook afhankelijk van waar de subsidiemogelijkheden liggen en of er toevallig iemand een interessante en goed passende projectvraag heeft.” Nog even over uw achtergrond. U staat er bekend om dat u zich bezighoudt met digitale beeldbewerking en beeldherkenning. Ik zag dat u werktuigbouwkunde heeft gestudeerd, dus ik dacht: hoe sluit dat aan? “Prof.dr. Frans van der Helm was mijn afstudeerbegeleider. De studie die ik heb gedaan zou je nu biomedical engineering noemen. Ik voelde me aangetrokken tot de meer medische vakken die ze daar gaven. Je kon er het vak fysiologie volgen, medische regeltechniek en biomechanica. Voor afstudeerwerk heb ik met MRI gekeken hoe de schouder in elkaar zat. Die link tussen biomechanica en schouderplaatjes is het begin geweest.” En ook al die dataverwerking uit de scanner?

Wie is Boudewijn Lelieveldt?

Prof.dr.ir. Boudewijn Lelieveldt is sinds 1 maart hoogleraar biomedical imaging - zowel in Delft (faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica) als bij de afdeling radiologie van het LUMC. Daar is hij de opvolger van prof. dr.ir. Hans Reiber die daar eerder een bekend aanspreekpunt voor Medical Delta was. Lelieveldt studeerde werktuigbouwkunde in Delft, en kwam voor zijn promotie in Leiden terecht bij het Laboratorium voor Klinische en Experimentele Beeldverwerking (LKEB). In 2001 ontving hij van NWO een vidi-subsidie voor de verbetering van MRI-analysetechnieken voor de cardiologie. Lelieveldt heeft zich gespecialiseerd in het samenvoegen van verschillende beeldbronnen. Meestal gaat het daarbij om grote hoeveelheden data van verschillende typen medische scanners. Ook werkt hij aan de automatisering van de verwerking van de data. (Foto’s: Sam Rentmeester/FMAX)

“Ja. Ik studeerde af in 1994 en toen kwam er hier net een vacature voor een aio met vergelijkbare expertise op beeldgebied als die ik had opgedaan in Delft. Dat is eigenlijk het begin geweest. In 2001 kreeg u een vidi-beurs, waar is die aan besteed? “Aan het samenbrengen van informatie van cardiale patiëntenscans. Het was een NWO-beurs uit de medische wetenschappen. MRI werd toen gezien als een Zwitsers zakmes voor de cardiale beeldvorming. Je kunt er inderdaad van alles mee afbeelden, maar je moet nog wel die informatie op een zinvolle manier met elkaar verbinden. Ik zag dat er veel beelden verzameld werden die op een heel inefficiënte manier geanalyseerd werden. Een patiëntenscan bestaat uit wel tien deelscans, die behandeld werden alsof het losstaande dingen waren terwijl je naar hetzelfde object zit te kijken, alleen naar een ander aspect ervan. Ik heb geprobeerd om eerst die puzzelstukjes in elkaar te schuiven en pas dan de analyse en de combinatie van informatie gaan doen. Daar zijn we redelijk in geslaagd denk ik, hoewel het nog lang niet af is. We hebben er vijf jaar aan gewerkt, we werken er eigenlijk nog steeds aan en het begint nu wel ergens op te lijken.” Ik lees ook over patroonherkenning en over automatische analyse van medische beelden. Gaat de computer als radioloog optreden? “Niet als vervanger voor de radioloog, maar het gaat meer om de voorfiltering, voor het aangeven, desnoods met een pijltje, van plekken waar iets raars zou kunnen zitten. Het beste werkt overigens in computer aided diagnosis is als de arts een gebied aanwijst en de computer dan aangeeft of het normaal of abnormaal is.” Waarom werkt dat het beste? “Je biedt niet alle informatie tegelijk aan. Dat is het belangrijkste.” Je biedt alleen aan waar de arts om vraagt. “Precies. Bij CAD is men aan de voorzichtige kant, zodat de compu-

ter ‘te veel’ hypotheses formuleert bij een plaatje. Maar je wilt niet dat een arts door al die dingen heen moet scrollen om te kijken of er echt wat aan de hand is. Dat geeft een bepaalde inefficiëntie. De manier waarop zo’n CAD-systeem de informatie presenteert kan heel belangrijk zijn. Het is niet alleen dat we willen wijzen op een vlekje. Maar om kwantitatieve metingen te kunnen doen vanuit een plaatje moet je vaak de contouren hebben. Alleen bij sommige datasets gaat het om duizend contouren voordat je het volume van het hart kunt berekenen over de hartslag. Wij hebben een programma ontwikkeld waarmee de computer al die contouren vindt, waarna de arts aan de hand van een filmpje kan beoordelen of de contouren correct zijn aangebracht.” Gaat dat ook in samenwerking met de industrie, want ik kan me voorstellen dat zoiets een nuttige optie vormt op een scanner. “We zijn goede klant bij STW, dat betekent per definitie dat je een industriële partner bij de aanvraag betrekt, maar we hebben ook projecten via Economische Zaken met bedrijfsconsortia. Er is veel industriële belangstelling voor een aantal zaken die bij ons ontwikkeld worden.” Een beginnend hoogleraar stelt zich vaak heldere doelen. Wat zijn die bij u? “In zie een grote toekomst voor de combinatie van specifieke moleculaire markers en specifieke hardware om die te detecteren. Je voegt dan een stofje toe dat alleen maar aan tumorcellen hecht waardoor je ze met een camera terug kunt vinden. Dat bestaat al een tijd in onderzoekslaboratoria, maar ik zie dat het nu in de patiëntenzorg ook toe begint te nemen.” Ook in de operatiekamer? Dat het licht uitgaat en je kijkt waar de lichtgevende tumor zit? “Een van de toepassingen hier is bij borstkanker. Daarbij gaan ze op zoek naar de dichtstbijzijnde lymfeklier waarmee de tumor in verbinding staat. Nu gaat dat met een nucleair stofje dat ze in de tumor spuiten. Met een grote geigerteller luisteren ze dan tikjes om te zien of de lymfeklier ook radioactief wordt. Daar wordt dan gezocht naar de lymfeknoop. Door de nieuwe techniek met fluorescerend groen kun je de lymfeknoop gewoon zien op een infrarood camera. Dan kun je ‘m veel makkelijker verwijderen. Dat soort technieken met een probe die je kunt opmerken in de operatiekamer in combinatie met speciale hardware, ik denk dat dat heel krachtig gaat worden. En in Delft? “In Delft wil ik graag een aantal lopende onderzoeken versterken zoals de bio-informatica, visualisatie en computer vision. Heel vaak zie je daar oplossingen opduiken voor problemen in het LUMC, maar niemand weet van het bestaan. Mijn tak van onderzoek is de ontwikkeling van die soort technologieën. Ik voel me goed thuis in de Delftse groep en ik probeer met een militaire discipline vast te houden aan de ene dag in de week dat ik daar ben. De beste ideeën komen tijdens de koffie op de elfde en twaalfde verdieping en dat krijg je alleen maar als je daar met grote regelmaat komt.”


DELTA. 21 30-06-2011

reportage

12

Zuiver op karakter Waterschap Veluwe beleeft in Epe de primeur van een nieuwe generatie rioolwaterzuivering. De Nereda korrelslibtechnologie bespaart ongeveer een kwart van de energie en driekwart van de ruimte. “Over tien jaar is dit de standaard.” van onder het zand kabels op die door buizen het gebouwtje in lopen. Langs de bovenrand van de tanks loopt een dikke stalen afvoerbuis onder een loopbrug. Vanaf die hoogte is de oude installatie goed te zien. Het is er een zoals je overal in Nederland ziet: met een grote ronde nabezinktank en het luidruchtige gespetter van schoepen die lucht door het water slaan. Dat is hier straks verleden tijd, vertelt Welmer. De TU Delft en ingenieursbureau DHV ontwikkelden namelijk in samenwerking met de Nederlandse waterschappen de Nereda® korrelslibtechnologie. Het nieuwe korrelslib – de vorm van bacteriën die organisch koolstof, stikstof en fosfaat uit het afvalwater verwijderen - bezinkt zo snel dat er geen nabezinktank meer nodig is. En bij de nieuwe beluchtingtechniek blazen compressoren belletjes vanonder door de diepe tank – veel stiller en energiezuiniger dan de spetterende schoepen.

Helder Het was de favoriete demonstratie van biotechnologe dr.ir. Merle de Kreuk, destijds promovenda bij milieubiotechnoloog prof.dr.ir Mark van Loosdrecht (Technische Natuurwetenschappen). Om het verschil tussen reguliere waterzuivering en de korrelslibtechnologie te illustreren bracht ze bij presentaties graag twee gesloten cilinders met slib mee en keerde

Het zuiveringsproces draait in Epe op grote schaal in drie bassins van 9 meter hoog en 25 meter doorsnede.

Jos Wassink Projectleider André Welmer van Waterschap Veluwe heeft het er maar druk mee. Net heeft hij twee mensen van de gemeente Epe een rondleiding gegeven, nu weer een journalist. Hier op de rand van het Epese industrieterrein ademt alles de sfeer van afronding. De grote bouw met kranen en betonwagens is voorbij. Nu is het een komen

en gaan van consultants, projectmedewerkers en diverse specialisten die de kabels aansluiten, deelsystemen testen en laatste afspraken maken. Drie enorme betonnen tanks van negen meter hoog en 4.500 kubieke meter inhoud staan naast elkaar. Daarvoor staat een klein zwart gebouwtje waarin luchtcompressoren zijn ondergebracht en besturingselektronica. Vanuit diverse richtingen duiken hier

Dit apparaat zeeft het korrelslib uit het afvalwater.

Het nieuwe korrelslib bezinkt zo snel dat er geen nabezinktank meer nodig is

technologie waren helder: de nieuwe generatie waterzuivering bespaart veel ruimte (driekwart, zeggen de bouwers) en ook een kwart van de energie doordat pompen en beluchten efficiënter gebeurt, maar ook omdat het afvalwater minder heen en weer gepompt hoeft te worden. Bovendien leiden het kleinere oppervlak van de installatie en het lagere energieverbruik tot lagere kosten voor bouw en bedrijfsvoering. Of zoals Van Loosdrecht zegt: “Een innovatie moet niet alleen beter zijn, maar ook goedkoper.” Tot slot is de waterkwaliteit beter dan bij de conventionele zuivering, zo bleek uit een proef die aan de bouw in Epe vooraf ging. De technologie won de Vernufteling 2005 – de prijs van Kivi-Niria en NLingenieurs voor het meest innovatieve project van een ingenieursbureau, en daarna nog zeven onderscheidingen. Waarom duurt het dan toch twaalf jaar voordat zo’n bekroonde technologie vanuit het laboratorium in de praktijk belandt? “Dat is veel te lang”, vindt ir. Helle van der Roest, leading professional bij ingenieursbureau DHV. “Snelheid is van groot belang, meer nog dan patenten. Want je moet er vanuit gaan dat zo’n veelbelovende technologie gekopieerd wordt. Je kunt het onderzoek alleen terugverdienen zolang je de concurrentie nog voor bent.”

Korrelslib Wat is eigenlijk korrelslib? Op het oog zijn het bolletjes van enkele tienden tot een paar millimeter groot, die voor honderd procent uit bacteriën bestaan. Onder bepaalde omstandigheden, en daarin schuilt de crux, klon-

teren bacteriën spontaan tot korrels samen. “De eerste vermelding dateert al uit eind jaren zestig”, vertelt Van Loosdrecht. Professor Lettinga uit Wageningen had bacteriële slibkorrels waargenomen in de anaerobe waterzuivering bij CSM. Al snel volgde het idee dat de waterzuivering met korrelslib versneld zou kunnen worden omdat het sneller bezinkt. De technologie gebaseerd op anaeroob (zonder

‘Je kunt het onderzoek alleen terugverdienen zolang je de concurrentie nog voor bent’ beluchting) korrelslib werd in de jaren tachtig en negentig een succesvol exportproduct. De bacteriën verwijderden organische vervuiling uit het afvalwater en produceerden daar biogas bij. Maar stikstofverbindingen en fosfaten bleven achter. Ook verliep het proces minder goed bij lage temperaturen. Vandaar dat men op zoek ging naar aeroob korrelslib waarvan betere resultaten werden verwacht. “Het idee was dat anaerobe bacteriën bij uitstek geschikt zijn voor korrelslib omdat ze complexe gemeenschappen vormen om het substraat (voedingsstoffen, red.) om te zetten”, legt Van Loosdrecht uit. Zelf geloofde hij dat niet zo. Begin jaren negentig wekte hij verwondering onder biotechnologen met de ontdekking van aerobe bacteriën in korrelslibvorm. Zijn promovenda van destijds, dr.ir. Janneke de Beun, had aangetoond dat ook

die dan om. In de ene verspreidde zich een troebele laag door de hele waterkolom, terwijl in de andere korreltjes van enkele millimeters groot binnen enkele seconden door helder water naar de bodem dwarrelden. Helder verhaal. Ook de voordelen van de korrelslib-

Een buis onder het water voert het gezuiverde water af.


DELTA. 21 30-06-2011

reportage

13

Prof.dr.ir. Mark van Loosdrecht met korrelslib: “Een innovatie moet niet alleen beter zijn maar ook goedkoper.” (Foto’s: Sam Rentmeester/FMAX)

simpele snelgroeiende bacteriecultures als korrelslib konden groeien. “Je moet de selectiedruk goed leggen”, zegt hij nu. “De biologie past zich wel aan.” Die selectie bestaat er in Epe uit dat de bacteriën een cyclus doorlopen van één periode voeding onder anaerobe omstandigheden gevolgd door twee perioden beluchting. Daarna stroomt nieuw afvalwater in de tank, en stroomt het gezuiverde water door. Het wisselende regime van anaeroob voeden en aeroob groeien bevoordeelt traag groeiende bacteriën die makkelijker stabiele korrels vormen.

Stress Ingenieursbureau DHV raakte in 1999 bij de korrelslibtechnologie betrokken, na een bezoek van ir. Helle van de Roest aan het lab van Van Loosdrecht. “Helle is de trekker geweest binnen DHV”, zegt Van Loosdrecht. Voor de ontwikkeling is subsidie verkregen bij technologiestichting STW en financiële ondersteuning van kenniscentrum Stowa. Merle de Kreuk werd

‘De micro-organismen en korrels hebben elkaar keihard nodig’ aangetrokken als promovenda om de bacteriën ook stikstof- en fosfaatverbindingen te laten verwijderen. In 2007 benoemde STW haar tot Simon Stevin Gezel vanwege de brugfunctie die ze had vervuld tussen het wetenschappelijk onderzoek aan de TU en de ingenieurspraktijk bij DHV. “Merle deed dat uitzonderlijk goed”, zegt Van der Roest. “Ze heeft een belangrijk stempel gedrukt op de ontwikkeling van Nereda.” Vanaf 2005 was Nereda de handelsnaam voor de aerobe korrelslibtechnologie, afgeleid van de gelijknamige waternimf uit de Griekse mythologie.

Opschaling en onderzoek gingen hand in hand. Van der Roest mocht de biotechnologen graag ‘uitdagen’ om de procescondities aan te passen aan de praktijk waar bijvoorbeeld de pompcapaciteit beperkt is en het zuurstofgehalte nooit zo hoog kan zijn als in een laboratoriumopstelling. De overstap naar echt afvalwater in plaats van het laboratoriumbrouwsel bleek lastiger dan gedacht. In een proefopstelling van zes meter hoog en 60 centimeter diameter zou vanaf 2003 tot 2005 een Stowa-onderzoek lopen met rioolwater op de afvalwaterzuivering van Ede (niet Epe). “Het was totaal anders dan het lab”, herinnert Van de Roest zich. “We werden er soms wanhopig van omdat het korrelslib niet wilde groeien.” Toen er zich na negen maanden toch een beetje korrelslib begon te ontwikkelen, voltrok zich een ramp. Er werd tijdens een weekend een computer gestolen waardoor het proces niet langer gecontroleerd werd. Na het weekend bleek door een technische storing al het korrelslib uitgespoeld te zijn. Dat bracht DHV in een lastig parket. De schadepost evenaarde bijna de omzet, maar stoppen zou gezichtsverlies betekenen bij opdrachtgevers en waterschappen. Projectmedewerkers waren zo gemotiveerd dat ze besloten het werk in de eigen tijd voort te zetten. Toch had die crisis iets nieuws losgemaakt. Van der Roest: “We beseften dat we de micro-organismen zo slecht moesten behandelen dat ze wel in korrels moesten groeien, dat ze elkaar keihard nodig hadden om te overleven.” Ingenieurs in de stress, dan ook de bacteriën. En ja hoor, na vier maanden zat de proefreactor vol met korrels en de verwijdering van stikstof en fosfaat (nutriënten) was zelfs beter dan verwacht. In de daaropvolgende periode hebben Stowa, TU Delft en DHV met zes

waterbeheerders het Nationaal Nereda Ontwikkelingsprogramma (NNOP) opgesteld. Dit programma loopt tot eind 2012 en het omvat onder meer de bouw van enkele zuiveringsinstallaties. Voor de bouw van een eerste volledige zuivering, was een waterschap nodig als opdrachtgever en een garantiefonds voor het geval de installatie onverhoopt niet zou werken als voorspeld. Als eerste opdrachtgever diende Waterschap Hollandse Delta zich aan,

dat tegenslagen bij innovatie horen.” Hij vindt wel dat regels innovatie vaak in de weg staan en dat het innovatieproces zelf aan innovatie toe is. Hij heeft geleerd eerst op zoek te gaan naar mensen die de moed hebben om de zaak in beweging te brengen. “Mensen als Merle de Kreuk, DouweJan Tilkema (sectorhoofd waterzuivering bij Waterschap Veluwe, red.) en Jacques Leenen (directeur Stowa,

red.) hebben de moed om door te gaan bij tegenslag. Daar gaat het om, want er komen nóg honderd hobbels.” Deze reportage verscheen eerder in Delft Integraal 03/2011.

‘De biologie past zich wel aan’ het was toen 2007. Maar het garantiefonds kwam niet van de grond. “De eerste Nereda-zuivering had al jaren eerder kunnen draaien”, stelt Van der Roest, “als er een garantiefonds was geweest.” Maar het liep anders, en met drie jaar vertraging staat nu de eerste Nereda zuivering dus niet bij Zuidland, maar in Epe (Waterschap Veluwe), binnenkort gevolgd door Dinxperlo (Waterschap Rijn & IJssel) en Vroomshoop (Waterschap Regge en Dinkel).

Positief Van Loosdrecht, die dit jaar een ridderorde ontving voor zijn verdiensten voor de afvalwaterzuivering, werkt hard aan nieuwe zuiveringsconcepten zoals inzet van de anammox bacterie bij lage temperaturen en productie van chemicaliën uit afvalstromen. “Een universiteit moet op tijd vindingen uit handen durven geven”, vindt hij, “maar wel onderzoek blijven doen naar vragen die opduiken bij de opschaling.” Van der Roest, die zichzelf typeert als een ‘positief ingesteld ventje’ wil niet met vingers wijzen. “Je kunt soms teleurgesteld zijn of gewoon beseffen

Helle van der Roest: “Tegenslagen horen bij innovatie.”


mededelingen

DELTA. 21 30-06-2011

Aankondigingen

TUdelta.21

Studenten

> Jaargang 43

Endeavour Awards De Endeavour Awards biedt studenten de mogelijkheid om te studeren, onderzoek te doen en zich professioneel te ontwikkelen in Australië. De inschrijving sluit op 30 juni. Zie www.study-in-australia. org/netherlands/scholarships/ voor meer informatie.

Delta is het informatie- en opinieblad van de TU Delft, verzorgd door een journalistiek onafhankelijke redactie.

> Redactie Frank Nuijens, (hoofdredacteur), Katja Wijnands, Dorine van Gorp, (eindredactie), Saskia Bonger, Tomas van Dijk, Connie van Uffelen, Jos Wassink (verslaggeving). > Medewerkers

Willemijn Dicke, Patrick van der Duin, Robbert Fokkink, Jorinde Hanse, Dap Hartmann, Auke Herrema, Floortje d'Hont, Erik Huisman, David McMullin, Jeroen Peters, Merel Segers, Ionica Smeets, Jimmy Tigges, Stephan Timmers, Ellen Touw, Robert Visscher.

> Foto‘s Sam Rentmeester/ Hans Stakelbeek (FMAX).(info@fmax.nl) > Vormgeving & Lay-Out Liesbeth van Dam > Mededelingen Martin Kers (m.kers@tudelft.nl) > Redactieraad

dr. B.B. Scholtens (voorzitter), G.K. Berghuijs, MSc, prof.dr. M.J. van den Hoven, mr. J.J.M. Kok, R.H.G. Meijer, T. Niks, ir. M. Persson, C.J.M. Pieters, prof. dr. B.J. Thijsse, dr.ir. C.A.J.R. Vermeeren

Help mee in de strijd tegen kindersterfte Word nu lid van Unicef Bel 0800 1133

> Redactie-adressen Universiteitsbibliotheek Kamer 0.18-0.28 Prometheusplein 1 2628 ZC Delft Postbus 139 2600 AC Delft Tel. 015-278 4848 E-mail: delta@tudelft.nl www.delta.tudelft.nl > Druk Wegener Nieuwsdruk Twente, Enschede > Oplage 12.000

Students International Student Chaplaincy Looking for a home away from home, trying to make new friends, interested in intercultural and interfaith activities, needing some inner peace, searching for more than academic challenges? Check the website of the International Student Chaplaincy, www. iscnetherlands.nl, to learn about their wide range offer.

> Advertenties H&J uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJssel Tel. 010-451 55 10 Fax 010-451 53 80 E-mail:delta@henjuitgevers.nl www.linkmagazine.nl > Abonnement Een abonnement kost 37,50 en kan elk moment ingaan.

Student and Career Support The student psychologists

> HOP Delta werkt samen met het Hoger Onderwijs Persbureau Hein Cuppen, Bas Belleman, Marijke de Vries Tel. 071-523 6151 Fax 071-523 2138 E-mail hop@xs4all.nl

T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80 E delta@henjuitgevers.nl

itgevers 101

aan den IJsel

451 55 10 451 53 80 Neem contact op met Hennie de Ruyter of Mireille van Ginkel voor nadere informatie. @henjuitgevers.nl

ntact op met Hennie de Ruyter of eille van Ginkel voor nadere informatie

Is jouw huurprijs redelijk? Check www.huurcommissie. nl voor meer informatie en om helderheid te krijgen over huren en geschillen tussen huurder en verhuurder. International Office Het International Office, Jaffalaan 9a, is op werkdagen geopend van 9.00-17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via internationaloffice@tudelft.nl of telefonisch (015-2788012) een afspraak maken. Studium Generale Het bureau Studium Generale, Jaffalaan 5, is van maandag t/m donderdag geopend van 9.00–17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via studiumgenerale@tudelft.nl of telefonisch een afspraak maken via 015-2783258.

Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Agenda' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft. nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.

and the central student and careers counselors are located at Jaffalaan 9A. There is some English career information and a vacancy wall in the information centre. Office hours: Monday-Friday from 9.00-17.00 hrs. You can direct your inquiries or make an appointment at the Front Office or by phone: 015-2788004. For an initial appointment with one of the student psychologists you should first come to one of the open office hours: every day from 11.30-12.30 hrs. The open office hours of the Student counselors are on Tues-

days from 11.30-12.30 hrs and the Career counselors are on Tuesdays and Thursdays from 11.30-12.30 hrs. More information on www.studentandcareersupport.tudelft.nl or http:// careercentre.tudelft.nl. International Office The International Office, Jaffalaan 9a/visitor’s entrance at Mekelweg, office opening times Monday to Friday 9.00–17.00 hrs. Appointments and enquiries can be made by email: internationaloffice@tudelft.nl or by phone: 015-2788012.

Ga je iets speciaals doen?

Voor advertenties bel met:

vertenties bel met:

Online huurprijs check

Loop je binnenkort een Marathon of een Vierdaagse? Ben je binnenkort jarig of ga je trouwen?

> Copyright Delta Auteursrecht voorbehouden. Het is verboden zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur artikelen, schema‘s of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen en/of openbaar te maken, in enigerlei vorm of wijze.

H & J Uitgevers Postbus 101 2900 AC evers_2x70_zw-w 14-05-2004 Capelle aan den IJssel

Scriptiewedstrijd De Stichting Nederland-Sri Lanka (Ceylon)* schrijft een scriptiewedstrijd uit onder bachelor en master studenten aan Nederlandse universiteiten en hogescholen. De prijs bedraagt euro 500. In een bijzonder geval zal de Stichting een aanmoedigingsprijs van euro 250 euro uitkeren. Onderwerp van de wedstrijd is Sri Lanka in de breedste zin van het woord. De scripties dienen voltooid te zijn in de periode 1 januari 2010 tot 1 september 2011. Ze moeten vergezeld gaan van een beoordeling door de begeleidende docent(en). Tevens dient een Engelstalige summary worden bijgevoegd. Scripties dienen uiterlijk 15 september te zijn ingeleverd bij: Dr. J. van Goor, Koppellaan 15, 3721 PD Bilthoven. De uitslag wordt bekend gemaakt na 1 november 2011. Over de uitslag is geen correspondentie mogelijk.

Student and Career Support Student and Career Support is een onderdeel van de dienst Onderwijs en Studentenzaken. Het omvat de diensten van de studentendecanen, de studentenpsychologen, en het Career Centre met studiekeuzeadviseurs en loopbaanadviseurs en het informatiecentrum. Het informatiecentrum in de hal op de begane grond is geopend op werkdagen van 9.00–17.00 uur. Er is documentatie beschikbaar over onder andere WO- en HBOopleidingen, arbeidsmarkt, studie- en beroepskeuze, buitenlandse studies, en promoveren. Ook is er een vacaturewand. Bij de balie of telefonisch kun je afspraken maken met een van de medewerkers. Voor de studentenpsychologen geldt dat het eerste contact loopt via het inloopspreekuur dagelijks van 11.30-12.30 uur. De studentendecanen houden een inloopspreekuur op dinsdag van 11.30-12.30 uur, de loopbaanadviseurs en de studiekeuzeadviseur houden een inloopspreekuur op dinsdag en donderdag van 11.30-12.30 uur. Bezoekadres: Jaffalaan 9a (ingang Mekelweg); tel. 0152788004. E-mail: studentandcareersupport@tudelft.nl; careercentre@tudelft.nl; studiekeuzevragen@tudelft.nl. Website: www.studentandcareersupport.tudelft.nl; http:// careercentre.tudelft.nl.

Announcements Sports & Culture

> ISSN 0169-698x

14

14:02

Pagina 1

kom in actie voor jouw favoriete goede doel! Kies uit meer dan 2000 goede doelen

Meld je aan en start je eigen actie op www.geefsamen.nl


DELTA. 21 30-06-2011

mededelingen

15

Project1:Opmaak 1 28-06-11 15:37 Pagina 1

Agenda Donderdag 30 juni Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Technology Aware Network-on-Chip Connectivity and Synchronization Design. Promotie van D. Ludovici, ingegneria. Promotor: prof.dr.ir. H.J. Sips. • 12.30 uur - Modelling of Welding Distortion: The Influence of Clamping and Sequencing. Promotie van T. Schenk, Diplom-Physiker. Promotor: prof.dr. I.M. Richardson. • 15.00 uur - Housing wealth in retirement strategies: towards understanding and new hypotheses. Promotie van drs. J. Toussaint. Promotoren: prof.dr.ir. M.G. Elsinga en prof.dr. P.J. Boelhouwer.

Vrijdag 1 juli Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Sand-mud erosion from a soil mechanical perspective. Promotie van ir. W. Jacobs. Promotoren: prof. dr.ir. H.J. de Vriend en prof. dr.ir. J.C. Winterterp. • 12.30 uur - Estuarine Ecosystem Engineering: sedimentbiota interactions and their spatial implications in the

Te Koop intertidal. Promotie van drs. F. Montserrat Trotsenburg. Promotoren: prof.dr.ir. H.J. de Vriend, prof.dr. P.M.J. Herman en prof.dr.ir. J.C. Winterterp. • 15.00 uur - Klantgestuurd voorraadbeleid en Empowerment, over Te Woon en andere initiatieven van woningcorporaties. Promotie van ir. S. Zijlstra. Promotoren: prof.ing. A.F. Thomsen.

Zondag 3 juli International Student Church 11.30 hrs - Celebrating the resurrection. Students of all denominations are invited to our ecumenical
service every Sunday at Raamstraat 78, followed by tea/coffee. The services are led by the chaplains Reverend W. Stroh and Father Avin, and are supported by student leaders. More information on www.iscnetherlands.nl.

Maandag 4 juli Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Model-reduced gradient-based history matching. Promotie van ir. M.P. Kaleta. Promotoren: prof. dr.ir. A.W. Heemink en prof.

Project2:Opmaak 1 28-06-11 15:46 Pagina 1

dr.ir. J.D. Jansen. • 12.30 uur - Global nonlinear aerodynamic model identification with multivariate splines. Promotie van ir. C.C. de Visser. Promotor: prof. dr.ir. J.A. Mulder. • 15.00 uur - Model Reduction in Chemical Engineering. Promotie van B. Dorneanu, inginer. Promotor: prof.ir. J. Grievink.

Dinsdag 5 juli Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Simulation and Optimization of Foam EOR Processes. Promotie van ir. M. Namdar Zanganeh. Promotoren: prof.dr. W.R. Rossen en prof.dr.ir. J.D. Jansen. • 15.00 uur - Modularization of Enterprise Information Systems. Promotie van ir. L.I. Terlouw. Promotor: prof.dr.ir. J.L.G. Dietz.

Woensdag 6 juli Wetenschapsagenda • 15.00 uur - High Resolution Scanning Ion Microscopy. Promotie van V. Castaldo, ingegneria. Promotor: prof. dr.ir. P. Kruit.

Donderdag 7 juli Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Advanced systems theory applied to AMB systems. Promotie van ir. H.M.N.K. Balini. Promotor: prof.dr. C.W. Scherer. • 15.00 uur - Energy-Aware Wireless Multi-hop Networks. Promotie van J. Vazifehdan, MSc. Promotor: prof.dr.ir. I.G.M.M. Niemegeers.

evacuations. Promotie van A.J. Pel. Promotor: prof.dr.ir. S.P. Hoogendoorn.

Maandag 22 augustus OWee 2011 Van 22 augustus tot en met 25 augustus vindt de OntvangstWeek van de TU Delft plaats. Zie www.owee.nl voor meer informatie.

Maandag 11 juli Wetenschapsagenda • 12.30 uur - Realistic Online Resource Management for Partially Reconfigurable Systems. Promotie van Y. Lu, MPhil. Promotor: prof.dr.ir. H.J. Sips.

Dinsdag 12 juli Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Modelling urban travel times. Promotie van F. Zheng, MEng. Promotor: prof. dr. H.J. van Zuijlen.

Woensdag 13 juli Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Transportation modelling for large-scale

Op de eerste verdieping gelegen 4 kamerappartement, 100 m2. Woonkamer en balkon hebben uitzicht op een plantsoen. Eigen parkeerplaats in de parkeergarage. Het kleinschalige nieuwbouwcomplex (zijstraat Schoemakerstraat) ligt op loopafstand van de TU en het historisch centrum van Delft. Zie www.funda.nl, Zuidplantsoen 51, Delft

Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Agenda' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft. nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.

Alle promoties, intree- en afscheidsredes genoemd in deze agenda vinden, tenzij anders vermeld, plaats in het Science Centre Delft.

Eindelijk echt

balans

gevonden

Word ook buddy ! www.buddynetwerk.nl of bel 070-3649500


DELTA. 21 30-06-2011

lifestyle

16

tekentafeltalenten

Strop voor je voet Altijd leuk, zo’n zomers slippertje. Maar waarom niet combineren met wat idealisme? Tie your toe, make a statement, zei IO-student Carlijn Brinkman en ze ontwierp een slipper die onderdeel had kunnen zijn van de Plakkie-hype, maar het bewust niet werd.

de Huisjongste front office Hans Krempel (57) werkt al zijn hele werkzame leven bij de TU. Op zijn 22ste begon hij bij de huishoudelijke dienst van CT, daarna naar WTM, de vervoersdienst, sport en cultuur, en de laatste vier jaar bij de aula, bij facilitair management en vastgoed. Normaal gesproken houdt hij zich bezig met beeld en geluid in de aula, technisch onderhoud en zorgt hij dat alles klaar staat voor recepties, promoties en beurzen. Vanwege de verbouwing van de aula heeft hij nu wat vaker contact met aannemers. De aula wordt na de verbouwing fris en modern, maar de hardhouten schrootjes aan de muur komen toch weer terug. Ze worden wel een paar tinten lichter. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Dit is de laatste aflevering van deze serie.

willemijn dicke

Vakantie Het schijnt volgende week vakantie te zijn op de TU Delft. Delta verschijnt een periode niet. Kantines gaan wéken dicht. Ondersteunende diensten zijn niet of zeer beperkt open. Voor wie is het dan zo lang vakantie, vraag ik me af. Studenten werken nog keihard om hun scriptie voor 1 augustus in te leveren, ze blokken voor een hertentamen of ze bereiden een internationale stage voor. Studenten nemen misschien een paar weken vakantie, maar niet de hele periode dat de TU op slot is. Dan zullen het wel docenten zijn die zes weken lang met een cocktail aan de rand van het zwembad liggen. Maar ook dat is onzin. Docenten doen in de meeste gevallen ook onderzoek. Gedurende het collegejaar werken ze aan hun publicaties, maar het fijnslijpen en bijschaven doen ze vooral in de zomermaanden. Nu ze geen college hoeven te geven en hun mailbox iets minder snel volstroomt met verzoeken van studenten, hebben ze tijd om geconcentreerd aan

Carlijn Brinkman (23), afstudeerder bij Industrieel Ontwerpen, moet even graven in haar geheugen. Haar bachelor-eindproject liep gelijk met dat van Michiel Boerrigter, ontwerper van de inmiddels wereldberoemde Plakkies. Een hype die op hun beider naam had kunnen staan, maar die ze bewust aan zich voorbij liet gaan. “Voor het bedrijf waarvoor ik mijn opdracht deed, Kids Rights, wilde ik iets ontwerpen waar de hele wereld én Zuid-Afrika iets aan hadden. De organisatie had op dat moment al een project waarbij voor iedere knuffel die hier werd verkocht, een kind in Afrika ook een knuffel kreeg. Dat idee wilde ik voortzetten, maar dan praktischer; door schoeisel te ontwerpen dat je hier én daar kunt dragen. Slippers, dus.” Het idee daarvoor kwam van een uitspraak die ze las van een Tibetaanse monnik. “Die zei: ‘Je kunt de wereld niet met leer bekleden, maar wel je eigen voeten.’ En zo is het. Soms lijken problemen zo groot, dat je denkt dat de verantwoordelijkheid nooit bij jezelf kan liggen. Maar je kunt natuurlijk altijd je eigen bijdrage leveren. Dat heeft óók effect op de hele wereld.” Op de een of andere manier associeerde ze dat met de uitspraak die Prins Claus deed in 1998, tijdens een prijsuitreiking van het Claus-fonds voor Cultuur en Ontwikkeling en naar aanleiding van de Afrikaanse, stropdasloze cultuur: ‘Stropdasdragers aller landen verenigt u: werp het touw af dat u hindert!’ Daarbij rukte hij zijn stropdas af en gooide hem weg. Brinkman verenigde die twee statements in ‘Tie your toe’, een slipper die gemaakt is van een stropdas. “Doe je statussymbool af, en maak een statement, vrij vertaald. Bovendien zijn stropdassen meestal gemaakt van goed, sterk materiaal. Als die dan toch massaal worden afgedankt, kun je ze net zo goed hergebruiken.” Verder besloot de student alleen duurzame materialen te gebruiken die lokaal, dus in de buurt van Johannesburg, te koop én produceerbaar waren. Briljant, vond Kids Rights. Kon Brinkman haar werk niet met dat van Boerrigter verenigen om zo gezamenlijk een slipper op de markt te brengen? “Vanaf het moment dat Michiel en ik van elkaar ontdekten dat we een slipper ontwierpen voor ons eindproject, besloten we geen contact te hebben, zodat we elkaar niet zouden beïnvloeden”, vertelt de student. “Uiteindelijk werd mijn eindverslag wél onderdeel van de basis voor de Plakkies – ik kreeg er een acht voor. Maar verder besloot ik niets met het project te doen. En nee, daar heb ik achteraf geen spijt van. Het was een mooi aanbod, maar ik heb bewust een ander pad gekozen.” (JH) Dit is het laatste ontwerp in de serie Tekentafeltalenten.

de teksten voor dat A-journal te werken en om recente publicaties op hun vakgebied te lezen. De docenten vieren dus ook niet een dikke zes weken vakantie. Wie heeft in hemelsnaam wel zes weken vakantie? Als enige kandidaat kom ik op de kantines. Die sluiten gedurende zes weken alsof medewerkers en studenten in diepe zomerslaap zijn. Die zomersluiting van de kantines lijkt op het eerste gezicht een bezuiniging. Maar je kunt het ook anders zien. Het is onderdeel van de herijking, waarin de sluiting van een aantal kantines een belangrijke prikkel is voor interfacultaire samenwerking. Iedereen loopt in de zomer naar kantines aan de andere kant van de campus. Ingesleten patronen en vastgeroeste clubjes worden doorbroken. Er ontstaan toevallige ontmoetingen, nieuwe gesprekken. Wie weet blijkt deze zomersluiting te resulteren in nieuwe onderzoeksvoorstellen en bloeiende samenwerking.

Carlijn Brinkman ontwierp de tegenhanger van de Plakkies: Tie your toe. “Het voelt niet alsof ik een kans heb laten lopen, ik heb bewust een ander pad gekozen.” (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

kriep


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.