Delta TU Delft

TUDELTA.22

DELTA. 22 25-08-2011 weekblad van de technische universiteit Delft

Deze week week Deze in Delta Delta in

01

Westerpop voor dummies

LIFESTYLE: 09

NIEUWS: 03

INTERVIEW: 10 Beachvolleyer: ‘Ik zie Emiel meer dan mijn vriendin’

Fusie is nog geen feit

Numerus fixus schrikt af De numeri fixi bij Bouwkunde en Industrieel Ontwerpen blijken een preventieve werking te hebben. Bij beide faculteiten liep het aantal vooraanmeldingen fors terug.

SASKIA BONGER Waren er bij Bouwkunde vorig jaar nog 621 vooraanmeldingen in deze week, dit jaar zijn dat er 423. De numerus fixus is gesteld op 450 studenten. Bij Industrieel Ontwerpen (IO) gaat het om 304 vooraanmeldingen, tegen 449 vorig jaar. De faculteit laat maximaal 330 eerstejaars studenten toe. “Blijkbaar houden veel studenten de eer aan zichzelf”, redeneert Ted Barendse, die dit soort getallen voor de TU bijhoudt.

Bij de invoering van de numeri fixi

De vooraanmeldingen moeten dit jaar een beter beeld geven dan afgelopen jaren op beide faculteiten waren er vragen over de hoeveelheid werk die dit toelatingssysteem met zich mee zou brengen. Dat lijkt nu dus erg mee te vallen, al zijn vooraanmeldingen nog geen definitieve inschrijvingen. Dat aantal kan nog anders uitvallen.

Met Bouwkunde en IO meegeteld, is het totale aantal vooraanmeldingen gelijk aan dat van vorig jaar. Zonder die twee faculteiten is er een stijging van zestien procent. Vooral de studies technische wiskunde (+42 procent) en technische natuurkunde (+39 procent) doen het goed.

Zij kunnen die stijging prima aan.

Maar Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek stijgt ook weer, naar 579 vooraanmeldingen. En dat terwijl de faculteit eerder te kennen had gegeven 440 eerstejaars aan te

kunnen. L&R wil haar studenten vanaf 2012 gaan selecteren.

De vooraanmeldingen moeten dit jaar een beter beeld geven dan afgelopen jaren. Toen telde iedere vooraanmelding mee. Als één student zich bij drie studies had gemeld, telde hij drie keer mee. Nu worden de vooraanmeldingen gewogen, zodat deze student bij iedere studie voor eenderde meetelt.

De mate van onzekerheid is in de vooraanmeldingscijfers van buitenlandse studenten veel kleiner, omdat hun inschrijvingsprocedure anders verloopt. Hun aantal staat nu op 750, exclusief Erasmus Mundus- en uitwisselingsstudenten.

Opvallend is de significante toename van het aantal studenten dat uit de Europese Unie komt. Dat zijn er nu 375, tegen 250 in 2010 en 160 in 2009. Het aantal studenten van buiten Europa daalt juist met twaalf procent.

Voor beide verschuivingen heeft Elco van Noort, hoofd van het International Office van de TU, een verklaring.

“Neem Griekenland. Dat is het duidelijkste geval. Met een Grieks diploma verdient een Griek heel weinig. Hij heeft een Europees certificaat op het werk nodig.” Vervolgens gaan de Grieken kijken naar de rankings, weet Van Noort. “Engeland staat op één, maar is veel te duur. Zwitserland staat op twee, maar heeft een zeer beperkte capaciteit. En dan komen wij.”

Niet voor niets vormen de Grieken dit jaar voor het eerst een grotere groep dan de Chinezen. De voorlopige cijfers spreken van 142 Grieken, 116 Chinezen, 84 Indiërs, 38 Italianen, 32 Duitsers en 28 Roemenen. In totaal hebben zich 68 nationaliteiten aangemeld.

De reden waarom het aantal non-EUstudenten inzakt, is volgens Van Noort van financiële aard. “Onze fee is fors omhoog gegaan, van 8800 euro naar 12.500 euro. De TU loopt daarmee, samen met de Universiteit Twente en de Technische Universiteit Eindhoven, vooruit op de afschaffing van de overheidsbekostiging voor non-EUstudenten in 2015.”

‘Ik hoor niks, ik hoor niks’, brullen nieuwe eerstejaarsstudenten tegen hun opponenten tijdens de grote clash tussen studieverenigingen bij de aftrap van de jaarlijkse ontvangstweek (Owee) afgelopen maandag. Naar schatting doen zo’n 2300 studenten van de TU Delft, InHolland en De Haagse Hogeschool Delft deze week mee aan de vijfdaagse introductieweek. (Foto: Tomas van Dijk)

Pagina 12: Alles uit de kast voor eerstejaars

Gates sponsort magnetron-wc Even de wc doortrekken zit er niet meer bij. Althans niet voor de mensen die in de toekomst gebruikmaken van een nieuw type toilet dat werkt met microgolven.

Water is op sommige plekken op aarde een schaars goed en riolering ontbreekt al helemaal op veel plekken.

Delftse onderzoekers werken daarom aan een nieuwe technologie om menselijke uitwerpselen te verwerken zonder aansluiting op water, energie of riolering. Het toilet moet betaalbaar zijn voor mensen in ontwikkelingslanden. De wetenschappers hebben hiervoor deze zomer ongeveer een half miljoen euro subsidie gekregen van de Bill & Melinda Gates Foundation.

Dr. Georgios Stefanidis, expert op het gebied van procesintensivering (3mE), is een van de onderzoekers die

oorspronkelijk met het idee kwamen.

Hij licht toe: “We gebruiken microgolftechnologie om uitwerpselen om te zetten in elektriciteit. Met deze innovatieve benadering hopen we een ontwerp en een modulair prototype te realiseren voor een complete toiletvoorziening die geschikt is voor

Slechte sanitaire voorzieningen hebben desastreuze gevolgen voor de gezondheid gebruikers in ontwikkelingslanden.”

Bij het proces worden de uitwerpselen allereerst gedroogd. Vervolgens wordt het afval vergast met plasma dat door microgolven wordt gemaakt. Door dit proces ontstaat syngas, een mengsel van koolmonoxide en waterstof. Het syngas wordt vervolgens door vasteoxide-brandstofcellen gebruikt voor het opwekken van elektriciteit.

Stefanidis: “Om het proces energetisch zelfvoorzienend te maken, wordt een deel van de geproduceerde elektriciteit gebruikt om plasmavergassing te activeren, waarbij we de warmte die wordt teruggewonnen uit de syngas-stroom en uit de uitlaatgassen van de brandstofcellen gebruiken voor het drogen van het afval. De eerste berekeningen laten zien dat plasmavergassing met behulp van microgolven energetisch zelfvoorzienend zou kunnen zijn.”

De Bill & Melinda Gates Foundation heeft de beurs in juli aangekondigd op de AfricaSan-conferentie in Rwanda als onderdeel van meer dan veertig miljoen dollar aan nieuwe investeringen op het gebied van water, sanitaire voorzieningen en hygiëne. Over de hele wereld beschikken circa 2,6 miljard mensen nog niet over veilig, betaalbaar sanitair. Slechte sanitaire voorzieningen hebben desastreuze gevolgen voor de gezondheid. (TvD)

DELTA. 22 25-08-2011 www.delta.tudelft.nl @tudelta delta@tudelft.nl www.facebook.com/ tudelta

delta online Fusie De TU moet eerst kijken óf ze wil samengaan met Leiden en Rotterdam en daarna hoe, kreeg collegevoorzitter Dirk Jan van den Berg donderdag 7 juli tijdens een overleg met de ondernemingsraad (or) te horen. “In die volgorde”, zei or-lid Erik Louw.

“Het moet niet zo zijn dat er straks geen andere keuze mogelijk is.”

Reorganiseren Vanwege de herijking, de sluiting van de faculteitsbibliotheken en het streven naar eenzelfde niveau aan dienstverlening bij de bibliotheek van Bouwkunde en het Library Learning Centre gaat de bibliotheek reorganiseren.

Pensioen Waarom laat de TU medewerkers die met pensioen gaan eigenlijk niets meer doen? Hun spullen leveren ze in, hun mailadressen vervallen. “Ze hebben het idee dat ze verlaten zijn”, zei Cor Kraaikamp, lid van de ondernemingsraad, tijdens een overleg met het college van bestuur (cvb).

“Een berg talent verlaat de TU.”

Talenten Miljoenen euro’s uittrekken voor de tijdelijke aanstelling van twintig vrouwelijke wetenschappers is op zich een goed initiatief, maar uit welk potje betaalt het college van bestuur dat? En ten koste van wat?

nieuws/column Kostenoverschrijding

Studiebegeleiding

Schenking

Nakijktermijn

Dat kosten en tijdslimiet vaak flink overschreden worden bij grote bouwprojecten is politiek en publiek een doorn in het oog. Hoogleraar bestuurskunde Ernst ten Heuvelhof (TBM) werkt samen met de door Prorail, Rijksgebouwendienst en Rijkswaterstaat opgerichte Rijksprojectacademie, waar projectleiders kennis uitwisselen. Heuvelhof verkent de mogelijkheid een databank op te zetten met gegevens over geraamde en werkelijke kosten, geplande en werkelijke doorlooptijd. De projecten dienen als lesmateriaal voor de projectleiders.

Voor studenten is niet altijd duidelijk waar ze terecht kunnen voor extra begeleiding, schrijft de studentenraad (sr) aan het college van bestuur. De sr pleit daarom voor een werkgroep die gaat nadenken over studiebegeleiding na invoering van de herziene curricula. Een werkgroep van docenten, studieadviseurs, studentdecanen, beleidsmedewerkers en studenten zou de aanpak bij Industrieel Ontwerpen als voorbeeld kunnen nemen. Bij IO wordt intensief samengewerkt door docenten en studieadviseurs om studenten (vooral in het eerste jaar) te begeleiden.

YesDelft krijgt donderdag 25 augustus een schenking uit het Fonds 100 jaar VNO-NCW. Voorzitter Bernard Wientjes van ondernemingsorganisatie VNONCW overhandigt een bedrag van 22.650 euro omdat hij ‘het bevorderen van ondernemerschap belangrijk vindt voor onze welvaart’. “YesDelft helpt de ontwikkeling en groei van bedrijven van jonge ondernemers die geweldige technologische uitvindingen doen. YesDelft levert hiermee een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling en bevordering van innovatief ondernemerschap.”

Delftse studenten geven de TU een lager cijfer dan landelijk gemiddeld voor het tijdig bekendmaken van beoordelingen (2,92 respectievelijk 3,21 op een schaal van 1 tot en met 5). Dat komt volgens de studentenraad (sr) vooral door gebrekkige communicatie: veel studenten weten niet dat de nakijktermijn twintig dagen bedraagt. Ook is onduidelijk waar zij met klachten over overschrijding terecht kunnen. De sr stelt voor om hiervoor één persoon of loket per faculteit aan te wijzen en dit bekend te maken via een link in het studenteninformatiesysteem Osiris.

‘Voor elk drieletterwoord twintig cent’ Hans de Knegt helpt het Owee-bestuur al 38 jaar.

Na dit jaar houdt hij ermee op, want maandag 29 augustus wordt hij zeventig. “Een mooie leeftijd om te stoppen.”

En nu bent u al weer 38 jaar beheerder bij het Owee-bestuur.

“Eerst was ik secretaris, nu beheerder. Ik zorg ervoor dat jongelui binnen komen met hun pasje, regel hun aanstelling en verricht hand- en spandiensten bij het organiseren van de Owee-week. Ik help met de inschrijvingen en zit tijdens de Owee in het mobileum: een oude loempiakar die fungeert als mobiel infopunt. Zolang ze me nog accepteren als ouwe lul is het leuk.”

Connie van Uffelen Hoe heeft u het zo lang volgehouden?

“Ik werk al vijftig jaar bij de TU en heb het altijd naar mijn zin gehad. En ik heb de gezondheid gehad om het te kunnen doen. Ik heb eerlijk gezegd nooit naar een andere baan uitgekeken. In het begin wel. Toen wilde ik ambtenaar van de burgerlijke stand worden, maar dat werd het niet.”

U begon in de jaren zestig bij de afdeling Post- en Archiefzaken van de Technische Hogeschool Delft. Roerige tijden?

“Ja, vanwege de bezettingen door studenten. Ik weet nog dat ik door Diederik Samsom werd opgesloten. Wij zijn dikwijls ingesloten door bezetters. Met kettingen werd het hoofdgebouw afgesloten. We weken uit naar de aula.”

Hans de Knegt (links): “Zolang ze me nog accepteren als ouwe lul is het leuk.”

(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

Zijn studenten nu braver?

“Dat wil ik niet zeggen. Ze zijn anders.

Ze verdragen elkaar meer dan in de jaren zestig. Toen waren de verschillen tussen verenigingsleden en nietverenigingsleden heel groot. Daar zaten wij dan tussen om het in goede banen te leiden.”

U was twintig jaar chef protocol en dus verantwoordelijk voor alle academische plechtigheden. Wat vond u een hoogtepunt?

“Het bezoek van koningin Beatrix in

Meer kamers Studentenhuisvesters bouwen liever studentenkamers dan zelfstandige woonruimtes. Studenten krijgen geen huursubsidie voor kamers en moeten dus meer betalen voor minder ruimte.

Maar door het kamertekort kunnen de huisvesters niet anders, zeggen ze. De komende vijf jaar komen er 16 duizend kamers bij en zelfs dat is nog niet genoeg: er zijn naar schatting 65 duizend extra studentenwoningen nodig.

Ranking Alle Nederlandse universiteiten horen bij de beste vijfhonderd van de wereld, vinden de makers van de Shanghai-ranking. Utrecht (48) en Leiden (65) staan als enige in de top honderd. De hoogste noteringen zijn voor Amerikaanse universiteiten, afgezien van de Britse topinstellingen Cambridge (5) en Oxford (10).

Stijf bovenaan staat Harvard University.

Feuten BNN gaat een tweede seizoen van de dramaserie Feuten maken. De hoofdpersoon van vorig jaar moet nu zelf de nieuwe feuten gaan ontgroenen.

De makers zoeken nog figuranten.

02

1992. Daar zijn 36 draaiboeken aan vooraf gegaan. Ik werd mager van de stress, maar het was wel een hoogtepunt. Ook leuk is dat prins Friso in Delft kwam studeren en met de hele Owee mee deed. Juliana was een keer bij een symposium over gehandicapten. Tussen de middag vroeg ze: waar is die aardige meneer gebleven? Dat was de rector, die weg moest. Ze was heel kwaad op de pers die haar volop fotografeerde.

‘En nu is het verdomme afgelopen’, zei ze. “Rustig, rustig, Jula, zei haar hofdame jonkvrouwe Röell.”

Studenten waren vroeger door gewaad, gelaat en gepraat herkenbaar, zegt u wel eens.

“Vroeger kon je corpsleden van ver herkennen: jasje, dasje, kort geknipt.

Nu onderscheiden ze zich nergens meer door. Een spijkerbroek met een kruis tot aan de knieën: dat kan net zo goed een Feyenoord-fan uit de Wippolder zijn. Hun taalgebruik: heel erg.

Voor elke vloek en elk drieletterwoord gaat er twintig cent in de pot. Meestal zijn het dames van wie je het niet verwacht. En soms wel vijf keer achter elkaar! Ze denken dat we van het geld uit eten gaan, maar dan beloon je het. Het gaat naar de Bond tegen het vloeken.”

smeets

Overstappen Bij mijn allereerste college in Delft zei de hoogleraar tegen de zaal: “Kijk naar degene links van je en kijk naar degene rechts van je. Zij zullen hier volgend jaar niet meer zitten.” Het was 1998 en ik studeerde technische informatica.

Dat was een populaire studie in die tijd, we zaten met bijna tweehonderd eerstejaars in de zaal. Snelle jongens die hoopten veel geld te verdienen, nerds die al vanaf hun achtste programmeerden en een hoop mensen die eigenlijk niet zo goed wisten waarom ze daar zaten. De docent voorspelde dat een groot deel van de studenten in het eerste jaar zou afhaken. Dat geloofde ik best, maar ik trok me zijn woorden niet persoonlijk aan. Ik maakte alles af waar ik aan begon en de jongens naast me leken superenthousiast over informatica.

Ik was te optimistisch, en de hoogleraar ook, want het volgende jaar zaten we er alle drie niet meer. De jongen links van me vertrok al na een maand om fulltime in een tomatenkas te gaan werken, ik heb nooit meer iets van hem gehoord. De jongen rechts van me belandde via omwegen van bier, feestjes, computerspelletjes en tijdelijke baantjes op de kunstacademie en zit (o ironie) nu de hele dag te programmeren als interaction designer. En ik? Ik haalde keurig in één jaar mijn propedeuse, maar stapte daarna over naar wiskunde.

Die beslissing was niet makkelijk. Ik was zoals gezegd iemand die dingen afmaakte en ik vond het een schande om te stoppen met mijn studie, zeker als het niet slecht ging. Ik vond de meeste vakken niet leuk, maar ik haalde ze wél. Alleen de wiskundevakken deed ik met plezier. Ik had het gevoel dat bij wiskunde alles beter was: interessantere vraagstukken, enthousiastere docenten en gezelligere studenten. Maar overstappen vond ik zonde, ik kon toch ook zoveel mogelijk keuzevakken bij wiskunde doen? Dan hoefde ik niet een heel jaar weg te gooien.

Uiteindelijk stapte ik, aangemoedigd door ouders, vrienden en studieadviseurs, toch over en ik heb nooit spijt gehad. Toen ik al aan de universiteit zat, kon ik veel beter inschatten wat ik wilde dan als scholier. Natuurlijk was het bij wiskunde niet louter rozengeur en maneschijn, maar het was wel de studie die het beste bij me paste.

Al jaren stapt ongeveer één derde van de studenten over naar een andere studie. Politici spreken over verspilde tijd en vooral geld. Ik denk dat dat allemaal wel meevalt, een jaar het verkeerde doen is echt niet zo erg als je uiteindelijk je juiste plek vindt. Het is ontzettend moeilijk om op de middelbare school in te schatten of een studie echt bij je past. Iets dat op papier en bij de voorlichting supertof klinkt, kan in de praktijk enorm tegenvallen.

Daarom voor alle eerstejaarsstudenten die volgende week beginnen: Kijk bij je eerste college naar degene links van je en kijk naar degene rechts van je.

Waarschijnlijk zit minstens één van jullie volgend jaar ergens anders. En dat is helemaal niet erg.

Ionica Smeets is TU-alumnus (wiskunde), wetenschapsjournalist en onderzoeker bij Publiek Begrip van Wetenschap in Leiden.

DELTA. 22 25-08-2011

nieuws

Kamers

Collegejaar

Voor de laagste gemiddelde kale huurprijs per wooneenheid moeten studenten in Nijmegen zijn. Studentenhuisvester SSHN vraagt daar dit jaar gemiddeld 166,50 euro per maand. Het duurst is Duwo in Den Haag: gemiddeld 293 euro. Bij Duwo in Delft betalen studenten gemiddeld 253 euro. Dat blijkt uit cijfers van Kences, de koepel van studentenhuisvesters. Wachttijden van twintig tot wel 36 maanden zijn volgens Kences geen uitzondering. De wachttijd in Delft is afhankelijk van eigen instemmingen en aanbod via Studenten Woning Web.

Haal het beste uit jezelf. Dat is op 5 september het thema van de opening van het collegejaar aan de TU. Collegevoorzitter Dirk Jan van den Berg zal meer bekendmaken over fusieplannen met de universiteiten van Leiden en Rotterdam. Presentator en initiatiefnemer van Llowlab Jan Douwe Kroeske houdt een keynote speech ‘Haal het beste uit jezelf: ingenieur voor een duurzame toekomst’. Oud-olympisch schaatser Marnix ten Kortenaar presenteert een wetenschapsquiz. Studenten en medewerkers zijn welkom om 15:30 uur in de aula.

03

Reuzencontroller

Een potje Super Mario of Tetris is een teamsport met deze game controller. “Je hebt er altijd een vriendje bij nodig”, zegt Ben Allen van Electrotechnische Vereeniging, de studievereniging van EWI. Samen met studiegenoten maakte hij ’s werelds grootste game controller (3,6 m breed, 1,55 m diep en 55 cm hoog) ter viering van het 105-jarige bestaan van de vereniging. Afgelopen dinsdag kwam een delegatie van de Guinness World Records om het nieuwe record in de analen op te nemen. (Foto: Tomas van Dijk)

‘Doodzonde als de naam TU Delft verdwijnt’ Gevoel en ratio lopen door elkaar als het gaat over de fusie tussen de universiteiten van Leiden, Rotterdam en Delft. Bedrijven waar veel TU-alumni terecht komen, maken zich weinig zorgen, ook niet over het eventuele verdwijnen van de naam TU Delft. ‘Naam en reputatie en twee verschillende dingen’.

SASKIA BONGER Het nieuws dat de universiteiten van Leiden, Rotterdam en Delft binnen zes tot acht jaar willen fuseren, heeft de afgelopen maand flink wat discussie teweeg gebracht. Bijvoorbeeld binnen de Linkedin-groep TU Delft Alumni.

Velen voelen zich Delfts ingenieur en vrezen de teloorgang van deze merknaam als de TU een dependance van de Universiteit Leiden wordt. Hoe kijken werkgevers van Delftse alumni daartegenaan?

Volgens Marja Oppenoorth, directeur van het aan de TU verbonden banenbemiddelingsbureau Supair, weten de meeste werkgevers nog van niets en houden ze zich er dus ook niet mee

bezig. “Maar ikzelf ben tegen een fusie.

Bedrijven komen naar ons, omdat ze juist alumni van de TU Delft zoeken.

Ze weten dat die goed zijn. Delftenaren zijn technischer, hun manier van denken is anders. Ze zijn creatief en oplossingsgericht. Kijk bijvoorbeeld naar wiskunde. In Leiden wordt totaal

‘Als Delft straks onder Leiden wordt geschoven, is dat degraderend andere wiskunde gegeven, theoretischer dan bij ons.”

Oppenoorth vertelt dat ze zich de afgelopen weken ‘ontzettend heeft opgewonden’ over de plannen voor een fusie. “De TU staat nu in hoog aanzien. Als Delft straks onder Leiden wordt geschoven, is dat degraderend.

De echte beslissingen worden dan in Leiden genomen. Wij krijgen een kolossaal instituut, waarbinnen minder efficiënt gewerkt kan worden en meer ondersteunend personeel nodig is, waardoor de kosten zullen stijgen.

Studenten vallen tussen wal en schip.

Laten we liever investeren in docenten en studieadviseurs.”

Het lijkt erop dat deze zorgen bij bedrijven niet spelen. Marco Mijnders, directeur infrastructuur bij advies- en ingenieursbureau DHV, denkt dat er ook voordelen aan een fusie kunnen

zitten. “Ik kan me voorstellen dat schaalvergroting en efficiency ook in de universitaire wereld steeds meer gaan spelen. En kruisbestuiving tussen de verschillende onderzoeksgebieden is misschien wel goed. Ikzelf was puur ingenieur toen ik op de arbeidsmarkt kwam. Een paar vakken bedrijfskunde waren wel handig geweest.”

Mochten Delft, Leiden en Rotterdam gaan fuseren dan moeten de drie wel goed nadenken over de naam die ze eraan hangen, denkt Mijnders, vooral voor de herkenning in het buitenland.

“De naam Leiden zegt mensen op ons vakgebied helemaal niets. Als ik in Canada of India ben en ik zeg dat ik in Delft heb gestudeerd, dan weten ze waar ik het over heb. Delft is een begrip. Dat heeft veel met de waterwerken te maken natuurlijk. Wellicht is Universiteit Holland een idee, dat begrijpen mensen ook.”

Volgens Mijnders zijn naam en reputatie wel twee verschillende dingen. Bij het eventuele verdwijnen van de naam TU Delft komen volgens Mijnders, zelf TU-alumnus, trots en chauvinisme om de hoek. “Het is doodzonde als de naam TU Delft verdwijnt, want het is een begrip in Nederland en in het buitenland.” Maar de reputatie van de TU blijft in zijn ogen ook na een fusie overeind, zeker bij bedrijven die direct met de universiteit te maken hebben.

“Ik weet dat er in Delft voldoende body is om de kwaliteit te bewaken.

En als potentiële werkgever van TU-

Burgemeester: ‘Naam zeer zorgvuldig kiezen’

De gemeente Delft is voorstander van een samenwerking van universiteiten, maar vindt wel dat de nieuwe naam ‘zeer zorgvuldig’ moet worden gekozen. De gemeente zegt te hebben begrepen dat de naam Delft - in welk universitair samenwerkingsverband dan ook - altijd op enigerlei wijze in stand gehouden zal worden. “De TU Delft is een ijzersterk merk in de technische en internationale circuits”, zegt burgemeester Bas Verkerk. “De stad Delft heeft hier veel profijt van. Er staat dus wat op het spel. De eventuele fusienaam moet dus zeer zorgvuldig worden gekozen.”

Delft is trots op de wereldfaam van de TU. “De TU Delft is de Nederlandse universiteit met de beste internationale reputatie”, zegt Verkerk. Dat uit zich volgens hem onder andere in het aantal buitenlandse studenten. “Dat is het hoogste van Nederland.” Daarnaast biedt de universiteit werk aan veel Delftenaren en onderstreept Verkerk het belang voor de regionale werkgelegenheid.

De bijdrage van de onderwijs- en onderzoeksinstellingen aan de regionale economie kan vergroot worden door samenwerking, meent Verkerk.

“Uit onderzoeken blijkt dat de economie van de regio versterkt als ondernemers, onderwijs en overheid goed samenwerken vanuit een innovatieagenda die aansluit bij de kracht van de regio. Succesvolle voorbeelden hiervan zijn Clean Tech Delta en Medical Delta. De samenwerking van Delft, Den Haag, Leiden en Rotterdam en andere regiogemeenten is gericht op een innovatieagenda voor de regio.” (CvU)

alumni kan ik erdoorheen kijken als er een andere naam op de bul staat.

We kijken kritisch naar iedere kandidaat.”

Hetty Verhoef, die zich voor het technisch dienstverleningsbedrijf Imtech bezighoudt met recruitment van nieuw personeel, vertelt ook dat

‘Kruisbestuiving tussen de verschillende onderzoeksgebieden is misschien wel goed’ behalve de herkomst van de bul vooral de persoonlijkheid van de sollicitant belangrijk is. Al doet haar bedrijf als hoofdsponsor van de Owee wel hard zijn best om meer naamsbekendheid te krijgen onder Delftse studenten.

“Alle Nederlandse universiteiten staan bij ons goed bekend. We kennen de geschiedenis van alle drie de instituten. Hun goede naam is niet weg na een fusie. Maar natuurlijk moet ook daarna de kwaliteit van het onderwijs wel goed gemeten blijven worden.”

Universiteit Leiden

Llowlab

In het Llowlab, het drijvende laboratorium van popfestival Lowlands (19, 20 en 21 augustus), konden festivalgangers kennismaken met duurzame ideeën en toepassingen voor de toekomst. De TU Delft presenteerde er onder meer een hypermoderne ronde tent, een maquette op ware grootte van het Revolthuis, het Delftse zonnehuis voor de Solar Decathlon 2012. In de tent konden bezoekers water zuiveren, een rookhok blauw zetten en zelf biobrandstof maken. (Foto: Llowlab/Facebook)

www.lowlab.nl www.revolthouse.com

Bedrijven als ASML en Shell willen niet reageren op de fusieplannen, omdat daarover officieel nog niets naar buiten is gekomen en details schaars zijn.

Een woordvoerder van Shell zegt wel, in lijn met Imtech, ‘dat voor Shell de kwaliteiten van toekomstige medewerkers – de studenten van nu – zwaarder tellen dan de naam van het instituut waar de studenten zijn opgeleid’.

Een woordvoerder van ASML verwijst naar het advies van de commissieBreimer, uit april 2010. Die commissie, waarin ook een vertegenwoordiger van ASML zitting had, was ingesteld door het ministerie van onderwijs. Doel: het versterken van het scheikunde- en natuurkunde-onderwijs en –onderzoek in Nederland. Eén van de onderdelen daarvan moest zijn dat universiteiten door samenwerking en afstemming aanvullend aan elkaar zouden zijn in plaats van overlappend.

De universiteiten van Leiden, Rotterdam en Delft hinten al een jaar op een fusie. Het begon bij de opening van het collegejaar 2010-2011, toen de Rotterdamse collegevoorzitter Pauline van der Meer Mohr sprak over een verregaande samenwerking, waarbij ze een fusie niet wilde uitsluiten.

Sindsdien is er gewerkt aan een gezamenlijk document, dat voor de zomer had moeten verschijnen, maar dat nooit verder is gekomen dan de status van concept. Of de collegevoorzitters dit keer bij de opening van het collegejaar duidelijkheid willen verschaffen, is nog de vraag. NRC Handelsblad is desondanks zeker dat de fusie er inderdaad komt. De krant meldde op 22 juli dat de nieuwe mega-instelling Universiteit Leiden gaat heten. Eerder deze maand zei staatssecretaris Halbe Zijlstra nog dat een fusie tussen universiteiten wettelijk gezien niet mogelijk is. Als de wet moet worden aangepast, kan de fusie nog vele jaren op zich laten wachten.

DELTA. 22 25-08-2011

science

opinion please

04

Millions for terahertz antennas and nanocoatings Wireless communication expert Professor Andrea Neto and chemical engineer Dr Ruud van Ommen both received a 1.5 million euros Starting Grant from the European Research Council (ERC) this summer to develop their own research teams.

Tomas van Dijk

Going green To be buried, burnt or dissolved. What’s the greenest way to go?

Last week an old discussion was reignited following the publication of a TNO report claiming that modern ways of decomposing bodies, such as freezing or chemical dissolving, were more environmentally-friendly than burial or cremation.

Funeral giant Yarden ordered the report, just like it ordered a similar report six years ago from TU Delft researcher, Dr Han Remmerswaal (faculty of Industrial Design Engineering), on the environmental aspects of various forms of body processing.

The funny thing is: the two reports are in contradiction. Dr Remmerswaal’s 2005 report concluded that burial, cremation, resomation (a chemical dissolving process) and cryomation (deep freezing followed by shaking to pieces) all had similar environmental impacts. The largest impact by far, according to Dr Remmerswaal’s analysis, is the kilometres driven before and during the funeral service.

The new report by TNO however heralds the two new techniques (resomation and cryomation) as more environmentally friendly than cremation and – even worse – burial. It does agree however with Dr Remmerswaal’s report that funeral-related transport represents the largest environmental burden (typically three quarters of the total).

So what’s going on? Except for Yarden’s apparent urge to innovate, that is. Well, to start with, the studies use different unities (Eco-indicator in 2005 versus compensation euros in the most recent study). Moreover, the two reports measure different aspects of the body processing and value them differently. Re-use of gold from teeth and steel from surgical implants, for example, hardly played a role in 2005, but the retrieval of raw materials counts as an eminent benefit in the TNO report. This is why resomation and cryomation are so highly valued.

Some technique, then. During resomation, a cadaver is in fact liquefied. The corpse is heated under pressure to 180 °C. Potassium hydroxide and water are also added. Three hours later and all that remains are some brittle bones, easily crushed, and a brown soup consisting of amino acids and peptides. Any metal implants can then easily be recovered, says the Glasgow-based developer of the resomation system. The first unit has been installed in Florida and should be operational in September.

Deep-freezing the remains and subsequently pulverizing them should also liberate any implanted material for a second life.

In the NRC newspaper article, Dr Remmerswaal, who has since retired from TU Delft, responds by saying that the TNO study too easily quotes data on material and energy use from foreign manufacturers, without those techniques having been tested in commercial practice.

TNO researcher Elisabeth Keijzer replied that she has used a broader scope than Dr Remmerswaal did before her. “In the case of burials and cremations, we included the coffin,” she says. “With the new techniques we didn’t include one, since we reckon it will then be reused up to 50 times. In the case of burials, we also included the maintenance of the grave, the occupation of the land and the often heavy headstones that may come from as far away as Asia.”

Dr Remmerswaal is not convinced by the new technologies: “I don’t believe in body processing with dangerous chemicals. Imagine how that would be in practice. People there will have to work in safety suits, while the family of the dear deceased is allowed to watch from behind a glass screen.”

Whichever way you may choose to go, remember that transport is the biggest environmental burden of any kind of funeral. Exceeded only, that is, by staying alive. (JW)

“It was simple luck which lead me to discover a physical phenomenon which could ultimately speed up wireless telecommunications a million fold,” says Professor Andrea Neto (faculty EEMCS).

Ten years ago, when Neto worked for space agency Nasa, he was fiddling with an antenna that for some mysterious reasons didn’t behave as expected. While doing so he found out that electromagnetic waves could be sucked up by dielectric material and subsequently be radiated and redirected.

The same happens to charged particles when they pass through a dielectric medium at a speed greater than the velocity of light in that medium. This equivalent is well-known in physics: the particles emit light, which is called Cherenkov radiation.

That something similar happens with electromagnetic waves is a discovery that earned Prof. Neto his grant. The researcher believes that he can use

The terahertz bandwidth is virgin and thus a widely available resource this phenomenon to develop a new kind of ultra-sensitive antenna for terahertz waves - electromagnetic waves with frequencies higher than 100 gigaHertz (0.1 TeraHertz).

Among that which makes these antennas so promising is the fact that the terahertz bandwidth is virgin and thus a widely available resource – applications such as radios, televisions and telephones all use waves in the lower frequency, the gigahertz domain.

Ruud van Ommen wants to understand how nanoparticles agglomerate to little clusters in the fluidised beds. (Photo's: Tomas van Dijk)

Terahertz antennas are of great interest for space researchers as well, since cold cosmic dust from far away galaxies emit terahertz waves. And terahertz radiation can penetrate fabrics and tissues, making it potentially useful for security screening (to expose hidden weapons) and the detection of cancers.

When scientists try to use this bandwidth however they run into a seemingly insurmountable physical limit called dispersion. “Terahertz waves are weak, and so in order to obtain and transmit enough information one has to use broad bandwidths,” Prof.

Neto explains. “Yet antennas are not fit to transmit and receive a whole range of different frequencies. Most of them consist of small resonators that resonate at one frequency. Thus they efficiently transmit signals only when exposed to a single kind of wave, usually a wave that is twice the length of the resonator. All other waves are not well transmitted, which leads to dispersion of the signal.”

Prof Neto will try to solve this problem by recreating that special kind radia-

Andrea Neto will develop an antenna with much longer resonators.

tion which he first observed while working for Nasa. For this he will develop an antenna with much longer resonators, on top of which he will place a dielectric lens. Eventually he will also try to figure out how to use this novel technique to make antenna arrays.

Nanotechnologist Dr. Ruud van Ommen, of the faculty of Applied Sciences, will use his grant to ameliorate coating techniques for nanoparticles.

He is experimenting, for example, with techniques to add a protective coating of aluminium oxide to lithium manganese oxide particles, which are used in lithium ion batteries, in order to extend their lifespans.

In his laboratory, white substances bubble and fizz in long glass cylinders. The levels of the substances rise before ones eyes, just like a cake made of self-rising flour.

“What you see here are fluidized beds,” Dr Van Ommen says. “We pump gasses trough the cylinder, causing the nanoparticles to float in the air and behave much like a liquid.”

Dr Van Ommen and his colleagues succeeded in coating nanoparticles in fluidized beds under atmospheric pressure, which is quite a feat in process technology.

The goal of his research project is to understand how nanoparticles agglomerate to little clusters in the fluidised beds, and to better control this agglomeration process to obtain optimal coating results.

DELTA. 22 25-08-2011

science

05

short news science C2C LAB

Lowlands

New gas

Hybrid solar

Hydrogen storage

Some 25 students from various faculties assembled last Tuesday with recycle guru, Professor Michael Braungart, for what has been baptised ‘cradle-to-cradle lab’. PhD student Suzan van Dijk, and Bob Geldermans, organised the meeting in order to spread the movement of reuse of materials beyond their own faculty of Architecture. Four students gave presentations on C2C examples in constructions, supply chains, education and cutlery.

At the Lowlands festival last weekend, the TU displayed its entry for the Solar Decathlon competition – a university challenge for solar-powered houses. The Delft team presented a cylindrical white tent in the shape of the Revolt house, featuring some posters and students on hand to explain the concept to Lowlab visitors. “Many people thought at first a round house was impractical,” says architecture student Ruben Smits.

“After we explained that the house rotates with the sun, they often changed their views.”

TU researchers have launched an initiative for the development of so-called unconventional gas resources – gas freed from geological formations by hydrocracking. The Unconventional Gas Research Initiative (UGRI) aims to accelerate development of unconventional gas resources and do so in an environmentally responsible way.

Thus far hydrocracking is a disputed technology since environmentalists fear contamination of ground water resources.

Heat reduces the efficiency of photovoltaic panels. But what if you succeed in tapping the heat and feed it to a solar boiler? This is what MSc student of Sustainable Energy Technology, Stefan Roest, has developed with his hybrid solar collector. The surface is covered with a thin film solar cell, while below it water flows through aluminium channels. To test his device, Roest developed a solar simulator for which there was considerable interest. He then began the Eternal Sun spin-off.

TU researchers produced a material that can store hydrogen at a moderate temperature and pressure (80 Kelvin at 80 bars). Storing hydrogen in this way requires less energy than making it liquid (hundreds of bars at 20-30 Kelvin). The material that Applied Science professors Fokko Mulder and Theo Dingemans developed is a metalorganic framework (MOF) made from zinc and organic molecules. The MOF is special because unlike other such materials it is water resistant.

S.vandijk@tudelft.nl

ugri.tudelft.nl

Student shrinks electron microscope

Leon inspects his microscope. (Photo: Tomas van Dijk)

Physics student Leon van Kouwen built a 10-centimetre working prototype of an electron microscope as his graduation project.

Leon van Kouwen, ‘Miniaturized SEM based on CRT technology’, Thursday 25 August 2011

proposition

Typically the beam of an electron microscope is formed within a long tube - up to several meters long. Inside, sets of condensers focus the powerful beam through carefully crafted magnetic fields onto a specimen under study. “Magnetic or electric fields can focus electrons just like lenses do with light,” says charged particle optics expert Professor Pieter Kruit (Applied

Sciences). Electron beam manufacturer CRT, based in Heerlen, contacted Kruit with a request to develop a lowtech electron beam. CRT’s executive director, Paul Aerssens, MSc explains they were looking for another market for their expertise in electron beam manufacture, since most displays have become flat screens.

However, the electron beam in a TV tube is very different from that in an electron microscope. Generally, the electron source in a TV tube is less powerful, and the energy variation between electrons is larger. Both factors contribute to a less-focussed beam.

Kruit holds up a tiny aluminium box

the size of a cigarette butt with three holes in it: the electron gun from a small colour TV. It illustrates the cheap technology common in cathode ray tubes - prefabricated metal parts put into a mould and stuck together by strips of molten glass.

Kruit appreciated the challenge and asked fellow student, Leon van Kouwen, to design, build and test a small electron microscope equipped with electrostatic focussing.

In the lab, it’s hard to believe this is a miniature microscope. Large vacuum vessels, a rattling pump, several highvoltage supplies and amplifiers occupy several tables. What it’s all about however is the small cylinder behind the glass. This is a functioning miniature electron microscope with a resolution of about 30-50 nanometers. But Van Kouwen cannot be sure, since the image is shaken up too much by the vibrations of the vacuum pump.

“We’ve shown that the concept is feasible,” says Kruit, “and we’ll publish that in a scientific journal.” CRT can now develop and build cheap mini EMs and deliver them to the Berlinbased firm, SPECS GmbH, which would like to include such devices in their equipment for surface inspection on the nanoscale.

In order to ensure implementation processes run more smoothly, policymakers must invest less time in formulating policy, so that they will then have more time to spend on supporting those who implement policy.

‘To balance between effectuation and deliberate departure from policy. The implementation of housing stock policy by housing associations’, PhD-thesis by Ritske Dankert, Technology, Policy & Management.

halfway

Concrete collapse Name: Eva Lantsoght (26) Nationality: Belgian Supervisors: Professor Joost Walraven and Dr Cor van der Veen (Concrete Structures section; Civil Engineering faculty) Subject: Shear capacity of reinforced concrete slabs under concentrated loads close to the support Thesis defence: In two years “During the last two years I’ve been testing big concrete slabs. In 127 tests, I’ve looked at how cracks and failures occur. In the laboratory, I’ve put loads on 5 x 2.5 meter slabs, 30 centimetres thick, until they collapsed. It’s very spectacular to do the tests, because all the materials I use are so big.

The testing is part of my research on how forces flow in concrete slabs that are used in bridges. I especially focus on loads close to the supports. In the Netherlands, many slab bridges were constructed in the 1970s, when many highways were built. However, it’s not yet known how the slabs behave. But due to the increased traffic volumes and the European Union’s new concrete design codes, it is necessary to know the behaviour of bridges. Together with colleagues in my group, we conduct research to fill in (some of) the gaps. We try to get to know what the real capacity of the bridges is.

The concrete slabs I use during the tests are scale models; they are half as big as the ones that are used in bridges. I love to do the tests. When I first started, I feared that doing a PhD would be a bit boring, but it hasn’t been thus far. No test is the same: every time something different occurs. I use a crack width comparator, which is the size of a business card, to measure the crack widths. I then record the test results in a lab book. I will analyse my test results over the course of the next two years. I’m excited to see the results.

Since last year I’ve been writing a blog about my research and life in the laboratory. I started it because I wanted to show others what’s going on in my life as a PhD student. And when I look back in a couple of years and read my blog, I will know exactly what I did. The blog is sort of like the lab book I also keep during the testing.

In my blogs, for instance, I write about how to handle large amounts of literature and how to write an abstract in 30 minutes. To be a PhD student is to learn many new things. As an engineer, one is always prepared for all challenges. I have therefore taken extra courses and write about things I come across and what I’ve learned.” (RV) phdtalk.blogspot.com

DELTA. 22 25-08-2011

international students

06

Power to the people Three enterprising TU Delft students spent their summer holiday in Nepal, developing a business plan to bring renewable energy technology to remote villagers.

Bennett Cohen This summer, three TU Delft students (including the author) headed to Nepal as representatives of Empower Generation (EG)—a winner of TU Delft’s Sustainable Business Game competition. To win the contest, EG pitched a bottom-up approach to bring renewable energy to the people of Nepal.

Riding high on this small victory, the student team then spent the summer in the field, refining its approach and planting the seeds of its first pilot project.

EG’s target community consists of two villages in the Chitwan district of Nepal—a favorite for tourists because it hosts Chitwan National Park, a treasure chest of biodiversity that provides habitat for elephants, rhinoceros, crocodiles and tigers, to name just a few.

Because the park is increasingly pro-

tected, neighboring villages have decreasing access to firewood—their primary source of energy. While these villages do have access to Nepal’s central electricity grid, power cuts can last up to 18 hours per day, and supply is rare in the evening.

EG team member, Srikanth Santhanam (MSc Sustainable Energy Technology), is all too familiar with power cuts. As the lead engineer on this trip, Srikanth empathized with the energystarved community. “It really sucks

'It really sucks when you’re cramming for a big exam and your reading lamp suddenly goes out' when you’re cramming for a big exam and your reading lamp suddenly goes out,” Srikanth recalls from growing up in India.

Through interviews and analysis, EG found that light was among the core energy services the community struggled with. Dangerous kerosene lanterns, and cheap “emergency lights” were providing weak light and constantly requiring further income from this poor community.

Following a detailed energy needs assessment, EG determined that micro-

http://me scale solar photovoltaic (PV) systems could be a solution for the community.

The team devised and implemented a product-testing scheme and distributed small PV panels (1-1.5W) that powered different LED lamps (some for reading and intricate handiwork, others for general room-lighting or checking on livestock) and charged mobile phones.

After about a week, EG recollected the equipment and interviewed households about their experiences. “It was so inspiring to see what a huge impact these renewable energy technologies have on the communities,” remarked Dutch team member, Noortje Schrauwen (MSc Industrial Ecology). “Seeing this solidified my belief that anthropology and technology assessment can be combined to solve important problems in the developing world.”

EG gladly received extensive user feedback from the households who borrowed their lighting and charging systems. “People at the base of the economic pyramid are shrewd consumers,” notes Srikanth, “earning under $2.50 per day, you have to be.”

Villagers expressed ideas for improving the technologies and adapting them to their needs. They were also candid with EG about what they would be willing to pay. Surprisingly, these amounts were in line with the actual technology costs. Schrauwen adds, “This finding reaffirms EG’s belief that businesses offering solutions at affordable cost can solve problems for the poorest of the poor.”

EG’s next step is to invest in a range of technologies similar to those tested, and stock the shop of Sita Adhikari, a local entrepreneur who will market, sell, and service the equipment. Sita cannot wait to receive EG’s first technology shipment: “These lights will extend the workday for my customers.

I’ll buy the handicrafts and agricultural products they are able to produce at night and sell them on the local market. So, the lights will also increase income for my customers.”

Venkatesh Sarda (24), from India, is an MSc student studying Sustainable Energy Technology. (Photo: webcam)

“The first reason I got a PC - way back in 1995, when I was 8 years old, if I’m not wrong- was for gaming. My dad and I were at an exhibition where I saw people playing simple computer games, like Super Mario Brothers, on PCs, and I set about convincing my father that he should get my a PC. He was nice enough to be persuaded, and soon I had my first computer—a 100 MHz Pentium 1. I never saw this computer as a tool to communicate or run other software, but just as a platform for gaming.

Since a young age, I’ve been very interested in cars, automobiles and racing. I wanted to use my PC to play graphics-intense racing games but found that my current system was not up to the challenge. That’s when I started to learn more about how computers worked—about graphics cards, RAM, disk space, etc. As video games became more sophisticated, so did my understanding of computers.

Soon I was able to build custom PCs from components, and, I had connected a simulation steering wheel, brake, and gas pedal to my computer, so my PC allowed me to feel like I was really racing.

Nowadays my online activities are relatively minimal. Of course I use Skype for staying in touch with my family and friends back in Chenai, India. I do use some social networking sites, but really only for networking and staying in contact with people. I don’t like putting a lot of information out there and risking my sense of privacy.

One interesting way I use the Internet now is to search for new and local adventures, like those profiled in the TV show ‘The Amazing Race’. I recently discovered that Switzerland is home to the hydroelectric dam where the opening to the James Bond film, ‘Golden Eye’, takes place. This is pretty extreme, but I’m also interested in local ‘cultural adventures’. In The Amazing Race, the contestants have to sell cheese in one of Holland’s famous cheese markets to make enough money to move on to the next stage. Perhaps once I defend my thesis this fall, I’ll try my hand at cheese selling!” (BC)

My favorites

www.rfactorcentral.com www.bbc.co.uk/sn/humanbody/truthaboutfood www.video.nytimes.com www.cbs.com/primetime/amazing_race

A Nepalese woman from Kumroj holds up an LED reading lamp—one of the technologies Empower Generation tested this summer. (Photo: Bennett Cohen)

lei li

Back to school “Before I recently started my first job at a PR agency, many insiders I knew had warned me to watch out for the not-so-friendly female rivalry in the PR world. ‘Bitch jungle’ is the word they literally used referring to this world. After three months at work now, navigating the office culture has indeed proved to be quite a quagmire, a recent issue I had with my manager being just one example. The other day my manager took a sick leave. To not let any coverage opportunity slip away, I took the initiative of contacting our client about some media requests. As every PR pro knows, the media never waits, and our client highly appreciated my efforts. However, the next day my manager called me to say that I’d overstepped my authority by contacting our client without her approval. Since then, I’ve got a cold attitude from her and been excluded from most office outings.

How I now wish TU Delft had offered a course in ‘Dutch Office Politics 101’ during my studies, but since it didn’t’, and not knowing how to deal with this situation, I turned to my Dutch friend Ben for advice. He’s a senior-level professional possessing enough knowledge and experience to be my career coach. After hearing my story, he pointed out that I was probably getting

‘relational aggression’ from my manager. Noticing a bewildered look on my face, he patiently explained that ‘relational aggression’ is behaviour that’s calculated to control another person’s ability to maintain rapport with his or her peers. And what’s worse, it only accounts for a small portion of the whole ‘office politics’ thing.

For someone like me, who has just come from the ivory tower of academia, it’s shockingly eye-opening to be confronted by the diversity of tactics used in office politics. While some are blatant, most are under-the-radar. Anyway, the word ‘politics’ always had negative connotations for me – conjuring up manipulation or even sabotage - but Ben quickly corrected my apparent misconception. He told me that there’s nothing wrong with office politics; it’s only the purpose I use it for that makes the big difference. He said: ‘Whether you hate it, admire it, practise it or avoid it, office politics is a fact of life in any organisation. And, like it or not, it’s something you must master for your career success’. I suddenly started wondering: why is such an important subject missing in our university education?

But still, simply being aware of the existence of ‘office politics’

didn’t help to solve my particular problem. I suppose many starters like me ask the same question: how to be ambitious while not crossing the boundary? After all, aiming high and remaining ambitious is a virtue that’s been highly praised by mankind for centuries. Shall we be wolves or sheep? Fortunately Ben was on hand to provide another wise quote, which might be a golden rule for all of us to practise: ‘Be a wolf in sheep’s clothing.’”

Lei Li, from Shanghai, China, is recent MSc graduate in science communication. She can be contacted at: LeiLivanShanghai@ gmail.com

DELTA. 22 25-08-2011

international students

07

Freelancing around the rules The ZZP-10 freelance job agency offers hope to international students eager to earn some extra money during their studies at TU Delft.

OLGA MOTSYK It’s no secret to TU Delft’s non-EU international students that finding part-time jobs next to their studies can be quite challenging. Although such students are legally entitled to ten hours per week, the Dutch government gives working permits on a caseby-case basis, and to the employer, not the employee. Further, unlike other major Dutch universities, like Utrecht or Twente, TU Delft doesn’t provide support to international students seeking part-time employment, seemingly preferring to discourage students from the idea instead. Parttime employment however has always been, and will continue to be, an integral part of student life, which leaves TU students to job hunt on their own.

Fortunately, help is on the way in the form of ZZP-10 agency, an employment agency whose owner, Marion van Leeuwen, spoke to Delta about opportunities for non-Dutch speaking, international students to get freelance work through her agency.

What exactly is the ZZP-10 agency?

“ZZP is an abbreviation for zelfstandige zonder personeel, which translates as ‘independent employee without personnel’, or just ‘freelancer’. The ‘10’ in the name represents the number of languages we work with: Dutch, English, French, German, Spanish, Portuguese, Italian, Arabic, Turkish, and Polish. We are also hoping to add Chinese and perhaps a few others to that in future. Our agency is for foreigners or Dutch citizens with differing ethnic backgrounds who want to work as freelancers. Our website also offers people important information about paperwork, administration, accountancy and taxes associated with freelancing in the Netherlands.”

When and how did you start this business?

“The agency officially launched two years ago, but we’ve only recently had the new website online. To our knowledge, we’re the first and so far only ZZP agency for internationals in the Netherlands. In recent decades, the Netherlands saw an influx of foreigners, and over time not all of them integrated well in Dutch society. It was my dream to start a job agency where foreigners would be able to start working in their own language, and integrate in Dutch society with time.”

What challenges do people with nonDutch backgrounds face when looking for work in the Netherlands?

“These people have diverse backgrounds that they bring with them, that make them different. In order to work here, you need to know the rules, to have the right documents. All laws and regulations, however, are only available in Dutch, so there’s nobody to help foreigners with starting up work. That’s why I created the agency - to help these people.”

What kind of work do freelancers at your agency typically do?

“Everything from physical labour like construction and gardening, to intellectual work like translation, private tutoring, journalism, creative work… there are possibilities for every skill in freelancing.”

What resources are available on the site for international or ethnically diverse freelancers?

“Firstly, we have information about the VAR, tax regulations, subsidies, and all the paperwork you need to become a freelancer in the Netherlands, in ten different languages. Secondly, there’s a section where you can upload your profile, describing your specialties, past work experience – basically a CV that you can send around and post on other sites to promote yourself. And there will also be a section on the website for employers - people looking to hire freelancers.”

If a non-EU student wants to be a freelancer, what does he/she need to begin with?

“He or she needs to fill in a VAR form, have proper health and liability insurance, get a document from the Dutch chamber of commerce (KVK form), and of course create a profile stating what they can do, and thus begin to advertise themselves. We as an agency can help them initially, but freelancing means taking initiative—that’s the zelfstandige or independent part of it.”

What are the costs involved?

“Liability insurance costs 30-50 euros per month, health insurance is something you already have to have, so no added costs. A KVK-form costs around 40 euros. Other than that, there are tools of your trade, but that cost can be compensated through tax reductions later. We do not charge freelancers for the information we give or for uploading their profile.”

Do you think the investment is worth it for non-EU students to take on freelancing?

“With freelancing, what you put in is what you get back from it. If you cannot work more than ten hours a week, you won’t be able to get some special subsidies from the government, but you also won’t have to pay many taxes, so it can certainly still be profitable. You can freelance with several different professions and work in your own time, so I definitely think it’s worth trying out.”

news in brief New year TU Delft will mark the opening of the 2011-12 academic year on 5 September with a special event held at the Aula. This year’s theme will be ‘Get the best out of yourself’. Students and employees are welcome to attend the event, which starts at 15:30. In his opening address, Executive Board President Dirk Jan van den Berg will explain how the University can get the best out of itself in these difficult times. Guest speaker Jan Douwe Kroeske will aim to encourage students to achieve great things in his keynote speech, titled ‘Get the best out of yourself: engineers for a sustainable future’.

Shanghai ranking All thirteen Dutch universities are among the top 500 universities in the world, according to the recently released Shanghai ranking of the world’s universities.

The universities of Utrecht and Leiden are the only Dutch universities ranked in the top 100, while Delft is ranked in the 151-200 range. Dutch universities have gained ground in the Chinese ranking of research univiersties: Utrecht rose two places and is now ranked 48, while Leiden went from 70th to 65th place. In 2010, the University of Tilburg failed to make the list, but now shares the 401-500 ranges with 99 other institutions. As usual, US universities occupied the top spots, with the exception of two British universities: Cambridge (5) and Oxford (10). Harvard was ranked number 1t. The University of Tokyo was the best Asian finisher, ranking in 20th place.

Chinese–Dutch Children raised in Chinese-Dutch community in the Netherlands are excelling at school, routinely achieving better grades than native Dutch children.

According to statistics recently released by the Netherlands Institute for Social Research (SCP), two-thirds of children from Chinese immigrant families graduate to the highest levels of Dutch secondary education, compared to only onehalf of all native Dutch children. Moreover, the Chinese-Dutch are more likely than all other ethnic population groups in the Netherlands to proceed on to university studies after graduating high school. Some 110,000 Dutch-Chinese live in the Netherlands. The Dutch-Chinese are also more successful in the Dutch job market, frequently holding high-level positions and rarely ranking among the unemployed. The SCP states that the reasons for this success can be found in the fact that the Chinese highly value education and work hard.

Merger Within six to eight years, the universities of Leiden, Delft and Rotterdam will merge to form one ‘super university’, which will be named Leiden University, according to sources familiar with university community report, the NRC Handelsblad newspaper reports. Several alumni, TU Delft employees and others have since protested against the proposed merger. Many of naysayers warn that the name TU Delft should at least be preserved, because it is internationally well known.

No confidence

www.zzp10.nl

Dutch consumers are troubled by the European debt crisis, with Dutch consumer confidence falling to near record lows. According Statistics Netherlands, the key performance consumer confidence indicator fell by nine points in August to -21. Another key economic indicator fell by 22 points to -38, as consumers expressed concern about the weak economy. Meanwhile, the Netherlands’ unemployment rate increased to 5.3 percent in July, with 413,000 reportedly unemployed, which is 22,000 more unemployed than in June, marking the first time that the country’s unemployment rate has exceeded 400,000 people.

Microwave toilet TU Delft researchers have received a grant worth approximately 500,000 euros from the Bill & Melinda Gates Foundation to develop a new kind of toilet that does not require water nor a sewage system. Using microwaves and a process called ‘plasma gasification’, the toilet will turn human faecal waste into a synthetic gas. This gas will in turn be used to produce electricity.

New students Approximately 750 new international MSc students have thus far registered for study programmes at TU Delft. Half of these students come from European countries, significantly more than in 2010, when 250 Europeans enrolled at TU Delft. In 2009, the number of European students was even smaller: 160.

The Greeks are the largest group (142), even outnumbering the Chinese (116).

Elco van Noort, head of the TU’s International Office, explains: “Greeks need a European diploma to get a decent-paying job. When they look at international rankings, they see that England is too expensive and that Switzerland’s capacity is too small. So they come to us.” And he adds that the reason why fewer non-EU-students (-12 percent) have enrolled this year is financial. “Our tuition fee has increased considerably: from 8,800 euros to 12,500.” This year’s enrollment figures are still preliminary.

Flash mob

Under grey skies and intermittent rain – perhaps the most fitting climate for memories of dear old Holland – TU Delft held its annual Summer Festival last June for the graduating class of 2010-11. This informal gathering serves as a ‘last’ time for the students to say goodbye to Delft and their friends, and for university to wish the graduates well as new ambassadors of TU Delft. Some 580 graduates attended the event, hosted at the Sports & Culture Center, with this year’s proceedings marking the first time that the event was held for both Dutch and international student graduates. TU Delft’s Vice-Rector, Professor Peter Wieringa, delivered the commencement address, remarking that “if there is one thing Delft Engineers are famous for in the world, it is the capacity to organize, to work in a team as team leader and to bring complex technical topics to a manageable level.” His speech was followed by a party featuring live music and drinks, as well as the ‘Flash Mob’ pictured here. (Photo: no credit)

DELTA. 22 25-08-2011

lifestyle

08

Hobbelen en trillen op de Leeghwaterstraat Na veertien jaar heeft Delft eindelijk weer een echte wielerronde. Een initiatief van acht ondernemende WTOS-leden.

Zondag wordt hij verreden, in de TU-wijk.

Jimmy Tigges In 1996 bliezen toenmalige leden van de studentenwielerclub WTOS de ooit succesvolle Ronde van Delft ook al nieuw leven in. Met veel enthousiasme en creativiteit organiseerden zij criterium De Roos rond de Phoenixstraat en de Spoorsingel. Na twee edities stierf het initiatief een stille dood.

De acht huidige WTOS-leden die vorig jaar op hetzelfde idee kwamen, wisten aanvankelijk niets van de activiteiten van hun voorgangers, vertelt voorzitter Martin Janssen van de organisatie. “Toen we zelf een keer een heel klein wedstrijdje organiseerden voor andere verenigingen, op het Delftechpark, vroegen wij ons af: waarom heeft Delft geen eigen criterium? Alle dorpen rondom Delft hebben er een.

Dat is altijd super gezellig, hele dorpen lopen er voor uit. Zelf reizen we ook veel criteriums af. Toen we gingen spitten in de historie ontdekten we

dat er ooit wel een Ronde van Delft is geweest.” Er werd een stichting opgericht, maar plannen om de ronde in 2010 te houden verdwenen al snel in de ijskast. “Een half jaar bleek te weinig om zoiets te kunnen organiseren.

Sponsors binnenhalen, de gemeente overtuigen dat het allemaal kan, dat kost tijd. We besloten om ons op 2011 te richten.”

De als sponsors benaderde TU Delft en Rabobank begroetten de plannen met enthousiasme. Bij de gemeente liep het iets stroever. “De eerste ambitie was om de Ronde in het centrum te organiseren, langs de grachten. Dat

‘De moeilijkheid zit ’m in de afwisseling asfalt en klinkers’ geeft een geweldige ambiance, met allemaal cafeetjes om het parkoers heen. Daar bleken ze bij de gemeente niet zo blij mee. Het voorstel om ‘m in de TU-wijk te laten verrijden beviel hen veel beter.”

De start/finishplek (met tribune en officiële jurybus) ligt aan de Leeghwaterstraat. Het 1100 meter lange parkoers loopt verder via de Jaffalaan, Rotterdamseweg en Cornelis Drebbelweg.

Speciaal voor de wedstrijd liet de TU

Het kruispunt Leeghwaterstraat/Cornelis Drebbelweg wordt lastig voor de wielrenners.

(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

Programma Ronde van Delft, zondag 28 augustus (Leeghwaterstraat eo)

11:00 uur: Sportklasse (40km) 12.30 uur: Amateurs (60km) 14.15 uur: Rabo Dikke Bandenrace 15:00 uur: Elite/Beloften (80km) vorige week de ergste gaten en kuilen in de Leeghwaterstraat egaliseren.

En deze week nog werden namens de gemeente de slechtste stukjes asfalt gerepareerd op het stukje Rotterdamseweg.

“Een parkoers met vier simpele bochten zou je zeggen. Zoiets heet in de wielerwereld een ‘racebaan’. Maar de moeilijkheid zit’m in de afwisseling asfalt en klinkers. Klinkers maken het wat zwaarder. Dat blijft hobbelen en trillen, ook al zijn ze afgelopen week recht gelegd. En in de bocht Leeghwaterstraat/Jaffalaan zit een drempeltje.”

De coureurs uit de categorie elite/ beloften, met onder anderen de WTOS’ers Malaya van Ruitenbeek en de sterke sprinter Jos Koop onder de favorieten, leggen 80 kilometer af. De race voor amateurs gaat over 60 kilometer. In Kitty Busscher, baliemedewerkster op het sportcentrum, is een enthousiaste Rondemiss gevonden.

“Hoeveel mensen erop afkomen? Dat is volledig koffiedik kijken. Prioriteit is dat je een goede wedstrijd organiseert, verder ben je natuurlijk afhankelijk van het weer.”

Aan de promotie zal het niet liggen.

Trots zijn ze op hun zelf vervaardigde Rondekrant die afgelopen weekend eigenhandig bij 4500 huishoudens in de bus werd gegooid. De overige 500 worden uitgedeeld rond het parkoers.

Janssen beseft hoe broos de plannen zijn om er een jaarlijks fenomeen van te maken: “Als studentenvereniging is het erg moeilijk om de continuïteit erin te houden, je moet elk jaar weer geschikte mensen vinden. www.rondevandelft.nl

time out

Smakelijk Nieuw collegejaar, nieuwe kansen. En nieuwe feestjes, gelukkig.

Reden om te proosten! Op de vierde Delftse Bierbeurs bijvoorbeeld, en het nieuwe, duurzame eetfestival Dag Hap. Studentenstad bij uitstek, een biercafé met dertien speciale bieren op de tap; daar hoort natuurlijk ook een bierfestival bij. Voor de vierde editie van de Delftse Bierbeurs, zondag op de Brabantse Turfmarkt, nodigde bierlokaal Locus Publicus brouwerijen uit België, Duitsland én Nederland uit. Toch gaat het de organisatie vooral om de kleine Nederlandse brouwerijen. Klein Duimpje uit Hillegom bijvoorbeeld, De Jantjes uit Uden, De Leckere uit Utrecht, De Pelgrim uit Rotterdam en ’t Vølen uit Volendam. Helemaal leuk: brouwerij de Koperen Kat uit Delft presenteert zijn eerste biertje. Net als brouwerij de Eem trouwens, maar dan alleen voor vrouwen. Kies daar als Locus Publicus maar eens de winnaar van de bierbrouwwedstrijd uit.

Je zou er trek van krijgen en dat is maar goed ook, want Den Haag roept vanaf 30 september een

sport

Hitmanics (in marineblauwe jerseys en grijze pantalons) honkbalde goed tegen Alphians 2, maar verloor toch. (Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

Rimke Braakman, behalve MST-student aan de TU ook topbeachvolleybalster, lijkt met teammaat Michelle Stiekema op het sportieve vlak in een flow te zitten.

Begin augustus won het tweetal in Porto het Europees kampioenschap onder 23 jaar. Afgelopen zondag baarde het koppel wederom opzien door op het Scheveningse strand in de halve finale van het NK het topduo Keizer/Van Iersel in drie sets te kloppen. “De laatste weken zijn we sterk in vorm”, erkent Braakman.

“We draaien een veel beter seizoen dan verwacht. We waren een belangrijke underdog, maar toch waren we zelf erg verrast.” Later op de dag leverde de finalewinst op Remmers/Wesselink het stel een tweede gouden medaille van aanzien in korte tijd op. Bij de mannen stonden bouwkundestudent Daan Spijkers en Emiel Boersma zondag eveneens in de finale. Na verlies tegen het ogenschijnlijk onaantastbare koppel Nummerdor/Schuil mochten zij het zilver om hun nek hangen.

Andere topsport die in het teken van Olympische aspiraties staat, is het komende zondag van start gaande WK roeien in het Sloveense Bled. Daar zal een flinke portie Delftse deelnemers actief zijn. Proteus levert een afvaardiging van liefst zes toppers aan de Nederlandse ploeg. Sytske de Groot en Chantal Achterberg maken deel uit van de nationale vrouwenacht, terwijl de mannenacht als vanouds wordt gestuurd door Peter Wiersum. Ook verenigingsgenoten Roeland Lievens (LM4-), Arnoud Greidanus (LM2-) en Ellen Hogerwerf (D4-) zullen strijden om de medailles en hun plaats in de boot. Namens Laga zit Olivier Siegelaar in de Holland Acht en zal de van de universiteit in Boston naar Delft teruggekeerde Meindert Klem plaatsnemen in de zware mannenvier-zonder.

Aan de recreatievere kant van de sport maken de honkballende studenten van Hitmanics een moeilijk seizoen door. Na twaalf duels staat de vijfdeklasser met slechts drie punten laatste. “Alle goede spelers zijn weg”, vertelt eerste honkman Peter Wiegman, “en de nieuwelingen hebben nog te weinig ervaring. Toch heb ik er veel vertrouwen in dat het beter gaat worden, nu we wat intensiever zijn gaan trainen.” Of er gevaar van degradatie bestaat kan hij niet zeggen: “Ik weet eerlijk gezegd niet of er op dit moment nog een lagere klasse bestaat.” Zaterdag kwam de nummer voorlaatst Alphians 2 op bezoek in Delft. “We speelden goed, maar verloren toch”, aldus Wiegman die de 9-5 nederlaag deels toeschreef aan een gebrek aan voldoende aanwezige spelers. (JT)

Tips? Jimmy.tigges@hetnet.nl

Stephan nieuw festival in het leven: Dag Hap. Drie weken lang kun je in de weekends genieten van culinaire hoogstandjes met een duurzaam tintje. Een greep uit het aanbod: live gebrouwen bier van slootwater, een honingbank om te investeren in bijen en een windmolenwiek als eettafel, van de afvalarchitecten van Refunc. Sjim Hendrix bereidt in zijn tijdelijke restaurant ConservenNL spannende gerechten als stadsduif, duinschaap en zeesla. Er is zelfs een groenruilmarkt, waar amateurtuinders en festivalbezoekers alles met elkaar kunnen ruilen wat met tuinieren te maken heeft; van lamsoren tot jam en van tuinboeken tot gereedschap.

Wekenlang lekkerbekken dus, en met een goede reden: zo denk je eindelijk eens na over onze voedselcyclus, hoopt organisator Stroom. Van akker via bord naar toilet en afvalemmer. Eet smakelijk.

(JH)

Vierde Delftse Bierbeurs, op zondag 28 augustus van 11.00 tot 18.00 uur op de Brabantse Turfmarkt. Toegang gratis.

Dag Hap, in de weekends van 30 september tot en met 16 oktober 2011 van 12.00 tot 19.00 uur in het Maria Dermoûtpark (Erasmusveld) in Den Haag. Toegang gratis, eten niet.

DELTA. 22 25-08-2011

lifestyle

09

Westerpop voor dummies Ben je geen muziekkenner, maar wil je komend weekend toch goed beslagen ten ijs komen op het Delftse festival Westerpop? Hier een overzicht van de bands.

Zwoele zomerherinneringen

SASKIA BONGER Zoals gebruikelijk begint Westerpop op vrijdagavond met een bandjeswedstrijd voor lokaal talent, de Peter Tetteroo Bokaal. De acts zijn nog onbekend bij het grote publiek, dus geen probleem als je ze niet kent. Zaterdag spelen er bekendere namen, al was het maar omdat verschillende ervan in ‘De Wereld Draait Door’ hebben gestaan.

Vrijdag 26 augustus Wie wil kunnen zeggen dat hij een band of artiest al heeft gezien voordat ze bekend werden, moet vrijdagavond zeker even gaan kijken op het Westerpopterrein. Er komt een grote variatie in muziekstijlen voorbij, allemaal van Zuid-Hollandse bodem. De Delftse dj Nestigo alleen al zorgt voor de nodige afwisseling. Hij staat op de website DJ Guide beschreven als een ‘music entertainer’, omdat hij een mix van stijlen als funk, latin, tribal, club en electro draait.

De driemansformatie Weissmuller shopt ook aardig rond in de recente muziekgeschiedenis. Invloeden die hoorbaar zijn, strekken zich uit van punkrock en grunge tot electro en dance.

De pop-rock-band Sir James is wat voorspelbaarder. De band speelt popmuziek met invloeden van onder meer Coldplay en Radiohead. Dat die muziekstijl nog steeds warm onthaald wordt, bleek in het voorjaar nog, toen Sir James de Grote Prijs van Zuid-Holland won.

Meer herrie valt te verwachten van Audiodaycare Rock met snelle punkrock en alternative rock nummers, maar vooral van Variscythe Metal.

Deze metalband houdt van keihard optreden, overigens zonder melodie en zang uit het oog te verliezen.

apps

De muziek van het Noorse Kaizers Orchestra klinkt nogal maf. (Foto: Westerpop)

De vrijdagavond sluit weer een stuk rustiger af met de singersongwriter Fabian, die dit jaar tweede werd in de Grote Prijs van Zuid-Holland. Fabian heeft zich laten inspireren door flamenco, blues en hiphop. Rappen doet hij ook.

Zaterdag 27 augustus Kings Crossing, de winnaar van de Peter Tetteroo Bokaal 2010 opent de hoofddag van Westerpop. Kortweg is hun muziek samen te vatten als melodieuze en pakkende rock. Daarna volgt Jah 6, met een wonderlijker muziekgenre: een combinatie van Hollandse smartlappen en reggae. Westerpop spreekt van een ‘crossover tussen André Hazes en Bob Marley’.

Go Back To the Zoo volgt met hun

Meer herrie valt te verwachten van Audiodaycare Rock en Variscythe Metal steeds bekender wordende en aanstekelijke gitaarpop. Op nummers als Beam me up en Electric zullen ze zeker wat mensen aan het dansen krijgen.

De Ierse band Johnny Gallagher & The Boxtieband gaat terug in de tijd met hun swingende fusie tussen country, jazz en blues. Muziek waarop vooral de wat oudere bezoeker los zal gaan.

Maar liefhebbers van de muziek van

dit moment komen waarschijnlijk vooral af op Tim Knol, die Nederland met zijn loepzuivere stem in een paar jaar tijd heeft veroverd. OOR noemt zijn tweede album Days briljant.

Een band die ook al in Amerika aan de weg timmert is The Boxer Rebellion uit Groot-Brittannië. Daarbij hielp het wel dat twee nummers van de band in de Hollywoodfilm ‘Going the distance' zitten. Volgens Westerpop voorspellen kenners dat The Boxer Rebellion echt groot kan worden met zijn poprockmuziek.

Westerpop sluit af met nog twee buitenlandse bands. Kaizers Orchestra uit Noorwegen maakt van ieder optreden een enorme show met gasmaskers, olievaten en koevoeten. De muziek wordt omschreven als een mix van energieke rock en Oost-Europese hoempa. Een bezoekje op Youtube leert dat de muziek van de band inderdaad nogal maf klinkt en dat de mannen een gasmasker-obsessie hebben.

Onverstaanbaar is de muziek ook.

Maar live is dat helemaal goed.

Net zo energiek zijn The Subs uit België. Het drietal maakt dancemuziek, electro rave punk om precies te zijn.

Een hoop bliepjes en vette beats.

Beelden van Rock Werchter eerder dit jaar maken duidelijk dat het Westerpoppubliek de nodige acrobatiek kan verwachten. www.westerpop.nl

‘Vroegah’ was alles beter.

Toen schreven we nog in dagboeken en hielden we er penvrienden over de hele wereld op na, met wie we daadwerkelijk inhoudelijk communiceerden.

Maar joh: gooi daar een hightech sausje overheen, en je hebt twee apps waar de gemiddelde romanticus zijn vingers bij aflikt. ’t Is weer voorbij, die mooie zomer.

En wat was ze leuk hè, dat exotische meisje op vakantie. Jammer dat iedereen kan meelezen als je sappige herinneringen met haar ophaalt via Facebook. Oké, je kunt e-mailen, maar dat is zo weinig interactief. Grijp toch maar naar je telefoon, want de app YongoPal brengt je in contact met mensen over de hele wereld. Een knip-

Flava Leuk ***** Handig ***** Bediening ***** Prijs € 0,79 Platform iPhone en iPad

Buitenlandstage

Verlichting voor de Masai Liefdewerk oud papier. Zo zou je de stage van Justus Dokter (20, CiTG) en Erwin Guijt (22, L&R) kunnen bestempelen. Ze installeren zonnepanelen in het uiterste zuiden van Kenia.

Ze willen mensen helpen en technisch bezig zijn, maar de kennismaking met een verre, vreemde cultuur vinden ze even belangrijk. Het gaat niet om hemelbestormende technologie: gewoon licht op scholen. De reis is voor eigen rekening.

Guijt en Dokter, die de minor windenergy & sustainability volgen, zitten sinds begin juli in Namanga, een Masai-regio praktisch zonder elektriciteitsnet. Gevolg is een rem op de ontwikkeling. Het Catharinafonds probeert de situatie te verbeteren. “Ze bouwen onder meer scholen en leiden docenten op”, vertelt Guijt. In Enoosampurmpur komen een basisschool en een huis voor meisjes, zodat die veilig naar school kunnen. In Noontoto komt ook een basisschool. Verder is het Namanga Development Centre in aanbouw, met een kantoor, bibliotheek en internetcafé.

Guijt, Dokter en InHolland-student Stephan van Berkel zorgen voor licht in de nieuwbouw. “Het is er ‘s avonds snel donker”, stelt Dokter. “Daardoor kunnen leerlingen ‘s avonds moeilijk studeren.” Een ramp voor de oudere kinderen. “In

Justus Dokter en Erwin Guijt geven training aan de hoofddocenten van verschillende scholen, zodat ze de zonne-energiesystemen juist gebruiken en onderhouden. (Foto: Privébezit)

groep 7 en 8 moeten ze hard studeren om naar het voortgezet onderwijs te mogen”, legt Guijt uit.

Het trio installeert ongeveer veertien zonnepanelen inclusief bedrading, omvormers en accu’s. Alles is gesponsord.

“We moesten vooraf een beetje schatten”, zegt Dokter. “We dachten voor het development centre acht panelen nodig te hebben. Naast verlichting moeten er drie laptops, vijf netbooks, een beamer en een printer op kunnen draaien.

Voor de basisschool in Enoosampurmpur, het meisjeshuis

oog naar de penvrienden van vroeger, maar met een stevige 2011-saus: via een chatscherm voer je gesprekken met een diepgang waar de gemiddelde What’sapper van te kijken staat. Met dito traagheid trouwens, want dat valt nog wel even op deze app aan te merken.

En zou je je hartzeer zodra ze je dumpt normaal gesproken op een sociale netwerksite uiten; nu is er gelukkig Flava.

De app is eigenlijk niets meer dan een digitaal dagboek, maar dan wel met een stuk meer features dan in de jaren tachtig. Zo kun je er behalve je verhalen, ook foto’s plaatsen. Vervolgens leuk je de boel op met links en locaties et voilà: je hebt een dagboek om nooit te vergeten. Wel even oppassen dat het niet heel anno nu vreselijk gehacked wordt, want dan is in plaats van alleen je irritante zusje van vroeger, meteen de hele wereld op de hoogte.

Aan de andere kant: de app ziet er zo prachtig uit, dat zelfs de ergste naked truth er toch nog stukken mooier uitziet. Kopen! (JH)

YongoPal Leuk ***** Handig ***** Bediening ***** Prijs gratis Platform iPhone en iPad

In deze nieuwe rubriek volgen we studenten die stage lopen of aan een bijzonder project meedoen in het buitenland.

en de school in Nootogo kunnen we per locatie met twee panelen toe.”

Eenmaal daar kwamen er voor overnachtingsruimten van docenten enkele kleinere systemen bij. “Komt goed”, aldus Dokter vanuit Kenia. Ze hebben inmiddels leren improviseren. “Je moet goed voorbereiden. Liever dertig meter kabel te veel mee dan één te weinig. Je kunt niet even wat bij kopen.”

Ze hebben inmiddels ook flink geroken aan de cultuur. Guijt en Dokter zijn met twee Masai-krijgers de bergen in geweest en hebben er overnacht. Daarnaast hebben ze traditionele Masai-dansen bijgewoond en zijn ze vaak te gast bij Masai voor maaltijden of African tea. “Met veel melk en suiker”, aldus Dokter.

Vooraf hadden beide TU’ers nóg twee doelen. Allereerst kennis overdragen. “Het Catharinafonds zet een technische opleiding op. Misschien kunnen we die mede vormgeven”, vertelt Guijt. Eind juli hebben ze docenten training gegeven over het onderhoud van de systemen. Zo willen ze een tweede missie ondersteunen: het imago van zonne-energie verbeteren. “In Kenia zien ze zonne-energie als tweederangs”, stelt Dokter. “Er is weinig kennis en ervaring. Systemen worden niet altijd goed onderhouden en gaan niet zo lang mee als zou kunnen. Wij willen een goed voorbeeld tonen. Want Kenia is ideaal voor zonne-energie: veel zonuren en er is niet overal elektriciteit.” (EH)

DELTA. 22 25-08-2011

interview

10

DELTA. 22 25-08-2011

interview

11

‘Als tennisser had ik ruzie met iedereen’ Met teamgenoot Emiel Boersma reist beachvolleyer en bouwkundestudent Daan Spijkers van april tot oktober de wereld over, langs de grote internationale toernooien. Om punten te vergaren voor de kwalificatie voor de Olympische Spelen in Londen.

Jimmy Tigges Nog op de faculteit geweest de laatste tijd?

“Haha, nee. Op dit moment doe ik heel weinig aan studeren. Ik ben derdejaars, maar ik heb meer punten uit het tweede jaar dan uit het eerste. Bouwkunde is een studie die veel tijd vraagt om aanwezig te zijn, vanwege de samenwerking.

Dat is momenteel niet mogelijk voor mij. Ik ben gisteren teruggekomen uit Noorwegen, morgen vlieg ik naar Finland. Het is haasten als je maar anderhalve dag thuis bent. Vanochtend heb ik nog even getraind, om het ritme erin te houden. Het weekend na Finland doe ik mee aan het NK, hier vlakbij op het strand. De week daarna is er een World Tour-wedstrijd, ook in Den Haag.

Daarna een Olympisch kwalificatietoernooi in Kopenhagen, en in oktober het laatste toernooi in - ik meen - Marokko. Normaal gesproken duik ik meteen de boeken in als het seizoen is afgelopen, maar dit jaar ga ik eerst op vakantie, met mijn vriendin. Dan starten de wintertrainingen, tot het seizoen weer begint in april. Na de Olympische Spelen pak ik de studie weer op.”

Je woont in Scheveningen, vlakbij het strand. Is dat toeval?

“De bond heeft ons dit huis aangeboden. Ik woon hier omdat we trainen in een ruimte in Scheveningen. Een oude sporthal die is omgebouwd ten behoeve van Olympische beachvolleyers. Het is op twee minuten loopafstand.”

Voor iemand die aan de top staat ben je erg laat begonnen met beachvolleyen.

“Klopt, ik was 17. Het is begonnen met voetbal, bij Were Di in Tilburg. Ik wilde heel goed worden, maar had mijn fysiek niet mee. Ik werd uitgenodigd voor selectietrainingen bij grote clubs, maar ik vond het niet leuk. Het werd te grof en te serieus, ik was er niet klaar voor. Toen ben ik gaan tennissen, maar daar had ik te veel mentale problemen. Ik had ruzie met iedereen.

Met de scheidsrechter, de tegenstander en mijzelf. Alles was fout, tot en met het racket toe, behalve ikzelf.”

Toen maar gaan beachvolleyen?

“Mijn ouders waren allebei volleyballer. Tijdens vakanties gingen we altijd volleyballen op het strand. Met mijn broer ben ik zelfs een keer Frans kampioen geworden, toen dat een keer toevallig vlakbij de camping werd gehouden. Omdat dat tennissen intussen niet goed ging ben ik gaan indoor-volleyballen. Ik viel af voor de jeugdselectie van Oranje, omdat ik te klein was. Je moet tegenwoordig minimaal twee meter zijn om te kunnen worden geselecteerd. De bondscoach kwam naar mij toe: volgens mij ben jij een hele geschikte voor het strand. Toen ben ik begonnen met beachvolley, waar ik snel heel goed in was.

Ik kwam er tot rust, begon een beetje volwassen te worden. Bovendien is het een teamsport, je hebt teammaten die je steunen. Ik kwam in de nationale selectie terecht. Van april tot en met september fulltime trainen in Scheveningen. Ik speelde in jeugd-EK’s en –WK’s en heb mij verder ontwikkeld totdat ik op echte WK’s stond en World Tour-toernooien. Nu staan we 19 op de wereldranking. Op de Nederlandse lijst staan we tweede, achter Richard Nummerdor en Reinder Schuil.”

Je speelt samen met Emiel Boersma. Hoe belangrijk is een partner in deze sport?

“Je moet een zeer nauw contact aangaan. Je moet samen een spelletje ontwikkelen dat bij jou en bij hem past. Met Emiel is er de perfecte klik.

We zijn nu precies één jaar samen. Je moet het zien als een huwelijk dat je aangaat. Ik zie Emiel meer dan mijn vriendin, ik ben 365 dagen per jaar met hem op reis. Je ziet elkaar in het heetst van de strijd, als het slecht gaat en als het goed gaat. Dat zijn de momenten dat het interessant wordt in de topsport en in de relatie.”

Het klikte dus meteen?

“We haalden meteen goede resultaten, werden vierde op een World Tour. Dat is een circuit van vijftien wedstrijden wereldwijd. Bij zo’n prestatie stijgen de verwachtingen ook bij de nationale bond. Dan moet je gaan presteren. Daarvóór haalde ik incidenteel goede resultaten. Nu moet ik ook voor de sponsors presteren, voor de bond, voor iedereen. Dat wil ik ook. Dat geeft de sport een extra dimensie.”

Hoe belangrijk is de onderlinge communicatie?

“Verschrikkelijk belangrijk. Eén op de twintig wedstrijden gaat alles zoals je wilt, de zogenaamde flow-wedstrijden. In de andere negentien moet je er hard voor werken om te zorgen dat het net zo goed gaat. Het gaat erom hoe je elkaar aanstuurt. Na een inspannende rally van dertig seconden heb je twaalf seconden om met woorden te communiceren. Dat is niet veel. Veel communicatie gaat via codes en lichaamstaal.

Emiel is 2.08 meter. Hij is een waanzinnig goede blokkeerder en een geweldige aanvaller. Mijn kwaliteiten liggen meer in het achterveld. Ik ben de beste verdediger ter wereld, en de motivator van het team. Het gaat erom: hoe zorg je dat twee totaal verschillende persoonlijkheden het beste in elkaar naar boven halen.”

Hoe zorg je dat je steeds beter wordt, behalve trainen in de winterperiode?

“Bij elke wedstrijd zijn twee scouts aanwezig die elke actie van ons analyseren. Elke wedstrijd wordt opgenomen. Elke actie wordt gelabeld, zodat ik terug kan kijken wat ik heb gedaan. Krijg ik mijn scoringspercentages? Krijg ik mijn lijntjes, dat wil zeggen de ballen die ik gespeeld heb. De geplaatste en de gesmashte ballen: hoe worden ze verdedigd, worden ze wel of niet geblokkeerd.

Wat doe ik bijvoorbeeld als de tegenstander aan de rechterkant serveert. Je haalt daar een hoop informatie uit, zo krijg je heel veel voorsprong op je tegenstander.”

“Naast goede trainers besteden we als Nederlandse ploeg veel aandacht aan de andere facetten van de sport. Dan heb ik het niet over krachttraining, voeding of psychologie, dat doet iedereen, maar over videoanalyse en trainen van de ogen. Wat dat betreft lopen wij als Nederland voorop, ons programma is het beste ter wereld.”

Trainen van de ogen?

“Dat gebeurt op twee verschillende manieren.

Ten eerste met het online computerprogramma eye fitness. Daarmee train je je diepte-inzicht, je reactievermogen (de oog/handcoördinatie) en je peripheral view. Normaal heeft een mens een blik van 170 graden. Net als andere spieren kun je ook je oogspieren trainen, zodat je ook buiten die 170 graden scherp kunt zien. Voor je diepte-view krijg je bijvoorbeeld een plaatje te zien. Je ziet iets driedimensionaals ontstaan als je je focust op een plek achter het plaatje. Of er komen balletjes voorbij die je moet tellen. Dat begint rustig, maar ze gaan steeds sneller bewegen. Heel kinderachtige spelletjes eigenlijk, maar heel intensief. Je traint je concentratie.”

“Ten tweede is ons kijkgedrag in beeld gebracht middels camera’s. Dat gebeurde tijdens de wintertrainingen. We droegen een bril met daarbovenop twee camera’s die allebei je ogen volgden.

Die bril bracht in kaart waar je naar keek. Daarna werd een zwarte doek over het net gehangen, zodat je je tegenstander pas zag op het moment dat je sprong om te smashen. Het bleek dat je niks had aan de informatie die je normaal gesproken vóór die sprong opneemt. We werden beter omdat je pas op het laatste moment hoefde te beslissen wat je deed. Alle informatie van daarvóór, zoals de misleidende bewegingen van je tegenstanders, leidden alleen maar af. We trainen dus dat je intuïtief de goede keuzes maakt en dat je je niet moet laten afleiden door wat aan de overkant gebeurt.”

WIE IS DAAN SPIJKERS? Na eerdere pogingen om het achtereenvolgens als voetballer, tennisser en indoorvolleyballer ‘te maken’, waagde bouwkundestudent Daan Spijkers (24) zich op 17-jarige leeftijd aan de beachvolleybalsport. Hoewel laat begonnen, werkte hij zich snel op naar een absoluut topniveau. Sinds een jaar vormt hij een team met Emiel Boersma, met wie hij opklom naar de negentiende plaats op de wereldranking. Het grote doel is kwalificatie voor de Olympische Spelen in Londen, in 2012. Als de nummer 2 van Nederland, achter het vermaarde duo Nummerdor/ Schuil, maakt het duo daar een goede kans op.

De beste prestatie in 2011 was de tweede plaats op een groot Europees toernooi in Polen. Een ander hoogtepunt beleefde het team in juni, toen het op het WK in Rome het Braziliaanse duo Marcio Araujo/Ricardo versloeg, de huidige nummer drie van de wereld en gouden medaillewinnaars op de Spelen van 2004. Afgelopen weekend, vlak na het interview, won het duo zilver op het NK in Scheveningen.

In de winterperiode onderwierpen zij zich, ter verhoging van hun prestaties, aan trainingswedstrijden waarbij middels op brillen gemonteerde camera’s hun oogbewegingen werden gevolgd. De analyse daarvan leidde tot opmerkelijke conclusies.

(Foto’s: Hans Stakelbeek/FMAX)

Op het recente EK in Noorwegen werden jullie in de achtste finale uitgeschakeld. Was dat een teleurstelling?

“We stonden zo verschrikkelijk goed te spelen. Je wordt uitgeschakeld op basis van één puntje, als je dat punt wel maakt ga je verder. Ik ben tevreden met hoe we gespeeld hebben, maar niet met het resultaat. Dat laatste is waar je op afgerekend wordt. Voor Olympische kwalificatie tellen je beste twaalf toernooien mee. Dan win ik toch liever met slecht spel.”

Hoe groot is jullie kans op kwalificatie voor de Olympische Spelen?

“Dat is moeilijk te zeggen. We staan er goed voor, al vallen de resultaten wat tegen. Er is een reële kans om daar te staan. Er mogen twee Nederlandse teams heen. Nummerdor en Schuil zijn zo goed als geplaatst, het gaat om het tweede team.”

Verdien je goed als professioneel beachvolleyer?

“Ik kan er aardig van leven. Het is geen hobby, maar topsport. Ik moet er wel de huur van kunnen betalen. Op het EK kwamen we één punt tekort om de A-status als topsporter te vergaren.

Met mijn B-status zit ik in dezelfde langstudeerregeling als alle anderen.”

Wat zijn de reële kansen op de Spelen zelf, als je die mocht halen?

“Als je er staat ligt alles open, maar als we de top-10 zouden halen zou ik tevreden zijn.”

www.boersma-spijkers.nl

DELTA. 22 25-08-2011

reportage

12

Alles uit de kast voor eerstejaars Het studentenfestijn in Delft is weer losgebarsten.

Naar schatting doen zo’n 2300 aankomende eerstejaarsstudenten van de TU Delft, InHolland en De Haagse Hogeschool Delft deze week mee aan de jaarlijkse ontvangstweek (Owee), de vijfdaagse introductieweek.

TOMAS VAN DIJK

Stormtroopers uit Star Wars of een grote oranje vogel (foto rechts); studie- en studentenverenigingen trekken dinsdag bij de informatiemarkt in het centrum van Delft alles uit de kast om studenten te lokken. (Foto’s: Tomas van Dijk)

‘O, o, het lijkt of het regent als altijd, maar het regent en het regent zonnestralen.’ In de sociëteit van het Delftsch Studenten Corps (DSC) zingen studenten uit volle borst liederen mee tijdens de ‘Crazy Piano’s Sing a Long’.

'Mijn naam is Amor!’, roept deze gehypnotiseerde student verontwaardigd tegen een studiegenoot die beweert dat hij eigenlijk Pieter heet. De zaal lag continu dubbel van het lachen tijdens de Hypnoseshow bij de Delftsche Studenten Bond (DSB).

‘Rekenen, modelleren en sleutelen is allemaal wel leuk en aardig, maar met één hand bh’s losmaken, dat is pas echt techniek. Een wedstrijdje bij het DSC.

De kroonluchter inklimmen bij het DSB is één ding. Er weer uitkomen blijkt minstens even lastig.

DELTA. 22 25-08-2011

reportage

13

Maak plaats, maak plaats. Met hun enorme oranje vogel trok DSC veel bekijks op de informatiemarkt.

De sport- en cultuurdag dinsdag bij het Owee-terrein was een groot deel van de dag een sompige bedoening.

Dansen op de beats van dj DIO. ’s Avonds gaat het dak eraf.

Op de informatiemarkt laten krachtpatsers zien wat ze in huis hebben.

De Markt in Delft was te klein voor de massale stroom studenten. Eerstejaars moesten zich aan een tijdschema houden. Of ze dat ook deden‌

DELTA. 22 25-08-2011

> Jaargang 43 Delta is het informatie- en opinieblad van de TU Delft, verzorgd door een journalistiek onafhankelijke redactie.

> Redactie Frank Nuijens, (hoofdredacteur), Katja Wijnands, Dorine van Gorp, (eindredactie), Saskia Bonger, Tomas van Dijk, Connie van Uffelen, Jos Wassink (verslaggeving). > Medewerkers Willemijn Dicke, Patrick van der Duin, Robbert Fokkink, Jorinde Hanse, Dap Hartmann, Auke Herrema, Erik Huisman, David McMullin, Jeroen Peters, Merel Segers, Ionica Smeets, Jimmy Tigges, Stephan Timmers, Ellen Touw, Robert Visscher. > Foto‘s

Sam Rentmeester/ Hans Stakelbeek (FMAX).(info@fmax.nl)

> Vormgeving & Lay-Out Liesbeth van Dam > Mededelingen Martin Kers (m.kers@tudelft.nl) > Redactieraad dr. B.B. Scholtens (voorzitter), G.K. Berghuijs, MSc, prof.dr. M.J. van den Hoven, mr. J.J.M. Kok, R.H.G. Meijer, T. Niks, ir. M. Persson, C.J.M. Pieters, prof. dr. B.J. Thijsse, dr.ir.

C.A.J.R. Vermeeren

Agenda Vrijdag 26 augustus Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Power Grid Simulation with GPU-Accellerated Iterative Solvers and Preconditioners. Promotie van S. Xu, MEng. Promotor: prof. dr.ir. A.W. Heemink.

• 12.30 uur - High Performance Thermopile Detector Array for Microspectrometer Application. Promotie van ir. H. Wu. Promotor: prof.dr.ir. G.C.M. Meijer.

• 15.00 uur - Energy-based aeroelastic analysis and optimization of morphing wings. Promotie van ir. R. de Breuker. Promotor: prof.dr.

Z. Gürdal.

Zaterdag 27 augustus Bierhistorie Delft 13.15-16.15 uur - Rond 1550 waren er ongeveer 200 bierbrouwerijen actief in Delft, Delft was daarmee de grootste brouwstad van Nederland.

Tijdens de bierhistorische rondwandeling kom je meer te weten over het bier brouwen in Delft. De rondwandeling kost 7,50 euro inclusief 2 Delftse bieren. Aanmelden kan via info@bierhistoriedelft.nl.

Zondag 28 augustus International Student Church 11.30 hrs - Students of all denominations are invited to

our ecumenical service every Sunday at Raamstraat 78, followed by tea/coffee. The services are led by the chaplains Reverend W. Stroh and Father Avin, and are supported by student leaders. More information on www.iscnetherlands.nl.

Maandag 29 augustus Wetenschapsagenda • 12.30 uur - A Class of Largeupdate Infeasible Interiorpoint Algorithms for Linear Optimization. Promotie van A. Asadi, MSc. Promotor: profdr.ir. C. Roos.

Wetenschapsagenda • 10.00 uur - Image based measurement techniques for aircraft propeller flow diagnostics. Promotie van E.W.M. Roosenboom, MSc. Promotor: prof.dr. F. Scarano.

• 15.00 uur - Luminescence dating of storm-surge sediment. Promotie van A.C. Cunningham, MSc. Promotor: prof.dr. P. Dorenbos.

Donderdag 22 september Delftse Werkgroep Homoseksualiteit/Outsite 20.00-22.00 uur - DWH// Outsite start een nieuwe kennismakingsgroep voor homoseksuele, biseksuele en lesbische jongeren uit Delft

Aankondigingen

> ISSN 0169-698x

Studenten

> Druk Wegener Nieuwsdruk Twente, Enschede

Rugby meiden gezocht Heb je een gezonde hoeveelheid lef? Zoek je een nieuwe sport en/of houd je van een uitdaging? Dan is rugby misschien wel dé sport voor jou!

De rugby meiden van SRC Thor zijn op zoek naar nieuw talent!

Groot of klein, sterk of snel, voor iedere lichaamsbouw bestaat er een perfecte positie.

Nog nooit van rugby gehoord?

Dat geeft niet! Er zijn zoals elk jaar weer nieuwe meiden die komen kijken in de wereld van de ovale bal, tackelen en rugbyfeestjes. Interesse of meer weten? Kijk op www.srcthor. nl voor de (gratis!) introductie trainingen of mail naar captaindames1@srcthor.nl.

> Advertenties H&J uitgevers Postbus 101 2900 AC Capelle aan den IJssel Tel. 010-451 55 10 Fax 010-451 53 80 E-mail:delta@henjuitgevers.nl www.linkmagazine.nl > Abonnement Een abonnement kost 37,50 en kan elk moment ingaan. > HOP

Delta werkt samen met het Hoger Onderwijs Persbureau Hein Cuppen, Bas Belleman, Marijke de Vries Tel. 071-523 6151 Fax 071-523 2138 E-mail hop@xs4all.nl

Gemeente Testteam Bereikbaarheid De gemeente zoekt Delftse vrijwilligers voor het Testteam Bereikbaarheid. Dit team test > Copyright Delta met regelmaat de bereikbaarAuteursrecht voorbehouden. Het heid en bewegwijzering in de is verboden zonder schriftelijke stad. Leden van het testteam toestemming van de hoofdredacteur gaan regelmatig de straat op artikelen, schema‘s of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen – te voet, op de fiets of met en/of openbaar te maken, in eniger- de auto – om te onderzoeken hoe aangebrachte omleidingen lei vorm of wijze. functioneren en hoe veilig die zijn. Een test neemt ongeveer twee uur in beslag. Als vrijwilliger word je circa éénmaal per maand gevraagd om mee Voor advertenties bel met: te doen. Meld je aan met een e-mail naar bdwit@delft.nl H & J Uitgevers met je naam, adres, tel. nr. op, Postbus 101 2900 AC en de reden waarom1je mee evers_2x70_zw-w 14-05-2004 14:02 Pagina Capelle aan den IJssel wilt doen.

vertenties bel met:

T (010) 451 55 10 F (010) 451 53 80 E delta@henjuitgevers.nl

itgevers 101

aan den IJsel

451 55 10 451 53 80 Neem contact op met Hennie de Ruyter of Mireille van Ginkel voor nadere informatie. @henjuitgevers.nl

ntact op met Hennie de Ruyter of eille van Ginkel voor nadere informatie

en omgeving. Meisjes en jongens tot 28 jaar kunnen zich hiervoor aanmelden. Op acht avonden praat je over leuke en serieuze onderwerpen: comingout, verliefdheid, vriendschap, uitgaan, acceptatie, discriminatie, seks enzovoorts.

De bijeenkomsten worden op donderdagavond gehouden bij de DWH, Lange Geer 22, Delft.

Meedoen kost niets en is vrijblijvend. Je kunt je aanmelden of meer informatie krijgen door een mailtje te sturen naar kennismakingsgroep@homodelft. nl.

Dinsdag 30 augustus

> Redactie-adressen Universiteitsbibliotheek Kamer 0.18-0.28 Prometheusplein 1 2628 ZC Delft Postbus 139 2600 AC Delft Tel. 015-278 4848 E-mail: delta@tudelft.nl www.delta.tudelft.nl

> Oplage 12.000

14

Sports & Culture

TUdelta.22

mededelingen

Student and Career Support Student and Career Support is een onderdeel van de dienst Onderwijs en Studentenzaken.

Het omvat de diensten van de studentendecanen, de studentenpsychologen, en het Career Centre met studiekeuzeadviseurs en loopbaanadviseurs en het informatiecentrum.

Het informatiecentrum in de hal op de begane grond is geopend op werkdagen van 9.00–17.00 uur. Er is documentatie beschikbaar over onder andere WO- en HBO-opleidingen, arbeidsmarkt, studie- en beroepskeuze, buitenlandse studies, en promoveren. Ook is er een vacaturewand. Bij de balie of telefonisch kun je afspraken maken met een van de medewerkers.

Voor de studentenpsychologen geldt dat het eerste contact loopt via het inloopspreekuur dagelijks van 11.30-12.30 uur.

De studentendecanen houden een inloopspreekuur op dinsdag van 11.30-12.30 uur, de loopbaanadviseurs en de studiekeuzeadviseur houden een inloopspreekuur op dinsdag en donderdag van 11.30-12.30 uur.

Bezoekadres: Jaffalaan 9a (ingang Mekelweg); tel. 0152788004. E-mail: studentandcareersupport@tudelft.nl; careercentre@tudelft.nl; studiekeuzevragen@tudelft.nl.

Website: www.studentandcareersupport.tudelft.nl; http:// careercentre.tudelft.nl.

Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Agenda' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft. nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn.

De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.

Alle promoties, intree- en afscheidsredes genoemd in deze agenda vinden, tenzij anders vermeld, plaats in de Aula van de TU, Mekelweg 5, Delft.

Online huurprijs check Is jouw huurprijs redelijk?

Check www.huurcommissie. nl voor meer informatie en om helderheid te krijgen over huren en geschillen tussen huurder en verhuurder.

International Office Het International Office, Jaffalaan 9a, is op werkdagen geopend van 9.00-17.00 uur.

Je kunt ook vragen stellen via internationaloffice@tudelft.nl of telefonisch (015-2788012) een afspraak maken.

Studium Generale Het bureau Studium Generale, Jaffalaan 5, is van maandag t/m donderdag geopend van 9.00–17.00 uur. Je kunt ook vragen stellen via studiumgenerale@tudelft.nl of telefonisch een afspraak maken via 015-2783258.

Delta Inleveren kopij Bijdragen van faculteiten, diensten en overigen voor de rubriek 'Agenda' in Delta ontvangt de redactie graag per e-mail: delta@tudelft. nl. Bijdragen dienen zo beknopt mogelijk te zijn.

De redactie behoudt zich het recht voor om in te korten. Aanleveren vóór vrijdag 14.00 uur.

Announcements Students International Student Chaplaincy Looking for a home away from home, trying to make new friends, interested in intercultural and interfaith activities, needing some inner peace, searching for more than academic challenges? Check the website of the International Student Chaplaincy, www. iscnetherlands.nl, to learn about their wide range offer.

Student and Career Support Information The student psy-

chologists and the central student and careers counselors are located at Jaffalaan 9A. There is some English career information and a vacancy wall in the information centre. Office hours: Monday-Friday from 9.00-17.00 hrs. You can direct your inquiries or make an appointment at the Front Office or by phone: 015-2788004. For an initial appointment with one of the student psychologists you should first come to one of the open office hours: every day from 11.30-12.30 hrs. The open office hours of the Student counselors are on

Project1:Opmaak 1 24-08-11 11:06 Pagina 1

Taalcursussen bij INETLINGUA

SPAANS, ENGELS, FRANS ENGELS, FRANS voor kinderen J. van Beierenlaan 233 2613 JG Delft T 015-285 3718 M 06-5188 0994

native docenten kleine groepen privé-lessen elk niveau gratis parkeren

info@inetlingua.com of www.inetlingua.com

Tuesdays from 11.30-12.30 hrs and the Career counselors are on Tuesdays and Thursdays from 11.30-12.30 hrs. More information on www.studentandcareersupport.tudelft.nl or http://careercentre.tudelft.nl.

International Office The International Office, Jaffalaan 9a/visitor’s entrance at Mekelweg, office opening times Monday to Friday 9.00–17.00 hrs. Appointments and enquiries can be made by email: internationaloffice@tudelft.nl or by phone: 015-2788012.

DELTA. 22 25-08-2011

mededelingen

IN memoriam

Dirk van Rumpt Op 23 augustus 2011 is na een kortstondig ziekbed onze collega Dirk van Rumpt overleden.

Ook al was bekend dat Dirk een ongelijke strijd aan het strijden was, toch komt zijn overlijden als een schok.

Dirk was vanaf 1 mei 1990 verbonden aan de TU Delft en is altijd werkzaam geweest als de verbindende schakel tussen ict en de organisatie.

Was dat eerst bij de sectie kantoorautomatisering van het toenmalige Bureau van de Universiteit, later deed hij dat bij de centrale studentenadministratie, en de laatste jaren als medewerker van de afdeling informatiemanagement van onderwijs & studentenzaken (O&S). Zijn werk bracht met zich mee dat hij veel contacten had zowel binnen de

directie O&S als daarbuiten. Zijn zachtaardige en behulpzame karakter en zijn dienstverlenende instelling maakten dat hij in die contacten steeds grote waardering oogstte, als collega en als mens. Een bevestiging daarvan vormde het indrukwekkend grote aantal vrienden en collega’s die hun vinger opstaken, toen de vraag kwam wie een steentje wilde bijdragen om Dirks laatste maanden zo mooi mogelijk te maken.

Wij verliezen in Dirk een ontzettend fijne collega aan wie wij met warmte terugdenken.

Ron van Velzen, namens de collega’s van O&S

15

IN memoriam

Prof. dr. ir. G.J. Wormmeester Met droefheid hebben wij vernomen, dat prof.dr.ir.

G.J. Wormmeester na een kort ziekbed is overleden op 8 augustus 2011. Hij is 78 jaar geworden.

Professor Wormmeester was een charismatisch, erudiet en aimabel persoon met een groot gevoel voor humor. Zijn brede visie op het vakgebied wist hij te combineren met een oog voor detail in de technische uitvoering.

Tijdens zijn loopbaan bij ECT, waarvan vele jaren als president-directeur, heeft hij een aantal baanbrekende technische en organisatorische vernieuwingen tot stand gebracht. In 1984 werd hij tot havenman van het jaar verkozen. In 1987 ontving hij het eredoctoraat van de Technische Universiteit Delft vanwege zijn verdiensten voor de modernisering van de gecontaineriseerde goederenoverslag.

Van 1992 tot 2000 was hij buitengewoon hoogleraar grootschalige transportsystemen

aan onze universiteit.

Als hoogleraar heeft hij veel betekend voor de faculteit 3mE (voormalige Werktuigbouwkunde en Maritieme Techniek), maar bovenal voor de sectie transport engineering en logistiek.

Hij wist contacten te leggen tussen bedrijfsleven en universiteit en zo de wetenschap met de praktijk te combineren. Ook studentenorganisaties zoals het Gezelschap Leeghwater konden altijd op zijn steun rekenen.

Wij zijn hem zeer erkentelijk voor zijn inzet en inspiratie en denken dan ook met veel respect aan hem terug. Onze gedachten gaan uit naar zijn vrouw Joan, dochters Ellen en Refke, en verdere naaste familieleden en vrienden.

Prof.ir. Joan C. Rijsenbrij, afdeling transport engineering en logistiek (3mE)

DELTA. 22 25-08-2011

lifestyle

16

Fietsenmakers

Snijden in the spotlight Een ingreepje in het ziekenhuis, à la. Maar die felle operatielamp – kan die even dimmen? Hoe functioneel is dat ding voor de chirurg in actie? Laat dát nou nog nooit onderzocht zijn. Hoog tijd dus, vonden studenten werktuigbouwkunde Irene de Séra (22), Ton van der Bijl (21), Benjamin Nederveen (21) en Rutger de Vries (21).

de Huisjongste de koelkast Koelkast Le Coq Rouge bevindt zich tussen drie andere koelkasten op een verdieping met zestien mannelijke bewoners van studentenhuis Oudraadtweg 13. Het koelkastlampje is voorzien van een rood stukje plastic dat de op de achterwand getekende piemel in een rode gloed zet. Le Coq Rouge is vernoemd naar een merk wijn waarvan er altijd minimaal een fles in het koelvak moet liggen. Al is dat in dit geval niet zo. Dat komt door de vakantie, weet Le Coq Rouge-medeoprichter Ivo. Le Coq Rouge is vlak voor kerst 2010 opgericht toen een aantal bewoners hun koelkast wilde onderscheiden van de rest. Volgens Ivo ‘waakt de heilige rooie lul over het herengenootschap.’

Als er verschuivingen zijn binnen de leden, dan moet de nieuwkomer een borrelavond organiseren met voldoende Le Coq Rouge.

(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)

van den doel

Stressvrije bieb Al helemaal in zomerstemming ga ik aan het eind van de zomer op vakantie. Niet het afstrepen van de dagen in mijn agenda, maar de renovaties bij de TU Library veroorzaken mijn uitgelatenheid.

Sinds de trappen zijn ‘gezandstraald’ (inschatting van de gebruikte techniek door mijn lekenoog) kan ik elke dag mijn zonnebril op.

Dit zet mij aan het nadenken over de invloeden van de TUomgeving. Open kantoren zijn zogenaamd slecht voor het brein, planten maken de lucht schoon en gaan ziekteverzuim tegen, mobiele telefoons zijn mogelijk carcinogeen, bètagolven bevorderen concentratie en van neuspeuteren kan niet bewezen worden dat het schadelijk is (oké, dit laatste heeft weinig relatie tot de TU).

Naast al deze fysieke invloeden merk ik persoonlijk eigenlijk vooral dat de collega’s het verschil maken. De manager in vakantiestemming, de altijd vrolijke positivo, de ongeorganiseerde artistiekeling, of de gehaaste stresskip en alle mogelijke combinaties hiervan. Vooral voor haast en stress ben ik gevoelig. Zo heb ik nu alvast een traineeplek voor november geregeld, wanneer we moeten wisselen van project. Niet omdat ik daar zelf al erg

mee bezig was, maar omdat mijn medetrainees al naarstig op zoek waren naar hun nieuwe uitdaging. Gelukkig kan ik nu rustig ademhalen. Bijna, want ook op mijn plek in de Library is er altijd wel iemand die een deadline heeft of absoluut nu mijn input nodig heeft. Daarnaast is het collegejaar net weer begonnen. Meestal zijn de eerstejaars onuitgeslapen, groen van hun kater maar stressvrij. Met de langstudeerdersboete en masterlening in het vooruitzicht weet ik niet of ik zo jaloers moet blijven op de studenten.

Besturen geven aan dat ze problemen hebben met het vinden van nieuwe bestuursleden. Twijfelaars zitten vast aan een studiekeuze die hen niet ligt en daarnaast worden we ook nog eens TU Leiden. En waar gaan alle gestreste studenten heen die zo hard moeten studeren? Juist, naar de bieb. Of daar werk je dan in ieder geval aan. Voelt een beetje dubbel.

Dat de dokter in het streekziekenhuis graag een lichtje wil boven zijn Tussen diep doordachte rekenmodelsnijkunsten, mag duidelijk zijn. Maar len voor looprobots, computersiiedereen wil dat de arts die zijn mes mulaties en medische experimenten voor de bachelor-eindprojecten bij in jouw gekoesterde lichaam zet, werktuigbouwkunde, zitten vaak wél een beetje comfortabel werkt. ware pareltjes. Maar wie zitten er Muziekje aan, mooie zuster erbij – en nu precies achter al dat werk? Vanaf wat gebeurt er als je de belichting van deze week in Delta: Fietsenmakers, zijn werk optimaliseert? Dat wilden over vaak onzichtbare, maar indrukwekkende staaltjes bachelorwerkde studenten weleens weten voor hun tuigbouwkunde. bachelor-eindproject bij werktuigbouwkunde. Je zou het vak van chirurg er een stuk comfortabeler mee kunnen maken.

Irene de Séra en haar groepsgenoten bouwden na een groot literatuuronderzoek zelf een onderzoeksopstelling, simpelweg gemaakt van een rond, rood papier dat de wond nabootst, met daaromheen een blauw operatiedoek. De sterkte van het licht ín de wond hielden ze constant, terwijl ze de lichtsterkte rónd de wond varieerden van zwak tot fel. Vervolgens lieten ze hun proefpersonen er meetbaar mee experimenteren: wat keek voor hen het fijnst? “Nee, die proefpersonen waren geen chirurgen”, bekent De Séra, “dat valt niet te organiseren.”

Dus spitsten de studenten hun onderzoeksvraag specifiek toe op ‘personen’ en niet op chirurgen.”

Hoewel het viertal in hun verplichte mini-paper stelt dat hun onderzoek aantoont dat een verminderde lichtsterkte rond de wond ten opzichte van het licht ín de wond tot een verbetering van het comfort leidt, nuanceert De Séra dat liever: “Het was opvallend dat sommige proefpersonen juist met veel licht rond de wond soms uitzonderlijk goed presteerden. De eindconclusie van ons onderzoek is dus vooral dat er nog meer onderzoek naar gedaan moet worden.”

Tja, en dat maakte de studenten pas echt lekker. “We zouden er tijdens onze masters best mee verder willen, want nu willen we het weten ook: wat is het verband tussen comfort en operatiebelichting rond de wond nu werkelijk?” Hun begeleider, die al langer werkte aan bepaalde facetten van dit onderzoek, gebruikt de resultaten voorlopig verder en seint de studenten in zodra hun hulp opnieuw gewenst is. “Fijn”, vindt De Séra, “het is goed om te weten dat ons werk niet onder het stof verdwijnt.”(JH)

Irene de Séra: “Het is goed om te weten dat ons werk niet onder het stof verdwijnt.”

(Foto: Sam Rentmeester/FMAX) Onderzoek: ‘Goed licht om de wond werpen’ Eindcijfer: 7

kriep