TUDELTA.34
DELTA. 34 01-12-2011
Deze week week Deze in Delta Delta in
weekblad van de technische universiteit Delft
Chaos rules the waves
Plastic is grote milieuramp
SCIENCE: 04
NIEUWS: 03
01
LIFESTYLE: 09 INTERNATIONAL: 07
Beste docent en afstudeerder
INTERVIEW: 10
‘Message to women: we need you’
Robbert Dijkgraaf: ‘Geen Johan Cruijff’
Onderzoek naar verspreiding bof Het RIVM start samen met de GGD een onderzoek naar de verspreiding van het bofvirus onder studenten. Ondanks vaccinaties neemt het aantal meldingen de laatste twee jaar toe, vooral onder studenten. Connie van Uffelen/Marijke de Vries (HOP) Met het onderzoek willen de organisaties de verspreidingsroute van de ziekte in kaart brengen. Als een student met de bof wordt gemeld bij de GGD, zal die student worden gevraagd tien contacten te benaderen, die op hun beurt weer tien anderen benaderen. Deze groep zal dagelijks een speekselmonster opsturen. De onderzoekers monitoren de contacten tussen de deelnemende studenten. Na zes weken kan worden nagegaan hoe de bof zich binnen het netwerk heeft verspreid. Met mathematische modellen wordt vervolgens berekend hoe de verspreiding van de bof in de toekomst kan verlopen. Vorig jaar brak de bof onder andere uit onder studenten in Delft en Leiden. De GGD Zuid-Holland West telde in 2010 in totaal vijftig bevestigde gevallen van de bof en 45 waarschijnlijke gevallen. Opmerkelijk is dat de ziekte voorkomt onder studenten die zijn ingeënt tegen de bof. Sinds de jaren tachtig worden kinde-
Schurft in studentenhuizen
ren ingeënt tegen de bof, waardoor de ziekte nagenoeg verdwenen is. Hoe het komt dat het aantal gevallen van bof weer stijgt, is nog onduidelijk. Daar wordt onderzoek naar gedaan. Studenten hebben veel sociale contacten, waardoor het virus sneller kan worden overgedragen. Besmetting vindt plaats via neus en keelholte, door bijvoorbeeld hoesten, niezen, praten, zoenen en handcontact. De meeste bofpatiënten hebben weinig last van de ziekte. Als iemand iets van een bofbesmetting merkt, is dat meestal door koorts, spierpijn
Studenten hebben veel sociale contacten, waardoor het virus sneller kan worden overgedragen
Voor de masterclass van cultural professor fotograaf Vincent Mentzel maakten studenten foto’s met als onderwerp: de menselijke maat. IO-studente Diantha Boll nam dat heel letterlijk. Ze wilde zichzelf weergeven in verhouding tot haar studie en plaatste haar eigen hoofd als gebruiksvoorwerp op een tafeltje, tussen een fles champagne en een klok. “Ik heb met verschillende voorwerpen geëxperimenteerd, maar dit leverde het mooiste en rustigste resultaat op”, zegt ze. “Gelukkig was er niemand thuis want het was vast een raar gezicht, mijn hoofd op een tafeltje tussen al die spullen.” (Foto: Diantha Boll)
Pagina 12: Blik op de menselijke maat en hoofdpijn. Kenmerkende symptomen zijn een pijnlijke zwelling van de speekselklier voor het oor. Ook pijn bij het openen van de mond en oorpijn komen vaak voor. Complicaties kunnen zich in zeldzame gevallen voordoen bij mannen in de vorm van een ontsteking van de teelbal, soms met onvruchtbaarheid tot gevolg. Nog zeldzamer is ontsteking van de eierstokken bij vrouwen. De laatste maanden zijn er maandelijks zo’n twee gevallen van de bof gemeld in de regio Zuid-Holland West.
www.delta.tudelft.nl/21013
Momenteel is er sprake van scabies (schurft) in studentenhuizen. Het gaat niet om grote hoeveelheden, maar ‘een paar handjes vol’. Volgens de GGD Zuid-Holland West komt scabies jaarlijks af en toe voor. De besmettelijke huidziekte wordt veroorzaakt door de schurftmijt, een parasiet die alleen bij mensen voorkomt. De aandoening jeukt heftig, vooral ’s nachts, door een allergische reactie op de mijt en de uitwerpselen. Schurft komt voor op minder hygiënische plekken. Sommigen nemen het mee terug van vakantie. Om de ziekte over te brengen moeten mensen wel zeer intensief huidcontact hebben. Schurftmijten springen niet over zoals vlooien. De ziekte is goed te behandelen met zalf of tabletten.
Ook meerderheid Rotterdammers tegen fusie De bestuursvoorzitter van de Erasmus Universiteit Rotterdam vindt de weerstand tegen een mogelijke fusie met Leiden en Delft ‘niet verrassend’. 72 Procent van de Delftse studenten en medewerkers is tegen zo’n fusie, bleek eerder uit een Delta-enquête. In Rotterdam is 57 procent tegen, schrijft Erasmus Magazine (EM) deze week nadat bijna vierduizend Rotterdamse studenten en medewerkers dezelfde enquête invulden. De Rotterdamse collegevoorzitter Pauline van der Meer Mohr blijft bij het verhaal dat ook haar Delftse collega Dirk Jan van den Berg vertelt: we onderzoeken een samenwerking en sluiten daarbij niets uit, ook geen fusie. ‘We zouden geen knip voor de neus waard zijn als we niet alle mogelijkheden de revue lieten passeren’, zegt Van der Meer Mohr in EM.
De weerstand valt haar mee: ‘Als je iemand koud vraagt naar een fusie is het logisch dat hij niet gelijk staat te springen. Dat snap ik volkomen.’ De Rotterdamse universiteit gaat net als de TU door met het organiseren van bijeenkomsten om te proberen draagvlak voor samenwerking te creëren. Tachtig procent van de Rotterdammers
’Laten we nu niet doen alsof alle universitaire fusies falen’ vreest ontslagen als er een fusie komt. Ze zijn bang dat er een ‘bureaucratisch onbeheersbare organisatie’ ontstaat waarin studenten een nummer zijn. Ook vrezen ze dat de Erasmus Universiteit haar goede naam verliest. Tegen intensieve samenwerking tussen de drie universiteiten hebben ze minder bezwaar. Vooral de 558 geënquêteerde Rotterdamse wetenschappers zijn kritisch.
De universiteitsbesturen zouden zich volgens hen blind staren op een hogere positie van de nieuwe instelling in de internationale rankings. Bovendien zijn ze bang dat de relatief rijke Erasmus Universiteit geld moet inleveren bij een fusie. De geënquêteerden stellen verder vast tegen dat vier op de vijf fusies mislukken. Van der Meer Mohr in EM: ‘Dan stel ik altijd de wedervraag: hoeveel fusies van Nederlandse universiteiten zijn er geweest? Nul. Waar wel vaak naar is gewezen, zijn fusies in het bedrijfsleven. Maar een universiteit is geen bedrijf. De lessen uit het bedrijfsleven zijn niet zomaar te transplanteren naar universiteiten. Ik ben me heel goed bewust van de risico’s, maar laten we nou niet doen alsof alle universitaire fusies falen. Het universitaire landschap staat nog helemaal aan het begin van de consolidatieslag, maar samenwerken en eventueel fuseren is wel de trend van de komende vijftien jaar.’(SB/HOP)