17 1 mei 2014 | jaargang 56
@tuecursor
Tweewekelijks blad van de Technische Universiteit Eindhoven Voor het laatste nieuws: www.cursor.tue.nl en volg tuecursor op
en
12 | Verzamelwoede De expositie in het Hoofdgebouw laat flink wat bonte verzamelingen zien, maar ook TU/e’ers kunnen er wat van. Wat zij zoal verzamelen? Lees het op pagina’s 12 en 13
4 Rennen voor Eindhoven
“Dit jaar moet Team Eindhoven de Batavieren race kunnen winnen”
6 Pioniers
van het brein
Vier jaar samenwerken aan epilepsie en slaapstoornissen
20 Scholarly
Sanctuary
An Iranian Refugee at TU/e
Check out our English section on pages 19-24
2 | Vooraf
CURTOON
1 mei 2014
Colofon Hoofdredacteur Han Konings
Eindredacteur Brigit Span
Redactie Judith van Gaal Tom Jeltes | Wetenschap Norbine Schalij Freke Sens (stagiaire) San van Suchtelen Monique van de Ven
Medewerkers Angela Daley Nicole Testerink
Fotografie Rien Meulman Bart van Overbeeke
Coverbeeld Bart van Overbeeke
Opmaak Natasha Franc
Vertalingen Annemarie van Limpt
Aangesloten bij Hoger Onderwijs Persbureau
Redactieraad prof.dr. Cees Midden (voorzitter) prof.dr. Marco de Baar Angela Stevens- van Gennip Thomas Reijnaerts (studentlid) Arold Roestenburg Anneliese Vermeulen-Adolfs (secretaris)
Redactieadres TU/e, Laplace 0.35 5600 MB Eindhoven tel. 040 - 2474020 e-mail: cursor@tue.nl
Cursor online www.cursor.tue.nl
Druk Janssen/Pers, Gennep
Advertenties Bureau Van Vliet BV tel. 023 - 5714745
Uit het oog Vier jaar studeerde ik journalistiek, dagelijks retourend tussen Eindhoven en Utrecht. Braaf naar college, tentamen of projectje meepikken en hup, terughollen naar Centraal. Nauwelijks een band met de stad, studiegenoten en onderwijsinstelling. Want onafhankelijk natuurlijk, zoals het een (aankomend) journalist betaamt. Ik denk dan ook zelden nog aan de Hogeschool Utrecht. En betwijfel ernstig of zij ooit terugdenkt aan míj. Zouden we misschien toch wat vaker aan elkaar móeten denken, vroeg ik me af bij het schrijven over het alumnibeleid van de TU/e. Want de universiteit gaat de banden met haar alumni aanhalen. Alweer. En nu écht. Hoe precies, dat wil ze samen met haar oud-studenten gaan ontdekken, wandelend richting de stippen aan de horizon die volgens communicatiedirecteur Sabine van Gent zijn gezet. Ze maakte zich wat zorgen na afloop van het gesprek met
Poll Moet een verplichte ervaring in het buitenland echt zo dwingend worden opgelegd? Op die vraag reageerden 150 mensen.
Monique va
n de Ven
Cursor. Want hadden zij en alumniboegbeeld Harry Roumen de boodschap wel weten over te brengen, ook zónder de blauwdruk waarnaar de Cursor-verslaggeefster steeds leek te hengelen? Maar misschien hengelde die onbewust wel gewoon naar een blauwdruk voor de band met haar éigen alma mater. Zie pagina’s 14 en 15
Toch staat daar een overduidelijk ‘nee’ van maar liefst 47,3 procent van de reageerders tegenover, die vinden dat ze zelf wel kunnen bepalen wat ze nodig denken te hebben. Eén op de vijf (20 %) maakt zich zorgen over wie alle bijkomende kosten moet gaan betalen; 16,7 % is vóór en ziet kans op een unieke en persoonlijke verrijking voor zichzelf.
‘Die ervaring kan ik ook opdoen bij een internationaal bedrijf’, stelt 8 %. Negen stemmers (6 %) vinden enige dwang prima en noemen internationale ervaring onmisbaar voor een toekomstige baan.
Droste-effect We vroegen ons naar aanleiding van de SG-expositie in het Hoofdgebouw over verzamelingen af of er onder de TU/e’ers ook zo’n verwoede verzamelaars zijn. Dus gingen we op zoek en vonden onder anderen een verzamelaar van verzamelaars. Daarom vind je op pagina’s 12 en 13 in onze verzameling een foto van een verzameling verzamelingen.
Nu vragen we op www.cursor.tue.nl
Norbine
Schalij
Het is voorjaar, met zoals elk jaar veel mooie evenementen voor de deur. Waar kijk jij het meest naar uit?
Nieuws | 3
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
Komend studiejaar geen stijging BSA-norm Woensdag 23 april - Ook voor komend studiejaar ligt de norm voor een positief bindend studieadvies (BSA) aan de TU/e op 40 studiepunten. Een stijging naar 45 studiepunten, die een jaar geleden werd aangekondigd en waarmee de universiteitsraad al had ingestemd, vindt rector Hans van Duijn vanwege teruggelopen rendementen op dit moment nog niet verantwoord. “Zeker nu we de kinderziektes uit het Bachelor College aan het halen zijn, zou je verwachten dat studenten betere resultaten halen. We willen nu eerst goed uitdokteren waarom dat niet het geval is, voordat we de BSA-norm nogmaals ophogen.”
Medezegg de TU/e okenschap aan é volgens Woensdag 23 LSVb april - De TU /e moet in ee Studentenvak n
bond (LSVb) onderzoek va naar medez n de Landel voor laten ga eggenschap ijke an. De twee alleen de Tilb onderscheid uitgereikt d urg Universi ingen worden oor de LSVb ty en de twee dit jaar voor zeggenschap koepelorgan het eerst . De TU/e m isaties voor aakt met 98 122 punten). studentenm punten goed U-raadsvoo ede e sier (Tilbu rzitter Trees rg University Klaver zegt blij te zijn m et de uitkom st.
Oeuvreprijs voor Bert Meijer Vrijdag 25 april - De KNAW heeft de Prijs Akademiehoogleraren toegekend aan TU/e-hoogleraar prof.dr. Bert Meijer. De prijs bekroont het oeuvre van onderzoekers die tot de wereldtop behoren. Ook biologisch psychologe prof.dr. Dorret Boomsma van de VU ontving de prijs. De twee wetenschappers ontvangen ieder een miljoen euro, te besteden aan een door henzelf te kiezen wetenschappelijk doel. De prijs bekroont het oeuvre van onderzoekers tussen de 54 en 59 jaar oud die hebben bewezen binnen hun vakgebied tot de wereldtop te behoren.
Diesviering in teken van nauwere samenwerking met bedrijfsleven Vrijdag 25 april - “De TU/e wil groeien in de samenwerking met haar industriële partners. Dat is hartstikke belangrijk voor de toekomst van onze Brainportregio.” Met die onverhulde uitnodiging sloot rector Hans van Duijn vorige week in de Paterskerk de 58ste dies natalis van de TU/e af. Een viering die sterk in het teken stond van het zoeken naar nog intensievere banden met de industrie. Prof.dr. Norman Fleck van Cambridge University kreeg tijdens de dies het eredoctoraat uitgereikt.
Meer nieuws vind je op www.cursor.tue.nl
TU/e-studente maakt duurzaam paviljoen voor festivals Woensdag 23 april - Festivalpubliek laten zien wat de laatste ontwikkelingen zijn op het gebied van innovatie en duurzaamheid - het is geen makkelijke opgave. Producent Jan Douwe Kroeske waagt zich eraan met ‘SummerLabb’, dat expositieruimte biedt aan universiteiten en bedrijven. Het duurzame paviljoen dat de komende maanden langs diverse evenementen trekt, is ontworpen door TU/e-studente Floor van Schie en uitgewerkt met medestudenten Alice Janssen en Marthe Doornbos. Het paviljoen is voor het eerst te zien en bezoeken tijdens dancefestival Extrema Outdoor, op 12 juli in Best.
um r t n e c oeks men z r e d on ste y w s u h e i c N hte g i h r en voo heeft e TU/e ril - De ; het High p a 4 2 trum rdag e Donde derzoekscen SC). Hierme T n H o ( et r h w nieu en in Cente stems it voorop lop ling van y S h c e Te site ntwikk univer en de o htechappara wil de r a a n k ig e h o z e r n onde keurig t allee , nauw ert nie e, nieuwe HTSC integre igbouwkund u t t e k atica, tuur. H s uit de wer inform ing n e e n a li ic discip chniek, fys nwerk te n same elektro ekent ook ee edrijfsleven. et het b maar b ebben U/e en T e d raren h n. n le g o o tusse -h de n TU/e verbon weeAchttie het instituut t n . worden zich aa nde vier jaar en gecreëerd e en kk m v le o le p k s f e ie t ij D bedr romo t p e d h r e it hond rden u etrokken. ast wo g Daarna l fellows aan ria t s u d in
4 | Gelinkt
1 mei 2014
Rennen voor De TU/e: dagelijks het tweede thuis van zo’n tienduizend studenten en medewerkers. Een relatief kleine gemeenschap, met ontelbare banden tussen de leden - zakelijk en/of privé. In ‘Gelinkt’ laten we steeds twee van hen aan het woord over hun relatie met elkaar en de universiteit.
Allebei zijn ze gek van hardlopen. Allebei hebben ze gevoetbald. Allebei trainen ze bij Ton van Hoesel. Allebei studeren ze wiskunde. En allebei doen ze 10 mei mee aan de Batavierenrace, de studentenestafetterace die van Nijmegen naar Enschede voert. Casper van der Putten (18) werd vorig jaar Nederlands kampioen 5000 meter bij de junioren en doet voor de tweede keer mee aan ‘de Bata’. Voor Rik Hopmans (29) -sprinter en organiserend talent- wordt het de tiende editie. Een gesprek met een fanatiek jong talent en een ‘ervaren rot’.
Storm, modder, hagel, regen. Casper draait er zijn hand niet voor om. Sterker nog: hoe extremer het weer, hoe liever het hem is. “Geweldig, die vrijheid die je dan voelt tijdens het lopen”, glundert de atleet. De jonge langeafstands loper staat bekend om zijn fanatisme, ook bij Rik. Die wil wel eens weten of het gerucht klopt dat Casper na de training, als trainer Ton van Hoesel het hoekje om is, nog even ‘stiekem’ een paar rondjes maakt. Een lach van Casper, hij kent zijn reputatie, maar dit gaat toch om een grapje dat zijn trainingsmaatjes de wereld in hebben geholpen. Belangstellend luisteren ze naar wat de ander te vertellen heeft. Want daar zitten nog best wat nieuwe dingen tussen. Hoe ze over hun gemeenschappelijke trainer denken, waarom ze zijn gaan hardlopen en wat hun toekomstplannen zijn. Bezorgd informeert Rik, die wat breedsprakiger is, of Casper ook wel genoeg aan het woord komt. Casper wikt zijn antwoorden wat meer af en reageert kort en bondig. De twee kennen elkaar uit de atletiekwereld, zagen elkaar bij baanwedstrijden en bij ‘crossjes’. Toen Rik vorig jaar hoorde dat de getalenteerde Casper aan de TU/e ging studeren, probeerde hij hem direct te strikken voor de Batavieren race. Voor Rik wordt het evenement, dat dit jaar op 10 mei wordt gehouden, alweer de tiende editie.
Het draait om één ding: lopen Beide studenten kwamen bij toeval tot de ontdekking dat ze lopen erg leuk vinden en dat ze er goed in zijn. Casper: “Ik heb jarenlang gevoetbald en ging vaak al hardlopend naar de training. Tot ik me op een gegeven moment realiseerde dat ik dat lopen leuker vond dan de training zelf.
Casper van der Putten
Gelinkt | 5
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
Eindhoven In 2005 ben ik begonnen bij Atletiek Eindhoven en daar train ik nog steeds.” Rik deed in 2004 met studiegenoten mee aan de Dommelloop - “volgens mij gewoon omdat anderen ook meededen”. Die wedstrijd op het TU/e-terrein, die tevens een selectie is voor de Batavierenrace, ging hem goed af. Reden om lid te worden van de Eindhovense studentenatletiek vereniging Asterix en daar bleek hij aanleg te hebben voor sprinten. In 2009 en 2010 deed hij aan het NK mee. Bij de Batavierenrace draait het voor Casper dadelijk maar om één ding: het lopen. Hij loopt mee in Team Eindhoven - het belangrijkste team met zowel lopers van de TU/e als van Fontys. Rik: “We zijn blij dat hij hiervoor in zijn drukke schema tijd kan maken.” Casper: “Er wordt best hard gelopen en het is voor mij een goede training.” Rik op zijn beurt gaat -als zijn blessure weg is; hij heeft een spierscheur in de kuit- met het tweede Eindhovense team meelopen, maar is vooral actief in de organisatie. Vooraf doktert hij dan de meest ideale samenstelling uit: wie kan wanneer het beste lopen. “Dat is puur uit hobbyisme. Ik maak schema’s, kijk naar specialismes en voorkeuren. Mijn studie wiskunde komt daarbij goed van pas.” Casper, die ook wiskunde studeert, glimlacht om het idee om de studie op deze manier in te zetten. Op de vraag van Rik of het ook iets voor hem zou zijn om een keer de Bata te organiseren, antwoordt hij gematigd enthousiast. “Ik vind lopen nu eenmaal het allerleukst.”
“Wie weet schoppen we het dit jaar tot de eerste plek” De route van de estafetterace loopt van het Universitair Sportcentrum Nijmegen, via Duitsland, de Achterhoek en de Oude Markt in hartje Enschede naar de campus van de Universiteit Twente. De totale loopafstand is ruim 175 kilometer en is onderverdeeld in 25 etappes. Casper is halverwege de dag ingedeeld voor een etappe van 9 kilometer, die hij binnen 30 minuten wil rennen. “Ik loop liever niet ’s nachts, omdat ik dan in de knoei kom met mijn trainings schema. En je moet me sowieso niet ’s ochtends laten lopen, dat wordt niks.” Zijn studiegenoot vult aan: “Ik laat hem het liefst zo lang
mogelijk lopen en hij kan goed de heuvels op.” Rik zal de slotetappe van zeven kilometer lopen (streeftijd: binnen 30 minuten) bij het tweede team. Dat wil zeggen: als hij geen last meer heeft van de blessure die hij vorige week opliep. En hij zal de hele dag in touw zijn om alles te regelen, ervoor te zorgen dat iedereen op tijd start. Hij verwacht dat Team Eindhoven weer hoge ogen kan gooien op de Bata. “We zoeken al een paar jaar actief naar goede lopers en ik vind dat we nu weer eens sterk team hebben staan. We zijn twee keer tweede geworden en wie weet schoppen we het nu tot de eerste plek. Ik verwacht vooral concurrentie uit Nijmegen, maar ook Enschede, Wageningen en Amsterdam hebben goede teams.” Bij toeval traint zowel Casper als Rik sinds 2008 bij Ton van Hoesel, maar dan wel ieder via de eigen sportvereniging. De twee zijn erg te spreken over hun trainer. Casper: “Ton is vaderlijk. Hij leeft erg met je mee en je kunt hem altijd bellen als je ergens mee zit.” Rik: “Hij is ontzettend fanatiek. Traint veel, komt kijken bij wedstrijden en is enorm begaan met zijn lopers.” Zowel Rik als Casper heeft nog veel doelen voor de toekomst. Voor de 29-jarige Rik staat afstuderen nu hoog op het prioriteitenlijstje, dus de marathon Eindhoven mee organiseren -waarvoor hij gevraagd is- zit er dit jaar even niet in. “Maar zeker wel later. Verder wil ik mijn pr’s nog verbeteren en met wedstrijden meedoen.” Casper kan tot nu toe studie en sport goed combineren. “Wat ik ga doen als het nog beter gaat met het hardlopen? Ik heb geen idee, ik laat het op me afkomen.” De jonge atleet wil onder meer nog aan de Ironman meedoen, een langeafstandstriathlon. Rik moet erom grinniken. “Tsja, als je nog zo jong bent, heb je misschien ook hogere doelen.” En dat de Batavierenrace voor Casper ‘één van de vele races’ in zijn wedstrijdenschema is, wordt duidelijk als hij Rik op het eind nog even vraagt: “Hey, wanneer is die Bata ook alweer precies?”. Interview | Judith van Gaal Foto | Bart van Overbeeke
Rik Hopmans
6 | Onderzoek
1 mei 2014
Foto | Bart van Overbeeke
Pioniers van het brein Interview | San van Suchtelen Je zou het na bijna vier jaar van intensief samenwerken best een geslaagd huwelijk mogen noemen: het verbond tussen de TU/e en Kempenhaeghe - het expertisecentrum voor epilepsie en slaapstoornissen in Heeze. De liefde is voorlopig ook nog niet bekoeld. Allesbehalve zelfs. Daarvoor profiteren de twee kennisinstellingen te veel van elkaar. Met een gezamenlijk doel voor ogen: technieken ontwikkelen die de zorg voor patiënten met epilepsie, slaap- en neurocognitieve stoornissen verbetert. Daar schieten in de eerste plaats natuurlijk die patiënten zelf veel mee op. Maar ook de TU/e en Kempenhaeghe profiteren ervan. Binnen een paar jaar is een netwerk van kruisbenoe mingen tussen onderzoekers en professionals ontstaan. Zo zijn neurologen en psychologen van Kempenhaeghe als deeltijdhoog leraar werkzaam aan de TU/e. Zij sturen aan verschillende faculteiten groepen jonge onderzoekers en stagiairs aan. Diezelfde onderzoekers voeren voor en op Kempenhaeghe afstudeer- en stageopdrachten uit. Eén van de deeltijdhoogleraren
is prof.dr. Bert Aldenkamp. Van origine klinisch neuropsycholoog en vorig jaar aan de TU/e benoemd tot hoogleraar ‘Imaging and Cognition in Epilepsy’. Aldenkamp noemt zichzelf een brugfunctionaris die de belangrijke verbinding maakt tussen de medische en technische kant van het onderzoek en tussen de verschillende faculteiten en instituten die er aan meedoen. Hij zet de lijnen uit. “Medici en techneuten kijken met geheel eigen ogen naar de materie”, ervaart de neuropsycholoog dagelijks. “De eerste groep houdt de focus vooral op de patiënt, terwijl de techneut vooral het proces bewaakt. Samen moeten ze zich iedere keer de vraag stellen of dat wat ze van plan zijn technisch mogelijk én klinisch relevant is. Beide vragen moeten met ‘ja’ beantwoord worden.”
Aldenkamp pendelt niet alleen op en neer tussen Kempenhaeghe en Eindhoven, maar reist ook regelmatig af naar Maastricht. Daar zit het Academisch Centrum voor Epileptologie, waar mensen met zware vormen van epilepsie geholpen kunnen worden. Ook die patiëntengroep wordt soms onderzocht, maar deze mensen kunnen niet zomaar verplaatst worden. De benodigde gegevens worden met behulp van mri-scans afgelezen, meegenomen naar Kempenhaeghe of de TU/e en daar geanalyseerd.
Wetenschap krijgt steeds meer vat op het brein Aldenkamp praat gepassioneerd over het menselijk brein, waar de wetenschap steeds beter vat op krijgt, maar dat tegelijk nog zoveel geheimen herbergt. “Als je iets wilt doen aan de ongemakken van veroudering, moet je eerst weten wat er allemaal in dat brein gebeurt in die latere levensfase. En vooral hoe en waardoor bepaalde ziektes
ontstaan. Gelukkig zijn we door al die verbeterde technieken die onder meer hier ontwikkeld zijn, steeds beter in staat om ons brein te ‘lezen’. Zo hebben we bijvoorbeeld geleerd dat epilepsie een netwerkaandoening is en geen vocale, zoals we ooit dachten. Op grond van die oude overtuiging dienden we de patiënt pilletjes toe, wat vaak totaal niet hielp. Nu passen we neurostimulatie toe, om de klachten aan te pakken. We hebben dus geleerd dat het brein trainbaar en beïnvloedbaar is en hebben veel beter zicht gekregen op aandoeningen die we lang verkeerd begrepen.” Een van de meest tot de verbeelding sprekende voorbeelden van de samenwerking tussen de TU/e en het expertisecentrum, is die waarbij TU/e-robot Nao ‘praatjes aanknoopt’ met kinderen met autisme, die op Kempenhaeghe verblijven (zie foto). De robot bleek door zijn sterk versimpelde imitatie van de mens in staat om contact te leggen met de kinderen en hen zelfs sociale vaardigheden bij te kunnen brengen. Hoewel dit onderzoek in de kinderschoenen staat en momenteel op een lager pitje op Kempenhaeghe wordt ingezet, heeft TU/e-onderzoekster dr.ir. Emilia Barakova van
de faculteit Industrial Design er hoge verwachtingen van. De TU/e-faculteiten Industrial Design en Electrical Engineering ontwikkelden samen met Kempenhaeghe een techniek waarmee bij zware-epilepsiepatiënten het zieke deel in de hersenen opgespoord en weggehaald kan worden. Dezelfde faculteiten ontwikkelden bewakings apparatuur die waarschuwt bij aanvallen van deze categorie epilepsiepatiënten. Ook op het gebied van slaapstoornissen trekken de TU/e en Kempenhaeghe samen op. Ze ontwikkelen sensoren die signalen kunnen lezen die optreden bij mensen met slaapproblemen. Een nog veel grotere uitdaging vormt de ontwikkeling van apparatuur waarmee verschillende signalen (oogbewegingen, hartritme, ademhaling) tegelijk gelezen kunnen worden. Vier faculteiten van de TU/e werken hieraan mee, te weten Electrical Engineering, Technische Natuurkunde, Biomedische Technologie en Industrial Design.
Onderzoek | 7
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
In de rubriek Sluitstuk vertellen afstudeerders over hun afstudeeronderzoek. Wil je ook in deze rubriek, mail dan naar cursor@tue.nl.
Sluitstuk
Apenkooien in de dierentuin Een bijbaantje bij Ouwehands Dierenpark zette dierenliefhebber en recent afgestudeerde ID-masterstudent Nick Hermans aan het denken. Door de aanwezige hekken zijn mens en dier gescheiden, waardoor interactie nauwelijks mogelijk is. Tijdens zijn afstudeerproject ‘Across the Fence’ ontwierp hij speciale cilinders voor in het orang-oetanhok, die voor een intenser diercontact moeten zorgen. Liep je vroeger in een dierentuin langs kleine hokken met veelal gestreste dieren, nu zie je steeds vaker grote diereneilanden waar een natuurlijkere leefomgeving wordt nagebootst. Zo kun je ook als bezoeker meer leren over de leefstijl en het gedrag van dieren. Nadeel is wel dat de afstand tussen dieren tuinbezoeker en dier er nog steeds is. Je kunt de dieren wel zien en horen, maar echt dichtbij komen is vaak niet mogelijk. En dat is jammer, vindt Nick Hermans, want zo gaat een stukje persoonlijke beleving en impact van het dichtbij ervaren van een wild dier juist verloren. “Ik werk al een jaar of zeven als bijbaantje bij Ouwehands Dierenpark. Meestal bij de entree-afdeling, maar soms ook in het park zelf. Het viel me op dat bezoekers vaak relatief snel langs de verblijven lopen, alsof ze niet echt geboeid zijn. Daarom wilde ik graag iets ontwerpen wat de dierentuinbeleving meer op de persoon richt.”
Als vrijwillige dierenverzorger doet Nick ondertussen ervaring op en praat veel met andere verzorgers, waardoor hij vrij snel aan de slag gaat met een installatie voor in het orang-oetanverblijf. “Orang-oetans zijn heel sociale dieren en vinden het leuk met iets nieuws bezig te zijn. Bovendien is het vrijwel de enige diersoort die echt actief contact met bezoekers zoekt. Dat biedt perspectief voor een ontwerp om dus zowel iets voor de dierentuin bezoeker te betekenen, maar ook de dieren extra te prikkelen.” In overleg gebruikt Nick de kleine berberaapjes als ‘proefdieren’; omdat ze niet zo sterk zijn en minder snel proefopstellingen kapotmaken. Zo zijn nieuwe ideeën gemakkelijk en snel te testen. Het blijkt nog een hele zoektocht iets geschikt te vinden, vooral omdat er aan veel eisen voldaan moet worden. Zo mag het niet schadelijk voor het dier zijn, moet het het dier stimuleren, leuk voor de bezoeker zijn en moet het werkbaar zijn voor de verzorgers met hun al drukke schema. Uiteindelijk komen er twee horizontale cilinders te hangen, één in het orang-oetanhok en één erbuiten. Door aan de cilinders te draaien, ontstaan er geluiden, als een communicatiemiddel tussen mens en aap. Daarnaast kunnen de draaibewegingen van de apen-cilinder die van de bezoeker
Nick Hermans. Foto | Rien Meulman
op dezelfde manier laten bewegen. Andersom is vanwege het risico voor de apen -die met een poot of tong klem kunnen komen te zittenvooralsnog niet haalbaar. “Het was überhaupt nog een hele uitdaging om de installatie monkey proof te maken. Apen zijn zo inventief, ze verbaasden zelfs de dieren
Samenwerking TU/e -Kempenhaeghe Eind jaren ‘80 | Beide instituten ontwikkelen gezamenlijk hersenfilms bij slaap- en waakonderzoek. Begin 2000 | De TU/e en Kempenhaeghe bedenken een instrument waarmee aanvallen van epilepsiepatiënten gelezen kunnen worden. Dit leidt onder meer tot gezamenlijke wetenschappelijke publicaties over methodes waarmee hartritme en EEG’s geanalyseerd worden. 2008 | Eerste promotie over het onderscheid tussen epileptische en ‘normale’ bewegingen. 2011 | Ondertekening officiële samenwerkingsovereenkomst Kempenhaeghe met TU/e. Onderzoek staat onder leiding van prof.dr. Paul Boon, directeur Onderzoek en Ontwikkeling van Kempenhaeghe, en prof.dr.ir. Jan Bergmans van de TU/e. Enkele tientallen studenten zijn bij de verschillende onderzoeken en de samenwerking betrokken. De faculteiten Technische Natuurkunde, Biomedische Technologie, Industrial Design en Electrical Engineering hebben zich bij de samenwerking aangesloten. Kruisbenoemingen | Johan Arends: klinisch neurofysioloog en epileptoloog van Kempenhaeghe, is aangesteld als deeltijd hoogleraar aan de faculteit Electrical Engineering. Dr.ir. Pierre Cluitmans maakte juist een omgekeerde beweging en breidde zijn taken als universitair hoofddocent van de faculteit Electrical Engineering in deeltijd uit door op Kempenhaeghe als senior-onderzoeker aan de slag te gaan. TU/e-wetenschappers van bovengenoemde faculteiten zijn inmiddels benoemd tot de wetenschappelijke raad van Kempenhaeghe. Met ingang van volgend studiejaar wordt aan de TU/e een nieuw bachelorvak geïntroduceerd: Neuro-engineering. Oogst | Er zijn gezamenlijke projecten en programma’s opgezet. Deze hebben geleid tot een fors aantal wetenschappelijke publicaties en innovatieve prototypes.
verzorgers door naast het verwachte wrikken en trekken met aangescherpte stokjes aan de haal te gaan en de bouten en moeren los te draaien.” Nick is momenteel in gesprek met de dierentuin voor verdere stappen, na de eerste zeer positieve resul-
taten voor zowel aap als bezoeker. Daarnaast bekijkt hij de optie een eigen bedrijf te starten of een baan in de edutainment sector te zoeken. Maar voor een bezoek aan de dierentuin blijft er natuurlijk altijd tijd. (NT)
8 | Onderzoek
1 mei 2014
4 brandende vragen
Miruna Florea | Bouwkunde
Beton uit afval
1 we op n e i z Wat er van v o c de hrift? c s f e je pro
2 Ho op f e leg j waa eestj e e r je ond s uit e ove r ga rzoek at? 1 | cover
3 Welke persoon, techniek of apparaat is onmisbaar geweest voor je onderzoek?
We zien een een betonnen pier, ik heb deze foto in de Golf van Mexico gemaakt. Je kunt de schade zien die het zeewater aan de structuur heeft aangericht. Daarboven heb ik het ‘recycle’-symbool toegevoegd, opgebouwd uit zes gerecyclede materialen die ik heb bestudeerd en die beton duurzamer kunnen maken.
2 | feestjes Ik heb onderzocht hoe je de impact van bouw materialen op het milieu kunt reduceren. Een van de oplossingen is natuurlijke bestanddelen van beton vervangen door industrieel afval. Dat maakt het beton duurzamer en vermindert de hoeveelheid afval die moet worden gestort. Tegelijk kun je zo beton maken met verbeterde eigenschappen.
3 | onmisbaar
4 eft
e Wat h
ing
lev men
de sa uw werk? aan jo
(Onder redactie van Tom Jeltes) Foto’s | Bart van Overbeeke
Zowel onze laboratoriumfaciliteiten als toegang tot wetenschappelijke databases en bijeenkomsten zijn van grote hulp geweest. Maar wat mijn proefschrift boven vergelijkbare studies uittilt, is de samenwerking met het bedrijfsleven. Dat geeft een praktische kant aan mijn onderzoek en heeft me ook de mogelijkheid gegeven om mijn experimenten door te trekken tot op het niveau van pilotprojecten.
4 | samenleving Ik heb een aantal manieren voorgesteld om bouwmaterialen sterker, duurzamer en goedkoper te maken. Daarbij heeft het vervangen van primaire materialen door afvalproducten als voordeel dat je zowel de CO2-voetafdruk als de hoeveelheid afval reduceert, en je minder natuurlijke hulpbronnen nodig hebt.
Onderzoek | 9
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
Evelyn Aparicio Medrano | Technische Natuurkunde
Hoe algenschuim ontstaat 1 | cover Op de omslag van mijn proefschrift zijn algenkolonies te zien in turbulent water - vandaar de onregelmatige vorm. Sommige algen bewegen omhoog richting het wateroppervlak. Die beweging wordt veroorzaakt door gasbelletjes in de kolonies.
2 | feestjes Mijn onderzoek is gericht op de oorzaken van schuimvorming. Algenschuim ontstaat als algen zich aan het oppervlak van meren of sloten verzamelen. Het ziet eruit als groene verf die op het water drijft. Ik heb de wisselwerking tussen algen en de turbulentie in een meer bestudeerd en ben er achter gekomen dat de vorming van algenschuim wordt veroorzaakt door gasbelletjes. Die ontstaan doordat de algen zuurstof uitscheiden als ze aan fotosynthese doen. Als deze belletjes groeien, brengen ze de algen naar de oppervlakte, waar ze enkele dagen blijven.
3 | onmisbaar Het belangrijkste voor mijn onderzoek was de interdisciplinaire ondersteuning die ik heb gekregen van mijn begeleiders - ik heb er in totaal vier gehad. Ieder van hen heeft bijgedragen aan de holistische benadering van de onderwerpen uit mijn proefschrift.
4 | samenleving Het grote probleem van schuimvorming is dat de algen giftig kunnen zijn. In de zomer worden veel meertjes afgesloten voor recreatie vanwege algenschuim. Mijn onderzoek helpt begrijpen hoe schuimvorming ontstaat. Met die kennis kunnen maatregelen worden ontworpen om schuimvorming te voorkomen, zodat we kunnen zeilen en zwemmen zonder dat we het risico lopen op vergiftiging door algen.
Sonia Gómez Puente | Eindhoven School of Education
OGO: leren van de praktijk 1 | cover Op de kaft staan de vier OGO-projecten die zijn onderzocht. Dit zijn de vakwerkconstructieen propellerprojecten (eerste jaar Werktuigbouwkunde), en de projecten Power Construction en Robotic Surgery (tweede jaar Electrical Engineering). Deze vier projecten zijn opnieuw ontworpen en bevatten nu opdrachten met realistische problemen en scenario’s vanuit de praktijk.
2 | feestjes In mijn proefschrift rapporteer ik over de effecten van het theoretisch kader van OGO (ontwerpgericht onderwijs) op docenten, begeleiders en studenten. Ontwerpgericht onderwijs is ingevoerd om de disciplinaire kennis uit de colleges toe te passen in praktijksimulaties. De belangrijkste conclusies van deze studie zijn dat OGO-projectkenmerken (zoals open-ended karaker van de opdrachten, de authenticiteit en de hands-on toepas singen) de studenten stimuleren tot een bredere kijk bij het verkennen van het probleem, en om kennis te vergaren om deze vervolgens toe te passen bij het oplossen van technische ontwerpproblemen. Hierdoor doen ze vaardigheden op die relevant zijn in de toekomstige werkomgeving.
3 | onmisbaar De docenten, de begeleiders en de studenten waren onmisbaar, want zonder hun medewerking was dit onderzoek niet mogelijk geweest.
4 | samenleving Het onderzoek biedt mogelijkheden om projecten meer multidisciplinair in te richten, onder meer met taken met maatschappelijke-, economische- en milieuaspecten. Ook is er een aantal elementen geïntroduceerd in de projecten (zoals het verkennen van het probleem, het zoeken naar alternatieven en het bouwen van een model) met een positief effect op hoe studenten problemen aanpakken.
10 | Universiteitsberichten
Algemeen SMPE/e | Mini-symposium ‘The networked hospital of the future’ Op vrijdag 16 mei a.s. houdt SMPE/e i.s.m. TNO, Carelliance en KIVI het mini-symposium ‘The networked hospital of the future’ (voertaal: Nederlands, locatie: TU/e, filmzaal Zwarte Doos, start 12.30 uur). Sprekers: Erik Fledderus (TNO) ‘The empowered patient and the role of the hospital in the future’; Patrick Lubbers en Jelle ten Hoeve (NKI-AVL) ‘Q: How to cure cancer? A: With a translational data warehouse’; Peter Walgemoed (Carelliance) ‘Trusted data service organizations as bridge in the international networked hospital’; Martine Bol (MUMC+) ‘Physician 2.0’ www.tue.nl/smpee Aanmelden: smpee@tue.nl.
STUDENT Simon Stevin | Symposium Moving Solutions Het jaarlijkse symposium van W.S.V. Simon Stevin komt er weer aan. Dit jaar is het thema Moving Solutions. Tijdens het symposium zullen verschillende vormen van transport uitgelicht worden waarin de nieuwste technologische
1 mei 2014
MENSEN
UNIVERSITEITSBERICHTEN
ontwikkelingen aanwezig zijn. Van achtbanen tot de Airbus A380, alles komt aan bod. Inschrijven kan in de Simonkamer (GEM-N 1.61). movingsolutions.eu. Integrand | Techniek op Hakken Vrouwen zijn tegenwoordig niet meer weg te denken uit het technische bedrijfsleven, daarom organiseert Integrand een speciale dag om technische studentes in contact te brengen met een aantal grote technische bedrijven! Op 13 juni 2014 zal de vierde editie van Techniek op Hakken plaats vinden. Het evenement biedt technische- en bèta studentes de unieke kans om op een leuke en interactieve manier kennis te maken met 15 grote bedrijven. Inschrijven kan tot 20 mei op techniekophakken.nl
VACATURE
Bureau voor Promoties en Plechtigheden | Promoties Dinsdag 6 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie E. Aparicio Medrano MSc (TN) Promotor: prof.dr. H.J.H. Clercx Titel proefschrift: “Physical Aspects Explaining Cyanobacteria Scum Formation in Natural Systems” Woensdag 7 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie S. Srivastava MSc (TN) Promotoren: prof.dr. F. Toschi en prof.dr. H.J.H. Clercx Titel proefschrift: “Lattice Boltzmann method for contact line dynamics” Donderdag 8 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie M. Hammer MSc (EE) Promotor: prof.dr.ir. G. de Haan Titel proefschrift: “High-DynamicRange Displays Contributions to Signal Processing and Backlight Control” Donderdag 8 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie H. Chen MSc (EE) Promotor: prof.ir. A.M.J. Koonen Titel proefschrift: “Optical Devices and Subsystems for Few- and Multi-mode Fiber based Networks”
Dinsdag 13 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie ir. P.W.M. van Zutven (W) Promotor: prof.dr. H. Nijmeijer Titel proefschrift: “Control and Identification of Bipedal Humanoid Robots Stability Analysis and Experiments” Dinsdag 13 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie Q.M. Shahab PDEng (ID) Promotor: prof.dr.ir. J.H. Eggen Titel proefschrift: “Cooperative Speed Assistance Interaction and Persuasion Design” Woensdag 14 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie R.A. Mangkuto MSc (B) Promotoren: prof.dr.ir. J.L.M. Hensen en prof.dr.ir. E.J. van Loenen Titel proefschrift: “Modelling and Simulation of Virtual Natural Lighting Solutions in Buildings” Donderdag 15 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie C. Cochior MSc (EE) Promotoren: prof.dr.ir. P.P.J. van den Bosch en prof.dr. S. Weiland Titel proefschrift: “Model-based Contol for Professional Printing Systems”
Communicatie Expertise Centrum | Jouw toekomstdroom delen met scholieren? Ben jij bachelorstudent aan de TU/e en kun je enthousiast vertellen over je studie en onze universiteit? Dan is een bijbaan bij het Communicatie Expertise Centrum (CEC) misschien iets voor jou. Er zijn weer plaatsen beschikbaar in het Studententeam Voorlichting. Studenten uit dit team bezoeken regelmatig middelbare scholen om ervaringen te delen over studeren aan de TU/e. Ook helpen studentvoorlichters bij diverse voorlichtingsactiviteiten op de TU/e. De bijbaan is op oproepbasis en verdient ongeveer tien euro per uur. Het CEC is vooral op zoek naar studenten uit het Bachelor College. Meer informatie is verkrijgbaar via studievoorlichting@tue.nl of via Marjan van Ganzenwinkel, telefoon 040 - 247 2226.
Advertentie
Jouw toekomstdroom delen met scholieren?
In memoriam Michiel van Eijck
Ben jij bachelorstudent aan de TU/e en kun je enthousiast vertellen over je studie en onze universiteit? Dan is een bijbaan bij het Communicatie Expertise Centrum (CEC) misschien iets voor jou. Er zijn weer plaatsen beschikbaar in het Studententeam Voorlichting. Studenten uit dit team bezoeken regelmatig middelbare scholen om ervaringen te delen over studeren aan de TU/e. Ook helpen studentvoorlichters bij diverse voorlichtingsactiviteiten op de TU/e. Het CEC is op zoek naar studenten uit het Bachelor College.
Vacatures studentvoorlichter De functie: Als studentvoorlichter lever je een belangrijke bijdrage aan het voorlichten en werven van scholieren met als doelstelling de juiste student op de juiste plek. Daarin treed je op als ambassadeur van de TU/e.
Voorbeelden van je werkzaamheden zijn: • Verzorgen van voorlichtingen en markten op vwo-scholen door heel Nederland. Jouw taak is om o.a. een presentatie voor de klas te verzorgen, vaak ook ’s avonds. • Zes keer per jaar is er op de TU/e een Open dag voor vwo’ers. Je kunt ingezet worden voor o.a. het verzorgen van het welkomstwoord, gastheer/-vrouwtaken, voeren van gesprekken met studiekiezers en ouders. • De TU/e ontvangt regelmatig groepen die een specifieke interesse hebben in de TU/e, denk aan decanenkringen uit het voortgezet onderwijs. Je treedt op als gastheer/-vrouw en vertelt over je ervaringen als student aan de TU/e.
Onze ideale kandidaat: • Beschikt over communicatieve vaardigheden (met name goed kunnen luisteren). • Heeft goede tot uitmuntende presentatievaardigheden. • Kan zich inleven in doelgroepen scholieren, ouders, decanen, docenten, etc. • Heeft een dienstverlenende werkhouding, toont discipline en staat open voor feedback. • Toont durf, is initiatiefrijk en een aanpakker. • Intrinsiek gemotiveerd om studiekiezers te enthousiasmeren over de TU/e.
Wij bieden Via inschrijving bij het uitzendbureau Euflex word je bij het CEC per uur uitbetaald. Het tarief bedraagt € 10,62- per uur. De functie valt onder de oproepbasisregeling, een zgn. nuluren contract. Interesse Ben jij de juiste persoon voor deze baan? Neem dan contact op met de studievoorlichter van het CEC, Marjan van Ganzenwinkel, telefoon: 040 - 247 2226 of mail naar studievoorlichting@tue.nl
Ons bereikte het verdrietige bericht dat onze collega Michiel van Eijck op 20 april is overleden. Michiel had al een hele poos gezondheidsklachten, maar de artsen konden daar aanvankelijk geen duidelijke aanleiding voor vinden. Pas een aantal weken geleden kreeg hij het slechte nieuws van een agressief soort kanker en dat hij niet lang meer te leven zou hebben. Michiel is slechts 45 jaar oud geworden. Michiel studeerde Moleculaire Biologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij haalde er tevens zijn onderwijsbevoegdheid in de biologie en ANW en promoveerde er in 2006 op het proefschrift getiteld: ‘Teaching quantitative concepts with ICT in pre-university biology education’. Na een postdoctoraal jaar in Canada (NSERC-CRYSTAL Fellow) kwam Michiel in november 2007 als UD werken bij de TU/e, Eindhoven School of Education. Michiel heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van het vak ‘Bètadidactiek’ in de lerarenopleiding van ESoE. Daarnaast was hij dagelijks begeleider van een aantal promovendi en begeleidde hij studenten bij hun afstudeeronderzoek. Michiel was enige tijd voorzitter van de opleidingscommissie van de Master of Science Education & Communication en coördinator van halfjaarlijkse internationale summer-/ winterschools voor promovendi. Binnen de TU/e was Michiel actief als coach in de BKO-cursus voor docenten van de TU/e en trad hij op als lid van de beoordelings commissie van BKO-portfolio’s van de faculteit Scheikundige Technologie. Michiel publiceerde over zijn onderzoek in vooraanstaande tijdschriften op het gebied van Science Education met bijzondere aandacht voor het thema diversiteit. Ook maakte hij deel uit van de redactie van wetenschappelijke tijdschriften gericht op dit domein. Op 1 maart 2012 werd Michiel Universitair Hoofddocent. Michiel had zichzelf een duidelijke missie gesteld ten aanzien van het bèta- en techniekonderwijs. Hij voerde niet alleen een warm pleidooi voor dit onderwijs, maar zag ook mogelijkheden om via dit onderwijs leerlingen te ontwikkelen tot kritische burgers die verantwoordelijkheid voor zichzelf en anderen kunnen en durven nemen in een kennisintensieve samenleving. ‘Imagination of Science in Education’ is één van de titels van zijn werk die nadrukkelijk getuigt van deze missie van Michiel. Wij wensen Irene, zijn beide kinderen en andere naasten veel sterkte toe in de komende periode. Namens het managementteam van de Eindhoven School of Education,
Where innovation starts
Prof.dr. D. Beijaard, Hoogleraar-directeur
Mens & Mening | 11
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
TUssen de oren In Cursor worden iedere twee weken studenten, docenten, labs, technische artefacten, de werkomgeving, het weten schappelijk bedrijf, de campus, het onderwijs en websites onder een psychologische loep gelegd door de medewerkers van TU/e-opleiding Psychology & Technology.
Bestuursvoorzitter gaat voor diepgang Illustratie | Sandor Paulus
“Ziet u daar een deur?” “Ja, maar het is wel een klein deurtje.” “Wacht, ik doe hem even open voor u, dan kunt u erdoor.” “Nou dan moet ik wel bukken zeg!” [zet diep gebukt een stap vooruit in een geheel lege kamer]. “Heeft u last van hoogtevrees?” “Nou een beetje misschien…” “Gaat u dan maar op dat randje daar staan.” “Wow! […] wat een diep gat!” “Ja, dat is onze put.” “Ja, maar dat is natuurlijk geen echte put.” “Nee inderdaad, durft u erin te stappen?” “Nee dat durf ik niet hoor. [zucht] Nou ja. Dat moet ik natuurlijk eigenlijk wel… Ik doe het gewoon…” Jan Mengelers, onze recent geïnstalleerde voorzitter van het CvB legt tijdens zijn verkenning van de TU/e gelukkig niet alleen bezoeken af aan faculteitsbesturen: hij investeert ook heel wat tijd aan bezoeken op ‘de werkvloer’. Hij ontmoet jonge onderzoekers, bezichtigt labs en bekijkt demo’s van een selectie van de verschillende groepen die onze universiteit rijk is. Met grote aarzeling zet hij een stap vooruit in de kamer en verliest -net als zovelen voor hembijna zijn evenwicht. De jonge onderzoeker grijpt hem vast en beiden lachen om de situatie. “Zelfs terwijl je weet dat dit niet echt is, nemen basale processen in het brein de informatie die de ogen doorgeven gewoon voor waar aan.” Vorige week bezocht hij HTI en mochten wij hem wat van onze onderzoeksfaciliteiten laten zien.
UR-podium De medezeggenschapsorganen aan de TU/e zijn altijd bezig met het aandragen van oplossingen voor problemen die hier spelen om zo het best mogelijke studeer- en werkklimaat te realiseren. Soms zit dat weleens tegen, maar geregeld halen we ook successen binnen. De vraag die zich echter weleens voordoet, is hoe groot een probleem nu daadwerkelijk is. Wordt de medezeggenschap gebruikt als klaagmuur of is het een rots in de branding voor de TU/e? Waar ik op uit ben, is te laten zien dat er vaak oplossingen voor problemen worden gegeven waar vervolgens nauwelijks gebruik van wordt gemaakt. Kijk maar naar
Eerst naar het Lighting Lab, waar we onder goed gecontroleerde omstandigheden proefpersonen aan licht blootstellen terwijl we hen observeren, bemeten, ondervragen en testen. Met dit type studies kunnen we heel betrouwbaar causale relaties testen (interne validiteit), maar de ecologische validiteit -de mate waarin bevindingen representatief zijn voor effecten in het echte leven- is onzeker. Veldstudies hebben daarentegen het nadeel dat de experimentele controle erg beperkt is. Virtual reality lijkt het beste van beide werelden te combineren: hoge controle, levensechte condities. De hamvraag is natuurlijk: Hoe levensecht? Ook ik sta in de kamer en bezie de situatie van wat meer afstand: terwijl onze onderzoeker enthousiast zijn verhaal over virtuele straten met intelligente verlichting vervolgt, staat Mengelers als aan de grond genageld, links en rechts omhoog kijkend hoe hij uit zijn benarde situatie kan ontsnappen. “Zullen we onze voorzitter maar even uit de put bevrijden?”, stel ik voorzichtig voor. De head-mounted display gaat af en Mengelers loopt verbaasd een rondje door de ruime kamer - niet langer gevangen op een vierkante meter tussen 4 virtuele wanden. Zó echt voelt dat dus. Yvonne de Kort | Universitair hoofddocent Omgevingspsychologie bij Human Technology Interaction, faculteit IE & IS
Klaagmuur of rots in de branding?
de drie tentamenperiodes die we achter ons hebben liggen. In de eerste twee periodes van dit collegejaar werd er moord en brand geschreeuwd vanwege het overvolle MetaForum. Nu de universiteit een manier gevonden heeft om de drukte te verspreiden, zien we dat daar geen gebruik van wordt gemaakt, met uitzondering van een paar individuen. Dienst Interne Zaken had voor deze tentamenperiode de collegezalen in het MetaForum opengesteld als studieruimte, maar enkele rondes langs die zalen leerde dat daar niemand bleek te studeren! Toch, als je behoefte had aan stille of rustige ruimtes, waren deze zalen goed
te vinden en een heel goed alternatief voor een studieplek aan een studeertafel. Een bedankje aan DIZ is dan ook op zijn plaats. Ik vraag me dus hardop af hoe wij als studentenfractie de klachten die bij ons binnenkomen moeten behandelen. Toen de ESR twee maanden geleden een onderzoekje naar de openingstijden van MetaForum instelde, bleek dat veel studenten behoefte hadden aan verlenging van de openingstijden. Uit tellingen bleek dat er juist niemand in MetaForum zat als werd omgeroepen dat sluitingstijd eraan kwam. Ook hier wordt weer een probleem aangekaart terwijl de feiten anders doen wijzen.
Als medezeggenschapper heb ik uiteindelijk twee boodschappen, voor studenten en medewerkers: 1: is dit écht een probleem en, zo ja, zijn er oplossingen die voor de hand liggen? 2: maak gebruik van de oplossingen die uiteindelijk gerealiseerd worden. Ga volgend kwartiel in die collegezalen zitten om te laten zien dat jij waardeert dat iemand die problemen voor jou oplost. Alleen dan is het duidelijk dat de medezeggen schap ook gebruikt wordt waarvoor het bedoeld is: als rots in de branding.
Lucas Otten , Eindhovens e Studente nraad
12 | Uitgelicht
Interviews | Norbine Schalij en Judith van Gaal Foto’s | Bart van Overbeeke De expositie Collector’s Items in het Hoofdgebouw wekte Cursors nieuwsgierig naar de verzamelwoede van TU/e’ers. Die valt nogal mee. De verzamelaars die we vonden bleken van de verontschuldigende soort. “Ik ben niet obsessief”, zegt de een. “Bescheiden en pretentieloos”, noemt een ander zichzelf. Het zoeken en speuren naar spulletjes brengt de lol, het hebben is geen doel op zich.
1 mei 2014
Verzamelwo VERZAMELINGEN | Hetty de Groot, medewerkster bij Studium Generale, verzamelt verzamelaars. Dat doet ze door zelf foto’s te nemen van de verzamelaars met hun collectie. Van zestien personen heeft ze al een drieluik gemaakt.
UITKLAPBOEKEN | Carola Tak, ‘van huis uit jeugd bibliothecaresse’ en nu medewerkster Informatie Expertise Centrum, verzamelt pop-upboeken. Ze heeft er nu meer dan vierhonderd. Eerst kocht ze alles wat ze tegenkwam, nu specialiseert ze zich in informatieve boeken, zoals over techniek, kunst en psychologie. Sinds wanneer? “Bij toeval kwam ik mijn eerste boek tegen bij boeken club ECI. Het was het ‘Groot Circus Boek’ van Lothar Meggendorfers. Dat kocht ik eind jaren tachtig voor een tientje. Ik vond het grappig en zocht verder. Veel kocht ik tweedehands in Engeland, het Mekka van de uitklapboeken. Beste boek? “‘Night before Christmas’ van paper engineer Robert Sabuda. Dat is zo ingenieus gemaakt.”
Waarom? “Ik volg een fotocursus bij Centrum voor de Kunsten Eindhoven. Ieder jaar maak je een portfolio. Als onderwerp koos ik verzamelaars omdat ik op tv ooit een programma zag over mensen die van alles bewaren. Het is zo leuk. Ik hoor de meest dramatische verhalen en kom op de gekste plaatsen.” Pronkstuk? “Foto’s van een uitgetreden non met devotionalia. Een hele wand vol met kruisjes, een andere wand vol wijwaterbakjes, 200.000 bidprentjes. Maar het is moeilijk kiezen; ook de tuinkabouterverzameling in Veldhoven, de rijwielen op een bovenwoning en de wanden vol zeepjes zijn bijzonder.” Wanneer is de grens bereikt? “Ik vind het zo leuk, ik ga door ook al is mijn opdracht van CKE straks klaar. Van 14 juni tot en met 4 juli exposeer ik in de muziekschool. Ik ben nu besmet met het verzamelvirus.”
Waar staat je verzameling? Thuis in een kast in de slaapkamer. Ik vind het wel leuk om het soms te laten zien. Vorig jaar in de vitrinekast in MetaForum bijvoorbeeld.” Wanneer is de grens bereikt? “Ik heb me wel eens voorgenomen niets meer te kopen. Te duur en je doet er toch niets mee, zei ik tegen mezelf. Maar dan kom ik weer iets tegen, zó mooi, dan trap ik er toch weer in.”
MODELTREINEN | Erik Geelen, medewerker Informatie Expertise Centrum, verzamelt onder andere modelbouw treinen voor wisselstroom met schaal 1:87 van Märklin en Roco. Vooral treinen die in West-Europa en Amerika reden in het overgangstijdperk van stoom naar diesel en elektrisch (periode 1950-1975). Hoe begon het? “Vijftig jaar geleden, ik was nog maar een jongen van 3, gaf mijn vader mijn twee oudste broers een paar Märklin locomotieven. Ik was meteen betoverd. Door school, studie en op mijn eerste appartement was er geen tijd en ruimte meer voor. Twintig jaar geleden heb ik het op kunnen pakken.”
Wat is je beste item? “Een Duitse locomotief van vlak voor WO2. Uit de Märklinserie BR03. Het is een mooie grote, imposante, blauwe stoomloc. Ik kan me voorstellen dat die in een vooroorlogse film voorbij zoeft.”
Waarom verzamel je? “Mijn verzameling is bescheiden en al redelijk compleet. Het hoeft ook niets voor te stellen. Af en toe zal ik wel wat Welke rol heeft je woonruimte? “Ik woon zes hoog in een flat tegenover het PSV-stadion blijven kopen, nieuw of tweedehands, want dat voedt mijn en kijk aan twee kanten uit op het spoor. De hele dag zie fascinatie voor vervoersmodellen. Die heb ik opgelopen door de verhalen van mijn ouders die per vliegtuig naar ik treinen rijden. Mijn eigen spoorrailopstelling neemt Amerika gingen om er een paar jaar te wonen en na mijn weinig ruimte in.” geboorte met trein en boot terugreisden.”
DRAKEN | Er zijn veel gewone voorwerpen (kaasplankje, babysokjes, oorbellen, handdoekjes, muismatten) die voor medewerkster Jannelies Smit (ST, DPO en U-raad) zeer bijzonder zijn: er staan draken op. Voorwaarde is dat er vleugels zichtbaar zijn, “anders zijn het dino’s en die spaar ik niet.” Waarom? “Ik wist niet dat ik draken leuk vind totdat ik dertig jaar geleden een klein zwart koolstoffen draakje uit Wales kreeg. Vijftien jaar later had ik honderdvijftig draken en een tattoo. Nu is het minder; de pop-upboeken en pluche draken heb ik bijvoorbeeld aan kinderen weg gegeven. Een Swarovski-draak vond ik niet mooi en heb ik verkocht.” Bijzonderste item? “Het zwaard. Ik schiet vol als ik erover vertel, want ik kreeg het van een inmiddels overleden vriend. Het weegt 3,5 kilo, is 1.50 meter hoog en heeft een gevest in de vorm van een draak. Ik mag er niet eens mee over straat.”
Wat doe je met draken? “Ze staan overal in huis. In de woonkamer in een vitrinekast, in mijn studeerkamer staat veel en T-shirts, sokken en handdoeken gebruik ik gewoon. Ooit heb ik voor een expositie in een streekmuseum in Culemborg een kast gevuld met vijftig draken.” Wanneer is de grens bereikt? “Nooit. Het gaat nu wel langzamer. Ik krijg nog wel eens wat cadeau, altijd leuk. Maar ik ga niet meer eens per maand naar Amsterdam om daar een half maandsalaris uit te geven in een drakenwinkel.”
Uitgelicht | 13
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
oede
TELECOMMUNICATIEPOSTZEGELS | Jan Smits, hoogleraar Recht en Techniek bij de faculteit IE&IS, is dol op telecommunicatie en is daar voortdurend mee bezig. Op zijn werk, maar het is ook een geliefd gespreksonderwerp in zijn vrije tijd. Sinds 1975 verzamelt hij postzegels in dit thema. “Het is de verbeelding van mijn werk.” Bijzonderste zegel? “De eerste. Je kunt er op zien hoe de kabels onder zee lopen. Ik kreeg hem van mijn schoonvader - zelf een heftig verzamelaar van postzegels. ’Hé Jan, weet je wel dat er postzegels met zeekabels bestaan?’ Zo is het begonnen.”
een hele serie met beroemde acteurs die afgebeeld zijn met een telefoon aan hun oor.” Wat kost het? “Op mijn manier kost het niks. Ik heb er in totaal misschien vijfhonderd euro aan uitgegeven. Het kost tijd, en die besteed ik er minder aan.”
Waarom? “Het is mogelijk de hele ontwikkeling van telecommunicatie te laten zien met postzegels. Radio, microfoons, zenders, telegraaf- Wat zoek je nog? “Een marconi-zegel uit circa 1954 met het schip Elektra erop. kabels, grondstations; overal zijn zegels van gemaakt en dat gebeurt in alle landen ter wereld. De Fransen hebben bijvoorbeeld Maar het gaat me om de lol van het zoeken, niet om het hebben.”
LUCHTMACHT-UNIFORMEN | Frans Goossens, receptionist in MetaForum, heeft thuis maar liefst 50 uniformen van de Nederlandse luchtmacht. Zo’n 60 medailles en 600 emblemen complementeren de collectie. Het meeste komt uit de jaren 1950-1970. Hoe ben je op het idee gekomen? “Als klein manneke vroeg ik al baretten aan de militairen op de Oirschotse hei. Mijn vader zat bij de luchtmacht, en later ik ook. Eerst verzamelde ik alles, in de jaren zeventig ben ik me gaan specialiseren in de uniformen en onderscheidingen van de luchtmacht.” Hoe kom je aan de uniformen? “Via via. Steeds meer mensen weten wat ik verzamel. Ik sta ermee op de open dagen van de luchtmacht en binnenkort ben ik bij de veteranendagen en bij de familiedag in Volkel. Ik krijg ze van de oud-militairen zelf of van hun familieleden.” Hoe toon je ze aan het publiek? “Ik heb gelukkig handige handjes en maak zelf poppen. Die lijken niet op de eigenaar, ik geef er mijn eigen invulling aan. Het lichaam maak ik binnen een paar uur van purschuim en het hoofd kost me een week of twee.
KEYCORDS | Alie Wenting is schoonmaakster bij Industrial Design in het Hoofdgebouw. Haar schoonmaakruimte op vloer 2 in het Hoofdgebouw hangt vol met zo’n driehonderd keycords. Waarom ben je keycords gaan verzamelen? “Ik kwam vaak met mijn man op motorbeurzen en daar kreeg je keycords mee. Ik had al elf jaar lang van alles in mijn schoonmaakruimte hangen, ik had het aangekleed met spullen die studenten weggooiden. Het moet er wel gezellig uitzien. Vier jaar geleden ben ik er de keycords bij gaan hangen.”
via familie. Laatst heb ik er nog een van een buitenlandse student van Chelsea gehad.”
Hoe kom je aan de exemplaren? “Ik krijg ze inmiddels van iedereen. Van studenten en oud-studenten, secretaresses, via de Wervingsdagen,
Op welk exemplaar ben je het trotst? “Zonder twijfel de keycord die ik twee jaar geleden van Lucid heb gekregen. Met opdruk: Lucid Alie.”
Hoe laat je ze zien? “Ze hangen op kleur gesorteerd. Ik begin met oranje en dan volgen rood, wit en blauw. Overigens draag ik ze zelf nooit, vind ik niet fijn om mijn nek.”
LELIJKE KOELKASTMAGNETEN | Marijne Timmers (vierdejaarsstudent Scheikundige Technologie) houdt van reizen en van een tastbare herinnering daaraan. Daarom kijkt ze in souvenirwinkels uit naar koelkastmagneten, die zijn klein en praktisch. In zes jaar tijd heeft ze er al 42 verzameld. Hoe kom je erop? “Mijn ouders deden dit al. Ik ben meteen met mijn eerste zelfstandige vakantie (in 2008 in Frankrijk, red.) begonnen. Afgelopen weekend heb ik er nog een bijgeplakt uit Dublin.”
Meest bijzondere magneet? “Een Viking uit Helsinki. Die kocht ik op mijn eerste studiereis met Japie, studievereniging Jan Pieter Minckelers. Over alle 42 magneten kan ik trouwens wel een verhaal vertellen.”
Waarom ‘lelijke’ magneten? “Souvenirs zijn over het algemeen vrij lelijk, ik ga dan voor het extreme daarin. Een ander criterium is dat er een plaatsnaam op staat. En ik heb ze liever niet rechthoekig.”
Heb je zo’n grote koelkast? “Nee, ze hangen op een magneetbord boven mijn eettafel. Het geeft een goed gespreksonderwerp voor bezoek.” Wanneer stop je? “Niet. Als dit bord vol is, koop ik een nieuwe.”
Thuis laat ik ze alleen op afspraak zien en ik moet de mensen kennen. Voor evenementen neem ik een selectie mee.” Op welk uniform ben je het trotst? “Ik ben even trots op al mijn jongens. Ik probeer zo gevarieerd mogelijk te zijn en ga voor de kwaliteit. Er staat nu van alles, van tropenuniform tot een uniform van een NF-5 jachtvlieger en van laag tot hoog in rang.” Welk uniform zou je graag nog willen hebben? “Ik heb al een uniform van de instructeur van prins Bernhard, van de luitenant-generaal van Juliana en een uniform van een adjudant-majoor van Beatrix is me toegezegd. Ik denk dat ik over een tijdje maar eens koffie moet gaan drinken met militairen die in contact staan met Willem-Alexander... Maar uiteraard houd ik mezelf ook voor andere items aanbevolen.”
14 | Uitgelicht
1 mei 2014
Hand in hand invulling geven aan het wij-gevoel Onderzoekers buitelen al jaren over elkaar heen om erop te wijzen hoe universiteiten falen in hun alumnibeleid. Hoe ze kansen laten liggen om -liefst al tijdens de opleiding- een band voor het leven te smeden waarvan beide de vruchten plukken. Ook aan de TU/e kwam het alumnibeleid nooit echt goed van de grond, erkent Harry Roumen, voormalig universiteitssecretaris. Maar daarin moet -nu ĂŠchtverandering komen. Roumen is ĂŠĂŠn van de nieuwe kartrekkers van het alumnibeleid van de TU/e.
Beeld | iStockphoto
Uitgelicht | 15
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
Hoe hij als alumnus zijn band met de TU/e ervaart? Een lastige vraag voor Roumen, die na zijn afstuderen in 1970 zijn hele werkzame bestaan aan de Eindhovense universiteit doorbracht. Maar de contacten met alumni vanuit ‘zijn’ faculteit Electrical Engineering hielden niet over, zegt hij voorzichtig. Ook van mede-alumni hoort hij regelmatig dat ze de band met de universiteit graag hechter zouden zien en dat ze überhaupt maar zelden iets horen van de TU/e. Roumen, tot twee jaar terug bestuurlijk medeverantwoordelijk, zegt de hand daarbij ook in eigen boezem te steken: “Het alumnibeleid aan de TU/e is nooit goed structureel vormgegeven”. Hij wijst onder meer op de ‘niet-optimale’ verhoudingen tussen diverse betrokkenen en op het spanningsveld tussen het centrale en facultaire beleid. Sabine van Gent, directeur van het Communicatie Expertise Centrum van de TU/e die het alumnibeleid de laatste anderhalf jaar onder haar hoede heeft, vult aan: “Activiteiten gericht op alumni moet je dichtbij de faculteiten houden; daarmee voelen de alumni zich het meest verbonden, vooral daar onderhouden ze ook hun netwerk”. Dat neemt niet weg dat er volgens beiden een degelijke universiteitsbrede basis voor het alumnibeleid moet zijn, te beginnen met een goede centrale registratie. Via Alumninet heeft de TU/e momenteel zo’n zeventig procent van haar alumni -in totaal een kleine 35.000- in beeld. De oud-studenten vormen volgens Van Gent één van de belangrijkste groepen stakeholders van de TU/e. “Zij zijn onze belangrijkste ambassadeurs.” Om de banden met die groep vertegenwoordigers aan te halen, trok de TU/e afgelopen najaar twee boegbeelden aan die het alumnibeleid moeten helpen een boost te geven: oud-secretaris Roumen en emeritus hoogleraar Jan Blom. Ook werd een Raad van Advies voor het alumnibeleid opgericht. Deze bestaat op dit moment, naast Roumen en Blom, uit Loek Overes (onlangs afgestudeerd bij Bouw kunde en nu werkzaam bij Rijkswaterstaat), Aukje Doornbos (werkzaam bij DSM en in 2009 winnaar van de Young Professional of the Year Award) en Eric van Schagen, CEO van Simac. Zij vertegenwoordigen de drie generaties alumni waarvoor de TU/e, in nauwe afstemming met die groepen, onder meer gerichte activiteiten wil gaan opzetten. Roumen: “Ik kan me voorstellen dat een jonge alumnus in zijn of haar stadium van carrière en leven andere verwachtingen van de universiteit heeft dan bijvoorbeeld een gearriveerd zakenman als Eric van Schagen.”
Harry Roumen. Foto | Bart van Overbeeke
Rond de groep van gevestigde alumni wordt een volgens Roumen exclusief netwerk van top-alumni opgericht. Volgens de oud-secretaris ligt er een lijst met zo’n vijfentwintig namen van personen die de universiteit hiervoor wil benaderen, met name gebaseerd op hun zakelijke posities, invloed en netwerken. Roumen noemt onder anderen voormalig Philips-topman Gerard Kleisterlee en Marijn Dekkers, CEO van Bayer. “Maar ik vind bijvoorbeeld dat ook John Körmeling bij die groep hoort; een gevestigd kunstenaar met een achtergrond in de architectuur”.
Trotse alumni helpen hun universiteit Roumen ziet de gevestigde alumni in eerste instantie als “onze topambassadeurs. Zij vervullen belangrijke functies in de gemeenschap, op allerlei gebieden. Als zij bij hun werkzaamheden willen uitdragen dat ze trots zijn op onze universiteit, dan helpt dat de TU/e weer bij bijvoorbeeld het werven van nieuwe studenten”. Maar ook beschouwt Roumen de club van top-alumni als mogelijk klankbord voor het algemene beleid van de universiteit. Van Gent voegt daar aan toe: “We zullen deze groep niet zozeer vragen wat ze vindt van bijvoorbeeld een voorgenomen nieuwe studierichting, maar hopen
wel op suggesties met betrekking tot onder andere het onderwijs in algemene zin. Wat missen deze alumni wellicht bij onze afgestudeerden die binnen hun bedrijven aan de slag gaan?” De bedoeling is dat deze top-alumni komend najaar voor het eerst bij elkaar komen. Fundraising, dat vooral een begrip is bij Amerikaanse universiteiten en hun alumni, maakt volgens Roumen de komende jaren nog geen deel uit van het Eindhovense alumnibeleid. “Maar ik kan me voorstellen dat als je eenmaal een degelijk alumnibeleid hebt, het ook makkelijker wordt om fundraising meer handen en voeten te geven.” Van Gent: “Ik hoor vaak van alumni dat ze graag iets terug willen doen voor de universiteit.” Wat de TU/e en haar oud-studenten over en weer voor elkaar kunnen en willen betekenen, daarover is en gaat de universiteit in gesprek met onder meer de Raad van Advies, de alumniverenigingen en straks ook de club van top-alumni.
diverse, interactievere alumnievenementen en bedrijfsbezoeken door het jaar heen. Ook wil de TU/e het life long learning en de mogelijkheden hiertoe aan de universiteit nadrukkelijk onder de aandacht brengen. Verder wordt nagedacht over een nieuw geschenk voor afgestudeerden in plaats van de blauwe sjaal die ze nu krijgen, over een koppeling van de alumnidag aan de jaarlijkse Publieksdag en een mentorprogramma met inzet van alumni voor studenten. Ook op de planning staat het ontwikkelen van een meer interactieve website, waarop alumni onder andere makkelijker met elkaar in contact kunnen komen.
en te meten wat bereikt is: “Heeft de Raad van Advies goede adviezen gegeven? Hebben de top-alumni een zinvolle bijdrage geleverd, voor zichzelf en de universiteit? Hebben we mooie activiteiten voor alumni gehad? Hebben alumni het gevoel dat de band tussen hen en de universiteit versterkt is?”
Van Gent vindt het lastig om te zeggen wanneer het alumnibeleid ‘geslaagd’ is. “Het gaat hier om het aanhalen van de banden, het uitbouwen van een relatie, dat doe je in samenspraak. En dat kost tijd.” Roumen noemt 2016, het volgende lustrumjaar van de TU/e, als het geschikte moment om te bekijken
Ook na je afstuderen kun je nog steeds van alles doen met en voor de TU/e, benadrukt Roumen. “Ik ben zelf in elk geval nog steeds keitrots op deze universiteit. En dat wil ik uitdragen.”
Volgens Roumen zijn de TU/e en haar bestuurders zich er in elk geval meer dan ooit van bewust dat ze meer energie moeten steken in hun alumni. En dat begint liefst al bij iemands inschrijving als student aan de TU/e. Wederkerigheid, collectieve trots en community-gevoel zijn daarbij de sleutelwoorden.
“Alumnibeleid moet ontstaan” Sowieso ligt er geen blauwdruk voor het nieuwe alumnibeleid, benadrukt Van Gent herhaaldelijk, “dat moet ontstaan”. Ze spreekt van ‘stippen aan de horizon’ die in het kader van het alumnibeleid zijn gezet, maar de uiteindelijke koers ligt nog allesbehalve vast. Op het wensen lijstje voor de korte termijn staan in elk geval het organiseren van
Interview | Monique van de Ven
16 | Student
Clmn
1 mei 2014
Aanschuiven bij
Kip-risotto met broccoli en zongedroogde tomaten Alain Starke masterstudent Innovation
Dessert: fruitvariatie met warme chocoladesaus Sciences
Bereiding hoofdgerecht: Bak kipfilet, ui, teen knoflook en prei in een wokpan. Voeg ‘n halve liter kippen- of runderbouillon en risottorijst toe en laat pruttelen totdat de rijst gaar is. In stukken gesneden blok feta, cajunkruiden, zout en peper naar smaak toevoegen. Kleine stronkjes broccoli in pan samen met zongedroogde tomaatjes gaar bakken. Samen met risotto opdienen.
Breaking Bad Gisteren had ik een ouderwets avondje Top Gun, die film uit 1986 met F-14-piloot Tom Cruise en zijn enorme ‘Ray-Ban Aviator’-zonnebril… Ha, nee joh! Natuurlijk heb ik geen Top Gun gekeken. Wie kijkt daar überhaupt nog naar? Niemand toch? Want wie wordt er nou nog gevechtsvliegtuigpiloot? Gisteravond keek ik wél naar Breaking Bad. Voor als je die serie niet kent: Breaking Bad (9,6 op IMDb.com) is een soort ‘Komt een vrouw bij de Dokter’ meets ‘Fear and Loathing in Las Vegas’ meets ‘Malcolm in the Middle’, waarin een terminale scheikundeleraar ongeveer à la Robert Kranenborg crystal meth gaat ‘koken’ en onderwijl nog wat drugsboefjes omlegt. Aangezien Breaking Bad een populaire ‘scheikundeserie’ is en er twintig procent meer scheikundestudenten zijn, wist de Telegraaf het zeker: ‘TV-serie zet chemie op de kaart’. Immers, ten tijde van Top Gun verviervoudigde het aantal kadetten ook. Nou, wat een kansloze onzin. De Telegraaf heeft ‘in de wandelgangen’ gehoord dat Breaking Bad de reden is. Integendeel, de populariteits relatie tussen drugskokende gangsters met scheikundeformules en scheikunde is heel wat anders dan de populariteitsrelatie tussen film-gevechtsvliegtuigpiloten en gevechtsvliegtuigpiloten. Wat de Telegraaf wél ‘bewijst’, is dat de interesse in de populariteit van het wetenschappelijke onderwijs pas wordt aangewakkerd als er een mainstream-trend aan gekoppeld kan worden. Ach, vergeet de zogenaamde PR-kracht van Breaking Bad: scheikunde is juist het voorbeeld dat gerichte prestatieprikkelende investeringen zijn vruchten kunnen afwerpen. De discipline straalt baanzekerheid uit op aankomende studenten. Gerichte investeringen, zoals beurzen en stageplekken voor excellente studenten, is toekomstmuziek waar we naar moeten luisteren. Maar dat vindt de Telegraaf geen nieuws. DWDD snapte het ook niet: Matthijs had twee scheikundigen aan tafel. Hij vroeg waarom Breaking Bad scheikunde een impuls geeft. Toen de hoogleraren ontkennend antwoordden, moesten ze maar iets laten ontploffen. Ik zapte naar The Big Bang Theory.
Bereiding dessert: Sinaasappel, banaan en appel in stukjes snijden en over bordjes verdelen. Chocoladesaus verwarmen en gelijkmatig over fruitschaaltjes verdelen.
TU es
Wat doe je het liefst in je vrije tijd? Ik probeer zoveel mogelijk van het leven te genieten en nieuwe ervaringen op te doen. Vaak komen hier gezellige mensen en het nodige bier bij kijken. Waarom heb je gekozen voor deze opleiding? Ik kon geen keuze maken tussen psychologie en informatica. Toen kwam ik de studie Psychology & Technology tegen die deze disciplines perfect combineert. Het zijn twee vakgebieden die ver uit elkaar lijken te liggen, maar elkaar juist veel te bieden hebben. Als je jezelf een keer kon -laten- teleporteren, waar zou je dan naartoe gaan? Naar één van de huisfeesten van de Noord-Koreaanse president Kim Jong-Un. Wat had je van tevoren niet verwacht over Eindhoven? Ik had nooit verwacht dat ik me hier zo goed zou vermaken. In eerste instantie leek Eindhoven een erg saaie stad, maar dit valt erg mee! Uiteindelijk zijn het de mensen die het tof maken. Wat zou ja na je bachelor willen doen? Toevallig weet ik dat al. Ik heb namelijk besloten mijn master te gaan doen in San Francisco. Met wie zou je graag eens een biertje gaan drinken? Zullen we dat op datzelfde feestje van Kim Jong-Un doen? Dan nodigen we ook Poetin uit en zou het zomaar eens gezellig kunnen worden. En wie weet krijgen we aan de bar ook nog geregeld dat het wat stabieler wordt in hun landen.
Rens Gingnagel (20 jaar) Eerstejaars Psychology & Technology
Foto | Bart van Overbeeke
Als je iets aan de TU/e zou mogen veranderen, wat zou dat dan zijn? Dat is een makkelijke vraag met een makkelijk antwoord: de man-vrouwverdeling. Die mag op zijn minst wat meer in balans komen.
Rens wil de vraag ‘Waarom heb je ge kozen vo o r deze opleiding ?’ v door: ‘We ervangen lk broodje van de kantine p ast het b est bij jouw pers oonlijkhe id?’ (SvS)
Student | 17
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
Cursor dacht de elf bewoners van ‘dubbelhuis’ Casimirstraat vooraf uit te dagen door te vragen naar een recept dat de middelmaat wat ontsteeg. Een overbodige prikkel, bleek al snel. Want patat, hamburgers of ander fastfood staan er sowieso nooit op het menu. De Schijf van Vijf regeert. Twee adressen voor één studentenhuis. Wie bedenkt zoiets? Huisoudste Jarno Rijkers, TU/e-student Werktuigbouw kunde. “Het is niet meer dan een kadastrale verdeling voor twee huizen van dezelfde eigenaar. Voor ons komt het neer op één adres, waar we vrijuit van 16 naar 18 kunnen lopen.” Tom Janssen, TU/e-student Scheikundige Technologie: “De muur ertussen laten we nog wel zitten. Behalve een eis van verhuurder Vestide wil ik dat zelf ook graag. Ik moet toch iets van privacy overhouden?” Het dubbele adres zorgt wel voor hilarische situaties. Als Tom op 16 opendoet voor een collectant, stuurt hij die meestal door naar 18, zodat zijn huisgenoten de donatie mogen ophoesten. Dat doorsturen ging met een deurwaarder een paar jaar geleden wat minder soepel. Jarno: “Die kwam een schuld van twintigduizend euro innen, die een Chinese student bij de Belasting dienst had opgebouwd. Die jongen zat al lang weer in China toen ze ‘m hier kwamen opzoeken.”
Drie vrouwen in de keuken, terwijl de mannen achter de buis wachten tot het klaar is. Gaat dat altijd zo hier? Keukenprinses -en Bouwkundestudente- Jill Vervoort: “Nee hoor! Koken is bij de meesten een populaire taak. Omdat je daarmee de afwas ontloopt.” De poetslijst werkt trouwens zoals ie bedoeld is, zonder notoire verzakers. Hoewel... er blijken toch nog drie taarten open te staan. Wie verzuimt, boet namelijk met een zelfgebakken taart. Wat doet dat Twisterspel dat tegen het plafond geplakt is? Een erfenis van één van onze jaarlijkse themafeesten. Dat spel was decor bij het thema ‘superhelden’; figuren, die zich natuurlijk net zo makkelijk over een vloer als tegen een plafond bewegen.
In de achtertuin bestaat de kadastrale grens ook slechts op papier. De ruimte is gevuld met een zelfgemetselde barbecue, een winkelwagentje hout, een badkuip, een flink opblaasbad met water en een ren met twee kippen, goed voor twee verse eieren per dag. Waar is de haan? Britt Smeets, TU/e-studente Bouwkunde: “Die is op dringend verzoek van Vestide van het erf gehaald. Het waren er zelfs twee. Vijf uur ‘s ochtends begonnen ze al te kraaien. Daar was de buurt niet zo blij mee. Sindsdien hebben we alleen nog maar kippen over.”
Interview | San van Suchtelen Foto’s | Bart van Overbeeke
Wil jij ook met je culinaire huisgenoten in deze rubriek? Mail dan naar cursor@tue.nl
En hoe is het in New York City? Studenten van de TU/e gaan steeds vaker voor hun studie naar het buitenland. Voor stage of voor het verrichten van onderzoek, omdat het verplicht is of omdat ze het leuk vinden. Cursorlezers kunnen iedere twee weken over de schouder van een TU/e-student in het buitenland meekijken.
New York City, stad van gele taxi’s, het Empire State Building en het Vrijheidsbeeld. Ik loop hier vier maanden stage aan het New York University Medical Center, een mooie gelegenheid om deze metropool eens goed te verkennen. Pacemakertechnieken verbeteren, daar draait het om tijdens mijn stage. Door MRI-data van patiënten en een computermodel van het hart en bloedvatenstelsel (CircAdapt) te combineren, probeer ik beter te begrijpen waarom bij sommige patiënten de linker- en rechterkamer van het hart niet synchroon samentrekken, wat in een gezond hart wel het geval is. Met deze kennis kan bepaald worden voor welke patiënten een pacemaker daadwerkelijk nuttig is, en hoe een pacemaker optimaal geïmplanteerd kan worden om de hartfunctie weer zo goed als mogelijk te herstellen. NYC heeft beslist geen pacemaker nodig. Het bruist er van het leven, 24/7. Het mooie van deze Melting Pot is dat je hier niet alleen ontzettend veel verschillende culturen in het straatbeeld tegenkomt, maar ook de buurten zijn erg afwisselend: overal hangt weer een ander sfeertje. Als je graag wilt struikelen over een berg toeristen, ga dan naar Times Square. Maar het is natuurlijk veel leuker om rustig iets in Chelsea te eten, een drankje te doen in een geïmproviseerde ‘hipster’ bar in Williamsburg, of gewoon lekker mensen te kijken in een van de vele parken. Zo snel het straatbeeld verandert als je van het Financial District naar China Town loopt, zo snel kan het weer hier ook omslaan. De ene dag loop je met korte mouwen over straat, een paar uur later kun je de toppen van de wolkenkrabbers niet meer zien vanwege de neerdalende sneeuw. Maar NYC zou NYC niet zijn als het zich niet aan elke nieuwe weerssituatie zo optimaal mogelijk zou aanpassen, hetgeen we ook hopen te realiseren met een pacemaker in een slecht functionerend hart.
Peter H master untjens, Biomesdtudent Techno ische logie Vind jij het ook leuk om een bijdrage te leveren aan deze rubriek en ben jij dit collegejaar in het buitenland? Stuur dan een mailtje naar cursor@tue.nl.
Lees alle buitenlandervaringen online op www.cursor.tue.nl
18 | Mens
1 mei 2014
Minke Goes | “Je leest niet snel voor de lol een boek over thermodynamica” Bij het begrip ‘ingenieur van de toekomst’ moeten de beleids makers van de TU/e iemand als Minke Goes in gedachten hebben gehad. De masterstudente Sustainable Energy Technology voldoet helemaal aan het ideaal plaatje van de maatschappelijk betrokken vrouwelijke ingenieur die techniek is gaan studeren om de wereld te verbeteren. En daarbij niet bang is om over grenzen -van landen en vakgebieden- heen te kijken. Niet voor niets figureert Minke in een promotiefilmpje van haar huidige opleiding, en deed ze dat eerder al voor de bachelor Science, Business & Innovation die ze aan de Vrije Universiteit in Amsterdam volgde. De studente is niet bang voor de spotlights, maar wekt ook niet de indruk dat ze die opzoekt. “Als zoiets me gevraagd wordt en als ik daarmee kan helpen, dan zal ik niet snel nee zeggen”, zo zegt ze zelf. Een interview voor Cursor? Ach, als ze wat reclame kan maken voor Team Energy, dan wil ze dat wel doen. Over Team Energy gesproken; al snel na haar komst naar Eindhoven, aan het begin van dit collegejaar, kwam Minke in gesprek met collega-studenten die net als zij het gevoel hadden dat er aan de TU/e weliswaar van alles gebeurt op het gebied van duurzame energie, maar dat er voor studenten van verschillende opleidingen nog niet echt een plek was om hun passie op dit gebied met elkaar te delen. Inmiddels doet Minke de PR voor Team Energy, dat met dit doel door de studenten is opgericht. Toeval of niet, dit voorjaar bleek ze de tienduizendste volger van het twitteraccount @TUEindhoven, wat een mooie gelegenheid bleek om Team Energy nog even te ‘pluggen’ in een online filmpje van de TU/e Facebook reporters. Met haar komst naar de TU/e keert Minke terug naar haar geboorteprovincie. “Ik heb nog overwogen om een master in Delft te doen, maar ik vond het wel fijn om na mijn tijd in het buitenland weer dichtbij mijn ouders in Boxmeer te komen wonen.” Dat valt te begrijpen, want ze woonde tijdens haar bachelor maar liefst anderhalf jaar in Noord-Amerika. Eerst een jaar om aan de University of New Mexico in Albuquerque te studeren en later nog een half jaar als stagiaire in Edmonton, Canada.
“Een jaar naar Amerika is lang”, geeft ze toe. “Maar ik wilde altijd al naar het buitenland en je hebt tijd nodig om daar een leven op te bouwen en echte vrienden te maken.” Als bestemming koos Minke voor New Mexico, in het zuiden van de Verenigde Staten. “De bevolking is daar erg gemengd, dat sprak mij aan. Er wonen nog veel indianen en er is ook een grote groep latino’s. En de natuur is er prachtig. Ook dat vond ik belangrijk.”
“Je hebt tijd nodig om een leven op te bouwen in het buitenland” Het jaar in het buitenland heeft haar veel vriendschappen opgeleverd. Niet alleen met Amerikanen, maar ook met andere internationale studenten. Met als gevolg dat ze tegenwoordig met Ryanair naar Stockholm vliegt om een vriendin op te zoeken, zoals anderen de trein naar Den Bosch nemen. Ook hield ze aan haar buitenlandervaring een passie voor twee bijzondere sporten over: rotsklimmen en ultimate frisbee. “Ultimate frisbee is in Nederland nog niet zo bekend, maar in Amerika is het best een grote sport.” Minke beoefent beide sporten nu ook in Eindhoven, hoewel een blessure haar voorlopig weghoudt van de klimwand. Toen ze vorig jaar februari klaar was met de bachelor en in september in Eindhoven kon beginnen, besloot Minke niet achterover te leunen, maar zich op te geven voor een stage bij de Netherlands Trade Office (een initiatief van het ministerie van buitenlandse zaken) in Edmonton, Canada. Hier kon ze haar studiekennis in de praktijk brengen. “In die regio wordt veel olie gewonnen. Dat gebeurt helaas op een nogal milieuvervuilende manier, die in Europa nooit zou mogen. De Nederlandse overheid probeert via de Trade Office de Canadezen ervan te overtuigen dat Nederlandse bedrijven dat veel schoner kunnen doen. Het was voor mij een mooie ervaring om in het hol van de leeuw te mogen komen en te zien hoe oliemaatschappijen daar omgaan met duurzaamheids problemen.”
Van de droom om diplomaat te worden heeft haar Canadese avontuur haar wel genezen. Te veel papierwerk, te weinig actie. Voor zichzelf ziet Minke een rol weggelegd op het grensvlak van techniek en maatschappij. Met een ambitieus doel. “De wereld verbeteren is natuurlijk de ultieme
goal”, zegt ze met een knipoog. En voor een duurzame toekomst is technologie nodig, zo weet ze uit haar studie, maar ook overtuigings kracht. “We moeten het gedrag van mensen veranderen, anders redden we het niet. Maar daarvoor moet je ook de technische kant van het verhaal beheersen. En je gaat
niet snel voor de lol een boek over thermodynamica lezen. Daarom heb ik bewust gekozen voor een technische master.”
Interview | Tom Jeltes Foto | Bart van Overbeeke
17 1 May 2014 | year 56
Biweekly magazine of the Eindhoven University of Technology For the latest news: www.cursor.tue.nl/en and follow @TUeCursor_news on
MOOC on aerod ynamics about to kick off Wednesday 23 Ap ril - On Monday Ap ril 28, the first mo Online Course (M dule for the Mass OOC) on Sports an ive Open d Building Aerody This TU/e Internet namics will be pu course, presented t online. by prof.dr.ir. Bert will introduce some Blocken of Built En ten thousand peop vironment, le from all over the wo world of wind curre nts with the help rld to the exciting of examples from What’s special ab sports, among ot out the course is her things. that it incorporates Over ten thousand recent research re people registered sults. for the course alr eady.
and tuecursor on
New research center for high-tech systems Thursday 24 April - TU/e has a new research center, which opened on April 24: the High Tech Systems Center (HTSC). With the center, TU/e wants to become the front runner in research and development of new, accurate high-tech systems. Not only does HTSC combine disciplines from mechanical engineering, electrical engineering, physics and computer science, but also stimulates collaboration between TU/e and the industry. Eighteen TU/e professors are affiliated with the institute. Over the next four years, HTSC will realize two hundred PhD positions.
Celebration dies focuses on closer collaboration with industry
Bert Meijer appointed as Academy Professor by KNAW
Friday 25 April - “TU/e wants to grow in its collaboration with its industrial partners. It’s extremely important for the future of our Brainport region.” Rector Hans van Duijn ended the 58th dies natalis of TU/e in the Paterskerk with a blatant invitation. It was a celebration that overtly highlighted the wish for even stronger bonds with the industry. Prof.dr. Norman Fleck of Cambridge University (“we’re only three and half hours away thanks to Ryanair”) was presented with his honorary doctorate.
Thursday 24 April - The Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences (KNAW) will this year award the Academy Professor prize to TU/e professor Bert Meijer and biological psychologist Dorret Boomsma of the VU University Amsterdam. The prize recognizes the lifetime work of researchers who are among the world top in their fields, according to the KNAW. The two scientists will each receive an award of one million euros, to be used for a scientific goal of their own choosing.
More news on www.cursor.tue.nl/en
Clmn
When the issue is security
Last week I went to one of the foreign embassies in The Hague for a visa application. I have had experiences of applying for visa in several countries, for different destinations. Rules and procedures at each embassy and consulate are similar and different at the same time. A visa application in India normally goes something like this: First, a receptionist will check the copy of the appointment to let me in. Then she will ask me whether I am carrying my passport, fully filled in visa application form, photos and exact fees in cash. Only if I say ‘yes’ she will give me a waiting number and appoint me to security. Security will then check my bag, scan my body and ask me to switch off my mobile phone. When all these procedures are done, and I am considered innocent enough for a visa application - I am allowed to enter the hall and wait for my turn to see the visa officer. I never questioned this method and believed this to be the most secure and efficient procedure. In The Hague, as Google Maps showed me the exact location, I looked up to see nothing but yet another Dutch house
with some flags hanging from the roof. I walked down a few stairs, pushed the door open and found myself in a small room. There was nobody around, except a man sitting behind a counter. Realizing that I was already in front of the visa officer without going through any of the procedures, I handed in all required documents. Even more surprisingly, he expressed no annoyance as I told him I was short of cash. He gave me directions to the nearest cash machine, and I was allowed to go out, run to a cash machine in the next street, come back and finish my application. Now I wonder why it takes so much security and complicated procedures to accept a visa application at other embassies in other parts of the world. Is it just a crowd management technique or a precaution against crime? Maybe both. However, the embassy in The Hague somehow gave me an impression on how security and efficiency can be built from freedom, trust and respect. I have taken some time to think about it. Did other authorities do the same?
Bipashyee Ghosh Innovation , Master student Sciences
20 | Zoom in
1 May 2014
Zoom in | 21
See for more news www.cursor.tue.nl/en
Scholarly Sanctuary: An Iranian Refugee at TU/e “I was in prison for 105 days - solitary confinement for the whole 105 days. I didn’t see the sky. I didn’t see myself. I didn’t see anyone.” At universities across the Netherlands and Belgium, there are currently 22 academics like Foad Sojoodi Farimani (formerly of the Mechanical Engineering department) who’ve found a safe place to continue their research, away from hostile governments that want to imprison or execute them. And though they’re far from their home countries, loved ones and often living in uncertain circumstances, these academics are the lucky ones - the ones who’ve escaped thanks to activist groups like Scholars at Risk and its Dutch partner, UAF. In February, after 21 months with TU/e, Foad Sojoodi Farimani’s contract with the Mechanical Engineering department ran out. His advisors were very pleased with his work, but there are simply no more funds available to keep him at the university. Because his passport is about to expire and it’s too dangerous to return to his native Iran, Sojoodi Farimani and his wife have applied for asylum and moved to an asylum seekers’ center on April 21. This is where they’ll stay until they receive official permission from the Dutch government to live in the Netherlands. Until then, Sojoodi Farimani is in limbo - without a country, without a job, and fearing every day that Iranian government officials will continue intimidating his mother and siblings in the hope that it’ll force him to return home. “Even at a technological university (in Iran, ed.) we have theology courses and you have to pass them. Out of 140 credits, approximately 20 will be in theology”, explains Sojoodi Farimani. “My main activity was fighting against religious superstition. You think students must have very open minds -that they must have read a lot about their history, their culture- but they haven’t.” Sojoodi Farimani is a man with many sides. He’s a mechanical engineer specializing in medical robotics and an inventor with two
registered patents. But he’s also an activist, fighting to defend what he believes are basic human rights - the right to organize, to read what you want, and to think independently and express your opinions. It was this role that drew his government’s scrutiny. “I decided to create an online library with all the forbidden books. I tried to collect books from everywhere. Cyber places were a kind of shelter for us activists. Even though there’s a lot of censorship in Iran -we don’t have access to Facebook, for examplethere used to be a service called Google Reader. A lot of activists gathered in this place. I helped people to reach my books and read them.”
He was hit in the head, dragged, and thrown into a car In September 2010, Sojoodi Farimani was walking to his university -Tehran’s Amir Kabir University- when a man approached him and said his name. He immediately recognized the man as a low-ranking Basij member (a paramilitary group). Fearing he’d be arrested and possibly never found again, he sprinted for his university grounds hoping that being on university property would force the officers to arrest him
legally. But before he could reach the gates, another plainclothes agent tripped him. He was hit in the head, dragged and thrown into a waiting car where the officers forced his head between his legs. He later arrived at Iran’s infamous Evin Prison where he spent 105 days in solitary confinement and was subjected to both physical and psychological torture. “They try to break you. They try to make you feel ashamed of yourself. They ask you some really nasty questions. It’s disgusting. That was the worst part. I was a research assistant. I had about 15 women as students. They were just my students but they tried to make me confess that I had some relations with them.” Sojoodi Farimani was accused of numerous activities including insulting Islam and having connections with the Mojahedin, an Iranian leftist revolutionary organization. But in reality, his only crime -what inflamed the wrath of his governmentwas his human rights activism on social media. Sojoodi Farimani was eventually sentenced to eight years in prison for his activities and it’s this sentence that forced him to flee Iran in November 2011.
“I just asked them to help me to not kill myself” “After they released me, I had to go to a mental hospital for 10 days. I just asked them to help me to not kill myself. I was hopeless. I was really hopeless. Scholars at Risk found me. I have no idea how they found me but without them, I would maybe be in a jail in Iran right now. They helped me a lot.” Scholars at Risk is a U.S.-based international network of academic
institutions hosted by New York University. Its main goal is to bring scholars facing severe human rights abuses in their own countries to positions of sanctuary at 250 participating institutions worldwide. “What’s unique about Scholars at Risk”, explains Sinead O’Gorman, its European director, “is that we also do a lot of work preventing attacks and promoting academic freedom. We don’t only want to help the ‘emergency cases’ -people who need to flee their home countriesbut we also want to address the root causes of intellectual suppression.” In 2009, Scholars at Risk partnered with the Netherlands’ Foundation for Refugee Students (UAF) in the hopes of broadening their reach in Europe. Says O’Gorman, “Because of this strong partnership, our European network really blossomed. And here in Holland, there’s a strong network of Dutch universities that are very committed to this work. They’re really leading by example and other countries are looking to the Netherlands as a model.” Since 2009, 57 academics have been placed at universities in the Netherlands and Belgium and, today, a full third of all scholars placed in the network are working right here in Holland or neighboring Belgium. Ella de Lange is the Scholars at Risk project coordinator at UAF and helped place Sojoodi Farimani at TU/e, the university’s first such placement. “It takes a lot of financial means to host someone. On the other hand, the university receives the researcher’s knowledge back. It’s not only a good cause - the university also benefits.”De Lange is also helping Sojoodi Farimani in his quest to find a new placement but she explains UAF’s goals also go beyond job assistance. “In the Netherlands, we aim for protection but we’re also now working a lot on promotion. We want the academic world to know that this is a problem. We try to convince universities that
they should invest in these scholars. We also promote our work to scholars so they know that they’re not alone.”
Iran will probably never be home again While offering sanctuary abroad is sometimes a necessary step, Scholars at Risk and UAF ultimately hope that one day their network won’t be needed. “These scholars are outside of their countries. They’re away from their families”, says Ella de Lange. “Part of them is very happy that they can continue their work but, of course, they’d like to continue it in their home country.” Sinead O’Gorman explains further, “The first placement buys the scholar some time to think about their next step. We hope that within five or ten years they can return, not necessarily to their home country but at least to their home region. We work to bring them closer and closer to home.” But for Sojoodi Farimani, Iran will probably never again be home. “It’s not just the government. I hope the government changes. As a reformist I hope it changes gradually. But I’m an atheist, an ex-Muslim, so even if it changes there’s a threat from the society for me. Iran is one of the most secular countries, but I would still be in danger there.” And though his future is uncertain and he still struggles daily to heal from the abuse, he says he doesn’t regret fighting for human rights. “You will die one day anyway but then you ought to question yourself - what have you done with your life? If I want to live in a free world, I have to fight for it. I’m alive and I’m fighting for my life. I’m continuing my war against the Iranian government here in the Netherlands.”
Interview | Angela Daley Photo | Bart van Overbeeke
22 | Research
1 May 2014
4 burning questions 1 ’s on What f your o r e ov ? the c ation t r e s dis
2 Wh a peo t do yo ple u te a whe t par ll ties n abo ut y they a sk our rese arch ?
Miruna Florea | Built Environment
3 What person, technology, or device has been essential for your research?
does How efit n e b ty socie ur work? yo from
Concrete from waste
1 | cover This is a picture I took of a concrete pier in the Gulf of Mexico, in which the damage to the structure caused by sea water is clearly visible. I added the ‘recycling’ symbol as an overlay, composed of six recycled materials I studied for my thesis, all of which can make concrete more durable. 2 | parties My work mainly deals with reducing the impact building
materials have on the environment. One of the ways to achieve this is by using industrial by-products to replace the natural ingredients of concrete. This makes the concrete more sustainable and reduces landfilling, while at the same time it can bring enhanced properties to the concrete product.
Evelyn Aparicio | Applied Physics
4
3 | essential The laboratory facilities available to me as well as
the access to scientific databases and events have been a great help during my research. What has taken my thesis beyond the academic standard was the collaboration with the industry, which added a practical aspect to my study, and enabled me to expand my experiments to the level of pilot testing.
4 | society benefit My thesis proposes a number of ways to
make building materials more sustainable, more durable in adverse environments and more cost-effective. At the same time, the replacement of primary materials has its own benefits: the reduction of the CO2 footprint of the material, and a reduction of both the quantity of ‘waste’ materials and the need for using limited natural resources.
Understanding algae scum
1 | cover The cover of my thesis shows algae colonies. The colonies 3 | essential The most important component of my research was are subjected to turbulence, hence the patchy appearance. Some of the algae are moving upwards, towards the water surface. This movement is effectuated by gas bubbles inside the colonies.
the interdisciplinary assistance I received from my supervisors - I had four in total. Each of them contributed by providing a holistic approach to the topics I dealt with.
2 | parties My research project studies the reasons for scum formation. Scum formation is caused by algae concentrating on the surface of lakes or reservoirs. It looks like green paint on top of the water. During my project I studied the interaction of algae and the turbulence of a lake. I found that the reason for scum formation is gas bubble growth. Gas bubbles grow because of the photosynthetic activity of algae that release oxygen into the water. When supersaturation is reached, bubbles may occur. These bubbles bring the algae to the surface and remain there for a few days.
4 | society benefit The problem with scum formation is that
the species that are present can be toxic. During summer many lakes used for recreation are closed because of scums. My research project contributes to an understanding of the phenomenon of scum formation. With this knowledge, measures to prevent scum formation can be designed. And we can bathe and sail in lakes during summer without running the risk of being poisoned by algae.
Sonia Gómez Puente | Eindhoven School of Education
OGO: Learning from Practice
1 | cover
3 | essential The teachers, supervisors and students I’ve worked
2 | parties My dissertation reports about the effects the theoretic
4 | society benefit The research results allow for more multi disciplinary projects, for example by including societal, economic, and environmental aspects. Several elements that have been introduced (such as exploring the problem, searching for alternatives, and building a model) that have a positive effect on how students tackle problems.
The cover shows the four OGO projects that have been researched: the truss structure, and propeller projects (first-year Mechanical Engineering), and the Power Construction and Robotic Surgery (second-year Electrical Engineering). These four projects have been redesigned and now contain problems that present realistic case studies.
framework of OGO (Design-Centered Learning) has on lecturers, supervisors, and students. OGO was introduced to apply disciplinary knowledge from lectures to case studies. The most important conclusions of this study show that OGO projects characteristics (such as the open-ended nature of the problems, the authenticity, and the hands-on implementation) stimulate the students to look at the problem from a broader perspective, and to gather knowledge that they can use for solving technical design problems. This way, they learn skills that are relevant for their future careers.
with have been indispensable, because without their help this research project would not have existed.
People | 23
See for more news www.cursor.tue.nl/en
And how are things in New York City? More and more TU/e students go abroad for their studies to follow courses, internships or a doctorate path. What is it like to find your way in a new country? Students tell their stories.
New York City, the city of yellow cabs, the Empire State Building and the Statue of Liberty. For my fourmonth internship I am working at New York University Medical Center, which is a great opportunity to explore this gigantic metropolis. The goal of my project is to optimize pacemaker techniques and to improve patient selection. Using MRI data from patients and a computer model of the heart and circulation, CircAdapt, I try to obtain more knowledge of the mechanisms that cause a non-synchronous contraction of the left and right ventricles in a diseased heart. Using these new insights, patients who will profit from pacemaker therapy can be selected more carefully and optimal patient-specific pacemaker therapy can be applied. The city that never sleeps doesn’t need a pacemaker at all. Besides significant cultural differences among people, each borough has its own identity and own unwritten rules. If you want to run into a crowd of tourists, go to Times Square! However, for a real NYC experience it is way more pleasant to visit the different boroughs: have dinner in Chelsea, rent a bicycle in Brooklyn, go to a ‘hipster’ bar in Williamsburg or just sit down in one of the many NYC parks and watch all those different people walking by. As fast as the street scene changes when walking from the Financial District to China Town, the NYC weather does so, too. One moment you are wearing a t-shirt and shorts, and a few hours later you can’t see the rooftops of the skyscrapers anymore due to falling snow. But NYC would not be NYC if it didn’t adapt perfectly to every weather condition, a flexibility that we can only hope to achieve in the use of pacemakers in the diseased heart.
Pet Masteerr Huntjens Biomed studen , ical En t of gineeri ng Would you also like to write an article about your time abroad? Please send an email to cursor@tue.nl.
Read more stories online: www.cursor.tue.nl/en
Life after TU/e
Name: Emilio Maldonado Reyes Place of Birth: Monterrey, Mexico Date of Birth: 14 February, 1987 Studied at TU/e: “I started my Master in Automotive Technology in August 2011, and defended my thesis in October 2013. Officially, I graduated in November, 2014” Current position: Design architect for automotive projects What do you do now? “Right now I’m one of the pioneers of the new branch of Prodrive Technol ogies based in Mexico. Prodrive is a well established company in the Netherlands, which is now expanding operations towards emerging markets. I’m a design architec t for automotive projects. It is definitely what I wanted to do. One of the reasons I decided to study abroad is that I wanted to be a designer of solutions, and there was no way of obtaining the necessary tools in my country.” How did you find this job? “To be honest, finding my job was the definition of serendipity. A mutual acquaintance put me in a good word for me with someone who was recruiting for this specific position, before the actual job posting was available on the Internet. Chance, maybe - however I already had other offers from other companies at the time. I don’t think it is difficult for a highly skilled and trained professional to find employm ent. There is always a great need for good engineers out there.” Have you considered staying in The Netherlands? “Even before coming to the Netherlands it was my intention to go back. I believe in my country and I did not want to be part of what we call ‘brain drain; when trained professionals choose to stay abroad because they have better there. I really like the Netherlands, but I feel like I owe my country a lot, and now I have what it takes to actually start making a difference, even if it’s a small one.”
What happens to international students after they graduate from TU/e? Do they go job hunting in the Netherlands, pack their bags and explore the world, or return to their home countries? International TU/e graduates talk about their lives after TU/e.
How do you reflect on your time at TU/e? “I chose to study at TU/e because it offered what I thought to be the best blend of subjects for the field of automotive engineering, without compromising in one specific area. I really liked that the approach was towards having a system-level integration of all of the different topics. Looking back, I have very fond memories of my time there. I would definitely do it again, although maybe I would have spent more time delimiting my research topic. Things can get out of hand very fast if you’re doing experiments.” What advice would you give to current students? “Plan ahead. More importantly, plan for eventualities. I’ve never heard of a case in which someone said “Oh, I had plenty of time to do my thesis, and I actually finished earlier than expected”. You won’t. Seriously.”
Tuesd ay Ma y
Smar
t
6, 15.30
Mobi Mobi lity R -18.00h, De Guestlity is wide Z esea rch M warte Doos Gerar presentati ly present d Vers within ons: R , TU/e e et chure n - Euemon van dTU/e. At th camp Event r e o e us S r Tech U langu niversHeide - Qb mart Mobil age: E ity Re ities & engo i nglish s earch Europ ndoor n M e TU/ e reseavigation. eet a wide arche persp rs pitc ective h thei is give r mob n. ility-re lated resea rch.
don’t TU/e and Eindhoven so you Cursor collects all events at , and nts eve ic athletic and academ have to. Symposiums, films, notify can You nl. ue. or.t urs w.c at ww to parties: you can find them all ail em an d sen website, please e us of new events through our her will ine gaz Ma sor Cur do so. cursor@tue.nl if you want to ing happenings. publish a selection of upcom
8
Donderdag
8
rt op 2.00 uur, sta -0 0 .0 6 1 i, e m
Donderdag mei, 20.00-2 Gaslab TU/e 3.30 uur, -campus D
s TU/e-campu
e Kleine P
rijs van
Nederland Jaaaa, de fin de TU/e. Ko ale van dé popmuziek op hun weg m de muzikale belofteswedstrijd van juryleden, éénaar eeuwige roem. Vie aanmoedigen en Smoking n hoofdprijs. Met o.a. r bands, drie Chimneys. Flying Sword fish Entree: Grati s
E.S.R. Thêta
cht. e Kroegento de befaamd e TU/e, waar de r ee w a êt d . Th beginnen op GEWIS, Industria, eert de E.S.R s, zal de tocht jaar organis Zoals ieder ag 8 mei om 16.00 uur kroegen van Protagora um waar de bussen Op donderd nkjes klaarstaan bij de kje is op het sportcentrbecue te trakteren, eerste 5 dra PS. Het volgende dran n op een heerlijke bar ergaat, zal de avond Thor & CHEOThêta gaan om iederee iertjes. Als de zon ond kjes te wachten staan van en naar oor de nodige koude bd. Hier zullen nog dranst ’t Lempke. bijgestaan d orden op Stratumsein lein, Kram en als laat t te missen kans! . Een nie afgesloten wen New Taveerne, Kaste echts 10 euro bij de kroeg BBQ en busreis voor sl Dus: 12 bier, heta.nl/ entocht.esrt eg ro /k :/ p tt h
cht der Kroegento
/e
rium TU
ito hal Aud , r u u 0 1.3
ndelige p de tie itorium o rd e e d pir i. Het Au p. Geïns e n scher ztof Kieslowskt van Doppio Vrijdag e d r f e e ld i e s L are las zo h lmmaker Krzy erkingsprojec eel. n nw Maakb mische verhaleannadlsegPoolse fiin hilipsto n same o ’v or ee band) en het P g ik c g o e a lo rd tr a r te k a e Vie tot the roof (big serie ‘D televisieetransformeerdans), Studentp g (d t e word r), Footloos (theate ro en 14 eu nds Nederlan 7 euro, overig l: a ta r e te Vo Studen Entree:
9
Mond ay
Mast
mei, 2
12 May,
er’s e
vent
18.00-
21.30h
Eindh the Maoven Univer 18.00 ster’s Even sity of Tech from h hrs especia t on Monda nology org univer bo (Higher lly for Bach y 12 May 2 anizes be ab sity. During Profession elor’s stud 014 at prograle to find ou this Masteal Educatio ents techn ms and the t all about r’s Event yon) or Stan Aological Des two-year pthe TU/e Ma u’ll inform ckermans I igner’s pro ost-Master ster’s and fin ation abou nstitute, an gram of the ’s t admis d ances . sion, ryou’ll also g egistr www.t ation et Event ue.nl/mast l e a Entran nguage: E revent ce fee n : none glish
day and Wednes y a d s e u T , se Monday 0h, filmhou .4 1 -2 0 .0 0 2 May, s TU/e campu , s o o D e rt a De Zw 3D
14
13
12
ovie
The Lego M
s Emmet, story follow GO minied at im an r LE 3D compute ctly average This original rules-following, perfe as the most extraordiy, ed ar fi ti in iden e is drafted an ord mistakenly the world. H figure who isand the key to saving epic quest to stop an nary person ship of strangers on anmet is hopelessly and into a fellow journey for which Em evil tyrant, a nderprepared. hilariously u h subtitles ish with Dutcro, others 8 euro gl En e: ag u g eu Lan Students 4 Entrance fee:
14
Dinsdag
13 mei, 19.30 uur, Gaslab TU/e
Een avond Japan
Een avond die verdergaat dan de clich és die over het Land van de rijzende zon best Te gast zijn Diana Kuijpers (Japanse aan. Didier Volckert (over popcultuur) en ambassade), Electrical Engineering Celine Vincentstudente een tijd in Japan). In samenwerking (studeerde met studievereniging GEWIS.
Woensdag mei, 17.00-23.59 uur, Kanaaldijk Zuid 50, Eindhoven
Animo’s Huizen- en Disputenrac
e
De jaarlijkse Huizen- en Disputenrace komt er weer aan. De uitdaging kan ook dit jaar weer worden aang egaa vriendengroep een korte afstand over n door met je huis, dispuut of het Eindhovensch Kanaal te roeien. Aansluitend zal er een knal verlies op het water goed gemaakt lend feest plaatsvinden waarbij activiteiten! Na het grote succes vankan worden met biergerelateerde de Huizen- en Disputenrace georganivorig jaar wordt ook dit jaar seerd door Damesdispuut i.o. Animo. www.huizenendisputenrace.nl/ Entree: 15,- euro voor een volledig team