Cursor 9 - jaargang 57

Page 1

9

@tuecursor

Tweewekelijks blad van de Technische Universiteit Eindhoven 8 januari 2015 | jaargang 57

Voor het laatste nieuws: www.cursor.tue.nl en volg tuecursor op

en

3 | Bouwen aan een ijzige kerk in Finland Een team van studenten van de TU/e bouwt momenteel in Finland aan de ‘Sagrada Familia in ijs’: een basiliek met verschillende torens, opgespoten uit water met zaagsel en sneeuw. Het weer speelt een belangrijke rol in het slagen van het project.

12 De student (e)

en zijn/haar tas

Waarom willen studenten niet gezien worden met de TU/e-laptoptas?

14 Slimme wegen

dankzij techniek

Interview met technohippie Daan Roosegaarde

16 Een proefschrift van plastic

Hoogwaardig plastic gemaakt van verpakkingsafval

Check out our English section on pages 20-28


2 | Vooraf

CURTOON

8 januari 2015

Hoofdredacteur Han Konings

Eindredacteur Brigit Span

Redactie Judith van Gaal Tom Jeltes | Wetenschap Norbine Schalij San van Suchtelen Monique van de Ven

Medewerkers Nicole Testerink

Fotografie

Coverbeeld Bart van Overbeeke

Opmaak Natasha Franc

Vertalingen Annemarie van Limpt Benjamin Ruijsenaars

Aangesloten bij Hoger Onderwijs Persbureau

Redactieraad prof.dr. Cees Midden (voorzitter) prof.dr. Marco de Baar Angela Stevens- van Gennip Thomas Reijnaerts (studentlid) Arold Roestenburg Anneliese Vermeulen-Adolfs (secretaris)

Redactieadres TU/e, Matrix 1.90 5600 MB Eindhoven tel. 040 - 2474020 e-mail: cursor@tue.nl

Cursor online www.cursor.tue.nl

Druk Janssen/Pers, Gennep

Advertenties Bureau Van Vliet BV tel. 023 - 5714745

Poll Power to the people Eind 2014 was er de nodige commotie over de Wetenschapsvisie 2025 van OCW. Vooral de daarin uitgesproken ambitie om burgers te laten meebeslissen over een Nationale Wetenschapsagenda, deed veel stof opwaaien. In die agenda komen de keuzes voor toekomstig onderzoek. Is het een absurde ambitie om burgers hierbij te betrekken?

Han Koning s

de Nederlandse en Europese vleespotten, meer samenwerking met het bedrijfsleven, een steeds mooiere en aansprekendere campus en topnoteringen in die immer groeiende lijst aan ranglijsten. Ook zal het ministerie van OCW dit jaar weer allerlei nieuwe maatregelen over ons uitstorten. Kortom, het wordt doorbuffelen, improviseren, managen, publiceren, studeren, werven, excelleren en morgen gezond weer op. Dan is het ook niet zo vreemd dat we één keer in het jaar even bij elkaar willen kruipen, afgeschermd van die boze buitenwereld. Misschien moeten we elke eerste maandag van de maand zo’n nieuwjaars­ receptie plannen.

TU/e-logo-loze tassen De studenten die het TU/e-logo van hun laptoptas halen hebben daar hun redenen voor. “Ik hoef er niet mee te koop te lopen dat ik op de TU/e zit ” en “ik stel prijs op anonimiteit ”, zeggen ze. Er is ook een student die juist aan andere mensen denkt. “Zonder dat logo kunnen mede-reisgenoten in de trein nog fantaseren waar ik heen ga of waar ik vandaan kom. Dat vind ik zelf ook leuk om te doen.” Deze sociale gedachte over privacy is bijna paradoxaal!

Jazeker, want die zijn hier niet voor toegerust

?%

Natuurlijk, dit is puur populisme en niets anders

?%

Ja, want zoiets is onmogelijk goed te organiseren

?%

?%

Nee hoor, de burger betaalt er toch ook voor

?%

Echt niet, bij wetenschappers ontstaan ook blinde vlekken

?%

Niet waar, de burger is ontwikkeld genoeg om te participeren

EENS

Rien Meulman Bart van Overbeeke

De nieuwjaarsreceptie was maandagmiddag drukbezocht. Blijkbaar bestaat aan het begin van een nieuw jaar bij veel mensen toch de sterke behoefte om even samen te komen, elkaar de hand te schudden en drie kussen om de oren te slaan. Ten minste, daar komen ze bij mij doorgaans terecht. De club aan usual suspects die in de Senaatszaal dan proosten op het nieuwe jaar bestaat uit de collegeleden, directeuren bedrijfsvoering, diensthoofden, decanen, wetenschappers, ondersteunend personeel en studenten. We verbroederen en verzusteren twee uurtjes met bitterbal en prosecco, om daarna weer het hoofd te kunnen bieden aan 365 dagen die ongetwijfeld gevuld gaan worden met enerve­ rende ontwikkelingen. Teleurstel­ ling, euforie, frustratie en hoop zullen elkaar gestadig afwisselen. Jan Mengelers stipte het in zijn rede al aan: in de universitaire wereld van vandaag de dag is de competitie zeer sterk. Rust en reflectie zijn er schaars. Iedereen wil meer studenten - nationaal en internationaal, meer subsidie uit

NIET EENS

Colofon

Boze buitenwereld

Naam

Op pagina’s 12 en 13 meer over de TU/e-laptoptas.

Je kunt stemmen op www.cursor.tue.nl


Nieuws | 3

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Extra weekendopening na jaarwisseling: ruim 1.100 biebbezoekers 6 januari - Ruim elfhonderd studenten hebben afgelopen weekend de bibliotheek in MetaForum bezocht. Het gebouw ging voor het eerst eerder open na de jaarwisse­ ling om gebruikers tegemoet te komen. Van 24 december 18.00 uur tot 3 januari bleef de tent echter op slot. Een permanente openstelling van MetaForum tijdens bijvoorbeeld feestdagen is vooralsnog niet aan de orde; wel is het gebouw het hele paasweekend open vanwege de opvolgende tentamenperiode.

Thêta en Vidar bundelen krachten in ‘Brabant Acht’ 6 januari - Toproeiers van Thêta en haar Tilburgse zustervereniging Vidar stappen samen in de boot om zich klaar te stomen voor de Universiade, ’s werelds grootste studentensportevenement, komende zomer in Zuid-Korea. Deze ‘Brabant Acht’, samengesteld vanuit het Regionaal Talenten Centrum Roeien Brabant, is net terug van een tiendaags trainingskamp in Turkije. Of deze ‘Brabant Acht’ ook daadwerkelijk naar Zuid-Korea wordt afgevaardigd, is nog maar de vraag. De roeibond hakt komend voorjaar, in overleg met Studentensport Nederland, de knoop door.

Magazijn biebboeken komende jaren bij vliegveld 6 januari - Wie een boek nodig heeft uit het magazijn van het Informatie Expertise Centrum moet de komende jaren iets meer geduld hebben dan voorheen. Waar tot op heden een medewerker tweemaal per dag boeken en tijdschriftartikelen ophaalde uit de kelder van het Hoofdgebouw, brengt een opslagbedrijf de materialen nu nog slechts tweemaal per week vanuit haar magazijn bij Eindhoven Airport naar MetaForum. Vanwege de renovatie van het Hoofdgebouw moet op 16 januari de kelder helemaal leeg zijn.

Kees van Overveld overleden 21 december - Op dinsdag 16 december overleed universitair hoofddocent Kees van Overveld (faculteit Industrial Engineering & Innovation Sciences). De docent had een hersentumor, die pas enkele weken voor zijn overlijden was vastgesteld. Van Overveld werkte in zijn loopbaan voor vier faculteiten en gaf onderwijs aan studenten van vrijwel alle studierichtingen, onder meer binnen het vak Big Images. De docent, zelf afgestudeerd en gepromoveerd in de natuurkunde, experimenteerde graag met nieuwe onderwijsvormen. Tot vlak voor zijn dood leidde hij een groep studenten die met kunstenaar Ronald Schimmel het werk ‘The Innocent Body’ maakte voor het Van Abbemuseum. Zie ook pagina 10.

oond l e b k e o z r TU/e-onde -miljoenen met HTSM ting STW beloont tien onderjezoctekenenzijn

estich tien TU/e-pro - Technologi neering. . Zes van de ie d si 19 december b su ectrical Engi n El ee t ei et lt m cu /e fa e binnen de TU ekers van d door onderzo miljoen aangevraagd et om een bedrag van 7 h at n de va ga ft ar el Bij elka ijna de h b /e TU e d ee krijgt euro, waarm euro) van STW van en o ilj m 5 (1 t u deel it subsidiepo sidies maken b su e D . ld toebedee ystemen en High Tech S a m am gr ro het p . TSM) van STW Materialen (H

uws van de ie n e n li n o t e h g Een greep uit ee weken. Kijk voor nol tw afgelopen s op www.cursor.tue.n meer nieuw

CvB-voorzitter blikt terug op een succesvol 2014 6 januari - Collegevoorzitter Jan Mengelers hield maandag 5 januari zijn eerste nieuwjaars­ toespraak. Volgens Mengelers kan de TU/e terugkijken op een succesvol 2014, maar hij waarschuwde ook dat er in een competitieve omgeving geen tijd is voor rust. “De werkdruk is onverminderd hoog en voor het CvB een zeker punt van zorg en aandacht.” Opvallend was zijn stilstaan bij enkele overleden leden van de TU/e-gemeenschap, zoals docent en onderwijsvernieuwer Kees van Overveld en student Rogier Coolen. Maar de zelfdoding van de Spaanse ontwerper in opleiding Juan López Carcelén in april had hem naar eigen zeggen het meest geraakt.

land n i F n i k r e IJsk orm v m a a z or g n te worden vo ndste factor krijgt la ne in an sp ud e ko d , et el is h rig jaar . Momente , net als vo siliek van ijs nse weer lijkt ba Fi e et m H or i en ar n 6 janu kt aan ee m dat er wer het TU/e-tea tussen -15 n re tu mpera Juuka, met te e bouwers beter (voor d en -25. Maar studenten de dreigt, dus r ee w ) er ht sléc r om de en nacht doo werken dag zover jd ti ie voor d ijskathedraal n. op te trekke mogelijk in ijs unne laagjes d in n te ui sp De bouwers ent arin tien proc water -met da rsterking- en sneeuw r ve houtvezels te Op dit oge mallen. sh er et m op de bouwers g ti ruim veer er jn zi t en mom men er ende week ko in touw, volg tig bij. nog zo’n twin

Onderzoekers UT en TU/e werken aan ‘onkraakbare’ creditcard 17 december - Onderzoekers van de Universi­ teit Twente (MESA+) en de TU/e ontwikkelden een methode die het onmogelijk maakt om pasjes, zoals creditcards en identiteitsbewijzen, te kraken. Zelfs als criminelen over alle informatie beschikken om een pasje te kraken of de eigenschappen daarvan na te bootsen, voorkomt deze methode dit. TU/e-onderzoeker Boris Skoric was verantwoordelijk voor de theorievorming en het doorrekenen van de methode, Quantum-Secure Authentication genaamd.

Opvolger van OASE verwacht in 2017 17 december - Studenten en medewerkers kunnen naar verwachting vanaf 2017 gebruikmaken van een nieuw Studenten Informatie Systeem (SIS). Dan komt een einde aan Owis en daarmee ook aan OASE. Het nieuwe systeem moet gebruiksvriendelijker worden en beter aansluiten bij de opzet van het Bachelor College. Het nieuwe systeem wordt gekocht en niet op de TU/e gemaakt, zoals tot nu toe het geval was. Op 1 april is naar verwachting bekend welke leverancier de opdracht gegund krijgt. Het duurt nog even voor studenten en medewerkers toegang hebben tot het nieuwe systeem: de planning ligt nu op januari 2017.


4 | Gelinkt

8 januari 2015

Gouden toekomst voor De TU/e: dagelijks het tweede thuis van zo’n tienduizend studenten en medewerkers. Een relatief kleine gemeenschap, met ontelbare banden tussen de leden - zakelijk en/of privé. In ‘Gelinkt’ laten we steeds twee van hen aan het woord over hun relatie met elkaar en de universiteit.

Ze hebben al een lange gezamenlijke geschiedenis bij TNO, maar nu neemt Johan Maljaars (38) ook op de TU/e - letterlijk - het stokje over van bijzonder hoogleraar Aluminiumconstructies Frans Soetens (66). Op donderdag 9 januari is eerst het afscheidscollege van Frans, direct gevolgd door de intreerede van Johan. Niet alleen op het werk wordt er gediscussieerd. Ook aan de eettafel treffen de heren elkaar geregeld in gezelschap van beider vrouwen voor een glas wijn en een goed gesprek.

Lang hoeft hij niet na te denken over het meest bijzondere moment in hun werkrelatie. “Het is dat Frans zo vasthoudend is en maar blééf aandringen op het doen van promotieonderzoek, anders had ik hier nooit gezeten”, zegt Johan Maljaars met een glimlach. Hier - dat is zijn werkkamer op de negende verdieping van Bouwkundegebouw Vertigo, waar hij sinds 1 april 2013 als bijzonder hoogleraar zijn intrek heeft genomen. Een weids uitzicht over Eindhoven; een ander blikveld dan bij het Delftse TNO, waar hij wekelijks de meeste tijd spendeert. Het is bij TNO waar Frans Soetens in 2004 Johan, net afgestudeerd, verwelkomt. Frans is dan zelf al bijna tien jaar bijzonder hoogleraar Aluminiumconstructies aan de TU/e, benoemd op voorspraak van de aluminiumindustrie. Hij ziet in de jonge Maljaars een goede onderzoeker. “Johan was al vaker gevraagd voor promotieonderzoek, maar wees het telkens van de hand. Ik had een heel leuk onderwerp liggen, de financiering was rond en er kon meteen begonnen worden. Voor Johan zou het een goede opstap zijn. Maar ik heb hem echt over de streep moeten trekken. Denk er nu eerst eens rustig over na, heb ik hem gevraagd, voordat je weer meteen ‘nee’ zegt...” Johan: “En toen heb ik toch maar ‘ja’ gezegd.” Het is het begin van een vruchtbare samenwerking. Beiden met een passie voor aluminium - een vederlicht zwaargewicht zoals Johan het met een knipoog noemt - en een groot enthousiasme om aluminium bouwconstructies in de schijnwerpers te zetten. Het is een relatief nieuw materiaal met een aantal grote voordelen: het is licht

Frans Soetens

en heeft weinig onderhoud nodig, heel geschikt voor bijvoorbeeld bruggenbouw. Frans: “We hebben samen veel energie gestoken in de vraag of aluminium geschikt was voor bruggen met zwaar verkeer. Toen dat na uitgebreid onderzoek zo bleek, konden we starten met de ontwikkeling van de eerste aluminium verkeersbruggen. De Riekenhaverbrug, de Haring­ vlietbrug; het blijft bijzonder om daar overheen te rijden. Met deze projecten hebben we aluminium in Nederland op de bouwkundige kaart gezet.”

Werk en privé lopen in elkaar door Ondertussen timmeren ze goed aan de weg. Betrokken bij brugbouw in Amerika en Canada, maar ook veel onderzoek naar zaken als brandveiligheid en verbindingen. En waar hun relatie aan het begin die van meester-gezel was - Johan: “je kijkt toch op tegen je promotor”- groeien ze in de loop der jaren naar elkaar toe en zien ze elkaar nu als gelijkwaardige collega’s. Frans is sowieso wars van titulatuur en hoog-van-de-toren-blazerij, erkent hij. Heel anders dan bijvoorbeeld de hiërarchie die ze zagen in Japan, op een werkreis waar ze beiden goede herinneringen aan hebben. Eerst was er een internationaal congres, georganiseerd door een grote aluminiumonderneming. De directeur zag alleen de ‘professor’ staan, nodigde hem overal voor uit, hield deuren voor hem open. “Maar ik had ook Johan en een aantal andere collega’s bij me”, vertelt Frans lachend. “Die liepen dus overal in een rijtje achter mij


Gelinkt | 5

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

aluminium-professoren aan, de professor en zijn gevolg. Voor Nederlandse begrippen was het eigenlijk een absurde situatie.” Daarna gingen ze met de meege­ reisde familie op een korte rondreis door Japan. Prachtige bouwwerken bekijken, bijzondere ontmoetingen, eten met stokjes. Volgens Johan een mooi voorbeeld hoe werk en privé in elkaar doorlopen. “We gaan heel vriendschappelijk met elkaar om, hebben geen last van generatie­ verschil en geen titel-gedoe. En ook onze vrouwen sluiten met enige regelmaat aan voor een gezamenlijk hapje en een drankje.” Met het naderende TU/e-afscheid in het verschiet doet het Frans goed dat hij zijn ‘toko’ nu kan doorgeven aan Johan. Toch was zijn opvolging geen kwestie van handjeklap, benadrukt Johan. “Mensen denken dat misschien omdat we zo intensief samenwerken, maar ik moest gewoon solliciteren. Frans zat ook niet in de advies- en benoemings­ commissie. Natuurlijk vind ik het wel een hele eer. De titel an sich doet me minder, het is voor mij meer het onderzoek en het mogen werken met studenten dat telt.” Frans knikt beamend. “Dat ‘prof.dr.ir.’ moet inderdaad niet de hoofdzaak zijn. Het is een stukje waardering voor hetgeen je bereikt hebt, een bekroning van je carrière. Tegelijker­ tijd opent het deuren gemakkelijker en geeft het zeker internationaal gezien extra uitstraling. Het is eigenlijk niet goed dat titels daarbij moeten helpen, maar toch werkt het helaas zo. Ik ben er van overtuigd dat we met Johan een prima opvolger hebben die het onderzoeksveld alleen maar verder zal uitbouwen. Onderzoek en onderwijs zitten hem als gegoten. Johan is zelf altijd heel bescheiden, maar hij heeft alles in huis om ver boven mij uit te gaan steken.”

De toekomst: een stukje Frans, maar vooral veel Johan Johan, enigszins bedremmeld door zoveel lovende woorden, voorziet een gunstige toekomst voor aluminium als bouwmateriaal. Daar kan hij zijn voordeel mee doen. “Grondstoffen worden steeds schaarser, maar omdat ruim acht procent van de aardkorst uit bauxiet - de belangrijkste grondstof voor aluminium - bestaat, is er in die zin geen enkele rem op het gebruik van aluminium. Omdat er wel veel energie nodig is om bauxiet te reduceren tot aluminium, wordt er steeds meer groene energie gebruikt en krijgt aluminium een steeds betere ecologische footprint ten opzichte van andere materialen. En er wordt steeds meer hergebruikt, omsmelten kost juist heel weinig energie. Dat, samen met een trend naar steeds lichtere constructies, is heel positief voor de aluminiumindustrie. Met de leerstoel Aluminiumconstructies wil ik aan deze ontwikkeling graag bijdragen en zoek ik daarom de samenwerking op met buitenlandse universiteiten en bedrijven. Natuurlijk breng ik ook mijn eigen accenten aan. Met name vermoeiing, materiaal­ onderzoek op microschaal en probabilistiek - het bepalen van faalkansen, wat is de kans dat een constructie bezwijkt - zullen mijn pijlers zijn. Een stukje Frans, maar vooral veel Johan.”

Uniek, want nog nooit eerder werd er op de TU/e op dezelfde dag van een leerstoel afscheid genomen als de benoeming ervan gevierd. “Het is met name een praktische overweging omdat we uit hetzelfde nest komen en veel gezamenlijke collega’s en relaties hebben. Daarnaast geeft het een heel symbolisch tintje aan het geheel en dat maakt het extra bijzonder.” Ook Frans ziet uit naar het moment dat hij het stokje aan Johan mag overdragen, iets wat hij met veel vertrouwen en plezier zal doen. “Het is überhaupt goed dat er iets door te geven valt en de leerstoel met mijn pensioen niet

Een van hun laatste gezamenlijke academische activiteiten zal begin januari de gecombineerde afscheids­college/intreerede zijn.

Johan Maljaars

wordt stopgezet, zoals dat bijvoorbeeld in Delft gebeurd is. Weemoed over het achterlaten van dingen heb ik niet. Ik zie het als een voorrecht dat ik nu meer tijd voor reizen, kunst en cultuur krijg.” Donderdag 9 januari houdt Frans Soetens om 15.00 uur zijn afscheidscollege ‘Aluminium en constructies’ in de Blauwe Zaal van het Auditorium. Aansluitend vindt om 16.20 uur de intreerede ‘Aluminium, vederlicht zwaar­ gewicht’ van Johan Maljaars plaats. Interview | Nicole Testerink Foto | Bart van Overbeeke


6 | Student

Clmn

8 januari 2015

Aanschuiven bij

Mexicaanse schotel Een Mexicaanse schotel van Rik Jacobs, zesdejaars Technische Bedrijfskunde: • Snijd een kilo kipfilet in blokjes en bak die in een beetje olie. • Doe er een potje tacosaus en een blik mais (huismerk AH) bij. • Maak op smaak met peper en zout Leg in een ovenschaal lagen van • Tortillachips naturel (twee zakken van AH) • Geraspte kaas (twee zakken van 200 g) • Crème fraîche (bakje AH) En doe de schaal eventjes in de magnetron, tot de kaas wat smelt.

Alain Starke promovendus Human-Technolo gy Interaction

Holle retoriek 2015, lieve mensen: een frisse duik, nieuwe kansen en karrenvrachten aan kerstkilo’s om eraf te cardioën. Helaas zijn de meeste voornemens ongefundeerd en faalt 88 procent hiervan.

Maak een salade van zes tomaten en 200 g witte kaas en een beetje olie, peper en Italiaanse kruiden.

Nieuwjaarstradities zijn twijfelachtig, maar toch doe ik eraan mee. Zo rolden ‘de beste wensen!’ de afgelopen dagen vaak van mijn slijmerige tong. Ik was niet de enige: iedereen kreeg van iedereen niet goede, geen betere, maar de beste wensen! Het was net een Oprah Winfrey give-away: jij krijgt de beste wensen! En jij! En jouw hond! Allemaal goedbedoeld, maar behalve 365 nieuwe moppen op je scheur­ kalender verandert er niks. Dit gevoel kreeg ik ook na het luisteren naar de nieuwjaarsspeech van CvB-voorzitter Jan Mengelers, die zijn net-niethelemaal-uitgeruste personeel een hart en wat Eurest-bitterballen onder de riem stak. Jan stipte de capaciteitsproblemen onder de medewerkers aan, maar bood slechts holle retoriek waar een oplossing nodig is. Jans slotmetafoor over prioriteiten stellen (een ‘vol’ potje met golfballen waar steeds toch nóg meer dingen bij kunnen) sloot hier ongelukkig op aan, alsof Jan hoopte dat het aanwezige personeel nóg meer uit zichzelf gaat halen.

Dit is een favoriet recept van alle bewoners. Ze hebben allemaal graag dat Rik kookt. Hij doet dat liever dan afwassen en noemt zijn huisgenoten ideale proefkonijnen. “Zij eten altijd alles op en zo kan ik een beetje uitproberen.”

TU es

Wat zou je aan de TU/e willen veranderen? Kwalitatief betere werkplekken, met goede voorzieningen. Ik heb in de U-raad gezeten en heb gezien dat er best wat werkplekken zijn. Maar in bijvoorbeeld het Auditorium is er geen stroom en stiltewerkplekken zijn niet altijd stil. Als je jezelf terug in de tijd kon verplaatsen waar zou de reis dan naartoe gaan en waarom? Naar februari/maart van dit jaar, toen we met studievereniging SUPport naar Nepal zijn gegaan. Dat was een topreis. De bewoners waren erg blij met de biogasinstallaties die we mee hebben helpen bouwen. Het was fantastisch om op de bergtoppen van het uitzicht te genieten.

Heeft Jan wel echt de werkdrukspecial in Cursor 8 gelezen, waar parttime onderzoekers, parttime BC-slaven aangaven zestigurige werkweken te draaien en soms slechts in één week vijftien uur te slapen? Het voornemen om succesvol te blijven, is ongefundeerd als de werkdruk niet verlicht wordt. Jan wenst ons dan wel het allerbeste, maar het fundament van het succes vertoont Oost-Groningse schokscheuren. Volgens Jan moet éénieder een andere keer uitrusten, want in een competitieve topomgeving is het immers geen pretje. Deze mindset TGV’t voorbij aan de realiteit: met de huidige groei en ambities ligt de TU/e op ramkoers met zichzelf en valt Jans ‘succes-voornemen’ onder de falende 88 procent. De overmatige werkdruk is geen symptoom van succes, maar een prominent probleem.

Wat doe je het liefst in je vrije tijd? Lekker ontspannen op de bank, een drankje doen in de stad met vrienden, een filmpje kijken, met de hond lopen en reizen. Ik ga het liefst naar bestemmingen waar ik nooit eerder ben geweest. Volgend jaar ga ik naar het WK rugby in Wales, lijkt me wel lachen om eens live te zien.

Waar in Eindhoven kan een student lekker en goedkoop eten? Ik vind het eten lekker bij Radio Royaal en het Ketelhuis, beide op Strijp-S. Alleen niet zo goedkoop, een wat goedkopere locatie en ook lekker is The Trafalgar Pub in Eindhoven. Wat doe je op je eerste vrije dag na een drukke tentamenperiode? Zie antwoord op de eerste vraag! In elk geval uitslapen, een drankje doen en als het weer goed is een terrasje pakken. Wat is het meest opmerkelijke dat je ooit hebt aangetroffen in je kamer na een avond stappen? Een gigantische krekel in de tent. Die troffen we daar ’s avonds aan tijdens een vakantie in Kroatië. Nou ben ik niet bang voor krekels, maar als je een drankje op hebt en het beest begint te springen door de tent, heb je wel een grappig effect.

Anne van Eeden (25 jaar) Eerstejaars masterstudent Bouwkunde

Foto | Vincent van den Hoogen

Wat is volgens jou de ultieme stedentrip? Bilbao, in Noord-Spanje. Een stad waar je niet snel heengaat, maar die tegen alle verwachtingen in bijzonder leuk is. Sinds de komst van het Guggenheim-museum heeft de stad een enorme impuls gekregen.

De vraag ‘Wat doe je het liefs in je vrije t tijd’ mag er van Anne uit, op voorw aarde da de vraag t ove tentamen r de dag na de periode b ov komt te s taan. “Da enaan t is een fi vraag om jne erin te ko men”. De nieuw e vraag w ordt: “Als opnieuw je zou moge n kiezen, welke stu die zou je dan doen en waaro m?” (JvG )


Student | 7

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Wat is dat voor een huis? Het studentenhuis aan de Biesterweg boven de Thai aan de Aalsterweg wordt particulier verhuurd aan vijf vrienden, waarvan drie elkaar kennen van de middelbare school in Heerlen. Zij hebben het huis Bachus gedoopt, naar de god van de roes en dronkenschap. Niemand is lid van een studentenvereniging vanwege de afkeer van verplichtingen. Is jullie Bachusgroep een soort dispuut? “Je zou het een semi-dispuut kunnen noemen”, zegt zesdejaars TN-student Ruud Smedts, “maar dan zonder verplichtingen. We zijn nu met zijn dertienen. Als we iemand kennen die lange tijd goed bij de groep past dan nodigen we hem uit in de Bachusgroep. Hij moet dan ‘trap drinken’. Dat betekent de trap oplopen en ieder bierglas dat daar staat leegdrinken. Meestal staan er tien pilsjes. Bij Rowan (Muller, vierdejaars TN, red.) hebben we er een halve liter extra bijgezet. Hij had het in 2.51 min op.” Rowan: “Ik heb weinig talenten, maar snel drinken is er wel een.” Drinken jullie allemaal altijd veel? Naarmate de studie vordert, drinken ze minder vaak, volgens Roel Vos, zevendejaars Bouwkunde. Bij de maaltijd komt meestal water. “En we gaan minder naar feesten, hoewel we daar dan wel weer meer drinken.” Maar eigenlijk is het voor de meeste bewoners inmiddels tijd om de studie af te ronden, en daar horen minder bacchanalen bij.

Was die ‘weggewaaid’, dan zorgde de onderbuur dat de ADSL-kabel ook last van wind kreeg (lees: die werd eruitgetrokken. Dat kon omdat die kabel via de meterkast van de Thai liep). Maar dit is allemaal oud zeer; de uitlaatpijp is verlegd en Bachus heeft inmiddels glasvezel. Wat is het fraaiste van het huis? Naast het dakterras is Bachus trots op de zolder. “Het zuiphok.” Daar hangen trofeeën die op allerlei feesten in allerlei landen bijeen gebrast zijn. De Nederlandse verkeersborden die er hingen heeft Ruud op advies van een controlerende agent laten ophalen door de gemeente. Anders zou er een boete volgen. En dat was niet de bedoeling. Wat is er bijzonder aan jullie wc? “Je bent er nooit alleen”, zegt Roel V. “En je kunt van te voren bedenken welk uitzicht je krijgt, door te gaan zitten of juist te staan”, vult Roel Brooimans (zesdejaars Technische Natuurkunde) aan. Hij zit liever.

Hoe is het contact met de buurt? Wisselend. Ze zijn vrienden van de Egyptische kebabtent. Daar helpen ze af en toe met documenten en het installeren van telefoons. Met de naaste buren, ook studenten maar niet van de TU/e, delen ze zonder problemen het dakterras. Maar met de onderbuurman kan het contact wel beter. Ooit was er een oorlog over het kapje dat de afzuiginstallatie - uitkomend op het dakterras - tegen regen en bierblikjes moest beschermen.

Interview | Norbine Schalij Foto’s | Rien Meulman

Wil jij ook met je culinaire huisgenoten in deze rubriek? Mail dan naar cursor@tue.nl

En hoe is het in Taipei? Studenten van de TU/e gaan steeds vaker voor hun studie naar het buitenland. Voor stage of voor het verrichten van onderzoek, omdat het verplicht is of omdat ze het leuk vinden. Cursorlezers kunnen iedere twee weken over de schouder van een TU/e-student in het buitenland meekijken.

Gong Xi Fa Cai! Oftewel, gelukkig nieuwjaar! Hier in Taipei werd het nieuwe jaar goed ingeluid met het vuurwerk vanaf de Taipei 101, het vijfhonderd meter hoge ‘noedeldoosjes’-icoon van de stad. Hoewel oud- en nieuwjaarsdag niet als officiële feestdagen te boek staan, en er dus ook gewoon colleges waren, wordt nieuwjaar steeds populairder in Taiwan. Kerstmis blijft helaas nog een beetje achter. De enige kerstboom was te vinden in de Starbucks en pechvogels hadden zelfs tentamen op Eerste Kerstdag. Samen met andere exchangers hebben we gelukkig toch nog ons traditionele kerstdiner kunnen houden. Niet alleen met de feestdagen merk je dat je in een compleet andere cultuur terecht bent gekomen, werkelijk álles is hier anders dan bij ons en dat is wat dit semester zo mooi maakt. Zo wordt in Taiwan op night-markets gegeten in plaats van thuis aan de keukentafel en wachten mensen netjes in een rij voor de metro in plaats van het duwen en trekken wat bij ons het geval is. Engels spreken ze hier niet en aangezien mijn Chinese woordenschat ook niet veel verder reikt dan ‘hoi’, ‘bedankt’, ‘twee bier’ en ‘niet te pittig’ lijken gesprekken met locals vooral op uitbundige toneelstukken. Ook de Taiwanese studenten kunnen vrij slecht Engels. Dit maakt mijn groepswerk met vijf Taiwanezen - laten we zeggen - lastig. De communicatie gaat ongeveer als volgt: telkens als ik iets zeg, wordt er onderling in het Chinees overleg gevoerd over hetgeen ik net gezegd heb. Vervolgens is er een stilte van een aantal seconden en kijken ze elkaar aan wie er gaat reageren. Uiteindelijk volgt er een reactie van één van de jongens. Erg grappig om mee te maken! Taiwan ligt overigens op prima reisafstand van vele andere Aziatische pareltjes, zo heb ik Maleisië, Hong Kong en Japan bezocht. Taiwan zelf is met vele bergen en kustplaatsen ook echt schitterend. Dus, hou je van reizen, avontuur en lekker weer? Kom dan naar Taiwan!

mas Hugo ManatgerstudentCaOmp, ement and pLerations ogistics Vind jij het ook leuk om een bijdrage te leveren aan deze rubriek en ben jij dit collegejaar in het buitenland? Stuur dan een mailtje naar cursor@tue.nl.

Lees alle buitenlandervaringen online op www.cursor.tue.nl


8 | Student

8 januari 2015

Kracht/en/veld Paardrijden: Concorde

Facts and figures Opgericht in: 2000 Beste prestatie: afgelopen collegejaar een ledengroei van 50%. Aantal leden: 30 studenten en 40 oud-studenten. Doel: imago verbeteren. Bijzonderheid: ook jongens zijn lid. Bij beginnerscursus evenveel mannen als vrouwen, bij de leden 20% man. Trainer: o.a. EE-studente Anouk Hubrechsen (beginnerscursus). Training: dinsdag en woensdagavond in Manege Sonniushof in Son. Je kunt mee met een busje dat vanaf het SSC vertrekt. http://esrvconcorde.nl/

Hoezo willen jullie je imago verbeteren? “Het Penny-imago moet weg!”, zeggen Concorde bestuursleden Daphne Vogel en Ilse Suerink (beiden Fontys). Net als de andere clubleden aan tafel waren zij naar eigen zeggen ook echte Penny-meisjes. “Helemaal roze, de hele dag in het stro je paard knuffelen en nergens anders over praten.” Concorde wil dit jaar meer niet-paardgerelateerde activiteiten organiseren en is al goed bezig; onder andere een filmavondje, bezoek aan het casino en deelname aan de pubquiz op Stratumseind bij stamkroeg Villa Fiesta.

Hoe zien jullie wedstrijden eruit? Bij een S.O. (stedenontmoeting met de andere 9 studentenpaardrijverenigingen, red.) zijn er dressuur- en springwedstrijden. Beide zijn jurysporten; drie personen doen de oefeningen op hetzelfde paard, de jury laat er één doorgaan naar volgende ronde, tot de finale uitwijst wie de beste is. “Bij wedstrijden krijg je dus een vreemd paard en daar moet je wel een klik mee hebben. Je kan pech of geluk hebben”, zegt Laura Kollau, promovenda bij ST.

Wat moet je doen bij dressuur? Een ‘proef’ duurt een minuut of zeven en bestaat uit enkele verplichte figuren uit het proevenboek van paardensportbond KNHS, bijvoorbeeld de volte (cirkel maken) en de slangenvolte (slingerend door de bak). De route wordt aangegeven met letters aan de wand. AFBMCHEK, te onthouden met Alle Franse Boeren Met Centen Hebben Een Koe. Ook krijg je opdrachten als wijken (opzij gaan) en tempowisselingen (galop, draf en stap).

Wat is belangrijk bij springen? Je moet het wel durven met een vreemd paard! Fontysstudente Els Smet is volgens Laura een echte springruiter. Els: “Je moet hindernissen in een specifieke volgorde nemen. Het parcours mag je van te voren, zonder paard, wandelend verkennen. Je krijgt punten als je geen balken laat vallen en als je netjes rijdt. Dus geen wapperbeentjes of flapperhandjes en niet naar voren of achteren leunen met je romp.”

Waarom zijn er veel internationale studenten bij de beginnerscursus? Daphne: “Paardrijden spreekt internationale studenten, vooral uit Azië, vaak aan doordat het in hun eigen land een elitaire en onbetaalbare sport is. Onze groei hebben we niet te danken aan deze mensen. Omdat ze vaak tijdelijk in Nederland zijn, volgen ze vaak alleen de beginnerscursus.” Dat doet ook Xiaoming Lyu, promovendus Urban Planning, die zich voor het gemak Edgar laat noemen. “In China is paardrijden te prijzig voor mij. Eén rondje in de bak kost daar al gauw één euro. Hier krijg ik een uur les voor 9,50 euro. Ik kan dan ontelbaar veel rondjes maken. Ik ben begonnen met paardrijden om te bewijzen dat ik er niet te oud voor ben”, zegt de dertigjarige Edgar. “Het is niet makkelijk, de eerste les viel ik van mijn paard, maar ik zet door.”

Hello... world?

Comic | Elles Raaijmakers

Tekst | Norbine Schalij Foto’s | Bart van Overbeeke


Universiteitsberichten | 9

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

ALGEMEEN ICMS | Outreach symposium 2015 We cordially invite you to attend the 4th Outreach Symposium of t he Institute for Complex Molecular Systems at the Eindhoven University of Technology. This year the symposium highlights polymer / materials science and biomedical sciences on the first day, while functional molecular systems are presented on the second day. We invite all TU/e scientists interested in these topics to attend the symposium on one or both days. Moreover, members of ICMS’ Industrial Consortium are invited; we hope to inspire each other to push the frontiers of science and technology. ICMS Outreach Symposium, January 22-23, 2015 Location: TU/e, Zwarte Doos, Filmzaal January 22: 10.30 - 21.00 January 23: 08.30 - 15.00 Entrance fee: none Please register by e-mail: icms@tue.nl Participation is free of costs

MENS CEC | Afscheid Sabine van Gent Op donderdag 22 januari neemt Sabine van Gent, directeur van het Communicatie Expertise Centrum, afscheid van het CEC en de universiteit. Van Gent heeft bijna 22 jaren aan de TU/e gewerkt in verschillende functies en bij verschillende afdelingen. Ze gaat per 2 februari werken als directeur Marketing, Communicatie en Studentenzaken bij Avans Hogescholen. Je bent 22 januari welkom om afscheid te komen nemen van Sabine in de kantine van Vertigo (vloer 1) vanaf 15.30 uur.

Bureau voor Promoties en Plechtigheden | Afscheids- en intreerede Vrijdag 9 januari, 15:00 uur, BZ: gezamenlijk afscheidscollege en intreerede (B) Afscheidscollege prof.ir. F. Soetens (B) - dhl Voorzitter: prof.dr.ir. C.J. van Duijn Titel: “Aluminium en constructie Intreerede prof.ir. J. Maljaars Voorzitter: prof.dr.ir. C.J. van Duijn Titel: “Aluminium, vederlicht zwaargewicht” Promoties Maandag 12 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie ir. B.J. Luijsterburg (ST) Promotoren: prof.dr. P.J. Lemstra en prof.dr.ing. A.A.J.M. Peijs Voorzitter: prof.dr.ir. J.C. Schouten Titel proefschrift: “Mechanical Recycling of Plastic Packaging Waste” Dinsdag 13 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie ir. S.J.C.G. Hectors (BMT) Promotor: prof.dr. K. Nicolay Voorzitter: prof.dr.ir. F.P.T. Baaijens Titel proefschrift: “MRI methods for the planning and evaluation of High Intensity Focused Ultrasound tumor treatment” Woensdag 14 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie M.Z. Nakevska MSc (ID) Promotoren: prof.dr. G.W.M. Rauterberg en prof.dr.ir. J.H. Eggen Voorzitter: prof.dr.ir. L.M.G. Feijs Titel proefschrift: “Interactive Storytelling in Mixed Reality” Woensdag 14 januari, 16:00 uur, CZ5: promotie M. Deen MA (ID) Promotor(en): prof.dr. B.A.M. Schouten Voorzitter: prof.dr.ir. A.C. Brombacher Titel proefschrift: “G.A.M.E. Games Autonomy Motivation & Education How autonomy-supportive game

Titel proefschrift: “Shining light on transient CO2 plasma”

UNIVERSITEITSBERICHTEN

Woensdag 21 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie drs.ir. J.M. den Harder (TN) Promotoren: prof.dr.ir. P.F.F. Wijn en prof.dr.ir. M. Breeuwer Voorzitter: prof.dr. H.J.H. Clercx Titel proefschrift: “Metal Implant Artifact Reduction in Magnetic Resonance Imaging” Woensdag 21 januari, 16:00 uur, CZ5: promotie ir. C.H.R.M. Wilsens (ST) Promotoren: prof.dr. S. Rastogi en prof.dr.ir. H.E.H. Meijer Voorzitter: prof.dr.ir. J.C. Schouten Titel proefschrift: “Exploring the application of 2,5-furandicarboxylic acid as a monomer in high performance polymers: Synthesis characterization, and properties”

design may improve motivation to learn” Donderdag 15 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie G.W.P. van Pruissen MSc (ST) Promotoren: prof.dr.ir. R.A.J. Janssen en dr.ir. M.M. Wienk Voorzitter: prof.dr.ir. J.C. Schouten Titel proefschrift: “Lactam-based pi-conjugated semiconducting polymers” Donderdag 15 januari, 16:00 uur, CZ5: promotie D. Pranantha Dolar MSc (ID) Promotoren: prof.dr. A. De Gloria en prof.dr. G.W.M. Rauterberg Voorzitter: prof.dr.ir. A.C. Brombacher Titel proefschrift: “Experiments on flow and learning in games: Creating services to support efficient serious games development” Maandag 19 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie Dipl.-Ing. P. Neirynck (BMT)

Promotor: prof.dr.ir. L. Brunsveld Voorzitter: prof.dr. P.A.J. Hilbers Titel proefschrift: “Supramolecular surfaces for cell adhesion” Maandag 19 januari, 16:00 uur, CZ5: promotie F. Sharmeen MSc (B) Promotor: prof.dr. H.J.P. Timmermans Voorzitter: nader te bepalen Titel proefschrift: “Dynamics of social networks and activity travel behaviour” Dinsdag 20 januari, 16:00 uur, CZ4: promotie A. Denasi MSc (W) Promotor: prof.dr. H. Nijmeijer Voorzitter: prof.dr. L.P.H. de Goey Titel proefschrift: “Teleoperated and cooperative robotics: a performance oriented control design” Dinsdag 20 januari, 16:00 uur, CZ5: promotie Dipl.-Phys. F.K.-H. Brehmer (TN) Promotor: prof.dr.ir. M.C.M. van de Sanden Voorzitter: prof.dr. K.A.H. van Leeuwen

STUDENT Integrand | Bestuursjaar Integrand Ben jij een ambitieuze TU/e-student? Wil jij klaar zijn voor de arbeidsmarkt van morgen? Werk samen met de grootste (technische) bedrijven uit de regio en maak kennis met recruiters. Kom ook professionele werkervaring opdoen in een gezellig studentenbestuur bij Integrand Eindhoven. Ben je geïnteresseerd geraakt of wil je meer weten? Kom dan gerust eens langs in Matrix 0.14. Reageer snel en stuur je motivatiebrief vóór vrijdag 16 januari naar eindhoven@integrand.nl.

Ook een bericht plaatsen op deze pagina? Mail het bericht (maximaal 100 woorden) dan naar universiteitsberichten@tue.nl.

Advertentie

Je hebt nu Cursor-magazine in je handen, maar wist je dat we ook online te vinden zijn? Op www.cursor.tue.nl vind je al het nieuws rondom de TU/e. Surf ook eens naar www.facebook.com/tuecursor en volg ons op www.twitter.com/tuecursor Wil jij jouw feest, lezing, symposium of andere activiteit gratis onder de aandacht brengen op www.tue.nl/agenda? Mail ons dan voor inloggegevens (cursor@tue.nl).

We zien je graag online terug! www.cursor.tue.nl


10 | Mens

In memoriam

8 januari 2015

Onderstaande column heeft Kees van Overveld nagelaten om na zijn dood te delen met de TU/e-gemeenschap.

Bloemen plukken onder het prikkeldraad Kees van Overveld Op dinsdag 16 december is Kees van Overveld overleden, amper zes weken nadat hij van de TU/e naar huis ging met het idee dat hij een burn-out had. Kees bleek een hersentumor te hebben, een lot dat hij op bewonderens­ waardige wijze heeft aanvaard. Zijn dood is een groot verlies voor de hele TU/e-gemeenschap. Hij werkte in zijn loopbaan voor vier faculteiten en gaf onderwijs aan studenten van vrijwel alle studierichtingen, en op alle niveaus. Kees begon zijn studie Technische Natuurkunde in 1975. Hij promo­veerde in 1985 op een onderwerp uit de experimentele kernfysica, in dienst van de stichting FOM. Beeld Na een omscholing ging Kees als UD in computer graphics werken bij de jonge opleiding Informatica en bouwde een onderzoeksgroep op (de huidige groep Visualisatie) die hij leidde tot 2000, vanaf Foto | Bart van Overbeeke 1990 als UHD. Daarnaast was hij werkzaam voor Philips Research als senior scientist en consultant op het gebied van beeldtechnologie (1996-2004). Kees’ kennis van en liefde voor beeld leidde tot het vak ‘Big Images’ (2005-2013), ontwikkeld in het kader van Studium Generale. Hierin bracht hij inzichten over het zien van beelden uit allerlei disciplines bijeen in een eigen raamwerk, het 8-lagenmodel, dat hij vastlegde in het boek ‘Van Licht tot Zicht’ (Coutinho, 2011). Modelleren en ontwerpen In 1997 begon Kees een eigen bedrijfje op het gebied van creativiteit en modelleren. Zijn interesse hiervoor leidde binnen de TU/e tot een overstap naar het Stan Ackermans Instituut (2000), waar hij onderzoek ging doen naar multidisciplinaire ontwerp- en modelleermethoden. Hij onderwees deze methoden ook na zijn verhuizing naar Industrial Design (2002). Zijn vakken over generieke manieren van modelleren en ontwerpen werden een vast onderdeel van de PDEng-opleidingen. Dat was de reden om Kees bij de start van het Bachelor College te vragen om het basisvak ‘Inleiding modelleren’ te ontwikkelen, een vak waarvoor hij tot nu toe verantwoordelijk docent was. Onderwijsvernieuwing Als docent experimenteerde Kees steeds met nieuwe onderwijsvormen. Een curriculum was voor hem een geheel van samenhangende vakken dat apart ontworpen en geëvalueerd moest worden. Hij werd één van de grondleggers van het ACQA-systeem van academische competenties (2003/2005). Als lid van de ACQA-projectgroep werkte hij mee aan vele onderzoeken van bestaande bachelor- en mastercurricula, en speelde hij een belangrijke rol bij de vormgeving van de masteropleiding Science and Technology of Nuclear Fusion. Vele talenten Kees schreef (liedjes, gedichten, toneelstukken, een roman), schilderde en tekende (ook als cartoonist voor Cursor), speelde toneel en maakte muziek. Kenmerkend daarbij was dat hij steeds zijn talenten combineerde. Zo schreef hij een monoloog over kwantummechanica voor het Zuidelijk Toneel, en maakte hij de voorstelling ‘Kijken met je brein’ met illusionist Emiel Lensen. Tot vlak voor zijn dood leidde hij een groep studenten die met kunstenaar Ronald Schimmel het werk ‘The Innocent Body’ maakte voor het Van Abbemuseum. Volgens Kees ligt het belang van het bestaan in het delen van ideeën en ervaringen, het leggen van verbanden en verbindingen. Zijn overlijden laat een grote leegte achter, maar zijn ideeën zullen blijven doorwerken in de vele, vele mensen die hij tijdens zijn leven wezenlijk heeft geïnspireerd. Tijn Borghuis en Anthonie Meijers, sectie Filosofie & Ethiek, faculteit IE&IS

Dr.ir. Kees van Overveld ontving op 2 december j.l. een bijzondere onderscheiding van het Platform Academische Vorming van de TU/e voor zijn pionierswerk op het gebied van multidisciplinair onderwijs en onderwijsvernieuwing.

Een P.S. na 30 jaar speelkwartier Door Kees van Overveld Ofschoon zoon van een leraar in (o.a.) biologie is het buitenleven bij mij altijd voornamelijk van horen zeggen geweest. Weilanden en akkers ken ik van plaatjes, en nauwelijks uit eigen ervaring. Maar ik weet wel dat er vaak hekken omheen staan, afrasteringen en prikkeldraad. De wereld zit vol met kadastraal afgepaalde domeinen en gebieden, maar meestal zijn de afrasteringen minder goed zichtbaar dan weidehekken, hoewel niet minder bepalend. Wat me opgevallen is, net zoals dat bij weilanden het geval is, is dat de strook vlak bij of onder een afrastering de schoonste en meest gevarieerde bloemenpracht biedt. Niet verwonderlijk natuurlijk; het melk- en slachtvee banjert vooral ver van het schrikdraad en graast graag gezellig omringd door herkauwgenoten. Dit geldt voor weilanden, maar naar ik heb mogen ervaren niet minder voor gebieden van de geest en maatschappelijke instituties. Of het nu schoolvakken zijn of weten­ schappelijke disciplines, afscheidingen hebben vaak een hardnekkige neiging zichzelf te bestendigen, ze worden al snel ondoordringbaar en prominent. Alsof de beoefenaren, leerboekenschrijvers en docenten beducht zijn om in aanraking te komen met het schrikdraad dat de grens vormt tussen hun akker en een aanpalend perceel. Toch leert de geschiedenis dat echte verrassingen en inspiratie vooral te vinden zijn tussen de kavels in, en nog los van verrassingen en inspiratie is naar mijn ervaring ook het plezier op de plekken waar vak- en disciplinegrenzen verdampen aanmerkelijk groter dan in de platgetreden mainstream daar ver vandaan. We hadden het over schoolvakken en wetenschappelijke disciplines, maar het zou net zo goed hebben kunnen gaan over geconstrueerde en soms overbodige tegenstellingen tussen wereldbeelden, bezigheden of levensfasen (spelen tegenover leren, of studeren tegenover werken, creëren tegenover gebruiken of consumeren), ismen, theorieën of leerstellingen. Niet zelden zijn afscheidingen en tegenstellingen de uiteindelijke veroorzakers van treurnis en destructie (denk aan uitwassen zoals politiek, levens­ beschouwelijk of religieus fanatisme en fundamentalisme). Het nare van wereldbeelden en ismen is immers dat ze vaak kristalliseren in duidelijk zichtbare instituties en dat de abstracte afgrenzingen ertussen verworden tot belangen, budgetten en beleidscommissies. De voorbeelden zijn natuurlijk legio: een museum is geen universiteit en een universiteit al helemaal geen theater, hoewel ik zelf nooit het echte verschil heb kunnen aanwijzen tussen onderwijs en entertainment. De creativiteit en bezieling die voor beide nodig zijn leiden hooguit tot iets andere eindresultaten maar komen uit dezelfde bron. Sommige weilanden zijn heel groot. Zo groot dat veel koetjes zich niet eens realiseren dat ze door een afrastering omgeven zijn, laat staan dat ze in de buurt van die afrastering durven te komen of zelfs er overheen springen. Een van die weilanden heet ‘rationalisme’; een weiland dat afhankelijk van wie je het vraagt misschien ontgonnen is ca. 5 eeuwen voor Christus op een heuvel ergens in de buurt van Athene, dan wel in de 18de eeuw toen in West-Europa de Verlichting aan ging. De randen van het rationalisme hebben voor velen een soort afstotelijkheid, misschien het aangrijpendst verbeeld door Francisco de Goya in zijn ets ‘De slaap van de rede brengt monsters voort’ (1797-1799). Voorbij dit hek loeren chaos en onttakeling. Toch zijn het juist onverdachte empirische wetenschaps­ gebieden zoals de moderne psychologie en neurologie die tegenwoordig lijken aan te tonen dat ook de verlichte mens veel minder ratio gebruikt bij het nemen van beslissingen en maken van plannen dan waar hij of zij zich graag op zou willen laten voorstaan. Als dit inzicht al bijna salonfähig begint te worden, waarom dan voor de jonge mensen die we opleiden tot beslissers en plannenmakers de illusie in stand houden dat elke beslissing of elk plan de uitkomst zou moeten zijn van een rekensom of objectieve afweging? Misschien zijn er wandelpaden in het weiland die leiden naar een minder verschrikkelijk stuk schrikdraad waaronder bloemetjes bloeien met irrationele namen zoals Intuïtie, Toeval, Fantasie, Passie, Eigenheid, Betovering, Schoonheid, Mildheid, Engagement, Artisticiteit, Opinie, Aanvaarding, Overgave, Droom, Metafoor, Poëzie, of misschien wel gewoon Emotie.

‘De slaap van de rede brengt monsters voort’ van Francisco de Goya.


Mens & Mening | 11

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

TUssen de oren

Zwart als ik ben - ben ik als zwart

In Cursor worden iedere twee weken studenten, docenten, labs, technische artefacten, de werkomgeving, het weten­ schappelijk bedrijf, de campus, het onderwijs en websites onder een psychologische loep gelegd door de medewerkers van TU/e-opleiding Psychology & Technology.

Illustratie | Sandor Paulus

Als puber las ik het boek ‘Black Like Me’ van John Howard Griffin. Griffin, een blanke man, beschrijft een fascinerend en verontrustend sociaal experiment waarbij hij, door middel van een huidmedicijn, een hoogtezonkuur van 15 uur/dag, en onder begeleiding van een dermatoloog, de rest van de wereld liet geloven een zwarte man te zijn. Mensen die hem als blanke kenden, herkenden hem niet meer. In die hoedanigheid, maar zonder verder expliciet iets aan zijn gedrag of identiteit te wijzigen, ging hij, eind jaren vijftig van de vorige eeuw, zes weken lang reizen door het diepe zuiden van de VS (Louisiana, Missisippi, Alabama, Georgia). Goed gekleed, beleefd en welbespraakt werd hij niettemin wantrouwend behandeld, kreeg regelmatig de hate stare toegeworpen, en werd impliciet en expliciet vernederd. Terwijl Griffin zich geliefd voelde als blanke, voelde hij zich in toenemende mate eenzaam, angstig, en vervreemd van zichzelf. De unieke ervaring om tijdelijk als zwarte man door het leven te gaan, leverde een diep inzicht op in de vooroordelen die huidskleur teweeg kon brengen. Niks cultuur, opvoeding, opleiding of gedrag - enkel huidskleur. Het boek zette me aan het denken. Fast forward 55 jaar. In recent onderzoek, gepubliceerd in Trends in Cognitive Sciences, laten psychologe Lara Maister en collega’s zien hoe je virtual reality (VR) kunt inzetten om sociale vooroordelen rondom huidskleur te beïnvloeden. Proefpersonen kregen een VR-helm (denk

UR-podium Het meest gehoord tijdens de verkiezingen? “We zien jullie de rest van het jaar niet.” Toegegeven, het is misschien waar: de universiteitsraad doet haar werk dan wel veelal openbaar in vergaderingen waar iedereen bij mag zijn, maar de publieke tribune blijft het overgrote deel van de keren angstvallig leeg, op die twee of drie enthousias­ telingen na die vaak ooit zelf aan de fractietafels zaten of er nog hopen te belanden. Het is ook niet vreemd: de UR is een orgaan waarvan de meeste medewerkers, laat staan studenten, überhaupt niet eens weten wat

Oculus Rift) op hun hoofd en zagen zichzelf (dat wil zeggen, hun avatar) vanuit een 1e persoonsperspectief in een virtuele spiegel. Ook konden ze naar beneden kijken om direct de handen, armen en het lichaam van hun avatar te zien. In het experiment werd de huidskleur van de avatar gemanipuleerd. Wanneer proefpersonen een zwarte avatar belichaamden bleek dit hun impliciete negatieve vooroordelen ten opzichte van mensen met een donkere huidskleur te verminderen. Een interessant en hoopgevend resultaat, aangezien het veranderen van stereotypische vooroordelen over het algemeen een heel langdurig proces is.

Met virtual reality kunnen we ons verplaatsen in elkaar

Het is nog onbekend of deze veranderingen ook op langere termijn standhouden, en of ze ook tot betekenisvolle gedragsveranderingen buiten de VR-omgeving leiden, maar het lijkt erop dat virtual reality ons een spiegel kan voorhouden, waarmee we met andere ogen naar onszelf kunnen kijken. Het stelt ons op die manier in staat om ons, letterlijk, te verplaatsen in een ander. En dat is 55 jaar na Griffin nog steeds geen overbodige luxe.

Wijnand IJsselsteijn | hoogleraar Cognition and Affect in Human-Technology Interaction

Wat doen wij echt?

het doet en wat de rechten en de plichten zijn. Dat belangrijke beslissingen over bijvoorbeeld OER’en en begrotingen afhangen van het zegje van jouw vertegenwoordiging, en dat daar af en toe behoorlijk wat politiek spel aan te pas komt. Hoewel landelijk gezien de opkomst best hoog is, stemt tijdens de verkiezingen de helft van de studenten niet voor de UR. Ze zien het verschil tussen de partijen niet, en hebben geen idee wie er bij de gezichten horen. Uiteindelijk stemt een groot deel op iemand die ze toch al kennen,

en zijn de mensen met een hoog aantal stemmen degenen die al bekendheid hebben verworven via een bestuursjaar of een andere actie. Sterker nog: of degenen op de verkiezingslijst wel of niet van het vrouwelijk geslacht zijn, kan ze al een behoorlijke voorsprong op de andere kandidaten geven. Zoekt de mannelijke bètastudent de inhoud wellicht op een andere plek? Het kan in elk geval anders, maar dat zal van beide kanten moeten komen. Laat het voor de nieuwe raad een streven voor 2015 zijn: op zoek naar manieren om het

publiek erbij te betrekken en laten weten wat er in de raad wordt uitgevoerd. Maar laten we ook nogmaals alle TU/e’ers oproepen: kom gewoon een keer kijken wat we nou écht doen.

Bor de Kock

, fractielid Groep-één Foto | Tom Kölker


12 | Focus

8 januari 2015

Een passende tas

Tekst | Norbine Schalij Foto’s | Bart van Overbeeke

De tas die leverancier Targus ontwierp voor de 15.6 inch laptop die de TU/e haar studenten levert, heeft een heel bijzondere grondstof. Dat is 100 % PET polyester vezel die gemaakt is van gerecyclede waterflessen. STU koos de ecosmart tas ook vanwege de kwaliteit, het draagcomfort en de stevigheid voor de laptop. Wie zijn notebook niet in deze tas vervoert, voldoet trouwens niet aan de verzekeringsvoorwaarden. En als de tas zelf stukgaat, dan krijg je een nieuwe, maar die is zonder TU/e-logo. Medewerkers van STU en student-assistenten hebben helpen kiezen uit vier mogelijkheden. Twee bleven over en ook bezoekers van de STU-balie mochten daarover hun voorkeur noteren. Notebookcoördinator Floris Verhagen: “De nietgekozen tas zag er zakelijker uit. Deze stijl werd als minder formeel ervaren en mooier. Hij is niet kinderachtig. Ja, hij moet wel meekunnen naar een sollicitatiegesprek.”

Zoë Vangangelt

Chris Veldhuisen

masterstudente IE&IS

masterstudent IE&IS

Zoë heeft haar TU/e-tas vorig jaar gekregen toen ze na een hbo-studie een pre-master deed. “Hij is wel fijn, maar er moet een tas bij voor andere dingen.” Zeker voor eten, “dat wordt in de TU/e-tas geplet”, en dingen die ze op het station snel moet kunnen pakken, zoals haar ov-kaart. “Ik heb een extra handtasje mee voor die treinkaart. De rugtas is voor mij zo zwaar dat ik die niet snel op en af kan doen.”

Chris vindt de TU/e-tas zó lelijk, dat hij hem thuis heeft liggen. Het is er een van de vorige lichting en Chris gebruikt hem niet “omdat ik niet op een schildpad wil lijken”. Hij vindt het bovendien niet leuk dat iedereen kan zien dat hij een TU/e-student is. Dat vinden meer studenten; menigeen die de Targus wel gebruikt, heeft het TU/e-logo er vanaf gepulkt. Chris koos voor een zwarte Eastpak. Na drieënhalf jaar gebruik is die nog goed. Chris weet dat de laptop niet verzekerd is als hij niet in de Targus zit, maar hij zorgt goed voor het apparaat met een extra beschermhoes.

Haar wens is een vakje voor een ov-kaart op het hengsel waar je bij kunt zonder de tas af te doen.

En ze heeft nog een idee: “Ik wil graag ingebouwde fietslampjes. Ik kan ze niet aan de fiets laten zitten, dan worden ze gestolen, en maak ze altijd vast aan mijn rugzak.”

Pluspunten van de Targus-tas • Drie steunkussens bij schouderbladen en onderrug. • Verstelbare draagriemen. Op één zit een stukje waarop je het snoer van je koptelefoon kunt oprollen. • Vier vakken: Een grote voor enkele - niet te dikke - boeken en wat papier. De allergrootste voor het notebook, met stootkussen onderin. Een middenvak voor allerlei studentenattributen. Een plek voor de studen­tenkaart, lussen voor twee pennen, een haak voor een sleutelbos. Muis, adapter, anti-diefstalkabel en clicker kunnen erbij. En een piepklein vakje aan de voorkant. • Een fleshouder aan de buitenkant vermindert het risico op waterschade aan de laptop. • Een regencover is bijgeleverd in klein zijvakje. Daarin zit ook een doorgang voor het snoer van je oordopjes.


Focus | 13

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

voor gewichtige zaken

Koert Mulders

Reem Shakerchi

Christianne Wisse

masterstudent ID

masterstudente Bouwkunde

derdejaars studente Technische Bedrijfskunde

Eerlijk waar, Koert heeft zijn Targus versleten. Hij was tevreden over de tas die hij in 2009 kreeg. Maar jarenlang anderhalf uur per dag op een fietsende rug schuiven (retourtje Helmond) was zelfs voor de Targus teveel. Nu heeft Koert een hippe Ortliebtas, bedoeld voor professionele fietskoeriers. Hij is groot en heeft gelukkig geen vakken. Zo past er alles in. Ook schetsboeken, hout en alles wat een ID’er zoal nodig heeft. Hij is ook waterdicht. De TU/e-tas kon water buiten houden met een speciale regenhoes, maar wie heeft die ooit gebruikt?

Reem heeft nooit een Targus gehad, omdat ze geen notebook van de TU/e wilde. “Ik vind die te groot en te zwaar en heb een eigen ultrabook van Acer gekocht. Die weegt minder dan een kilo en kan zonder oplader acht uur werken. Alle software die ik nodig heb tot nu toe past er op.” Hij zit in laptophoes met handvat. In de andere hand heeft Reem een blauwe shopper van Diesel voor haar paraplu, iPad, waterfles, muts, muis en nog meer spullen.

Toen ze nog vlak bij de TU/e woonde, vond Christianne de Targus geen probleem. Het ging om kleine afstanden en bovendien hadden veel studenten in Eindhoven er een. Maar nu ze weer in Middelburg woont, en drie dagen in de week per trein naar Eindhoven reist, wil ze een móóie tas. “Ik gebruik hem veel en wil er ook andere dingen in kunnen doen. Deze leren Cowboybag is goed en stevig. Er zit een speciaal laptopvak in waar het TU/e-notebook in past. Die, en de oplader, zijn trouwens wel erg zwaar.” En dat laatste is wat veel studenten opmerken als Cursor ze over hun tas vraagt.

Zij adviseert de TU/e een echte laptoptas (met schouderband) aan te bieden. “Een rugtas is voor brugklassers.”

Kan dat gewicht volgend jaar wat minder?


14 | Uitgelicht

8 januari 2015

Daan Roosegaarde:

Technohippie met een businessplan Interview | Enith Vlooswijk Foto | Vincent van den Hoogen Als hij wil uitleggen dat hij mensen graag inspireert, zegt hij dat hij hun hersenen wil kietelen. Daan Roosegaarde, bedenker van onder andere de Smart Highway, is daar enorm bedreven in. Samen met technici en wetenschappers doet hij zijn best de banale, harde werkelijkheid wat milieuvriendelijker en poëtischer te maken. Een recent voorbeeld: tussen Eindhoven en Nuenen schittert sinds eind vorig jaar in het donker het Van Gogh-Roosegaarde fietspad. Meer dan een halfuur interviewtijd krijg je moeilijk bij Daan Roosegaarde losgepeuterd. Dat is geen onwil of arrogantie, maar een kwestie van prioriteiten: er ligt een wereld aan zijn voeten die hij hoognodig een beetje mooier moet maken. Roosegaarde noemt zichzelf graag ‘een hippie met een businessplan’ en dat is een rake typering. Met zijn heldere uitleg en tomeloze enthousiasme weet hij mensen uit het bedrijfsleven, de overheid en de kennissector zo aan zich te binden dat zijn meest waanzinnige, idealistische ideeën worden uitgevoerd. Een van die ideeën is de interactieve snelweg, een project dat hij samen met aannemer Heijmans heeft opgepakt. Het betreft een snelweg met allerlei technische snufjes die de weg zowel milieuvriendelijker en veiliger maken, als poëtischer om te zien. In plaats van lantaarnpalen zijn er lichten die reageren op de wind van voorbijrijdende auto’s. Het wegdek is beschilderd met lichtgevende verf en als het glad is, verschijnen er automatisch grote kristalvormige patronen op het wegdek. Dankzij een rijstrook met spoelen onder het oppervlak worden elektrische auto’s opgeladen als ze eroverheen rijden. Toen hij het idee tijdens een lezing uit de doeken deed, zat een directielid van Heijmans in de zaal. Ze maakten een afspraak en zo ging de bal aan het rollen. Inmiddels is de eerste pilot, een stuk weg met oplichtende verf in Oss, afgerond. Minister Melanie Schultz van Infrastructuur en Milieu heeft gevraagd of het concept kan worden toegepast op de afsluitdijk, Japan is eveneens geïnteresseerd en na een optreden in De Wereld Draait Door kreeg Roosegaarde ook een begeesterde minister-president van Aruba aan de telefoon.

Hoewel het concept nog in ontwikke­ ling is, lijkt de interactieve snelweg nu al een exportproduct te worden.

“We moeten overstappen van uitvoeren naar uitvinden” “Daar gaat het ook om”, zegt Roosegaarde. “Onze oude economie is aan het crashen. In de nieuwe economie moeten grote bouw­ bedrijven als Heijmans niet langer grindleggers zijn, ze moeten nieuwe bouwmethoden ontwikkelen. We moeten overstappen van uitvoeren naar uitvinden.” Ook promovendi van de TU/e zijn betrokken bij het Smart Highwayproject via SPARK: een samen­ werkings­initiatief met Heijmans, de provincie Noord-Brabant, de gemeente Den Bosch en de Avans Hogeschool, gericht op innovaties in de bouw. “Het groeit alle kanten op’, zegt Roosegaarde enthousiast. “Ik zie het als mijn rol om te komen met radicale, nieuwe ideeën over interactieve landschappen. Om die te realiseren, is de samenwerking met andere partijen heel belangrijk.” In bijna alle projecten van Roosegaarde vormt licht de rode draad. Bij de beroemde installatie Dune waren het sprieten met ledlampen, die als een lichtgevend korenveld reageerden op de bewegingen en het geluid van mensen. In een kerk in Lille staat een soort lichtgevende lotusbloem die zich opent als mensen passeren. En onlangs werd een lichtgevend fietspad in Nuenen geopend, geïnspireerd op het schilderij De Sterrennacht van Van Gogh (zie rechterpagina).


Uitgelicht | 15

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

“We zijn gemaakt van sterrenstof, het zit in ons lichaam geprogrammeerd”, zegt de kunstenaar over deze fascinatie. “De traditionele Hollandse meesters waren trouwens ook al gefascineerd door licht en landschap. Ik zet die traditie op mijn manier voort.” Hij laat zich daarbij graag inspireren door de natuur. Als kwallen in het donker kunnen lichtgeven, waarom zouden bomen dat dan niet kunnen doen? En zouden lichtgevende bomen niet veel poëtischer zijn dan lantaarnpalen? Een dichter zou het opschrijven, een schilder zou het vastleggen op doek, maar Roosegaarde zorgt liever dat zijn dromen gerealiseerd worden. En dus werkt hij nu samen met Wageningse wetenschappers aan lichtgevende bomen. Daarvoor is aan beide zijden vooral openheid en moed nodig. “Een verlangen om te onderzoeken is het uitgangspunt”, zegt hij. “Daarvoor heb ik mensen nodig met lef, je moet samen een momentum kunnen creëren. Wetenschappers moeten zich openstellen en directies moeten ruimte geven voor durfprojecten. Innovatie is niet alleen winstgevend maken wat nu al bestaat.”

“Ik wil het verborgen kapitaal uit universiteiten trekken” Hoewel hij met dit soort betogen de laatste tijd veel bijval oogst, komt hij ook vaak mensen tegen die eerder beren op de weg zien, dan mogelijkheden. Uit frustratie hierover ontwierp hij in 2012 de ‘Ja, maar’-stoel, een stoel die een stroomstoot geeft wanneer degene die erop zit deze woorden uitspreekt. “Sommige mensen worden zenuw­ achtig van veranderingen en willen liever alles bij het oude houden”, legt hij uit. “Anderen investeren in nieuwe dromen. Er zijn wetenschappers die vrezen dat dit soort projecten niet genoeg fundamenteel onderzoek oplevert, maar daar hoeven ze echt niet zo bang voor te zijn. Er zit heel veel verborgen kapitaal in universiteiten, alleen we moeten het er meer uittrekken. Als we al die kennis niet voelbaar maken, worden we een openlucht-

museum voor Japanners en Chinezen.” Met die Chinezen heeft hij veel contact, want een van zijn studio’s ligt in Shanghai. Het houdt zijn blik fris om te zien hoe mensen daar te werk gaan, vertelt hij. “Mijn studio daar vormt een goede springplank naar Azië. Ik wil de cultuur en het leven daar begrijpen en op grond daarvan dingen maken. De Aziatische cultuur is tegenovergesteld aan de ‘Ja, maar’-cultuur in Nederland. Dat heeft soms ook nadelen, bijvoorbeeld dat mensen eerder geneigd zijn een leider te volgen. Dat wil ik niet veroordelen, maar leren begrijpen en ervan leren. Door een studio in Nederland en een in China te hebben, vind ik een goede balans tussen onderzoek en uitvoering.”

“Mijn doel is om mensen nieuwe werelden te laten ontdekken” Zijn montere houding ten aanzien van wetenschap en technologie als instrumenten om allerlei problemen

de wereld uit te helpen, doet denken aan Silicon Valley en het vooruitgangsdenken dat ondernemers daar karakteriseert. Toch identificeert Roosegaarde zich daar nauwelijks mee. “Ik ben meer geïnteresseerd in het proces dan in het product”, legt hij uit. “Mijn belangstelling ligt bij tweede- en derdehorizonproducten die net wat verder gaan dan: wat heb ik er nu aan en wat vinden de aandeelhouders ervan? Iets maken wat je kunt doorverkopen voor veel geld, daar krijg ik niet mijn kick uit. Mijn doel is om mensen nieuwe werelden te laten ontdekken. Ik vind het mooi als ik zie dat een wegenbouwer, die leeft in een no-nonsensewereld, de waarde van creativiteit ontdekt. Dat is zó relevant, of je nu arts bent, wetenschapper of wegenbouwer.” Wat hem eveneens onderscheidt van de Californiaanse hightechondernemers, is zijn verlangen om oplossingen te zoeken die niet alleen werken, maar tegelijkertijd de verbeelding prikkelen. “In mijn ideale wereld leven we in een energieneutrale, poëtische omgeving. Ik zou overal op een poëtische manier biomimicry

(het nabootsen van de natuur om problemen op te lossen, red.) willen toepassen op de harde, banale wereld. Ik wil iets maken waar mensen in willen geloven, daarvoor moet je verder kijken dan datgene wat er nu is.” Zijn onstuitbare optimisme doet tevens denken aan Boyan Slat, de jonge Delftenaar die zijn studie opzegde om de oceanen te ontdoen van plastic zwerfafval. Is dat toeval, of hangt er iets in de lucht wat wereldverbeteraars een duwtje in de rug geeft? “Het is een interessante tijd, we zien een kantelpunt tussen oude en nieuwe systemen”, zegt Roosegaarde. “Daardoor merk je dat de overheid en ondernemers openstaan voor nieuwe ideeën. Dat is heel spannend. Zoiets als de Smart Highway zou vijftien jaar geleden niet mogelijk zijn geweest, no way ! Toen zat iedereen nog in zijn tevredenheidszeepbel. Nu is het aan de uitvinders en wetenschappers om nieuwe ideeën op te pakken en dat gebeurt ook langzaam. De wereld begint steeds vloeibaarder te worden.”

Poëtisch fietspad in Nuenen Honderdduizenden glow-in-the-dark-steentjes liggen in het 600 meter lange fietspad dat in november werd geopend in Nuenen. Roosegaarde tekende voor het ontwerp en voerde het samen met Heijmans uit. Het pad - onderdeel van de 335km lange Van Gogh fietsroute - verbindt de Collse en Opwettense Watermolen, beide geschilderd door Van Gogh. De lichtgevende steentjes zijn verdeeld in een patroon dat is geïnspireerd op het Van Gogh-schilderij ‘Starry Night’ (1889). Het verbeeldt een nachttafereel met gele sterren boven een kleine stad met heuvels. “Dit is het meest typerende Van Gogh schilderij. Ik wilde iets pakken wat mensen kennen, en daar een draai aan geven. Updating Van Gogh. Zo krijg je een eerste kilometer kunstwerk, maar deze mag je wel aanraken”, aldus Roosegaarde. Het blijft waarschijnlijk niet bij dit Nuenense pad. Roosegaarde: “De Japanse minister van cultuur heeft het online heeft gezien. Hij is zo enthousiast dat hij ook zoiets wil voor de Olympische Spelen in 2020. Het leeft dus door.” Het moeilijkste aan het maken van dit poëtische fietspad was volgens Roosegaarde om het organische van het patroon te laten overleven, terwijl alles machinaal wordt geproduceerd. “De bouwwereld denkt vaak in kilometers, maar de ontwerpwereld in millimeters. Daar is verfijning in gekomen. Ook is het een kwetsbaar gebied qua flora en fauna, dus we moesten een zacht glowend fietspad maken, felle verlichting was uitgesloten.”

Foto | Studio Roosegaarde


16 | Onderzoek

8 januari 2015

Proefschrift van plastic Plastic is milieuvriendelijker dan papier - als we maar voldoende ons best doen om het te recyclen. Promovendus Benny Luijsterburg onderzocht hoe je afvalplastic kunt opwaarderen tot een hoogwaardige grondstof voor nieuwe producten. Om zijn bevindingen kracht bij te zetten, liet hij dertig exemplaren van zijn proefschriften op plastic drukken. “Bij mijn weten is dit het eerste proefschrift van plastic”, zegt Benny Luijsterburg. “Maar plastic wordt al wel veel gebruikt voor bijvoorbeeld menukaarten in restaurants, met name omdat het waterafstotend is en niet snel scheurt.” Het gekozen plastic is voor honderd procent herbruikbaar, vertelt de promovendus. “Het is daardoor milieuvriendelijker dan papier, en het gaat ook veel langer mee.” Luijsterburg kwam op het idee door de ‘recyclebijbel’ Cradle-to-cradle, dat eveneens op plastic is gedrukt. “Ik heb uitgezocht wat dat precies voor materiaal was en of er in Nederland ook drukkers waren

Bennie Luijsterburg met zijn plastic proefschrift.

die bereid waren om hiermee te experimenteren. Toen ben ik bij Gildeprint uitgekomen.” Omdat de kosten van printen op plastic nog wel vijf keer zo hoog zijn, besloot de scheikundig technoloog dertig van de honderdzeventig exemplaren op plastic te laten drukken, als een soort special editions. In die speciale uitgaven beschrijft hij - net als in de papieren versie uiteraard - hoe je gebruikt verpakkings­plastic om kunt vormen tot een grondstof voor hoogwaardige plastic producten. De eerste stappen zijn logischerwijs het inzamelen en sorteren van plasticafval uit de grote afvalberg - een proces waarin

consumenten (die jaarlijks per persoon zo’n zestien kilo verpakkings­plastic weggooien) een steeds belangrijkere rol spelen door zelf plastic van restafval te scheiden.

Onbehandeld afvalplastic is te bros Een groot deel van dit plastic bestaat uit polypropeen, dat hergebruikt kan worden. Helaas bevat het verpakkingsafval gemiddeld zo’n vijf procent van een andere plastic, polyetheen. “Dat valt niet te voorkomen. Bij een shampoofles, bijvoorbeeld, is de dop gemaakt van een ander materiaal dan de flacon”, aldus Luijsterburg. Polyetheen en polypropeen van elkaar scheiden is een duur proces, maar de plastics méngen ook slecht met elkaar. En dat is een probleem, vertelt hij.

“Bij het verwerken gaat het polyetheen namelijk samen­ klonteren tot bolletjes; dat maakt het materiaal bros. Daardoor kun je het niet voor alle toepassingen gebruiken.” Beter mengen, dat is de remedie tegen het verzwakkende effect van de restjes polyetheen, zo bewees de promovendus. De korrels gerecycled plastic waarmee hij experimenteerde, stopte Luijsterburg in een zogeheten extruder. Dat apparaat kun je zien als een industriële gehaktmolen in de vorm van een lange metalen buis waarin een soort reuzenschroef ronddraait. De plastickorrels worden door de schroef langs de lengte van de extruder verplaatst, terwijl het geheel wordt verwarmd. Hierdoor smelten de korrels tot een stroperige vloeistof, die meteen ook wordt gemengd. Als ze de volledige extruder hebben doorlopen, zijn de korrels omgevormd tot een soort flexibele spaghetti.

Door een extra schroefdraad toe te voegen en door slim gevormde obstakels in het pad van de extruder te plaatsen, breken de bolletjes polyetheen op in veel kleinere klontjes en worden ze netjes over het materiaal verdeeld. Dit ‘verdeelen-heers’-principe, zoals Luijsterburg het noemt, heeft een veel minder bros eindproduct tot gevolg. “Als je de vloeistof vervolgens heel snel laat afkoelen, en bovendien bij een verhoogde druk, krijgt het plastic bovendien een sterkere kristal­ structuur dan gebruikelijk.”

Het oprekken van plastic­ slierten maakt ze wel vijftien keer sterker Behalve met het mengen en koelen, experimenteerde Luijsterburg ook


Onderzoek | 17

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Sluitstuk

met het toevoegen van onder meer roet en het wegfilteren van harde stukjes PET-plastic tijdens het extrusieproces. De meeste winst kan echter worden behaald met een techniek die ‘verstrekken’ wordt genoemd, zo bewees hij. Net als alle plastics, bestaat polypropeen uit lange ketens van met name koolstofatomen. Door de afgekoelde spaghetti uit de extruder flink op te rekken, kun je die ketens in merendeel langs de lengterichting van de sliert oriënteren. Dat maakt zo’n sliert tot wel tien keer stijver en vijftien keer sterker in de lengterichting. Dat een dergelijke verstrekbehandeling positief werkt voor nieuwe plastics, was al bekend, maar met gerecyclede materialen was dit nog niet eerder gedaan. Als een soort ambassadeur is de bevlogen promovendus nu bezig om zijn proefschrift aan de man te brengen. “Ik wil bijdragen aan een duurzamere samenleving, en

In de rubriek Sluitstuk vertellen afstudeerders over hun afstudeeronderzoek. Wil je ook in deze rubriek, mail dan naar cursor@tue.nl.

daarvoor is het nodig dat met name de industrie kennisneemt van mijn bevindingen; dat ik op laboratorium­ schaal heb aangetoond dat je hoogwaardig plastic kunt maken van verpakkingsafval.” Er zijn in Nederland veel, vaak kleine bedrijven die zich met recycling van plastic bezighouden, vertelt hij. “De bedrijven waarmee ik tijdens mijn promotieonderzoek heb gesproken, heb ik allemaal een exemplaar gestuurd met een brief dat ik graag een keer langskom om mijn proefschrift toe te lichten. Te veel proefschriften komen ergens op een plank terecht en worden hooguit door één of twee volgende promovendi echt gelezen. Ik vind dat het maatschappelijke karakter van mijn werk vereist dat ik het stokje doorgeef aan de industrie.”

Interview | Tom Jeltes Foto | Bart van Overbeeke Dorris Slapak. Foto | Rien Meulman

Op zoek naar het juiste kristal voor een efficiënter computergeheugen Dataopslag moet steeds compacter, sneller, maar ook energie-efficiënter. Tot nu toe gebeurt het wegschrijven met hulp van energieverslindende magneetvelden, maar TN-masterstudente Dorris Slapak ging op zoek naar een nieuwe manier. Ze liet duizenden kristallen groeien om met een multiferroïsch laagje het energieverbruik te verbeteren.

Schematische weergave van een extruder. Via de trechter wordt het afvalplastic in de vorm van korrels in het apparaat gebracht. Het materiaal, dat door verwarming vloeibaar wordt gemaakt, wordt door een ronddraaiende schroef naar rechts getransporteerd. In dit proces raken de verschillende componenten van het plastic zodanig gemengd dat de resulterende plasticslierten veel taaier zijn dan onbehandeld materiaal. Promovendus Benny Luijsterburg toonde aan het dat het vervolgens oprekken van de slierten nog veel sterker plastic oplevert.

Milieuvriendelijker dan papier Om het hergebruik van plastic te promoten, liet Benny Luijsterburg dertig van de honderdzeventig exemplaren van zijn proefschrift op plastic drukken. Het gebruikte plastic, ‘Yupo®’ genaamd, is gemaakt van polypropeen - het materiaal waarmee de promovendus zelf werkte en waarvan behalve verpakkingsplastic ook tuinmeubelen en autoonderdelen worden gemaakt. Voorin zijn boekje somt hij op waarom: vergeleken bij een papieren exemplaar, heeft de plastic special edition 2,7 keer minder energie gekost om te produceren, maar liefst 17 keer minder water, en is de uitstoot van broeikasgassen 1,7 keer kleiner.

Aan de hand van een simpel plaatje legt Dorris Slapak, bijna klaar met haar afstudeerproject aan de faculteit Technische Natuurkunde, uit hoe een computergeheugen werkt. Er staan kleine torentjes, dat zijn bits, die als 0 of 1 worden opgeslagen in een MRAM (Magnetic Random Access Memory). Om die informatie te schrijven, moet de magnetisatie in die torentjes voortdurend van richting veranderen, wat tot nog toe met magnetische velden gebeurt. Dat kost veel energie. Bij de vakgroep Fysics of Nanostructures wordt onderzoek gedaan naar alternatieve manieren van data-opslag, zoals bijvoorbeeld met ferro-elektrische materialen - materialen die kunnen vervormen onder invloed van een elektrisch veld - vertelt Dorris enthousiast. “Het nieuwe is vooral het multi-ferroïsche. Door twee materialen met ferroïsche eigenschappen te gebruiken, willen we de energieefficiëntie van het dataschrijven verbeteren. Hiervoor gebruiken we dus een ferromagnetisch laagje, dat altijd al gebruikt wordt in MRAM, waar we een ferro-elektrisch laagje aan toevoegen. Dat is heel spannende natuurkunde! Binnen dat grote onderzoek heb ik aan een klein puzzelstukje gewerkt: kunnen we een heel dun laagje ferroelektrisch materiaal maken om te gebruiken voor het energie-efficiënter schrijven van data? Zo’n laagje kun je ook kopen, maar dan zijn de kristallen heel dik, wel vijfhonderd micrometer. Als gevolg heb je enorme voltages nodig om het laagje te laten buigen en z’n werk te laten doen. Niet echt praktisch voor een computergeheugen.” En dus ging Dorris aan de slag om zelf een ultradun laagje bariumtitanaat (BaTiO3) van zo’n honderd tot tweehonderd nanometer te laten groeien. Voor het maken van de minuscule kristallen had ze juist een enorm apparaat nodig, de sputterklok. “In een paar uur groeien de laagjes daarin bij temperaturen van rond de zeshonderdvijftig graden. Ter vergelijking: meer ‘normale’ kristallen zijn in twee minuten klaar.” En hoewel er in de literatuur veel beschreven staat over het laten groeien van bariumtitanaatkristallen, bleek het in de praktijk een uitdagende klus. Maandenlang testte Dorris verschillende protocollen en veranderde voortdurend parameters tijdens de groei om het perfecte kristal te krijgen. “Oxides maken is een bijzondere tak van sport, de verhoudingen tussen de elementen moeten precies kloppen en het gehalte zuurstof is heel lastig te reguleren. Er zijn wel andere technieken om dit soort kristallen te laten groeien, maar sputteren is gericht op de industrie. Willen we dat ons idee wordt toegepast dan komen we nauwelijks om de sputterklok heen.” Ondertussen boekte ze wel veelbelovende resultaten met de dikke commercieel verkrijgbare kristallaag en liet ze zien dat het principe van multiferroïsche stacks werkt. Hoewel haar afstudeerbegeleider enthousiast is met de stappen die ze gemaakt hebben, is Dorris zelf minder tevreden. “Ik vind het heel moeilijk dat ik mijn doelen niet gehaald heb, ook al wist ik van te voren dat ik aan een high risk project begon. Ik weet dat in onderzoek er wel negentig procent misgaat en je je voldoening moet halen uit die overige tien procent, maar ik ben erachter gekomen dat dat voor mij te weinig is. Mijn hart ligt toch niet bij het universitaire onderzoek, ik zoek liever mijn uitdagingen op een ander vlak in de hightech industrie.” Tekst | Nicole Testerink


18 | Onderzoek

8 januari 2015

4 brandende vragen

Marijn Loomans | (Electrical Engineering

Slimme codering voor videobewaking

1 we op n e i z Wat er van v o c de hrift? c s f e je pro

2 Ho op f e leg j waa eestj e e r je ond s uit e ove r ga rzoek at?

1 | cover

3 Welke persoon, techniek of apparaat is onmisbaar geweest voor je onderzoek?

4 eft

e Wat h

ing

lev men

de sa uw werk? aan jo

Op de voorkant staat een afbeelding van M.C. Escher, genaamd ‘Prentententoonstelling’. Ik heb deze gekozen omdat een van de belangrijkste aspecten van mijn proefschrift schaalbaarheid is. De afbeelding is een circulaire ‘Droste-prent’; als je rond gaat, zoom je steeds dieper in, en dit gaat oneindig door. Escher was echter een illustrator, geen wiskundige, en kon het midden van de afbeelding niet oplossen. Vandaar dat hij dit leeg heeft gelaten. Later hebben onderzoekers van de Universiteit Leiden de afbeelding wiskundig gerepresenteerd, en het gat opgevuld met een oneindig doorlopende spiraal. Op de achterkant staat een zelfgemaakt bolpanorama van een plein in Grünerløkka, Oslo. Deze is samengesteld uit 36 losse foto’s, en opengevouwen tot een little planet.

2 | feestjes Oei, altijd lastig. Ik begin uit te leggen wat videocodering is, zoals dat wordt gebruikt voor dvd en YouTube, maar dat videobewaking speciale eigenschappen heeft - zoals het gebruik van veel camera’s, live video en het feit dat alles samenkomt op een centrale plek. Met mijn techniek kunnen uit een enkele gegevensstroom video’s gehaald worden met verschillende resolutie, kwaliteit en framerate, in elke combinatie, zonder te hoeven hercoderen. Dit is anders dan YouTube, waar de keuze beperkt is, en elke versie apart gecodeerd is. Daarnaast is mijn coderingstechniek zo ontworpen dat het in een beveiligingscamera past, met zeer beperkte rekenkracht.

3 | onmisbaar Onmisbaar zijn eigenlijk alle onderzoekers die mij voor zijn geweest in dit veld. Zoals Google Scholar het mooi zegt: ‘Standing on the shoulders of giants’.

4 | samenleving

(Onder redactie van Tom Jeltes) Foto’s | Bart van Eijden en Bart van Overbeeke

Videobewaking wordt steeds belangrijker in onze samenleving, en mijn werk schept ruimte voor groei door de schaalbaarheid, terwijl tegelijkertijd de energieconsumptie lager is.


Onderzoek | 19

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Paul Hamers | Scheikundige Technologie

CO2 afvangen bij stroomproductie 1 | cover Op de cover vind je een cartoon die op mijn onderzoek gebaseerd is. Het bevat de reactor die ik gebruikt heb om chemical-looping combustion te demonsteren.

2 | feestjes Om klimaatverandering tegen te gaan, wordt er onderzoek gedaan naar het afvangen en opslaan van CO2 onder de grond. Dit kan worden toegepast bij de stroomproductie uit kolen of gas, omdat hier veel CO2 bij vrijkomt. Uiteindelijk kun je alleen CO2 opslaan als dit een pure stroom is. Maar als je kolen of gas met lucht verbrandt, dan moet je eerst nog een scheidingsstap uitvoeren, waarbij veel energie verloren gaat. Om dit te voorkomen, heb ik onderzoek gedaan naar chemical-looping combustion. Hierbij wordt de brandstof indirect verbrand met een zuurstofdrager, zodat er direct een pure CO2 -stroom ontstaat en er een hoger rendement gehaald kan worden dan bij veel andere CO2-afvangprocessen.

3 | onmisbaar De reactor op de voorkant was onmisbaar, en natuurlijk alle mensen in het dankwoord.

4 | samenleving Om de klimaatverandering beperkt te houden, is het waarschijnlijk ook nodig om CO2afvang en -opslag te passen. In dat geval is met mijn onderzoek een techniek verder ontwikkeld om elektriciteit op te wekken, waarbij de CO2 op een energie-efficiënte manier wordt afgevangen. Helaas is het nog niet commercieel toepasbaar.

Stefanie Hectors | Biomedische Technologie

Onderscheid tussen dood en levend tumorweefsel 1 | cover ‘Hoge intensiteit gefocusseerd ultrasound’ (HIFU) is een nieuwe manier om tumoren door verhitting te behandelen. Tijdens de behandeling wordt de temperatuur gemeten door middel van MRI. De ovale vorm op het midden van de cover geeft de gemeten temperatuur in de tumor aan. De mozaïektegels over de gehele cover geven kwantitatieve MRI-afbeeldingen weer, gemaakt voor en na de behandeling.

2 | feestjes Ik heb onderzocht wat geschikte MRI-methodes zijn voor zowel het plannen als evalueren van de behandeling met HIFU en daarbij vooral gekeken naar het combineren van verschillende MRI-scans door middel van clusteringtechnieken. Het doel was om tot een MRI-methodologie te komen waarmee nauwkeurig succesvol behandeld tumorweefsel onderscheiden kan worden van eventueel overgebleven levend tumorweefsel.

3 | onmisbaar Ondanks de hoge temperaturen die bereikt worden tijdens HIFU, waren de veranderingen die we in de MRI-parameters vonden redelijk subtiel. Het was dan ook een uitdaging om tot een geschikte MRI-methode te komen. Gelukkig stond ik er niet alleen voor en was er altijd ruimte voor discussies met mijn begeleiders of andere collega’s.

4 | samenleving De MRI-technieken beschreven in dit proefschrift bleken, in het onderzochte tumortype, nauwkeurig in staat te zijn om dood van levend tumorweefsel te onderscheiden na HIFUbehandeling. Deze methode zou kunnen leiden tot een snellere introductie in het ziekenhuis van HIFU voor de behandeling van kwaadaardige tumoren, waardoor deze tumoren mogelijk op een heel patiëntvriendelijke manier, zonder chirurgie, behandeld kunnen worden.


9 8 January 2015 | year 57

Biweekly magazine of the Eindhoven University of Technology For the latest news: www.cursor.tue.nl/en and follow @TUeCursor_news on

Extra weekend opening after New Year: over 1,100 library visitors 6 January - Over 1,100 students have visited the MetaForum library last weekend. It was the first time the building opened sooner after New Year’s to meet users’ needs. Still, the place was closed from 6 p.m. on December 24 until January 3. For now, keeping MetaForum open during holidays is out of the question, but because of upcoming exams, it will be open during Easter weekend.

Library books airport for yea depository at rs to come 6 January - Who ever needs a bo ok

from the deposi Expertise Center tory of the Com will have to mus munications ter a little more employee picked patience than be up books and ar fo re. Previously, an tic les from the Ho From now on, a ofdgebouw base storage company ment twice a da drops off the re a week, coming y. quested items at all the way MetaForum twice from Eindhoven Airport. Because of the renovation of the Hoofdgeb ouw, the basement must be emptied completely by Ja nuary 16. Two weeks prio r to Christmas, storage company Data Space started pr eparing for the emptying of the 1,200-square-m eter area.

Replacement OASE expected in 2017 19 December - A new Student Information System (SIS) for students and staff is expected in 2017, which will mark the end of Owis and OASE. The new system should be more user-friendly and tailored to the setup of the Bachelor College. The new system will be purchased rather than created at TU/e, which has been the procedure up until now. A make-or-buy analysis determined whether TU/e was to create its own system or should outsource its development. Bas Rijnbende, project leader of SIS at TU/e: “Owis is outdated, and there are several standard solutions available. We’re really the last university in the Netherlands that still uses a homemade system. It makes sense to opt for an existing system.”

and tuecursor on

Executive Board Chairman looks back on successful 2014 6 January - Chairman of the Executive board Jan Mengelers delivered his first New Year’s speech on Monday, January 5. Mengelers says TU/e can look back on a successful 2014, but in a competitive environment there’s no time to relax. “The workload is equally high, which is a definite point of focus and care for the Board.” He notably took the time to honor several members of the TU/e community who’d passed away last year, including educational reformer Kees van Overveld, and student Rogier Coolen. The suicide of the Spanish trainee in the post-Master design program ICT Juan López Carcelén in April had upset him the most, Mengelers said.

Ice basilisk under construction 6 January - Just like last year, the Finnish weather seems to become the most exciting factor for the TU/e team working on the construction of an enormous basilisk of ice. With temperatures between -15 and -25 it’s currently cold in Juuka, but higher temperatures are afoot (which is bad for the builders). Right now, the students are working round the clock to construct as much of the ice cathedral as possible before the warmer weather hits. The Sagrada Familia in ice is to have five towers eventually, the highest reaching thirty meters. “We’ve tried to inflate the large dome, but that proved harder than expected. A gust of wind unhinged several of the anchors, so first we have to fix some of the anchorages”, says team member and Built Environment student Teun Verberne. Although higher temperatures have been forecast, Verberne doesn’t fear the planned opening of the ice basilisk on January 24. “That seems doable.”

Control on shape of photons opens way to quantum internet 15 December - Researchers from Photonics and Semiconductor Nanophysics (PSN) of TU/e have succeeded for the first time in manipulating a single photon so that it renders the light particle suitable for communication between quantum computers. The findings were published in Nature Communications. This work brings us one step closer to the proposed quantum internet. Quantum computers are the dream computers of the future. While today’s computers use bits that can be either 0 or 1, quantum computers perform calculations with ‘qubits’, which can be both 0 and 1 at the same time. That creates an unprecedented degree of extra computing power, which gives quantum computers much greater capabilities than today’s computers.

More news on www.cursor.tue.nl/en


People | 21

See for more news www.cursor.tue.nl/en

And how are things in Lalden? More and more TU/e students go abroad for their studies to follow courses, internships or a doctorate path. What is it like to find your way in a new country? Students tell their stories.

Valais is the sunniest region of Switzerland. This bilingual canton is further known for its many mountain cheeses, fruits, wines and its winter holiday destinations. I’m Tom Hoeben, student of Chemical Engineering and for the past three months I did my internship in the heart of the Alps at DSM in the vitamin industry. Summer lingered for a long time over here, giving me the opportunity to explore the surroundings by going on many mountain hikes, from grassland to the highest vineyard to Europe’s largest glacier. On top of the mountain you have an amazing view over the Alps and the valley. On the way back I visited the beautiful mountain huts to enjoy authentic cheeses and sausages. Along ski jumping, slalom and cross country skiing, the Swiss really love their ice hockey. The small village has its own stadium. Early December they played National champion Zurich. It was ann historical moment, as there were more supporters than inhabitants in Lalden. When other trainees and I visit the weekly farmers’ market, we feast on spicy cheeses and local wine. The volleyball association doesn’t shy away from toasting to the good life, either. You will definitely not starve here. TheSwiss are also familiar with Dutch staple dishes like stamppot, pancakes, apple sauce and Dutch syrup. As I’m writing the first snow is falling in the valley. It’s Christmas time, the most beautiful time of the year and... My family is coming! I put up a Christmas tree in my apartment and the table is set. During the day we will make a snow tour and drink Glühwein at the Christmas market in town. New Year’s Eve will be celebrated with my volleyball friends, enjoying cheese fondue in a mountain hut on the glacier. I will stay here for a short while longer, so I can enjoy the upcoming winter sports season. Happy New Year and see you soon, Eindhoven!

studen Tom Ho t Chem eben, and Chical Engin emistry eering Would you also like to write an article about your time abroad? Please send an email to cursor@tue.nl.

Read more stories online: www.cursor.tue.nl/en

Life after TU/e

Name: Mark Kychma Place of Birth: Lviv, Ukraine Age: 37 At TU/e from: August 1999 - April 2002, Designer program Applied Comput er Science / Software Technology Current position: Being based in London I represent the largest Ukrainia n software house SoftServeInc in the United Kingdom and the Benelux. How did you obtain your current position? SoftServe has 3,500+ software engineers working for about 200 compan ies, ranging from giants like Google and Panasonic to small start-ups and independent software vendors. I manage the accounts and expand business in Europe. I joined the company only three months ago, but I already enjoy the fast learning track and catching up with the latest industry trends. You will laugh, but I heard about the job while hanging out with friends in a sauna. I applied the next day but was rejected. I decided to take the top-down approach and contacted the chairman of the company. After a month of interviews and negotiations I signed the contract. How do you reflect on your time at TU/e? Before TU/e, I already built up some experience as a software develop er and then as a team leader. However, my self-taught knowledge lacked structure and I felt I was missing the bigger picture. And I yearned to learn how to run a business properly. The post-Soviet system excelled in the fundamental disciplines but in the 90s there were no good managerial programs in Ukraine. By a stroke of luck I met Ton van Kemenade in Minsk who carefully listened to my story and advised on opportunities at TU/e. You might say he was sent from above. My time at TU/e was one of amazing discoveries, especially professional but cultural, too. Besides carefully selected academics and industry professionals who, brick by brick, laid the solid foundation for properly fostering IT products, the Stan Ackermans Institute provided numerous trainings on how to build a career and survive in large organizations. At TU/e I’ve received the best coaching in my life. A special thank you goes to Harold Weffers who helped me win the UFE/Océ Designer Award and graduate with merits.

What happens to international students after they graduate from TU/e? Do they go job hunting in the Netherlands, pack their bags and explore the world, or return to their home countries? International TU/e graduates talk about their lives after TU/e.

Did you consider staying in the Netherlands? Overall, I lived in the Netherlands for seven years. Maybe the best perk was having a day off for my birthday (former Queen’s Day). Now the holiday has been moved, there’s no real reason to stay (chuckling). But seriously, I enjoyed the country, the people, the culture and the rich history. The Dutch are very easy to work with. And yet, I like living in London and my kids love their lives in the city, too. We have no plans to move again in the near future. What advice would you give current students? Follow your intuition. If things are not comfortable today, work on them to improve. If you see progress, you are headed in the right direction. If you don’t, it may be time to sit and reflect and contemplate about more fundamental changes. As an alumnus I dragged a few guys to TU/e. They liked the education system but were homesick. They returned back to their motherlands and some achieved more than I did. If you are determined to succeed , you will do so anywhere. And it’s always more fun to ride a wave a few feet ahead of the crowd than trying to keep up with the laggards.


22 | Zoom in

8 January 2015

Daan Roosegaarde:

Techno hippie with a business plan Interview | Enith Vlooswijk Photo | Vincent van den Hoogen When explaining that he likes to inspire people, he says that he wants to tickle their brains. Daan Roosegaarde, who invented the Smart Highway among other things, is tremendously skilled at this. Joining forces with technicians and scientists he does his utmost to make the mundane, grim reality a touch more environmentally friendly and poetic. A recent example: since mid-November the Van Gogh-Roosegaarde bicycle track has been glowing in the dark between Eindhoven and Nuenen. It is almost impossible to get more than thirty minutes for an interview with Daan Roosegaarde. This is not due to unwillingness or arrogance, but simply a matter of priorities: the world is his oyster, which urgently needs to be embellished with state-of-the-art pearls. Roosegaarde likes to call himself ‘a hippie with a business plan’ and this characterization could not be more appropriate. Through his lucid explanations and unbridled enthusiasm he manages to connect so well with people from the business community, the government and the knowledge sector that his most insane, idealistic ideas actually get to be executed. One of those ideas is the interactive highway, a project in which he has joined forces with contractor Heijmans. This is a highway featuring all kinds of technical novelties so as to make it more environmentally friendly, safer and more poetical i n the eyes of the beholder at once. Instead of lampposts there are lights that react to the draft created by passing cars. The road surface is painted with luminous paint and when conditions are slippery, large crystal-shaped patterns appear on the surface automatically. Thanks to a lane with coils under the surface, electric cars are charged when they pass over it. A lecture during which he unfolded this idea was attended by a board member of Heijmans. They made an appointment, after which they started the ball rolling. Meanwhile the first pilot has been completed, a stretch of road covered with luminous paint in Oss. Minister Melanie Schultz of Infrastructure and Environment has asked whether this concept can be applied on the IJsselmeer Dam. Japan is also interested and after an appearance in the daily

TV show De Wereld Draait Door, Roosegaarde was also phoned by an enraptured Prime Minister of Aruba. Even though the concept is still under development, the interactive highway appears to become an export product already.

“We need to switch from executing to inventing” “That’s what it’s all about”, says Roosegaarde. “Our old economy is crashing. In the new economy big construction companies like Heijmans should no longer lay out gravel roads, they should develop new building methods. We need to switch from executing to inventing.” PhD candidates from TU/e are also involved in the Smart Highway project via SPARK: a cooperation initiative that includes Heijmans, the province of North Brabant, the municipality of Den Bosch and the Avans Hogeschool, aimed at innovations in the construction industry. “It is expanding in all directions”, Roosegaarde explains with enthusiasm. “I regard it as my role to come up with radical, new ideas about interactive landscapes. Cooperation with other parties is crucial for their realization.” Light is the thread in almost all projects undertaken by Roosegaarde. In the famous installation Dune they were antennae with LED lamps, which like a luminous wheat field reacted to the movements and sounds made by people. In a church in Lille there is a sort of luminous lotus flower that opens when


Zoom in | 23

See for more news www.cursor.tue.nl/en

people pass by. And recently a luminous bicycle track was opened in Nuenen, inspired by Van Gogh’s painting Starry Night (see box). “We are made of stardust, it’s been programed into our bodies”, says the artist about this fascination. “The traditional Dutch Masters were also fascinated by light and landscape, for that matter. I continue that tradition in my own personal way.” In doing so, he likes to be inspired by nature. If jellyfish can glow in the dark, why couldn’t trees do so likewise? And wouldn’t luminous trees be far more poetical than lampposts? Whereas a poet would write it down and a painter would record it on canvas, Roosegaarde would rather see his dreams turn into reality. Which is why he is working together with scientists from Wageningen on the concept of luminous trees. This calls for openness and courage on both sides first and foremost. “A longing to investigate is the starting point”, he says. “To this end I need people with guts, in order to be able to create momentum together. Scientists should open themselves and management boards should create opportunities for venture

projects. Innovation is much more than just making profitable what already exists.”

“I want to draw the hidden capital out of universities” Although he has of late gained wide support with such pleas, often he also meets people who expect problems rather than seeing opportunities. His frustration on this resulted in his 2012 design of the ‘Yes, but’ chair, a chair that emits a current surge when the person seated on it pronounces these words. “Some people get nervous about changes and prefer to keep everything as it is”, he explains. “Others invest in new dreams. There are scientists who fear that these projects will not yield enough fundamental research, but that fear is mostly unjustified. There is a great deal of hidden capital in universities, we just need to draw it out more. Unless we make all that

knowledge tangible, we will become an open-air museum for Japanese and Chinese tourists.” He has frequent contacts with the Chinese, as one of his studios is located in Shanghai. It keeps his eyes fresh to see how people work there, he adds. “My studio there is a good springboard for venturing into Asia. I need to understand the culture and life there and make things as a result of my understanding. The Asian culture is totally opposite to the ‘Yes, but’ culture that we have in the Netherlands. Of course there are occasional drawbacks, such as people’s greater inclination to follow a leader. I do not wish to condemn that, I simply want to understand it and learn from it. Having a studio in the Netherlands and one in China allows me to strike a good balance between research and execution.”

“My goal is to enable people to discover new worlds”

His buoyant attitude to science and technology as instruments to rid the world of all kinds of problems, is similar to that witnessed in Silicon Valley and the progressive thinking so typical of entrepreneurs in that area. Nevertheless, Roosegaarde hardly identifies with that. “I am more interested in the process than in the product”, he explains. “My interests lies with second- and third-horizon products going just a bit further than: what good are they to me now and what do shareholders think of them? I don’t get a rush from making something and reselling it for a lot of money. My goal is to enable people to discover new worlds. I love to see it when a road builder, who lives in a no-nonsense world, discovers the value of creativity. That is so relevant, regardless whether you’re a doctor, a scientist or a road builder.” What also distinguishes him from the Californian high-tech entre­ preneurs is his desire to find solutions that do not only work but also fire the imagination. “In my ideal world we live in an energy-neutral, poetical environment. I would want to apply biomimicry (mimicking nature to

solve problems, ed.) to the harsh, mundane world everywhere, in a poetic manner. I want to make something that people want to believe in, and if you wish to achieve that you need to look beyond today’s reality.” His unstoppable optimism also reminds us of Boyan Slat, the young idealist from Delft who dropped his study in order to clear the oceans from plastic waste. Is that a coincidence, or is there something in the air that gives starry-eyed idealists a leg-up? “These are interesting times, when we experience a turning-point between old and new systems”, says Roosegaarde. “Consequently you notice that governments and entrepreneurs are open to new ideas. That’s so exciting. A thing like the Smart Highway wouldn’t have been possible fifteen years ago, no way! Everybody was still snugly cocooned in their satis­ faction bubbles. Now it is up to inventors and scientists to pick up new ideas, which is gradually taking place. The world is becoming more and fluid.”

Poetic bicycle track in Nuenen Hundreds of thousands of glow-in-the-dark-stones have been used in the 600-meter-long bicycle track that was opened in Nuenen in November. Roosegaarde conceived the design and carried it out together with Heijmans. The track - which is part of the 335-km-long Van Gogh bicycle route connects the Water Mills at Kollen and Opwetten, both painted by Van Gogh. The luminous stones are laid in a pattern inspired by Van Gogh’s painting ‘Starry Night’ (1889). It depicts a nocturnal scene with yellow stars over a small city and hills. “This is the most characteristic Van Gogh painting. I wanted to select something that people know, and give a twist to it, updating Van Gogh as it were. In this way you get a first kilometer of a work of art, which is one that you can actually touch”, Roosegaarde explains. And the concept will probably not be limited to this Nuenen bicycle track. Roosegaarde: “The Japanese Minister of Culture has seen it on line. He is so enthusiastic that he wants something similar for the Olympic Games in 2020. So this concept will live on.” The most difficult aspect of making this poetical bicycle track, Roosegaarde indicates, was to make the organic nature of the pattern survive, whereas everything is produced mechanically. “The construction industry often thinks in kilometers, when the world of design moves in millimeters. A measure of sophistication has entered into that world. In addition, this area has a vulnerable flora and fauna, so we had to make sure that the glow of this bicycle track was subdued, because bright illumination was excluded.”

Photo | Studio Roosegaarde


24 | Research

8 January 2015

4 burning questions

Marijn Loomans | Electrical Engineering

Smart coding for video surveillance

1 ’s on f your o r e ov the c rtation? disse What

2 Wh a peo t do y ou t ple a t par ell whe n t abo ut y they a ies our s rese k arch ?

3 What person, technology, or device has been essential for your research?

4

does w o H efit n e b ty socie our work? y from

1 | cover M.C. Escher’s Print Gallery is printed on the front cover. I chose this work because one of the main aspects of my dissertation is scalability. The image is a circular Droste effect: going round, it zooms in further and further endlessly. However, since Escher was an illustrator and not a mathematician, he couldn’t figure out the center of the image - which is why he left that space blank. Later, researchers at Leiden University have mathematically represented the image and filled the blank space with an endless spiral. The back cover shows a globe panorama by me of a square in Grünerløkka, Oslo. It’s made of 36 pictures, unfolded to look like a little planet.

2 | parties That’s a tough one. I start by explaining video coding as it is used for DVD and YouTube, and then say that video surveillance has its own specific properties: it requires many cameras, live video, and all footage is collected at a central point. With my technique, videos of various resolutions, quality and frame rate can be gathered from a single data stream in any desired combination, without having to recode. That approach is different from YouTube, where options are limited and each version is coded sepa­ rately. Besides, my coding technique has been designed to fit inside a surveillance camera, with very limited computing.

3 | essential All researchers who have preceded me in the field have been indispensable, really. As Google Scholar puts it, I’m ‘standing on the shoulders of giants’.

4 | society benefit

(edited by Tom Jeltes) Photos | Bart van Overbeeke and Bart van Eijden

Video surveillance is becoming more and more important in society, and my research enables it to grow because of said scalability, while at the same time the energy consumption is lower.


Research | 25

See for more news www.cursor.tue.nl/en

Paul Hamers | Chemical Engineering

Carbon capture from electricity generation 1 | cover The cartoon on the cover illustrates my research. It includes the reactor I used to demonstrate chemical looping combustion.

2 | parties To reduce climate change, people are researching the capture and underground storage of CO2, which can be used for electricity generation from coal or gas because a lot of CO2 is released in these processes. Eventually, CO2 can only be stored if it’s a pure stream. If coals or gas are burnt using air, an extra step is required for separation and that demands a lot of energy. To prevent that from happening, I’ve researched chemical-looping combustion. It’s a process in which the fuel is burnt using an oxygen carrier, so there’s a pure CO2 stream right from the bat. The process is much more efficient than many other ways of carbon capturing.

3 | essential The reactor shown on the front cover was indispensable, as are all people I mentioned in my acknowledgements.

4 | society benefit To limit climate change, carbon capture and storage will probably have to be modified as well. If so, then my study has further developed a technique to generate power in a way CO2 is captured energy-efficiently. Unfortunately, it’s not yet commercially viable.

Stefanie Hectors | Biomedical Engineering

Distinguishing between dead and alive tumor tissue 1 | cover ‘High-Intensity Focused Ultrasound’ (HIFU) is a new heat treatment for tumors. During the treatment, temperatures are measured through MRI. The oval shape in the middle of the cover shows the temperature inside the tumor. The mosaic all over the cover consists of quantitative MRI images before and after treatment.

2 | parties I’ve researched suitable MRI methods for planning and evaluating HIFU treatment, and specifically studied combining various MRI scans using clustering techniques. My goal was to find an MRI methodology that can distinguish accurately between successfully treated tumor tissue and possible living tumor tissue.

3 | essential Despite the high temperatures used during HIFU, the changes we found in the MRI parameters were quite subtle, so it was a challenge to find a suitable MRI method. Thankfully, I wasn’t on my own. My supervisors and colleagues were always there to discuss any issues.

4 | society benefit The MRI techniques described in this dissertation proved to be capable of accurately distinguishing between dead and living tumor tissue in the tumor type I’ve researched, after HIFU treatment. This method might result in HIFU being introduced in hospitals sooner for the treatment of malignant tumors. It’s a way to possibly treat the tumors in a very patient-friendly way, without any surgery.


26 | Research

8 January 2015

Plastic dissertation Plastic is more environmentally friendly than paper if we make an effort to recycle it. PhD candidate Benny Luijsterburg researched how to upgrade waste plastics to a high-grade raw material for new products. To assert his idea, he had thirty copies of his dissertation printed on plastic. “As far as I know, this is the first-ever dissertation that’s been printed on plastic”, says Benny Luijsterburg. “But plastic is already widely used for restaurant menus, for example, because the material is water resistant and doesn’t tear easily.” The plastic used is fully recyclable, the PhD candidate explains. “That’s why it’s more environmentally friendly than paper, and it lasts much longer at that.” Luijsterburg got his idea from the recyclers’ Bible Cradle-to-Cradle, which has also been printed on plastic. “I’ve investigated the material, and whether there were any Dutch printing houses willing to experiment with it. That’s how I ended up at Gildeprint eventually.” Considering the costs of printing on plastic are still about five times that of standard printing, the chemical engineer decided to have thirty of his 170 copies printed on plastic - special editions, if you will.

In these special editions - and in the paper copies, of course - he describes how used plastic packaging can be transformed into a raw material for high grade plastic products. Obviously, first steps include collecting and sorting plastic from the heap of waste - a process in which consumers (who throw away approximately sixteen kilos of plastic waste per person per year) play an ever-greater part by separating plastic from their other waste.

Untreated plastic is too brittle Large part of this plastic consists of polypropylene, which is recyclable. Unfortunately, on average packaging waste contains five percent of another plastic: polyethylene. “It’s unavoidable. Shampoo bottles, for example, have caps that are

made of a different material than the actual container”, says Luijsterburg. Separating polyethy­ lene and polypropylene is a costly process, but the plastics don’t mix well either. And that’s a problem, he explains. “During processing, the polyethylene forms tiny globules, resulting in brittle material that can’t be used for just anything.” Better mixing turns out to be the remedy for the weakening effect of the polyethylene residue, the PhD candidate proved. For his experiments, Luijsterburg put the pellets of recycled plastic into a so-called extruder. The device is a sort of industrial mincer shaped like a long metal tube. Inside, a giant screw is spinning. The plastic pellets are moved through the extruder by the screw while the tube is being heated. The heat melts the pellets into a viscous liquid that is simultaneously mixed. After having passed through the extruder, the pellets have transformed into a kind of flexible spaghetti. By adding an extra screw thread and positioning smartly-shaped obstacles in the extruder, the polyethylene globules break into much smaller lumps, so they are

distributed among the material evenly. Luijsterburg calls it the Divide-and-Conquer principle, and it results in a much less brittle end product. “If you subsequently cool the liquid really quickly and under higher pressure, the plastic will even have a stronger crystal structure than it would otherwise.”

Stretching plastic strings makes them fifteen times stronger Apart from experimenting with mixing and cooling, Luijsterburg has added soot, and filtered hard pieces of PET plastic during the extrusion process. But the most efficient technique, Luijsterburg proved, is one called drawing. Like all plastics, polypropylene consists of long chains of mainly carbon atoms. By stretching the cooled spaghetti from the extruder quite a bit most of these chains are oriented in the string longitudinally, making the spaghetti up to ten times more rigid and fifteen times stronger longitudinally. Similar

stretching methods were known to be advantageous for new plastics, but it had never been tested for recycled materials. As if he were an ambassador, the PhD candidate is currently trying to market his dissertation. “I want to contribute to a more sustainable society, so the industry needs to become aware of my findings: In a lab, I’ve proven that packaging waste can be made into high-grade plastic.” The Netherlands harbors many, often small, businesses that focus on recycling plastic, he says. “All the companies I’ve talked to while writing my dissertation have received a copy and a letter explaining I’d love to come by to explain my results some time. There are too many dissertations that end up on a shelf and are only really read by the next one or two PhD candidates. I feel that because of the social nature of my work I’m required to pass it on to the industry.”

Interview | Tom Jeltes

More environmentally friendly than paper To promote the recycling of plastic, Benny Luijsterburg had thirty of his 170 dissertations printed on plastic. The plastic used is called Yupo® and is made of polypropylene - the same material the PhD candidate worked with, which is not only used for packaging, but also for garden furniture and car parts. He explains his choice inside the book: compared to a paper copy, production of the plastic special edition requires 2.7 times less energy, 17 times less water, and the emission of greenhouse gases is 1.7 times lower. Schematic representation of an extruder. Pellets of plastic waste are inserted into the device through the funnel. The material is heated and so liquefied, and then transported through the device from left to right by means of a spinning screw. This process mixes the various components of the plastic to the extent the resulting plastic strings are much tougher than the untreated material. PhD candidate Benny Luijsterburg proved that stretching these strings even further results in plastic that’s stronger yet.


See for more news www.cursor.tue.nl/en

Bennie Luijsterburg holding his plastic dissertation. Photo | Bart van Overbeeke

Research | 27


Donderd ag

Felleno

8 januari, 17:0

0-19:00 u

ord borr

ur, Zwart e Doos, T

el voor o

pening

U/e-cam

9de

pu

s lustrum E.S.T. Fell we openeenoord bestaat d 8 januari n met een recep it jaar 45 jaar. Dit een biert en zal duren van tie in de Zwarte D mooie negende je op dooje het lustrumthe 17:00 tot 19:00 u oos. Deze zal pla lustrum zullen a m r een ma u il te sture a bekend worde r. Hier zal onder tsvinden op het geno n gemaa n naar lu kt. tv strum@fe llenoord.nMis dit niet en g an eef l.

don’t TU/e and Eindhoven so you Cursor collects all events at , and nts eve ic athletic and academ have to. Symposiums, films, notify can You nl. ue. or.t urs w.c at ww to parties: you can find them all ail em an d sen website, please e us of new events through our her will ine gaz Ma sor Cur do so. cursor@tue.nl if you want to ing happenings. publish a selection of upcom

Monday 21 Janua1ry9,,2Tu0:0es0d-2ay 20 and Wednesday

TU/e campus

18

Zondag januari, 16:00 uu r, evenementenzaa l Piet Hein Eek, Halvemaanstraat 30, Eindhoven To

moko Mukaiya

Clouds of S

ils M

ma | SUPER T-M

ark

et SUPER T-market: lands/Japanse pi mode en muziek om te consumeren presenteert in deaniste en kunstenaar Tomoko Muka De Nederconcert-eveneme evenementenzaal van Piet Hein Ee iyama nt dat draait om mu k ee titel Super T-marke ziek en mode. On n der de ook een ludieke ve t vindt niet alleen een concert plaa designkleding. Op rkoop van onder meer kunstwerke ts, maar jonge en aanstorm deze avond wordt verder sameng n en ew ende ontwerpers van de Design Acaderkt met emy. http://axesjazzp ower.nl/#1 Entreekosten: 12,50 euro/ 7,50 euro

arkt 10, eman, M

ild ur, De W u 0 0 : 3 2 20:30-

2:00h, De Zw arte Doos,

aria Juliette Binoc Enders, a truehe stars as Maria facing a care diva of an actress, er transition steams throug as she Her personal h middle age. as si stant (Kristen Stewart) does up her ego, bu her best to prop asked to perf t when Maria is made her a storm in the play that only this tim ar as an ingenue - she’s throwe as the older crone n into a tailspi n. Event langua ge : En glish with Dutch subtitle Entrance fee: s others 7,50 eustudents 3,50 euro/ ro

en Eindhov

n et foto- e isquiz m en op de n n e k e n rijv eme uit! Insch ! nen. Alg ld i t 5 perso leerzame avondg een quiz avond W to 2 z i n a u v a n s q d ie s m b d n a n e u e te o P bov nw voor insdag e izavond dkope en e pubqu n gezellige, goe .45 uur. Iedere d k u le n e E nde. Ee vanaf 19 muziekroij de quizmaster b d avon 0.nl pp bquiz04 www.pu sten: 3,00 euro o k e e tr En

Dinsdag

ri, 13 janueam an

28 January

esday and Wedn y a pus d , Tues , TU/e cam s o y a o d D n e o t r M a 0h, De Zw 20.00-21:5 rs

26

27

a macabre ollywood, stars H ry ra o p ontem Julianne Moore M tate of satire of c . t film is a urity and self-hate permanent toxic s s te la ’s rg c a e e b s in n r in e , n ta David Cro comedy of cruelty tic failing movie s ensemblea Segrand, a neuro as Havan nic. ubtitles career pa h Dutch s ers 7,50 euro it w h s li g euro / oth guage: En Event lan fee: students 3,50 e c n Entra

e sta aps to th

Vrijdag 30, zaterdag januari en zondag 1 februari, 20:00-23:0031 uur, Gaslab, TU/e-campus

Doppio speelt: Heilig vuur

Wees welkom in een tijd waarin ruimte lijkt te zijn voor liefde en alles snel lijkt te gaan, waar weinig ontvangen. Wees welkom. Slui bezinning, zullen wij u met open armen t uw ogen. Luister naar de krac stilte Open uw hart om Hem binn ht van de Naar de tekst van: ‘Kids on Fire en te laten! ’ van Daphne de Bruijn Regie: Femke Veltman Spelers: Hester, Loek, Jeannett e, Linda en Gerben http://doppio.nl/doppio-speeltkids-on-fire/ Entreekosten: Standaard 8,- euro | Student 4,- euro


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.