duurzaam bouwen Gent worden al gebouwen verwarmd met de restwarmte van respectievelijk afvalverbrandingsinstallaties en een elektriciteitscentrale, en in de haven van Antwerpen wordt op dit moment onderzocht in welke mate de restwarmte van industrie kan worden gerecupereerd. ‘Onze steden zouden organismen moeten worden, met interactie tussen de verschillende onderdelen’, zegt Andy van den Dobbelsteen, hoogleraar Climate Design & Sustainability aan de TU Delft. ‘De koel installaties in een supermarkt produceren bijvoorbeeld permanent een grote hoeveelheid restwarmte, die door de omliggende huizen zou kunnen worden benut.’ Volgens Ellen Van Bueren, verbonden aan de afdeling Techniek, Bestuur en Management aan de TU Delft, staat onder meer de terughoudendheid van de klassieke bouwsector de grootschalige toepassing van duurzame technieken en technologie in de weg. ‘Die is beducht voor risico’s en vaak niet goed op de hoogte van wat allemaal mogelijk is.’ Dat bij een duurzame stadsontwikkeling doorgaans veel partijen betrokken zijn, maakt het er ook niet makkelijker op. ‘Er is technisch veel meer mogelijk dan wat vandaag wordt toegepast.’ Onderstaande voorbeelden uit Vlaanderen en Nederland geven een idee van hoe een duurzame wijk eruit kan zien.
Van passiefhuis naar passiefwijk
Samen duurzaam
duurzame wijken
Een duurzame woning is mooi, maar een volledig duurzame wijk is nog beter. Verschillende ambitieuze projecten in Vlaanderen en Nederland bieden een blik op hoe we in de nabije toekomst zouden kunnen wonen. Door Dieter DE CLEENE
Op een oude brouwerijsite in Leuven komt de nieuwe stadswijk Tweewaters, bestaande uit 1.200 lage-energiewoningen.
I
n het zuiden van Stockholm ligt het district Hammarby Sjöstad. Tegen 2017 moeten 26.000 mensen er in 11.000 flats wonen. Waterverbruik wordt er beperkt met spaarzame kranen en toiletten, en afvalwater ondergaat lokaal een zuiveringsproces. Verbranding van het daarbij vrijkomende biogas en van niet-recyclebaar afval voorziet het district van energie. Met de warmte van de lokale energiecentrale worden de woningen verwarmd. In de gebouwen geïntegreerde zonnecellen leveren elektriciteit die wordt gebruikt om via elektrolyse waterstof te produceren. Een brandstofcel gebruikt die waterstof vervolgens om zowel elektriciteit als warm water aan te leveren. Hammarby Sjöstad geldt als een mooi staaltje van duurzame stadsontwikkeling, net als Vauban in het Duitse Freiburg en dichter bij huis EVA-Lanxmeer in Culemborg en het Amsterdamse GWL-terrein. Het zijn bekende voorbeelden die steeds vaker navolging krijgen. ‘De interesse voor duurzame stadsontwikkeling neemt ook bij ons toe’, zegt Han Vandevyvere
van het Departement Architectuur, Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening aan de KU Leuven. Aandacht voor duurzaamheid op wijk- of stadsniveau biedt namelijk een aantal schaalvoordelen, zoals collectieve groene energievoorziening en een doordacht waterbeheer. Maar wat maakt een wijk echt duurzaam? ‘Duurzaamheid bestaat uit drie pijlers’, zegt Vandevyvere. ‘Uiteraard is er het ecologische aspect. Denk daarbij onder meer aan het gebruik van milieuvriendelijke materialen, het beperken van afvalproductie en water- en energieverbruik, en ruimtegebruik met het oog op lokale ecosystemen en biodiversiteit. Maar duurzaamheid gaat ook over sociale en economische aspecten, zoals bereikbaarheid, veiligheid, mogelijkheden voor recreatie en betrokkenheid van verschillende bevolkingsgroepen. Een echt duurzaam project combineert die drie facetten.’ De stad als organisme Een duurzame nieuwbouwwijk optrekken is één ding, een volledige stad vol oude, ener-
Eos 52
gievretende gebouwen duurzaam maken is nog iets anders. ‘Het reduceren van de CO2uitstoot is daarbij de eerste prioriteit’, zegt Vandevyvere, tevens coördinator van het project Leuven Klimaatneutraal 2030. Projecten zoals in de Rotterdamse Sleephellingstraat, waarbij een 100 jaar oud woningblok werd gerenoveerd tot op passiefhuisstandaard, tonen aan dat er veel mogelijk is. ‘Waar de energievraag niet genoeg kan worden verlaagd, is het zaak om zoveel mogelijk gebruik te maken van groene energie.’ Daarbij gaat volgens Vandevyvere vooralsnog veel te weinig aandacht naar ‘groene warmte’, bijvoorbeeld door gebruik te maken van warmte die onder meer in elektriciteitscentrales en de industrie een bijproduct is. Warmtenetten die die warmte recupereren, zijn goed ingeburgerd in de Scandinavische landen en zijn aan een opmars bezig in Nederland, met op dit moment meer dan een half miljoen gebruikers. In Vlaanderen staat de techniek nog in de kinderschoenen, maar de interesse groeit. In Brugge, Roeselare en
Leuven: leven in de brouwerij Een groene long voor de stad Leuven. Dat moet de nieuwe stadswijk Tweewaters worden. Op een oude brouwerijsite aan de Dijle waar Inbev tot voor kort nog bier brouwde, komt niet alleen een 3,5 ha groot park, maar zullen ook 1.200 lage-energiewoningen worden opgetrokken. Een eerste gebouw, de zogenoemde ‘Balk van Beel’, genoemd naar ontwerper Stéphane Beel, is in volle aanbouw. Het langwerpige gebouw zal onder meer 101 lage-energiewoningen bevatten. Tweewaters moet volgens stadsontwikkelingsbureau Ertzberg een ‘volledig duurzaam’ stadsdeel worden. Energiezuinige woningen zijn slechts één aspect van de nieuwe wijk, die een demonstratieproject is rond energie-efficiëntie op wijkniveau, ondersteund door het Europese zevende kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling (FP7). De hele wijk zal van elektriciteit en warmte worden voorzien door een warmtekrachtkoppelingcentrale die in het begin op aardgas en uiteindelijk op biogas zal draaien. ‘Het biogas zullen we produceren door lokale vergisting van GFT’, vertelt Benoit Broos, directeur van
Ertzberg. ‘Daarvoor werken we samen met Ecowerf, de intercommunale die in de regio instaat voor afvalophaling. Bedoeling is om het aandeel biogas te laten toenemen naarmate de wijk groeit.’ De WKK-centrale zal niet alleen groene stroom leveren, de warmte die daarbij vrijkomt moet via een warmtenetwerk 88 procent van de warmtebehoefte in de wijk dekken. ‘Zo zorgt de WKK-centrale voor een jaarlijkse uitstootreductie van ruim 9.000 ton CO2’, aldus Broos. ‘Overtollige stroom kan aan
Afval kunnen bewoners met behulp van een persoonlijke sleutel kwijt in verschillende ‘monden’ die het afval wegen en naar ondergrondse containers leiden. Een persoonlijke factuur op basis van gewicht, zoals dat nu ook al in de rest van Leuven het geval is, moet sensibiliserend werken. Bij de keuze van de bouwmaterialen wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met milieu. Zo draagt al het hout het FSC-label en zijn de tegels in de Balk van Beel Cradle
‘Koelinstallaties in een supermarkt produceren permanent warmte, die door omliggende huizen kan worden benut’ het elektriciteitsnet worden geleverd, waardoor de wijk CO2–negatief wordt.’ Een digitale ‘butler’ zal bewoners op de hoogte houden van hun energieverbruik, en tips geven voor een verdere inperking ervan. De Dijle wordt de natuurlijke ader doorheen de wijk, waar ook zuinig met water zal worden omgesprongen. ‘Zwart’ afvalwater afkomstig van toiletten en ‘grijs’, huishoudelijk afvalwater zal ter plaatse worden gezuiverd. Het gezuiverde grijze water wordt via een afzonderlijk toevoersysteem opnieuw ingezet, bijvoorbeeld voor de wasmachine en het spoelen van toiletten. Samen met het gebruik van gefilterd regenwater moet dat het drinkwaterverbruik met 60 procent verminderen.
to Cradle-gecertificeerd, waarbij aandacht wordt besteed aan de samenstelling, de mate waarin recycling mogelijk is en het energieen waterverbruik tijdens de productie. Ieper: wonen in een warmere wereld Wonen in de toekomst wordt wonen in een ander klimaat, met vaker voorkomende weersextremen zoals stormen en overstromingen. Het Europese Future Cities-project moet steden helpen om te gaan met de verwachte effecten van de klimaatverandering. Die zullen onder meer inspiratie kunnen opdoen in de Ieperse demonstratiewijk De Vloei, al bestaat die voorlopig enkel op papier. ‘De technische plannen zijn bijna afgerond’, zegt Een earthship is een huis gebouwd met aarde en afval.
Eos 53
duurzaam bouwen
Wie in De Vloei wil bouwen, moet zich aan bepaalde materiaalvoorschriften houden. Tropisch hardhout zonder FSC-label en een dakbedekking van metaal of bitumen zijn taboe. ‘Al willen we wat de materiaalkeuze betreft vooral sensibiliseren. De voorkeur gaat uit naar materialen die veilig zijn voor de menselijke gezondheid en het milieu.’ Olst: schepen op het land De Amerikaanse architect Michael Reynolds heeft een bijzondere visie op duurzaam bouwen en wonen. Hij is de bedenker van het earthship, een huis gebouwd met aarde en
‘Tropisch hardhout zonder FSC-label en een dakbedekking van metaal of bitumen zijn taboe’ aan verharde oppervlakte moeten het mogelijk maken regenwater zoveel mogelijk lokaal vast te houden in plaats van snel af te voeren, met risico op overstromingen tot gevolg. Energie- en warmteproductie op wijkniveau werd overwogen, maar bleek door de lage behoefte van de woningen in de wijk – allemaal lage-energie- en passiefhuizen – niet rendabel. ‘Momenteel onderzoeken we nog het potentieel van warmtepompen en zonnepanelen’, zegt Tack.
afval, dat in zijn eigen energie- en waterbehoefte voorziet. In Olst, in de Nederlandse provincie Overijssel, komt een wijk met 23 earthships. De muren zullen volgens het originele concept onder meer uit met zand gevulde autobanden worden opgetrokken. ‘Om de CO2-uitstoot zo laag mogelijk te houden, gebruiken we enkel materiaal dat we binnen een straal van 50 kilometer rond de bouwplaats vinden’, vertelt Paul Hendriksen van Vereniging Aardehuis
Eos 54
Oost-Nederland. ‘En we gebruiken zoveel mogelijk gerecycled bouwmateriaal dat geen extra bewerking behoeft.’ Zonnecollectoren zorgen voor warm water, zonnecellen voor elektriciteit. ‘Door de dikke muren en een oriëntatie met veel glas op het zuiden is bijverwarmen nauwelijks nodig,’ zegt Hendriksen. ‘Maar een leem- of tegelkachel kan als aanvullende verwarming dienstdoen.’ De wijk in Olst zal over een eigen grondwaterbron beschikken. Huishoudelijk afvalwater wordt gezuiverd in een rietveld. Zwart afvalwater is er niet, want alle huizen zijn voorzien van een composttoilet. De compost komt terecht in de gemeenschappelijke moestuin, want de bewoners van de wijk zullen ook voor een deel van hun voedsel zorgen. Op dit moment wordt in Olst al volop aan de watervoorziening en de aanleg van het rietveld gewerkt. In april zouden de eerste huizen gebouwd moeten worden. In Vlaanderen krijgen earthships moeilijker voet aan de grond. Eén nog niet afgewerkt exemplaar staat bij de Verbeke Foundation in Kemzeke, een tweede in Strombeek. In beide gevallen gaat het om onbewoonde demomodellen die niet met autobanden zijn gebouwd. Dat mag niet van OVAM (Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij). ‘Banden staan niet in de lijst van afvalstoffen die kunnen worden gebruikt als bouwstof’, zegt Jan Verheyen van OVAM. ‘Er kunnen gevaarlijke stoffen zoals zink en oliën uit vrijkomen. Bovendien zijn er betere constructiematerialen
ontwikkelaars op duurzaamheid. Eén van de meest in het oog springende ontwerpen is de ‘kameel van Noord’ van ONBarchitecten. Het gebouw, waarin zowel gewoond als gewerkt zal worden, wordt voornamelijk van energie voorzien door zo’n 2.000 vierkante meter
‘Earthships zullen een niche blijven, maar het concept maakt mensen bewuster van de eindigheid van grondstoffen’ bouw, zodat verkeer wordt beperkt. De gebouwen moeten van warmte worden voorzien door het Amsterdamse Afval Energie Bedrijf, dat met afvalgestookte centrales energie opwekt. In Amsterdam Noord wordt geëxperimenteerd met duurzame koelsystemen, zoals de opslag van koude in de bodem, aangeleverd door een ‘dry cooler’ op het dak, die water met winterkou afkoelt. Er is ook ruimte voorzien voor een aantal middelgrote windturbines. Ongeveer de helft van de woningen komt op gronden die eigendom zijn van de gemeente. Die beoordeelde de voorstellen van project-
zonnecellen en een warmtekrachtkoppelingcentrale op biobrandstof, waarvan de warmte in de zomermaanden met een absorptiekoelmachine in koude kan worden omgezet. Voor de ventilatie van het gebouw keken de ontwerpers naar termietenheuvels: onderaardse leidingen voeren koele lucht naar de centrale binnentuin en die verspreidt zich onder invloed van door zonneschoorstenen gecreëerde onderdruk doorheen het gebouw. Hoewel de financiële crisis voor enige vertraging zorgt, zouden de bouwwerken in Buiksloterham nog dit voorjaar van start moeten gaan. ■
“Terug makkelijk de trap op en af. Dankzij m’n traplift van ThyssenKrupp Encasa.” Onbezorgd blijven genieten van het comfort en de privacy van uw eigen huis? Daar staat geen leeftijd meer op. Een traplift van ThyssenKrupp Encasa brengt iedereen veilig en comfortabel naar boven. Over verschillende verdiepingen. Zelfs al is uw trap erg smal, steil of hebt u een wenteltrap. En dat allemaal dankzij onze unieke monorail. Die is niet alleen veilig en elegant, maar past ook in ieder interieur. Kortom, met een traplift van ThyssenKrupp Encasa blijft alles bij het oude. Behalve natuurlijk het gemak waarmee u voortaan de trap op en af gaat!
Eenvoudig te bedienen!
vend Vraag vrijblij maat. een offerte op
i r m rt Vooomfo c jn
Ann Tack van de West-Vlaamse Intercommunale. ‘In de loop van 2012 schrijven we offertes uit en vragen we bouwvergunningen aan. Hoe vlot dat verloopt, bepaalt wanneer we met de werkzaamheden kunnen starten.’ Water wordt een cruciaal element in de wijk. ‘Regenwater wordt optimaal benut. Wat niet kan worden gebruikt, komt niet in de riolering terecht, maar wordt via een netwerk van greppeltjes en kanaaltjes afgevoerd. Samen met wadi’s (plaatsen waar regenwater zich verzamelt en in de bodem kan dringen, red.) vormen die een infiltratie- en buffernetwerk.’ Ook groendaken op bijgebouwen en een minimum
Amsterdam Noord: leren van termieten Amsterdam wil tegen 2025 zijn CO2-uitstoot met 40 procent verlagen ten opzichte van 1990. Daartoe wil de stad het bestaande warmtenet uitbreiden en moeten vanaf 2015 alle
nieuwbouwprojecten klimaatneutraal zijn. Met die doelstellingen in het achterhoofd wordt het stadsdeel Amsterdam Noord herontwikkeld. Onder meer op het voormalig industrieterrein Buiksloterham komen bedrijven en ruim 4.000 woningen - dicht bij elkaar of in hetzelfde ge-
!
De ‘kameel van Noord’ in Amsterdam is een van de meest in het oog springende duurzame projecten.
beschikbaar en is het beter om banden te verwerken tot nieuw rubber.’ Een onoverkomelijk probleem is dat niet, zegt David Verstappen van Earthship Belgium, dat informatie over earthships verstrekt en geïnteresseerden verenigt. ‘Zandzakjes zijn een alternatief, en in principe kan allerlei bruikbaar afval, zoals blikjes en flessen, in de woning worden verwerkt.’ Verstappen is er zich van bewust dat we in de toekomst niet allemaal in een earthship zullen wonen. ‘Ze zullen een niche blijven. Maar het concept spreekt mensen aan, waardoor ze zich bewuster worden van de eindigheid van grondstoffen en misschien voor een klassiekere duurzame woning zullen kiezen.’ Ook Vandevyvere ziet earthships als een niche, om een nog andere reden. ‘Ze vragen aardig wat ruimte, en zijn dus moeilijk verzoenbaar met het duurzame principe van de compacte stad. Earthships kan je dus best bouwen op die plaatsen waar dat echt zin heeft.’
Bel gratis
0800 94 365 www.tk-traplift.be
Ontvang nu uw gratis documentatiepakket!