Screw everyone
Eisenberg.indd 1
20-03-14 11:50
Ophira Eisenberg
Screw everyone Hilarische dates op weg naar de ware Uit het Engels vertaald door Roos van de Wardt
Uitgeverij Podium Amsterdam
Eisenberg.indd 2-3
20-03-14 11:50
Voor Jonathan, die beweert dat hij het, in tegenstelling tot wat ik op pagina 245 schrijf, geen enkel probleem vond om voor de wijn te betalen. Oorspronkelijke titel Screw Everyone. Sleeping My Way to Monogamy Oorspronkelijke uitgever Seal Press © 2013 Ophira Eisenberg © 2014 Nederlandse vertaling Roos van de Wardt/Uitgeverij Podium Omslagontwerp b’IJ Barbara Omslagbeeld Getty Images/Joe Mule Foto auteur Luke Fontana Zetwerk Jan Bos isbn 978 90 5759 656 8
Verspreiding voor België: Elkedag Boeken, Antwerpen www.uitgeverijpodium.nl www.ophiraeisenberg.com
Eisenberg.indd 4-5
20-03-14 11:50
Inhoud
Inleiding
1 Eerste zoen op mijn lijst 2 Verbreed je horizon 3 Akelig, bruut en kort 4 Pas de deux 5 Tommy, Can You Hear Me? 6 Stille Oceanen, diepe gronden 7 De hoer van Fraser Island 8 Beheks je ex 9 De obstakels bij veldwerk 10 Post mortem 11 Blind date 12 Van fetisj naar fobie 13 Total loss 14 Droogstand 15 Hop paardje, hop 16 Altijd lasagne 17 Jonathan Blue Eyes 18 De laatste comĂŠdienne
11 17 30 45 53 61 72 86 101 113 130 146 157 168 184 206 222 234 249
6
Eisenberg.indd 6-7
20-03-14 11:50
19 Vanille Meesteres 20 Hij vouwt van me… 21 Te goeder trouw
266 289 302
314
Epiloog
‘Het enige waar ik spijt van heb, is dat ik niet genoeg champagne heb gedronken.’ John Maynard Keynes
Eisenberg.indd 8-9
20-03-14 11:50
Inleiding
De namen van de mannen in dit boek zijn veranderd omdat ze bijna allemaal Dave heten. En er zítten een boel namen in dit boek. Maar ja, de titel is dan ook Screw everyone, dus die belofte maak ik in ieder geval waar. Je vraagt je misschien af of de hoeveelheid mannen betekent dat ik een speciale gave heb of een enorm lekker wijf ben. Au contraire, beste lezer: ik ben geen natural beauty, maar er valt zeker wat van te maken. Mijn echte gave is dat ik niet moeilijk doe. Als we het over eten zouden hebben zou ik worden omschreven als ‘avontuurlijk’, in het geval van wijn als ‘pretentieloos’, en in date-jargon als ‘een slet’. Als er zoiets als scouting voor dames bestond, zou ik met gemak het bootycall-insigne hebben verdiend: een geborduurd silhouet van een vrouw die bij de laatste ronde nog twee drankjes bestelt. Bij het woord ‘slet’ denken de meeste mensen aan een vrouw die niet meer te redden valt, buitengewoon onzeker is, psychisch instabiel, en wellicht ook dom. Au contraire encore! Mijn Frans mag dan te wensen overlaten, maar dom ben ik niet. En ik ben ook nooit van plan geweest om een slet
11
Eisenberg.indd 10-11
20-03-14 11:50
te worden; eerlijk gezegd had ik het niet eens in de gaten. Ik
lossen. En dan bestaat er ook gewoon nog zoiets als efficiëntie. Je kan zeggen wat je wil over seks op de eerste date, maar als je sneller wilt weten of je bij elkaar past dan je iets kunt opzoeken via Google, is het dé manier. Bovendien hou ik van mannen. Ik heb ze nooit beschouwd als ‘de vijand’ of als een onopgelost mysterie dat volledig ontrafeld moest worden. Er waren genoeg andere dingen om over te piekeren. Ik kon me ook totaal niet vinden in de tra-
ditionele regels voor het daten. Als jij denkt je romantische lot te kunnen sturen door een spelletje te spelen, bijvoorbeeld door drie dagen te wachten voor je iemand belt of door te doen of je vrijdagavond al bezet bent terwijl je eigenlijk gewoon een misdaadserie zit te kijken met een te dure fles chardonnay: helemaal prima. Maar volgens mij hou je dan alleen jezelf voor de gek. Ik zou liever mijn favoriete spijkerbroek aantrekken en de dichtstbijzijnde bruine kroeg in duiken voor een verzetje. Als ik iets van mijn ervaringen heb geleerd is het wel dat er altijd ergens een biertje en een vriendje in het verschiet lagen. Na dertig jaar intensief onderzoek aan het Canadees instituut voor relaties ben ik afgestudeerd door naar New York te verhuizen, waar ik van de ene verbazing in de andere viel. Relaties lagen er, net als betaalbare appartementen, niet voor het oprapen. Ik sloeg terug door dapper te beweren dat ik helemaal niet op ‘een relatie’ zat te wachten. Ik geloofde niet dat er zoiets als ‘de ware’ bestond. Ik wilde gewoon doen waar ik zin in had en van mijn vrijheid genieten met mannen die ik bewust op een afstandje hield. Dit vloeide eigenlijk voort uit het feit dat, ondanks de man/vrouw-stereotypen, ík degene was die het doodeng vond om te settelen. Ik was ervan overtuigd dat het mijn karakter zou afstompen wanneer ik jaar na jaar voor dezelfde persoon koos. Als mannen hier last van hebben heet het ‘bindingsangst’. Als een vrouw eraan lijdt is ze een ‘lot uit de loterij’. Tenminste, dat dachten de meeste mannen met wie ik iets heb gehad. Gelukkig zou ik uiteindelijk voor een nieuwe uitdaging
12
13
dacht dat ik gewoon aardig was. Je zou me een gewillig typje kunnen noemen, of een nogal berekenende levensgenieter, maar dat ik met jan en alleman het bed in dook was meestal een bijverschijnsel van waar ik mijn zinnen op had gezet. Mijn verzet tegen de algemeen aanvaarde ‘regels’ door wél met een vent naar huis te gaan, gaf me een gevoel van macht. Het waren niet zomaar mannen. Ik koos ze echt uit. Tegelijkertijd was ik wat scharrels betreft een voorstander van gelijke kansen, voor iedereen – van jazzmuzikanten tot blinde albino’s. Vanaf dag één plande ik mijn potentiële rendez-vous met het vernuft van een doorgewinterde crimineel. Mijn zoektocht ging verder dan ‘overal voor openstaan’; ik wilde álles proberen. Seks en relaties waren mijn drugs. Het opwindendst was het verleiden, de spannende veroveringspogingen en het aftasten van grenzen. De bal aan het rollen krijgen was niet zo moeilijk, maar hem onder controle houden als hij eenmaal vaart maakte, daar zat de crux. Volgens mij is daten 1 procent zelfvertrouwen en 99 procent problemen op-
Eisenberg.indd 12-13
20-03-14 11:50
worden gesteld: ik werd voorgesteld aan iemand die onge-
boek vóór jou – het gaat ook nog eens óver jou. En als je nog
voelig was voor de brutale, zorgeloze persoonlijkheid die ik mezelf had aangemeten. Bovendien wilde hij het totaalpakket: huwelijk, toewijding, stabiliteit, conventionele liefde – wat bij mij net zo afwerend werkte als deet en ervoor zorgde dat ik zo ver mogelijk weg wilde vliegen. Helaas had ik dat al gedaan door naar New York te verhuizen. Dus ben ik gebleven. En dit is het verhaal over hoe ik mezelf heb gevonden, mijn angsten overwon, en hoe losbandigheid uiteindelijk naar ‘ware liefde’ leidde. Dat klinkt waarschijnlijk net zo achterlijk als wanneer ik zou zeggen: cocaïne heeft mijn leven gered! Maar het is waar. Ik ging van glas naar glas, van matras naar matras, verzamelde gegevens in de veronderstelling dat ik ze ooit allemaal bij elkaar zou voegen en als een gestoorde wetenschapper mijn eigen volmaakte übervriendje in elkaar zou zetten. Dit plan werkt misschien niet voor iedereen, maar ik geef het een dikke tien. Ik weet dat ik met de ondertitel van het boek al heb verklapt hoe het afloopt, maar ik beloof je dat je tegen het eind nog steeds verbaasd zult zijn dat ik uiteindelijk ben getrouwd, en ook een beetje dat ik nog leef. Mocht je je nu afvragen: is dit boek wel iets voor mij? Tja, als jij zo’n lezer bent die nog een rondje bestelt, gewoon om te zien of het je lukt om de depressieve bassist in bed te krijgen, want: hé, ik ben ook ongelukkig! We hebben zoveel gemeen!, is het antwoord ja. Als de jongen met wie je op een eerste date bent een ‘vergeten voorraadje lsd’ in zijn portemonnee tegenkomt en jij er meteen mee instemt om dit met een espressootje weg te spoelen, dan is dit niet alleen het
steeds met je jeugdliefde ‘gaat’ en met je prins en zijn witte paard in een kasteel woont dat is omgebouwd tot appartementen, heb je dit boek het hardst nodig van iedereen. Het zal houvast bieden bij je volgende huwelijk. Als jij een van de mannen bent met wie ik in het verleden heb gescharreld en je nu als een malle door dit boek zit te bladeren en je afvraagt waarom je jouw verhaal niet kan vinden, moet ik je helaas vertellen dat niet iedereen door de selectie is gekomen. Ik zal het laten weten als er ooit weer audities worden gehouden. Maar zonder gekheid: ik ben de mannen die de pagina’s van dit boek bevolken heel dankbaar. Geen van hen kan worden weggezet als een regelrechte klootzak. Ze hadden hun problemen, ze hadden hun gewoontes, ze hadden twijfelachtige kapsels, maar – een paar uitzonderingen daargelaten – de mannen met wie ik mijn tijd in bed heb doorgebracht, waren het helemaal waard. De meesten bewogen zich net zo stuurloos door het leven als ik, vaak onzeker over de kant die ze op gingen. Daarom doken we met elkaar in bed, om te zien of dat misschien een licht op ons pad kon werpen. De ene batterij hield het gewoon minder lang vol dan de andere. Dit zijn de hoogtepunten van mijn relatie-cv, vanaf mijn puberperikelen tot aan mijn ontplooiing tot een (grotendeels) gewillige aanstaande bruid. Maar op de rijpe leeftijd van elf jaar, vóór al die Daves, leerde ik mijn inspiratiebron kennen. Een jongen die Brad heette…
14
15
Eisenberg.indd 14-15
20-03-14 11:50
1
Eerste zoen op mijn lijst
Op dag één van de eerste klas haalde ik de twee vlechten uit mijn haar en droeg ik het voor het eerst los. Dit was wel de middelbare school, hè. Hier ging het anders. Volgens alle Judy Blume-boeken die ik had gelezen, begon nu het leven pas echt. Op dag twee kwam Brad Moore na de Engelse les van mevrouw Cairn op me af en vroeg of ik ‘met hem wilde gaan’. Brad Moore had bruin krullend haar, een sproetig gezicht en een schaapachtige glimlach, maar het beste aan hem was toch wel dat hij meisjes leuk vond. Terwijl de meeste andere jongens ons nog steeds tegen onze arm stompten en dan hard wegrenden, gillend als kleuters na een overdosis suiker, kwam Brad Moore juist nonchalant op je af om je te vertellen hoe mooi je eruitzag, met je regenboogkleurige bretels. Hij wist wel hoe hij een klas aan zijn voeten moest krijgen. Ik had geen idee wat ‘met iemand gaan’ inhield; in gedachten zag ik ons al arm in arm over het plein flaneren terwijl onze klasgenootjes applaudisseerden. Ik wist niet eens of ik Brad Moore eigenlijk wel leuk vond, maar bedacht dat ja zeggen de beste manier was om daarachter te komen. Mijn
17
Eisenberg.indd 16-17
20-03-14 11:50
vriendinnetjes gingen in conclaaf en adviseerden het niet te
want duh, we wisten allemaal dat een flinke voorraad vei-
doen, want met iemand gaan, beweerden ze, was een riskante onderneming waarbij je het gevaar liep dat hij je zwanger zou maken. Ik was dan wel naïef, maar ik was niet dom. Door naar mijn oudere broers en zussen te kijken wist ik dat hij ‘iets’ voor me zou moeten kopen voordat hij dat kon doen. De ware reden was, denk ik, dat ze zich bedreigd voelden door mijn ontluikende romance met de don juan van de klas, omdat ik het eerste meisje in ons groepje was dat aandacht kreeg van een jongen. Ik heb geen idee waarom hij mij leuk vond. Het was in ieder geval niet omdat ik het aantrekkelijkste of populairste meisje van de klas was, en ook niet omdat ik thuis de grootste spelcomputer had. Misschien kwam het doordat Brad Moore op die leeftijd instinctief al doorhad dat ik het ideale meisje voor hem was: zo’n meisje dat nooit nee zegt. In werkelijkheid bleek ‘met hem gaan’ een vrij tamme bedoening. Het enige wat we deden was gekke bekken naar elkaar trekken tijdens biologie en we aten onze lunch aan dezelfde tafel. Er werd niet geapplaudisseerd en de kans op zwangerschap was nihil. We hielden niet eens elkaars hand vast. Ik snapte niet waar iedereen zich nou zo druk om maakte. Tenminste, tot aan de avond van het halloweenfeest. Ik ging verkleed als sexy ruimtewezen, in een paars met zilver mod-jurkje uit de jaren zestig dat ik tweedehands op de kop had getikt, afgemaakt met blauw haar en een gezicht vol glitters. Hij ging als punkrocker: groene haren, neptatoeages en een mouwloos spijkerjack vol veiligheidsspelden –
ligheidsspelden gelijkstond aan punkrock. We schuifelden op het laatste nummer van de avond, ‘Stairway to Heaven’ van Led Zeppelin, en gingen steeds dichter tegen elkaar aan staan, totdat mijn lippen bijna tegen zijn oor gedrukt zaten. Ik inhaleerde hem diep, en wóóów, mijn zenuwen begonnen te vonken als aluminiumfolie in een magnetron. Opeens snapte ik waar iedere aflevering van Dallas, ieder boek van Danielle Steel en ieder liedje van Tina Turner over ging. Ik klampte me nog steviger aan hem vast, alsof ik daardoor weer zou kunnen landen, maar dat leidde er alleen maar toe dat het getintel sterker werd en zich vermenigvuldigde. Tot op de dag van vandaag word ik opgewonden van de geur van gekleurde halloweenhaarlak. Uiteindelijk heb ik met Brad Moore gezoend, maar pas nádat we het hadden uitgemaakt. We beëindigden onze kortstondige affaire van klasgenootjes-slash-schuifelmaatjes met het jarentachtigequivalent van sms’en: briefjes doorgeven. Als ik me moet baseren op de snelheid waarmee hij ging daten toen het uit was, denk ik dat hij de eerste wilde zijn voor elk meisje in de klas, vóór de andere jongens in de gaten kregen dat we helemaal niet vies waren. Ik was er niet echt kapot van en wilde eigenlijk alleen maar hoger klimmen op de ladder die naar de puberhemel leidde. Drie maanden later, tijdens het legendarische valentijnsfeest van Janet Vanderbroek, kreeg ik die kans. Op elkaar gestouwd in haar souterrain, waar de schrootjes waren versierd met rode en roze linten, stonden we zenuwachtig chips te eten en luisterden we naar Janets weinig verrassende verza-
18
19
Eisenberg.indd 18-19
20-03-14 11:50
meling cassettebandjes die ze onlangs bij Colombia House
Iedereen staarde naar ons, sommigen vol walging, ande-
had gekocht. Maar de klapper van het feest was toch wel de kartonnen cupido die in het midden van de dansvloer aan het plafond hing. Al gauw ging het gerucht dat de cupido fungeerde als een surrogaatmistletoe: als je eronder kwam te staan, móést je zoenen met degene met wie je aan het dansen was. Toen het effect van de frisdrank voelbaar werd, begonnen we te ontspannen, en Brad Moore, in zijn gloednieuwe gescheurde spijkerbroek, werkte zich door de menigte en vroeg of ik wilde dansen. Misschien had hij zich gerealiseerd dat met meerdere meisjes tegelijk gaan ook niet alles was. Ik weet niet meer welk liedje er op dat moment op stond – het had net zo goed een deathmetalband kunnen zijn. Al mijn aandacht was gericht op de afstand tussen ons en de kartonnen cupido. Samenwerkend als de planchette op een ouijabord, die op magische wijze naar ‘ja’ schuift, gleden we door de ruimte totdat we er plotseling onder stonden. Brad deed zijn ogen dicht en leunde naar voren. Dit is het dan! dacht ik, zenuwachtig maar gewillig. Onze lippen maakten contact en vervolgens schoot zijn tong mijn mond binnen, spartelend als een karper aan een vislijn. Mijn eigen tong deed al gauw mee. Ik mag dan een waardeloze leider zijn, ik ben wel een uitstekende volger en ik leer snel. Het ging verder dan een kinderachtig kusje; we waren echt aan het zoenen – net als in Grease! Achteraf gezien was Brad Moore toen hij net kwam kijken al een betere zoener dan veel dertigjarige mannen die de revue hebben gepasseerd. Daarom heb ik ook niet de moeite genomen om zijn naam te veranderen. Hij mag dit best weten.
ren vol afgunst, een paar met een mengeling van die twee, maar het kon me niet schelen. Het was nog beter dan bacon op chanoekaochtend. Dagen later kon ik de afdruk van zijn lippen nog steeds voelen, en ik zou dat moment nog maanden iedere avond voor ik in slaap viel herbeleven. Het stak wel een beetje dat Brad Moore na onze dans álle meisjes op het feest ten dans heeft gevraagd, en hen ook allemaal heeft gezoend. Goddank was ik de eerste, met als gevolg dat ik ook de enige was die geen keelontsteking kreeg.
20
21
Eisenberg.indd 20-21
Mijn moeder heeft me niet opgevoed met sprookjes over een prins op een wit paard die mijn wereld op zijn kop zou zetten en al mijn problemen zou oplossen. ‘Je kunt er eindeloos op los wensen,’ zei ze altijd, ‘maar de enige die luistert ben je zelf.’ Het klinkt hard, maar wat had je dan verwacht van een vrouw die is opgegroeid in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog? ‘Je moet niet kieskeurig zijn,’ waarschuwde ze, ‘dat is niet aantrekkelijk.’ Achteraf denk ik dat ze eigenlijk probeerde te zeggen: wees blij als er iemand is die je leuk vindt, en als het niets wordt, probeer je het gewoon met een ander. Wij zijn niet grootgebracht als orchideeën, enkel bloeiend onder optimale omstandigheden. Wij hebben geleerd overál te gedijen. Als onkruid. Mijn ouders hebben elkaar in Nijmegen ontmoet, vlak na de Tweede Wereldoorlog. Mijn vader is in Israël geboren (al was het toen in feite nog Palestina) en maakte deel uit van de geallieerden die Nederland van de Duitsers hebben bevrijd. Mijn moeder wilde het door oorlog verscheurde Nederland
20-03-14 11:50
graag achter zich laten, dus stemde ze ermee in om te trou-
gevraagd en ze zei dat ik me geen zorgen hoefde te maken –
wen en was op haar zestiende al zwanger, al woonde ze nu wel in het o-zo-vredige land dat in feite nog steeds Palestina was. Daar heeft ze mijn twee oudste broers grootgebracht, maar ze klaagde aan de lopende band dat ze eigenlijk gewoon van het ene oorlogsgebied naar het andere was verhuisd. ‘Ik werd doodmoe van de bombardementen, altijd maar beschietingen. Ik was er helemaal klaar mee,’ zei ze altijd, alsof ze het had over een extreem regenachtig jaar. In 1957 emigreerden ze naar Canada, het land van vrede, sneeuw en mogelijkheden. Mijn vader ging als leraar Hebreeuws aan de slag en werd later schoolhoofd. Ondertussen kregen ze nog vier kinderen. Nu werd er alleen nog gevochten in de huiskamer, waar het bleef bij een jammerklacht als het nieuws aan moest terwijl Star Trek bezig was. Er zit vijfentwintig jaar tussen mij en mijn oudste broer. Hij en mijn een na oudste broer hadden al een vrouw en kinderen voordat ik überhaupt in de pijplijn zat. Ik ben de jongste van zes, en mijn moeder was zwanger van mij toen ze al wat ouder was. In die tijd verscheen je nog in Ripley’s Believe It or Not! als je na je veertigste zwanger werd. Humor speelde een belangrijke rol in ons gezin. Genegenheid werd met sarcasme en plagerijtjes tot uitdrukking gebracht. De eettafel was net een open podium met als hoofdact degene die op dat moment de oudste was. Mijn broers en zussen vonden het heerlijk om aan iedereen die maar wilde luisteren te vertellen hoe hard mijn moeder had gehuild toen ze ontdekte dat ze zwanger was van mij. Ze gaven me als bijnaam ‘Het Ongelukje’. Ik heb mijn moeder hier een keer naar
we waren allemáál ongelukjes. Als zij in staat was haar ongelukjes te omarmen, ze zelfs als fortuinlijke foutjes te beschouwen, dan was voor mij de druk om perfecte keuzes te maken ook van de ketel. Misschien ging het er in het leven niet zozeer om dat je het goed dééd, als wel dat je de klappen zo goed mogelijk incasseerde… of de grappen. In het jaar dat ik werd geboren, stapte mijn vader uit het onderwijs en kocht hij drie supermarkten. We woonden in Calgary, een welvarende olie- en veestad vlak bij de Rocky Mountains. De etnische verscheidenheid in Calgary was vergelijkbaar met die van een concert van Joan Baez – of een concert van Moby, of van Taylor Swift, afhankelijk van hoe oud je bent. Onze Joodse afkomst en het feit dat ons gezin uit zeven personen met bruin haar en één persoon met rood haar bestond maakte ons meteen de meest exotische familie in de wijk – we werden alleen overtroefd door het Chinese gezin dat verderop in de straat woonde. Als kind had ik er een hekel aan dat mijn naam, Ophira, altijd opviel en niemand zelfs de moeite nam om hem goed uit te spreken. In plaats daarvan noemden ze me Ophelia. Zij was toch die ene in Hamlet die zelfmoord pleegde? Niks onbeantwoorde liefde! Ze heeft het waarschijnlijk gedaan omdat haar naam altijd verkeerd werd uitgesproken. Mijn basisschoolonderwijzers gingen de lijst met namen af, bestudeerden mijn bleke gezicht, lichte ogen en verdacht donkere haar, en vroegen dan of ik Ierse voorouders had. Of waren mijn vader en moeder soms hippies? Ik zei dan dat mijn ouders twee keer zo oud waren als
22
23
Eisenberg.indd 22-23
20-03-14 11:50
zij, uit Israël en Nederland kwamen, en dat Ophira een tradi-
was. Toen hij dit hoorde, is mij verteld, trok er een enorme grijns over zijn gezicht en heeft hij door de gangen van het ziekenhuis gemarcheerd en geroepen: ‘Hoorde je dat? Vijftig procent! Ze blijft leven! Vijftig procent! Ze gaat het redden!’ Ik geloof graag dat ik hem toen heb gehoord. Hij had gelukkig gelijk. Niet alleen ben ik blijven leven, ik
ben intact weer naar buiten gelopen, met als aandenken een litteken in de vorm van een enigszins scheefgezakte y. Het is een groot litteken dat over mijn hele torso loopt, van borstbeen tot heupbeen, en over mijn middenrif, van mijn navel naar mijn rechterzij, en het ziet er eigenlijk best stoer uit. Als we ons met gym moesten omkleden, voelde ik dat er meisjes naar mijn buik staarden. Ze hadden het volste recht nieuwsgierig te zijn – dat zou ik ook zijn geweest. Als opbloeiende jonge vrouwen waren we heel geïnteresseerd in elkaars lichaam. Sommigen van ons begonnen heupen te ontwikkelen, sommigen borsten, sommigen bizar lichaamshaar, terwijl anderen – te weten: ik – een beetje van alles hadden, én een enorm, rozig litteken. Toen de puberteit echt toesloeg werd ik me óók bewust van mezelf en ik maakte me zorgen dat jongens zouden flippen als ze het zagen (later zou blijken dat ik me beter zorgen had kunnen maken over degenen die er juist ‘op kickten’. Getver.). Na weer een ongemakkelijke verzorgingsles vol onderdrukt gelach en gênant heen-en-weergeschuif bij de details over de hormonale toekomst die ons te wachten stond, liep ik naar huis met mijn vriendinnen Tania en Megan, en werden er belangrijke zaken besproken – namelijk, wie van onze klasgenoten de grootste kans had om als stripper te eindigen (ter informatie: een meisje dat Becca Dickerson heette). Toen kwam plotseling het besef. Ik kon niet eens mijn leven verpesten en terugvallen op een baantje als topless serveerster of stripper, zoals andere meisjes. Door mijn litteken kwam ik niet eens in aanmerking. Het was zo oneerlijk! Welke bizarre hardcoreclub zou een meisje haar kleren laten uittrek-
24
25
tionele Hebreeuwse naam was; hij lag alleen minder goed in het gehoor dan populaire namen als Rachel of Sara. Hierop knikten ze en zetten een rood x’je achter mijn naam. Ik was een kind dat in de gaten gehouden diende te worden. Door me als bijzonder aan te merken werd de norm gesteld waaraan ik constant zou proberen te voldoen. Naast mijn ongebruikelijke naam, die meer klonk als een merk voor lenzenvloeistof dan als een naam voor een klein meisje, had ik nog iets wat me in vergelijking met leeftijdsgenootjes kenmerkte als ‘ongewoon’. Op mijn achtste heb ik een afschuwelijk auto-ongeluk overleefd, waaraan ik, behalve een getekend lichaam, ook het gevoel overhield dat de tijd drong. Misschien is dit ook wel waarom ik harder rende dan mijn vrienden om zo snel mogelijk vooruit te komen in het leven. Toen we na een dag zwemmen in het Joods wijkcentrum naar huis reden werden we geramd door een vent die door rood reed. Bewusteloos en in kritieke toestand moest ik meteen een spoedoperatie ondergaan wegens een doorboorde long en lever, een gescheurde milt, een hoofdwond, gebroken ribben, en nog een hele reeks gebroken botten. De artsen zeiden tegen mijn vader dat mijn kans op overleven 50 procent
Eisenberg.indd 24-25
20-03-14 11:50
ken om een groot operatielitteken te showen? Misschien
mijn broers en zussen het huis uit waren, bestond het gezin
een fetisjclub, maar zoiets bestond toch niet – dacht ik toen (mijn latere motto, ‘iedere kelderdeur waar geen bordje op zit openmaken’, zou me uiteindelijk wel naar zo’n club leiden). Mijn enige optie was ervoor te zorgen dat mijn boeltje op orde was. Als kind kwam het niet bij ons op dat iemand die we kenden iets ergs kon overkomen, laat staan op onze leeftijd. Dat het mij was overkomen hield in dat ik anders werd behandeld, en een gevolg daarvan was dat ik ook anders dácht. Na het ongeluk worstelde ik met het idee dat willekeurige handelingen alles overhoop konden gooien. Nare dingen gebeurden nu eenmaal. Het leven zou niet voor me zorgen, en ik moest mijn moeder gelijk geven dat het pure tijdsverspilling was om te wachten tot dingen uit zichzelf zouden gebeuren. Zin in een cupcake? Ga er dan een kopen. Hebben ze alleen nog limoensmaak? Raad eens wat je nieuwe lievelingscakeje is! Naarmate ik ouder werd vertaalde dit zich naar: als ik een baan wil, solliciteer! Een vriendje? Vraag hem mee uit! Ontmaagd worden? Zorg maar dat het gebeurt! Verliefd worden? Goed, dat was iets moeilijker, maar een baan, een vriendje en enige ervaring op seksueel gebied zouden me vast een voorsprong geven. Mijn vader overleed de zomer voor ik naar de bovenbouw ging en ons gezin viel uiteen. Mijn moeder, inmiddels bijna zestig, moest opeens aan het werk en de winkels runnen. Binnen een jaar deed ze dingen die ik haar nog nooit had zien doen: uit dansen gaan, daten, plezier maken. Toen ook al
voor het eerst uit slechts twee mensen: mijn moeder en ik. Al was het een periode van grote veranderingen, we genoten ook met volle teugen van de ruimte en vrijheid die deze met zich meebracht. Er waren plotseling te veel banken om op te liggen, te veel afstandsbedieningen, en het was te stil. In ruil voor het feit dat ik me niet bemoeide met haar uitgaansleven, versoepelde mijn moeder de regels en de tijd waarop ik thuis moest zijn. Dit kwam er eigenlijk op neer dat ik, zolang ik mijn verplichtingen nakwam, kon doen wat ik maar wilde zonder me echt bij iemand te hoeven verantwoorden. En reken maar dat ik er misbruik van heb gemaakt. Het is wel degelijk mogelijk om lsd te slikken én goede cijfers te halen. Gelukkig was Calgary een prettige, veilige plek – het leek wel of de muren er van zachte spons waren. Je moest je uiterste best doen om in de problemen te raken. Alleen al het feit dat ik werd beschouwd als een van de belangrijkste gangmakers in mijn vriendengroep gaf wel aan hoe ongevaarlijk het er was. Ik was degene met alle ideeën, en dan sleepte ik vrienden mee naar de ‘slechte’ buurten van de stad (te herkennen aan een overvolle afvalbak) en vroeg zwervers of ik wiet van ze kon kopen. We plamuurden ons gezicht met make-up en vertelden de uitsmijters niet alleen dat we achttien waren, maar ook dat de eigenaar van de nachtclub ons persoonlijk had uitgenodigd. Het gebeurde bijna nooit dat iemand aan ons twijfelde of dat we niet naar binnen mochten. Het was een talent dat ik mijn latere leven steeds verder zou ontwikkelen: ergens vol vertrouwen op af lopen, weten wat je wilt, en dat vervolgens ook gewoon zeggen. Ik heb ge-
26
27
Eisenberg.indd 26-27
20-03-14 11:50
merkt dat dit heel goed werkt bij mannen, maar niet bij de
gina’s met verleidelijke vrouwen die kwamen solliciteren
immigratiedienst of belastinginspecteurs. Ondanks mijn nachtelijke uitspattingen lukte het me nog steeds om naar school te gaan, redelijk te presteren, en te komen opdagen voor mijn diensten in de winkel. Ik vond het fijn om een baantje te hebben. Het leverde zakgeld op, waardoor ik het eerste rondje en de mixdrankjes van Bartles & Jaymes kon betalen. Mijn moeder bleef mijn takenpakket uitbreiden en het duurde niet lang voor ik ook bestellingen plaatste, of dit nou was voor voedingsmiddelen, gereedschap of tijdschriften. Er is nog nooit een tiener zo goed op de hoogte geweest van het nieuws, roddels over beroemdheden, modetrends en natuurlijk de seksuele fantasieën van mannen. Inderdaad, niet alleen sorteerde ik de tijdschriften en vulde ik ze aan bij binnenkomst; ik las ze ook allemaal – of bekeek op zijn minst de plaatjes. Wat er op de glanzende pagina’s van de mannenbladen verscheen die we in het bovenste schap van de tijdschriftenkast zetten – zoals de Bear, Playboy en Swank –, was vrij tam vergeleken met de huidige norm. Volgens mij is er de laatste tijd op Bravo meer harde porno voorbijgekomen. Maar als ik het me goed herinner was het materiaal niet eens zo heel denigrerend. Naomi Wolf wil me nu ongetwijfeld de nek omdraaien, want de vrouwen waren inderdaad niet meer dan objecten, maar zo zag ik het niet. Wat ik zag was een stel sletterig ogende vrouwen die niet zozeer werden uitgebuit als wel zelf de situatie uitbuitten om er hun voordeel mee te doen. Ik vond de verhalen die erin stonden het leukst: vijf pa-
naar een baan als secretaresse, of instructies kregen op de tennisbaan. Ze waren lachwekkend maar ook fascinerend. Iedereen zag er in het begin zo aardig en professioneel uit, in hun polyester bloesjes met strikjes erop of in nette witte tennisjurkjes, altijd in combinatie met Lucite-stilettohakken (doorzichtig past immers overal bij), maar na één kader waren alle kleren al uit. Een goede verhalenverteller gaat meteen over tot actie. Tegen het vierde kader hadden ze niet alleen de baan of een betere swing, maar zagen ze er ook uit alsof ze het ondertussen ontzettend naar hun zin hadden. Toegegeven, mijn kijk was misschien enigszins verwrongen, maar de vaart die in deze scènes zat sprak me meer aan dan het passievere ideaalbeeld van een verlegen meisje dat langs de zijlijn wegkwijnt en ondanks haar slechte scores bij Cosmo-quizzen blijft hopen dat iemand haar ten dans zal vragen. Ik kon het me niet veroorloven om hoopvol te gaan zitten wachten tot dat mythische juiste moment zich zou voordoen of de juiste persoon zou verschijnen, als een soort zeldzame orchidee die wacht op de juiste hoeveelheid licht en water voordat ze tot bloei komt en gaat groeien. Ik zou als onkruid moeten zijn, en wel nú gedijen. Brad Moore had het al begrepen. Ik wilde ook overal van proeven en mensen zoenen, ‘met iemand gaan’ en uiteindelijk de koffer in duiken met wie het ook was die ik begeerde, misschien wel met iederéén die ik begeerde. Wat maakte het uit of ik fouten maakte? Ik zou er heus wel weer bovenop komen, met of zonder kartonnen cupido om me de weg te wijzen.
28
29
Eisenberg.indd 28-29
20-03-14 11:50