HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
1
In de rats 6 Formeel/informeel 11 Aanspreking, slotgroet en onderwerp 16 Even oefenen 24 Eerste hulp bij … spelling 27 Een e-mail naar je leraar 31
WIE IS HET? 34
SOCIALE MEDIA 37 Altijd bereikbaar! 40 Yo bro;-)) alles goe? 44 Spreek je bericht na de biep in 47 Alles onthouden? 50 Een telefoongesprek 52
2
HOE TELEFONEER JE?
EEN LOGO ONTWERPEN 55 HET WEB 57
HOE SCHRIJF JE EEN VERSLAG?
3
Van pap tot papier 64 De smaak van kaas 69 Verslagen in de sport 76 Een verslag van een (bedrijfs)bezoek 82
VAN BEGIN TOT EIND 85 HUISWERK? HEB IK DAAR EEN APP VOOR? 88 Even opfrissen 96 Tekststructuren 101 Zeer goed lezen 110 Onverwachte ontmoeting 114 Error 117 Een schema 121
4
HOE MAAK JE EEN SCHEMA?
FOTOVERHAAL 123 PRIVACY 126
2
HOE GEEF JE EEN PRESENTATIE?
5
Iedereen presentator 132 Wie zoekt, die vindt! 135 Kies en schematiseer 139 Presentabel 143 Goed gezegd 147 Een presentatie voor de klas geven 149
GRAPHIC NOVELS 154 MEDIACIJFERS 167 Werken als thuishulp 176 Eelaba, sava? 182 Interview in beeld 186 Een mini-interview 190 Een interview 193
6
HOE INTERVIEW JE IEMAND?
EMOJI’S 197 OP ZOEK OP HET INTERNET 199
HOE VOER JE EEN GOEDE DISCUSSIE?
7
Een kant kiezen 204 Goed argument! 206 Ik vind wat ik vind 214 Laat je horen 217 Een discussie voeren 219
WAT IS HIER GEBEURD? 222 VADEMECUM 225
INHOUD
3
TAALBLOK 1
Hoe schrijf je een e-mail naar je leraar? Elke dag schrijven mensen e-mails. Ook jij. Vele daarvan stuur je naar je vrienden. Maar soms moet je naar iemand mailen die je niet zo goed kent. Dan moet je ernstig overkomen. Je e-mail moet duidelijk zijn, en mag geen fouten bevatten. Aan de hand van korte opdrachten, waarbij je soms zelf op ontdekkingstocht gaat, wordt je aandacht op enkele belangrijke zaken gevestigd. Op het einde van dit taalblok ben je in staat om een degelijke e-mail naar je leraar te sturen.
FORMEEL/INFORMEEL
• Welke taal gebruik je in een zakelijke e-mail? • Wat is het verschil tussen formele en informele taal?
1
2
IN DE RATS
Hoe leef je je in een verhalende tekst in?
3
AANSPREKING, SLOTGROET EN ONDERWERP
EVEN OEFENEN
Waarmee houd je bij het schrijven van een e-mail rekening?
4 5
EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR Je schrijft een formele e-mail naar je leraar.
6
Hoe schrijf je een goede aanspreking en slotgroet in een zakelijke e-mail?
EERSTE HULP BIJ … SPELLING • Hoe maak je zo weinig mogelijk spelfouten? • Hoe vervoeg je de werkwoorden in de onvoltooid tegenwoordige tijd?
EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR SCHRIJVEN
In de rats
1
VERHALENDE TEKST, LEZEN
Je kunt van een verhalende tekst genieten. Je kunt je in een situatie inleven.
A Lees de tekst. 1
5
10
15
20
25
30
6
Fay trok een gezicht als een rijpe zweer die op uitbarsten stond. Haar weekend begon fantastisch. Het stond er inderdaad en het keek haar beschuldigend aan. Zwart op wit. In haar agenda. Ze had het dus wel degelijk genoteerd. Taak Nederlands indienen! Dylan had dit tijdens de pauze opgehaald. Maar … door die straf die Fay nog aan Titse van het secretariaat had moeten bezorgen, had ze dit gemist. Ze kreeg het gevoel alsof ze op het punt stond te bevallen van een veel te grote baby. Voor elke andere schoolvos zou ze niet gepanikeerd hebben. Die van bio of mavo draaide ze zo rond haar vinger. Haar pink zelfs. Maar Flippo van Nederlands was niet bepaald iemand die je makkelijk blaasjes kon wijsmaken. Haar bijnaam was niet voor niets Flippo: iemand die constant flipt. Een excuustruus had ze Emma gisteren genoemd omdat ze haar zakelijke tekst bij haar vader had laten liggen, terwijl ze deze week bij haar moeder woonde. Een beetje meer begrip voor de scheve gezinssituatie van Emma had best gemogen, vond Fay. De echtscheiding van haar ouders was niet bepaald plezant. Ook Finn, haar soulmate, had ze de grond ingeboord. ‘Als ik voor elke kapotte printer één euro zou krijgen’, had ze geschreeuwd, ‘zou ik met een chiquere wagen rijden dan de minister!’ Tja. Finn had inderdaad niet meteen de meest creatieve uitvlucht gezocht. ‘Heb jij geen vrienden dan?’ was ze stampvoetend verdergegaan terwijl het speeksel uit haar bakkes spatte. ‘Was er niemand die het voor jou wilde printen? Kon je niemand verwittigen? Er is … euh …’ Ze richtte haar blik naar het plafond en deed alsof ze diep nadacht. ‘… telefoon,’ begon ze op haar vingers op te sommen, ‘… gsm, e-mail, Smartschool, Facebook en weet ik veel wat voor kanalen er nog zijn om dergelijke dingen door te stralen!’
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
35
40
45
50
55
60
65
70
Finn had haar uitval met een sip gezicht ondergaan. Natuurlijk was zijn printer niet kapot. Dat wist iedereen. ‘En dan had je het nog kunnen schrijven! Aan gedacht? Met de hand! Om misschien – eventueel – mogelijk toch maar minstens wat goede wil te tonen? Om een deadline te respecteren!’ Fay, die bij Nederlands helemaal vooraan zat, had ’s avonds geen douche meer hoeven nemen. Minutenlang had ze het gespat van Flippo ondergaan. Misschien moest ze de volgende les een dweil leggen? ‘Ook een goeiemorgen’, siste Liam toen ze aan de ontbijttafel verscheen. ‘Je bakkes sleept nog net niet over de grond. En dat voor een zaterdag!’ Ze gooide haar broer een staalharde blik toe. Als een aardappelzak liet ze zich op haar stoel vallen. ‘Wat heb jij?’ vroeg haar moeder terwijl ze haar dochter een kop koffie inschonk. Haar vader hield zich zoals elke morgen veilig achter de krant verborgen. Fay haalde haar schouders op. ‘Je duckface staat je wel, moet ik zeggen …’ deed Liam er nog een schepje bovenop. Hij haalde zijn smartphone boven en deed alsof hij een foto wilde nemen. ‘Als profielfoto kan dit tellen!’ Fay haalde uit en probeerde het mobieltje uit zijn handen te slaan. Daarbij stootte ze haar kop hete koffie om. Het bruine goedje gutste over de tafel en op haar benen. ‘AUW … KAFFER, VERDOMME!’ Haar vader liet zijn krant zakken. Zijn gezicht stond op onweer. ‘HOE OUD BEN JIJ AL?’ probeerde haar moeder boven het gebrul van haar dochter uit te stijgen. Met duidelijke tegenzin stond ze op en stapte ze naar het aanrecht om de vaatdoek te halen. Fays ogen schoten vol tranen. ‘Wedden dat ze alweer slechte punten heeft?’ ging Liam gretig verder. ‘STORT IN JE GRAF, VETKLEP!’ Ze gooide nijdig haar stoel naar achteren en stoof de keuken uit. De harde knal van haar kamerdeur galmde als een kanonschot door het hele huis. Steek jezelf in de fik, dacht ze. Haar hart ging tekeer als een op hol geslagen sloophamer. Ondanks het hele gedoe, waren haar gedachten steeds weer opnieuw bij die taak van Nederlands blijven steken. Hoe kon ze zich hieruit redden? Er stonden nogal wat punten op dat stomme werk. Moest ze maandagmorgen met hangende pootjes naar het lerarenlokaal? Moest ze smeken om haar taak toch nog te mogen indienen? Een rilling liep over haar rug. Ze zag het schouwspel zo voor zich. Plotseling trok een ongeduldige bieptoon haar uit haar dagdroom. Nieuwsgierig bekeek ze het scherm van haar laptop. In de rechterbenedenhoek was een chatvenster geopend.
Kjen: Wazzup??
Meteen voelde ze zich wat vrolijker. Kjen had een oogje op haar. Zij niet, maar ze vond de aandacht die ze kreeg wel hip.
IN DE RATS
7
75
80
85
Fay: Kjen: Fay: Kjen: Fay: Kjen: Fay: Kjen:
grrr Oooooops … verkeerde been? Bkverslg vergtn U R SO DEAD - Aaahhhhhhhhhhhhhhhh Hoe raak ik hier uit? :-\ Mailtje Heuu ???? mail met bijlage én smoes, GOEIE smoes (!!!)
Een mail sturen? Naar een leraar? Zoiets had ze nog nooit gedaan. Dit was toch iets helemaal anders dan naar haar vrienden. Fay zuchtte als een vermoeide koe.
Fay:
Ken jij n goei smoes?
Het duurde een tijdje voor ze antwoord kreeg.
90
95
Kjen: Bv ik dacht dat het tegen volgende week was? Fay: :p Kjen: Mijn schoen was lek? Fay: LOL Kjen: heel hard gaan janken en wegrennen en na 5 minuten weer terug komen en als ze het weer vraagt weer jankend weglopen en dan durft ze het niet meer te vragen Fay: Helpt toch niet. Kjen: bij mij wel! :p Fay: OMG
100
Misschien was een mailtje met wat uitleg wel een poging waard. Als ze nu eens heel goed nadacht, kon ze misschien wel een smoes bedenken. Of zelfs eerlijk zijn en verontschuldigingen aanbieden? Een tweede kans vragen?
105
Kjen: “Hallo Flippo” Fay: Kjen: ik zend je deze mail om te zeggen daat ik mijn boekverslag nit heb ingediend.mijn pa gebruikte het als wcpapier.je wilde echt niet dat ik dit indiende.
110
Fay vroeg zich af of Kjen al die fouten opzettelijk schreef. Zo stom was hij toch niet? Of misschien wel, maar ze vond hem wel grappig. In een mail naar een lerares Nederlands kon ze zich in geen geval spelfouten veroorloven. En al helemaal niet naar Flippo. Misschien maakte ze inderdaad nog een kans …
Naar: Kristof Desmet
8
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
B Mogelijk maakte je ook al een soortgelijke situatie mee. 1 Hoe heb je dat opgelost?
2 Hoe kun je dergelijke situaties vermijden?
3 Wat zou Fay doen?
4 Hoe loopt dit uiteindelijk af?
5 Waarom staan enkele zinnen in hoofdletters?
C Is dit een verzonnen verhaal, of is het echt gebeurd? verzonnen echt gebeurd
Besluit Wat je in een jeugdboek leest, is meestal verzonnen. Dat noem je fictie. Teksten die je bijvoorbeeld terugvindt in kranten, tijdschriften … zijn niet verzonnen. Dan spreek je over non-fictie.
D Welke uitleg past bij de beeldtaal? 1 Zijn gezicht stond op onweer. Zijn gezicht droop van het zweet. Hij keek heel erg kwaad. Hij keek verdrietig. 2 Die van bio of mavo draaide ze zo rond haar vinger. Ze legde een verband om hun vinger. Ze telde op haar vingers. Ze kon de leraars laten doen wat ze wilde.
IN DE RATS
9
3 Iemand de grond in boren iemand afkraken een gat in de grond boren iemand vals beschuldigen 4 Met hangende pootjes agressief nederig bang 5 Iemand blaasjes wijsmaken leugens vertellen blaasjes in je mond hebben iemand geld aftroggelen
E Zet de uitleg bij de beeldtaal. 1 Fay trok een gezicht als een rijpe zweer die op uitbarsten stond.
2 Ze kreeg het gevoel alsof ze op het punt stond te bevallen van een veel te grote baby.
3 Het kan tellen.
4 Je bakkes sleept over de grond.
5 Haar hart ging tekeer als een op hol geslagen sloophamer.
6 Als een aardappelzak liet ze zich op haar stoel vallen.
7 Fay zuchtte als een vermoeide koe.
Kies uit: 1 vermoeid
5 heel snel
2 lomp
6 boos, verveeld gezicht
3 Ze ziet het niet meer zitten.
7 rood gezicht
4 Het is belangrijk.
10
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
2
Formeel/informeel LEZEN, SCHRIJVEN
Je kent het verschil tussen formele en informele taal. Je weet wanneer je formele taal moet gebruiken.
A Lees de teksten. Sint-Niklaas, 2 november 2017
Geachte Heer Verbergh OMG! Vals beschuldigd
U betrapte mij op praten tijdens de toets wiskunde. U gelooft me misschien niet, maar ik heb echt niet gespiekt. Graag wil ik u uitleggen wat er echt is gebeurd.
van spieken! KLOOTZAK wou niet eens luisteren!!!!!!!!!!!!! Ik pineut. GRRRRR
Tijdens de middagpauze kwam Fenne naar me toe …
1 Waarover gaan beide teksten?
2 Voor wie zijn ze bestemd?
3 Waarin verschillen de teksten?
4 Waarom?
FORMEEL/INFORMEEL
11
Besluit Als je een tekst schrijft, moet je rekening houden met de persoon aan wie je schrijft. Formele taal gebruik je tegenover vreemden, ouderen, meerderen … Je gebruikt geen emoji’s, afkortingen enz. Informele taal gebruik je tegenover vrienden, leeftijdgenoten die je goed kent, familie enz.
B Bekijk het taalgebruik tijdens het chatgesprek in de verhalende tekst op p. 6-8.
1 Wat valt op?
2 Kan dat? 3 Veronderstel dat je met je leraar chat. Zou dit dan ook kunnen? Veronderstellen betekent in deze zin: uitgaan van als waar aannemen
Ik mag toch veronderstellen dat jullie voldoende gestudeerd hebben? Veronderstellen betekent in deze zin: uitgaan van als waar aannemen
C Vul aan. 1 Fay gebruikt tegen Kjen een taal. 2 Ze vindt dat ze haar taal moet aanpassen als ze naar een leraar mailt. taal moeten overschakelen . Ze zou naar een
Overschakelen betekent in deze zin: op iets anders overgaan in een andere versnelling brengen
Op de snelweg kun je naar zesde overschakelen. Dan kun je wat harder rijden. Overschakelen betekent in deze zin: op iets anders overgaan in een andere versnelling brengen
12
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
D Geef bij elke zin aan of de taal formeel of informeel is. Zet een kruisje in de passende kolom. Formeel
Informeel
1 Ik bezorg u graag de gegevens over het schadegeval waarvan sprake in uw e-mail van 31 augustus.
2 Laat je even wat van je horen? xxx
3 Groetjes xx
4 Hierbij wil ik mijn lidmaatschap van de vereniging opzeggen .
Opzeggen betekent in deze zin: beëindigen voordragen
Na het dessert zal onze vierjarige een plezant versje opzeggen. Opzeggen betekent in deze zin: beëindigen voordragen
E Geef van elke situatie aan of je formele of informele taal zou gebruiken. Leg je antwoord uit. Situatie 1 Je stuurt een e-mail naar het bestuur van je zwemclub om te vragen de openingsuren van de cafetaria aan te passen.
In deze tekst gebruik ik: formele taal informele taal
Situatie 2 Je stuurt je vrienden een WhatsApp met de vraag of ze vrijdag naar die fuif gaan.
In deze tekst gebruik ik: formele taal informele taal
Situatie 3 Je schrijft een verslag over een bedrijfsbezoek voor het schoolkrantje.
In deze tekst gebruik ik: formele taal informele taal
FORMEEL/INFORMEEL
13
F Bekijk de filmpjes. Beantwoord de vragen.
Welke taal gebruikt meneer Van Dijk? Formele of informele taal?
Welke taal gebruikt de commentator? Formele of informele taal?
Past deze taal in de situaties?
Past deze taal in de situaties?
Waarom (niet)?
Waarom (niet)?
Welke taal gebruiken de verslaggever en de mensen die geĂŻnterviewd worden? Formele of informele taal?
Welke taal gebruikt deze reclamespot? Formele of informele taal?
Past deze taal in de situaties?
Past deze taal in de situaties?
Waarom (niet)?
Waarom (niet)?
14
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
G Vul de tekstballonnetjes met minimaal twee zinnen aan. Pas je taal aan de situatie aan. Minimaal betekent in deze zin: minstens zo klein mogelijk
Met deze minimale inspanning zul je niet slagen! Minimaal betekent in deze zin: minstens zo klein mogelijk
In deze situatie gebruik je formele taal. informele taal.
In deze situatie gebruik je formele taal. informele taal.
In deze situatie gebruik je formele taal. informele taal.
In deze situatie gebruik je formele taal. informele taal. FORMEEL/INFORMEEL
15
Aanspreking, slotgroet en onderwerp
3
LEZEN, SCHRIJVEN
Je kunt een goede aanhef en slotgroet voor een zakelijke e-mail formuleren. Je ziet het belang van de onderwerpregel in een e-mail in. Je kunt een duidelijk onderwerp voor een e-mail formuleren. Je kunt de hoofdgedachte in een alinea aanduiden.
A Lees dit forum.
FORUM
Berichten: 18789 Woonplaats: Laken
Berichten: 5897 Woonplaats: Brugge
Berichten: 14789 Woonplaats: Gent
16
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
FORUM
Berichten: 128745 Woonplaats: Geel
Berichten: 125874 Woonplaats: Hasselt
Berichten: 12587 Woonplaats: Beer
B Beantwoord de vragen. 1 De meningen zijn wat verdeeld. Wat lijkt jou het beste? Markeer de goede ideeën met groen en de minder goede met rood.
Besluit Gebruik een zakelijke aanspreking zoals ‘Geachte heer Claes’ of ‘Beste mevrouw De Boeck’ in een formele e-mail. Voor een formele slotgroet is Met vriendelijke groet(en) gebruikelijk. Ook Hoogachtend kan, maar is wel heel formeel en daardoor een beetje afstandelijk . In informele e-mailtjes heb je natuurlijk meer keuze: Groeten of Groet. Gebruik geen afkortingen zoals ‘mvg’ (met vriendelijke groet(en)) of emoticons/emoji’s.
AANSPREKING, SLOTGROET EN ONDERWERP
17
Afstandelijk betekent in deze zin: zich niet persoonlijk bij iets betrokken voelen een afstand bewaren, geen contact meer zoeken
Sinds we het uitmaakten, gedraagt Flores zich wat afstandelijk. Afstandelijk betekent in deze zin: zich niet persoonlijk bij iets betrokken voelen een afstand bewaren, geen contact meer zoeken
2
Welke aanspreking kan Fay in de e-mail naar haar lerares gebruiken? Hallo mevrouw Geachte mevrouw Deneut Beste mevrouw Dag Johanna
3
Als slot kiest ze het best: Hoogachtend Met vriendelijke groet Groeten mvg Groetjes Liefs Lieve groetjes Kus xxx
C Bekijk de buitenkant van de tekst bij oefening F.
1 2 3 4 5
Lees de titel en de tussentitels. Bekijk de afbeelding. Zet de inleiding in een kader. Markeer het slot. Hoeveel tekstdelen bevat het midden?
D Voorspel het onderwerp van de tekst.
E Wat is het tekstdoel?
Deze tekst wil: je over iets informeren. je van iets overtuigen. je ontspannen. gevoelens opwekken.
18
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
Besluit Voor je een tekst leest, bekijk je hem aandachtig. De titel, de tussentitels en de afbeeldingen geven je een idee van de inhoud van de tekst. Vraag jezelf af wat de bedoeling van de schrijver is.
F Lees de tekst.
SAMENLEVING
Gedaan met afleiding We horen vaak over mensen die een ‘digitale pauze’ nemen. Ze willen nog maar één uur per dag e-mails lezen. Voor de rest sluiten ze hun computer af. Wat is het resultaat? Auteur en onderzoeker Matthew Crawford weet er meer over. Volgens hem willen deze mensen geen afleiding meer. En dat vindt hij zeer goed.
Concentreren Volgens Crawford leren mensen langzaam af waarin ze zo lang goed waren: zich lang op één ding concentreren. We kunnen steeds minder goed werken aan grotere doelen en projecten die lang duren.
Want telkens willen we een e-mail lezen, vertellen we wat we aan het doen zijn, kijken we of er nog iets belangrijks in de wereld gebeurt. We verliezen Onze aandacht gaat volgens Crawford te veel naar de prikkels om ons heen. Hij vindt dat we te veel verliezen. We denken dat we twee dingen tegelijk kunnen: én e-mails lezen én ondertussen met ons kind praten. Maar eigenlijk lukt dat niet. We wisselen dan heel snel tussen die twee activiteiten. En onze hersenen vinden het moeilijk om zich te concentreren. Nieuwe ideeën Onze hersenen hebben tijd nodig om nieuwe ideeën te krijgen. We willen altijd mails lezen. Tussendoor volgen we het nieuws online. Dikwijls spelen we nog een spelletje … Tja, dan hebben onze hersenen geen ruimte meer om echt te denken. Onderzoek zal uitwijzen of Crawford gelijk heeft. Herken jij dit?
Naar: Wablieft
AANSPREKING, SLOTGROET EN ONDERWERP
19
G Beantwoord de vragen. 1 Wat bedoelen mensen met een ‘digitale pauze’? 2 Wat leren mensen langzaam aan af? 3 Waar gaat onze aandacht vooral naartoe? 4 Herken jij dat?
H Markeer de hoofdgedachte in elke alinea.
Besluit Elke alinea heeft een hoofdgedachte. De tussentitel verwijst naar de hoofdgedachte. In veel gevallen is de hoofdgedachte de eerste of de laatste zin van het tekstdeel.
I Markeer de hoofdgedachte in de onderstaande teksten. Onschuldige smartphones? Smartphones houden tieners uit hun slaap. Dat blijkt uit onderzoek in 98 scholen. Veel tieners slapen zeker twee keer per week slecht door hun telefoon. Ze zijn er tot heel laat op de avond mee bezig. Ze houden zichzelf en vrienden wakker door berichtjes te blijven sturen. Bij de tieners zijn meisjes het meest aan hun smartphone verslaafd. Zeker 25 procent heeft al slaapproblemen. Bij jongens is dat 20 procent. Smartphones zijn dus schadelijker dan je denkt.
Het Amerikaanse sociale netwerk Facebook maakt nog meer winst dan voordien. De eerste drie maanden van dit jaar ging het om bijna 900 miljoen euro winst. Dat is dubbel zoveel als een jaar eerder. Steeds meer geld van Facebook komt uit reclame op het netwerk. Dat werkt omdat steeds meer mensen Facebook gebruiken. Nu gebruiken al meer dan 1,6 miljard mensen in de wereld zeker één keer per maand het netwerk. Bijna een miljard gebruikers gebruikt Facebook elke dag.
20
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
De politie, het gerecht en veel ouders zijn blij. Jongeren plegen steeds minder misdrijven. Rechtbanken begonnen vorig jaar 57 000 dossiers tegen jongeren. Vijf jaar geleden waren dat er 25 000 meer. De uitleg is opvallend. Smartphones en een netwerk als Facebook zouden een grote rol spelen. Die houden jongeren ‘s avonds meer binnen. Zo doen ze geen domme dingen op straat. Toch werden jongeren volgens kenners niet braver. In die periode werden ze enkel luier. Jongeren plegen steeds minder misdrijven.
Zijn mensen gelukkig als ze de website Facebook niet gebruiken? Onderzoekers uit Denemarken zeggen van wel. Ze vroegen mensen om minstens een week niet op Facebook te komen. In het begin was dat moeilijk. Maar na een week bleken die mensen gelukkiger. Gebruik je Facebook niet of weinig? Dan kun je je beter concentreren. Je praat ook meer met mensen rondom jou. De onderzoekers willen mensen leren dat er meer is dan Facebook.
J Bekijk deze mailbox. Markeer de onderwerpen die duidelijk weergeven waarover de e-mail gaat.
Booking.com
Last-minute aanbiedingen vanaf € 48 in en rond Parijs
Chenzy Vantomme
Fuifjeeeeeee
Le Club Accor Hotels
Belangrijk!
Walter Donkers
Extra repetitie dinsdag 24/10 bij mij
Atheneum Boorshoven
Uitnodiging oudercontact oktober
Chiro Oskaarke
Groot nieuws
De Zandloper
Jij komt toch ook?
soChicken
Heb je last van uitstelgedrag? (Wij hebben tips.)
Blauwe Parel
Hoe zal het eruitzien? Kom in onze glazen bol kijken…
Scouts Middelpunt
Bezoek aan de VRT – Inschrijving
JouwWeb
Maak zelf een professionele website
Besluit De onderwerpregel maakt meteen duidelijk waarover de e-mail gaat.
AANSPREKING, SLOTGROET EN ONDERWERP
21
K Lees de onderstaande e-mails. 1 Noteer een duidelijk onderwerp.
A
Onderwerp:
Hallo Vrijdag aanstaande word ik 16 jaar. Dat wil ik graag vieren. Ik nodig jou graag voor een knalfuif op onze zolder uit. Je bent welkom vanaf 20 uur. Mijn zus bakt wat croque-monsieurs en ik zorg voor sloten drank. Laat je zo snel mogelijk weten of je komt? Groetjes x Rania
Aanstaande betekent in deze zin: eerstkomend degene met wie men van plan is te trouwen, verloofde.
Mama, papa, mag ik je mijn aanstaande voorstellen? Dit is Nina. Aanstaande betekent in deze zin: eerstkomend degene met wie men van plan is te trouwen, verloofde
A
Onderwerp:
Beste leerling Op donderdag 1 oktober organiseren wij voor de leerlingen van 3 bso een studie-uitstapje naar de Mechelse industriezone. We brengen er een bezoek aan enkele bedrijven waar we kennismaken met processen die dicht bij de lessen van dit schooljaar aansluiten. Voor deze uitstap maken we gebruik van onze fiets. We verwachten iedereen op het gewone uur op school met fiets. Voor de veiligheid is iedereen verplicht een fietshelm en fluohesje te dragen. Hopelijk wordt dit een boeiende en leerrijke ervaring. Met vriendelijke groet De begeleidende leerkrachten
22
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
Proces betekent in deze zin: verloop van een geleidelijke verandering rechtszaak
Op de processen van die misdadigers kwamen heel veel getuigen opdagen. Proces betekent in deze zin: verloop van een geleidelijke verandering rechtszaak
A
Onderwerp:
Geachte heer Mijn ouders kunnen niet naar het oudercontact komen omdat ze die avond moeten werken. Is het mogelijk om na de vakantie een afspraak te maken? In de eerste week kunnen ze zich elke dag na 16 u. vrijmaken. Alvast bedankt. Vriendelijke groet Kenny Belis 3HO
A
Onderwerp:
Help je ook een handje mee? Voor het goede doel wassen we vrijdag aanstaande auto’s op de lerarenparking. Vele handen maken het werk licht. Vraag ook jouw leraar of hij/zij ons wil sponsoren! Laat je iets weten? Groetjes De leerlingenraad
2 Wat kiest Fay in haar e-mail naar haar lerares het best als onderwerp?
AANSPREKING, SLOTGROET EN ONDERWERP
23
Even oefenen
4
SCHRIJVEN
Je kunt een formele e-mail schrijven.
VOOR OriĂŤnteren Fay besluit de e-mail naar haar lerares op te stellen.
Voorbereiden 1 Lees de volgende e-mail. beste mevrouw claes het is hier met fay van 3B.ik heb mijn huiswerk nederlands niet ingediend. kenny moest dit ophalen en tijdens de speeltijd in jou vakje stoppen .omdat ik nog Naar het secretariaat moest heb ik dit gemist. Daardoor ben ik ook vergeten indienen. Ik wil me daarvoor verontschuldigen. Mag dit een ietsiepietsie later? is het goed als ik dit maandag indien? ik heb er BEIREVEEL aan gewerkt :-) groetjes fay x
2 Is dit een goede e-mail? Wat loopt er zoal verkeerd?
24
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
Besluit In een formele e-mail houd je met de volgende zaken rekening: Inhoud 1 Gebruik alinea’s: minstens een inleiding, midden en een slot. 2 Bouw goede, korte zinnen (met een onderwerp en een persoonsvorm). 3 Vermijd emoji’s/emoticons of x’jes. 4 Noteer je volledige naam en je klas onder je e-mail.
Vorm 1 Schrijf hoofdletters waar dat moet (begin van een zin, namen, talen). 2 Schrijf geen hoofdletters na elkaar (duidt op schreeuwen). 3 Gebruik een nieuwe regel na de aanspreking. 4 Zet leestekens tussen de zinnen. 5 Gebruik niet meer dan één spatie tussen de woorden. 6 Zet een spatie na een leesteken, niet ervoor. 7 Gebruik de beleefdheidsvorm ‘u’ en ‘uw’ in plaats van ‘je’ en ‘jouw’.
TIJDENS Uitvoeren
3 Schrijf de e-mail van Fay opnieuw.
Aanspreking Inleiding
Midden
Schrijf waarom je een e-mail stuurt:
Alinea 1
Leg uit wat er verkeerd liep:
Alinea 2
Stel een oplossing voor:
Slotgroet Naam en klas EVEN OEFENEN
25
NA Reflecteren Vink aan wat oké is.
Evaluatie Vorm
Inhoud
1 Gebruik alinea’s: minstens een
2 Bouw goede, korte zinnen
3 Vermijd emoji’s/emoticons of
4 Noteer je volledige naam en je
inleiding, midden en een slot.
1 Schrijf hoofdletters waar dat moet
2 Schrijf geen hoofdletters na
3 Begin op een een nieuwe regel na
4 Zet leestekens tussen de zinnen.
5 Zet niet meer dan één spatie
6 Zet een spatie na een leesteken,
7 Gebruik de beleefdheidsvorm ‘u’
(begin van een zin, namen, talen).
(met een onderwerp en een persoonsvorm).
elkaar (duidt op schreeuwen).
x’jes.
de aanspreking.
klas onder je e-mail.
tussen de woorden.
niet ervoor.
en ‘uw’ in plaats van ‘je’ en ‘jouw’.
26
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
Eerste hulp bij … spelling
5
ICT, TAALGEBRUIK/TAALSYSTEEM
Je kunt een spellingchecker gebruiken. Je kunt woordenlijst.org (het Groene Boekje online) gebruiken.
A Lees de tekst die Fay met MS Word heeft opgesteld.
1 Wat betekenen die rode kronkellijntjes?
2 De computer duidt ‘vandag’ en ‘uinodiging’ als fout aan. Hoe schrijf je die woorden correct?
3 Wat gebeurt er wanneer je met je rechtermuisknop op de rode kronkellijntjes klikt?
EERSTE HULP BIJ … SPELLING
27
B Lees de tekst.
1 Welke fouten staan er in de tekst?
2 Waarom worden die fouten niet aangeduid?
Besluit Gebruik altijd de spellingcontrole als je met de computer werkt. Zo haal je tikfouten en andere spellingfouten uit je tekst. Lees wel zelf je tekst nog eens grondig door. De computer duidt sommige fouten niet aan.
28
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
C Vul de juiste vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in. Zin 1 Ik (werk)
Persoonsvorm elke dag een uur voor school.
2 Later (worden) 3 Jij (bezoeken)
ik schrijnwerker! morgen de hoofdstad, toch?
4 Volgende week (vergoeden) 5 (Melden)
jij die schade, oké?
je dit straks aan de directeur?
6 Waarom (antwoorden) 7 Hij (vangen) 8 Zij (bereiden)
je vriend zo onbeleefd?
de bal met één hand. altijd lekker eten.
9 Mijn buurman (zwemmen)
elke maandag 500 meter.
10 De leerlingen van onze klas (verzamelen) doel. 11 Waarom (vertragen) 12 Ik (aanvaarden)
jij nu? het niet dat jij zo onbeleefd bent.
13 De chauffeur (laden) 14 Jij (vinden)
geld voor een goed
alles in zijn vrachtwagen.
dit nog altijd een goed idee?
15 De leraar (straffen)
altijd de leerlingen die te laat komen.
D Bekijk deze schermafbeelding.
EERSTE HULP BIJ … SPELLING
29
1 Noteer de website.
2 Iemand tikte het woord ‘onmiddellijk’ in. Wat gebeurt er?
3 Wat is het nut van deze website?
4 Wat gebeurt er wanneer je werkwoorden intypt?
Besluit Op http://woordenlijst.org krijg je heel wat uitleg bij de spelling van woorden en werkwoorden.
E Wat is de juiste spelling? Gebruik woordenlijst.org of de spellingchecker in je tekstverwerkingsprogramma. 1 acteren akteren
2 sexualiteit seksualiteit
3 melodieën melodiën
4 elektriciteit electriciteit
5 solicitatie sollicitatie
6 moskeeën moskees
7 machine machiene
8 marsepijn marsepein
9 piama pyjama
30
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
Een e-mail naar je leraar
6
SCHRIJVEN
Je kunt een formele e-mail naar je leraar schrijven.
VOOR Oriënteren 1 Kies een situatie. Situatie 1
Situatie 2
Situatie 3
Je wilt met je klas, over de middag, een voetbaltornooi organiseren. Eigenlijk is er al een baskettornooi, maar je wilt graag eens wat anders. Er is minstens één leraar nodig om toezicht te houden.
Je bent een week afwezig geweest. Maandag keer je terug. Je weet niet wat er tijdens je afwezigheid werd geleerd. Er is een toets. Wanneer mag je die inhalen?
Je moest van je leraar Nederlandse kranten meebrengen. Nu blijkt dat je moeder precies vandaag alle oude kranten wegdeed. Het is al laat op de avond en je kunt geen kranten meer bemachtigen. Je hebt wel nog een groot aantal oude tijdschriften liggen. Misschien mag je die meebrengen?
2 Wat is het e-mailadres waarnaar je je mail moet sturen?
EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR
31
Voorbereiden Vul het schrijfkader in. Wat is het onderwerp van je e-mail?
Wat wordt je aanspreking?
INLEIDING: waarom schrijf je de e-mail?
MIDDEN
Alinea 1: geef uitleg (bv. wat er fout liep).
Alinea 2: stel een oplossing voor en bedank alvast.
SLOT
Slotzin?
Groet?
32
TAALBLOK 1 – HOE SCHRIJF JE EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR?
TIJDENS Uitvoeren 1 Typ de zinnen in een e-mailprogramma. 2 Controleer je e-mail met de checklist.
Evaluatie 1 Ik heb een duidelijk onderwerp.
2 Ik gebruik een correcte aanspreking, zonder komma erna.
3 Er staan overal hoofdletters waar dat moet (begin van een zin, namen, talen).
4 Er staan leestekens tussen de zinnen.
5 Na een leesteken gebruik ik overal een spatie (niet ervoor).
6 Ik controleerde mijn werkwoorden op fouten.
7 Er is een duidelijke alinea-indeling, met witregels.
8 Ik gebruik geen emoji’s/emoticons.
9 Ik las mijn zinnen (hardop) opnieuw.
10 Ik gebruik de beleefdheidsvorm (‘u’ voor een persoon, ‘uw’ voor een bezit).
11 Ik gebruik een correcte slotgroet.
12 Ik zette mijn naam en klas onder aan de e-mail.
NA Reflecteren Heb je de spellingcontrole gebruikt?
Pas je tekst, indien nodig, aan. Verstuur.
EEN E-MAIL NAAR JE LERAAR
33
Wie is het?
KENNISMAKINGSKWARTET, SPREKEN
Je kunt enkele vragen over jezelf beantwoorden. Je kunt een kwartetspel spelen. Je kunt een medeleerling aan de klas voorstellen.
1.1 KENNISMAKINGSKWARTET Je leraar gaf je een blad met daarop vier kaarten. Die kaarten vormen samen een kwartet.
Lekkerste gerecht
Favoriete geur 34
CREATIEF 1
Favoriete kledingstuk
Leukste woord/uitdrukking
A Vul je naam op elke kaart in. B Vul de kaarten verder aan. Kaart 1: Welk gerecht vind jij erg lekker? Leg uit waarom. Kaart 2: Wat is jouw favoriete kledingstuk? Leg uit waarom. Kaart 3: Wat is jouw favoriete geur? Waarom? Kaart 4: Welk woord of welke uitdrukking gebruik jij regelmatig?
C Knip de kaarten los. D Ga in groepjes zitten volgens de aanwijzingen van je leraar. Schud de kwartetkaarten en verdeel de kaarten onder elkaar. E Lees de spelregels. Spelregels De jongste leerling mag beginnen. Hij/zij vraagt een kaart aan een medespeler. Bv: Mag ik de kaart ‘favoriete kledingstuk’ van … ? (naam van de leerling die op de kaart staat) Als de medespeler de gevraagde kaart in zijn handen heeft, moet hij die geven. Als de medespeler de gevraagde kaart niet in zijn/haar handen heeft, is de beurt van de speler voorbij. De beurt gaat nu naar de volgende speler. Vanaf het moment dat een speler vier kaarten uit één serie (= kwartet) heeft verzameld, legt hij die open voor zich neer. Als een speler geen kaarten meer heeft, ligt hij uit het spel. Het spel eindigt als geen enkele speler nog kaarten in zijn handen heeft. De speler met de meeste kwartetten is de winnaar van het spel.
F Sorteer de kaarten opnieuw. Zorg ervoor dat alle kaarten over één persoon bij elkaar zitten.
WIE IS HET?
35
1.2 WIE IS HET? VOOR Oriënteren Straks stel je een medeleerling voor aan de hand van de kaarten die je van je leraar kreeg.
Voorbereiden Lees de informatie op de kaarten enkele keren aandachtig door.
TIJDENS Uitvoeren 1 Vertel aan de klas welke informatie op jouw kaarten stond. Pas op dat je de naam van die leerling niet noemt. Begin je presentatie met ‘Ik stel jullie iemand voor die …’ Bv: 'Ik stel jullie iemand voor die heel graag desserts eet. Hij/zij is verzot op zoete dingen. Verder houdt hij/zij van …, omdat …' 2 Je klasgenoten raden ondertussen over wie jij het hebt. Ze noteren de naam van die klasgenoot op het antwoordenblad.
NA Reflecteren
Evaluatie 1 Hoeveel antwoorden had je juist? 2 Vond je dit een leuke opdracht? Waarom wel/niet? 3 Vond je dit een moeilijke opdracht? Waarom wel/niet?
36
CREATIEF 1
Sociale media SPREKEN, MENING GEVEN, DISCUSSIE
Je kunt iets over jezelf vertellen. Je kunt naar de meningen in een groepsgesprek luisteren. Je durft voor je eigen mening uit te komen.
A Welke sociale media gebruik jij? Vink de logo’s aan.
B Waarvoor gebruik je de apps en websites? 1 Markeer met welke uitspraken over media jij akkoord gaat. 2 Verduidelijk je antwoord kort.
1
2 Ik doe weleens met wedstrijden mee waarbij je een nieuwe gsm kunt winnen.
Ik open soms bijlagen van mensen die ik niet ken.
3
Ik gebruik het bcc-veld als ik mails aan verschillende mensen wil sturen.
SOCIALE MEDIA
37
5 4 Voor wedstrijden en inschrijvingen op websites gebruik ik een ander e-mailadres dan voor mijn gewone mails.
Ik vind dat ik mails van anderen zomaar mag doorsturen naar iemand anders, zonder dat de schrijver dat weet.
6
7 Ik zet mijn gsm uit als ik aan het eten ben. Zo stoor ik de maaltijd niet.
Mijn e-mailadres is duidelijk. Ik kies bv. niet voor Mickey.Mouse@hotmail.com.
9 8 Ondanks mijn WhatsApp-, Facebook- en Twitterberichten voel ik me soms alleen.
Ik controleer af en toe mijn vriendenlijst. Ik verwijder de onbekenden.
0 Als ik iets op het internet lees, controleer ik de inhoud aan de hand van andere sites.
-
Ik zet op Facebook wanneer we op reis vertrekken.
38
MEDIAWIJS 1