FikS Leerwerkboek (editie 2024) Inkijkexemplaar

Page 1


©VANIN

Via www.ididdit.be heb je toegang tot het onlineleerplatform bij FikS Activeer je account aan de hand van de onderstaande code en accepteer de gebruiksvoorwaarden. Kies je ervoor om aan te melden met je Smartschool-account, zorg er dan zeker voor dat je e-mailadres aan dat account gekoppeld is. Zo kunnen we je optimaal ondersteunen.

©VANIN

LET OP: DEZE LICENTIE IS UNIEK, EENMALIG TE ACTIVEREN EN GELDIG VOOR EEN PERIODE VAN 2 SCHOOLJAREN. INDIEN JE DE LICENTIE

NIET KUNT ACTIVEREN, NEEM DAN CONTACT OP MET ONZE KLANTENDIENST.

Fotokopieerapparaten zijn algemeen verspreid en vele mensen maken er haast onnadenkend gebruik van voor allerlei doeleinden. Jammer genoeg ontstaan boeken niet met hetzelfde gemak als kopieën. Boeken samenstellen kost veel inzet, tijd en geld.

De vergoeding van de auteurs en van iedereen die bij het maken en verhandelen van boeken betrokken is, komt voort uit de verkoop van die boeken.

In België beschermt de auteurswet de rechten van deze mensen. Wanneer u van boeken of van gedeelten eruit zonder toestemming kopieën maakt, buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen, ontneemt u hen dus een stuk van die vergoeding. Daarom vragen auteurs en uitgevers u beschermde teksten niet zonder schriftelijke toestemming te kopiëren buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen. Verdere informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot reproductie vindt u op www.reprobel.be.

Ook voor het digitale lesmateriaal gelden deze voorwaarden. De licentie die toegang verleent tot dat materiaal is persoonlijk. Bij vermoeden van misbruik kan die gedeactiveerd worden. Meer informatie over de gebruiksvoorwaarden leest u op www.ididdit.be.

© Uitgeverij VAN IN, Wommelgem, 2024

De uitgever heeft ernaar gestreefd de relevante auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Wie desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te wenden.

Fotocredits

p. 46 Reclame Coca Cola ©Shutterstock/Nada B, p. 46 Flesdop Pepsi ©Shutterstock/PhotoTodos, p. 46 Logo Apple ©Shutterstock/solomon7, p. 46 Logo Instagram ©Shutterstock/tanuha2001, p. 46 Logo Adidas ©Shutterstock/Adobe Systems, Inc., p. 46 Logo Nike ©Shutterstock/ Rose Carson, p. 49 Verpakking Zalando ©Shutterstock/nitpicker, p. 49 Verpakking Bol.com ©Shutterstock/Jarretera, p. 49 Website Cool Blue ©Shutterstock/Jarretera, p. 65 Sneakers ©Shutterstock/BK foto, p. 66 Markt ©Shutterstock/cmnaumann, p. 66 Foodtruck ©Shutterstock/Joshua Rainey Photography, p. 80 Kaartlezer ©Shutterstock/ThomasDeco, p. 90 Logo Tiktok ©Shutterstock/rvlsof, p. 90 Logo Audi ©Shutterstock/ Bashigo, p. 90 Logo Starbucks ©Shutterstock/Ken Wolter, p. 96 Koelrekken supermarket ©Shutterstock/frantic00, p. 96 Apple store ©Shutterstock/Andrey Bayda, p. 97 Colruyt warenhuis ©Mcnulty6, p. 101 kantoor Adidas ©Shutterstock/Dutchmen Photography, p. 101 kantoor Amazon ©Shutterstock/Sundry Photography, p. 101 kantoor Primark ©Shutterstock/Najmi Arif, p. 101 kantoor TikTok ©Shutterstock/rafapress, p. 102 Logo Streamz ©Belgaimage/BELGA HANDOUT, p. 102 Logo Adidas ©Shutterstock/Adobe Systems, Inc., p. 103 Logo TikTok ©Shutterstock/ rvlsof, p. 103 Logo Shein ©Shutterstock/Kaspars Grinvalds, p. 103 Logo Amazon ©Shutterstock/dennizn, p. 103 Logo Spotify ©Taner Muhlis Karaguzel/Shutterstock, p. 105 Shein ©Venn-Photo/Shutterstock, p. 106 Gebouw Primark ©fokke baarssen/Shutterstock, p. 106 Spotify ©r.classen/Shutterstock, p. 110 Burgemeester Brussel ©Alexandros Michailidis/Shutterstock, p. 122 Voedselbedeling Kenia ©JLwarehouse/ Shutterstock, p. 122 Arts India ©PradeepGaurs/Shutterstock, p. 124 Childish Gambino ©Debby Wong/Shutterstock, p. 125-126 Duurzame Ontwikkelingsdoelen ©United Nations, p. 127 Niveaus Duurzame Ontwikkelingsdoelen ©United Nations, p. 129 Duurzame Ontwikkelingsdoelen ©United Nations

Tekstcredits p. 74 Quishing ©VRT, p. 75 Oplichting op maat dankzij artificiële intelligentie ©VRT, p. 104 Hoe duurzaam zijn sneakers? ©VRT, p. 105 artikel 4 Opmars van hyperrealistische filters op sociale media ©HLN – 3/3/2023, p. 105 artikel 5 ‘Het zijn, vrij letterlijk, wegwerpproducten': Shein vervoert nu 5 000 ton aan kleren per dag, alleen al door de lucht ©De Morgen – 22/2/2024 – Reproductie van de artikels met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish: info@license2publish.be, p. 123 SDG 5 - Bereik gendergelijkheid en empowerment voor alle vrouwen en meisjes ©Verenigde Naties

Eerste druk 2024

Vormgeving en opmaak: Banananas.net ISBN 978-94-647-0670-3 Ontwerp cover: Tumbleweed D/2024/0078/220 Tekeningen: Steven De Waele

Art. 606723/01

NUR 166

INHOUD

HO OFDSTUK 1:

inkomsten kunnen jongeren hebben?

Ontdek wat mogelijke inkomstenbronnen voor jongeren zijn

Breng de inkomstenbronnen van jongeren in kaart

HOOFDSTUK 2:

Ontdek wat mogelijke uitgavenposten van jongeren zijn

HOOFDSTUK 3: Hoe ga je verantwoord met geld om?

Ontdek hoe je verantwoord met geld kunt omgaan 35

Ontdek welke vraag je spilfiguur heeft in verband met het beheer van het budget

Breng de problemen die jongeren ondervinden bij het beheren van hun budget in kaart

HOOFDSTUK 4:

Wat beïnvloedt je aankoopgedrag? 4 3

Breng je aankoopgedrag in kaart 43

Verken hoe ondernemingen behoeften creëren 45

Ga na hoe je aankoopgedrag beïnvloed wordt door sociale media 49

Ontdek hoe peers jouw aankoopgedrag kunnen beïnvloeden 51

Onderzoek hoe de sociale achtergrond invloed heeft op het aankoopgedrag van de spilfiguren 54

Breng de factoren die het aankoopgedrag beïnvloeden in kaart 55

Geef tips om op een positieve manier met groepsdruk om te gaan 55

Evalueer jezelf 55

HOOFDSTUK 5:

Hoe kun je als jongere duurzaam consumeren? 57

Ontdek de echte prijs van een product 57

Breng je ecologische voetafdruk in kaart 58

Ontdek wat niet duurzaam, onverantwoord en onethisch is 59

Ga op zoek naar tips om duurzaam, ethisch en verantwoord te consumeren 60

Consumeer duurzaam, ethisch en verantwoord 60

jezelf 6 4

HOOFDSTUK 6:

Hoe kun je veilig betalen en fraude vermijden?

65

Ontdek welke problemen de spilfiguren hebben 65

Onderzoek waar je je aankopen kunt doen 65

Onderzoek de verschillende betaalmiddelen 68

Sta stil bij mogelijk bedrog en fraude 73

Ontdek het gevaar van geldezels 76

Ontdek wat je kunt doen bij fraude 7 7

Beveel een betaalmiddel aan 79 Evalueer jezelf 82

HOOFDSTUK 7:

Hoe kun je persoonlijke administratie bijhouden? 83

Ontdek welke problemen de spilfiguren hebben 83

Bestudeer welke belangrijke documenten er zoal zijn 84

Ontdek op welke manier je persoonlijke administratie kunt bijhouden 87

Maak een collage of een overzicht van manieren om je persoonlijke administratie bij te houden 88 Evalueer jezelf 88

HOOFDSTUK 8:

Welk belang hebben ondernemingen en organisaties in de maatschappij?

Breng in kaart welke bedrijven je dagelijks tegenkomt

Ontdek wat de spilfiguren over ondernemingen te zeggen hebben

Ga na met welke bedrijven je in aanraking komt

Maak kennis met de eenvoudige economische kringloop

Verken verschillende soorten ondernemingen

Welke kernactiviteiten zijn er binnen een bedrijf?

dieper in op de doelen van verschillende organisaties

Bestudeer de impact van ondernemingen en organisaties

HOOFDSTUK 9:

welke uitgaven de overheid heeft

de inkomstenbronnen van de overheid in kaart

Ga na wat het sociale vangnet van de overheid inhoudt

Beoordeel of het invoeren van een suikertaks zin heeft

HOOFDSTUK 10:

Hoe kun je globale uitdagingen lokaal aanpakken?

Verken hoe een onderneming verantwoord kan ondernemen

Breng de globale uitdagingen in kaart

Ontdek wat jouw inbreng kan zijn voor de globale uitdagingen 124

Ontdek wat de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s) zijn 125

Onderzoek de verbondenheid van de SDG’s 126

Ontdek hoe jij je steentje kunt bijdragen om de SDG’s te bereiken 127

Verken wat het begrip ‘sustainable’ inhoudt 128

Onderzoek hoe je de mensen- en kinderrechten kunt linken aan de SDG’s

Verken hoe je bepaalde doelen op lokaal niveau kunt aanpakken

128

129

Ga na welke mensen- of kinderrechten in gevaar komen of geschonden worden 130

Evalueer jezelf 131

EXTRA HOOFDSTUK (GO!):

Hoe ziet een gezinsbudget eruit?

STARTEN MET

F ik S

Welkom bij FikS. We leggen graag even uit hoe je met dit leerwerkboek aan de slag gaat.

O p weg met FikS 1

Het leerwerkboek bestaat uit negen hoofdstukken.

©VANIN

In hoofdstuk 4, 5 en 6 ontdek je welke factoren je koopgedrag beïnvloeden. Je bestudeert waarom je bepaalde aankopen doet en hoe je duurzaam kunt consumeren.

Maar om iets te kopen, heb je een betaalmiddel nodig. Je ontdekt dan ook de voordelen en de risico’s van diverse betaalmiddelen.

In hoofdstuk 7 ontdek je bovendien hoe je persoonlijke administratie kunt bijhouden.

Hoofdstuk 1, 2 en 3 verdiepen zich volledig in jouw leefwereld, namelijk die van een jongere van 12-13 jaar. Welke inkomsten en uitgaven heb je als jongere en hoe kun je verantwoord omgaan met je zakgeld?

Ten slotte leer je in hoofdstuk 8, 9 en 10 de bedrijven en organisaties uit je omgeving in kaart brengen. Je bestudeert niet alleen welke impact ze kunnen hebben op jouw leven, maar ook welke rol de overheid daarbij speelt.

O riënteren

Denk na over wat je gaat onderzoeken.

V oorbereiden

Bepaal waar je informatie gaat zoeken.

Brainstorm over het eindproduct.

Stel een plan van aanpak op.

U itvoeren

Verwerf informatie.

Verzamel en verwerk de resultaten.

Trek besluiten.

Stel je resultaat voor.

R eflecteren

Vraag feedback aan je klasgenoten.

Bespreek de samenwerking in groep.

Evalueer jezelf.

In de inhoudsopgave vind je terug wat je in de verschillende hoofdstukken gaat leren.

Het leerwerkboek start met een inleiding. In de inleiding maak je kennis met het algemene thema van het boek: je gaat meer en meer zelf financiële en economische keuzes maken.

©VANIN

Na de inleiding start het eerste hoofdstuk. In elk hoofdstuk voer je een onderzoek uit. Vandaar dat alle hoofdstukken altijd op dezelfde manier opgebouwd zijn. We gebruiken daarvoor de OVUR-methode.

Doorheen het boek nemen vijf spilfiguren je mee op weg. Zij vertellen je aan de hand van een strip of een filmpje met welke problemen ze in het dagelijkse leven geconfronteerd worden. Dat gaat van een gestolen bankkaart tot eenvoudige documenten interpreteren in functie van het beheer van hun budget.

Fleur
Li Lotte
Renée Yusuf

We willen graag dat je vorderingen maakt en dat je reflecteert op je taken en leert uit feedback. Elk hoofdstuk eindigt met een checklist. Het is een hulpmiddel om er zelf zicht op te krijgen of je de doelen, waaraan je in het hoofdstuk gewerkt hebt, al dan niet onder de knie hebt.

H andig voor onderweg

3 Bewaar je poster in je portfolio.

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

1Financiële geletterdheid

Checklist Ja. Kan beter.

• Ik kan aangeven of het om een reële of een gecreëerde behoefte gaat.

• Ik kan toelichten hoe ondernemingen het aankoopgedrag kunnen beïnvloeden.

• Ik kan verklaren hoe sociale media een invloed kunnen hebben op het aankoopgedrag. • Ik kan uitleggen op welke manier peers het aankoopgedrag kunnen bepalen.

• Ik kan aangeven op welke manier de sociale achtergrond bepalend is voor het aankoopgedrag.

2Onderzoeksvaardigheden

• Ik kan informatie (teksten, cartoons, filmpjes …) interpreteren.

• Ik kan het resultaat van een onderzoek weergeven in een (digitale) poster.

3Sociale vaardigheden • Ik kan in duo’s samenwerken.

©VANIN

In de loop van elk hoofdstuk word je ondersteund door een aantal hulpmiddelen.

Moeilijke woorden worden uitgelegd in een begrippenkader. Die woorden springen extra in het oog door de stippellijn. Je vindt die woorden ook achteraan terug in de woordenlijst.

A-merken hebben hun bekendheid en toonaangevende reputatie te danken aan landelijke reclamecampagnes en doordat veel aandacht wordt besteed aan de reputatie

door de werkgever. 9begroting Het geheel van de geschatte inkomsten en van de voorziene uitgaven, opgesteld voor een bepaalde toekomstige periode.

4, 7, 8behoefte Iets dat je nodig hebt of graag wilt hebben. Mensen hebben dus vershillende behoeften. 9belastbaar loon Het belastbaar loon omvat alle belastbare loonelementen min sociale zekerheidsbijdragen.

9belastingen Heffingen door de overheid opgelegd, zonder dat er voor de belastingbetaler een individueel aanwijsbare tegenprestatie tegenoverstaat.

9beleidsniveau België heeft 6 beleidsniveaus: de Europese Unie, de Federale Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de Provincie en de Gemeenten. Elk beleidsniveau heeft eigen bevoegdheden.

Reële behoeften zijn dingen die een persoon nodig heeft om te overleven. Gecreëerde behoeften zijn dingen die je niet

Kledingmerken weigeren steun aan Bengaalse textielarbeiders

Ondanks toezeggingen, zetten bedrijven als C&A, Hema, Zeeman, H&M, Zara en Primark zich nog onvoldoende in voor betere werkomstandigheden in de textielindustrie in Bangladesh. Lage prijzen in de winkel zijn te belangrijk.

Bron: www.trouw.nl, 9 november 2023

In de woordenlijst vind je alle onderlijnde woorden alfabetisch terug. In de laatste kolom kun je de begrippen ook nog in je eigen woorden verklaren. Zijn er nog moeilijke woorden die niet in de lijst staan? Voeg ze gerust zelf toe.

Zweedse streamingdienst Spotify trekt de abonnementsprijzen op. Reclamevrij muziek luisteren zal in België 1 à 3 euro per maand meer kosten.

Een chatbox is een moment voor een discussie. Je gaat in groepjes of met de hele klas een gesprek voeren over een bepaalde stelling. Het is de bedoeling dat je luistert naar elkaars mening en leert hoe anderen denken.

In ons land gaat de prijs van een individueel abonnement en een studentenabonnement met 1 euro omhoog, tot respectievelijk 10,99 euro en 5,99 euro per maand. Het duo-abonnement, voor twee gebruikers, wordt 2 euro duurder en kost voortaan 14,99 euro per maand. Een familieabonnement wordt drie euro duurder: van 14,99 euro naar 17,99 euro per maand.

De prijsverhoging wordt in meer dan vijftig landen doorgevoerd. Die is volgens het Zweedse bedrijf nodig ‘zodat we kunnen blijven innoveren’, luidt het maandag in een mededeling.

Bron: www.standaard.be, 25 juli 2023

Wat is jouw mening over de lage prijzen van kledij in ketens zoals Primark en Shein?

d De bovenstaande artikels geven feiten weer. Stripverhalen zijn dan weer fictie Wat betekent dat?

De volgende iconen helpen je ook nog een eind op weg:

Het luisterfragment dat hierbij hoort, vind je online.

Het beeldfragment dat hierbij hoort, vind je online.

Je oefent je ICT-vaardigheden.

e Wanneer je voorbeeld 4 van TikTok/social media bekijkt, dan kun je een onderscheid maken tussen feiten/realiteit en fictie Pas dat nu toe op het artikel van TikTok.

Je vindt online een ontdekplaat.

Je moet iets bewaren in je portfolio.

Wanneer je naar een film of naar tv kijkt, een artikel in de krant of in een tijdschrift leest of op het internet surft, dan moet je altijd nadenken bij wat je leest en ziet. Niet alles is waar of echt gebeurd. Let er dus op dat je niet zomaar alles gelooft.

Deze opdrachten zijn een extra verdieping of bieden een extra uitdaging.

606723_FikS_lwb_03.indd 106

Soms is het handig dat je extra lesinformatie of een video- of audiofragment zelf kunt bekijken of beluisteren op je smartphone. Als je dit icoon ziet, open dan de VAN IN Plus-app en scan de pagina.

Mijn lesmateriaal

Het onlineleerplatform bij FikS

Hier vind je alle inhouden uit het boek, maar ook meer, zoals filmpjes, audiofragmenten, ontdekplaten, exta oefeningen ...

Extra materiaal

Bij bepaalde stukken theorie of oefeningen kun je extra materiaal openen. Dat kan een bijkomend audio- of videofragment zijn, een woorden- of begrippenlijst, een extra bron of een leestekst. Kortom, dit is materiaal dat je helpt om de leerstof onder de knie te krijgen.

Adaptieve oefeningen

Met adaptieve oefeningen kun je de leerstof inoefenen op jouw niveau. Hier kun je vrij oefenen.

Opdrachten

Hier vind je de opdrachten die de leerkracht voor jou heeft klaargezet.

Evalueren

Hier kan de leerkracht toetsen voor jou klaarzetten.

Resultaten

Wil je weten hoever je al staat met oefenen, opdrachten en toetsen?

Hier vind je een helder overzicht van al je resultaten.

Notities

Heb je aantekeningen gemaakt bij een bepaalde inhoud? Via je notities kun je ze makkelijk terug oproepen.

Meer weten?

Ga naar www.ididdit.be

INLEIDING

Met de overstap van het lager naar het secundair onderwijs, ga je als tiener een boeiende, maar ook een meer verantwoordelijke periode tegemoet. Meer en meer zul je geconfronteerd worden met het feit dat je verantwoorde keuzes moet maken. In de lagere school maakten je ouders op financieel vlak veel keuzes voor jou. Maar in het secundair onderwijs ga je al eens met vrienden op stap en ga je moeten nadenken over je uitgaven.

Praten over zaken als geld en uitgaven is niet altijd gemakkelijk. Daarom volg je in dit leerwerkboek een aantal jongeren. Die spilfiguren nemen je een stuk mee in hun eigen leven. Je komt ze tegen met hun foto, maar ook met hun avatar. Maak alvast kennis met hen:

a Op lees je de mening van elke spilfiguur over geld. Ben je het eens met de stelling? Geef jouw mening.

b Weten wie je bent en beslissen wat je aan anderen wilt tonen, is niet makkelijk. Maak je eigen avatar en denk daarbij na wat je van jezelf wilt prijsgeven:

1 K ies een profielfoto van jezelf.

2 Maak een avatarversie van je gekozen profielfoto.

3 Bewaar je profielfoto en je avatar in je eigen portfolio.

Fleur Li
Lotte
Renée Yusuf

HOOFDSTUK 1 WELKE INKOMSTEN KUNNEN JONGEREN HEBBEN?

OPDRACHT 1: Ontdek wat mogelijke inkomstenbronnen voor jongeren zijn

1 Bekijk het filmfragment van Lotte en Yusuf.

a Waar gaat het fragment over?

b Waarvan hangt het af hoeveel Yusuf aan het cadeau van zijn zus wil spenderen?

c Waar halen Yusuf en Lotte hun geld vandaan?

Yusuf en Lotte hebben dus inkomsten. Jongeren hebben inkomsten dankzij zakgeld, verjaardagen enzovoort. Inkomsten of inkomen is het geld dat je krijgt.

2 Je kunt wel bedenken waar jij en andere jongeren jullie inkomsten vandaan halen, maar je mag er nooit van uitgaan dat dat voor iedereen hetzelfde is. Daarom ga je dat nu onderzoeken.

Voor dat onderzoek kun je deze onderzoeksvraag formuleren:

WELKE INKOMSTEN KUNNEN JONGEREN HEBBEN?

a Denk na over welke jongeren je het wilt hebben.

• Ga je alle jongeren in België bevragen?

• Ga je aan alle jongeren in je provincie vragen stellen?

• Ga je aan één jongere vragen welke inkomsten die heeft?

• Ga je alle leeftijdsgroepen bevragen, dus jongeren van 10 jaar, 14 jaar en 18 jaar?

• Waarom maak je de groep die je gaat bevragen het best niet te klein?

• Waarom maak je de groep die je gaat bevragen het best niet te groot?

b Je zult je onderzoek dus een beetje moeten beperken. De volgende vragen helpen je daarbij.

• Wat is de leeftijd van de jongeren die je wilt ondervragen? Kleur het vakje in.

jongeren tussen 10 en 19 jaar jongeren tussen 11 en 12 jaar jongeren tussen 16 en 18 jaar jongeren tussen 12 en 15 jaar

• A an welke jongeren kun je makkelijk vragen stellen over zakgeld? Kleur het vakje in.

c Je kunt nu de algemene onderzoeksvraag op p. 11 nauwkeuriger formuleren. Noteer die nieuwe vraag.

OPDRACHT 2: Breng de inkomstenbronnen van jongeren in kaart V

1 Waar denk je dat jongeren tussen 12 en 15 jaar hun geld vandaan halen?

a Brainstorm met de klas en vul de mindmap aan.

jongeren in de schoolomgeving en familie jongeren in de provincie jongeren in België jongeren in Europa zakgeld

b Verdeel de klas in vijf groepen. Elke groep krijgt één spilfiguur toegewezen. Bekijk het filmpje van je spilfiguur en noteer waar het inkomen van jouw spilfiguur vandaan komt.

Wat is de naam van jouw spilfiguur?

groep 1 groep 2

Waar komt het inkomen van jouw spilfiguur vandaan?

Wat is de naam van jouw spilfiguur?

Waar komt het inkomen van jouw spilfiguur vandaan?

Hoeveel geld heeft jouw spilfiguur op het einde van één maand verzameld?

Hoeveel geld heeft jouw spilfiguur op het einde van één maand verzameld?

VIDEO'S: INKOMEN SPILFIGUREN

Wat is de naam van jouw spilfiguur?

groep 3

Waar komt het inkomen van jouw spilfiguur vandaan?

Wat is de naam van jouw spilfiguur?

groep 4

Waar komt het inkomen van jouw spilfiguur vandaan?

Hoeveel geld heeft jouw spilfiguur op het einde van één maand verzameld?

Hoeveel geld heeft jouw spilfiguur op het einde van één maand verzameld?

Wat is de naam van jouw spilfiguur?

groep 5

Waar komt het inkomen van jouw spilfiguur vandaan?

Hoeveel geld heeft jouw spilfiguur op het einde van één maand verzameld?

c Iedere groep vertelt de klas over haar spilfiguur. Vul de schema’s aan voor de vier andere spilfiguren.

2 Hoe lees je een grafiek?

a Waarover gaat grafiek 1 op de volgende pagina?

b Welk onderscheid wordt in de grafiek gemaakt?

c Waar zie je dat?

d Hoeveel zakgeld krijgt een jongen van 12-13 jaar gemiddeld per maand?

e Welke soort grafiek is grafiek 1?

Gemiddeld maandelijks zakgeld

€ 200,00

€ 180,00

€ 160,00

€ 140,00

€ 120,00

€ 100,00

€ 80,00

€ 60,00

€ 40,00

€ 20,00

Grafiek 1: Gemiddeld maandelijks zakgeld volgens de leeftijd

jaar

Leeftijd

jaar

jaar

jaar

jaar

Bron: Wikifin, 11 april 2024

Wat is het gemiddelde bedrag per week dat de spilfiguren aan zakgeld krijgen? Bereken. Als je daar hulp bij nodig hebt, bekijk dan een van de instructiefilmpjes die je kunt terugvinden op .

• Yusuf: € 32,00/maand

• Lotte: € 10,00/week

• Fleur: € 5,00/week

• Renée: € 10,00/week

• L i: € 0,00/week

1 Je wilt een antwoord op de onderzoeksvraag die je noteerde op p. 12. Schrijf die onderzoeksvraag nog eens neer:

a Hoe kun je te weten komen waar jongeren hun inkomen vandaan halen?

b Welke vragen zou je aan jongeren kunnen stellen om meer te weten over hun zakgeld?

c Waarom is het belangrijk om goede notities te maken wanneer je vragen stelt?

Wanneer je een vragenlijst maakt en aan meerdere personen vragen stelt, dan neem je een enquête af. Een enquête is een vragenlijst waarmee je iets te weten wilt komen en die je bij meerdere personen afneemt.

Het is ook belangrijk dat je heel makkelijk en snel antwoorden kunt noteren. Je kunt het best eerst je vragen oplijsten en al een aantal antwoordopties geven. Je kruist dan gewoon het juiste antwoord aan. Je stelt dan meerkeuzevragen. Meerkeuzevragen maken het ook makkelijk om achteraf een besluit te trekken. Je kunt ook het best alle vragen nummeren.

1 Hoe oud ben je? ¨ 12 jaar ¨ 13 jaar ¨ 14 jaar ¨ 15 jaar

2 Welke hobby's heb je?

Noteer:

3 Hoe vaak beoefen je je hobby? ¨ 1 keer per week ¨ 2 keer per week ¨ 3 keer per week ¨ meer dan 3 keer per week

4 Hoeveel tijd spendeer je in totaal aan je hobby’s? (per week)

¨ 1-2 uur ¨ 2-3 uur ¨ meer dan 3 uur

5 Hoe ga je naar je hobby?

¨ met de fiets ¨ met de auto ¨ met de bus ¨ Ik beoefen mijn hobby thuis. ¨ met een ander vervoersmiddel zoals

Een hobby uitoefenen is gezond voor lichaam en geest, want je bent bezig met iets dat je leuk vindt en dat je tegelijkertijd energie geeft.

2 Stel je enquête op.

a Bekijk de instructiefiche op . Stel vervolgens de enquête op met een tekstverwerker.

Volg daarvoor de volgende stappen:

¨ Open de tekstverwerker.

¨ Geef je document de bestandsnaam: ‘Enquête inkomsten jongeren’.

¨ Dat is ook de titel. Zet die titel vet en plaats hem bovenaan in het midden van het blad.

¨ Typ de vragen.

¨ Nummer de vragen.

¨ Voeg eventueel een symbool in, zoals een vierkantje, om de antwoorden af te vinken.

¨ Druk het blad met de vragenlijst af.

b Denk na hoe je te werk zult gaan om de gegevens te verkrijgen. Stel de vragen in kleine groepen.

• Hoeveel jongeren gaat elke groep ondervragen?

• Wanneer ga je dat doen? Noteer de dag, de datum (en eventueel het uur).

c Nadat je de enquêtes hebt afgenomen, verwerk je die in de klas.

• Noteer hier alvast wanneer je alle ingevulde enquêtes naar de klas meeneemt om ze te verwerken.

• Noteer die datum ook in je agenda. Je kunt het best ook een herinnering in je smartphone zetten.

OPDRACHT 4: Verwerf informatie

1 Bekijk eerst deze tips om een gesprek te voeren, voor je de enquête gaat afnemen. Vink aan welke tips juist zijn.

Fase van het gesprek Tips

Inleiding ¨ Hallo, ik ben … en voor de school doe ik een onderzoek. Ik wil je een paar vragen stellen over de inkomsten van jongeren. Heb je even tijd?

¨ Hallo, mag ik je een aantal vragen voor de school stellen alsjeblieft? Het duurt maar 2 minuten.

¨ Hey, een vraagje, hoeveel zakgeld krijg jij elke week?

Naam van de ondervraagde

¨ Wat is je naam? Dan schrijf ik dat op mijn blad.

¨ Deze enquête is anoniem. Je moet je naam niet zeggen.

Vragen die je stelt ¨ Wanneer iemand op een vraag niet wil antwoorden, zeg je: ‘Dat begrijp ik. Dat is niet erg’.

¨ Wanneer iemand op een vraag niet wil antwoorden, zeg je: ‘Ik wil het toch weten, want ik moet mijn vragenlijst invullen’.

Einde van het gesprek ¨ Oké, dat waren de vragen. Yow …

¨ Bedankt voor je medewerking.

2 Houd ook rekening met een aantal praktische tips. Vink aan of je …

¨ goed voorbereid bent en de vragen zelf enkele keren gelezen hebt; ¨ voldoende kopieën van de vragenlijst bij je hebt; ¨ meer dan één balpen bij je hebt; ¨ een klembord of een harde kaft hebt om makkelijk te kunnen noteren.

3 Neem nu met je groep de enquête af.

OPDRACHT 5: Verwerk de resultaten van de enquête U

1 Verwerk de resultaten van jouw enquête en trek daaruit (een) besluit(en). Sorteer eerst de enquêtes per leeftijd.

a Verdeel de enquêtes over de groepen. Een groep moet dezelfde leeftijdscategorie (12-13 jaar, 14-15 jaar) hebben.

b Waarom moet dat?

2 Kijk nu hoe vaak elk antwoord op iedere vraag gegeven werd en verwerk die gegevens in een grafiek. Dat kan op drie manieren.

Optie 1: Verwerk de enquêtes op papier.

• Neem een lege papieren enquête erbij.

• Tel bij de enquêtes het aantal keren dat een antwoord op een vraag gegeven is. Tip: trek een streepje per gegeven antwoord.

• Noteer dat aantal achter het antwoord. Opgelet! Als je een onderscheid maakt tussen verschillende leeftijden, moet je ook het aantal antwoorden gescheiden houden in een ander document.

• Maak nu op mm-papier een kolomgrafiek van de resultaten per vraag.

• Bekijk op de instructiefiche om te zien hoe je een kolomgrafiek maakt.

• Bewaar elke grafiek op een apart blad en nummer de grafieken.

Optie 2: Verwerk de enquêtes in een sjabloon van een rekenblad. Open de oefening op en volg het stappenplan om de enquête in een sjabloon van een rekenblad te verwerken.

Optie 3: Verwerk de enquêtes in een leeg rekenblad. Open de oefening op en volg het stappenplan om de enquête in een rekenblad te verwerken.

OPDRACHT 6: Trek besluiten

1 Trek nu voor elke vraag een besluit op basis van de kolomgrafiek.

a Noteer eerst alle vragen in de tabel.

b Vul vervolgens aan met het besluit per vraag.

2 Controleer of je een antwoord hebt gekregen op je algemene onderzoeksvraag.

a Vul daarvoor eerst de tabel aan.

Onderzoeksvraag

Antwoord

b Trek je besluit. Dat kan op twee manieren.

Optie 1: een tekst

Schrijf je besluit uit in een tekst. Bewaar dat besluit in je portfolio.

Optie 2: een schema of mindmap

Geef je besluit weer in een schema of mindmap en bewaar het daarna in je portfolio. Hier en op de volgende pagina zie je van beide een voorbeeld. De mindmap kun je ook met online tools maken.

Voorbeeld 1

Meer

VOEDINGSDRIEHOEK

Minder

Zo weinig mogelijk

Groenten

Fruit

Brood, volkoren graanproducten en aardappelen

Noten en zaden

Peulvruchten

Plantaardige vetten

Vis

Melk en alternatieven

Wit vlees

Eieren

Kaas

Oliën en vetten (bv. kokosvet en palmolie)

Rood vlees

Suikerhoudende voedingsmiddelen

Zout, keukenzout, kruidenmengelingen en bouillon op basis van zout

Bewerkt vlees

Alcoholische dranken

Vetrijke snacks en fastfood

Stilzitten op school

Gamen

Smartphone/tablet gebruiken

Staand knutselen

Traag stappen

Yoga

Stilzittend gedrag

Voorbeeld 2

Naar school fietsen

In de tuin werken

Matig intensief gedrag

Bewegingsdriehoek

Licht intensief gedrag

Hoog intensief gedrag

OPDRACHT 7: Stel het resultaat van je onderzoek voor

De trap nemen

Stevig doorfietsen

Joggen

Traplopen met een boodschappentas

1 Meestal worden resultaten van een onderzoek gepubliceerd in kranten, tijdschriften, het nieuws, sociale media enzovoort.

a Bekijk hier een aantal manieren om onderzoeksresultaten voor te stellen. Je vindt voorbeelden op .

Optie 1: een presentatie

Kopieer je grafieken in een PowerPointpresentatie. In je presentatie vertel je vervolgens kort wat het besluit is van elke vraag.

Optie 2: een verslag

Kopieer je grafieken naar een tekstverwerker. Onder elke grafiek geef je uitleg over de resultaten die je op de grafiek kunt aflezen.

Optie 3: een video

Druk elke grafiek af op papier. Je maakt met een camera (van tablet, smartphone …) een journaal of een tv-uitzending. In die tv-uitzending toon je de grafiek en geef je als nieuwslezer kort informatie over de grafiek.

b Voor welke optie kies jij?

c Waarom heb je voor die mogelijkheid gekozen? Kun je je talenten daarvoor inzetten of is het eerder een uitdaging?

2 Stel nu het resultaat van jouw groep voor aan de rest van de klas en aan je leerkracht.

3 Je hebt grafieken gemaakt en ook een presentatie, een verslag of een video. Daar mag je zeker trots op zijn. Bewaar daarom die bestanden in je eigen portfolio.

OPDRACHT 8: Vraag feedback aan je klasgenoten R

Vraag aan je klasgenoten wat ze van je onderzoek vinden. Duid dat aan op de schaal.

Mijn klasgenoten vinden de resultaten van mijn onderzoek duidelijk.

Mijn klasgenoten vinden de voorstelling van mijn resultaten duidelijk.

OPDRACHT

9: Evalueer jezelf R

1 Duid aan of je de vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an mogelijke inkomstenbronnen voor een jongere opsommen.

2 Onderzoeksvaardigheden

• Ik k an een onderzoeksvraag formuleren.

• Ik k an informatie (teksten, tabellen, grafieken …) interpreteren.

• Ik k an informatie verzamelen.

• Ik k an informatie verwerken.

• Ik k an reflecteren (zelfevaluatie, peerevaluatie …) over het verloop van het onderzoek.

3 Mondelinge en sociale vaardigheden

• Ik kan op de gepaste manier vragen stellen voor een enquête.

• Ik kan het resultaat van een onderzoek mondeling voorstellen.

• Ik kan in groep werken.

4 ICT

• Ik kan cijfers ingeven in een rekenblad.

• Ik kan zelf een grafiek maken.

• Ik kan de resultaten van een onderzoek presenteren.

• Ik kan een enquête ontwerpen met een tekstverwerker.

Ja. Kan beter.

2 Wat zou je anders doen wanneer je de volgende keer enquêtes afneemt?

MIJN NOTITIES

HOOFDSTUK 2 WELKE UITGAVEN KUNNEN JONGEREN HEBBEN?

OPDRACHT 1: Ontdek wat mogelijke uitgavenposten van jongeren zijn

1 Bestudeer de tekening. Welke boodschap wordt er meegegeven, denk je?

©VANIN

€ 300,00

€ 5,00

€ 200,00

€ 2,20 € 3,45 € 45,00

€ 65,00

2 Je hebt misschien een goed beeld van jouw uitgavenpatroon, maar je mag er nooit van uitgaan dat dat voor iedereen hetzelfde is. Daarom ga je dat nu bestuderen. De eerste stap is een onderzoeksvraag opstellen.

a Lees eerst deze tips.

Tip 1

Hoe specifieker de onderzoeksvraag, hoe gerichter je onderzoek kunt doen. Je kunt dan concretere interviews voeren, duidelijkere vragenlijsten opstellen … Je wilt bijvoorbeeld weten waaraan jongeren hun geld besteden, maar je kunt nooit besluiten trekken voor alle jongeren. Baken daarom je doelgroep af in de onderzoeksvraag:

WAARAAN BESTEDEN DE LEERLINGEN VAN MIJN KLAS HUN GELD?

Tip 2

Een onderzoeksvraag is meestal (ondanks de afbakening) te groot om in één keer te beantwoorden. Door deelvragen te maken, los je dat probleem op.

b Noteer een zo nauwkeurig mogelijke deelvraag.

OPDRACHT 2: Ga na waar je informatie kunt vinden

1 Waar denk je dat de meeste jongeren tussen 12 en 15 jaar hun geld aan besteden?

a Maak met je klasgenoten opnieuw vijf groepen. Elke groep krijgt een spilfiguur toegewezen. Bekijk het filmpje van je spilfiguur. Beantwoord daarna de vragen.

• Wat is de naam van je spilfiguur?

• Noteer de top drie van zaken waaraan je spilfiguur het meeste geld uitgeeft.

b Bespreek de antwoorden met de klas. Vul de mindmap aan met de top drie van de andere spilfiguren.

2 Noteer de drie zaken waaraan jij het meeste geld uitgeeft.

VIDEO'S: UITGAVEN SPILFIGUREN

3 Bestudeer tabel 1 in verband met de uitgaven van jongeren.

a Noteer de top drie van de uitgavenposten voor de drie leeftijdsgroepen. 13-14 jaar 15-16 jaar

Plaats 1

Plaats 2

Plaats 3

b Welk verschil in uitgaven valt het meest op naarmate jongeren ouder worden?

jaar

Tabel 1: Percentage scholieren dat zelf geld uitgeeft aan de uitgavenposten, naar leeftijd (n=1.952)

uit (bijvoorbeeld zwembad, pretpark, dierentuin, bioscoop)

telefoon (kosten voor internet, sms, bellen)

Eten, snoep en drinken (bijvoorbeeld voor in de pauze)

Abonnement (bijvoorbeeld op Netflix,

bordspellen, speelgoed

Bron: Scholierenonderzoek, 2020

4 Bestudeer tabel 2 in verband met de uitgaven van jongeren.

a Wat is de populairste uitgavenpost bij jongeren?

• jongens:

• meisjes:

b Bij welke uitgavenposten merk je de grootste verschillen tussen jongens en meisjes?

c Er zijn dus duidelijke verschillen tussen het uitgavenpatroon van jongens en meisjes. Welke andere factoren beïnvloeden volgens jou nog het uitgavenpatroon van jongens en meisjes?

Tabel 2: De meest voorkomende uitgavenposten, naar geslacht (n= 1 952)

Geeft hier zelf geld aan uit %

Gemiddelde uitgaven per maand (excl. 0) €

Kleding en schoenen

en

Dagje uit (bijvoorbeeld zwembad, pretpark, dierentuin, bioscoop)

café, discotheek, festival, concert

Mobiele telefoon (kosten voor internet, sms, bellen)

1414 Cadeaus voor anderen

Eten, snoep en drinken (bijvoorbeeld voor in de pauze)

Abonnement (bijvoorbeeld op Netflix, Spotify, tijdschrift)

bordspellen, speelgoed

Bron: Scholierenonderzoek, 2020

5 7 7 % van de jongens geeft zijn zakgeld uit aan games. Gamen houdt risico’s in, maar gezond gamen kan ook.

a Lees eerst de artikels.

Gameverslaving: ‘Tot 12 uur per dag was ik aan het gamen.’

Een onderzoek van de KU Leuven heeft uitgewezen dat drie procent van de 12- tot 17-jarigen een problematische gamer is. De 20-jarige student J. M. was iemand die tot twee jaar geleden zijn vrije tijd vulde met niets dan gamen.

‘Ik kwam thuis van school en at toen soms al aan de computer’, getuigt hij bij VTM Nieuws. ‘Een zestal uur per dag was ik dan aan het gamen. In het weekend gamede ik dan 9 tot 12 uur

per dag. De hele dag ongeveer, alles moest wijken.’

Jens zocht geen professionele hulp, maar wel nieuwe hobby’s. Zo wist hij zijn verslaving onder controle te krijgen. ‘Veel jongeren lijden eraan en beseffen niet dat het een ziekte is. Het kan voor velen een oplossing bieden.’

Soms geraken jongeren er niet uit en moeten ze professionele hulp inroepen.

Bron: www.gva.be, 6 januari 2018

Uit een leerlingenbevraging blijkt dat 90 % van de gamende jongeren (12-18 jaar) in Vlaanderen geen problemen ervaart met gamen. Ook wetenschappers zijn ervan overtuigd dat ‘gameverslaving’ vaak te snel in de mond wordt genomen. De meeste

gamers doen dus aan recreatief gamen, dat wil zeggen dat het blijft bij gamen als hobby of ontspanning. Voor een kleine groep kun je wel spreken van problematisch gamen.

Bron: www.gezondheid.be, februari 2018

b Bekijk vervolgens twee filmpjes in verband met gamen en de mogelijke risico's ervan.

c Markeer nu de positieve kanten van gamen in het groen en de risico’s in het rood.

Je leert probleemoplossend denken.

Voor sommigen neemt gamen zoveel tijd in beslag, dat het ten koste van andere activiteiten gaat.

Sommige games zijn goed voor je ruimtelijk inzicht en je reactiesnelheid. School, vrienden en/of vroegere hobby’s kunnen onder druk komen te staan.

Door te gamen leer je je concentreren en doorzetten.

Sommige jongeren zonderen zich meer en meer af om te gamen en geraken geïsoleerd.

Je leert snel beslissingen nemen en keuzes maken.

Te lang achter een beeldscherm zitten, is niet goed voor je gezondheid.

In games met meerdere spelers leer je samenwerken, afspraken maken en andere sociale relaties aangaan.

Games verbeteren de oog-handcoördinatie door de combinatie van bewegen en kijken. Gamen stimuleert creativiteit.

Veel zitten heeft gevolgen voor de gezondheid.

Als je dag en nacht gamet, kan je dag- en nachtritme vervagen en slaap je slecht of te weinig.

d Op vind je een test over gamegedrag. Doe de test en stel vast of je gamegedrag gezond of problematisch is.

e Steek jij meer tijd in je avatar op World of Warcraft dan in je vrienden? Of word je vervelend als je niet op het internet kunt? Kun je moeilijk stoppen met een game? Zoek online of via de ontdekplaat op waar je terechtkunt wanneer je op zoek bent naar hulp, of waar je informatie over problemen rond gamen kunt vinden.

6 Maken jongeren afspraken met hun ouders in verband met hun uitgaven? Bekijk opnieuw het filmpje van je spilfiguur.

a Welke afspraken zijn er gemaakt tussen de ouders en je spilfiguur over de dingen waaraan zakgeld uitgegeven wordt?

b Heb jij afspraken gemaakt met je ouders over de dingen waaraan jij je zakgeld uitgeeft? Indien wel, noteer dan de afspraken. Indien niet, schrijf dan waarom je dat niet nodig vindt.

7 De ouders van Li maken zich zorgen over het gamegedrag van hun zoon. Welke afspraken zouden ze met Li kunnen maken, zodat gamen een ‘gezonde’ hobby is en blijft? Noteer twee voorbeelden.

8 Naast gamen zijn veel jongeren heel actief op sociale netwerksites. Ook daarover worden het best afspraken gemaakt, zodat je op een bewuste, kritische en gezonde manier leert omgaan met die media. Ga op onderzoek met de ontdekplaten ‘Sociale netwerken’ en ‘Een goede online reputatie’, zodat je de nodige info vindt om deze vragen te kunnen beantwoorden.

a Op welke sociale netwerksites ben jij actief?

b Hoe oud moet je zijn om een account aan te maken op Instagram en TikTok?

c Geef één reden waarom jij actief bent op een sociale netwerksite.

ONTDEKPLATEN: 'SOCIALE NETWERKEN' EN 'ONLINE REPUTATIE'

d Welke tip vond je het meest nuttig om de risico’s van het gebruik van sociale media te vermijden?

9 Lotte heeft sinds kort ook een profiel op TikTok. De mama van Lotte vindt het wel belangrijk dat haar dochter kritisch en veilig leert omgaan met sociale media.

a Welke afspraak met haar dochter zou jij de mama van Lotte aanbevelen?

b Welke stappen heb je al ondernomen of zou je willen ondernemen om je online reputatie ‘goed’ te houden?

OPDRACHT 3: Stel een plan van aanpak op

1 Hoe ga je de nodige informatie verzamelen om de deelvraag te kunnen beantwoorden?

a Schrijf de deelvraag die je op p. 23 noteerde opnieuw neer.

b Denk ver volgens na of er nog andere uitgavenposten zijn die niet in de lijst van het scholierenonderzoek voorkomen. Vul de tabel eventueel verder aan.

Kleding en schoenen

Shampoo/douchegel/make-up

Sieraden en accessoires

Dagje uit (bijvoorbeeld zwembad, pretpark, dierentuin, bioscoop)

Spel(computer), games, apps, in-app aankopen

Sport/hobby/muziekles

Abonnement (bijvoorbeeld op Netflix, Spotify, tijdschrift)

Boeken, bordspellen, speelgoed

Uitgaan, café, discotheek, festival, concertVakantie

Mobiele telefoon (kosten voor internet, sms, bellen)

Cadeaus voor anderen

Eten, snoep en drinken (bijvoorbeeld voor in de pauze)

Schoolspullen en schoolboeken

c Bedenk samen met je buur op welke manier je de top vijf van de uitgavenposten van de leerlingen van je klas kunt verzamelen.

d Wie gaat de top vijf ophalen bij de leerlingen?

e Wanneer ga je dat doen? Noteer de dag en het lesuur.

2 Bepaal hoe en wanneer je je resultaten gaat voorstellen.

a Noteer welke voorstellingswijze je gekozen hebt. Je vindt de verschillende opties terug op p. 20.

b Wanneer moet je het resultaat aan je leerkracht bezorgen? Noteer hier de dag.

c Noteer die datum ook in je agenda en zet eventueel een herinnering in je smartphone.

OPDRACHT 4: Verwerf informatie

1 Haal de top vijf van de uitgavenposten op. Maak daarbij een onderscheid tussen de antwoorden van jongens en die van meisjes.

2 Vul de tabel in door alle cijfers verzameld bij opdracht 3 (zie de top vijf van je klasgenoten) bij de uitgavenposten op te tellen.

Jongens Meisjes

a Kleding en schoenen

b Shampoo/douchegel/make-up

c Sieraden en accessoires

d Dagje uit (bijvoorbeeld zwembad, pretpark, dierentuin, bioscoop)

e Uitgaan, café, discotheek, festival, concert

f Mobiele telefoon (kosten voor internet, sms, bellen)

g Cadeaus voor anderen

h Eten, snoep en drinken (bijvoorbeeld voor in de pauze)

i Spel(computer), games, apps, in-app aankopen

j Sport/hobby/muziekles

k Abonnement (bijvoorbeeld op Netflix, Spotify, tijdschrift)

l Boeken, bordspellen, speelgoed

m Vakantie

n Schoolspullen en schoolboeken

o

p

OPDRACHT 5: Verwerk de resultaten U

1 Je hebt de informatie in verband met het uitgavenpatroon van je klasgenoten verzameld. Jouw onderzoek moet nu een antwoord bieden op de (deel)onderzoeksvragen. Ga naar en bekijk de verschillende tips en stappenplannen om je resultaten voor te stellen in een infografiek.

2 Bewaar het resultaat in je portfolio.

OPDRACHT 6: Trek besluiten U

1 Welke uitgaven staan, volgens het klasonderzoek, op de eerste vijf plaatsen voor de jongens? En welke voor de meisjes?

Jouw onderzoek

2 Met de resultaten van je onderzoek heb je een antwoord geformuleerd op de onderzoeksvraag op p. 23. Noteer dat antwoord.

3 Komen de resultaten van het klasonderzoek overeen met de bevindingen van het scholierenonderzoek? Vul de tabel verder aan.

Scholierenonderzoek Jouw onderzoek Jongens Meisjes Jongens Meisjes

1 Games Snoep, eten, drinken

2 Snoep, eten, drinken

3 Cadeaus

Sieraden en accessoires

Cadeaus

4 Uitgaan (bv. bioscoop, discotheek) Kleding en schoenen

5 Daguitstap (bv. dierentuin) / Kleding en schoenen

Uitgaan (bv. bioscoop, discotheek)

a Welke gelijkenissen stel je vast?

b Welke verschillen stel je vast? Noteer bij elk verschil een mogelijke verklaring.

1 Duid aan of je de vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an het uitgavenpatroon van jongeren toelichten.

• Ik k an verschillen tussen het uitgavenpatroon van jongeren toelichten.

2 Onderzoeksvaardigheden

• Ik k an (deel)vragen formuleren voor een onderzoek.

• Ik k an een tabel/infografiek begrijpen.

• Ik k an procenten berekenen.

3 Gezondheid

• Ik kan de mogelijkheden van mediagebruik kritisch toelichten.

• Ik kan de risico's van mediagebruik toelichten.

4 ICT

• Ik kan informatie opzoeken op het internet.

• Ik kan cijfers ingeven in een rekenblad.

• Ik kan een infografiek maken.

2 Wat zou je anders doen wanneer je de volgende keer een onderzoek moet uitvoeren?

MIJN NOTITIES

HOOFDSTUK 3 HOE GA JE VER ANTWOORD MET GELD OM?

OPDRACHT 1: Ontdek hoe je verantwoord met geld kunt omgaan

Door financiële vorming op school leren jongeren al op vroege leeftijd het belang van een budget beheren en van sparen. In de loop van het secundair onderwijs groeit de financiële zelfstandigheid van jongeren. Ze sparen voor een bromfiets of voor hun eerste zelfstandige reis of ontdekken grote dromen.

Hoe kunnen én moeten we de financiële competenties van Vlaamse jongeren verbeteren?

Bron: KBC

Een gezond budget is belangrijk. Het zorgt ervoor dat je je geen zorgen moet maken over geld.

Bron: www.jongerengids.be

12 % van de Vlaamse leerlingen halen het basisniveau van financiële geletterdheid niet. Die leerlingen kunnen bijvoorbeeld de waarde van een eenvoudig budget niet herkennen. Opvallende kenmerken in dagelijkse financiële documenten zoals 'rekeninguittreksel' kunnen ze ook niet interpreteren.

Bron: Knack, 21 januari 2021

1 Op vind je een tool om na te gaan hoe gezond jouw budget is. Noteer hier de feedback die je krijgt nadat je de test ingevuld hebt.

2 Omschrijf het begrip ‘budget’ in je eigen woorden.

3 Misschien ben je al goed op weg om je budget te beheren, maar kun je met enkele tips je budgetbeheer nog gezonder maken. De onderzoeksvraag waar je nu rond gaat werken is dan ook:

HOE GA JE VERANTWOORD MET GELD OM?

In de loop van dit hoofdstuk ga je die onderzoeksvraag nog verder verfijnen in deelvragen. Noteer twee deelvragen die nu al bij je opkomen.

OPDRACHT 2: On tdek welke vraag je spilfiguur heeft in verband met het beheer van het budget

Welke vragen hebben jongeren tussen 12 en 15 jaar over het beheer van hun budget?

Maak met je klasgenoten opnieuw vijf groepen. Elke groep krijgt een spilfiguur toegewezen. Lees de tekst over de financiële situatie van je spilfiguur.

Yusuf @Li Heb je de advertentie van de nieuwste PlayStation al gezien? Vet, man … die moet ik hebben. Mijn ouders vinden dat prima, maar ik moet hem wel zelf betalen. Dat moet lukken, want ik krijg elke maand € 32,00 zakgeld en ik heb ook nog het geld dat ik van mijn opa heb gekregen voor mijn verjaardag. Pff … ik zou alleen graag weten hoelang ik nog moet sparen voor ik naar de winkel kan gaan.

Lotte @Fleur Heb je die nieuwe sweater in de etalage van H&M zien hangen? Vorig weekend ben ik samen met mijn mama een nieuwe jeans gaan kopen. De kleuren van die sweater zouden daar perfect bij passen! Maar ... ze gaat het nooit goed vinden dat ik nu weer een nieuwe sweater wil. Ik zou hem zo graag van mijn zakgeld kopen, maar mijn spaarpot is zo goed als leeg. Meer zakgeld krijgen zit er niet in. Weet jij hoe ik op een andere manier wat geld kan verdienen?

Fleur Hey @Yusuf, ik heb een probleem. Gisteren is mijn smartphone gevallen en het scherm is gebarsten. Ik ben al even langsgeweest bij de winkel, maar de herstelling zou volgens de verkoper duurder zijn dan een nieuwe smartphone. Misschien is dat ook maar een verkooppraatje ... Jij kent veel van die toestellen, niet? Ik zou wel een nieuwe smartphone willen kopen, maar ik ken er te weinig van. Ik heb een advertentie gezien waarbij ik een geweldige smartphone kan kopen voor € 9,99 als ik een abonnement neem van € 10,00 per maand. Wat denk je?

Renée @Vrienden Ik begrijp er niets van. Ik krijg € 5,00 per week van mijn mama en € 5,00 per week van mijn papa. Gisteren wilde ik een cadeautje kopen voor mijn beste vriendin, Thirza, en wat denk je? Geen rotte euro meer. Ik ben telkens verrast. Soms ben ik verbaasd dat ik nog geld overheb aan het einde van de maand. Maar soms heb ik niets meer en zou ik toch graag nog iets kopen. Hoe doen jullie dat?

Li @Renée Man, man … Mijn allerbeste vriend, Xiam, spreekt niet meer tegen mij. Het is mijn eigen schuld. Ik krijg geen zakgeld. Soms verdien ik wat door klusjes te doen bij mijn bejaarde buurvrouw. En als ik iets wil kopen, kan ik dat wel aan mijn ouders vragen ... maar welke 12-jarige doet dat nog graag? Ik heb al een paar keer iets geleend bij Xiam. Ik moet toegeven dat hij meestal heel lang moet wachten voor ik hem terugbetaal, maar nu … Ik moet dat goedmaken.

a Wat is de naam van jouw spilfiguur?

b Je spilfiguur beheert een budget. Welke vragen heeft je spilfiguur in verband daarmee?

OPDRACHT 3: Breng de problemen die jongeren onder vinden bij het beheren van hun budget in kaart

1 Breng de financiële situatie van je spilfiguur grondig in kaart.

a Bekijk opnieuw het filmpje over de inkomsten van je spilfiguur. Noteer in de tabel de inkomensbronnen van je spilfiguur.

b Geef ook aan of dat terugkerende inkomensbronnen zijn of dat het eerder om een eenmalig inkomen gaat.

Inkomensbronnen

Terugkerend of eenmalig

¨ terugkerend ¨ eenmalig

¨ terugkerend ¨ eenmalig

¨ terugkerend ¨ eenmalig

c Bekijk eerst opnieuw het filmpje over de uitgaven van je spilfiguur. Lees daarna opnieuw de tekst over de financiële situatie van je spilfiguur (opdracht 2). Noteer hieronder in de tabel de verschillende uitgavenposten.

d Geef ook aan of dat terugkerende uitgavenposten zijn of dat het om eenmalige uitgaven gaat.

Uitgavenposten

Terugkerend of eenmalig

¨ terugkerend ¨ eenmalig

¨ terugkerend ¨ eenmalig

¨ terugkerend ¨ eenmalig

2 Hoe kun je berekenen of de spilfiguur maandelijks kan sparen?

VIDEO'S: INKOMEN EN UITGAVEN SPILFIGUREN

3 Op vind je verschillende manieren om een duidelijk overzicht te geven van de financiële situatie van je spilfiguur.

a Bepaal samen met je groep welke manier jullie gaan gebruiken.

b Noteer je keuze en leg uit waarom jullie daarvoor kiezen.

4 Je gaat vervolgens een poster maken om de antwoorden op de vragen van de spilfiguren weer te geven.

a Noteer op welke manier je dat gaat aanpakken. Je kunt het op papier doen, maar online vind je ook enkele digitale tools om een poster te maken.

b Vermeld eventueel de software die je wilt gebruiken.

OPDRACHT 4: Verwerf informatie U

1 Kijk de situatie van je spilfiguur nog eens grondig na. Vul de tabel aan met de maandelijkse inkomsten (soort en bedrag). Gebruik daarvoor het bestand op met extra info over de inkomsten van de spilfiguren.

Maandelijkse inkomsten

Januari Februari Maart SoortBedragSoortBedragSoortBedrag

2 Bestudeer de kastickets van je spilfiguur die je kunt terugvinden op . Vul online onder ieder kasticket de uitgavenpost en de maand in.

3 Tel alle bedragen van dezelfde uitgavenpost op en verwerk de som in de tabel.

Maandelijkse uitgaven

Januari Februari Maart SoortBedragSoortBedragSoortBedrag

OPDRACHT 5: Verwerk de informatie U

1 Bereken nu of jouw spilfiguur op het einde van de maand kan sparen.

Januari Februari Maart Bedrag Bedrag Bedrag

Inkomsten Inkomsten Inkomsten Uitgaven Uitgaven Uitgaven Sparen? Sparen? Sparen?

2 Waarom is het nuttig om te sparen?

OPDRACHT 6: Trek besluiten U

1 Noteer opnieuw de vraag van jouw spilfiguur.

2 Welk advies geef je aan je spilfiguur? Noteer. Gebruik duidelijke argumenten.

OPDRACHT 7: Stel je resultaten voor U

1 Vorm groepen. Elke groep vertegenwoordigt een spilfiguur. Stel nu het resultaat van jullie spilfiguur aan de rest van de klas en aan je leerkracht voor.

2 Noteer de antwoorden op de vragen van de vier andere spilfiguren.

OPDRACHT 8: Bundel de resultaten tot een geheel

1 Verwerk de adviezen voor de verschillende spilfiguren in een poster. Iedere leerling maakt die poster individueel. Bespreek daarna klassikaal de posters.

2 De onderzoeksvraag luidde: 'Hoe ga je verantwoord om met geld?' Noteer de adviezen die een antwoord zijn op die vraag.

OPDRACHT 9: Vraag feedback aan je klasgenoten

Vraag aan je klasgenoten wat ze van je onderzoek vinden. Duid dat aan op de schaal.

Mijn klasgenoten vinden het overzicht in verband met de financiële situatie van mijn spilfiguur heel duidelijk.

Mijn klasgenoten vinden de antwoorden op de vraag van mijn spilfiguur heel helder.

OPDRACHT 10 : Bespreek de samenwerking in groep R

Bespreek de samenwerking in groep en vink de juiste score aan.

Met elkaar omgaan

Individuele gevoelens

We lieten elkaar uitpraten.

We legden de meningsverschillen op een goede manier bij.

Iedereen had een taak.

We stonden open voor elkaars mening.

Iedereen leefde de afspraken na.

Ik had er zin in om deze opdracht samen aan te pakken.

Er was een prettige werksfeer in de groep.

Ik heb met plezier aan mijn deelopdracht gewerkt.

Ik voel me tevreden met het resultaat.

We werkten vlot samen in groep.

OPDRACHT 11: Evalueer jezelf R

Duid aan of je de vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist Ja. Kan beter.

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an een indeling maken in inkomstenbronnen van jongeren.

• Ik k an een indeling maken in uitgavenposten van jongeren.

• Ik k an de financiële situatie van een jongere in kaart brengen.

• Ik k an tips geven voor een goed budgetbeheer van jongeren.

• Ik k an eenvoudige documenten interpreteren in functie van het beheer van mijn budget.

2 Mondelinge vaardigheden

• Ik kan het resultaat van een onderzoek mondeling voorstellen.

3 ICT

• Ik kan inkomsten en uitgaven in een digitale tool weergeven.

• Ik kan een poster maken.

HOOFDSTUK 4 WAT BE ï NVLOEDT JE AANKOOPGEDRAG?

OPDRACHT 1: Breng je aankoopgedrag in kaart

1 Lees het gesprek tussen Renée en Lotte. Wat wil Lotte duidelijk maken?

Ik ben al een half uur op zoek naar die promo voor de nieuwste iPhone.

Hey, Lotte! Goed dat je er bent!

Hey, Renée. Wat ben je aan het doen?

De nieuwste iPhone?

Je gsm is toch nog niet zo oud? Heb je die niet gekocht in ’t zesde leerjaar?

Ja, maar het nieuwste model kan zoveel meer ... Mijn beste vriendinnen hebben dat model trouwens ook al en ik kan nu al niet meer meepraten!

En dan? Ik heb ook geen iPhone en mijn smartphone kan ook veel, ook al is die al drie jaar oud. Wat ga je trouwens doen als er over een jaar alweer een nieuw model uitkomt?

2 Wat zijn jouw laatste drie aankopen?

a Noteer die in de eerste kolom.

b Vul in de eerste kolom aan waarom je juist dat product gekocht hebt.

c Vink in kolom 2 of 3 aan of je het product echt nodig had of dat je het gewoon graag wilde hebben.

Aankopen

Wat?

Ik had het echt nodig. Ik wilde het graag hebben.

Waarom? ¨

Wat?

Waarom? ¨

Wat?

Waarom?

Een behoefte is iets dat je nodig hebt of graag wilt hebben. Mensen hebben dus verschillende behoeften.

Zelfontplooiing

Behoefte aan waardering en erkenning

Behoefte aan sociaal contact

Behoefte aan veiligheid en zekerheid

Lichamelijke behoeften

Mobiel internet is een basisbehoefte.

3 Iedereen heeft behoeften. Sommige van die behoeften zijn reëel, anderen zijn gecreëerd. Je gaat nu onderzoeken op welke manieren behoeften kunnen gecreëerd worden. Dat leidt tot deze onderzoeksvraag:

WELKE FACTOREN CREËREN BEHOEFTEN BIJ DE CONSUMENT?

OPDRACHT 2: Verken hoe ondernemingen behoeften creëren V

1 Vul de tabel aan en beantwoord de vragen.

a Van welk merk of welke winkel is/zijn je ….?

smartphone

schoenen broek T-shirt/trui boekentas/rugzak tandpasta pennenzak deodorant

b Waarom gebruik je die producten van dat merk of die winkel?

c K ies een product uit de tabel en vink aan hoe je dat kent.

Product:

¨ Het werd me aangeraden door een vriend/vriendin.

¨ Al mijn vrienden hebben dat product.

¨ Mijn ouders kopen het voor mij.

¨ Ik heb het op tv, op sociale media of in een magazine gezien.

¨ Een celebrity gebruikt dat product.

¨ Andere:

2 Voor heel wat producten wordt er reclame gemaakt. Waar kun je reclame tegenkomen?

3 Van welke ondernemingen of merken zijn de volgende logo’s? Noteer de antwoorden onder het logo.

4 Reclamemakers gebruiken verschillende technieken om ons te overtuigen bepaalde producten te kopen. Bekijk het filmpje en de afbeeldingen.

Noteer onder iedere bron hoe de onderneming ons probeert te overtuigen.

VIDEO: LANCÔME

5 Ga naar en bekijk de twee filmpjes in verband met productplacement. Leg in je eigen woorden uit wat productplacement is.

6 Bekijk op het filmpje met Sofie Dumont. Welke onderneming maakt gebruik van productplacement in het kookprogramma van Sofie?

7 Nog een andere techniek die reclamemakers gebruiken, is geurmarketing. Bekijk op het filmpje over geurmarketing.

a Welke toepassing komt er in het filmpje aan bod?

b Noteer nog een andere toepassing van die marketingtruc.

ERVAAR DE KRACHT VAN GEUR

Het verspreiden van de geur van een versgebakken brood deed de verkoop van brood in de supermarkt verdubbelen.

VIDEO: GEURMARKETING
VIDEO: SOFIE DUMONT
VIDEO'S: PRODUCTPLACEMENT

3: Ga na hoe je aankoopgedrag beïnvloed wordt door

1 Welke sociale media gebruik je dagelijks?

¨ YouTube

¨ Snapchat

¨ WhatsApp

¨ Instagram

¨ TikTok

¨ Facebook

¨ Pinterest

¨ X

¨ Andere:

©VANIN

2 Denk jij dat je beïnvloed wordt door reclame op sociale media?

a Hoeveel leerlingen van je klas denken van wel?

b Hoeveel leerlingen van je klas denken van niet?

3 Doe thuis of op school de volgende test.

a Ga op zoek naar een specifiek product op Zalando, bol.com, Coolblue …

b Ga even later naar Google of Instagram. Wat merk je?

Wanneer je websites bezoekt, kijken heel wat bedrijven over je schouder mee. Denk aan Instagram, TikTok, Google en advertentienetwerken. Jouw surfgedrag bewaren zij in cookiebestanden op je pc.

c Ga naar en ontdek via de ontdekplaat wat cookies precies zijn en hoe ze werken.

d Waarom is het verstandig om cookies te verwijderen van je pc, smartphone of tablet?

4 Via sociale media kun je bekendheden volgen. Welke bekendheden volg je op Snapchat, Instagram, TikTok ... ?

5 Lees het artikel. Wat kun je afleiden?

Stormloop op juwelen van Fragille en influencer Victoria Paris:

‘Ze is totaal niet bang om te

experimenteren’

In de Antwerpse Kammenstraat was het woensdagmorgen aanschuiven voor de winkel van juwelenmerk Fragille, dat een collectie uitbracht met de razendpopulaire influencer Victoria Paris. ‘Eigenlijk draag ik niet eens zo vaak juwelen.’

‘Oef, er staat nog niet zoveel volk’, stelt een tienermeisje opgelucht vast. In het gezelschap van twee vriendinnen fietst ze door de Kammenstraat in Antwerpen. Het trio is gehuld in dikke pufferjassen die hen moeten beschermen tegen wat de grijze hemel voorspelt. ‘Oh oei, toch wel al enkele mensen’, zien ze bij aankomst.

Zelfs in een stad als Antwerpen is het ongebruikelijk dat er op een doordeweekse dag, anderhalf uur voor openingstijd, al een rij voor winkeldeuren staat. Maar voor stijlbewuste jongeren is dit geen gewone dag, want het Antwerpse juwelenmerk Fragille brengt een collectie uit met de populaire influencer Victoria Paris. ‘Eigenlijk draag ik niet eens zo vaak juwelen, maar dit is zo’n bijzondere collectie, dat ik er toch graag enkele stuks van wil’, zegt modefotografe Janne Rule (22).

File in New York

De figuratieve ontwerpen van Gille Peeters (26) doen in niets denken aan prototypische sieraden. Precies daarom valt Fragille wereldwijd in de smaak. Toen Paris afgelopen zomer toevallig langs de winkel van Peeters liep, werd ze verliefd op de speelse designs. Ze kocht enkele items.

De twee hielden contact en de rest is geschiedenis. Terwijl de tijd wegtikt, groeit de rij aan. In de winkel is Peeters druk bezig juwelen te schikken in de vitrinekasten. Ze is beheerst, maar toch een tikkeltje nerveus. De lancering in New York was nochtans een onverhoopt succes. ‘Dit had ik echt nooit durven dromen.’ Twee dagen vormden fans van Toronto, Las Vegas en alles daartussenin een ongeziene file die meerdere straatblokken innam. Insane, om het met de woorden van Peeters te zeggen.

Antwerpen is New York niet, maar ook hier kent het merk een groeiende groep bewonderaars die met plezier in de motregen aansluiten. De 17-jarige Ella Desimpelaere heeft haar moeder en haar zus mee op sleeptouw. Haar verlanglijstje is kort. ‘Ik ga voor de earcuff. Goud of zilver? Dat weet ik nog niet.’

Anders dan de anderen

Authentiek, persoonlijk, atypisch, intuïtief. Het zijn adjectieven die wel vaker worden toegeschreven aan Fragille. Dat Peeters in zee gaat met een influencer, lijkt haaks te staan op haar merkidentiteit. Wel integendeel, ‘ik heb weinig op met influencermarketing, maar voor mij is dit zoveel groter. Er moet een persoonlijke connectie zijn, voor ik met iemand samenwerk.’ Wat begon als een zakelijke interactie, is intussen een solide vriendschap. ‘Onze band is echt. Toevallig is Victoria ook een influencer.’

Bron: www.standaard.be, 14 februari 2024

OPDRACHT 4: Ontdek hoe peers jouw aankoopgedrag kunnen beïnvloeden

1 Lees het gesprek tussen Renée en Lotte bij opdracht 1 op p. 43 opnieuw.

a Is het een reële of een gecreëerde behoefte van Renée om een nieuwe smartphone te willen?

b Wat is de echte reden waarom Renée dan toch een nieuwe smartphone wil?

2 In de tabel staan een aantal stellingen over dingen die je misschien al eens gedaan hebt om erbij te horen.

a Duid aan of je jezelf wel of niet in de stelling herkent.

b Duid aan of het in de stelling volgens jou om een reële behoefte gaat, of om een behoefte die gecreëerd is door je vrienden.

c Vul de tabel ook aan met een extra stelling die op jou van toepassing is.

Stelling

1 ‘Ik heb al eens een kledingstuk gekocht omdat mijn vrienden het ook hadden.’

2 ‘Ik heb al eens een game gekocht omdat ik anders niet kan meepraten met mijn vrienden.’

3 ‘Ik heb al eens een ander soort snack gekocht omdat mijn klasgenoten die lekkerder vinden.’

Herken je jezelf?Soort behoefte

¨ Ja ¨ Nee ¨ Reëel ¨ Gecreëerd

¨ Ja ¨ Nee ¨ Reëel ¨ Gecreëerd

¨ Ja ¨ Nee ¨ Reëel ¨ Gecreëerd

4 ¨ Reëel ¨ Gecreëerd

3 Waarom denk jij dat jongeren dingen kopen om erbij te horen? Noteer drie mogelijke redenen.

Je vriendengroep of vriendenkring wordt ook peergroup genoemd. Een peergroup is een groep mensen uit de samenleving die een vergelijkbare leeftijd, status of belangstelling hebben en gemeenschappelijke waarden en normen.

4 Lees een tweede gesprek tussen Lotte en Renée.

Ik ben echt wel blij met de nieuwe klas waarin ik ben terechtgekomen.

Lotte Brouwers 17:59

Ik kan gewoon de kleren kopen waar ik mij goed bij voel. In mijn klas in het zesde zaten allemaal meisjes die constant merkkledij droegen. Ik moest dus altijd aan mijn mama vragen om ook merkkleren te kopen. Anders hoorde ik er echt niet bij.

18:02

Tof dat je nu gewoon jezelf kunt zijn!

Ja, onze klas is echt een hechte groep aan het worden en toch zijn we allemaal super verschillend.

18:03

a Wat zorgt ervoor dat Lotte zich goed voelt in haar nieuwe klas?

b Waarom voelde Lotte zich niet zo goed bij de meisjes van het zesde leerjaar?

Een peergroup kan open of gesloten zijn. Een open peergroup stelt zich open voor de buitenwereld, iedereen kan erbij horen. Niemand wordt uitgesloten en iedereen kan een eigen mening en identiteit hebben.

Een gesloten peergroup sluit zich af van de buitenwereld. Niet zomaar iedereen kan erbij horen, de leden moeten zich houden aan de normen en waarden van de groep.

Ja? Waarom?

c In welke soort peergroup zit Lotte in haar nieuwe klas? Welk effect heeft dat op Lotte? Leg uit.

d Welke soort peergroup vormden de meisjes waarbij Lotte in het zesde leerjaar zat? Welk effect had dat op Lotte? Leg uit.

De druk die een peergroup uitoefent op een persoon of op een kleinere groep om het gedrag te veranderen, zodat het overeenkomt met het gedrag van die peergroup wordt groepsdruk of peer pressure genoemd. Die kan zowel in positieve als in negatieve zin optreden.

5 Noteer in korte zinnen een voorbeeld van een situatie waarin jij al eens te maken had met positieve of negatieve groepsdruk.

Positieve groepsdruk

Negatieve groepsdruk

OPDRACHT 5: Onderzoek hoe de sociale ach tergrond invloed heeft op het aankoopgedrag van de spilfiguren V

Verdeel de klas in vijf groepen. Elke groep krijgt één spilfiguur toegewezen.

a Bekijk het filmpje van de spilfiguren.

b Noteer hoe de sociale achtergrond het aankoopgedrag van je spilfiguur beïnvloedt.

Op welke manier heeft de sociale achtergrond invloed op het aankoopgedrag van Yusuf?

groep 2

groep 1 Yusuf Lotte

Op welke manier heeft de sociale achtergrond invloed op het aankoopgedrag van Lotte?

groep 3 groep 4

Op welke manier heeft de sociale achtergrond invloed op het aankoopgedrag van Fleur?

Op welke manier heeft de sociale achtergrond invloed op het aankoopgedrag van Renée?

groep 5

Op welke manier heeft de sociale achtergrond invloed op het aankoopgedrag van Li?

c Elke groep vertelt de klas over haar spilfiguur. Vul de schema’s aan voor de vier andere spilfiguren.

Fleur
Li
Renée

OPDRACHT 6: Breng de factoren die het aankoopgedrag beïnvloeden in kaart

Speel het kaartspel dat je terugvindt op en ontdek hoe aankoopgedrag beïnvloed werd.

a Ga met je buur samenzitten en neem elk een kaart van de stapel die je van je leerkracht zult krijgen.

b Lees de tekst die op de kaart staat.

c Beantwoord daarna de volgende vragen.

• Maakte de persoon een emotionele, een intuïtieve of een rationele keuze?

• Ging het om een reële of gecreëerde behoefte?

• Wanneer het om een gecreëerde behoefte ging, door welke factor werd het aankoopgedrag beïnvloed?

OPDRACHT 7: Geef tips om op een positieve manier met groepsdruk om te gaan U

1 Maak een poster met in de hoofdrol een van de spilfiguren die vijf tips geeft om met groepsdruk om te gaan.

Als je voor een digitale versie gaat, vind je op een link naar enkele tools.

2 Stel daarna je poster voor in de klas.

3 Bewaar je poster in je portfolio.

OPDRACHT 8: Evalueer jezelf R

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist Ja. Kan beter.

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an aangeven of het om een reële of een gecreëerde behoefte gaat.

• Ik k an toelichten hoe ondernemingen het aankoopgedrag kunnen beïnvloeden.

• Ik k an verklaren hoe sociale media een invloed kunnen hebben op het aankoopgedrag.

• Ik k an uitleggen op welke manier peers het aankoopgedrag kunnen bepalen.

• Ik k an aangeven op welke manier de sociale achtergrond bepalend is voor het aankoopgedrag.

2 Onderzoeksvaardigheden

• Ik k an informatie (teksten, cartoons, filmpjes …) interpreteren.

• Ik k an het resultaat van een onderzoek weergeven in een (digitale) poster.

3 Sociale vaardigheden

• Ik kan in duo’s samenwerken. ¨

HOOFDSTUK 5 HOE KUN JE ALS JONGERE DUUR ZAAM CONSUMEREN?

OPDRACHT 1: Ontdek de echte prijs van een product

1 In welke winkels ga je wel eens winkelen of waar bestel je soms online?

a Vink de winkels aan waar je soms shopt en noteer zelf nog een andere winkel.

¨ Primark

¨ Action

¨ H&M

¨ Zara

¨ Zalando

b Waarom koop je in die winkels?

¨ Amazon

¨ Apple

¨ JBC

¨ Bershka

¨ bol.com

¨ Hema

¨ Shein

¨ Kruidvat

¨ Andere:

2 Ga naar , bekijk de korte samenvatting van de documentaire The True Cost en beantwoord de vragen.

a Welke problemen merk je op in de documentaire?

b Denk jij dat je dat zou kunnen veranderen? Hoe?

Wat is duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren?

Duurzaam consumeren betekent dat je bij je aankopen of gebruik van producten en diensten rekening houdt met het milieu. Je vermijdt verspilling en vervuiling. Het betekent ook dat je bij je aankopen rekening houdt met de grondstoffen van de aarde die ooit uitgeput geraken.

Ethisch consumeren betekent dat je bij je aankopen rekening houdt met de mensen, met het sociale aspect. Je koopt producten bij ondernemingen die hun werknemers goed behandelen, in goede omstandigheden laten werken en hen een loon betalen waarvan ze goed kunnen leven.

Verantwoord consumeren betekent dat je niet zomaar alles verspilt en bijvoorbeeld geen eten weggooit of kleding koopt die je nooit draagt.

3 Je weet nu wat duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren is. Lees voor dit hoofdstuk de onderzoeksvraag:

OPDRACHT 2: Breng je ecologische voetafdruk in kaart V HOE KAN IK ZELF DUURZAAM, ETHISCH EN VERANTWOORD CONSUMEREN?

1 Ga naar , bekijk het filmpje en beantwoord de vragen.

a Wat is de ecologische voetafdruk?

b Hoeveel hectare land is er beschikbaar per inwoner op aarde?

c Hoeveel bedraagt de ecologische voetafdruk van België?

d Als België en Nederland zo blijven verder doen, hoeveel aardbollen heb je dan nodig om te leven zoals we nu bezig zijn?

2 Niet iedereen gebruikt evenveel van de aarde. Meet thuis, samen met je ouders of je gezin, jullie ecologische voetafdruk.

a Noteer jouw score:

b Je mag zelf kiezen of je dat wilt bespreken in de klas.

3 Bespreek één of enkele van de volgende feiten klassikaal. Wat is jullie mening daarover?

a 783 miljoen mensen zijn chronisch ondervoed. Meer dan 500 miljoen mensen lijden aan obesitas. Tegen 2035 zal naar schatting 51 % van de wereldbevolking last hebben van overgewicht.

b 70 % van het zoete water in de wereld wordt gebruikt voor landbouw, 22 % voor de industrie en 8 % voor huishoudelijk gebruik.

c De minimale waterbehoefte per persoon per dag is 20 liter. 1,1 miljard mensen moeten het doen met 5 liter per dag.

d 2 ,6 miljard mensen hebben geen goede sanitaire voorzieningen.

e 65 % van alle energie wordt verbruikt door 20 % van de wereldbevolking.

f 50 % van alle bezittingen is van 1 % van de wereldbevolking. 50 % van de wereldbevolking moet het doen met 1 % van alle bezittingen in de wereld.

g 70 % van de wereldhandel gaat naar 20 % van de wereldbevolking.

h In België heeft de rijkste 1 % bijna een kwart van alle rijkdom in handen. Dat is meer dan de gecombineerde rijkdom van de onderste 70 % van de bevolking.

OPDRACHT 3: Ontdek wat niet duurzaam, onverantwoord en onethisch is V

Verdeel de klas in drie groepen. Elke groep krijgt een of meerdere filmpjes te zien.

Groep 1 heeft als thema duurzaam consumeren.

Groep 2 heeft als thema ethisch consumeren.

Groep 3 heeft als thema verantwoord consumeren.

a Welke feiten worden aangehaald in het filmpje van jouw groep? Vertel dat aan je klasgenoten.

U

b Welke feiten worden aangehaald in de filmpjes van de andere groepen?

OPDRACHT 4: Ga op zoek naar tips om duurzaam, ethisch en v erantwoord te consumeren

1 Werk verder in dezelfde drie groepen. Iedere groep blijft bij haar thema. Ga op zoek naar tips om duurzaam, ethisch en verantwoord te consumeren.

a Welke zoektermen kun je daarvoor gebruiken (bijvoorbeeld in Google)?

b Noteer alvast enkele interessante websites waar je meer informatie vindt.

2 Bestudeer nu de tips die je vindt op . Die tips heb je nodig om opdracht 5 uit te voeren.

OPDRACHT 5: Consumeer duurzaam, ethisch en verantwoord

Om na te gaan of je zelf duurzaam, ethisch en verantwoord kunt consumeren, voer je de drie taken (p. 61-63) uit.

Taak 1: Maak een affiche of een video waarin je tips geeft om duurzaam, ethisch of verantwoord te consumeren. Aan de hand van de affiches en video’s moet je de rest van de school bewust maken van duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren.

a Verdeel groep 1, 2 en 3 in kleinere groepen.

Thema Opdracht Resultaat voorstellen met een:

Groep 1 Duurzaam consumeren

Groep 2 Ethisch consumeren

Groep 3 Verantwoord consumeren

Aanbevelingen doen om duurzaam te consumeren ¨ Video ¨ Poster

Aanbevelingen doen om ethisch te consumeren ¨ Video ¨ Poster

Aanbevelingen doen om verantwoord te consumeren ¨ Video ¨ Poster

• Optie 1: Als je een affiche wilt maken, dan werk je per twee.

• Optie 2: Wil je een video maken, dan werk je per drie.

b Iedere groep stelt haar poster of video voor.

c K ies samen in de klas de beste poster of video uit groep 1, uit groep 2 en uit groep 3.

• Optie 1: De affiches kunnen opgehangen worden in het lokaal of in de school.

• Optie 2: De video’s kunnen via het elektronisch leerplatform of via de website van de school verspreid worden.

d Geef feedback aan elkaar over de poster of de video.

• Wat vind je goed?

• Wat zou je volgende keer beter kunnen doen?

e Geef feedback aan elkaar over jullie samenwerking in groep.

Categorie Ja. Kan beter.

Hebben jullie naar elkaar geluisterd? ¨ ¨

Hebben jullie elkaar positieve feedback gegeven? ¨ ¨

Hebben jullie de taken goed verdeeld? ¨ ¨

Heeft ieder groepslid zijn taken uitgevoerd? ¨ ¨

Taak 2: Evalueer individueel je aankopen thuis.

a Doorloop thuis, in je gezin, je aankopen van de afgelopen weken of maanden. Noteer enkele van de aankopen.

b Geef nu tips en aanbevelingen hoe jullie thuis duurzaam, ethisch en verantwoord zouden kunnen consumeren. De volgende vragen kunnen je daarbij helpen.

• Hoe kun je thuis meer doen voor het milieu?

• Wat kun je thuis doen om ethisch te consumeren?

• Hoe kun je thuis meer verantwoord consumeren?

c Bespreek klassikaal enkele aanbevelingen om thuis duurzaam, ethisch en verantwoord te consumeren.

d Welke tips, die je in de klas gehoord hebt, ga jij mee naar huis nemen om ook bij je thuis toe te passen?

Taak 3: Doe zelf een duurzame, ethische aankoop.

Je koopt regelmatig iets aan. In de komende weken tracht je bij minstens één van je aankopen rekening te houden met duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren.

a Noteer wat je gekocht hebt en hoe je rekening hebt gehouden met duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren.

b Vorm groepen van vier leerlingen. Noteer enkele voorbeelden van wat enkele van je klasgenoten gekocht hebben en hoe zij rekening hebben gehouden met duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren.

c Geef feedback aan elkaar in je groep van vier leerlingen. Wat heeft iedereen goed gedaan met betrekking tot duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren?

Categorie Ja. Hoe zou het nog beter kunnen?

Hebben ze iets duurzaams gekocht? ¨

Hebben ze bij een aankoop rekening gehouden met het ethische aspect? ¨

Werd er op een verantwoorde manier geconsumeerd? ¨

Geef aan hoe goed je de volgende vaardigheden beheerst.

Checklist Ja. Kan beter.

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an tips geven om duurzaam te consumeren.

• Ik k an tips geven om ethisch te consumeren.

• Ik k an tips geven om verantwoord te consumeren.

• Ik k an bij mijn aankopen rekening houden met duurzaam, ethisch en verantwoord consumeren.

2 Sociale vaardigheden

• Ik kan in groep samenwerken.

• Ik kan positieve feedback geven aan mijn groepsgenoten.

• Bij groepswerk doe ik wat van me gevraagd wordt.

3 ICT-vaardigheden

• Ik kan een affiche of video maken.

• Ik kan het internet gebruiken om goede informatie op te zoeken.

MIJN NOTITIES

HOOFDSTUK 6 HOE KUN JE VEILIG BETALEN EN FRAUDE

VERMIJDEN?

OPDRACHT 1: Ontdek welke problemen de spilfiguren hebben

1 Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen.

2 Betalen kan op verschillende manieren. Dagelijks betalen mensen in de winkel, online … Toch moet je opletten met elk betaalmiddel, want geen enkel betaalmiddel is volledig veilig. Dat geldt ook voor jou. Daarom ga je in dit hoofdstuk het volgende onderzoeken:

HOE KUN JE MET VERSCHILLENDE BETAALMIDDELEN EN VIA VERSCHILLENDE KANALEN VEILIG BETALEN EN FRAUDE VOORKOMEN?

OPDRACHT 2: Onderzoek waar je je aankopen kunt doen

1 Vul de tabel aan.

a Bekijk in de linkerkolom een aantal producten.

b Vul in de rechterkolom aan waar je die producten kunt aankopen. Kies uit de onderstaande opties.

bol.com – Coolblue – Decathlon – TakeAway.com – foodtruck – markt – McDonald’s – Mediamarkt – supermarkt – Torfs – TV-commercial – Zalando

kun je dat kopen?

2 Hoe noem je de verschillende plaatsen waar je een product kunt aanschaffen?

3 Maak een overzicht van de verschillende verkoopkanalen.

4 Sommige verkoopkanalen brengen extra kosten met zich mee. Bestudeer de producten.

a Noteer de prijs van elk product.

b Noteer ook de extra kosten.

Prijs product: Extra kost:

Prijs product: Extra kost:

Bron: www.bol.com
Bron: www.ikea.be

OPDRACHT 3: Onderzoek de verschillende betaalmiddelen

1 Ontdek op welke verschillende betaalmiddelen er bestaan.

a Welk betaalmiddel gebruik je om de volgende aankopen te betalen (p. 68-70)?

b Plaats een X in de juiste kolom. Tip: er zijn meerdere betaalmiddelen per aankoop mogelijk.

Betaalmiddelen

AankoopCash geld DebetkaartContactloos Online/ overschrijving Payconiq

Bron: www.bol.com

Dhr. Mohamed Rimouani

Leuvensesteenweg 321 1000 BRUSSEL

Factuur

©VANIN

Betaal met je gsm

Hoe kan ik mijn vervoerbewijzen betalen?

Betalen kan met Bancontact, Maestro, Visa, MasterCard of iDEAL. Betaal je met Bancontact op je smartphone of smartwatch?

Zorg dan dat de Bancontact app of de app van je bank geïnstalleerd is.

Hoe betaal je contactloos?

Hou je contactloze bankkaart, smartphone of ander door je bank ondersteund betaalmedium tegen de witte terminal. Welk bericht verstuur ik om een ticket of dagticket via sms te kopen?

Voor een ticket via sms stuur je de boodschap DL naar 4884. Een ticket via sms is 60 minuten geldig, vanaf ontvangst ervan.

Voor een dagticket via sms stuur je de boodschap DLD naar 4884. Een dagticket via sms geldt 24 uur

Zo koop je een vervoerbewijs via onze app

1. Download de app via de QR-code of ga naar App Store of Google Play Store.

2. Klik op ‘Producten > Tickets’.

3. Kies het type vervoerbewijs dat je nodig hebt.

4. Log in of maak een De Lijn-account aan.

5. Klik ‘koop’ en controleer eenmalig jouw naam en voornaam. Zorg dat deze precies overeenkomt met je naam en voornaam op je identiteitskaart. Zoniet is je vervoerbewijs ongeldig.

6. Ga naar ‘Betaling’ en kies voor Bancontact, Payconiq, Visa of Mastercard.

Bron: help.delijn.be

‘t Onderwerp Vorkstraat 10 2000 ANTWERPEN Tel: 03 230 15 75

Datum/tijd:dinsdag 2024-04-04 / 20:57

Rekening #: 21098 226720

Bediende: Meyrem

Tafel:581

Artikels

< BTW KASTICKET >

B

B 1 Schnitzel

B

B

B

5 Stuk (s)

Btw Uitsplitsing

btw btw incl. btw excl. btw bedr.

Totaal: € 49,00

Bedankt en tot weerziens!

2 Bekijk het filmpje van Fleur en Renée. Noteer over welke twee soorten rekeningen ze het hebben.

3 Over welke soort rekening gaat het in de situaties in de tabel op de volgende pagina?

a Markeer de letter die bij de juiste soort rekening hoort.

b Welk woord kun je vormen met de letters?

c Wat is de betekenis van het gevonden woord?

VIDEO: BANKREKENINGEN SPILFIGUREN

Betaalmiddelen

Daar stort je geld dat je wilt laten staan om te sparen.

Daar stort je geld om online betalingen te doen.

Daar kun je geld afhalen met je debetkaart.

Van deze rekening wordt geld gehaald wanneer je met je debetkaart in de winkel betaalt.

Dat is een veilige manier om geld te sparen en het is beschermd tegen diefstal. Het is ook beschermd tot € 100 000 wanneer de bank failliet gaat.

Wanneer je met een betaalapp betaalt, is de app aan deze rekening gelinkt.

Zichtrekening Spaarrekening

4 Wat is in je eigen woorden het verschil tussen een zichtrekening en een spaarrekening?

Een betaalkaart die ook meer en meer gebruikt wordt door ouders, is de prepaidkaart

Op de prepaidkaart moet je eerst een bedrag opladen en dan pas kun je dat geld uitgeven. Dankzij de prepaid betaalkaart geef je niet meer uit dan je hebt opgeladen. Het is ook interessant dat het niet gelinkt is aan je zichtrekening. Met de kaart kun je in winkels betalen waar je het Mastercard-logo terugvindt, maar ook online en in het buitenland.

Had jij een debetkaart met een Maestro-logo? Dan heb je waarschijnlijk een nieuwe debetkaart ontvangen, want de Belgische banken vervangen geleidelijk de Maestrokaarten door debetkaarten met het Debit Maestro- of Visa Debit-systeem. In de praktijk verandert er weinig: je uitgaven worden onmiddellijk van je rekening afgehouden en je kaart wordt aanvaard in een nog groter aantal handelszaken in talrijke landen. Betalingen op internet worden ook een stuk gemakkelijker. De wijziging betreft enkel het informaticasysteem dat de formaliteiten afhandelt die aan elke betalingstransactie verbonden zijn. Indien je kaart nog niet vervangen is, dan neemt je bank daarvoor zelf contact op.

Opgelet: het is mogelijk dat fraudeurs van die gelegenheid gebruikmaken om aan je bankgegevens te raken. Wees dus uitermate voorzichtig en vergeet nooit dat je bank je nooit om je persoonlijke code of je identificatiegegevens vraagt en dus ook niet in dit geval. Bij de minste twijfel neem je best rechtstreeks contact op met je bank.

Bron: Wikifin

5 De betaalmiddelen bij oefening 1 hebben ook enkele nadelen of risico’s. Verbind elk betaalmiddel met het correcte nadeel/risico.

Betaalmiddel

Cash geld

Debetkaart

Contactloos betalen

Online/Overschrijving

SMS App

Prepaidkaart

a Je kunt te snel geld uitgeven omdat het heel gemakkelijk gaat; het risico bestaat dat je zonder na te denken iets aankoopt.

b Je kunt het verliezen en dan ben je de waarde kwijt.

c Informatie kan gestolen worden en onrechtmatig gebruikt worden om geld van je rekening te stelen.

d Je hebt een internetverbinding nodig.

e Er kunnen kosten verbonden zijn aan het gebruik van dat betaalmiddel. Geld afhalen aan een bankautomaat kost ook geld met deze kaart.

f Het kan gestolen worden.

g Ze kunnen dat betaalmiddel stelen en je geheime code proberen te weten te komen.

h Er kunnen technische problemen zijn of het betaalmiddel kan defect zijn.

i Er zijn vastgelegde betalingslimieten (per dag/week).

j Je hebt een smartphone of tablet nodig.

k Wanneer je een betaling doet naar het buitenland, kan dat geld kosten.

Nadelen, kosten of risico’s

l Het kan om vals geld gaan.

m Een sms verzenden kost geld.

n Briefjes van een groot bedrag kunnen geweigerd worden voor kleine aankopen, omdat het vals geld kan zijn of omdat er onvoldoende wisselmogelijkheden zijn.

o Het kostenplaatje zul je pas zien op de telefoonfactuur met het risico dat je daar niet aan denkt.

p Je moet een pincode onthouden en geheim houden.

q Om te betalen, moet je overweg kunnen met die technologie.

r Je moet over een zichtrekening beschikken.

s Als minderjarige is het bedrag dat je per dag/ per week kunt afhalen enkel aanpasbaar met toestemming van je ouders/je voogd.

t Als dat betaalmiddel gestolen wordt en je laat het niet onmiddellijk blokkeren, kun je je geld verliezen.

u Je smartphone of tablet kan gehackt worden met het risico dat geld van je rekening gestolen wordt.

v Bij diefstal kan er zomaar een aankoop tot € 50,00 betaald worden, zonder dat de pincode nodig is.

OPDRACHT 4: Sta stil bij mogelijk bedrog en fraude

1 De spilfiguren gaven al aan dat je voorzichtig moet zijn met de verschillende betaalmogelijkheden. Ga naar en bekijk de filmpjes over phishing en wanneer je Card Stop moet contacteren.

Wat is phishing?

Wat is Card Stop?

2 Lees het artikel. Wat kan er fout lopen wanneer je met cash geld betaalt?

Ook in 2023 weer weinig valse eurobankbiljetten

• 467.000 valse eurobankbiljetten zijn in 2023 uit omloop genomen, een van de laagste aantallen ooit in verhouding tot het totale aantal bankbiljetten in omloop.

• Meer dan 70 % daarvan betrof biljetten van € 20 en € 50.

• Eurobankbiljetten blijven een veilig en betrouwbaar betaalmiddel.

• Het aantal valse bankbiljetten dat in België wordt ontdekt (vooral door de banken en de geldtransporteurs) is in 2023 opnieuw gedaald. De in 2016 begonnen neerwaartse tendens hield dus ook vorig jaar aan. In totaal werden 11 056 vervalste bankbiljetten in de loop van 2023 aan de omloop onttrokken, dat is een daling met 8 % ten opzichte van het voorgaande jaar.

Bron: ECB en NBB

VIDEO'S:

3 Op welke manier proberen fraudeurs geld te stelen in de voorbeelden hieronder en bovenaan de volgende pagina?

3

Quishing

Bij quishing sturen oplichters valse QR-codes via e-mail, sms of een WhatsApp-bericht naar potentiële slachtoffers. Ze doen alsof het bericht afkomstig is van een officiële instantie en manen je aan om via de code een openstaande boete of rekening te betalen. Ook in papieren brieven kunnen oplichters de QR-codes op die manier manipuleren. Wanneer je zo'n QR-code scant, beland je op een malafide website of moet je een betaling uitvoeren. Soms worden de codes ook gebruikt om schadelijke software te installeren op het toestel van het slachtoffer. Op die manier kunnen je persoonlijke gegevens, zoals wachtwoorden, gestolen worden. En dan beginnen de problemen.

Bron: www.vrt.be, 24 april 2024

Gratis tickets

Een nieuwe strategie van internetfraudeurs richt zich ook op mensen die iets verkopen via tweedehandssites (zoals eBay of 2dehands.be). Ze krijgen dan via WhatsApp een berichtje van een zogezegd geïnteresseerde koper. Wat later komt de vraag om één eurocent over te schrijven naar de rekening van de koper, zodat die meteen over de juiste betaalgegevens zou beschikken. In het WhatsApp-bericht staat al meteen een betaallink die leidt naar een webpagina die identiek lijkt aan die van de grootbank. In werkelijkheid is ook dat een valse pagina die erop gericht is om de bancaire inloggegevens te ontfutselen.

Bron: De Tijd, 10 augustus, 2018

Aankoopbon Lidl

Supermarktketen Lidl waarschuwt voor een nepbericht dat via WhatsApp massaal wordt verspreid. In het bericht staat dat mensen op een link moeten klikken. Op die manier kunnen ze een waardebon van € 250,00 winnen.

Bron: www.gva.be, 19 Juli 2017 2

Rekening leeg

Bron: De Tijd, 10 augustus, 2018 4

‘Frauduleuze bankenmails en nepberichten op sociale media hebben één ding gemeen: het zijn allemaal pogingen tot phishing. Op het einde van de rit wordt altijd gevraagd om een link aan te klikken die naar een website leidt waarop de slachtoffers moeten inloggen met hun bankgegevens’, waarschuwt Marchand. Het resultaat laat zich raden: zonder het te weten, belanden de bancaire inloggegevens in handen van fraudeurs die in een mum van tijd rekeningen kunnen plunderen. Soms wordt er ook zogenaamde malware geïnstalleerd, waarmee hackers toegang krijgen tot de computer.

Oplichting op maat dankzij artificiële intelligentie

Ook artificiële intelligentie (AI) is aan een opmars bezig onder oplichters. De gegevens die fraudeurs via AI ontfutselen, misbruiken ze nadien om makkelijker je vertrouwen te winnen. Eens een crimineel bepaalde persoonlijke informatie of zelfs je logingegevens te pakken krijgt, kan hij die gebruiken voor 'social engineering'. Dat is een techniek waarbij de oplichters de gestolen gegevens gebruiken om je nog persoonlijker aan te spreken om je te misleiden. Zo kun je bijvoorbeeld valse facturen of aanslagbiljetten krijgen die er heel realistisch uitzien, omdat ze echt op maat gemaakt lijken te zijn.

Daarvoor maken oplichters ook steeds vaker gebruik van artificiële intelligentie. Die technologie laat hen toe om misleidende berichten zo waarheidsgetrouw mogelijk op te stellen. En daardoor wordt het nog moeilijker om malafide berichten te detecteren.

Bron: www.vrt.be, 24 april 2024

4 Lees de artikels van Test Aankoop en (op de volgende pagina) Febelfin.

a O ver welk verkoopkanaal gaat het in het onderstaande artikel?

b Waarvoor wordt in beide artikels gewaarschuwd?

Test Aankoop ontmaskert valse webshops:

‘Wie bestelt, riskeert geplunderde bankrekening’

Test Aankoop heeft 800 valse webshops ontmaskerd die bestaande domeinnamen misbruiken. Het gaat om sites met een .be-domeinnaam die (merk)kledij, -schoenen en accessoires verkopen aan fikse kortingen. ‘Wie iets bestelt, riskeert zijn geld nooit terug te zien.’

Een webshop voor merkkleding met een vreemde URL als weinighaar.be of zonnepanelenlommle.be?

‘Helaas geen uitzondering’, meldt Test Aankoop.

‘Dat is het werk van onder meer Chinese en Oost-Europese internetcriminelen die massaal bestaande domeinnamen opkopen waarvan de registratie is verlopen. Vervolgens installeren ze er een webshop op waar ze kledij, schoenen of accessoires tegen wel erg aantrekkelijke prijzen aanbieden.’ Wie iets bestelt, ziet zijn geld nooit meer terug.

Bron: De Standaard, 28 juni 2018

Valse politieagenten plegen diefstal

Er worden steeds meer gevallen gemeld waarbij ouderen telefonisch worden gecontacteerd door een zogezegde 'medewerker van de fraudedienst van een bank', 'medewerker van Card Stop' of 'politie'. Ze overtuigen het slachtoffer dat er fraude werd vastgesteld op de rekening en stellen voor om bij het slachtoffer thuis langs te gaan om 'de situatie op te lossen'. De criminelen hebben daarbij maar één doel voor ogen: zo veel mogelijk stelen.

We willen waarschuwen voor dat type diefstallen en roepen op tot waakzaamheid.

Alles begint met een telefoontje van iemand die zich voordoet als 'medewerker van de fraudedienst van een bank' of van de 'politie'. De oplichter meldt dat er fraude werd vastgesteld

op de rekening van het slachtoffer, wint het vertrouwen van het slachtoffer en stelt voor om bij de persoon thuis langs te komen.

Kort daarna of zelfs al tijdens het telefoongesprek staat de oplichter bij het slachtoffer aan de voordeur. Zo krijgt die weinig tijd om na te denken over het telefoontje. Om het slachtoffer zogezegd te beschermen tegen verdere fraude, neemt de oplichter niet alleen de bank- en/of kredietkaart(en) mét pincode van het slachtoffer, maar bijvoorbeeld ook juwelen, cash, computers, enz. mee om die, naar eigen zeggen, veilig te stellen.

Kortom: de oplichter gaat met zo veel mogelijk waardevolle spullen aan de haal. Het gaat dus duidelijk om diefstal op grotere schaal, die niet enkel is gericht op de bankkaart of bankgegevens.

Bron: Febelfin, 21 februari 2024

OPDRACHT 5: Ontdek het gevaar van geldezels

1 Verdeel de klas in vier groepen. Ga naar .

• Groep 1 bekijkt de filmpjes.

• Groep 2 leest tekst 1.

• Groep 3 leest tekst 2.

• Groep 4 leest tekst 3.

2 Leg jullie kennis samen om de vragen te beantwoorden.

a Omschrijf in je eigen woorden wat geldezels zijn.

b Wat is het gevaar voor geldezels?

c Wat is het probleem met het geld dat op je rekening gestort wordt?

d Hoe worden geldezels vaak gecontacteerd?

e Welke nadelen heeft Arto zoal ondervonden?

VIDEO'S: GELDEZELS

OPDRACHT 6: Ontdek wat je kunt doen bij fraude U

Beantwoord de vragen over fraude voorkomen. Je kunt op twee manieren aan de slag gaan.

Optie 1: Werk samen. Verdeel de klas in groepen van twee of drie. Bespreek hoe je gaat samenwerken. Je kunt alles samen opzoeken. Bespreek elk antwoord met je groepsleden. Ga naar en bekijk de video, lees het artikel en beluister het audiofragment over fraude met QR-codes en vals geld.

Optie 2: Ga individueel aan de slag. Ga zelf online op zoek naar de antwoorden op de vragen.

a Hoe herken je een echt briefje van € 50,00?

b Hoe kun je phishing voorkomen?

c Wat doe je wanneer je debetkaart gestolen is of wanneer je ze kwijt bent?

d Hoe kun je vermijden dat fraudeurs bij een kaart waarmee je contactloos kunt betalen € 50,00 van je kaart kunnen halen, door een apparaatje tegen een persoon of een handtas aan te klikken?

e Wat doe je wanneer je een aanbieding of een promotie krijgt via sociale media?

f Hoe kun je valse webshops vermijden en herkennen?

g Wat is skimming en hoe kun je het voorkomen?

h Surf naar de website van beschermjezelfonline. Geef vijf tips over hoe je je kunt wapenen tegen online fraude.

OPDRACHT 7: Beveel een betaalmiddel aan U

Lees de verschillende situaties en vul de tabel op p. 80-81 aan.

1 Je gaat met vrienden naar de bioscoop. Ieder betaalt zijn eigen filmticket en snoep. Het ticket kost € 14,00 en het snoep € 8,00.

2 Met de school ga je op studiereis naar de dierentuin. Tijdens de middag koop je een drankje voor € 3,00.

3 Met het geld dat je gespaard hebt, koop je nieuwe sportschoenen in de sportwinkel. De prijs bedraagt € 89,00.

4 Voor een verjaardag in je familie plaats je online een bestelling. Het bedrag van je geschenk is € 59,99.

a Geef in kolom 2 van de tabel aan welk betaalmiddel het best past in de gegeven situatie en waarom. Opgelet: er kunnen ook twee mogelijke betaalmiddelen geschikt zijn. Je kunt kiezen uit:

Aanmelden met kaartlezer

Aanmelden met itsme

b Noteer in kolom 3 hoe je die betaalmiddelen veilig kunt gebruiken of welke risico’s er zijn.

c In kolom 4 schrijf je wat je doet wanneer je toch het slachtoffer bent van fraude of diefstal.

SituatieBetaalmiddel Welk risico is er? Wat doe je wanneer er iets misgaat?

SituatieBetaalmiddel Welk risico is er? Wat doe je wanneer er iets misgaat?

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst.

Checklist

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an veilige webshops herkennen.

• Ik k an het juiste betaalmiddel kiezen.

• Ik k an veilig met elk betaalmiddel omgaan.

• Ik k an anderen advies geven over welk betaalmiddel het meest geschikt is.

• Ik weet wat ik moet doen bij problemen met de betaalmiddelen zoals phishing, diefstal ...

2 Sociale vaardigheden

• Ik kan in groep samenwerken.

• Ik kan positieve feedback geven aan mijn groepsgenoten.

• Bij groepswerk doe ik wat van me gevraagd wordt.

3 ICT-vaardigheden

• Ik kan het internet gebruiken om goede informatie op te zoeken.

MIJN NOTITIES

HOOFDSTUK 7 HOE KUN JE PERSO ONLIJKE ADMINISTRATIE BIJHOUDEN?

OPDRACHT 1: Ontdek welke problemen de spilfiguren hebben

1 Lees het gesprek tussen Yusuf en Fleur. Wat is het probleem?

Hey, zou je me ergens mee kunnen helpen?

Jazeker. Zeg maar waarmee?

Ik heb een iPhone gekocht, maar ik denk dat er iets mis is. Ik wil hem terugsturen.

Dan doe je dat toch gewoon?

Ja, maar ik vind mijn factuur niet terug.

Heb je die dan nodig?

Zeker. Die factuur geldt als aankoopbewijs en ze is dus belangrijk voor de garantie. Wat moet ik nu doen?

2 Maakte je zelf al eens een soortgelijke situatie mee? Bespreek klassikaal. Om dit soort situaties te vermijden, onderzoek je in dit hoofdstuk het volgende:

HOE KUN JE PERSOONLIJKE ADMINISTRATIE BIJHOUDEN?

Yusuf Amine

OPDRACHT 2: Bestudeer welke belangrijke documenten er zoal zijn

1 Bestudeer de documenten. Lees de vragen en noteer je antwoorden op p. 86.

a Welke documenten zie je?

b Waarom zijn ze belangrijk?

2 Wat is de garantie?

3 Waarom kun je een factuur of een kasticket het best bijhouden?

OPDRACHT 3: On tdek op welke manier je persoonlijke administratie kunt bijhouden

1 Het is belangrijk om documenten zoals bij opdracht 2 bij te houden. Dat kan op verschillende manieren. Bestudeer de afbeeldingen.

Vervoersbewijzen

Kastickets

Toegangstickets

Facturen

2 Noteer op welke manieren je de belangrijke documenten kunt bewaren. Vul aan.

• Papieren documenten zoals kastickets, facturen, papieren vliegtickets … kun je

• Digitale documenten zoals facturen die je via e-mail toegestuurd krijgt, kun je

• Bepaalde tickets die je via je smartphone koopt (zoals vliegtickets, een bioscoopticket), kun je

Als je een account hebt op Colruyt (met de Xtra-kaart), Bol.com, Apple …, dan zullen je kastickets of aankoopfacturen online op die website bewaard worden. Het is dus niet noodzakelijk dat je die facturen zelf nog bijhoudt.

Weetje

Kastickets van een supermarkt of een kledingwinkel houd je het best een maand bij, omdat de omruilperiode vaak een maand bedraagt.

Aankoopfacturen of garantiebewijzen houd je minstens twee jaar bij, omdat de wettelijke garantie twee jaar bedraagt. Soms kun je de garantie verlengen tot drie of vijf jaar; houd je bewijs in dat geval ook zo lang bij.

Je diploma houd je levenslang bij. Je officiële diploma kun je bij verlies meestal niet meer opnieuw verkrijgen.

OPDRACHT 4: Maak een collage of een o verzicht van manieren om je persoonlijke administratie bij te houden

1 Verzamel nu een of enkele afbeeldingen van deze documenten. Je kunt daarvoor thuis naar voorbeelden vragen en er een foto van maken.

• Een garantiebewijs

• Een kasticket

• Een factuur

• Een vervoersbewijs of een aankoopbewijs van een vervoersdocument

• Een toegangsticket

2 Maak nu met een tool naar keuze een collage van die afbeeldingen en vermeld daarbij op welke manier je in jouw geval die documenten het best bewaart.

3 Bewaar je collage in je portfolio.

OPDRACHT 5: Evalueer jezelf

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst of dat je in die vaardigheid nog kunt groeien.

Checklist Ja. Kan beter.

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an aangeven welke documenten belangrijk zijn om te bewaren.

• Ik k an meerdere opties aanreiken om documenten te bewaren.

• Ik k an toelichten waarom het belangrijk is documenten te bewaren.

2 ICT

• Ik kan met een digitale tool een collage maken van belangrijke documenten.

MIJN NOTITIES

HOOFDSTUK 8 WELK BEL ANG HEBBEN ONDERNEMINGEN EN ORGANISATIES IN DE MAATSCHAPPIJ?

Inleiding

In de volgende hoofdstukken zul je ontdekken dat je elke dag met verschillende bedrijven en met de overheid in aanraking komt. Zo kun jij als consument bij een bedrijf bewust een aankoop doen: je koopt bijvoorbeeld een nieuwe trui of je neemt de bus naar school. Maar je zult ook leren dat beslissingen van bedrijven en van de overheid jouw leven beïnvloeden.

OPDRACHT 1: Breng in kaart welke bedrijven je dagelijks tegenkomt

Leg via Google Streetview de weg af van op school naar je thuis of van op school naar het centrum van de stad waar je school gelegen is. Noteer de naam van vijf bedrijven die je tegenkomt en vermeld wat je daar kunt kopen.

Bedrijf

Wat kun je daar kopen?

OPDRACHT 2: On tdek wat de spilfiguren over ondernemingen te zeggen hebben

Bekijk op het filmpje van Yusuf en Fleur en beantwoord de vragen.

a Waarvoor zorgen bedrijven in onze maatschappij?

b Waarvoor zorgt de overheid?

c Zoals je merkt in het gesprek van de spilfiguren, kom je elke dag op de een of andere manier in aanraking met ondernemingen of de overheid. In dit hoofdstuk zoek je een antwoord op de onderzoeksvraag:

WELK BELANG HEBBEN ONDERNEMINGEN EN ORGANISATIES IN DE MAATSCHAPPIJ?

OPDRACHT 3: Ga na met welke bedrijven je in aanraking komt

1 Welke ondernemingen of bedrijven ken je allemaal?

a Herken je de onderstaande logo’s? Vul aan.

b Welke bedrijven ken je nog allemaal? Noteer vijf voorbeelden.

c Wat koop je bij de bedrijven die je bij vraag b vermeld hebt?

2 Vul de tabel aan.

a Noteer in de tabel wat je bij de ondernemingen kunt kopen.

Kruidvat

Joker Reizen

Coolblue NMBS

b Welk verschil is er tussen een aankoop bij een reisbureau of bij Kruidvat?

3 Vul het begrippenkader aan.

Om je persoonlijke te bevredigen, kun je goederen of diensten aankopen.

• zijn producten of tastbare dingen die je kunt kopen met geld, bijvoorbeeld schoenen die je in een schoenwinkel koopt.

• kun je niet vastpakken en zijn dus niet tastbaar. Een is een prestatie die iemand levert voor een ander en die je betaalt met geld, bijvoorbeeld een kappersbeurt.

Goederen kun je onderverdelen in twee soorten: private en publieke goederen.

Stel dat je een fles water koopt. Dat is een privaat goed. Jij bent diegene die uit de fles drinkt en als je het water opdrinkt, is er geen water meer voor iemand anders.

Maar stel dat er een rivier door de stad stroomt. Het water in die rivier is een publiek goed. Het is er voor iedereen om van te genieten. Je kunt erin zwemmen, erop varen of gewoon langs de kant zitten en naar het water kijken. Niemand kan je stoppen van het water te genieten, net zoals niemand de zon kan stoppen te schijnen voor iedereen.

Je hebt ook investeringsgoederen. Dat zijn dingen die een bedrijf koopt en gebruikt om andere dingen te maken of diensten te leveren. Ze gaan dikwijls jaren mee. Het kunnen machines zijn die in een fabriek gebruikt worden, maar ook computers en gebouwen.

4 De onderstaande items werden aangekocht om aan een specifieke behoefte te voldoen. Zijn het goederen of diensten?

a Vink aan in de tabel.

b Bedenk zelf nog een voorbeeld van een goed en van een dienst. Noteer jouw voorbeeld in de tabel.

Item Goed of dienst?

Een smartphone-abonnement ¨ Een goed ¨ Een dienst

Een taxirit

¨ Een goed ¨ Een dienst

Parfum ¨ Een goed ¨ Een dienst

Een fitness-abonnement ¨ Een goed ¨ Een dienst

Een PlayStation-console ¨ Een goed ¨ Een dienst

Een wasbeurt bij een carwash ¨ Een goed ¨ Een dienst

¨ Een goed ¨ Een dienst

¨ Een goed ¨ Een dienst X X

OPDRACHT 4: Maak kennis met de eenvoudige economische kringloop

Dit is een schematische voorstelling van een eenvoudige economische kringloop. De kringloop is een voorstelling van de verschillende relaties tussen de gezinnen, de bedrijven en de overheid.

BEDRIJVEN

GEZINNEN OVERHEID

1 Noteer het nummer van de situatie op de juiste pijl van de economische kringloop.

1 Mohamed Amine, de papa van Yusuf, werkt als leraar wiskunde in het secundair onderwijs.

2 Mohamed Amine, de papa van Yusuf, verdient als leraar wiskunde elke maand € 2 600,00.

3 Peter Vossen, de papa van Fleur, werkt in een autofabriek.

4 Peter Vossen, de papa van Fleur, verdient elke maand € 2 120,00 in de autofabriek.

5 Poetsdienst Clean poetst één keer per week de bureaus van het gemeentehuis.

6 De overheid geeft een goedkope lening aan de autofabriek voor de financiering van een nieuwe transportband.

2 Vul de tekst aan met de begrippen ‘gezinnen, bedrijven, overheid’. Sommige begrippen kun je meerdere keren gebruiken.

In deze eenvoudige economische kringloop zijn er drie partijen: de gezinnen, de bedrijven en de overheid.

• De gezinnen leveren arbeid bij de en de

• De overheid en de bedrijven betalen de voor de geleverde arbeid.

• De gezinnen en de bedrijven kopen goederen en diensten bij de en bij de .

• De en de leveren de goederen en de diensten.

OPDRACHT 5: Verken verschillende soorten ondernemingen V

1 Op de kaart op p. 94 zie je verschillende namen van ondernemingen. De ondernemingen zijn allemaal gelegen in Genk, Limburg. Zoek op het internet wat die ondernemingen doen.

Onderneming Activiteit

1 Arcelor Mittal

2 Firma Remo

3 Martens Industrie

5 PariMetal BV

6 Kevok Decor DIY

7 Wara

8 Werkhuizen Hengelhoef

9 Walth Genk

2 Verdeel de bedrijven in de tabel in de juiste categorie. Sommige bedrijven behoren tot twee categorieën.

a Welke van de bovenstaande ondernemingen produceren of maken een product? Duid die in de tabel aan met een groene kleur.

b Welke van de bedrijven leveren een dienst? Duid die aan met een blauwe kleur.

c Welke van de bedrijven verkopen producten? Duid die aan met een gele kleur.

©VANIN

Arcelor Mittal Genk
Firma Remo PariMetal BV
Kevok Decor and DIY
Walth Genk
Martens Industrie nv
Wara
Werkhuizen Hengelhoef nv

3 Combineer de begrippen met de juiste definitie.

A Een productiebedrijf

B Een dienstenbedrijf

C Een handelsonderneming

ABC

1 Die onderneming levert voornamelijk diensten waarbij er door de werknemers in het bedrijf of op verplaatsing een prestatie geleverd wordt.

2 Dat is een onderneming die volledig afgewerkte producten (zoals een smartphone) of halfafgewerkte producten (zoals houten planken of stalen platen) produceert.

3 Die onderneming koopt producten aan om ze daarna weer te verkopen.

4 Wat zijn deze ondernemingen? Noteer telkens of het een productieonderneming, een dienstenonderneming of een handelsonderneming is.

• Colruyt

• Lotus

• Bpost

• Torfs

• Telenet

OPDRACHT 6: Welke verschillende kernactiviteiten zijn er binnen een bedrijf? V

1 Binnen een bedrijf zijn er verschillende afdelingen. Die afdelingen hebben elk diverse activiteiten. Lees aandachtig de omschrijvingen en noteer de juiste activiteit bij elke afbeelding. Kies uit: aankoop, marketing of verkoop, productie, logistiek en administratie.

Omschrijving

De papa van Fleur werkt als arbeider in een autofabriek.

Hij staat in voor de montage en de samenstelling van de nieuwe wagens. Op die afdeling moet je heel snel en aandachtig werken. Meestal doe je daar bandwerk.

De oom van Yusuf werkt bij de koekjesfabriek Lotus.

Hij is verantwoordelijk voor de aankoop van de grondstoffen zoals boter, meel, suiker, kaneel ... .

Afbeelding

Activiteit

Omschrijving

De papa van Li werkte vroeger in een bedrijf waar hij verantwoordelijk was voor de boekhouding.

De plus-mama van Renée werkt bij Danone. Zij zorgt ervoor dat de afgewerkte producten zoals yoghurt vlot verkocht worden.

Afbeelding

Rob, de broer van Fleur werkt bij Ikea. Hij is verantwoordelijk voor de verpakking en het transport van de goederen. Hij heeft vaak onregelmatige werkuren.

2 Lees de krantenkoppen en -artikels.

Activiteit

a Wat zijn de doelstellingen van bedrijven zoals Colruyt, Delhaize en Apple volgens de krantenkoppen en -artikels hier en op de volgende pagina?

b Wat is, volgens jullie, het voornaamste doel voor die ondernemingen?

De omzet van Apple steeg in het eerste kwartaal van zijn gebroken boekjaar met 2 procent tot 119,6 miljard dollar. Dat is een dubbel zo grote toename als analisten hadden verwacht en de eerste keer in vier kwartalen dat CEO Tim Cook een omzetgroei weet te melden.

Die meevallende cijfers zijn vooral te danken aan de verrassend sterke verkoop van Apples kernproduct, de iPhone. Dat apparaat leverde het bedrijf in de laatste drie maanden van vorig jaar 69,7 miljard dollar op, een stijging van 6 procent. Het aantal mondiale iPhone-gebruikers steeg met 10 procent naar 2,2 miljard.

Bron: www.tijd.be, 1 februari 2024

Colruyt Group heeft er een uitstekende eerste helft van het boekjaar op zitten: het zag zijn omzet stijgen met 16 % tot bijna 5,5 miljard euro.

Supermarktconcern Ahold Delhaize heeft het afgelopen kwartaal meer verkocht, met name in de Verenigde Staten. Maar ook in Europa liep de omzet op. De winst steeg met 14 procent tot 2,5 miljard euro.

Bron: Het Parool, 05 februari 2023

De frisdrankengigant Coca-Cola heeft in zijn eerste kwartaal een omzet van 11 miljard dollar geboekt, een stijging van 5 procent op jaarbasis.

Bron: www.deaandeelhouder.be, 24 april 2023

3 Hoe zeg je ‘winst’ in het Engels? Je mag het opzoeken op het internet, indien nodig.

In de economie heb je ondernemingen die in de eerste plaats winst willen maken. Winst is belangrijk voor een bedrijf om te blijven bestaan en (eventueel) te investeren om verder te groeien. Als bedrijven geen winst maken, kunnen ze geen nieuwe producten bedenken en zullen ze snel werknemers moeten ontslaan. De bedrijven die als voornaamste doel hebben om winst te maken, behoren tot de profitsector

4 Noem vijf bedrijven uit de omgeving van de school die behoren tot de profitsector.

Bron: Gondola, 13 december 2023

OPDRACHT 7: Ga dieper in op de doelen van verschillende organisaties

1 Ga naar de ontdekplaat op en zoek de gevraagde informatie op.

a Schrijf in de tweede kolom de naam van de organisatie.

b Schrijf in de derde kolom wat haar belangrijkste doel is.

ONTDEKPLAAT: ONDERNEMINGEN

Logo Naam Doel

Organisaties en ondernemingen wiens doel het niet in de eerste plaats is om winst te maken, behoren tot de non-profitsector.

Die ondernemingen willen zeker ook winst maken, want zij hebben bepaalde kosten om te voorzien in hun dagelijkse werking, bijvoorbeeld de aankoop van medicijnen en materialen. Het doel van die ondernemingen is echter in de eerste plaats bijdragen tot het maatschappelijk welzijn door bijvoorbeeld dieren, zieken, armen … te helpen.

2 Noem vijf bedrijven uit de omgeving van de school die behoren tot de non-profitsector.

3 Wat weet je over deze organisaties en bedrijven? Zet een vinkje in de juiste kolom. (Meerdere kruisjes zijn mogelijk.)

Organisatie/bedrijfHandelsonderneming Productiebedrijf Dienstenbedrijf ProfitNon-profit

Basisschool De Boomhut

Steenbakkerij Vande Moortel

Ziekenhuis Sint-Lucas

Woonzorgcentrum De Vijvers

Kinderopvang Klein & Wijs

Autofabriek Volvo

Natuurreservaat De Bourgoyen

Kaasfabriek Het Hinkelspel

Supermarktketen Colruyt

Autosupermarkt Cardoen

Koekjesfabriek Lotus

In de profitsector trachten bedrijven in de eerste plaats om zoveel mogelijk winst te maken door bepaalde beslissingen te nemen. Ze verhogen de prijs om meer winst te maken of verlagen de prijs om meer consumenten voor zich te winnen. Die winst is ook wel nodig om te blijven bestaan en om nieuwe gebouwen of machines aan te kopen.

In de non-profitsector zetten de organisaties zich op de eerste plaats in voor de mensen, het milieu, de dieren enz. en zullen ze bijvoorbeeld stickers verkopen voor het Rode Kruis, een spaghettiweekend organiseren om met de opbrengst ervan bomen te kunnen planten of ze vragen lidgeld aan de leden om gewonde dieren te verzorgen.

Ook de bedrijven in de profitsector zetten zich op de een of andere manier in voor de maatschappij en gebruiken bijvoorbeeld gerecycleerd materiaal of ze plaatsen zonnepanelen. Soms zetten bedrijven zich een klein beetje in voor het milieu om goed over te komen bij het publiek, maar doen ze niet al het mogelijke om nog beter rekening te houden met het milieu en de mensen.

Je hebt ook de sociale sector, die eigenlijk een onderdeel is van de non-profitsector. Daartoe behoren onder andere ziekenhuizen, centra voor geestelijke gezondheidszorg, woon-en zorgcentra, kinderdagverblijven, zorg voor mensen met een beperking, maatwerkbedrijven, culturele centra en bibliotheken.

OPDRACHT 8: Bestudeer de impact van ondernemingen en organisaties

1 Geef je mening over een van de onderstaande ondernemingen.

a Kruis een onderneming aan.

¨ Adidas ¨ Amazon ¨ Primark ¨ TikTok

b Vind je dat een leuk bedrijf of niet? Zeg ook waarom.

c Bespreek de mening van enkele leerlingen klassikaal.

2 Verdeel de klas in twee groepen.

Groep 1 leest de krantenknipsels op p. 104-106 en beantwoordt de bijbehorende vragen.

Groep 2 bekijkt de ontdekplaat en beantwoordt de vragen op p. 107.

GROEP 1

In de krantenknipsels op p. 104-106 vind je enkele beslissingen terug van verschillende ondernemingen. Dat zijn waargebeurde feiten die een impact kunnen hebben op de mening die je hebt over de onderneming.

a Noteer voor elke onderneming welke beslissing(en) het bedrijf genomen heeft.

b Vermeld ook welke impact dat heeft voor de consument en de maatschappij.

c Waarom zouden Streamz en Spotify hun prijzen verhogen?

Beslissing:

Impact:

Beslissing A:

Beslissing B:

Beslissing C:

Beslissing:

Impact:

Streamz

2 Streamz trekt prijzen op, maar niet voor alle abonnementsformules

Het Europese modemerk C&A heeft een nieuwe lente-/zomercollectie voor 2023 gelanceerd, gemaakt met Recover™, een hoogwaardige gerecycleerde katoenvezel die uit textielafval wordt geproduceerd. In de collectie van jeugdige garderobeartikelen in zeven stijlen, waaronder gebloemde basis T-shirts, vesten met kant en topjes met spaghettibandjes, bevat elk kledingstuk 20 % Recover™ gerecycleerde katoenvezel.

Bron: www.duurzaam-ondernemen.nl

3b

Bron: De Standaard

3a

Hoe duurzaam zijn sneakers?

Hoe duurzaam sneakers zijn, hangt af van hoe je met je schoenen omgaat én van het productieproces.

Sneakers kunnen duurzaam zijn in gebruik, maar hoe zit het met het productieproces?

De Samba’s van Adidas bijvoorbeeld, waren op een bepaald moment zo gewild dat het bedrijf snel naar veel extra materiaal op zoek moest. Uit onderzoek naar dat productieproces van Follow the Money (een Nederlandse onafhankelijke nieuwswebsite voor financieel-economische onderzoeksjournalistiek) blijkt dat de sneakerproducent daarvoor snel veel leder importeerde uit het Amazonegebied, vertelt VRTNWS-journaliste Meryem El Mandoudi bij WinWin.

'Boeren steken expres stukken woud in brand om daar dan hun vee op te laten grazen. Van de huid van dat vee wordt leder gemaakt voor hun sneakers. Zo draagt Adidas natuurlijk niet bij aan de bescherming van het regenwoud, integendeel. Duurzaam kan je dat productieproces niet noemen. Bovendien worden hun schoenen gemaakt in Azië, waar de arbeids- en loonomstandigheden ook ondermaats zijn.'

Bron: www.vrt.be

Adidas gebruikt voor 96 % gerecycleerd polyester in zijn producten

Bron: www.just-style.com

Opmars van hyperrealistische filters op sociale media Expert: 'Volgende stap naar gevaarlijk schoonheidsideaal'

470 000 video’s werden, volgens cijfers van TikTok, al met de nieuwe filter gemaakt. Iedereen is benieuwd, tot ze merken hoe de filter hen doet voelen. 'Dit is niet gezond', blijft @meghan__lane__ maar herhalen. Wat meespeelt, is dat de griezelig krachtige filter tegelijk ook erg geloofwaardig is, waarschuwt plastisch chirurge Monica Kieu (@drmonicakieu) op TikTok. 'Je huid is gladder, je wenkbrauwen dikker, je wimpers langer. Je ogen lijken groter en je oogballen witter. Je neus en wangen zien er slanker uit en je lippen groter.

De vraag is: als iedereen er straks online zo prachtig en perfect uitziet, op zo’n realistische manier, zullen we dan nog blij kunnen zijn met wat we thuis in de spiegel zien?'

Bron: www.hln.be, 3 maart 2023

'Het zijn, vrij letterlijk, wegwerpproducten': Shein vervoert nu 5 000 ton aan kleren per dag, alleen al door de lucht

De impact van de Chinese modebedrijven is zo groot, dat het nu al gezien wordt als een nieuw hoofdstuk in de mode-industrie. Ze spelen met hun digitale platformen in real time in op trends, en creëren een ongezien aanbod. Ter vergelijking: Zara produceert jaarlijks zo’n 12 000 nieuwe kledingstukken. Shein zit nu aan 6 000 stuks. Per dag.

Ook qua prijs speelt Shein in een andere categorie. Je moet al enige moeite doen om er iets boven de 20 euro te vinden. 'Shein speelt puur op prijs', zegt

Annick Schramme, professor fashion management (Antwerp Management School). Dat die kleren na enkele wasbeurten al voor de vuilbak kunnen zijn, deert de klant niet. 'Als je een jurk kunt kopen voor de prijs van twee pintjes, dan is het niet erg dat je er maar twee keer in kunt uitgaan. Het zijn, vrij letterlijk, wegwerpproducten.'

Bron: www.demorgen.be, 22 februari 2024 5

Amazon opent eerste Belgische bezorgcentrum in Antwerpen

De nieuwe site in Antwerpen moet eind 2022 operationeel zijn en meer dan vijftig directe banen creëren, zowel op managementniveau als voor sorteermedewerkers.

Dat Amazon het leveren van pakjes steeds meer in eigen handen neemt, leidt tot zenuwachtigheid bij Bpost, dat in ons land al jaren de vaste koerierdienst is van de Amerikaanse webwinkel.

Bpost blijft een sleutelpartner in België, zegt Amazon. Maar de vakbonden van het postbedrijf vrezen dat de webreus vooral ‘het laaghangende fruit wil plukken’, door alleen in dichtbevolkte gebieden zijn pakjes te gaan leveren, terwijl Bpost zelf dreigt achter te blijven met de grotere en moeilijker te behandelen pakjes of de afgelegen klanten.

Bron: www.standaard.be, 17 februari 2022

Kledingmerken weigeren steun aan Bengaalse textielarbeiders

Ondanks toezeggingen, zetten bedrijven als C&A, Hema, Zeeman, H&M, Zara en Primark zich nog onvoldoende in voor betere werkomstandigheden in de textielindustrie in Bangladesh. Lage prijzen in de winkel zijn te belangrijk.

Bron: www.trouw.nl, 9 november 2023

Zweedse streamingdienst Spotify trekt de abonnementsprijzen op. Reclamevrij muziek luisteren zal in België 1 à 3 euro per maand meer kosten.

In ons land gaat de prijs van een individueel abonnement en een studentenabonnement met 1 euro omhoog, tot respectievelijk 10,99 euro en 5,99 euro per maand. Het duo-abonnement, voor twee gebruikers, wordt 2 euro duurder en kost voortaan 14,99 euro per maand. Een familieabonnement wordt drie euro duurder: van 14,99 euro naar 17,99 euro per maand.

De prijsverhoging wordt in meer dan vijftig landen doorgevoerd. Die is volgens het Zweedse bedrijf nodig ‘zodat we kunnen blijven innoveren’, luidt het maandag in een mededeling.

Bron: www.standaard.be, 25 juli 2023

Wat is jouw mening over de lage prijzen van kledij in ketens zoals Primark en Shein?

d De bovenstaande artikels geven feiten weer. Stripverhalen zijn dan weer fictie. Wat betekent dat?

e Wanneer je voorbeeld 4 van TikTok/social media bekijkt, dan kun je een onderscheid maken tussen feiten/realiteit en fictie. Pas dat nu toe op het artikel van TikTok.

Wanneer je naar een film of naar tv kijkt, een artikel in de krant of in een tijdschrift leest of op het internet surft, dan moet je altijd nadenken bij wat je leest en ziet. Niet alles is waar of echt gebeurd. Let er dus op dat je niet zomaar alles gelooft.

GROEP 2

Bekijk de ontdekplaat op en zoek uit wat de onderstaande ondernemingen of organisaties zoal doen of waarvoor ze staan.

a Noteer de activiteit van de organisaties.

b Vermeld ook welke impact die activiteit heeft voor de consument of de maatschappij.

Bewel

Activiteit:

Impact:

Het Felix Project

Activiteit:

Activiteit:

Impact: De Kringwinkel

Impact:

Vzw Windkracht

Activiteit: Impact:

OPDRACHT 9: Evalueer jezelf

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist Ja. Kan beter.

Financiële geletterdheid

• Ik k an het onderscheid toelichten tussen goederen en diensten.

• Ik kan het onderscheid toelichten tussen private en publieke goederen.

• Ik kan toelichten wat investeringsgoederen zijn.

• Ik k an het onderscheid toelichten tussen productieondernemingen, dienstenondernemingen en handelsondernemingen.

• Ik k an het onderscheid toelichten tussen profit en non-profit.

• Ik k an de impact toelichten van beslissingen van ondernemingen en organisaties.

• Ik k an de kernactiviteiten van een onderneming toelichten.

• Ik k an een eenvoudige economische kringloop toelichten.

• Ik kan feiten en meningen onderscheiden.

• Ik kan het onderscheid verklaren tussen realiteit en fictie.

MIJN NOTITIES

HOOFDSTUK 9 WELKE IMPACT HEEFT DE OVERHEID OP DE MAATSCHAPPIJ?

OPDRACHT 1: Ontdek wie ‘de overheid’ is O

Lees de krantenkoppen om een idee te krijgen van de rollen die de overheid speelt in de maatschappij.

a Markeer de overheidsinstelling in elke krantenkop.

b Die overheidsinstellingen spelen een rol op verschillende niveaus. Noteer elke overheidsinstelling bij het juiste niveau in de tabel. Je kunt dat online opzoeken, indien nodig.

Gemeenten/stedenProvincie Vlaanderen België

1

De gemeenteraad van Westerlo heeft het licht op groen gezet voor de uitbreiding van de bibliotheek.

2

De Vlaamse minister van Onderwijs wil meer geld voor kleuterscholen.

3

De provincie Vlaams-Brabant heeft de Gamebike gelanceerd. Dat is een mobiele klimaat-bakfiets boordevol educatief spelmateriaal en klimaatvriendelijke ideeën voor speel- en leefstraten of voor buurtfeesten.

4

De twee belangrijke fietsverbindingen op het grondgebied van Sint-Niklaas krijgen bewegwijzering. Daarvoor sluiten de stad en de provincie een overeenkomst.

5

Federaal minister van Volksgezondheid heeft beslist dat het geneesmiddel voor de behandeling van een zeldzame spierziekte vanaf september wordt terugbetaald.

6

De Vlaamse minister van Cultuur investeert € 2,7 miljoen in Limburgse culturele infrastructuur.

7

De provincieraad van Antwerpen heeft het sportcentrum Peerdsbos omgebouwd tot een G-sportcentrum, zodat ook mensen met een beperking kunnen genieten van een aangepaste infrastructuur.

8

Federaal minister van Mobiliteit gaat 5,3 miljard investeren in de modernisering van stations, nieuwe treinstellen en betere spoorlijnen.

9

Het Vlaamse Gewest beheert 2 618 bruggen, tunnels en duikers met een overspanning groter dan vijf meter. De bruggen staan nu naar aanleiding van het instorten van een brug in het Italiaanse Genua onder verhoogde waakzaamheid en de toestand wordt van nabij opgevolgd.

10

Achttien Limburgse jeugdverblijven krijgen van Vlaams minister van Toerisme in totaal € 354 094. Daarmee kunnen uitbaters hun verblijf gericht moderner, gezinsvriendelijker en/of brandveiliger maken voor een breder publiek.

V

c De overheid speelt dus op verschillende niveaus een rol. Je gaat nu onderzoeken welke rol dat kan zijn. Dat leidt tot deze onderzoeksvraag:

WELKE ROL SPEELT DE OVERHEID IN DE MAATSCHAPPIJ?

OPDRACHT 2: Onderzoek welke rol de overheid speelt in de maatschappij

1 Verdeel de klas in drie groepen. Ga naar de ontdekplaat op en bekijk de bevoegdheden/taken van het beleidsniveau die aan je groep zijn toegewezen.

Steden en gemeenten

Vlaanderen België

2 Stel nu de groepen opnieuw samen, zodat er van elk overheidsniveau iemand in je groep zit.

a Lees in het dagboek op p. 111 welke rol de overheid speelt in het leven van Fleur.

b Noteer vervolgens in de eerste kolom van de tabel met welke diensten van de overheid Fleur in aanraking komt.

c Noteer in de tweede kolom van de tabel of dat een bevoegdheid is voor de gemeente/de stad, Vlaanderen of België. Ook hier kun je het internet raadplegen, indien nodig.

Taak of bevoegdheid

Betrokken overheidsniveau

Een dag in het leven van Fleur …

07.00 uur Ik sta op en neem een lekkere douche. Gisteren hebben we tijdens de les gezien dat het niet vanzelfsprekend is dat er overal zuiver water uit de kraan komt. Gelukkig is dat in ons land wel het geval.

07.30 uur Ik loop snel even naar de brievenbus want ik kijk uit naar het nieuwe nummer van mijn favoriete tijdschrift.

07.40 uur Snel ontbijten, want ik moet de bus nemen om naar school te gaan. Mijn mama ergert zich aan het feit dat ik weer op zoek moet naar mijn abonnement van De Lijn.

07.55 uur Gelukkig is de bushalte vlakbij en haal ik de bus nog. Op weg naar de bushalte heb ik de papa van mijn vriendin Melissa nog gezien. Hij werkt bij de groendienst van de gemeente en was druk bezig om de bloemperkjes in de buurt van de gemeentelijke speeltuin te verzorgen.

08.20 uur Het is weer ontzettend druk in de buurt van de school. ’s Morgens en op het einde van de schooldag regelt de politie het verkeer aan de schoolpoort, zodat de leerlingen die met de fiets naar school komen, ook veilig aankomen.

08.30 uur De schoolbel gaat. Sinds de krokusvakantie gaan de lessen niet meer door in containerklassen, maar in een splinternieuw gebouw. Het is nog altijd even wennen.

Vandaag is het een leuke dag, want we gaan met de klas naar een toneelvoorstelling.

Vlak voor het cultureel centrum patrouilleren enkele soldaten. Ze hopen drukbezochte plaatsen te beveiligen tegen terroristische aanslagen.

12.00 uur Deze middag ga ik bij mijn opa langs om hem wat gezelschap te houden. Opa is net terug uit het ziekenhuis. Mijn oma is al enkele jaren geleden gestorven en aangezien hij niet goed te been is, maakt hij sinds kort gebruik van een dienst van het OCMW die maaltijden aan huis levert.

13.30 uur Op school heb ik voor Nederlands een opdracht gekregen om een boek te lezen. Daarom ga ik eerst even langs bij de stedelijke bibliotheek om het boek te lenen.

14.30 uur Wanneer ik thuis aankom, is het even schrikken, want er staat een brandweerwagen voor de deur. Mama had de brandweer gebeld om een wespennest te verwijderen.

16.00 uur Mijn zusje Elodie staat al een tijdje ongeduldig te wachten om samen met mama en mij te vertrekken naar het gemeentelijk zwembad. Ze zit in een rolstoel. Tot nu toe was het zwembad niet toegankelijk voor rolstoelgebruikers, maar nu zijn de ingang, de toegang tot het zwembad zelf en de kleedkamers toegankelijk gemaakt voor mensen met een beperking.

18.00 uur Na het eten ga ik naar boven om mijn huiswerk te maken. Papa roept nog even dat ik niet mag vergeten de vuilniszakken buiten te zetten. Het is deze week mijn beurt om dat te doen.

OPDRACHT 3: Onderzoek welke uitgaven de overheid heeft

De krant De Tijd onderzocht aan welke posten de overheid haar geld uitgeeft. Bekijk in de grafiek het resultaat van dat onderzoek.

a Maak groepen van maximaal vier leerlingen en doorloop alle uitgavenposten. Begrijp je alle begrippen die vermeld worden in de grafiek? Zo niet, zoek online naar een verklaring.

b Noteer de top drie van de uitgavenposten van de overheid.

Grafiek 2: Waar gaat het geld van de overheid naartoe?

andere religie sociale woningbouw sport cultuur defensie administratie onderwijs milieubescherming veiligheid mobiliteit rentelasten subsidies aan bedrijven andere sociale bescherming werkloosheid kinderbijslag ziekte en arbeidsongeschiktheid gezondheidszorg pensioenen

Bron: De Tijd

c Vul de tabel aan met voorbeelden van uitgavenposten uit je eigen leefomgeving. Bekijk eventueel opnieuw de ontdekplaat van opdracht 2 voor inspiratie.

Uitgavenpost

Gezondheidszorg

Onderwijs

Mobiliteit

Veiligheid

Milieubescherming

Cultuur

Sport

Concreet voorbeeld

Net zoals jongeren, gezinnen en ondernemingen, moet ook de overheid inkomsten hebben om haar uitgaven te kunnen betalen. Jaarlijks maakt de overheid daarom een begroting op.

Een overheidsbegroting is een schatting van de inkomsten en de uitgaven die de overheid verwacht in het volgende jaar. De belangrijkste inkomstenbronnen van de overheid zijn belastingen en socialezekerheidsbijdragen

1 Verdeel de klas in vijf groepen. Elke groep krijgt een spilfiguur toegewezen.

BEGROTING

a Ga naar en bestudeer opnieuw de uitgaven van het gezin van jouw spilfiguur.

b Noteer de soorten belastingen die de ouders van jouw spilfiguur moeten betalen.

Spilfiguur

Soorten belastingen

Het bedrag dat de werknemer uiteindelijk op zijn bankrekening krijgt, is het nettoloon. OPDRACHT 4: Breng de inkomstenbronnen van

2 Lees grondig de onderstaande tekst. Vul op de volgende pagina de ontbrekende gegevens in op de loonfiche van Rob Vossen, de broer van Fleur. Opgelet: om het procent te kunnen invullen, zul je een berekening moeten maken.

Wanneer iemand in een onderneming werkt, betaalt de werkgever elke maand een vergoeding voor de gepresteerde arbeid. Maar het nettoloon dat een werknemer ontvangt op zijn bankrekening, is een pak minder dan het brutoloon dat hij met de werkgever heeft afgesproken.

Een flink deel van het brutobedrag gaat naar de RSZ, de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Uit die pot betaalt de overheid bijvoorbeeld het groeipakket (de kinderbijslag), de werkloosheidsuitkering, de terugbetaling van een doktersbezoek ... Als je de bijdrage van de werknemer aan de RSZ van het brutoloon aftrekt, krijg je het belastbaar loon

Aangezien de vergoeding die een werknemer ontvangt een bron van inkomsten is, moet hij daarop belastingen betalen. Daarom betaalt hij elke maand een voorschot op die belastingen. Dat noemt men de bedrijfsvoorheffing

LOONFICHE

SEPTEMBER 2024

Statuut Bediende

Datum in dienst 2022-08-01

Betaalwijze Maandelijks

Burgerlijke stand Gehuwd

Ten laste Valide Mindervalide

- Kinderen 0 0

- Anderen 0 0

WERKGEVER

IKEA

Boomsesteenweg 755

2610 WILRIJK

WERKNEMER

Rob Vossen

Kloosterbaan 108

2610 WILRIJK

Dagen Uren Maandwedde Procent Bedrag in euroOmschrijving

OPDRACHT 5: Ga na wat het sociale vangnet van de overheid inhoudt

Een van de belangrijkste doelstellingen van de overheid is zorgen voor een rechtvaardige inkomensverdeling. Niet iedereen heeft het geluk een job te hebben. Sommige mensen zijn gedurende een bepaalde periode in hun leven werkloos. Anderen werken wel, maar kunnen dan weer niet of nauwelijks met hun inkomen rondkomen. Gelukkig bestaat er in België zoiets als een sociaal vangnet. Het socialezekerheidsstelsel in België probeert ervoor te zorgen dat iedereen in België een leefbaar inkomen heeft. De sociale zekerheid betaalt de burgers daarom een aanvullend inkomen of een vervangingsinkomen

1 Ga naar en bekijk de twee fragmenten in verband met het sociale vangnet. Beantwoord de vragen.

a Wie financiert de sociale zekerheid in België? Noteer de antwoorden in het schema op p. 116.

b Waarom is er bij het sociale vangnet sprake van het solidariteitsprincipe?

Solidariteit betekent

Zo is er solidariteit tussen:

VIDEO'S: RSZ

Riemstenaar krijgt geen rolstoel meer

Rolstoelpatiënt Adrianus van Dongen (46) uit Riemst heeft geen recht op een nieuwe, gratis rolstoel. Zo’n rolstoel kost meer dan € 10 000, onmogelijk te betalen met zijn invaliditeitsuitkering van € 1 200 per maand. Bron: www.hvbl.be, 15 september 2015

Verzekeraars betalen minder vaak uit bij arbeidsongeval Eén werkdag op de twee sterft in ons land iemand na een arbeidsongeval.

Bovendien worden elke werkdag gemiddeld 92 werknemers blijvend arbeidsonbekwaam. ‘Terwijl het aantal inspecteurs en daardoor ook het aantal controles blijft dalen, stijgt het aantal erkenningen dat door verzekeraars wordt geweigerd’, zegt Herman Fonck van het ACV. Bron: Het Nieuwsblad, 23 april 2018

Gezinsbond trekt aan alarmbel over hervorming groeipakket (kinderbijslag)

In de oude kindergeldregeling kreeg een gezin voor het eerste kind € 92,00, voor het tweede kind € 170,00 ... Het bedrag steeg ook naarmate het kind ouder werd. Vanaf 1 januari 2019 is Vlaanderen bevoegd geworden. In het nieuwe Vlaamse systeem geldt een vast bedrag van € 222,85 per kind. Bron: www.hln.be, 22 maart 2018

Dokter goedkoper maken voor lage inkomens

Meer mensen met een laag inkomen moeten goedkoper naar de dokter kunnen gaan en minder betalen voor hun geneesmiddelen. Ook de gezondheidskosten voor chronisch zieken moeten omlaag. Bron: www.hbvl.be, 28 augustus 2006

Werklozen moeten zich sneller inschrijven bij VDAB

Vakbonden en werkgevers stellen een reeks maatregelen voor om de mismatch op de arbeidsmarkt aan te pakken. Enerzijds is er een tekort aan werkkrachten op de arbeidsmarkt en anderzijds zijn er toch nog altijd een te hoog aantal werklozen in ons land die een werkloosheidsuitkering krijgen. Concreet wordt voorgesteld om werkzoekenden te verplichten om zich binnen een maand na de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst in te schrijven bij de VDAB. Bron: De Standaard, 18 juli 2018

Vanaf 2030 op 67 op pensioen

Vanaf 1 februari 2025 stijgt de wettelijke pensioensleeftijd met één jaar naar 66 jaar, en in 2030 gaat de lat naar 67 jaar.

Naar: Het Laatste Nieuws

2 Markeer in de krantenartikels bij het schema op p. 116 de aanvullende of de vervangingsinkomens.

3 Welke bijdragen behoren tot het aanvullend inkomen en welke tot het vervangingsinkomen? Zet de voorbeelden in de juiste kolom.

invaliditeitsuitkering – groeipakket (kindergeld) – rustpensioen – vakantiegeld –werkloosheidsuitkering – ziekte-uitkering

Aanvullend inkomen Vervangingsinkomen

4 Verdeel de klas in vijf groepen.

a Elke groep krijgt een spilfiguur toegewezen.

b Ga naar en bestudeer opnieuw de inkomensbronnen van het gezin van jouw spilfiguur. Noteer de aanvullende en de vervangingsinkomsten die de ouders ontvangen.

Spilfiguur

Aanvullend inkomen

Vervangingsinkomen

OPDRACHT 6: Beoordeel of het invoeren van een suikertaks zin heeft

1 Werk in groepen van maximaal vier leerlingen. Ga naar en lees de artikels over de ‘suikertaks’.

2 De overheid heeft de ‘suikertaks’ (of ‘gezondheidstaks’) ingevoerd uit gezondheidsoverwegingen. Beantwoord de vragen in je groep. Werk op een apart blad.

a Waarom wordt er een taks op suikerhoudende dranken ingevoerd? Leg uit.

b Hoeveel bedraagt de taks op frisdrank momenteel? Zoek je antwoord op internet.

c Denk je dat de invoering van die taks de consument zal afremmen om frisdranken te kopen? Geef minimaal drie argumenten.

d Niet alleen taksen helpen mensen om minder suikerhoudende dranken te consumeren, maar ook subsidies kunnen daarbij helpen. Leg uit.

e Als gevolg van die maatregel ontstaat frisdranktoerisme naar bijvoorbeeld Nederland. Wat is dat en heeft dat nadelen voor de Belgische schatkist?

3 Verwerk je informatie in een mindmap. Je kunt die maken op papier of met het programma Mindmup. Geef aan je document een goede bestandsnaam.

OPDRACHT 7: Evalueer jezelf R

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist

1 Financiële geletterdheid

• Ik kan aan de hand van voorbeelden aantonen welke rol de overheid k an heeft in de samenleving.

• Ik kan aan de hand van een grafiek de belangrijkste uitgavenposten Ik k an van de overheid opnoemen.

• Ik kan de twee belangrijkste inkomensbronnen van de overheid Ik k an toelichten.

• Ik kan enkele soorten belastingen opsommen die een gezin moet Ik k an betalen.

• Ik kan het solidariteitsprincipe van de sociale zekerheid toelichten. Ik k an

2 Onderzoeksvaardigheden

• Ik kan informatie (teksten, infografieken, grafieken …) interpreteren. Ik k an

3 Mondelinge en sociale vaardigheden

• Ik kan in groep werken.

• Ik kan mijn mening op een respectvolle manier verwoorden.

• Ik kan luisteren naar de meningen van anderen.

4 ICT

• Ik kan informatie opzoeken op het internet.

Ja. Kan beter.

HOOFDSTUK 10 HOE KUN JE GLOBALE UITDAGINGEN LOKAAL AANPAKKEN?

OPDRACHT 1: Verken hoe een onderneming verantwoord kan ondernemen

1 Bekijk het filmpje over maatschappelijk verantwoord ondernemen en beantwoord de vragen.

a Wat is het onderwerp van het filmpje?

b Wat doet een duurzame onderneming?

c Consumeren mensen liever bij een duurzame onderneming?

d Vul aan.

Duurzaam ondernemen is de .

2 Bekijk het filmpje van Hema. Hema wil blijven ondernemen met respect voor de wereld op drie niveau's. Welke?

3 Vul het begrippenkader over maatschappelijk verantwoord ondernemen aan. Zoek je informatie online op Wikipedia.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen, of maatschappelijk ondernemen is een vorm van ondernemen gericht op:

• economische prestaties ( )

• het respect voor de sociale kant (de werknemers = )

• de ecologische randvoorwaarden ( ).

4 Bestudeer de impact van ondernemingen en organisaties. Zoek welke belangrijke beslissingen de onderstaande bedrijven hebben genomen om de huidige situatie te verbeteren of te optimaliseren.

a Bekijk de beelden en noteer welke begrippen het best passen.

diversiteit onder het personeel – duurzaam ondernemen – milieubewust zijn – mobiliteit –overleg met alle partijen – rekening houden met de omgeving – zorgvuldig aankoopbeleid

b Noteer met welke P van verantwoord ondernemen er rekening is gehouden: people, planet of profit.

Antwoord a:
Antwoord b:
Antwoord
Antwoord a:

a: Antwoord b:

Antwoord a: Antwoord b:

Antwoord a: Antwoord b:

a: Antwoord b:

Antwoord
Antwoord

OPDRACHT 2: Breng de globale uitdagingen in kaart O

Bestudeer de onderstaande afbeeldingen en krantenknipsels.

Noteer de uitdagingen bij de juiste afbeelding of het juiste krantenknipsel.

Uitdagingen

A Zorg voor schoon water en voldoende sanitair voor iedereen.

B Voorkom en vermijd armoede.

F Neem actie om de klimaatverandering te bestrijden.

G Verzeker een goede gezondheid voor iedereen.

C Weiger discriminatie tegen vrouwen en meisjes.H Maak duurzaam gebruik van oceanen en zeeën.

D Zorg voor gelijke toegang tot kwaliteitsvol onderwijs.

I Bevorder de vreedzame samenleving waar iedereen telt.

E Beëindig de honger in de wereld. J Zorg voor duurzame en betaalbare energie.

The Ocean Cleanup heeft sinds de eerste vangst in 2019 nu een geverifieerd totaalgewicht van 10 miljoen kilo plastic uit oceanen en rivieren verwijderd. De organisatie van Nederlander Boyan Slat (29) heeft de afgelopen jaren schoonmaakacties gehouden tegen de zogenaamde 'plastic soep' in een deel van de Grote Oceaan en in rivieren in acht landen. Daardoor is een hoeveelheid aan plastic vergelijkbaar met het gewicht van de Eiffeltoren uit het water verwijderd.

Bron: Het Laatste Nieuws, 22 april 2024

Wanneer er niet genoeg geld is om alle kinderen naar school te sturen, delven meisjes vaak het onderspit. Nog steeds gaan zo'n 129 miljoen meisjes in de wereld niet naar school. Slechts in 49 procent van de landen hebben jongens en meisjes gelijke kansen in het basisonderwijs. Kijken we verder, naar het lager middelbaar onderwijs, dan voldoet slechts 42 procent van de landen hieraan. Op het hoger middelbaar onderwijs ligt dit percentage nog veel lager, namelijk op 24 procent.

Bron: www.planinternational.nl

Wist je dat vrouwen meer dan de helft van de wereldbevolking uitmaken? Toch krijgen vrouwen nog vaak te maken met discriminatie. Zo zijn ze vaak het slachtoffer van geweld en hebben ze in veel landen geen toegang tot gezondheidszorg.

Bron: www.unric.org

OPDRACHT 3: Ontdek wat jouw inbreng kan zijn voor de globale uitdagingen

1 Beluister het lied ‘Feels like Summer’ van Childish Gambino. Op vind je de tekst van het lied. Die tekst kan je helpen om de vragen te beantwoorden.

a Waarover gaat het lied?

b Wat bedoelt Glover met de volgende regels?

Every day gets hotter than the one before Running out of water, it's about to go down Go down?

2 Om de problemen op wereldniveau op te lossen kan ook jij je steentje bijdragen. Je moet namelijk klein beginnen. De onderzoeksvraag van dit hoofdstuk luidt dan ook:

HOE KUN JE GLOBALE UITDAGINGEN LOKAAL AANPAKKEN?

OPDRACHT 4: On tdek wat de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG's) zijn

1 Bekijk het filmpje over de SDG’s. Bespreek met de klas:

- waarom de duurzame ontwikkelingsdoelen volgens jou in het leven werden geroepen;

- wat men volgens jou met de doelen wil bereiken.

De Duurzame Ontwikkelingsdoelen (Sustainable Development Goals, SDG's) zijn een reeks globale doelen die men wil halen tegen 2030. Ze zijn de opvolgers van de zogenaamde Millennium Ontwikkelingsdoelen (Millennium Development Goals, MDG's) die van start gingen in 2000 en afliepen eind 2015. De SDG's kunnen onderverdeeld worden in vijf grote thema’s: mensen, planeet, welvaart, vrede en partnerschap (People, Planet, Prosperity, Peace & Partnerships).

DUURZAME ONTWIKKELINGSDOELEN

TOT 2030

2 Surf naar www.sdgs.be. Zoek op de website naar meer info over de SDG's en beantwoord de vragen.

a Wat is het doel van de SDG's?

b Wat zijn volgens de SDG's de drie dimensies van duurzame ontwikkeling?

c Bespreek in de klas hoe de drie dimensies samenhangen en elkaar beïnvloeden.

d Op welke landen focussen de SDG's?

VIDEO: SDG'S

e In welke vijf grote thema's kunnen de doelen worden onderverdeeld?

Een belangrijke kritiek op de MDG’s was dat men elke doelstelling apart beschouwde. Voor de SDG’s kiest men voor de brede aanpak omdat er een wisselwerking is tussen de verschillende doelstellingen.

OPDRACHT 5: Onderzoek de verbondenheid van de SDG’s V

1 Verdeel de klas in vijf groepen. Elke groep krijgt een SDG toegewezen. Ga naar en ontdek het doel van de SDG.

a Maak een mindmap met de belangrijkste doelen die men wil bereiken tegen 2030 voor jouw SDG.

b Noteer één maatregel die je zelf kunt nemen om een stap in de goede richting te zetten.

2 Stel nu de groepen opnieuw samen, zodanig dat er van elke SDG iemand in een groep zit.

©VANIN

a Stel eerst de doelen van elke SDG kort aan elkaar voor aan de hand van jullie mindmap.

b Ga nu samen op zoek naar de positieve invloed die de maatregelen in verband met de ene SDG kunnen hebben op de SDG’s van de andere leden van je groep.

c Je krijgt een placemat van je leerkracht. Noteer daarop de wisselwerking.

OPDRACHT 6: Ontdek hoe jij je steentje kunt bijdragen om de SDG’s te bereiken

De SDG’s gelden niet alleen voor de Verenigde Naties, maar ook voor elke burger, elke organisatie, elk bedrijf en voor de overheid. Iedereen zal zijn steentje moeten bijdragen. Door duurzame keuzes te maken en duurzame acties te ondernemen, kan ook jij bijdragen aan het behalen van de SDG’s.

a Ga naar en lees de tekst met concrete tips die de Verenigde Naties geven om via kleine inspanningen een gigantische stap in de goede richting te zetten om de SDG’s te bereiken.

b Noteer bij elk niveau met enkele kernwoorden twee tips die jij haalbaar vindt.

OPDRACHT 7: Verken wat het begrip ‘sustainable’ inhoudt

1 Verklaar de begrippen.

• acceptabel:

• rendabel:

• billijk:

milieu

sociale leven economie acceptabelrendabel billijk sustainable

De Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen zoeken een duurzaam (‘sustainable’) evenwicht tussen drie pijlers: de economie, het sociale leven en het milieu.

2 Bekijk de video Reebok wil schoenen van maïs maken. Noteer op welke manier Reebok probeert om het evenwicht te zoeken tussen de drie pijlers.

OPDRACHT 8: Onderzoek hoe je de mensen- en kinderrech ten kunt linken aan de SDG’s

Mensenrechten zijn rechten die álle mensen over de hele wereld hebben. Die rechten moeten mensen beschermen én ervoor zorgen dat iedereen goed kan leven. Alle mensenrechten staan samen in een tekst: de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties. Die rechten zijn de basis voor de wetten van een land.

Kinderen zijn ook mensen, maar hebben andere behoeften en verwachtingen. Ze zijn ook kwetsbaarder. Daarom stelden de Verenigde Naties een aparte tekst op met de rechten van alle kinderen in de wereld: het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind, of kort: het Kinderrechtenverdrag.

VIDEO: REEBOK MAÏS

1 Verdeel de klas in twee groepen.

a Groep 1 bekijkt de ontdekplaat in verband met mensenrechten via . Groep 2 bekijkt de ontdekplaat in verband met kinderrechten via .

b Vorm daarna duo’s. Zorg dat er in elk duo iemand van groep 1 en iemand van groep 2 zit. Vertel wat je hebt ontdekt.

2 Speel het bingospel!

a De helft van de klas krijgt van de leerkracht een aantal kaartjes waarop mensen- en kinderrechten staan.

b De andere helft van de klas krijgt kaartjes waarop een van de 17 SDG’s staan.

c Wandel nu in de klas rond en maak de juiste combinaties. Link de mensen- en kinderrechten met de juiste SDG’s.

d Roep ‘bingo’ als je de juiste combinatie hebt gevonden.

OPDRACHT 9: Verken hoe je bepaalde doelen op lokaal niveau kunt aanpakken

1 Ga naar de website www.sdgs.be waarop je initiatieven in verband met deze twee SDG’s kunt terugvinden. Noteer in de tabel voor elke SDG twee initiatieven.

Verzeker toegang en duurzaam beheer van water en sanitair voor iedereen.

Schoon water en sanitair

Behoud en maak duurzaam gebruik van oceanen, zeeën en maritieme hulpbronnen.

Leven in water

2 Werk samen met je buur. Bedenk voor elke SDG een initiatief dat jullie op school kunnen nemen om een stap in de goede richting te zetten.

Schoon water en sanitair

Leven in water

OPDRACHT 10: Ga na w elke mensen- of kinderrechten in gevaar komen of geschonden worden

Lees de krantenkoppen of krantenartikels. Noteer onder elke krantenkop welke mensen- of kinderrechten in gevaar komen of zelfs geschonden worden.

Rusland zet de internationale LGBTbeweging op terreurlijst

Bron: www.vrt.be, 22 maart 2024

50 miljoen mensen slachtoffer van moderne slavernij

49,6 miljoen mensen waren in 2021 het slachtoffer van moderne slavernij. De situatie is een stuk slechter dan vijf jaar geleden, onder meer door ‘gewapende conflicten, wijdverspreide aantasting van het milieu en de gevolgen van de pandemie’, besluit het rapport Global Slavery Index van de mensenrechtenorganisatie Walk Free. Moderne slavernij behelst onder meer dwangarbeid (27,6 miljoen mensen), gedwongen huwelijken (22 miljoen), schuld- en andere slavernij, en mensenhandel.

Bron: www.standaard.be, 25 mei 2023

Te veel Antwerpse kinderen gaan zonder of met een lege brooddoos naar school.

Bron: De Morgen, 20 augustus 2018

Hoe Poetin duizenden kinderen ontvoert: ‘De Conventie van Genève is duidelijk: systematisch kinderen deporteren is een oorlogsmisdaad’

Bron: Humo, 12 februari 2024

In 101 landen wordt het voor mensen steeds moeilijker hun meningen en opvattingen in het openbaar te uiten.

Bron: www.metro.nl, 23 mei 2017

250 miljoen kinderen kunnen niet naar school

Wereldwijd hebben 250 miljoen kinderen geen toegang tot onderwijs. Dat aantal stijgt de jongste jaren nog, onder andere door de opmars van de Taliban. Tot die vaststelling komt Unesco, de jongerenafdeling van de Verenigde Naties.

Bron: www.standaard.be, 18 september 2023

VN-kinderrechtencomité bekritiseert België voor opsluiting van kinderen in een gesloten asielcentrum

Bron: Knack, 7 maart 2022

Kou eist eerste slachtoffers in Brussel: twee dakloze vrouwen overleden

Bron: Het Nieuwsblad, 30 oktober 2018

Honderdduizenden

migrantenkinderen illegaal aan het werk in de VS

Van de landbouw tot de auto- en voedselindustrie, in alle hoeken van de Verenigde Staten worden kinderen tewerkgesteld. Dat legde recent onderzoek van The New York Times bloot.

Bron: www.mo.be, 30 maart 2023

OPDRACHT 11: Evalueer jezelf R

Meta op vingers getikt door Europees Hof voor schending van privacy: moederbedrijf van Facebook en Instagram moet zich aan GDPR houden

Bron: De Morgen

Duid aan of je de volgende vaardigheden goed beheerst of dat het nog beter kan.

Checklist

1 Financiële geletterdheid

• Ik k an voorbeelden van doelstellingen linken aan de juiste SDG.

• Ik k an het belang om als bedrijf maatschappelijk verantwoord te ondernemen toelichten aan de hand van een voorbeeld.

• Ik k an aan de hand van een voorbeeld de verwevenheid tussen SDG’s toelichten.

• Ik k an aan de hand van een voorbeeld aantonen dat het belangrijk is om bij het streven naar de SDG’s te zoeken naar een evenwicht tussen de economie, het sociale leven en het milieu.

• Ik k an aan de hand van een voorbeeld aantonen hoe je op lokaal niveau kunt bijdragen aan de globale uitdagingen.

• Ik k an voorbeelden geven van mensen- en kinderrechten.

• Ik k an het belang van mensen- en kinderrechten toelichten.

2 Onderzoeksvaardigheden

Ja. Kan beter.

• Ik k an informatie (teksten, infografieken, grafieken …) interpreteren. ¨

3 Mondelinge en sociale vaardigheden

• Ik kan in groep werken.

• Ik kan mijn mening op een respectvolle manier verwoorden.

• Ik kan luisteren naar de meningen van anderen.

WOORDENLIJST

©VANIN

Hoofdstuk Woord

9aanvullend inkomen

9arbeidsongeval

9 bedrijfsvoorheffing

9(overheids-) begroting

Verklaring

Het socialezekerheidsstelsel (RSZ) in België probeert ervoor te zorgen dat iedereen in België een leefbaar inkomen heeft. Als je bepaalde ‘sociale lasten’ (zoals de opvoeding van kinderen of ziektekosten) moet dragen, ontvang je een aanvulling op je inkomen.

Een ongeval op het werk of onderweg van en naar het werk. Het is een van de sociale risico's die worden vergoed door de Sociale Zekerheid.

Een voorafbetaling op de personenbelasting. Het bedrag wordt door de werkgever rechtstreeks afgetrokken van je belastbaar loon.

Een schatting van de inkomsten en de uitgaven die de overheid verwacht in het volgende jaar (of in een bepaalde toekomstige periode).

4behoefte Iets dat je nodig hebt of graag wilt hebben. Mensen hebben verschillende behoeften (lichamelijke behoeften, behoefte aan veiligheid en zekerheid, behoefte aan sociaal contact, behoefte aan waardering en erkenning, behoefte aan zelfontplooiing).

9belastbaar loon

9belastingen

9beleidsniveau

Het belastbaar loon omvat alle belastbare loonelementen min sociale zekerheidsbijdragen.

Heffingen door de overheid opgelegd, zonder dat er voor de belastingbetaler een individueel aanwijsbare tegenprestatie tegenoverstaat.

België heeft zes beleidsniveaus: de Europese Unie, de Federale Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de Provincie en de Gemeenten. Elk beleidsniveau heeft eigen bevoegdheden.

9bevoegdheden Elk beleidsniveau heeft eigen bevoegdheden. Met die bevoegdheden kunnen de overheden van elk niveau een beleid voeren door middel van regels die opgelegd worden aan een bevolking binnen een bepaald gebied.

In je eigen woorden

Hoofdstuk Woord

9brutoloon

3budget

Verklaring

Op je brutoloon worden een aantal afhoudingen gedaan door de werkgever. Wat je uiteindelijk op je rekening ontvangt, is het nettoloon.

Een budget geeft aan hoeveel geld er beschikbaar is voor een bepaalde periode voor de uitgaven.

6Card Stop Via Card Stop kun je je bankkaart blokkeren wanneer die verloren of gestolen is.

8consument De persoon (de eindverbruiker) die de goederen en diensten koopt.

4cookie, cookiebestand

6debetkaart

Een klein tekstbestand dat een website op de harde schijf van je computer zet op het moment dat je een website bezoekt, zodat bijvoorbeeld je inloggegevens of zoekgeschiedenis onthouden worden.

Een plastic kaart die het via elektronische weg mogelijk maakt, aan de hand van de gegevens op de magneetstrip of chip, om toegang tot de zichtrekening te krijgen en om geld over te brengen van één zichtrekening naar een andere.

9diensten Alle niet-tastbare zaken die je kunt kopen met geld. Een dienst is een prestatie die iemand (tegen betaling) levert voor een ander.

5duurzaam consumeren

10 Duurzame

Ontwikkelingsdoelen

Bij je aankopen of gebruik van producten en diensten hou je rekening met het milieu. Je vermijdt verspilling en vervuiling.

Sustainable Development Goals, SDGs. De SDGs kunnen onderverdeeld worden in vijf grote thema’s: mensen, planeet, welvaart, vrede en partnerschap (People, Planet, Prosperity, Peace & Partnerships). Ze moeten de wereld tot een betere plek maken.

10 ecologisch Milieuvriendelijk

5ecologische voetafdruk

In je eigen woorden

©VANIN

9economische kringloop

1enquête

De ruimte die we per persoon innemen op aarde; de geschatte oppervlakte aarde die een persoon nodig heeft om te eten, te leven, energie op te wekken ... Hij wordt uitgedrukt in hectare.

De schematische weergave van de relaties tussen de gezinnen, de bedrijven en de overheid.

Een vragenlijst waarmee je iets te weten wilt komen en die je bij meerdere personen afneemt.

Hoofdstuk Woord

5ethisch consumeren

7factuur

8 feit

8fictie

7garantie

4gesloten peergroup

Verklaring

Bij je aankopen of je gebruik van producten en diensten hou je er rekening mee dat andere mensen door je aankoop of je gebruik niet benadeeld worden.

Een document waarop een overzicht staat van de door de verkoper geleverde diensten of goederen, en van het bedrag dat de klant daarvoor moe(s)t betalen.

Een gebeurtenis of omstandigheid waarvan de werkelijkheid vaststaat, die zintuiglijk kan worden waargenomen of instrumenteel gemeten.

Verzonnen verhalen, een verzonnen wereld.

Geeft aan dat een onderneming je garandeert dat je aangekochte product niet snel stuk gaat. Gaat het product toch stuk binnen de garantietermijn, dan ontvang je een nieuw product of krijg je je geld terug. Verkopers zijn wettelijk verplicht om een garantie te geven bij aankoop van een goed.

Een gesloten peergroup sluit zich af van de buitenwereld. Niet zomaar iedereen kan erbij horen, de leden moeten zich houden aan de normen en waarden van de groep.

8 goederen Alle tastbare zaken die je met geld kunt kopen.

9groeipakket (of kinderbijslag)

4groepsdruk (peer pressure)

1inkomsten (of inkomen)

8investeringsgoederen

Een toelage omdat je kinderen hebt, om je kinderen te helpen groeien tot mensen die alle kansen krijgen in het leven.

De druk die een peergroup uitoefent op een persoon of op een kleinere groep om het gedrag te veranderen, zodat het overeenkomt met het gedrag van die peergroup.

Het geld dat je krijgt. Jongeren hebben inkomsten dankzij zakgeld, verjaardagen enzovoort.

Dingen die een bedrijf koopt en gebruikt om andere dingen te maken of diensten te leveren.

In je eigen woorden

Hoofdstuk Woord

10 (VN-)

Kinderrechtenverdrag

10 maatregel

Verklaring

Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind

Op 20 november 1989 namen de Verenigde Naties in New York het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind unaniem aan. Dat Kinderrechtenverdrag gaat over alles waar kinderen mee te maken kunnen krijgen. In dat verdrag, dat ondertussen door bijna alle landen van de wereld is ondertekend, staan 54 artikelen met afspraken over de rechten van kinderen en jongeren tot 18 jaar. Het omvat zowel de sociale, economische, culturele als de burgerlijke en politieke mensenrechten.

Een besluit over hoe iets wordt opgelost of veranderd, bijvoorbeeld: 'maatregelen treffen tegen de verkeersoverlast'.

8maatschappij De samenleving, de gemeenschap, alle mensen samen, vooral de manier waarop ze met elkaar omgaan.

1meerkeuzevraag Een vraag met verschillende antwoordopties.

8mening Wat je van iets of iemand vindt, je gedachten over iets.

10 mensenrechten De rechten van de mens of mensenrechten omvatten rechten waarop iedereen aanspraak kan maken, ongeacht herkomst, nationaliteit, overtuiging, geslacht, wettelijke status of andere kenmerken.

9nettoloon Het brutoloon na aftrek van belastingen en sociale premies. Het wordt ook wel het besteedbaar loon genoemd. Dat loon ontvang je als werknemer op je rekening.

8non-profitsector

Organisaties en ondernemingen wiens doel het niet in de eerste plaats is om winst te maken, behoren tot de non-profitsector. Het doel van die organisaties en ondernemingen is in de eerste plaats bijdragen tot het maatschappelijk welzijn. De sociale sector is een onderdeel van de non-profitsector.

4open peergroup Een open peergroup stelt zich open voor de buitenwereld, iedereen kan erbij horen. Niemand wordt uitgesloten en iedereen kan een eigen mening en identiteit hebben.

9overheidsinstelling (of overheidsorganisatie)

Een instelling van de overheid die overheidstaken uitvoert.

In je eigen woorden

Hoofdstuk Woord

Verklaring In je eigen woorden

4peergroup Een groep mensen uit de samenleving die een vergelijkbare leeftijd, status, belang of belangstelling hebben en gemeenschappelijke gedragscodes, waarden en normen.

6phishing Een vorm van internetfraude waarbij oplichters gevoelige informatie (zoals inloggegevens, wachtwoord, kredietkaartnummer ...) proberen te verkrijgen via e-mail en/of telefoon om later te misbruiken.

6prepaidkaart Op die kaart moet je eerst een bedrag opladen en dan pas kun je dat geld uitgeven.

8 private goederen Goederen die jouw eigendom zijn.

8profitsector De bedrijven die winst maken als voornaamste doel hebben, behoren tot de profitsector.

8publieke goederen

Goederen waarvan iedereen kan genieten, zoals bijvoorbeeld de zee.

8realiteit Iets dat werkelijk waar is.

9Rijksdienst voor Sociale Zekerheid

De RSZ int en beheert de sociale werkgevers- en werknemersbijdragen waarmee ze de verschillende takken van de sociale zekerheid financiert.

6skimming Betaalkaartgegevens op onrechtmatige wijze bemachtigen en kopiëren. Het is een vorm van fraude waarbij criminelen de magneetstrip van een bankkaart kopiëren en de pincode bemachtigen op het moment dat er een betaaltransactie wordt verricht.

9sociaal vangnet

Veel mensen kunnen niet (meer) werken en dragen dus niet actief bij tot de sociale zekerheid, bijvoorbeeld mensen met een zware beperking. Anderen ontvangen een vervangingsinkomen uit de sociale zekerheid dat te laag is om fatsoenlijk te kunnen leven, bijvoorbeeld personen met een te laag pensioen. Daarnaast zijn er ook mensen die zonder inkomen vallen en geen beroep meer kunnen doen op een uitkering, zoals jonge werkzoekenden die geen recht hebben op een inschakelingsuitkering. Al die mensen kunnen in onze verzorgingsstaat een beroep doen op de sociale bijstand. Die functioneert als een soort van vangnet voor wie tussen de mazen van het net van de sociale zekerheid valt.

Hoofdstuk Woord

9socialezekerheidsbijdragen

Verklaring

Alle persoonlijke en werkgeversbijdragen die berekend worden op iemands loon. Die bijdragen dienen om het stelsel van de sociale zekerheid te financieren. Die bijdragen worden rechtstreeks van het brutoloon afgehouden.

8sociale sector De sociale sector omvat alle organisaties en bedrijven die in de eerste plaats niet gericht zijn op winst, maar juist een sociaal doel hebben. Denk aan hulpverlening, buurtwerk en andere initiatieven die mensen helpen en ondersteunen.

9solidariteitsprincipe

Solidariteit is het centrale begrip van ons socialezekerheidssysteem. Solidariteit tussen: werkenden en werklozen, gezonde mensen en zieken, gezinnen met kinderen en gezinnen zonder kinderen, jongeren en ouderen, mensen met een inkomen en mensen zonder een inkomen.

6spaarrekening Een rekening waarmee klanten kunnen sparen bij een bank, die daar in principe een vergoeding voor geeft, in de vorm van rente.

2 uitgaven

Het geld dat je uitgeeft.

2uitgavenpatroon Dat geeft aan waaraan je je geld zoal wekelijks, maandelijks of jaarlijks uitgeeft.

10 Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens

5verantwoord consumeren

De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) is een verklaring die is aangenomen door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties om de basisrechten van de mens, ook wel grondrechten genoemd, te omschrijven.

Je koopt of gebruikt producten waarbij de keuze voor de materialen en de productiemethode erop gericht zijn om een negatieve impact te beperken. Je kijkt ervoor uit om niet te verspillen, je gooit geen eten weg en je koopt geen kleding die je nooit draagt.

In je eigen woorden

10 Verenigde Naties

De Verenigde Naties (VN) vormen een internationale organisatie die in 1945 werd opgericht door 51 landen. Het is een organisatie die samenwerkt op het gebied van het internationale recht, veiligheid, behoud van mensenrechten, ontwikkeling van de wereldeconomie en het onderzoek naar maatschappelijke en culturele ontwikkelingen.

Hoofdstuk Woord

6verkoopkanaal (of distributiekanaal)

9vervangingsinkomen

8welzijn

9werkloosheidsuitkering

8winst

6zichtrekening (of lopende rekening)

9ziekte- of invaliditeitsuitkering

Verklaring

De weg of wegen waarlangs iets verkocht wordt.

Het socialezekerheidsstelsel in België probeert ervoor te zorgen dat iedereen in België een leefbaar inkomen heeft. Bij loonverlies (werkloosheid, pensionering, arbeidsongeschiktheid) ontvang je een vervangingsinkomen.

Dat je niet alleen voldoende welvaart hebt, maar ook dat je plezierig kunt wonen en gelukkig kunt leven.

Een uitkering die wordt toegekend om het verlies aan beroepsinkomsten te vervangen.

Het positieve verschil tussen opbrengst en kosten. Is het verschil negatief, dan is er sprake van verlies.

Een rekening waarop je geld kunt plaatsen dat op elk ogenblik beschikbaar is.

Werknemers, werklozen en zelfstandigen die wegens ziekte of ongeval niet in staat zijn om te werken, kunnen van het ziekenfonds een uitkering ontvangen.

5 zoekterm Meestal een woord, maar soms ook een woordgroep of een tekenreeks, die iemand invoert in een zoekmachine om iets te zoeken op internet.

Hoofdstuk Woord

Verklaring

In je eigen woorden

©VANIN

In je eigen woorden

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.