UZ-magazine maart 2008

Page 1

UZ

UZ-MAGAZINE is bestemd voor patiënten en bezoekers van UZ Leuven • campus Gasthuisberg • campus Lubbeek • campus Pellenberg • campus Sint-Pieter • campus Sint-Rafaël

MAGAZINE Verschijnt driemaandelijks, jg 24 - maart 2008

Verantwoordelijke Uitgever: Suzy Van Hoof, Herestraat 49, 3000 Leuven

Afgiftekantoor Aalst 1 - P509066

Werken in UZ Leuven

Jan van Rompaey’s dorp in de stad Energievriendelijk ziekenhuis Palliatief supportteam


5W RUG EN WEL ZIJN ONZE ZORG

î ˆî ˆî ˆî ˆî ˆ serviceresidentie

Onbezorgd wonen en genieten 62!!' 62)*" ,)*6% .$ /.: % '2!4 )3

"2/# (52 %

äxäxä{

• Luxueuze appartementen in parktuin van 2ha • Rustige ligging op 5 km van centrum Leuven • Ruim dienstenaanbod volgens eigen wensen Restaurant, cafetaria, kapsalon, wassalon, boodschappendienst, privÊ-taxidienst, poetsdienst, huishoudelijke hulp, medische en persoonlijke verzorging • Veiligheid: alarmsysteem, 24/24 permanentie • Privacy en vrijheid • Gezelschap en animatie • Mogelijkheid tot huren of kopen

%EN RAAKVLAK TUSSEN ERGONOMIE EN ECOLOGIE .IRWANA BIEDT SINDS KWALITEITSPRODUCTEN ROND GEZOND LIGGEN ZITTEN EN GAAN %EN UITGEBREID GAMMA ERGONOMISCHE SLAAPSYSTEMEN RELAX ZETELS STOELEN EN TAFELS VOOR KANTOOR EN THUIS INCLUSIEF KINDER MEUBILAIR ZITBALLEN BABYPRODUCTEN EN SCHOENEN :ORGVULDIG GESELECTEERDE MERKEN VOOR UW RUG EN UW WEL ZIJN AANGEBODEN IN EEN ONTSPANNEN SFEER IN ONZE SHOW ROOM 7INKELEN BIJ .IRWANA EEN OPENBARING VOOR UW RUG /PEN VAN DINSDAG T E M ZATERDAG VAN U TOT U /.!&(!.+%,)*+ !$6)%3 6!. /.:% +).%3)34%. ) $)%.34 .! 6%2+//0

Vrijblijvend inlichtingen: Mvr. Van Lommen

Service-residentie Ter Korbeke Oudebaan 106 - 3360 Korbeek-Lo Tel.: 016/46 39 25 www.terkorbeke.be

WWW NIRWANA BE ) $E "RUYNLAAN ) !NTWERPEN 7ILRIJK )

sAD 5: ,EUVEN INDD


6 18

6 UZ Leuven vernieuwt bestralingsafdeling UZ Leuven heeft recent drie bestralingsapparaten vervangen. Bestraling is naast een operatie de belangrijkste manier om kankergezwellen aan te pakken. Prof. dr. Walter Van den Bogaert legt uit wat het belang van die vernieuwing is. 12 Energievriendelijk ziekenhuis UZ Leuven is een volcontinu bedrijf. Een bedrijf dat veel energie nodig heeft. Maar hoe energievriendelijk is het ziekenhuis? Jean Kruth en Raf Ghijsen van de technische dienst gunnen een blik in de keuken.

UZ MAGAZINE Jaargang 24, nummer 1 (maart 2008) Kwartaalblad voor patiënten, familie en bezoekers van UZ Leuven, campus Gasthuisberg, Lubbeek, Pellenberg, Sint-Pieter en Sint-Rafaël.

12

INHOUD

UZ Leuven

22 26

18 Voor de kwaliteit van het leven Afgelopen januari bestond het palliatief supportteam van UZ Leuven vijftien jaar. Het palliatief supportteam streeft zoveel mogelijk naar levenskwaliteit, wanneer leven naar zijn einde loopt. UZ-magazine sprak met prof. dr. Johan Menten (coördinator palliatieve zorg), psycholoog Walter Rombouts en palliatief verpleegkundige Inge Bossuyt. 22 Het brede jobaanbod van UZ Leuven Bij UZ Leuven werken meer dan 8 000 mensen. Niet alleen artsen en verpleegkundigen, maar ook schoonmakers en burgerlijk ingenieurs. Hoe breed is het jobaanbod van UZ Leuven? En ziet de ‘buitenwereld’ de opportuniteiten die UZ Leuven biedt? Ilse Devacht, verantwoordelijke rekrutering en selectie, geeft meer uitleg.

26 Jan van Rompaey’s dorp in de stad Jan van Rompaey schoof gewapend met zijn recordertje aan bij mensen in en rond de cafetaria en aan het onthaal van campus Gasthuisberg. Hij tekende drie verhalen van geloof, hoop en liefde op.

vaste rubrieken 4 Journaal: Berichten over en uit UZ Leuven 5 Woordje van de pastor 10 Column van Kris Gelaude 16 Column van Carla Vanuytven 30 Fun-page - voor de jonge UZ-magazine-lezers

redactieadviesraad: Jan Etienne, Katja Genné, Ludo Govaerts, prof. dr. Marie-Christine Herregods, prof. dr. Peter Reynders, Suzy Van Hoof, Ad Van Poppel, Clara Vanuytven, Jan Verhaeghe en prof. dr. Raymond Verhaeghe hoofdredactie: Suzy Van Hoof redactieadres: UZ Leuven, dienst communicatie, Herestraat 49, 3000 Leuven, tel. 016 34 49 55, uzmagazine@uzleuven.be reclameregie: B-Net, Bie Van Cleuvenbergen, voor DECOM, Stationsstraat 108, 2800 Mechelen tel. 016 63 20 65 – e-mail: bie@decom.be, bie@b-net.be Aan dit nummer werkten mee: Clara Vanuytven, Kris Gelaude, Jan van Rompaey, Ad van Poppel e.a. foto’s: Jan Locus, Geert De Keyser e.a. productie: DECOM NV, Stationsstraat 108, 2800 Mechelen, tel. 015 65 28 52 vormgeving: Carla Van Caeneghem, DECOM verantwoordelijke uitgever: Suzy Van Hoof, Herestraat 49, 3000 Leuven copyright: overname van artikels of gedeelten daarvan wordt toegestaan na overleg met de redactie en met vermelding van de bron

UZ-magazine - maart 2008

3


uz journaal

Nieuws uit de gezondheidssector

Bellen in het ziekenhuis Mobiel bellen mag in alle campussen van UZ Leuven. Maar...er zijn uitzonderingen op plaatsen waar de gsm storingen kan veroorzaken aan delicate medische apparatuur. Het gaat dan vooral om intensieve diensten en operatiekwartieren. Op die plaatsen moet de gsm volledig uitgeschakeld worden. Een toestel in stand-by kan immers ook nog storingen geven. Op de volgende afdelingen is bellen met een gsm niet toegestaan: Campus Gasthuisberg hartkatheterisatie kind, hartkatheterisatie volwassenen, functiemetingen klinische neurofysiologie (onderzoeksruimtes), consultatie en functiemetingen fysische geneeskunde (onderzoeksruimtes), bevallingskwartier, spoedgevallendienst, chirurgisch dagcentrum (operatiezalen), vasculair centrum, operatiekwartier 1, hemodialyse volwassenen, medium care, intensieve geneeskunde A, intensieve geneeskunde B, intensieve geneeskunde C, intensieve geneeskunde D, medisch intensieve geneeskunde, cardiale intensieve zorgen, postcardiale intensieve zorgen, neonatologie, neonatale zorg, centrum voor slaap- en epilepsiemonitoring, hemodialyse kinderen, radiologie-KST/NMR. Campus Sint-Pieter operatiekwartier – oftalmologie Campus Pellenberg operatiekwartier, LAC applicatiezaal, medium care Campus Lubbeek operatiekwartier

Liftenvernieuwing halfweg Het project van de liftvernieuwing in campus Gasthuisberg is halfweg. In de twee oudste delen van de campus zijn inmiddels 17 van de 38 liften vervangen. Als alles volgens planning blijft verlopen, is het project in april 2009 ten einde. De nieuwe liften hebben in tegenstelling tot de oude een besturing buiten de lift. Dat betekent dat je bij het oproepen van de lift al moet aangeven op welke verdieping je wilt uitstappen. “Je geeft dus op voorhand informatie mee. Daardoor werkt de lift efficiënter,” zegt Kim Van Dingenen, projectingenieur elektromechanica en coördinator van het liftenproject. “In de oude liften kan dat niet. Sta je daar bijvoorbeeld met een patiënt in een bed in de lift, dan maakt die lift een aantal nutteloze stops. De mensen die op de knop gedrukt hebben kunnen er immers toch niet bij. Bij de nieuwe exemplaren kunnen bepaalde groepen voorrang krijgen. Dat is zo met patiënten in een bed. Die mensen hebben op die manier meer privacy. Het nieuwe sturingsconcept is ook uitgewerkt in samenwerking met de diensten verpleging, centraal patiëntenvervoer en interne logistiek.” De bezoekers van UZ Leuven worden via affiches en handleidingen attent gemaakt op de nieuwe manier van instructie geven. “Voor sommigen is het echter niet helemaal duidelijk. We rekenen ook op de goodwill en medewerking van het personeel om bezoekers te helpen als ze een probleem hebben,” aldus Kim Van Dingenen. UZ-magazine - maart 2008

Winkelen in campus Gasthuisberg U wilt nog snel iets kopen of geld afhalen in campus Gasthuisberg? Er zijn in de ontvangsthal een kiosk, een bloemenwinkel en een bankkantoor. Buiten het bankkantoor en op de eerste verdieping staat een geldautomaat ter beschikking. Ook is er een winkelautomaat waar dag en nacht een groot aantal supermarktartikelen verkocht worden. De hoteldienst van campus Gasthuisberg heeft een folder beschikbaar waarin de plaats van de automaat is aangegeven op een plattegrond. De folder is ook opgenomen in de map van de onthaalbrochure voor patiënten. Openingstijden winkel: maandag tot vrijdag 7 tot 19.30 uur zaterdag 10 tot 19 uur zondag 13.30 tot 19 uur Bloemenwinkel: maandag 12 tot 18.30 uur dinsdag tot vrijdag 10 tot 19.30 uur zaterdag, zon- en feestdagen 12.30 tot 18 uur

Wie, wat, waar? Wie kunt u waar bereiken? UZ-magazine geeft u een aantal nuttige nummers: Onthaal campus Gasthuisberg 016 34 35 36 Onthaal campus Pellenberg 016 33 83 65 Onthaal campus Sint-Pieter 016 33 70 03 Onthaal campus Sint-Rafaël 016 33 27 05 e-mail info@uzleuven.be Inlichtingen campus Gasthuisberg, Pellenberg, Sint-Pieter en Sint-Rafaël 016 33 22 11 Spoedgevallendienst 016 34 39 00 Ambulancedienst 016 22 27 05 Pastorale dienst 016 34 86 20 Sociaal werk 016 34 86 20 Secretariaat ziekenhuisschool 016 34 39 62 Verblijf voor familie: campus Sint-Pieter 016 33 70 03

Kunst in het ziekenhuis De komende maanden lopen er in de ontvangsthal en de gangen op de eerste verdieping van campus Gasthuisberg opnieuw enkele exposities van kunstwerken. Tot 4 april zijn er werken van Bea Verhofstede en van Gerda Van Hoovels te bewonderen. Bea Verhofstede dicht en combineert woorden met beeld. Gerda Van Hoovels is van fotografie overgeschakeld naar schilderen. Ze gebruikt diverse schildertechnieken door elkaar. Vanaf 7 april is er tot 16 mei een groepstentoonstelling. Acht personen, kunstvrienden van elkaar stellen dan hun schilderwerken tentoon. Van 19 mei tot en met 27 juni nemen Lieve Ophalvens en Willy Beernaerts met hun creaties de expositieruimtes in.


pastor ‘De meesjes’

H

Had ik de liefde niet, ik zou niets zijn. Ons resten geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde. (1 Kor. 13) Mijnheer Keireste - 83 jaar - ligt al drie maanden in het ziekenhuis. Hij is door het oog van de naald gekropen en herstelt langzaam. Ik luister naar hem. “Mijn vrouw is de laatste jaren van haar leven ziek geweest. Ik was ook al de 80 voorbij, dus het was niet zo eenvoudig om thuis voor elkaar te zorgen. Het was misschien logisch geweest dat ze naar een rusthuis zou gaan, maar dat wilden zij en ik echt niet. We hadden al zoveel meegemaakt samen, zoveel ‘lief en leed’ zoals we dat ooit tijdens onze huwelijksviering hebben beloofd. Dus zolang het nog maar een beetje zou gaan, zouden we samen wel verder ploeteren. Soms was het ook echt ploeteren. Dan hielp ik haar bijvoorbeeld ‘s morgens uit bed, maar kon ik haar niet houden en vielen we samen op de grond. Vaak begonnen we zelfs samen te lachen als we daar weer lagen. Hulpeloos op de grond, wij tweetjes, maar wel samen. En altijd vonden we wel weer een weg om recht te kruipen, al duurde het soms lang. Geloof me.” Terwijl hij zijn verhaal vertelt, houdt hij een oogje op de foto die op zijn nachtkastje staat. De foto van zijn vrouw. De liefde voor zijn vrouw is zo voelbaar. Als hij over haar vertelt, stralen zijn ogen en tegelijkertijd lees ik de pijn die in zijn ogen geschreven staat. Dan vertelt hij over de avond van haar sterven. “We waren bij haar aan het waken, haar kinderen en ik. Toen is ze stilletjes gegaan. De kinderen hebben mij bij haar alleen gelaten en weet je wat ik gedaan heb? Ik ben bij haar in bed gekropen en heb haar in mijn armen genomen. Zo heb ik haar een tijdje vastgehouden. Ik had wel uren kunnen blijven liggen. Het was het schoonste moment, kun je dat geloven?” “Ik geloof u”, zeg ik stilletjes. De wijze waarop deze man vol liefde en aanvaarding spreekt over zijn echtgenote, raakt mij. Hij heeft haar overleden lichaam omarmd, alsof hij met deze omarming hun gezamenlijke leven omarmde en toevertrouwde aan Iemand groter dan zijzelf. Hoe mooi, denk ik bij mezelf.

WOORDJE VAN DE PASTOR

Ingrid van den Akker

Voor zovelen is de dood iets afstandelijks, iets dat je niet wilt zien en nog minder wilt voelen, en toch. Deze man heeft het geluk gehad zo lang met zijn geliefde vrouw samen te leven, en ook nu nog leeft hij verder met haar. ‘Tot de dood ons scheidt’, telt bij hem ergens niet. Zij krijgt een nieuwe plek. Hij babbelt met haar, elke dag. Hij voelt haar dichtbij en ik krijg het gevoel dat het hun liefde is die hem in zijn eigen ziekte kracht geeft.

‘Terwijl hij zijn verhaal vertelt, houdt hij een oogje op de foto die op zijn nachtkastje staat’ Ten slotte vertelt hij mij het volgende: “Bij ons achter op de binnenkoer komen elke dag meesjes eten. De dag dat mijn vrouw stierf, heb ik geen meesje meer gezien. Na ongeveer vier weken pakte ik de foto van mijn vrouw en zei tegen haar: zijn de mezen met je meegegaan of meegevlogen? Als je in de hemel bent, laat dan een meesje komen. En diezelfde ochtend nadat ik verzorgd was, keek ik naar buiten en er zat een meesje op de binnenkoer. Kun je dat geloven?” “Ik geloof”, zeg ik wederom stilletjes. In het ziekenhuis horen we als pastor zo vaak verhalen over wanhoop en gebrokenheid. Het is vaak ongelooflijk hoe mensen, ondanks hun miserie, toch blijven hopen op een beter leven, soms niet eens voor zichzelf, maar voor hun kinderen of hun kleinkinderen. Vaak is het ook de liefde die hen de kracht geeft om vol te houden, om verder te vechten. Soms horen we ook een parel, een verhaal zo helder als een waterval, en met eenzelfde kracht. Een ‘schoon’ verhaal waar we onszelf ook aan kunnen optrekken. Want schoonheid doet leven, hopen, geloven, liefhebben. Dank je, meneer Keireste, voor de parel die je met mij gedeeld hebt… w

UZ-magazine - maart 2007


UZ Leuven heeft recent drie bestralingsapparaten vervangen. Bestraling is naast een operatie de belangrijkste manier om kankergezwellen aan te pakken. Waarom is die vernieuwing van de apparaten zo belangrijk? En wat gebeurt er bij een bestraling eigenlijk? Prof. dr. Walter Van den Bogaert geeft antwoorden.

ONCOLOGIE

Ad Van Poppel

UZ Leuven vernieuwt bestralingsafdeling UZ Leuven beschikt over vijf lineaire versnellers op de bestralingsafdeling. Die toestellen worden ingezet voor het bestralen van patiënten met kanker. De bestralingsafdeling van Leuven is daarmee de grootste van Vlaanderen. “Bestraling gebeurt

waarbij de radioactieve bronnen in het lichaam aangebracht worden.” Eigenlijk heeft UZ Leuven op het vlak van bestraling en dus kankerbehandeling een reputatie hoog te houden. Aan de basis van het ziekenhuis van de Leuvense Universiteit in 1928 lag

‘Men zegt wel dat de goede cellen door bestraling ook doodgaan, maar dat is niet helemaal waar’ meestal uitwendig, op ongeveer een meter afstand”, zegt prof. dr. Walter Van den Bogaert, diensthoofd gezwelziekten - radiotherapie. “Er is ook inwendige bestraling (brachytherapie) UZ-magazine - maart 2008

immers de wens om de gevreesde ziekte kanker te behandelen. Het eerste gebouw van wat nu UZ Leuven is, was het kankerinstituut op de campus Sint-Rafaël. UZ Leuven kreeg tachtig

jaar geleden via Union Minière du Haut Katanga de beschikking over enkele grammen radium voor de behandeling van kanker. Inmiddels is het gebruik van radioactief materiaal als bron voor uitwendige bestraling verleden tijd en wordt er gewerkt met lineaire deeltjesversnellers. Daarvan staan er nu vijf in UZ Leuven. Recent werden er drie vervangen. “Dat was dringend nodig”, weet prof. dr. Van den Bogaert. “Die machines waren verouderd. Na goed tien jaar gebruik verouderen ze en wordt het stilaan gevaarlijk om ermee verder te werken. De kans dat er iets misgaat wordt groter. In het algemeen gebeuren bestralingsongevallen bij oudere machines.” Patiënten lopen daarbij het risico om een te hoge of een te lage dosis aan bestraling te krijgen. In beide gevallen kan dat de gezondheid


Prof. dr. Walter Van den Bogaert (diensthoofd gezwelziekten radiotherapie): ‘We worden allemaal ouder. Vroeger kreeg een op de drie mensen kanker. Nu bijna een op de twee’

van de patiënten verder schaden. Een van de laatste ernstige ongevallen dateert van de jaren zeventig van de vorige eeuw en gebeurde in het Spaanse Zaragossa. Prof. dr. Van den Bogaert stelt dat daar belangrijke lessen uitgetrokken werden.

Een op de twee Dat UZ Leuven werkt met vijf apparaten, toont aan dat het probleem van kanker groot is. En het zal er de komende jaren niet kleiner op worden. Prof. dr. Van den Bogaert: “Bijna een op de twee personen krijgt tegenwoordig kanker.” De demografische ontwikkeling ligt daar mee aan de basis. Vooral de veroudering van de bevolking is bepalend voor de toename van kankers. De babyboomers, de grote aantallen jeugdigen uit de jaren vijftig en zestig, worden nu stilaan senior. Puur getalsmatig neemt daarom het aantal oudere mensen toe en dus zal het aantal patiënten met kanker ook groeien. Daarnaast is er het feit dat de gezondheidszorg sterk verbeterd is. Mensen leven langer omdat ernstige kwalen die vroeger niet behandelbaar waren, dat nu wel zijn. “We

worden allemaal ouder. Vroeger kreeg een op de drie mensen kanker. Er is ook een vermindering van sterfte aan cardiovasculaire aandoeningen. Het aantal hartinfarcten en beroertes is afgenomen. Hoe dat komt? De pilletjes tegen een te hoge bloeddruk werken blijkbaar goed”, aldus prof. Van den Bogaert. “Er gaan nog altijd mensen dood aan infarcten en hersenbloedingen, maar de aantallen verminderen.” De frequentie van bijvoorbeeld prostaatkanker neemt daarom ook toe. Om het cru te zeggen: in het verleden kon die kanker zich niet ontwikkelen omdat de mannen op jongere leeftijd al aan een andere aandoening waren overleden. Nu de levensverwachting stijgt (gemiddeld wordt een man 75 à 78 jaar) krijgt prostaatkanker meer de kans om de kop op te steken. Van den Bogaert beaamt dan ook dat kanker voor een groot deel een ouderdomsziekte is. Statisch bekeken neemt de kans op kanker toe bij het stijgen van de leeftijd. “Natuurlijk, een kind kan eveneens kanker krijgen en dan is die meestal heel brutaal. (De genezingskansen bij kinderen liggen tegenwoordig overigens zeer hoog.) Het gaat dan echter om een kleine minderheid, eerder uitzonderingen. De belangrijkste kanker die op relatief jonge leeftijd voorkomt, is borstkanker bij vrouwen. Die zie je meestal bij vrouwen op oudere leeftijd, maar ook al in de groep van 30 tot 45 jaar.”

Bestraling De vraag is wat er aan gedaan kan worden. Iets meer dan de helft van de

patiënten geneest tegenwoordig, meestal nog steeds door heelkunde. In de meeste gevallen wordt een combinatie van drie behandelingen toegepast: heelkunde, bestraling en chemotherapie. Op jaarbasis worden in ons land 30 000 patiënten bestraald. De verwachting is dat dat aantal over 10 à 15 jaar 40 000 zal bedragen. Wat doet bestraling eigenlijk? Prof. dr. Walter Van den Bogaert zegt dat de radioactieve bestraling de cellen in het lichaam beschadigt, zelfs vernietigt. Maar kwaadaardige kankercellen worden sneller vernietigd dan gezonde cellen. “Men zegt wel dat de goede cellen door bestraling ook doodgaan, maar dat is niet helemaal waar”, legt dr. Van den Bogaert uit. “De kankercellen worden veel sneller vernietigd en de beschadiging die je toebrengt is veel erger voor het gezwel dan voor het normale weefsel. De gezonde cellen kunnen er beter tegen. Ze ‘gedragen’ zich omdat ze beter gestructureerd zijn. Een gezwel groeit woest, ongestructureerd. Dat is de reden waarom bestraling daar goed werkt.” Maar afgaande op de cijfers wordt bestraling niet voor alle kankergevallen ingezet. Wanneer gebruikt men het wel? Dat gebeurt als de chirurg het gezwel in het lichaam van de patiënt niet kan bereiken. Bijvoorbeeld dicht bij de schedelbasis. Het kan ook zijn dat niet alles weggenomen kan worden en dan moet men met bestraling de laatste restjes vernietigen. “De grote vooruitgang in de behandeling de afgelopen dertig jaar is de combinatie van de verschillende methoden”, vertelt prof. dr. Van den Bogaert. Bestraling zet men ook in om het orgaan niet te beschadigen. “Een gezwel op de stembanden is gewoonlijk klein. Dat krijgen we even goed weg met bestraling als met een operatie. Bij een operatie beschadig je ook die stembanden, bij

Inwendige bestraling Naast uitwendige bestraling is er ook een inwendige vorm, de zogenaamde brachytherapie. De uitwendige bestraling waarbij een bundel van buiten het lichaam naar een orgaan gericht wordt, is het meest frequent toegepast. “Maar er zijn ook situaties waar de bestralingsbron in het lichaam wordt aangebracht,” legt prof. dr. Walter Van den Bogaert uit. “Dat is dan heel lokaal en in een hoge dosis.” Die manier van bestralen wordt onder meer toegepast bij de behandeling van prostaatkanker, vooral bij oudere patiënten. Met die inwendige behandeling spaart men een operatieve ingreep uit.

UZ-magazine - maart 2008


Prof. dr. Walter Van den Bogaert: ‘De bestralings-afdeling van Leuven is de grootste van Vlaanderen’

op de pijnlijke plaatsen. Zo kan iemand gedurende zekere tijd goed overleven en goed functioneren. Het gezwel is niet te genezen, maar wel goed te behandelen.”

Precies

bestraling behoud je je stem”, zegt hij. Van den Bogaert wijst erop dat een bestralingstoestel eveneens ingezet wordt als palliatief middel. Dat klinkt voor de buitenstaander vreemd. Het komt erop neer dat de pijn van uitzaaiingen van de kanker (bijvoorbeeld in de ruggenwervel) weggenomen kan worden. “Als de pijn heel gelokaliseerd is, dan kunnen we daar met bestraling iets aandoen. 25 tot 30 procent van de

De ontwikkeling van de bestralingsapparatuur laat toe veel preciezer te werken dan vroeger. Er is steeds meer zekerheid dat alleen het gezwel wordt bestraald. Daar zit echter een risico in: het bestraalde volume mag niet te klein zijn, omdat dan de kans groter wordt dat een deel van de kwaadaardige cellen niet vernietigd wordt. Vandaar ook het belang om op tijd de toestellen te vervangen, zodat de bedrijfszekerheid gewaarborgd blijft. Een bestraling zelf duurt zo’n anderhalve minuut. Een patiënt kan evenwel moeilijk anderhalve minuut volledig stil liggen. “Je zou ervan opkijken wat er allemaal in je lichaam beweegt, als je normaal ademhaalt”, zegt prof. dr. Van den

‘De grote vooruitgang in de behandeling de afgelopen dertig jaar is de combinatie van de verschillende methoden’ bestralingen gebeuren op palliatieve indicatie. Er zijn twee stappen. Je hebt de curatieve geneeskunde, maar soms is er geen mogelijkheid meer voor genezing. Dat wil zeggen: er is geen behandeling meer mogelijk. Maar dat wil niet zeggen dat je niets aan de symptomen, de pijn bijvoorbeeld, kunt doen. Bijvoorbeeld een dame van 43 ziet er gezond uit, maar kan een gezwel in de borstklier hebben. Bij routineonderzoek blijkt dat er uitzaaiingen zijn in de lever en in het bot. In de volksmond is het dan ook bot- en leverkanker. Heeft die dame dan noodzakelijk last? Nee. Is ze nog te genezen? Nee. Is ze nog te behandelen? Ja. Ze kan nog tien jaar leven met die uitzaaiingen. Door hormonale therapie, door chemotherapie en door lokale bestraling UZ-magazine - maart 2008

Bogaert. “Niet alleen de longen bewegen, maar ook de thoraxwand, het middenrif, de organen in de buik.” Dat wil dus zeggen dat de oppervlakte die bestraald moet worden iets groter moet zijn. De evolutie is echter zo dat de machines bestralen op dat ene moment tijdens de ademhaling wanneer het gezwel redelijk stabiel op een bepaalde plaats is. De tijdsduur voor de patiënt neemt daardoor wel iets toe, maar de totale bestralingstijd blijft gelijk aan die van vroeger. De precisie van de straal is wel groter. “En door de beperking van het volume aan oppervlakte, kan men proberen de totale dosis te verhogen. Daardoor krijg je een verbetering van het resultaat.” Voor pijnbestrijding is meestal één behandeling voldoende. Voor curatieve bestralingen zijn er meer sessies nodig. Zijn er nevenwerkingen? Prof. dr. Van den Bogaert: “Meestal niet, al hangt het er wel van af waar gestraald wordt. Is het de buik, dan kan er wat last optreden aan de maag en darmen. Op de keel kan je wat keelpijn hebben. Er zijn twee bijwerkingen: acute bijwerking en bijwerking op de lange termijn. De acute bijwerkingen verdwijnen binnen enkele weken. Soms lijkt ook de huid wat verbrand, maar dat is geen echte verbranding. ‘Men’ zegt dat want als de huid bestraald is, is die wat rood en vervelt die wat, net zoals bij zonnebrand. Mensen met een bleke gelaatskleur hebben daar meer last van. En op lange termijn kan er sprake zijn van verharding van weefsel.” w

Nucleaire geneeskunde en radiotherapie In een ziekenhuis als UZ Leuven is er naast de bestralingsafdeling ook een dienst nucleaire geneeskunde. Beide hebben te maken met radioactiviteit, maar wat is het verschil tussen die twee diensten? “Nucleaire geneeskunde kan de radiotherapeuten beter vertellen waar een gezwel zich in het lichaam van de patiënt situeert,” zegt prof. dr. Walter Van den Bogaert. Nucleaire geneeskunde maakt gebruik van PET-CT. “Men geeft de patiënt gemerkt glucose (met fluor). Glucose gaat naar elke plaats in het lichaam waar er celdeling is. Er is een standaardbeeld van en men kan met de gemerkte glucose zien waar er afwijkingen zijn van dat standaardbeeld.” Door de beelden van een PET-scan en een CT-scan te combineren kan men zien waar een gezwel zit. Van den Bogaert: “Wij vragen aan de radiologen iets anders dan onze collega-artsen van andere diensten. Zij vragen gewoonlijk: ‘Wat is het? Is er longkanker?’ Wij vragen: ‘Waar is het en hoe groot is het?‘ We zijn meestal niet meer geïnteresseerd in de diagnose - die is al gesteld - maar wel in de juiste locatie en in het volume. Nucleaire geneeskunde helpt daarbij.”


OPENDEUR

NOLOGIE

dep. GEZONDHEIDSZORG EN TECH

Wanneer u dicht bij uw familielid wilt overnachten, kunnen logies in campus Sint-Pieter voor u wellicht een oplossing betekenen.

Zaterdag 17 MEI 2008 14.00u - 16.30u

n van onze Interesse in ĂŠĂŠ ingen? bacheloropleid professionele

Het verblijf voor familie biedt u eenvoudig ingerichte ĂŠĂŠn- en tweepersoonskamers met ontbijt, aan de prijs van 18 of 10 euro per overnachting.

• Biomedische chnologie laboratoriumte • Chemie ement: • OFFICE manag T ement ASSISTAN ag an m mEDICAL formatica • Toegepaste in E • VERPLEEGKUND dieetkunde • Voedings- en • VROEDKUNDE

Vrijwilligers die op vaste tijdstippen aanwezig zijn, zorgen dat u zich thuis kan voelen, ook in moeilijke momenten.

r UZ Leuven campus Sint-Pieter - Brusselsestraat 69 - 3000 Leuven

Š persuado.be

euven.be >>> www.khl

adv

Departement G&T Herestraat 49 3000 Leuven Omtrent 91x134 03-07

20-02-2007

15:19

r Reservatie: tel. 016 33 70 04 tussen 8.30 - 12 uur en 14 -19.30 uur r Informatie: tel. 016 33 73 20

Pagina 1

Bezoek onze grote toonzaal met een 40-tal verschillende modellen

24u op 24u verpleegkundige zorgen, in een groene, rustige en veilige omgeving met uitgebreid dienstenaanbod De zekerheid dat u op ieder moment van de dag of nacht beroep kunt doen op vakkundig personeel. Genieten van de privacy van uw zelfingerichte flat w w w. m o b i l e s c o o t e r. b e Vraag een GRATIS demonstratie bij u thuis‌ Gratis documentatie of gratis demonstratie

BON

Naam Straat Postcode

nr Gemeente

o gratis demonstratie o gratis documentatie

Tel.

Bon terugsturen naar: Blankenbergse steenweg 14A, B-8000 Brugge tel. +32 (0)50 31 79 19, fax +32 (0)50 31 10 26

Directeur: Dhr. GĂźnther Geeraerts e-mail: populierenhof@restel.be - website: www.restel.be


column Flikkerende lichtjes column

Kris Gelaude

Z

Zo stil als hij daar lag, zo stil had ik hem in mijn hele leven nooit gezien. Altijd het omgekeerde. De ontembare, de onstuimige, de onverwoestbare. De kwajongen, die het als kind altijd gedaan had. De eerste in de rij, naar wie iedereen keek om de kastanjes uit het vuur te halen. De durver die nooit bleef toekijken, zeker niet wanneer er iets gewaagds te ondernemen viel. De zogenaamde bon vivant, met zijn grappige replieken en zijn snedige reacties, toonzetter in ieder gezelschap en dus altijd met voorpret overal verwelkomd. Doorbijter van de oude soort, die ervan overtuigd was dat hij met hard werken de oneffenheden van het leven keer op keer wel weer zou kunnen gladstrijken. Volbloed natuurkind. En met de aangeboren wil om zich te meten met de kracht van het onhandelbaarste paard, tot het deemoedig mee zou stappen in de losse leidsels van zijn hand. Mijn broer, die waar of hoe dan ook, alleen maar onverdedigbaar zichzelf wou zijn. En mij daarom het liefste was. Die krijgen ze niet klein, denk je. Die is uit taai en buigzaam hout gesneden. Die heeft de veerkracht om, ook

‘Die krijgen ze niet klein, denk je. Die is uit taai en buigzaam hout gesneden’ na zwaar ontij, zich verbeten op te richten en de wereld terug op te bouwen. Zo werd het immers toch van hem verwacht. En het is moeilijk om je uit de vorm te wringen, waarin de geschiedenis je gegoten of gekneed heeft. Maar ondertussen ziet niemand de binnenkant. Geen mens heeft een vermoeden van de tere en soms zere plekken. En hoe ze ook je diepste lagen kunnen aantasten. Kwetsuren, die enkel te helen zijn als ze voldoende helend kunnen worden aangeraakt. Wat niet gebeurt. En daardoor blijkt de huid wel eens zo dun te worden, dat ze de ziel amper nog kan bedekken. Dat punt had hij bereikt.

10 UZ-magazine - maart 2008

Er kwam een lek in zijn bestaan, dat zoveel weemoed en verdriet naar binnen liet, dat het zijn ogen, zijn gedachten en zijn hele wezen vulde. En alle dynamiek ontglipte hem, aanvankelijk nog ongezien. En alle veerkracht, ieder perspectief. Ten lange laatste ook zijn diepste levensadem. Hij strandde op een weg van uitzichtloze eenzaamheid, waar niemand hem nog weg kon halen. Dat hij zich nooit met halfheden verzoende, dwong hem ten slotte tot de moeilijkste en radicaalste keuze die een mens op aarde ooit kan maken. Ten einde raad, het leven dat hem zo bezield, maar tegelijk zijn hart doorploegd had, eigenhandig aan God terug geven. Toen ik het uitgeholde cocon van zijn lichaam in mijn armen nam, wist ik: hij is verpopt. Zoals de rups die vlinder is geworden. Ontsnapt aan zijn beproefde lijf en dit begrensd bestaan, dat hem te eng geworden is. Dat had hij altijd al gehad. Een hart dat groter zijn wou dan de vormen die hem toegemeten waren. Een geest die zich gevangen voelde, in te veel bekrompen situaties en die ontsnappen wou. Een stem die dikwijls uit haar voegen sprong. En of zijn vuist op tafel neerkwam of op zijn eigen borst, het maakte weinig uit. Want altijd was het met een doffe, machteloze klank. Hoe knagend ook de pijn om al het onherroepelijke en om dat sprakeloze achterblijven, ik kan alleen naar milde woorden zoeken die de donkerte van dit gebeuren met zachte helderheid proberen te doordringen. Er is niets dan postume tederheid, waarmee ik de zovelen wil omhelzen. Mijn broer en al die anderen die aan het einde van hun hoop en wanhoop in grote eenzaamheid afscheid genomen hebben van deze wereld. Er zijn geen theorieën en er is geen boodschap om hen na te dragen. Ook niet de allermooiste. Er is een rauwe realiteit, die je met open ogen aan moet kijken. En telkens weer dat menselijk verhaal, waaraan geen recht gedaan wordt door het te omzwachtelen. En nog veel minder door het dood te zwijgen. Natuurlijk blijft de nasmaak aan het treurige dat niet had moeten zijn. Maar waarom ook niet het ontelbaar blije, mooie, goede, dat een mens zich eeuwig hoort te herinneren? Ik wil het laten bovendrijven op de vijver van mijn bestaan, als duizend flikkerende lichtjes. w


Ergonomische relaxzetels met zero-gravity positie OÊvermindert en voorkomt rugpijn OÊstimuleert de bloedcirculatie Êontspant bij spataders en oedeem O OÊverhoogt de longcapaciteit OÊverlaagt de hartslag Tevens een aanrader voor sportmensen en mensen met een staand of zwaar beroep.

Aangeraden door artsen, kinesisten en binnenhuisarchitecten Meer info: www.ERGORELAX.eu

Ergonomische relaxzetel

OP MAAT Voor mensen van 1,50 tot 2,20 m: - zithoogte - zitdiepte - zitbreedte - benensteun - armleggerhoogte worden OP MAAT gemaakt. Uw Fitform wordt steeds standaard voorzien van: - in hoogte en dikte instelbare rugsteun - achteruit kantelend zitgedeelte voor zero-gravity positie (onvergelijkbaar zitcomfort) - instelbare neksteun - ergonomische vormgeving Keuze tussen 15 modellen en 4 nekkussens.

Meer info: www.FITFORM.net

Manueel of elektrisch verstelbaar, met of zonder opstaplift.

Volgende verkooppunten verdelen Fitform en Ergorelax :

Alleen Fitform:

Bedking Ergopolis, Leuvensesteenweg 338, Boortmeerbeek (015/ 52 03 60) De Bedstee, Dorp 78, Herselt (014/ 54 55 11) Ergoconcept- De Rugwinkel, Groenstraat 202, Aalst (052/ 77 28 63) Ergodôme, Sint-Janslaan 19-23, Kortrijk (0476/ 61 49 35) Ergoform, Kasteeldreef 149, Schilde (03/ 353 43 88), info@ergoform.be Ergopolis, Bredabaan 948B, Brasschaat (03/ 271 27 01) Informeer bij de dealers Moerman, Lippenslaan 26-30, Knokke (050/ 60 17 56) welke modellen er in hun Nirwana, De Bruynlaan 127, Wilrijk (03/820 98 30) showroom staan. Reyskens, Genkersteenweg 310, Hasselt (011/ 24 15 92)

VF-Medicals, Herentalsebaan 431, Wommelgem (03/ 653 00 25) VF-Medicals, Mgr. Van Wayenberghlaan 36, Leuven (016/ 20 76 07) Winzo meubelen, Hamonterweg 143, Achel (011/ 64 05 59)

Ergorelax: Dorp 78, Herselt (014/54 55 11), info@ergorelax.eu, www.ergorelax.eu Open: ma-di-do-vr: 10-12.30 en 13.30-18.30u zaterdag: 10-12.30 en 13.30-17u Gesloten op woensdag, zon- en feestdagen


UZ Leuven is een volcontinu bedrijf. Een bedrijf dat veel energie nodig heeft. Maar hoe werkt UZ Leuven aan het beperken van CO2-uitstoot? Met andere woorden: hoe energievriendelijk is het ziekenhuis? Jean Kruth en Raf Ghijsen van de technische dienst gunnen een blik in de keuken.

Ecologie

Ad Van Poppel

Jean Kruth en Raf Ghijsen (technische dienst UZ Leuven): ‘Het is een boeiende uitdaging om de huidige kwalitatieve zorgverlening voort te zetten en op een energiebewuste manier te verbeteren.’

UZ Leuven werkt aan energievriendelijk zieke Rij je ‘s avonds over de Leuvense vesten dan wordt je blik automatisch getrokken naar campus Gasthuisberg. Het ‘Teken’ en de gebouwen van campus baden in het licht. Kan dat in een tijd van dure en schaarser wordende energie niet wat minder? Nee, want het ziekenhuis is te beschouwen als een bedrijf dat 24 uur per dag draait. Toegegeven, tijdens de avond en de nacht is de activiteit iets minder, maar de operatiekwartieren blijven draaien, apparaten op de kritieke diensten functioneren de hele nacht door, de verlichting blijft in grote delen van het ziekenhuis branden en vroeg in de ochtend start de keuken, onder meer met het bakken van brood. Het ziekenhuis heeft energie nodig om de taken te vervullen. De oppervlakte van het ziekenhuis op campus Gasthuisberg bedraagt iets meer dan 12 UZ-magazine - maart 2008

180 000 vierkante meter. Dat komt overeen met de oppervlakte die 1 000 gezinswoningen innemen. Echter, het verbruik van het ziekenhuis kun je niet zomaar met dat van die 1 000 gezinnen vergelijken. Het jaarlijks verbruik aan elektriciteit komt aan 39 miljoen kWh. Dat is hetzelfde als dat van 10 000 huishoudens samen! Aan aardgas verbruikt UZ Leuven bijna 50 miljoen kWh voor verwarming. Een doorsnee gezin doet het met 23 000 kWh op jaarbasis. Met andere woorden: UZ Leuven verstookt aan verwarming hetzelfde als 2 000 gezinnen aardgas verbruiken. En dan draaien de broodbakovens van UZ Leuven op stookolie: goed voor 24 000 liter per jaar. Voor de buitenstaander is het verbruik hoog. Vergeleken met gezinnen is het ziekenhuis een grootverbruiker, maar de vergelijking gaat mank omdat de energie-

behoeften van een ziekenhuis als UZ Leuven totaal anders zijn dan die van een doorsneegezin. Het geeft echter wel een idee van de omvang. In campus Pellenberg is - ondanks de oudere gebouwen en minder energieefficiënte installaties - het energieverbruik verhoudingsgewijs veel geringer dan in campus Gasthuisberg. Voor een tiende van het oppervlakte is slechts een twintigste van de energiehoeveelheid nodig. Jean Kruth wijst er ook op dat UZ Leuven als universitaire en grote instelling een andere energiebehoefte heeft dan een kleiner algemeen ziekenhuis of een ‘gewoon’ verpleegziekenhuis door de talrijke laboratoria en de zware medische apparatuur waar onderzoeksprojecten op gebeuren. Waarvoor heeft UZ Leuven al die energie nodig? Elektriciteit is onder andere


veel betere isolatie gekomen. Maar de evolutie in de techniek is ook enorm toegenomen. Het aantal toestellen (medisch en niet-medisch) is sterk gegroeid en de activiteiten zijn zwaarder geworden. Vroeger was een patiënt hier gemiddeld tien, elf dagen en had het ziekenhuis een hotelfunctie tijdens de laatste dagen van het verblijf. Nu blijven de patiënten hier alleen tijdens de kritische dagen. Gemiddeld is dat vijf dagen. Dat betekent dat er veel meer zorgen zijn en er ook veel meer energie nodig is.” Het energieverbruik is alsmaar gegroeid. Een voor de hand voorbeeld: bij de start van campus Gasthuisberg was er nog geen sprake van pc’s. Tegenwoordig staan er op alle afdelingen meerdere pc’s én printers. Die vragen allemaal energie. Raf Ghijsen zegt dat de klimaatverandering met al de nadelen ook enkele voordelen heeft. “Door de opwarming van de aarde is het verbruik van aardgas voor verwarming binnen de perken gebleven.” Maar het verbruik van elektriciteit groeit jaarlijks met drie procent en het ziet ernaar uit dat die trend zich zal voortzetten.

Prognoses

e nhuis nodig voor de koeling, de randapparatuur van het centraal stookhuis, liften, persluchtinstallaties, ventilatie, computers, printers, verlichting en medische toestellen. Aardgas zet men in voor verwarming, voor warm water voor douches en baden, en voor stoomproductie (voor het steriliseren van de medische instrumenten en het bevochtigen van de lucht voor operatiekamers en computerzalen).

Evolutie De eerste fase van campus Gasthuisberg dateert van het midden van de jaren zeventig. Het kinderziekenhuis was de eerste dienst die de oude behuizing van Sint-Rafaël in de stad verliet om intrek te nemen in de nieuwe campus. “Er is sindsdien op alle vlakken een grote evolutie geweest”, aldus Raf Ghijsen. “Er is een

Campus Gasthuisberg is nog niet af. Er is nog steeds bouwactiviteit en de vierde fase moet nog aanvangen. In de nabije toekomst zal het aantal mensen dat op de campus werkt van 8 000 toenemen tot 15 000. “In de prognoses is daarom rekening gehouden met een verdere stijging van het energieverbruik. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat het niet zo zou zijn. De technieken voor behandeling en verzorging verbeteren alsmaar en er komt

steeds meer apparatuur”, zegt Ghijsen. Neem alleen het voorbeeld van het sterk toegenomen aantal kijkoperaties en de inzet van de operatierobot: men hangt daar af van machines. Met die ontwikkeling in het vooruitzicht is het logisch dat UZ Leuven denkt en werkt aan besparing en beter gebruik van de beschikbare energie. De overheid vraagt trouwens al een aantal jaar aan grootverbruikers om zich te richten naar een benchmark, zeg maar een streefcijfer van energieverbruik door vergelijking met andere instellingen uit dezelfde sector. Ziekenhuizen als UZ Leuven zijn wel groot, maar vallen door hun specificiteit er niet onder. Een vergelijking met het bedrijfsleven is immers complex. Ter compensatie moet UZ Leuven wel maatregelen uitvoeren waarvan de investering dankzij de energiebesparing op minder dan vijf jaar tijd terugbetaald zal zijn. De mogelijke maatregelen zijn onderzocht door een onafhankelijke energiedeskundige. Uit deze studie kwamen vijf maatregelen naar voren zoals het bijkomend isoleren van verwarmingsleidingen, daglichtsturing van de verlichting in de bezoekersgangen en het optimaliseren van de gebruiksduur van de ventilatievoorzieningen. UZ Leuven neemt echter ook maatregelen die niet verplicht zijn, maar die eveneens een verlaging van het aantal kWh met zich meebrengen.

Ambitieus Voor de vierde fase van campus Gasthuisberg, waarmee nu gestart wordt, is een ambitieus project opgezet op energiegebied. De bestaande installaties zijn niet voldoende om

Bewustmaking De volgende stap in energiebewust werken in UZ Leuven is een sensibilisering. “De mensen hier moeten er ook continu aan werken,” zegt Raf Ghijsen. Op de technische dienst wordt er overigens al aan gedacht: tijdens het gesprek in de late namiddag komt iemand binnen die het licht uit wil doen en dan merkt dat er nog mensen in het lokaal zitten... Jean Kruth: “We mogen wel stellen dat de mensen hier zich bewust worden van de problematiek. We krijgen ook steeds meer vragen van diensten om het energiegebruik daar te meten.” Ook op andere manieren denkt UZ Leuven groen. Er is voor de medewerkers gratis openbaar vervoer. En wie zich engageert om met de fiets naar het werk te komen en slechts uitzonderlijk de auto voor woonwerkverkeer gebruikt, krijgt een fietsvergoeding. Bij aankopen door UZ Leuven kijkt men eveneens naar het energieaspect. Jean Kruth: “Als er toestellen aangekocht worden, vraagt men steeds vaker naar het voordeel van een iets duurder exemplaar dat minder energie gebruikt.”

UZ-magazine - maart 2008 13


studiebureaus Deerns en Ingenium blijkt dat in combinatie met warmtepompen zo’n 70 procent van het benodigde warme water en 80 procent van het koude water voor de vierde bouwfase via KWO kan geleverd worden.

Water

Jean Kruth: ‘De mensen worden zich bewust van de problematiek’

Raf Ghijsen: ‘In de prognoses is rekening gehouden met een verdere stijging van het energieverbruik.’

ook de nieuwbouw te bedienen. Daarom is er in samenwerking met Tractebel, Electrabel en Technum een masterplan opgesteld dat uitgaat van het vermogen dat nodig is en van de bedrijfszekerheid. “We hebben een risicoanalyse uitgevoerd voor de bestaande installatie”, vertelt Raf Ghijsen. “Daarnaast is er een longlist opgesteld van alle beschikbare technieken. We hebben op basis daarvan een shortlist gemaakt en een scenario opgesteld.” Enkele technieken die op zich interessant zijn, kwamen niet in aanmerking. Windenergie bijvoorbeeld. Het probleem was de inplanting van een windmolen. “Die kon

Voor verwarming en koeling van het ziekenhuis is de voorkeur uitgegaan naar een KWO-installatie omdat dit systeem grootschaliger en energiezuiniger is en beter afgestemd is op de behoeften van het ziekenhuis. KWO staat voor koude-warmte-opslag. “Dat is een systeem waarbij het grondwater wordt gebruikt en niet verbruikt”, verduidelijkt Raf Ghijsen. Het komt erop neer dat het water dat in de zomer warm wordt, diep in de grond wordt opgeslagen. “Normaal is dat grondwater 13 à 14 graden Celsius. Wij slaan water op van 17 à 20 graden”, legt Ghijsen uit. Het warme water wordt in de winter gebruikt voor de verwar-

‘Er is op alle vlakken een grote evolutie geweest. Er is een veel betere isolatie gekomen’ alleen op de heuvel net boven het kinderdagverblijf, maar daar loopt ook de autoweg E314”, stelt Ghijsen. Daarnaast was de energietoevoer via een windmolen beperkt in verhouding met de noden van het ziekenhuis. Raf Ghijsen: “We willen bedrijfszekerheid en één windmolen is te klein om de hele campus te voeden.” Dat wil niet zeggen dat er nooit gebruik gemaakt kan worden van windenergie. Alles hangt af van de ontwikkeling van de techniek. Als aanvulling kan windenergie weer wel. 14 UZ-magazine - maart 2008

ming en voor het sanitair warm water. Het water dat zo afgekoeld is, slaat men vervolgens op in een koude bron. In de zomer gebruikt men dat koude water weer voor de koeling. Door de warmte van het gebouw op te nemen warmt het water weer op en kan het vanuit de warme bron in de winter weer bovengehaald worden. “Het water slaan we op op zo’n 50 meter diepte. De stroming is daar heel beperkt. Bovendien is er een stabiele temperatuur. Koud water warmt er niet op en warm water koelt er nauwelijks af.” Uit het voorontwerp van

In het nieuw te bouwen kwadrant van campus Gasthuisberg komt een KWO-bronnenpaar. Een tweede paar zal een deel van de bestaande gebouwen van koud en warm water voorzien. “Het kan daarna uitgebreid worden naar de hele campus. De clou van de zaak is de vraag naar koude en warmte. In de winter zullen er wel ketels zijn, enkel om bijkomend warm water te leveren. Het systeem van KWO vraagt alleen energie voor een paar pompen. De investering moet op minder dan zes jaar tijd terugverdiend zijn”, weet Raf Ghijsen. Zo’n koude-warmte-opslag wordt nog weinig toegepast. KBC heeft het in het gebouw vlak aan de E314 in Leuven. De grote vijver voor het KBC-onderkomen is onderdeel van het systeem. En verder zijn er een vijftal ziekenhuizen in de Kempen die het hebben. De reden is dat structuur van de ondergrond in de Kempen ideaal is voor wateropslag. Overigens zal UZ Leuven vanaf 2008 meedraaien in het systeem van C02emissierechten. Jean Kruth: “Dat wil zeggen dat we als groot ‘bedrijf’ recht krijgen om C02 uit te stoten. Wij mogen tot 12 000 ton gaan. Vooral door de verwarming komt er veel CO2 vrij.” Mocht UZ Leuven meer dan die 12 000 ton uitstoten, dan moet men daarvoor rechten bij kopen. Maar als de koude-warmteopslag goed draait, is er minder aardgas nodig en daalt de uitstoot. “In het gunstigste geval komen we onder die limiet en kunnen we emissierechten verkopen”, aldus Raf Ghijsen. Hij wijst erop dat de overheid de uitstoot verder zal beperken en dat in de loop van de jaren de limiet stelselmatig verlaagd wordt om de Kyoto-doelstellingen te halen. Dat houdt in dat energiebewustzijn een blijvend aandachtspunt is in UZ Leuven. Zegt Ghijsen: “Voor de technische dienst en het hele ziekenhuis vormt het komende decennium bijgevolg een boeiende uitdaging om de huidige kwalitatieve zorgverlening voort te zetten en op een energiebewuste manier te verbeteren.” w


Wokken is lekker en gezond Wokken is niet alleen zeer lekker, gezellig en trendy. Het is bovendien, net zoals het merendeel van de Chinese keuken, gezond en ideaal voor de lijn. dankzij de razendsnelle bereiding boven de hoge vlammen en de diversiteit van de aangeboden ingrediĂŤnten zal u genieten van een zeer evenwichtige maaltijd, waarbij u alle nodige voedingselementen voorgeschoteld krijgt.

Lunch E13 Wokbuffet E21 Wokbuffet weekend E23

(maandagmiddag t.e.m. zaterdagmiddag) (maandagavond t.e.m. donderdagavond) (vrijdagavond, zaterdagavond, zon- en feestdagen)

n der

ar

ki

en

-50%

to

t 12 j a

L.E. van arEnbErgpLEin 11-13 i 3001 HEvErLEE i T 016 20 01 60 - F 016 30 93 71

ma-do 12-14U30 & 18-22U30 i vrij-za 12-14U30 & 18U-23U i zo 12-14U30 & 18-22U i gratis parking voor Het restaUrant

WWW.Wokdynasty.be reserveer nu en neem dit bonnetje mee. Wij bieden u een geschenk aan voor de ganse tafel!


column Op weg naar het ziekenhuis column

Clara Vanuytven

I

“Ik werd blind na een auto-ongeval. Eerst dacht ik... Het komt wel goed. Over een paar maanden ben ik weer de oude. Maar het was niet waar...” Hij zat naast mij in de bus en probeerde mijn aandacht te vangen. Meestal zoek ik geen gezelschap tijdens een rit naar het ziekenhuis. Ik ben altijd wat huiverig als het gaat om gesprekken met vreemden. Met een hoofd vol ellende wil ik wel een zitbank delen, maar geen zorgen. Maar hij ging gewoon door met zijn verhaal. “Het kwam niet goed. Mijn botten genazen, maar mijn zicht kwam niet terug. Mijn huwelijk ging kapot. Mijn werk moest ik opgeven...” Ik gluurde opzij. Zijn ogen kon ik niet zien. Zijn hoofd wees star naar buiten. “Nog twee haltes, hé?”, vroeg hij. “Ga jij iemand bezoeken in het ziekenhuis?” “Ja,” zei ik. De bus rammelde en kreunde. De rit leek langer te duren dan normaal. “Je hebt zorgen,” zei hij. “Ik zag het meteen.” Ik glimlachte om zijn opmerking. “Zag je het?” Hij grinnikte. “Ik voel dat je iets dwarszit,” ging hij door. “Ik maak me zorgen over mijn broer. Hij had een ongeval met zijn brommer.” “Het komt wel goed.” Het leek een belofte. Ik knikte. Dankbaar. Idioot, berispte ik mezelf meteen, hij ziet dat knikken niet. “Bedankt,” zei ik vlug. “En jij? Ik bedoel... Moet je voor een controle naar het ziekenhuis?” Hij schudde zijn hoofd. “Nee. Ik werk er als vrijwilliger. Soms sturen ze me naar een ziekenkamer om er met iemand te praten. Om iemand op te beuren... Of gewoon om te luisteren. Het helpt als een zieke zijn verhaal kan doen.” De bus vertraagde en stopte aan een halte. Er was het geluid van sissende deuren. De warmte die vervangen werd door een streep koude lucht. Nieuwe passagiers wurmden zich naar binnen en zochten een plek. “Maar je zal het zelf toch ook lastig hebben? Maken die bezoekjes aan het ziekenhuis je leven niet moeilijker?” Hij haalde zijn schouders op. “Integendeel. Als ik iemand kan helpen dan lijkt alles gemakkelijker.” “Dat is dapper!” Hij grinnikte.

16 UZ-magazine - maart 2008

“Dapper? Ik ben niet dapper, hoor!” Hij fluisterde. “Ik ben bang in het donker.” Ik lachte om de sprankeltjes in zijn stem. “Weet je...,” zei hij “Mensen beseffen vaak niet dat ‘het grote Geluk’ niet bestaat. Tenminste niet in een pakket. Het is niet alles of niets.” Ik keek hem vragend aan. Hij leek het te voelen. “Te vaak denken mensen... Oh, als ik dat eens had. Of als dit in orde komt? Dán ben ik gelukkig. Maar zo werkt het niet. Geluk is tevredenheid. Het is... als een ladenkast. Zit vol verrassingen. Maar er is altijd wel een schuifje dat klemt. Als je dat accepteert en met de andere schuifjes tevreden bent dan... Dan word je gelukkig.” Ik zat daar naast een man zonder zicht, zonder vrouw, zonder werk. En hij wou me vertellen hoe je gelukkig kan zijn? Mijn gedachten gingen naar mijn broer. Ik besefte dat hij ‘geluk’ had. Hij leefde. Ook al had hij een revalidatie voor de boeg, hij zou herstellen. Mijn hoofd leek opeens wat minder vol.

‘Het helpt als een zieke zijn verhaal kan doen’ De bus vertraagde. De man naast mij tastte naar zijn witte stok. Hij draaide zijn gezicht naar me toe. Voelde hij hoe ik keek? Hij bewoog zijn hoofd, zachtjes, alsof hij een herinnering van zich af wou schudden. “Een vriend van mij is blind geworden door een werkongeval. Er is zoutzuur op zijn gezicht terechtgekomen. Hij ziet niets meer. En bovendien is zijn gelaat verminkt. Ik ben zo blij dat ik alleen maar blind ben.” Ik werd er stom van. De bus viel stil. We schoten allebei een beetje naar voor, alsof we nog verder wilden. Mensen drumden naar deuren die heftig openklapten. Haastig. “Zal ik je helpen uitstappen?”, stelde ik voor. “Dank je.” Hij trok zich overeind. Zijn hand zocht mijn schouder en wachtte daar. Geduldig volgde hij mij. Door het gangpad, twee treden naar beneden, buiten, tussen de andere mensen door, naar de ingang van het ziekenhuis. Alsof ik al jaren blind was en hij me leidde.


.ȳȫS ͗Ȫӝ[Ⱥ ͩJʚ ӦȪS Ȫ͸ ǑOEȪST

i&SHPOPNJTDIFw NBUSBTTFO o MBUUFOCPEFNT o IPPGELVTTFOT o CVSFBVTUPFMFO o SFMBY[FUFMT NBTTBHF[FUFMT o TBMPOT o LOJFTUPFMFO [JU FO TUBUBGFMT o [JUCBMMFO &SHPQPMJT #SBTTDIBBU .BSJB UFS )FJEF

#SFEBCBBO # #SBTTDIBBU

#FELJOH &SHPQPMJT -FVWFOTFTUFFOXFH # #PPSUNFFSCFFL 5FM 'BY F NBJM JOGP!CFELJOH CF

5FM 'BY F NBJM JOGP!CFELJOH CF

0QFO V o V ;BUFSEBH V o V ;POEBH NBBOEBH FO GFFTUEBHFO HFTMPUFO

XXX CFELJOH CF

0QFO V o V ;BUFSEBH V o V ;POEBH V o V %JOTEBH FO GFFTUEBHFO HFTMPUFO

(FTQFDJBMJTFFSEF LJOFTJUIFSBQFVUFO IFMQFO KF HSBBH UFS QMBBUTF IFU CFTUF UF LJF[FO WPPS KF SVH

4MBǑҀ ӬȢ͡ [̢ӂ ӬȢ͡


Afgelopen januari bestond het palliatief supportteam van UZ Leuven vijftien jaar. UZ-magazine sprak met prof. dr. Johan Menten (coördinator palliatieve zorg), psycholoog Walter Rombouts en palliatief verpleegkundige Inge Bossuyt over de werking van dat team. Het palliatief supportteam streeft zoveel mogelijk naar levenskwaliteit, wanneer leven naar zijn einde loopt. Palliatief supportteam

Ad Van Poppel

Zorg voor kwaliteit van het leven Prof. dr. Johan Menten is kliniekhoofd radiotherapie oncologie en coördinator palliatieve zorg. Het viel hem iets meer dan 15 jaar geleden op dat een kankerpatiënt - ook wanneer die niet meer te genezen was - lang niet altijd de beschikbare mogelijkheden van pijnstilling aangeboden kreeg of soms de voorgeschreven medicatie niet ten volle gebruikte. Dat ze pijn hadden, hoorde er in die laatste fase van hun ziekte (en hun leven) kennelijk bij. Menten vond dat daar iets aan gedaan kon worden. Het resultaat was de oprichting binnen UZ Leuven van het palliatief supportteam, lang voor het ziekenhuis hiervoor de nodige financiële voorzieningen kreeg. Het palliatief 18 UZ-magazine - maart 2008

supportteam geeft hulpverleners en patiënten advies omtrent palliatieve zorg in het ziekenhuis en voor de thuiszorg wanneer de patiënten vanuit UZ Leuven naar hun eigen omgeving teruggaan. “We geven advies over pijn- en symptoomcontrole”, zegt Menten. “We optimaliseren de pijnstilling, maar hebben bij de patiënt evenzeer aandacht voor bijvoorbeeld slaapproblemen, futloosheid, vermoeidheid, angst, sociale en psychische problemen... We werden in het begin gezien als kankerpijnbehandelaars, maar als we bij de patiënt kwamen, hoorden we dat er veel meer was dan alleen pijn. Ze wilden bijvoorbeeld graag naar huis, maar legden zich erbij neer dat dit in

hun situatie onmogelijk zou zijn. We hebben bij die vraag telkens individueel gekeken wat we voor die patiënten konden doen. Dat is soms complex. Er moeten veel praktische afspraken gemaakt worden over wie zorg dag en nacht kan geven, welke medicatie via welke toedieningswegen gegeven kan worden en wie als palliatief deskundige beschikbaar is voor advies. Er moeten contacten gelegd worden met de thuisverpleging en de huisarts. Dit soort exploraties en interventies is energie- en vooral tijdrovend en kan daarom niet gedaan worden binnen het normaal tijdsbestek door de arts en verpleegkundige op de acute verpleegafdelingen.”


Het palliatief supportteam UZ Leuven

onverenigbaar was met goede universitaire zorg. Toch kregen we het nodige krediet van de directie en zeer veel hulpverleners.” Het gaat overigens niet alleen om het bestrijden van pijn, lichamelijke pijn, maar ook om het verzachten van sociaal, psychisch en spiritueel lijden. Menten: “En ook: hoe kunnen de patiënt en zijn familie omgaan met die andere vormen van pijn. Ze vragen: ‘Moet ik nu niet meer naar de consultatie komen, laten jullie me vallen?’ Ons antwoord is dan: ‘Nee,

wordt ingezet en er daardoor heel snel de overgang moet gemaakt worden naar stervensbegeleiding. Palliatieve zorg is de periode die stervensbegeleiding voorafgaat. “Het gaat erom de kwaliteit van leven op een hoger niveau proberen te tillen, nog echt kwalitatief uit het leven halen wat erin zit. Achteraf horen we familieleden van een patiënt vaak zeggen dat het een periode is geweest waarin ze zeer intens geleefd hebben, dat het soms zelfs de beste periode uit hun relatie geweest is, een periode die zeer betekenisvol kan zijn zowel voor de patiënt als voor de omstanders, ondanks het vooruitzicht van de scheiding door de dood”, vertelt prof. Menten. “Men kan dan zowel als patiënt en als familie dankbaar en tevreden terugkijken. Op die manier kan een relatie

‘Wat we wilden doen, werd door sommigen gezien als iets dat recht tegenover de therapeutische hardnekkigheid stond’ Grenzen Het plan om in een universitair ziekenhuis een palliatief team te starten deed destijds vele wenkbrauwen fronsen. Het idee gaat op het eerste gezicht immers in tegen alles wat de moderne geneeskunde wil bereiken. Want juist in een universitair ziekenhuis wil men voortdurend de grenzen verleggen. De naam alleen zegt het al: de kunde van het ‘genezen’. Walter Rombouts wijst op een tendens in de maatschappij die zegt “...dat we op aarde zijn om vooruit te gaan, om te scoren en alles in de hand te hebben. De geneeskunde heeft grote kwaliteiten, wil helpen, maar op een bepaald moment kom je aan de grens...” Elke nieuwe ontwikkeling in de geneeskunde komt uitgebreid in het nieuws. En de wetenschap kán veel. “Maar”, stelt prof. Menten, “...als we al zoveel kennen en kunnen, moeten we toch nog altijd met beide voeten op de grond blijven en ook de grenzen van ons kunnen voldoende duidelijk blijven zien. Wat we wilden doen, werd door sommigen gezien als iets dat recht tegenover de therapeutische hardnekkigheid stond, iets dat zelfs

we zullen altijd beschikbaar zijn als er vragen of symptomen zijn en die zo optimaal mogelijk behandelen, maar we doen geen routinecontroles voor de ziekte die niet meer reageert op een behandeling.‘ Het doel wordt nu zorgen voor een zo goed mogelijke levenskwaliteit, waarbij men tegelijkertijd zorgt voor een goede begeleiding naar iets (de dood) wat oorspronkelijk niet de bedoeling was.”

Te laat

Wie palliatief zegt, denkt ook direct aan het levenseinde. Maar er is volgens prof. dr. Menten een nog niet voldoende begrepen onderscheid tussen palliatieve zorg en stervensbegeleiding. Het probleem is dat de fase van palliatieve zorg soms te laat

en een leven soms mooi afgerond worden. Het is onze opdracht om te helpen die overgang van het actieve leven naar het levenseinde toe zo goed mogelijk door te maken. Zorgen dat die overgang zo veel mogelijk klachtenvrij verloopt door beschikbaar te zijn voor patiënt en familie. En dat zonder palliatief hardnekkig te worden, maar wel gepast corrigerend tussen te komen waar de natuur onvoldoende mild is om het leven op een waardige en serene manier te laten eindigen.”

Aanvaarden

De patiënten en hun gezinsleden moeten leren aanvaarden dat er voor de ziekte soms geen oplossing meer is. Inge Bossuyt: “Aanvaarden klinkt

Informatie voor patiënten Het palliatief supportteam UZ Leuven toont tijdens het gesprek enkele informatiebrochures voor patiënten over ‘Zorgmogelijkheden in de palliatieve zorg’ en ‘Beslissingen bij ernstige ziekte of levenseinde’. De brochures zijn vers van de pers en zijn in het ziekenhuis beschikbaar. In de brochures gaat men in op de mogelijkheden van thuisverpleging en verpleging op de palliatieve eenheid en op de diverse alternatieven bij levensbedreigende ziektes (van palliatieve zorg tot het bespreken van euthanasie).

UZ-magazine - maart 2008 19


Prof. dr. Johan Menten: ‘De aandacht voor pijn en andere klachten bij de patiënten werd dikwijls niet herkend en zeker niet voldoende erkend in de therapie’

echter zo passief. Het is niet zo dat ze zich erbij moeten neerleggen. Ze doen nu andere dingen, er gebeurt nog heel veel, ook al kunnen ze nog veel verdriet hebben. Iedereen weet wel wat er te gebeuren staat, maar op dat moment gaat het er om het leven op een andere manier inhoud te geven. Het aanvaarden wordt dan een actief doorwerken met vallen en opstaan van deze moeilijke situatie waarin men nooit ervaring heeft kunnen opdoen.” Prof. dr. Menten verhaalt over patiënten die een afscheidsfeestje op hun kamer kunnen organiseren, nog eens de hele familie bij elkaar willen zien, een lang aanslepende ruzie kunnen bijleggen, kinderen die lang zijn weggebleven de kans geven om terug tot de familie te horen, of gewoon tegen elkaar zeggen ‘dank je voor wat je voor mij gedaan hebt en geweest bent’. “Dat zijn heel krachtige momenten in een mensenleven, om nooit meer te vergeten. De betrokkenen maken tijd voor dingen waar ze voorheen niet aan toe kwamen, waarvoor ze of geen tijd wilden of konden maken.” Er is nog dikwijls een taboe rond de dood. Daar kunnen hulpverleners een belangrijke rol spelen door in te pikken op standpunten van patiënten en familieleden. Zoals familieleden die tegen de hulpverleners zeggen: ‘Vertel het maar niet aan vader’. Terwijl de vader zegt: ‘Breng de anderen maar niet op de hoogte’. Prof. dr. Menten: “Beide kanten sparen elkaar. Dan is het de rol van de hulpverleners om die mensen bij elkaar te brengen, om als hulpverlener katalysator te zijn om dat fundamenteel belangrijk

gesprek langzaam op gang trachten te brengen. Achteraf worden alle partijen daar beter van.” Het kan inderdaad snel gaan. Palliatieve zorg kan gaan van enkele dagen tot enkele maanden. Prof. dr. Johan Menten: “Bij de meerderheid is het een kwestie van enkele weken. Maar enkele maanden zou meer ideaal zijn. Het vraagt een intensieve, gepersonaliseerde zorg. Je mag de zorgzwaarte van terminaal palliatieve patiënten vergelijken met die op een intensieve zorgafdeling. Je moet soms drie keer per dag de dosis van de medicatie of de toedieningsweg aanpassen aan de acute noden van de patiënt.”

Geloof

De vraag is ook hoe patiënten op dat moment met zingeving en geloofsbeleving omgaan. Prof. dr. Menten zegt dat dit wisselend is. Iemand die altijd gelovig is geweest, kan in die laatste weken worstelen met onzekerheid en nood hebben aan een begeleidend gesprek door een pastor. “En omgekeerd zien we dat een atheïst zich juist dan ook vragen stelt over geloof en over ‘stopt hier nu alles’. Iedereen heeft in deze levensfase spirituele noden. Deze herkennen is ook een opdracht van hulpverleners. Soms

zien we dat fysieke pijn veel beter behandelbaar wordt door een gesprek tussen patiënt en pastor. Het gesprek vermindert de existentiële en spirituele noden waardoor de drempel om fysieke pijn te voelen hoger komt te liggen.” Alle verpleegafdelingen in het ziekenhuis hebben pastorale en sociale medewerkers en met hen heeft het palliatief supportteam een hechte samenwerking. “We moeten als team zorgen dat op de afdeling de neuzen van alle betrokkenen in dezelfde richting komen en dat iedereen naar hetzelfde doel streeft”, aldus Inge Bossuyt. “Palliatieve zorg is het promoten van de levenskwaliteit en ervoor zorgen dat het leven kan eindigen met een serene en waardige dood, waar iedereen ‘tevreden’ op terug kan kijken. Er bestaan geen goede objectieve parameters om palliatieve zorgkwaliteit te meten maar we kunnen de kwaliteit van ons teamwerk wel evalueren aan het aantal steun- en dankbetuigingen”, zegt prof. dr. Menten. Palliatieve zorg creëert ruimte, soms ook ruimte voor een grap of een kwinkslag. Prof. dr. Menten: “Er is veel humor bij patiënten. Met een grap en met een zwans geven ze ons soms veel informatie, soms zelfs moed aan de omstanders en slaan ze zich er door. Als wij en de familie geen feedback van de patiënten krijgen, dan krijgen we ook geen energie meer en zou het zeer moeilijk zijn om dit werk vol te houden. Het paradoxale is dat juist onze stervende mensen ons de kracht geven om dit werk te doen.” ◗

Angst Soms leidt de angst voor het naderende einde, de angst voor de nog denkbeeldig door te maken pijn bij de patiënt tot een euthanasievraag. De patiënten hebben inderdaad soms pijn en zien, zoals verpleegkundige Inge Bossuyt zegt, psychisch, spiritueel en fysiek af. Prof. dr. Johan Menten stelt dat men aan die fysieke pijn bij 90 procent van de patiënten zeer veel kan doen. “In de perceptie van de mensen is het ‘ ik heb kanker, dat is ellendig, dat kan niet anders dan slecht gaan en doet soms mensen ‘preventief’ om euthanasie vragen’. Maar onderzoek in ons ziekenhuis toont aan dat 70 procent van de kankerpatiënten rustig sterft in hun slaap. Als de natuur niet voldoende mild is, beschikken we over genoeg middelen om de harde kanten van de symptomen af te ronden en het stervensproces humaan en draaglijk te houden of te maken.” Dat is dan geen euthanasie of ‘passieve’ euthanasie. Prof. dr. Menten zegt dat euthanasie nooit passief is. Euthanasie is eigenlijk een ultieme vorm van controle houden. Maar prof. dr. Menten wijst erop dat ruim 99 procent van de patiënten sterft zonder dat er nood is aan euthanasie. Dat feit komt volgens hem in het maatschappelijk debat weinig naar voren.

20 UZ-magazine - maart 2008

MIng


)FU CFTUF CFXJKT EBU HF[POE PPL nDIU MFLLFS LBO [JKO )FU JT HFFO HFIFJN EBU EF $IJOFTF LFVLFO HF[POE JT 0PL EF UPQDIFGT WBO .JOH %ZOBTUZ MBUFO [JDI EPPS FFVXFOPVEF USBEJUJFT JOTQJSFSFO PN V UF WFSXFOOFO NFU WJUBNJOFSJKLF EBHWFSTF QSPEVDUFO IFJM[BNF LSVJEFO FO FFO IFFSMJKL HFWBSJFFSE BBOCPE .JOHµT TMFVUFMXPPSE ,JQMFLLFS -FUUFSMJKL nO GJHVVSMJKL

0VEF .BSLU Â… -FVWFO 5 Â… ' PQFO WBO V FO V Â… EJOTEBH HFTMPUFO XXX NJOH CF

/BBNTFTUSBBU

1

1BSLJOH )FJMJH )BSU PQ NJOVUFO TUBQQFO 0VEF .BSLU

7BO V UPU V HSBUJT QBSLFSFO PQ WFSUPPO WBO VX QBSLJOHUJDLFU

#PO (3"5*4 $IJOFFT UIFFTFSWJFTKF WPPS EF IFMF UBGFM (FMEJH WBO NBBSU U F N TFQUFNCFS /JFU DVNVMFFSCBBS NFU BOEFSF BDUJFT

MIng UZ.indd 1

22-02-2008 13:42:11


Bij UZ Leuven werken meer dan achtduizend mensen. Niet alleen artsen en verpleegkundigen, maar ook schoonmakers en burgerlijk ingenieurs. Hoe breed is het jobaanbod van UZ Leuven? En ziet de ‘buitenwereld’ de opportuniteiten die UZ Leuven biedt? Ilse Devacht, verantwoordelijke rekrutering en selectie UZ Leuven, geeft meer uitleg.

Human resources

Ad Van Poppel

Een groot deel van het team dat instaat voor rekrutering en selectie in UZ Leuven

UZ Leuven heeft breed jobaanbod Op 1 januari 2008 telde UZ Leuven exact 8 162 personen in dienstverband. Die meer dan achtduizend personen vullen 6 587 ‘fulltime-equivalenten’ in. Daarmee is UZ Leuven samen met InBev, de K.U.Leuven en KBC een van de grootste werkgevers in de regio Leuven. Artsen en verpleegkundigen zijn goed voor de helft van het aantal werknemers van UZ Leuven. De andere helft bestaat uit paramedici en ondersteunende functies: administratief personeel, technici, schoonmakers, stafmedewerkers, keukenpersoneel, financiële mensen... Ilse Devacht is verantwoordelijke rekrutering en selectie van UZ Leuven. De dienst waar zij werkt, staat in voor het aantrekken van al het personeel, zowel medisch, parame22 UZ-magazine - maart 2008

disch als ondersteunend. Zelfs het vinden van artsen is meer en meer een taak van die dienst. “De medische diensthoofden beginnen ons ook te vinden om de juiste mensen op de nationale én internationale markt te zoeken. Er is op het vlak van artsen stilaan sprake van een schaarste, zeker op het niveau waarop UZ Leuven wil werken. Er is ook nood

van buiten onze grenzen komen”, zegt Ilse Devacht. De werving van personeel begint al in de middelbare scholen waar er projecten lopen om juiste informatie te geven over het beroep van verpleegkundige. “We vertellen waar het werk in een ziekenhuis als het onze uit bestaat”, aldus Ilse Devacht. Daar bestaan immers misverstanden over. “Veel

‘Ons geluk in een periode van schaarste is dat kandidaten specifiek komen solliciteren voor dit ziekenhuis’ aan nieuw bloed en dan zoek je niet alleen mensen die uit het eigen huis komen maar ook die van elders, zelfs

mensen denken dat verpleegkundigen álles moeten doen: maaltijden brengen, patiënten wassen, bedden opmaken én


verpleegtechnische taken als een bloedafname doen. Maar in UZ Leuven zijn er logistieke medewerkers die een deel van de taken – zoals het beantwoorden van de telefoon voor de afdeling – overnemen. Daarnaast zijn er zorgkundigen die patiënten verzorgen. De verpleegkundigen kunnen zich zo concentreren op de verpleegkundig technische handelingen zoals bloedafnames, katheters spoelen, sondes prikken en gericht observeren.” Een ander misverstand is dat verpleegkundigen niet autonoom kunnen en mogen denken. Ilse Devacht: “Dat merk ik als er hier verpleegkundigen komen solliciteren die al in andere ziekenhuizen gewerkt hebben. We vragen: ‘De patiënt vertoont dit, wat zou je dan doen?’ Ze antwoorden: ‘Een arts roepen’. Bij ons gebeurt dat niet. Hier redeneer je eerst zelf over wat er aan de hand is en wat je kunt doen. Artsen worden gericht geïnformeerd en betrokken wanneer nodig.”

Kinderziekenhuis

De afgelopen jaren zijn er volop medische fictie en non-fictie programma’s

op televisie. Van Wittekerke via ER tot Kinderziekenhuis. Hebben die programma’s invloed op de manier waarop jongeren naar medische beroepen kijken? Bepalen die mee de beeldvorming? “Daar twijfel ik niet aan”, antwoordt Ilse Devacht. “Misschien is dat een reden dat er nog toestroom blijft voor het beroep, al hoor ik het in selectiegesprekken minder. Maar dan gaat het om mensen die al een stage hebben gelopen. Die programma’s zullen eerder een invloed hebben bij middelbare scholieren. Maar vaak staan in de fictieseries de artsen meer centraal dan de verpleegkundigen.” Realityseries als het Kinderziekenhuis geven een meer genuanceerd beeld. Van de reeks Kinderziekenhuis merkt ze wel een ander effect: UZ Leuven staat daarmee in het centrum van de belangstelling. Ilse Devacht: “Ons geluk in een periode van schaarste is dat kandidaten specifiek komen solliciteren voor dit ziekenhuis. Ik zie verschillen met algemene ziekenhuizen. De kandidaten zien dat dit een innovatief ziekenhuis is, sterk gericht op onderzoek én op complexe zaken. Hier zijn patiënten kritiek geweest en er toch doorgekomen. Artsen en verpleegkundigen doen hier ‘wonderen’. Ze weten dat het werk hier complex is, dat ze de beste materialen hebben. Het zijn mensen die het beste van zichzelf geven.” Dat heeft ook een keerzijde, weet Ilse Devacht: “Sommige jonge mensen hebben vrees om hier te solliciteren. Ze willen eerst een paar jaar in een kleiner ziekenhuis werken en zo wat zekerder worden van zichzelf voor ze zich hier kandidaat stellen.”

Ingenieur

Maar het blijft niet alleen bij artsen en verpleegkundigen. Zij kunnen hun werk maar goed doen als er ook

ondersteunende diensten zijn. Diensten, die ervoor zorgen dat het ziekenhuis draait. “Die mensen maken een groot deel van dit huis uit. We zoeken die profielen ook, maar dat is toch een andere wereld voor ons. Voor artsen en verpleegkundigen is een ziekenhuis hun natuurlijke habitat, maar voor een ingenieur of een secretaresse is dat niet direct het geval. We doen daarom mee met VDAB-initiatieven en met evenementen als ‘Careerlaunch’. Je krijgt bij die jobbeurzen verrassende reacties zoals: ‘Ik dacht dat jullie alleen verpleegkundigen en artsen zochten’.” En niet alleen is er een schaarste op de markt bij verpleegkundigen en artsen, maar ook bij technici en ingenieurs. Die zijn soms nog moeilijker te vinden. Specialisten elektrische hoogspanning bijvoorbeeld zijn er weinig, in de hele provincie Vlaams-Brabant slechts een handvol. Maar UZ Leuven heeft er wel nodig. Soms duurt het maanden of zelfs een jaar om een specifieke job in te vullen. Daar staat het ziekenhuis op de arbeidsmarkt in concurrentie met andere bedrijven. Dat betekent dat de human resources-specialisten van UZ Leuven mogelijke kandidaten moeten overtuigen dat er op hun vakgebied interessante zaken te doen zijn in een ziekenhuisomgeving. En ze moeten dan ook betaald kunnen worden. Waar voor een aantal beroepen (onder meer de verpleegkundigen) lonen en wedden mede door overheidsfinanciering gereguleerd zijn, gaan voor sommige profielen de wetten van de marktwerking op. Ilse Devacht zegt dat voor kandidaten de betaling niet altijd het belangrijkste is. “Het gaat hier om mensen beter te maken. Het is een waardegedreven job. Dat beginnen we in gesprekken ook te horen. Bovendien kiezen veel kandidaten voor werk in een stabiele omgeving.”

Fulltime en parttime UZ Leuven heeft ruim 8 000 mensen in dienst, die samen goed zijn voor meer dan 6 500 fulltime-equivalenten. Het ziekenhuis heeft een meerderheid aan vrouwen in dienst: 6 060 vrouwen tegen 2 102 mannen. Het aantal parttimers bij vrouwen is groter dan mannen. De iets meer dan 2 000 mannen vullen 1 894 fulltime-equivalenten in (een ratio van 1,1 kop per job). De 6 000 vrouwen verdelen onder elkaar 4 692 fulltime-equivalenten (een ratio van 1,3 kop per job). Ilse Devacht (rekrutering en selectie UZ Leuven) zegt dat het ziekenhuis voor een aantal functies graag met parttimers werkt. “Het ziekenhuis is een continu bedrijf, het draait dag en nacht. Voor sommige afdeling hebben we met het oog op planning liever meerdere koppen en minder fulltimers. Voor grote afdelingen zoals hemodialyse hebben we specifiek gezocht naar meer parttimers.”

UZ-magazine - maart 2008 23


Ilse Devacht, verantwoordelijke rekrutering en selectie UZ Leuven: ‘We proberen de kandidaten zo goed mogelijk te informeren tijdens de selectiefase’

UZ Leuven zet zich dan wel bewust tussen andere bedrijven om niet-medische jobs in te vullen, maar toch is het ziekenhuis anders dan die ondernemingen. Ilse Devacht geeft als voorbeeld een werf dicht bij de afdeling hartkatheterisatie. Het is van levensbelang dat die afdelingen blijven draaien als er daarnaast aan elektrische installaties wordt gewerkt. “Dat vraagt een doordachte aanpak. Dat is iets anders dan een werf van een nieuwbouw”, zegt ze. “We proberen de kandidaten daar zo goed mogelijk over te informeren tijdens de selectiefase. Wij kiezen een kandidaat, maar die kandidaat moet ook voor ons kiezen. We stellen ze voor om eens te komen kijken in het ziekenhuis.”

Universiteit

Men heeft eveneens contacten met de verschillende faculteiten van de K.U.Leuven om zo het ziekenhuis als werkomgeving en carrièremogelijkheid in de kijker te zetten. De financieel directeur van UZ Leuven, prof. Katrien Kesteloot, geeft bijvoorbeeld les over economie en management in de gezondheidszorg, ondermeer aan studenten Toegepaste Economische Wetenschappen. Op die manier legt men de link tussen gezondheidszorg en financiële wetenschappen. Men werkt daarnaast ook samen met het centrum voor Ziekenhuis- en Verpleginsgwetenschap. Dat UZ Leuven ook op hightech en ICT-vlak veel te bieden heeft, is niet altijd bekend. “Voor een deel moeten we daar de hand in eigen boezem steken”, geeft Ilse Devacht toe. “In het verleden had men vooral aandacht voor de traditionele medische beroepen. Maar om dit ziekenhuis draaiende te houden is er meer nodig dan alleen artsen en 24 UZ-magazine - maart 2008

verpleegkundigen. Dat is een accentverschuiving intern.” Bestaat er bij niet-medisch personeel in de selectiefase angst voor de ziekenhuisomgeving? Niet iedereen kan immers even goed tegen het zien van zieken of van bloed. Ilse Devacht bevestigt dat dat soms het geval is. “Een schoonmaker moet weten dat hij op kamers komt met soms zwaar zieke mensen. Het is in het verleden voorgekomen dat mensen eigenlijk niet wisten waar ze aan begonnen. Uit derge-

2006 in dienst van de UZ Leuven, na eerst in een kleiner ziekenhuis in Vilvoorde gewerkt te hebben. “Wat ik hier ondervonden heb, is dat je als mens niet verloren loopt. Sommigen noemen het ziekenhuis een fabriek, maar ik heb dat nooit zo aangevoeld. De verpleegeenheden zijn ‘warm’ en op mensenmaat.” Een deel van de nieuwe medewerkers stelt zich ‘viavia’ kandidaat, op aanraden van mensen die al in UZ Leuven werken. Hoe vaak dat gebeurt, weet men niet. Wat men wel weet, is dat de bestaande medewerkers ook optreden als ‘ambassadeur’ van UZ Leuven. Ilse Devacht: “We hebben daarom op de jobbeurs in 2007 ervoor gekozen om personeelsleden van eenheden en afdelingen de stand te laten bemannen

‘Je krijgt bij die jobbeurzen verrassende reacties zoals: ‘Ik dacht dat jullie alleen verpleegkundigen en artsen zochten’ lijke voorvallen leren we.” Het feit dat UZ Leuven groot is, hoeft volgens Ilse Devacht kandidaten ook niet af te schrikken. Zelf is ze sinds

en niet alleen met mensen van onze afdeling daar te zijn. Zij kunnen veel beter dan wij uitleggen hoe het is om hier te werken.” w

Opleiding Wie een baan krijgt in UZ Leuven, zal niet direct van dag 1 zijn functie uitoefenen. Intern zijn er opleidingen en die lopen soms lang door. Voor verpleegkundigen binnen het operatiekwartier bijvoorbeeld wordt gerekend op een inscholingsperiode van één tot twee jaar. “We verwachten niet dat iedereen alles al weet. Ze krijgen ook de tijd om te ondervinden of het werk hen ligt of niet. Mocht het niet lukken, dan proberen we intern een andere job te vinden. Dat is het voordeel van de schaalgrootte van UZ Leuven”, aldus Ilse Devacht.

Spontaan solliciteren UZ Leuven verkeert in de positie dat er niet alleen gezocht moet worden naar nieuwe medewerkers, maar dat ze zich ook spontaan aanbieden. Ilse Devacht: “Mensen die elders werken, voelen zich klaar om de stap naar UZ Leuven te zetten. Of het gaat om mensen uit de thuiszorg die over willen komen.” Voor een aantal profielen is er een wervingsreserve, maar voor verpleegkundigen ‘spoed’ en ‘intensieve’ zorgen is die er niet. “Bij ons komen de mensen die we goed vinden op de reserve. En dat voor een periode van twee jaar”, aldus Ilse Devacht. In de directe toekomst zal UZ Leuven ook met de vergrijzing te maken hebben. De eerste babyboomers gaan nu met pensioen en moeten vervangen worden, maar er zijn minder jongeren die hun plaatsen in kunnen nemen. Bovendien worden de mensen ouder en zullen ze meer en langer een beroep doen op gezondheidsinstellingen. Er zal met andere woorden genoeg werk zijn. Ilse Devacht noemt die situatie een uitdaging voor de toekomst.


-%4 7%,+% +,!#(4 '!!4 5 3,!0%. MET WELKE KLACHT GAAT U SLAPEN? FIBROSITIS HOOFDPIJN/STIJVE NEK Gespannen nekspieren worden vaak verergerd door een slechte slaaphouding en kunnen aanleiding geven tot spanningshoofdpijn. Als de nek niet goed wordt ondersteund gedurende de slaap, kan dat leiden tot pijn en stijfheid.

RUGPIJN Rugpijn en stijfheid worden vaak verergerd gedurende de nacht, vooral als de rug door de matras in een onnatuurlijke houding wordt gedwongen.

HEUPPIJN Pijn in de heupen kan toenemen door een harde matras en kan leiden tot een gevoel van ongemak en zelfs tot een ontsteking van het gewricht.

KNIEPIJN Een ontsteking in en rond de kniegewrichten kan leiden tot een gevoeligheid voor druk en aanraking. Om dit probleem op te lossen dient een matras op zelfs de lichtste plaatselijke druk te reageren.

Dit probleem wordt vaak verergerd door een slechte lighouding waardoor spanningen optreden in de rugen schouderspieren.

ARMPIJN Pijn, stijfheid en een tintelend gevoel in de armen wordt veelal veroorzaakt door een ontsteking van de nekzenuwen. Deze klachten verergen door een slechte slaaphouding, vooral als de nek niet op de juiste manier wordt ondersteund.

ISCHIAS Heupjicht, die optreedt achteraan het dijbeen en ter hoogte van de kuit tot aan de voet, kan verschillende maanden aanhouden. Een onnatuurlijke slaaphouding veroorzaakt.

PROBLEMEN MET DE BLOEDSOMLOOP Problemen met de bloedsomloop zorgen vaak voor gezwollen voeten en pijnlijke en stijve kuiten gedurende de nacht. De matras zou zacht genoeg moeten zijn om de contactdruk, die de bloeddoorstroming onderbreekt, te verlagen.

Orthopedische hoofdkussens en drukverlagende matrassen.

Drukverlagende matrassen en orthopedische kussens in de eigenschappen van het TEMPUR Materiaal om rug- en nekWereldwijd aanbevolen door meeren dan problemen te verminderen en te voorkomen in het feit dat de beste omstandigheden worden 30.000 medisch specialisten geboden voor een goede nachtrust. Wereldwijd aanbevolen door meer dan 30.000 medisch specialisten.

De TEMPURÂŽ Matrassen en Hoofdkussens worden wereldwijd aanbevolen door meer dan 30.000 artsen, chiropractors, fysiotherapeuten en osteopaten. Zij geloven rotsvast

Changing the way the world sleeps.

UW ADVISEUR IN DE REGIO

7.000 m2 toonzaal: Nieuw! Supreme, een uitbreiding op de Scandinavische bedcollectie van TEMPUR

Matrassen Bedbodems Boxsprings Relaxzetels Salons Eetkamers Jeugd- en slaapkamers

De nieuwe combimatras Royal heeft 5cm extra TEMPUR materiaal en een verhoogd ventilerend vermogen. HAACHTSTRAAT UW 79 ADVISEUR IN DE REGIO 3020 VELTEM CENTRUM HAACHTSTRAAT 79 T 016/48 83 36 7.000 m2 toonzaal:

Meubelen PATRIMA

www.meubelen-patrima.be

3020 VELTEM CENTRUM Matrassen T 016/48 83 36 Bedbodems

www.meubelen-patrima.be Boxsprings

7.000Relaxzetels m2 woonideeĂŤn ma-vrij: 9u-12u & 13u-18u30 za: 10u-12u & 13u-18u zo: 14u-18u donderdag en feestdag gesloten

Salons

ma-vrij: 9u-12u & 13u-18u30 Eetkamers za: 10u-12u & 13u-18u zo: 14u-18u Jeugd- en slaapkamers donderdag en feestdag gesloten

4%-052 !50).' ,!44/&,%8 7).8


Jan van Rompaey schoof gewapend met zijn recordertje aan bij mensen in en rond de cafetaria en aan het onthaal van campus Gasthuisberg. Hij tekende drie verhalen van geloof, hoop en liefde op.

Dorp in de stad

Jan van Rompaey

Pluk de dag Lucien en Maria We schrijven oktober. De Vitaya-ploeg drentelt enigszins doelloos rond in de inkomhal van campus Gasthuisberg. Iedereen moe, de camera rust op de grond, de mixtafel van de geluidsman op een bank. “Kijk daar”, zegt producer Lies, “die twee daar.” Lies heeft daar een goed oog voor en ook een soort intuïtie. Een vrouw op een stoel, een man in een rolstoel. Allebei kijken ze bedrukt. Het blijkt dat ze op vervoer wachten. Ze hebben slecht nieuws gekregen, vertellen ze. Samengevat: niet lang meer te leven. De milt. ‘Bereid jullie voor op het afscheid.’ Maar ze zijn er klaar voor, ze hebben het filmpje van hun huwelijk nog eens bekeken, en ze hebben afgerekend met een welgevuld leven. En nu, meer dan drie maanden later, februari 2008, zie ik ze terug als ik met mijn digitaal recordertje en met Geert, de fotograaf, op zoek ben naar patiënten en bezoekers om te interviewen voor UZ-magazine. Lucien (62), sportief gekleed, ziet er zowaar goed uit. Maria, vinnig, koket, blijft dicht bij hem. Maria: “Hij had toen in oktober pas een botscan ondergaan. Ze gaven ons drie mogelijkheden: de milt laten zit26 UZ-magazine - maart 2008

ten - maar dan kon hij springen -, bestralen van de milt, of wegnemen. Dat laatste was de beste optie, zei de dokter, want Lucien had gekozen voor een kwalitatief maar korter leven. Bij het wegnemen vonden ze een chromosoom die wees op chronische leukemie. Hij kreeg experimentele medicatie die nog maar korte tijd verkrijgbaar was. Bij de apotheker schrok ik mij rot: 2 000 euro voor een doosje (terugbetaalde) tabletten! Maar het bleef er slecht uit zien. Toen hebben ze de medicatie nog verhoogd en kreeg hij ook nog chemotabletten. En de jongste drie dagen voelt hij zich opeens merkelijk beter. Zie hem daar staan! Je zou niet zeggen dat hij een doodzieke mens is.

ader af te sluiten.” - U bent zowaar een beetje dokter geworden. Maria: “Wat wil je. Ik wilde alles zo goed mogelijk volgen en ik moest toch alles kunnen uitleggen.” Lucien: “Ze weten niet welk orgaan de functie van de milt zal overnemen. De lever is al wat gegroeid, misschien doet die het. Nu hebben ze het dagelijks aantal tabletten opgedreven en samen met de chemotabletten begint dat blijkbaar te werken. Maar chronische leukemie kan overgaan naar acute leukemie. Je weet het dus niet: het kan een dag duren, maar ik kan hier volgend jaar nog zitten.” Maria: “Wij leven per dag. We weten niet eens of hij nog zal leven als

‘En dan de verpleging! Nergens zijn ze zo toegewijd en vriendelijk als hier’ De operatie zelf werd eerst uitgesteld omdat ze het niet aandurfden, angst dat hij tijdens het wegnemen van de milt zou doodbloeden. Ten slotte hebben ze beslist om vooraf een embolisatie uit te voeren, proberen langs de lies naar die milt te gaan om daar de slag-

UZ-magazine verschijnt. Soms is hij zo ziek dat hij weer een weekje in het ziekenhuis moet.” - Wat betekent die dreiging voor jullie? Maria (enthousiast): “Je gelooft niet hoe we naar elkaar toegroeien. Wij zijn zo lief voor elkaar, wij hebben nooit


woorden, wij lachen samen wat af. Wij praten gewoon over de dood.” - Maar diep in jullie harten moet er toch onrust zijn? Maria: “Natuurlijk. Maar veel is al geregeld en afgesproken. We hebben er daarnet nog over gepraat: als hij er niet meer is, ga ik naar mijn dochter en haar man en haar kinderen. Dan kan ik voor hen zorgen. Ik ga wel op een flatje zitten. Ik heb gezegd: Pa, ik red me wel. Ik heb me altijd al gered.” - Is er bij jullie geen wrok dat Lucien eventueel zo vroeg moet gaan? Maria: “Die tijd hebben we wel gehad.” Lucien: “Ik ben ontzettend gelovig. Ik leg me neer bij Zijn beslissing. Ik heb me nooit geërgerd. In het begin, vier jaar geleden, hebben we het wel moeilijk gehad, er is zelfs een psycholoog bij te pas gekomen. Maar nadien heb ik alles aanvaard, door mijn geloof, en door mijn karakter. Christus heeft zijn kruis gedragen en nu heb ik ook mijn kruis en dat zal ik dragen tot het bittere einde. Opstandig ben ik nooit geweest. Toen ik het slechte nieuws hoorde (ik mocht blij zijn als ik zeventig zou worden) was ik pas met roken gestopt maar ik voelde opeens de behoefte om naar de rookkamer te gaan en d’r eentje op te steken. En toch heb ik dat niet gedaan. Ik ben sterk.” - Geloven jullie in mirakels? Lucien: “In 1990 had ik zware rugproblemen, ik verging van de pijn. We vertrokken naar Lourdes en zouden naar de grot gaan om er te bidden. Maar het

was ongelooflijk druk en we vonden het beter om maar niet te gaan. Toen we op een terrasje zaten, voelde ik opeens dat ik naar de grot moest gaan. Je zal me niet geloven, maar na drie dagen was de haast ondraaglijke pijn verdwenen. Eerst durfden we dat aan niemand vertellen, we dachten: die pijn komt terug.” Maria: “En die derde dag was ik hem aan het filmen en hij liep recht! Hij had niet eens een stok nodig! En nog sterker: hij wist het zelf niet eens! Hij heeft nooit meer rugpijn gehad. En dus denken we: waarom zouden we ook dit keer niet verhoord worden? We lopen de kerken niet plat, maar we zijn dus wel diepgelovig. En tegelijk zijn we gelaten: Hij beslist. Alles is mogelijk. Voor we naar hier kwamen heeft hij het sacrament van de stervenden gekregen.” - En hoe leven jullie nu? Elke dag is er eentje gewonnen? Lucien: “Precies. Pluk de dag. Ik heb de tuin, mijn vogels, mijn kippen. We hebben de buren. We gaan vaak wandelen en doen boodschappen met de auto: gelukkig heeft Maria een rijbewijs gehaald.” Maria: “We hebben niet veel tijd. Het gebeurt dat hij om 8 uur opstaat en om 9 uur alweer moet gaan liggen. Dan heeft hij zijn dagje niet. Dat zie ik aan hem. Ik huil ook wel eens. Ik draag ook mijn kruis, maar ik moet er zijn voor hem. Soms laat ik me gaan en schop wat rond mij heen. Maar na een half uur is het over en dan ga ik weer door.” - En zonder haar? Lucien: “Dan red ik het niet. Ze zorgt zo goed voor me, is altijd in de buurt, kent me door en door. Ze ziet erop toe dat ik mijn medicijnen neem, zonder me te betuttelen. Nee, zonder haar zou ik niet verder kunnen leven.” - Ben je haar liever gaan zien? Lucien: (lacht) “Nee-nee, we hebben elkaar altijd graag gezien. Dat is nooit veranderd. Ik zei daarnet nog: nog voor geen tien miljoen wil ik haar kwijt.” Maria: “En we knuffelen vaak. We kunH A A R W E R K E N

nen niet zonder elkaar. Eigenlijk blijft er niet veel méér over. De kinderen, de kleinkinderen, de buren. En dan: elkaar. Zolang het nog mag duren.”

Charlotte en Astrid

Jonge moeder met slapend kind tegen de borst. Petra en Ferre. Er staat een grote kartonnen doos op het tafeltje. Doopsuiker voor (van) Lucas. Dan komt er een vriendin bij zitten, Astrid. Ze heeft koffie bij, en Charlotte. Ze is hier tien jaar geleden van Charlotte bevallen, zegt Astrid. Negen jaar geleden! verbetert haar dochter. Charlotte heeft op haar beurt een knuffelbeer op de schoot. Het wordt druk aan het tafeltje. Ze zijn op ‘babybezoek’. Het vrolijkste tafeltje van de cafetaria. Astrid: “Gisteren is mijn collega hier bevallen en wij zijn ze komen feliciteren. Een hele mooi, flinke baby (een zweem van afgunst in de stem). Vreemd, alles komt weer naar boven. Ik was nog maar twee dagen bevallen toen ze mijn vader hier binnen brachten. Geel is een mooie kleur, dacht ik toen ik daarnet binnen kwam. De weg naar de kamers waar de jonge moeders liggen. De overige kleuren wil ik liever niet zien. Het was heel moeilijk. We hadden elf jaar op Charlotte moeten wachten, een lijdensweg. We waren zo blij met haar. En dan gebeurt het: mijn vader terminaal. Dat heeft mij echt getekend. Hier binnen komen om te bevallen: dat is een prachtig moment. Mijn vader was zo fier op mijn dikke buik. Ikzelf ook: ik voelde mij de mooiste vrouw van de hele wereld. Ik kon de wereld aan. Mijn vader is mij de eerste avond na de bevalling komen bezoeken. Opa! Hij straalde. Twee dagen later kreeg hij hevige pijn. Hij was niersteenpatiënt, we meenden dus het scenario te kennen. Maar het was kanker. Dat gevoel. In die kamer liggen, het kind naast mij, een jong leven. En ergens in hetzelfde grote ziekenhuis, mijn vader, van wie ik zielsveel hield. Leven en dood - ik heb dat nooit zo sterk aangevoeld. Intens gelukkig kon Haarprothesen (pruiken) Natuur- & synthetisch haar l Ruim assortiment, onmiddellijk beschikbaar l Discrete afgezonderde ruimte l Professioneel aanpaswerk l l

L

E

U

V

E

N

www.haarwerken-dewit.be Willy Dewit ADVIES & VERKOOP Lei 6 - Leuven - Tel. 016 22 60 41

Véronique Dewit HUIS- & ZIEKENHUISBEZOEK Tel. 0476 45 50 83 - 016 47 07 83

UZ-magazine - maart 2008 27


ik niet zijn. Twee keer is hij mij (ons) nog komen bezoeken vanuit zijn kamer. Toen ik naar huis mocht bleef hij achter. Ik had de artsen gevraagd hoe het zou aflopen. Ze gaven me geen hoop. Ik begon alles te organiseren. Om halfzes kwam de babysit en snelde ik naar campus Gasthuisberg. Om halfelf moest ik terug zijn om de borst te geven. Omdat mijn mama niet besefte dat hij terminaal was, stond ik er helemaal alleen voor. Gelukkig heb ik ontzettend veel steun gekregen van mijn huisarts die de moeilijke medische termen die ik hoorde, voor mij vertaalde. Ze hebben hem dan geopereerd. Eerst dachten ze dat het galstenen waren, maar de pijn bleef. Toen vonden ze een gezwel op de longen. Dat waren al uitzaaiingen. Ten slotte zagen ze dat het pancreaskanker was. Mijn wens is in vervulling gegaan: papa is nog een week thuis geweest. Toen besefte hij dat zijn einde naderde. Dat was zo vreemd: ik hield de hand vast van Charlotte in de MaxiCosi, en de hand van mijn vader, op zijn sterfbed. Mijn vader was (en is nog steeds) mijn afgod. Hij heeft mij gemaakt tot wat ik nu ben. Hij was zo mooi: door zijn puurheid, zijn eerlijkheid. Hij werkte ‘aan de stad’, als ploegbaas. Een integer man. Het verlies kwam ongelooflijk hard aan. Wij knuffelden elkaar nog. Ik was 33, maar soms ging ik nog op zijn schoot zitten en dan zei ik: vake, ik zie u zo graag. Daar denk ik nog vaak aan: ik zeg nog altijd dat ik hem zo graag zie, alleen is

28 UZ-magazine - maart 2008

hij er nu niet meer. Of nee, hij is er wel nog altijd. Hij is bij mij, hij is aanwezig. Ik ben geen held achter het stuur, en als ik mij in het verkeer begeef voel ik zijn schouderklopje en zegt hij: ja Jommeke, doe maar. Het was de liefste vader die ik ooit had kunnen hebben. Ik heb nog altijd veel verdriet, ook al is het bijna tien jaar geleden. Ik begin dat nu pas te plaatsen. Onze familieband hebben we aan vader te danken. Ik ga vaak naar zijn graf en dan praat ik met hem en ik heb het gevoel dat hij antwoordt. Daarvoor moet je al heel veel van iemand houden.”

Lutgarde

Lutgarde (46) zit aan een tafeltje te genieten van de cafetaria. Eindelijk. Anderhalve week ziekenhuis, en nu mag ze naar huis. Aderverkalking. Vaatproblemen. Een overbrugging. De vijfde. En nu naar Halen. Haar man is haar komen oppikken. Lutgarde: “Vandaag precies een week geleden ben ik geopereerd. Zalig wakker geworden, maar een inwendige bloeding gekregen en hop, terug op de operatietafel. We waren al eens terug naar huis gemoeten: te hoge bloeddruk dus geen operatie. Na de ingreep mocht ik al vlug naar huis maar toen is de wonde lymfevocht gaan maken, vervolgens was mijn bloeddruk te hoog en de derde dag maakte ik koorts. En zo elf dagen.” - Dat is lang! Lutgarde: “Maar de voorgaande keer was het zes weken, zonder naar huis te mogen. Dat is pas lang. En ik die me nooit wilde laten gaan en alsmaar vooruit wil: dat viel wel tegen, ik voelde me

te zwak. Het klassieke verhaal: ik was nogal gevoelig voor infecties en kreeg te maken met een ziekenhuisbacterie. Gelukkig lagen we met twee op één kamer en trof ik het met mijn medepatiënte. Ik kies altijd voor tweepersoonskamers. Alleen is maar alleen en dan heb je niks sociaal contact meer. Met twee moet je wel wat privacy afgeven, maar dat heb ik ervoor over.” - Wat is het moeilijkste moment? Lutgarde: “Voor mij de nachten“. Ik werd om de vier uur gewekt voor baxters, wondverzorging, verband vervangen en als je dan eindelijk weer inslaapt, wordt de afdeling wakker en begint het gedruis. Maar omdat ik zulke leuke medepatiënten had, viel dat allemaal nog mee: ik had zelfs geen tijd om een boek te lezen of om te piekeren, altijd maar babbelen. En dan de verpleging! Dat moet ik zeggen: ik heb al wat ziekenhuizen meegemaakt, Brussel, Hasselt, nergens zijn ze zo toegewijd en vriendelijk als hier.” - En ze hebben een zware job. Lutgarde: “Ja, dat heb ik me wel gerealiseerd. Twee, drie kinderen en maar om zes, zeven uur naar huis. Ik dacht soms: wat lig ik hier te jammeren en te klagen, kijk liever naar wat die verpleegkundigen hier moeten doen. Ik lag daar maar, bij wijze van spreken. Vooral aan dat verblijf van zes weken hield ik echte vriendschappen over. Dat had ik nooit gedacht. Dat is nu vijf jaar geleden en nog zijn er verpleegsters die mij herkennen, ik word onthaald als een echte vriendin. Dat is zalig. Je bent toch wat ondersteboven als je wordt opgenomen, en dan zo’n onthaal!”


ik soms negen spuitjes in mijn arm en toen verwenste ik iedereen en zei: nooit komt er nog iemand aan mijn arm, nooit meer een injectienaald! Maar dat vergeet je dan weer.” - Hebben al die operaties je leven veranderd? Lutgarde: “Je hoort vaak het cliché dat je anders gaat leven, je minder zorgen maakt, van dag tot dag leeft. Maar bij mij is het andersom. Ik pieker meer!

‘Mijn vader is mij de eerste avond na de bevalling komen bezoeken. Opa! Hij straalde’ - Ja, dat hoor ik hier zo vaak zeggen. Ik herinner me Rita, zestig, geen nieren meer, drie keer per week vier uur aan de nierdialyse, en toch zeggen: er is nog erger. Lutgarde: “Maar het is ook zo! We hebben een vriend en zijn kindje ligt hier ook. Twee maanden, openhartoperatie. En toch zegt die vriend: je ziet hier veel erger in de kinderafdeling. Er hangt natuurlijk veel af van je karakter. Bij mijn eerste operatie kreeg

Niet over mezelf of over mijn gezondheid, maar over de anderen. Ik trek me nodeloos alles aan.” Haar man: “Ja, dat was zo vreemd. Toen ze de eerste keer geopereerd was en ze uit het ziekenhuis kwam, herkende ik ze haast niet: piekeren, zich zorgen maken. Een heel ander karakter.” Lutgarde: “Ik was eigenlijk braaf maar ik ben veranderd. Ik besef dat ik ziek

ben, maar ook dat ik moet vechten. Ik ben ook alles van de donkere kant gaan bekijken en gaan denken: laat alles maar gaan, het is nu zo. Maar langs de andere kant vind ik een vluchtweg in mijn werk. Dat begrijpen mensen soms niet: dat ik toch nog wil blijven werken. Ik wil dat niet opgeven, ik wil nuttig blijven. Ik werk op het secretariaat van een advocatenkantoor. Nu draai ik nog mee in de mallemolen van het leven. Ik sta graag in die heksenketel. Ik ben bang dat ik overal uit val als ik niet meer werk.” - Word je niet wrokkig, na zoveel keren ziekenhuis? Lutgarde: “Wrokkig niet, wel boos. Maar op wie moet ik boos zijn? Op mezelf? Dat heeft ook geen zin. Ik voel die boosheid, maar ik kan er geen weg mee. Ik begin zelfs aan mijn geloof te twijfelen. Je hoort alsmaar zeggen: het leven is mooi. Ach... wat is het leven? Wat heb ik eraan? Lijden, afzien, stilaan bergaf.” - Maar misschien zit je gewoon in een dipje, nu je uit het ziekenhuis komt. Lutgarde: “Dat zou kunnen, natuurlijk. En zoals gezegd: er is altijd erger. Ik moet niet klagen.” w

I]nhhZc@gjee

- Zes weken! Wat betekende dat voor je familie? Lutgarde: “Ik heb een zoon en ook voor mijn man was dat niet gemakkelijk: moeder voor zes weken in het ziekenhuis… Als je dan geen steun hebt van je familie, wordt het loodzwaar. Maar het is pas erg voor wie in een hoekje gaat zitten treuren. Ik heb me al vaak opgetrokken aan de gedachte: er is altijd nog érger.”

KZg]j^oZc½ YVi cdd^i 6aaZ kZgY^Ze^c\Zc lZZg WZgZ^`WVVg KgVV\ kg^_Wa^_kZcY ^c[dgbVi^Z

%-%% .) (+* " <G6I>H

DkZgVa ^c 7Za\^ " ')j$')j :hi]Zi^hX] Zc Y^hXgZZi :^\Zc [VWg^XVVi

C>:JL dd` kddg hbVaaZ igVeeZc

lll#bdcda^[i#WZ

IgVea^[iZc ?V! hijjg b^_ jl <G6I>H YdXjbZciVi^Z

JOB

C66B 69G:H I:A# I]nhhZc@gjee Bdcda^[i ck " @VaZlZ\ '% " .%(% <Zci " ;Vm %. '&+ +* ,* " ^c[d5bdcda^[i#WZ GZ\^dcVaZ XZcigV/ %' '&, (, -) " %( '(. '& )( " %&& '* '* )( " %. '&+ +* +* " %*% () *) *%

UZ-magazine - maart 2008 29


FUN PAGE

Grappen en grollen Een vertegenwoordiger van wasproducten geeft een demonstratie en zegt na afloop apetrots: - Wat heb ik u gezegd, is dat hemd van u niet fantastisch wit! - Dat wel, ja. Maar daarvoor was het wel een gekleurd hemd!

Een zeer behaarde man met haar tot op zijn billen en een baard tot aan zijn knieën komt bij de kapper. - Doet u maar net hetzelfde kapsel als anders, zegt hij tegen de kapper. De kapper is verbluft. - Als anders. En hoe doe ik dat dan? - U scheert mijn hoofd en kin kaal, net als de vorige keer. Vijf jaar geleden.

- Ik ben geruïneerd, zegt de boer. Voor ik wegging, heb ik tegen de nieuwe knecht gezegd dat hij de helft van de aardappelen naar de markt moest brengen en de overige moest opstapelen in de schuur. - En...? - Hij heeft de aardappelen allemaal doormidden gesneden...!

Een man zegt tegen zijn beste vriend: - Ik weet wat wij gaan doen. We openen een café midden in de Sahara. - Maar daar komen bijna nooit klanten. Dat is een dorre woestijn! - Ja, antwoordt de man, maar wie er komt, heeft wel enorme dorst.

daar het lomp en lelijk staat. Kun je zeggen wat dat is? Denk maar na of je raadt mis! Zeg eens: welke pijpen zijn geen ijzeren of geen stenen, maar als men ze gebruiken gaat steeds gevuld met benen? Denk eens even na, vrienden, voor je mij het antwoord geeft op de vraag: hoe heet die ziekte; die men binnenshuis nooit heeft?

Woorden brouwen Meng de letters van de twee woorden zo door elkaar zodat je een nieuw woord krijgt. Meng VER met NEST en je kunt er doorheen kijken.

In de lege vakjes komen steeds dezelfde drie letters. Welke?

RAADnnn nnnDERIJ VOEDnnn MISnnnIJK DEKnnn PETERnnnIE VREnnnIJK

Woorden brouwen

Als je het voor de dokter doet, wil hij het en vindt hij het goed. Maar voor anderen is het kwaad,

Voeg steeds één letter toe 1 klinker 2 daar 3 inwoner van Ierland 4 zuiver 5 spoorvoertuig 6 seizoen

- venster - brood - republiek - motor - radio

Nu eens ben ik van hout gebouwd, dan weer ben ik een man, aan wie een schip is toevertrouwd. Raad eens hoe dit kan.

Trapje

Drie letters

Raadselrijmpjes Het is een man, je kent hem goed. Een R ervoor en hij wordt zoet. Wordt daarvoor nog een D aangebracht, dan komt die bij je in de nacht.

Woordspelletjes

- sel

Meng DOR met AI en je hoort muziek.

Raadselrijmpjes

Meng ROT met OM en hij zit in elke auto.

- oom, room, droom - loods - tong uitsteken - broekspijpen - zeeziekte

Meng BI met KREUPEL en je leeft niet in een koninkrijk.

Drie letters

Meng DO met ROB en je eet het elke dag.

Oplossingen funpagina 30 UZ-magazine - maart 2008


Rugpijn? Zit of slaapproblemen? Met ons advies zit, slaapt en werkt u beter! Verhoog uw comfort met onze: ✓ lattenbodems, matrassen, hoofdkussens, comfortbedden,... ✓ zitkussens, relaxzetels, salons, zitbanken, stoelen,... ✓ bureaustoelen, zit- en stabureau‘s, zitkrukjes,...

Rug- en nekklachten? Zit- en slaapproblemen? R.S.I.?

De ergonomische lattenbodem in combinatie met de latex matras bezorgt u een gezonde nachtrust. Relaxzetels op maat

Relaxkussen vanaf 69 Euro Dit salon is uitgerust met een rugvriendelijk comfortmechanisme. Het biedt een correcte steun voor uw nek en rug in alle zitposities.

Een perfecte werkplekinrichting voor je rug! Deze bureaustoel en in de hoogte regelbaar bureau zorgen voor een actief en gezond zitpatroon Relaxzetel met comfortfunctie HANDVERSTELBAAR: vanaf 544 Euro MET MOTOR: vanaf 856 Euro

Onze licentiaten lichamelijke opvoeding of kinesitherapie beantwoorden graag al uw vragen rond gezond zitten, slapen en werken in onze showroom. Kom gerust eens proeiggen of -zitten! GRATIS INFORMATIEBOEKJE VERKRIJGBAAR IN DE ZAAK.

Tervuursevest 30 • 3000 Leuven (a/d Naamsepoort, tegenover Delhaize, slechts 1 km van het ziekenhuis)

Tel. 016 29 45 63 • Fax 016 29 45 65 • E-mail: leuven@sit-and-sleep.be • www.sit-and-sleep.be Open: 10.00 u - 18.30 u. • za 10.00 - 18.30 u. • zo. 14.00 18.00 u. • Maandag gesloten • Zondagnamiddag open

DE ADVIESZAAK VOOR GEZOND ZITTEN, SLAPEN EN WERKEN

Sit & Sleep Antwerpen Ernest Van Dijckkaai 1 2000 Antwerpen Sit & Sleep Leuven Tervuursevest 30 3000 Leuven Sit & Sleep Hasselt NIEUW! Genkersteenweg 299 3500 Hasselt


Voelt u zich ’s nachts of ’s morgens minder fit of heeft u meer pijn dan ’s avonds? Duurt het ’s morgens enige tijd voor u zich ontspannen en fit voelt? De oorzaak ligt dan niet bij u, uw leeftijd of een eventueel medisch probleem maar aan uw bed (hoofdkussen, matras en/of bedbodem).

WIJ LOSSEN UW ZIT EN SLAAPPROBLEMEN OP Boxsprings en lattenbodems met individueel instelbare ondersteuning

Wat Snooztimekussens zo uniek maakt is de vulling

Kies voor een bedbodem die u perfect ondersteunt dankzij de individueel instelbare hardheid van schouder-, lenden- en bekkenzone. Deze bodems zijn verkrijgbaar in vaste en verstelbare uitvoering zodat u ook uw ideale lighouding kan kiezen bij het slapen, het lezen of tv kijken.

Alle soorten kwaliteitmatrassen Wij werken enkel met de dikste latexmatraskernen (Innergetic of natuurlatex, 18 cm kerndikte), voorzien van 7 comfortzones. Hou je van het Tempurgevoel, kies dan voor het veel beter ventilerende Embrace. Onze pocketveermatrassen hebben extra dikke comfortlagen van hoge kwaliteit met aandacht voor een goede ventilatie en duurzaamheid. Uw schouder en rug worden maximaal verwend zodat eventuele slaapproblemen drastisch verminderen of zelfs verdwijnen! De afneembare, wasbare, elastische matrashoezen maken het comfort compleet.

Ergonomische relaxzetels, ook OP MAAT! Het is belangrijk dat een relaxzetel u als gegoten zit, u ergonomisch ondersteunt en u de gewenste verstelmogelijkheden geeft. Wij bieden u eigentijdse modellen met de beste en nieuwste mechanieken en technieken, eventueel op maat gemaakt. Houston vanaf € 680 in stof, € 920 in leder

Zie elders in dit blad ook de advertentie van Ergorelax en Fitform.

HERSELT

DORP 78 - Tel.: 014/54 55 11

Door hun ultra gladde oppervlak, hun perfecte rondheid, hun minuscule afmetingen en gewicht zorgen de duizenden Snooztime bolletjes ervoor dat uw hoofd en nek de hele nacht perfect en gelijkmatig ondersteund worden, ongeacht uw slaaphouding.

3 NACHTEN OP PROEF!

• Deze antibacteriële bolletjes zijn gesloten cellen die geen vocht absorberen waardoor ze op natuurlijke wijze de groei van huismijten en bacteriën tegengaan. • De bi-elastische hoes heeft dubbel gestikte naden en is comfortverhogend • Drukverlagend (tot 65%!) • Wasbaar op 30°C en machinedroogbaar • Temperatuurregulerend + hoezen met winter- en zomerkant

Dagelijks rug-, been- en voetmassage Medisch verantwoorde massage stimuleert de bloedcirculatie en maakt spieren en gewrichten los. Vermoeidheid en spierstijfheid verdwijnen. Massage is zalig voor iedereen en een aanrader voor sportmensen, mensen met een zwaar beroep en bij veel medische problemen.

Olympic € 2395

ZEGRAMAX: 3 in 1. Zero gravity positie, professionele rug-, bil- en beenmassage en warmterelaxatie verwerkt in 1 prachtige relaxzetel. De absolute verwenner van het hele gezin!

e-mail: info@debedstee.be www.debedstee.be • www.ergorelax.be

Nieuw en exclusief ZEGRAMAX

Open: ma-di-do-vr: 10 - 12.30 en 13.30 - 18.30u. Zaterdag: 10 - 12.30 en 13.30 - 17u Gesloten op woensdag, zon- en feestdagen!

Aangeraden door artsen, kinesisten en binnenhuisarchitecten


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.