2 minute read

ECONOMIE / IN KORT BESTEK

Next Article
CAO & ZO

CAO & ZO

CUMELA KOMPAS

0,16 LITER DIESEL PER EURO BRUTO MARGE

Advertisement

De Veehouderijloonbedrijven gebruiken gemiddeld 0,157 liter diesel per euro omzet. Dit ligt duidelijk hoger dan het gemiddelde verbruik van 0,115 in de cumelasector. “De werkzaamheden in de landbouw vragen nu eenmaal meer brandstof dan bijvoorbeeld werkzaamheden in het grondverzet”, legt bedrijfseconomisch adviseur Dieuwer Heins uit. “Kijken we naar de variatie, dan zien we dat ongeveer 75 procent van de bedrijven rond het gemiddelde brandstofverbruik van 0,157 liter per euro omzet zit. 25 procent wijkt duidelijk af. Daar ligt het verbruik tussen de 0,082 en 0,222 liter.”

De verschillen kunnen ontstaan doordat een bedrijf net andere werkzaamheden uitvoert die minder brandstof vragen, zoals spuitwerkzaamheden. Ook het tarief speelt een rol. Is dat te laag, dan heb je naar verhouding een hoger brandstofverbruik.

Het verbruik bij deze 36 bedrijven is gunstiger dan de getallen die nu als standaard in de KringloopWijzer staan. Daarin wordt gerekend met 0,179 liter per euro loonwerkkosten. Dat is duidelijk hoger dan de huidige werkelijkheid. “Veehouders kunnen ook de werkelijke getallen gebruiken”, zegt Heins. “Wil je heel specifiek zijn, dan moet je rekenen met 157 liter per 1000 euro kosten. Volgens ons kun je ook rekenen met het gemiddelde van agrarische loonbedrijven. Dan is het 144 liter per duizend euro loonwerkkosten.”

De cijfers zijn gebaseerd op de brandstofkosten per bedrijf uit Cumela Kompas. Het aantal liters wordt berekend aan de hand van de gemiddelde dieselolieprijs uit de CBS-index.

Wil je weten hoe jouw kengetallen zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking Cumela Kompas. Stuur dan een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.

‘HET GEBRUIK IS LAGER DAN DE STANDAARD IN DE KRINGLOOPWIJZER’ STORTKOSTEN

Beste Geralde,

In een onderhoudsbestek staat in de bestekspost ‘Maaien kruidachtige’ bij de omschrijving vermeld dat we het maaisel moeten verzamelen en afvoeren. Daarmee weet ik niet naar welke locatie en wie eigenaar is of wordt van het maaisel. Bij de nota van inlichtingen kreeg ik alleen een vaag antwoord. Dus wie moet de stortkosten betalen?

Beste aannemer,

In bepaling 01.17.06 van de Standaard is een regel opgenomen over het afvoeren van vrijgekomen materialen. Vrijgekomen materialen waaraan de opdrachtgever geen waarde meer hecht en die geen bouwstof (dus afvalstof) zijn, moeten naar een op grond van de Wet milieubeheer vergunde inrichting worden vervoerd. Het eigendom wordt daar overgedragen van de opdrachtgever aan de inrichting. De aannemer is in dat kader enkel de vervoerder.

Vervolgens vertelt bepaling 01.17.06 van de Standaard ook nog iets over de kosten. Er staat vermeld dat tot het vervoeren tevens behoort het afgeven van deze materialen aan de desbetreffende inrichting en daarmee dus, tenzij het bestek anders vermeldt, de acceptatiekosten (zie bepaling 01.17.01) die een inrichting in rekening brengt. Deze kosten komen voor rekening van de opdrachtgever, tenzij het bestek de hoedanigheid en de hoeveelheid van de vrijgekomen materialen vermeldt. In dat geval maken de acceptatiekosten onderdeel uit van de vervoerskosten en komen deze daarmee voor rekening van de aannemer.

In dit specifieke geval is de besteksomschrijving mijns inziens erg vaag. ‘Maaien kruidachtigen’ en ‘schraal grasveld’ zijn de enige bepalingen over de kwaliteit, terwijl er over de hoeveelheid feitelijk niets staat. Daarom ben ik van mening dat de tenzij-situatie niet opgaat en de stortkosten voor rekening van de opdrachtgever komen. De stortkosten hoeven dus niet in de eenheidsprijs te worden opgenomen.

This article is from: