8 minute read

Een krimpende mestmarkt, en nu?

FAMILIE 1

5

Advertisement

EIGENDOM 2 7

6 4

BEDRIJF 3

Waar sta je over vijf tot tien jaar?

Het drie-cirkelmodel dat door Tagiuri en Davis is opgesteld, geeft op eenvoudige wijze de verbanden aan tussen het eigendom, zeggenschap en familie. In veel cumelabedrijven staan de ondernemers op positie 7 in het model. De ondernemers hebben het eigendom van en zeggenschap in het bedrijf en zijn ook familie. Een potentiële opvolger staat tot een leeftijd van circa zestien jaar vaak op positie 1, de opvolger is alleen familie en is niet actief in het bedrijf en heeft geen eigendom. Vaak zien we dat de potentiële opvolger op een gegeven moment terecht komt op positie 4 om uiteindelijk door te groeien naar positie 7. De vraag is nu: op welke positie wil je als eigenaar over vijf tot tien jaar staan. “Is het antwoord dat je over vijf tot tien jaar niet meer op positie 7 wilt staan, dan is het wellicht verstandig om eens een oriënterend gesprek aan te gaan over de toekomst en die van het bedrijf”, is het advies van Dieuwer Heins.

volgers maakt dat het niet altijd vanzelfsprekend dat ze het bedrijf willen overnemen. Het is daarom belangrijk dat zij zo vroeg mogelijk gaan nadenken of het ondernemerschap de juiste keuze is in hun leven en dat van eventuele partner en kinderen.”

Begin op tijd

Uit onderzoek is gebleken dat ondernemers vaak opzien tegen de bedrijfsoverdracht en te laat starten met het bespreken ervan. Hierdoor worden onderwerpen op emotioneel en zakelijk niveau vaak onvoldoende besproken, wat een goede samenwerking kan belemmeren of waardoor er zelfs conflicten kunnen ontstaan. Het kan gaan over tegenstellingen tussen de ondernemer en de bedrijfsopvolger op emotionele, fiscale, technologische of organisatorische vlakken. Niet altijd hebben de beide partijen dezelfde visie op de toekomst van het bedrijf. Soms heeft senior moeite met loslaten. Dat kan de ontwikkeling van junior in de weg staan. Belangrijk is dus om in een vroegtijdig stadium met elkaar in gesprek te gaan en regelmatig de voortgang te evalueren. Wanneer alle facetten van de bedrijfsopvolging op het juiste moment de juiste aandacht krijgen, is de kans op een succesvolle overdracht het grootst. Heins adviseert om minimaal vijf tot tien jaar voor de geplande overdracht te starten met de eerste oriënterende gesprekken.

Stappenplan bedrijfsoverdracht

1. Bepaal de visie en strategie van het bedrijf 2. Verkenning eisen en wensen betrokkenen 3. Koers bepalen aan de hand van verschillende scenario’s a. Overdracht in de familie, verkoop, bedrijfsbeëindiging, et cetera b. Direct of geleidelijk c. Et cetera 4. Verkenning haalbaarheid en overdrachtsplan a. Persoonlijk (rol in nieuwe situatie, opleiding en ervaring, voorbereiding, etc.) b. Organisatorisch c. Rechtsvorm d. Financieel e. Financiering g. Fiscaal f. Et cetera 5. Waardebepaling & overnamesom 6. Financiering 7. Overeenkomsten en statuten a. Eigenaarsplan/familiestatuut b. Aktes c. Financierings- en aandeelhoudersovereenkomsten, et cetera d. Testament e. Et cetera 8. Aan de slag! a. Positieve communicatie b. Taakverdeling c. Overlegstructuur en Informatieverstrekking d. Bewaking processen en financiën e. Situatie overdrager (financieel, tijdsbesteding, et cetera) 9. Evaluatie en vervolg De verschillende stappen worden samen met de betrokkenen en in samenwerking met de accountant doorlopen. In veel gevallen treden de adviseurs bedrijfsoverdracht van CUMELA op als procesbegeleider. Afhankelijk van de situatie kunnen ook andere adviseurs van CUMELA Advies worden ingeschakeld, bijvoorbeeld op het gebied van ruimtelijke ordening & milieu, juridische aspecten of personeelsbeleid. De komende tijd zullen we aan elk van de genoemde stappen een artikel wijden, waarbij we ook regelmatig ervaringsdeskundige ondernemers of opvolgers aan het woord laten.

Het proces

Ondernemers roepen vaak: “We zijn bezig met bedrijfsoverdracht.” De accountant rekent eraan wat financieel haalbaar is en bekijkt wat fiscaal de beste oplossing is. Karelse en Heins zijn het erover eens dat bedrijfsoverdracht veel verder gaat dan dat. Heins: “Bedrijfsoverdracht begint eigenlijk bij de vraag: wat wil ik richting de toekomst als het gaat om het bedrijf, eigendom en familie, maar ook wat betreft andere onderwerpen, zoals wonen en tijdsbesteding? Vervolgens komt de vraag: hoe kan ik het beste invulling geven aan de wensen die ik heb? En natuurlijk de vraag: wie zijn de eventuele opvolgers en wat zijn hun wensen voor de toekomst? In het stappenplan bedrijfsoverdracht zijn dit stap 1 en 2, het vertrekpunt om toe te werken naar een succesvolle overdracht.”

TEKST: Cumela Communicatie FOTO: Hero Dijkema

Meststoffendistributie moet zich tijdig voorbereiden op nieuwe situatie

Jarenlang is de mestmarkt alleen maar toegenomen. Het aantal dieren in Nederland bleef weliswaar gelijk, maar de gebruiksnormen werden naar beneden bijgesteld, waardoor er minder mest op het eigen bedrijf van de veehouder kon worden geplaatst. Deze situatie kan de komende tijd wel eens drastisch anders worden, met een krimpende mestmarkt als gevolg.

In de aanloop naar het opheffen van de melkquotering en in de jaren daarna is de melkveestapel behoorlijk toegenomen. Die ging van 1,4 tot 1,5 miljoen melk- en kalfkoeien in de periode 2002-2013 naar circa 1,75 miljoen in 2016. Daarna is onder invloed van ingevoerde regelgeving en reductieplannen het aantal stuks melk- en kalfkoeien weer gedaald tot circa 1,5 miljoen. In figuur 1 is goed de daling van de fosfaatexcretie van het rundvee te zien.

Medio oktober 2019 is op basis van het Vitaliseringsplan Varkenshouderij de warme sanering van de varkenshouderij gestart. Voor deze sanering is 260 miljoen euro beschikbaar, waarvan 180 miljoen euro voor het uitkopen van varkenshouders. De inschatting is dat dit leidt tot een krimp van de varkenshouderij met zes tot tien procent van de fosfaatproductie.

De stikstofproblematiek waarin we door de uitspraak over het PAS verzeild zijn geraakt, leidt er toe dat veehouderijbedrijven die dicht bij Natura 2000-gebieden zijn gevestigd zullen worden uitgekocht om andere ontwikkelingen mogelijk te maken. Nu al gaan er geruchten dat grote bouwlustige bedrijven veehouderijbedrijven in hun omgeving proberen te verwerven om straks ruimte te hebben om uit te breiden. Dit zal landelijk gezien ook leiden tot een verdere krimp van de veehouderij.

Een krimp van de mestproductie met twintig procent gerekend vanaf 2015 tot de komende vijf jaar is zeker niet ondenkbeeldig. De verwachting is dat in die periode de gebruiksruimte niet sterk zal dalen, waardoor de krimp vooral te koste zal gaan van het mestoverschot. Het niet in Nederland plaatsbare deel van de fosfaatproductie is al gedaald van 30 procent van de productie in 2015 naar 23 procent in 2018. Door een verdere daling van de productie met nog eens tien procent zal het overschot dalen tot veertien procent van de productie. De conclusie is dus dat het overschot op de mestmarkt al enkele jaren aan het dalen is en de komende jaren versneld door zal dalen.

Omgaan met een krimpende markt

Een krimpende markt kan als zwaard van Damocles boven de sector hangen. Het is echter zaak dat de meststoffendistributie zich tijdig voorbereidt op deze krimpende markt. Hoe pak je dat aan?

Hieronder een aantal belangrijke tips van collega-ondernemers en adviseurs van CUMELA:

Weet wat uw kostprijs is Als u niet weet wat de kostprijs van uw activiteiten is, kunt u niet bepalen wanneer uw werkzaamheden niet meer rendabel zijn. Dan is alleen de stand van de reden zijn om het verlies te nemen. aankomen. Dan is het voor een ondernemer zaak om op

bankrekening een signaal dat het niet goed gaat, maar de mogelijkheden om bij te sturen, zijn dan al voorbij. Gebruik dus het CUMELA-kostprijsmodel, dat verkrijgbaar is via de Ondernemerslijn.

Zorg dat de vaste kosten laag zijn Hoe lager de vaste kosten, hoe gemakkelijker u er een tijdje voor kunt kiezen om werk dat niet rendeert maar even te laten liggen. In uw variabele kosten kunt u snijden. Uw vaste kosten blijven doorlopen, ook als er geen werk voor een machine, tank of vrachtwagen is.

Denk goed na over investeringen Investeringen in bijvoorbeeld mestverwerking en/of vervanging van transportmaterieel en machines kunnen leiden tot nieuwe vaste kosten. Zorg steeds dat u de vaste kosten laag houdt. Houd bij de berekeningen van het mogelijke rendement van een investering ook rekening met een situatie waarbij alles niet zo rooskleurig is als u nu denkt. Samen met één van de adviseurs bedrijfskundige zaken van CUMELA kan het zinvol zijn om een financiële planning te maken voor investeringen en financiering.

Pas op voor de negatieve prijsspiraal Wie onder de kostprijs werkt, holt zijn bedrijf financieel uit. Het vet verdwijnt van de botten en uiteindelijk is er geen weerstandsvermogen meer om een nieuwe tegenvaller op te vangen. Het is geen oplossing om dan maar iets onder de prijs van een ander te gaan werken om zo meer werk te hebben. Dit leidt zeer snel tot een negatieve prijsspiraal in de regio, waar uiteindelijk de meeste bedrijven aan Als u overweegt te stoppen, ga dan in gesprek met

onderdoor gaan.

Gebruik CUMELA Kompas Analyse CUMELA Kompas Analyse geeft u inzicht in het bedrijfseconomisch reilen en zeilen van uw bedrijf en hoe u staat ten opzichte van collega’s met een vergelijkbaar kosten maakt voor een vergelijkbaar werkpakket, of u het personeel efficiënt inzet en hoe uw machinekosten zijn ten opzichte van anderen. Doet u nog niet mee? Start dan zo snel mogelijk en meld u aan via de Ondernemerslijn. Hoe meer bedrijven deelnemen, des te beter inzicht er is in de kengetallen van ondernemingen die actief zijn in de meststoffendistributie.

Leer ‘nee’ te zeggen Als werkzaamheden niet rendabel zijn, is er veel reden om ‘nee’ te zeggen. Alleen als het verlies op ander werk bij dezelfde klant weer kan worden goedgemaakt, kan dat

Op tijd inkrimpen is ook ondernemen We denken wel eens dat goede ondernemers alleen maar groeien. Dat is een groot misverstand. Een goede ondernemer kijkt vooruit en verzet - mocht dat nodig zijn - op tijd de bakens. We zien een krimpende mestmarkt tijd afscheid te nemen van overcapaciteit in machines en transportmiddelen. Op tijd krimpen is een kunst.

Voorsorteren op certificering Wie zijn bedrijfsvoering goed op orde heeft, heeft ook de administratie en werkprocessen goed op orde. Als u dat voor elkaar heeft, is het nog maar een kleine stap om de certificering van KeurMest volgend jaar te behalen. Voer de Mestscan uit.

Samenwerking zoeken Materiaal en mensen kunnen rendabel worden ingezet als samenwerking wordt gezocht met de juiste collega.

Ga niet sjoemelen Laat u niet verleiden tot het marchanderen met de regels rond het transport en de aanwending van mest. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie en daar heeft de sector geen baat bij.

Stoppen? werkpakket. De analyse laat u zien of u meer of juist minder

een collega voor een natuurlijke inkrimping. CUMELA kan bedrijven bij een heroriëntatie begeleiden.

TEKST: Hans Verkerk, beleidsmedewerker meststoffendistributie, EN Johan Mostert, voorzitter sectie Mestdistributie

This article is from: