VakcentrumNieuws special 2016
ZO Z Magazine 2
ED BOELE ‘Investeer in een sterk team’
BERTHOLD GUNSTER Omdenken (Ja-maar...)
PATRICIA HOOGSTRAATEN EN GERALD TEN HAVE ‘Nederlandse Franchise Code van belang voor iedere franchisenemer’
Al je boodschappen op ĂŠĂŠn plek
Bij Jumbo heb je keuze uit een enorm assortiment: A-merken, het Jumbo Huismerk en budgetmerken. Toch kan het gebeuren dat een product niet voorradig is of dat we het niet in ons assortiment hebben. Laat het ons weten! Wij hebben misschien een goed alternatief voor je. En anders halen wij het gewenste product binnen twee weken in huis.
Hallo Groot assortiment
Veerkracht
Dag van het Vakcentrum Programma woensdag 25 mei 2016 12.30 uur
Ontvangst met inlooplunch (alleen voor Vakcentrumleden)
13.00 uur
Aanvang Algemene Ledenvergadering, kort en krachtig (alleen voor Vakcentrumleden)
14.00 uur
Ontvangst gasten congres
14.30 uur
Aanvang congres ‘Veerkracht’ Dagvoorzitter Jort Kelder opent samen met Vakcentrumvoorzitter Harrie ten Have het congres. #1 Zit u nog op de juiste winkellocatie? Veerkracht in de winkelstraat is een absolute noodzaak. Peter Nieland, directeur van Locatus, geeft zijn visie op de ontwikkelingen en trends in de winkelstraat. Blijft locatie het allerbelangrijkste? Waar dan en tegen welke prijs? #2 De eerste Nederlandse Franchise Quiz De introductie van de Nederlandse Franchise Code (NFC) vereist veerkracht. Kennis nemen van de inhoud en ervaren welke mogelijkheden de NFC biedt, is een voorwaarde. Doe dus mee met deze quiz! De antwoorden zullen tot een levendige discussie leiden. Zal de conclusie zijn dat iedereen de veerkracht heeft om de NFC toe te passen? #3 Hoe goed kunt u omdenken? Veerkracht in ondernemerschap is essentieel. Berthold Gunster is de grondlegger van het Omdenken (‘Jamaar®’). Zijn presentatie is een mengeling van cabaret, theater, lezing en interactie met het publiek. Dit alles uiteraard rond het thema ‘omdenken als retailondernemer’.
17.00 uur
Aanvang borrel met hapjes
Jort Kelder
Harrie ten Have
Patricia Hoogstraaten
Peter Nieland
Berthold Gunster
Dagvoorzitter
Vakcentrumvoorzitter
Vakcentrumdirecteur
Directeur Locatus
Grondlegger Omdenken
Aanmelden Als u zich nog niet heeft aangemeld, doe dat dan bij voorkeur digitaal: www.vakcentrum.nl/dagvanhetvakcentrum
Dag van het Vakcentrum Veerkracht woensdag 25 mei 2016 Landgoed De Horst: De Horstlaan 1, 3971 KR Driebergen
Liever telefonisch aanmelden? Bel dan (0348) 41 97 71. Na aanmelding ontvangt u een bevestiging van deelname en een routebeschrijving.
ZO2Z Magazine
3
Inhoud
Voorwoord
5
Harrie ten Have, voorzitter Vakcentrum
7
Berthold Gunster
9
Marijke van Hees
Een mijlpaal voor het zelfstandig ondernemerschap
Omdenken met veerkracht
‘Het belang van veerkracht wordt door de Retailagenda onderstreept’
13
Erwin Binneveld, winnaar ZO2Z Award 2015
15
Patricia Hoogstraaten en Gerald ten Have over de NFC
20
Franchisenemer Anrico Maat
22
Topspecialist Ed Boele van De Kaasspeciaalzaak in Den Haag
‘Jongens, je weet niet half wat er op je afkomt’
‘Nederlandse Franchise Code van belang voor iedere franchisenemer’
‘Veerkracht steeds belangrijker voor zelfstandige ondernemers’
‘Investeer in een sterk team’
23
Sponsors Dag van het Vakcentrum
Colofon ZO2Z Magazine (Zelfstandig Ondernemer Onderscheidt Zich) is een special van VakcentrumNieuws.
Blekerijlaan 1 3447 GR Woerden
T 0348) 41 97 71 F (0348) 42 18 01 E info@vakcentrum.nl I www.vakcentrum.nl
4
ZO2Z Magazine
Projectcoördinatie, eindredactie en vormgeving Unit pr, communicatie en marketing Redactie Leo Koomen, Blad in Bedrijf Fotografie Leo Koomen, Jan Willem Houweling, Giovanni Smulders en anderen
Veerkracht! Het zal weinig mensen ontgaan zijn dat (naast wettelijke verankering) Veerkracht nodig is om de Nederlandse Franchise Code (NFC) te implementeren in franchiseland. Ik merk dat sommige franchisegevers blijven hangen in een patroon van cynisme, boosheid en gekwetst zijn. Zij blijven gericht op het verleden. Anderen tonen Veerkracht en gaan ermee aan de slag. Veerkracht betekent in dit geval actief op zoek gaan naar de kansen die de NFC biedt. Franchising is onbetwist een samenwerkingsmodel met grote toekomstmogelijkheden, mits de NFC wordt gerespecteerd. Toepassing van de NFC vereist voor sommige franchisegevers misschien ook nieuwe vaardigheden: transparant zijn, de discussie aangaan en samen oplossingen vinden. Veerkracht dus! Veerkracht betekent niet vasthouden aan oude normen, maar in beweging zijn. Dat is ook belangrijk voor de zelfstandige ondernemer. Niet alleen op het gebied van franchising. Het winkellandschap verandert nu als nooit tevoren: e-commerce, oudere werknemers, pick-uppoints, branchevervaging en leegstaande winkelpanden zijn daar slechts voorbeelden van. Veerkracht betekent de nieuwe situatie accepteren, daarop inspelen en toekomstgerichte tools en oplossingen zoeken. Hierdoor wordt de wendbaarheid van de onderneming vergroot. Juist de zelfstandige ondernemers kunnen zich nu onderscheiden, zij zijn sneller in staat om te reageren op dit Nieuwe Normaal. Veerkracht is namelijk veel meer dan het accepteren van een nieuwe situatie, het is ook je laten inspireren en je richten op de toekomst en op korte termijn nieuwe meerwaarde toevoegen aan het zelfstandig ondernemerschap. Veerkracht betekent ook andere partijen, zoals de lokale overheid en franchisegevers, te overtuigen om lessen te trekken uit het verleden en een bijdrage te leveren aan de toekomst. Het Vakcentrum steunt de zelfstandige ondernemers hierin. Wij nodigen u uit de discussie hierover met ons aan te gaan.
Druk Weevers, Vorden
De Dag van het Vakcentrum staat niet voor niets in het teken van Veerkracht!
Oplage (mei 2016) 5.000
mr. Patricia E.H. Hoogstraaten, RAE directeur
Harrie ten Have, voorzitter Vakcentrum:
Een mijlpaal voor het zelfstandig ondernemerschap Met de introductie van de Nederlandse Franchise Code is 2016 een belangrijk jaar voor het Vakcentrum, betoogt voorzitter Harrie ten Have van het Vakcentrum. Maar het werk is nog lang niet af… commissie van de NFC hebben zij een groot aandeel genomen in de totstandkoming van het document. Daarmee is een basis gecreëerd die de verhouding tussen franchise gevers en franchisenemers meer in balans heeft gebracht.
Het kan u niet ontgaan zijn dat 2016 een belangrijk jaar is voor het Vakcentrum en de aangesloten zelfstandige ondernemers. Vele maanden is er op diverse niveaus hard gewerkt aan de totstandkoming van de Nederlandse Franchise Code (NFC). De waarde van dit document kan niet makkelijk worden over schat. Immers, de NFC geeft duidelijke handvatten waarmee de relaties tussen franchisegevers en franchisenemers eerlijker, informa tiever en evenwichtiger kunnen worden ingericht. Als voorzitter van het bestuur van het Vakcentrum ben ik werkelijk buitengewoon verguld over het feit dat we na jarenlange inspanning de NFC hebben kunnen presenteren. Ik ben bijzonder onder de indruk van de toewijding door met name onze Vakcentrumdirecteur Patricia Hoogstraaten, in haar functie van voorzitter van de Nationale Winkelraad (MKBNederland) en Vakcentrumlid Gerald ten Have, franchisenemer in meerdere for mules. Met hun zetel in de schrijf
Het initiatief tot de NFC en het bereikte resultaat zijn een grote mijlpaal in de historie van het Vak centrum en van groot belang voor de continuïteit van het zelfstandig ondernemerschap in Nederland. Tegelijk voeg ik eraan toe dat we met het presenteren van de NFC er nog niet zijn. Het is geen document om in te lijsten of in de la te laten verdwijnen. Onze volgende taak is om elke dag met de Code in de hand te werken aan verdere verbetering van de wederzijdse relatie, door de richtlijnen van de NFC daadwerke lijk in praktijk te gaan brengen. De NFC is niet het enige resultaat dat het Vakcentrum de afgelopen maanden heeft bereikt. Het Vak centrum is ook actief geweest voor de verlaging van de sectorpremie. Na een langdurige discussie met de Belastingdienst, die al in 2014 is ge start, heeft het Vakcentrum in 2016 substantieel financieel voordeel bewerkstelligd voor bijna duizend ondernemers. De uitgangspunten voor de sectorpremie dienen voor filialen en niet-filialen hetzelfde te zijn, is het standpunt van het Vakcentrum. Daarnaast heeft het Vakcentrum zich sterk gemaakt, samen met Koninklijke MKB Nederland en het CBL, om een verhoging van het lage btwtarief te voorkomen. In vele gesprekken met Kamerleden is het onderwerp aangekaart en de noodzaak om het lage btwtarief te behouden is daarbij onderstreept.
Uiteindelijk heeft de Kamer de plannen, die onder andere door grenseffecten een ramp zouden betekenen voor winkeliers, van de agenda gehaald. Voor het Vakcentrum ligt de komen de jaren de uitdaging in het ver binden van de collectieven binnen de supermarktformules, juist nu er nog maar weinig formules over zijn. Daarnaast zien we een taak in de sector speciaalzaken in bijvoorbeeld kaas, delicatessen en reform. Onder andere met een nieuw project in digitale communicatie willen we de ondernemerskracht verder gaan versterken. Op 25 mei zien wij elkaar op de Dag van het Vakcentrum. Het thema van die dag is ‘Veerkracht’. Als Vakcentrum hebben wij de laatste jaren grote veerkracht getoond. De totstandkoming van bovengenoemde successen, met name de NFC, ging gepaard met veel weerstand en zelfs harde tegenwerking. Veerkracht is het kenmerk van zelf standig ondernemers. Veerkracht is het inspelen op veranderende omstandigheden. Bedreigingen zijn geen beren op de weg, maar kansen om met nieuw onderscheid de eigen positie te versterken. In mijn werk als voorzitter word ik bijna dagelijks geconfronteerd met ondernemers die met die veerkracht hun veran derende omstandigheden tegemoet treden. Die ondernemersgeest is zeer bemoedigend. Het is voor mij het bewijs dat het zelfstandig ondernemerschap in Nederland zeer gezond is. ●
ZO2Z Magazine
5
Super Supermarkt Keurmerk Lokaal en maatschappelijk betrokken
Stichting SSK is supertrots op bijna 200 zelfstandige supermarktondernemers met het Super Supermarkt Keurmerk Leeuwarden Groningen
Assen
Zwolle Amsterdam Lelystad
Enschede
Den Haag
Utrecht
Rotterdam
’s-Hertogenbosch Middelburg
facebook.com/supersupermarktkeurmerk @supersupermarkt www.supersupermarkt.nl
Maastricht
Omdenken met veerkracht Berthold Gunster, de grond legger van het omdenken (Jamaar…), geeft op de Dag van het Vakcentrum in een humorvolle presentatie aan waarom veerkracht essentieel is in ondernemerschap.
Hij vertelt hoe ondernemers problemen kunnen transformeren in nieuwe mogelijkheden. Hoe ze kunnen ‘omdenken’. Deze tech niek vereist echter wel de nodige veerkracht. Gunster leert onder nemers daarom de fijne kneepjes van het omdenken. Zijn optreden op woensdag 25 mei belooft een mix te worden van theater, lezing en cabaret.
‘Jamaar wat als alles lukt’ Wat is omdenken? Omdenken is een denktechniek om problemen te transformeren in mogelijkheden. Omdenken is denken in termen van kansen en niet van problemen. Het is een manier van denken waarbij je kijkt naar de werkelijkheid zoals die is, en wat je daar mee zou kunnen. Je gebruikt in feite de energie van het probleem voor iets nieuws. Het tegenovergestelde van omdenken is ja-maar-denken. De grondlegger van omdenken is Berthold Gunster, schrijver van onder meer ‘Ja-maar wat als alles lukt’.
Hoe werkt het? De eerste stap is van een probleem een feit maken. De stap maken van jamaar (het is niet wat het zou móeten zijn en dat is een probleem) naar jaen (het is, wat het is). Daarna kijk je welke nieuwe mogelijkheden er ontstaan door de feiten volledig te accepteren, dus volledig ‘ja’ te zeg gen tegen de realiteit. Omdenken is een denktech niek, die bestaat uit twee stappen: 1. Deconstrueren is van het probleem een feit maken. Je neemt een probleem, haalt daar af waterzou moetenzijn en houdt dat wateris over. 2. Construeren is het trans formeren van bestaande feiten tot een nieuwe moge lijkheid. Je start met een feit, en kijkt wat je daar mee zou kunnen doen. Een kind kan de was doen! ●
Jamaar® Jamaar is 20 jaar geleden bedacht door theaterregisseur Berthold Gunster. Hij had het idee om onder de titel Jamaar een interactief theater annex trainingsprogramma te maken. Het Omdenken is in de loop der jaren een steeds groter begrip geworden. Op de website www.omdenken.nl staat een enorme database voor omdenkverhalen en best practices. Per jaar worden ongeveer 50.000 mensen getraind.
ZO2Z Magazine
7
ndaag Coop Va
e citysto
: nieuw
re
260 WINKELS IJZERSTERKE FORMULE UITSTEKENDE CONDITIES OPTIMAAL RENDEMENT LOKAAL STERK Ondernemers met een kloppend ondernemershart bellen direct met onze acquisiteurs Voor Noord-Nederland: Douwe de Jong M: 06 557 226 51 E: douwe.dejong@coop.nl Voor Zuid-Nederland: Peter Smit M: 06 557 819 76 E: peter.smit@coop.nl. Postbus 87 6880 AB Velp T: 026 79 99 666
Marijke van Hees:
‘Het belang van veerkracht wordt door de Retailagenda onderstreept’ Een jaar na de introductie van de Retailagenda wordt hard gewerkt om de afspraken uit te voeren. Marijke van Hees, voorzitter van de Regiegroep Retailagenda, geeft een toelichting op de aanpak van de problematiek, die op vele fronten tegelijk speelt. Bestuurskundige Marijke van Hees (voormalig wethouder Enschede voor onder andere Economische Zaken) is door minister Kamp gevraagd het voorzitterschap van de Regiegroep Retailagenda op zich te nemen. Sinds oktober 2014 heeft de Regiegroep met vele betrokken instanties geïnventariseerd welke wensen en problemen er leven in de retail in Nederland. In maart 2015 heeft dat geresulteerd in de presentatie van de Retailagenda. Van Hees blijft vervol gens drie jaar aan om met de Regie groep de uitvoering van de in de Retailagenda gemaakte afspraken te begeleiden. Een jaar na de presen tatie van de Retailagenda aan haar de vraag of de uitvoering op schema ligt. Hoe hard was deze Retailagenda nodig? Marijke van Hees: “Bij mijn aan treden als voorzitter had ik daar nog geen goed inzicht in. Maar vooraf was mij heel duidelijk dat ‘samenwerking’ en ‘resultaat’ twee belangrijke kern woorden zijn. Vooraf was door het ministerie van Economische Zaken een drietal centrale thema’s vastge steld: • Kansen voor ondernemerschap; • Investeren in mensen; • Sterke winkelgebieden.
Op 28 januari 2015 hebben we een groot aantal aandachtspunten uitgewerkt. Toen bleek hoezeer de samenwerking aan de Retailagenda nodig en gewenst was. Vooral het gebrek aan samenhang werd die dag duidelijk; de wens tot meer actieve samenwerking groeide.” “De vraag ontstond of we de vele actiepunten niet beter konden terugbrengen tot bijvoorbeeld vijf. Dat kon niet, want dan zouden we veel betrokken partijen weer ver liezen. De problematiek vroeg om een aanpak op vele fronten en dat verdroeg zich niet met een dergelijke vereenvoudiging. Tegelijk is duidelijk dat we niet altijd aan alle twintig onderwerpen tegelijk kunnen werken. Sommige sudderen een tijdje, andere zijn ineens urgent doordat de actualiteit ons inhaalt. De vele faillissementen van de afgelopen maanden maken bijvoorbeeld dat het onderwerp krimp voor veel partijen nog meer urgentie heeft gekregen. De markt lost dit niet meer zelf op. Een ander voorbeeld is het flexibiliseren van de huurmarkt met meer marktconforme vaststelling van huren. Daar hebben we niet binnen het gestelde half jaar onze resultaten bereikt. Maar belangrijker dan die deadline is dat we wel constructief in gesprek zijn, en dat het er naar uitziet dat we er uit gaan komen.” Welke wapenfeiten heeft het initiatief zoal bereikt? “Belangrijk zijn de ‘RetailDeals’. Dat zijn afspraken op lokaal niveau, tussen de wethouder en minister Kamp van EZ, waarin we afspreken dat in die winkelgebieden gemeenten samenwerken met onder andere re tailers en vastgoedeigenaren aan ver betering van de vitaliteit. Inmiddels
zijn er 39 van deze deals getekend en eerdaags gaan we er nog eens meer dan 40 tekenen. Die gemeen ten kiezen voor ontwikkeling van een gezamenlijke visie en regionale afstemming en gezamenlijke acties, om te zorgen dat de leegstand en de benodigde vernieuwing worden aan gepakt. Belangrijk daarbij is overeen stemming of een gebied kansarm of kansrijk is; dat is bepalend voor de in te zetten middelen.” Er zijn de afgelopen twaalf maan den meerdere ketens verdwenen, met V&D als grootste aderlating voor veel binnensteden… “Dat onderstreept de noodzaak om de retailsituatie aan te pakken, en dus het belang van de Retailagenda. We wisten dat het eraan zat te komen. Wij kunnen dat niet tegen houden, want de markt doet zijn eigen werk. Als formules uitgewerkt zijn en er geen brood meer mee te verdienen is, gaan ze op de fles. Deskundigen hebben deze ontwik keling voorspeld. Er werd al gezegd dat 20 procent van de winkels zou verdwijnen.” → ZO2Z Magazine
9
Wat voorspellen de deskundigen dan voor de komende jaren? “Er komt in de grotere steden een concentratie van goede binnen stedelijke winkelgebieden met een sterke regionale functie. Kleine winkelgebieden zullen een verzorgingsgebied behouden voor dagelijkse boodschappen. En er is een middencategorie in middelgrote steden waar een werkend winkelge bied kan blijven als actieve retailers de wereld van online weten te benut ten. Het vraagt ook om een goed gemeentelijk beleid. Dan gaat het om het begeleiden van noodzakelijke krimp, maar ook door het centrum te combineren met andere activiteiten. Zoals goede culturele voorzieningen of goede evenementen die voor beleving zorgen. Zonder dat gaat het niet goed. Bovendien is het nodig de groei van nieuwe vierkante meters winkeloppervlak in te dammen. In het bijzonder de nog niet benutte plancapaciteit voor nieuwe winkels vormt een gevaar.” Is het stoppen van V&D ondanks de voorspelling voor jullie organisatie een domper geweest? “Het is voor heel Nederland een domper, het was een belangrijk warenhuis in alle middelgrote en grote steden. Het faillissement staat voor de pijn die de retail in Neder land nu lijdt. Alleen: V&D maakt die pijn nu pas goed zichtbaar, op een schaal die iedereen doet schrikken. Je kunt je afvragen of het zover had moeten komen, maar dat heeft de eigenaar van de keten beoordeeld.”
10
ZO2Z Magazine
Vakcentrum vertegenwoordigd Het Vakcentrum is onder andere actief vertegenwoordigd in de Regiegroep Retailagenda en in de Stichting De Nieuwe Winkel straat. Er is een streven naar sterke win kelgebieden. Welke winkelcentra zouden daarin als voorbeeld kunnen dienen? “Ik vind persoonlijk dat Den Bosch een enorm mooi winkelgebied heeft. Den Bosch heeft jarenlang gewerkt aan de stedenbouwkundige kwaliteit van het winkelgebied. Al vijftien jaar geleden zijn ze gestart met gevel renovaties, met het verwijderen van de rommel uit de straten. Natuurlijk heeft de stad zelf een mooie authen tieke sfeer en een binnenstad die mooi combineert met de winkels. Op foto’s van vijftien jaar geleden zien de straten er heel lelijk uit: met een enorme wirwar van rommel aan de gevels.” Met dat gemeentelijk beleid hangt dus veel samen: je kunt winkels stimuleren, maar je hebt ook een gemeentelijk beleid nodig dat een binnenstad die facelift geeft… “Ja, en een gemeente die de winke liers erop aanspreekt: in het begin waren de Bossche winkeliers boos op alles wat niet meer mocht. Tot het moment waarop de winkeliers
vereniging inzag dat het ook hún pro ject was, om te zorgen dat ze samen de stad mooi maken. Gemeente en winkeliersvereniging hebben daarna gezamenlijk het beleid uitgevoerd, regels gesteld voor de gevels, maar ze hebben de vernieuwing ook gefaciliteerd. Niet alleen afkeuren wat niet mag, maar ook ondernemers helpen met alternatieve suggesties om winkels mooier te maken. Dat balletje is in Den Bosch op een goede manier aan het rollen gebracht.” Den Bosch kan een voorbeeld zijn? “In mijn tijd als wethouder in Enschedezijn we in Den Bosch gaan praten over hun aanpak. In Enschede hebben we voor de verbeterings aanpak van de binnenstad de kunst afgekekenvan Den Bosch. Een groterestad als Eindhoven heeft ook een vitaal winkelgebied. Den Haag ook. Den Bosch is echter vanwege de net iets kleinere schaal een beter voorbeeld voor veel andere steden. Een ander voorbeeld: Arnhem heeft momenteel grote problemen, terwijl dat jarenlang dé regionale winkelstad was. Daar zijn we gaan praten over wat er in die jaren is gebeurd en wat ze kunnen doen om de vitaliteit terug te krijgen. Kan de lokale over heid de randvoorwaarden scheppen waarmee het winkelgebied weer op gang komt en afspraken maken met vastgoedpartijen en retailers? Kunnen betrokkenpartijen de transformatie zó invullen dat weer een vitaal winkelgebied ontstaat?”
Afspraak 15 luidt: Nieuwe con cepten binnenstad bevorderen. Het idee van blurring, vervagende grenzen en beleving in de winkel, komt hieruit voort. Maar een bor reltje schenken bij de kapper of in de schoenenzaak is op veel plekken via de rechter teruggefloten. Terecht of jammer: hoe ziet u dit? “Het hoeft geen tegenstelling te zijn. Er zijn goede voorbeelden van combinaties van horeca en winkels. In sommige gevallen is de bestemming van een pand er gewoon geschikt voor. Daarnaast zien we ook gevallen waarbij iemand na een grote aankoop in een winkel een glas wijn krijgt. Dat mag niet, maar het gebeurt wel. De moderne tijd vraagt om een andere kijk op die situaties. Vroeger luidde het argument: je mag niet beneveld aankopen doen; daarom mag de horeca ook geen producten verkopen. De horeca zegt terecht: ‘Wijntje in de winkel? Dan ook aankopen in de horeca.’ Terwijl je thuis op de bank mag drinken wat je wilt en onder tussen van alles online mag kopen. Die regels moeten we nader bekijken, want de consument wil het graag. Tegelijk blijven we bij het beleid om alcohol bij jonge mensen te verbie den, daarop moet handhaving plaats vinden. Persoonlijk heb ik er moeite mee dat dingen alleen nog maar leuk kunnen zijn met alcohol erbij. In elk geval willen we met alle partijen de dialoog gaande houden. Er komt eind 2016 een landelijke evaluatie van de Drank- en Horecawet. Die wachten we af en we gaan als Regiegroep nu geen standpunt innemen.”
Afspraak 17: Regeldruk vermin deren in de retail. Dit lijkt een haalbaar punt, omdat het niet afhankelijk is van economische omstandigheden. Tegelijk is het doorgaans zeer lastig om regeltjes af te schaffen. Hoe groot is de ge boekte vooruitgang op dit punt? “Een koffiewinkel mag geen stoeltjes op zijn stoep zetten, terwijl het even proeven van een kopje koffie wel past bij een winkel die koffie verkoopt. We willen kijken wat er op dat niveau lokaal mogelijk is. Hier voor heeft Platform 31 met twaalf gemeenten een pilot lopen. Op basis van die ervaringen inventariseren de gemeenten welke regels nu vooral het creatieve ondernemerschap blok keren. Veel ondernemers hebben het gevoel dat regels in de weg zitten, terwijl de regels ook ruimte bieden om er goed mee om te gaan. Dat gebeurt ook in de praktijk. Daarom is het van belang om te specificeren welke regels nu echt in de weg zit ten. De pilot wordt geëvalueerden daar verschijnt eerdaags een verslag van, waar partijen mee aan de slag kunnen.” Welke zaken moeten de komende maanden worden geregeld om de voortgang van de Retailagenda draaiende te houden? “Heel belangrijk is de rol van de provincies. Vorig jaar hebben we de provinciale verkiezingen gehad, met nieuwe gedeputeerden op de post voor ruimtelijke ordening. Hen is gevraagd hun rol in die ruimte
lijke ordening ten aanzien van retail sterker op te pakken. Sommige provincies deden er tot dan toe niet veel aan, dat verschilde sterk per provincie. Na de verkiezingen is de urgentie duidelijker geworden. We gaan nu ook ‘provinciale retail deals’ sluiten, met afspraken over het delen van kennis, feitelijke informatie voor beleid en de invulling van de orde nende rol. Een tweede zaak is het convenant dat vastgoed en retail maken voor het invoeren van een marktconforme huurvaststelling; het aanscherpen van opvattingen over in de plaatsstellingen. En het geza menlijk onderzoekenhoe we kunnen stimulerendat er investeringen in kansrijke winkelgebieden plaatsvin den. Dat zijn geen makkelijke puz zels, the devil is in the detail. Het is vooral juridisch complex. En tot slot ‘the human capital agenda’: het is heel belangrijk dat ondernemers zichzelf toerusten met moderne skills zodat zij deskundig kunnen kiezen voor een inzet van de mogelijkheden van online in hun businessmodel. De opleidingen in de retail moeten beter aansluiten op de ambities van jonge mensen die willen kiezen voor werken in de retail. En de mensen die zijn ontslagen door faillissementen krijgen extra hulp bij het vinden van nieuw werk via een mobiliteitsprogramma voor de retail. Het is goed om te zien dat DetailhandelNederland, waarin het Vakcentrum actief deelneemt, samen met het UWV, het ministerie van SZW en de vakorganisatieshierover overeenstemming hebben bereikt.” ●
ZO2Z Magazine
11
© 2016 The Coca-Cola Company. “Coca-Cola life”, “Coca-Cola”, “Coca-Cola light”, “Coca-Cola Zero”, “Coke”, the “Coca-Cola script logo”, the design of the “Coca-Cola Contour Bottle” and “the Coca-Cola Red Disc icon” are registered trademarks of The Coca-Cola Company.
KIES JE FAVORIET
105 kcal per 250ml
SINDS 1886
58 kcal
per 250ml
0 kcal
per 250ml
45% MINDER SUIKER EN CALORIEËN*
ZONDER SUIKER
0 kcal
per 250ml
ZONDER CALORIEËN
WE INVESTEREN IN EEN EVENWICHTIG AANBOD ZODAT DE CONSUMENT EEN BEWUSTE KEUZE KAN MAKEN *VERGELEKEN MET HET GEMIDDELDE VAN COLA’S MET SUIKER IN DE BENELUX.
31963.CC_adv_Adv_Vakcentrum_magazine_297x210_v2.indd 1
07-04-16 17:41
Erwin Binneveld, winnaar ZO2Z Award 2015:
‘Jongens, je weet niet half wat er op je afkomt’ Erwin Binneveld en Mirjam Bestebreurtje zijn in 2015 onderscheiden met de ZO2Z Award (Zelfstandig Ondernemer Onderscheidt Zich), de prijs voor de beste zelfstandig supermarktondernemer. Een jaar later verklaart Erwin Binneveld het ontstaan van het succes, en kijkt hij met zijn winkelformule naar de toekomst. Spar University is een compacte gemakswinkel, volledig afgestemd op de locatie en de doelgroep: het studentenleven op de campus. Vol ledig afwijkend van hoe een super markt er tot die tijd uit ‘hoort’ te zien. De jury van de ZO2Z verkiezing roemt in 2015 tevens de vernieu wende wijze waarop de winkel wordt aangestuurd. En hoewel de finale bezet is met nog meer zeer goede supermarkten, geleid door toponder nemers, is de bekroning van onder nemers Binneveld en Bestebreurtje ook een bekroning voor de verkiezing zelf: dít is vernieuwing! Een bijzondere prijs, voor een bijzonder winkelconcept. Wat heeft deze prijs voor jullie betekend? Ik neem aan dat studenten er niet van onder de indruk zijn. Erwin Binneveld: “Haha, nee, eer der niet. Daar moeten studenten helemaal niks van hebben. Maar het helpt ons bij onze acquisitie, het ver krijgen van nieuwe vestigingspunten. Met deze prijs, die je niet zo maar wint, wordt je nog iets serieuzer genomen door de gesprekspartners op andere locaties. Dat is voor ons de grote winst. Als zelfstandig onder nemer moeten wij in acquisities de strijd aan met het grootwinkelbedrijf en grote cateringorganisaties.”
“We zijn een grab ’n gowinkel. We houden in gesprekken met de uni versiteiten regelmatig de vinger aan de pols of onze formule aansluit bij de behoeften. Natuurlijk horen we in Utrecht bijvoorbeeld de behoefte van studenten die een low-budgetaanbod missen, bulkgoederen tegen bodemprijzen. Maar het gros van de klanten is heel erg blij met de formule, de snelheid en het kanten klaaraanbod.” Naast Utrecht hadden jullie vorig jaar locaties in Amsterdam en Rotterdam. Wat is er sindsdien met jullie bedrijf gebeurd? “We hebben een nieuwe zaak in Eindhoven geopend. In Utrecht is een tweede locatie gestart voor de Hogeschool, niet ver van de hoofd vestiging. Hemelsbreed is het maar honderd meter, maar toch is het een heel eigen gebied. Heel grappig, want we verliezen geen omzet in de andere vestiging, terwijl de nieuwe winkel volledig op koers zit. Met wel weer een ander imago: hier krijgen we verraste gezichten dat de prijzen niet hoger zijn dan in de andere locatie. Daarnaast hebben we sinds enkele weken een locatie in de Wibautstraat, bij de gebouwen van de Hogeschool van Amsterdam. Omdat we daar mid den in de stad zitten, krijgen we ook
veel toeristen. Die dan ineens voor tientallen euro’s aan boodschappen kopen voor op de hotelkamers. Onze plannen voor een locatie in Delft zijn doorgeschoven naar 2017.” En België? “Nou, dat kwam een keer ter sprake in een interview. Je moet doelen voor de toekomst stellen en kijken wat er verder mogelijk is. België lijkt dan een eerste voor de hand liggende keuze, ter hoogte van Maastricht heb je in België ook een aantal mooie locaties. Maar als we echt naar het buitenland gaan, dan denken we eerder aan een grotere stap. Barcelona bijvoorbeeld.” De selfcheckouts zijn het hart van jullie winkels, sterk bepalend voor de zeer hoge snelheid in de traffic. De retailcollega’s volgen jullie stap pen daarin bijna met ingehouden adem. Hoe gaat het daarmee? “Er zijn veel ondernemers die het een lastige stap vinden, maar in ons verhaal is het een fantastische aanpak, het geeft een bepaalde dynamiek in de winkel, en inderdaad de snelheid. Wij zullen er niet snel meer van afstappen. Spar heeft daarin nieuwe software doorgevoerd, van Centric, waarmee de kassa’s web-based worden. We zien real time wat er gebeurt in de winkels. Daarvoor passen we momenteel in alle winkels de kassagroepen aan. In Amsterdam hebben we inmiddels ook de koffiecounter geïntegreerd in de kassagroep: de gastheer of gast vrouw van de kassagroep kan nu ook de koffie in de gaten houden, voor het bijvullen van bonen, et cetera.” → ZO2Z Magazine
13
Hoever gevorderd is contactloos betalen in jullie winkels, bij jullie doelgroep? “In 2013 waren we daarmee ook de eerste. Dat mochten we toen nog niet roepen, omdat het project in Leiden nog liep. Maar op de Technische Universiteit Eindhoven wordt enorm veel ‘geswiped’: even je telefoon er tegen en wegwezen. En ook de be taalpas met het radar-tekentje is in middels bij veel consumenten geland. Alle banken zijn daarin meegegaan, en het is ook ideaal, juist voor deze kleine bedragen. Dat gebeurt in onze winkels dan ook heel veel.” Jullie doelgroep is natuurlijk voor uitstrevend en modern. Hoe zien jullie de reguliere supermarkten? Gaan zij snel genoeg met hun tijd mee? “Enkele weken terug had ik een Googlebijeenkomst met andere ondernemers, veelal de grote jongens met een behoorlijke staat van dienst. Maar als ik zie hoe zij in het alge meen reageren op de nieuwe ontwik kelingen als online boodschappen doen… Zo veel grote ondernemers die nog steeds denken dat het vanzelf wel overwaait. Jongens, je weet niet half wat er allemaal op je afkomt. Als je 10 procent van je huidige omzet verliest, is dat in ons businessmodel fataal. Het lijkt nu nog niks, maar als het nu al op 2,8 procent zit, en elk jaar verdubbelt het, dan zijn we over twee jaar klaar. Dan merk je dat veel ondernemers vanuit het defensief kijken naar de beren op de weg. Als ik hen vertel wat wij in onze winkels doen, zijn ze onder de indruk, maar wijzen ze gelijk op onze jonge doelgroep. Maar dat is pure onzin. Ook gepensioneerden hebben behoefte aan betere oplossingen, zoals een ‘tafeltje-dekje-service’. De goeie buurtsupermarkten vullen het prima in, brengen een maaltijd bij de mensen thuis en brengen gelijk de boodschappen. Een heel rendabele aanpak, want het gaat om marge die je ineens wél vasthoudt. En Google laat het zien: ook 55plussers zijn online. Dus kijk naar je doelgroep. Ik moet ook een maaltijd bieden, al leen: bij mij moet het ‘Studentenhap’ heten, en voor ouderen moet je het ‘Tafeltje-dekje’ noemen.” 14
ZO2Z Magazine
De Dag van het Vakcentrum heeft als thema ‘Veerkracht’. Op welke momenten hebben jullie het moei lijker gehad en door veerkracht jezelf verder kunnen helpen? “Een aantal jaren terug deden we veel verschillende dingen. We hadden 250 man in dienst, bakkerijen, brood winkels, supermarkten van Super de Boer en PLUS, maar geen duidelijke focus. We deden consultancy, met ons ‘Wakker-schud-bureau’. Het was heel leuk om diverse bedrijven te adviseren over vernieuwing, maar ook wel een beetje te veel politiek. Ondernemen is toch veel leuker. In 2010 hebben we alles eruit gedaan, al onze oude business overboord gezet. Eerst hebben we het brood afgestoten, later vonden we ook de traditionele supermarkt niet meer zo leuk, omdat we als technisch mana ger alleen nog maar met prijs bezig waren.“
‘De dynamiek is fantastisch, alleen is het af en toe echt even knokken’
“Uiteindelijk bleven we met onze eerste winkel over, de Spar in Utrecht, tussen de studenten. Daarmee zijn we opnieuw begonnen. We hebben daarin als bedrijf behoorlijk wat veerkracht getoond, door zo veel bedrijfsonderde len af te stoten en die nieuwe weg in te slaan. Heel spannend, want zou de universiteit deze nieuwe aanpak wel accepteren? We gooien ons hele bedrijf overboord en starten tegelijk met een geheel vernieuwend concept met zwart, roze en limegroen. Van 250 naar 30 mensen.” “In acquisitie hebben we geen tegen slag gekend; de formule is zeer goed aangeslagen. Maar in het downsizen van het bedrijf hebben we heel wat te verwerken gehad. Omdat we ineens naar vijf winkels zijn gegaan heeft de organisatie flink onder druk gestaan. Ook nu we met CampusLife een online wereld creëren komt er weer zo veel op ons af, dat is echt stevig aanpak ken. Het vergt veel energie en organi seren. Daarin krijgt het bedrijf wel wat klappen.” Is het nog wel leuk? “Jazeker, die dynamiek is fantastisch, het is alleen af en toe echt even knokken.” En de weg naar de toekomst? “Delft staat gepland voor september 2017. In Nijmegen zitten we in de acquisitie in de laatste ronde en verder blijven we geïnteresseerd in nieuwe locaties. Vooral onze website Campus Life en de app erbij krijgen nu de aandacht. Dat is op dit moment het belangrijkste.” ●
Patricia Hoogstraaten en Gerald ten Have over de NFC:
‘Nederlandse Franchise Code van belang voor iedere franchisenemer’ De presentatie van de Nederlandse Franchise Code (NFC) op 17 februari 2016 is een overwinning voor alle franchisenemers in Nederland. Na jaren van voorbereiding en maandenlange schrijfsessies is de NFC een solide basis voor de relatie tussen franchisegever en franchisenemer. Vakcentrumdirecteur Patricia Hoogstraaten en franchisenemer Gerald ten Have, die een belangrijke rol hebben gehad in de schrijfcommissie, spreken over de impact van de NFC. Het belang van de NFC is zeer groot. Kunnen jullie een poging doen om de waarde van de NFC te omschrijven? Patricia Hoogstraaten: “De NFC was hard nodig. We kijken al tien jaar naar de relatie tussen franchise gevers en franchisenemers. Die re latie is sterk gegroeid in aantallen, maar ook steeds strakker geworden. Steeds strenger en steeds oneven wichtiger.”
Gerald ten Have: “De relatie is nadrukkelijk verschoven in de richting van hard franchise. Daarbij zagen we in die jaren een steeds grotere toename van de problemen. Franchisenemers kwamen steeds vaker in probleemsituaties, en hun positie werd steeds afhankelijker.” Patricia: “In 2013 hebben we uiteindelijk al deze problemen op een rijtje gezet, omdat we steeds vaker van onze achterban te horen kregen dat het niet leuk meer was om franchisenemer te zijn. Je bent
zelfstandig ondernemer, en je voert een formule van de franchiseorgani satie. Maar daarbinnen ben je zelf steeds minder ondernemer.” Gerald: “Franchise veronderstelt ei genlijk dat beide partijen zelfstan dig kunnen opereren. Maar feitelijk gaat het om hard franchise. Er is geen gelijkwaardige relatie meer en franchisenemers moeten de leidraad van de franchisegevers volgen. Daarom is het zo belangrijk dat we met de NFC goede afspraken maken, vergelijkbaar met het Arbeidsrecht → ZO2Z Magazine
15
Ben jij de nieuwe plus van PLUS? Bij PLUS zijn het de zelfstandige ondernemers en hun teams die het succes maken. Daarom zijn wij altijd op zoek naar nieuwe, gedreven ondernemers die de coรถperatie komen versterken. Heb je de drive om ondernemer te worden? Werk je al jaren vol passie als leidinggevende in een supermarkt? En heb je een afgeronde hbo-opleiding? Dan is de PLUS Aspirant Ondernemers Opleiding zeker het onderzoeken waard. Deze opleiding is toegespitst op PLUS en bedoeld om jouw competenties verder te ontwikkelen. Dit alles met je eigen supermarkt als doel. Van de inmiddels 23 geslaagden heeft de helft zijn of haar droom al gerealiseerd. Meer weten over de opleiding en het succes van PLUS? Neem contact op met Constan Schuurman, manager werving en selectie, via 088-344 63 80. De nieuwe lichting PLUS ondernemers start in januari 2017.
of het Huurrecht. Voor geschillen over arbeid is er het Arbeidsrecht, met richtlijnen waar iedereen zich aan moet houden. De NFC willen we daarom straks net zo zeer in de wet verankeren, als code waaraan ieder een zich moet houden.” De grote supermarktketens AH en Jumbo kennen beide een sterke vereniging van franchisenemers. Is de NFC voor hen van even groot belang? Patricia: “De NFC is van belang voor iedere franchisenemer. Niet alleen voor supermarkten en speciaalzaken, maar ook voor non-food. En ook voor formules zonder winkels, zoals verze keringsagenten.” Gerald: “Maar ook voor aspirantfranchisenemers, die overwegen in een formule te stappen. En voor franchisenemers die overwegen te stoppen of over te stappen. Ook hierin is de Code leidend.” Heeft er iemand namens de fran chisegevers zitting gehad in de schrijfcommissie? Patricia: “Vanuit de Nederlandse Franchise Vereniging zijn twee mensen afgevaardigd. Vanuit de franchisenemers zijn er verkiezingen geweest, waaruit Gerald en ik zijn gekozen. Niet vanwege onze supermarktachtergrond, maar als franchisenemer en als voorzitter van de Nationale Winkelraad.” Van de kant van franchisegevers is geprobeerd de ontwikkeling te dwarsbomen en tegen te houden bij het ministerie. Snapt u de zorgen? Patricia: “Die tegenwerking snap ik niet. Het hele concept van franchisingis gebaseerd op samen werking. En ook de NFC gaat uit van samenwerking. Er zijn kritiekpunten geweest, maar die zijn vooral terug te voeren op het feit dat veel critici de NFC niet goed hebben gelezen. Lees de NFC goed, dan zie je dat het een heel evenwichtig document is.”
De NFC is een leidraad. Welke voordelen biedt hij voor franchise gevers? Gerald: “De NFC is een kwaliteits stempel. Als jouw organisatie zegt volgens de NFC te werken, straal je daarmee kwaliteit uit. Het zegt dat je bereidwillig bent om samen te werken. De NFC is in gezamen lijk overleg tot stand gekomen, dus het siert jou als franchisegever als je daar ook gebruik van maakt. Dat maakt de NFC een keurmerk.” De organisatie krijgt er een soort certificering door? Gerald: “Ja, zo moet je het zien. Zoals makelaars bij de NVM zich ook committeren aan gedragsregels.” Patricia: “We horen wel zeggen dat er meer verplichtingen in staan voor de franchisegever dan voor de franchisenemer, maar dat komt omdat in een franchisecontract over het algemeen alle verplichtingen voor de franchisenemer al staan. Tegelijk staan er ook regels in dat de franchisenemer de actualisering van de formule moet onderkennen, en daar ook zijn medewerking aan moet verlenen. En ook dat is terecht, natuurlijk. Je moet je bijscholen, je kennis op peil houden, je elders ingekochte producten dienen aan de zelfde veiligheidseisen en etikettering te voldoen. Maar de franchisenemer moet wel zijn ondernemerschap kun
nen gebruiken om zijn winkel aan te vullen.” Gerald: “Want juist dat is de kracht van de samenwerking, dat maakt dat een franchisenemer zich kan onder scheiden en het beter kan doen dan een filiaal.” Een belangrijke kwestie is altijd de vrijheid van eigen inkoop. Zo kan het zich conformeren aan een formule soms op gespannen voet staan met het belang van lokaal as sortiment. In hoeverre kan de NFC in dit soort zaken sturend zijn? Patricia: “In principe is de wet dat al. Daar staat dat in.” Gerald: “De wet schrijft dat franchisersde vrijheid hebben om een deel van hun aanbod elders in te kopen. Dat is ook Europees be paald. In de NFC staat weer dat een franchisegever deze vrijheden niet mag inperken. →
‘De NFC is een kwaliteits stempel’ ZO2Z Magazine
17
Vakcentrum De vele voordelen van het Vakcentrumlidmaatschap Direct gratis profiteren • • • • • • •
Eerstelijns bedrijfseconomische hulp Eerstelijns juridische hulp Arbo professionalisering / RI&E Klantentevredenheidsonderzoek Handboeken Veiligheidscan Huurprijscheck ‘no cure, no pay’
• Medewerkerstevredenheidsonderzoek • Modellen Arbeidsrecht • Fraude Aanpak Detailhandel waarschuwingsregister • Infobulletins, Ledennet en bijeenkomsten • NieuwsPortaal en VakcentrumNieuws
Korting op producten en diensten • • • • •
Vakcentrum Bedrijfsadvies Vakcentrum Energiecollectief LEDverlichting en detectiepoortjes Super Supermarkt Keurmerk Certificering Foodspecialiteitenwinkels
• • • •
Vestigingsplaatsonderzoek Vakcentrum ZorgPortaal Verzekeringen van SuperGarant Vakcentrum TankCard
Overige relevante tools en producten • Aanvechten sectorpremie • Afrekenen met winkeldieven
• Elearningmodules • Fiscale regelingen duurzaamheid
Vakcentrum Bedrijfsadvies is ύw sparringpartner • • • • •
Aankoop en verkoop Contracten Financiering Franchiseonderhandelingen Huurrecht
• • • •
Rechtsvormkeuze Ruimtelijke ordening Startersbegeleiding Waardebepaling
T: (0348) 41 97 71 I: www.vakcentrum.nl Betrokken
Deskundig
Inspirerend
Onafhankelijk
Ondernemend
Een argument dat een product bij voorbeeld niet in het kassasysteem kan worden ingepast, gaat daarbij dus niet op.” Patricia: “Tegelijk kun je wel met alle aangesloten ondernemers beslui ten om bepaalde dingen niet te doen. Een bedrijf als Hema gaat niet over vreemde inkoop, juist omdat Hema als formuleuitgangspunt alleen maar eigen producten verkoopt.” Ander belangrijk punt: door groei in ecommerce komt de franchise gever vaker in een positie van con currentie met de franchisenemer. Ook hier de vraag: kan de NFC in deze zaken sturen? Gerald: “De Code zegt dat het merk en het embleem dat we als franchise nemers gebruiken voor onze uni forme uitstraling, niet tegen ons als franchisenemers gebruikt kan wor den. Het past niet binnen het princi pe van franchise dat je elkaar binnen die relatie gaat beconcurreren.” Patricia: “Daarom hebben we ook in de NFC gesteld dat ook e-commerce gewoon bij de formule hoort. Het is er een integraal onderdeel van, waarover je samen afspraken moet maken.” U wilt zorgen dat de NFC een wettelijke verankering krijgt. Die stap lijkt nog veel groter dan het schrijven van de Code zelf. Hoe ziet u dat? Patricia: “Wij zijn ervan overtuigd dat gedragscodes in Nederland hun bestaansrecht hebben aange toond. Zoals de Code Tabaksblat, de governancecode die breed wordt toegepast. Die codes functioneren goed, juist omdat wettelijk is vast gelegd dat de codes moeten worden nageleefd. Vandaar dat we ook voor de NFC die borging belangrijk vinden. De minister heeft dat in een brief aan de Kamer al aangekondigd. Het gaat niet om een heel nieuw wetboek, maar enkel de opname van een regel dat voor franchiseovereenkomsten de NFC de leidende gedragscode is. Zo kunnen we ook de NFC in de loop der jaren up-to-date houden.”
Wat gaat de oprichting van een geschillencommissie bijdragen? Welke rol moet deze commissie krijgen? Patricia: “Het moet laagdrempelig zijn. Eerst proberen er met je franchisegever uit te komen, even tueel een mediator inschakelen. Kom je er dan toch niet uit, dan moet een onafhankelijke commissie een uitspraak kunnen doen, een bin dend advies. Beide partijen voelen een huiver ten aanzien van zo’n commissie. Een escape-mogelijkheid
1 1 1
1 1 1 12-02-16
12-02-16 20:37 201_02_12 - EZ - NFC-2016 24 pag..indd 1
24 pag..indd 1 1 201_02_12 - EZ - NFC-2016 6 24 pag..indd - EZ - NFC-201 201_02_12
Hoe ziet de agenda eruit rond de NFC voor de komende één, twee jaar? Patricia: “We zullen veel tijd beste den aan het geaccepteerd krijgen van de NFC. Franchisegevers zullen moeten ervaren hoeveel nieuwe mogelijkheden er zijn met de NFC. In supermarkten zijn franchisenemers al verenigd, maar in speciaalzaken ligt daar nog veel werk.” Gerald: “En in het verenigen van de verenigingen ligt ook een taak. Het beter samenwerken tussen franchise nemers onderling kan sterk bijdragen aan een betere toekomst.”
SEE NDDS DE NEDERLANDSE L AAN ERRL EDDE E NNE DDE E D O DE C CO FRANCHISE CODE E ISE HIS NCCH R AAN FFR
Hoofdstuk 1 | De Nederlandse Franchisecode Franchisecodesecode Hoofdstuk 1 | De Nederlandse ndse Franchi 1 | De Nederla Hoofdstuk
is dat partijen de uitspraak van de commissie in geval van nood binnen twee maanden nog kunnen voorleg gen aan de rechter.”
12-02-16 20:37
20:37
Patricia: “En we zijn als schrijf commissie nog niet opgeheven door de minister. We zijn nog in gesprek over hoe we de toepassing nog ver der kunnen bevorderen. We laten het niet zo maar uit onze handen vallen, want het heeft ons te veel werk gekost om er nu niets meer mee te doen.” ● ZO2Z Magazine
19
Franchisenemer Anrico Maat:
‘Veerkracht steeds belangrijker voor zelfstandige ondernemers’ Anrico Maat is met partner Paul Papo de ondernemer achter veer tien Jumbosupermarkten. Welke mogelijkheden ziet hij in de recente ontwikkelingen bij Jumbo? En wat betekent veerkracht voor deze ondernemer in zijn bijzondere carrière? Met zakenpartner Paul Papo geeft Anrico Maat leiding aan de Maripaan Groep, het bedrijf achter veertien Jumbosupermarkten in Groningen en Friesland. Maat is voorzitter van de Ondernemers Vereniging Jumbo en lid van het hoofdbestuur van het Vakcentrum. Zijn formule maakt een stormachtige ontwikkeling door. De overname van de ketens Super de Boer en C1000 hebben bij Jumbo in enkele jaren tijd voor een enorme groei gezorgd. Tegelijkertijd is de ontwikkeling van de Jumbo Food markt een belangrijke nieuwe stap in de formulegroei geweest. De recente toevoeging van de restaurantformule La Place betekent weer een heel nieuwe uitbreiding in horeca. Welke kansen ziet u voor La Place binnen Jumbo Supermarkten? Anrico Maat: “Ach, ik zie er zo veel. Kansen genoeg. Strategisch is het een sublieme aankoop. Maar het is zo actueel, dat we eens rustig moeten bekijken welke vorm dat gaat krijgen. Jumbo heeft La Place in heel korte tijd aangekocht. Daarbij moest het worden losgemaakt van V&D. Jumbo Supermarkten is als bedrijf ook druk op vele fronten. Dus ik denk dat we na de zomer eraan toe komen om te bepalen wat de positie van La Place moet worden. Natuurlijk is er veel overlap in gezamenlijke kennis en perfecte aansluiting op Jumbo, zeker op de Jumbo Foodmarkt. Of er een rol voor franchisenemers is weggelegd zal moeten blijken. Ik verwacht wel dat die rol er komt, maar in welke vorm? Wellicht komt er een nieuw hybride model waarin Jumbo en La Place in zekere mate samen zullen gaan. Zolang ondernemers een toege voegde waarde leveren denk ik dat er ook voor hen een plek is in La Place.” 20
ZO2Z Magazine
Hoe ziet u de ontwikkelingen in Jumbo Foodmarkt? “We kijken zeer positief tegen de ontwikkeling aan. Drie jaar geleden zat Jumbo midden in de overname van C1000. En toch hebben ze on danks die drukte een groot concept als de Jumbo Foodmarkt in Breda neergezet, met Amsterdam en Veghel als vervolg. Het settelt zich; je ziet al de verschillende punten waarop in de afgelopen jaren is bijgestuurd. Ik denk dat de formule nu klaar is voor een verdere uitrol. Je moet er de locaties voor vinden, maar Jumbo heeft er daarvan al verschillende op het oog.” Wat is het belang van Jumbo Food markt voor de franchisenemers? “Er zitten leermomenten in de Foodmarkt die kunnen worden doorgevoerd als verbeterpunt in de bestaande winkels. Er zijn meer franchisenemers met grote winkels, en voor hen is dit een uniek concept.
Daarnaast is er veel productont wikkeling, nieuw assortiment dat ook zijn weg vindt naar de grotere Jumbowinkels. Voor onze winkel in Euroborg Groningen kan het haast niet anders dan dat we die bij een volgende verbouwing omzetten naar een Foodmarkt. De Foodmarkt is in die zin nu ook klaar om als franchise formule uit te rollen.” Welke elementen uit Foodmarkt zijn al in uw winkels opgenomen? “Grotere en kleinere dingen, vooral op assortimentsniveau, zoals speciale sausjes et cetera. Ook bepaalde elementen uit de kaasafdeling of een vleesrijpingskast worden ook al toegepast in gewone winkels. Het zijn modules, bijna Legoblokjes.
Wanneer zo’n blokje lokaal past, kan het ook in een supermarkt worden ingepast. Zo wordt de sushi nu bij tien Jumbo’s getest in een iets kleinere variant.” Een belangrijk aspect bij de ZO2Z Award is het thema duurzaamheid. Je kunt er een topic van maken, of het als een algemene manier van ondernemen oppakken. Hoe gaan jullie om met duurzaamheid? “We proberen het in onze bedrijfs voering te integreren. Het is voor ons een heel breed begrip. We hebben een duurzaam personeelsbeleid; hoe hou je je mensen inzetbaar? We pas sen de rollen aan aan de medewer kers, bijvoorbeeld ook als ze ouder worden. We zijn ook duurzaam in onze aanpak van verspilling, waar ook weer een financiële component aan zit. Het is zonde om te veel weg te gooien, dus wat kunnen we er beter mee doen? En we zijn duurzaam ten opzichte van onze omgeving. Dat is dan meer maatschappelijk verant woord ondernemen, maar het is ook een duurzame manier van omgaan met de omgeving waarin je werkt. De Voedselbank is daar ook een voor beeld van.” Waar liggen bij Jumbo tussen franchisenemers en de franchise gever de grootste knelpunten? “De definitie van franchise is samen werking. Op dat punt zie je het nogal eens fout gaan tussen organisaties en ondernemers. Maar de kracht
van Jumbo en de Ondernemers VerenigingJumbo (OVJ) is dat we al tijd op zoek gaan naar die samenwer king. We zoeken elkaars meerwaarde en spreken elkaar daarop aan. Het gaat er om die toegevoegde waarde steeds aan elkaar te blijven leveren. Maar ook weten dat franchisegever en franchisenemer twee eigen entiteitenzijn, en je moet daarin je rol kennen. De franchisegever heeft zijn rol in het zorg dragen voor de ondernemer en de ondernemer heeft zijn bijdrage te leveren aan de formule. In de basis lukt ons dat zeer goed. Ook wij hebben wel eens spannende issues, maar uiteindelijk komen we daar goed uit.”
omzet die rond een filiaal loopt ge lijkelijk behandelen. Online krijgt de consument bijvoorbeeld drie winkels in beeld waar hij uit kan kiezen. De klant kiest bij welke winkel hij iets ophaalt. De verdeling van kosten en omzet hebben we in een integraal model ondergebracht, naar tevreden heid van ondernemers en organisatie. En Jumbo stelt alle bedrijfsonder delen open voor franchise. Dat is heel anders dan bij andere formules.” Heeft de OVJ het makkelijker doordat Jumbo een familiebedrijf is?
‘Op zoek naar samen werking’
“Het heeft niet te maken met familiebedrijf of beursgenoteerde onderneming, denk ik. Wat wel be langrijk is, is dat de familie Van Eerd zelf ook uit ondernemers bestaat. Ze snappen waar de angsten en de bezwaren van de franchisenemers zitten. Dat geeft een beter weder zijds begrip.”
“Een voorbeeld is de e-commerce, waarbij wij van Jumbo verwachten dat de organisatie meegaat met de trends van de nieuwe tijd. Tegelijk beseffen we dat dat ook een bedrei ging kan zijn voor het businessmodel, zoals we dat tot voor kort altijd heb ben gevoerd. Als je dan open met el kaar dat gesprek aangaat, dan werkt het. Online verkopen vormen een algemene ontwikkeling waarin we mee moeten. Maar wat betekent dat dan voor de invulling? Als je daarin echt samenwerkt en vertrouwen hebt in elkaar, dan kun je alle punten, die vooraf onoverbrugbaar lijken, uitein delijk worden opgelost.”
U was ooit Super de Boer, u open de ooit de eerste nieuwe Konmar, en heeft nu een megabedrijf met veertien winkels. Hoeveel veer kracht dient een franchisenemer te hebben?
“We hebben dat anderhalf jaar ge leden in eerste instantie besproken over de pick-up-points: het verdien model, de kosten en de verdeling hebben we in alle transparantie uitgesproken. Daar zijn we goed uit gekomen. Nu zijn we zover om dat ook voor de home delivery te be spreken, en dat hebben we vorige maand zeer constructief besproken. We weten niet waar het precies op gaat uitkomen, maar het is een heel avontuurlijke reis. Als je maar allebei in vertrouwen en transparantie je mening en je zorgen blijft uitspreken, kom je er vanzelf. Zo werken wij samen, en dat is onze kracht. Heel concreet betekent het dat wij alle
“Ik denk dat veerkracht steeds belangrijker wordt voor zelfstandige ondernemers, omdat de wereld om ons heen steeds sneller verandert. Als je niet meegaat, kom je in de knel. Het gaat ook om een mentale veerkracht. Ik ben trots op onze ondernemers binnen de OVJ, dat we met grote meerderheid instemmen met de plannen voor e-commerce, ook al gaat het de eerste drie jaar nog geld kosten. Omdat we weten dat het toch de weg is. Dat vind ik ook veerkracht. En de investerings cyclus en de terugverdientijd wordt steeds korter, het moet veel sneller dan in de tijd van mijn vader. Veer kracht is ook dat je als ondernemer jezelf en je marktgebied goed kent en dat je inziet wat je eigen rol is en wat je zelf kunt toevoegen of veranderen aan je marktsituatie. En Konmar, dat heeft maar een paar maanden geduurd en het was de duurste managementcursusooit. Maar wel degene waar ik het meest van heb geleerd.” ●
ZO2Z Magazine
21
Topspecialist Ed Boele van De Kaasspeciaalzaak in Den Haag:
‘Investeer in een sterk team’ Hij was in 20132014 al de beste kaaswinkel van Nederland, en won dit jaar de trofee voor de beste specialist in buitenlandse kaas. Toch heeft Ed Boele wel eens gedacht er beter mee te kunnen stoppen. Veerkracht hielp hem er doorheen. Wat doet een ondernemer om de beste kaasspeciaalzaak van Neder land te worden? In 2011 heeft Ed Boele zijn winkel groots verbouwd. Inspelend op de wens van de klant om rustiger te kunnen winkelen kiest hij voor een ruim opgezette winkel, waar klanten rustig kunnen rondkijken en niet de haast voelen om weer naar buiten te gaan. Want een klant die langer in de winkel verblijft ziet meer, en zal uiteindelijk meer kopen. Ook voor het personeel geeft de ruimere opzet een rustiger werkplek. “Daarnaast hebben we een stuk vakmanschap toegevoegd door bergkazen zelf te gaan afrijpen in een opvallende affinage-ruimte. Goed zichtbaar voor de klant, waarmee de winkel een extra showelement krijgt. Klanten kunnen zien hoe zeer wij hun kaas vertroetelen. Maar het belang rijkste was het werken aan een goed
team; met een sterke personeels groep ben je als ondernemer zelf minder kwetsbaar. En luister naar je vrouw; vrouwen zijn vaak veel door tastender dan mannen.” Welke dingen doe je bewust niet? “Je moet laten zien wie je bent. Wij zijn De Kaasspeciaalzaak, dus doen we geen belegde broodjes of andere artikelen. Het enige is een klein assortiment wijn, omdat dat nu eenmaal nauw aansluit bij kaas, maar het blijft ondergeschikt. Die focus is belangrijk. En tijdens de wedstrijd doe je geen andere of bijzondere dingen. De winkel moet op zijn top zijn als je aan de wedstrijd begint.”
‘Je moet laten zien wie je bent’ In 2015 ben je al de beste van het land geweest. Hoe laad je jezelf op om daarna voor een prijs in een deelcategorie te gaan? “Gewoon meedoen. 2015 was voor mij een jaar waarin ik na een opera tie terug in de winkel kwam. Tegelijk
is mijn personeelsbestand flink veranderd, tot een bijna geheel nieuwe groep. Dat was een uitdaging, om met het nieuwe team mee te doen.” Je hebt twee maal een lastige periode gehad met je gezondheid. Hoe pak je dat op? “Het was net als met het verbouwen van een huis. Je denkt alleen de badkamer aan te pakken, maar dan moet ineens ook het toilet en de hele waterleiding vernieuwd worden. In die situatie kwamen wij ook terecht. Dan is het even goed nadenken en goed op je gevoel af gaan. Tegelijk blijkt dan dat je al jarenlang hebt geïnvesteerd in een team dat zo goed is dat je als ondernemer ook tijdelijk uit je winkel kunt zijn. Zowel tijdens vakanties als bij een ziekte. Met een sterk team ben je daarop voorbereid, en kan het team ook zonder jou draaien. Daar moet je van tevoren al rekening mee houden. Haal de kwetsbaarheid uit je winkel. Ik zie te veel zelfstandigen die enkel met goedkoop, jong personeel werken. Op het moment dat zij zelf uitvallen zie je de winkel onderuit gaan. De winkel moet gedragen worden door je mensen terwijl jijzelf steeds aan het schaven bent en de puntjes op de i zet. Dat is de kracht.” Heb je wel eens gedacht om ermee te stoppen? “Ik had enorme last van mijn knie. Maar na mijn operatie had ik er weer heel veel zin in. Je moet topfit zijn als ondernemer. En op het moment dat je dat niet bent, zul je moeten zorgen dat je weer fit wordt. Je verwacht dat ook van je personeel. Bovendien moe ten we allemaal veerkrachtig zijn.” ●
22
ZO2Z Magazine
Sponsors Dag van het Vakcentrum Het Vakcentrum dankt alle sponsoren voor hun bijdrage aan de Dag van het Vakcentrum.
Gecertificeerde Foodspecialiteitenwinkels
Meer dan 120 foodspecialiteitenwinkels zijn gecontroleerd op meer dan 100 kwaliteitseisen. Wilt u ook deelnemen aan de certificering? Kijk voor meer informatie over de certificering en de gecertificeerde winkels op www.foodspecialiteitenwinkels.nl.
GECERTIFICEERDE FOODSPECIALITEITENWINKEL
De Certificering Foodspecialiteitenwinkels is een initiatief van het Vakcentrum Kaas & Delicatessen, uitgevoerd door Stichting Kaas- en Delicatessenwinkels Nederland, Blekerijlaan 1, 3447 GR Woerden, T: 0348 419771 E: info@kdwn.nl ZO2Z Magazine
23
Wij zoeken e enthousiast e t buurtgerich rs onderneme n e die echt will n. onderneme Wij weten wat er leeft in de buurt.
Ga naar www.vantolretail.nl of kijk op www.dopjeeigenboontjes.nl