Bewegen zonder pijn lr issu

Page 1

BEWEGEN

ZONDER PIJN


BEWEGEN

ZONDER PIJN SPIER- EN GEWRICHTSKLACHTEN BEHANDELEN START NATUURLIJK BIJ JEZELF

DR. DAAN DE CONINCK


INHOUD

Voorwoord

7

1. BASIS Het Basis Bio Regulatie Systeem De ziekte-evolutietabel Het regionaal pijnsyndroom of Südeck-atrofie Beknopte uitleg over enkele medische basistermen of vaktermen

9 11 12 15 17

2. DE THERAPIEVORMEN Mayr-kuur Neuroprolotherapie Prolotherapie Neuraaltherapie Atlasbehandeling

23 25 27 32 36 48

3. WAAR HEB IK PIJN EN WAT KAN IK ERAAN DOEN? Polspijn Vingerpijn Elleboogpijn Schouderpijn Rugpijn Heuppijn Kniepijn Voetpijn

53 54 68 76 90 116 162 188 216

4. VOEDINGSSUPPLEMENTEN

247

5. WAT ALS THERAPIE FAALT?

273

Dankwoord

276

Referenties

278

Trefwoorden

284


R

eeds als kind kwam ik thuis in contact met geneeskunde. Mijn moeder wou enkel het beste voor haar kinderen – met een minimum aan medicatie. Ze volgde talrijke voordrachten over voeding, de basis van onze gezondheid en over behandelwijzen voor de dagelijkse kwaaltjes die elk gezin plagen. Doordat zij met de jaren steeds bedrevener werd in de huis-, tuin- en keukengeneeskunde moesten wij als kinderen slechts zeer zelden naar de dokter.

VOORWOORD

Vanuit die achtergrond en door mijn eigen passie voor het menselijke lichaam, besloot ik geneeskunde te studeren. Op het einde van die studie was ik verwonderd dat voeding, vitaminen, mineralen en holistische behandelingen zo weinig aan bod kwamen. Het grootste deel van de geneeskunde verloopt als volgt: na een grondige bevraging, een lichamelijk onderzoek en eventuele technische onderzoeken – in het laboratorium of met medische beeldvorming – volgt een diagnose en schrijft de arts een therapie voor. Daar houdt het op. De darm aanpakken? Het lichaam ontgiften? Chronische zenuwpijnen behandelen en gewrichten versterken? Het dieet aanvullen met voedingssupplementen? Daar hoor je weinig over in de reguliere geneeskunde – terwijl de klassieke medicatie op haar beurt bijwerkingen kan veroorzaken. Ik gooi de klassieke geneeskundige aanpak niet overboord, maar probeer die aan te vullen met onschadelijke, holistische behandelingen, gericht op het aanpakken van de oorzaak en de gevolgen, het liefst zonder bijwerkingen. Daarvoor school ik mij al meer dan twintig jaar bij. Door die kennis met u te delen hoop ik bij te dragen tot een systeem waarbij de patiënt actief meedenkt met de behandelende arts.

7


1.

BASIS


Het Basis Bio Regulatie Systeem of de wondere wereld van de weefselwerking INTRO Het menselijke lichaam is een raderwerk, alle onderdelen beïnvloeden elkaar. Klinkt vanzelfsprekend, maar het is een principe dat veel mensen gemakkelijk uit het oog verliezen. Als je er rekening mee houdt tijdens het stellen van een diagnose en het voorschrijven van een behandeling, vergroot je de kans op langdurige genezing.

HET BASIS BIO REGULATIE SYSTEEM De wondere werking van het menselijke lichaam berust op een hele waslijst factoren: cellen, de vloeistof tussen de cellen, aanvoerende en afvoerende adertjes, zenuwuiteinden, lymfevaten, vitaminen, mineralen, essentiële vetzuren, eiwitten, hormonen, psychische stress, milieuvervuiling, en zo gaat dat maar door. Cellen mag je beschouwen als de basiseenheden van het menselijke lichaam en het leven. Die cellen groeien, onderhouden zichzelf, voeren de functies uit waarvoor ze bedoeld zijn, communiceren met hun omgeving en worden vervangen als hun rol vervuld is. Maar het menselijke lichaam is veel meer dan de som van alle cellen. Zo is er het interstitium of de ongeveer achttien liter bindweefsel – drie keer meer dan we bloed hebben – die de cellen met elkaar verbindt. Het interstitium wordt ook aangeduid als Basis Bio Regulatie Systeem (BBRS).

10

11


De ziekte-evolutietabel Het is haast onvermijdelijk: afvalstoffen stapelen zich op in ons lichaam. Homotoxicologie, zo heet de leer van de invloed van toxische stoffen op het menselijke organisme. Die vervuiling heeft gevolgen op korte en lange termijn. Dokter Hans-Heinrich Reckeweg stelde daarom zijn ziekte-evolutietabel op. Het is een ideaal instrument om de ernst van een ziekte te beoordelen en mogelijkheden tot herstel in te schatten. Vanuit de eerste drie fasen kan de patiënt vrij gemakkelijk volledig genezen mits er medische ondersteuning is. Vanaf de impregnatiefase spreken we veeleer over behandelen dan over volledig genezen. Als de patiënt in dat stadium is beland, zal hij zelf veel meer inspanningen moeten leveren. 1. UITSCHEIDINGSFASE Verandering

In deze fase is het afweersysteem van het lichaam intact en is het lichaam in staat homotoxines op verschillende manieren uit te scheiden zoals via diarree of rhinitis (loopneus).

gewrichtspijnen

2. ONTSTEKINGSFASE Reactie

Indien de uitscheiding niet voldoende is zal het lichaam een ontstekingsreactie oproepen (zoals koorts) in een poging om de toxines te neutraliseren.

artritis/ gewrichtsontsteking

3. GESETTELDE FASE Vastzetting

Als homotoxines onvoldoende uitscheiden zijn en aanwezig blijven in het lichaam, worden deze toxische producten in de extracellulaire ruimte opgeslagen. In deze fase zijn vaak geen symptomen.

benig uitgroeisel aan de oppervlakte van het bot bv hielspoor

4. VERZADIGDE FASE Chronische vorm

In deze fase houdt in dat de toxines de cel zijn binnengedrongen en de toxines zelf zijn onderdeel geworden van het bindweefsel en matrix. Steeds meer ernstige symptomen zijn typisch voor deze fase en geven schade aan de cellen en organen.

chronische reumatoïde artritis/ gewrichtsreuma

5. DEGENERATIEFASE Verlies

De overvloedige gifstoffen in de cellen vernietigen grote groepen cellen binnen een orgaan. Het gevolg is degeneratie van de organen.

degeneratieve veranderingen in de wervel (spondylosis), osteoporose, artrose

6. DIFFERENTIATIEFASE Ontkoppeling

Ziekten in deze fase worden gekenmerkt door het ontstaan van ongedifferentieerde niet gespecialiseerde cel vormen. Kwaadaardige aandoeningen zijn kenmerkend aan het einde van deze fase.

goed- en kwaadaardige gezwellen bv ziekte van Kahler

12

casus

Annie S. is 67 jaar oud en heeft al haar hele leven last van regelmatig terugkerende spierpijnen. Rond haar dertigste leidden die tot spierontstekingen over haar volledige lichaam, wisselend van plaats en intensiteit. Het ging van kwaad naar erger. Haar spieren verzwakten in kracht en omvang doordat er zich harde, gespannen spierzones (myogelosen) met verkalkingen vormden. Van de reumatoloog kreeg ze op haar 46e te horen dat ze spierreuma had. Ze kreeg zware ontstekingsremmende en pijnstillende medicatie. Geleidelijk aan verminderde het volume van haar spieren. Toen ze op haar 67e bij mij op consultatie kwam, stelde ik vast dat er een gezwel in haar bicepsspier zat. Spierkanker (myosarcoom), zo wees nader onderzoek uit. Aan de hand van de ziekte-evolutietabel kon ik Annie tonen dat haar ziekte alle fasen had doorlopen. Ze zat in de differentiatiefase. Na het verwijderen van de tumor, zou het nodig zijn om haar lichaam grondig te ontgiften, haar darmen en voeding op punt te stellen, en haar pijnen lokaal te behandelen.

De evolutie naar ziekte verloopt niet altijd mooi van links naar rechts in de tabel van Reckeweg. Bij veel mensen starten de symptomen pas bij artrose (de depositiefase bij botziekten) of osteoporose (de impregnatiefase). De vorige fasen hadden ze niet gevoeld. Ook bij genezing doorloopt het lichaam de ziekte-evolutietabel niet altijd netjes van rechts naar links alle fasen. Het is belangrijk het lichaam als een geheel te beschouwen (holistisch), in plaats van het onder te verdelen in compartimenten, organen en functies. Het lichaam is een complexe organisatie met interactie tussen alle verschillende onderdelen. Informatie over schade aan één uiteinde van het lichaam kan met de snelheid van het licht worden doorgegeven aan de rest van het lichaam. In gezonde toestand zal het lichaam vervolgens gepast reageren. Een mooi voorbeeld van die complexiteit is de functie van de vitamine D3, die het lichaam beschermt tegen hart- en vaatziekten, kankervorming, reuma, infecties, depressies, aandachtsstoornissen, botontkalking enzovoort. Wanneer afvalstoffen zich opstapelen, kan dat leiden tot stijfheid, ontstekingen, botontkalking, zwellingen en de verzwakking van bindweefsels. Daardoor worden ook pezen, spieren en tussenwervelschijven verzwakt en verloopt de aantasting van het kraakbeen nog sneller dan bij gebruikelijke veroudering. Wanneer het interstitium vocht vasthoudt, spreken we van ‘lymfoedeem’. De druk in de lymfestroom – of het ontbreken ervan – veroorzaakt oedemen. Door zachte 13


lymfemassage kan het interstitium geholpen worden om de toxinen in beweging te brengen en ze dit deel van het lichaam te doen verlaten. Ook allergische reacties, ontstekingen en hematomen spelen zich hoofdzakelijk af in het interstitium. De Oostenrijkse histoloog en embryoloog professor Pischinger ontwikkelde een weefselmodel dat hij ‘het grondsysteem’ noemde. Hij beschreef het bindweefsel of interstitium als de weg waarlangs alle informatie en stoffen bewegen tussen de verschillende cellen en organen. Omdat die structuur de informatiestroom regelt, spreekt men van de ‘systeemregulatie’ van de mens en zijn omgeving. De bio-psycho-immunologie en de bio-psycho-endocrinologie onderzoeken welke effecten de relatie tussen de mens en zijn omgeving heeft op zijn weerstand tegen infecties en de hormoonwerking. Regelmatig hoor je bijvoorbeeld dat mensen vatbaarder zijn voor allerlei lichamelijke of geestelijke ziekten wanneer ze hun geliefde hebben verloren. Ook dat kloosterzusters met een strikte dagindeling na verloop van tijd allemaal op dezelfde dagen menstrueren, wijst op de invloed van de omgeving op de hormonen. Het is daarom van vitaal belang om de mens holistisch te bekijken. We mogen ons niet blindstaren op de cellen en elk orgaan afzonderlijk, maar moeten onderlinge verbanden proberen te zien tussen de verschillende orgaansystemen. Ook moet je de mens in zijn context van relatie, gezin, werk en maatschappij beoordelen.

casus

Een mooi voorbeeld is Erwin B., een manager van een middelgroot bedrijf. Sinds enkele maanden lijdt hij aan lage rugpijn. In de dagen voor de consultatie was die fel verergerd. Van de huisarts had hij ontstekingswerende pijnstillers voorgeschreven gekregen. Zijn rug beterde er niet op, maar hij kreeg er wel een maagontsteking bij. De huisarts had hem Omeprazole voorgeschreven tegen de maagpijn en verder Paracetamol en kinesitherapie. Massage en oefeningen brachten beterschap, maar nooit voor lang. Uiteindelijk kwam Erwin terecht bij een holistisch werkende arts. Die stelde een halswervelblokkade vast, bekkenscheefstand met torsie en een slecht werkende darm. De arts pakte die problemen aan, maar er volgde geen volledige beterschap. Pas toen de arts ook rekening hield met de extreme stress en spanning op Erwins werk, raakte de man volledig van zijn aanslepende rugpijn af. In de reguliere geneeskunde is het belang van het model van Pischinger jammer genoeg nog niet voldoende doorgedrongen. Vaak duurt het decennia vooraleer belangrijke onderzoeksresultaten in de praktijk gebracht worden.

14

Het regionaal pijnsynpijnsyndroom of Südeck-atrofie Soms lijkt geen enkele therapie opgewassen tegen klachten in spieren en gewrichten. De pijn weigert volledig te verdwijnen. Dikwijls is dat te wijten aan een complex regionaal pijnsyndroom.

Südeck-atrofie (of algoneurodystrofie) Haal even diep adem, want er komen twee kleppers van medische termen aan: algoneurodystrofie en Südeck-atrofie. Op zich zeggen die je misschien niets, maar het is haast zeker dat je iemand kent die eraan lijdt. Met algoneurodystrofie of Südeck-atrofie spreken we over een zone van chronische zwelling, roodheid, warmte en pijn. Die gaat samen met huidveranderingen die zich kunnen uitbreiden naar de rest van het lichaam. Het bindweefsel verandert door schade aan de ruimte tussen de cellen en door schade aan het zenuwstelsel. Doordat bloedvaten in het aangetaste lichaamsdeel samentrekken, vermindert de toevoer van zuurstof en nemen ontsteking en pijn toe. Je zou kunnen stellen dat het antwoord van het lichaamsweefsel op een letsel buiten proportie is.

casus

Rita J. is 73 jaar en heeft pas een totale knieprothese gekregen. De operatie is geslaagd, volgens de röntgenfoto’s zit de prothese perfect. Toch blijft Rita’s knie warm, rood, gezwollen, pijnlijk en stram. Ze kan haar knie niet meer volledig buigen. De patiënte wordt naar huis gestuurd met een voorschrift voor kinesitherapie en Dafalgan. Twee maanden later is de situatie erger, de orthopedist krijgt het niet opgelost. Rita gaat voor een tweede opinie naar een andere arts, die zegt dat ze lijdt aan algoneurodystrofie. De aandoening reageert het best op neuraaltherapie binnen de eerste drie maanden na het ontstaan ervan, en daarom wordt de therapie onmiddellijk intens aangevangen. Na twaalf sessies neuraaltherapie is de algoneurodystrofie zogoed als genezen.

Ongeveer één op de vierduizend mensen lijdt aan Südeck-atrofie, vrouwen meer dan mannen. Heel vaak worden de armen aangetast. De aandoening komt dikwijls voor na 15


botbreuken, langdurige immobilisatie, operaties, vaccinaties of na inspuitingen met Botox en cortisone. Südeck-atrofie kan zich uitbreiden over grote delen van het lichaam. Tijdens de eerste fase van de Südeck-atrofie, de ‘warme fase’, veroorzaakt een lokale ontsteking van de ruimte tussen de cellen (de matrix) zwelling, warmte, roodheid en pijn. Na twee à drie maanden ontstaat de ‘koude fase’, waarbij een zenuwontsteking de pijn onnoemelijk erger maakt. Röntgenfoto’s tijdens de ‘koude fase’ tonen lokale botontkalking. Kinesitherapie maakt de situatie erger, medicatie helpt meestal niet en veroorzaakt nevenwerkingen. Neuraaltherapie en neuroprolotherapie kunnen Südeck-atrofie op korte termijn genezen. Neuroprolotherapie richt zich vooral op het genezen van de zenuwontstekingen, terwijl neuraaltherapie prikt in en rond het litteken. Oppervlakkige inspuitingen behandelen de stoorvelden – littekens die ontstaan door een ontsteking of een kwetsuur en op afstand pijn en functionele hinder veroorzaken of versterken. Voor een chirurgische ingreep kunnen we Südeck-atrofie voorkomen door vitamine C 500 mg per dag in te nemen, door vlak voor de operatie de operatiezone in te spuiten met procaïne en alle littekens op het lichaam en de amandelpolen te ontstoren. Ook het opruimen van tandhaarden in de mond met lichaamsvriendelijke materialen kan zinvol zijn. Meestal levert dat een snelle genezing op. (zie het hoofdstuk over neuraaltherapie) Je kunt stellen dat alle klachten die door neuraaltherapie verdwijnen een Südeck-atrofie of het eerste stadium van een complex regionaal pijnsyndroom zijn. Evidence-based medicine (wetenschappelijk bewezen behandelingen) helpt veel minder patiënten met Südeck-atrofie, dan neuraaltherapie met oppervlakkige inspuitingen met procaïne.

16

Beknopte uitleg over enkele medische basistermen of vaktermen ENKELE ALGEMENE MEDISCHE TERMEN Het is niet de bedoeling er hier een medisch woordenboek van te maken, maar laat ons enkele vaak gebruikte basistermen uitleggen aan de hand van concrete voorbeelden. Dat komt van pas wanneer je medische verslagen overloopt met je arts. Medische termen die eindigen op ‘-ose’ beschrijven altijd een vorm van slijtage (degeneratie), zoals: • artrose: gewrichtsslijtage • tendinose: slijtage van een pees • osteoporose: botontkalking. Medische termen die eindigen op een ‘-itis’ beschrijven een ontstekingsproces, zoals: • artritis: gewrichtsontsteking • tendinitis: peesontsteking • osteïtis: botontsteking.

casus

Kim S. is 28 jaar, heeft altijd op hoog niveau volleybal gespeeld en meldt zich met pijn aan beide knieën. Ze heeft er vooral last van tijdens de eerste tien minuten na het opstaan of als ze lang heeft stilgezeten. De vrouw is groot en tenger, maar blijkt verslaafd aan snoep en drinkt veel frisdrank. Haar slechte eetgewoonten bevorderen de verzuring van haar knieën en door de combinatie met het belastende volleybal, takelt het kraakbeen sneller af dan normaal. Al op jonge leeftijd krijgt ze de diagnose van knie-artrose (of gonartrose). Medische beeldvorming bevestigt dat.

17


casuscasussen

Sylvie P. is reumatologe en weet als geen ander wat haar patiënten moeten doorstaan. Al sinds haar kindertijd heeft ze last van ontstekingen ter hoogte van de gewrichten van vingers, polsen, enkels, voeten en tenen – net zoals haar moeder en grootvader. Haar aandoening is erfelijk, Sylvie is HLA-B27-positief. De langdurige, terugkerende opflakkeringen van reumatische artritis versnellen de slijtage van het kraakbeen en bevorderen botontkalking rond het ontstoken gewricht. Dat veroorzaakt een definitieve vervorming van die gewrichtjes. De symptomen zijn erger bij vochtig en koud weer en verhinderen een goede nachtrust. De vrouw moet zich behelpen met zeer zware, dure medicatie om het leefbaar te houden en verdere evolutie tegen te gaan. Leon V. is een ambtenaar van 44 jaar die weinig of nooit sport. Zijn broer vraagt hem te helpen met brandhout kappen en stapelen. Leon is de bewegingen niet gewoon en het intense werk zadelt hem op met een schouderkapselontsteking (artritis) en peesontstekingen (tendinitis) rond het gewricht van zijn rechterschouder. ’s Nachts lijdt hij pijn, zeker als hij op zijn ontstoken schouder ligt. Na het ontwaken, of na een dutje overdag, duurt het minstens een half uur vooraleer de schouderpijn vermindert. De ontstekingswerende medicatie helpt tegen de pijn, maar Leon kan er zijn schouder niet beter door bewegen.

• ARTROSE: slijtage van een gewricht. Er is tien minuten startpijn, er is geen nachtelijke pijn. Verzurende voeding kan een rol spelen. • ARTRITIS: ontsteking van een gewricht, spontaan of door overbelasting. Er zijn nachtelijke pijnen, er is minstens een half uur startpijn. Voeding kan een rol spelen. • REUMA: spontane ontstekingen, nachtelijke pijnen, meer dan een halfuur startpijn. Voeding kan een rol spelen. Soms is er sprake van erfelijkheid, dan is de patiënt HLA-B27-positief. • NEURALGIE: zenuwontstekingspijn die uitgelokt wordt doordat spieren, botten, pezen, peesbladen of de huid druk uitoefenen op de zenuwen. Dat veroorzaakt constante pijn, zwelling en spierspanning in het gebied van de aangetaste zenuw.

Bij een auto-ongeval slingerde de schok het hoofd van Kimberly W. zeer krachtig van achteren naar voren. Sinds die whiplash klaagt ze over neken schouderpijn die uitstraalt langs de borstkaswervels tot onderaan in haar schouderblad. Pijnmedicatie haalt niets uit. Op radiografie en NMR zijn er geen afwijkingen te zien, maar wanneer de arts haar hals nader onderzoekt, blijken vier zenuwen (met een diameter van 1 micron) gekneld te zitten in een spier op de zijkant van haar hals. Druk op de scalenusspier veroorzaakt spierspanning en zenuwpijn. Ook is haar eerste halswervel, de atlas, licht geblokkeerd. Trillingen heffen die blokkade op en daardoor verdwijnt de spierspanning in Kimberly’s hals. Dankzij neuroprolotherapie herstellen de beschadigde zenuwen zich weer.

18

19


VAKTERMEN Abductie: een lidmaat zijwaarts weg bewegen van het lichaam Adductie: een lidmaat zijwaarts naar het lichaam toe bewegen Avasculaire necrose: een ziekte die ontstaat door een tijdelijke of definitieve onderbreking van de bloedtoevoer naar het bot. Doordat de bloedtoevoer wegvalt, wordt het bot week en kan het indeuken. Komt meestal voor aan het uiteinde van een lang bot. In een gewricht kan de ziekte ernstige schade veroorzaken, zodat het gewricht niet meer naar behoren functioneert Botmetastasen: uitzaaiingen van een eerste kwaadaardige tumor naar andere weefsels in het lichaam Cardiale ischemie: zuurstoftekort ter hoogte van de hartspier met het risico op lokaal afsterven van hartspiercellen Costoclaviculair compressiesyndroom: pijn en ongemak veroorzaakt door druk van het sleutelbeen op een rib

Neuraaltherapie: herstelt het zenuwstelsel dat we niet met de wil onder controle hebben door het inspuiten van procaĂŻne op de plaats van de aandoening en op stoorvelden op afstand die er invloed op hebben Neuroprolotherapie: een injectietherapie die de ontstoken of geknelde zenuwen herstelt, waardoor de genezingsprocessen in het getroffen zenuwgebied opnieuw starten Omartrose: artrose of slijtage van het schoudergewricht Osteoporose: botontkalking Prolotherapie: een injectietherapie die beoogt zwakke gewrichtselementen sterker te maken door vezels bij te vormen Pseudartrose: de vorming van een schijngewricht doordat de uiteinden van een botbreuk niet aaneengroeien Rotatie inwendig: een gewricht naar de romp toedraaien

Endorotatie: een gewricht naar binnen draaien

Rotatie uitwendig: een gewricht wegdraaien ten opzichte van de romp

Exorotatie: een gewricht naar buiten draaien

Rotatorencuff: de verzameling van de spieraanhechtingen die een gewricht kunnen doen draaien

Exorotatoren: spieren die een gewricht naar buiten doen draaien Extensie: een gewricht strekken Flexie: een gewricht plooien Hemiartroplastiek: een operatie waarbij een prothese slechts de helft van een gewricht vervangt Laxiteit: wanneer pezen, spieren en gewrichten meer beweeglijk zijn dan bij de gemiddelde mens

Schouderluxatie: de kop van het bovenarmbeen komt uit de schouderkom SĂźdeck-atrofie: een lokale verstoring van de zenuwen, bloedvaten en lymfevaten na een trauma of operatie met lokale roodheid, zwelling, pijn en ontkalking tot gevolg Sulcusteken: bij algemene hypermobiliteit van de schouder ontstaat een sleuf tussen het schouderbeen en de kop van het bovenarmbeen bij het naar beneden trekken van de arm doordat de kop van het schoudergewricht ietsje uit de kom van het schoudergewricht komt.

Musculus supraspinatuspees: de pees van een schouderspier die zich bovenaan op de schouder bevindt en aanhecht op de tip van het bovenarmbeen

20

21


2.

DE THERAPIEVORMEN

22

23


MAYR-KUUR De Mayr-kuur is een vastentherapie die de gezondheid en de levensdynamiek bevordert. Een reiniging van de darmen zuivert ook het lichaam en brengt de geestelijke en lichamelijke conditie weer op peil. Zo is deze kuur ook een verjongingskuur. Het lichaam heeft van nature een groot vermogen om zichzelf te genezen. Vaak neemt dat vermogen af naarmate er zich meer afvalstoffen in ons lichaam opstapelen. Een Mayr-kuur activeert de zelfgenezende kracht van het lichaam en vertraagt het verouderingsproces. Aangezien er geen dieet bestaat dat voor iedereen goed is, testen we het best eerst welke voedselallergieën en voedselintoleranties er aanwezig zijn en onderzoeken we de verzuringsgraad van het lichaam. Zo kunnen we de Mayr-kuur aanpassen opdat ze een maximaal effect heeft.

casus

Een vrouw van 56 jaar oud heeft met grote tevredenheid een Mayrkuur gevolgd wegens vermoeidheid en spierstramheid. Een jaar later had een tweede Mayr-kuur veel minder gunstige resultaten. Bij nader onderzoek was de vrouw na de eerste Mayr-kuur veel te streng ‘gezond’ gaan eten: veel water drinken, veel groenten en fruit en weinig granen, aardappelen en rijst. Daardoor was ze zeer yin geworden. (zie het hoofdstuk over yin-yang-polariteit) De Mayr-kuur maakte haar nog meer yin en daardoor voelde ze zich niet goed. Pas na een grondig onderzoek en het uitmeten van haar voedselallergieën en -intoleranties en de verzuringsgraad van haar lichaam kon een gepaste weg worden uitgestippeld om afvalstoffen op de gezondste manier uit haar lichaam te verwijderen, rekening houdend met de leef- en werksituatie van de patiënt.

De Mayr-kuur is de grondigste aanpak om de darmwand en darmwerking te herstellen en het lichaam te ontgiften. Theevasten is de strenge vorm. Die veroorzaakt mogelijk heftige ontgiftingsreacties zoals hoofdpijn, zwakte, misselijkheid, buikpijn en buikkrampen. Ook alle vroegere ziektesymptomen kunnen in een milde vorm de revue passeren. We noemen ze ‘recapitulatiesymptomen’, ze ontstaan door het verwijderen van de slakken uit de zieke weefsels. Zodra ze voorbij zijn, neemt de energie en de gezondheid elke dag toe.

24

25


De milde vorm van Mayr-kuren gaat minder drastisch te werk. De ontgifting verloopt langzamer, zodat de patiënt ongehinderd kan blijven werken. De redenen om een Mayr-kuur aan te vangen zijn velerlei: • artrose • botontkalking • chronische ontstekingen • gewrichtsontstekingen • reuma • spierspanningen • jicht • maagontsteking • darmontsteking • prikkelbare of spastische darm • opgeblazen gevoel • voedselintoleranties • lekkende darm • huidproblemen • broze haren en nagels • tandgaatjes (cariës) • tandvleesproblemen • aderverkalking • hartkloppingen • concentratiestoornissen • slaapproblemen • prikkelbaarheid • migraine.

Neuroprolotherapie We hebben de doorbraak van neuroprolotherapie of perineurale infiltratietechniek te danken aan de loopgewoonten van de Nieuw-Zeelandse Maria Lyftogt. De befaamde veldloopster bekocht haar liefde voor de onverharde Nieuw-Zeelandse heuvels met meniscusscheuren en kraakbeenslijtage, waardoor operaties onvermijdelijk waren. Haar knieën waren zo vervormd en verminkt dat ze zich op den duur enkel nog met krukken kon verplaatsen. Haar echtgenoot John Lyftogt was dokter en legde zich niet neer bij Maria’s lot. John was de neuroprolotherapie toen al voorzichtig aan het uittesten en Maria vroeg hem ook haar te behandelen, want orthopedisten konden haar niet helpen. De langdurige therapie werkte: Maria kan nu weer wandelen, fietsen, skiën, tennissen en lopen op een atletiekbaan. Röntgenfoto’s en grote littekens aan haar beide knieën zijn de stille getuigen van haar dramatische knieartrose van jaren geleden. Ik heb haar met mijn eigen ogen gezien en haar gesproken. Had ik dat niet gedaan, het zou voor mij veel moeilijker geweest zijn om de kracht van de neuroprolotherapie te vatten. De gangbare hedendaagse medische strategieën volstaan niet voor een groot deel van de patiënten die lijden aan neuropathie, neuralgie of zenuwpijn. Die termen zijn synoniemen en verwijzen naar de meest voorkomende oorzaak van pijn en invaliditeit. Over de hele wereld moeten miljoenen er aan levenskwaliteit door inboeten. De medische kosten voor behandelingen wegen enorm op het budget van de gezondheidszorg, terwijl ze tekortschieten. Gelukkig is er nu de neuroprolotherapie, die het merendeel van de patiënten op een natuurlijke wijze en zonder bijwerkingen soelaas kan bieden. Het heeft tweehonderd jaar onderzoek gevergd om de wetenschappelijke basis te leggen voor de neuroprolotherapie. Het is niet slecht om enkele basisbegrippen toe te lichten, zonder te verdwalen in wetenschappelijk jargon: Neuropathische pijn Wanneer je te lang in de zon zit zonder beschermende crème treedt zonnebrand op. Je voelt de verbrande zenuwtopjes in de huid pas nadat je al een tijdje weg bent uit de zon, bijvoorbeeld wanneer je onder een warme douche staat. Raak je echter een heet strijkijzer aan, dan voel je onmiddellijk pijn, waardoor je je hand terugtrekt – de zogenaamde ‘nociceptieve pijn’. Een ander soort zenuwen is verantwoordelijk voor zenuwpijn (neurogene pijn).

26

27


spinaal reflex

zenuwcelreceptoren (TRPV1)

Wanneer een tennisspeler na een heftige match thuiskomt en pijn en zwelling gewaarwordt ter hoogte van zijn elleboog, dan is sprake van irritatie van de zenuwen. Als zo’n tenniselleboog niet goed wordt verzorgd en weken of maanden blijft aanslepen, bestaat de kans dat er ook een ontsteking ontstaat aan de andere arm, zonder dat die overbelast is. Dat komt zo: doordat de aangetaste zenuwen tot in het ruggenmerg lopen en daar verbinding maken met de zenuwen van de andere zijde, kan de zenuwontstekingspijn overslaan. Dat wordt een ‘spinaal reflex’ genoemd (Speransky).

Prikkels en stoffen die inwerken op receptoren in de celwand beïnvloeden de werking van zenuwcellen. Een ontsteking of druk op de zenuw kan die receptoren zodanig wijzigen dat de zenuwcel niet meer naar behoren werkt, wat aanleiding geeft tot ontsteking, pijn en zwelling in de betreffende zenuwzone. Door een verdunde suikeroplossing in te spuiten kunnen we de zenuwcelkanalen of receptoren herstellen. Dat zet de genezing in gang van het lichaamsdeel dat door de zenuw wordt aangestuurd. Plotse mutaties in de TRPV1-receptoren kunnen aan de basis liggen van fibromyalgie en andere bizarre pijnsyndromen.

Hiltons wet Hiltons wet stelt dat de zenuwwortels die instaan voor de bezenuwing van spieren, pezen en gewrichten ook de bovenliggende huid voorzien van zenuwtakken. Door die inzichten weten neuroprolotherapeuten dat ze onderliggende structuren mee behandelen wanneer ze inspuitingen toedienen in de huidzone. Sherringtons wet De wet van Sherrington stelt dat de spieren die instaan voor twee tegengestelde bewegingen (zoals je arm plooien en strekken) in evenwicht moeten zijn. Door een suikeroplossing in te spuiten herstelt dit evenwicht. Neuropathische pijnen bemoeilijken bewegingen. Neuroprolotherapie voor de aangetaste zenuw herstelt zo’n bewegingsbeperking zogoed als onmiddellijk.

casus

Tijdens een workshop neuroprolotherapie vroeg de Duitse dokter Heinz D. om zijn schouderprobleem te behandelen. Al twintig jaar liep hij rond met pijn aan zijn linkerschouder. Vroeger had hij veel tennis gespeeld en ondanks pijnstillers, cortisone-infiltraties en manipulaties door chiropractors en osteopaten bleef hij pijn en bewegingsbeperking ondervinden. Eigenlijk had hij zich al neergelegd bij zijn beperking. Een klinisch onderzoek bracht een zestal neuropathische plaatsen aan het licht rond zijn schouder. Ze werden onmiddellijk ingespoten met een glucose-oplossing. Een kwartier later kon de collega zijn schouder al voor de helft meer bewegen dan bij aanvang.

Het is perfect mogelijk dat een bewegingsbeperking die jarenlang aanhoudt plots veel beter wordt na neuroprolotherapie. Om er na zo’n lange voorgeschiedenis van zenuwschade voor te zorgen dat het resultaat blijft en zelfs verbetert, zijn wel meerdere sessies nodig. 28

de nervi nervorum (sir Thomas Lewis) De nervi nervorum, of de zenuwen der zenuwen, staan in voor het onderhoud en het herstel van de zenuwen. John Marshall ontdekte dat schade aan de nervi nervorum de oorzaak kan zijn van neuralgie of neuropathische chronische pijn. Marshall was zijn tijd honderd jaar vooruit, maar de artsen van toen hielden geen rekening met zijn onderzoek. Wrijfletsels aan de nervi nervorum kunnen chronische drukpunten veroorzaken en aldus ontsteking en pijn. De nervi nervorum spelen in de neuroprolotherapie een cruciale rol bij het herstellen van chronisch ontstoken en beschadigde zenuwen. de celstroom in de zenuw (prof. Sidney Ochs ‘axoplasmaflow’) Een gezonde zenuwcel kan meer dan een meter lang zijn. De beweging van vloeistoffen en de geleiding van prikkels binnen zo’n zenuwcel is van groot belang. Bij zwakke druk stopt de celstroom en daarmee ook het celherstel. Dan stapelen afvalstoffen zich op en stopt de aanvoer van broodnodige voedingsstoffen. Op plaatsen waar er gezwellen zijn, waar de zenuw door een beenderig kanaal moet of waar de zenuw over, onder of door ligamenten of spieren loopt, bestaat het risico op een te hoge druk. Die remt de zenuwwerking af en bevordert ziekte. Ook zenuwvertakkingspunten en zenuwuiteinden in de huid zijn kwetsbare punten voor druk. Neuroprolotherapie helpt om de schade op te heffen die druk op de zenuwen aanricht.

Wat doet neuroprolotherapie? Neuroprolotherapie behandelt de zenuwcelstroom van de zenuwen der zenuwen (nervi nervorum) van beschadigde zenuwen ter hoogte van mogelijke druk- en inklemmingsplaatsen. Zogenaamde ‘valleixpunten’ bevinden zich waar zenuwen door bot, peesblad 29


of pezen lopen of waar een zenuw op een harde oppervlakte rust, waardoor gemakkelijk druk ontstaat. Andere mogelijke plaatsen zijn vertakkingspunten van zenuwen en zenuwuiteinden in de huid. De verspreiding van chronische zenuwpijn gebeurt door complexe verbindingen tussen de zenuwen onderling, wat leidt tot overgevoeligheid voor pijn in een hele zone (hyperalgesia).

Definitie van neuroprolotherapie of perineurale infiltratietechniek De neuroprolotherapie of de perineurale infiltratietechniek is een nieuwe, veilige en effectieve behandeling van zenuwpijn, zenuwontsteking en bewegingsbeperking. De injecties gebeuren met 5% suiker in een niet-zure, waterige oplossing. Die corrigeert zeer lokale zenuwsuikertekorten. Zo herstellen de celkanalen van de zenuwvezels zich. Dat vermindert de zenuwpijn en de zenuwontsteking en verbetert de beweeglijkheid. (zie ‘Sherringtons wet’)

Zenuwpijn en pijnstillers Zenuwontstekingspijn verschilt van gewone ontstekingen omdat zij niet reageert op ontstekingswerende pijnstillers en cortisone. Bovendien bestaat er bij pijnbestrijdende medicatie een groot risico op nevenwerkingen, zoals maagontstekingen, verstoorde darmwerking, hartritmestoornissen, maagzweren en maagbloedingen. Om het lichaam te beschermen tegen maagontsteking worden geneesmiddelen gebruikt die op hun beurt een magnesiumtekort veroorzaken. Doordat ze de spijsvertering verstoren, bevorderen ze de lichaamsverzuring en vele andere ziekten. Niet-ontstekingswerende medicatie belast vaak lever en nieren. Paracetamol lijkt onschuldig, maar kan bij langdurig gebruik in hoge dosissen zelfs op jonge leeftijd leiden tot nierdialyse en hoofdpijn.

30

Neuroprolotherapie indicaties • Pijn door postchirurgische of posttraumatische littekens. Littekenvorming na een operatie beïnvloedt de zenuwcelstroom negatief doordat littekens de tendens hebben om te snoeren – vandaar ook de golving die je vaak ziet rond huidlittekens. Dokter John Lyftogt gaat geregeld neuroprolotherapie geven bij een orthopedist, waardoor de tevredenheid van patiënten na operaties aan hun gewrichten merkelijk stijgt • (cluster)hoofdpijn, migraine en gelaatspijn. Ter hoogte van de hals en de schedel oefenen spierkruisingen, spiercontracties of spierspanningen dikwijls een druk uit op de zenuw, wat de zenuwcelstroom beïnvloedt • zenuwpijnen: alle vormen ervan • Morton-neurinoma • peespathologieën, gewrichtsontsteking en gewrichtsslijtage • zenuwwortelcompressie of blokkade ter hoogte van de wervelzuil • prothesepijn: pijn na het plaatsen van gewrichtsprothesen • chronische en acute gewrichtspijn van vingers, polsen, duimen, ellebogen, schouders, hals, rug, heupen, knieën, enkels, middenvoet en tenen • facialisparalyse of Bells paralyse: aangezichtszenuwverlamming • carpaletunnelsyndroom • tenniselleboog.

Behandelschema Het behandelprotocol omvat zes tot acht sessies van micro-injecties net onder de huid met een zeer smalle naald. Soms zijn er meer behandelingen nodig, bijvoorbeeld bij een voorgeschiedenis van chirurgie; bij ernstige, wijdverspreide pijn; whiplash; diabetes; auto-immuunziekten; ernstig kraakbeenlijden en kanker. Soms is er gedurende korte tijd een lichte gevoeligheid ter hoogte van de prikplaatsen. Ook een kleine bloeduitstorting met een blauw plekje is mogelijk. Na één tot twee weken verdwijnt dat weer. In het algemeen wordt de neuroprolotherapie door de overgrote meerderheid van de patiënten goed verdragen. Enkel mensen met een prikfobie krijgen soms pilletjes tegen pijn en angst.

31


Prolotherapie casus

David S. ging in zijn vrije tijd dikwijls lopen, fietsen en zwemmen zodat hij kon deelnemen aan triatlons. Twee jaar geleden is hij door een chronische achillespeesontsteking gestopt met sporten. Die heeft hem zelfs een mankende gang bezorgd. Geleidelijk aan kreeg hij een buikje. Zijn moraal zakte doordat zijn uitlaatklep voor stress verdween. Ondanks langdurige inname van pijnstillers, aangepaste voetzolen en veelvuldige sessies bij een kinesitherapeut bleef zijn achillespees ontstoken. Bij de holistische arts krijgt hij zes sessies prolotherapie, met injecties ter hoogte van de achillespeesaanhechting op het hielbeen tot ongeveer 10 cm erboven. Na elke sessie wordt David ingetapet. Na de eerste twee behandelingen ervaart David gedurende een week enorme stramheid in de achillespees. Nadien voelt hij zijn achillespees langzaamaan beter worden. Zijn mankende gang verdwijnt. Na de zesde sessie begint David voorzichtig opnieuw met sporten. Inmiddels heeft hij de marathon van Nice in een goede tijd gelopen en zit hij weer op zijn normale gewicht.

Wat is prolotherapie? Prolotherapie is een veilige, niet-chirurgische behandeling voor chronische letsels, pijn, instabiliteit en gewrichtsontstekingen. Inspuitingen bevorderen de genezing en het herstel. De therapie wordt al tientallen jaren toegepast op patiënten met pijn ten gevolge van ouderdom, overbelasting, instabiliteit en letsels. Schade aan gewrichten en het bindweefsel errond veroorzaakt dikwijls pijn. Wanneer weefsels na een letsel niet goed genezen, treden chronische ontsteking, slijtage en versneld verouderen op. Prolotherapie stimuleert het lichaam tot herstel, heropbouw en versterking van de behandelde zone. Ze heeft een langdurige genezing van de pijn als doel en probeert slijtage en verzwakking zoveel mogelijk te herstellen. In veel gevallen verdwijnt de pijn grotendeels en keert ze niet meer terug tenzij je opnieuw letsels oploopt.

32

Hoe werkt prolotherapie? Genezing door prolotherapie kent drie fasen: 1. De ontstekingsfase Die duurt ongeveer tot een week na de behandeling. Door de toename van de doorbloeding en de zwelling tijdens de ontstekingsfase ervaart de patiënt wat ongemak onder de vorm van stramheid. Immuuncellen ruimen tijdens die fase schade en ongezonde weefsels op. 2. De weefselherstellende of fibroblastische fase Die start vanaf de derde dag na de prolotherapie en duurt tot zes weken nadien. De zwelling en de pijn nemen af, nieuwe bloedvaten worden gevormd, met een betere aanvoer van voedingsstoffen tot gevolg. De weefselherstellende cellen, de fibroblasten, vormen nieuw bindweefsel en herstellen het letsel en de stabiliteit van het gewricht. 3. De maturatiefase De laatste fase begint tussen week zes en achttien na de prolotherapie. De nieuwe bloedvaten worden volwassen, het weefsel wordt sterker door middel van georganiseerde gezonde vezels. De pijn verdwijnt. De dikte en de sterkte van het bindweefsel nemen toe.

Hoe verloopt de procedure bij prolotherapie? Een goede ondervraging (anamnese) is de basis voor de juiste behandeling. We overlopen de voorgeschiedenis, allergieën en het medicatieschema. Er volgt een grondig onderzoek van de pijnlijke zone en de aangrenzende gewrichten. De prolotherapie moet uitgevoerd worden door een goed opgeleide arts, iemand met een diepe kennis van de anatomie en die ervaring heeft met de injectietechnieken van prolotherapie. Zodra het gewricht in de juiste positie is geplaatst, tekenen we de anatomische structuren uit en duiden we injectieplaatsen aan. Na grondige ontsmetting verdoven we de huid ter hoogte van de prikplaatsen. Pas dan begint de eigenlijke behandeling. De behandeling kan tien minuten tot anderhalf uur duren. Mensen met een panische prikangst krijgen vooraf medicatie om de therapie beter te verdragen. Er zijn zelden complicaties. De ingespoten vloeistof (met daarin dextrose en Xylocaïne) heeft allang bewezen veilig te zijn en bevat geen cortisone. De injecties kunnen gedurende één tot zeven dagen enig ongemak veroorzaken. De meest voorkomende effecten zijn een 33


tijdelijke stramheid, een branderig gevoel en soms wat blauwe plekken. Als de patiënt dat wenst, kan hij daar paracetamol (Dafalgan of Perdolan) of tramadol tegen nemen. Afhankelijk van de plaats van de behandeling en het aantal inspuitingen kun je gewoonlijk ’s anderendaags je normale activiteiten al hervatten.

Hoeveel behandelsessies heb ik nodig? Gemiddeld zijn er twee tot zes prolotherapiesessies nodig, telkens met twee tot zes weken tussentijd. Bij moeilijke gevallen kunnen meer behandelsessies nodig zijn. Elke behandeling bouwt voort op de vorige. Een te lange tussentijd vertraagt het herstel.

Wanneer kan ik vermindering van pijn verwachten? Meestal voel je de pijn tot zes weken na de injecties verminderen. Elke behandeling versterkt de gewrichten en hun stabiliteit. Die verbetering blijft aanhouden tot drie jaar na de laatste behandeling. Het genezingsproces verloopt trapsgewijs en vereist geduld.

Kan prolotherapie alles genezen? Prolotherapie versterkt enkel weefsels en kan niet elke pijn genezen. Zij kan de pijn ook niet altijd honderd procent wegnemen. Chronische pijn ontstaat niet in een dag en geneest ook niet in een dag. De meerderheid van de patiënten voelt minstens 50% minder pijn. Velen melden volledig herstel van de pijn. Die resultaten zijn excellent, aangezien chronische pijn vaak zeer moeilijk te behandelen is.

Aciclofenac, Feldene, Piroxycam, Mobic, Brufen, Ibuprofen, Brexine, Arcoxia, Celebrex, Prednisone en Medrol. Vermijd ook kruiden met een ontstekingswerende werking, zoals boswellia en kurkuma.

Wanneer mag ik zeker geen prolotherapie laten geven? Bij de inname van zware antistollingsmiddelen (zoals Marcoumar, Pradaxa of Eliquis) mogen geen diepe inspuitingen gegeven worden wegens het gevaar op diepe bloedingen met veel bloedverlies. Oppervlakkige prolotherapie-injecties mogen wel worden gegeven. De inname van lichte antistollingsmiddelen zoals een kinderaspirine (Asaflow, CardioAspirine) is geen bezwaar om prolotherapie te krijgen. Bij inname van ontstekingswerende pijnstillers moet vanaf de dag van prolotherapie tot een week nadien overgeschakeld worden op niet-ontstekingswerende pijnstillers. In het geval van een allergie voor vis, maïs, verdoving (Xylocaïne), latex of pijnstillers moet met de behandelende arts overwogen worden of prolotherapie mogelijk is.

Wanneer mag ik opnieuw mijn normale activiteiten hervatten en sporten? De normale activiteiten mogen hervat worden zodra je voelt dat dat opnieuw mogelijk is, meestal na twee tot vier dagen. Mensen die tijdens hun werk het behandelde gewricht zwaar belasten, kunnen mogelijk enkele dagen niet werken. Het is niet de bedoeling om stil te zitten tijdens de eerste dagen na de prolotherapie. Inactiviteit leidt tot slechte resultaten. Het oefenen van de behandelde zones, eventueel onder begeleiding van een kinesist, wordt aangemoedigd.

Hoe bereid ik me het best voor op prolotherapie? Breng de röntgenfoto’s mee die je hebt van het te behandelen gewricht. Eet twee uur voor de prolotherapie een lichte maaltijd. Drink 1,5 l water per dag vanaf de dag voor de behandeling tot twee dagen nadien. Dat helpt de vezelvorming. Bij schrik voor injecties vraag je de behandelende arts vooraf om medicatie. Stop met roken. Roken remt het genezingsproces. Als stoppen niet lukt, probeer dan te minderen. Bij rokers zien we dat er meer behandelsessies nodig zijn om te genezen. Meld altijd allergieën voor vis, maïs, suiker, verdoving (Xylocaïne), latex of pijnstillers. Voor en na de behandeling vitamine C innemen, bevordert de vezelvormig. Vanaf de dag van de prolotherapiebehandeling tot een week nadien is het verboden om ontstekingswerende pijnstillers te gebruiken zoals Voltaren, Motifene, Diclofenac, 34

35


Neuraaltherapie Het ontstaan In de jaren vijftig probeerden de gebroeders Huneke, die beiden internist waren, hun zus te bevrijden van een onbehandelbare migraine. Ze gebruikten elk nieuw beschikbaar medicament. Per vergissing spoten ze procaïne in een ader in plaats van het nieuwe geneesmiddel tegen migraine. Op slag verdween de migraine van hun zus om niet meer terug te keren. Zo is de neuraaltherapie ontstaan.

Wat is neuraaltherapie? Neuraaltherapie gebeurt via inspuitingen met procaïne, een lokaal verdovende stof, ter hoogte van het zenuwstelsel dat we niet met de wil onder controle hebben. Zo hef je blokkades op, zodat het zenuwstelsel het lichaam opnieuw optimaal regelt.

Segmenttherapie In de neuraaltherapie begint de behandeling altijd ter hoogte van de zone waarin de pijn of het ongemak zich bevindt, ‘het segment’ genaamd. Zo proberen we het functioneren van de betreffende zone of het orgaansysteem te herstellen of in evenwicht te brengen.

casus

Dorine S. is 33 jaar en werkt als arbeidster aan de band in een groenteverwerkend bedrijf. Sinds een jaar heeft ze een licht slapend gevoel in beide handen wanneer ze ontwaakt of met de fiets rijdt. Lichamelijk onderzoek brengt de diagnose van carpaletunnelsyndroom aan het licht, waarbij vocht in de pols drukt op de zenuw die naar de hand loopt. Daardoor zindert, tintelt of slaapt die snel. Een operatie verloopt succesvol, maar nadien blijft Dorine ter hoogte van het litteken pijn voelen. Na vijf sessies inspuitingen van het litteken met procaïne verdwijnt de pijn volledig en wordt het litteken dunner en krijgt het een normale kleur.

36

casus

Freddy D. werkt als stadsambtenaar en is in zijn vrije tijd wielrenner. Al jaren lijdt hij telkens van april tot oktober aan een enorm hinderlijke vorm van hooikoorts, met jeuk rond de ogen en de neus, onbedaarlijk niezen, tranende ogen en een lopende neus. Hij heeft er last van wanneer hij in het weekend gaat wielrennen, maar evengoed wanneer hij naar zijn werk fietst. De hooikoorts neemt af onder invloed van klassieke antihistaminica (pillen tegen allergie), maar daar wordt hij er erg moe van, waardoor hij minder presteert op het werk. Als hij zijn medicatie niet neemt, moet hij constant niezen en zijn neus snuiten, wat hinderlijk is voor hemzelf en zijn collega’s. Na enkele sessies met infiltraties van de mondzone en de zenuwknoop verantwoordelijk voor het neusslijmvlies (ganglion pterygopalatinum) kan hij ongehinderd werken zonder de klassieke medicatie in te nemen.

Stoorveldtherapie Een stoorveld is een litteken van een letsel of een ontsteking dat op een andere plaats in het lichaam klachten doet ontstaan of versterkt. Het is een soort ‘zenuwirritatie op afstand’. Minstens de helft van alle stoorvelden bevindt zich in het hoofdgebied (mond-kaakgebied). Per persoon bevinden zich gemiddeld vijf stoorvelden in de mond en slechts één op de vijfhonderd mensen heeft geen stoorveld in de mond. Om die reden wordt bij bijna alle neuraaltherapeutische behandelingen de mondzone mee behandeld. Sommige stoorvelden veroorzaken pijnlijke drukpunten in het halsgebied, zoals de sinussen ter hoogte van de eerste halswervel, de bovenkaak op de tweede halswervel, de onderkaak op de derde halswervel en de amandelen op halswervel vier tot en met zeven (tandarts Adler-Langer). Bij stoorveldtherapie behandelen we stoorvelden die buiten het aangetaste segment liggen en medeverantwoordelijk zijn voor klachten op afstand. Door zo’n stoorveld aan te prikken kan een ‘secondenfenomeen’ optreden: dat zijn klachten die onmiddellijk na de inspuiting verdwijnen. Jammer genoeg is dat niet altijd het geval. Soms zijn meerdere stoorvelden tegelijk verantwoordelijk voor een klacht en moet je ze voor een volledige genezing allemaal behandelen.

37


casuscasussen

Corine V. baat een stoffenwinkel uit en moet daardoor hele dagen rechtop staan tijdens het werk. Sedert maanden heeft de vrouw van 36 jaar pijn aan haar rechterheup als ze zit, ligt of stapt. Eerst kreeg ze een ontstekingswerende pijnstiller van haar huisarts. Dat hielp niet. Op een radiologisch beeld konden ze geen afwijkingen zien. Haar huisarts schrijft Corine kinesitherapie voor. Met massage en oefeningen probeert de kinesist haar te helpen, maar tevergeefs: de ongemakken blijven aanhouden. Corine wordt doorverwezen naar een orthopedist. Die dient een cortisone-injectie toe, maar ook dat baat niet. Ten einde raad bezoekt ze op aanraden van een tante een neuraaltherapeutische arts. Die overloopt haar voorgeschiedenis en merkt op dat haar heuppijn ontstond kort nadat ze een kijkoperatie had ondergaan voor een eierstokcyste. De arts combineert infiltratie van het litteken van de buikkijkoperatie met het ontstoren van de amandelen, de tandenbogen en de navel. Na de vijfde behandelsessie is Corine genezen van haar heuppijn. Friede L. is 26 jaar en lijdt al sinds haar adolescentie aan terugkerende hoofdpijn. Initieel krijgt ze paracetamol van haar moeder. Die geeft verlichting, maar doet de hoofdpijn nooit volledig verdwijnen. Het zenuwonderzoek bij de huisarts is normaal, hij schrijft wel een andere pijnstiller voor. Ook die geeft niet het verhoopte resultaat. Op een MRI-scan ontdekt een neuroloog niets abnormaals in Friedes hersenen. Ze krijgt een pijnstiller die bij migraine wordt gegeven, maar ook die brengt geen verbetering. Friede werkt als salesmanager bij een voedingsbedrijf en een collega had haar al een tijd geleden gesproken over een holistisch werkende arts. Ten einde raad maakt ze een afspraak. De aanpak is haar totaal vreemd. Eerst overloopt de arts in detail haar voorgeschiedenis. Als kind blijkt ze erg vaak verkouden geweest te zijn, wat gepaard ging met pijnlijke amandelen. Dan onderzoekt de arts haar tong, haar ogen, haar hals, haar buik en haar volledige wervelzuil. Hij ontdekt geen blokkade in de hals die de hoofdpijn kan verklaren, maar ziet wel afwijkende parameters in haar tong en buik. Zijn besluit is dat haar lever overbelast is doordat haar darmen niet naar behoren werken door de vele antibioticakuren en dat de littekens op haar amandelen door vroegere keelontstekingen aan de basis liggen van haar hoofdpijn. Door haar amandelen vijf maal aan te prikken ter hoogte van onder- en bovenpool en haar darmflora te herstellen, verdwijnt de hoofdpijn volledig.

38

Wat is een haard? Een haard is een lokale irritatie door bacteriën, toxinen of chemische stoffen. Hij kan evolueren tot een stoorveld zodra de lokale of algemene weerstand vermindert. Een haard is een stoorveld dat niet kan worden weggespoten. De enige oplossing is vaak operatieve verwijdering met aangepaste voor- en nabehandeling. Voorbeelden van veel voorkomende haarden zijn granulaten ter hoogte van de tandwortels, botontstekingshaarden rond de tanden, ingesloten wijsheidstanden, implantaten, amalgaamvullingen in de tanden, wortelresten van tanden en ingesloten hechtingsdraadjes. Vaak kunnen we tandhaarden lokaliseren door op de tand te kloppen. Tandheelkundige stoorvelden en haarden worden vastgesteld via een klinisch nazicht en een overzichtsfoto van het gebit (een orthopantogram). Als de neuraaltherapie niet volstaat, gaan we over tot het trekken van de tand (tandextractie) en het wegschrapen van zieke weefsels (curettage). De aangetaste zone is pas na drie maanden volledig genezen. Dikwijls stralen zulke tandzones uit naar de sinussen, het oor, de schildklier, de speekselklier en de lymfeklieren van de hals en de nek.

casus

Charlotte S., een kapster van 43 jaar, lijdt al enkele maanden aan pijn aan haar rechterschouder, voornamelijk wanneer ze het haar van een cliënt föhnt. Van haar huisarts krijgt ze ontstekingswerende pijnstillers. Die helpen haar telkens enkele uren, maar na een paar dagen krijgt ze een maagontsteking als bijwerking. Ook behandeling bij de kinesist is niet voldoende. Op een CT-scan van haar schouder ziet de orthopedist enkel wat ontstekingstekens aan de pezen. Na een cortisone-infiltratie verbetert haar schouder telkens, maar dat is tijdelijk, terwijl haar gelaat ervan zwelt en haar gewicht toeneemt. Na drie cortisonebehandelingen volgt ze de raad van haar schoonmoeder op om een holopatische arts te raadplegen. Uit de chronologische bevraging blijkt Charlottes schouderpijn begonnen te zijn na een succesvolle behandeling van een tandwortelkanaal. Al meteen na het aanprikken naast de betreffende tand vermindert de schouderpijn. Drie maanden na de tandextractie en na enkele bijkomende neuraaltherapiesessies is Charlotte volledig genezen.

39


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.