Economics of Beauty

Page 1

The Economics of Beauty The Economics of Beauty


Colofon EDBR De EDBR heeft als doel om samen met het College van B&W van Rotterdam te werken aan een sterke Rotterdamse economie, nu en in de toekomst. De EDBR bestaat uit 30 onafhankelijke en gezichtsbepalende Rotterdammers uit bedrijfsleven, onderwijs, wetenschap, gezondheidszorg en cultuur.

De werkgroep Economics of Beauty bestaat uit: Albert Thissen (voorzitter) Leendert Bikker Tjitske Cieremans David Dooghe Sjarel Ex Steven Lak Marc van Staveren Jacqueline Veenendaal Tekst Economic Development Board Rotterdam (EDBR) Vormgeving Van Dijke Vormgeving Fotografie Rotterdam Image Bank Alle rechten voorbehouden Overname van teksten is toegestaan onder bronvermelding. Š Maart 2012, Economic Development Board Rotterdam

Contact Bureau EDBR Hans Huurman World Trade Center - 14e etage Beursplein 37 3011 AA Rotterdam Postbus 30230 #001 DE Rotterdam T 010 - 205 3572 F 010 - 205 3589 info@edbr.rotterdam.nl www.edbr.nl

2

foto: Š Claire droppert / Rotterdam Image Bank


Inleiding Rotterdam is een belangrijke speler in een snel veranderende wereld-

wereld om ons heen en de kwalitatieve voorsprong van veel, met

economie. Een stad met een bewogen verleden. Een stad die, meer

Rotterdam concurrerende, steden is de huidige aanpak simpelweg

dan de meeste andere steden, altijd in ontwikkeling is en zal zijn.

onvoldoende. De reeds ingezette koers moet omarmt, maar vooral

Een stad die klaar wil zijn voor de toekomst.

versterkt worden.

Dit advies behandelt de noodzaak van een goede binnenstad als motor van een florerende stedelijke economie. De EDBR heeft

Economisch succes van steden wordt bepaald door productie-

daarbij oog voor wat er in de afgelopen jaren is gebeurd in de stad.

factoren (voornamelijk de beschikbaarheid van arbeidsplaatsen)

Met enthousiasme en creativiteit is en wordt gewerkt aan een

en consumptiefactoren (zoals woningen, culturele voorzieningen,

kwaliteitsslag en verlevendiging van de Rotterdamse binnenstad.

detailhandel, horeca, etc.). Dit advies richt zich hoofdzakelijk op de

Met de Erasmusbrug en straks het Central District als twee in het

consumptiefactoren en wel om twee redenen. Ten eerste omdat

oog springende voorbeelden. Naast dit soort iconische eyecatchers

Rotterdam op dat gebied duidelijk een achterstand kent (meer

is en wordt een vruchtbare inzet gepleegd op meer kleinschalige

hierover in het derde hoofdstuk ‘Rotterdam’) en ten tweede omdat

verbetering en een impuls gegeven aan de zachte kant van wat een

juist de consumptiekant zich veel beter laat beïnvloeden door beleid

binnenstad aantrekkelijk maakt, de zogenaamde software. Kortom;

dan productiefactoren. Met andere woorden: de overheid heeft veel

goede keuzes zijn en worden gemaakt. Belangrijke stappen zijn en

meer mogelijkheden en instrumenten om bijvoorbeeld een aantrek-

worden gezet. Daar zijn wij ons terdege van bewust.

kelijk woningaanbod en een mooie openbare ruimte te creëren dan om de werkgelegenheid te laten groeien. Bovendien zal een beter

Maar zoals gezegd, de wereld en de economische verhoudingen

woningaanbod, zeker in combinatie met een prettige openbare

veranderen snel. Sneller dan we vaak beseffen. Onze economie

ruimte, uiteindelijk leiden tot meer werkgelegenheid omdat meer

zal steeds meer bepaald worden door dienstverlening en (digitale)

mensen worden aangetrokken, waardoor uiteindelijk ook bedrijven

informatie en bemenst door creatieve, mobiele, jonge mensen die

zich zullen vestigen als gevolg van een kwalitatief hoogwaardiger

niet langer wortels hebben, maar, beter gezegd, hun ankers kunnen

beroepsbevolking.

1

uitgooien op plekken waar zij zich prettig voelen en werk vinden. In die economie, waarin bovendien een steeds bepalender rol is weggelegd voor stedelijke regio’s2, is de kwaliteit, de aantrekkingskracht van een stad van levensgroot belang voor haar (economisch) functioneren. Gelet op deze, zich in een zeer hoog tempo manifesterende, economische veranderingen is de EDBR van mening dat de inzet op een mooie, aantrekkelijke binnenstad moet worden versterkt. Alleen dan hoort Rotterdam straks bij de winnaars van de concurrentiestrijd

1

tussen steden. Er is en wordt veel gerealiseerd op het gebied van

2

verdichting, de kwaliteit van de openbare ruimte, programmering,

Planbureau uit 2010 en het artikel ‘Beyond City Limits’ door Parag Khanna

het benutten van de rivier, etc. Maar gelet op de snel veranderende

in het tijdschrift Foreign Policy van sept/okt 2010..

Vergelijk Zygmunt Bauman (Tegenlicht, 15 november 2010). Vergelijk o.a. het rapport ‘The Netherlands in 2040’ van het Centraal

‘De kwaliteit, de aantrekkingskracht van een stad is van levensgroot belang voor haar economisch functioneren.’

3


1 Urbanisatie en concurrentie De bevolking van Nederland gaat op termijn krimpen. De grote

zijn in onze directe omgeving sterk vertegenwoordigd (de top vier

steden hebben daarentegen de potentie langer te blijven groeien.

van de ‘liveable cities index’ van het tijdschrift Monocle bevindt

Volgens het Planbureau voor de leefomgeving zal de bevolking

zich in West-Europa ). Als het de komende twintig jaar niet lukt om

van de Randstad en Midden-Nederland de komende drie decennia

in Rotterdam voldoende kritische massa (stedelijke kwaliteit en

7

3

met ruim 1,25 miljoen mensen toenemen. Urbanisatie blijft de

inwoners) in de binnenstad te creëren raakt de stad haar concur-

komende decennia een sterke trend. Ook wereldwijd worden steden

rentiekracht definitief kwijt. Het is zaak om bij de winnaars te horen.

steeds belangrijker. Op dit moment woont meer dan helft van de

Illustrerend is onderstaande grafiek.

wereldbevolking in steden. In 2050 zal dat percentage opgelopen 4

Bevolking in de vier grote steden 1950 - 2010

zijn tot bijna 70% . Het overgrote deel van de economische groei en innovatie in de wereld wordt gegenereerd in en door steden. De top 600 steden, zoals opgesteld door het McKinsey Global Institute, 5

is goed voor een GDP van 30 biljoen dollar ($30.000.000.000.000) .

1.000.000

Dat is meer dan de helft van het wereldwijde GDP. In 2025 is dat meer dan 60 biljoen dollar, dan 60% van het wereldwijde GDP.

800.000

Amsterdam

Mensen zoeken elkaar steeds meer op. Nabijheid is een belangrijk element van en voorwaarde voor innovatieve (stedelijke) economie-

600.000

Rotterdam

ën. Verschillende auteurs tonen aan dat er niet langer zoiets is als

Den Haag

‘the death of distance’. Niet ondanks, maar juist dankzij de revolutie in de communicatietechnologie is fysiek contact tussen mensen,

400.000

6

Utrecht

of dat nu vrienden of zakenpartners zijn, steeds belangrijker . En dat contact concentreert zich, in steeds hogere mate, in steden. De komende decennia ontwikkelt zich daarom een concurrentiestrijd

200.000

tussen verschillende steden om (beroeps)bevolking, bedrijven en

10

00

20

20

90 19

80

60

70

19

19

19

mensen kiezen voor aantrekkelijke steden. Die aantrekkelijke steden

0

50

sommige steden zullen winnen en andere zullen verliezen. Want

19

toeristen. Een strijd die de komende jaren zal verhevigen en waarbij

‘Als het de komende twintig jaar niet lukt om in Rotterdam voldoende kritische massa in de binnenstad te creëren raakt de stad haar concurrentiekracht definitief kwijt.‘

4


Zeker in de afgelopen tien jaar laat de bevolkingsontwikkeling van

Bevolkingsprognose in de vier grote steden 2012 - 2040

Rotterdam, in vergelijking met de overige G4, een afwijkend beeld '% &% '% '* '% )%

zien. Waar de bevolking in Amsterdam, Den Haag en Utrecht duidelijk groeide, daalde die van Rotterdam licht. Hoewel dit gaat over de gemeenten als geheel en niet alleen over de binnenstad (sterker nog; de groei van vooral Utrecht en Den

&#%%%#%%%

Haag de afgelopen 10 jaar is grotendeels te danken aan Vinex-loca-

-%%#%%%

ties), moet de grafiek wel als waarschuwing worden gezien. Rotter-

+%%#%%%

dam doet het simpelweg minder goed, verliest aan concurrentie- en aantrekkingskracht. Kortom: we zijn een potentieel verliezer in de hierboven beschreven strijd tussen steden. De hiernaast afgebeelde

)%%#%%% '%%#%%% %

grafiek onderschrijft die conclusie.

6bhiZgYVb

GdiiZgYVb

9Zc =VV\

JigZX]i

Deze grafiek uit de Volkskrant (gebaseerd op cijfers van het CBS en het PBL) bevat twee verontrustende prognoses. Ten eerste groeit de

Bron: Volkskrant 13 november 2011

bevolking van Rotterdam de komende 15 jaar nog wel, maar lang niet zo hard als Amsterdam, Den Haag en Utrecht. Ten tweede zal vanaf 2025 sprake zijn van een daling van de bevolking van Rotterdam, terwijl de overige steden zullen blijven groeien.

3

Planbureau voor de Leefomgeving.

Regionale bevolkings- en huishoudingsprognose 2009 – 2040. 4 5

http://esa.un.org/unup/p2k0data.asp McKinsey Global Institute, ‘Urban World: Mapping the economic power

of cities.’ 2011. 6

Volgens Edward Glaeser is dit een voorbeeld van de Jevons’s Paradox; een

situatie waarin efficiency-verbeteringen leiden tot meer consumptie in plaats van minder. 7

Monocle. Issue 45. July/August 2011. De top vier wordt dit jaar gevormd

door Helsinki, Zürich, Kopenhagen en Munchen. foto: © Aeroview Rotterdam BV / Rotterdam Image Bank

5


‘Wat maakt een stad aantrekkelijk?’

6

foto: © Ossip van Duivenbode / Rotterdam Image Bank


2 Kwaliteit, schoonheid en verdichting 2.1 Kwaliteit en schoonheid

vluchten, misdaad/veiligheid, onderwijs, gezondheidszorg, het aantal zonuren, temperatuur, tolerantie, uitgaan en winkelen, 24-uurs-

De kwaliteit, schoonheid en attractiviteit van een stad is in de stede-

economie, openbaar vervoer, het aantal elektrische oplaadpunten,

lijke concurrentiestrijd cruciaal. Mensen, of dat nu potentiële bewo-

aandeel fietsverkeer, media, cultuur, groene ruimte en werkloosheid.

ners, werknemers of bezoekers zijn, baseren hun keuze voor een

Belangrijk is de aandacht die Monocle besteedt aan het vermogen van

stad voor een groot deel op kwaliteit en schoonheid van die stad.

steden (en hun bestuur) om, ook in tijden van crisis, positieve veran-

Maar wat is kwaliteit precies? Wat maakt een stad aantrekkelijk?

deringen af te dwingen. ‘Great things can happen when councils get

Voor een deel is dat natuurlijk een subjectieve discussie, omdat het

imaginative with budget strategies. Cities can change – and quickly.

mede bepaald wordt door de beleving en smaak van mensen die

The best mayors, urban planners and residents embrace this fact.’12

in een stad wonen, werken of recreëren. Toch wordt in de wetenschappelijke literatuur die stedelijke kwaliteit objectief en meetbaar gemaakt door factoren te benoemen die de kwaliteit bepalen. Een deel van die factoren is niet te beïnvloeden, denk aan geschiedenis, geografische ligging8 en het klimaat. Andere factoren zijn wel te beïnvloeden en het zijn uiteraard deze factoren die interessant zijn voor gemeentelijk beleid. Het Centraal Planbureau benoemt in de publicatie ‘Stad en Land’ grondprijzen als de beste indicator voor het sociaal-economische succes van steden en regio’s. Factoren aan de productiekant (zoals de bereikbaarheid van banen) en consumptieve voorzieningen verklaren ieder ongeveer 50% van de grondprijsverschillen. Binnen die consumptieve voorzieningen bepaalt het aanbod van luxe winkels, een historische binnenstad, horeca en cultuur gezamenlijk 30% van de grondprijsverschillen9. Volgens Marlet10 zijn (samen met niet-beïnvloedbare factoren als historie en geografische ligging) woonattracties momenteel ‘verreweg de belangrijkste sleutel tot het succes van een stad’11. De belangrijkste woonattracties die Marlet benoemt zijn: grote (vooroorlogse) koopwoningen, cultuur (vooral podiumkunsten), horeca (culinaire kwaliteit), voetbalevenementen, historische binnenstad en de nabijheid van natuur en kust. Minder wetenschappelijk onderbouwd, maar daarom niet minder in-

foto: © Beelden van Enith / Rotterdam Image Bank

teressant zijn de rangordes van leefbare steden (quality of life) door tijdschriften als The Economist en Monocle. Dit laatste magazine

Ook vanuit een zakelijk perspectief wordt de aantrekkelijkheid van

publiceert jaarlijks een lijst van de 25 meest leefbare steden. Daarin

steden onderzocht en gescoord. Zo is er bijvoorbeeld de ‘European

worden steden gescoord op indicatoren als het aantal internationale

Cities Monitor’ door Cushman & Wakefield. Tegen de achtergrond van de strijd tussen steden om investeerders en bedrijven onderzoekt dit consultancybedrijf Europa’s meest aantrekkelijke zakensteden. De top

Wel heeft een stad in een geagglomereerde regio die momenteel

vier factoren in 2010 bestond uit 1) de toegang tot markten, klanten

een lage attractiewaarde heeft meer kans deze te verhogen dan meer

of consumenten, 2) de beschikbaarheid van gekwalificeerd perso-

afgezonderde steden.

neel, 3) kwaliteit van telecommunicatie en 4) transportverbindingen

Centraal Planbureau, ‘Stad en Land.’ 2010.

met andere (internationale) steden. Nota Bene: de verwachting is

Gerard Marlet, ‘De Aantrekkelijke Stad. 2009

dat, in een vergrijzend Europa, het belang van de kwaliteit van de

Overigens vraagt Marlet zich af of dat zo blijft. Zijn onderzoek is gedaan

beroepsbevolking in steden de komende jaren zal toenemen.

8

9

10 11

in een periode van hoogconjunctuur. ‘De vraag is of mensen in minder rooskleurige tijden nog steeds belang hechten aan stedelijke attracties’. Monocle. Issue 45. July/August 2011.

12

7


Wat stedelijke kwaliteit is hangt dus heel duidelijk af van aan wie je

2.2 Verdichting

het vraagt. De EDBR-werkgroep Economics of Beauty richt zich op de waarde van investeringen in binnenstedelijk kwaliteit en zoekt,

Verdichting (meer hoogwaardige woningen in de binnenstad) is

met andere woorden, een antwoord op de vraag of het vanuit een

naast een aspect van kwaliteit eveneens een voorwaarde voor

economisch perspectief zinvol is om te investeren in de kwaliteit

andere kwaliteitsaspecten zoals het voorzieningenniveau. Om voor-

van de binnenstad. Die kwaliteit bakenen wij af als een verzameling

zieningen toe te voegen is simpelweg meer economisch draagvlak

van de volgende aspecten:

(lees midden- en hoge inkomens) nodig. Verdichting moet vanwege die randvoorwaardelijkheid veel meer een centraal thema zijn op de

Architectuur

(economische) beleidsagenda van de komende decennia. Het kan als

Het betreft het ontwerp van onder andere gebouwen (woningen,

leidend principe dienen waarbij de overige aspecten van kwaliteit,

kantoren, publieke voorzieningen etc), pleinen en bruggen. Kwaliteit

zoals hierboven benoemd, randvoorwaardelijk en ondersteunend

als leidraad in het gehele spectrum, variërend van een straat of

dienen te zijn. Verdichting betekent niet alleen bouwen, ook herbe-

woningblok tot een iconische (toeristische) trekker. Natuurlijk is de

stemming en een intensievere programmering kan in de binnenstad

gebruiks- en belevingswaarde hierbij belangrijk, mensen moeten

veel opleveren. Veel aandacht dient hierbij besteed te worden aan

verleid worden.

de vragen wie Rotterdam in haar binnenstad wil laten wonen en wat vervolgens de woonwensen zijn van deze doelgroepen.

Openbare ruimte Kwaliteit in aankleding en beheer van parken straten, pleinen, etc.

Verdichting, mits zorgvuldig uitgevoerd, leidt tot een kwalitatief

De uitstraling (en daarmee de aantrekkingskracht) van deze (ont-

(hoger opgeleid én onderdeel van de creatieve klasse) en kwantitatief

moetings)plekken kan hun functie versterken.

(meer mensen) betere beroepsbevolking. Marlet toont een relatie aan tussen de voorraad menselijk kapitaal in een stad en economi-

Binnenstedelijke voorzieningen

sche groei. ‘Hoogopgeleiden zouden productiever zijn, meer besteden

Het bewaken, versterken of toevoegen van kwaliteit van de voorzie-

in de plaatselijke economie en eerder geneigd zijn een eigen bedrijf

ningen op het gebied van cultuur, horeca,

te starten. Bovendien passen steden met veel menselijk kapitaal zich

winkels, etc. Het gaat duidelijk niet alleen maar om stenen, de

mogelijk beter aan nieuwe economische omstandigheden aan.’ Door

programmering of software is ook zeer belangrijk. Verschillende

slim te verdichten, en daarmee de beroepsbevolking in (de binnen-

onderzoeken tonen het belang aan van culturele voorzieningen als

stad van) Rotterdam een kwalitatieve impuls te geven, investeert

onderdeel van een aantrekkelijke binnenstad. Ze hebben daarmee

Rotterdam dus in haar eigen concurrentiepositie.

een zeer belangrijke economische betekenis en zijn onmisbaar bij het aantrekken en vasthouden van bewoners.

2.3 Kip-eidiscussie

Stedenbouwkundige structuur

Natuurlijk is hier sprake van een kip-eidiscussie. Investeren in draag-

Een mooie (binnen)stad kent samenhang in haar opbouw, goede

vlak (meer inwoners) maakt het in theorie makkelijker om voor-

verbindingen en een bepaalde continuïteit in de openbare ruimte

zieningen zoals horeca en winkels toe te voegen. Aan de andere

(vergelijk Allan Jacobs). Er moet sprake zijn van een coherent stede-

kant baseren mensen hun keuze voor een woonplek mede op de

lijk weefsel.

aanwezigheid van goede voorzieningen. De oplossing lijkt simpel: investeer simultaan in zowel nieuwe woningen als in de daarbij pas-

Binnenstedelijke dichtheid of compactheid

sende aantrekkelijke voorzieningen. Daarbij kan tijdelijke subsidië-

Meer mensen in de binnenstad die deze gebruiken en mede

ring van commerciële voorzieningen (om bijvoorbeeld voldoende

vormgeven.

traffic te creëren in de beginfase) bespreekbaar zijn. Modellen zoals gehanteerd in bijvoorbeeld Vancouver kunnen hierbij helpen.

8

foto: © Marc Heeman / Rotterdam Image Bank


‘Door slim te verdichten, en daarmee de beroepsbevolking in Rotterdam een kwalitatieve impuls te geven, investeert Rotterdam in haar eigen concurrentiepositie.’

9


‘Betekent het ontbreken van een historische binnenstad per definitie dat een stad niet aantrekkelijk is?‘

10


3 Rotterdam De stad wint dus weer aan populariteit en het zijn, volgens de

de huidige beschikbare middelen, zelfs deze focus voldoende is en

theorie van Marlet, vooral de binnenstedelijke voorzieningen en

niet nog steeds te divers. Het tempo van de afgelopen jaren moet

historische sfeer die daar aan bijdragen. De Rotterdamse binnenstad

namelijk echt omhoog en meer daadkracht is vereist. In de visie

zou dus een handicap hebben. Maar betekent het ontbreken van

van de EDBR is het van belang om zo spoedig mogelijk op één plek,

een historische binnenstad per definitie dat een stad niet aantrek-

namelijk de binnenstad, een zogenaamd ‘tipping point’ te bereiken.

kelijk is? Of ligt het meer aan aspecten als samenhang, levendig-

Het ruimtelijk-economisch beleid is door het uitblijven van strategi-

heid en dichtheid? Aspecten waarvan in historische binnensteden

sche keuzes diffuus en minder effectief geworden. Bovendien zijn

nu eenmaal vaker sprake is. De Rotterdamse binnenstad is na het

recente ontwikkelingen als Nesselande een gemiste kans. Die wo-

bombardement vanuit modernistische principes teruggebouwd.

ningen hadden veel beter binnen de ring, en liever nog in de bin-

Principes die we tegenwoordig niet meer allemaal omarmen. Ook in

nenstad, kunnen worden toegevoegd. Nesselande is natuurlijk niet

de perioden daarna, bijvoorbeeld tijdens de stadsvernieuwing, zijn

te vergelijken met een centrumstedelijk woonmilieu, maar het gaat

keuzes gemaakt die we vandaag anders zouden maken. Dit heeft

ons om de prioritering. In die zin pleit de EDBR voor een bouwstop

geresulteerd in een duidelijk gebrek aan binnenstedelijke multifunc-

buiten de ring. Overigens wordt ook vanuit de provincie Zuid-Holland

tionaliteit, levendigheid en aantrekkingskracht. Er wonen relatief

de nadruk gelegd op de concentratie van nieuwbouw in steden19.

weinig mensen in de binnenstad (30.000) en het centrum is weinig fietsers- en voetgangersvriendelijk. Horeca is ondervertegenwoor-

Tenslotte moet benadrukt worden dat het ons niet gaat om een

digd ten opzichte van de detailhandel.

oordeel over het verleden. Het gaat er juist om wat, gelet op de eerder beschreven concurrentiestrijd tussen steden, morgen nodig is

We moeten het bombardement echter niet als excuus blijven

om Rotterdam een winnende stad te laten zijn.

gebruiken. Ook een grotendeels (op)nieuw gebouwde stad kan aantrekkelijk zijn (denk aan steden als Hamburg, Melbourne, Vancouver en Singapore). Daarbij zijn ingrediënten als dichtheid, stedenbouwkundige structuur en samenhang onontbeerlijk. De International Advisory Board Rotterdam heeft in mei 2011 sterk de nadruk gelegd op het aantrekkelijker maken van de Rotterdamse binnenstad13. Het creëren van een attractieve (binnen)stad en daarmee een sterke(re) stedelijke samenleving geldt in het advies als de belangrijkste strategische optie en bovendien randvoorwaardelijk voor al het overige (economische) beleid. Dit gebeurde tegen de achtergrond van vier economische scenario’s die in het project Rethinking Rotterdam14 zijn opgesteld. In die vier scenario’s, variërend van rooskleurig tot zeer negatief, vormt investeren in de kwaliteit van de binnenstad veruit de meest robuuste beleidsoptie. Wat er ook gebeurt, de aantrekkelijkheid van de binnenstad bepaalt voor een overgroot deel de toekomstige economische kracht van Rotterdam. Bron: IAB Report Conference 2011.

13

Er is de laatste jaren steeds meer gemeentelijke (bestuurlijke)

14

aandacht voor de waarde van kwaliteit in het centrum van Rot-

de EDBR. In dit project wordt via vier mogelijke en waarschijnlijke

terdam. Illustrerend is het thema ‘citylounge’ als leidend principe in

scenario’s de toekomst van Rotterdam in 2030 geïllustreerd.

de Binnenstadsvisie uit 200815. Naast ‘urban planning’ wordt steeds

Aan de hand van deze scenario’s worden de nieuwe Economische Visie

Rethinking Rotterdam is een omvangrijk scenarioplannings-project door

meer geïnvesteerd in ‘urban design’. ‘From making a city to being

en de strategische keuzes voor Rotterdam bepaald.

a city’. Het verblijfsklimaat wordt onder handen genomen door bij-

15

Binnenstad als city-lounge. Binnenstadsplan Rotterdam 2008 – 2020.

voorbeeld de openbare ruimte meer uniforme kwaliteit uit te laten

Gemeente Rotterdam, 2008.

stralen (Rotterdamse Stijl16) of door (leegstand in) de plinten aan te

16

Rotterdamse Stijl. Handboek Openbare Ruimte. Gemeente Rotterdam,

pakken in de zogenaamde Plintenstrategie17. De binnenstadsvisie

levend document.

is onderdeel/uitwerking van de overkoepelende Stadsvisie 203018

17

waarin maar liefst 13 zogenaamde VIP-gebieden worden aangewe-

18

zen. Inmiddels is de focus verlegd van 13 gebieden naar drie, zijnde

Gemeente Rotterdam, 2007

Stadshavens, Rotterdam-Zuid en de binnenstad. De vraag is of, met

19

foto: © Totenmetontwerpen / Rotterdam Image Bank

Plintenstrategie. Gemeente Rotterdam, 2011. Stadsvisie Rotterdam. Ruimtelijke Ontwikkelingsstrategie 2030. Woonvisie 2011 – 2020. Provincie Zuid-Holland, 2011.

11


4 Analyse en multiplier 4.1 Kwaliteit en schoonheid

zoek te vinden dat de economische meerwaarde van kwaliteit aantoont. Elizabeth Ruijgrok toont (eveneens in de bundel ‘Schoonheid

Wat leveren investeringen in de kwaliteit van de binnenstad nu

is geld!) aan dat het prijsverhogend effect voor blauwe kwaliteiten

eigenlijk op? Dit is het centrale element waar de EDBR-werkgroep

(water) kan oplopen tot twintig procent van de vastgoedwaarde.

Economics of Beauty zich op richt. Er is veel over gepubliceerd, met

Voor groene kwaliteiten zijn percentages gevonden van zes tot vijf-

uiteenlopende resultaten en inzichten. Feit is dat het van tevoren

tien procent. Naast vastgoedbaten brengt kwaliteit volgens Ruijgrok

bepalen van kosten en baten door investeringen een lastige klus

ook andere baten voort. ‘Baten van kwaliteit zijn bijvoorbeeld het

is. Wim Derksen noemt daarvoor twee redenen in de essaybundel

voorkómen van vandalisme door een hoogwaardig ontwerp, of extra

‘Schoonheid is geld!’. Ten eerste is van te voren vaak niet duidelijk

omzet voor de recreatiesector door een goede landschappelijke

welke effecten zullen optreden. Een maatschappelijke kosten-baten-

inpassing. Investeringen in ruimtelijke kwaliteit hebben positieve

analyse (MKBA) is daarom per definitie onvolledig. Ten tweede laten

effecten, die niet interessant zijn voor projectontwikkelaars, maar

sommige kosten en baten zich moeilijk in geld uitdrukken. Derksen

wel voor de gemeente. Vroeg of laat leiden laagwaardige plannen

noemt hier specifiek aspecten als ruimtelijke kwaliteit en belevings-

tot extra kosten in andere publieke sectoren en drukken zij op het

waarde. De relatie tussen belevingswaarde en economische effecten

budget van de gemeente.’

is vaak onduidelijk. Een goede illustratie van de complexiteit is de keuze van de Rotterdamse gemeenteraad voor de duurdere versie

Een ander interessant onderzoek is de ‘Smaaktest Haarlem’ van

van de Erasmusbrug om de Kop van Zuid meer uitstraling te geven.

architectenbureau FARO en het ABC architectuur-centrum Haarlem.

‘Uiteindelijk heeft de uitstraling van de brug er niet toe geleid dat de

Hierbij wordt de waardering gemeten van de naoorlogse woningar-

nieuwe bedrijven zich in groten getale hebben gevestigd op de Kop

chitectuur en woonomgeving in enkele Haarlemse wijken. De hoog-

van Zuid. Wel heeft de nieuwe Erasmusbrug Rotterdam een nieuw

ste cijfers zijn voor de woningen uit de afgelopen vijftien jaar. Jurgen

symbool gegeven; een symbool dat bijdraagt aan de identiteit

van der Ploeg van FARO architecten: ‘Opvallend genoeg gaat het

van de stad. Is die winst van een nieuw symbool of zelfs van een

meestal om dichtbebouwde buurten. Dat is blijkbaar geen bezwaar.

versterking van de eigen identiteit, in geld uit te drukken, laat staan

Ik denk dat de waardering ook komt doordat we een rijke tijd achter

vooraf te becijferen?’ Aan de andere kant is er wel degelijk onder-

de rug hebben. Er was weer aandacht voor het detail.’ Van der Ploeg

20

‘Wat leveren investeringen in de kwaliteit van de binnenstad nu eigenlijk op?‘


heeft de waarderingscijfers door een makelaar laten koppelen aan

Guggenheim museum Bilbao

de prijzen van woningen in Haarlem, uitgedrukt in opbrengst per

Eén van de bekendste succesverhalen. Door de opening van het

vierkante meter. ‘Hoe hoger de waardering des te hoger de prijs,

Guggenheim, ontworpen door architect Frank Gehry, in 1997 kreeg

blijkt hieruit. Ik beschouw de uitkomst van de Haarlemse Smaaktest

Bilbao een enorme economische impuls22. In 2010 genereerde het

als een oproep om niet dezelfde fout te maken als in de jaren tachtig.

museum circa 213 miljoen euro aan bestedingen. Hiervan werd

Laten we als reactie op de crisis in de bouw vooral niet weer schrale,

ruim 27 miljoen euro in het museum zelf uitgegeven, in de vorm

goedkope woningen maken. Laten we juist de bestaande woningen

van toegangskaarten en andere aankopen in het museum. De rest

uit de jaren 1945-1990 verfraaien. Die moeten de komende jaren in

kwam grotendeels terecht bij winkels, horeca en leisure-attracties in

verband met betere isolering en andere duurzame maatregelen toch

de stad en regio.

onder handen worden genomen. Dan is het een kleine moeite om de gevels te verfraaien. Schoonheid betaalt zich uit.’21

Seattle Central Library De door Rem Koolhaas and Joshua Prince-Ramus van OMA ontwor-

Verder zijn enkele onderzoeken gedaan naar de economische beteke-

pen centrale bibliotheek werd in 2004 geopend. Uit onderzoek door

nis van hoogwaardige architectuur. Twee bekende voorbeelden zijn

Berk & Associates23 blijkt dat de nieuwe bibliotheek in het eerste

het Guggenheim museum in Bilbao en de Seattle Public Library.

jaar verantwoordelijk was voor 16 miljoen dollar aan netto extra bestedingen (ten opzichte van wat de oude bibliotheek zou hebben gegenereerd).

Bron: Schoonheid is geld! Ruimtelijk Planbureau, 2005.

20

Bron: Rijk bouwen in arme tijden. NRC 19 maart, 2011.

Economic Value of Urban Design

22

Bron: Impact of the activities of the Guggenheim Museum Bilbao in the

De Britse North West Development Agency heeft, samen met de

economy of the Basque Country in 2010.

universiteit van Liverpool en een consortium van consultancybu-

21

23

reaus, in 2007 een literatuuronderzoek24 gedaan naar de ‘economic

Berk & Associates, 2005.

value of urban design’. Onderstaande tekstbox geeft hun belangrijk-

The Seattle Public Library Central Library: Economic Benefits Assessment. Economic Value of Urban Design. NWDA / RENEW Northwest, 2007.

24

ste kwantitatieve bevindingen weer.

Impact of design features on rental and capital values 21.6% higher rents for office structures within the top design quintile compared to those in the bottom quintile, with a 5% variation between each quintile (Vandell & Lane, 1989). 10% - 15% increase in base pricing levels of neighbourhood developments that encompass good design principles, associated with new urbanism in the USA (Steuteville et al, 2001). 12% increase in prices people are willing to pay for houses in residential developments built according to new urbanist principles in the USA (Eppli & Tu, 1999). 7% increase in rents associated with structures (office) that encompass space (atriums) for public pur-poses (Doirin et al, 1992). Up to 15% increase in residual value per hectare in higher quality design residential schemes (FPD Savills, 2002). 15.5% premium in the prices that people are WTP for housing in neighbourhoods that display certain new urbanist features. This study looked at housing in the USA (Song & Knaap, 2003). 11% or $20,000 average sales premium identified on residential schemes upholding basic urban design principles similar to those set out in UK planning guidance through study of 10,000 housing transactions in four pairs of developments in the USA (Urban Land Institute, cited in McIntyre, 2006).

foto: © Marc Heeman / Rotterdam Image Bank

13


4.2 Verdichting

kenmerkt zich door een open structuur. De verhouding tussen het bebouwde en onbebouwde oppervlak is laag, 30 – 70%, en kent

Het huidige verdichtingstempo in Rotterdam moet duidelijk omhoog.

daarmee een relatief lage dichtheid in vergelijking met bijvoorbeeld

In de afgelopen 11 jaar (2000 – 2010) zijn er in de binnenstad circa

Vancouver (38 – 62%), Keulen (37 – 63%) of Turijn 43 – 57%)28.

2.300 woningen bijgebouwd . Dat is een gemiddelde van circa 210

Ook het argument van het ontbreken van een markt voor binnen-

woningen per jaar.

stedelijk wonen (de laatste tijd versterkt door de crisis) lijkt slechts

25

beperkt houdbaar. De druk op de woningmarkt is in Rotterdam Nieuw gebouwde woningen in de binnenstad van Rotterdam

weliswaar niet zo groot als in de overige G4, maar dat kan ook als

'%%% '%%& '%%' '%%( '%%) '%%* '%%+ '%%, '%%- '%%. '%&% ()' '.+ &,. '(- &+- &+) &&. '(& &%' )*,

%

voordeel gezien worden. De ontwikkelingen van gentrificatie die momenteel gaande zijn in bijvoorbeeld Katendrecht, het Liskwartier en delen van het Oude Westen en Noorden laten zien dat er wel degelijk een markt is voor bijvoorbeeld jonge gezinnen met kinderen. Bovendien biedt je, door aantrekkelijke woningen te bouwen in het

2090

centrum van Rotterdam, jonge hoogopgeleide mensen een interes-

Een verdubbeling van het aantal inwoners van de binnenstad van

sant alternatief voor bijvoorbeeld een vele malen duurder apparte-

Rotterdam (+ 30.000 inwoners) zal, als we vasthouden aan het

ment in Amsterdam of Utrecht. In deze context moet de afbakening

tempo van het afgelopen decennium in 2090 (!) gerealiseerd zijn26.

van de binnenstad die door de gemeente gehanteerd wordt, niet te strikt geïnterpreteerd worden. Ook (en voor sommige doelgroepen

2066

juist) in de wijken die direct aan de binnenstad grenzen bestaan

Ook met de door het huidige College gestelde target van 5% meer

veel mogelijkheden voor (her)ontwikkeling om aantrekkelijke

inwoners in 2014 ten opzichte van 2010 komen we niet ver. Als we

woningbouw toe te voegen voor mensen met een oriëntatie op de

dit percentage op de verdere toekomst loslaten, dan is pas in 2066

binnenstad.

sprake van een verdubbeling van het huidige aantal inwoners in de binnenstad. Ook hier geldt dat het niet gaat om een veroordeling van het verleden, maar om een signaal dat er de komende jaren zal moeten worden versneld om de kwaliteit van de Rotterdamse binnenstad te verbeteren en niet tot de verliezende steden te gaan behoren. Vaak wordt gezegd dat er een gebrek aan fysieke ruimte is. Dat is niet waar. Er is genoeg ruimte in het centrum (hoewel niet alle

25

ruimte per definitie in aanmerking komt vanwege bodemverontrei-

26

niging, ondergrondse obstakels, etc.). De Rotterdamse binnenstad

27

COS Rotterdam, dit is exclusief de ontwikkelingen op de Wilhelminapier. Rekenend met een gemiddelde huishoudensgrootte van 1,8 De binnenstad bestaat volgens de door de gemeente gehanteerde

afbakening uit de wijken: C.S. Kwartier, Oude Westen, Dijkzigt, Nieuwe Werk, Cool, Stadsdriehoek en de Kop van Zuid. Bron: Project Spiegel Rotterdam, Bureau De Zwarte Hond.

28

Aantal inwoners in de binnenstad van Rotterdam

14

11

20

10

20

09

20

08

20

07

20

06

20

05

20

04

20

03

20

02

20

01

20

00

20

99

19

98

19

97

19

96

19

95

19

19

94

35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0

foto: © Willem de Kooning Academie / Rotterdam Image Bank


‘Het huidige verdichtingstempo in Rotterdam moet duidelijk omhoog.‘


4.3 Multiplier

Opvallend positieve resultaten

Op verzoek van de EDBR heeft ingenieursbureau Witteveen & Bos

De resultaten van de quickscan-MKBA zijn zeer positief. Al na een

in een quickscan-MKBA (Maatschappelijke Kosten Baten Analyse)

periode van vijftien jaar brengt elke euro die geïnvesteerd wordt in

berekend wat de opbrengst is van de huidige investeringen (in de

de binnenstad ruim tweeënhalf keer zoveel op. De omvang van de

periode 2010 – 2014) in de binnenstad zoals die staan beschreven in

baten hangt zeer sterk af van het aantal extra bezoekers dat met

het Programmaplan Binnenstad. Hieronder worden de belangrijkste

de investeringsmaatregelen kan worden aangetrokken. Er is dan

conclusies beschreven.29

ook gerekend met de veronderstelling dat de targets achter het programmaplan (5% meer bewoners, 10% meer bezoekers en 5%

Uit de analyse blijkt dat de baten groter zijn dan de kosten.

meer werknemers aan het einde van de huidige collegeperiode)

De grootste batenposten zijn:

worden gerealiseerd.

Meer winst voor ondernemers door meer bezoekers aan de binnenstad.

In de MKBA is alleen gerekend met de directe effecten. Indirecte zogenaamde spin-off effecten (denk aan sneeuwbaleffect, cirkelinvesteringen, tipping points, etc.) zijn zeer lastig te becijferen en in deze

Meer huuropbrengsten door minder leegstand.

quickscan niet meegenomen. De economische effecten van meer kwaliteit en een hogere dichtheid in de Rotterdamse binnenstad zul-

Hogere vastgoedwaarden van het bestaande vastgoed door hogere ruimtelijke kwaliteit.

len in werkelijkheid dus hoger zijn. De EDBR wil ook deze, lastiger in kaart te brengen, effecten duiden. We verkennen daarom momenteel de mogelijkheden voor een PHD-traject rond deze vraag.

29

Bron: De baten van de Rotterdamse binnenstad als citylounge.

Witteveen & Bos, 2011. foto: © Ossip van Duivenbode / Rotterdam Image Bank

‘Al na een periode van vijftien jaar brengt elke euro die geïnvesteerd wordt in de binnenstad ruim tweeënhalf keer zoveel op.‘ 16 16


BZZg dboZi XgZVi^ZkZc B^cYZg hX]VYZedhiZc oV``ZcgdaYZa^XiZc Meer winst ondernemers door meer inwoners Meer winst ondernemers door meer bezoekers ^h`dhiZc

kZcY^\]Z^Y igZ\ZaZc kddg aZ BVVBinnenstad

B^cYZg kZg]j

BRotterdam VVigZ\ZaZc kdd g \

Vhikg^_]Z^Y

ddg ldcZc BVVigZ\ZaZc k Maatregelen voor levendigheid

g WZYg^_k^\]Z^Y ddverbondenheid Maatregelen voor Z\ZaZc k BVVig Maatregelen voor bedrijvigheid

Kosten

Meer werkgelegenheid GZ^hi^_Y l^c minder Ydduitkeringskosten g b^cYZg dbg^_YZc en dus hi YVc`o^_ \Vhikg^_]Z^ YhbVVigZ\ZaZc Meer huuropbrengsten Meer omzet creatieven

MULTIPLIER

Minder schadeposten zakkenroldelicten =d\ZgZ kVhi\dZYlVVgYZc

2,60

BVVig Z\ZaZc kvoor ddg k ZgWdcYZc]Z^Y Maatregelen gastvrijheid Maatregelen voor wonen

Meer winst door meer werknemers

Minder verhuiskosten

KZgb ZYZc `ddoor Reistijdwinst minder omrijden hiZc Yddg \g dZcZ dankzij gastvrijheidsmaatregelen YV`Zc Zc ZaZ`ig^hX]Z VjidÉh Hogere vastgoedwaarden

BZZg gZX

gZVikosten Vermeden door groene ^ZkZ W Zaauto’s Zk^c\ daken en elektrische Meer recreatieve beleving

Baten

17


Conclusies en aanbevelingen

18

fotobewerking: Š Studio Ja toch


In een snel veranderende wereld… In de concurrentiestrijd tussen steden, die de komende decennia steeds feller zal worden, zullen er winnaars en verliezers zijn. Dit advies benadrukt dat de kwaliteit van de binnenstad een cruciale en doorslaggevende rol speelt bij de keuze van mensen om in een stad te wonen, werken of recreëren.

…is Rotterdam een potentieel verliezer. Tegelijkertijd kan geconstateerd worden dat Rotterdam juist een belangrijk deel van die binnenstedelijke kwaliteit ontbeert (zie hoofdstuk drie). Rotterdam zit dus niet in de kopgroep. Voornamelijk als gevolg van onvoldoende binnenstedelijke kwaliteit en dichtheid. Ook constateerden we dat het beleid dat die kwaliteit en dichtheid moet creëren nog lang niet snel genoeg gaat. Dat betekent dat Rotterdam een potentiële verliezer is in een wereldwijde competitie tussen steden. Het betreft geen veroordeling van de inzet van de afgelopen jaren, die heeft immers veel goede dingen gebracht op het gebied van verdichting, openbare ruimte, programmering, etc. Het gaat erom dat de wereld in een dusdanig tempo verandert, dat nog veel meer aandacht en daadkracht voor en in de binnenstad nodig is om Rotterdam mee te krijgen in de vaart der volkeren. De huidige aanpak is onzes inziens echter onvoldoende om in de toekomst de aantrekkelijkheid van Rotterdam te garanderen.

Het is daarom tijd voor een ‘quantum leap’… Om die versnelling te kunnen maken en onze concurrentie- en aantrekkingskracht te vergroten, komt de EDBR tot een aantal suggesties die de Rotterdamse binnenstad de komende jaren een forse kwalitatieve impuls moeten geven. Niet voor niets citeren we hier de veelzeggende zinsnede uit het tijdschrift Monocle:

‘Great things can happen when councils get imaginative with budget strategies. Cities can change – and quickly. The best mayors, urban planners and residents embrace this fact.’ ...want investeren loont! Een quickscan-MKBA van het huidige investeringsprogramma in de binnenstad toont zeer duidelijk dat elke euro die in de binnenstad wordt geïnvesteerd zich op korte termijn ruimschoots terugbetaalt. Met de binnenstad als visitekaartje voor (nieuwe) bewoners, bezoekers en bedrijven zijn die investeringen in de binnenstad, juist in Rotterdam, van essentieel belang. Dit advies toont aan dat investeren in de Rotterdamse binnenstad loont!

19


Binnenstad, binnenstad, binnenstad

De focus van het gemeentelijke (economische) beleid dient de

en financiële middelen ten opzichte van andere delen van de stad.

komende jaren te liggen op versterking van de binnenstad. De

Een aantrekkelijker centrum leidt tot meer bedrijvigheid en

binnenstad is het visitekaartje van een stad en een belangrijke

toerisme en dus tot meer werkgelegenheid, zeker ook voor Rot-

economische motor. De keuze van nieuwe bewoners, bedrijven en

terdammers.

toeristen is voor een groot deel gebaseerd op het binnenstede-

De afbakening van de binnenstad zoals die door de gemeente is

lijke klimaat.

gedefinieerd moet daarbij overigens niet te strikt worden geïnter-

Een versterkte focus op de binnenstad impliceert in de visie van

preteerd. Ook in de periferie van de binnenstad, de aangrenzende

de EDBR een heroverweging van de allocatie van organisatorische

woonwijken, bestaan veel aantrekkelijke mogelijkheden.

Verdichting: zorg voor snelheid en samenhang in de uitvoering

De huidige uitvoering is te versnipperd van karakter. Zowel geo-

kwaliteit, zijnde architectuur, openbare ruimte, binnenstedelijke

grafisch versnipperd; de projectenkaart van Rotterdam vertoont

voorzieningen en stedenbouwkundige structuur (zie hoofdstuk

te weinig samenhang, als bestuurlijk en functioneel; er bestaat

twee), dienen vervolgens als ondersteunende randvoorwaarden

te veel onduidelijkheid over de bestuurlijke verantwoordelijkheid

voor die verdichting. Verdichting betekent niet alleen maar bou-

en nog onvoldoende worden verschillende functies als wonin-

wen. Door herbestemming kan eveneens massa aan de binnen-

gen, openbare ruimte en voorzieningen integraal benaderd in

stad worden toegevoegd en ook een intensievere programmering

gebiedsontwikkeling. Investeren in binnenstedelijke verdichting

van de binnenstad leidt tot verdichting. Gelet op de samenstelling

moet nog veel meer en beter samengaan met ambities op andere

van de bestaande woningvoorraad stelt de EDBR tenslotte voor de

kwaliteitsvlakken. De EDBR stelt daarom voor om verdichting van

komende jaren geen sociale woningbouw meer toe te voegen.

de binnenstad centraal te stellen. De vier overige aspecten van

Ontwikkel een gezamenlijke aanpak met (potentiële) bewoners en markt

Veel meer dient samenwerking gezocht te worden met markt-

• Wie wil Rotterdam laten wonen in haar binnenstad?

partijen als architecten, projectontwikkelaars, corporaties en

• Wat voor woningen en voorzieningen zijn in Rotterdam nodig

beleggers. Een coördinerende en enthousiasmerende rol is daarbij

om juist die doelgroepen aan te trekken?

weggelegd voor de gemeentelijke overheid. Alles aan de markt willen overlaten leidt lang niet altijd tot de gewenste kwaliteit.

De beantwoording van deze twee vragen vereist dat (potentiële)

De samenwerking (met als startpunt het opstellen van een visie)

bewoners en marktpartijen vanaf het begin, en bij alle keuzes,

moet zich hoofdzakelijk toespitsen op het aantrekken van nieuwe

volwaardig worden betrokken in het planvormingsproces. Hierbij

bewoners in de binnenstad door het bouwen van aantrekkelijke

kunnen we veel leren van de verdichting zoals die in het centrum

woningen en het toevoegen van de daarbij passende voorzienin-

van Vancouver is georganiseerd. Tenslotte moet het belang van

gen. Daarvoor moeten eerst twee fundamentele vragen beant-

een goede communicatie niet onderschat worden. Imago kan een

woord worden:

doorslaggevende factor zijn bij gebiedsontwikkeling.


fotobewerking: Š Studio Ja toch

21


Maak daarbij gebruik van vernieuwende organisatorische en financiële constructies

Waardecreatie op de lange termijn is in bovengenoemde samen-

Ook kan meer gebruik gemaakt worden van mogelijkheden om op

werking de leidende, maar vooral bindende factor. Tegen die

regionaal niveau woningschaarste te creëren (de nieuwe Woonvisie

achtergrond dient de toekomstige binnenstedelijke gebieds-

van de provincie Zuid-Holland benadrukt het belang van binnen-

ontwikkeling georganiseerd te worden. Twee elementen zijn in

stedelijk bouwen). Daarbij kan gedacht worden aan het instellen

ieder geval noodzakelijk om dat te realiseren. Ten eerste moet

van een belasting op bouwen in buitenstedelijk gebied (of een om-

een manier gevonden worden om de cultuurverschillen tussen

gekeerde positieve variant waarbij binnenstedelijk bouwen wordt

de private en publieke sector weg te nemen. Te veel wordt nu

beloond). Tenslotte kan ook de potentie van (collectief) particulier

nog met twee talen gecommuniceerd (gechargeerd: rendement

opdrachtgeverschap soelaas bieden in het huidige tijdsgewricht.

versus regels en procedures). Daarnaast zijn nieuwe, creatieve financieringsconstructies nodig om de huidige impasse op de

EDBR

markt te doorbreken. Hoe kunnen we bijvoorbeeld meer dwin-

De EDBR is bereid op verschillende manieren de handschoen op te

gende, en financieel aantrekkelijke afspraken maken over het

pakken. Ten eerste zal de EDBR de komende tijd, onder andere in

‘mee-ontwikkelen’ van de buitenruimte? Dit relateert aan het

de werkgroep Executive Power, veel aandacht besteden aan ver-

eerdere EDBR-advies ‘Beter Bestuur’ en het meer recente advies

nieuwende financieringsconstructies en het aantrekken van nieuwe

van de International Advisory Board waarin de ‘executive action’

investeerders in de binnenstad. Ten tweede willen we helpen met

van de gemeente centraal staat.

het opzetten van een PhD-traject (in samenwerking met o.a. de TU Delft en Winy Maas) om twee aspecten van dit advies nader

Financiële crisis

en meer wetenschappelijk te kunnen duiden. Het gaat daarbij om

Belangrijk is dat er een oplossing gevonden wordt voor het pro-

de werkelijke economische waarde van stedenbouwkundige en

bleem dat veel partijen weigeren hun verouderde, vaak incourante

architectonische kwaliteit en de beantwoording van de hoe-vraag,

vastgoed af te waarderen. Deze patstelling staat veel potentiële

en dan met name de (toekomstige) financiering van investeringen

binnenstedelijke herontwikkelingen in de weg.

in binnenstedelijke kwaliteit.

Bewaak de culturele voorzieningen

Culturele voorzieningen in de binnenstad verdienen veel aandacht

onmisbaar in het aantrekken van nieuwe inwoners.

in deze context. Die moeten simpelweg op peil zijn. Verschillende

De geplande bezuinigingen (vanaf 2013 vervalt 20% van het

onderzoeken tonen het belang van culturele voorzieningen aan

gemeentebudget voor kunst en cultuur) zijn in dit licht moeilijk te

als het gaat om de aantrekkelijkheid van een stad. Ze hebben dus

verantwoorden. Afbouwen is makkelijk, opbouwen van cultureel

zonder meer een zeer belangrijke economische functie en zijn

kapitaal is op z’n zachtst gezegd moeilijk.

22


foto: Š Marc Heeman / Rotterdam Image Bank

23



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.