Schretlen

Page 1

nemen van de onderneming Psycholoog Yvonne Berkhoff: ‘Zodra mensen in het spel zijn, spelen imperfectie en subjectiviteit een rol’ Familiekwesties: De lastige balans tussen oude waarden en nieuwe ideeën

Van vader op zoon: Afstand

Kennis

6

nr.5 vertrouwen

00


Inhoud 4 Selectie van en commentaar op het nieuws van het afgelopen kwartaal 11 Onbetaalbaar 12 Jong & Ondernemend: Arnoud Booij over de fijne kneepjes van het vak 16 Familiekwesties: over ondernemerschap binnen de familie 20 Psycholoog Yvonne Berkhoff over ons verlangen naar succes 25 Wim de Jong waarschuwt voor het internet 26 Vijf fotografen brengen Kennis in beeld 34 Succesauteur Tessa de Loo past niet helemaal meer in Nederland 39 Onbetaalbaar 40 Eyeopener 42 Beleggersstrategie: Kennis combineren met boerenverstand 45 Onbetaalbaar 46 Obligaties: terugblikken en vooruitzien 51 Colofon

2

nr.6 Kennis


voorwoord

Gerbert Mos

Isabelle heeft kritiek

T

oen ik Isabelle vroeg waarom ze op koopzondag weer de stad in moest, keek ze mij vol verbazing aan. ‘Ik moet echt een nieuw topje kopen!’ Vervolgens vertelde ze mij helder dat ik helemaal niets van meisjes begrijp, net zoals alle stomme jongens in haar klas die alleen maar over voetbal kunnen praten. Kennelijk dienen vaders over specialistische kennis te beschikken om hun dochter beter te begrijpen. Het zal u niet verbazen: kennis is ook van cruciaal belang voor een vermogensbank als Schretlen. Het is volgens u een van onze belangrijkste competenties. Dat blijkt keer op keer uit de klanttevredenheidsonderzoeken. Onze medewerkers dienen over specialistische kennis te beschikken om u zo goed mogelijk van advies te kunnen voorzien. Dat kan betrekking hebben op het beheer van uw vermogen maar ook op belangrijkste aandachtsgebieden als vermogensstructurering of estateplanning.

O

m onze kennis op peil te houden, investeren wij in onze medewerkers en dat is cruciaal om onze dienstverlening op peil te houden maar ook om onze medewerkers te motiveren en hen de kans te geven zich te ontwikkelen. Een portefeuillemanager zou zich kunnen specialiseren middels een opleiding om te kiezen voor een functie als beleggingsanalist of zich meer kunnen ontwikkelen richting een managementfunctie. Dat past ook bij onze doelstelling om als sprankelende en inspirerende werkgever bekend te staan. We realiseren dat derhalve met zowel interne- als externe opleidingen. Daarnaast stimuleren wij de kennisdeling in de organisatie, niet alleen binnen Schretlen maar ook binnen de Groep. Een portefeuillemanager kan bijvoorbeeld een stage lopen bij Robeco. Dat is goed voor de medewerkers en daar zullen onze klanten ook de vruchten van plukken.

D

e conclusie is duidelijk: niet alleen moeten wij inleven in de behoeften en doelstellingen van onze klanten maar ook in die van onze medewerkers. Het op peil houden van kennis is daarbij een belangrijk onderdeel. Daar is de organisatie en bovenal onze clientèle bij gebaat. Ik zal vanzelfsprekend ook niet nalaten om mijn kennis en inlevingsvermogen met betrekking tot Isabelle naar een hoger plan te tillen. Dan ontloop ik wellicht de volgende keer de vergelijking met de ‘stomme jongens’ in de klas. Gerbert Mos, directeur Schretlen & Co

nr.6 kennis

3


Selectie Uit het nieuws De specialisten van Schretlen & Co verzamelen iedere editie opvallende artikelen, columns en opinies. Zij lichten hun keuze toe en geven hun visie.

4

nr.6 Kennis


selectie

Media

From Russia with love De vooraanstaande vermogensbeheerder Pacific Investment Management Company ziet vooral beleggingsmogelijkheden in opkomende markten. PIMCO is positief over China, maar ook over opkomende markten als Brazilië, India, Mexico en Rusland. Voor die vier landen voorziet PIMCO voor de komende vier kwartalen tot en met het eerste kwartaal van 2011 een groei op jaarbasis van zes tot zeven procent. Bron: PIMCO kiest voor opkomende markten, Dow Jones Nieuwsdienst, 29 maart 2010

‘A

ls een vooraanstaande belegger als PIMCO, vooral bekend vanwege vastrentende waarden, naar Rusland gaat, dan is dat een goed teken. Zij zien groei in dat land. Nederlanders kunnen daarbij hun wenkbrauwen fronsen, want ons beeld van Rusland is zwart. We zijn het oude vijandbeeld

nog niet kwijt. En de berichten in de media gaan bijna altijd over misstanden, maffia en grensconflicten. Het vergt dan het nodige inlevingsvermogen om Rusland als een opkomende economie te

stellen dat Rusland nu de goedkoopste aandelenmarkt ter wereld heeft. Met de groeivooruitzichten van Rusland verwacht je dan toch een normalisering van de waardering van de aandelen, ofwel

‘ In grote steden komt een middenklasse op die Ikea bezoekt’ zien. Wie daar toch de moeite voor neemt, merkt dat sinds de roebelcrisis, ruim tien jaar geleden, veel is veranderd. Zo komt in de grote steden een middenklasse op die bijvoorbeeld de Ikea bezoekt. Dat de modale Rus steeds meer te besteden krijgt, merk je aan de Russische bedrijven die het steeds wat beter gaan doen. Deze ondernemingen laten een winstgroei zien die tot de betere in de wereld behoort. Toch blijft de waardering van de aandelen van Russische bedrijven achter. Die is bijzonder laag. Ik durf te

stijgende koersen. Natuurlijk kleven er risico’s aan beleggen in Rusland. Net zoals in China, kan de politiek voor ons moeilijk te begrijpen en onvoorspelbare beslissingen nemen, vooral bij energieen grondstofbelangen. Een belegger kan zich daar enigszins tegen indekken door te kiezen voor Russische bedrijven die profiteren van de binnenlandse vraag. Dan moet je bijvoorbeeld denken aan telecommunicatie en retailbedrijven.’ Nicolai Huls

nr.6 kennis

5


selectie

Media

‘Modern monetair akkoord broodnodig’ De wereldeconomie lijkt zich te herstellen van de financiële crisis. Maar er is grote onzekerheid over het monetaire systeem ontstaan. Gaat 1931 zich herhalen? Toen volgde na een financiële crisis het ondenkbare: het uiteenvallen van de gouden standaard. Dit was een systeem van vaste wisselkoersen die vastgeklonken zaten aan goud. Bron: www.mejudice.nl, 11 februari 2010, Ook het uiteenvallen van de gouden standaard was ondenkbaar (Jan Luiten van Zanden)

‘H

et monetaire systeem is gebouwd op het vertrouwen dat de waarde van het geld overeenkomt met de cijfers die op een bankbiljet staan gedrukt. Het stelsel maakt daarbij gebruik van een bepaalde tegenwaarde, zoals goud dat tot de jaren dertig altijd was. Voor het huidige monetaire systeem is in het Amerikaanse Bretton Woods in 1944 de basis gelegd. Toen werden de waarden van nationale valuta van 44 landen gekoppeld aan die van de dollar. De Amerikaanse munt, op haar beurt, was weer gelieerd aan goud. Dit systeem functioneerde tot de jaren zeventig goed. Dat kwam doordat andere landen een groot geloof hadden in de integriteit en discipline van het Amerikaans monetair beleid. Toen echter bleek dat de Amerika voor de oorlog in Vietnam dollars had bijgedrukt, ging het systeem met koppeling aan dollar en goud op de helling. Vooral dankzij het strenge monetair beleid van

6

nr.6 Kennis

de Amerikaanse bankpresident (Fed) Paul Volcker bleef het vertrouwen in de dollar als reservemunt in de jaren tachtig overeind. De evenwichtigheid van de Amerikaanse munt werd niet meer gestut door goud, maar door het vertrouwen in de Amerikaanse centrale bank als hoeder van de koopkracht. Dit systeem heeft lang stand gehouden. Maar daarin zijn scheurtjes gekomen door de hoge schulden van de Verenigde Staten die voor een groot deel door de Japanners en in een later stadium de Chinezen worden gefinancierd. Na de val van Lehman Brothers zijn de haarscheurtjes in het monetaire systeem diepe scheuren geworden. Vooral het geharrewar in de politiek in de Verenigde Staten, zoals over het steunpakket van 700 miljard, heeft de dollar geen goed gedaan. En niet alleen over de dollar maken beleggers zich zor-

standaard. Daarbij zou je kunnen denken aan iets als de Special Drawing Rights van het Internationale Monetaire Fonds. Dat is een mandje met de euro, de yen, het pond sterling en de dollar. Maar ik zou zelf eerder denken aan een mandje met in ieder geval de dollar en de Chinese munt renminbi, met daarbij eventueel nog de euro. China is als financier van de schulden is in ieder geval een onvermijdelijke deelnemer. Dit betekent niet dat er ineens een dikke streep door de dollar als reservemunt komt. Die blijft wel voor een belangrijk deel meetellen. Maar voor het vertrouwen van beleggers in de toekomst is een betrouwbaar monetair systeem dat de internationale verhoudingen beter weerspiegelt een must. De tijd is rijp voor een nieuw Bretton Woods. Hier rust een schone taak voor de G-10.” Han Dieperink

‘ Niet alleen over de dollar maken beleggers zich zorgen’ gen. Ook het vertrouwen in de euro is, na de problemen in Griekenland, minder groot. De grote angst is altijd dat landen geld gaan bijdrukken om tekorten aan te vullen, waardoor het geld snel in waarde vermindert. Dat het ontbreekt aan vertrouwen in het monetaire systeem en dus de waarde van het geld zie je aan de goudprijs: 1.150 dollar per troy ounce. En dat voor een klompje van 33 gram! We zijn duidelijk toe aan een nieuwe

Paul Volcker


selectie

Media

Nederlander realistischer over beleggingskennis Het zelfbeeld van Nederlandse beleggers komt meer in lijn met de daadwerkelijke kennis over beleggen. Twee jaar geleden, voor het ontstaan van de financiële crisis, beschouwde nog bijna vier van de vijf beleggers zich als een expert. Maar nu is dat slechts (net iets minder dan) de helft van het aantal beleggende landgenoten. Dit komt naar voren in de International Investment Funds Knowledge Survey in opdracht van AXA. De onderzoekers testten zowel de eigen inschatting als de daadwerkelijke kennis van beleggers in Nederland, Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en België. Wat bleek verder? Onze zuiderburen overschatten de eigen kennis het meest, terwijl onze oosterburen in verhouding het meest ‘bescheiden’ zijn. En Nederland zit in de middenmoot in het op waarde schatten van de eigen knowhow. In vergelijking met buitenlandse hebben Nederlandse beleggers een ‘onafhankelijke instelling’; ze doen veel eigen ‘onderzoek’. Dit leidt tot een relatief grote kennis over verschillende kanalen van beleggen. Bronnen: Fondsnieuws en de Standaard.

Microfinance: belofte voor de toekomst?

M

icrofinanciering is het verstrekken van kleine kredieten in ontwikkelingslanden. Het gaat om bescheiden leningen aan armlastige ondernemers die bij een reguliere bank nul op het rekest krijgen. Mijlpaal was de Nobelprijs voor de Vrede voor de grondlegger van microkrediet Muhammad Yunus, vier jaar geleden. Microfinance heeft lang in de sfeer van de liefdadigheid gezeten, maar lijkt daar nu langzaam maar zeker uit te kruipen. In de jaren na de Nobelprijs is veel gebeurd. De uitgeleende bedragen nemen toe en de kredietverstrekkers worden professioneler. Een aantal microfinancieringsinstellingen ontwikkelt zich tot volwaardige banken die ook spaarproducten aanbieden. Het gaat overigens nog om een zeer selecte groep die de zaken goed voor elkaar heeft. Het percentage winstgevende (Tier One) banken bedraagt slechts twee procent. Om tot een volwaardige beleggingscategorie uit te groeien, moet de bedrijfstak zich nog verder ontwikkelen. Je verwacht dat ze met andere bancaire microproducten komen in de sfeer van verzekeringen, rekening courant en wellicht zelfs pensioen. Mogelijk groeit microfinance zo uiteindelijk uit tot een volwaardige commerciële bedrijfstak. En wordt deze categorie zelfs interessant voor de beleggers waarvan het hoofdmotief rendement is. René Krijthe

nr.6 kennis

7


selectie

Media

Waterkrachtcentrale in Bhutan

‘Bij themabeleggen altijd verder verdiepen’ Bij de marketing van een beleggingsfonds helpt het als zo’n fonds inspeelt op een aansprekende ontwikkeling in de economie. Maar themabeleggen heeft valkuilen. Zo kan het thema zich ontpoppen als een bubbel, zoals de dotcombubbel. Of kan het gevoelig blijken voor conjuncturele schommelingen. Een aardig voorbeeld daarvan is vergrijzing: een belegging in de zorgsector kan een kat in de zak blijken als de overheid ineens fors op zorg bezuinigt. Bij themabeleggen is het daarom zaak om zeer precies te kiezen en te timen. Bron: Themabeleggen is timing (column Rogier Rake), Fondsnieuws, 12 april 2010

8

nr.6 Kennis

‘D

e kop van deze column is natuurlijk helemaal waar: het komt bij themabeleggen inderdaad aan op timing. Maar dat niet alleen. Het komt ook aan op de juiste keuzes maken binnen het thema. Om trends tijdig te signaleren, volgen wij bij Schretlen voortdurend allerlei economische ontwikkelingen. De vier thema’s waar we nu op inzetten zijn: biotech, mijnbouw, agribusiness en infrastructuur. Door de steunmaatregelen van overheden in crisistijd en andere ontwikkelingen lijkt het een goede tijd om te investeren in infrastructuur. Maar je bent er nog niet als je hebt gekozen voor zo’n thema. Je moet altijd verder verdiepen. Na de selectie van

een trend moet je je nog afvragen: waar en wanneer kun je hiervan profiteren? Infrastructuur, op zichzelf, vinden wij te breed. Daarom zoomen we verder in. In dit geval op een regio, namelijk Azië. We zien dat de verstedelijking in China en India sterk groeit, wat leidt

‘ Waar en wanneer kun je profiteren?’ tot investeringen in sanitaire voorzieningen, schoon drinkwater en (duurzame) energie. En zelfs als je dat eenmaal


selectie

Media

‘Duurzaam, voorbij de hype’ Duurzame fondsen zijn bezig aan een opmars. Ongeveer een op tien Nederlandse fondsen valt al in deze categorie. Het is de vraag of de opbrengsten deze populariteit ook rechtvaardigen. Er lijkt in ieder geval geen bewijs voor het tegendeel. Over termijnen van vijf en tien jaar zijn de resultaten van de duurzame fondsen weliswaar sterk wisselend, maar over de gehele linie zijn deze niet slechter dan gemiddeld. Bron: Duurzaam beleggen, De Telegraaf, 13 december 2009

‘B

hebt geconstateerd, ben je er nog niet. Vervolgens moet je nog kijken in wat voor type aandelen je precies investeert. Volgens de columnist van het door mij uitgekozen artikel brengt infrastructuur vooralsnog geen bovengemiddeld rendement. Dat komt omdat “infrastructuurfondsen beleggen in toekomstige projecten zoals vliegvelden en tolwegen. Terwijl de winsten nu binnenstromen bij de bedrijven die opdrachten krijgen”. De columnist ziet in dit stuk daarmee de fondsen die beleggen in de aandelen van bouwers en toeleveranciers (en dus niet in projecten zoals tolwegen) over het hoofd. Zo’n fonds adviseren wij.’

eleggingsfondsen in de duurzame sfeer hebben over belangstelling inderdaad niet te klagen. De vraag neemt toe, onder meer bij stichtingen en organisaties in de publieke sector. Daar komt nog bij dat duurzame fondsen meer dan gemiddelde media-aandacht krijgen. Of zoals dit Telegraaf-artikel het treffend formuleert: “ze hebben een hoge inktvermogen ratio”. Vooral kleinere ‘duurzame’ fondsen profiteren merkbaar van dit effect. Ze halen relatief gemakkelijk geld op. De vraag dringt zich op of de belegger dan in een trendgevoelig product investeert. Dat hangt er vanaf. Allereerst wordt het etiket duurzaam op compleet verschillende fondsen geplakt. Zo heten themabeleggingen in innovatieve startups in winden zonne-energie ‘duurzaam’. Datzelfde geldt voor – qua aard onvergelijkbare - algemene aandelenfondsen die meer algemene bedrijven selecteren op duurzame criteria. De eerste categorie, die van de themafondsen, is van nature trendgevoelig. Wie investeert in de innovatieve sector van duurzame energie moet rekening houden met sterke schommelingen, die afhangen van de olieprijs en overheidssubsidies. Dit blijft ook zo als meer mensen erin investeren. Maar de tweede categorie van duurzame fondsen betreft eigenlijk gewone fondsen. Deze algemene fondsen die duurzame criteria hanteren, doen qua rendement zeker niet onder voor andere aandelenfondsen die dat niet doen. Het vermoeden is dat dit komt, doordat aandacht voor maatschappelijke thema’s medewerkers tevredener en bedrijven minder kwetsbaar maakt. Vaak is duurzaamheid bij dit soort fondsen niet eens de drijfveer, maar juist het rendement op lange termijn, zoals bij the California Public Employees Retirement System (CalPERS). En van het Deense Sparinvest is bekend dat ze dankzij het hanteren van andere criteria, ook onbewust de toets voor een ‘duurzaam’ fonds doorstonden. De toenemende vraag naar algemene duurzame fondsen heeft het positieve neveneffect dat deze markt professionaliseert. Zo neemt het aantal in duurzaamheid gespecialiseerde analisten toe. Een mooi voorbeeld daarvan is Sustainalytics. Dat is een analistenbureau dat beursgenoteerde bedrijven beoordeelt op criteria van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Zo gaat duurzaam beleggen steeds meer lijken op ‘normaal’ beleggen. En raak je voorbij de hype.’

Rishma Moennasing

Tjebbe Woutman

‘ Het aantal in duurzaamheid gespecialiseerde analisten neemt toe’

nr.6 kennis

9


selectie

Media

Prijsgeven pensioen fiscaal belast Een aanzienlijk aantal particuliere pensioen-bv’s is geconfronteerd met forse beleggingsverliezen. Daardoor konden ze niet volledig aan hun verplichtingen voldoen. Staatssecretaris Jan Kees de Jager is echter niet bereid om het afzien van pensioenaanspraken bij onderdekking fiscaal te faciliteren. Een advies om dit onder 75 procent dekking toe te staan, legt hij naast zich neer. Bron: www.minfin.nl/Actueel/ Kamerstukken/2010/02

‘C

ollectieve pensioenregelingen, zoals die van het ABP, kunnen de pensioenen bij onderdekking verlagen, zonder dat hier belastingtechnisch bloed uit vloeit. Maar bij individuele pensioenregelingen is dit onmogelijk. Wie zijn pensioenaanspraak prijsgeeft, moet onmiddellijk belasting betalen over de aanspraak. Een uitzondering daarop is een ‘niet voor verwezenlijking vatbare pensioenaanspraak.’ Daarvan kan bijvoorbeeld sprake zijn als een pensioenpot na verloop van tijd helemaal leeg is. Maar in andere gevallen, zoals bij onderdekking – een half lege pot - lukt dat niet, zoals maar weer is gebleken uit de antwoorden van de staatssecretaris. In de wet staat niet omschreven wat ‘niet voor verwezenlijking vatbaar’ precies is. Volgens de parlementaire behandeling moet het gaan om dwingende maatschappelijke redenen, zoals surseance van betaling, faillissement of schuldsanering. Het gaat er

10

nr.6 Kennis

dan vervolgens om hoe de rechter dit invult. En die gaat niet zo snel uit van ‘niet voor verwezenlijking vatbaar’. Dat blijkt bijvoorbeeld uit een recente uitspraak van het gerechtshof in Den Haag. Het ging om een rechtszaak waarin een vader zijn belang van 50 procent in een bv in 2002 verkocht aan zijn zoon. Hij deed dit op een moment dat het slecht ging met het bedrijf in kwestie. De vader zag daarom dat jaar af van zijn in de bv opgebouwde pensioen terwijl zijn zoon reorganiseerde. Dit kon echter niet voorkomen dat de bv vier jaar later alsnog failliet ging. Toch rekende de inspecteur de waarde van de pensioen-

‘ Wie zijn pensioenaanspraak prijsgeeft, moet onmiddellijk belasting betalen’ aanspraak tot het inkomen (box 1) van de vader, waarover hij belasting moest betalen. De slechte financiële toestand van de onderneming kon volgens de rechter niet worden aangemerkt als een dwingende maatschappelijke reden voor belanghebbende om als werknemer zijn pensioenaanspraak prijs te geven. Hij wees er daarbij op dat de bv wel ruimte zag om aan de zoon loonsverhogingen toe te kennen.’ Jos Brauwers

Aandelenbezit beïnvloedt partijdigheid parlementariër Amerikaanse parlementariërs stemden eerder voor een bailout van een financiële instelling als ze zelf aandelen in die instelling hadden. Het aandelenbezit had bovendien invloed op de hoeveelheid geld die de financials kregen en de snelheid waarmee. Tot die conclusies komen professor Laurence van Lent van de Universiteit van Tilburg en Ahmed Tahoun van de Manchester Business School. Zij analyseerden 555 beursgenoteerde ondernemingen in de financiële sector, waarvan er 295 overheidssteun ontvingen op grond van het Troubled Asset Relief Program (TARP). Aandelenbezit in de financiële sector verhoogde de kans dat politici tijdens de eerste stemming (29 september 2008) voor stemden van 41 procent naar 58 procent. Wie wil uitzoeken of aandelenbezit gevolgen heeft voor het gedrag van Nederlandse politici, komt daar overigens niet achter. In tegenstelling tot Amerikaanse zijn Europese politici niet verplicht details over hun persoonlijk vermogen openbaar te maken. Hoog tijd om dat te veranderen, vinden de onderzoekers. Bron: www.uvt.nl


dingen van waarde

Onbetaalbaar

Onbegrensde liefde ‘Schilderen is mijn passie. Voor het televisieprogramma Op 3 ezels ben ik afgereisd naar Israël om op diverse locaties te schilderen. Onbegrensde Liefde I is geschilderd in de tuin van een kindertehuis in Bethlehem. Een prachtige plek, te midden van alle ellende, waar begeleiders met hart en ziel voor gehandicapte kinderen zorgen. Dat staat haaks op de muur die om Bethlehem staat en Palestijnen en Joden van elkaar scheidt. De onbegrensde liefde van de begeleiders slecht juist muren, in plaats van ze op te werpen. Met kwasten en verf ben ik in het schilderij gedoken. De vogel boven de muur heeft een hart in zijn bek. Aan welke kant laat hij dat vallen en brengt hij vrede? Of vliegt hij gewoon door? Dat dilemma raakt me elke keer als ik naar het schilderij kijk.’ Wilma Veen

nr.6 kennis

11


jong & ondernemend

Carrière

‘Verantwoordelijk voor de medewerkers en mijn familie’ 12

nr.6 Kennis


nr.6 kennis

13


jong & ondernemend

Carrière

Op zijn eenendertigste staat Arnoud Booij in de startblokken om het bedrijf A.S.F. Fischer, specialist in bevestigingsmaterialen, van zijn vader over te nemen. Hij is nu adjunct-directeur en leert de fijne kneepjes van het vak. ‘Het verbaast mij hoe makkelijk mijn vader opeens steeds meer afstand kan nemen van de onderneming.’

‘I

k was nooit van plan het bedrijf van mijn vader

over te nemen. Ik studeerde commerciële economie en vervolgens bedrijfskunde in Amsterdam. Toen ik studeerde leek het bedrijf van mijn vader mij niets voor mij. Ik liep stage bij BMW en wilde graag als salesmanager in de autobranche werken. Helaas verkeerde de autobranche na mijn afstuderen in een crisis. Daardoor koos ik ervoor na mijn studie in een drukkerij en vervolgens als accountmanager bij een verzekeraar in Londen te werken. Mijn vader werd zestig en begon na te denken over zijn opvolging. Tweeënhalf jaar geleden hakte ik de knoop door om toch het bedrijf op termijn over te nemen. Als ondernemer heb je veel meer ruimte voor je eigen inbreng en ik heb een paar goede ideeën voor de zaak.’

Bedrijf

‘Mijn vader heeft mij nooit gepusht om het bedrijf over te nemen. Hij liet mij alle vrijheid en ik kon zelf bepalen wat ik wilde doen met mijn leven. Hij nam me wel af en toe mee op reis. Daardoor leerde ik de onderneming kennen. Ik ben er vanzelf steeds meer van overtuigd geraakt dat dit is wat ik wilde doen. Het werd steeds aanlokkelijker om zelf ondernemer te worden en dit bedrijf was er natuurlijk al. Ik hield en houd nog steeds van sales. Ik vind het prachtig om klanten binnen te halen en nieuwe concepten te ontwikkelen. Daar krijg je bij je eigen onderneming natuurlijk veel meer ruimte voor dan in loondienst. Mijn vader heeft het bedrijf in 1972 gekocht. De voormalige oprichter en eigenaar Fischer wilde het aan zijn zoon overdragen, maar die is helaas vroegtijdig overleden. Toentertijd was het nog een klein bedrijf met zes medewerkers. Inmiddels hebben we veertig mensen in dienst en een miljoenenomzet. Het is aan mij om de organisatie verder te laten groeien. Dat is best spannend.’

14

nr.6 Kennis

Vermogen

‘Het vermogen zit voornamelijk in de organisatie. Alles wat wordt verdiend wordt meestal ook weer in het bedrijf geïnvesteerd. Ik voel me dus niet vermogend in de zin van veel geld hebben. Mijn zus en ik zijn nooit iets tekortgekomen. Wij konden doen en laten wat wij wilden en ook in het buitenland werken en studeren. Ik kreeg mijn rijbewijs betaald en een Alfa Romeo. Toch zijn we zeker niet verwend: ik besefte altijd wel dat het bijzonder was en ook mijn ouders hebben ons geleerd wat de waarde van geld is. Op mijn zestiende stond ik hier ook de hallen te vegen voor een paar euro per uur. Het is wel zo dat vermogend zijn een bepaalde rust geeft. Ik denk dat ik ook niet zomaar mijn vaste baan had opgegeven als ik er niet van bewust was geweest dat er altijd een vangnet is.’

Leeftijd

‘Ik ben natuurlijk nog vrij jong. Als ik nu wel eens met de salesmanager op klantbezoek ga die aanzienlijk ouder is, denken klanten vaak dat ik de salesmanager ben en hij de directeur. Mijn vader is echt een icoon in de branche en ik moet mezelf natuurlijk nog bewijzen. Mijn leeftijd is soms een handicap om serieus te worden genomen. Aan de andere kant heeft mijn vader veel inhoudelijke productkennis, maar gaat het ook steeds meer om concepten en merken. En daar weet ik dan weer meer van.’

Vrienden

‘Geen van mijn vrienden heeft een eigen onderneming. Zij hebben allemaal een mooie carrière als manager. Dat is toch wezenlijk anders dan het ondernemerschap. Als je zelfstandig bent, ben je altijd met je bedrijf bezig. Voor vragen en advies kan ik dan ook beter bij mijn eigen vader of schoonvader terecht, die veel ervaring hebben.’


jong & ondernemend

Carrière

Vader

‘ Mijn vader heeft mij nooit gepusht om het bedrijf over te nemen’

‘Mijn vader was nooit thuis. Ik zag dus al vroeg wat een eigen onderneming met zich meebrengt. Hij werkte altijd en was veel op reis. Zo’n leven wilde ik vroeger zeker niet leiden. Nu begint mijn eigen leven wel steeds meer op dat van mijn vader te lijken. Ik ben ook vaak op zaterdag op de zaak. Het voelt ook niet als werken. Mijn vader bouwt nu steeds meer af. Hij werkte altijd zeventig of tachtig uur per week, nu is hij er nog maar drie dagen per week. Mijn vader is nu een week op vakantie en belt dan niet eens op. Dat vat ik op als vertrouwen in mij en het geeft mij ook een goed gevoel. Het verbaast mij wel hoe makkelijk hij opeens steeds meer afstand kan nemen van de onderneming. Mijn vader is vrij introvert. Ik ben zelf meer extravert en vond mijn vader iemand met wie je niet makkelijk kunt werken. Thuis gaf hij ons alle vrijheid, maar op de zaak was hij best lastig en streng. Maar ook op het werk krijg ik nu de vrijheid om mijn eigen ideeën te toetsen en uit te werken. We hebben nooit gebotst. Het enige waar we voor moeten oppassen is dat we niet continu over de zaak praten. Daar zitten familie en vrienden natuurlijk niet altijd op te wachten.’

Familie

‘Ik woon samen en heb een vriendin die ook een goede carrière heeft bij ABN Amro. Wij zijn van Amsterdam naar Lelystad verhuisd zodat ik dicht bij de onderneming zit. We hadden net een prachtig huis op IJburg gekocht en opeens moet mijn vriendin elke dag vanuit Lelystad naar Amsterdam reizen. Daar doet ze niet moeilijk over, dat vind ik wel bijzonder van haar. We trouwen in september en als er kinderen komen, moeten we even zien hoe het loopt. Maar mijn vriendin heeft al duidelijk gemaakt dat ons bedrijf vooropstaat. Zij komt ook uit

een ondernemersgezin en weet dus goed wat er bij een eigen bedrijf allemaal komt kijken.’

Uitspattingen

‘Vroeger leek het me fantastisch om in een mooie BMW te rijden en droomde ik soms van bepaalde uitspattingen of luxe. Nu ben ik dat helemaal kwijt. Ik rijd in een Golf. Niet alleen heb ik een voorbeeldfunctie bij de zaak, maar ik vind het nu ook belangrijker om bijvoorbeeld een mooie heftruck voor de zaak te kopen. Daar word ik blij van. Ik ga graag met mijn vriendin af en toe uit eten, maar niet al te duur. Vorig jaar ben ik een week op vakantie op Curaçao geweest. In een Van der Valk-hotel, helemaal prima. Waar ik echt voldoening uit haal is het realiseren van ideeën. Zo is ons magazijn straks volledig geautomatiseerd. Iets bedenken en dat dan vervolgens in de praktijk terugzien, vind ik erg mooi. Ik zou dan ook zeker niet terug willen.’

nr.6 kennis

15


persoonlijk ondernemen

Investeren

Familiekwesties Bij de overdracht van een familiebedrijf hebben kinderen van ondernemers niet alleen privé, maar ook zakelijk met hun ouders te maken. Twee ondernemers aan het woord over ondernemerschap binnen de familie en de lastige balans tussen oude waarden en nieuwe ideeën.

Gerard van Dalen (45) ‘Hoewel ik, zogezegd, ‘tussen de stekkers ben geboren’ heeft mijn jeugd zeker niet in het teken van een mogelijke bedrijfsovername gestaan. Als we het er al over hadden zei mijn vader dat het beter was dat ik eerst ergens anders ervaring zou opdoen. Wel heb ik, in tegenstelling tot mijn zus, altijd affiniteit met techniek gehad. Dus ik was als enige zoon een voor de hand liggende kandidaat. Niettemin kwam het moment waarop mijn vader vroeg of ik het installatiebedrijf wilde overnemen eerder dan verwacht. Het was 1991. Mijn vader was er zoals hij zei ‘helemaal klaar mee’ en het was voor hem een

16

nr.6 Kennis

kwestie van nu of nooit. Ik was toen 26 en vier jaar ergens anders in dienst, maar nam de uitdaging graag aan. Ik heb een jaar samengewerkt met mijn vader en een externe compagnon, die op mijn verzoek ook deel uitmaakt van de directie. Al snel bleken de meningen van mijn vader en mij uiteen te lopen. Ik was jong, had nieuwe ideeën en was ervan overtuigd dat de oudere generatie het verkeerd aanpakte. Terwijl ik streefde naar het vereenvoudigen en automatiseren van processen, bleef mijn vader een man van papier. Dat botste. Gelukkig alleen zakelijk, wat we altijd goed van privé hebben kunnen scheiden.

Mijn vader besloot terug te treden. Nu, twintig jaar later, zie ik dat mijn vader een goede ondernemer was en heb ik meer waardering voor zijn opvattingen gekregen. Hij was altijd zeer betrokken en zou iets niet loslaten voor het af was. Zelf ben ik iets meer van het consensusmodel, maar met die vasthoudendheid heeft mijn vader wel veel bereikt. Hij kon tot in detail zaken uitpluizen en haalde daarmee vaak zijn gelijk en bewondering van anderen. Ook had hij waardering voor alle soorten werk: groot en klein. Het bedrijf dat mijn vader in 1958 heeft opgericht is inmiddels gegroeid van 15 werknemers


Gerard van Dalen

nr.6 kennis

17


persoonlijk ondernemen

Investeren

Han Brinkman (34) naar 150 mensen. Ondanks de grootte vind ik het nog steeds belangrijk dat alle opdrachten even zorgvuldig worden gedaan. Dat is echt een insteek die ik van mijn vader heb overgenomen. Ik herinner mijn vader als iemand die dag en nacht met zijn onderneming bezig was. Eigenlijk was het gezin om het bedrijf heen gebouwd. Zelf heb ik een zoontje van tien jaar, maar ik verwacht niet dat hij de onderneming

overneemt. Het klinkt als een cliché maar ik vind het belangrijk dat hij later gelukkig wordt door de dingen te doen die hij leuk vindt. In 2002 heb ik mijn aandelen verkocht aan een investeringsmaatschappij. Bij die beslissing heb ik mijn vader van het begin af aan betrokken. Hij stond er zakelijk in en begreep dat ik die beslissing moest nemen om onze groeiambitie waar te kunnen maken.’

Goede afspraken ‘Houd ik het bedrijf binnen de familie of verkoop ik het aan een externe partij? Vaak is dit de eerste keuze die ondernemers maken wanneer zij terugtreden. Veel directeur-grootaandeelhouders willen de onderneming binnen de familie houden wanneer er kinderen zijn die het kunnen overnemen. Men wil niet de hoofdprijs vragen, maar ook niet te weinig omdat er wel over voldoende vermogen moet zijn voor de financiering van de toekomstige eigen uitgaven. Wij hebben hiervoor een tool ontwikkeld waardoor we hierover duidelijkheid kunnen geven. Tegelijkertijd merk ik dat deze ondernemers het belangrijk vinden dat mogelijke andere kinderen niet worden benadeeld. Een door ons opgestelde strategie tot vermogensoverdracht kan dit voorkomen. Daarnaast spelen wij als vermogensmanagers een belangrijke rol in de vermogensstructurering van de oud-directeur na verkoop van de onderneming. Daarbij is het van belang dat eerst de financiële doelstellingen van de relatie helder worden. Aan de hand hiervan kunnen we bijvoorbeeld bepalen welk beleggingsrendement nodig is om deze doelstellingen te realiseren en welk beleggingsbeleid hierbij past. Een ander vraagstuk is de structurering van het in de personal holding aanwezige vrij belegbaar vermogen. Er zijn verschillende mogelijkheden waarvan de VBI, ofwel een vrijgestelde beleggingsinstelling, voor veel DGA’s een interessante mogelijkheid kan zijn. Zeker bij bedrijfsovernames binnen de familie is maatwerk geboden. Want het kan gevoelig liggen. Zo kunnen er spanningen ontstaan als de oud-ondernemer te veel betrokken blijft of juist zijn opvolger te veel loslaat. Laatste zin wordt: Het is verstandig om goede afspraken te maken over de bedrijfsoverdracht. Hans van Rooden relatiemanager Schretlen & Co

18

nr.6 Kennis

‘Mijn vader kon in het gezin bijna achteloos aanwezig zijn, zoals wel meer vaders in de rolverdelingen van twintig jaar terug. Maar ondertussen had hij een haarfijn inzicht hoe hij ons moest overtuigen en kon hij met een paar opmerkingen ons karakter markeren. Aan de keukentafel passeerde alles wat er die dag gebeurd was, de revue. Verantwoordelijkheidsgevoel en inzicht in menselijke verhoudingen heb ik daardoor spelenderwijs met de paplepel ingegoten gekregen. Mijn vader is de eerste ondernemer in de familie. Ik was tien jaar oud toen hij in 1984 kantoorinrichtingsbedrijf Klompé overnam. Hij heeft het tot 2001 geleid. Hij zette daarvoor veel op het spel, ook privé: onze woning werd volledig ingezet als onderpand. Ik zit anders in elkaar, ben behoudender en voorzichtiger. De verantwoordelijkheid voor zestig werknemers rustte zwaar op de schouders van mijn vader en ik denk dat hij wist dat ik daar niet gelukkig van zou worden. Toen mijn vader tien jaar geleden de kans kreeg om Thuis Woonsupport over te nemen, heeft hij dat gedaan. Voor hem was de inrichting van zorginstellingen een aanvullende markt waar hij in een economische laagconjunctuur op terug kon vallen. Hij heeft mij gevraagd of ik voor deze onderneming de verantwoording wilde dragen. Waarschijnlijk omdat hij zag dat het kleinschalige, er werkten zes mensen, geschikter voor mij was. Na twee jaar in loondienst het vak te hebben geleerd, had ik alle aandelen in handen. In 2006 twijfelde ik aan de manier waarop ik het bedrijf wilde voortzetten. Ik kreeg een aanbod om de onderneming te verkopen en als general manager in loondienst aan te blijven. Mijn vader vond het zonde van de inspanningen die we tot dan toe hadden verricht om het bedrijf in de markt te zetten. Het begon eigenlijk net zijn vruchten af te


Han Brinkman met zijn vader

werpen. Achteraf heeft hij gelijk gehad. Het was een totaal mislukt huwelijk. Ik was al te lang ondernemer geweest om me weer te kunnen schikken in de rol van manager en daarbij had ik ook te weinig echte invloed op de koers die het bedrijf zou varen. De bedoeling was dat ik met harde hand zou reorganiseren. Dat paste niet bij mij. Soms gekscherend, soms serieus hield mijn vader mij voor dat hij me gewaarschuwd had. Dat soort ge-

sprekken kapte ik altijd af, want je kunt er niets mee. Privé bleef de band goed, want daar zijn we het altijd wel over eens geweest: het leven is te kort om lang ongelukkig te blijven. In 2008 heb ik mijn knopen geteld en samen met een compagnon het bedrijf W2Wonen opgericht dat zich ook toelegt op de inrichting van zorginstellingen. Ik denk dat mijn bedrijfsvoering verschilt van die van mijn vader. Mijn vader was

zoals gebruikelijk in die tijd meer hiërarchisch ingesteld en niet altijd even diplomatiek. Hij zei wat hij dacht en eigenlijk was het ook wel de bedoeling dat het zo gebeurde. Tegelijkertijd was hij een heel gedreven en gepassioneerd ondernemer. Dat werkte vaak in zijn voordeel, maar soms ook in zijn nadeel. Ik ben zelf eerder een perfectionist en meer onderhevig aan twijfel. Mijn valkuil is dat ik meer zou moeten delegeren.’

nr.6 kennis

19


20

nr.6 Kennis


achtergrond

Beleggerspsychologie

De subjectiviteit van onze waarneming Een mens kan niet alles weten. In een poging ons kennisgat te vullen, laten we ons volgens psycholoog Yvonne Berkhoff onder meer leiden door ons verlangen naar succes. ‘We kijken met een gekleurde bril omdat we altijd bezig zijn bevestiging te zoeken van de juistheid van onze beslissingen.’ Dat geldt zeker ook voor beleggen.

nr.6 kennis

21


achtergrond

Beleggerspsychologie

‘ Wij zijn allemaal aan

I

edereen kent wel de ervaring dat je een kran-

ten. ‘Als je buurman dat doet en jou lekker maakt met de rende-

tenkop of reclamekreet helemaal verkeerd leest. Er staat iets

menten die hij haalt, dan is je eerste reactie: dat kan ik ook, en zelfs

heel anders dan je dacht. Yvonne Berkhoff vindt dat een mooi

beter. De vraag of je wel over genoeg kennis beschikt verdwijnt in

voorbeeld van de subjectiviteit van onze waarneming. ‘We zien

zo’n geval al snel naar de achtergrond en wordt verdrongen door

datgene wat we verwachten te zien. Daarin kunnen we onszelf

andere motieven, die volstrekt irrationeel zijn.’

vaak moeilijk corrigeren. Soms moet je iets wel drie keer lezen voor je eindelijk leest wat er werkelijk staat.’ Informatie mag dus

Leren van fouten

objectief lijken, de manier waarop we die tot ons nemen is verre

Hoe ervarener een belegger, hoe beter hij weet

van neutraal. ‘Een exacte wetenschap als wiskunde komt mis-

dat ondanks alle kennis en informatie die beschikbaar zijn, de aan-

schien wel het dichtst bij een objectieve, waardevrije logica. Maar

delenmarkten vol onzekerheden zitten. Veel van wat er gebeurt

zodra er mensen in het spel zijn, en in de economie is dat absoluut

hebben we niet in de hand en kunnen we dus niet voorzien. Soms

het geval, gaan imperfectie en subjectiviteit een rol spelen. Dat is

moet je daarom je verlies nemen, slikken en weer doorgaan. Leren

onvermijdelijk.’

van fouten is daarbij een essentiële eigenschap voor een succesvolle belegger, stelt Berkhoff. ‘Wij zijn allemaal geneigd om suc-

Verwachtingen

cessen aan onszelf toe te schrijven, en mislukkingen aan anderen

Dat klinkt overigens dramatischer dan het is.

te wijten. Dat is lang niet altijd terecht. Als je weet dat je met te

Zolang we ons niet in slaap laten sussen door de illusie dat ons

weinig kennis ergens ingestapt bent, dan is het wijs om dat voor

niets kan gebeuren zolang we over kennis beschikken, is er niets

jezelf toe te geven en het de volgende keer anders aan te pakken.’

aan de hand. ‘Iedereen heeft de neiging om de lacunes in de ken-

Zelfkennis is dus noodzakelijk om te voorkomen dat je dezelfde

nis zelf aan te vullen. Daarbij worden we geleid door verlangens

fouten opnieuw gaat maken.

en verwachtingen. Dat is niet erg, zolang we ons maar realiseren

Nu zelfs het oerdegelijke sparen niet meer veilig blijkt te zijn,

dát we dat doen. Dan valt er prima te leven met subjectieve ken-

dringt bij veel mensen het besef door dat we moeten leren omgaan

nis.’ Op basis van onze ervaringen hebben we bepaalde verwach-

met onzekerheden. Hoe meer ervaring een belegger heeft, hoe

tingen, stelt Berkhoff. Die verwachtingen kleuren onze waarne-

beter hij weet wat er kan gebeuren. Daar stelt hij zijn verwachtin-

mingen. Juist als we iets heel graag willen, filteren we de informatie

gen op in en dat kleurt weer de manier waarop hij informatie tot

die we tot ons nemen. Dat geldt zeker ook voor beleggen. ‘Je hoopt

zich neemt en verwerkt.

dat de koersen omhoog gaan. Als dat niet zo gebeurt, zijn we ge-

Yvonne Berkhoff vat graag nog even samen wat volgens haar

neigd de eerste tekenen daarvan te negeren. We kijken met een

de kenmerken zijn van een succesvolle belegger: ‘Die kent zich-

gekleurde bril omdat we altijd bezig zijn bevestiging te zoeken van

zelf. Weet wat zijn sterke en zwakke plekken zijn. Hij spreidt de

de juistheid van onze beslissingen.’

risico’s en is zich bewust van zijn drijfveren. Hij belegt vanuit ervaring, kennis, verstand en gevoel, ziet z’n fouten onder ogen

Drijfveren

en leert ervan.’

hebben is de behoefte aan succes en de wens ons te onderscheiden

Yvonne Berkhoff is docent psychologie aan de Vrije Universiteit en

van anderen. Ook die drijfveren kleuren onze blik en daarmee de

consultant via Berkhoff Consult te Amsterdam.

Wat alle mensen, dus ook beleggers, gemeen

keuzes die we maken. Diezelfde drijfveren kunnen mensen ertoe brengen met gegevens te sjoemelen of te liegen, maar ze zijn ook de oorzaak van overmoed en de neiging om risico’s te onderschat-

22

nr.6 Kennis


achtergrond

Beleggerspsychologie

geneigd om successen aan onszelf toe te schrijven’ Zelfkennis is belangrijk ‘Kennis is belangrijk, maar beleggers moeten allereerst beschikken over de nodige zelfkennis’, stelt Bert Dekker. De senior medewerker Financiële Structurering van Schretlen toetst onder andere beleggingsvoorstellen en beoordeelt ze op evenwichtigheid en consistentie. Zowel de cliënt als zijn relatiemanager bij Schretlen moet over zelfkennis beschikken. Dekker: ‘Voor je begint met beleggen is het van belang ook mogelijke angstgevoelens te inventariseren. Loop vooruit op vervelende situaties die kunnen ontstaan, schat in hoe je daarop gaat reageren en speel daar nu al op in. Slaap je nog steeds goed als de koersen opeens sterk dalen? Zijn er dan nog andere geldstromen beschikbaar of moeten die bijvoorbeeld aan het eigen bedrijf worden onttrokken? Beleggen is kortom vooruitzien’, concludeert Bert Dekker. Zelfkennis betekent ook: je eigen beperkingen kennen. Wie weet waar de leemte in zijn eigen kennis zit, weet ook welke deskundigheid hij extern moet inschakelen. De adviseurs van Schretlen zijn op de hoogte van wat ze zelf in huis hebben, maar de bank werkt ook samen met internationale partijen om interessante beleggingsproducten aan te kunnen bieden. Kennis kan niet zonder gevoel. Kennis van de markt is essentieel, maar enig gevoel voor hoe die zich ontwikkelt is absoluut noodzakelijk. ‘Je kunt tegen de stroom in roeien, maar je moet ook proberen aan te voelen wanneer het tij weer

keert’, aldus Dekker. Ook bij de samenstelling van een beleggingsportefeuille speelt gevoel een rol. De beleggingen moeten passen bij de normen en waarden van de cliënt. Als die bijvoorbeeld moeite heeft met alcohol, zijn aandelen Heineken geen goed idee, ook al zouden ze puur rationeel gezien een goede belegging vormen. ‘Elke belegger zou, voor hij in de beleggingsmarkten stapt, goed moeten nadenken over wat hij in het leven belangrijk vindt.’

nr.6 kennis

23

»


achtergrond

Beleggerspsychologie

gezond verstand Ten slotte is ook ervaring belangrijk om goed te kunnen beleggen. ‘In ons vak moet je je niet uitsluitend laten leiden door recente gebeurtenissen, en goed spreiden. Als de koersen erg dalen, kan de verleiding groot zijn het bijltje erbij neer te gooien, terwijl de ervaring juist leert dat zo’n periode vaak gunstig is om in te stappen. En als iedereen enthousiast wordt over de beurs, is het vaak tijd om wat beleggingen aan anderen te gunnen.’ Kortom, als specifieke kennis de motor van de beleggingen vormt, dan zijn zelfkennis, ervaring, gevoel en voortschrijdend inzicht de vereiste smering om de motor goed draaiende te houden.

‘Zelf beleg ik niet. Het kost veel tijd en moeite om voldoende kennis te vergaren om goede beslissingen te kunnen nemen en die neem ik niet. Die paar keer dat ik iets heb geprobeerd zat ik dan ook steeds fout. Wel interessant trouwens, want van missers steek je veel op. Ik vind het vooral leuk om te ontdekken hoe dingen werken.’ Financieel journalist Geert Dekker schrijft over het proces en de achtergronden van beleggen. Kennis is daarvoor essentieel. ‘Ik ben erg huiverig voor de goeroe-industrie die een slaatje probeert te slaan uit het verlangen naar zekerheid bij de gemiddelde belegger. Er zijn altijd wel mensen die drie keer goed gokken

‘Er zijn te veel voorbeelden van mensen die na een of twee goede besluiten hun hoofd verliezen en alsnog alles kwijtraken’

24

nr.6 Kennis

en daardoor heel rijk worden, maar dat wil nog niet zeggen dat ze een recept hebben dat voor iedereen geldt.’ Toch realiseert hij zich ook heel goed dat kennis alleen niet toereikend is. ‘Het is een illusie om te denken dat er wetmatigheden zijn aan de hand waarvan je kunt voorspellen hoe de beurs en de beleggers zich gaan gedragen.’ De factoren onzekerheid en onvoorspelbaarheid zullen altijd een rol spelen. Het enige wat je daartegen kunt doen is je risico’s spreiden en tevreden zijn met een matig rendement. ‘Zorg dat je kennis voortdurend up-to-date is, blijf om je heen kijken, lees de kranten en vertrouw op je eigen gezonde verstand. Er zijn inmiddels te veel voorbeelden van mensen die na een of twee goede besluiten hun hoofd verliezen en alsnog alles kwijtraken.’ De crisis heeft zijn visie op beleggen niet veranderd. ‘Het is niet zo dat we opeens in een heel nieuw tijdperk zitten. In de geschiedenis volgen crises elkaar op en dat is nu niet anders.’ Wat de afgelopen decennia wel veranderd is, is de rol van particuliere beleggers op de aandelenmarkt. Affiniteit met een bepaald product of merk geeft vaker de doorslag bij het besluit om hun geld erop te zetten, merkt Dekker. Hij noemt TomTom of Ahold als voorbeelden daarvan. ‘Er is niks mis mee om te beleggen in een navigatiesysteem omdat je er zelf zo tevreden over bent, maar verdiep je dan ook in de concurrenten. Zorg in elk geval dat je de markt kent, zodat je weet welke risico’s je loopt. Hoe je het ook wendt of keert, beleggen draait uiteindelijk om kennis.’


Column

door Wim de Jong is onder andere columnist voor de Volkskrant

Internetten

- levensgevaarlijk voor ouderen!

H

et tijdschrift Psychologie Magazine heeft een doe-het-zelfwebsite waarop je met behulp van wel honderd verschillende tests aan je eigen geestelijk welbevinden kunt sleutelen. Het wettigt de veronderstelling dat peuteren-aan-je-psyche anno 2010 is wat de kruiswoordpuzzel in de decennia hiervoor was. In het pre-internettijdperk sloeg je als je even niets te doen had de krant open, je pakte een potlood en je begon met een gespeeld-vermoeid zuchtje aan een cryptogram of een doorloper. Nu maak je om wat tijd dood te slaan in 2, 10 of 15 minuten een digitale scan van je persoonlijkheid of van je gevoelsleven: ‘Doe de piekertest’, ‘Bent u een emotionele eter of een externe eter?, ‘Bent u een narcist?’, ‘Welk type bent u in de liefde?’. Of, kan ook: je berekent aan de hand van 46 ja/nee-vragen op de site hoeveel levensjaren je nog voor de boeg hebt. Typisch een test natuurlijk voor al wat oudere heren die hem al een heel klein beetje beginnen te knijpen (vrouwelijke leeftijdgenoten hebben dat minder; die leven doorgaans veel meer in het nu) – en ja, ik kan het dus niet laten om me even snel aan deze bron der kennis te laven. Op basis van onder andere mijn alcoholgebruik en voedselinname, mijn seksuele activiteit, mijn IQ en mijn burgerlijke staat stelt de computer binnen 3,8 minuten vast dat ik 76 jaar word.

A

ls je verstandig bent, haal je als zelftester na zo’n onderzoekje natuurlijk je schouders op en ga je écht iets nuttigs of leuks doen met de tijd die je volgens psychologiemagazine.nl nog hebt. Maar ja, bij beginnende gekke, oude mannetjes zoals ik kan het malen dus zomaar ineens toeslaan. Lieve hemel, máár 76?! De eindstreep vervroegd in zicht?! Een paar minuten lang zit ik boven mijn laptop uit het raam te staren als zat ik alvast voor me uit te sterven achter de geraniums. Internetten – levensgevaarlijk voor ouderen! Het duurt dan ook niet lang of mijn vrouw bespeurt wat van de plotselinge stemmingswisseling die me heeft bevangen. Als ik uitleg wat er de aanleiding toe is, moet ze toch wel even grinniken. ‘Tik dan in het aanbod aan psychologische zelftests nou maar eens “wijsheid” in’, suggereert ze. Mijn laptop geeft daarop ‘geen resultaten’. ‘Kijk aan’, zegt mijn echtgenote. ‘Dat wil misschien zeggen dat je er in het verwerven van wijsheid toch nog alleen voor staat. En laat ik er met mijn beperkte kennis dan aan toevoegen: je hebt er alle tijd voor!’

nr.6 kennis

25


kennis

In beeld

Kennis

Waaraan denkt u bij het woord kennis? Een gevoel, een herinnering of wellicht een zojuist verkregen idee? Bijzonder is dat ĂŠĂŠn woord, waaraan iedereen dezelfde betekenis koppelt, vaak verschillende beelden kan oproepen. Wij namen de proef op de som en vroegen vijf net afgestudeerde fotografen hun visie op het thema kennis te vertalen naar een beeld. Het resultaat is een prikkelende fotoreportage.

26

nr.6 Kennis


vertrouwen

In beeld

nr.6 kennis

27


kennis

In beeld

pagina 27

WIE: Vincent van Gaalen (26) STUDIE: Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag FOTO: Botanica ‘De mensheid heeft ontzaglijk veel kennis opgedaan door de natuur te observeren en te bestuderen. Zo hebben wij ontdekkingen gedaan die de mens uitkomst bieden. Er zijn tal van planten en kruiden die gebruikt kunnen worden voor het genezen en het voorkomen van allerlei kwalen.’ Vincent liet zich inspireren door etsen en tekeningen die vroeger gemaakt werden bij het bestuderen van planten en kruiden en fotografeerde een salieplantje. ‘Functionaliteit en schoonheid komen hier samen. Het gaat om de bewustwording, het zien van de tweede laag. Wanneer we de natuur goed observeren blijkt er vaak meer in te zitten dan we in eerste instantie zouden denken.’

WIE: Jonas Löllmann (28) STUDIE: Academy of Fine Arts in Maastricht FOTO: Mother&child ‘Vrije interpretatie is belangrijk in mijn manier van fotograferen. Dat Nederlands niet mijn moedertaal is, zorgde ervoor dat ik het thema kennis vrij kon interpreteren. Ik wil dat mensen de vrijheid voelen om hun fantasie te gebruiken, als maker vul ik bewust niet alles in. Daarom fotografeer ik mensen graag van de achterkant.’ Kennis staat voor Jonas in verband met vertrouwen en liefde tussen mensen. Dit legde hij vast in de straten van Berlijn. ‘Het is belangrijk om kennis te verwerven, te laten groeien en in balans te houden.’ www.jonasloellmann.de

28

nr.6 Kennis


kennis

In beeld

nr.6 kennis

29


kennis

In beeld

Wie: Daan Paans (24) Studie: St. Joost Academie Foto: Untitled ‘Niet het maken, maar het bedenken van een foto is voor mij de grootste uitdaging. Deze foto, die ik gemaakt heb voor het boek Perhaps it could be said rightly there are three times, laat het research area van CERN zien. Onder het landschap op de foto ligt een 30 kilometer lange tunnel waarin CERN het grootste wetenschappelijke experiment ter wereld uitvoert. Dit experiment moet antwoord geven op vragen over het bestaan van antimaterie en de zoektocht naar het Higgs-deeltje. Het summum van kennis dus. De foto laat meer zien dan je op het eerste gezicht denkt. Dat vind ik belangrijk, een foto die meer is dan alleen een plaatje dat een verhaal ondersteunt.’ www.daanpaans.nl

30

nr.6 Kennis


kennis

In beeld

Wie: Kamila Baczek (29) Studie: Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag FOTO: Untitled ‘Als fotograaf werk ik veel met symbolen. Dat is wie ik ben. Bij deze opdracht dacht ik gelijk aan biologische kennis. De hersenen dus. Die connectie met het brein komt ook omdat ik voorheen medicijnen studeerde. Het hoofd op de foto staat symbool voor kennis. De munten verbeelden de bank, maar ook mensen die met veel geld omgaan. Beleggers bijvoorbeeld. Zij moeten kennis van zaken hebben. Daar praten ze dagelijks over. Dat heb ik weer gesymboliseerd door een andere kleur munten te gebruiken voor de hals.’ www.kamilabaczek.com

nr.6 kennis

31


kennis

In beeld

Wie: Jonas Lund (26) Studie: Gerrit Rietveld Academie foto: Kontoret (4 borden en een kopieermachine) ‘Foto’s weerspiegelen de werkelijkheid. Althans, zo werden foto’s in het verleden beleefd. Maar met de komst van Photoshop is niets meer wat het lijkt. Die techniek is zo ver doorgeschoten, dat niemand meer in de echtheid van de opname gelooft. Waar kijk je eigenlijk naar? Is het de werkelijkheid of een illusie? Met deze foto bevraag ik de toepassing van die kennis. Hoe ver mag je gaan met beeldmanipulatie, met het creëren van een illusie? Dat probeer ik te laten zien door de alledaagse kantoorartikelen op deze manier af te beelden.’ www.jonaslund.com

32

nr.6 Kennis


nr.6 kennis

33


interview

Wijs & ervaren

‘ Geld moet ik zorgeloos uit kunnen geven’ Voor succesauteur Tessa de Loo (63) heeft het schrijven van een roman nog altijd iets magisch. Haar beste momenten beleeft ze achter haar bureau in Portugal. ‘Ik pas niet helemaal meer in Nederland.’

34

nr.6 Kennis


interview

Wijs & ervaren

nr.6 kennis

35


interview

Wijs & ervaren

1

Schrijverschap & ondernemerschap

Schrijven is een bedrijf. Een schrijver zit achter zijn bureau te schrijven. In alle eenzaamheid en stilte, teruggetrokken in zijn fantasie. Dat bestaan heeft me altijd getrokken. Maar de schrijver moet ook verkopen. Nu pas, na 26 jaar schrijven, dringt dat tot me door. Elke keer dat er een boek verschijnt, start er een heel promotiecircus met interviews, fotosessies, lezingen, signeersessies. Ik moet uit Portugal overkomen, in een hotel overnachten, soms zelfs de wereld rondreizen. Mijn roman De tweeling is in 22 talen vertaald. Ik ben meerdere keren naar Australië gereisd om lezingen te geven. Ook heb ik radio-interviews gegeven in het Nederlands, Engels, Duits en Portugees. En deed ik lezingen in Engeland, Portugal en Polen en heb ik drie lezingentournees van elk twee weken in Duitsland gedaan. Je moet je talen spreken en bijhouden en daardoor ontzettend flexibel zijn. Natuurlijk vind ik het erg fijn dat mijn werk zoveel aandacht krijgt, maar ik ben er niet zo goed in, in geïnterviewd worden. Dan zit je in een tv-show, helemaal voorbereid om over je boek te praten en dan is de eerste vraag: ‘Hoe is het nu om in Portugal te wonen?’ Dan heb ik daar niet zo snel een snedig antwoord op, zodat ik met een onbevredigd gevoel weer naar huis ga. Na 26 jaar schrijverschap voel ik me op tv nog steeds ongemakkelijk. Toen bleek dat ik van de pen kon leven, kwam er een enorme rust over me. Ik hoefde niet meer te zoeken. Ik hoefde geen les meer te geven. Ik hoefde niet meer naar de kunstacademie, een droom die ik als klein meisje al had. Toen het klikte tussen mij en het schrijven, was ik thuis. Half buiten en half in de samenleving staan, het menselijke bedrijf gadeslaan: deze voor mij natuurlijke levenshouding kreeg een functie toen ik eenmaal schrijver was. Ik wist dat ik altijd door zou gaan met schrijven, wat er ook gebeurde. Makkelijk is het niet altijd geweest. Er is wel eens een roman afgewezen door de uitgeverij. Ik had toen een jaar voor niets gewerkt en had het financieel moeilijk. Mijn zekerheid kreeg een knak. Daarna moest ik me aan mijn eigen haar omhoog trekken.

36

nr.6 Kennis

2

Familie & gezinsleven

Als kind tekende en schilderde ik veel. Ik wilde beeldend kunstenaar worden maar mijn ouders waarschuwden mij voor een karige financiële toekomst. Dat schrikte mij enorm af. Ik ben geen type dat een kilometer omfietst voor goedkopere sinaasappels. Nee, geld moet ik zorgeloos uit kunnen geven. Uiteindelijk ging ik Nederlands studeren. Ik had een passie voor literatuur. Voor Françoise Sagan, Sartre, Simone de Beauvoir. Maar ook voor Hermans, Couperus, Reve. Zijn brievenboeken, zoals Op weg naar het einde, heb ik stukgelezen. Zijn humor, zijn weergaloze stijl, zijn melancholie: dat was zo troostend. Maar het bestaan als lerares Nederlands stond mij tegen. Dat vroege opstaan. Als de leerlingen hun tassen om half negen op de tafels smakten, deed het mij pijn aan de oren. Ik had het geluk dat mijn debuut meteen een bestseller werd zodat ik kon stoppen met lesgeven en kon doen wat ik het liefst deed. Dertig jaar geleden ben ik gescheiden. Daarna ben ik nooit meer getrouwd. Ik heb een paar relaties gehad, maar nu ben ik alweer een tijd alleen. Dat vind ik niet erg, ik koester mijn onafhankelijkheid. Mijn zoon is getrouwd met een Française, ze hebben twee kinderen van vier en zes. Die zie ik regelmatig. Ik heb ook een huis in Frankrijk, dichtbij de woonplaats van mijn zoon en zijn gezin. Ooit vluchtte ik naar Portugal omdat ik het hier in Nederland te vol en te druk en de hemel te grijs vond. Ik houd van natuur, van wandelen en van ruimte. In Portugal en Frankrijk heb ik het naar mijn zin. En toch mis ik Nederland wel eens: de Hema, alles wat vanouds bekend is. Maar vooral de taal. Het is vermoeiend om je altijd in een vreemde taal te moeten uitdrukken. Tegelijkertijd heb ik sterk het gevoel dat ik toch niet meer zou kunnen wennen in Nederland. Als ik naar de vaderlandse televisie kijk, begrijp ik veel niet. Ik weet niet meer waar Nederlanders zich druk om maken en waarom. De begrafenis van André Hazes bijvoorbeeld. Heel Nederland stond op zijn kop. Ik stond er versteld van dat die begrafenis zo sentimenteel was, dat er zo’n cultuur omheen was gecreëerd. Dat mensen zich zo laten gaan, ongelooflijk. Ook de dood van Ramses Shaffy werd breed uitgemeten. Alles komt op tv. De showbizz is in de berichtgeving ontzettend dominant geworden de laatste jaren. Ook de taal verandert, verloedert is misschien een groot woord maar men gaat er wel gemakzuchtiger mee om.


interview

Wijs & ervaren

‘ Toen bleek dat ik van de pen kon leven, kwam er een enorme rust over me’

3

Inspiratie & creativiteit

Helden heb ik niet, wel bewonder ik bepaalde mensen. Vooral schrijvers, zoals Haruki Murakami, Sandro Veronesi, Paul Auster, Carson McCullers, Coetzee. Schrijvers die het moderne leven weergeven, beschrijven wat de hedendaagse mens bezielt. Die in een geweldige stijl verbluffende psychologische inzichten geven en laten zien in welke valkuilen we vandaag de dag vallen. Ik probeer iets van deze schrijvers te leren. Hoe je een verhaal in elkaar zet, de toon, de visie op het leven. Op dezelfde wijze kijk ik naar films. Een film is een verhaal. Hoe wordt dat verteld? Hoe pakt de scenarist dit aan? Zo ben ik een enorme fan geworden van The Sopranos. De schrijvers van die serie over een mafiafamilie zijn erin geslaagd de kijker mee te zuigen in het leven van een meedogenloze, onsympathieke, dikke mafialeider. Waarom kijk je ernaar? Omdat die man een gewoon mens is, weliswaar extreem maar met herkenbare eigenschappen. Hij is een mafialeider maar tegelijkertijd ook patiënt bij een psychiater, een twijfelaar, een vader die zijn zoon helpt met zijn huiswerk, een man met huwelijkspro-

blemen en een geweldig gevoel voor humor. Als kijker ga je enorm met hem meeleven. Schrijven is voor mij nog steeds iets magisch. Er zijn momenten waarop het zo vloeiend gaat, dat ik niet snap waar het vandaan komt. Of ik krijg tijdens het autorijden ineens een geweldig idee voor een boek. Dat zijn heel bijzondere ervaringen. Neurologen kunnen vast wel uitleggen hoe dat werkt in ons brein. Het wiel werd gelijktijdig uitgevonden op verschillende plekken op de aarde. Kennelijk hangt er zo af en toe iets in de lucht, een soort golflengte van ideeën. Meestal heb je er geen contact mee. En soms lukt dat ineens wel en springt er een grandioos idee in je hoofd. Soms hebben meerdere mensen dat ongeveer gelijktijdig. Het idee leeft dan heel sterk zonder dat iedereen het weet. De keren dat ik dat heb gehad, voel ik als spirituele ervaringen. Ik gebruik het woord spiritueel eigenlijk nooit, omdat het zo platgetreden is en werkelijk overal voor wordt gebruikt. Maar bij dit fenomeen past het woord heel goed.

»

nr.6 kennis

37


interview

Wijs & ervaren

4

Zingeving & psyche

Als schrijver lig je constant onder vuur. Dat verandert niet maar je went er ook nooit aan. Vooral omdat het soms oneerlijke kritiek is. Dan is het boek niet goed gelezen, of heeft de criticus een vooringenomen mening over mij. Weer een boek van haar, die schrijfster van De tweeling. Krijg ik een slechte kritiek, die echter wel goed onderbouwd is, dan kan ik ermee leven. Maar niet met gemakzucht en onoprechtheid. Zo’n boek is op dat moment een baby. Dan mag niemand zeggen dat hij lelijk is. Ik lees kritiek pas maanden na verschijning, als alles bezonken is.

‘ Vooral omdat het verboden was, trok het geloof mij aan’ 5

Geloof & spiritualiteit

Ik kom uit een atheïstisch gezin. Als kind was ik erg

cv Tessa de Loo (1946) is schrijfster. Ze studeerde Nederlands en werkte een tijdje als lerares op een middelbare school tot ze naam maakte met De meisjes van de suikerwerkfabriek (1983). Voor dit debuut ontving ze de Anton Wachterprijs en het Gouden Ezelsoor. Meander, Het rookoffer en Isabelle volgden. Haar grootste succes was de roman De tweeling (1993) over twee Duitse zusjes die op jonge leeftijd uit elkaar worden gehaald. De een groeit op in Duitsland, de ander in Nederland. Dan komt de Tweede Wereldoorlog, die een zware stempel drukt op hun beider levens. Als ze oud zijn, ontmoeten de zussen elkaar toevallig weer. De tweeling werd zeer succesvol verfilmd met Ellen Vogel en Thecla Reuten in de hoofdrollen, als de jonge en oude Lotte. Ook volgde een toneelstuk. Voor deze roman ontving Tessa de Loo de Otto von der Gablentz-prijs en de Publieksprijs. Daarna schreef Tessa de Loo nog verschillende romans en reisverhalen. In oktober komt Daan en de boze wereld uit, een non-fictieboek over leven met een hond in Portugal.

38

nr.6 Kennis

onder de indruk van de katholieke kerk. Ons dienstmeisje nam mij met kerst stiekem mee, achter op de fiets, naar de kerk. Dan zag ik al die stalletjes met lichtjes. Ze liet mij De engelbewaarder lezen, met Bijbelverhalen voor kinderen. Die vond ik mooi. Vooral omdat het verboden was, trok het geloof mij aan. Mijn ouders vonden religie iets voor de dommen. Zelf zie ik ook niet veel in godsdienst. De geschiedenis van de meeste godsdiensten is bezoedeld met bloed en hypocrisie. Ik geloof wel in de magie van het leven. Het feit dat wij, mensen, dieren, de aarde, überhaupt bestaan. Ons leven is vaak een tragedie maar ook boeiend. De menselijke soort is in staat tot de creatie van zowel gruwelen als de meest waanzinnige kunstwerken, uitvindingen en wat al niet meer. De mens als denkend en voelend wezen is een mysterie en voor een schrijver een onuitputtelijke bron van inspiratie. Ik denk dat als we willen overleven, en dan bedoel ik in psychische zin, dat we dan een stapje terug moeten doen in onze welvaart. Nu zijn we op weg om menselijke machines te worden. Neem jongeren. Ze hebben bijna alleen nog contact met anderen via de mobiele telefoon en de computer. Het is in de plaats gekomen van persoonlijk contact. Men laat voortdurend weten waar men is en wat men aan het doen is. Wat voor contact is dat? Mijn schoondochter, die lerares is, vertelde dat ze met leerlingen op schoolreis in de bergen was. Die kinderen waren continu aan het bellen met hun ouders. Hoe het met ze ging, wat ze aan het doen waren. Wij waren vroeger blij dat we onze ouders even kwijt waren. Maar erger: als die kinderen van nu thuis komen, hebben ze hun ouders niets te melden. Afstand, zo gezond in alle menselijke relaties, is er dan niet meer.


dingen van waarde

Onbetaalbaar

‘Hartelijk, voor Jos van Hubert Lampo’ ‘Het is allemaal begonnen met het boek Terugkeer naar Atlantis van Hubert Lampo. Dat was het eerste boek dat me echt greep. Ik ben verslingerd geraakt aan het magisch realisme. Een stijl die in de Nederlandse literatuur vooral door Lampo belangrijk is gemaakt. Zeg maar Judith was het eerste nieuwe boek van hem dat ik kocht en dat me ook weer van begin tot eind boeide. Tweeëntwintig jaar was ik toen hij in de Bijenkorf in Rotterdam zijn net uitgekomen boek signeerde. “Hartelijk, voor Jos van Hubert Lampo” staat er voorin deze eerste druk, mét handtekening. Apetrots ben ik erop. Die ontmoeting met hem staat me nog altijd bij. Maar het zit ’m ook in het magisch realisme waarom ik het boek nooit weg zou doen. Die stijl markeert een belangrijke fase in mijn ontwikkeling tot jongvolwassene. Een mooie tijd.’ Jos Brauwers

nr.6 kennis

39


eyeopener

Beeldcolumn

‘ Als je een raadsel niet op kunt lossen, moet je het raadsel vergroten’ Harry Mulisch (Vrij Nederland, maart 2010)

00 40

nr.5 Kennis nr.6 vertrouwen


eyeopener

Beeldcolumn

nr.5 vertrouwen nr.6 kennis

00 41


visie

Beleggingsstrategie

Han Dieperink, CIO Schretlen & Co

‘ Kennis combineren met boerenverstand’ Kennis is macht. Voor een beleggingsstrateeg is dit maar al te waar. Maar tegelijk is kennis ook zijn grootste valkuil. Want wie het allemaal zo goed denkt te weten, kan overmoedig raken. Een gesprek met chief investment officer Han Dieperink.

H

ij houdt van uitdagingen. Met een studie-

wereld, dat ik nooit uitgelezen en uitgeleerd raak. Gisteren was het

genoot zette Dieperink ooit een bedrijf in stropdassen

de subprime crisis in de Verenigde Staten, nu is het Griekenland en

op die ze in India lieten produceren. Maar toen de taal-

morgen is er weer iets anders waar je in moet duiken. De uitdagin-

en culturele hordes eenmaal waren genomen en het

gen blijven zich vanzelf aandienen.’

stropdassenbedrijf zowaar van de grond kwam, was de lol er voor hem af. Meesterwerken naschilderen, dat werd Dieperinks nieuwe

Generalisten

passie. Van Gogh, Monet, Cézanne: hij bleek talent te hebben.

Dieperink is hoofd van de afdeling beleggingsstrate-

Maar na zo’n zeventig reproducties, die voor goed geld van de hand

gie. Die houdt zich bezig met markten, landen, sectoren en bedrij-

gingen (er hangt nog een echte ‘Dieperink’ in een Leids universi-

ven. Op basis van analyses wordt een beleggingsstrategie ontwik-

teitsgebouw) verloor hij ook deze interesse. ‘Je vraagt je misschien

keld. Het gaat erom de beste informatie te verkrijgen. ‘Dat is een

af hoe het kan dat ik het al zo lang volhoud bij deze bank’, lacht

kwestie van veel lezen en praten met specialisten’, licht Dieperink

Dieperink. ‘Het antwoord is simpel. Beleggen is zo’n fascinerende

toe. Die specialisten zitten soms aan de andere kant van de wereld

42

nr.6 Kennis

»


visie

Beleggingsstrategie

Han Dieperink (43) studeerde fiscaal en civiel recht in Leiden. Tijdens zijn dienstplicht bij de marine ontdekte hij dat een baan bij de Belastingdienst, die hem al tijdens zijn studie was toegezegd, hem toch te benauwend leek. Terug aan de wal solliciteerde hij bij Schretlen. Han Dieperink was trainee, medewerker beleggingsstrategie en tien jaar hoofd beleggingsstrategie en chief investment officer. Dieperink is getrouwd en vader van Bram en Floor.

nr.6 kennis

43


visie

Beleggingsstrategie

‘ Je moet, als dat nodig is, een bord voor je kop hebben en tegen de stroom in roeien’ en soms een bureau verderop. ‘We willen niet alleen een gezamen-

Schretlen-klanten soms stage lopen op zijn afdeling. Niet omdat

lijke visie op beleggen en financiële markten, maar ook van elkaars

ze er een carrière ambiëren, maar omdat deze kinderen veelal in

kennis gebruikmaken.’

de toekomst over een groot vermogen zullen beschikken: ‘Het is

Het onderwerp van dit gesprek is kennis. Dieperink zegt daar

belangrijk dat ze weten hoe dat kapitaal belegd en beheerd wordt.’

een haat-liefdeverhouding mee te hebben. Enerzijds leest hij alles

Kennis delen vindt Dieperink belangrijk. Hij praat graag over zijn

wat met zijn vakgebied te maken heeft. Anderzijds weet hij dat ken-

vak en dat gaat nu eenmaal beter met mensen die zelf ook enig

nis voor beleggers een keerzijde heeft. ‘Als je het gevoel krijgt: ik

verstand van zaken hebben.

weet precies hoe het allemaal in elkaar steekt, en je wordt een paar keer bevestigd in je visie, dan ligt overmoed op de loer.’ En overmoed leidt tot het aangaan van onverantwoorde risico’s. Kennis is

Tegendraads

Naast kennis, boerenverstand en relativeringsver-

dus niet zonder gevaren. ‘Ik wil daarom dat mijn medewerkers hun

mogen is de ideale beleggingsstrateeg ook tegendraads. ‘Je moet, als

kennis combineren met boerenverstand, nuchterheid. Die no-non-

dat nodig is, een bord voor je kop hebben en tegen de stroom in

sense houding zit overigens in de genen van onze bank.’

roeien.’ Dieperink houdt van onafhankelijke en eigenwijze denkers in zijn team. En natuurlijk wil hij betrokkenheid. Daar selecteert hij

Verstand van zaken

op bij sollicitaties. Dus vraagt hij elke sollicitant of die ook privé

Twee andere gezonde eigenschappen voor een

belegt. ‘Raar maar waar: sommige kandidaten doen dat dus niet.

beleggingsstrateeg zijn relativeringsvermogen en het besef dat je

Dan mis je, vind ik, de echte liefde voor dit vak.’

sommige dingen gewoon niet kúnt weten. Begin dit jaar voorspel-

Zelf is Dieperink uiteraard al sinds zijn jonge jaren actief op de

de Dieperink dat de dollar in waarde zou stijgen. Daarmee ging hij

beurs. Zijn ultieme beleggingstip? ‘Koop Apple. Dat zeg ik alleen

in tegen de gangbare mening dat de dollar structureel zwak zou

niet als belegger maar als liefhebber en bewonderaar van dit bedrijf.’

zijn. Wat bleek? De dollar nam inderdaad in waarde toe. ‘Alleen

Dieperink blijkt een zeer loyale afnemer van alles waar het Apple-

kwam dat niet door de kracht van de dollar, maar door de zwakte

logo op staat. Wat hem zo aanspreekt in dit bedrijf? Na enig naden-

van de euro en de problemen in Griekenland. Ik was right for the

ken: ‘Hun producten werken gewoon net even beter en prettiger dan

wrong reasons.’

die van concurrenten. Heb jij wel eens dat je telefoon in je zak zit en

Dieperink doet daar niet moeilijk over. Naar klanten heeft hij

dat-ie per ongeluk geactiveerd wordt? Bij een iPhone zal dit niet

dezelfde openheid. Hoewel beleggen voor velen een black box is

gebeuren. Er zit namelijk een digitaal schuifje op, de “slide to

en blijft, hoeft een bank of beleggingsinstelling geen geheimen te

unlock”-button. Heel slim, heel eenvoudig. Apple heeft er gewoon

hebben, is zijn stelling. ‘Ik wil dat cliënten begrijpen hoe wij wer-

net iets beter over nagedacht dan andere bedrijven.

ken, hoe beleggingsstrategieën tot stand komen en welke keuzes daarbij worden gemaakt.’ Om die reden mogen kinderen van

44

nr.6 Kennis


dingen van waarde

Onbetaalbaar

Wending ‘Het is toevallig dat ik schilder ben geworden. In 2003 bezocht ik een vriend op Bonaire die diverse studio’s had waar mensen konden schilderen. Tijdens een schildersessie ben ik gevraagd om mee te doen. Vanaf de eerste penseelstreek ben ik compleet verslingerd geraakt aan het schilderen. Dat was zo’n keerpunt in mijn leven, onbeschrijfelijk. Die weken op Bonaire waren fantastisch en dat heb ik geprobeerd vast te leggen in mijn eerste kunstwerk. Het is geïnspireerd op de zee, de ruimte, de vriendschappen die zijn ontstaan en de vrijheid die ik toen voelde. Zonder na te denken, heb ik geschilderd. De abstracte voorstelling stroomde vanzelf uit mijn penseel. Het schilderij hangt in mijn atelier en roept nog steeds de herinneringen aan Bonaire op. Ik zal er nooit afstand van doen, want het visualiseert de wending in mijn leven. Daar ben ik nog elke dag blij mee.’ Toon den Heijer

nr.6 kennis

45


Thema Obligaties: terugblikken en vooruitzien Obligaties, verhandelbare schuldbewijzen, stonden vaak bekend als een relatief veilige – soms zelfs saaie – belegging. Maar nu is alles anders. Wat is er gebeurd met staatsen bedrijfsobligaties? En wordt het ooit weer zoals het was? Twee ontwikkelingen en twee verwachtingen. ‘Het is een beetje dansen op de vulkaan.’ >>

46

nr.6 Kennis


selectie Thema

Terugblik: I

Bedrijfsobligaties: hausse voorbij Bedrijfsobligaties waren de beleggingshype van 2009. Beleggingsfondsen in bedrijfsobligaties behoorden in het derde kwartaal 2009 tot de succesrijkste categorie fondsen in Europa. En eindigden ruim voor aandelenfondsen en gemengde fondsen. Dat blijkt uit cijfers van de Britse fondsenspecialist Lipper FMI. Bron: De Tijd, 26 november 2009, Bedrijfsobligaties drijven boven in fondsenland Europa

‘D

‘Vanwege de relatief hoge rentes die ze uikeerden, raakten staatsobligaties in trek’

irect na het ontstaan van de financiële crisis in 2008 ging veel vluchtgeld naar staatsobligaties, als veilige haven. De rentes die bedrijfsobligaties uitkeren, gingen destijds omhoog. Dat kwam door angst dat bedrijven het moeilijk zouden krijgen omdat banken minder krediet konden verstrekken. Maar na verloop van tijd bleek dat de grote beursgenoteerde bedrijven, anders overigens dan het midden- en kleinbedrijf, relatief weinig problemen ondervonden met lenen. Via verhandelbare bedrijfsobligaties bleven ze toegang houden tot de kredietmarkt en konden ze om banken heen. Het risico dat ze failliet gingen, was door die toegang tot krediet relatief klein. En vanwege de relatief hoge rentes die ze uitkeerden,

raakten ze in trek. Van de liquide middelen die vrijkwamen na de val van Lehman Brothers ging daardoor een aanzienlijk deel naar bedrijfsobligaties. Daar kon je veel geld mee verdienen als je op tijd instapte. Als veel mensen dat vervolgens doen en het vertrouwen in bedrijven terugkeert, zakken de rentes op bedrijfsobligaties vanzelf weer. Die rentes zijn nu alweer zo ver gedaald, dat de bijzondere situatie is ontstaan dat bedrijven over hun bedrijfsobligaties soms zelfs lagere rentes betalen dan landen over staatsobligaties; een voorbeeld is Total in Frankrijk. Dat is ongekend omdat je er meestal vanuit mocht gaan dat landen betrouwbaardere crediteuren zijn dan bedrijven. Zij zijn rijker en kunnen eventueel de belastingen verhogen. Toch is het verschijnsel van bedrijven die lagere rentes rekenen dan landen, psychologisch wel te verklaren. Schulden van landen lopen immers erg hoog op. Terwijl die van bedrijven, met uitzondering van de financiële instellingen, binnen de perken blijven. Door de lage rentes is de rek er bij nieuwe, gewone bedrijfsobligaties nu wel zo’n beetje uit. Risicovolle, high yield obligaties kunnen nog wel iets opleveren.’ Han Dieperink

nr.6 kennis

47


selectie Thema

Terugblik: II

Staatsobligaties: grote verschillen Een enorm reddingspakket van 1.000 miljard euro in het weekend van 8 tot 9 mei was nodig om het sentiment rond de Griekse schuldencrisis te keren. De rente die Griekenland op zijn tienjarige staatsobligaties betaalde, daalde kort daarna pijlsnel. Bron: NRC Next, 11 mei 2010 Voorlopig lijkt de euro gered; maar de prijs kan hoog zijn

‘S

taatsobligaties waren jarenlang een stabiele belegging. Drie jaar geleden zag je bijvoorbeeld nog minieme verschillen tussen de Europese landen. De redenering was: het zijn toch allemaal staten. Je moet alleen op je hoede zijn bij oorlogen of revoluties. Nu redeneren beleggers duidelijk anders. Er zijn grote verschillen tussen de Europese landen die in dezelfde Unie zitten en dezelfde valuta hebben. Het opvallendst is natuurlijk de enorme rente die Griekenland moet betalen voor staatsobligaties nadat duidelijk was geworden hoe groot de begrotingsproblemen daar zijn. De rente op staatsobligaties liep daar op tot maar liefst 10 procent boven die

00 48

nr.6 Kennis

van Duitsland. Dat gebeurde vlak voordat de Europese landen in mei samenkwamen en een noodplan voor dit land smeedden. De markt vroeg zich voor dit weekend af of de Grieken hun verplichtingen gingen nakomen. Toen Europese landen lieten zien dat ze Griekenland niet failliet lieten gaan, liep de obligatierente van Griekenland weer terug naar rond vijf procent boven Duitsland. Nog steeds is de rente daarmee hoog: beleggers blijven afwachtend. Ik denk dat dit komt omdat de Griekse problemen structureel zijn. Het gaat om een gesloten economie. En het blijft een land dat niet helemaal overtuigt in de mentaliteit dat ze de problemen zeer grondig zullen aanpakken. Heel anders gaat het in het door de crisis zwaar aangeslagen Ierland, een land dat ook met een relatief hoge obligatierente kampt. De Ieren hebben uit zichzelf zware maatregelen genomen, zoals het fors verlagen van pensioenen en salarissen. Dat geeft beleggers het vertrouwen om Ierse obligaties op te nemen in hun portefeuille. Erik Schmahl

‘ Je moet op je hoede zijn bij oorlogen of revoluties’


selectie Thema

Historie obligatie in een notendop ‘Als ze al hadden bestaan, was er voor obligaties tot laat in de middeleeuwen weinig draagvlak, vanwege het taboe op rente. Maar in de zestiende en zeventiende eeuw raakten de rentebrief en de tontinelening in zwang. Bij de rentebrief leende een welgestelde een zeker bedrag aan een stad uit en bedong een jaarlijkse rente voor zijn gezin. Bij de zogeheten tontinelening betaalde een stad of staat een gelijkblijvend rentebedrag aan geldverstrekkers tot aan hun dood, zonder af te lossen. De overlevers kregen zo een steeds verder oplopend bedrag. Dergelijke leningen waren aanvankelijk op naam gesteld, maar later kwamen schuldpapieren op die verhandelbaar waren. Een mooi vroeg voorbeeld van een overheid die op grote schaal geld leende van particulieren – zoals nu met staatsobligaties gebeurt – waren de Habsburgse vorsten in de vijftiende eeuw. Zij leenden van het geslacht Fugger dat een vermogen verdiende met mijnbouw, handel en bankzaken (in het Duits staat Fucker nog steeds voor monopoliehandelaar). Zij werkten daarbij met wisselbrieven, een voorloper van een bankbiljet/obligatie. De VOC was een van de eerste bedrijven die “bedrijfsobligaties” uitgaf, vanaf 1621. Toen heette dat nog een “aandeel in een geldle(e)ning”. Sindsdien heeft de o bligatie zich ontwikkeld tot een vrij verhandelbaar bewijsstuk voor een deel van een (publieke) schuld. Een klassieke obligatie is een vastrentende waarde met als risico dat de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt. Tegenwoordig zijn diverse innovatieve obligaties te koop, bijvoorbeeld met variabele rentes.’ Bert Dekker

Vooruitzicht: I

Keerpunt rente komt langzaam Zelfs managers van obligatiefondsen vragen zich af of het nog verstandig is om obligaties te kopen. Omtrent staatsobligaties heerst onzekerheid door de grote tekorten van overheden. En bedrijfsobligaties zijn duur na een lange rally. Nu hogere rentes worden verwacht adviseren sommige financiële strategen om meer cash aan te houden. Bron: www.cnn.com, 6 april 2009 ‘Bonds in the danger zone’

‘O

p het eerste gezicht zitten we in een gunstig scenario voor obligaties. Door de nadruk op relatief veilig, zeker en liquide in crisistijd, was de vraag groot. En dat is nog steeds zo. Tegelijk zie je, zeker bij bedrijfsobligaties, niet een snel toenemend aanbod. Dat komt doordat bedrijven nog voorzichtig zijn met investeren. Daar staat echter het ongunstige rentescenario tegenover. Je ziet dat de rentevergoedingen, vooral van bedrijfsobligaties, sterk zijn gedaald. We zitten wat betreft bedrijfsobligaties op historisch lage niveaus. Terwijl de kans aanwezig is – als bedrijven, bij doorzettend herstel, weer minder gaan lossen en meer gaan investeren – dat de rente op bedrijfsobligaties dus weer stijgt. Daar komt nog bij dat het erop lijkt dat centrale banken vroeg

of laat de nu zeer lage rentes weer wat gaan verhogen. Die combinatie van erg lage rente en de verwachting van een rentestijging is ongunstig voor obligaties. Want als je nu instapt, kun je jouw rendement snel verspelen. En je kunt wel een obligatie kopen die meestijgt met de rente, maar daarvan is het instaprendement minimaal. Het is dus wachten op het keerpunt, waarop we – vanwege het herstel – al een poosje wachten. Maar dat zal waarschijnlijk eerder langzaam dan snel komen. Want het tij keert pas snel met een fors stijgende inflatie of als de economie weer op volle toeren draait. En daar ziet het op korte termijn nog niet naar uit. Zolang de rentes zo laag blijven is het een beetje dansen op de vulkaan.’ Erik Schmahl

nr.6 kennis

49


selectie Thema

Vooruitzicht: II

Kans op grote inflatie relatief klein De meeste westerse staten stonden een kwart eeuw bekend als betrouwbare crediteuren, met lage rentes op staatsobligaties tot gevolg. Ze hadden hun inflatie en begrotingstekorten goed beteugeld. Nu tekorten van overheden zijn opgelopen door de crisis, taant dit vertrouwen en sluipt de angst binnen van een crisis rond de schulden van landen. Inflatie (geldontwaarding) kan een handig middel zijn bij het verlichten van die schuldenlast. Het lijkt daarom verleidelijk – vanuit schatkistoogpunt – om aan te sturen op een inflatie van bijvoorbeeld vier procent. Bron: NRC Handelsblad, 25 februari 2010,

‘ Inflatie, anders dan deflatie, is goed te beheren door centrale banken’

50

nr.6 Kennis

Inflatie helpt ook al niet (Maarten Schinkel)

‘D

e rente die je wilt ontvangen voor een obligatie moet gelijke tred houden met de reële groei van de economie plus de inflatie. Als die geldontwaarding meer wordt dan je had verwacht heb je een strop. Inflatieverwachtingen zijn dus cruciaal. Normaal gesproken ga je uit van een inflatie van zo’n twee procent. Zodra beleggers echter verwachten dat de inflatie toeneemt, vragen ze hogere rentes. De vraag is nu hoe reëel de verwachting is dat de inflatie stijgt. Sim-

pel gezegd is er dan te veel geld voor alle spullen en dan worden die spullen schaarser en dus duurder. Er is een angst voor een inflatoir effect vanwege het vele extra geld dat in het financiële systeem is gepompt. Dat geld is over het algemeen niet in de reële economie gekomen, maar zit in de vorm van steunmaatregelen vast in de balansen van financiële instellingen. Toch durf ik de stelling aan dat obligatiehouders niet echt bang hoeven te zijn voor een overdreven geldontwaarding. Inflatie, anders dan deflatie, is goed te beheersen door centrale banken. Bovendien hebben we nu te maken met, naar mijn mening, deflatoire effecten aan de andere kant. Het aflossen van schulden, wat op grote schaal is gebeurd, werkt deflatoir. En de ICT-revolutie, die eigenlijk nog maar heel recent is begonnen, zorgt ervoor dat we goedkoper kunnen produceren, waardoor de prijzen dalen. Dat overheden zullen pushen om de inflatie op te laten lopen, daar geloof ik niet zo in. Zolang centrale banken onafhankelijk zijn, zullen zij daar hard tegen optreden. Op de korte termijn zal de rente misschien omhoog gaan. Maar op lange termijn geloof ik meer in lage rentes.’ Han Dieperink


Jaargang 2, nummer 6, juli 2010

Dit is het relatiemagazine van Schretlen & Co Uitgever en producent streven uiterste zorgvuldigheid na bij de productie van dit magazine. Beiden zijn echter niet aansprakelijk voor onjuistheden in het blad. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Schretlen & Co N.V. beschikt over een vergunning als kredietinstelling en is als kredietinstelling, beleggingsonderneming en financiële dienstverlener ingeschreven in het register zoals bedoeld in artikel 1:07 van de Wet op het Financieel Toezicht (WFT) gehouden door De Nederlandsche Bank N.V. (www.dnb.nl) respectievelijk de Stichting Autoriteit Financiële Markten (www.afm.nl) te Amsterdam. Deze publicatie is uitsluitend bedoeld voor cliënten van Schretlen. De informatie die u in deze publicatie aantreft, is gebaseerd op informatie die is ontvangen uit door ons betrouwbaar geachte bronnen en publieke informatie. Hoewel wij bij de selectie van onze bronnen zorgvuldig te werk gaan, kunnen wij niet instaan voor de juistheid, volledigheid en actualiteit van de genoemde feiten, meningen, analyses, adviezen, verwachtingen en de uitkomsten daarvan. Schretlen & Co N.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor directe of indirecte schade, waaronder begrepen immateriële schade, gevolgschade (zoals gederfde winst), die het gevolg is van de onjuistheid en/of onvolledigheden/of het niet meer actueel zijn van bedoelde informatie dan wel voortvloeit uit een onjuist gebruik van die informatie. Deze publicatie bevat géén adviezen

of beleggingsaanbevelingen (en vormt geen uitnodiging of aanbod tot het kopen of verkopen van effecten of andere financiële instrumenten), tenzij expliciet anders aangegeven. De publicatie is generiek van aard, en houdt derhalve geen rekening met uw uitgangspunten, beleggingsdoelstellingen, persoonlijke (financiële) situatie, fiscale aspecten en persoonlijke wensen. Beleggingsbeslissingen op basis van deze publicatie dienen in overeenstemming te zijn met uw portefeuilleprofiel, en dienen eerst genomen te worden na lezing van het prospectus en de financiële bijsluiter (indien aanwezig). Neemt u daarvoor contact op met uw contactpersoon. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor toekomstige resultaten. Indien u (deels) met geleend geld belegt, kunt u onder omstandigheden uw inleg verliezen en een restschuld overhouden. De inhoud van deze publicatie kan op ieder moment zonder nadere aankondiging worden gewijzigd. Alle auteursrechten en overige intellectueleeigendomsrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze publicatie behoren toe aan Schretlen & Co N.V., tenzij expliciet anders aangegeven. Indien u klachten of opmerkingen hebt over de dienstverlening van Schretlen & Co N.V., dan kunt u deze kenbaar maken aan zowel uw contactpersoon als aan het centrale meldpunt: meldpunt@schretlen.com of telefonisch (020) 577 33 70, telefax (020) 577 33 71. Copyright Schretlen & Co N.V. Alle rechten voorbehouden.

Cover door Max Kisman

Colofon

Concept en realisatie Scripta Media B.V, Amsterdam Artdirection Van Lennep, Amsterdam Redactie Wendelien Post (Schretlen & Co), Rennie Vernooij, Peter van Vuuren, Karin Willems Medewerkers Koosje de Beer, Joost Bijlsma, Lars van den Brink, Carine Damen, Irma Dorenstouter, José Luis Garcia, Dominique Haijtema, Linda Huijsmans, Max Kisman, José van Riele, Jeroen van der Spek, Joy Storimans, Rutger Vahl TrafficcoÖrdinator Jacqueline Konermann Lithografie Grafimedia, Amsterdam Drukwerk Drukkerij Tesink, Zutphen

Dit magazine verschijnt 4 keer per jaar.

Wilt u reageren? Neem contact op met uw relatiemanager of stuur een e-mail naar redactie@schretlen.com. Wilt u dit magazine niet meer ontvangen, stuur dan een e-mail naar redactie@schretlen.com of schrijf naar Schretlen & Co N.V. t.a.v. Wendelien Post Postbus 1869 1000 BW Amsterdam

nr.6 kennis

51


6

Kennis

pagina 18

Ondernemerschap van vader op zoon. De meningen lopen uiteen, het respect blijft. ‘Inmiddels is mijn vader 63 jaar, maar het komt nog geregeld voor dat ik hem vraag hoe hij iets zou aanpakken’, zegt een van de zonen. Mooi.

Journalist Koosje de Beer voerde gesprekken met twee zonen over hun vader als ondernemer en mens.

‘ Magie speelde een grote rol in alle drie de verhalen. Dat sleepte me als vanzelf mee.’

pagina 11

Journalist Irma Dorenstouter interviewde voor dit nummer boekenliefhebber Jos Brauwers, abstract schilder Toon den Heijer en kunstenares Wilma Veen.

pagina 12

‘Arnoud Booij was duidelijk niet gewend te poseren. Toen ik hem vroeg op de camera af te lopen, herkende ik opeens de vriendelijke man die ik vlak daarvoor voor het eerst de hand schudde.’

Fotograaf Edwin Walvisch fotografeerde in het magazijn van een bedrijf met grote historie.

‘Ik was zeer onder de indruk van de manier waarop Arnoud Booij over zijn familiebedrijf praatte. Vertrouwen en verantwoordelijkheid blijken een zeer sterke combinatie te zijn.’ pagina 12 Journalist en psycholoog Dominique Haijtema


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.