Kinderen in spagaat
Leoniek van der Maarel
Kinderen in spagaat Rouw na scheiding en overlijden
© 2013, Uitgeverij Ten Have www.uitgeverijtenhave.nl www.rouwboeken.nl Omslag b’IJ Barbara Opmaak binnenwerk ZetSpiegel, Best ISBN 978 90 259 0201 8 ISBN e-book: 978 90 259 0202 5 NUR 749 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording, or otherwise, without the prior written permission of the publisher.
Inhoud Inleiding
9
Deel 1: ECHTSCHEIDING Het verhaal van Marleen 1. HET VERLOOP VAN EEN ECHTSCHEIDING Het crisisstadium Het overgangsstadium Het stadium van hernieuwde stabiliteit 2. PSYCHOLOGISCHE TAKEN Erkennen van de realiteit van de scheiding Begrijpen van de scheiding Strategisch onttrekken Omgaan met verlies Herkennen van gevoelens Boosheid Verdriet Jaloezie Schuldgevoel Angst Schaamte Teleurstelling
Verkennen van het leven in twee gezinnen Verbinden 3. DE ONTWIKKELING VAN KINDEREN Kinderen tot twee jaar Kinderen van twee tot vijf jaar Kinderen van vijf tot zeven jaar Kinderen van zeven tot twaalf jaar Twaalf jaar en ouder
15 20 21 24 26 28 28 29 31 32 34 34 35 36 37 38 40 41 42 44 45 45 47 49 50 52
4. REACTIE VAN KINDEREN OP DE SCHEIDING Wat laat een kind zien? Gedrag van kinderen Boos gedrag Psychosomatische klachten Concentratieproblemen Regressie Rolovername Wisselend gedrag Afwijzing
5. HET BELANG VAN DE OUDER-KINDRELATIE De houding van de ouder(s) Veiligheid ervaren Rekening houden met de ouders Uitlatingen van ouders over elkaar Contact zoeken met de ouder In vrijheid praten over de ouder Afspraken en beloftes nakomen Invloed van schuldgevoel van de ouder(s) Invloed welbevinden ouder Invloed van de scheiding op de opvoeding De ouder praktisch helpen 6. LOYALITEIT Kiezen bij wie je wilt wonen 7. DE RELATIE TUSSEN DE OUDERS Het kind als boodschapper 8. INVLOED VAN DE OMGEVING Familie De ernst van de situatie School Prestaties Aandacht voor de scheiding Steun Gedrag Leerkracht
9. RELATIE TUSSEN BROERS EN ZUSSEN
54 54 59 59 60 61 61 61 62 62 64 64 65 66 67 68 69 70 71 73 76 77 79 83 87 90 92 92 95 96 96 98 99 99 100 101
10. RELATIE MET LEEFTIJDGENOTEN 11. EEN NIEUWE PARTNER Invloed op de relatie met de ouder Wat te doen? 12. FACTOREN DIE DE VERWERKING BEĂ?NVLOEDEN SAMENGEVAT
104 106 107 109 110 113
Deel 2: OVERLIJDEN Een lichtje in de duisternis 1. HOE GAAT EEN KIND MET DE DOOD OM? De rouwtaken Erkennen dat het verlies werkelijk heeft plaatsgevonden Herkennen van de emoties Verkennen van het leven
Verbinden met het leven, herzien van de relatie met de overledene 2. BAND MET DE OVERLEDENE 3. LEEFTIJD Kinderen tot twee jaar Kinderen van twee tot vijf jaar Kinderen van vijf tot zeven jaar Kinderen van zeven tot twaalf jaar Ouder dan twaalf jaar 4. REACTIE VAN KINDEREN OP DE DOOD VAN DE GESCHEIDEN OUDER
Vragen waar kinderen mee rondlopen Ga jij ook dood? Is het mijn schuld? Is het besmettelijk? Is er leven na de dood? Bij wie ga ik wonen?
Gevoelens Eenzaamheid Boosheid Verdriet
117 120 124 124 127 130 130 133 135 135 136 136 137 138 139 140 140 141 142 142 143 143 144 145 145
5. HOE GAAT HET THUIS? Communicatie met de overlevende ouder Verdriet delen Contact tussen broers en zussen Contact met de stiefouder 6. OPVANG DOOR FAMILIELEDEN 7. DE ROL VAN DE OMGEVING Opvang van volwassenen Opvang van vrienden School SAMENGEVAT
146 146 146 147 147 148 148 148 149 149 149 150 151 152 155 156 157 159 163 163 165 166 172
Wat had anders moeten gaan? Tips van kinderen Het verhaal van Veronique Wanneer zoek je hulp? De rechten van het kind van gescheiden ouders De kinderen die aan het woord kwamen Websites voor en over kinderen van gescheiden ouders Websites voor kinderen van wie een ouder is overleden Geraadpleegde literatuur Over de auteur
174 179 183 188 190 198 203 204 207 208
Schaamte
Gedrag Controle Wijsheid Lastig of lief Doodswens Verdringing Rolovername Regressie Concentratiestoornissen Psychosomatische klachten Contact
Inleiding Omgaan met kinderen die het moeilijk hebben is niet makkelijk. Als volwassenen vinden we het vaak lastig om het gesprek aan te gaan met kinderen die het moeilijk hebben. We willen kinderen graag blij zien en dat ze kind kunnen zijn. En als we kinderen zien lijden, willen we het liefst dat dat zo snel mogelijk stopt. Maar hoe krijgen we dat voor elkaar? Hoe kunnen we een kind weer blij maken? Vaak denken we dat dit kan door hem of haar af te leiden zodat hij ergens anders aan denkt. Vaak zeggen we tegen een kind dat niet kan slapen omdat het bang is: ‘Joh, ga nou maar terug naar bed, niet meer aan denken.’ Ja, dát werkt – dus niet. ‘Denk niet aan een roze olifant…’ Waar zijn kinderen dan wel bij gebaat? Bij een luisterend oor. Dat ze mogen vertellen wat ze dwarszit. Kinderen verschillen niet zoveel van volwassenen. Wij willen ook graag dat er naar ons geluisterd wordt als ons iets dwarszit, hoe belachelijk of nietszeggend het misschien ook is. Als we gewoon naar een kind luisteren voelt het zich vaak al een stuk beter! Dus we staan niet machteloos, we kunnen iets doen en dat hoeft niet eens heel veel te zijn. Natuurlijk zullen we ook op enig moment iets moeten zeggen om het kind een andere kant van de zaak te laten zien. Maar het begint met luisteren en erkenning geven. De gevoelens van een kind erkennen is moeilijk. ‘Mama, ik ben zo boos op papa dat hij niet met me wil voetballen.’ ‘Je moet niet boos zijn op papa, hij is gewoon moe.’ Zo leren we kinderen dat de gevoelens die zij hebben er niet mogen zijn. Dit geldt natuurlijk voor allerlei emoties. Zo ook bij verdriet. ‘Niet verdrietig zijn hoor, er zijn nog genoeg andere kindjes om mee te spelen.’ 9
Laat het kind alsjeblieft wél verdrietig zijn! Dat mag. Laat ze voelen wat er te voelen valt en druk het niet weg: daar krijgen ze later misschien problemen mee en dan moeten ze naar een therapeut om opnieuw te leren voelen. Dit boek gaat over het lijden van kinderen na een echtscheiding of na overlijden van een van de (gescheiden) ouders. Kinderen lijden. En ze rouwen. In deel 1 beschrijf ik hoe kinderen rouwen na een echtscheiding, in deel 2 hoe kinderen rouwen na het overlijden van hun gescheiden ouder. De rechten van het kind van gescheiden ouders komen ook aan bod. Als iedereen zich daaraan zou houden, dan zou het lijden van kinderen weleens een stuk korter kunnen duren! Verder noem ik verschillende invalshoeken om kinderen van gescheiden en overleden ouders te helpen. Deze lijst is niet compleet, maar geeft een aanzet waarmee je op zoek kunt gaan naar meer manieren om kinderen te helpen. De kinderen die ik heb geïnterviewd laten ook zelf weten waarmee zij geholpen zijn. Verder zijn in dit boek tips verwerkt: uit de interviews, maar ook uit andere bronnen zoals tv-programma’s of internet. Sommige tips spreken elkaar tegen. ‘Moet ik ze dan wel opnemen?’ heb ik me afgevraagd. Ik heb het wel gedaan. Geen kind is immers gelijk, en wat voor het ene kind goed werkt is voor een ander kind geen oplossing. Vraag bij twijfel gewoon aan het kind zelf wat het graag wil. Wat in ieder geval altijd en voor alle kinderen belangrijk is: praat niet slecht over de andere ouder en maak geen ruzie waar de kinderen bij zijn. Zoals gezegd komen de kinderen in dit boek ook zelf aan het woord, in citaten uit de interviews. Daarnaast citeer ik uit de vele gesprekken die ik met ze heb gehad in mijn eigen praktijk. ‘Je kunt niet voorkomen dat de vogels van verdriet komen overvliegen, maar wel dat ze nesten maken in je haar.’ Deze spreuk hanteert 10
Stichting Achter de Regenboog, die zich inzet voor kinderen van wie een dierbare is overleden We kunnen niet voorkomen dat kinderen in hun leven nare dingen meemaken, maar we kunnen ze wel helpen ermee om te gaan. Ik hoop met dit boek de kinderen die met verlies geconfronteerd worden een stem te geven, zodat ouders, familie en anderen in hun omgeving leren hoe ze met hen om kunnen gaan.
11
Deel 1
Echtscheiding
Het verhaal van Marleen1 ‘Als je ouders uit elkaar gaan, dan verandert alles in je leven. Alles wat tot dat moment normaal was, traditie, routine, verdwijnt. Want ineens zijn er twee mensen die niet meer samen maar apart Sinterklaas met je willen vieren. Of je eet niet meer om 19.00 uur omdat je vader dan thuiskwam. Maar wat het meest verandert van allemaal, is je thuis. Eerst worden de spullen verdeeld, die het ‘thuis’ maken. Dan moet je verhuizen met een van je ouders, of een van je ouders vertrekt. Bij mij was het laatste het geval: mijn vader vertrok en ik bleef met mijn moeder en broertjes in hetzelfde huis wonen. De scheiding is nu vijf jaar geleden en hoewel ik in hetzelfde huis woon, is het huis niet hetzelfde. Alles wat ‘papa’ was is weg. De muren zijn geschilderd, de inrichting is veranderd en er hangen alleen foto’s van ons met mama. De tuin is verwaarloosd (papa deed altijd het tuinieren) maar ook kleine dingen zijn anders: nieuw bestek, nieuwe borden en nieuwe handdoeken. Ons vorige leven is volledig gewist. Af en toe vind ik nog stukjes van ons vorige leven, ons leven als gezin. Zo kom ik bij mijn vader nog regelmatig een oude handdoek tegen, of de borden waar we eerst samen van aten. Hoewel mijn moeder heeft geprobeerd alles te wissen en het huis nu ook echt haar huis is, word ik standaard door één ding aan mijn vader herinnerd. Als een stille getuige staat dezelfde keukentafel nog steeds in het midden van de keuken, omringd door dezelfde vijf stoelen. Als mijn moeder me vraagt of ik de tafel dek, is het nog steeds dezelfde plek die leeg gelaten wordt. We zijn nooit anders gaan zitten. Deze gewoonte is altijd gebleven.
1. Dit verhaal van Marleen is eerder gepubliceerd op de site van Vilapinedo (www.vilapinedo.nl). 15
Heel soms dek ik per ongeluk de tafel voor vijf personen en als ik dan het bord weghaal, denk ik aan hoe wij daar altijd met het hele gezin zaten. Hoe gezellig het was. En hoe jammer het is dat mijn vader daar nooit meer zal zitten. Marleen, negentien jaar.
16
‘Kinderrouw na echtscheiding’. ‘Rouw’ lijkt een woord dat alleen wordt gebruikt voor overlijden, het wordt ook alleen daarmee geassocieerd. Maar rouwen kinderen ook als ze een echtscheiding meemaken? Als je zegt dat je rouwt, denkt iedereen dat er iemand is overleden. Rouw je dan niet als je ouders zijn gescheiden? Ja, ook dan rouw je. De dikke Van Dale spreekt over ‘rouw’ als ‘bedroefdheid’ – met name vanwege een sterfgeval. Wikipedia omschrijft ‘rouw’ als ‘een emotionele reactie als gevolg van een verlies, in het bijzonder het verlies van een naaste’. In allerlei literatuur wordt het begrip ook verschillend omschreven. Soms wordt ‘rouw’ uitsluitend als ‘verdriet na een overlijden’ gedefinieerd, maar meestal is het ‘de aanpassing aan verlies’. Hoe een echtscheiding ook verloopt, kinderen verliezen daarbij een naaste. Ze verliezen daarnaast hun vaste thuisbasis, het intacte gezin. Ze verliezen vaak ook tijdelijk het vertrouwen: in de ouders, in het leven. En verlies, dat betekent rouwen. Kinderen moeten zich aanpassen: aan het nieuwe leven, aan twee huizen, de ruzies, twee vakanties, twee keer je verjaardag vieren, de scheiding van familie. Daarnaast moeten ze leren dat ze zich bij papa anders moeten gedragen dan bij mama, en dat ze bij de een dingen mogen zeggen die ze bij de ander beter voor zich kunnen houden. Eén op de drie huwelijken strandt. Van die echtparen heeft 56% minderjarige kinderen. Naar schatting zijn er per jaar ongeveer 39.000 minderjarige kinderen betrokken bij een echtscheiding. Let wel: dit cijfer betreft alleen de officiële scheidingen. Daarnaast gaan er ook veel samenwonenden uit elkaar en daarbij zijn elk jaar zo’n 18.000 kinderen betrokken. In totaal zijn er dus jaarlijks ongeveer 57.000 17
minderjarige kinderen die een scheiding meemaken. Dat is zo veel dat het bijna normaal lijkt als je ouders gaan scheiden. Kinderen met gescheiden ouders zijn vaak niet de enigen in de klas of op de sportvereniging, ze hebben veel lotgenoten! 2 Een kind komt voor een enorm zware taak te staan als zijn ouders gaan scheiden. De manier waarop ouders, familie en de rest van de omgeving daarmee omgaan is essentieel voor hoe het kind door de echtscheiding komt en vervolgens zijn weg vindt in het nieuwe, gescheiden leven. Volwassenen in de omgeving van het kind vinden het soms moeilijk om te gaan met de gevolgen van een echtscheiding. Want hoe benader je een kind van wie een van de ouders – meestal is dat de vader – ergens anders is gaan wonen? Veel initiatieven om kinderen van gescheiden ouders te helpen mislukken. Vaak komt dat doordat ouders het niet eens kunnen worden over de omgang met hun kind. Eigenlijk komt het erop neer dat kinderen van gescheiden ouders er daardoor vaak alleen voor staan. Kinderen die een echtscheiding in hun gezin meemaken kunnen wel wat hulp gebruiken! Als je kinderen van gescheiden ouders wilt helpen, dan moet je balanceren tussen wat kan, wat mag en wat handig is. Bij elke scheiding zijn meerdere partijen betrokken, en soms voelt het voor de ene ouder al snel alsof anderen partij trekken voor de andere ouder. Daar kun je lang en breed bij stilstaan, maar daar is het kind helaas niet mee geholpen. 2. Een uitgebreider overzicht van theoretische gegevens over kinderen en echtscheiding is te vinden in Handboek Scheiden en de kinderen van Ed Spruijt en Helga Kormos (Bohn Stafleu van Loghum). Hierin staan cijfers van recente onderzoeken en een aantal praktische handreikingen. Het boek is geschreven voor iedereen die in het werk te maken heeft met scheidende of gescheiden ouders en hun kinderen. 18
Om kinderen te kunnen helpen is het belangrijk te weten hoe kinderen rouwen: Hoe ervaren ze de echtscheiding? Welke rouwtaken moeten ze verwerken voordat ze de scheiding echt hebben geïntegreerd in hun leven? Dat integreren wordt vaak omschreven als ‘een plekje geven’. Maar wat betekent dat precies? Waar zit dat plekje dan? Hoewel iedereen ongeveer aanvoelt wat ermee bedoeld wordt, gebruik ik liever ‘integreren’. Dat woord geeft namelijk beter aan dat de scheiding onderdeel is geworden van het leven van het kind. Dat onderdeel heeft negatieve, maar ook positieve kanten; een onderdeel van het leven waar kinderen mee kunnen leven zonder dat het hen belemmert in hun ontwikkeling of relaties.
19
1 Het verloop van een echtscheiding Een echtscheiding komt nooit uit de lucht vallen. Er gaat meestal een lange periode van spanningen aan vooraf. Daar krijgen de kinderen het nodige van mee, maar toch weten ze de signalen niet altijd te duiden. Dat betekent dat het bericht dat de ouders gaan scheiden voor kinderen toch vaak aankomt als een donderslag bij heldere hemel. Als er veel ruzies in huis zijn, blijkt vaak dat kinderen daaraan gewend zijn. Ze weten niet beter. Volwassenen zeggen soms dat kinderen het vast hebben zien aankomen. Maar kinderen kunnen zo gewend zijn aan hun ruziĂŤnde ouders dat dit onderdeel van hun leven is geworden. Otis (8 jaar) had niet verwacht dat haar ouders zouden gaan scheiden. Ze hoorde haar ouders wel vaak ruzie maken en schreeuwen tegen elkaar, maar dacht daar verder niet over na. Marja had het wel aan zien komen. Zo lang zij zich kan herinneren hadden haar ouders regelmatig ruzie. Ze weet nog dat haar ouders een keer aan het vechten waren en dat haar moeder toen met haar hoge hakken tegen haar vaders schenen schopte. Dat vond Marja heel zielig voor haar vader en ze probeerde ze te laten stoppen. Maar ze konden ook heel lief zijn voor elkaar. Toch voelde Marja op een gegeven moment dat er iets veranderd was, en toen haar moeder hints ging geven, wist ze het zeker. Toen Marja op een ochtend vroeg of ze naar haar oma en opa konden gaan, antwoordde haar moeder dat ze daar binnenkort genoeg gelegenheid voor hadden. Voor Marja was dat een duidelijke toespeling op een scheiding. Juist dit moment herinnert ze zich nog heel goed, niet het moment dat haar ouders haar vertelden dĂĄt ze gingen scheiden. 20
In het beste geval betekent een echtscheiding voor kinderen het verlies van de gezinsstructuur en het gedeeltelijk verlies van een ouder. De vanzelfsprekendheid van het contact met beide ouders verdwijnt. Samen op vakantie, samen feesten vieren, samen uitstapjes maken: dat is allemaal verleden tijd. In de meeste gevallen bouwen kinderen gescheiden levens op met de vader en met de moeder. Er is geen gezamenlijke toekomst meer, alleen een gezamenlijk verleden. Helaas voor de kinderen blijkt dit gezamenlijke verleden in veel gevallen niet meer bespreekbaar. Wat er ook gebeurt en wat ouders ook beslissen, de kinderen moeten zich aanpassen. Familie en vrienden nemen meestal een afwachtende houding aan, omdat ze bang zijn partij te moeten kiezen, bovendien willen ze niet bij conflicten betrokken raken. In zo’n situatie, waarin familie en vrienden zich nauwelijks laten zien en de ouders het druk hebben met zichzelf en elkaar, kunnen kinderen zich overvallen voelen door eenzaamheid en onbegrip. Oudere kinderen kunnen zelf hulp zoeken, bij vrienden, leerkrachten of fora op internet. Voor jongere kinderen is dit veel moeilijker: zij zijn afhankelijk van initiatieven uit hun omgeving. Als de scheiding wordt ingezet, zijn er over het algemeen drie stadia te herkennen:
Het crisisstadium Dit stadium gaat vooraf aan de juridische echtscheiding. Tijdens het crisisstadium verhuist een van de ouders met of zonder de kinderen. Als het kind ook verhuist, verliest het zijn vertrouwde omgeving. Het moet afscheid nemen van vriendjes en vriendinnetjes en soms zelfs van school veranderen. Juist in een periode dat stabiliteit en geborgenheid zo belangrijk zijn, staat zijn hele leven op zijn kop! Tijdens deze fase zijn er meestal toenemende conflicten in het gezin. De ouders zijn minder beschikbaar voor hun kind. Ze hebben hun eigen problemen en emoties, en daarnaast is er vaak geen ruimte voor de behoeften van het kind. Vaak ook betekent een echtscheiding een verandering in financiĂŤn. Beide ouders gaan erop achteruit en de kinderen dus ook. 21
Voor de kinderen is dit een onzeker stadium omdat ze geconfronteerd kunnen worden met heftige, chaotische en onvoorspelbare gebeurtenissen, waarvan ze vaak niet weten waar die vandaan komen of wat die betekenen. In dit stadium is het heel belangrijk om het kind duidelijk uit te leggen wat er gaat gebeuren, wat het kind kan verwachten, wat er zal veranderen en hóé het zal veranderen. Het is voor kinderen erg moeilijk om zich te onttrekken aan ruzies of spanningen en vaak kiest een kind partij voor een van de ouders, ook zonder precies te weten waar het conflict om draait. Regelmatig kiest het kind partij voor de ouder die in zijn ogen ‘de zwakste’ is. Op die manier kan het kind een bondgenoot worden van de ouder (en ook als zodanig worden ‘gebruikt’). Vooral als de ene ouder iets ‘fout’ heeft gedaan in de ogen van de andere, worden kinderen nogal eens bij meningsverschillen betrokken. Vaak horen kinderen echter maar één kant van het verhaal, en als ze partij trekken voor de ene ouder leidt dat direct tot schuldgevoelens tegenover de andere ouder. Zo komen de kinderen als het ware in een spagaat terecht. Vooral als er een buitenechtelijke relatie aan het licht is gekomen, kunnen de ruzies hoog oplopen. Maar ook als dit niet het geval is, kan de maat opeens vol zijn en kan er abrupt een eind komen aan het samenzijn van de ouders. Natuurlijk is het heel moeilijk voor een kind als opeens een van beide ouders weg is. Toch kan het ook opluchting geven, bijvoorbeeld omdat langdurige conflicten nu eindelijk ophouden. Er kan dan een soort rust komen. Chantal vond het heel moeilijk toen haar moeder vertelde dat ze gingen scheiden. Voor Chantal voelde het alsof ‘de wereld verging’. Haar vader ging vrij snel het huis uit en dat vond ze heel moeilijk: ze moest het telkens twee weken zonder hem stellen. Aan de andere kant ervaarde ze toen wel een soort rust: er was een enorme spanning weggevallen. Pas daardoor is ze gaan beseffen dat het niet normaal was dat haar vader altijd maar dronken op de bank lag. Charlotte vond het geen probleem dat haar ouders uit elkaar gingen. Altijd als haar vader thuiskwam uit zijn werk, kregen haar ouders 22
ruzie. Toen hij weg was, was dat voorbij. Ze heeft nog wel een tijdje een onbestemd gevoel gehouden rond etenstijd: de tijd dat vader meestal thuiskwam.
Het crisisstadium hoeft niet altijd problematisch te verlopen. Soms komt een echtscheiding in alle rust tot stand, met wederzijds vertrouwen en in overleg. Bijvoorbeeld als ouders al enige tijd het gevoel hebben dat de relatie aan het veranderen is en twijfelen of ze wel samen willen blijven. Als de partners dan uiteindelijk besluiten tot een scheiding, gebeurt dat vaak in harmonie en onderling overleg. Bij zo’n rustig verlopende scheiding is het voor kinderen prettig dat ouders rekening met hen houden, en proberen de belangen van de kinderen mee te wegen in hun beslissingen. Hoe harmonieus een scheiding ook verloopt, kinderen worden nog altijd geconfronteerd met het verdriet van beide ouders. Probeer je kind uit te leggen waar die stemming vandaan komt, anders zou hij het gevoel kunnen krijgen dat het aan hem ligt. Als een scheiding rustig verloopt, duurt het meestal wat langer voordat een van de ouders verhuist. Aan de ene kant is dit rustig voor het kind, want het krijgt zo de tijd en gelegenheid om aan het idee te wennen. Toch blijft het moment van het definitieve vertrek net zo moeilijk. Aan de andere kant krijgt een kind bij een harmonieuze scheiding de hoop dat de ouder toch niet zal vertrekken. Ook dan geldt weer: betrek het kind bij het proces. Laat het helpen bij het zoeken naar een andere woning, laat hem mee kiezen welke spullen mee moeten. Uiteraard ligt de definitieve stem in deze kwesties niet bij het kind, maar door het bij de keuzes te betrekken ontstaat er wel een andere band tussen de vertrekkende ouder en het kind. Bovendien beseft het kind zo beter dat de ouder wel degelijk weggaat. Daniels ouders hadden besloten om uit elkaar te gaan: de ouders vonden dat ze niet meer de liefdesrelatie hadden die ze nodig vonden voor een goed huwelijk. Vader kocht een huis verderop in de straat en nam de tijd om dat te verbouwen. Daniel werd daar bij betrokken 23
en hielp ook zijn eigen kamertje bij papa in te richten. Verder dacht hij mee over kleuren verf en behang. De verbouwing en inrichting heeft wel een halfjaar geduurd en zelfs toen ging vader niet meteen het huis uit. Eerst ging hij er eens een nachtje slapen, vervolgens wat langer. Daniel ging soms mee. Al met al heeft het zeker driekwart jaar geduurd voordat zijn ouders werkelijk uit elkaar waren. Voor Daniel was dit een heel prettig en overzichtelijk proces.
Het overgangsstadium In deze fase experimenteren de betrokken gezinsleden met een nieuwe manier van leven, nieuwe rollen en nieuwe omstandigheden. Voor kinderen kan dit een lastige, instabiele periode zijn, omdat de relatie met beide ouders opnieuw gedefinieerd moet worden. Een kind gaat opeens apart met vader of moeder om. Ze moeten samen kijken waar ze elkaar kunnen ‘vinden’, wat ze graag samen doen en hoe ze met elkaar praten. Hoe die relatie gedefinieerd wordt, hangt ook af van de vraag of het om een co-ouderschap gaat waarbij het kind beurtelings bij vader of moeder woont, of dat het kind een ouder één keer per twee weken een weekend ziet. Zeker als het kind de ouder slechts in een weekend ziet, is het lastig om bij die ouder een ‘normaal’ leven op te bouwen. Vaak zal die ouder in dat weekend leuke dingen willen doen met de kinderen, het opvoeden wordt dan een beetje losgelaten. Je wilt tenslotte dat áls het kind er een keer is, dat hij of zij het ook leuk heeft! Een kind kan het gevoel krijgen dat hij het hele weekend bij die ouder moet zijn en dat het niet weg kan gaan omdat het zijn vader (of moeder) toch al zo weinig ziet. Dat legt een enorme druk op het kind. Het leidt bovendien vaak tot verveling. Charlotte heeft altijd een goede band met haar moeder gehad. Haar vader werkte veel en lang, en ze zag hem daardoor weinig. Hij kwam vaak pas ’s avonds na acht uur thuis en dan moest Charlotte al naar bed. In de weekenden deden ze dan weleens dingen samen, maar de Charlotte had het meest contact met haar moeder. Nu haar ouders gescheiden zijn, gaat ze één keer in de twee weken een week24
end naar haar vader en iedere week op dinsdagavond. Maar eigenlijk weet ze nooit wat ze daar moet doen. Ze heeft er haar eigen spulletjes niet, al neemt ze wel haar Blackberry en laptop mee, maar om daar steeds mee bezig te zijn vindt ze eigenlijk asociaal. Daarom hangen zij en haar vader maar wat op de bank tv te kijken. Charlotte gaat steeds meer opzien tegen de bezoekjes aan haar vader. Ze moet echt nog een manier vinden om met hem samen te zijn.
Voor de kinderen is het prettig als de ouders bij elkaar in de buurt wonen. Niet alleen omdat ze dan gemakkelijk hun vriendjes op kunnen zoeken, maar ook omdat ze dan zelfstandig naar hun ouders kunnen gaan. Zeker als ze jonger zijn, kunnen ze nog niet zo ver reizen en als papa dan twee straten verder woont, kunnen ze ’s avonds na het eten lekker nog eens naar papa om een praatje te maken. Op die manier kan het contact met beide ouders spontaan blijven. Veroniques school lag precies tussen papa en mama in. Ze kon nog steeds naar haar vriendjes en vond het heel fijn dat ze vanaf papa ook af en toe zelf naar mama kon gaan (de ouders hadden een co-ouderschap) en andersom.
Dit is natuurlijk niet altijd een haalbare situatie. Toch is het goed om te beseffen hoe belangrijk stabiliteit voor kinderen is en wat het betekent als die stabiliteit wegvalt. Het is dan prettig als zo veel mogelijk andere dingen hetzelfde blijven. Dat ouders afspraken met vriendjes blijven maken, ook al moeten ze er wat verder voor rijden en dat de sportclub hetzelfde blijft en dat de regels zo veel mogelijk hetzelfde blijven. Chantal verhuisde met haar broer en moeder naar Nootdorp. Ze zat in groep 6 en moest afscheid nemen van al haar vriendjes uit de straat. Dat was heel gek voor haar. Na de verhuizing ging ze op maandag en dinsdag nog naar haar oude buurvrouw – haar moeder werkte namelijk fulltime en de BSO was te duur. Voor Chantal was de opvang bij de buurvrouw prettig, want zo kon ze toch nog buiten spelen met haar oude vriendjes. 25
Kinderen hebben in dit overgangsstadium veel aan steun van familie, school en vrienden. Belangrijk is wel dat de sociale omgeving de andere ouder niet ‘doodzwijgt’ of zwart maakt en het kind in alle vrijheid over beide ouders kan praten. Een kind moet zichzelf kunnen zijn, zo veel mogelijk ‘los’ van wat er allemaal om hem heen verandert.
Het stadium van hernieuwde stabiliteit In dit stadium heeft de situatie zich over het algemeen gestabiliseerd en is er een nieuwe, veilig functionerende gezinssituatie. Er is weer rust. De meeste gezinnen passen zich in een tijdsbestek van twee à drie jaar geleidelijk aan de veranderde omstandigheden aan. Ouders en kinderen zijn tegen die tijd gewend aan de nieuwe verantwoordelijkheden en rolpatronen en het kind heeft dan met beide ouders een ‘nieuwe’ relatie opgebouwd. Het is gewend aan het feit dat zijn ouders niet meer bij elkaar wonen en heeft daar vrede mee. Er zijn natuurlijk ook echtscheidingssituaties waar nooit een hernieuwde stabiliteit lijkt te komen. Kinderen hebben dan wel een relatie met beide ouders opgebouwd en zijn gewend aan het feit dat ze niet meer als gezin samenwonen, maar de ouders zelf lijken nog geen vrede met de situatie hebben. Ze blijven elkaar sarren en verwijten maken, en daar hebben de kinderen last van. Op die manier ontstaat er geen stabiele, veilige en rustige leefsituatie. Voor Stichting Jonge Helden begeleid ik vaak groepen kinderen van gescheiden ouders. Op informatieavonden en de afsluitende evaluatie-avond worden beide ouders uitgenodigd. Sommige ouders zijn al jaren gescheiden, maar kunnen het toch niet opbrengen om allebei naar de avond te komen. Het zal duidelijk zijn dat een kind in zo’n leefsituatie verscheurd wordt en dat hij vooral hulp nodig heeft om te leren omgaan met ouders die maar blijven ruziën. Kinderen nemen het leven zoals het komt, compleet met alle moeilijke momenten, ruzies en veranderingen. Voor hen is het na een echtscheiding vaak alsof het leven ‘gewoon’ doorgaat. Ze moeten 26
weliswaar ‘wisselen’ tussen vader en moeder, maar ook dat accepteren ze als onderdeel van hun leven. Later realiseren ze zich vaak pas dat ze al op jonge leeftijd zelfstandig zijn geworden en keuzes moesten maken die kinderen normaal gesproken op die leeftijd niet hoeven te maken. Zoals: kies ik voor het verjaardagsfeestje van mijn klasgenootje, of ga ik naar mijn vader? Nadat Marja’s vader was vertrokken werd haar moeder depressief. Marja hoorde haar moeder ’s nachts huilen – nachten, weken, maanden achter elkaar. Ze bedacht nooit dat het ook anders kon. Het was zoals het was.
Kinderen van gescheiden ouders leren hun vader en moeder vaak op een andere manier kennen dan wanneer zij nog samen zouden zijn. Dan waren het gewoon vader en moeder geweest, die soms blij waren, soms boos, et cetera. Maar nu leren kinderen ook de diepere gevoelens van hun ouders kennen, hun angsten en onzekerheden. Ze leren hun ouders op een meer persoonlijke manier kennen. Dit heeft voordelen, maar ook nadelen. Daar ga ik in het volgende hoofdstuk dieper op in.
27