‘ MAAR ZO HEB IK HET GELEERD!’
GRATIS WOUTER VAN WINGERDEN DE WAARHEID ACHTER 5 EXTRA TAALKWESTIES
INHOUDSOPGAVE 51. beste, geachte of L.S.?
4
52. ben of wees voorzichtig?
6
53. eega of ega?
8
54. wat of wie schetst mijn verbazing? 55. (zich) ergeren of (zich) irriteren?
9 10
Deze vijf hoofdstukken staan niet in het boek ‘Maar zo heb ik het geleerd!’ De waarheid achter 50 taalkwesties. Geniet ervan!
Benieuwd naar meer? In het boek staan onder meer de volgende hoofdstukken: (1) hij wil of hij wilt? (6) hen of hun? (20) een aantal mensen is of zijn? (42) gehad of gekregen? (50) dan of als? Bestel ‘Maar zo heb ik het geleerd!’ op maarzohebikhetgeleerd.nl of op vandale.nl of koop het in de boekhandel. Ook heel geschikt als cadeau voor andere taalliefhebbers!
3
51.
beste, geachte of L.S.?
Het gebeurt weleens dat je iemand moet aanschrijven van wie je de naam niet weet. Wat zet je dan bovenaan de brief of e-mail?
>>Wat vindt u goed?
BESTE LEZER, 28% GEACHTE HEER OF MEVROUW, 93% L.S. 26%
>>Wat vindt u mooi?
BESTE LEZER, 26% GEACHTE HEER OF MEVROUW, 85% L.S. 12%
Wie het meest op gevoel kiest, kiest het vaakst voor Beste lezer, de minst formele aanhef. Het formele L.S. hebben veel mensen ooit aangeleerd. Toch gebruiken heel wat mensen het naar eigen zeggen ook op gevoel. Misschien wel omdat ze met L.S. de lezer niet (of niet merkbaar) hoeven te benoemen als een heer of een mevrouw. Wat bij L.S. handig is (of lijkt), is dat je niet hoeft te kiezen tussen beste en geachte, waar mensen nog weleens tussen twijfelen. Toch kun je L.S. tegenwoordig beter vermijden.
>>Wat zeggen experts?
“De Latijnse aanhef L.S. (…) wordt steeds meer als onpersoonlijk en ouderwets ervaren, net als Mijne heren.” Zo zegt Onze Taal het. Het Taalhandboek Nederlands en de Schrijfwijzer raden L.S. af.
>>Hoe zit het precies?
L.S. is een afkorting van twee Latijnse woorden: lectori salutem. ‘Den lezer heil’, zo werd dat vroeger vertaald. Tegenwoordig zou je kunnen zeggen: ‘groet aan de lezer’. (Salut is zoiets als ‘hallo’ in het Frans.)
4
Het wat exotisch aandoende L.S. wordt niet vaak meer gebruikt en steeds vaker niet begrepen. De standaardaanhef in een nette brief of mail begint met Geachte: Geachte heer of mevrouw, of varianten daarop, zoals Geachte heer, mevrouw, of Geachte heer, geachte mevrouw. In minder formeel mailverkeer is een aanhef met Beste gebruikelijk, meestal gevolgd door een voornaam, maar ook Beste mevrouw Vermeulen is mogelijk (of het Beste heer of Beste meneer Vermeulen moet zijn, daarover verschillen de meningen).
In België is L.S. trouwens zo goed als onbekend. Daar bestaat wel het gebruik om niets achter Geachte of Beste te zetten, maar dat wordt niet aangemoedigd. BRIEF OF MAIL AFSLUITEN Ook goed om te weten: hoe sluit je een brief of e-mailbericht af? In mailtjes aan bekenden mag je dat natuurlijk helemaal zelf weten. In formelere correspondentie is Met vriendelijke groeten (of groet) het gebruikelijkst en daardoor het meest neutraal en netjes. Ook handig om dat standaard in je e-mailhandtekening te hebben staan.
Hoogachtend kun je beter niet gebruiken. Het is nogal afstandelijk. De lezer kan er zelfs van gaan denken dat er iets mis is in jullie contact.
>>Dit moet je onthouden
Vergeet L.S. Een nette aanhef aan een onbekende lezer is Geachte heer of mevrouw. Ook het minder formele Beste is goed mogelijk, bijvoorbeeld Beste lezer. Der Lezeres en den Lezer heil!!! De blijde Inkomste binnen de Gemeente Helmond van onze onvergelijkelijke “Dake’s Poets-Pommade” in deze week werd door ieder met belangstelling verwacht. Een bijzonder beleefd schoonmaakmiddel (1904). 1
1
Advertentie. De Zuid-Willemsvaart. Helmond, 1 januari 1904. Geraadpleegd op Delpher op 27 april 2017.
5
52.
ben of wees voorzichtig?
• Ben voorzichtig met deze glazen! • Wees voorzichtig met deze glazen! Wat is de gebiedende wijs die bij zijn hoort?
>>Wat vindt u goed? ALLEEN BEN 1% BEN IS BETER
1%
ALLEBEI GOED
10%
WEES IS BETER
24%
ALLEEN WEES 63%
>>Wat vindt u mooi? BEN 2% GEEN VOORKEUR
3%
WEES 94%
Wie in het oostelijke deel van Noord-Brabant woont, zal deze kwestie waarschijnlijk het best herkennen. In dat deel van Nederland wordt nog weleens gezegd: Ben maar niet bang, in plaats van Wees maar niet bang. Bijna iedereen weet hoe het in de standaardtaal moet, al zegt 40 procent van de mensen de regel thuis of op school geleerd te hebben.
>>Wat zeggen experts?
Alle vooraanstaande taalboeken en -websites zeggen dat wees de enige juiste gebiedende wijs van zijn is. Onze Taal schrijft dat ben als gebiedende wijs in diverse dialecten voorkomt, maar dat het bij sommige mensen ook ‘hypercorrectie’ kan zijn (zie hoofdstuk 50 in het boek), omdat ze denken dat wees niet netjes is.
6
>>Hoe zit het precies?
Wees is de enige onregelmatige vorm van de gebiedende wijs. Bij alle andere werkwoorden is de gebiedende wijs dezelfde vorm als die bij ik hoort: Loop weg, Ga naar huis, Word wakker. Dat dat bij zijn niet zo is, komt doordat er ooit verschillende ‘stammen’ (basisvormen) waren die later met elkaar de vervoegingen van het ene werkwoord zijn zijn gaan vormen. Dat verklaart waarom bijvoorbeeld bent, zijn en geweest helemaal niet op elkaar lijken. Toevallig komt de gebiedende wijs wees niet van dezelfde ‘tak’ als de ik-vorm ben. Nog verwarrender: in België en het westen van Noord-Brabant komt weer een andere vorm voor, zij of zijt. WEZEN Een van de verschijningsvormen van zijn is wezen: Wie mag dat wezen/ zijn? Het zal je kind maar wezen/zijn. Omdat veel mensen wezen spreektalig vinden klinken, denken sommigen dat ook wees niet netjes is. Vandaar dat Ben maar niet bang behalve dialect ook een geval van hypercorrectie kan zijn. In sommige zinnen is wezen een verschijningsvorm van geweest en kun je het helemaal niet door zijn vervangen: We zijn laatst bij het nieuwe huis van mijn zus wezen kijken.
>>Dit moet je onthouden
Wees niet bang is goed Nederlands. Ben niet bang is geen standaardtaal. Het werkwoord zijn is het enige waarbij de gebiedende wijs (wees) anders is dan de ik-vorm (ik ben). Juist, Volksbonders, weest maar heel braaf en vraagt vooral geen algemeen kiesrecht. De arbeiders mochten eens meer macht krijgen, dan den katholieken kapitalisten lief is!
Een sneer in een socialistische krant naar de R.K. Volksbond, die leden verbood zich in te laten met de arbeiderspartij SDAP (1911).2 (Zie hoofdstuk 3 in het boek voor de t in weest en vraagt.) ² ‘Nog een waarschuwing.’ Het volk: dagblad voor de arbeiderspartij. Amsterdam, 10 februari 1911. Geraadpleegd op Delpher op 27 april 2017.
7
53.
eega of ega?
Ze vroeg haar eega of hij ook nog een drankje wilde. Of moet het ega zijn als je het over een man hebt?
>>Wat vindt u goed?
ALLEEN EEGA 41% EEGA IS BETER
9%
ALLEBEI GOED
4%
EGA IS BETER
10%
ALLEEN EGA 18%
Bij andere kwesties in de enquête werd zelden ‘weet niet/geen mening’ ingevuld. Maar bij e(e)ga durft ruim een zesde van de mensen niet te zeggen welke spelling volgens hen goed is. Eega is een woord dat veel mensen aan het twijfelen brengt. Het ziet er ook wel wat ongewoon uit.
>>Hoe zit het precies?
Het maakt niet uit of het om een man of een vrouw gaat; je echtgenoot of echtgenote is altijd je eega. Die dubbele e zegt niets over het geslacht van de persoon of het woord (zoals in logé en logee, waarbij die laatste altijd een meisje of vrouw is). Die regel, die bij sommige Franse leenwoorden geldt, passen mensen weleens ten onrechte toe op eega.
Eega is dus onveranderlijk met dubbel e. Het helpt om te weten hoe het woord is opgebouwd: het eerste deel ee betekent ‘wet’ of ‘huwelijk’ en het tweede deel ga is een korte vorm van gade, ‘partner’. Als je het zo bekijkt, is eega ook een letterlijk synoniem van echtgenoot (ook ‘huwelijkspartner’). Voor wie Duits kent: eega zit precies zo in elkaar als Ehegatte.
>>Dit moet je onthouden
Je man of vrouw is je eega. Er bestaat in het Nederlands geen woord ega.
8
54.
wat of wie schetst mijn verbazing?
Wat/wie schetst mijn verbazing: kom ik zomaar mijn buurman tegen in Parijs.
>>Wat vindt u goed? ALLEEN WAT 60% WAT IS BETER
14%
ALLEBEI GOED
5%
WIE IS BETER
8%
ALLEEN WIE 11%
>>Hoe zit het precies?
Wie schetst mijn verbazing? Zo luidde de uitdrukking vroeger. ‘Wie is in staat om een beeld van mijn (grote) verbazing te schetsen?’ Dat is hoe je die zin ongeveer moest opvatten. Maar op die retorische vraag verwachtte niemand een antwoord. Er wás dus ook helemaal geen ‘wie’ die iets ging schetsen. Zo’n vijftig jaar geleden kwam Wat schetst(e) mijn verbazing? op. In tamelijk korte tijd hebben Nederlanders – Belgen gebruiken de uitdrukking sowieso weinig – massaal wie verruild voor wat. Dat is helemaal niet gek: mensen (wie?) kunnen ergens een beeld van schetsen, maar dingen (wat?) net zo goed. Je kunt het verhaal dat je vertelt of de manier waarop je dat doet, zien als een schets (een illustratie) van jouw verbazing.
Voor de eeuwwisseling noemden taalexperts Wat schetst mijn verbazing? nog fout. Inmiddels zijn ze bijna allemaal overstag: wat is ook prima, en het is nog goed te verdedigen ook. De taalnorm is uiteindelijk aangepast aan het taalgevoel.
>>Dit moet je onthouden
Wat schetst mijn verbazing? en Wie schetst mijn verbazing? zijn allebei goed. Het nieuwere wat is tegenwoordig gebruikelijker dan het oorspronkelijke wie.
9
55.
(zich) ergeren of (zich) irriteren?
• Ik erger me aan dat gedrag van jou. • Ik irriteer me aan dat gedrag van jou. Aan welke vorm ergeren/irriteren mensen zich (niet)?
>>Wat vindt u goed?
ALLEEN IK ERGER ME 62% IK ERGER ME IS BETER
12%
ALLEBEI GOED
20%
IK IRRITEER ME IS BETER
5%
ALLEEN IK IRRITEER ME 2%
>>Wat vindt u mooi? IK ERGER ME 74% GEEN VOORKEUR
13%
IK IRRITEER ME 13%
Zich irriteren is een klassieke taalergernis. Eigenlijk valt het nog mee dat maar 62% van de mensen dat fout vindt. Misschien komt dat wel doordat we er aardig aan gewend zijn; in de spreektaal komt het zo vaak voor dat het onuitroeibaar is.
Belgen oordelen er strenger over (74% vindt zich irriteren onacceptabel); docenten en oud-docenten Nederlands al helemaal (84%). Ook leeftijd speelt een rol; van de ouderen keurt 73% zich irriteren af, van de jongeren maar 57%. Er lijkt dus langzaam iets te verschuiven.
>>Wat zeggen experts?
Taalautoriteiten zoals de Taalunie, Onze Taal en Van Dale zeggen allemaal dat je ergeren wel wederkerend kunt gebruiken, maar irriteren niet. Ik irriteer me aan dat gedrag van jou wordt dus afgekeurd. 10
>>Hoe zit het precies?
Ergeren kun je grammaticaal gezien op twee manieren gebruiken. Ten eerste als ‘overgankelijk werkwoord’. Er staat dan een lijdend voorwerp in de zin: Jij ergert mij met je gedrag of Jouw gedrag ergert mij. De tweede manier is als ‘wederkerend werkwoord’. Er staat dan een ‘wederkerend voornaamwoord’ in de zin, dat naar dezelfde persoon verwijst als het onderwerp: Ik erger mij (aan jouw gedrag). (Of me; zie hoofdstuk 5 in het boek.)
Volgens de heersende taalnorm – en daar zijn de meeste mensen het grif mee eens – kun je irriteren wel op de eerste manier gebruiken, maar niet op de tweede. Zich irriteren is dus geen goed Nederlands, in tegenstelling tot zich ergeren. Samengevat in een tabel: ergeren
irriteren
overgankelijk
wederkerend
Ik erger jou.
Jij ergert je aan mij.
Jij ergert mij.
Ik erger me aan jou.
Het ergert mij.
Ik erger me eraan.
Ik irriteer jou.
Jij irriteert je aan mij.
Jij irriteert mij.
Ik irriteer me aan jou.
Het irriteert mij.
Ik irriteer me eraan.
Zich irriteren heeft dus iets weg van zich beseffen (zie hoofdstuk 18 in het boek): qua betekenis is dit wederkerende gebruik niet vreemd, en met zich ergeren heeft het – net als zich realiseren bij beseffen – een synoniem waarbij het wederkerend voornaamwoord wél correct is.
>>Dit moet je onthouden
Zich ergeren, iemand ergeren en iemand irriteren zijn goed. Zich irriteren geldt als fout. In de spreektaal moet je je er maar niet te veel aan irriteren ergeren.
11
Dit is een gratis uitgave van Van Dale Uitgevers ter promotie van ‘MAAR ZO HEB IK HET GELEERD!’ door Wouter van Wingerden Boekverzorging HaasDesign, Utrecht
Redactie Taalwerkplaats, Amsterdam
© 2017 Wouter van Wingerden © 2017 Van Dale Uitgevers
Foto Wouter van Wingerden © Jan Arsenovic Photography
De merknaam Van Dale is voor alle publicaties van Van Dale Uitgevers als merknaam beschermd. Voor eventuele overname van gedeelten uit deze publicatie is schriftelijke toestemming van de uitgever noodzakelijk. In deze uitgave zijn enkele kenmerken aangebracht die het ongeoorloofd kopiëren van (een deel van) deze uitgave kunnen aantonen. De citaten uit historische kranten zijn gevonden via Delpher. De volledige bronvermeldingen staan op vandale.nl/maarzohebikhetgeleerd. ‘MAAR ZO HEB IK HET GELEERD!’ DE WAARHEID ACHTER 50 TAALKWESTIES WOUTER VAN WINGERDEN Eerste editie eerste oplage, 2017
ISBN 978 94 6077 326 6 (boek) ISBN 978 94 6077 327 3 (e-book) NUR 610 DOETIETSMETTAAL.NL WWW.VANDALE.NL WWW.VANDALE.BE
KUNSTMATIGE TAALREGELS ONTMASKERD Een aantal is enkelvoud! Geen komma voor en! Een cadeau gehad – nee, gekregen! We kennen ze allemaal, de regels van het Nederlands die echte en zelfbenoemde schoolmeesters al generaties lang verspreiden. Maar kloppen ze eigenlijk wel? Taalexpert Wouter van Wingerden zocht 50 hete hangijzers tot op de bodem uit, dook in de Nederlandse taalgeschiedenis en vroeg duizenden mensen om hun mening over kwesties als (zich) beseffen, zwaar wegen en de regel die/welke. Het resultaat: strenge oordelen (hun hebben), verrassingen (hij wil/wilt) en verfrissende inzichten (reizigers wordt/worden verzocht). Met vrolijke illustraties van Frank Landsbergen. Onmisbaar voor wie graag bijblijft over het Nederlands! ‘Maar zo heb ik het geleerd! is Genieten met een grote G voor iedereen die ook maar een beetje liefde voor taal voelt. Een boek dat je wilt (of is het wil?) lezen!’ Taalvoutjes
WWW.DOETIETSMETTAAL.NL WWW.VANDALE.NL WWW.VANDALE.BE
9 789460 773266
NEERLANDICUS WOUTER VAN WINGERDEN (1977) ‘DOET IETS MET TAAL’. HIJ WEET ALLES VAN TAALNORMEN EN IS (MEDE-) AUTEUR VAN MEERDERE TAALBOEKEN. WOUTER WERKTE BIJ ONZE TAAL EN ZIT IN DE COMMISSIE SPELLING. ELKE WEEK HEEFT HIJ EEN TAALRUBRIEK BIJ OMROEP MAX.