Nieuwsbrief voor de agrarische sector Wat leeft er in de landbouw Jaargang – september 2013
Inhoudsopgave 1 Wat leeft er in de landbouw 2 Alle milieuregels staan in het Activiteitenbesluit milieubeheer 2 Nieuwe regels akkerbouw en veehouderij 3 Nieuwe regels glastuinbouwbedrijven 4 Digitaal melden voor Activiteitenbesluit milieubeheer 4 Nieuwe regels gewasÂbeschermingsmiddelen 5 Houd perssappen in de kuil 6 Controles in 2013 7 Beregeningsregeling 7 Uitnodiging voorlichtingsbijeenkomst spuitlicentie 8 Calamiteiten 8 Waterschap Vechtstromen
Wat leeft er in de landbouw Water en landbouw staan in verbinding met elkaar. U wilt uw agrarisch beroep goed kunnen uitoefenen. Dat betekent dat u in droge tijden water wilt kunnen aanvoeren en in natte tijden het overtollig regenwater snel kwijt wilt zijn. Bovendien wilt u het hele jaar door een goed grondwaterpeil. Uw waterschap Regge en Dinkel, na 1 januari 2014 waterschap Vechtstromen, zorgt daarvoor, evenals voor een veilig, schoon en leefbaar watersysteem dat goed op peil is! Deze nieuwsbrief gaat over actuele ontwikkelingen in wet- en regelgeving met betrekking tot water, die voor de agrarische sector van belang zijn. De onderwerpen gaan vooral over waterkwaliteit, want daar dragen wij samen, in belang van mens, plant en dier, aan bij. Heeft u vragen naar aanleiding van deze nieuwsbrief, dan kunt u contact opnemen met de heer H. Langeler of de heer R. Koekoek.
Henk Langeler (adviseur vergunningverlening) Mail h.langeler@wrd.nl Telefoon: 0546 83 25 25
Voor meer informatie kunt u terecht op:
www.wrd.nl
Roel Koekoek (senior medewerker handhaving) Mail r.koekoek@wrd.nl Telefoon: 0546 83 25 25
Alle milieuregels staan in het Activiteitenbesluit milieubeheer Op 1 januari 2013 is het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij (LOTV) overgegaan in het Activiteitenbesluit milieubeheer (AB). In het LOTV stonden regels voor de bescherming van het oppervlaktewater. De meeste van deze Regels zijn opgenomen in het AB. Het AB bestaat sinds 2008 en per 1 januari 2013 zijn in dit besluit ook activiteiten voor de landbouw opgenomen. Het AB kent niet alleen regels voor bescherming van het oppervlaktewater, maar ook regels voor bescherming van de bodem, lucht en riolering. In het AB is namelijk ook het Besluit glastuinbouw, het Besluit landbouw milieubeheer en het Lozingenbesluit bodembescherming opgenomen. Kortom, alle milieuregels staan in het AB. Deze aanpassingen vloeien voort uit het streven van de overheid naar minder vergunningen, minder besluiten en meer algemene regels. Hieronder vindt u een opsomming van de wijzigingen in het AB ten opzichte van het LOTV en het Besluit glastuinbouw. Een overzicht van alle regels van het AB is te vinden op www.wrd.nl/digitaal_loket/activiteitenbesluit
Nieuwe regels akkerbouw en veehouderij Het AB kende tot eind 2012 alleen regels voor activiteiten binnen de inrichting (bedrijf). Vanaf 1 januari 2013 gelden er ook regels voor activiteiten buiten de inrichting (percelen). Wijzigingen ten opzichte van het LOTV zijn:
|
| 2. Schoonmaken (spuit)machines (o.a. rijenspuit, aardappelpootmachine)
Pagina 2 | Nieuwsbrief voor de agrarische sector
1. Teeltvrije zones
Op braakliggend land is een spuit- en mestvrije zone van 50 cm verplicht.
Uitwendig en inwendig reinigingswater van de spuitmachine mag na zuivering op de riolering worden geloosd. Voorbeelden van geschikte zuiveringen zijn de Biofilter en de PhytoBac. Uitwendig reinigingswater van de spuitmachine mag op de volgende manieren in de bodem worden geloosd: a) op het perceel waar de gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast; b) op het erf na zuivering door biofilter of phytoBac; c) op het erf indien maximaal twee keer per jaar een uitwendige wasbeurt plaatsvindt. Inwendig reinigingswater van de spuitmachine mag op de volgende manieren op de bodem worden geloosd: a) op het perceel waar de gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast, mits het reinigingswater gelijkmatig wordt verspreid; b) op het erf na zuivering door biofilter of phytobac.
Nieuwe regels glastuinbouwbedrijven Het AB vervangt ook het Besluit Glastuinbouw. Hieronder een overzicht van de wijzigingen ten opzichte van het Besluit glastuinbouw.
| Substraatteelt Wingsprayer
|
3. Drukregistratievoorziening bij spuitmachines
De veld-, axiaal- en dwarsstroomspuiten moeten uiterlijk op 1 januari 2017 zijn voorzien van een drukregistratievoorziening. Deze registratievoorziening moet de spuitdruk minimaal een uur registeren en bewaren. Deze gegevens moeten beschikbaar zijn voor controleurs van het waterschap en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Bij de veldspuit is bovengenoemde drukregistratievoorziening niet verplicht als u uitsluitend gebruik maakt van venturidoppen uit de 50 % driftreductieklasse. Bij de axiaal- en dwarsstroomspuit is de registratievoorziening alleen verplicht als u geen windsingel langs de sloot, tocht of vaart heeft en u gebruik maakt van: - 50% of 75% driftarme doppen met een spuitdruk lager dan vijf bar en in combinatie met een teeltvrije zone van minimaal 4,5 meter; - 90% of 95% driftarme doppen met een spuitdruk lager dan vijf bar en in combinatie met een teeltvrije zone van minimaal drie meter.
|
4. Opslag kuilvoer
Al vanaf 1 januari 2013 geldt dat er bij nieuwe kuilplaten en sleufsilo’s een opvangput aangelegd moet zijn. In deze put (mag ook de mestkelder zijn) worden perssappen en verontreinigd regenwater (= percolaat) opgevangen. De opvangput is niet verplicht als het kuilvoer een droge stofgehalte heeft van minimaal 40 % èn als het kuilvoer zodanig is afgedekt dat regenwater hiermee niet in contact kan komen. Bij in folie verpakte kuilvoerbalen is de opvangput ook niet verplicht. Voor bestaande kuilplaten en sleufsilo’s is de opvangput vanaf 1 januari 2027 verplicht. Dit betekent niet dat perssappen en percolaat nu in het oppervlaktewater of op de bodem mogen worden geloosd. Dat is al sinds 2000 niet meer toegestaan. In de tussenliggende periode kunt u maatregelen treffen, zoals bijvoorbeeld een absorberende onderlaag (stro) onder snijmaïs en goede boeren praktijk toepassen zoals het schoonhouden van de kuilvoeropslagen. Kuilvoer met minder dan 40% droge stof mag gedurende maximaal een half jaar op onverhard oppervlak worden opgeslagen, mits er een absorberende onderlaag aanwezig is èn het kuilvoer zodanig is afgedekt dat regenwater hiermee niet in contact kan komen. Als het kuilvoer meer dan 40% droge stof bevat, dan is een absorberende onderlaag niet verplicht.
|
5. Grondwaterzuiveringsinstallaties
Voor het lozen van spoelwater (brijn), afkomstig van een installatie met ionenwisselaars of omgekeerde osmose, in oppervlaktewater gelden de volgende lozingsnormen: max. 200 mg/l aan chloride; max. 2 mg/l aan ijzer; max. 15 mg/l aan organische stof.
Een belangrijke wijziging ten opzicht van het Besluit glastuinbouw is dat alle substraattelers nu te maken hebben met emissienormen. Gegevens over de lozing van drainwater moeten worden geregistreerd in kg totaal stikstof per gewas per hectare per teeltoppervlak per jaar. De gewassen zijn onderverdeeld in negen verschillende groepen. Voor elke groep zijn emissienormen vastgesteld voor de totale hoeveelheid te lozen stikstof in oppervlaktewater of riolering. Een overzicht van de gewasgroepen en de stikstofnormen waaraan u moet voldoen is te zien op www.glastuinbouwwaterproof.nl/wetgeving/substraat.
| Grondteelt Voor de grondteelten zijn nog geen emissienormen vastgesteld, omdat het moeilijk is om aan te tonen welke hoeveelheden stikstof en fosfor uit deze teelten worden geloosd via drainagewater. Het is wel de bedoeling om in de toekomst voor de grondteelten emissienormen op te stellen. Tot die tijd gelden voor de grondteeltbedrijven nog steeds de gebruiksnormen. Deze normen kunt u vinden op www.glastuinbouwwaterproof.nl.
|
Meten en registreren
Voor substraattelers geldt voor het lozen van drainwater per gewasgroep een emissienorm voor totaal stikstof, die is uitgedrukt in kilogram per hectare teeltoppervlak per jaar. In de grondteelt moet de hoeveelheid gietwater en meststoffen afgestemd zijn op de behoefte van het gewas. Hierbij moet de teler rekening houden met relevante specifieke teeltomstandigheden binnen de gebruiksnormen voor stikstof en fosfor. In tabel 1 en 2 staan regels voor de meet- en registratieplicht. Jaarlijks moet voor 1 mei een rapportage worden opgesteld. Dit geldt zowel voor de grondtelers als de substraattelers. In deze rapportage moeten de in het overzicht genoemde geregistreerde gegevens over het voorgaande kalenderjaar zijn opgenomen.
|
Zelf milieurapportage indienen
Jaarlijks dienen glastuinbouwbedrijven voor 1 mei een milieurapportage over het voorgaande jaar in bij de Uitvoeringsorganisatie Glastuinbouw en Milieu (UO). Het AB verandert niets aan deze verplichting of aan de gegevens die ingediend moeten worden. Nieuw is dat u per 1 januari de rapportage zelf kunt indienen. Substraattelers rapporteren de emissiegegevens. Grondtelers geven het verbruik van stikstof en fosfor in de toegediende meststoffen aan. Voorheen moest de milieurapportage via een geaccepteerde deskundige ingediend worden. Heeft u zowel grond- als substraatteelt, neem dan contact op met uw gemeente of waterschap om af te spreken welke gegevens u rapporteert.
Nieuwsbrief voor de agrarische sector | Pagina 3
|
Tabel 1: Registratie voor emissiegegevens Te registreren gegevens
Substraatteelt
Grondteelt
Hoeveelheid toegediend gietwater
Per periode van 4 weken
Per periode van 4 weken
Hoeveelheid hergebruikt drainwater
Indien recirculatie van onderbemaling plaats vindt, dan per periode van 4 weken
Per periode van 4 weken
Hoeveeldheid geloosd drain- of drainagewater
Per periode van 4 weken
Per periode van 4 weken
Gehalte aan Stikstof en Fosfor geloosd drain- of drainagewater
Per periode van 8 weken en Per periode van 13 weken in de weken 49 t/m 52, 1 keer
Het Electrisch Geleidingsvermogen (EC) en Natriumgehalte in geloosd drainwater
Per periode van 8 weken en in de weken 49 t/m 52, 1 keer
|
Gehalte aan Stikstof en Fosfor in de bodem
Ieder kwartaal
Substraatteelt
Nieuwe regels gewas beschermingsmiddelen
Grondteelt
Voorraad, hoeveelheid in kg of l
Op 1 januari
Hoeveelheid toegediende meststoffen in kg/ha (incl. samenstelling
Direct na toediening
Hoeveelheid toegediende totaal Stikstof en Fosfor per teelt oppervlak per jaar
Jaarlijks in rapportage
Teeltoppervlak en de teeltperiode Jaarlijks in rapportage per gewassoort
Jaarlijks in rapportage
| Veldspuitapparatuur Voor een veertien meter brede strook langs sloten gelden strenge regels voor veldspuitapparatuur. Deze moet verplicht voorzien zijn van minimaal 50% driftreducerende doppen en een driftarme kantdop. Zo wordt voorkomen dat gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater terecht komen.
‘ Met ingang van 2014 worden 75% driftreducerende doppen en kantdoppen vereist op het gehele perceel, en niet alleen meer in de 14 meter brede strook langs oppervlaktewater’
Let op: registratie start altijd in de week van 1 januari.
|
Melden activiteiten buiten inrichting
Activiteiten die u buiten de inrichting (bijvoorbeeld op het land) uitvoert, waardoor een lozing op de bodem of op oppervlaktewater plaatsvindt, moet u ook vier weken voor aanvang te melden in het kader van het AB.
Het Rijk heeft de regels rond het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen aangepast. Hieronder zetten we de regels nog eens voor u op een rij:
Tabel 2: Registratie van verbruik meststoffen Te registreren gegevens
Waarvoor moet u zich melden?
Als u een bedrijf opricht of verandert, moet u dit 4 weken van tevoren melden.
Indienen rapportage
Uw gegevens kunt u invoeren via www.uo-glastuinbouw.nl. U klikt in de linkerkolom op de knop “inloggen voor tuinders”, waarna u zich eenmalig registreert. Voor deze registratie heeft u het UO-nummer nodig. Heeft u nog geen UO-nummer, of weet u deze niet meer, dan kunt u contact opnemen met Henk Langeler van het waterschap.
Digitaal melden voor AB
|
Gebruikt u 90% driftarme doppen of verbeterde spuittechnieken? Dan mag u de teeltvrije zone verkleinen van 1,5 naar 1 meter. Op www.helpdeskwater.nl vindt u een actuele lijst met spuitdoppen en technieken.
| Tot 1 januari 2013 kon u (aan)meldingen voor het LOTV bij uw waterschap indienen. Met het samengaan van het LOTV in het AB is dit veranderd. Nu dient u zich digitaal te melden door middel van de Activiteitenbesluit Internet Module (AIM). Deze vindt u op http://aim.vrom.nl. Voordeel voor u hiervan is, dat u maar één melding hoeft te doen. De AIM geeft een overzicht van de milieuregels die op uw bedrijf van toepassing zijn, inclusief een toelichting hierop.
Pagina 4 | Nieuwsbrief voor de agrarische sector
Teeltvrije zones
Naast de waterlopen moet u een teeltvrije zone aanhouden. De breedte van de teeltvrije zone is afhankelijk van het gewas. Bij sloten die tussen 1 april en 1 oktober droog staan, is zo’n teeltvrije zone niet nodig. Wel moet langs een droge sloot een driftarme kantdop worden toegepast.
Wasplaatsen loonwerkers
Let goed op met wasplaatsen voor landbouwvoertuigen. Vaak zijn deze aangesloten op riolering. Volgens het activiteitenbesluit milieubeheer is het toegestaan waswater van trekkers, oogst- en mestaanwendings- en grondbewerkingsapparatuur na passeren van een slibvangput en een olieafscheider te lozen op het vuilwaterriool. Resten van gewasbeschermingsmiddelen, afkomstig van de wasplaats, mag u niet lozen op het vuilwaterriool. Gebruik de wasplaats dus niet om een veldspuit schoon te maken.
|
Toepasbare producten
Er kunnen diverse absorberende producten worden toegepast. De veehouder kan zelf bepalen welke het beste past in het rantsoen. Het gebruik van koolzaad- tarwe- of gerst stro heeft zich al in de praktijk bewezen. Maar er kan ook worden gedacht aan graszaadhooi, luzerne, droge graskuil of gedroogde bietenpulp.
|
Mobiele wasplaats
‘ Als het niet mogelijk is om de wasplaats op het vuilwaterriool aan te sluiten, en er dus waswater op het oppervlaktewater wordt geloosd, dan moet u een watervergunning aanvragen.’
Het aanbrengen van een onderlaag van stro
Een absorberende onderlaag is snel en eenvoudig aan te brengen. Eerst maakt u een inschatting van het drogestof percentage van het kuilvoer. Op basis hiervan brengt u voldoende stro aan om perssap in de kuil te houden. In de meeste gevallen is een absorberende onderlaag met gehakseld stro van ongeveer 15 tot 20 centimeter voldoende dik.
U mag de veldspuit ook niet buiten op het verharde erf parkeren. Apart opgevangen waswater met gewasbeschermingsmiddelen kan worden gezuiverd met bijvoorbeeld een biofilter of een Phytobak. Restwater uit zo’n filter mag worden geloosd op het vuilwaterriool. U mag waswater met gewasbeschermingsmiddelen ook opvangen en daarna uitrijden over een landbouwperceel.
| Controles Waterschap Regge en Dinkel bezoekt komend najaar loonbedrijven en gespecialiseerde akkerbouwbedrijven. Wij gaan daarbij vooral letten op het juiste gebruik van wasplaatsen. Stro-onderlaag
|
Meer informatie
Voor meer informatie kunt u contact opnemen metHenk Langeler van het waterschap.
Houd perssappen in de kuil |
Over perssap en percolaat
Perssap is vocht dat uit het ingekuilde product vrij kan komen en neemt toe onder minder goede (kuil)omstandigheden. Dit sap bevat veel voedingsstoffen. Deze voedingsstoffen veroorzaken een afname van zuurstof in het oppervlaktewater. Het gevolg hiervan is het afsterven van waterleven en de vegetatie in en rondom de sloot. Naast perssap kan ook percolaat vrijkomen. Percolaat is vuil water dat ontstaat wanneer hemelwater in contact komt met voer of voerresten.
|
Een praktische oplossing voor perssap
Uit opgeslagen kuilvoer op een boerenerf kan perssap vrijkomen. Dit voer verliest hierdoor voederwaarde. Dat is jammer. Daarnaast kan perssap afstromen naar het oppervlaktewater met verontreiniging tot gevolg. Een absorberende onderlaag onder het kuilvoer houdt het perssap vast. Daardoor blijft de voederwaarde in het kuilvoer en kan het sap niet wegstromen. Dit is niet alleen nuttig voor u, maar ook voor ons. Het draagt bij aan schoner water. Regels waaraan een kuilvoeropslag dient te voldoen zijn eerder in deze nieuwsbrief aangegeven bij het onderdeel alle milieuregels staan in het Activiteitenbesluit milieubeheer.
Meer informatie over het aanbrengen van een absorberende onderlaag is te zien in een filmpje op youtube. U kunt deze bekijken door bovenstaande QR-code te scannen of naar www.youtube.nl te gaan en zoeken op de titel “Profiteren door Absorberen”.
| Voordelen uit praktijkproeven met een absorberende onderlaag Perssap blijft in de kuil; Het verlies aan voederwaarde wordt beperkt; Er is weinig absorberend product nodig; Het is een goedkope en praktische oplossing; De onderlaag neemt in voederwaarde toe m.b.t. VEM, DVE, RE, zetmeel, stikstof en fosfor; Zeer beperkte afname van de ruwe celstof en structuurwaarde in een onderlaag van stro; Vee selecteert niet en vreet alles op bij gehakselde producten; Onderlaag van stro blijft fris en smakelijk; Pensprik van stro blijft grotendeels behouden; Geen problemen met uitkuilen en het voeren van het stro.
| Aandachtspunten Het toepassen van een absorberende onderlaag van stro bij erg droge kuilen kan leiden tot meer broei en/of schimmels; Tijdens het inkuilen bij regen is het verstandig om vlak voor het inrijden de onderlaag toe te passen; Vee kan selecteren op de lange stengels van ongehakseld stro; Enkele onderlaagsoorten zijn niet altijd beschikbaar tijdens het inkuilseizoen.
Nieuwsbrief voor de agrarische sector | Pagina 5
Controles in 2013 Medewerkers van team Handhaving voeren ook dit jaar, naast reguliere controles, ‘heterdaadcontroles’ uit. Nadruk ligt bij deze controles op het juist toepassen van meststoffen en/ of gewas beschermingsmiddelen langs oppervlaktewater.
|
Waar letten onze handhavers op?
Bij een controle wordt gecontroleerd op: Het gebruik van een kantstrooivoorziening bij het strooien van kunstmest; Het gebruik van driftarme (kant)doppen in de 14 meter brede strook langs sloten bij het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen en bladmeststoffen; Dat er bij het vullen van de veldspuit minimaal twee meter afstand tot de sloot wordt aangehouden; Het vullen en reinigen van de veldspuit op het erf; Het toepassen van de juiste spuitboomhoogte; Het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen volgens het Wettelijk Gebruiksvoorschrift (etiket); Een bewijs van vakbekwaamheid (spuitlicentie) bij het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen. Waterschap Regge en Dinkel voert de heterdaadcontroles samen met de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) uit.
‘ Zorgvuldig werken met gewasbeschermingsmiddelen is van groot belang om te blijven beschikken over voldoende gewasbeschermingsmiddelen’ |
Wat als er iets niet goed is?
Als er een overtreding is vastgesteld, dan wordt een boeterapport of een proces-verbaal opgemaakt. Dit betekent dat u een geldboete krijgt. Het waterschap en de NVWA treden streng op, omdat overtredingen bij het toepassen van meststoffen of gewasbeschermings middelen direct gevolgen hebben voor het waterleven in de sloot. Voor u is zorgvuldig werken met gewasbeschermingsmiddelen, naast het voorkomen van de geldboete, van belang om te blijven beschikken over voldoende en verschillende gewasbeschermings middelen!
Pagina 6 | Nieuwsbrief voor de agrarische sector
|
Resultaten afgelopen 3 jaar
De resultaten van de uitgevoerde heterdaadcontroles in Noord Oost Nederland staan in tabel 3. Tabel 3 Naleefgedrag controles 2010, 2011 en 2012 in percentage(%) 2010
2011
2012
Totaal aantal controles
135
142
220
Windsnelheid
100
100
99
Spuitboomhoogte
100
100
90
Driftarme doppen
87
95
95
Driftarme kantdop
85
78
86
Teeltvrije zone
100
100
99
Vullen veldspuit
97
97
100
Mesttoediening
60
82
86
Wettelijk gebruiksvoorschrift
98
99
95
Bewijs van Vakbekwaamheid
99
98
98
Dit betekent dat ruim tweederde van de agrariërs zich keurig Aan de regels houdt. Eén op de drie doet dat helaas nog niet. De volgende overtredingen worden het meest geconstateerd: a. het niet gebruiken van de driftarme kantdop; b. het gebruik van verkeerde driftarme doppen. De mesttoediening in de teeltvrije zone is slechts in 14 controles beoordeeld, waarbij twee overtredingen geconstateerd zijn. Het niet gebruiken van de driftarme kantdop is al jaren het meest slecht nageleefde controlepunt. Op dit onderdeel gaat waterschap Regge en Dinkel streng handhaven.
| Voorbeeld Bij het toepassen van het gewasbeschermingsmiddel Frontier Optima in mais wordt regelmatig gebruik gemaakt van 50% driftarme doppen, terwijl 75% driftarme doppen en een kantdop langs de waterkant verplicht is. Advies: lees altijd het etiket goed!
|
Controles in de Glastuinbouw
In 2013 worden alle glastuinbouwbedrijven bezocht. Het accent ligt bij deze controles op de aanmaakruimte van gewasbeschermingsmiddelen en de gewasbeschermingsmiddelenkast. Ook wordt gecontroleerd of u de gegevens, zoals eerder aangegeven in deze nieuwsbrief bij het onderdeel Meten en en registreren in de glastuinbouw, bijhoudt. Naast deze inspectie wordt met een administratieve inspectie bekeken of elke tuinder in Twente de rapportage in 2012 bij de UO heeft ingediend.
Beregeningsregeling Onttrekken waar het kan, beschermen waar het moet
In onderstaande situatie is een vergunning nodig: als de pompcapaciteit van de installatie voor het onttrekken van grond- en oppervlaktewater meer dan 60 m3 per uur bedraagt.
| Waarom een beregeningsregeling? Aanhoudende droogte in combinatie met beregening kan leiden tot een watertekort in de grond en/of in beken en rivieren. Met als gevolg verdroging, droogteschade, lage waterafvoeren en/of het droogvallen van waterlopen. Met de beregeningsregeling willen we zulke situaties voorkomen. Tegelijkertijd willen we, daar waar het kan de mogelijkheden voor beregening verruimen. Oftewel:’Onttrekken waar het kan, beschermen waar het moet’.
|
|
Een uniforme regeling
Deze beregeningsregeling geldt voor vijf waterschappen: Reest en Wieden, Velt en Vecht, Regge en Dinkel, Rijn en IJssel en Groot Salland.
De regeling
U mag bijna altijd grond- of oppervlaktewater onttrekken, mits u dit bij uw waterschap heeft gemeld of een vergunning hiervoor heeft aangevraagd. Er is een aantal situaties en/of locaties waar(in) het niet mag: Als de afvoer in het betreffende oppervlaktewater stilvalt, dat wil zeggen de eerstvolgende stuw niet meer overloopt, mag u niet meer beregenen uit oppervlaktewater. U bent zelf verantwoordelijk om dit in de gaten te houden. In wateren en gebieden die zó kwetsbaar zijn, dat het onttrekken van water grote schade aanricht. Hier geldt een permanent beregeningsverbod. Welke gebieden dit zijn vindt u op de kaarten op de website www.wrd.nl/beregening. Het verbod geldt alleen voor nieuwe onttrekkingen. Wanneer u hier al een bestaande legale beregeningsinstallatie heeft (aantoonbaar vergund of gemeld), verandert er voor u (voorlopig) niets. Onder bijzondere omstandigheden als extreme droogte of bij calamiteiten. Dan kondigt het waterschap een apart beregeningsverbod af. U wordt hier dan van op de hoogte gesteld.
|
U vindt de meldings- en vergunningsgrenzen in de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009. Informatie hierover is te vinden op onze website www.wrd.nl/beregening.
Vergunning of melding?
In de volgende gevallen moet een grondwater of oppervlaktewateronttrekking worden gemeld: Als 10 m3 tot en met 60 m3 per uur grondwater wordt onttrokken; Als meer dan 5 m3 per etmaal oppervlaktewater wordt onttrokken.
Hierlangs afknippen
Antwoordkaart Ik ben 13 december aanwezig bij de voorlichtingsbijeenkomst spuitlicentie.
Naam Straat Postcode/woonplaats E-mail Aantal personen Dagdeel
ochtend / middag
Deze kaart voor 6 december 2013 terug sturen, u kunt ook mailen naar h.langeler@wrd.nl.
Uitnodiging
voorlichtingsbijeenkomst spuitlicentie Op vrijdag 13 december 2013 wordt zowel ’s morgens als ’s middags een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd met als thema “het verminderen van emissie van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw” U bent van harte welkom in het Waterschapshuis aan de Kooikersweg 1 te Almelo. Deze bijeenkomsten worden verzorgd door de heer H. Langeler van het Waterschap Regge en Dinkel en de heer E. Bouma van het Agrometronomisch adviesbureau en is een kennisbijeenkomst op punten te krijgen voor uw spuitlicentie. Komt u ook? Graag horen wij of u aanwezig bent bij de voorlichtingsbijeenkomst spuitlicentie op vrijdag 13 december. U kunt dit aangeven door onderstaande antwoordkaart voor 6 december 2013 in te vullen en te retourneren. U mag ook een mail sturen naar h.langeler@wrd.nl of bel 0546-832525
Calamiteiten |
Wat te doen bij calamiteiten?
Neem bij een calamiteit onmiddellijk contact met ons op. Via telefoonnummer 0546 83 25 25 is het waterschap 24 uur per dag 7 dagen per week bereikbaar. Buiten kantooruren wordt u automatisch doorverbonden met de alarmcentrale. Wij treffen zo snel mogelijk maatregelen om de calamiteit te verhelpen.
| Voorbeelden Voorbeelden van een calamiteit op uw bedrijf waardoor het oppervlaktewater verontreinigd raakt zijn: Brand, waarbij bluswater in de sloot terechtkomt; Lekkage van een (diesel)olietank met afstroming naar opper vlaktewater; Een ongeval met meststoffen of gewasbeschermingsmiddelen, waardoor deze stoffen bijvoorbeeld via een afvoerputje in de sloot terechtkomen; Lekkage van de mestsilo/spuiwatersilo of het exploderen hiervan.
Kooikersweg 1 postadres Postbus 5006 7600 GA Almelo telefoon 0546 83 25 25 info@wrd.nl www.wrd.nl
Waterschap Vechtstromen De waterschappen Regge en Dinkel en Velt en Vecht gaan fuseren en vormen vanaf 1 januari 2014 waterschap Vechtstromen. Waterschap Vechtstromen verzorgt vanaf 2014 het waterbeheer voor circa 800.000 inwoners van Twente, Noordoost Overijssel en Zuidoost Drenthe. De naam is afgeleid van de Vecht, de grootste rivier in het beheergebied, waar ook de Twentse rivieren Regge en Dinkel in uitmonden. De Regge, de Dinkel en de Vecht vormen samen één logisch en samenhangend systeem. Door de fusie komt het beheer daarvan ook in één organisatie te liggen. Het kan daarmee beter, effectiever en doelmatiger plaats vinden. In het najaar vinden verkiezingen voor het algemeen bestuur van Vechtstromen plaats.
Uitgave Waterschap Regge en Dinkel Redactie Communicatie waterschap Regge en Dinkel Fotografie Waterschap Regge en Dinkel Oplage 4500 ex. Ontwerp en realisatie Morskieft Ontwerpers van Visuele Identiteit
Postzegel niet nodig
Waterschap Regge en Dinkel, t.a.v. S. Steenkamp Antwoordnummer 215 7600 VB ALMELO