Reisdagboek

Page 1

Deel 4: Reisdagboek

Reisdagboek


Zenuwstelsel Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles van groep 7 werd er uitgelegd dat de zintuigen die je hebt door zenuwen verbonden zijn met je hersenen. In de tekst stond daarbij dat zenuwen dunnen draadjes zijn die door het hele lichaam lopen. In het boek stond een fictief plaatje van een persoon die tot net boven de knieĂŤn is afgebeeld, waarbij de zenuwen en de hersenen zichtbaar zijn. De docent heeft vervolgens deze tekening aangevraagd met als reden dat deze tekening nodig zou zijn om de tekst te kunnen begrijpen en omdat deze tekening ook bij andere methodes in te zetten is. De afbeelding in het lesboek:

De uiteindelijke tekening:

Verwachtingen eerste test - De ontwerpster heeft besloten dat de persoon volledig moest worden afgebeeld, omdat de verwachting was dat er zo een beter begrip zou komen over het feit dat de zenuwen door heel het lichaam lopen en dus ook naar de tenen. Ook is er voor gekozen om maar een beperkt aantal zenuwen af te beelden, zodat ze beter te voelen zouden zijn. - De docente verwachtte dat de tekening van het zenuwstelsel ervoor zou zorgen dat de tekst beter te begrijpen zou zijn. - Het project lid dat de tekeningen in de klas ging testen verwachtte dat er nog teveel zenuwen in het lichaam aanwezig waren en dat deze te dicht bij de lijnen van het lichaam waren getekend, zodat het onderscheid hiertussen moeilijk zou worden. Bevindingen eerste test De tekening fungeert in de les vooral als bijzaak. De hersenen en het ruggenmerg zijn goed te voelen, maar de zenuwen zelf niet. Hier is goed te merken dat de lijnen (de zenuwen) te dicht op elkaar staan en niet goed te voelen zijn, doordat hierbij het comfortwit ontbreekt. Met ondersteuning van de begeleidster komt de jongen uiteindelijk bij de brailletekens terecht, want


de lijnen zijn niet opgekomen. De juf staat uiteindelijk wel goed stil bij de leerling met de tekening en vraagt wat er wel en niet gevoeld wordt. Pas na uitleg van de begeleidster komt de jongen tot de conclusie dat hij handen en voeten voelt. Ook hierbij is er sprake van het niet voldoende aanwezig zijn van comfortwit. Aanbevelingen van de juf: ze geeft aan dat de naam “Het centrale zenuwstelsel” bovenaan de pagina moet komen, in de gewone boeken heb je namelijk ook een titel of onderschrift bij de tekeningen en zo kunnen de leerlingen zich alvast oriënteren voordat ze aan de tekening beginnen. Ook geeft de juf aan dat het waarschijnlijk beter is om één zenuw te tekenen in plaats van zenuwen. Verwachtingen tweede test Projectleden: er is een kopje “centrale zenuwstelsel” toegevoegd aan de tekening, hierdoor wordt er verwacht dat het meteen duidelijk is waar de tekening over gaat. Daarnaast is de aangewezen zenuw in de tekening duidelijker weergegeven, met meer comfortwit eromheen en daarvan wordt verwacht dat de zenuw duidelijker te voelen en te herkennen is. Er is een tijd overheen gegaan tussen de twee versies, dus er wordt verwacht dat de jongen de tekeningen niet direct herkent. Bevindingen tweede test - De leerling is nu uit de les gehaald om apart samen met de begeleidster de les nog eens door te nemen en daarbij de verbeterde tekeningen (opnieuw) te verkennen. De begeleidster begint met de vraag wat hij kan lezen op de tekening en of het een idee is om bovenaan te beginnen. Dit doet hij en leest centrale zenuwstelsel, helaas ontbreken er een paar letters, waardoor het onduidelijk wordt. Dit is een duidelijk voorbeeld van het feit dat eigenlijk iedereen die de tekeningen maakt ook daadwerkelijk braille moet kunnen lezen, zodat er constant op dit soort fouten wordt gelet. - Vervolgens vraagt de juf waar de verschillende onderdelen (zoals de hersenen, een zenuw en het ruggenmerg) zich bevinden en gaat de jongen met behulp van de verbindingsstreepjes op zoek naar deze onderdelen. De hersenen worden daarbij meteen gevonden, maar het lijntje van de zenuw en het ruggenmerg kunnen niet volledig (het lichaam in) worden gevolgd. Hier moet sterk gelet worden op voldoende comfortwit rondom de verbindingsstreepjes en of de streepjes wel voldoende zijn opgekomen om ze goed te kunnen voelen. - Er lijken nog steeds te veel lijnen in deze tekening te staan. Maar als we de tekening verder versimpelen lopen we kans dat we een verkeerd beeld over de zenuwen in het lichaam bewerkstelligen. Dit zou eigenlijk verder onderzocht moeten worden. Ieder antwoord roept nieuwe vragen op. Wanneer je reist kom je soms dingen tegen waar je langer bij stil zou willen staan maar niet de tijd hebt, je moet door.


Rebus Waarom hebben we deze tekening omgezet? Deze tekening is omgezet omdat er in het werkboek bij een biologieles van groep 7 een opdracht met een rebus werd gegeven. Het idee van de docent was dat zij op deze manier alle kinderen eenzelfde vorm van onderwijs aan kon bieden. De afbeelding van de rebus in het werkboek zag er als volgt uit:

De tactiele tekeningen hierbij (moest over twee A4 vellen worden verdeeld):


Verwachtingen eerste test - De ontwerpster dacht dat de plaatjes ongeveer hetzelfde moesten blijven, omdat anders de rebus niet hetzelfde zou zijn als de rest van zijn klasgenootjes, maar de plaatjes binnen de rebus zijn wel enigszins vereenvoudigd. - De docente verwachtte dat de leerling de rebus nodig zou hebben in de les voor de opdrachten in het werkboek en om mee te kunnen doen met de andere kinderen. Bevindingen eerste test - Allereerst moet gezegd worden dat er voorafgaande aan de test werd ontdekt dat de eerste helft van de rebus (hij was opgedeeld in twee A4-tjes) niet goed gezweld was, waardoor deze niet bruikbaar was. - Aan het begin vraagt de leerling: “Wat is een rebus”? Daar wordt eerst antwoord op gegeven voor er met de opdracht wordt begonnen. Hieruit blijkt dat bepaalde begrippen voor blinde (of slechtziende) kinderen niet vanzelfsprekend zijn, zoals ze vaak wel zijn voor ziende mensen. Ziende mensen komen vaker onbewust in aanraking met bepaalde begrippen, terwijl blinde (of slechtziende) kinderen hier vaak bewust op gewezen moeten worden. - De leerling heeft voor de opdracht in zijn laptop met brailleleesregel wel het woordelijke deel van de rebus staan (dus jas  as=e, enz.) en daarmee heeft hij de eerste helft van de rebus opgelost. - De leerling geeft tijdens en na het lezen en maken van de rebus zelf een aantal aanwijzingen waarop de tekening veranderd zou moeten worden. Volgens hem zou de rok zonder buik moeten worden getekend. Ook wordt door hem, wanneer hem gevraagd wordt zijn keel aan te wijzen, zijn hals aangewezen. Hij komt zelf niet voorbij het plaatje te benoemen als “in je mond” in plaats van “in je keel”. Tot slot moeten de ramen zonder vulling worden weergegeven en niet dicht, dik en “zwart”. - Het kost veel tijd om de verschillende kleine tekeningen van de rebus goed te voelen. Bij vrijwel elk plaatje is er zeer veel ondersteuning van de begeleidster nodig. Hieruit kan geconcludeerd worden dat de plaatjes wellicht te klein zijn, maar vooral te moeilijk voor een beginner van tactiele tekeningen. De tekeningen moeten (vooral aan het begin van het leerproces) eenvoudig en met duidelijke lijnen worden gemaakt. - Bij het plaatje van de pan is het deksel niet los te voelen van de pan zelf. Dit heeft te maken met het ontbreken van voldoende ruimte (comfortwit) tussen de pan en het deksel. - De verbindingsstreepjes die gebruikt worden bij het plaatje van de wang en het plaatje van de keel zijn buiten de vorm goed te voelen maar binnen de vorm niet. Op deze manier valt de toegevoegde waarde van zo’n verbindingsstreepje weg, omdat je niet kunt voelen wat het aanwijst. Verwachtingen tweede test Verwacht werd dat de aangepaste tekeningen van de rebus (de rok, de keel, de pan, de jas en het raam) makkelijker konden worden gevoeld, omdat er onder andere naar de aanwijzingen van de leerling was geluisterd en er meer comfortwit was toegevoegd. Bevindingen tweede test


-

-

De leerling is nu uit de les gehaald om apart samen met de begeleidster de les nog eens door te nemen en daarbij de verbeterde tekeningen (opnieuw) te verkennen. Er blijkt uit de tweede test dat een aantal tekeningen wel beter en sneller te voelen waren dan bij de vorige test. Dit komt vooral doordat er meer rekening is gehouden met het comfortwit in de tekeningen. De kleine tekeningen zijn echter nog steeds lastig om te ontdekken. De reden dat de makers van het werkboek de rebus hebben toegevoegd is waarschijnlijk om de les leuker te maken. Je kunt je afvragen of het voor brailleleerlingen nog wel leuk is om zo lang bezig te zijn met ĂŠĂŠn opdracht. Misschien moet er dan ook nagedacht worden over een andere manier om de opdracht uit het werkboek vorm te geven. De uitdaging is om een volwaardig equivalent te bedenken waarmee de brailleleerling ongeveer dezelfde tijd bezig kan zijn als zijn klasgenoten met de rebus.

Buikspreker Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles van groep 7 werd er uitgelegd dat je zintuigen soms gefopt kunnen worden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een buikspreker die je doet geloven dat de pop praat. Je ziet dit, maar je ogen bedriegen je. In het boek was een plaatje toegevoegd van een buikspreker met een pop op schoot. De juf heeft aangegeven dat de tekening omgezet dient te worden om de tekst te kunnen begrijpen en omdat het nodig is bij een opdracht uit het werkboek. Tevens kan het volgens de juf ingezet worden bij andere methodes. De afbeelding in het lesboek:

De tactiele tekening hierbij:


Verwachtingen - De docent verwachtte dat de tekening een toevoeging aan de les zou zijn, omdat de tekening ervoor zou zorgen dat de tekst wordt begrepen en omdat er een oefening over in het werkboek staat. - Er werd door andere projectleden verwacht dat de omzetting van deze afbeelding naar een tactiele tekening niet meer of zelfs minder zal toevoegen aan de les dan bijvoorbeeld het uitleggen met een handpop of de eigen hand. Bevindingen - De leerling wordt in eerste instantie door de begeleidster aangestuurd om de tekening te gaan voelen. De juf vertelt ondertussen wat er in de les behandeld gaat worden. Vervolgens gaat zij de tekst lezen en is ook het voelen voorbij. Hier is duidelijk merkbaar dat het zeer lastig is om in een klassensituatie goed aandacht te besteden aan een tekening. De jongen zit niet recht voor zijn tekening en heeft niet alle aandacht, omdat hij ook graag mee wil doen in de klassikale activiteiten, zoals meelezen met de tekst. - Bij de uitleg doet de juf van alles voor met haar mond en haar handen en zegt wanneer ze buikspreekt; “Zo kun je mijn mond niet zien bewegen�. Daarna komt een vragenrondje en nog steeds is er weinig aandacht voor de tekening geweest. Hier is duidelijk te zien dat deze tekening een voorbeeld is van een plaatje dat niet omgezet had hoeven worden. Het gebruik van de eigen hand of een handpop is voor het uitleggen van dit begrip een betere optie.


Geluidsgolven Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles van groep 7 over geluid werd er uitgelegd dat geluidstrillingen er hetzelfde uitzien en zich hetzelfde gedragen als de trillingen (golven) die ontstaan wanneer je een steentje in het water gooit. Omdat je zelf geen geluidstrillingen kan voelen en wanneer je blind of zeer slechtziend bent ook geen golven in het water kunt waarnemen, is ervoor gekozen om deze golven duidelijk af te beelden op een tekening. De afbeelding in het lesboek:

De tactiele tekening hierbij:

Verwachtingen - Doordat er op de tekening een dwarsdoorsnede en een bovenaanzicht van de golven wordt gegeven, zou het kind moeten begrijpen dat de golven van binnen naar buiten, van hoog naar laag en van dik naar dun gaan. Bevindingen/conclusies - De leerling wordt in de klassikale les gevraagd naar de tekening die hij voor zich heeft. Hij kan direct vertellen dat het om trillingen gaat en dat hij rondjes voelt die steeds dunner en groter worden. De verschillende diktes in lijnen zijn met deze grote hoeveelheid wit er tussen goed te voelen. - Vervolgens laat de begeleidster hem de overeenkomsten zien tussen de dwarsdoorsnede en het bovenaanzicht. Dit doet zij heel goed, omdat op deze manier door de jongen de connectie kan worden gelegd tussen de twee tekeningen en het verschillende gebruik van aanzichten.


Stembanden Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles van groep 7 over geluid werd er uitgelegd dat de stembanden ervoor zorgen dat je met je mond klanken produceert. Daarnaast vertelt het boek dat de stembanden op twee strakgespannen gitaarsnaren lijken. Omdat de stembanden zich binnenin het lichaam bevinden en je ze niet zelf kunt voelen is besloten er een tactiele tekening van te maken. Daarnaast is het nodig om te weten hoe de stembanden eruit zien om de lesstof goed te kunnen begrijpen. De afbeelding in het lesboek:

De tactiele tekening hierbij:

Verwachtingen - Er werd verwacht dat dit plaatje als zeer bruikbaar werd ervaren, omdat het voor een uitleg bij de tekst zou dienen. - Er is ook voor gekozen om het hoofd uit te vergroten, zodat een verbinding kon worden gemaakt tussen de afgebeelde stembanden en de plaats waar ze zich in het lichaam bevinden. - Er werd verder verwacht dat er veel begeleiding nodig zou zijn bij de behandeling van deze tekening. Bevindingen - Deze tekening bestaat uit twee delen. Een plaatje van de stembanden zelf en een hoofd waarbij aangegeven is waar de stembanden zich bevinden. Bij deze tekening is de docent de tekst uit het boek aan het voorlezen en wordt de brailleleerling door de begeleidster wegwijs gemaakt door de tekening. - Wanneer de docent vertelt dat de stembanden op twee strakgespannen gitaarsnaren lijken, vraagt de begeleidster dan ook of de jongen deze kan vinden op de eerste tekening. Hij vindt ze vrijwel meteen en dat is een zeer positieve bevinding. Hieruit blijkt


-

namelijk dat de jongen snapt dat hetgeen er wordt gezegd ook daadwerkelijk voelbaar kan zijn. Door het goede gebruik van comfortwit zijn de stembanden technisch gezien ook goed weergegeven en goed voelbaar. Bij de tweede tekening moeten enige kanttekeningen worden geplaatst bij het gebruik ervan. Er is namelijk een manier van aanduiden toegepast in de tekening die wellicht enige uitleg nodig heeft. Er wordt namelijk met stippellijntjes aangegeven dat je je in het menselijk lichaam bevindt, dus dat je het in werkelijkheid niet van buiten kunt zien. Doordat dit niet wordt uitgelegd word er uit deze test niet duidelijk of de jongen daadwerkelijk snapt wat hij voelt. Er is bij een tekening van dit moeilijkheidsniveau dus duidelijk een grotere mate van begeleiding en sturing nodig.

Gitaar Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles van groep 7 over geluid wordt er aangegeven dat een dikke snaar van een gitaar een ander geluid geeft dan een dunne snaar. Ook worden de verschillende delen van een gitaar weergegeven en die worden vervolgens in een oefening in het werkboek gevraagd aan de kinderen. De afbeelding in het lesboek:

De tactiele tekening hierbij:

Verwachtingen - Omdat de tekening vrijwel alleen omgezet werd vanwege de oefening in het boek, werd er verwacht dat de tekening aan de les uit het lesboek niet veel meer zou toevoegen dan een echte gitaar zou doen. Voor de oefening in het werkboek werd verwacht dat het vooral een leuke manier van werken voor de leerling zou zijn.


Bevindingen - Doordat het project bij deze tekening al in een verder stadium was dan bijvoorbeeld de tekening van het zenuwstelsel, is er bij het maken al met verschillende zaken rekening gehouden. Er is bijvoorbeeld goed gelet op het gebruik van comfortwit en de juiste afstelling van de zwelmachine, waardoor de lijnen goed opgekomen en voelbaar zijn. - Op de tekening staan een vooraanzicht en een zijaanzicht van een gitaar getekend. Deze tekening werd weer gevoeld, terwijl de docent over de gitaar vertelde. - De leerling voelde duidelijk snel dat het een (vooraanzicht van een) gitaar was met zijn verschillende onderdelen. - Uit de observatie blijkt ook dat de leerling plezier heeft in het werken met de tekening, omdat hij dingen herkent van een echte gitaar. Met deze voorkennis is de leerling in het voordeel. Hij heeft al een mentaal beeld van een gitaar, waardoor het voelen van de tekening veel soepeler verloopt. - Bij de test voelt de leerling ook even het zijaanzicht van de gitaar, maar helaas werd daar in deze les niet zo lang bij stil gestaan. Eigenlijk zou daar langer bij stil gestaan moeten worden, zodat er net als bij de geluidsgolven, een connectie kan worden gemaakt tussen de twee aanzichten en de onderdelen die daarin overeenkomen. - Bij het gebruik van de tekening tijdens de oefening uit het werkboek kon hij met behulp van de begeleidster (die de vragen voorlas) de verschillende onderdelen van de gitaar aanwijzen op de tekening. - De tekening zorgde er voor dat hij op een intensievere manier de opdracht kon maken. Al moet de opdracht in het vervolg wel beter op de tekening worden afgestemd qua volgorde en vragen. - Je kunt je bij deze tekening afvragen of er niet beter met een ĂŠchte gitaar gewerkt had kunnen worden. Op een echte gitaar kun je immers ook alle onderdelen aanwijzen en heb je niet de extra moeilijkheid van een tweedimensionaal beeld. In dit geval is er gekozen voor een tekening omdat erin het werkboek een oefening staat waarbij het van belang kan zijn dat de leerling snel de tekening erbij kan pakken om de verschillende onderdelen aan te wijzen en zo mee kan doen met de rest van de klas. Bovendien was er geen echte gitaar voorhanden.


Het oor Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles van groep 7 over geluid worden de verschillende onderdelen van het oor en de functies daarvan behandeld in de tekst. Voor het begrip van deze stukken tekst, is het van belang dat deze afbeelding wordt omgezet in een tactiele tekening. Daarnaast wordt er in een oefening in het werkboek ook gevraagd naar het aanwijzen van de verschillende onderdelen van het oor.

De afbeelding in het lesboek:

De tactiele tekening hierbij (zwartschrift versie):

Verwachtingen - Er is gekozen voor het aanbieden van een schematische tekening van het oor, omdat er vanuit de tekst gezien geen noodzaak was om de daadwerkelijke vormen binnen in het oor te leren. Het was daarentegen wel van belang om de verschillende onderdelen en hun plaats van het oor te kunnen benoemen. - Alle andere details zijn weggelaten, omdat werd verwacht dat dit alleen maar voor afleiding zou zorgen. - Er is met een legenda gewerkt bij deze tekening, waarbij de letters van de beschrijving werden weergegeven bij het desbetreffende onderdeel in de tekening. Dit was vrijwel voor het eerst dat een legenda echt werd getest en daardoor werden er daarover nog geen verwachtingen geuit. Bevindingen - De begeleidster begint samen met de leerling met het verkennen van de manier waarop een legenda werkt. Het is van groot belang dat deze manier van werken goed wordt uitgelegd aan de leerling. Hij pikt (vrijwel zonder voorkennis over legenda’s) het werken met de legenda zeer snel op en hij kan de verschillende onderdelen snel benoemen.


-

-

Omdat het voor de tekst niet van belang was om de vormen van de verschillende onderdelen te weten, werd er alleen stil gestaan bij de namen en de volgorde van de onderdelen. Het was leuk om te zien dat de leerling al enigszins heeft geleerd van de tekening bij de tekst, omdat hij een aantal onderdelen zo kon benoemen. Bij de verschillende onderdelen van de tekening staan twee letters die verwijzen naar de hele naam van dat onderdeel in de legenda. In het vervolg zou er ook een versie moeten komen waar alleen nummers in de afbeelding staan, zodat een opdracht of een eventuele toets daadwerkelijk blanco kan worden gemaakt.

De dolfijn Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles over geluid werden voorbeelden besproken over hoe dieren hun zintuigen soms anders gebruiken dan mensen. In de tekst stond vermeld dat de dolfijn gebruik maakt van echo's, waarbij een abstract plaatje van een dolfijn was bijgevoegd. De docent heeft vervolgens deze tekening aangevraagd met als reden dat deze tekening nodig zou zijn om de tekst te kunnen begrijpen en omdat deze tekening ook bij andere methodes in te zetten is. De afbeelding van de dolfijn in het lesboek zag er als volgt uit:

De eerste tekening:

De uiteindelijke tekening:


Verwachtingen - De ontwerpster opperde de verwachting dat wanneer je de dolfijn alleen in deze houding afbeeldt kinderen mogelijk de veronderstelling krijgen dat dolfijnen de vorm hebben van een croissant. Om die reden is deze eerste versie ontwikkeld met drie aanzichten van de dolfijn. - De docente verwachtte dat de tekening van de dolfijn de tekst begrijpelijker zou maken.

Bevindingen: - Het behandelen van deze tekening was erg tijdrovend, gemiddeld 20 minuten per leerling. Dit leek voornamelijk te komen doordat het uitleggen van de drie aanzichten van de dolfijn tijd in beslag nam. De meeste kinderen herkenden de eerste dolfijn, dit leek conform het beeld dat zij al hadden van een dolfijn. De tweede en derde dolfijn vonden zij op zijn minst vreemd. Twee leerlingen stonden open voor de uitleg over de aanzichten. Voor een derde leerling bleek dit te hoog gegrepen. - Leerling: "De eerste dolfijn vind ik mooi, de tweede lelijk en de derde het aller lelijkst." De verklaring voor deze uitspraak werd later duidelijk: zij begreep de tweede en derde afbeelding niet. Dit kon haar door dingen driedimensionaal, aan de hand van haar eigen lichaam, wel uitgelegd worden. - Twee kinderen (die in het verleden nog wel konden zien) reageerden erg enthousiast op de bovenste dolfijn: “wauw, mooi!” - De zijvinnen werden door de leerlingen als buikvinnen beschouwd. Al is dit niet helemaal bewezen doordat de vraagstelling van de docente wat suggestief was: “Het lijkt net of de vin uit de buik komt, vind je niet?” - Goed dat er in braille bij staat hoe de dolfijn is afgebeeld. Kinderen gaan regelmatig terug naar de tekst in braille en dan weer naar de dolfijn. Sommige verwoorden hierbij: “oja, dit was de zwemmende dolfijn.” - De afstand tussen de woorden, cijfers en de dolfijnen bleek te groot. Twee kinderen merkten de cijfers niet op. De kinderen die het prettig vonden om de tekst af en toe terug te lezen moesten steeds even zoeken naar de tekst en daarna weer naar de dolfijn waar ze gebleven waren. Visueel ziet het er mooi uit zo verdeeld over het blad. Maar voor de leerlingen zou het misschien beter zijn als in de huidige lay-out alles wat dichter naar elkaar toe wordt geschoven. - Deze tekening was een mooie aanleiding om de verschillende aanzichten te bespreken. Over de aansluiting van deze tekening bij de les waarvoor hij gemaakt hadden we wat bedenkingen. Het is tijdrovend om deze tekening te behandelen en in de les gaat het niet over het dier maar wordt alleen kort benoemd hoe de dolfijn geluid ontvangt. En hetgeen waarmee dat gebeurt is, in tegenstelling tot de andere dieren, bij de dolfijn niet te voelen. We leerden hiervan dat niet alleen gekeken dient te worden naar de afbeeldingen in het boek maar ook naar de leerdoelen bij de les. Niet elke foto/afbeelding bij een les hoeft omgezet te worden!


Hoge tonen, lage tonen

Waarom hebben we deze tekening omgezet? Het betreft hier een tekening uit het werkboek van groep 5. Zonder deze tactiele tekening konden de brailleleerlingen de opdracht uit het werkboek niet maken. De afbeelding/opdracht in het werkboek:

De twee tactiele tekeningen hierbij:


Verwachtingen - De docent verwachte dat de leerlingen zouden kiezen voor de bovenste versie, de tekening met de golfjes. Bevindingen - De leerlingen kregen beide tekeningen aangeboden. De docent vroeg vervolgens aan hen welke tekening zij het fijnst vonden. Twee leerlingen kozen voor de bovenste en twee andere kozen voor de onderste tekening. - De leerlingen die voor de bovenste tekening kozen hadden beide nog wat restvisus. Zij gaven beide dezelfde reden op voor hun keuze: “Geluid gaat met golfjes”. De leerlingen die voor de onderste tekening kozen waren beide volledig blind. Zij gaven aan voor deze tekening te kiezen omdat hij het minst moeilijk was en het best voelbaar. - Eén van de leerlingen die koos voor de versie met de golfjes begreep de tekening in eerste instantie verkeerd. Zij dacht dat de golfjes het geluid zelf aangaven dat steeds zachter werd. De tekening met de puntjes was achteraf voor haar misschien toch eenvoudiger geweest? - De leerlingen waren gretig in het beantwoorden van de vragen uit het werkboek bij deze tekeningen. Ze gaven na afloop aan het leuk te hebben gevonden. - Deze tekening vroeg om een systematische aanpak in het verkennen ervan. Drie van de vier leerlingen begreep dit uit zichzelf. Zij lazen eerst de woorden en verkende met hun vinger de kolommen. Eén daarvan (een volledig blinde leerling) had maar 5min nodig om beide tekeningen te verkennen en op alle vragen uit het werkboek antwoord te geven. De vierde leerling moest door de docent geholpen worden. Door haar handen te pakken en deze over het blad te sturen was ook zij in staat om de tekening te begrijpen.


De vleermuis

Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologie les over geluid werden voorbeelden besproken over hoe dieren hun zintuigen soms anders gebruiken dan mensen. In de tekst stond vermeld dat de vleermuis gebruikt maakt van echo's, waarbij een foto van een vleermuis was bijgevoegd. De docent heeft vervolgens deze tekening aangevraagd met als reden dat deze tekening nodig zou zijn om de tekst te kunnen begrijpen en omdat deze tekening ook bij andere methodes in te zetten is. De afbeelding van de vleermuis in het lesboek zag er als volgt uit:

De eerste versie:

De uiteindelijke tactiele tekening:


Verwachtingen Verwacht werd dat met deze tekeningen kinderen een mentaal beeld zouden kunnen vormen over hoe een vleermuis eruit ziet. Bevindingen - De omtrek en de pezen in de vleermuis bleken goed voelbaar. Door de opvulling van de vleugels was voelbaar wat binnen en wat buiten de vorm was. Bij het zijaanzicht van de vleermuis bleek een deel van de opvulling van de vleugel niet goed gezweld. De leerlingen merkten dit op. - Aanhechting van de poten/pezen aan het lijf van de vleermuis waren niet goed te voelen. De oplossing hiervoor was snel gevonden: comfortwit toevoegen. Bij de tweede testronde mĂŠt een witte rand om de aanhechting van de poten bleek het probleem inderdaad verholpen te zijn. - De oogjes van de vleermuis waren in de eerste versie wel te voelen maar het mondje niet. Het gezichtje van de vleermuis was weinig realistisch, enkele projectleden opperden dan ook om het gezichtje helemaal weg te laten. Uit de eerste testronde kwam echter naar voren dat de kinderen het wel prettig vonden om de oogjes te kunnen onderscheiden. Voor de tweede versie is gekozen om het gezichtje toch te behouden en het meer ruimte te geven om het zo beter voelbaar te maken. - Bij de eerste versie ontbrak een stukje van de opvulling van de vleugel bij het zijaanzicht van vleermuis. Hierdoor was het onduidelijk dat dit stukje bij de vleugel hoorde. Bij de tweede versie is dit verholpen. We concludeerden dat tactiele tekeningen maken precisie vereist. - De docent merkte op dat het lijkt alsof de achterpoot (of pees) bij het onderste plaatje aan het beestje vastzit en later in de vleugel overgaat. Zij gaf aan dat dit niet klopt met de werkelijkheid. Dit pootje is in de tweede versie korter gemaakt. De spin Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologieles over geluid werden voorbeelden besproken over hoe dieren hun zintuigen soms anders gebruiken dan mensen. In de tekst stond vermeld dat de spin gebruik maakt van de trillingen in zijn web, waarbij een foto van een spin in zijn web was bijgevoegd. De docent heeft vervolgens deze tekening aangevraagd met als reden dat deze tekening nodig zou zijn om de tekst te kunnen begrijpen en omdat deze tekening ook bij andere methodes in te zetten is. De afbeelding van de spin in het lesboek zag er als volgt uit:


De eerste schets van de tekening:

De uiteindelijke tactiele tekening:

Verwachtingen - Verwacht werd dat de tekening een praatstuk zou zijn om uit te leggen hoe de spin via zijn web trillingen waarneemt. Enkele projectleden vroegen zich af of de spin in het web niet te moeilijk zou zijn voor de leerlingen. Bevindingen - Nog voor we de tekening hadden getest bleek dat de tekening niet klopte, de poten van de spin zitten alle vast aan het bovenste deel, het kopborststuk. Hieruit hebben we de conclusie getrokken dat we eerst gedegen moeten onderzoeken hoe een dier er exact uitziet. - De spin en het web bleken meteen in de eerste versie goed te voelen. - Reactie van een kind op het web: “Hey, hij klopt niet! Hij is niet rond!” Dit was een mooie aanleiding om dit verkeerde beeld van een spinnenweb (dat spinnenwebben altijd rond zijn) bij te stellen. - Het boven- en onderlijf en de poten van de spin blijken goed voelbaar. Er trad wel wat verwarring op over de twee poten die recht naar voren staan. Deze werden door drie kinderen niet meteen meegeteld met de poten. - De spin in het web werd door alle leerlingen ontdekt maar dit duurde bij de meeste wel enkele minuten. Dit riep de vraag op of we de tekening met de spin in het web moesten schrappen, hij was immers best moeilijk. Maar bij het terugkijken van de filmbeelden zagen we het plezier dat de leerlingen hadden bij het zoeken van de spin in zijn web. Het was net een puzzeltje voor ze. In de tweede versie is deze afbeelding dan ook behouden. Wel is het web iets ruimer opgezet en de spin wat groter gemaakt. - Twee kinderen gaven aan dat het net lijkt of de poten van de spin niet aan hem vastzitten. Dit vonden ze wat verwarrend ‘voor andere kinderen’. Ze begrepen dus wel dat de poten


-

in het echt wel aan het lijfje vast zitten. Het was dus in deze tekening geen probleem maar het is wel goed om te onthouden dat een randje wit laten om het goed voelbaar te maken niet té breed moet zijn. De spin is een groot zwart vlak. Doordat dit tijdens het bakken van tekening veel warmte absorbeert bakt het papier snel kapot. Om die reden zijn er witte stipjes in het lijf van de spin aangebracht.

De Rups

Waarom hebben we deze tekening omgezet? Bij een biologie les over geluid werden voorbeelden besproken over hoe dieren hun zintuigen soms anders gebruiken dan mensen. In de tekst stond vermeld dat de rups ‘hoort’ met de haartjes op zijn rug die trillen door geluid. Bij deze uitleg stond een foto van een rups. De docent heeft vervolgens deze tekening aangevraagd met als reden dat deze tekening nodig zou zijn om de tekst te kunnen begrijpen en omdat deze tekening ook bij andere methodes in te zetten is. De afbeelding in het lesboek:

De uiteindelijke tekening:

Verwachtingen - De tekening zou een praatstuk zijn om uit te leggen hoe de rups ‘hoort’ met de haartjes op zijn rug. Bevindingen - De verschillende compartimenten van de rups werden meteen opgemerkt. Ook hebben de kinderen meteen door wat zijn hoofd is en wat de achterkant. - Dat de rups geen ogen lijkt te hebben, vonden de leerlingen gek. Wat meteen een mooie aanleiding was om dit uit te leggen. - De haren op de rug werden door twee van de drie kinderen opgemerkt. Toch gaven de kinderen aan dat ze wel wat duidelijker mogen. De haartjes zijn in de tweede versie wat langer geworden en ze staan wat verder uit elkaar. Deze ruimte zorgde er voor dat de haartjes beter voelbaar werden.


De vleermuis en zijn prooi Waarom hebben we deze tekening omgezet? Het jagen van een vleermuis met behulp van geluidsgolven wordt expliciet in het lesboek behandeld. Dit is geen eenvoudig onderwerp. Het plaatje dat in het lesboek stond afgebeeld, was in dit geval duidelijk niet om esthetische maar om didactische redenen toegevoegd. Op het plaatje is te zien hoe een geluidsgolf zich verspreidt en hoe het weerkaatst. Iets wat met alleen woorden moeilijk is uit te leggen en waarvoor geen modellen in huis waren. De afbeelding van de vleermuis en zijn prooi in het lesboek zag er als volgt uit:

De meer realistische versie van de tekening:

De schematische versie van de tekening:

Verwachtingen


-

Verwacht werd dat het omzetten van deze afbeelding ervoor zou zorgen dat de leerlingen de tekst uit het lesboek beter zouden begrijpen. Van deze tekening zijn drie schetsen gemaakt. Eén schets lijkt veel op de tekening zoals deze in het boek stond afgebeeld. Bij de tweede schets is de vleermuis versimpeld weergegeven (alleen de kop). De derde schets was volledig schematisch, hierop is de vleermuis weergeven als een rondje en de vlinder als een vierkant. Van de laatste twee schetsen zijn tactiele tekeningen gemaakt. De docent verwachtte dat de leerlingen allen voor de versie zouden kiezen met de vleermuiskop omdat ze deze tekening leuker zouden vinden. Ook verwachte de docent dat de leerlingen al kennis zouden bezitten over geluidsgolven omdat zij door hun visuele beperking hier dagelijks mee te maken hebben (zij gebruiken immers veel echolokalisatie.)

Bevindingen - De voorkennis over geluidsgolven was bij de leerlingen (op één leerling na) minimaal. - Door eerst de tekening te behandelen en hier vervolgens de eigen ervaringen van leerlingen aan te verbinden met echolokalisatie waren de leerlingen na afloop in staat om in hun eigen woorden uit te leggen hoe geluidsgolven tegen dingen kunnen weerkaatsen. Zo waren zij in staat om bijvoorbeeld met hun handen voor te doen hoe geluidsgolven uit hun mond komen en vervolgens tegen een pen of de deur botsen en terug kaatsen. - Eén van de leerlingen ging de fout in bij het voordoen hoe geluidsgolven uit haar mond komen en tegen een deur weerkaatsen. Nadat de docent haar vroeg nogmaals op de tekening te voelen hoe het ook alweer zat met dat weerkaatsen was de leerling zonder verdere uitleg in staat zichzelf te corrigeren. Dit was een mooi voorbeeld van hoe een leerling wanneer hij/zij eenmaal bekend is met een tekening, er zelf mee kan werken. - Drie van de vijf leerlingen gaven aan dat zij de schematische tekening het fijnst vonden omdat deze voor hen makkelijker was. - De twee leerlingen die kozen voor de meer realistische variant gaven aan dat zij deze versie prefereerden omdat deze leuker was. “Deze heeft een leuker gezichtje” zei één van de twee. Deze twee leerlingen hadden beide nog restvisus. - Alle leerlingen vonden de tekst in braille bij de schematische versie prettig. - De docent vroeg de leerlingen die voor de schematische versie kozen of zij voor de realistische versie zouden kiezen wanneer ook hier braille bij zou staan. Het antwoord van alle drie de leerlingen was “nee”. - Deze tekeningen waren best ingewikkeld. Toch waren de leerlingen gretig in hun handbewegingen over de tekeningen en gaven zij aan het leuk te vinden. Eén van de leerlingen kon bij het bevragen van de voorkennis al niet meer wachten: “Mag ik hem nu alsjeblieft voelen?” En toen zij de tekening eindelijk in haar handen kreeg en de lijnen voelde riep ze: “Oh wauw, vet!”


De pupillen

Waarom hebben we deze tekening omgezet? Pupillen zijn zo dichtbij maar toch kan je ze niet aanraken. Om uit te kunnen leggen wat pupillen zijn en om blinde leerlingen een idee te geven van hoe een oog eruit ziet is besloten deze tekening om te zetten. Wanneer je geen mentaal plaatje hebt van een oog, wat zegt het je dan als iemand je verteld dat een pupil klein of groot wordt? Wat is klein en wat is groot? Daar kan een tekening beter antwoord op geven dan alleen tekst. De afbeelding van de pupillen in het lesboek zag er als volgt uit:

Enkele van de gemaakte tekeningen:


Verwachtingen - Verwacht werd dat de leerlingen met deze tekening de leerstof en tekst uit het lesboek beter zouden begrijpen. - Ook werd verwacht dat deze tekeningen vaker gebruikt kunnen worden bij lessen waarin de anatomie van het oog voorkomt. - Voor deze tekening zijn vele schetsen gemaakt waarin onderscheid is gemaakt tussen de behoefte van volledig blinde kinderen en kinderen met nog restvisus. Zou het voor volledig blinde kinderen logischer kunnen zijn dat de pupil niet omhoog komt maar juist de iris, waardoor de pupil als een kuiltje voelt? De gedachte hierachter was dat dit beter zou passen bij de uitleg van de docent over dat je pupil eigenlijk een gat is waar licht door binnenvalt. Om de pupil niet als een bergje maar juist als een kuiltje te laten voelen moet de pupil wit gelaten worden. Dit omdat zwelpapier nou eenmaal zo werkt dat wat zwart is omhoog komt. Kinderen met restvisus hebben misschien wel eens gezien dat een pupil zwart is. Daarom werd verwacht dat deze kinderen zouden kiezen voor tekeningen waarop de pupil zwart is. Bevindingen - Binnen wetenschappelijk onderzoek is het een bekend gegeven dat mensen de neiging hebben te kiezen voor hetgeen ze het eerst wordt aangeboden. Om te dit voorkomen bij deze test (met vele tekeningen) kregen de leerlingen allemaal een andere versie als eerste aangeboden. - Volledig blinde kinderen kozen in lijn met de verwachting voor de versie waarop de pupil als een gat voelde. - Twee leerlingen, waarvan één volledig blind vanaf de geboorte en één ernstig slechtziende was, waren verrast door het gegeven dat er ook wimpers onder je ogen zitten. Dit was voor hen nieuw. Zonder tekening waren we hier niet achter gekomen. - De tekeningen waarop de iris was vormgegeven met streepjes waren niet populair bij de leerlingen. Eén van de leerlingen met nog wat rest visus merkte op: “dit lijkt wel een citroen.” De iris wordt vaak met streepjes afgebeeld maar in een tactiele tekening is een egaal vlak wellicht logischer. - Twee leerlingen kozen voor de tekening waar beide ogen op staan afgebeeld. De reden die zij hiervoor gaven was dat deze tekening goed voelbaar was. Dit verbaasde ons omdat de ogen op deze tekening kleiner waren dan in de andere versies. Na het zelf gecontroleerd te hebben bleek deze tekening inderdaad, ondanks de grootte van de ogen, goed voelbaar. Dit kwam doordat de tekening precies goed ‘gebakken’ was. Niet alleen het ontwerp maar ook het printen en bakken van een zweltekening heeft dus grote invloed op de bruikbaarheid van het eindproduct. - Eén van de leerlingen merkte op dat er verschil zat in de diktes van de irissen op een van de tekening. Dit zorgde bij haar voor verwarring doordat zij dacht dat dit een inhoudelijke betekenis had. Wanneer je als docent vooraf zelf even de tekening die je aan gaat bieden checkt , kan dit soort verwarring ondervangen. - Bij deze serie tekeningen viel op dat de volledig blinde leerlingen allemaal uitgebreid de tekst in braille gingen lezen terwijl de leerlingen met nog restvisus zich voornamelijk (of alleen) op de tekeningen concentreerden.


Overige tekeningen Zoals duidelijk mag zijn was het vervaardigen van een goede tactiele tekening een intensief proces. Sommige tekeningen hebben we door tijdgebrek niet kunnen testen. Deze tekeningen zijn al wel geschetst maar nog niet getest. Hieronder staan ze kort beschreven.

De windmolen

De tekening van de windmolen is gemaakt bij een hoofdstuk over energie. De vraag die bij het ontwikkelen van deze tekening rees, was of de witte windmolen wel of niet een zwarte opvulling moest krijgen. De windmolen in het zwart (of grijs) weergeven maakt hem op zwelpapier goed voelbaar (zie vulling van vormen). Maar leerlingen met nog wat restvisus hebben mogelijk al een beeld van de witte windmolens en het zou jammer zijn als de tekening daar vervolgens afbreuk aan doet. Ook over de vorm van tekening waren er vraagtekens. De rotorbladen van de molen lijken namelijk wel recht maar zijn in werkelijkheid wat gedraaid om zo de wind goed op te kunnen vangen. Moet dit op de tekening voelbaar zijn? En hoe beelden we dit dan uit? Afbeelding in boek:

Uiteindelijke tactiele tekening:


De elektriciteitscentrale

Op de tekening van de elektriciteitscentrale is te zien hoe energie wordt opgewekt en verplaatst. Deze schematisch weergegeven tekening is bijna af. Er liggen nog een paar vragen hierbij die eerst beantwoord moeten worden. Wat is het onderdeel ‘de centrale’ precies en hoe verhoudt het zich tot de totale afbeelding? En klopt de schaal van het in het plaatje in het boek? Zoals eerder uiteengezet voelen kinderen met een visuele beperking veel nauwkeuriger dan andere kinderen naar een plaatje kijken. Je tactiele tekening moet dan wel kloppen.

Afbeelding in boek:

Schets voor de tactiele tekening:


Huisjestekeningen

Binnen het project zijn er voor een hoofdstuk uit de methode Natuniek voor groep 7 een aantal tekeningen gemaakt met daarop huizen uit verschillende landen/culturen. Deze tekeningen werden gemaakt omdat verwacht werd dat er veel conventies uit konden worden opgemaakt. Oftewel, vaste regels over hoe je iets moet tekenen. Zo speelde bijvoorbeeld het aspect van perspectief een grote rol bij het maken van de tekeningen. Je kunt een huis namelijk niet van een schuin vooraanzicht tekenen, zodat je twee kanten van het huis ziet. De ontwerpster van deze tekeningen, Mirjam Boelaars, geeft hier in haar verslag over haar ervaringen in het project meer informatie over. Zo licht zij onder andere toe hoe onduidelijk (en soms zelf niet kloppend met de werkelijkheid) de afbeeldingen in het lesboek waren. Deze tekeningen zijn nog niet getest met leerlingen. Dit gaat nog wel gebeuren in een vervolgproject. Daarbij kunnen goed weer dingen naar voren komen die beter kunnen. Moet er bijvoorbeeld niet toch een balustrade bij dat flatgebouw? En is ĂŠĂŠn middellandse zee huisje wel genoeg om een beeld te geven? Het blijft voorlopig nog een proces van uitproberen en ontdekken. De huisjestekeningen zijn een mooie afsluiter van dit eindrapport. Deze tekeningen zijn namelijk de laatste die in het project tot stand zijn gekomen. De bevindingen bij eerdere tekeningen zijn bij het maken van deze serie meegenomen. Kunt u ze ontdekken?

Huis op palen Afbeelding in het boek:

De tactiele tekening:


Het rijtjeshuis

De afbeeldingen in het boek:

De uiteindelijke tactiele tekening:

Het flatgebouw Van het flatgebouw stond geen afbeelding in het boek. In de leerdoelen stond wel dat de leerleerlingen aan het eind moeten weten wat een flatgebouw is. De tactiele tekening:


Het verzorgingstehuis

De afbeelding in het boek:

De tactiele tekening:


Het middellandse zee huis

Afbeeldingen in het boek:

De tactiele tekening:


Afrikaans huis

Afbeelding in het boek:

De tactiele tekening:


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.