‘Pas als iets op papier staat, wordt het echt’ Wie dacht dat bèta’s zich alleen met formules bezighouden, heeft het mis. Hoogleraar natuurkunde Robbert Dijkgraaf is altijd al visueel ingesteld geweest, vertelt hij in het Allard Pierson Museum in Amsterdam. ‘Aan de kunstacademie heb ik geleerd wat onderzoek doen écht is.’ Tekst: Jim Jansen Beeld: Bram Belloni
‘I
k heb een speciale band met het Allard Pierson Museum. Dit is het museum van de Universiteit van Amsterdam, op de mooiste plek in de stad. Een aantal jaar geleden was hier een pop-upmuseum en als gastcurator mocht ik een wonder kamer inrichten vol wetenschappelijke 14 | New Scientist | Leiden2022
bjecten die de fantasie prikkelen. Dat was o een jongensdroom die in vervulling ging voor iemand als ik, die zo van kunst houdt. Mijn hele leven ben ik al visueel ingesteld. Onlangs vond ik weer mijn schooltekenin gen terug. Het leken wel geschriften van een naturalist uit de zestiende eeuw, met dat keurige handschrift en die precieze tekeningen. Ik maakte bijvoorbeeld portretten van alle katachtigen. Elk lijntje en kleurtje leek te kloppen. Het maakte me
niet uit dat ik niet alles snapte. Ik vond het vooral heel erg mooi. Dat gevoel voor schoonheid is gebleven. Als ik nu nadenk over wetenschappelijke begrippen, zie ik die altijd heel beeldend voor me. Bij abstracte begrippen zie ik driedimensionale figuren en prachtige kleuren, en daar krijg ik dan een esthetisch gevoel bij. Als ik iets probeer te begrijpen, dan is het voor mij belangrijk om de bere keningen zelf uit te schrijven. Pas op het