7 minute read
Ondernemersprijs Herman Dessers
Paul Kerkhofs van APK Group won de 27e Ondernemersprijs Herman Dessers. Voka – Kamer van Koophandel Limburg prees hem voor de duurzame groei van zijn familiebedrijf en voor zijn internationale mindset.
APK Group is een infrastructuurbouwer in de brede zin van het woord. Ze leggen wegen aan, maar installeren ook nutsvoorzieningen, netwerken en databekabeling.
Was het een bewuste keuze om jullie activiteiten te diversifiëren?
“Absoluut. We wilden niet afhankelijk zijn van een bepaald type activiteit in een bepaalde regio. Onze eerste drijfveer was natuurlijk risico’s spreiden. Maar gaandeweg zagen we zo ook opportuniteiten die we anders compleet zouden hebben gemist. Nu is het een enorm voordeel dat onze activiteiten met elkaar verbonden zijn. Een voorbeeld? Om zelfrijdende voertuigen te laten functioneren, moet je dynamische verkeersinfrastructuur hebben, in combinatie met slimme laadinfrastructuur en de juiste telecomontsluiting. Wij zoeken voortdurend naar dergelijke slimme en duurzame oplossingen.”
Is het denkbaar dat jullie Limburg ooit verlaten?
“Wij hebben voor onszelf uitgemaakt dat we lokaal verankerd blijven. Limburg is de meest gunstige locatie voor onze activiteiten. Pal in het midden van het dichtst bebouwde infrastructuurnetwerk van Europa. We zijn trots dat onze regio midden in dé gateway naar de rest van Europa ligt.”
Nog een sterkte van jullie: tijdig aan de toekomst denken.
Jullie succesvolle overnames zijn de jury van de Ondernemersprijs niet ontgaan.
“In totaal spreken we over een vijftigtal overnames. Die zorgden voor diversificatie én voor twee derde van onze groei. Je moet weten, wij opereren in een vrij klassieke sector. Daar hoef je niets meer vanaf nul uit te vinden, maar je hebt wel wat concurrentie. Overnames helpen dan om te blijven bouwen.”
Wat valt er te vertellen over jullie internationale mindset?
“We hebben nu 25 sites in België, Nederland en Duitsland. Allemaal op zo’n 200 km rond Limburg. Hoewel de schade door corona voor ons relatief beperkt bleef, vond ik het echt bevreemdend en confronterend dat je je eigen bedrijf niet eens kon bezoeken. Laten we hopen dat het blijft bij die once in a lifetime.”
“Ik heb me inderdaad nu al de vraag gesteld: wat als ik een stap opzij zet? Mijn kinderen willen de opvolging graag verzekeren, dus nu pakken we dat geleidelijk aan. Ze draaien al mee in het bedrijf en zullen alsmaar meer verantwoordelijkheid krijgen. Het is fijn dat we de tijd kunnen nemen om dat vlekkeloos te laten verlopen.”
“Ik ben nochtans benaderd door investeringsgroepen met de vraag om te verkopen. Sommigen verklaarden me gek. De overnameprijzen liggen momenteel zo hoog! Waarom ging ik daar niet op in? De keuze voor een familiale opvolging geeft mij nu rust. Niet alles draait om het geld op je rekening. Ik heb liever het perspectief dat het bedrijf in goede handen is en dat ik de beste keuze maak voor onze 1500 medewerkers en voor mijn familie.”
Tot slot, wat doe jij zoal om privé tot rust te komen?
“Ik speel opnieuw graag gitaar. Dat is een oude hobby uit mijn tienerjaren die ik terug heb opgenomen. Ook voetbal (Lommel SK) kan me bekoren maar dan liefst met fysieke aanwezigheid op wedstrijden. Door corona was dat minder mogelijk waardoor de weekends dezer dagen iets rustiger verlopen. Zondagnamiddag staat voor quality time met mijn vrouw en onze kinderen. Dan bespreken we business opportuniteiten en ook wat we tijdens de week beter hadden kunnen aanpakken. Met een sigaar en een glas whisky erbij is dat prima te doen. (lacht)”
Joris Brams is CEO van drankenproducent Konings. Het bedrijf bestaat al 75 jaar, maar is blijven groeien, onder andere door de wendbaarheid van zijn productie.
Hoe vat jij het parcours van Konings samen?
“Het bedrijf is 75 jaar geleden opgericht door de familie Konings. Eerst maakten we sterke drank, daarna ook ciders, dan fruitsappen, ... In 2007 kwamen de huidige eigenaars aan het roer. Wij zijn de nobele onbekende die overal in de koelkast staat. We blijven natuurlijk dranken afvullen, maar we ontwikkelen ook steeds meer nieuwe concepten. Denk aan gefermenteerde thees, energiedranken, … Veel klanten hebben zelf geen R&D-afdeling meer, dus ze rekenen nu op onze ervaring. Onze grotere klanten auditen ons nu waardoor onze efficiëntie telkens verbetert.”
Wat verklaart jullie succes?
“We zijn geen concurrenten van onze klanten. Wij verkopen niets rechtstreeks aan de consument, maar we helpen onze klanten wel om op de trends in te spelen. We give content to your packaging. Dat is onze slagzin.”
Vorig jaar maakten jullie in geen tijd honderdduizenden flessen alcoholgel. Hoe ging dat?
“In twee weken tijd hebben we onze voorraad alcohol – de grootste van België – omgevormd tot gel die voldeed aan de eisen van de Wereldgezondheidsorganisatie. We konden rekenen op een enorme solidariteit. Klanten wiens activiteiten stillagen, boden hun flesjes aan om te laten vullen. Ook ons personeel heeft dag en nacht gewerkt. En toch, we kenden nooit zo weinig absenteïsme als in de eerste coronagolf. Iedereen voelde zich veilig, want hier stond op elke hoek alcoholgel klaar.”
Konings blijft dus duchtig investeren.
“Zeker. We hebben nu 6 fabrieken in 4 landen. We openen één nieuwe productielijn per jaar. Zelfs in volle lockdown zijn we er eentje gestart in Borgloon. Dat gaat over zo’n 10 tot 20 miljoen euro en 40 extra jobs. Dit jaar gaan we op dat elan verder met een extra flessenlijn in Breda.”
“80% van onze productie wordt geexporteerd, zelfs tot in Nieuw-Zeeland. Op die verre markten scoren we vooral met onze sterke en zeer Joris Brams (Konings)
complexe dranken. Logisch, want die eenheidsprijs per fles ligt veel hoger dan bij een blikje frisdrank. We blijven wel vasthouden aan Limburg. Strenge kwaliteitseisen, goede werkkrachten en investeringen in technologie … Dat geeft vertrouwen aan onze klanten.”
Wat is jullie ambitie voor de toekomst?
“Na de overname is het bedrijf 5 keer groter geworden. Onze ambitie is om die groei de komende 3 tot 4 jaar te verdubbelen. We blijven ook gaan voor duurzaamheid: ondertussen maken we in het Verenigd Koninkrijk van ons afvalwater al een bioreactor. Nu houden we ons logistiek model tegen het licht. We bekijken hoe we belangrijke stromen via het water kunnen laten lopen. En we bedenken: hoe kunnen we blijven groeien, wetende dat we onze grootste site in Zonhoven niet meer kunnen uitbreiden?”
ANDERE GENOMINEERDEN GLOBACHEM MEER DAN 1500 ERKENNINGEN BINNEN ONZE STRENG GEREGULEERDE MARKT
Ondernemerskoppel Els Paesmans en Koen Quaghebeur richtten in 2000 samen het bedrijf Globachem op. Dankzij hun gewasbeschermingsmiddelen kunnen land- en tuinbouwers hun gewassen gezond houden en meer productie uit 1 hectare halen, waardoor de ecologische voetafdruk verlaagt.
Jullie innovatieve slagkracht is groot. Hoe bereik je dat?
Els: “In het begin richtten we ons vooral op chemische out-of-patent producten. De laatste jaren ligt de focus meer op eigen, innovatieve ontwikkelingen. We hebben een heus greennovation centre. Daar doen we heel wat proeven op nieuwe producten, vaak van natuurlijke oorsprong, om bijvoorbeeld te meten in welke dosis ze het best werken. Je moet weten, onze producten horen tot de meest gereguleerde producten op de markt. Er is quasi een nultolerantie qua risico’s. Kunnen bijen schade ondervinden? Mensen allergieën krijgen? Dan mag het product niet op de markt komen. We zijn trots dat wij ondertussen meer dan 1500 erkenningen hebben verkregen. Ook nu zijn we weer op de goede weg om een aantal nieuwigheden te lanceren. Of het ook echt kaskrakers worden, is altijd afwachten.”
Wat is jullie grootste uitdaging?
Koen: “We worstelen soms met de zwart-wit perceptie die leeft rond onze producten en de landbouwsector. Onterecht, want zij hebben indirect wel een positief effect op het milieu: ze zorgen voor minder voedsel- en kwaliteitsverlies, de houdbaarheid van voedsel wordt langer en er kan dubbel zoveel geproduceerd worden per hectare. Daardoor kan oppervlakte vrijkomen voor bos en natuur. Onze producten verlagen dus de ecologische voetafdruk van land- en tuinbouw. Plus, ze verzekeren dat we genoeg voedsel kunnen blijven telen voor de groeiende wereldbevolking.”
Perceptie is één ding, maar jullie eigen waarden bepalen jullie zelf.
Els: “Zeer zeker, die zitten vervat in het begrip Framily. Elke letter staat voor een waarde: fun, respect, ambition, enzovoort. We hebben er samen met onze medewerkers over nagedacht. In coronatijden is het iets moeilijker om die waarden echt te doen leven. Ondertussen hebben we onze collega’s in het buitenland al 1,5 jaar niet meer gezien. Maar je merkt wel dat het een enorme hulp is om ons figuurlijk te verbinden.” Els Paesmans en Koen Quaghebeur (Globachem)
Wat brengt de toekomst nog?
Koen: “Door de klimaatopwarming duiken er steeds nieuwe plagen op die in ons land nog geen natuurlijke vijanden hebben. Ook die willen wij kunnen controleren. We zetten in op 3 strategische assen. Ten eerste internationalisering: we zijn nu vooral actief in Europa en Noord-Afrika, maar er zijn nog veel landbouwlanden te veroveren, zoals Brazilië, Oekraïne en Rusland. We zoeken naar participaties om daar voet aan grond te krijgen. Onze tweede as is innovatie: we blijven nauw samenwerken met universiteiten en onderzoeksinstellingen om nieuwe producten te ontwikkelen. Tot slot gaan we voor professionalisering: we willen alsmaar efficiënter werken, beter rapporteren en verder aan onze organisatiecultuur bouwen, om zo de klanten blijvend de service te bieden die ze verdienen.”
