Gelukkig 2012
Steven Pinker: “De stelling dat de afgelopen eeuw de meest gewelddadige ooit is geweest, gaat niet op.�
14 VolZin | 6 januari 2012
VOL001_14_veltmanpinker.indd 14
23-12-11 15:47
Het cynisme en pessimisme zijn onterecht
We hebben het nog nooit zo goed gehad Het nieuwe jaar is net begonnen en u sombert nog net als in 2011 over egoïsme, verloedering en recessie? Steven Pinker en Gabriël van den Brink stellen voor eens goed naar de cijfers te kijken: burgeroorlogen, massamoord, onderdrukking en terreur nemen af, empathie, zelfbeheersing, moraal en idealisme nemen toe. Gelukkig Nieuwjaar! door Cees Veltman foto’s Hollandse hoogte
Wat is het meest belangrijke dat ooit in de geschiedenis van de mens is gebeurd? De afname van het geweld. We leven misschien wel in de meest vreedzame tijd ooit, aldus Harvard-hoogleraar psychologie Steven Pinker. De Amerikaan noemt dat een heel belangrijke vaststelling. Wat zou immers het gevoel voor zin van het leven beter kunnen stimuleren dan het idee dat we de goede kant opgaan? Dan begint de wereld er opeens anders uit te zien. Het verleden wordt dan minder onschuldig en het heden minder onheilspellend. We brengen dan ook meer waardering op voor de kleine geschenken waar onze voorouders slechts van hadden kunnen dromen: een multicultureel samengesteld gezin spelend in het park, de cabaretier die grappen maakt over de president, de landen die rustig omgaan met een crisis in plaats van oorlog te voeren.
Goed nieuws Met een indrukwekkende hoeveelheid cijfers verwerpt Pinker de stelling dat de wereld verkeert in een nachtmerrie van criminaliteit, terreur, genocide en oorlog. Na de Tweede Wereldoorlog is er geen derde gekomen. De stelling dat de afgelopen eeuw de meest gewelddadige ooit is geweest, gaat om te beginnen hoogstens op voor de eerste helft ervan en zelfs dan nog niet, zegt Pinker. Als je het aantal slachtoffers van oorlogen uitdrukt als percentage van de wereldbevolking, komt de Eerste Wereldoorlog op de vijftiende en de Tweede Wereldoorlog op de negende plaats in de
Steven Pinker: ‘Er bestaat weerzin tegen de gedachte dat er iets goeds kan voortkomen uit de westerse beschaving’
wereldgeschiedenis. Bij elkaar opgeteld, voeren ze de ranglijst evenmin aan. De geweldsvermindering heeft natuurlijk ook te maken met de angst voor een kernoorlog, maar tussen landen zonder kernwapens is het geweld eveneens afgenomen. Het heeft ook te maken met de groei van democratie, internationale handel en internationale organisaties. Het is een boodschap die niet snel wordt geloofd, is Pinkers ervaring, omdat vaak wordt gedacht dat het geweld juist toeneemt. Wie goed nieuws brengt, kan beter zijn mond houden omdat mensen anders passief worden. Er bestaat zelfs weerzin tegen de gedachte dat er iets goeds zou kunnen voortkomen uit de beschaving, het moderne denken en de westerse maatschappij, zegt hij.
Trend De berg cijfers waarop Pinker zich baseert, is toch nog niet hoog genoeg en eenzijdig op het Westen geconcentreerd. Dat is te zien aan de soms wel heel ruime marges die hij aangeeft. Zo was het aantal moordpartijen in de late middeleeuwen tien à vijftig maal zo hoog als in de vorige eeuw, schrijft hij. Maar de trend is duidelijk. Tussen 1200 tot 2000 is er in Europa een geleidelijke, maar sterke daling opgetreden van het aantal moorden. Lag dat in de middeleeuwen in sommige landen of steden rond de honderd per 100.000 inwoners, tegenwoordig schommelt het tussen de een en drie op de 100.000 per jaar. De Engelse koning Henry de Achtste (1526) liet zijn vrouw, Anna Boleyn, nog onthoofden uit teleurstelling dat zij hem een zoon had gebaard die spoedig stierf. Een Nederlands voorbeeld uit de krant. Vorig jaar herdacht IJsselstein dat het vijfhonderd jaar geleden werd belegerd door de stad Utrecht. Tijdens een jaar durende belegering gingen de Utrechters als beesten
6 januari 2012 | VolZin 15
VOL001_14_veltmanpinker.indd 15
23-12-11 15:47
te keer op het platteland rond het stadje IJsselstein. Ze gingen moordend rond en brandden alle boerderijen af. Als die niet wilden branden, werden ze steen voor steen afgebroken. Dat was in die tijd normaal. Nu zou dat een oorlogsmisdaad heten.
Feminisering Na 1989 is er een afname van burgeroorlogen, genociden, onderdrukking, terroristische aanvallen te zien, constateert Pinker. En een daling van het geweld ten opzichte van vrouwen, kinderen, homoseksuelen en minderheden in het algemeen. Ook ten opzichte van dieren is het geweld afgenomen. Sowieso valt er over langere tijd, de afgelopen drie tot vier decennia, sterke afname van huiselijk geweld en van verkrachtingen vast te stellen. Het geweld op scholen, in de vorm van schietpartijen waarbij veel slachtoffers vallen, is eveneens afgenomen. Het geweld tegen kinderen in opvoedingssituaties, zoals de ‘pedagogische tik’ thuis of op school, is sterk gedaald. De tolerantie daarvoor is vrijwel verdwenen, de schooltik inmiddels verboden. Een belangrijke factor is bovendien de feminisering van de samenleving, aldus Pinker. Nu vrouwelijke waarden (sociaal-zijn en vredelievendheid) steeds meer in de samenleving doordringen, is het besef gegroeid dat vrede aantrekkelijker is dan overwinning en oorlog meer kost dan nederlaag. De enigen die kernwapenlanden zouden mogen regeren, zouden zogende moeders moeten zijn, heeft de Japanner Tsutomu Yamaguchi gezegd. Hij overleefde de kernbomaanval op Hiroshima, na zijn vlucht naar Nagasaki ook de kernbom op die stad en overleed in 2010 op 93-jarige leeftijd. Een feit is dat vrouwen altijd meer de leiding hebben genomen in vredesbewegingen dan mannen. Het groeiende kosmopolitisme is een volgende factor bij de geweldsvermindering. Door belezenheid, mobiliteit, onderwijs, journalistiek en massamedia is onze blik verruimd, zodat wij ons kunnen inleven in het leven van anderen, ook als die ver weg wonen. Mensen zijn rationeler en objectiever geworden en minder geneigd alleen hun eigen belangen na te jagen. We denken meer na over ons leven en hoe wij dat kunnen verbeteren door met anderen samen te werken. Geweld wordt steeds meer als een probleem beschouwd, niet als een mogelijkheid om onze zin te krijgen. We gebruiken meer van onze denkkracht om ons betere ik te sturen. Niet omdat we zoveel beschaafder zijn geworden maar omdat de betere levensomstandigheden de ontwikkeling van ons betere ik stimuleren. “De betere engelen van onze menselijke natuur”, zoals Abraham Lincoln het omschreef – empathie,
Hollandse Pinker, Gabriël van den Brink: “Ons betere ik speelt op.”
zelfbeheersing, moraal en rede – krijgen meer kansen. Kleuters schoppen, bijten en slaan nog steeds om zich heen, mensen van alle leeftijden blijven schieten en de meeste mensen blijven gewelddadige fantasieën koesteren en genieten van gewelddadige ontspanning, maar de trend is duidelijk in de goede richting, ook onder invloed van de overheidsinspanningen om het geweld te beteugelen.
Intelligentie Pinkers vloed aan cijfers is soms toch nog beperkt. Af en toe glijdt hij erover uit. Bijvoorbeeld als hij een exact verband legt tussen het IQ van Amerikaanse presidenten en Amerikaanse oorlogshandelingen en per IQ-punt méér uitrekent hoeveel doden dat scheelt (13.440). De complexiteit van het verleden laat zich niet vangen in grafieken en generalisaties, voegen recensenten daar aan toe. Zij vinden hem maar een middelmatige historicus als het om cijfers gaat. Pinker toont wel overtuigend aan dat mensen steeds meer moeite hebben met geweld. In de middeleeuwen was een openbare terechtstelling van misdadigers – of vermeende misdadigers – een attractie die bekijks trok. Tegenwoordig roept geweld veel eerder verontwaardiging op. Aan de mogelijk beschavende werking van religie en levensbeschouwing wijdt Pinker weinig aandacht. Met religie heeft de zichzelf atheïst noemende wetenschapper weinig op. Hoe kun je in het hogere geloven zonder geloof, werd Pinker gevraagd. “Ik geloof in moraal en ik zie niet in wat moraal te maken heeft met God”, was zijn antwoord. We zijn altruïstisch om drie redenen, zegt hij. Omdat we willen dat anderen hetzelfde doen als wij, omdat vreemde ogen dwingen en
16 VolZin | 6 januari 2012
VOL001_14_veltmanpinker.indd 16
23-12-11 15:47
omdat we het vertrouwen van anderen alleen kunnen winnen als we er morele principes op nahouden.
Hollandse Pinker Gabriël van den Brink kun je de Hollandse Pinker noemen met een even positieve boodschap. Deze filosoof richt zich niet op geweldscijfers, maar wil afrekenen met het onbehagen, pessimisme en negativisme dat Nederland nu al zo lang plaagt: het gesomber over egoïsme, onbehagen en verloedering. Er bestaat een enorm reservoir aan geloof en idealisme in Nederland, constateert Van den Brink, de hoogleraar maatschappelijke bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg die enkele jaren geleden de VolZin-lezing hield. De samenleving valt niet uit elkaar, er wordt juist veel belang gehecht aan gemeenschapszin. Geestelijke waarden zijn daarbij van belang, zo is de voornaamste bevinding in zijn grote onderzoek De Lage Landen en het Hogere dat deze maand wordt gepubliceerd. Van den Brink citeert de Amerikaanse psycholoog Jonathan Haidt en zijn boek The Happiness Hypothesis (2006): het menselijk bestaan kent altijd een verticale oriëntatie. In het platte vlak van de samenleving spelen twee sociale relaties een rol. Behalve de relaties tussen mensen onderling zijn dat de verhoudingen tussen mensen en machthebbers. Haidt voegt daar een dimensie aan toe: de menselijke geest. Die is, gewild of ongewild, gevoelig voor een derde as die dwars staat op het platte vlak. Dat is de richting waarin mensen zoeken naar God of het goddelijke. Het gaat daarbij niet zozeer om de vraag of God bestaat. Belangrijker is volgens de Amerikaan dat de menselijke geest van nature via deze derde dimensie naar het leven kijkt. Mensen maken spontaan onderscheid tussen het heilige en het schunnige, het zuivere en het smerige, hoogstaande en lage beweegredenen, waardige en platvloerse gedragingen. Het besef van het hogere wordt niet – of althans niet volledig – ontleend aan de sociale realiteit. Het laat zich evenmin volledig wegdrukken. Tegelijkertijd is verbeelding van het hogere geen overbodige luxe en het belang ervan voor de persoonlijke ontwikkeling van elk mens is aanwijsbaar, zegt Van den Brink. Dankzij verbeelding kan het jonge kind een besef van het ideale vasthouden te midden van een frustrerende realiteit. Die sfeer blijft ons hele leven bij ons, maar dan in de vorm van symbolische praktijken zoals religie, mythologie, kunst of ritueel.
Gabriël van den Brink: ‘Veel meer dan vroeger kunnen mensen zich aan het hogere wijden en dat doen ze ook’ Brinks onderzoek zich iets voorstellen bij de term het Hogere. Die doet de meerderheid te veel denken aan spiritualiteit en religie. Het betekent echter niet dat mensen geen hogere beginselen of ideële waarden koesteren. Voorbeelden: het toenemende vrijwilligerswerk, het geven aan goede doelen en het beschermen van mensenrechten. Bovendien neemt bij veel nieuwe initiatieven het hogere geen sacrale of sociale vorm aan maar een heel vitale vorm. Voorbeelden daarvan zijn zelfverwerkelijking door therapie en meditatie, extatische ervaringen met drugs of extreme sporten en natuur- en milieuactivisme. Het Hogere bestaat slechts in de mate waarin het betekenis voor jezelf heeft, nooit als een geheel dat je anderen kunt opleggen. Het Hogere zet ons aan tot daden, maar nog niet voldoende vindt Van den Brink. Hij roept op tot meer burgerschap en gemeenschap vanuit het besef dat collectief en individueel geluk elkaar niet uitsluiten. Als burgers in vrijheid voor gedeelde waarden en idealen opkomen, betekent dat een nieuwe uitdaging voor politici. Zo niet, dan zullen het onbehagen en het cynisme over de politiek voortduren. In Amerika wordt zo’n nieuwe type betrokkenheid omschreven als gepersonaliseerde politiek: een sterk persoonlijke identificatie met een specifieke zaak of een concreet probleem. Die blijkt een efficiënte methode om in een geïndividualiseerde cultuur energie vrij te maken voor maatschappelijke verandering, mensen samen te brengen en krachten te bundelen. Voorbeelden hiervan zijn milieuactivisten en mensen die zich inzetten voor de gelijkberechtiging van homo’s of de bescherming van kinderen. Zij zien hun inzet niet alleen als middel tot het bereiken van een doel, maar ook als onderdeel van hun identiteit. Het sluit aan bij de groeiende betekenis van het vitale, het ervaarbare en het lichamelijke dat Van den Brink als een gestalte van het Hogere aanduidt. Pinker en Van den Brink zijn het eens: voor cynisme en pessimisme is geen plaats meer. ■ Steven Pinker, Ons betere ik, Contact, 956 blz., € 125,-. E-book € 99,95. The Better Angels of Our Nature: Why Violence Has Declined, Viking, 802 blz. € 30,70. Voor een recensie van het nieuwste boek van Gariël van den Brink (Eigentijds idealisme) zie p. 34.
Gepersonaliseerde politiek
Meer lezen? Ga naar www.volzin.nu: VolZin-lezing 2006 door
Op veel meer terreinen dan vroeger kunnen mensen zich aan het Hogere wijden en dat doen zij ook, al kan slechts een derde van de respondenten uit Van den
Gabriël van den Brink, Een noodzakelijk goed. Het goddelijke is ons door de natuur geschonken. Recensie van Jonathan Haidt, De gelukshypothese.
6 januari 2012 | VolZin 17
VOL001_14_veltmanpinker.indd 17
23-12-11 15:48