VUfonds Magazine
Jan Jorrit Hasselaar
“Hoop is een proces”
Margrethe Jonkman
“Vanuit je eigen kracht maak je impact”
Toby Kiers
“Het onzichtbare zichtbaar maken”
Jan Jorrit Hasselaar
“Hoop is een proces”
Margrethe Jonkman
“Vanuit je eigen kracht maak je impact”
Toby Kiers
“Het onzichtbare zichtbaar maken”
Voilà, je hebt de allereerste editie van het VUfonds Magazine in handen. Een gloednieuwe kwartaaluitgave, omdat we het de hoogste tijd vonden om jou als donateur of gever – in heden of verleden – mee te nemen in wat er allemaal gebeurt op de VU. En wat jij met je bijdrage aan het VUfonds mogelijk maakt.
Want er gebeurt veel. Heel veel. We werken continu aan wetenschap met impact. Om concreet bij te dragen aan de oplossingen voor de grote maatschappelijke problemen waar we als samenleving voor staan. Dat zie je terug in interdisciplinair, waardengedreven onderzoek en onderwijs. Samenwerken, begrip en respect voor elkaars perspectief, staan daarin centraal. Econoom-theoloog
Jan Jorrit Hasselaar laat zien hoe ‘Hoop’ – het VU-thema van dit academische jaar – deze waarden wat hem betreft vertegenwoordigt.
En in de praktijk zie je dat terug in innovatief onderzoek én toepassing bij bijvoorbeeld student-ondernemer Juan Cruz Tubio. Hij vertelt hoe hij met zijn start-up MycoFarming schimmelnetwerken in wil zetten om het stikstofprobleem in Nederland aan te pakken.
3 | Nieuws
4 | Jan Jorrit Hasselaar
“Hoop is een proces”
6 | Toby Kiers
“Het onzichtbare zichtbaar maken”
8 | Better Prepared
Hoe we alle studenten een gelijke kans geven
9 | Donateursbijeenkomst
Je bijdrage van dichtbij bewonderen
Ondertussen waait er uit Den Haag een gure wind voor het hoger onderwijs. We gaan zeker iets merken van de aangekondigde bezuinigingen. Dat maakt dat we creatief naar samenwerkings- én financieringsmogelijkheden moeten kijken, zo legt VU-bestuursvoorzitter Margrethe Jonkman uit. Alle kleine en grote beetjes helpen daarbij. Ook die van jou, want uiteindelijk moeten we het samen doen: bijdragen aan een betere wereld!
Dus voel je welkom, vrij en vooral verbonden bij de VU-community, want samen creëren we waarde(n).
Ik wens je veel leesplezier en vooral: inspiratie en hoop voor onze gedeelde toekomst.
Delia de Vreeze
Directeur VUfonds I
Directeur Dienst Universitaire
Relaties en Fondsenwerving
10 | Margrethe Jonkman
“Vanuit je eigen kracht maak je impact”
12 | Juan Cruz Tubio
Maakt het verschil in de stikstofcrisis
14 | Rob Wüst
De lichamelijke oorzaak achter long covid
15 | Geef om de toekomst
Verschillende manieren om bij te dragen
VU wordt UNSDSN-coördinator
Vrije Universiteit Amsterdam is benoemd tot coördinator van het UN Sustainable Development Solutions Network (UNSDSN) Nederland. VU-bestuursvoorzitter Margrethe Jonkman tekende hiervoor op 18 september 2024 in New York de overeenkomst. SDSN Nederland is een nationale tak van het wereldwijde SDSN-netwerk dat onder leiding van de VN werkt. Het netwerk wil duurzame ontwikkeling versnellen door (de kennis van) universiteiten, onderzoekscentra,
Dies Natalis: Complexiteit omarmen
Op donderdag 21 november 2024 vierde de Vrije Universiteit Amsterdam haar 144e verjaardag (Dies Natalis), met als thema ‘Complexiteit omarmen’. Diverse sprekers belichtten het belang van naar elkaar luisteren, empathie en perspectieven samenbrengen om zo nieuwe mogelijkheden te ontdekken in een tijd waarin complexe maatschappelijke vraagstukken zoals klimaatverandering overweldigend kunnen lijken. Hoop – het VU-thema van dit academische jaar – is daarin het sleutelwoord. Schrijfster Marilynne Robinson ontving een eredoctoraat voor haar werk op het gebied van ethiek, religie en de menselijke conditie. En voor de artistieke verbeelding van het thema zorgde de dansgroep van VU Griffioen onder leiding van Evelina Martinova. Het was een inspirerende middag, met als hoopvolle boodschap: Complexiteit is niet een barrière, maar een kans
VN-agentschappen, multilaterale financiële instellingen, maatschappelijke organisaties en bedrijven samen te brengen. “We zijn er trots op dat de VU het voortouw neemt in SDSN Nederland,” licht Jonkman toe. “Dat sluit naadloos aan op onze missie om wetenschap in te zetten voor maatschappelijke vooruitgang. Samen met onze partners werken we aan innovatieve, transdisciplinaire oplossingen om de grote maatschappelijke uitdagingen van onze tijd aan te pakken.”
Huldiging Olympische
Of het nu om roeien, fietsen, hockeyen of rolstoelbasketbal ging, VU-studenten en -alumni waren dit jaar rijkelijk vertegenwoordigd op de Olympische Spelen en Paralympische Spelen in Parijs. Een recordaantal van dertig (oud-)VU’ers trad aan en zij kwamen met maar liefst achttien gouden plakken terug. Dat vroeg natuurlijk om een feestje. “We zijn ontzettend trots op de prestaties van alle ‘VU-sporters’ van Team NL. We willen dit moment dan ook niet zomaar voorbij laten gaan,” zei bestuursvoorzitter Margrethe Jonkman bij de huldiging van de sporthelden. “De VU is een plek waar studenten zich vanuit hun passies en talenten kunnen ontwikkelen. Deze topsporters laten zien dat dat op het allerhoogste niveau kan en daar maken we graag ruimte voor. Allen gefeliciteerd, jullie zijn een bron van inspiratie voor onze
‘Hoop’ als tegenwicht tegen de waan van de dag waarin pessimisme en optimisme om voorrang strijden.
Theoloog-econoom Jan Jorrit
Hasselaar weet daar zowel binnen als buiten de VU succesvol handen en voeten aan te geven vanuit de Faculteit Religie en Theologie, in het bijzonder vanuit het door hem opgerichte Amsterdam Centrum voor Religie en Duurzame Ontwikkeling
Een recent legaat bevestigt de waarde van zijn aanpak.
“Hoop is iets anders dan optimisme”
Het zijn roerige tijden: grote maatschappelijke vraagstukken, crises, transities, oorlogen, polarisatie, klimaatverandering: de lijst is lang en onze individuele invloed erop lijkt beperkt. Hoe wij als mensen met die ‘radicale onzekerheid’ omgaan, kun je grofweg in twee soorten reacties verdelen: optimisme (‘het komt wel goed; de mens is vindingrijk en komt wel met een technologische oplossing’) en pessimisme (‘het komt niet meer goed, we naderen onherstelbare kantelpunten’).
Hoop vs optimisme
Maar er is een derde weg, betoogt Jan Jorrit Hasselaar, universitair hoofddocent aan de Faculteit Religie en Theologie: die van hoop. Hij borduurt daarmee voort op het werk van onder meer rabbijn Jonathan Sacks. “Hoop is iets anders dan optimisme,” legt Jan Jorrit uit. “Hoop is een proces, een reis waarin mensen met verschillende, vaak conflicterende perspectieven samen leren bouwen aan een gedeelde toekomst.
En dat vergt meer dan op het eerste gezicht lijkt. Het vraagt om actieve empathie, een houding van leren luisteren naar de ander, je open en kwetsbaar opstellen, buiten je eigen denkkaders treden en concrete stappen zetten. Dat is hard werken en er is lef voor nodig, maar dáár zit de werkelijke verbinding en de weg vooruit.”
Jan-Jorrit weet waarover hij het heeft als het gaat om het bij elkaar brengen van uiteenlopende perspectieven. Als theoloog-econoom kent hij zowel de taal van kwantitatieve waarden in economische modellen, als de kwalitatieve waarden van vertrouwen, hoop en actieve empathie in de theologie. Ogenschijnlijk lijken de twee elkaar niet zo te liggen, maar Jan Jorrit ziet wel degelijk een verbinding: “In mijn beleving proberen economie en theologie allebei iets over de werkelijkheid te zeggen, vanuit verschillende uitgangspunten en onderzoekstradities. Vanuit die invalshoek kunnen ze samen een zinvolle dialoog voeren als het gaat om radicale onzekerheid. We gaan dan voorbij de traditionele scheiding tussen seculier en religieus en nemen de ‘human condition’ als uitgangspunt, zoals je ook ziet bij Hannah Arendt, Edward Schillebeeckx en aartsbisschop Thabo Makgoba (opvolger Desmond Tutu). Vandaaruit kun je bouwen aan vertrouwen en openheid als basis voor het nemen van verantwoordelijkheid voor een gedeelde toekomst.”
Waardendimensie
En dat werkt. Vanuit het Centrum voor Religie en Duurzame Ontwikkeling van de VU heeft hij op deze manier ingewikkelde projecten helpen vlottrekken in binnen- en buitenland. Zo ondersteunt hij de steden Amsterdam en Kaapstad bij de transitie naar een toekomstbestendige infrastructuur in tijden van waterissues en klimaatverandering. “We werken daarbij met religieuze en seculiere partijen aan een perspectief van hoop in tijden van klimaatverandering en van radicale onzekerheid. Want beide steden voelen, ieder op hun eigen manier, de directe dreiging van klimaatverandering – dan weer teveel, dan weer tekort aan water – en hebben met veel stakeholders te maken. En dan scheelt het dat ik zowel de taal van economen als theologen spreek.”
“Wat we in feite doen is een waardendimensie toevoegen aan een technocratisch vraagstuk,” licht Jan Jorrit toe. “We kennen het onderscheid tussen objectieve en subjectieve kennis, maar daarnaast is er zoiets als relationele kennis, oftewel ‘intersubjectieve kennis’, waarbij noties als vertrouwen, hoop en actieve empathie om de hoek komen kijken. Je komt dan uit bij ontwerp-
gericht onderzoek als methodologie: vanuit een probleemstelling verschillende perspectieven in kaart brengen en een oplossing ontwerpen met partijen die hoop en vertrouwen kunnen laten groeien. Samen kijk je dan wat werkt en niet werkt. In dat proces probeer je met elkaar radicale onzekerheid te omarmen.”
Erkenning en inspiratie
Ook binnen de muren van de universiteit maakt Jan Jorrits werk indruk. De multidisciplinaire aanpak sluit naadloos aan op de visie van de VU op de rol van de universiteit in het oplossen van de problemen van vandaag en morgen. “De VU is een waardengedreven organisatie; in haar DNA zitten noties van hoop, vertrouwen en compassie,” legt Jan Jorrit uit.
“Het scheelt dat ik zowel de taal van economen als theologen spreek”
Derde- en vierdegeldstromen helpen om zulke faculteit-overschrijdende projecten mogelijk te maken. Zo ontving Jan Jorrit onlangs een substantieel legaat, waarmee het Centrum voor Religie en Duurzame
Ontwikkeling voorlopig een gezonde financiële basis heeft. “Dat is natuurlijk mooi, maar voor mij is iedere bijdrage evenveel waard; of het nu 5, 5.000 of 5 miljoen euro is. Het gaat erom dat je zorgvuldig met het geld omgaat, dat je voor iedere bijdrage verantwoordelijkheid neemt om het goede te doen. Geld wordt vaak gezien als doel – die notie ken ik als econoom en universitair hoofddocent al te goed. Maar geld is een primair middel. Een middel om samen mooie dingen te doen. We zijn er per slot van rekening niet om onszelf aan het werk te houden. We zijn er om meerwaarde te creëren, daar gaat het om.
Als je dat doet, vindt het geld zijn weg wel – al is het soms even zoeken.”
En het belangrijkste van zo’n donatie is misschien wel die andere waarde: die van erkenning en inspiratie. “Het geeft aan dat ons werk wordt gezien en gewaardeerd. De erflater wilde bijdragen aan waardengedreven onderzoek, religieuze tradities laten samenwerken, jongeren opleiden in die geest. Daaraan mogen bijdragen in diens naam is prachtig.”
Wat hebben de AEX-index en schimmelnetwerken in de bodem met elkaar gemeen? Handel! Een verrassend inzicht dat helpt om de juiste maatregelen te nemen als het gaat om onder meer klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en landbouwtransitie, zegt VU-hoogleraar
Toby Kiers. “Schimmelnetwerken een stem geven en bij beleidsmakers op tafel krijgen, dat is de sleutel tot een duurzame toekomst.”
“Het onzichtbare ondergrondse zichtbaar maken en naar de wereld bovengronds brengen, zodat we op basis van wetenschappelijke data en kennis het juiste kunnen doen voor een leefbare wereld. Dat is eigenlijk wat ik doe, samen met mijn team en met talloze onderzoekers over de hele wereld,” vat Toby Kiers, hoogleraar evolutie aan de Vrije Universiteit Amsterdam, haar wereldwijde onderzoek naar ondergrondse schimmelnetwerken samen. “We zijn als mensheid zo gefocust op wat er
bovengronds in ons blikveld gebeurt, dat we de wereld onder onze voeten nog nauwelijks kennen. Terwijl die zo belangrijk is voor planten en dieren, en dus ook voor mensen. Schimmelnetwerken zijn de essentiële ‘life support systems’. Willen we de grote uitdagingen als klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit en landbouwtransitie aanpakken, dan moeten we die netwerken leren kennen. Snappen hoe ze functioneren, zodat we de juiste maatregelen kunnen nemen.”
Toby’s passie voor schimmelnetwerken en haar vurige pleidooi om hun verhaal voor het voetlicht te brengen, werkt aanstekelijk. Luister naar haar uitleg over de symbiotische relatie tussen schimmeldraden en plantenwortels, en de aarde onder je voeten zal nooit meer hetzelfde zijn. “Die ondergrondse wereld zit ongelofelijk verrassend en ingenieus in elkaar,” vertelt Toby. “We hebben ontdekt dat de ragfijne schimmeldraden – onzichtbaar voor het blote oog, eindeloos lang en verbonden in wereldwijde netwerken – een soort handelsrelatie aangaan met de plantenwortels. Planten leveren namelijk koolstof (suikers en vetten) aan de schimmels, die op hun beurt stikstof en fosfor beschikbaar stellen aan de planten. Mooie uitruil, niet? Maar wat blijkt: schimmels én planten zijn in staat om goede en slechte handelspartners te onderscheiden, voor optimale ‘opbrengsten’ te kiezen en zelfs de markt te kunnen manipuleren door schaarste te creëren. Stel je even voor: dit zijn oeroude organismen zonder cognitie, die in staat zijn tot handelsstrategieën, vergelijkbaar met wat wij mensen doen op een beursvloer!”
“Schimmelnetwerken zijn de essentiële life support systems”
CO2-opslag
Die resultaten zijn niet alleen een spiegel voor menselijke handelsstrategieën en omgang met schaarste, ze geven ook inzicht in de onderliggende processen van biodiversiteit. Hoe kunnen we die kennis inzetten om een duurzame toekomst vorm te geven? “Neem de landbouw,” licht Toby toe. “Het stikstofoverschot in het huidige landbouwsysteem is problematisch voor de schimmelnetwerken, want in een stikstofrijke omgeving hebben de planten de schimmels niet nodig voor hun voeding. Maar als je de schimmels kwijt bent, verstoor je de nutriëntenbalans en het robuuste ecosysteem, en tast je de biodiversiteit aan. Herstel van schimmelnetwerken
is dus cruciaal voor het afbouwen van kunstmestafhankelijkheid en voor herstel van biodiversiteit.” Ook in de koolstofkringloop en in CO2-opslag spelen schimmelnetwerken een rol. “In de bodem zit zo’n 75 procent van grondgebonden koolstof. Schimmels helpen om die koolstof in de aarde te brengen en houden. Dus we hebben er alle belang bij deze netwerken te beschermen.”
Niet voor niets is Toby bezig om, samen met lokale onderzoekers, deze schimmelnetwerken wereldwijd in kaart te brengen en schimmel-hotspots te identificeren - onder andere via haar organisatie SPUN (Society for the Protection of Underground Networks). En SPUN gaat verder: “We organiseren excursies, lezingen, educatieprogramma’s en roadmaps voor impact; alles om die schimmelnetwerken een stem te geven en bij beleidsmakers op tafel te krijgen. We brengen de ondergrondse wereld naar bovengronds, van het micro- naar het macroniveau.”
Impact maken, daar gaat het Toby om. Wat dat betreft is ze op haar plek bij de VU. “Wetenschap met maatschappelijke impact is een belangrijke drijfveer voor VUonderzoek en -onderwijs. Dat hebben we ook nodig om de huidige complexe, mondiale issues aan te pakken. En dat vraagt om een multidisciplinaire aanpak, iets waar de VU bij uitstek ruimte voor biedt. Zonder samenwerking met microbiologen, economen, AI-specialisten en kunstenaars hadden we die ondergrondse wereld nooit zo helder in kaart kunnen brengen.”
Fondsen en giften
Zulk baanbrekend onderzoek met impact vraagt ook de nodige creativiteit als het om financiering gaat. “Onderwijs- en onderzoeksgeld is vaak bestemd voor research binnen een bepaalde faculteit en een bepaald thema,” licht Toby toe. “Wil je dat onderzoek interdisciplinair en wereldwijd uitrollen én wil je de resultaten buiten de universiteit een podium geven – zoals we met SPUN doen – dan ben je ook aangewezen op fondsen en giften.”
Toby heeft het podium ondertussen wel gevonden. Zo won ze in 2023 de Spinoza-premie (als jongste winnaar ooit) en ontving ze achtereenvolgens een eveneens prestigieuze Vedi-, Vini- en onlangs Vici-beurs van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Ook belandde ze in TIME100 Next lijst (een top-100 van ‘opkomende leiders’ in de wetenschap, de politiek en de kunst, red.) en hield ze onder meer een TED-Talk. “Ik wil dat onderzoek en wetenschap gehoord worden en dat schimmelnetwerken bekendheid krijgen. Dat is de sleutel tot een duurzame toekomst.”
Alle studenten gelijke kansen geven? Dat doen we met het programma
Better Prepared!
Wat?
Better Prepared is gericht op studenten van wie de ouders niet aan een universiteit hebben gestudeerd, of voor wie op een andere manier de drempel naar de universiteit hoger ligt dan voor de gemiddelde student. Met Better Prepared geven we hun een ‘zachte landing’ bij de VU.
Hoe?
Better Prepared is een afwisselend programma met activiteiten op het gebied van persoonlijke, sociale en academische vaardigheden. Met workshops, activiteiten, inspirerende sprekers én met studentencoaches die zelf het programma hebben doorlopen. Zo bouwen eerstejaars-studenten aan een netwerk dat tot ver na de studie een waardevol vangnet vormt.
Wanneer?
Voorafgaand aan hun eerste studiejaar doorlopen de deelnemers in vijf dagen het programma, onder begeleiding van studentcoaches. Graag willen we de begeleiding verder uitbouwen en de studentcoaches inzetten voor reguliere intervisiesessies door het jaar heen.
Feiten en cijfers
• Better Prepared bestaat sinds 2010.
• Jaarlijks zijn er tussen de 40 en 70 inschrijvingen.
• Circa 700 VU-studenten hebben tot nu toe meegedaan.
Scan de QR-code voor meer informatie
Yasmina El Hilali, oud-deelnemer Better Prepared
“Het programma heeft ervoor gezorgd dat mijn blik op de wereld verbreedde. Het was inspirerend om gelijkgestemde, ambitieuze studenten te ontmoeten, en het gaf me het netwerk waar ik op kon terugvallen.”
“De diversiteit en inclusie die ik hier heb ervaren, hebben mijn leven verrijkt. In aanraking komen met mensen uit verschillende ‘werelden’ helpt enorm bij je persoonlijke groei. En door steun en donaties kunnen we ervoor zorgen dat nog meer studenten deze ervaring krijgen en zichzelf ontwikkelen tot toekomstige leiders.”
Kati Cousijn, coördinator Better Prepared
“Tijdens het programma leren de deelnemende studenten hun krachten en talenten kennen, vormen ze eerste sociale netwerken op de VU en maken ze op een laagdrempelige manier kennis met wetenschappelijk onderzoek.”
“Deelname aan Better Prepared heeft een positieve impact op het verloop van de studie: oud-deelnemers bouwen een netwerk waarop ze in hun eerste jaar kunnen terugvallen, en het vertrouwen in hun eigen krachten blijkt een sterke drijfveer te zijn bij het volgen van hun studie.”
VUfonds laat donateurs letterlijk zien wat zij mogelijk maakten.
Op 22 april 2024 mocht het VUfonds zijn donateurs op een bijzondere plek welkom heten tijdens de eerste donateursbijeenkomst. Tussen de boeken van de universiteitsbibliotheek van de Vrije Universiteit Amsterdam konden zij de werken bewonderen waaraan zij hadden bijgedragen. Een van deze werken was de Quin-atlas, die met de financiële steun van het VUfonds kon worden aangeschaft.
“De manier waarop deze atlas de wereldgeschiedenis stukje voor stukje in kaart brengt, maakt hem zo bijzonder,“ vertelde historicus Wim Berkelaar aan de aanwezige donateurs. “De Quin-atlas staat in de traditie van historische kaarten, maar de wijze waarop het op dat moment bekende geografische gebied zich steeds verder uitbreidt, is visueel heel aantrekkelijk vormgegeven. Het is daarom een geweldige aanwinst voor de collectie.”
Daarnaast droegen donateurs bij aan de restauratie van 17e-eeuwse stichtelijke boeken, die uniek zijn in hun soort, en dus in geen enkele andere collectie voorkomen. Direct
nadat deze boeken de restauratiewerkplaats hadden verlaten, kregen de aanwezige donateurs de kans om ze van dichtbij te bekijken. Hierbij lieten conservator Willemien van Dijk en restaurator Jurjen Munk zien hoe het ingewikkelde restauratieproces zich had voltrokken.
Tijdens de bijeenkomst werd ook vooruitgeblikt. Conservator Myrthe Bleeker vertelde hoe zij bezig is om het archief van Abraham Kuyper toegankelijker te maken met behulp van het programma Transkribus. Dit programma wordt getraind om Kuypers handschrift te leren herkennen, zodat zijn archief makkelijker gedigitaliseerd kan worden en hierdoor toegankelijker wordt voor onderzoek en onderwijs.
Graag willen we nogmaals al onze donateurs bedanken. Zonder hun giften was het niet mogelijk geweest om de Quin-atlas aan te schaffen en de unieke 17e-eeuwse werken te restaureren. Deze bijeenkomst was de perfecte gelegenheid om dat te laten zien.
“De kracht van deze universiteit mogen we koesteren, voeden en uitdragen”
Maatschappelijke verantwoordelijkheid, waardengedreven onderzoek en onderwijs, samenwerking en impact: de VU-identiteit zit bestuursvoorzitter Margrethe Jonkman als gegoten. “Er komt veel op ons af, maar als ik zie wat we als VU-community met z’n allen neerzetten, dan ben ik hoopvol voor de toekomst.”
Het zijn roerige tijden: van oorlogen, klimaatverandering en polarisatie tot aangekondigde bezuinigingen op het hoger onderwijs. Margrethe Jonkman komt het allemaal tegen in haar eerste jaar als voorzitter van het College van Bestuur van de Vrije Universiteit Amsterdam. “Er komt inderdaad veel op de universiteit, onze studenten en medewerkers af,” beaamt ze. “En het zijn complexe maatschappelijke problemen waar we met elkaar voor staan. Daar zijn geen quick fixes voor denkbaar. Ze vragen om samenwerking: vanuit de eigen wetenschappelijke expertise elkaars perspectieven onderzoeken en integreren, om samen te bouwen aan een gedeelde toekomst.”
Dat sluit naadloos aan op ervaringen in haar vorige baan:
“Als Chief Technology Officer bij Friesland Campina reisde ik veel en kwam ik in aanraking met andere culturen en economische en maatschappelijke omstandigheden. Daar leerde ik: die basale behoeftes van mensen en hun verlangen naar een betere wereld verschillen niet zoveel, maar hun referenties en perspectieven wel. Als je die gedeelde toekomst vorm wil geven, moet je elkaar willen kennen en begrijpen.
Dan leer je bijvoorbeeld dat een moeder die in armoede is opgegroeid, haar kind met overgewicht niet als een probleem ziet, maar juist als een teken van welvaart. Kijk, dan heb je dus een heel ander gesprek als het gaat om dat gedeelde streven naar gezondheid.”
Hoop
Het is niet voor niets dat de VU voor dit academische jaar het thema ‘Hoop’ heeft gekozen. “Hoop betekent in dit geval een vruchtbaar alternatief voor verlammend pessimisme en naïef optimisme,” legt Margrethe uit. “Het staat voor luisteren naar elkaar, andere perspectieven leren kennen en de eigen denkbeelden durven toetsen, vanuit het doel om samen oplossingen te zoeken voor de grote maatschappelijke problemen waar we voor staan.”
Laat dat nu precies zijn waar de VU goed in is en wat Margrethe aantrok in een aanstelling aan juist déze universiteit: “Verantwoordelijkheid en maatschappelijke betrokkenheid als drive voor onderzoek en onderwijs, en vanuit je eigen kracht en persoonlijke ontwikkeling – als student, wetenschapper, als mens – impact maken voor de wereld van morgen. Dat zit in het DNA van de VU, daar zit de kracht van deze universiteit. Dat mogen we koesteren, voeden en uitdragen. Daar zet ik mij graag voor in.”
Broader mind
Vanuit haar werkkamer op de tweede verdieping van het hoofdgebouw kijkt Margrethe uit over de campus, met zijn recent aangelegde park, de StartHub en de faculteitsgebouwen. Studenten en medewerkers genieten er nog even van het herfstzonnetje. “Kijk,” glimlacht ze, “dit vind ik zo mooi: we zijn in oppervlakte een kleine universiteit, maar qua aantal studenten en disciplines zijn we groot. En dan hebben we ook nog eens veel verschillende nationaliteiten en culturele achtergronden onder onze studenten. Alles komt samen op dit campusterrein en dat maakt dat je elkaar makkelijk ontmoet. Dat draagt bij aan het leren kennen van andere culturen en perspectieven, aan interdisciplinair werken en over de grenzen van de eigen faculteit heen kijken. Die ‘broader mind’ geven we onze studenten graag mee en dat maakt dat ze zich kunnen ontwikkelen tot wereldburgers die het verschil kunnen en durven maken. Ons motto is niet voor niets: Bij de VU word je niet iets, maar iemand.”
Ondersteuning
Dat de VU daar – naast de aandacht voor cognitieve en academische vaardigheden – op alle mogelijke manieren ondersteuning bij biedt, juicht Margrethe toe. “Neem bijvoorbeeld Better Prepared, een programma om eerstejaarsstudenten voor wie de academische wereld onbekend terrein is, te ondersteunen bij hun start. Als eerstegeneratiestudent weet ik zelf hoe belangrijk het is om mensen met vergelijkbare ervaringen te ontmoeten én studenten om je heen te hebben die je op weg kunnen helpen. Heel mooi dat we zo’n pre-studietraject kunnen bieden. Op die manier kunnen we gedreven studenten binnenboord houden en de kans geven zich te ontwikkelen.”
Maar ook voor master- en PhD-studenten met ondernemersaspiraties is er ondersteuning. “We hebben de StartHub, een broedplaats voor aanstormende ondernemers van de VU, waar ze andere student-ondernemers ontmoeten, en waar we coaching en training in ondernemersskills en zelfs kantoorruimte beschikbaar stellen. Zo bieden we studenten met innovatieve ideeën een steuntje in de rug in die kwetsbare vroege fase van hun start-up.”
Bezuinigingen
Een van de grote uitdagingen waar de VU – of liever: het hoger onderwijs in het algemeen – de komende jaren mee te maken krijgt als de kabinetsplannen doorgaan: bezuinigingen. Margrethe is er niet gerust op: “Dit gaat
grote gevolgen hebben voor het onderwijs, voor de studenten, en ook voor onderzoeksbudgetten. Welke onderzoeksthema’s kunnen straks niet meer op financiering rekenen? Hoeveel studieschulden bouwen studenten straks op? Hoe kwetsbaar zijn straks studierichtingen die niet direct economische, maar wel immateriële waarden vertegenwoordigen? Het zijn vragen waar we mee aan de slag moeten. En die maakt dat we ook meer naar andere financieringsbronnen, zoals subsidies en donaties zullen kijken.”
“Als je die gedeelde toekomst vorm wil geven, moet je elkaar willen kennen en begrijpen”
Toch ziet zij ook kansen: “We zullen creatief naar samenwerkingsmogelijkheden moeten kijken. Intern, maar ook met andere universiteiten en bijvoorbeeld ondernemingen, organisaties en instellingen. En dat schept ook weer kansen om onze maatschappelijke impact te vergroten: wetenschap niet alleen vóór, maar ook mét de samenleving: transdisciplinair onderzoek.”
Bovendien heeft Margrethe veel vertrouwen in de VU-community die ze ondertussen goed heeft leren kennen: “Ik zie veel betrokkenheid bij de VU. Van studenten, onderzoekers, medewerkers, maar ook van alumni, ondernemers met universitaire roots, mensen die de wetenschap en de VU-visie een warm hart toedragen… Dat is mooi om te zien. Mensen willen goed doen, bijdragen aan waardengedreven wetenschap die op haar beurt bijdraagt aan de wereld van morgen. En dat gebeurt op vele manieren: van schenkingen tot mentoraat en van netwerk tot advies. Alle kleine en grote beetjes en alle inzet helpen – net wat bij je past en waar je hart ligt. Daar zijn we al die alumni, donateurs, die o zo belangrijke support van onze universiteit, ontzettend dankbaar voor. En als ik zie wat we met z’n allen als VU-community neerzetten, dan stemt dat me hoopvol voor die gedeelde toekomst.”
Wat als je als gedreven student een innovatieve oplossing denkt te hebben gevonden voor een knellend maatschappelijk probleem. Je wilt dat idee verder onderzoeken, doorontwikkelen en in de markt zetten.
Maar waar begin je als aanstormende student-ondernemer je zoektocht naar financiering, onderzoeksfaciliteiten, partners en ondernemersskills…? Dat is precies waar student-ondernemer
Juan Cruz Tubio tegenaan liep met zijn start-up MycoFarming. “Het gaat erom de juiste mensen te vinden, en daar helpt de VU bij.”
Eigenlijk raakte Juan Cruz, een gedreven IT-student met een neus voor hypermoderne AI, per toeval verzeild in oeroude schimmelnetwerken. Tijdens een minor Neuroscience stuitte hij op planten en paddenstoelen als bron van geneesmiddelen en gezondheid. Gegrepen door schimmels las hij in korte tijd alle wetenschappelijke literatuur over het onderwerp die hij kon vinden. “Dat past wel bij mij; ik hou van puzzelen en problemen oplossen,” geeft Juan Cruz toe. “Én ik heb al van kinds af aan een fascinatie voor biologie.”
Stikstofcrisis
“In de wereld van start-upfinanciering is de concurrentie stevig”
Alles viel op zijn plek toen hij tot het inzicht kwam dat die schimmelnetwerken wel eens dé oplossing zouden kunnen zijn voor de stikstof- en watervervuilingsproblemen waar Nederland al decennialang mee worstelt. Het idee is even simpel als doeltreffend: “Schimmelnetwerken – oftewel mycelium – in de bodem zijn in staat om onder meer stikstof en fosfor te binden en om te zetten in voedingsstoffen voor planten. Als we dat gegeven nou eens konden inzetten voor het filteren van het vervuilde water in onze sloten. Dat zou enorm helpen bij de aanpak van de Nederlandse stikstofcrisis, de achteruitgang van de biodiversiteit en bij de slechte waterkwaliteit,” filosofeerde Juan Cruz.
Moeizaam proces
Hij toetste zijn hypothese bij schimmelexpert Dr. Osarenotor, professor Microbiology aan de University of Benin. Die was meteen enthousiast en voor hij het wist, was de start-up MycoFarming geboren. “Maar dan begint het pas,” vertelt Juan Cruz. “Dan moet je op zoek naar laboratoriumfaciliteiten om de schimmels in te kweken en testen. Je hebt huisvesting en financiering nodig. Een testlocatie voor onderzoek. Marktonderzoek en marketing om het product in de markt te zetten… Dat kost heel veel tijd; netwerken opbouwen, pitchen, aanvragen schrijven, partners zoeken en hopen dat je genoeg geld bij elkaar kunt schrapen om weer een paar maanden vooruit te kunnen. En in de wereld van start-upfinanciering is de concurrentie stevig – vooral bij ‘early stage’ start-ups. Voor je het weet, wordt het een eenzaam en moeizaam proces en drijf je weg van de inhoud – daar waar het allemaal om draait.”
Gelukkig kon Juan Cruz terecht bij het Demonstrator Lab, een samenwerkingsverband tussen het Amsterdams hoger onderwijs, Gemeente Amsterdam en innovatieinstellingen. “Zij bieden onderzoeks- en laboratoriumfaciliteiten aan voor start-ups.” En voor zijn netwerk, kantoor en ondernemersvaardigheden kon hij terecht bij de VU StartHub, een innovatiehub op de VU Campus waar VU-studenten, wetenschappers en ondernemers hun krachten bundelen voor een ondernemende academische omgeving. “Daar heb ik veel waardevolle contacten en kennis opgedaan,” licht Juan Cruz toe. “Het gaat erom de juiste mensen te vinden, en daar helpen de ondernemersfaciliteiten van de VU bij met coaching, workshops en mentoraat. En ik ontmoette andere studentondernemers en start-ups. Daar zijn inmiddels mooie samenwerkingen uit ontstaan en we trekken samen op in financieringsaanvragen. Zo werken we samen met Olivabot, een start-up in robotics voor agrarische bedrijven om onder meer uitstoot op te sporen. En met Hempax packaging, een start-up in duurzame verpakkingen, voor onze schimmelpakketten. Kijk, dan wordt ondernemen ineens een teamsport!”
Hoe het ondertussen gaat met Juan Cruz en MycoFarming? De eerste resultaten zijn veelbelovend. “Onze labtesten met vervuild water uit een slachterij lieten al een reductie van 90 procent van stikstof en fosfor zien. En dat in één dag!” Juan Cruz klinkt zowel verrast als trots. “Einde van dit jaar verwachten we de eerste officiële resultaten van een proefopstelling op een boerderij bij Amsterdam, in samenwerking met Deltares.”
“Nu is het zaak om door te pakken en op te schalen”
En ondertussen onderzoekt MycoFarming de mogelijkheden om afvalstromen te reduceren en recyclen. “Dit jaar werkten we met Amsterdam Dance Event samen om het papierafval van het festival te recyclen als voedingsbodem voor de schimmels. En de schimmels die bij ons hun werk gedaan hebben, keren weer terug in de kringloop als plantenvoeding.”
Het gaat dus goed. MycoFarming heeft inmiddels diverse nominaties voor veelbelovende, impactvolle start-up op z’n naam staan. “Maar nu is het zaak om door te pakken en op te schalen,” legt Juan Cruz uit. “De volgende stap is: laboratoria opzetten om schimmels grootschaliger te kweken en nieuw onderzoek doen voor de doorontwikkeling van de schimmels. Zodat we straks echt het verschil kunnen maken in de stikstofcrisis en de problemen rond waterkwaliteit!”
Het zijn precies dit soort impactvolle jonge ondernemers die het VUfonds graag steunt. Dat sluit naadloos aan op de visie van de VU: maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen en impact maken, op basis van innovatief wetenschappelijk onderzoek, en door studenten de ruimte te geven om het beste uit zichzelf te halen.
Van Juan Cruz en MycoFarming zullen we ongetwijfeld nog veel gaan horen.
Zelf bijdragen aan het werk van Juan Cruz? Scan de QR-code!
Het was een van de eerste projecten die het VUfonds in 2022 in de etalage zette: een onderzoek naar long covid. Een ziekte die wereldwijd miljoenen mensen treft en de gezondheidszorg onder druk zet.
Bewegingswetenschapper
Rob Wüst en zijn team wilden met dit onderzoek een verklaring vinden voor de aanhoudende vermoeidheid van patiënten. Mede dankzij de steun van onze donateurs ontrafelden zij dit raadselachtige fenomeen.
De wetenschappers ontdekten dat de vermoeidheid bij long covid-patiënten een lichamelijke oorzaak heeft: er zijn veranderingen te zien in hun spieren, waardoor zij vaak zieker worden na fysieke inspanning, terwijl beweging bij veel andere aandoeningen juist helpt. De resultaten van hun onderzoek werden begin januari gepubliceerd in Nature Communications en het onderzoek kreeg hierna veel aandacht in de nationale en internationale media.
“Onze studie toonde aan dat mensen met long covid onvoldoende energie kunnen produceren in hun spieren tijdens inspanning. Dit houdt vermoeidheidsklachten in stand of maakt ze zelfs erger,” vertelt Rob Wüst. Daarnaast zagen de onderzoekers dat er spierschade optreedt, en bleek uit ander onderzoek dat het soms wel drie maanden duurt om volledig te herstellen. “Voor sommige mensen is dat moeilijk te bevatten,” zegt hij. “Maar toch: deze schade veroorzaakt spierpijn en meer vermoeidheid, wat de algehele conditie van patiënten verder verslechtert.”
Veel patiënten met long covid voelen een enorme erkenning, omdat het onderzoek van Rob en zijn team aantoont dat hun klachten een lichamelijke oorzaak hebben. “Ze ervaren vaak een gebrek aan begrip van buitenaf, omdat deze ziekte niet fysiek zichtbaar is,” aldus Rob. “Ons onderzoek helpt hen om beter te begrijpen wat er in hun lichaam gebeurt en hoe ze hun krachten kunnen beheersen.”
Inmiddels wordt er wereldwijd veel onderzoek gedaan naar long covid, en is er aanzienlijke financiële steun. Zo is er in de Verenigde Staten een miljard dollar toegekend aan onderzoek vanuit National Institutes of Health, en ontving Rob zelf begin november nog een toekenning vanuit ZonMw voor zijn onderzoeksproject ‘Van ziek tot zieker: een beter begrip van het ontstaan van post-exertionele malaise in post-COVID’. Hoewel er nog geen definitieve behandeling is voor patiënten, zien de onderzoekers dat bestaande medicatie sommige symptomen kan verlichten. “We zijn nog niet waar we willen zijn, maar de resultaten zijn hoopgevend,” concludeert Rob.
Dank aan alle donateurs!
Onderzoek en onderwijs is investeren in de toekomst. Bij de Vrije Universiteit doen we dat met hart voor mensen en in verbinding met de maatschappij. Daarom investeren we in studentgericht onderwijs, maatschappelijk relevant onderzoek en kansengelijkheid. Dat doen we bijvoorbeeld door gedreven student-ondernemers als Juan Cruz te steunen. En door eerstejaarsstudenten, voor wie de stap naar de academische wereld niet vanzelfsprekend is, een steuntje in de rug te geven met het pre-onderwijsprogramma Better Prepared.
En jij kunt daarbij helpen. De maatschappelijke betrokkenheid van de VU-community heeft namelijk vaker belangrijke bijdragen tot stand gekregen. Denk bijvoorbeeld aan de medische faculteit, die is opgericht dankzij de steun van 26.000 huishoudens. Al met een eenmalige gift kun je bijdragen aan een impactvolle toekomst. Het is ook mogelijk om maandelijks of jaarlijks aan het VUfonds te geven, zodat je voor langere tijd bijdraagt aan onze doelen. Met een periodieke gift leg je deze donatie voor vijf jaar of langer vast, waardoor je vanwege het belastingvoordeel met minder kosten méér impact maakt.
Heb je daarnaast al eens gedacht aan een erfstelling of legaat aan het VUfonds? Daarmee draag je blijvend bij aan een duurzame, rechtvaardige wereld. Ook als je er zelf niet meer bent. Een mooie gedachte, toch?
Onderwijs liep als een rode draad door het leven van Antonia Hilhorst. Als lerares en directrice van een huishoudschool belandde ze in 1947 zelfs in voormalig Nederlands-Indië om bij te kunnen dragen aan volksgezondheid en wederopbouw. Dit bezorgde haar bij terugkeer in Nederland een functie als
Wij helpen je graag om de mogelijkheden en stappen te verkennen om het VUfonds te steunen. Geheel vrijblijvend en ongeacht de omvang van je bijdrage. Want alle beetjes helpen om met onderzoek en onderwijs de antwoorden te zoeken op de vragen van vandaag.
Zo vind je op vu.nl/nalaten meer informatie over het regelen van een nalatenschap of erfstelling. Hier kun je ook een brochure aanvragen met verhalen van erflaters, onderzoekers en studenten.
Natuurlijk zijn wij ook altijd bereikbaar voor een persoonlijk gesprek. Neem hiervoor contact op met Kaat Burbidge-van Velde, Senior Relatiemanager:
Kaat Burbidge-van Velde 06 401 23 913
c.d.burbidge@vu.nl
Scan de QR-code voor meer informatie
docent gezondheidsleer. Uiteindelijk was zij tot aan haar pensioen directrice van een school met mbo- en lerarenopleidingen. In 2022 overleed ze op 99-jarige leeftijd.
Antonia kende als geen ander het belang van goed onderwijs en reserveerde in haar testament dan ook een legaat van 50.000 euro voor vluchtelingstudenten. Vanuit haar overtuiging dat iedereen recht heeft op onderwijs, zorgt zij er nu postuum voor dat vluchtelingen de kans krijgen om aan de VU te studeren om een bijdrage te kunnen leveren aan een betere, rechtvaardigere wereld.
Weten hoe jij kunt bijdragen aan waarde(n)volle wetenschap voor een betere wereld?
Kijk op vu.nl/doneren of scan de QR code
Contact
VUfonds
De Boelelaan 1105 1081 HV Amsterdam
vufonds@vu.nl
Rekeningnummer: NL09 INGB 0008 5266 43
t.a.v. VUvereniging-VUfonds te Amsterdam
KVK: 40530948
RSIN: 002561037
Redactie: VUfonds
Tekst: Maja Nijessen (bee in tune)
Ontwerp: VU Designstudio
Fotografie: Mateo Barrenegoa, pagina 6,7, Jacqueline de Haas, pagina 10, David Meulenbeld, 14, MycoFarming, pagina 12,13, Studio Waves&Woods, pagina 15, Judith van de Vecht, pagina 3,9 Martin Waalboer, pagina 4.