Aart Peters is gemeenteadviseur en classisconsulent van het Protestants Dienstencentrum Gelderland. Arie Romein is hervormd emerituspredikant. De scribenten zijn allen nauw bij het werk van de kerk betrokken als pastor, kerkelijk werker of vrijwilliger. NUR 707 ISBN 978-90-239-0871-5
www.uitgeverijboekencentrum.nl
9 789023 908715
Er voor staan
De vergaderopeningen in deze bundel willen meehelpen na te denken over de vraag waar je je als ambtsdrager over vrijwilliger in het kerkenwerk door laat leiden. Tegelijk willen ze inspireren en motiveren.
Aart Peters en Arie Romein (red.)
In de kerk wordt veel vergaderd. Dat is ook nodig om het vele werk zo goed mogelijk te organiseren en in goede banen te leiden. Veel ambtsdragers en vrijwilligers klagen echter, dat er tijdens een vergadering zo weinig ruimte is voor inhoudelijke bezinning. De vele onderwerpen van de agenda verdringen dan het spirituele moment en de tijd met elkaar tot een goed gesprek te komen. Deze bundel vergaderopeningen wil een handreiking bieden aan hen die regelmatig een vergadering moeten openen. Het doel van de bundel is stof aan te reiken voor een vergaderopening die aansluit bij de inhoud van de vergadering of doelstelling van de groep die het gebruikt. In totaal zijn 48 vergaderopeningen opgenomen, verdeeld over zes werkvelden: Pastoraat (A. Romein), Diaconaat (A. Peters), Apostolaat (M.A. Noorloos), Kerkopbouw (N. Dijkstra-Algra), Jeugdwerk (H. van Wijngaarden) en Ouderenwerk (L. Romein). In een inleidend hoofdstuk zijn suggesties gegeven voor ver足werking. Iedere bijdrage bestaat uit de volgende onderdelen: kerntekst/ schriftlezing/ beknopte uitleg/ overweging/ gebeds足tekst/ tekst voor bezinning/ liedsuggesties.
Vergaderopeningen
Er voor staan Onder redactie van Aart Peters en Arie Romein
Onder redactie van Aart Peters en Arie Romein
Er voor staan Vergaderopeningen
Tweede druk
Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer
www.uitgeverijboekencentrum.nl
Ontwerp en illustratie omslag: Ronald Weerman, Douglas Design ISBN 978 90 239 0871 5 NUR 707 Tweede druk 2007 Š 2002 Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieÍn, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Inhoud
Woord vooraf
7
Handreiking voor het gebruik
9
Pastoraat (A. Romein) Pastoraat is herderswerk – Ezechiël 34:12 Uitnodigend pastoraat – Matteüs 11:28 Opdracht tot troosten – Jesaja 40:1 Met ontferming bewogen – Marcus 6:31 en 34 Met mensen mee oplopen – Lucas 24:15 Heil maakt heel – Matteüs 9:35 De dienst van de verzoening – Matteüs 5:24 Blij met de gemeente – Filippenzen 1:3
12 15 18 21 24 27 30 33
Diaconaat (A. Peters) Bestaan is dienen – Genesis 2:28b Rennen voor je leven – Exodus 2:15b Gerechtigheid en barmhartigheid – Psalm 146:6b en 7 Uit liefde tot Jezus – Matteüs 25:40 Eenzaamheid – Johannes 5:6 Niemand overslaan – Handelingen 6:1b Gaven delen wereldwijd – Romeinen 15:26 Geroepen tot dienstbetoon – Efeziërs 4:12
36 39 43 47 50 53 56 59
Apostolaat (M.A. Noorloos) Gezegend om te zegenen – Genesis 12:2 Op sterven na dood... – 1 Koningen 19:4b Waar het op aankomt – Micha 6:8 Laat zien wie je mag zijn – Matteüs 5:13-16 Via roeping en omgang naar zending – Marcus 3:13-15 Roeien met de riemen die er zijn – Johannes 14:12-14
63 66 69 72 75 78
6 De aanhouder wint – Handelingen 2:42 Welke geest bezielt ons? – 2 Timoteüs 1:6 en 7
Inhoud
81 84
Kerkopbouw (N. Dijkstra-Algra) Verbonden met Israël – Psalm 122:6a Gods initiatief – Marcus 3:13 Gemeente als gemeenschap – Handelingen 2:46 en 47a Lichaam van Christus – 1 Korintiërs 12:27 Toegerust tot dienstbetoon – Efeziërs 4:11 Geroepen om te verkondigen – 1 Petrus 2:9 Tot alle volheid Gods – Efeziërs 3:19 Tussen de kandelaren – Openbaring 1:13
87 90 93 96 99 102 105 108
Jeugdwerk (H. van Wijngaarden) Profeten op de tienerclub – Joël 2:28 Gods geboden houden – Psalm 119:136 ‘Zul je veel van ze houden?’ – Matteüs 9:36 Kinderen vervelen met het evangelie – Psalm 34:12 Opvoeden vraagt geloofsmoed – Prediker 11:9 Multireligieuze samenleving – Handelingen 4:13 Het voorbeeld van de kinderen – Marcus 10:13 Verbondenheid en vriendschap – Johannes 15:15
111 114 117 120 123 126 129 132
Ouderenwerk (L. Romein) Bouwvallig – Prediker 11:8 Eerbied a.u.b. – 1 Timoteüs 5:1 Er is toekomst – Openbaring 21:5 Heimwee naar vroeger... – Job 29:2 Hoe zwakker hoe sterker... – 2 Korintiërs 12:10 Late vrucht – Psalm 92:15 Van voorbijgaande aard – Psalm 90:9b Zijn hand zal u bewaren – Psalm 121:8
135 138 141 144 147 150 153 156
Personalia
159
Woord vooraf
Voorzitters van kerkenraden of verenigingen, leiders van kringen of werkgroepen, maar ook anderen, hebben geregeld tot taak een vergadering te openen. Vaak worden deze openingen beperkt tot een kort moment van gebed en/of schriftlezing, soms tot het lezen van een gedicht of treffend citaat. Meer dan eens acht men het echter zinvol enige tijd te nemen voor bezinning en daarbij een perikoop uit de bijbel te overdenken. Voor zulke bezinning aan het begin van een vergadering of bijeenkomst wil dit boek een handreiking bieden. Zes schrijvers hebben elk acht bijdragen geschreven, ieder met betrekking tot een bepaald kerkelijk werkveld. Deze bijdragen volgen alle acht een vast stramien, maar vertonen tegelijk verschillen, voortkomend uit de vrijheid van elke auteur zijn of haar eigen invulling te geven. In de handreiking voor de gebruiker worden suggesties gegeven voor het hanteren van de diverse bijdragen. Men kan ze gebruiken als bouwstof voor een eigen, zelf voorbereide inleiding. Men kan ze ook overnemen zoals ze zijn of voorlezen. De bijbelteksten zijn geciteerd naar de vertaling-1951 van het Nederlands Bijbelgenootschap. De psalmen en gezangen zijn, tenzij anders vermeld, gekozen uit het Liedboek voor de Kerken. Wij hopen dat velen met vrucht en vreugde gebruik zullen maken van dit boek. De redactie
Handreiking voor het gebruik
Het doel van de bundel is stof aan te reiken voor een vergaderopening die aansluit bij de inhoud van de vergadering of doelstelling van de groep die het gebruikt. De openingen zijn zo samengesteld, dat er niet alleen eenrichtingverkeer is. Allen krijgen gelegenheid aan deze opening mee te doen en er vervolgens naar aanleiding van vragen of teksten ter bezinning met elkaar kort van gedachten over te wisselen. Zo ontstaan meditatieve momenten om elkaar te inspireren en te bemoedigen voor het werk waar men voor gaan en staan wil. In totaal zijn achtenveertig vergaderopeningen opgenomen, verdeeld over de werkvelden: pastoraat, diaconaat, apostolaat, kerkopbouw, jeugdwerk en ouderenwerk. Iedere bijdrage bestaat uit de volgende onderdelen: • kerntekst • schriftlezing • uitleg • overweging • gebed • tekst ter bezinning • liedsuggesties De vergaderopeningen kunnen in verschillende situaties en op verschillende manieren worden gebruikt. Kerkenraden en andere (kerkelijke) vergaderingen kunnen de bundel gebruiken bij de opening van hun vergadering, of aan het einde van de vergadering afsluiten met een meditatief moment van bezinning en daarvoor een bijdrage uit de bundel gebruiken. De bundel kan zeker ook gebruikt worden voor allerlei andere bijeenkomsten zoals kringwerk, ouderenwerk, jeugdwerk en voor verschillende commissies en werkgroepen. Het is niet de bedoeling een vergaderopening zo snel mogelijk af te werken, maar er met elkaar rustig de tijd voor te nemen. Bijvoorbeeld
10
Handreiking voor het gebruik
minimaal vijftien minuten, maximaal dertig minuten. Laat elk onderdeel van de opening goed aan bod komen. Lees met elkaar de aangegeven schriftgedeelten. Bijvoorbeeld door mee te lezen, of laat elke deelnemer aan de vergadering een tekst lezen. Hiervoor is het noodzakelijk dat ieder een bijbel voor zich heeft! Door mee te lezen, leren de deelnemers goed te luisteren naar de teksten en krijgen ze zicht op het verband waarin de tekst(en) staat(n). Na tekst en schriftlezing volgt een korte uitleg naar aanleiding van de tekst en een overweging rond het gegeven thema. Al naar gelang daartoe de behoefte bestaat, kunnen de uitleg en de overweging zelf worden aangevuld, naar aanleiding van een persoonlijke aanvullende studie. Vervolgens is er het moment van gebed. Er zijn gebedsteksten opgenomen. Uiteraard staat het een ieder vrij om het moment van gebed op eigen wijze in te vullen. Aan de deelnemers kan om gebedspunten worden gevraagd voor de voorbeden. Er kan een moment van stil gebed worden ingelast. Gezamenlijk kunnen de gebeden worden besloten met het Onze Vader. Een andere mogelijkheid is het open kringgebed. Een van de deelnemers opent het gebed en sluit het af. Anderen kunnen in willekeurige volgorde hardop meebidden. Niemand is daar echter toe verplicht. Eventueel kan vooraf worden gevraagd wie van de deelnemers aan het open kringgebed willen deelnemen. Het onderdeel ‘ter bezinning’ is door de scribenten heel verschillend ingevuld. Enerzijds is er sprake van een lied, gedicht of stelling waar enkele minuten persoonlijk stil over nagedacht kan worden. Laat dit moment niet te lang duren. Een paar minuten is voldoende. Eventueel kan na dit moment van bezinning nog een persoonlijke reactie worden gevraagd. Anderzijds worden vragen gesteld, die met elkaar kort besproken kunnen worden. Ga niet uitvoerig in discussie. Indien blijkt dat bespreking van een vraag of meerdere vragen extra tijd kost, bepaal dan met elkaar of er tijdens een volgende
Handreiking voor het gebruik
11
vergadering over doorgesproken moet worden. Maak daar dan wel een apart vergaderpunt van, zodat de vergaderopening van die avond niet in het gedrang komt. De schrijvers hebben bij elk thema passende liederen uitgezocht. Er is gekozen voor liederen uit het Liedboek voor de Kerken, tenzij anders vermeld. Natuurlijk kan er ook uit andere liedbundels worden gezongen. De liederen kunnen vooraf, tijdens of na de vergaderopening worden gezongen. Ten slotte raden wij kerkenraden aan om niet alleen voor bijvoorbeeld de pastorale vergaderopeningen te kiezen, maar in principe de openingen van alle werkvelden te gebruiken. Op deze wijze krijgen alle ambtsdragers goed zicht op de verschillende onderdelen van het gemeentewerk. Voor de opbouw en de eenheid van het gemeentewerk is dat van groot belang.
Pastoraat is herderswerk
Kerntekst ‘… zoals een herder naar zijn schapen omziet, zo zal Ik naar mijn schapen omzien.’ Ezechiël 34:12
Schriftlezing Ezechiël 34:6-16
Uitleg De herdersfiguur is in de bijbel een bekend beeld voor een leider. Leiderschap wordt daarmee getekend als goede zorg voor een kudde schapen. Een goede leider is zorgzaam voor het volk. Wars van zelfverrijking. Echter, vaak waren de leiders van het volk Israël corrupt, inhalig, op eigen welvaart uit, ten koste van de armen. Het onderlinge herderschap, de zorg van de volksgenoten voor elkaar, verdween vaak om plaats te maken voor naijver en heerszucht. God oordeelt zulke leiders. ‘Ik zal die herders!’ Wie zal het benarde volk dan wel leiden? Ezechiël weet het, met profetische visie: God Zelf. Hij is de Herder van zijn volk (vgl. Psalm 23). Jezus heeft stellig aan deze profetie gedacht toen Hij zei: ‘Ik ben de goede Herder’ (Johannes 10:11). Het Latijnse woord voor ‘herder’ is ‘pastor’ en daarvan is ‘pastoraat’ afgeleid. Pastoraat is herderlijke zorg. Wie wil weten wat pastoraat is of behoort te zijn, moet denken aan herderswerk. Het werk van de herder is zwaar. Het is aandacht voor het geheel (de kudde) en tegelijk voor de enkeling in die kudde (het schaap). Collectief en individueel. Het kan niet zonder veel geduld. Soms is vermaan nodig: een schaap moet worden afgehouden van verdwalen, bemoe-
Pastoraat
13
digd door een tik op z’n rug, verzorgd bij pijn en verwonding, beschermd tegen aanvallen van wilde dieren. En de herder is uit op een ‘grazige weide’: welzijn. Het beeld is afkomstig uit een antieke agrarische samenleving, maar heeft iets universeels voor alle tijden.
Overweging Herderschap is leiderschap, maar meer in de zin van begeleiding dan van heersen. In het pastoraat moeten we bedenken dat een pastor tegelijk zelf ook ‘schaap’ is. We hebben te zorgen voor elkaar, maar hebben zelf ook zorg van anderen nodig. En vooral van de grote Herder: God. Een herder is geen volmaakt mens. Een herder bij uitstek was David, zeker geen beste. Ook Petrus, de verloochenaar, werd in het herdersambt gezet. Toch een herder. Zoals hij zijn wij: onderherders van de grote Herder. Dat geeft ontspanning: de gemeente waarin wij pastoraal werkzaam zijn, is niet onze kudde, maar Gods kudde; de gemeente van Christus. Op Hem kunnen we terugvallen.
Gebed Here God, Herder van de mensen, soms valt het ons zo zwaar: de taak van ons herderschap; wij lopen U zo voor de voeten, zoeken meer onszelf dan de ander, vallen U en de naaste in de rede, zonder te luisteren. Wees Gij onze Herder en leid ons in de liefde, de waarheid en de vrede. Dan kunnen wij aan Uw hand, onze helpende hand bieden ons oor tot luisteren aanscherpen onze troostende woorden spreken
14
Pastoraat
onze zegenende handen opleggen in de navolging van de goede Herder, door de Heilige Geest. Amen.
Ter bezinning Gemeente-lied Hij die gesproken heeft een woord dat gaat een tocht door de woestijn, een weg ten leven, een spoor van licht dat als een handschrift staat tegen de zwartste hemel aangeschreven: Hij schept ons hier een nieuwe dageraad, Hij roept ons aan, ‘Ik zal jou niet begeven’. Hij die ons in zijn dienstwerk heeft gewild, die het gewaagd heeft onze hand te vragen, die ons uit angst en doem heeft weggetild en ons tot hier op handen heeft gedragen; Hij die verlangen wekt, verlangen stilt – vrees niet. Hij gaat met ons een weg van dagen. Van U is deze wereld, deze tijd. Gij hebt uw Naam tot op vandaag doen klinken. Uw Naam is hartstocht voor gerechtigheid, Uw woord de bron waaruit wij willen drinken. Gij die tot hiertoe onze toekomst zijt – dat wij niet in vertwijfeling verzinken. (Huub Oosterhuis, Nieuw Bijbels Liedboek, Baarn 1986, 170.)
Liedsuggesties: Psalm 23 Psalm 80:1 en 2; Gezang 58; Gezang 13b; Gezang 14