€ 5,50
Funda Müjde over genieten Studenten-convivia
EXTRA
Kleur in de kerk Bibliodrama Salade uit eigen tuin Dronkenmansverhalen Wandelen als spirituele ervaring
Levenslust
Jaargang 62 – Nummer 6/7 – juni/juli 2013
opiniërend magazine voor protestants Nederland
De ‘uitzenddominee’
& Opmaat Vrijdag en zaterdag 25 en 26 oktober. Grote Kerk van Dordrecht en elders in deze stad. Meer informatie: www.nationalesynode.nl. Het definitieve programma wordt in september bekendgemaakt.
Beurs ‘Leven & Geloven’ Een nieuw evenement voor ieder die zijn of haar christen-zijn elke dag in praktijk wil brengen en die meer wil weten, horen en zien van ervaringen en inzichten van andere christenen. Een beurs met een gevarieerd programma van tientallen workshops, presentaties, interviews, talkshows, debatten, lezingen en muzikale optredens; met aandacht voor persoonlijke ontwikkeling en bezinning, voor verdieping via muziek en boeken, voor relaties en ontspanning.
Vrijdag en zaterdag 1 en 2 november. Jaarbeurs, Utrecht. Meer informatie: www.levenengeloven.nl.
Oek de Jong Symposium ‘Terug naar een naaktheid’ over de levensbeschouwelijke aspecten van het werk van Oek de Jong, waarin literaire, filosofische en religieuze aspecten aan de orde komen. Met o.a. Elsbeth Etty, Johan Goud, Joke Hermsen, en Oek de Jong zelf. Organisatie: Departement Religiewetenschap Universiteit Utrecht. Voorjaar 2014 verschijnt bij uitgeverij Klement het op dit symposium gebaseerde boek Het leven volgens Oek de Jong: Terug naar een naaktheid. Maandag 11 november, 10.00-17.00 uur. Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht. Deelname (incl. lunch): gratis. Aanmelding (vóór 1 november): W.F.Wagenaar@uu.nl. Meer informatie: nieuws.hum.uu.nl/events/.
KPV Amersfoort Uniek leertraject voor predikanten, geestelijk verzorgers en kerkelijk werkers om professioneler en persoonlijker te leren werken. De training Klinisch Pastorale Vorming biedt de kans om in een kleine groep intensief te reflecteren op het werk en de eigen communicatie. In 2014 biedt Centrum Amersfoort een gebroken training aan van vier blokken van drie weken. De trainingsweken zijn van maandag tot en met woensdag. Het eerste blok begint 12 mei 2014, het tweede blok 1 september 2014. In 2015 volgen blok 3 en 4. Voor meer informatie over KPV en (leer)supervisie: www.ggzcentraal.nl (leren, bij-en nascholing), h.kievit@ggzcentraal.nl, tel. (033) 4609833. PE-accreditatie PKN: totaal 5 jaar PE, VGGZ: 70 punten.
juni 2013
Levenslust In het zicht van de tijd waarin velen van ons tijdelijk in ruststand mogen een nummer over groeien en (op)bloeien. Over het genieten van het goede dat ons ten deel valt, van de zegeningen in het leven. Op verschillende manieren gaat het – zoals Marcel Barnard het stelt in zijn column over wijn – over ‘het proeven, voelen, ruiken, tasten en zien van het nieuwe leven en het koninkrijk dat ons is beloofd’. ‘Drink de wijn van de aarde en je proeft van de hemel’, schrijft Piet Schelling. Hij neemt een paar bijbelse dronkenmansverhalen onder de loep en concludeert dat de Bijbel niet alleen weet van vloek, maar ook van zegen waar het gaat om drank. Al te liederlijk wordt het ook weer niet. Genuanceerd wordt ook gewaarschuwd tegen een al te ongeremd botvieren van levenslust. ‘Het leven is geen slobberwijntje dat je achteloos naar binnen slaat’ schrijft Arjan Markus in de rubriek De Bijbel verstaan. Mediterend over de woorden van Prediker stelt hij: ‘zorgvuldig genieten in dankbaarheid, dat is de ware lofprijzing’. Bij groeien en bloeien hoort ook snoeien, duidt Teunard van der Linden dat met gebruik van een heel ander beeld: zonder snoei treedt verwildering in en zelfs vruchteloosheid. Ongebreidelde levenslust kan zelfs de ondergang bewerkstelligen. Een EXTRA dik nummer deze maand, ons zomernummer. Wat meer ruimte dan anders dus, ruimte die we graag gebruikt hebben voor bijvoorbeeld een interview met Frederike de Jong, die vertelt welke ‘reis’ ze maakte om tot een ander zicht op Bijbel en geloof te komen. Gnostische inzichten veranderden haar perspectief totaal. En wat moeten we ons voorstellen bij een hedendaags ‘christelijk studentenhuis’? De stichting Ruimzicht, die haar 145-jarig jubileum viert, beheert in verschillende steden zogeheten ‘convivia’. W&D bezocht er een, en geeft een indruk. De fotograaf bekende naderhand: “Ik moet concluderen dat ik kennelijk wat vooroordelen had; maar het bleken eigenlijk hele gewone, leuke mensen te zijn…” Met deze editie moet u het twee maanden doen, want W&D verschijnt niet in juli. Beogend het leven tijdelijk op een andere manier te genieten, gaat ook de redactie met vakantie. Dick Vos Omslagfoto: Pink Sherbet Photography / Foter.com / CC BY
In dit nummer
Anne-Marie van der Wilt: Ruimte scheppen voor verstilling en verbeelding
10
Funda Müjde: ‘Genieten zonder schuldgevoel
16 En verder Zin in het leven 8 Levenslust en stervensmoed 13 Levenslust-collages 14, 36 Dronkenmansverhalen 18 Een goed glas wijn - Column 20 Bewegen onder het woord – Bibliodrama 24 Er zit een engel in – Kirchentag 32 Zin in wandelen 38 Presentatie Liedboek 44 ‘De vierde vrouw’ – Boekbespreking 46
Rubrieken Selectie 4 Agenda 6 Opmaat 7 Cartoon 22 Wederhoor 22 Hartstochtelijk: Teveel Paulus? 23 Boeken 26 Films 27 Woord & Beeld: De Bruiloft te Kana 28 De Bijbel verstaan: Zorgvuldig genieten 30 Gemeente: Applaus in de kerk? 40 Ambt: De ‘uitzenddominee’ 41 Spiritualiteit: Wie domme dingen doet 42 Kerkvolk: Gods Geest is overal 43 Predikanten 53 P.S.: Het leven is lastig 55 Actueel: Morgen-Maal 56 juni 2013
Salade van zevenblad
21
De gnostische inzichten van Frederike de Jong
33 & 34
Ruimzicht: ‘Ik wil léven in een studentenhuis’
48
3
Blikvanger
‘Genieten zonder Funda Müjde ontmoet vrouwen met angsten – voor het leven, voor seksualiteit, voor mannen – en stimuleert hen om hun vrijheid te pakken en te genieten. “Zolang je een ander niet schaadt, kun je wat mij betreft heel ver gaan”, aldus de cabaretière en actrice. Zelf vindt ze het heerlijk om te zwemmen, te fietsen, paard te rijden - ook na het ongeluk dat haar in 2007 een dwarslaesie bezorgde. Marleen Stelling
I
“
k ben liberaal opgevoed”,
vertelt Müjde. We zitten op een stralende lentedag in de tuin van het huis waar Müjde met partner en dochter woont. Het is het oude klooster van de Maria Magdalenakerk in Wormer. “We werden bewust opgevoed – een papiertje op straat gooien deed je niet – maar werden ook gestimuleerd om onze talenten te ontwikkelen. Wat geloof betreft lieten onze ouders ons vrij. God zagen zij als een bron van liefde en vertrouwen, niet iemand die straft en oordeelt.” Müjdes vader kwam in 1965 als gastarbeider naar Nederland. Zijn verblijf zou aanvankelijk drie jaar duren, maar na die periode had hij niet genoeg geld gespaard om terug te keren. Daarom reisde het hele gezin Müjde af naar Nederland, om te gaan wonen in Zaandam. “Ik was toen 7 jaar oud”, zegt ze. “Ik kwam in aanraking met Nederlandse jeugdliteratuur en verbaasde me over de manier waarop er over God werd gesproken. Dat had ik zelf nooit geleerd. Bijvoorbeeld in Kees de Jongen van Theo Thijssen. God was oordelend, straffend. Ook de Nederlandse kinderen op school hadden het daarover. ‘Nee, je moet dit doen, anders verbrand je in de hel’, zeiden ze tegen mij.”
FOTO: DICK VOS
Kopje Müjde rondde de havo af en besloot de opleiding tot fysiotherapeut te gaan volgen. Ze genoot ervan, maar het verlangen naar de planken doofde niet. Ze deed in haar vrije tijd acteer- en toneelervaring op. Later brak ze door als actrice en speelde ze rollen in series als Medisch Centrum West (1991-1992) en Vrouwenvleugel (1993). Daarnaast maakte ze als cabaretière en verhalenverteller meerdere voorstellingen, waaronder ‘Actueler dan ooit’ (2003) en ‘Funda ziet ze vliegen’ (2012).
16
Funda Müjde: ‘Al zit jouw passie in gras, uit het en laat het zien!’
juni 2013
schuldgevoel’ De vrees voor een oordelende God heeft haar in haar leven en carrière misschien niet belemmerd, maar de angst voor de publieke opinie wel. “Om iets moois te creëren moet je luisteren naar de stem in jezelf ”, zegt Müjde. “Toch heb ik me vaak laten afleiden door de mening van anderen.” Als voorbeeld noemt ze die keer dat haar werd gevraagd om te tongzoenen in een filmscène. Ondanks haar liberale opvoeding spookte de mening van haar ouders in haar hoofd over een keuze. “En ik vroeg me af hoe de Turkse gemeenschap hier tegenover zou staan. Ik heb het niet gedaan.” De angst voor het oordeel van je omgeving ondermijnt je creativiteit, maakt je ‘voorzichtig’ en ‘truttig’, aldus Müjde. “In de loop der jaren ben ik meer gaan vertrouwen op mezelf en durf ik me bloot te geven. Dat heeft me brutaler gemaakt, grappiger, maar ik heb ook talenten in mezelf ontdekt die ik voorheen wat op de achtergrond hield. Ik ben een trendwatcher. Tien, vijftien jaar geleden sprak ik op de planken al over samengestelde gezinnen – twee volwassenen die elk met kinderen uit een eerdere relatie een nieuw gezin vormen.” Müjde fantaseert over een eigen talkshow waarin haar vooruitziende blik goed van pas zou komen.
Bruggen Als Müjde de rode draad in haar leven zou moeten benoemen, dan is dat ‘verbinden’. Dat wordt bijvoorbeeld zichtbaar in het werk dat ze als tolk deed bij Vluchtelingenwerk Nederland. Ze overbrugde een taalbarrière tussen mensen. Ook door op het toneel te staan wil Müjde mensen samenbrengen. “Ik houd hen spiegels voor, vertel over verschillende groepen in de samenleving. Dat verlangen om bruggen te slaan deed mij onlangs besluiten om een opleiding tot mediator te volgen. Ik leer geschillen op te lossen; privé, maar ook in bedrijven. Als vrijwilliger en stagiair bezoek ik plekken waar mensen met een conflict zitten dat ze willen oplossen. Voor mij is het belangrijk dat niet alleen naar het geschil wordt gekeken, maar ook naar de manier waarop de relatie in de toekomst gestalte krijgt.” Naast haar nieuwe opleiding blijft Müjde acteren. Zo vertolkte ze in 2012 nog in Goede Tijden Slechte Tijden de rol van Elif Baydar, de uitbundige en vrolijke moeder van moslima Nuran en de rebelse Aysen. “Het blijft moeilijk om rollen te vinden nu ik in een rolstoel zit. Het script ligt vaak al klaar als acteurs en actrices worden gezocht, en is vaak niet geschreven op iemand in een rolstoel. Toch denk ik dat ik vaak door kleine aanpassinjuni 2013
gen wel zou kunnen spelen in films en series. Daarbij: ik kan gewoon fietsen, zwemmen en paardrijden. Ik denk dat het juist leuk zou zijn om in series of films te laten zien hoe iemand met een dwarslaesie dat doet.”
Gras Of de liefdevolle God uit haar jeugd nu nog een rol speelt, kan Müjde niet zeggen. “Het maakt me niet zoveel uit. Het is belangrijk dat je andere mensen niet vermoordt, hen niet opzettelijk pijn doet. Zolang je je daar aan houdt, kun je wat mij betreft niet ver genoeg gaan.” De Turks-Nederlandse vertelt over de strijd om jezelf te kunnen zijn, bijvoorbeeld als vrouw. “Ik blijf me hard maken voor de vrouwenemancipatie. Dat is niet iets van twintig, dertig jaar geleden; het is een plant die je water moet blijven geven. Veel vrouwen zijn opgevoed met een last, met waarden dat wij lief moeten zijn, een man moeten behagen. Ook vanuit religieuze hoek rust er een juk op ons. Ik ontmoet vrouwen uit gereformeerde milieus, die opgevoed zijn met angst voor leven, voor seksualiteit, voor mannen. Ze genieten niet van intimiteit, van vrijen, maar zitten met een schuldgevoel tegenover de veroordelende God uit hun jeugd.”
‘Ik moet uitkijken dat ik me in die rolstoel niet als minderwaardig ga zien’ Dat ze door gesprekken te voeren, door voorstellingen te maken in alle openheid kan spreken over deze problemen, maakt Müjde dankbaar. Ze wijst naar het gras – op deze stralende lentedag lijkt het kleurrijker dan anders. “Al zit jouw passie in gras, uit het en laat het zien. Ik heb huilend zitten kijken naar de documentaire Born this way van Lady Gaga, dat meisje dat om een statement te maken zelfs in een jurk van vlees op de rode loper verschijnt.” “Ook voor mij blijft het een strijd om mezelf bloot te geven. Zeker na het ongeluk. Ik moet uitkijken dat ik mezelf in een rolstoel niet als minderwaardig ga zien. Af en toe huilen helpt, en mijn verdriet benoemen ook. Ik kom steeds weer tot de conclusie: ik laat mij niet kisten. Toen als dochter van het enige Turkse gezin in Zaandam niet, en ook nu niet in mijn rolstoel.”
17
Gemeente
Applaus in de kerk? Calvinistisch is het niet: klappen in de kerk. Applaus past niet bij de eerbied en concentratie van een gereformeerde eredienst. Komt God alleen niet alle eer toe? Teunard van der Linden
O
p een jongerenconferentie maakte ik eens ‘een applaus
voor God’ mee. Een applaus niet voor mensen, maar voor de Eeuwige zelf. Die gedachte kwam in voorbije eeuwen niet op. Hoewel je misschien zou kunnen zeggen dat Bach met zijn fantastische orgelwerken – steevast getekend met de letters S.D.G. (Soli Deo Gloria) – wekelijks een manueel applaus verzorgde op de toetsen van het orgel. Dit doet even denken aan het applausje dat soms na de kerkdienst klinkt voor de organist. Maar dan is het amen op de zegen reeds lang verklonken en bevinden we ons al weer op de drempel van de wereld waar de regels ruimer zijn.
Levendig In de vierde en vijfde eeuw vond het applaus als uiting van waardering zijn weg van de Romeinse theaters naar de kerk. Zo werd er in de tijd van Augustinus spontaan geklapt bij een rake opmerking of populaire preek. Het ging er levendig aan toe. Ook met tegenwerpingen en uitroepen, waar de voormalige retor uit Milaan wel raad mee wist. In de calvinistische landen kregen niet de applaudisserende maar de gevouwen handen het monopolie. Het moest eerbiedig. Men zong hooguit met de Psalm mee: ‘rivieren
40
klappen in de handen, de bergen jubelen het uit.’ Een applaus via de band van de schepping, in mystieke vervoering. Ook mooi.
Waardering Applaus is in het gewone leven een uitdrukking van waardering en enthousiasme. Dit echte applaus – niet verinnerlijkt, als gebed of via de muziek – is de laatste twintig jaar zeker toegenomen in de kerk. Aan het eind van de dienst wordt het jongerenkoor bedankt of wordt het kerkkoor een blijk van waardering meegegeven. Een kort applaus voor een jarig kind, of volgend op een feestelijke mededeling: ‘Ik mag u meedelen dat de bazaar van gisteren het fantastische bedrag opgebracht heeft van…’
Misschien dat ‘liturgisch applaus’ ook gaat vervelen De laatste keer dat ik een langer applaus meemaakte in de kerk was bij het afscheid van een predikant. Een applaus als uitdrukking van jarenlange verbonden-
heid. Waar mensen samenleven en nauw met elkaar verbonden zijn, klinkt af en toe applaus. Het zou vreemd zijn als dit in de kerk niet zo was.
Instemming Een stap verder gaat ‘liturgisch applaus’: als vitaal bestanddeel van de eredienst zelf. Een paar jaar geleden was ik te gast bij een zwarte gemeente in Amerika. Het enthousiasme dat daar door de gelederen ging, gedragen door voortdurend applaus, is met geen pen te beschrijven; met name de betrokkenheid op de verkondiging door handgeklap. Werd er iets goeds gezegd vanaf de kansel dan klonk er ‘Halleluja’, ‘Amen’ of ‘O yeah!’. Werd er iets heel goeds gezegd dan applaudisseerde de hele gemeente. Maar misschien gaat dit na verloop van tijd toch weer vervelen en is aan het eind van het liedje de stilte toch het mooist. juni 2013
Ambt
De ‘uitzenddominee’
I
n het beleidsplan 2013-2016 van de
Protestantse Kerk, ‘Met Hart en Ziel’, werd het idee van een ‘mobiliteitspool’ gelanceerd als oplossing voor verschillende problemen. Een pool van beginnende predikanten in algemene dienst waarop gemeenten tijdelijk een beroep kunnen doen. Direct een voorbeeld van een creatief concept voor een kerk die naar nieuwe, begaanbare wegen zoekt.
Leerplekken Voor gemeenten kan het lastig zijn een predikant te vinden die in deeltijd – en dus tegen een beperkte vergoeding – aan de slag kan. Aan de andere kant is het voor dominees in spe lastig om een plek te vinden; gebrek aan ervaring op de werkvloer werkt al snel in hun nadeel in beroepingsprocedures. Via de mobiliteitspool moet het makkelijker worden om als beginnend predikant aan het werk te komen en ‘in te groeien’ in het ambt. Binnen de pool wordt dit mogelijk door werk op verschillende deeltijdplekken die samen een aanstelling van behoorlijke omvang vormen. Doordat de aanstelling tijdelijk is, zijn de financiële verplichtingen die een gemeente aangaat te overzien. Doel is om jaarlijks zo’n zes beginnende predikanten aan te stellen in de mobiliteitspool. Omdat deze steeds na drie jaar weer uitstromen, ontstaat er vanzelf een evenwicht.
Matchen Inmiddels hebben de eerste gemeenten zich gemeld en hebben de eerste gesprekken met proponenten, kandidaat-predikanten, plaatsgevonden. Of alle plekken en alle kandidaten voldoende geschikt zijn en of vraag en aanbod gaan matchen, moet nog blijken, geeft ds. Gerrit van Meijeren, projectleider van de mobiliteitspool, aan. Aanstellingen volgen zodra proponenten en gemeenten gekoppeld zijn. De eerste intrede zal overigens eind deze maand plaatsvinden. juni 2013
Een oplossing voor kleine vacante gemeenten, voor gemeenten die tijdelijk extra werk hebben én voor beginnende predikanten; de ‘mobiliteitspool’. Dick Vos De Protestantse Gemeente ‘De Ontmoeting’ te NoordBeveland, de gemeente van synodepreses ds. Karin van den Broeke, heeft de primeur.
Vlot schakelen, contextbewust opereren Aan de predikanten in de pool worden aanvullende eisen gesteld. Ze moeten het echt een uitdaging vinden om juist vanuit zo’n pool aan het werk te gaan. Flexibiliteit, een zelfsturende, communicatieve houding en mobiliteit – ook letterlijk – zijn randvoorwaarden daarvoor. Van Meijeren onderkent dat dit voorwaarden zijn waaraan alle predikanten in principe moeten voldoen, maar voor de ‘uitzenddominee’ gelden ze in het bijzonder. Een beperkte periode werken op meerdere plekken tegelijk vraagt echter bij uitstek om vlot kunnen schakelen en contextbewust kunnen opereren. De uitzenddominee moet in het bijzonder zelfstandig en pro-actief zijn. Naast de gebruikelijke nascholing voor beginnende predikanten – een traject van een paar jaar op verschillende momenten – zullen de dominees in de mobiliteitspool onder andere op deze punten extra begeleid worden. Het gaat hier om plannen, benadrukt Van Meijeren. Details zullen gaandeweg nader ingevuld moeten worden; het gaat
hier om een pilot waarvan geleerd moet worden en die zo nodig bijgestuurd moet kunnen worden.
Samen Een beroep op de mobiliteitspool is voordelig voor gemeenten. De kosten zijn lager dan die van een ‘vaste, eigen predikant’, wat ruimte biedt voor een aanstelling van ruimere omvang. Gemeenten die samen in aanmerking willen komen voor een predikant uit de pool – samen aanmelden wordt aangeraden! – hoeven organisatorisch verder niets met elkaar te hebben; geografisch niet al te ver uit elkaar liggen en een enigszins vergelijkbare confessionele lijn is voldoende. Twee gemeenten is het maximum. De uitzendpredikant concurreert niet met de interim-predikant. De interimpredikant heeft juist veel ervaring en is bij uitstek inzetbaar als troubleshooter in bijzondere situaties. Nadere informatie over de mobiliteitspool kan verkregen worden via projectleider ds. G. van Meijeren: mobiliteitspool@pkn.nl of (030) 880 1779.
41
Ruimzicht
V.l.n.r.: Anouschka, Marije, Ruben en Deborah.
Ze draaien hun hand niet om voor vrijwilligerswerk, lezen dagblad Trouw en schuwen een gesprek over God en geloven niet. Stichting Ruimzicht biedt studentenkamers aan; 145 jaar geleden nog alleen voor wie van hervormde komaf was, nu is ‘iets met geloof hebben’ genoeg. Marleen Stelling
FOTO’ S : AYA MU S A
48
O
p het eerste gezicht
ziet Villa Spina Rosa in Utrecht, een van de acht huizen van Ruimzicht, eruit als een doodgewoon studentenhuis. Bij de portiek maakt een meisje haar fiets schoon. Op het aanrecht binnen in de keuken staat achterstallige afwas te wachten, en naast de overvolle prullenbak even verderop ligt een oude sok. In de tuin staan lege kratten bier. “We drinken niet veel, maar niemand brengt ze weg”, verklaart een van de bewoners. Ik laat me vertellen dat de creatieve barbecue al jaren meegaat. Het is een winkelwagentje van Albert Heijn waarin bakstenen in een vierkant staan. Daarop rust een rooster uit de oven. Andere dingen vallen op. Op een spiegel in de hal staat: ‘Wat een mooierds allemaal’. juni 2013
‘Ik wil léven in een studentenhuis’ ‘De ene keer spelen we Wie is de Mol, de volgende keer praten we over het geloof, of onze rol in de maatschappij’
Het plastic afval wordt gescheiden van de rest, artikelen uit Trouw hangen op het whiteboard. Op het rooster van de huisavonden op het prikbord – aanwezigheid verplicht – staat achter de data afwisselend ‘ontspannend’ en ‘verdiepend’. “De ene keer spelen we Wie is de Mol?, de volgende keer praten we over geloof, of onze rol in de maatschappij”, legt Beatrijs Koet (19) uit, ‘pontifex’ en tweedejaarsstudent milieu- en natuurwetenschappen.
Chagrijnig Studenten in een ‘convivium’ – Latijn voor tafelgezelschap – tonen zich betrokken, naar elkaar en naar de maatschappij. Dat stelt Florida de Kok, predikant bij Ruimzicht. Ik spreek haar eerder in de midjuni 2013
dag dat ik Villa Spina Rosa bezoek. Daar hoor ik hoe bewoner Ramon Goosen (22) illustratie geeft van betrokkenheid in de praktijk. “Chagrijnig zijn kan best, maar dat wordt hier wel opgemerkt. Je loopt niet zomaar de keuken in om daarna weer te vertrekken. We praten hier met elkaar; vragen hoe het gaat, hoe je je voelt.” Juist die betrokkenheid trok de meeste bewoners een aantal jaar geleden het convivium in, laat ik mij vertellen door de bewoners. Een soort veilige plek tussen het ouderlijk huis en ‘de echte wereld’. De Kok woonde zelf in de jaren ’80 in het Leidse Doedoleith. “Voor veel 18- en 19-jarigen is het een flinke overgang van de middelbare school naar de universiteit”, zegt ze. “Plotseling ben je aan het studeren, kom je in een andere stad
terecht en moet je veel zelf doen in het huishouden. Dan is het fijn om een thuisbasis te hebben.” Dat geldt zeker nu Nederland te kampen heeft met een financiële crisis en de politiek flink bezuinigt op studenten. “Moet ik geld vragen aan mijn ouders om te studeren? Kan ik wel een tweede master doen? Vind ik na mijn opleiding wel een baan? Studenten moeten met zoveel meer rekening houden dan in mijn tijd. Ik had zelf een riante studiefinanciering en hoefde niet te haasten.” De Kok heeft, vertelt ze met enige schroom, haar studie in negen jaar afgerond. “Ik had ook de tijd om te lummelen, en dat kan heel nodig zijn. Er komt zoveel op je af. Nu hebben studenten daar minder gelegenheid toe.” Juist dan is een thuisbasis hebben belangrijk, stelt ze.
49
Actueel Morgen-Maal ‘Homo-ontbijt in wording’ is een steeds groter wordende groep mensen die zich inzet voor een landelijke opzet van een ontbijt voor (gelovige) holebi’s (homo’s, lesbiennes en biseksuelen). Wat is het? Is zoiets nodig? Vragen aan initiatiefnemer en organisator Jan-Willem Stouthart, professioneel musicalacteur en bekend uit ‘Kikker in de wolken’ van Max Velthuijs en ‘Soldaat van Oranje de Musical’. Wat is dat nu weer: een homo-ontbijt? Het homo-ontbijt, met nu als werktitel ‘Morgen-Maal’, is een jaarlijks ontbijt, maar vaker kan ook, op een veilige en oordeelvrije manier voor (gelovige) homo’s, lesbiennes, bisexuelen en transgenders – in of uit de kast. Hier kunnen ze ervaring dat ze niet de enige zijn, en op een ontspannen manier met elkaar hun verhalen delen. Hoe kwam je op dit idee? Op het Flevo Festival waren vaak goede lezingen en discussies over dit thema maar als tiener-homo-in-dekast ga je daar niet zo snel heen als je nog in de kast zit. Als vrijwilliger bij het Backstage Restaurant zag ik daar toen een perfecte locatie voor een veilige ontmoeting. Aanmelden kon via een msm. Afgeschermd van de andere bezoekers kwamen ze er achter dan ze niet de enige waren. Ze waren even de norm, zonder discussies of meningen. Gewoon gezellig ontbijten.
in het volgende nummer
56
Is zoiets nu echt nodig? Ja! Ontspannen eten samen zijn met lotgenoten verandert mensenlevens. Veel deelnemers schoven ieder jaar weer aan en gaven aan dat ze er zo veel aan hadden gehad het afgelopen jaar. Eenzaamheid en tweestrijd hebben ook in Nederland nog veel te vaak depressie en suïcide tot gevolg. Het is voor kerken en gemeentes ook een goede manier om met hen in contact te komen en hen beter te leren kennen en hun verhalen te horen. Wat is er tot nu toe gerealiseerd? De Flevo-droom is uitgekomen. Het is tijd voor een nieuwe droom! Er is een hand-out in de maak in de vorm van een powerpoint-presentatie die gratis aan te vragen zal zijn. Hiermee kan iedereen die dat wil een MorgenMaal organiseren. En de Facebookgroep ‘homo-ontbijt in wording’ groeit met de dag. Daarop zijn de ontwikkelingen op de voet te volgen en kunnen mensen ideeën spuien of vragen stellen.
Voor meer informatie en inschrijven voor de hand-out kunt u mailen naar info@hetverlorenschaap.nl (tijdelijk adres). Naar verwachting wordt het MorgenMaal in het najaar groots gepresenteerd aan de wereld.
Nieuw geloven Velen lijken vooral te willen geloven wat hen het beste uitkomt en grazen naar believen uit verschillende tradities: relishoppen. Wat gebeurt er en hoe verhoudt het zich tot traditie en identiteit? En is er een verband met ontkerkelijking? Een impressie van een symposium van onderzoekscentrum Kaski over dit onderwerp.
Predikant arbeidsongeschikt Door MS werd ds. Hanny Langebeeke arbeidsongeschikt. Ze beschrijft wat dat betekende; voor haarzelf en voor haar gemeente. Toch de kerk in Na een stevige maatschappelijke carrière besloot Marina Slot toch predikant te worden. Wat veranderde er? Wat verwacht ze van het predikantschap?
50 jaar Nes Ammim Een bekende naam uit het verleden misschien. Maar hoe staat het er momenteel voor met deze christelijke kibboets? Wat is de huidige betekenis van Nes Ammim te midden van het Israëlisch-Palestijnse conflict?
Verschijningsdatum: 13 augustus
juni 2013