Dieren van de wereld bladerversie

Page 1

DIEREN VAN DE WERELD brengt je oog in oog met de bijzonderste dieren op aarde

I S B N 978-90-757-1714-3

9

789075 717143

Dit adembenemende boek neemt je mee naar de belangrijkste en mooiste leefgebieden van de dierenwereld, van verscholen uithoeken in het regenwoud van Costa Rica tot de weelderige wetlands van de Okavango. Maak kennis met het geheime leven van de dieren in de enorme diversiteit die de natuur heeft voortgebracht. wnf.nl


INHOUD

BIOTOPEN 10 12 BOSSEN

NOORDAMERIKA 20

CENTRAALEN ZUIDAMERIKA 74

14 GRASLANDEN

22 PIEKEN EN PRAIRIES

16 EXTREME MILIEUS

24 CANADESE ARCTIS

76 LAND VAN DE JAGUAR

18 WATERIGE MILIEUS

34 YELLOWSTONE

78 COSTA RICAANS REGENWOUD

44 CENTRAL GREAT PLAINS

84 YUNGAS

52 SIERRA NEVADA

90 AMAZONEREGENWOUD

60 MOJAVEWOESTIJN

100 PANTANAL

66 EVERGLADES

108 ALTIPLANO 114 ARGENTIJNSE PAMPA’S 122 GALÁPAGOSEILANDEN

EUROPA 130 132 VLAKTES EN SCHIEREILANDEN 134 NOORSE FJORDEN 140 SCHOTSE HOOGLANDEN 146 CAMARGUE 152 TAAGVALLEI 158 ALPEN 164 BEIERSE WOUD


AFRIKA 174

AZIË 244

AUSTRALAZIË ANTARCTICA 310 360

176 ZONOVERGOTEN LAND

246 CONTRASTRIJK CONTINENT

312 HET RODE CONTINENT

362 LAND VAN IJS EN SNEEUW

178 ETHIOPISCH HOOGLAND

248 ARABISCH HOOGLAND

314 NIEUWGUINEES BERGWOUD

364 ANTARCTISCHE EILANDEN

184 GROTE RIFTVALLEI

254 TERAI-DUARSAVANNE

192 SERENGETIVLAKTE

266 OOSTELIJKE HIMALAYA

208 KONGOBEKKEN 218 OKAVANGODELTA 228 KALAHARI 236 DROOGBOS VAN MADAGASKAR

320 NOORD-AUSTRALISCHE SAVANNE

272 BOVENLOOP VAN DE YANGTZE 328 GROTE ZAND- & TANAMIWOESTIJN 278 GOBI 334 OOST-AUSTRALISCHE BOSSEN 284 MONTAAN BOS AAN DE JAPANSE ZEE 344 GREAT BARRIER REEF 292 REGENWOUD VAN BORNEO 354 NIEUW-ZEELANDS GEMENGD BOS 302 SULU- EN SULAWESIZEE

370 ANTARCTISCH SCHIEREILAND 378 BEGRIPPENLIJST 382 REGISTER 398 DANKBETUIGING 398 FOTOVERANTWOORDING



voorwoorD De natuur is prachtig. Het landschap, de planten en vooral de wilde dieren. En hoe meer je erover weet, hoe mooier het wordt. Dankzij mijn werk ben ik in natuurgebieden in allerlei uithoeken van de wereld geweest. Toch heb ik maar een fractie gezien. De wereld is groot, de gebieden vaak moeilijk toegankelijk en de dierenwereld laat zich niet zomaar bewonderen. Veel wilde dieren leven verborgen. Als je ze ziet, is het meestal maar een glimp. Vaak het moment dat ze net opvliegen of tussen de takken verdwijnen. Dit boek staat vol met bijzondere ontmoetingen met wilde dieren. Het laat de dieren zien in heel hun pracht, vaak van top tot teen. En meestal ook nog eens op een bijzonder moment. Wat het boek niet laat zien, is de tijd en inspanning die voorafging aan het moment dat de fotograaf op de knop drukte. Nog meer tijd, inspanning en denkwerk zit in de tekst. Daarin zit immers de kennis die is opgebouwd in decennia – of zelfs eeuwen – geduldig waarnemen, vaak onder moeilijke omstandigheden. Ook dit is een momentopname, want onze kennis over de natuur groeit nog steeds. Zo worden er in de regenwouden en in de zeeën nog dagelijks nieuwe diersoorten ontdekt en leren we steeds meer over de relatie tussen wilde dieren en hun omgeving. Bij die omgeving horen wij mensen ook. En niet alleen als toeschouwer. Zelfs op afstand hebben we invloed op de natuur, door wat we kopen en eten en door hoe we ons verplaatsen en wonen. Vaak veroorzaken we daarmee problemen. Door ons handelen staat de natuur op dit moment wereldwijd onder druk. Maar dat de mens de oorzaak is van veel problemen, heeft ook een voordeel: we kunnen ook de oplossing vormen om die problemen op te lossen. Dat kan ieder voor zich doen, maar het kan ook samen. Dat is wat het Wereld Natuur Fonds wil. Al meer dan een halve eeuw zijn we wereldwijd actief. Waarvoor we het doen, dat laat dit boek zien. Elke bladzijde toont hoe wonderbaarlijk de natuur in elkaar zit. Het laat iedereen kennis maken met de wonderbaarlijkste dieren en de prachtigste gebieden uit alle delen van de wereld. Daarmee draagt dit boek zelf tegelijk ook bij aan natuurbescherming. Want iedereen die ziet hoe bijzonder de natuur is, zal zich daar ook voor willen inzetten. Zo is dit boek prachtig én nuttig.

Kirsten schuijt Algemeen directeur Wereld nAtuur Fonds


28 | noord-amerika

▷ Thuis Sneeuwholen beschermen jonge welpen tegen de kou. Een hol heeft één ingang en vaak diverse kamers, waar het ruim 20 graden warmer is dan buiten.

▷▷ goede zweMMeR Met zijn brede voorpoten met vliezen tussen de tenen kan de ijsbeer uit­ stekend zwemmen. Hij kan afstanden van 100 km aan bij een snelheid van 10 km/u.


canadese arctis

kleine oren om warmteverlies te beperken

IJsbeer

langere nek dan andere beren

Ursus maritimus De ijsbeer wedijvert met de bruine beer om de titel van grootste levende landcarnivoor. Zijn favoriete jachtgrond is het Arctische pakijs. De ijsbeer is heel goed aangepast aan zijn omgeving, met niet-intrekbare klauwen en rimpelige, deels met bont bedekte voetzolen die voor extra grip zorgen, waardoor hij gemakkelijk op ijs kan lopen en rennen. Het lichaam van de ijsbeer zit in een dubbele laag bont – de dikste van alle berensoorten. De binnenlaag bestaat uit een dikke ondervacht, de buitenlaag uit doorzichtige, holle haren die de lucht vasthouden ter isolatie. Aangezien de buisjes zichtbaar licht reflecteren, is de dekvacht de ijsbeer wit en gaat hij gemakkelijk op in zijn besneeuwde omgeving. De huid is zwart en rust op een onderhuidse vetlaag van 10 cm dik.

Feesten en vasten IJsberen in het wild worden 25 tot 30 jaar oud. Hun leven schommelt tussen feesten en vasten. De ingewanden zijn aangepast aan de verwerking van vet, wat gemakkelijker is te verteren dan vlees en meer calorieën levert. Bij gebrek aan voedsel vertraagt het metabolisme. Het hoofdvoedsel is zeehond, soms ook beloega of narwal. In geval van nood jaagt de ijsbeer op walrussen, maar daarbij is de kans op verwondingen groot. Hij ruikt zijn prooi tot 1 km ver of 1 m onder het ijs. IJsberen zijn solitare dieren, behalve voor de voortplanting en moeders met welpen. Ze komen echter samen rond grote voedselvoorraden zoals dode walvissen.

Ook in de herfst komen ze bij elkaar in zogeheten 'transitiezones', zoals de zuidwestelijke Hudsonbaai en Churchill in Canada, in afwachting van het nieuwe zeeijs, waardoor ze bij onder het ijs zwemmende ringelrobben kunnen komen. De territoria zijn groot. IJsberen bij de Canadese Arctische Eilanden hebben een gemiddeld activiteitsgebied van 50.000–60.000 km 2, maar dichter bij de Beringstraat verplaatsen de beren zich over 350.000 km 2 .

winterse geboorten IJsberen krijgen om de twee à drie jaar jongen – een van de laagste geboortecijfers van alle zoogdieren. De paartijd duurt van eind maart tot mei, maar de embryo's komen pas in de herfst tot ontwikkeling. Drachtige berinnen moeten in de zomer zo'n 200 kg extra aankomen om de winter te overleven, als ze soms wel acht maanden zonder voedsel moeten doen. Ze graven een kraamkamer in een sneeuwhelling op het zuiden, waar dan in het begin van de winter tussen één en vier welpen worden geboren. De meeste worpen bestaan uit tweelingen. Een volwassen berin houdt geen winterslaap in de ware zin van het woord, zij behoudt een veel hogere lichaamstemperatuur om voor haar jongen te zorgen. Toch eet ze niet en produceert ze geen urine en ontlasting in de maanden in het hol. Moeder en jongen komen pas in maart of begin april tevoorschijn, waarna zij de welpen voorgaat naar het zee-ijs om te jagen.

ijsberen kunnen even hard rennen als een olympische sprinter

◁ schijngevechT Jonge mannetjes zijn vaak aan het ravotten — sparren en elkaar omduwen terwijl ze op hun achterpoten staan. Deze mannetjes trekken soms weken of zelfs jaren samen op.

▶ wnF.nL/dieRenBoeK 1,8—2,8 m 400—680 kg kwetsbaar robben, vis, vogels, planten Z6P

noordelijke iJszee, noordcanada, noord-rusland

| 29


94 |

1,1—1,7 m 32—122 kg Bijna bedreigd Zoogdieren, reptielen, vogels FTF GLS TGLS

CentraalAmerika tot midden van Zuid-Amerika

▷ Op jacht Op zijn brede poten met behaarde voetzolen sluipt de jaguar geluidloos door de dichte vegetatie, Dankzij zijn gevlekte vacht gaat hij uitstekend op in de omgeving, waardoor hij ongezien op jacht kan gaan.


AmAZoneregenwoud

elk dier heeft een uniek vlekkenpatroon

Jaguar Panthera onca De grootste kat op het westelijk halfrond is het minst bestudeerd – wetenschappers hebben geen idee hoeveel jaguars er in het wild leven. Dit geheimzinnige dier zwierf ooit door de bossen van het zuidwesten van de VS tot Argentinië, maar bewoont nu nog maar 45 procent van zijn oorspronkelijke verspreidingsgebied, als gevolg van menselijk ingrijpen. Tegenwoordig komt hij alleen nog in 19 Latijns-Amerikaanse landen voor.

diepe borst

korte krachtige poten

Het mannetje kan met één enkele beet een bot of schildpadschild doorboren

Uitstekende rover Dit schoolvoorbeeld van een opportunistische jager eet allerlei soorten zoogdieren, van herten en pekari’s tot coati’s en apen, en daarnaast insecten, vissen, vogels, kaaimannen, anaconda’s en eieren. Er is maar één, recent, voorbeeld bekend van een jaguar die een mens verorberde. Als hun leefgebied door menselijk toedoen wordt ingeperkt, jagen jaguar echter ook op vee en huisdieren. De kaken van dit efficiënte roofdier zijn zo sterk dat het de schedel van zijn prooi ermee kan doorboren. De jaguar jaagt doorgaans bij zonsondergang en -opkomst, omdat zijn gevlekte vacht dan de meeste camouflage biedt, maar waar mensen zijn, is hij meer ’s nachts actief. Een volwassen mannetje heeft een territorium

△ Vaardige zwemmer Dankzij hun sterke poten kunnen jaguars goed zwemmen — er is een geval bekend van een jaguar die een rivier overstak om een kaaiman aan te vallen die op een zandbank lag te zonnen..

▷ aan de waterkant De jaguar wordt vooral als een oerwoudbewoner beschouwd, maar hij kan zich aan bijna elk biotoop aanpassen, mits er water en voedsel in de buurt zijn. In het wild worden jaguars gemiddeld 10—12 jaar oud.

van 260 km2 om in te jagen – dit kan uiteenlopen van vochtig regenwoud, droge naaldbossen, moeras, struwelen en savanne tot woestijn. Net als leeuwen en tijgers kunnen jaguars brullen, maar ze communiceren vaker met kuchen, grommen, blazen en laag gekreun. Deze solitair levende dieren zoeken elkaar alleen op om te paren. Vrouwtjes werpen 1–4 jongen. Deze worden geboren met hemelsblauwe ogen, die binnen een paar weken groengoud kleuren. Jongen zijn met 15 maanden zelfstandig maar blijven soms in het territorium van hun moeder tot ze ca. twee jaar oud zijn. Zo’n 6 procent van de jaguars heeft een genetische mutatie waardoor hun vacht erg donker is, al blijven de karakteristieke rozetten zichtbaar.

| 95



serengetivlakte

| 203

naar voren gebogen slagtanden

slurf eindigt in twee vingerachtige uiteinden

Savanneolifant

Loxodonta africana africana De savanneolifant, het grootste landdier ter wereld, baant paden in dicht kreupelhout, trekt struiken uit en graaft waterpoelen. Ze helpen ook bij de instandhouding van bossen door de zaden uit te scheiden van vruchten die ze eten – veel boomsoorten zijn voor hun overleven afhankelijk van olifanten. Het leefgebied van de olifant wordt snel kleiner door de toename van de bevolking. Minder dan een eeuw geleden zwierven er 3–5 miljoen olifanten door Afrika, maar tegenwoordig leven er naar schatting nog 415.000 exemplaren in gefragmenteerde gebieden ten zuiden van de Sahara. Er sterven jaarlijks meer olifanten door de jacht en ivoorstroperij dan er geboren worden.

Complexe anatomie De kop van de savanneolifant kan wel een halve ton wegen en zijn hersenen zijn groter van enig ander landdier – vier keer de omvang van het menselijk brein. De slurf – een combinatie van bovenlip en neus – bevat wel 40.000 spierbundels. De slurf is zo soepel dat een olifant een vrucht ter grootte van een druif kan plukken zonder hem te beschadigen, en een tak van 30 cm dik kan weggooien. De olifant gebruikt zijn slurf om te ademen, te eten, te drinken, te ruiken, te tasten en te liefkozen.

Olifanten verzorgen hun gewonde verwanten De enorme oren zitten vol bloedvaten die overtollige warmte uitstralen, en de slagtanden dienen om de schors en takken van bomen los te scheuren en ter verdediging. Zowel mannetjes als vrouwtjes hebben slagtanden, maar die van het vrouwtje zijn korter. De olifantensamenleving is zeer sociaal en op families gebaseerd, met een vrouwtje, de matriarch, dat verwante vrouwtjes en kalveren leidt. De laatste zijn 8–10 jaar afhankelijk van hun moeder. Vrouwtjes blijven bij hun geboortekudde; de meeste mannetjes gaan weg als ze ca. 14 jaar zijn, waarna ze zich aansluiten bij een vrijgezellenkudde en alleen met vrouwtjes in contact komen om te paren. Olifanten communiceren intensief met geluiden, van hoog gepiep tot voor mensen onhoorbaar infrageluid. Het diepe gerommel draagt tot meer dan 3 km ver in de lucht en tot 10 km door de grond; de dieren nemen de trillingen waar met hun poten en slurf. ▶ Wnf.nL/dierenBoeK

▷ verfrissende douChe Baden na het drinken is een normale activiteit. Olifanten gebruiken hun slurf om zichzelf en anderen met water te besproeien.

◁ maChtig mannetje Een volgroeide mannetjesolifant met enorme slagtanden is een formidabele tegenstander, die met snelheden tot 40 km/u kan aanvallen.

4—5 m 4—6 ton kwetsbaar gras, vruchten, bloemen T TMEG MEG

afrika ten zuiden van de sahara


25 6 | azië

één hoorn van gemiddeld 25 cm bij beide seksen

Indische neushoorn Rhinoceros unicornis Van de vijf neushoornsoorten is de Indische na de in Afrika levende witte neushoorn de grootste. Van alle soorten voelt hij zich het meest thuis in het water. De Indische neushoorn is een goede zwemmer, die ook graag door de modder rolt. Zijn 4 cm dikke huid vertoont diepe, met knobbels bezette platen, waardoor het lijkt of hij een pantser heeft. Aan land is hij verbazingwekkend behendig: hij bezit grote wendbaarheid en kan hard lopen. Deze neushoorn kan slecht zien en vertrouwt op zijn gehoor en uitstekende reukvermogen om zijn omgeving te verkennen. Met zijn enigszins overhangende bovenlip kan hij grassprieten grijpen.

Nog altijd bedreigd Door aangescherpte beschermingswetten is het aantal Indische neushoorns uitgegroeid van minder dan 200 aan het begin van de 20ste eeuw tot ruim 3000 in het wild levende exemplaren. Stropers vormen nog altijd een probleem, ook al heeft de Indische neushoorn een relatief kleine hoorn – die hij meestal gebruikt om voedsel te zoeken. jong zonder hoorn ▶ WNF.NL/DIERENBOEK 3,4—3,5 m 2000 kg Kwetsbaar Grassen, struiken, vruchten F FGL GL

zuid-azië (stroomgebied van de Terai en Brahmaputra)


257

Indische antilope Antilope cervicapra

△ vREDIg BEstaaN De Indische neushoorn leeft doorgaans solitair, maar soms poedelt of graast hij vredig met een paar soortgenoten, als er voldoende voedsel is. ▽ IN DE BuuRt BLIjvEN Een neushoornkalf is kwetsbaar voor vijanden als de tijger en blijft de eerste twee jaar dicht bij zijn moeder.

alleen haar op de rand van de oren, het einde van de staart en als wimpers boven de ogen

Deze antilope was ooit het talrijkste Indiase hoefdier, maar is door verlies van leefgebied en de jacht op veel plaatsen uitgestorven. In reservaten gaat het beter en er zijn populaties in Argentinië en Texas geïntroduceerd. Het mannetje, met spiraalvormige hoorns, is groter en donkerder dan het vrouwtje. Een kudde kan uit beide seksen, vrouwtjes met jongen of mannetjes bestaan.

Gaur Bos gaurus

1,2—1,3 m 25—35 kg Bijna bedreigd Gras, peulen G G zuid-azië ▽ WaaRchuWINgsspRONg Een hoge sprong duidt op gevaar; lagere volgen als de kudde zich met soms wel 80 km/u uit de voeten maakt.

de halskwab onder de kin steekt uit tussen de voorpoten

De gaur, een van de grootste en zwaarstgebouwde runderen, leeft meestal in een kudde van vijf tot twaalf exemplaren, geleid door één stier. Normaal is hij overdag actief, maar als er jagers in de buurt zijn, gaat hij over op een nachtelijk bestaan. zware nekplooien bieden bescherming

puntige hoef

2,5—3,3 m 650—1000 kg Kwetsbaar Grassen, fruit, twijgen, bast F FGM GM zuid- en zuidoost-azië

◁ gEvaaRLIjKE hOORNs Zowel de koeien als de stieren hebben soms wel 60 cm lange kromme hoorns. Helaas zijn deze in trek bij jagers.


26 0 | azië

▶ wnF.nL/DierenBOeK 1,4—2,8 m 125—240 kg Bedreigd Herten, wilde zwijnen, vogels F FTGLS TGLS

zuid- en Oost-azië

▷ gevecht in het water De tijger leeft vaak solitair. Als een vreemde tijger zijn geursporen negeert en zijn territorium binnendringt, raken de dieren vaak in gevecht.


Terai-DuarSavanne

de tekening van iedere tijger is uniek

Bengaalse tijger

de staart houdt hem tijdens het springen of klimmen in evenwicht

met zijn krachtige klauwen kan hij zijn prooi stevig vastgrijpen

Panthera tigris tigris De tijger is de grootste katachtige. Er zijn nog zes ondersoorten over, waarvan de Bengaalse het talrijkst is. Hij leeft in bos- en mangrovegebieden in India en Bangladesh. Zijn vacht is dieporanje, zijn buik, borst, keel en delen van zijn gezicht zijn wit en hij heeft donkere strepen. De Siberische tijger (Panthera tigris altaica), die noordelijker in de naaldbossen van Siberië voorkomt, is de grootste van de zes. Hij heeft de lichtste kleur en de langste en de dikste vacht, waarmee hij de ijskoude winters goed doorkomt. De zuidelijkst levende ondersoort, de Sumatraanse tijger (Panthera tigris sumatrae), is de kleinste: hij is ruim 30 procent kleiner en ongeveer 50 procent lichter dan zijn noordelijke soortgenoten.

verassende aanvaller Tijgers leven met name ’s nachts, maar waar ze niet gestoord worden door menselijke activiteit jagen ze overdag. Een tijger gebruikt zijn reukvermogen en gehoor om een prooi op te sporen. Met zijn enorme kracht en snelheid kan hij het opnemen tegen een prooi die even groot of zelfs groter is. De Bengaalse tijger jaagt vaak op hoefdieren als de gaur, sambar, axishert en wild zwijn, die hij verscholen door het struikgewas besluipt. Als hij ver genoeg is genaderd, zet hij de verrassingsaanval in, waarbij hij zijn schuilplaats verlaat

en zijn prooi met zijn gewicht tegen de grond werkt. Daarna geeft hij een dodelijke beet in de keel, waarbij hij de luchtpijp verbrijzelt. Zijn prooi sterft de verwurgingsdood of breekt zijn nek. Kleine prooien doodt hij meestal met een beet in de nek. De tijger sleept het kadaver in het struikgewas terug om het op te eten. Als het raak is, is het dodelijk, maar slechts één op de twintig tijgeraanvallen is succesvol.

solitaire katachtige Een volwassen tijger leeft solitair. Hij bakent zijn territorium af door met krabsporen op bomen en rotsen te maken en op opvallende plaatsen uitwerpselen achter te laten. Hij laat ook geursporen achter – urine, gemengd met een vettige substantie uit een geurklier onder zijn staart – en brult zo hard dat het 2 km verderop is te horen. Een tijgerin plant zich om de twee tot drie jaar voort en verspreidt dan een andere geur om mannetjes te lokken. Het tijgerpaar brult bij nadering naar elkaar, leeft een paar dagen samen en paart ongeveer 20 keer voor het uit elkaar gaat. Tijgerinnen werpt tot zes welpen, waarvan de helft nog geen twee jaar oud wordt. De overlevende welpen blijven maximaal twee jaar bij hun moeder om vanaf zes maanden van haar te leren jagen. Na vier à vijf jaar planten ze zich voort.

Tijgerwelpen voeren vaak oefengevechten om de snelheid en behendigheid te krijgen die ze als volwassen dier nodig hebben △ sumatraanse tijgerin met weLp De kleinere Sumatraanse tijger (Panthera tigris sumatrae) heeft zich aangepast aan zijn leven in het struikgewas van de mangrovebossen van Sumatra.

| 261


3 4 6 | australazië

Groene zeeschildpad Chelonia mydas De op een na grootste zeeschildpad ter wereld (na de lederschildpad) leeft meestal solitair, van het ene foerageergebied naar het andere zwemmend. Volwassen dieren eten zeegras met hun tandeloze, hoornige, scherpe bek, waarvan de onderrand gezaagd is. Op jonge leeftijd zijn ze deels carnivoor en eten ze kwallen, kreeftachtigen, wormen en sponzen. Groene zeeschildpadden hebben een gestroomlijnd, druppelvormig rugschild. De naam is afgeleid van de laag groen vet tussen het schild en de organen. De schildpadden zwemmen door de voorvinnen roeiend te bewegen, terwijl de kortere achtervinnen als roer dienen. Hun kruissnelheid is 2–3 km/u, zodat ze tijdens het migreren tot 80 km per dag afleggen, maar bij gevaar kunnen ze wel 30 km/u halen. Rustend onder water kunnen zeeschildpadden hun adem meer dan vijf

lange voorpoten, gemodificeerd tot vinnen

uur inhouden, maar tijdens het foerageren en migreren komen ze elke 3–5 minuten boven water. Ze slapen meestal onder een richel of op de zeebodem.

Verschillende populaties In de Grote en Atlantische Oceaan leven twee populaties. De dieren leggen grote afstanden af tussen de foerageer- en voortplantingsgebieden, tot wel 8000 km per jaar. Als ze volwassen zijn, keren ze terug naar hun geboortestrand. De mannetjes doen dat elk jaar en de vrouwtjes elke 2–3 jaar. Honderden dieren komen 1–2 km voor de kust bij elkaar om te paren. Het vrouwtje kruipt ’s nachts het zandstrand op, graaft een kuil, legt 100–200 eieren, vult de kuil met zand en keert terug naar zee. Afhankelijk van de temperatuur komen de eieren 45–70 dagen later uit.

1—1,2 m 65—130 kg Bedreigd zeegras, zeewier Z Z6 6

Gematigde en tropische zeeën in de hele wereld


Great Barrier reef

| 3 47

Schildpadkopzeeslang Emydocephalus annulatus Met zijn hoge snuit, stompe kop en scherpe kaakranden kan deze voedselspecialist goed zijn eten bij elkaar schrapen: viseitjes, afgezet in nesten op de zeebodem. Anders dan de meeste zeeslangen hoeft hij zijn prooi niet eerst uit te schakelen, daarom heeft hij gereduceerde gifklieren en giftanden kleiner dan 1 mm. Elk dier leeft in een klein gebied en onthoudt waar en in welk seizoen er eitjes zijn afgezet.

60—120 cm tot 1,5 kg algemeen Viseitjes O O filipijnen, timorzee, Koraalzee

▽ lange long Met één long over bijna de hele lengte van zijn lichaam kan de zeeslang twee uur onder water blijven.

Maanvis △ paren op het rif Mannetjes en vrouwtjes zijn even groot, maar de mannetjes hebben een langere staart. Rivaliserende mannetjes bijten en slaan met de vinnen. De winnaar achtervolgt het vrouwtje en grijpt haar schild dan met zijn duimklauwen vast om te paren.

◁ rennen Voor je leVen Jonge schildpadjes op weg naar zee vormen een feestmaal voor krabben, hagedissen, slangen, meeuwen en andere predators. In de zee wachten nog meer gevaren, zoals haaien, makrelen en dolfijnen.

Mola mola Na een diepe duik naar voedsel komt de zwaarste beenvis ter wereld boven om zich plat op zijn zij in de zon op te warmen. Zijn aaneengegroeide tanden vormen een ‘snavel’, die dient om kwallen te vangen en voedsel in stukken te rijten. Het vrouwtje zet meer eitjes af dan vrijwel enig ander dier – tot 300 miljoen stuks.

tot 4 m tot 2 ton Onbekend Kwallen 6 6 filipijnen, timorzee, Koraalzee

△ wrikkende Voortbeweging De staart van de maanvis is gereduceerd tot een vlezige franje. Hij zwemt door zijn lange rug- en aarsvin heen en weer te bewegen.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.