15 minute read

Verzamelen van data biedt ondernemer legio kansen

Jeroen Duijsens >

Advertisement

< Elianne Demollin-Schneiders

Elk bedrijf, of het nu klein of groot is, beschikt over productiegegevens, klantgegevens, pintransacties en verkoopcijfers. Toch verzamelt en analyseert slechts een klein aantal bedrijven deze data. Dat is jammer, vindt Elianne Demollin-Schneiders, projectleider MKB Datalab Limburg op de Brightlands Smart Services Campus in Heerlen.

Deze data bieden een ondernemer volgens haar namelijk legio kansen. “En dan is het wel goed om je basis op orde te hebben”, stelt Jeroen Duijsens, projectleider Expertisecentrum Cyberweerbaarheid. “Daarin vullen wij elkaar mooi aan.” Elianne: “Door je eigen data te analyseren kun je bijvoorbeeld kijken waar je als ondernemer in je productie nog winst kunt behalen. Of dat er samenhangen zijn in het koopgedrag van je klanten die je niet meteen ziet. Dit geeft vaak zicht op nieuwe kansen. Moet ik als schoenenwinkel bijvoorbeeld mijn webshop uitbreiden, of moet ik juist een combinatie met andere producten zoeken of mijn assortiment inkrimpen?”

ONDERSTEUNING

Het MKB Datalab Limburg, dat gesubsidieerd wordt door de Provincie Limburg en het ministerie van EZK, geeft praktische ondersteuning door de inzet van studenten, masterclasses en training op het gebied van digitale transformatie en data-analyse voor ondernemers. “Ondernemers die voor een begeleidingsproject van het MKB Datalab in aanmerking komen, zijn in de regel liever bezig met de

de activiteiten in hun bedrijf dan met cijfertjes en de boekhouding. Daardoor hebben ze vaak geen zicht op wat die cijfers hun kunnen vertellen”, weet Elianne uit ervaring. “Terwijl zulke informatie heel waardevol is voor het economisch vitaal houden van een onderneming.”

Doel van het MKB Datalab Limburg is om samen met mbo- en hbo-studenten, en studenten van de Universiteit Maastricht en de Open Universiteit, in drie jaar tijd 750 mkb-ondernemers te ondersteunen met digitaliseringsvragen en data. Dat gebeurt door middel van stages, trainingen of workshops/masterclasses. Bedrijven die drie jaar of ouder zijn en tussen de twee en vij ig medewerkers hebben komen hiervoor in aanmerking. Het MKB Datalab Limburg gaat uit van drie soorten bedrijven die hulp kunnen gebruiken. Bedrijven die niet bezig zijn met digitalisering en ook geen zicht hebben op databronnen in hun bedrijf. Daarnaast heb je bedrijven die graag met hun data-bronnen aan de slag willen, maar geen zicht hebben op de kosten van ict en so ware-ontwikkeling, als ze dit gaan doen. Als derde zijn er bedrijven die kort voor de stap staan om met digitalisering en data aan de slag te gaan, maar waar speci eke kennis ontbreekt.

CYBERWEERBAARHEID

Nu hee digitalisering naast het grijpen van kansen en het zien van mogelijkheden ook een andere kant en dat is het binnen de perken houden van digitale risico’s. “De twee kun je eigenlijk niet los van elkaar zien”, vult Jeroen Duijsens aan. “Als Expertisecentrum werken we samen met Gilde Opleidingen en het Vista College. Samen met studenten en een security specialist brengen we aan de hand van een uitgebreide checklist de digitale omgeving van een bedrijf in kaart. Uit die scan komt een prioritering; waar levert een investering in cybersecurity het meeste op? De afgelopen maanden zijn door de coronacrisis veel meer mensen thuis gaan werken. Dan zit je als werknemer in een relatief minder veilige omgeving en moet je als bedrijf andere maatregelen treffen. Een antivirus hebben de meeste bedrijven wel geregeld, maar het is ook belangrijk dat er updates op de thuiswerkplek worden geplaatst. Net als een veilige verbinding. Of goede afspraken over het op de eigen pc werken met bedrijfs les.”

Het valt Duijsens op dat met name kleine ondernemers het risico van digitale criminaliteit behoorlijk onderschatten. “Hier valt niets te halen wordt dan geredeneerd. Maar je moet denken als een hacker, die weet vaak zelf ook niet wat er te halen is. Hij probeert gewoon. En dat proberen is in hoge mate geautomatiseerd. Het kost weinig moeite. Het digitaal aanvallen van een website, zodat deze compleet plat komt te liggen, is vrij eenvoudig. Ben je als bedrijf a ankelijk van online verkopen en je webshop gaat plat, dan is dat heel vervelend en kostbaar”, benadrukt Duijsens. “Net als een klant die door jouw bedrijf met een virus besmet raakt.”

Ondernemers die graag een digitale stap verder willen of een scan van hun digitale veiligheid willen laten maken, kunnen voor informatie contact opnemen met Mireille Jongen van MKB Datalab Limburg via info@digitalewerkplaatsen.nl. De diensten van MKB Datalab zijn gratis. De scan van ECCW kost 75 euro. De eerste 25 bedrijven die zich aanmelden voor een scan krijgen deze gratis. <<

René Rademaker (Eigenaar Landbouwwinkel.nl in Mechelen)

‘Als landbouwwinkel zijn we erg afhankelijk van ICT. Daar staat of valt alles mee. Onze klanten komen op basis van vertrouwen. Dat is ook de reden dat we het Expertisecentrum Cyberweerbaarheid hebben gevraagd om met name naar het dieperliggende stuk ICT te kijken, waar wij zelf de expertise niet voor hebben. Er was een aantal punten van aandacht, maar het meeste bleek in orde. Een gerust gevoel!’

Roy Simons (Directeur installatiebedrijf Hesi in Heerlen)

‘Binnen ons bedrijf hebben we een berg aan informatie beschikbaar. De hoeveelheid data is echter zo divers, dat het soms onoverzichtelijk lijkt. Dit is ook de reden van de samenwerking met MKB Datalab Limburg. Samen kijken we naar het intensiever benutten van de mogelijkheden. Maar ook naar het ontsluiten van de data, zodat we onze klanten nu en in de toekomst optimaal kunnen blijven bedienen.’

‘Met dromen kun je geen geld verdienen’ John Roks is twee keer per maand vijf dagen in Oostenrijk. Niet om bergen of zwarte pistes te bedwingen, maar om te bemiddelen tussen kopers en verkopers van horecavastgoed en de bijbehorende exploitatie. De kopers komen met name uit Nederland en België, maar ook uit Duitsland, Italië, Hongarije, Engeland en natuurlijk Oostenrijk zelf.

John Roks >

Bergland Immobilien, met kantoor in het Oostenrijkse Innsbruck (Tirol) en het Limburgse Valkenburg, startte John Roks (65) vlak na de eeuwwisseling. Zijn broer was in de jaren zeventig van de vorige eeuw naar Oostenrijk geïmmigreerd om daar een horecagelegenheid uit te baten. “Achter het pand lag nog een groot stuk bouwgrond. Mijn broer wilde daar graag iets mee doen, maar had er totaal geen tijd voor. Ik heb toen de grond gekocht, er woningen op gebouwd en deze weer verkocht. Dat deed ik samen met de zoon van mijn broer die een studie tot Akademischer Immobilienmanager had afgerond. Het was de start van Bergland Immobilien.” Dat niet ieder land dezelfde regels en gewoonten heeft qua aan- en verkoop van vastgoed is niet direct een verrassing. Maar in Oostenrijk verschilt dit wel enorm ten opzichte van bijvoorbeeld Nederland. “Makelaar is in Oostenrijk geen vrij beroep”, legt Roks uit. “Je hebt een offi ciële makelaarslicentie nodig. Daarvoor is een studie op academisch niveau nodig. In Nederland kan iedereen als makelaar starten, dat heeft de markt kapot gemaakt. Er heerst een moordende concurrentie en op zijn zachtst gezegd beheerst niet iedereen het vak. Dat is in Oostenrijk anders, vanuit de regering is er branchebescherming. Je moet behoorlijk wat inspanning verrichten om je offi cieel makelaar te mogen noemen. Maar daar krijg je ook wat voor terug. Zo betaalt zowel de verkoper als koper zo’n 3% provisie aan de makelaar. In Nederland betaalt alleen de verkoper provisie en die ligt tussen de 1,5 en 2%.”

COMBINATIEVERKOOP

Dit komt de kwaliteit van aan- en verkoop ten goede volgens Roks. “In Nederland moet je zo’n 25 transacties per jaar per makelaar verrichten om een beetje verdienmodel te hebben. Dat betekent dus ‘massa’ en snelheid creëren. In Oostenrijk heb je deze aantallen niet nodig en kun je dus veel meer kwaliteit bieden.” Bergland Immobilien richt zich enkel en alleen op de verkoop van horecavastgoed en de bijbehorende exploitatie. “In Nederland zie je heel veel aan- en verkoop van alleen de exploitatie omdat het vastgoed in handen is van brouwerijen of investeerders. In Oostenrijk is bijna alle horecavastgoed in handen van particulieren. Van generatie op generatie overgedragen. Tegenwoordig is de opvolging vaak een probleem, waardoor het dus een combinatieverkoop van pand en exploitatie wordt.”

GEBRUIKEN EN GEWOONTES

John Roks heeft na zijn opleiding aan de Hoge Hotelschool gewerkt voor Hilton, Sheraton en Marriot), studeerde nog bedrijfseconomie en was 10 jaar eigenaar van Heuvelland Makelaars. Een ideale combi om in het horecavastgoed aan de slag te gaan. “Dat is het zeker”, beaamt de makelaar. “Maar gebruiken en gewoontes van een ander land kennen is nog veel belangrijker. Oostenrijk is een zeer conservatief land. Een verkoop houden ze het liefst stil. De meeste verkopers willen al helemaal geen bord in de tuin. Zo’n 60% van mijn portefeuille behoort tot de zogenoemde ‘stille verkoop’. Wie in Oostenrijk wil kopen, moet dat echt via een makelaar doen. Makelaars onderling hebben ook goede contacten. Wij weten wat er op de markt te koop is. Ga ook nooit zonder afspraak even ‘stiekem’ het pand bekijken. En mocht de eigenaar toevallig rondlopen, hem ook nog aanspreken. Dan kun je de deal al bijna vergeten. Dan worden ze stug en krijg je als het ware ‘straf’. Een bod moet ook altijd schrift elijk worden uit gebracht. Je krijgt vervolgens te horen ‘goed’ of ‘niet goed’. Geen tegenbod dus. Hoor je niets meer, dan weet je dat je veel te laag bent gegaan en zijn de onderhandelingen klaar. Kom je wel tot een deal, laat dan de burgemeester gelijk weten dat jij gekocht hebt. Hij wil tegen iedereen die hem erop aanspreekt kunnen zeggen: ‘Dat wist ik al, ik heb al met de nieuwe eigenaren gesproken’. Ga je met een bank in gesprek, praat dan ook nooit over het realiseren van een droom. In Oostenrijk zeggen ze: ‘Met dromen kun je geen geld verdienen.’ Je moet zo’n gesprek dus zeer zakelijk aangaan.”

GEEN ‘SPIELEREI’

Ook lawinegevaar, hoogwater of modderstromen zijn zaken waar je rekening mee moet houden bij de aankoop van vastgoed in Oostenrijk. Staat je pand in een gele zone dan moeten je ramen bestand zijn tegen lawinedruk. Zitten die er niet in, krijg je al gelijk met een fi kse investering te maken. “Van al dit soort zaken zijn wij op de hoogte. Zo moet je ook altijd kijken hoe je pand ligt ten opzichte van het westen. Uit die richting komt meestal de wind en dus de sneeuw. Ook kadastraal onderzoek is geen overbodige luxe. Conform de Oostenrijkse wet moet je 4 meter uit de perceelgrens blijven met bouwen. Maar vaak werd in het verleden mondeling toestemming tussen buren verleent. Koop je zo’n pand en de ander komt terug op zijn beslissing, kun je gaan afb reken. Kortom het lijkt allemaal gemakkelijk om op eigen houtje de markt te verkennen, maar als je geen weet hebt van de wetten en de gebruiken kan de aankoop in een nachtmerrie eindigen. Emigreren is geen ‘Spielerei’ zeg ik altijd.” <<

Als je geen weet hebt van de wetten en de gebruiken

kan de aankoop een nachtmerrie worden.

Het Sittardse bedrijf BCT, gelegen aan het Hub Dassenplein, bouwt al vijfendertig jaar EIM-software. Het structureert informatiestromen waardoor informatie transparant en gestructureerd wordt opgeslagen, om later veilig en gemakkelijk terug te vinden.

Dimitri Palmen >

Digitale volwassenheid is essentieel

BCT werkt met honderdveertig medewerkers aan het bouwen, vermarkten en implementeren van soft ware op basis van Enterprise Information Management. Dimitri Palmen, directeur: “We maken deze soft ware voor ongestructureerde informatiestromen. Hierdoor wordt informatie transparant, gestructureerd en compleet terug te vinden. Want het duurzaam, veilig en verantwoord omgaan met informatie is van belang voor de hele organisatie.”

VAARDIGHEDEN ZIJN CRUCIAAL

Door de veelheid van virtuele vergaderingen vreest Palmen dat er veel informatie verloren gaat. “Wat blijft er over aan vastgelegde informatie na een overleg? Voor corona bestond een werkdag uit een paar afspraken. Daarna was er vaak tijd over om dingen te verwerken. Nu zit men de hele dag in videovergaderingen. Komen we nog wel tot rust? Mensen beginnen eerder, stoppen later. Er wordt minder afgeschakeld.” Sinds de pandemie zijn digitale vaardigheden nog belangrijker geworden. Palmen: “Bij het verbeteren van digitale vaardigheden en systeemimplementaties krijg je te maken met drie onderling samenhangende aspecten: systeem, processen en de menselijke factor. De menselijke factor heb je nodig voor het bereiken van de gewenste situatie. Verandertrajecten duren bovendien lang. Grote bedrijven in België hebben bijvoorbeeld anderhalf jaar de tijd genomen om mensen mee te nemen richting de nieuwe situatie. Daarna werkten we twee jaar aan de implementatie. Doordat ze tijd hadden geïnvesteerd in de mindset zag je mensen gemakkelijker mee veranderen.”

teren van digitale vaardigheden en systeemimplementaties krijg je te maken met drie onderling teem, processen en de menselijke factor. De menselijke factor heb je nodig voor het bereiken van de gewenste situatie. Verandertrajecten duren bovendien lang. Grote situatie. Daarna werkten we twee jaar aan de implementatie. Doordat ze tijd hadden geïnvesteerd in de mindset zag je mensen gemakke-

DIGITAAL DENKEN

Corona dwong velen binnen twee weken digitaal te werken. Er werd veel gewisseld tussen tools. “Je zag het gebeuren”, zegt Palmen. “Dit werkt niet, hup, we gaan met een andere tool aan de slag. Mensen werden er gek van. Sommigen zijn na negen maanden in een vergadering nog steeds een kwartier bezig met het instellen van hun camera. Ook krijgen bijvoorbeeld (semi-)overheden te maken met mensen die digitaal minder vaardig zijn. In België kun je online een nieuw paspoort bestellen, maar als dit sommigen niet lukt, kunnen ze terecht bij een balie. Dit is andersom gedacht. Werkgevers kunnen medewerkers ondersteunen in het juist en veilig gebruiken van deze tools. Er wordt digitaal gewerkt, maar nog niet digitaal gedacht. Digitale volwassenheid is echter een organisatie-brede verantwoordelijkheid. Als er geen duidelijke kaders zijn, blijft het een wirwar van systemen en applicaties waar men geen wijs uit komt.”

DIGITALE VOLWASSENHEID

Wat betreft het niveau van digitale volwassenheid ligt de keuze bij de opdrachtgever. BCT maakt analyses voor klanten die de volgende stap willen maken in hun digitale transitie. “Dit kan bijvoorbeeld door over te stappen naar cloud-based oplossingen”, legt Palmen uit. “Iedere fase begeleiden we. Zo maakt de klant steeds gebruik van een mogelijkheid die passend is bij de mate van digitale volwassenheid. We werken bovendien al jaren samen met partners. Samen met hen zorgen we ervoor dat verschillende soft warepakketten met elkaar communiceren. Je kunt immers nog zo’n mooie soft ware hebben: als dit niet geregeld is, loop je vast.”

REVOLUTIE

BCT werkt onder andere voor (semi-)overheid, de gezondheidszorg en zakelijke dienstverlening. Volgens Palmen merkt zijn bedrijf zeker verschillen tussen de sectoren. “In de zorg is werken op afstand bijna onmogelijk. In het onderwijs heeft men snel moeten bijleren hoe digitaal te handelen. In het bedrijfsleven is de noodzaak het bestaansrecht. Iedereen moet creatief zijn. Corona zorgt voor een digitale revolutie. Het is survival of the smartest: Hoe snel, fl exibel en slim kun jij je aanpassen aan veranderingen?”

RISICO’S BEPERKEN

“Ook wij hebben lessen geleerd van corona”, vertelt Palmen heel eerlijk. “Contact houden met personeel op afstand is een uitdaging. Een slechtnieuwsgesprek via beeldscherm voeren is bijna onmogelijk. In ons pand hebben we de lekkerste koffi e beneden staan. Bewust, zodat we elkaar daar zouden treff en. Dat mis je nu. Als je via een scherm aan elkaar vraagt hoe het gaat, wordt vaak snel overgeschakeld tot de orde van de dag. Toch went het ook wel. Zo hebben we voor het eerst digitaal iemand aangenomen. Ook hoor je van andere bedrijven dat ze een dagelijkse video stand-up doen. Er is meer mogelijk dan we ooit hadden kunnen bedenken. Ons pand was al grotendeels ingericht als een ontmoetingsplek. We werken volgens de richtlijnen. We sturen veel op thuiswerken om zoveel mogelijk risico´s te beperken. Maar af en toe moet je elkaar ontmoeten. Collega’s die meer naar buiten gericht zijn zoeken sneller contact met collega’s of leidinggevende. De mensen die dat niet doen, wil je als werkgever juist niet over het hoofd zien.”

NA CORONA

Hoe gaan organisaties verder na corona? Palmen denkt dat branches die zich dit niet kunnen veroorloven, zullen zeggen: ‘Dit overkomt ons nooit meer’. “Maar in branches die het zich wel kunnen veroorloven, zullen een aantal organisaties teruggaan naar de oude manier van werken. Een voorbeeld: Bestuurlijke besluitvorming kan nu digitaal plaatsvinden door een tijdelijke wet. Waarom is deze wet niet permanent? Dat zou pas zorgen voor een doorbraak in digitalisering. Hoe meer vertrouwen organisaties krijgen in hun zelfredzaamheid en digitale vaardigheden, des te verantwoorder kan men omgaan met uitdagingen op het gebied van informatiemanagement. Nu, maar ook in de toekomst.” <<

Er wordt digitaal gewerkt, maar nog niet digitaal gedacht.

This article is from: