Portfolio wout collart 2008 2014 (ned)

Page 1

Portfolio Wout Collart 2008-2014


2


Inleiding

Portfolio Wout Collart [2008-2014] Na mijn master architectuur studeerde ik, Wout Collart, in juni 2014 met onderscheiding af in de stedenbouw en ruimtelijke planning aan de KU Leuven. Reeds in mijn architectuuropleiding was ik geboeid door grote en complexe programma’s, wat de aanleiding was om een tweede complementaire master te volgen, waarin ik de thematiek ‘van het grote aantal’ verder kon exploreren. Doorheen mijn opleiding heb ik een ruime, diepe en inspirerende kijk gekregen op het vlak van architectuur en stedenbouw, die ik natuurlijk verder wil toepassen op de werkvloer. In mijn portfolio vindt u mijn curriculum vitae, een selectie van projecten die de chronologie van mijn opleiding volgt en waarin mijn visie en stijl ten uiting komt, en tot slot een aanbevelingsbrief.

3


4


Curriculum Vitae PERSOONLIJKE GEGEVENS: Naam en voornaam Adres Gsm E-mail Geboorteplaats

OPLEIDING: 2012-2014 2007-2012 2001-2007

WERKERVARING EN WORKSHOPS: 2014 2014 2012 2010 2008-2014

TAALKENNIS: Nederlands Engels Frans IT: Autocad Adobe Photoshop Adobe Indesign Google SKetchuo Word/Excel PERSOONLIJKE INTERESSE: Architectuur Meubelontwerp

Collart Wout Leopold Decouxlaan 45 3012 Leuven +32 (0) 473/81.69.04 wout.collart@gmail.com 25 juli 1989 Leuven, België

Stedenbouw en Ruimtelijke Planning (LUCA) te Gent Architectuur (LUCA) te Brussel. Masterspecialisatie: Advanced Architectural Design (AAD) Economie – Moderne talen (ASO) Sint-Pieterscollege te Leuven.

The Big Reset on Neighbourhood Design, Amsterdam (IP). Masterclass, Atelier Groen Lint, Oostende. Bouw van een Hyperbolic Dome. De koepel stond op diverse evenementen. Meegewerkt aan; Travel Guide: Tirana, the fast growing city. Diverse studentenjobs (o.a. bij aannemer, in architectenbureau, als animator, in het promoteam van de VRT) +++ (Moedertaal) ++ + +++ ++ ++ +++ + Stedenbouw Cultuurreizen

Literatuur Motoren

5


6


7 Projecten 1.

2.

3.

4.

5.

De zeven projecten die ik u wil voorstellen zijn het resultaat van verschillende ontwerpopdrachten uit mijn opleiding in de architectuur en stedenbouw. Vier projecten ervan zijn architectuuropdrachten, de overige drie zijn stedenbouwkundige opdrachten. De voorgestelde projecten staan gerangschikt van ‘s’ naar ‘XL’, conform de chronologie van mijn studie waarin de omvang van de projecten toenam, wat uiteindelijke leidde tot mijn keuze om mij ook verder in de stedenbouw te verdiepen. Binnen deze tweede master balanceerde de projecten op het raakvlak tussen architectuur en stedenbouw. Ter afsluiting stel ik u graag mijn masterthesis van Stedenbouw en Ruimtelijke Planning voor, waarmee ik met onderscheiding afstudeerde in 2014. Elk project wordt beknopt voorgesteld aan de hand van een korte tekst en beeldmateriaal. Enkel de essentiële punten van het ontwerp worden meegeven. Indien u meer informatie wenst, kom ik u graag mijn projecten verder toelichten. (1) 45m² woning: Balk doorheen het dak (2) Canal Houses: Nexus Housing aan de Coupure (3) 372units: Barcode (4) Museum aan het Kanaal: De kunstkast

6.

(5) Pendrecht: De wijkgedachte herdacht (6) Workshop Euralille: the experience of Bigness (7) Reprogramming monsters en engeltjes

Bordeaux:

Over

7.

7


8


45M² WONING

Balk doorheen het Dak

‘De balk’ is een extensie van een bestaand pand. Hij herbergt een woning, specifiek ontworpen voor een alleenstaande man. Het project focust op omgaan met restruimte en compact bouwen.

OPDRACHT: ONTWERP EEN 45M²-WONING IN EEN RESTRUIMTE TE SCHEARBEEK OPLEIDINGSJAAR: 2BA.AR. BEGELEIDING: EUGEEN LIEBAUT, JAN DE VYLDER LOCATIE: HAACHTSESTEENWEG 136, SCHAARBEEK TIJDSDUUR ATELIER: 6 WEKEN

Het project situeert zich in een ongebruikte ruimte in Schaarbeek en gaat op zoek naar de kwaliteit van die bestaande ruimte. De doorslaggevende factor bij de keuze van de site was het uitzicht op de Koninklijke SintMariakerk. De as van ‘de balk’ richt zich op het midden van de centraal bouw, wat een opmerkelijk waarneming oplevert vanop het terras en de aanliggende leefruimte. De zoektocht naar een uiterst compacte woning werd doorgetrokken in alle facetten van het project. Een maximale vloeroppervlakte van 45m² mocht niet overschreden worden. Met de beperkte ruimte werd in het ontwerp zo goed mogelijk omgegaan door haar multifunctioneel in te richten. De enveloppe van het gebouw, de ruimte-indeling en het materiaalgebruik werden samen als een geheel benaderd om zo een compacte woonst te concipiëren zonder in te boeten op de leef-kwaliteit van het pand. Het gewicht van de balk werd zo laag mogelijk gehouden door de draagconstructie functioneel te benutten. De connectie tussen het bestaande pand en de nieuwe woonst situeert zich in de nok van het dak, zonder bruikbare ruimte onder het dak in te nemen. In de centrale ruimte onder het dak werd de toegang tot de ‘balk doorheen het dak’ gecreëerd.

9


^N

10


11


12


CANAL HOUSES

Nexus Housing aan de Coupure

OPDRACHT: TRANSFORMEER EEN REEDS OPGELEVERD BOUWWERK (NEXUS HOUSING, FUKUOKA JAPAN, OMA) ZODAT HET OP EEN TOTAAL ANDERE SITE (COUPURE RECHTS) INGEPLAND KAN WORDEN OPLEIDINGSJAAR: 2BA.AR. BEGELEINDING: EUGEEN LIEBAUT, JAN DE VYLDER LOCATIE ONTWERP: GENT, COUPURE RECHTS. (BESTAAND GEBOUW: CANAL HOUSES VAN ROBBRECHT & DAEM ARCHITECTEN) TIJDSDUUR ATELIER: 6 WEKEN

Het woningbouwproject Nexus Housing van OMA, dat initieel voor Furkuoka bedoeld was, kreeg in deze opdracht op papier een tweede leven aan de Coupure in Gent. Om het gebouw in de nieuwe context in te passen, moest het herontwikkeld worden. Het project werd grondig geanalyseerd om het inherente gedachtegoed goed te vatten. Het herlezen en adapteren van het doordachte plan leidde tot nieuwe inzichten. Twee grote veranderingen -programmatorisch en cultureel- waren noodzakelijk. Programmatorisch was er geen nood aan winkelruimte aan de Coupure. Een interessanter alternatief was de ruimte onder de hoogst geplaatste woningen in te vullen met kantooroppervlakte. Die is niet op de straatkant gericht, maar op de tuinzijde van het project, waar een parkzone doorloopt. De parking voor bewoners en kantoorfaciliteiten werden onder het maaiveld gebracht. Daarnaast moesten de Japanse compacte woningen aangepast worden aan de Vlaamse standaard. De centrale patio, de kamerindeling en de opstelling van de individuele woning bleven ongewijzigd. De situering met uitzicht op het kanaal bracht de grootste verandering mee. Door alle woningen van daktuinen te voorzien en schuin boven elkaar te positioneren, werd een golvende dakconstructie gecreĂŤerd, die doorzichten tot aan het water garandeert.

13


14


372 UNITS

De Barcode

OPDRACHT: VOLLEDIGE VRIJHEID IN HET ONTWERP VAN DE WOONAANGELEGENHEDEN. DE ENIGE VEREISTE IS OMGAAN MET 372 UNITS. OPLEIDINGSJAAR: 1MA.AR BEGELEINDING: EUGEEN LIEBAUT, DIRK JASPAERT LOCATIE ONTWERP: CONTEXTLOOS. TIJDSDUUR ATELIER: SEMESTERWERK.

Het achterwege blijven van een concrete context –letterlijk het uitblijven van een site en cultuur voor de opdracht- stuurde aan tot het ontwerp van een universeel gebouw. Om een woonproject te ontwerpen waarmee praktisch iedereen zich kan relateren, werd geopteerd voor de universele barcode als concept. Het concept wordt doorgevoerd in de totaliteit van het project. Niet enkel de visuele herkenbaarheid is een vertaling van de barcode. De diverse ruimtewisselwerking die ontstaat tussen de streepjes en de tussenruimte, de ruimtelijke ervaring en de constructie vloeien voort uit het barcodeconcept. Elke streepjescode is uniek. De opeenvolging van verschillende streepjes en tussenruimte is voor elke code anders. Door de barcodes aan elkaar te schakelen –en dit kan tot in het oneindige doorgaanen boven elkaar te positioneren wordt een grote verscheidenheid gecreëerd in de opeenvolging van de streepjes en tussenruimte. Wanneer we dit concept in plan gaan lezen, waarbij één enkel zwart streepje als een unit gelezen wordt waarin een natte cel, constructief element of scheidingskast in schuilgaat en elke tussenruimte een kamer inhoudt die sterk verbonden is met de buitenruimte, ontstaat een plan met grote diversiteit inzake woontypologieën. De uitdaging van de opdracht een plan voor de 372 units werd gerealiseerd.

15


3 kamer - 2 badk. 200m² • • • • ••••••

2 kamer - 1 badk. 130m² • • • • ••••••

2 kamer - 1 badk. 130m² • • • • ••••••

7 kamer - 4 badk. •300m² • • • ••••••

5 kamer - 2 badk. 240m² • • • • ••••••

1 kamer - 1 badk. 110m² • • • • ••••••

3 kamer - 2 badk. 180m² • • • • ••••••

5 kamer - 3 badk. 220m² • • • • ••••••

niveau 6

niveau 5

niveau 4

niveau 3


3kamer - 2 badk. •180m² • • • ••••••

3kamer - 2 badk. 170m² • • • • ••••••

2 kamer - 1 badk. •140m² • • • ••••••

4 kamer - 2 badk. 210m² • • • • ••••••

niveau 2

niveau 1

maaiveld publieke ruimte

schaal 1 / 100 gelijkvloers

garage -1


18


19


20


MUSEUM AAN HET KANAAL

De Kunstkast

OPDRACHT: ONTWERP EEN MUSEUM (CULTUUR- EN ONTMOETINGSPLAATS) AAN HET KANAAL VAN BRUSSEL OPLEIDINGSJAAR: 2MA.AR. BEGELEIDING: EUGEEN LIEBAUT LOCATIE ONTWERP: KANAAL BRUSSEL, KRUISPUNT KOOLMIJNENKAAI EN SAINCTELETTE PLEIN TIJDSDUUR ATELIER: SEMESTERWERK

De Molenbeekzijde van het kanaal werd bewust gekozen voor de inplanting van het museum. Molenbeek, dat de grootste bevolkingsdichtheid in Vlaanderen heeft, zou niet moeten inboeten aan leefruimte, omdat de locatie vooral bouwval en restruimte betreft. Het museum zou een enorme culturele opwaardering bieden en het grote museumplein zou de openbare ruimte van de buurt aanzienlijk doen toenemen. Daarenboven is het een van de weinige plekken langs het kanaal waar het museumplein tot op de hoogte van het water kan uitgegraven worden. Het sober vormgegeven museumplein zou een rustpunt zijn in het dichtbebouwde weefsel. De silhouetten van de twee museumtorens vormen nieuwe blikvangers in de skyline van Brussel, bakens naar een minder populair stadsdeel. Het museum als attractieve trekpleister zou Molenbeek terug op het stadsplan van Brussel zetten. Het idee om een museum als kunstkast te ontwerpen stoelt vooral op de nieuwsgierigheid die een dergelijk meubel spontaan opwekt voor zijn inhoud. Die nieuwsgierigheid wil dit museumontwerp op een eigentijdse manier uitlokken om een zo groot mogelijk publiek aan te spreken. De twee torens en de ondergrondse zaal die beide aan elkaar verbindt, herbergen de verschillende toonzalen van het museum. De structuur van de museumtorens volgt zo getrouw mogelijk de structuur van een kijkkast. De museumtorens bestaan uit een betonnen verticale draagstructuur die de logge draagvlakken schraagt. De grote sterke overspanningen bieden een grote flexibiliteit inzake de vloerinvulling van het museum. In de stalen structuur die de stabiliteit verzekerd zijn de trappen, liftkokers, zonnewering, ventilatie en andere technische vereisten ondergebracht.

21




24


25




28


29


30


PENDRECHT

De Wijkgedachte herdacht Pendrecht is vanuit cultuurhistorisch oogpunt een mijlpaal in het denken over en de ontwikkeling van de wijkgedachte binnen grootschalige stedelijke uitbreidingen. De uitdaging van dit project ligt erin de inherente kwaliteiten van deze in 1953 abstract geplande stad van Lotte Stam-Beese –momenteel bestempeld als focuswijk- te transformeren en aan te passen aan de huidige noden en verwachtingen en concrete beleving van Pendrecht. Hiervoor werd op verschillende schalen gewerkt. OPDRACHT: ANALYSEER EN TRANSFORMEER PENDRECHT ZODAT HET EEN LEEFBARE, KWALITATIEVE WIJK WORDT. SCHETS DE WIJK EVENEENS IN ZIJN GROTERE ROTTERDAMSE CONTEXT OPLEIDINGSJAAR: 2MA.SRP BEGELEINDING: KAREL WUYTACK, STEVEN GEEREARTS LOCATIE ONTWERP: PENDRECHT, ROTTERDAM TIJDSDUUR ATELIER: SEMESTERWERK

Op de regionale schaal wordt Pendrecht duidelijk gelezen als een autonoom ontworpen entiteit met zijn specifieke ruimtelijke morfologie. Door in te zoomen op de volledige wijk wordt vanuit het model van de schervenstad gepleit om Pendrecht te behouden als een duidelijk leesbare entiteit in het landschap. Vanuit het model van de webstad wordt gefocust om rond Plein 1953 naast het wijkcentrum een nieuw programma van hoofdzakelijk winkels en dienstverlening toe te voegen ter versterking van de lokale economie zonder het sociale, open karakter van het Lotte Stam-Beese-plan in het gedrang te brengen. De publieke ruimte wordt op schaal van de verschillende wijken binnen Pendrecht bestudeerd. Binnen deze stempelwijk met zijn repetitieve karakter en zijn diagrammatische opbouw is de ruimtelijke ervaring zeer statisch. De publieke ruimte is niet meer dan een opeenvolging van onbenutte grasvelden die aan elkaar geschakeld zijn via speelstraten en waterpartijen. Het is de bedoeling deze publieke ruimte meer dynamisch te maken via een sequens van parallelle stroken met zeer diverse programma’s en beplantingen. Een verplaatsing door de wijk wordt niet meer gestuurd vanuit de meest efficiënte verbinding maar wordt een ontdekkingsreis doorheen afwisselende landschappen. De relatie tussen de publieke ruimte en de woongebouwen wordt in de laatste schaal behandeld. De voetprint van de vernieuwbouw wordt hoofdzakelijk behouden. De interactie tussen het gebouwde en de open ruimte blijft hierdoor volledig gedefinieerd door de verschillende stempels met elk hun identieke morfologische opbouw. Hier wordt onderzocht hoe kleine volumetrische toevoegingen deze stempels verbijzonderen. 31


Rotterdam Centraal

Zuidplein

Pendrecht

Carnisselande

32

Diffuus landschap

Verbindingsnetwerk


Schervenstructuur

Network - Patchwork

33


Pendrecht: Het plan van Lotte-Stam Beese

34


A A E C A B

A

D B

B

35


Functies in het wijkcentrum

Richting Zuidplein en Rotterdam Centrum

2

3

36


1/2000

37


De publieke ruimte in één wijk

1/1000

38


1/2000

39


1/8000

40


1/2000

41


De woonunits in ĂŠĂŠn stempel

1/500

42

17


1/500

43

27


Van een stempel- naar een strokenstructuur. De strokenstructuur is een nieuw dynamisch gegeven in de openbare ruimte. Het toevoegen van stroken met een duidelijk verschillende beplantingsdifferentiatie, een trage, kronkelende circulatie, waardoor een wandeling doorheen de wijk een ontdekkingsreis doorheen afwisselende landschappen wordt, en allerlei constructies die doorgangen en -zichten helemaal breken, dat alles zorgt voor een nieuwe beleving van de wijk. In de nieuwe compositie is er ruimte voor toe-eigening van de bewoners. Het verschillende karakter van de stempels biedt de mogelijkheid aan de bewoners zich aan een unieke plaats te hechten. Het centrum van het sociale gebeuren van elke buurt wordt tevens meer beschut van inkijk en snelverkeer.

44



46


WORKSHOP EURALILLE

The experience of Bigness

OPDRACHT: STUDIE OMTENT EURALILLE MET ALS EINDRESULTAAT EEN VIDEOFRAGMENT TERUG TE VINDEN OP HTTP://VIMEO.COM/92725630 OPLEIDINGSJAAR: 2MA.SRP BEGELEINDING: KAREL WUYTACK, CATHERINE MENGÉ LOCATIE ONTWERP: EURALILLE, LILLE, FRANKRIJK. TIJDSDUUR WORKSHOP: 6 DAGEN

In 1989 werd het masterplan Euralille I van OMA gerealiseerd (un non-lieux sur un non-lieu). In 1995 volgde Euralille II, waarin het stadsbestuur van Lille kiest voor een radicaal andere aanpak. De grotere metropolitaanse condities worden hierbij genegeerd (un lieu sur un non-lieu). Tot slot komt anno 2013 Euralille III op de tekentafel terecht, waarin de Bigness van het non-lieuxproject onbezonnen wordt herlezen. Deze evolutie van Bigness naar bigness willen we opnieuw inverteren. Met ons voorstel, drie strategieën voor sublieme momenten van illusie, willen we de hoofdletter B in Bigness waardig blijven en verder bouwen op de bestaande planning van Euralille I. Programma, vista en flux vormen de basis van onze analyse. De drie gehanteerde ontwerpmiddelen (het toevoegen van een metropolitaanse programma, het genereren van meer doorstroming en weldoordacht omgaan met vista’s) worden simultaan toegepast. Om de leegheid die momenteel in het openbare domein heerst te doorbreken, worden twee type programma’s toegevoegd: tijdelijke en permanente. De tijdelijke programma’s zorgen voor een nieuwe dynamiek in de nabije toekomst. Op lange termijnperspectief wordt de metropolitaanse strip verder verdicht. De breed geproportioneerde infrastructuur kan deze verdichting probleemloos opnemen. Daarnaast wordt de doorstroming vanuit het centrum van Lille versterkt door twee nieuwe assen door te trekken. Verschillende introverte ruimten worden zo meer in het geheel betrokken. Het toevoegen van een derde, publiek toegankelijke toren -tevens de tegenpool van de Espace Piranesienvormt het sluitstuk van de twee assen en creëert intrinsiek nieuwe vista’s.

47


48


REPROGRAMMING BORDEAUX

Over Monsters en Engeltjes

OPDRACHT: MASTERTHESIS SRP. OPLEIDINGSJAAR: 2MA.SRP BEGELEINDING: KAREL WUYTACK, ROB RAGOEN LOCATIE ONTWERP: SAINT-JEAN BELCIER, BORDEAUX, FRANKRIJK. TIJDSDUUR ATELIER: SEMESTERWERK

Deze masterproef vormt het sluitstuk van mijn master in de stedenbouw en ruimtelijke planning. Het ontwerpmatige werkstuk met een theoretische onderbouwing, waarin de werken Changing Cultures of Planning en Bigness or the Problem of Large een significante rol spelen, omvat een zoektocht om tot ontwerpstrategieën te komen omtrent XL-programma’s. Het vertrekpunt van de thesis, waarvoor de hypothese van het boek Changing Cultures of planning genomen wordt en het hoofdstuk waarin ‘Bordeaux: 50.000Homes Along Public Transport Routes’ geanalyseerd wordt, dienen als kennismaking met de site in Bordeaux, de stationsomgeving SaintJean Belcier, waar het uiteindelijke project op afgespiegeld wordt. Om tot specifieke inzichten te komen inzake ‘the Problem of Large’ wordt een theoretisch kader gevormd aan de hand van vier invalshoeken; A BIGNESS COMPLEX©, UN DYNAMIQUE D’ENFER©, UN NON-LIEU©, A MONSTER©, die als concept hernomen worden in het ontwerpend onderzoek. Het eindontwerp, opgedeeld in drie strategieën voor XL-architectuur, behandelt het totale programma, de samenkomst van flux, de context en de ruimtelijke abnormaliteiten.

49


Londen

Antwerpen Brussel Lille

Parijs

Bordeaux

Toulouse Marseille

Bilbao

Barcelona

Euratlantique 2017 Madrid

Hogesnelheidslijn



A BIGNESS COMPLEX© No millefeuille...

No diagram...

...¥€$ Bigness 52

UN DYNAMIQUE D’ENFER©

...¥€$ dérive


UN NON-LIEU©

A MONSTER© No form of program...

No UNESCO... 2014

2020

2050

20...

...¥€$ non-lieu

...¥€$ form of flux 53


54



56



58



60


Aanbevelingsbrief

Letter of recommendation for Wouter Collart Gent, 10-10-2014

To whom it may concern, I hereby wish to recommend Wouter Collart for an internship at your office. Wouter decides after a master of architecture to develop more academic skills by inscribing him in the master of Urban Design & Spatial Planning, a degree he obtained cum laude. Wouter Collart has different skills I could observe. His academic papers for my theory courses (Urban history and Morphology) had a highly personal and precise approach to the subject. He is very precise in his drawings, consequently develops a project and is creative in finding solutions. In the design studio of the second Master year of Urban Design & Spatial Planning Wouter developed an intriguing and consistent transformation strategy for Pendrecht. The members of the external international jury and people of the spatial development department ware unanimous that the content and the presentation were excellent. During the workshop I organized in Liège and especially in Lille, I could observe Wouter his skills as a team player. He has a strong opinion and the ability to motivate other team members. The thoughts on bigness Bigness he developed in Lille - were, after a study trip to Bordeaux, further elaborated in his Master thesis ‘Reprogramming Bordeaux’. As promoter it was a pleasure to read his interview with the philosopher Bart Verschaffel and to observe how he presented to Floris Alkemade his provocative but consistent design, or should I say designs (In fact he made three proposals). Wouter Collart was one of the most dedicated of our students and after graduating he was selected for the Summerclass ‘The Big Reset on Neighbourhood Design’ organized by the Academy of Amsterdam with 7 European partners and the Masterclass ‘Atelier Groen Lint’ with Georges Decombres, Sébastien Marot and Elissa Rosenberg. He can operate in a comprehensive holistic approach, linking architecture and urban planning as integral disciplines. I hope your office will give him the opportunity to further develop his skills in the fields of architecture and urbanism. Please feel free to call (0032495307358) or write (karel.wuytack@kuleuven.be) if I can be helpful. Yours sincerely, Karel Wuytack, KU Leuven Faculty of Architecture department of Urban Design & Spatial Planning OPO coordinator Design Studio 1 and 3 Docent Urban History & Morphology Tel: 0032495307358 Mail: karel.wuytack@kuleuven.be 61


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.