TEN OORLOG
Zeventig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog trekt Arnout Hauben met zijn vrienden Mikhael Cops en Jonas Van Thielen door Europa. In het spoor van de Amerikaanse troepen landen ze op de stranden van NormandiĂŤ, volgen de bevrijdingsroute door Frankrijk, BelgiĂŤ en Luxemburg en eindigen in het Duitse Torgau aan de Elbe, waar de Amerikanen in oog in oog kwamen te staan met het Rode Leger. Het tweede deel van hun tocht begint in het vroegere Stalingrad. Met het Sovjetleger
cover RECTO.indd 1-5
De bevrijding van Europa tijdens WOII doorkruisen ze Rusland, OekraĂŻne, Wit-Rusland en Polen, en ‘bevrijden’ op hun geheel eigen manier Berlijn. Aanvankelijk klinkt het westelijke verhaal nog bekend, maar eens in het oosten ontdekken ze een ‘nieuwe’ geschiedenis. Voor het eerst vertellen de intussen hoogbejaarde getuigen hun herinneringen. Vaak zijn die verrassend en altijd aangrijpend. Ten oorlog laat de kijker ĂŠn de lezer een onbekend, erg persoonlijk portret van Europa zien.
De bevrijding van Europa tijdens WO II
foto Š Koen Broos
Arnout Hauben
( ) is regisseur en reporter. Hij werkte mee aan Man bijt hond, de documentaire serie Meneer Doktoor en maakte de achtdelige reeks Weg naar Compostela. Hij is medeoprichter van productiehuis de chinezen.
TEN OORLOG
Arnout Hauben | Johanna Spaey
TEN OORLOG
De bevrijding
van Europa tijdens WO II Voor het tweede boek van Ten oorlog werkte Arnout Hauben opnieuw samen met schrijfster Johanna Spaey. Zij is de auteur van onder andere de bekroonde en alom bejubelde roman Dood van een soldaat ( ) en van de beeldroman Gewonde stad ( ), die zij samen met kunstenaar Gerolf Van de Perre maakte. Ten oorlog is een tiendelige televisiereeks op ĂŠĂŠn. Arnout Hauben, Jonas Van Thielen en Mikhael Cops volgen in tien afleveringen de route van de bevrijding van Europa tijdens de Tweede Wereldoorlog. Eerst volgen ze de Amerikaanse troepen vanuit Londen en daarna het Rode leger vanuit Volgograd (Stalingrad), met als einddoel Berlijn.
www.manteau.be
2/09/15 18:24
GROOTBRITTANNIE
GROOTBRITTANNIE
Groot-BrittanniE
in de oorlogsjaren Na de snelle overrompeling van België, Luxemburg, Nederland en Frankrijk in de mei- en junidagen van 1940 verwacht Hitler dat Groot-Brittannië zich snel gewonnen zal geven. Hij eist dat de Britten de wapens neerleggen en zich aan Duitsland overgeven. GrootBrittannië lijkt aan de andere kant van het Kanaal helemaal geïsoleerd te raken, maar dat is buiten de nieuwe premier Winston Churchill (1874-1965) gerekend. Geen sprake van een overgave, zegt die. Nee, de Britten zullen er alles aan doen om de Duitsers tegen te houden en te verslaan. Hitler, die het zelden bij dreigementen houdt en weet dat hij deze weigering niet aan zich voorbij kan laten gaan, besluit Groot-Brittannië aan te vallen. Op 10 juli 1940 begint de Slag om Engeland. Er wordt in en vanuit de lucht een brutale oorlog uitgevochten. De Duitse piloten vallen eerst Britse konvooien op het Kanaal aan, en mikken op havensteden en vliegvelden. Maar vanaf augustus wordt het persoonlijker. Op een gegeven moment bombarderen de
Duitsers per ongeluk Londense burgerwoningen. De Britse Royal Air Force (RAF) antwoordt met luchtaanvallen op Berlijn. Hiervoor neemt de Luftwaffe dan weer wraak met bombardementen op Londen en veel andere Britse steden. Tot eind mei 1941 zullen de Duitsers ruim 30 000 ton bommen boven Brits grondgebied afwerpen. De Britten hebben het al gauw over ‘The Blitz’, naar de voortdurende lichtflitsen van de bombardementen. De verliezen stapelen zich op in beide kampen, maar de Britten hebben een belangrijk voetje voor: de radar.
Londenaars op de metrosporen.
Groot-Brittannië in de oorlogsjaren 29
Groot-BrittanniE
in de oorlogsjaren Na de snelle overrompeling van België, Luxemburg, Nederland en Frankrijk in de mei- en junidagen van 1940 verwacht Hitler dat Groot-Brittannië zich snel gewonnen zal geven. Hij eist dat de Britten de wapens neerleggen en zich aan Duitsland overgeven. GrootBrittannië lijkt aan de andere kant van het Kanaal helemaal geïsoleerd te raken, maar dat is buiten de nieuwe premier Winston Churchill (1874-1965) gerekend. Geen sprake van een overgave, zegt die. Nee, de Britten zullen er alles aan doen om de Duitsers tegen te houden en te verslaan. Hitler, die het zelden bij dreigementen houdt en weet dat hij deze weigering niet aan zich voorbij kan laten gaan, besluit Groot-Brittannië aan te vallen. Op 10 juli 1940 begint de Slag om Engeland. Er wordt in en vanuit de lucht een brutale oorlog uitgevochten. De Duitse piloten vallen eerst Britse konvooien op het Kanaal aan, en mikken op havensteden en vliegvelden. Maar vanaf augustus wordt het persoonlijker. Op een gegeven moment bombarderen de
Duitsers per ongeluk Londense burgerwoningen. De Britse Royal Air Force (RAF) antwoordt met luchtaanvallen op Berlijn. Hiervoor neemt de Luftwaffe dan weer wraak met bombardementen op Londen en veel andere Britse steden. Tot eind mei 1941 zullen de Duitsers ruim 30 000 ton bommen boven Brits grondgebied afwerpen. De Britten hebben het al gauw over ‘The Blitz’, naar de voortdurende lichtflitsen van de bombardementen. De verliezen stapelen zich op in beide kampen, maar de Britten hebben een belangrijk voetje voor: de radar.
Londenaars op de metrosporen.
Groot-Brittannië in de oorlogsjaren 29
Vijandelijke vliegtuigen worden in een mum van tijd opgemerkt en op die manier kan de RAF gepast reageren. Deze strijd in de lucht kenmerkt zich door een bijzonder hoge dodentol. Minstens 55 000 bemanningsleden van de Britse luchtmacht komen daarbij om. Ook de dreiging van een Duitse grondaanval blijft reëel. Op zo’n groot eiland is het onmogelijk om alle kustlijnen van noord tot zuid en van oost tot west tegen een invasie te verdedigen. Daarom bouwen de Britten naarstig verder aan hun GHQ-linie, de General Headquarters Line. Deze fameuze verdedigingslijn is meer dan 600 kilometer lang. De bunkers en betonnen tank weringen moeten Londen en het industriële hart van Groot-Brittannië vanuit het zuiden en het oosten beschermen als de Duitsers inderdaad aan een grond invasie beginnen. Gelukkig komt het nooit zover. GrootBrittannië beschikt van in het begin over een paar niet te negeren troeven. De Britten hebben op alle fronten een groot leger, dat wordt aangevuld met troepen uit de Commonwealth (Canada, Australië, Nieuw-Zeeland, India...) en manschappen uit door Duitsland bezette landen die naar Groot-Brittannië zijn gevlucht. Later komen daar Amerikaanse soldaten bij. Ze beschikken ook over uitstekende informatie over hun vijand. Het Britse spionagenetwerk is uitmuntend en al vrij snel slagen zij erin om de gecodeerde communicatie van de Duitsers te ontcijferen.
30
Groot-Brittannië
Naarmate de tijd vordert, heeft Hitler trouwens dringender zaken aan zijn hoofd. Zijn troepen moeten in 1941 mee orde op zaken gaan stellen in het strategisch erg belangrijke Grieken land. Daar heeft Mussolini de strijd tegen het Griekse leger in maart 1941 verloren. Ook niet onbelangrijk: Hitler beseft dat hij niet zo veel voordeel kan halen uit een verslagen en bezet Groot-Brittannië. Wat moet je immers met zo’n groot eiland vol eigenwijze, patriottische burgers die de vorige oorlog nog lang niet zijn vergeten? En dan is er nog de Sovjet-Unie. De Sovjet-Unie heeft met Duitsland in augustus 1939 een niet-aanvalspact afgesloten, maar in de realiteit stoort Hitler zich aan die Untermenschen uit het oosten, die niet in zijn rassentheorie passen. Bovendien droomt hij van meer Lebensraum en economische slagkracht voor zijn volk. Hij wil die ‘mindere’ Slaven aan Duitsland onderwerpen en hun grondgebied inpalmen. Wanneer Hitler in 1941 besluit om zijn aandacht naar het oosten te verleggen en de Sovjet-Unie tijdens Operatie Barbarossa aan te vallen, krijgt Groot-Brittannië even de tijd om op adem te komen.
Bombardementen op Londen, 1940.
delijk maakt wat hij van zijn aanvalsplannen op Groot-Brittannië denkt. Ook de toespraken van koning George VI waarmee hij zijn volk aanmoedigt om vol te houden zijn befaamd. En zoals je in de film The King’s Speech kunt zien, overwint hij daarvoor zelfs zijn stotterprobleem. Tijdens ‘The Blitz’ weigert de koning het onverwarmde Buckingham Palace te verlaten. Er exploderen zelfs Duitse bommen in de tuin. Maar ook dat breekt het taaie moreel van de koning en zijn onderdanen niet, al is de prijs voor hun moed erg hoog. De Duitse luchtaanvallen op Londen alleen al eisen tijdens de Tweede Wereldoorlog bijna 30 000 doden en reduceren de stad tot een grote puinhoop. De overheid moedigt mensen aan om een identiteitsplaatje te dragen, want te veel doden zijn onherkenbaar verminkt.
De Britten blijven echter op hun hoede. De radiospeeches die Churchill voor het Britse volk houdt, spreken voor zich: ‘Ik heb niets anders te bieden dan bloed, gezwoeg, tranen en zweet.’ Hij zweept zijn volk en zijn soldaten steeds meer op. ‘We zullen ons nooit overgeven’, zegt hij, waarbij hij Hitler meteen dui-
Intussen gaat het gewone leven verder. Elke ochtend banen de Britten zich door het puin van hun stad een weg naar het werk, al dan niet met gasmasker en helm onder de arm. Omdat er te weinig bunkers en schuilplaatsen zijn, worden sommige metrostations in Londen omgebouwd tot schuilkelders. In het begin van de oorlog is dat nog verboden. Men is bang dat ziektes zich door het gebrek aan toiletten en door de dichte drommen mensen snel zullen verspreiden. Of dat mensen zich er dag en nacht zullen schuilhouden en daardoor het gewone metroverkeer zullen verstoren. Maar in de nacht van 19 op 20 september 1940 hebben de Londenaars er na het zoveelste zware bombardement genoeg van. Ze stromen de metrostations binnen en de politie grijpt niet in om hen te verjagen. Een dag later wordt een deel van
Groot-Brittannië in de oorlogsjaren 31
Vijandelijke vliegtuigen worden in een mum van tijd opgemerkt en op die manier kan de RAF gepast reageren. Deze strijd in de lucht kenmerkt zich door een bijzonder hoge dodentol. Minstens 55 000 bemanningsleden van de Britse luchtmacht komen daarbij om. Ook de dreiging van een Duitse grondaanval blijft reëel. Op zo’n groot eiland is het onmogelijk om alle kustlijnen van noord tot zuid en van oost tot west tegen een invasie te verdedigen. Daarom bouwen de Britten naarstig verder aan hun GHQ-linie, de General Headquarters Line. Deze fameuze verdedigingslijn is meer dan 600 kilometer lang. De bunkers en betonnen tank weringen moeten Londen en het industriële hart van Groot-Brittannië vanuit het zuiden en het oosten beschermen als de Duitsers inderdaad aan een grond invasie beginnen. Gelukkig komt het nooit zover. GrootBrittannië beschikt van in het begin over een paar niet te negeren troeven. De Britten hebben op alle fronten een groot leger, dat wordt aangevuld met troepen uit de Commonwealth (Canada, Australië, Nieuw-Zeeland, India...) en manschappen uit door Duitsland bezette landen die naar Groot-Brittannië zijn gevlucht. Later komen daar Amerikaanse soldaten bij. Ze beschikken ook over uitstekende informatie over hun vijand. Het Britse spionagenetwerk is uitmuntend en al vrij snel slagen zij erin om de gecodeerde communicatie van de Duitsers te ontcijferen.
30
Groot-Brittannië
Naarmate de tijd vordert, heeft Hitler trouwens dringender zaken aan zijn hoofd. Zijn troepen moeten in 1941 mee orde op zaken gaan stellen in het strategisch erg belangrijke Grieken land. Daar heeft Mussolini de strijd tegen het Griekse leger in maart 1941 verloren. Ook niet onbelangrijk: Hitler beseft dat hij niet zo veel voordeel kan halen uit een verslagen en bezet Groot-Brittannië. Wat moet je immers met zo’n groot eiland vol eigenwijze, patriottische burgers die de vorige oorlog nog lang niet zijn vergeten? En dan is er nog de Sovjet-Unie. De Sovjet-Unie heeft met Duitsland in augustus 1939 een niet-aanvalspact afgesloten, maar in de realiteit stoort Hitler zich aan die Untermenschen uit het oosten, die niet in zijn rassentheorie passen. Bovendien droomt hij van meer Lebensraum en economische slagkracht voor zijn volk. Hij wil die ‘mindere’ Slaven aan Duitsland onderwerpen en hun grondgebied inpalmen. Wanneer Hitler in 1941 besluit om zijn aandacht naar het oosten te verleggen en de Sovjet-Unie tijdens Operatie Barbarossa aan te vallen, krijgt Groot-Brittannië even de tijd om op adem te komen.
Bombardementen op Londen, 1940.
delijk maakt wat hij van zijn aanvalsplannen op Groot-Brittannië denkt. Ook de toespraken van koning George VI waarmee hij zijn volk aanmoedigt om vol te houden zijn befaamd. En zoals je in de film The King’s Speech kunt zien, overwint hij daarvoor zelfs zijn stotterprobleem. Tijdens ‘The Blitz’ weigert de koning het onverwarmde Buckingham Palace te verlaten. Er exploderen zelfs Duitse bommen in de tuin. Maar ook dat breekt het taaie moreel van de koning en zijn onderdanen niet, al is de prijs voor hun moed erg hoog. De Duitse luchtaanvallen op Londen alleen al eisen tijdens de Tweede Wereldoorlog bijna 30 000 doden en reduceren de stad tot een grote puinhoop. De overheid moedigt mensen aan om een identiteitsplaatje te dragen, want te veel doden zijn onherkenbaar verminkt.
De Britten blijven echter op hun hoede. De radiospeeches die Churchill voor het Britse volk houdt, spreken voor zich: ‘Ik heb niets anders te bieden dan bloed, gezwoeg, tranen en zweet.’ Hij zweept zijn volk en zijn soldaten steeds meer op. ‘We zullen ons nooit overgeven’, zegt hij, waarbij hij Hitler meteen dui-
Intussen gaat het gewone leven verder. Elke ochtend banen de Britten zich door het puin van hun stad een weg naar het werk, al dan niet met gasmasker en helm onder de arm. Omdat er te weinig bunkers en schuilplaatsen zijn, worden sommige metrostations in Londen omgebouwd tot schuilkelders. In het begin van de oorlog is dat nog verboden. Men is bang dat ziektes zich door het gebrek aan toiletten en door de dichte drommen mensen snel zullen verspreiden. Of dat mensen zich er dag en nacht zullen schuilhouden en daardoor het gewone metroverkeer zullen verstoren. Maar in de nacht van 19 op 20 september 1940 hebben de Londenaars er na het zoveelste zware bombardement genoeg van. Ze stromen de metrostations binnen en de politie grijpt niet in om hen te verjagen. Een dag later wordt een deel van
Groot-Brittannië in de oorlogsjaren 31
de metrolijnen afgesloten en in 79 stations worden slaapplaatsen voor maar liefst 22 000 mensen ingericht. De mensen slapen er op de perrons, de roltrappen en zelfs op de sporen. Boven op die nachtelijke aanvallen komt het probleem van de voedselrantsoenering. Vers voedsel is bijna onvindbaar. De Britse regering lanceert hierop een later onsterfelijk geworden propagandacampagne: ‘Dig for victory’ spoort stedelingen aan om groenten te kweken in hun stadstuintjes. Verder is er heel wat voedsel uit blik of doet men een beroep op liefdadigheidsorganisaties en voedselbedeling. Een bekend gerecht uit de oorlog is Woolton Pie, een hartige taart met wortel, raap, koolraap, aardappel of pastinaak, bloemkool, lente-ui en havermout. Nu zou iedere foodie jubelen om zo veel vergeten groenten, maar de Britten aten de taart met lange tanden omdat ze hun dagelijkse portie vlees zo misten. Opvallend: bier én fish-and-chips waren niet gerantsoeneerd. En voor de
32
Groot-Brittannië
hongerige met geld was er de zwarte markt, waarop altijd wel iets lekkers was te vinden.
3 000 000 naar Groot-Brittannië om van daaruit de oversteek naar het Europese vasteland te maken. De Amerikanen verblijven over heel GrootBrittannië, van het uiterste noorden van Schotland tot het zuiden van Cornwall. Dat het voor de twee heel verschillende nationaliteiten erg wennen is om samen te leven, zal niemand verbazen. Ze spreken weliswaar dezelfde taal, maar de Amerikanen komen met hun ‘volle magen en volle zakken’ toch uit een totaal andere cultuur en dat zorgt voor heel wat spanning en wrijving.
Het Britse toonbeeld van moed en volharding in de Tweede Wereldoorlog blijft natuurlijk Winston Churchill. Die onderhoudt als zoon van een Britse lord en een knappe, flamboyante Amerikaanse uitstekende contacten met de Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt (1882-1945). Dat helpt zeker bij het overleg over de Amerikaanse deelname aan de oorlog. Na de Japanse aanval op 7 december 1941 op de marinebasis Pearl Harbor is het zover: de Verenigde Staten, die zich tot dan toe afzijdig hadden gehouden, raken ook betrokken in de Tweede Wereldoorlog.
Gelukkig loopt het contact niet altijd zo stroef, want van al die jonge, gezonde soldaten komen natuurlijk ook relaties en baby’s. Er worden zo’n 9000 buitenechtelijke Anglo-Amerikaanse kinderen geboren en er wordt flink getrouwd. Meer dan 60 000 Britse vrouwen zullen hun Amerikaanse soldaat uiteindelijk het jawoord geven. De Britse meisjes wisten het dus al lang voor de sixties: ‘make love, not war’.
De eerste Amerikanen komen aan in Groot-Brittannië op 26 januari 1942 en op dat moment is ‘The Blitz’ nog volop bezig. Van de 16 300 000 Amerikanen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in dienst gaan, komen er in totaal
Wij hebben echter vooral oog voor een van de grootste Amerikaanse generaals: Omar Bradley. Hij ligt mee aan de basis van Operatie Overlord. Dat offensief luidt de definitieve bevrijding van het bezette Europa in. Vanuit het vrije Groot-Brittannië plannen de Britten en de Amerikanen met steun van de geallieerde legers in 1944 een groots tegenoffensief tegen Duitsland. Zij willen het Rode Leger ontlasten dat sinds zijn overwinning in Stalingrad de oorlog langzaam maar zeker aan het kantelen heeft gebracht. Daarom plannen de geallieerden een invasie van het Europese vasteland dat door Duitsland en zijn bondgenoten wordt bezet. De codenaam die ze voor het begin van de invasie kiezen, is Operatie Overlord. Het offensief begint op 6 juni 1944 met de landing op de stranden van Normandië.
Groot-Brittannië in de oorlogsjaren 33
de metrolijnen afgesloten en in 79 stations worden slaapplaatsen voor maar liefst 22 000 mensen ingericht. De mensen slapen er op de perrons, de roltrappen en zelfs op de sporen. Boven op die nachtelijke aanvallen komt het probleem van de voedselrantsoenering. Vers voedsel is bijna onvindbaar. De Britse regering lanceert hierop een later onsterfelijk geworden propagandacampagne: ‘Dig for victory’ spoort stedelingen aan om groenten te kweken in hun stadstuintjes. Verder is er heel wat voedsel uit blik of doet men een beroep op liefdadigheidsorganisaties en voedselbedeling. Een bekend gerecht uit de oorlog is Woolton Pie, een hartige taart met wortel, raap, koolraap, aardappel of pastinaak, bloemkool, lente-ui en havermout. Nu zou iedere foodie jubelen om zo veel vergeten groenten, maar de Britten aten de taart met lange tanden omdat ze hun dagelijkse portie vlees zo misten. Opvallend: bier én fish-and-chips waren niet gerantsoeneerd. En voor de
32
Groot-Brittannië
hongerige met geld was er de zwarte markt, waarop altijd wel iets lekkers was te vinden.
3 000 000 naar Groot-Brittannië om van daaruit de oversteek naar het Europese vasteland te maken. De Amerikanen verblijven over heel GrootBrittannië, van het uiterste noorden van Schotland tot het zuiden van Cornwall. Dat het voor de twee heel verschillende nationaliteiten erg wennen is om samen te leven, zal niemand verbazen. Ze spreken weliswaar dezelfde taal, maar de Amerikanen komen met hun ‘volle magen en volle zakken’ toch uit een totaal andere cultuur en dat zorgt voor heel wat spanning en wrijving.
Het Britse toonbeeld van moed en volharding in de Tweede Wereldoorlog blijft natuurlijk Winston Churchill. Die onderhoudt als zoon van een Britse lord en een knappe, flamboyante Amerikaanse uitstekende contacten met de Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt (1882-1945). Dat helpt zeker bij het overleg over de Amerikaanse deelname aan de oorlog. Na de Japanse aanval op 7 december 1941 op de marinebasis Pearl Harbor is het zover: de Verenigde Staten, die zich tot dan toe afzijdig hadden gehouden, raken ook betrokken in de Tweede Wereldoorlog.
Gelukkig loopt het contact niet altijd zo stroef, want van al die jonge, gezonde soldaten komen natuurlijk ook relaties en baby’s. Er worden zo’n 9000 buitenechtelijke Anglo-Amerikaanse kinderen geboren en er wordt flink getrouwd. Meer dan 60 000 Britse vrouwen zullen hun Amerikaanse soldaat uiteindelijk het jawoord geven. De Britse meisjes wisten het dus al lang voor de sixties: ‘make love, not war’.
De eerste Amerikanen komen aan in Groot-Brittannië op 26 januari 1942 en op dat moment is ‘The Blitz’ nog volop bezig. Van de 16 300 000 Amerikanen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in dienst gaan, komen er in totaal
Wij hebben echter vooral oog voor een van de grootste Amerikaanse generaals: Omar Bradley. Hij ligt mee aan de basis van Operatie Overlord. Dat offensief luidt de definitieve bevrijding van het bezette Europa in. Vanuit het vrije Groot-Brittannië plannen de Britten en de Amerikanen met steun van de geallieerde legers in 1944 een groots tegenoffensief tegen Duitsland. Zij willen het Rode Leger ontlasten dat sinds zijn overwinning in Stalingrad de oorlog langzaam maar zeker aan het kantelen heeft gebracht. Daarom plannen de geallieerden een invasie van het Europese vasteland dat door Duitsland en zijn bondgenoten wordt bezet. De codenaam die ze voor het begin van de invasie kiezen, is Operatie Overlord. Het offensief begint op 6 juni 1944 met de landing op de stranden van Normandië.
Groot-Brittannië in de oorlogsjaren 33