De Vrije Beroeper oktober 2017

Page 1

devrije beroeper 2 EDITO

Ik sprak met een robo-jurist Jan SAP

2-3

PROF. EM. HERMAN NYS

OVER HET BEROEPSGEHEIM EN WANNEER HET TE SCHENDEN

Secretaris-Generaal Federatie Vrije Beroepen

ONZE SECTOR GROEIT STERK Jaarlijks bundelt de Federatie Vrije Beroepen in Polsslag van het vrije beroep het beschikbare statistische materiaal over de zelfstandige vrije beroepen. We nemen dit initiatief om het sociaaleconomisch belang van de vrije en intellectuele beroepen in België en Vlaanderen te onderstrepen, en er acties en aandachtspunten uit af te leiden. In de Polsslag 2017 zetten zich een aantal trends door die het profiel en sociaaleconomisch gewicht van de vrije en intellectuele beroepen steeds meer zullen beïnvloeden. Eind 2016 waren er in België 314.374 zelfstandige beoefenaars van een vrij beroep, op een totaal van 1.058.522 zelfstandigen. De vrije beroepen vertegenwoordigen dus bijna één derde (29,70%) van het toaal aantal zelfstandigen. Dat is een pak meer dan tien jaar geleden. In 2006 was het aandeel van de vrije beroepen nog goed voor ruim één vijfde (21,84%).

Met die toename is de sector van de vrije beroepen de sterkst aangroeiende sector. De sector van de intellectuele diensten is in 2016 de grootste, met 159.220 beroepsbeoefenaars of 50,56% van het totale aantal vrije beroepen. Paramedische beroepen zijn de tweede grootste (19,49%), gevolgd door de artsen (8,97%). De dierenartsen noteerden 15,03% meer beroepsbeoefenaars, de advocatuur 22,87%, de architecten 22,30% en de sector fiscaal/vastgoed 13,33%. Artsen, apothekers en notarissen kenden een achteruitgang van respectievelijk 0,23%, 20,29% en 15,46%. In 2016 stelden de vrije beroepen 285.287 werknemers tewerk. In de periode 2006-2016 steeg de tewerkstelling daar met 25,77%, dat betekent met 58.457 werknemers.

De toename van de tewerkstelling doet zich in alle sectoren voor, maar met voorsprong in de economische sector (+63,22%). Van de klassieke vrije beroepen blijft de medische sector nochtans de grootste werkgever. 41.969 vrije beroepsbeoefenaars stelden vorig jaar personeel tewerk. Met 285.287 werknemers bij 41.969 vrije beroepers als werkgever komen we op een gemiddelde van 6,8 werknemers per werkgever in het vrije beroep. Dat vrouwelijke vrije beroepsbeoefenaars aan een heuse opmars bezig zijn, wordt glashelder wanneer we naar het afgelopen decennium kijken. De toename van het aantal vrouwen is 73,23% tegenover 56,42% mannen.

U kunt aan een exemplaar van de Polsslag komen via onze website www.federatievrijeberoepen.be/pubs.jsp

© Saskia Vanderstichele

OKTOBER 2017 - DRIEMAANDELIJKS - P 918334


2 VITRINE

WAAROM HET BEROEPSGEHEIM NOODZAKELIJK IS VOOR VRIJE BEROEPEN

EDITO

LEE & ALLY

L

ee & Ally heet de nieuwe ‘chatbot’ die juridisch advies geeft zonder dat er een advocaat of jurist aan te pas komt. Het is een artificieel intelligent (AI) systeem en een primeur in Europa. Bij de lancering beweerden de oprichters van Lee & Ally dat door gelijkaardige AI-systemen 80% van de advocaten in 2025 werkloos zal worden. Dat laatste lijkt me overdreven. Maar toch mogen we artificiële intelligentie niet zomaar weglachen. Vroegere digitale systemen, zoals het internet of e-mail, werden als hulpmiddelen beschouwd om de praktijk beter te doen functioneren. Deze nieuwe toepassing is geen hulpmiddel, maar dringt door tot de kern van de activiteit van een vrij beroep. Ongetwijfeld zal het systeem nog niet optimaal functioneren. Maar hoe meer het gebruikt wordt en zichzelf kan verrijken met nieuwe data, hoe beter het systeem zal werken. Ook in andere beroepen rukt de technologie genadeloos op. Zo biedt blockchaintechnologie de mogelijkheid om alle soorten tussenpersonen in onze huidige manier van werken uit te schakelen. Blockchain zou het werk van notarissen bij de verkoop van woningen volledig kunnen automatiseren. Maar ook banken, ambtenaren, beleggingsbedrijven, enz zouden overbodig worden. Zal het zo’n vaart lopen? Zeker niet. Veel van deze nieuwe toepassingen zitten in een nog experimentele fase. Het zal veel overleg vragen met alle bestaande instanties om een succesvolle implementatie mogelijk te maken. En bovendien is hiervoor nog nergens een duidelijk reglementair kader voorhanden. Maar verdwijnen zullen de AI-systemen niet. Ze zullen alleen maar performanter worden. We bereiden ons dus maar beter voor. En wees gerust, geen enkele sector zal eraan ontsnappen. Vrije beroepen zullen op een andere manier hun toegevoegde waarde moeten bewijzen. Hoe? Door in te zetten op specialisatie of maatwerk. Of – nog beter – door menselijke competenties zoals communicatie, creativiteit en het creëren van vertrouwen. Zelf heb ik Lee & Ally al eens uitgetest. Het werkt. Alleen voelt het wat kil aan. Inloggen met een wachtwoord en schriftelijk de vraag stellen. Geef mij maar een goed gesprek. Met een kop koffie.

Jan Sap, Secretaris-Generaal Federatie Vrije Beroepen @jansap

“EEN WET IS NOOIT IN STEEN GEHOUWEN” Het beroepsgeheim haalde de voorbije maanden een paar keer de actualiteit. Voor vrije beroepen is het essentieel, want het verankert de vertrouwensrelatie met de cliënt of patiënt. Maar de grenzen ervan zijn niet altijd messcherp af te bakenen.

A

an vrije beroepen uitleggen wat het beroepsgeheim is, is verloren moeite. Elk van u weet waar u zich moet aan houden. Zou men denken. Want wat voor de ene stafhouder in het VTM-programma Pro Deo perfect door de beugel kon - een gesprek tussen cliënt en advocaat over de te volgen strategie –, was voor de andere een flagrante schending van het beroepsgeheim. En dan hebben we het nog niet over de open brief in juli van de kinderpsychiater Peter Adriaenssens over een moeder die haar dochter doodde. Een gerechtvaardigde schending van het beroepsgeheim of niet? De meningen zijn verdeeld. Is het dan toch niet zo duidelijk? “De regelgeving is complex, maar laat ons niet overdrijven”, nuanceert professor dr. emeritus in medisch recht Herman Nys (KU Leuven). “Een schending van het beroepsgeheim is niet altijd strafbaar. De wet heeft net geregeld dat je het in een aantal gevallen mag of moet schenden. Een arts is bijvoorbeeld verplicht een zeer besmettelijke ziekte te melden. Daarnaast zijn er zogenaamde rechtvaardigingsgronden. Omstandigheden waarbij het schenden van het beroepsgeheim geoorloofd is. Die zijn niet gespecifieerd, maar denk bijvoorbeeld aan hulp bieden aan iemand in nood. Om het over Adriaenssens te hebben: ik kan niet namens hem spreken, maar er zal voor hem een hoger belang meegespeeld hebben, zoals de eer van zijn patiënt. Hij heeft het beroepsgeheim geschonden, daar is geen discussie over. Maar het is nu de discussie of het schenden geoorloofd was of niet. Over het VTM-programma doe ik geen uitspraken, maar ik vind het toch op het randje.” Maar is dat allemaal geen kwestie van interpretatie? Zo creëer je toch rechtsonzekerheid?

“Het lijkt misschien onzeker, maar dat maakt het net ook boeiend. Hoe ga je het anders trouwens oplossen? Een heel gedetailleerde wet maken? Dat is het laatste wat je moet doen. Want dan krijg je regeltje naast regeltje naast regeltje. Een wet is nooit in steen gehouwen, alleen in een politiestaat. En de wet werkt wel.” “Ik geef het voorbeeld van artsen, omdat ik die sector het beste ken. Sinds WOII zijn hooguit 20 artsen vervolgd wegens schending. Het is dus niet zo dat er altijd een vervolging boven je hoofd hangt. Het moet ook echt gaan om een opzettelijke schending. Twee artsen die in de cafetaria luidop een dossier van een patiënt met naam en toenaam bespreken, dat is onvoorzichtigheid. Maar geen opzettelijkheid. Als er al gesanctioneerd wordt, dan gaat het meer over procedurele sancties. Ik geef een voorbeeld uit de praktijk. Een koppel gaat bij dezelfde huisarts en zit in een echtscheidingsprocedure. De vrouw vraagt de huisarts om op papier te zetten dat haar man aan een psychologische ziekte lijdt. Wat effectief zo is. Ze gebruikt dat certificaat voor de rechtbank. In dit geval zal het certificaat nietig worden verklaard omdat het verkregen is door schending van het beroepsgeheim. Maar de arts zelf zal meestal niet strafrechtelijk vervolgd worden. Kijk, het merendeel van de vrije beroepers respecteert het beroepsgeheim en is er trouwens zeer aan gehecht.” Waarom is dat zo? “Omdat het net het vertrouwen garandeert tussen de vrije beroeper en zijn cliënt of patiënt. Als je je arts, advocaat of psycholoog niet kan vertrouwen, dan kan je niet geholpen worden. Of omgekeerd, als jouw vrije beroeper maar halve info krijgt, dan kan hij zijn werk niet doen. Net daarom is het beroepsgeheim voor vrije beroepers wettelijk verankerd. Dat zijn noodzakelijke vertrouwenspersonen.”


3 VITRINE

© Luc Daelemans

Maar er zijn toch nog beroepen waarvan je liefst hebt dat ze jouw info vertrouwelijk houden? “Dat zijn dan geen noodzakelijke vertrouwenspersonen. Ons gesprek nu bijvoorbeeld. Jij bent journaliste. Als ik tegen jou zaken uit mijn privéleven vertel, dan is dat mijn bewuste keuze. Jij hebt als journalist wel een vorm van beroepsgeheim, maar je valt niet onder het artikel 458 dat het beroepsgeheim regelt. Dit zou ook niet werkbaar zijn. Mocht iedereen onder artikel 458 vallen, dan zou iedereen zich kunnen beroepen op het zwijgrecht. Dan pas is het hek van de dam.” “Omgekeerd is het niet zo dat je als vrije beroeper sowieso gebonden bent aan het beroepsgeheim. Ik geef het voorbeeld van een controlearts. Hij is arts, maar hij krijgt de opdracht om te onderzoeken of iemand gerechtvaardigd ziek thuis zit. Hij is verplicht om die medische info met zijn opdrachtgever te delen. Daar speelt de noodzakelijke vertrouwensband niet”.

De info die ik aan een vrije beroeper meedeel moet dus vertrouwelijk blijven, tenzij hij vindt dat er rechtvaardigingsgronden zijn om zijn beroepsgeheim te doorbreken. Dat legt toch een enorme verantwoordelijkheid op zijn schouders? “Ja, maar als het niet op de schouders van vrije beroepers ligt, op wiens schouders dan wel? Je staat als vrije beroeper altijd voor een dilemma. Ik zie het beroepsgeheim als een privilege, eerder dan als een last. Als je het als vrije beroeper een te zware belasting vindt, dan doe je beter iets anders. Hiermee omgaan, is net deel van het vrije beroep. Informatie door derden laten beoordelen, zou de zaken trouwens ook niet eenvoudiger maken. Je moet het ook niet opkloppen. Vrije beroepers worden hier in hun opleiding op getraind.”. Sanderijn Vanleenhove

worden. Dan sta je als psycholoog voor een dilemma. Bewaar ik mijn beroepsgeheim met het gevaar dat het kind verder misbruikt wordt? Of doorbreek ik het, wanneer ik geen andere mogelijkheden meer heb om hulp te verlenen, met het risico dat het kind nog meer gevaar loopt? Zo kunnen de ouders de behandeling stopzetten met alle risico’s van dien.”

Koen Lowet is kinder- en jeugdpsycholoog en gedelegeerd bestuurder van de Belgische Federatie van Psychologen

“IK MOEST MIJN BEROEPSGEHEIM AL SCHENDEN, MAAR IK VOEL ME DAAR O.K. BIJ“ “Het beroepsgeheim is absoluut. Wij zijn daar als psycholoog te allen tijde aan gebonden. Wat er tussen mij en een cliënt gebeurt, is vertrouwelijk. Als er geen veilig kader is, dan kunnen wij niet werken.” “We krijgen soms het verwijt van nabestaanden van iemand die zelfmoord pleegde dat we niets gezegd hebben. Of de vraag waarom hun zoon of dochter zelfmoord pleegde. Maar ook dan moet je zwijgen. Als je het beroepsgeheim, zelfs na de dood, doorbreekt, dan gaan anderen met zelfmoordneigingen niet meer komen om zich te laten behandelen. Het beroepsgeheim is echt in het belang van de cliënt.” “Net daarom ga je het beroepsgeheim soms wel doorbreken. Als je vindt dat dit in het belang van de cliënt is. Maar die inschatting moet je als psycholoog zelf maken. Als kinderpsycholoog heb ik te maken met kinderen die mij zeggen dat ze misbruikt

“Als psycholoog ben je verplicht om hulp te verlenen. Maar je moet zelf bepalen op welke manier je dat doet. Het doorbreken van het beroepsgeheim moet volgens mij altijd de laatste methode zijn. In het voorbeeld van het misbruikte kind kan je bijvoorbeeld met het kind afspreken dat het dit meldt, zodat de nodige procedures in gang worden gezet en de therapie kan blijven lopen.” “Natuurlijk is er een grijze zone. Het gaat om een inschatting. Ik heb tien jaar in een observatie - en behandelingscentrum gewerkt, waar kinderen zaten met zware emotionele gedragsproblemen. Ik werkte er zowel met ouders als met kinderen. Dat is moeilijk werken. Ik heb daar mijn beroepsgeheim wel eens moeten schenden, ja. Maar ik voel me daar OK bij. Want je doet dat niet zomaar. Je gaat eerst in overleg met collega’s of je vraagt advies aan de Psychologencommissie.” “Iets anders is samenwerken met mensen die niet onder het (wettelijk, red.) beroepsgeheim vallen. Bijvoorbeeld in het behandelingscentrum. Daar werken opvoeders. Die hebben wel zwijgplicht, maar geen deontologisch of wettelijk kader. Dan moet je als psycholoog wel een dunne koord bewandelen. Welke informatie mag en kan ik delen, zelfs met toestemming van de cliënt, zonder dat ik mijn beroepsgeheim doorbreek? In die zin is de uitbreiding van het KB 78 (dat bepaalt welke beroepen gezondheidsberoepen zijn, red.) een goede zaak. Op die manier vallen meer beroepen onder het beroepsgeheim. Alle beroepen onder een beroepsgeheim laten vallen, is dan weer een brug te ver. Leerkrachten bijvoorbeeld. Het is interessanter om leerkrachten te leren hoe ze moeten samenwerken met hulpverleners, dan hen een beroepsgeheim aan de hand te doen.”

1.329 is het aantal respondenten op een enquête naar aanleiding van het project CONNECT 2.0. Er werden 9.363 economische vrije beroepers benaderd, wat een respons is van 14%. Met dit project willen we samen met het Agentschap Innoveren & Ondernemen economische en nu ook juridische vrije beroepers bijstaan in hun rol als raadgever. Info over de enquête en interactieve ervaringssessies: www.connect.vlaanderen

VAN CIJFERBEROEPER TOT FINANCIEEL ADVISEUR Vandaag zoeken heel wat ondernemers een begeleider om een weg te vinden in de nieuwe economische uitdagingen en het veranderende financiële en fiscale landschap. Ziet u uzelf in zo’n adviserende rol? Bent u mee met de recentste innovaties? Op interactieve ervaringssessies in Hasselt of Gent verneemt u welke subsidies en begeleidingsinitiatieven er zijn om die transformatie waar te maken. Deelnemen kost 500 euro (excl. BTW) en en Erik van den Dobbelsteen is de docent. Accreditatie werd aangevraagd bij IAB en BIBF: 20 vormingsuren.

Voor data en inschrijvingen: www.connect.vlaanderen/sessies

BOOST JE BUSINESS MET SOCIALE MEDIA In november en december voorzien we een actuareeks in alle provincies. De bedoeling van dit halfjaarlijkse event is een actueel thema aan te snijden en daar een ontmoetingsmoment van maken. De spreker is Karina Urbina van Bring The Business. Zij toont hoe je sociale media kan inzetten om gezien, herkend én erkend te worden als dé expert op jouw vakdomein. Ook voor vrije beroepers biedt het internet immers creatieve mogelijkheden. Voor data en inschrijvingen: www.federatievrijeberoepen.be/ activiteiten



5 VRAAG & ANTWOORD

GELDT HET INSOLVENTIERECHT NU OOK VOOR DE VRIJE BEROEPEN? De faillissementswet en de wet op de continuïteit van de ondernemingen zijn inderdaad voortaan van toepassing op vrije beroepers (Boek XX van het Wetboek van Economisch Recht). De Federatie Vrije Beroepen heeft altijd gepleit voor een aangepaste benadering en heeft die in de nieuwe regelgeving ook bekomen. Zo heeft de wet extra aandacht voor het beroepsgeheim, en voor de rol van de ordes en instituten van vrije beroepers. Als bijvoorbeeld bij dossiers van vrije beroepers een medecurator wordt aangesteld, moet die het deontologisch kader kennen, zelf een vrije beroeper zijn en voorkomen op een lijst van zijn of haar orde of instituut. Enkel de vrije beroepen met een orde of instituut kunnen dus op deze aangepaste versie van de insolventiewetgeving beroep doen. De Federatie Vrije Beroepen staat in nauw overleg met de ordes en instituten om deze nieuwe wetgeving vlot te laten invoeren. Men verwacht dat de wetgeving in werking zal treden op 1 mei 2018. Binnenkort wordt er een publicatie uitgebracht over de vernieuwde wetgeving, en in het voorjaar van 2018 plannen we infosessies.

ZOU IK BITCOINS AANNEMEN? De Federatie Vrije Beroepen wijst het gebruik van bitcoins niet af, maar raadt aan om voorzichtig te zijn. In 2014 al erkende het Europees Hof van Justitie de bitcoin als munt, maar er blijft veel onduidelijkheid over het juridisch statuut en over het gebruik van de bitcoin binnen het traditionele handelsrecht. Virtuele munten worden niet ondersteund door een overheid, waardoor ze volledig berusten op vraag en aanbod en vooral op het vertrouwen van de gebruikers. Ze zijn dan ook heel volatiel. Vandaag is 1 bitcoin meer dan 2000 euro waard, maar binnen enkele maanden kan dat in principe 10 euro zijn, niemand die het kan voorspellen. Iemand die een rekening in bitcoin aanhoudt, kan dus serieus winst maken, maar evengoed serieus verliezen. Voor zorgverstrekkers die de virtuele munt willen toelaten in hun praktijk heeft FVB volgende adviezen: • Iedere patiënt heeft recht op duidelijke, correcte en volledige informatie. Geef dus naast het bedrag in bitcoin ook steeds uw prijzen aan in euro. Dit is bovendien een wettelijke verplichting: een loutere vermelding in bitcoin is niet toegelaten. • Zorg ervoor dat u aan de cliënt die met bitcoin wil betalen, duidelijk de meest recente wisselkoers vermeldt vóór de effectieve betaling. • Volg de rechtskundige en andere artikels over bitcoin. Er zijn talloze vragen die vandaag onbeantwoord blijven, maar die in de nabije toekomst mogelijks beantwoord worden en die een impact kunnen hebben op wie die betaling in bitcoin toestaat. • Wees voorzichtig met het bijhouden van bitcoins op een rekening. De waarde kan schommelen, en er is geen overheidsgarantie.

Wie het fijne van bitcoins wil weten: zie het artikel in Z.O. Magazine van oktober.

HOE ZIT DAT MET GRATIS OPLEIDINGEN VAN LIBERFORM? Het beheerscomité van het paritair comité 336 heeft beslist om een opleidingspremie te voorzien, en om aandacht te geven aan de algemene vorming van de werknemers in de sector. Liberform kreeg de opdracht om over drie vastgelegde thema’s gratis opleidingen aan te bieden. Werknemers kunnen op de website het aanbod bekijken, een keuze maken en zich inschrijven. Let op, toestemming van de werkgever is altijd nodig. De werkgever kan ook zelf de werknemer inschrijven. De werknemer en de werkgever worden dan op de hoogte gehouden van de opleiding, en Liberform betaalt de factuur. Even in herinnering brengen wie onder het paritair comité 336 vallen: advocaten, gerechtsdeurwaarders, accountants en belastingconsulenten, boekhouders en fiscalisten, bedrijfsrevisoren, bouwarchitecten, landmeter-experten en dierenartsen. Meer info: www.liberform.be


G4S Cash Solutions: Verg. FOD. Binn. Zaken 16.1072.06 (15.05.2012) / G4S Security Systems: Verg. FOD. Binn. Zaken 20.0818.47

Modern en veilig cashbeheer met CASH360TM ■ Intelligente koffer ■ Automatische verwerking ■ Snel op de rekening

Met de optie ‘Same Day Value’ wordt het geld meteen overgeschreven op uw rekening.* * Bij betalingen vóór 13u ontvangt u het geld de volgende werkdag op uw rekening.

02 712 59 30 • cash360@be.g4s.com • www.cash360.be


7 COLUMN

SSST… NIET VERDER VERTELLEN

“U

kent inmiddels mijn mantra: vrije beroepers zijn ondernemers, maar ondernemers met een randje – en als het onder ons is, zeg ik nog zo graag dat het van goud is. Een van die kenmerken die ons vrij beroep zo doen glanzen is dat fameuze beroepsgeheim – bijzonder ernstig te nemen, want voor sommige beroepen is het zelfs strafrechtelijk gesanctioneerd (art. 458 S.W.). Niet om onszelf te beschermen, maar om elke vrije beroeper ten volle toe te laten de missie uit te oefenen die hij of zij maatschappelijk heeft meegekregen. Elke cliënt of patiënt moet in staat zijn alles te zeggen, zonder angst dat deze informatie tegen hem zal worden gebruikt of zal worden verspreid, maar vanuit het comfort dat alleen dan de vrije beroeper die hij raadpleegt hem op de beste wijze zal kunnen bijstaan. Wat de buitenwereld soms ook moge denken, in mijn beroep heeft het beroepsgeheim niets te maken met duistere achterkamertjes waarin de advocaat stilletjes fezelt met zijn cliënt om van alles te bedisselen dat het daglicht niet mag zien – tenzij die advocaat op het verkeerde pad zit (en dat gebeurt jammer genoeg wel eens).

MARIEKE WYCKAERT

Nationaal voorzitter Federatie Vrije Beroepen

COLOFON

En zelfs de cliënt of de patiënt is niet de meester van dat beroepsgeheim, hoewel hij dat vaak en graag denkt: het is niet omdat hij er geen bezwaar tegen heeft dat u loslippig zou zijn, dat u dat dan meteen ook mag zijn. “Meester, mag ik ervan uitgaan dat wat ik u vertel, veilig is bij u?”, die vraag krijg ik regelmatig. Ja dus. En alstublieft, vertel mij alles. Want alleen als ik het hele verhaal ken, kan ik in burgerlijke procedures een verdedigingsstrategie uitwerken. En ik kan het u verzekeren: niemand vertelt graag vrijwillig waar hij of zij niet mooi uitkomt. (Ik hou het hier op burgerlijke procedures, omdat het beroepsgeheim in een strafrechtelijke context nog net een iets ander verhaal is. Ook witwassen laat ik buiten beschouwing.)

Want ik heb het een paar keer meegemaakt en probeer mij nu niet meer te laten vangen: je bouwt een pracht van een verdediging op, en dan komt de versie van de tegenpartij, met onderbouwende stukken. Wat blijkt? Tja, mijn cliënt speelde het spel toch niet zo netjes als hij mij eerst had verteld. Die ruzie was toch niet zo eenzijdig als mijn cliënt het eerst had voorgesteld, en, als hij er even over nadenkt, is hij misschien wel niet altijd even correct omgesprongen met de financiële afspraken. Zucht. Niets erger dan het verhaal terug recht te trekken zonder aan geloofwaardigheid in te boeten. Dus heb ik geleerd dieper te graven van bij de aanvang. Betekent dat dat ik de cliënt zijn zonden vergeef, ze goedpraat of ze negeer? Het eerste doe ik nog wel eens, als het pekelzonden zijn, niets menselijks mag ons vreemd zijn. Maar om diezelfde reden moet menselijk falend gedrag kunnen worden toegegeven, zij het in context worden geplaatst en, als het echt moet, worden gecorrigeerd. Is dat de verkregen informatie tegen de cliënt gebruiken? Neen, toch niet: de advocaat kan dat niet doen zonder dat hij zijn cliënt heeft overtuigd dat dat de beste weg is. Meestal lukt dat ook, één enkele keer niet. Dan sta je als advocaat voor een moeilijke keuze: zet je je opdracht verder, waarbij je de waarheid zo weinig mogelijk geweld aan doet? Of geef je ze terug, met de boodschap dat je de zaak in eer en geweten niet verder kan behandelen zoals de cliënt dat zou willen? Dat laatste is mij al overkomen. Leuk is dat niet, maar het toont wel aan hoe onze opdracht raakt aan het maatschappelijk belang. Flauwekul, als een andere confrater vervolgens precies doet wat de cliënt verlangt, zegt u? Ja, dat gebeurt, maar wie weet ziet hij een invalshoek die ik niet zag. Maar nog vaker draait de cliënt bij, en komt hij met een andere geestesgesteldheid bij die confrater aan. En zo doet het beroepsgeheim stilletjes zijn werk. Want het geheim bewaren, dat doen we in beginsel altijd. En u, hoe discreet houdt u het?

De Vrije Beroeper is een uitgave van de Federatie Vrije Beroepen vzw (VU), Willebroekkaai 37, 1000 Brussel. Verschijnt 4x per jaar. De redactie van De Vrije Beroeper streeft naar de grootst mogelijke betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, waarvoor zij echter niet aansprakelijk kan worden gesteld. Contact: +32 (0)2 21 22 504, info@federatievrijeberoepen.be Kernredactie: Jan Sap, Gert Peeters, Filip Huysegems, Nele Muys, Paulien Coenaerts, Gretel Van Der Looy, Jef Bormans, Mona Wyverkens Vormgeving: Kliek Creatieve Communicatie, Bruggestraat 105, 8700 Tielt, +32 (0)51 40 43 12, contact@kliek.be Fotografen: Pat Verbruggen, Dieter Telemans Adverteren? Trevi nv, Meerlaan 9, 9620 Zottegem, +32 (0)9 360 62 16, www.trevi-regie.be Blijf op de hoogte: www.facebook.com/federatievrijeberoepen, twitter.com/vrijeberoepen Onze elektronische nieuwsbrief? www.federatievrijeberoepen.be


www.volkswagen.be

De nieuwe Arteon.

Stijlvolle elegantie. Al van bij de eerste aanblik trekt de nieuwe Arteon de aandacht. Dankzij zijn dynamische motoren, maakt de nieuwe parel van Volkswagen een sportieve indruk. Maar ook vanbinnen is hij een absolute blikvanger: met een luxueus interieur en de nieuwste rijbijstandssystemen geniet u van het hoogste comfort. De Arteon vanaf € 420 per maand excl. BTW in Financiële Renting*. Ontdek hem nu bij uw Volkswagen-concessiehouder.

Volkswagen

4,2 - 7,3 L /100 KM • 110 - 164 G CO2 /KM *De Arteon 2.0 L TDI 150 pk 6v. Catalogusprijs incl. BTW: 37.720 €. Huurprijs incl. BTW: 508,20 €. Offerte in Financiële Renting Volkswagen Financial Services berekend op basis van 60 maanden, zonder eerste verhoogde huurprijs en met een aankoopoptie van 20%. Aanbieding voorbehouden aan professionele gebruikers. Onder voorbehoud van aanvaarding van het dossier door D’Ieteren Lease n.v., met maatschappelijke zetel te Leuvensesteenweg 679, 3071 Kortenberg, België - RPR Leuven - KBO 0402623937. Prijzen op 01/10/2017 en geldig tot 30/11/2017. Volkswagen Financial Services is een commerciële benaming van D’Ieteren Lease n.v. (filiaal van Volkswagen D’Ieteren Finance n.v.). D’Ieteren Lease NV (FSMA 20172A) is een niet verbonden agent van P&V Verzekeringen (FSMA 0058) en een onder-agent van Allia Insurance Brokers (FSMA 11420A). Afgebeeld model met opties. Milieu-informatie (KB 19/03/2004): www.volkswagen.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.