Wat moet je doen als werkzoekende?

WAT MOET JE DOEN ALS WERKZOEKENDE?

WAT MOET JE DOEN ALS WERKZOEKENDE?

MANNEN - VROUWEN Verwijzingen naar personen of functies (zoals ‘werknemer’, ‘adviseur’,) hebben betrekking op vrouwen en mannen.

V- 4

WAT MOET JE DOEN ALS WERKZOEKENDE? Inleiding In deze brochure willen we je wat meer uitleg geven over de regeringsbeslissingen rond begeleiding en controle van werklozen: wat wordt er precies van jou, werkloze, verwacht, waarom, hoe pak je dit best aan en hoe reageer je wanneer de VDAB of de RVA je oproept…hoe het ABVV je hierin kan ondersteunen en verdedigen, indien dit nodig is.

Is het ABVV het eens met de regeringsbeslissingen?

In ons land zijn de sociale uitkeringen onbeperkt in duur. Dat is uniek en dat willen we zo houden. Daarom aanvaarden we dat er controle is op de situatie van diegenen die sociale uitkeringen krijgen. Zonder enige controle verglijden we immers naar een bijstandssysteem. Daarom heeft het ABVV geen principieel bewaar tegen controle, op voorwaarde natuurlijk dat die controle rechtvaardig is en niet willekeurig.

Daarom zijn we ook vragende partij voor de afschaffing van de stempelcontrole en van artikel 80. Door artikel 80 kunnen samenwonende langdurige werklozen geschorst worden.

De federale regering wou op die vraag ingaan, maar het nieuwe controlesysteem dat zij voorstelde, was vooral gericht op controle en sancties. De begeleiding en ondersteuning van de werklozen werd vergeten! Dat was voor ons absoluut onaanvaardbaar: werklozen mogen niet geschorst worden omdat ze werkloos zijn. Schorsing kan voor ons alleen wanneer een werkzoekende weigert in te gaan op gepaste werkaanbiedingen of geen enkele inspanning doet om opnieuw aan de slag te kunnen.

Door ons protest en via overleg werd het oorspronkelijk regeringsvoorstel grondig bijgestuurd.

De nadruk ligt nu op begeleiding door de VDAB. Wie in begeleiding is, wordt niet direct gecontroleerd door de RVA. Artikel 80 wordt geleidelijk afgeschaft.

Heel wat werklozen, zoals de langdurig werkloze 50-plussers en de deeltijdse werknemers, worden nu vrijgesteld van controle.

Staan we nu 100% achter het nieuwe aangepaste systeem? Neen, maar we kunnen er wel mee leven, op voorwaarde dat: • er voldoende begeleiding van de werklozen door de VDAB komt, vóór er sprake is van RVA-controle • er jobs gecreëerd worden voor wie het extra moeilijk heeft om werk te vinden • de controle rechtvaardig is en niet willekeurig • er onmiddellijk bijgestuurd wordt indien aan deze voorwaarden niet voldaan wordt.

Xavier VERBOVEN, Algemeen Secretaris

André MORDANT, Voorzitter

V- 5

Begeleiding RVA en VDAB In ons Belgisch systeem van sociale zekerheid, is de RVA belast met de organisatie van de werkloosheidsverzekering: de RVA kent een uitkering toe aan wie werkloos is en controleert de beschikbaarheid van werklozen.

De VDAB staat in voor de begeleiding van werklozen naar werk.

Voor het ABVV is het zeer belangrijk dat werkzoekenden eerst de mogelijkheid krijgen een begeleiding te volgen, vooraleer ze gecontroleerd worden door de RVA.

Begeleiding door de VDAB De VDAB zorgt ervoor dat werkzoekenden en werkgevers elkaar vinden op de arbeidsmarkt.

De basisdienstverlening Je kunt bij de VDAB terecht voor algemene diensten: inschrijven of herinschrijven als werkzoekende, informatie over werk en vacatures, tests om je voorkeur en geschiktheid voor bepaalde beroepen te meten…

Je vindt deze diensten vooral in de Lokale Werkwinkel terug.

Inschrijven bij de VDAB als werkzoekende kan ook telefonisch (de “servicelijn”) of via internet.

De VDAB stelt verschillende ‘on line’ instrumenten (zelfbedieningsinstrumenten) ter beschikking: zelfinschrijving, WIS-vacaturebank, KISS-sollicitantenbank, opleidingengids…

Hiermee kan je zelf je dossier beheren, vacatures gaan opzoeken, je curriculum vitae in de sollicitantenbank plaatsen, informatie over opleidingen vinden…

De trajectwerking Slaag je er zelf niet in een job te vinden en is een meer intensieve en persoonlijke begeleiding aangewezen, dan kan je terecht bij de trajectwerking.

Hiermee wordt een methode bedoeld waarbij je snel en efficiënt, in bepaalde stappen, naar werk begeleid wordt door een vaste VDAB-consulent (de trajectbegeleider).

Een eerste stap bestaat uit een onderzoek (screening) van je situatie op de arbeidsmarkt.

Tijdens één of meerdere gesprekken peilt de consulent naar de mogelijkheden, vaardigheden, lichamelijke geschiktheid, interesse en motivatie die je hebt om bepaalde beroepen wel of niet uit te oefenen, je verwachtingen, maar ook de moeilijkheden die je ondervindt (zoals problemen met vervoer, kinderopvang, gebrek aan talenkennis…).

Vervolgens stelt de consulent een traject voor: een actieplan, op jouw maat gemaakt, dat beschrijft welke stappen je moet ondernemen om je kans op werk te verhogen.

Mogelijke acties zijn: een sollicitatietraining volgen, een vakopleiding volgen in een VDAB-centrum, een opleiding volgen die je persoonlijke ontwikkeling ten goede komt (bijv. assertiviteitstraining), een opleiding op de werkvloer, een werkervaring.

De begeleidingsaanpak van de VDAB sinds 2004 Iedereen heeft recht op begeleiding. De Vlaamse regering trekt voldoende geld uit om te garanderen dat iedereen een aanbod kan krijgen, zowel diegenen die pas werkloos zijn als diegenen die al langdurig werkloos zijn.

Nieuwe werkzoekenden Algemene procedure Voor iedereen die zich inschrijft als werkzoekende, wordt onmiddellijk een dossier opgemaakt.

Dit dossier moet toelaten jou geschikte vacatures door te geven: aan de hand van je dossiergegevens helpt men je een job te vinden die het best past bij je mogelijkheden en situatie.

De VDAB vergelijkt wekelijks de gegevens uit nieuwe werkaanbiedingen met de dossiers van alle werkzoekenden.

Komt jouw profiel overeen met wat in bepaalde werkaanbiedingen wordt verwacht, dan word je automatisch, via een brief of e-mail, op de hoogte gebracht van deze vacature(s).

V- 6

Specifieke acties Sinds 2004 onderneemt de VDAB acties, die specifiek gericht zijn op werkzoekenden die niet direct werk kunnen vinden.

Deze acties moeten voorkomen dat zij langdurig werkloos worden.

Deelname is verplicht: wie weigert hierop in te gaan, loopt het risico dat dit door de VDAB wordt gemeld aan de RVA. De RVA kan dan een schorsing uitspreken.

Als nieuwe werkloze krijg je, ongeacht je leeftijd, een begeleiding vóór je 6de maand werkloosheid.

Voor de start van de begeleiding (het eerste contact), wordt een onderscheid gemaakt tussen werklozen jonger dan 25 jaar en werklozen van 25 jaar en ouder: • Voor de werklozen jonger dan 25 jaar bestaat het eerste contact uit een oproep voor een gesprek bij de VDAB • de werklozen die ouder zijn dan 25 jaar, worden bij het eerste contact telefonisch bevraagd.

De begeleiding verschilt ook naargelang je kort of lang geschoold bent.

• Ben je jonger dan 25 jaar en heb je geen diploma Hoger Secundair Onderwijs (HSO), dan word je in de 3de maand werkloosheid uitgenodigd voor een gesprek. Naargelang je situatie op de arbeidsmarkt, stelt men je gepaste acties voor.

Heb je wel een diploma HSO, dan krijg je vóór je 6de maand werkloosheid een telefoontje van de VDAB. Men gaat na of je dossier correct is en of je eventueel hulp nodig hebt bij je zoektocht naar werk.

• Ben je ouder dan 25 jaar en heb je geen diploma HSO, dan krijg je vóór je 3de maand werkloosheid een telefoontje van de VDAB. Men gaat na of je dossier correct is en of je eventueel begeleiding nodig hebt bij je zoektocht naar werk.

Ben je 3 maanden later nog steeds werkzoekend en nog niet in een traject, dan word je uitgenodigd voor een collectieve informatiesessie, met aansluitend een individueel gesprek.

Heb je wel een diploma HSO, dan komt het eerste telefoontje wanneer je 6 maanden werkloos bent. De uitnodiging voor de collectieve informatiesessie met aansluitend een individueel gesprek komt, na 9 maanden werkloosheid.

50-plussers In 2005 is de VDAB, in samenwerking met de bijblijfconsulenten van de vakbonden, gestart met infosessies voor oudere werkzoekenden. Alle vijftigplussers die 3 maanden bij de VDAB ingeschreven zijn als werkzoekende, ontvangen een brief met de mededeling dat zij een infosessie kunnen volgen bij hun vakbond of bij de VDAB. Tijdens deze sessies krijg je informatie over je kansen op werk, je rechten en plichten als werkzoekende, de diensten van de VDAB, de tewerkstellingsmaatregelen en premies waar je als vijftigplusser recht op hebt.

Daarna kan je beslissen in traject te stappen bij de VDAB of een andere actie te ondernemen.

Vanaf 2006 is het volgen van een infosessie verplicht!

Je kan aan deze verplichting ook voldoen door de sessie te volgen bij je vakbond.

Daarna heb je als vijftigplusser de vrije keuze om je al dan niet verder te laten begeleiden. Vanaf mei 2006 kan je bijvoorbeeld terecht bij de 50+ jobclub, een nieuw initiatief van de VDAB, waar je samen met andere vijftigplussers begeleiding krijgt bij het solliciteren, raad over begeleiding en opleiding,…

Indien je zonder geldige reden de infosessie niet volgt, krijg je twee maanden later opnieuw een uitnodiging van de VDAB. Bij een tweede weigering om deel te nemen, zal de VDAB dit doorgeven aan de RVA. De tewerkstellingspremie voor vijftigplussers die in juli 2006 van start gaat, moet werkgevers over de streep trekken om voor meer werkaanbod voor ouderen te zorgen.

V- 7

Langdurig werklozen Sinds 1 maart 2004 is de VDAB gestart met specifieke begeleidingsacties voor werklozen die al een tijdje werkloos zijn.

Om ervoor te zorgen dat iedereen eerst een nieuwe kans krijgt en daarna pas gecontroleerd door de RVA, worden.

De langdurige werklozen uit de leeftijdsgroep jonger dan 30 jaar, het eerst uitgenodigd. Daarna komen de langdurige werklozen uit de leeftijdsgroep jonger dan 40 jaar (vanaf 1 september 2004) enz…

Langdurig werklozen worden uitgenodigd om aan een oriëntatiecursus deel te nemen: • de werklozen jonger dan 25 jaar: vanaf 15 maanden werkloosheid en meer • de werklozen ouder dan 25 jaar: vanaf 21 maanden werkloosheid en meer.

Je bent verplicht op deze uitnodiging in te gaan!

Tijdens die oriëntatiecursus gaat men samen met jou na wat je verwachtingen en mogelijkheden zijn, welk soort jobs voor jou het meest realistisch zijn, hoe je best solliciteert,…

Nadat je dit doorlopen hebt, word je opnieuw (verplicht!) uitgenodigd voor een gesprek.

Naargelang de concrete situatie, worden je dan beperkte acties of een traject voorgesteld.

In het najaar 2004 startte de VDAB extra begeleidingen op voor de zeer langdurig werklozen, die jonger zijn dan 40 jaar. Vanaf 1 september 2004 en vervolgens elke maand, worden systematisch alle werklozen uitgenodigd die hun 37ste maand werkloosheid ingaan. In 2006 wordt ook de groep jonger dan 50 jaar, uitgenodigd.

Bewijslast voor de RVA-controle Deelname aan de VDAB- acties is verplicht: zowel niet reageren op de uitnodigingen zonder geldige reden, als wel aanwezig zijn, wordt voortaan automatisch gemeld aan de RVA. De VDAB stelt ‘on-line’ gegevens ter beschikking van de RVA over de verschillende stappen die je doorloopt, bijv. wanneer je in een begeleiding stapt of deze beëindigt, wanneer je spontaan in een begeleiding/opleiding stapt; maar ook wanneer je een begeleiding, opleiding of werkaanbod weigert of zonder een geldige reden een begeleiding of opleiding stopzet.

Op die manier weet men bij de RVA waarmee je bezig bent en zal men je niet oproepen als je in begeleiding bent.

De RVA kan ook een schorsing uitspreken of de feiten gebruiken om je inspanningen positief te beoordelen tijdens het controlegesprek.

De VDAB geeft je bewijzen (attesten) van de verschillende inspanningen die je doet om werk te vinden. Je kan ook zelf zaken laten toevoegen.

Als je een oproep krijgt voor een RVA-controlegesprek kan je aan de VDAB vragen om het overzicht van je inspanningen uit te printen. Zo krijg je een bewijzenmap mee, die je kunt gebruiken bij het RVA-gesprek.

V- 8

CONTROLE BESCHIKBAARHEID WERKLOZEN Opgepast voor je uitkeringen!

Sinds 1 juli 2004 is een van de voorwaarden om uitkeringen als volledig werkloze te ontvangen, dat je actief naar werk zoekt.

De RVA moet onder meer controleren of iedere volledig uitkeringsgerechtigde werkloze, welke ook zijn gezinstoestand is, wel degelijk actief zoekt naar werk.

Als de RVA vaststelt dat de werkloze dat niet doet, dan riskeert die na afloop van een procedure van gesprekken met de RVA geschorst en zelfs uitgesloten te worden, ongeacht zijn gezinstoestand.

Samengevat verloopt de eerste fase van de RVA-controle als volgt: • De volledige werkloze ontvangt van de RVA een brief waarin hem gemeld wordt dat hij op termijn opgeroepen zal worden voor een onderhoud bij de RVA waarop hij zal moeten bewijzen welke inspanningen hij geleverd heeft om werk te vinden. • Enkele maanden na die brief wordt de werkloze voor dit onderhoud bij de RVA opgeroepen.

Van zodra de RVA zijn verwittigingsbrief verstuurt, nodigt het ABVV alle volledig werklozen, zowel gezinshoofden als alleenstaanden en samenwonenden, uit voor een gesprek in de kantoren van de gewestelijke ABVV-afdeling. Daar zal het ABVV de werkloze de nodige inlichtingen geven. Het ABVV is er immers om je te helpen en je te verdedigen.

V- 9

Wie kan opgeroepen worden voor het onderhoud bij de RVA? Alléén de volledig werklozen die ingeschreven zijn als werkzoekende: A. Van jonger dan 50 jaar Het activeringsplan wordt geleidelijk aan uitgevoerd per leeftijdsgroep (van zodra de werkloosheidsduur de 21 maanden bereikt of overschrijdt voor wie 25 jaar is; voor wie jonger is dan 25 jaar is dit 15 maanden).

De groep jonger dan 30 jaar wordt sinds juli 2004 aangeschreven.

De groep van 30 tot 39 jaar wordt sinds juli 2005 aangeschreven.

Vanaf juli 2006 is het de beurt aan de groep van 40 tot 49 jaar.

Het gehele stelsel wordt na juli 2007 geëvalueerd.

B. Die sinds 15 maanden werkloos zijn (indien jonger dan 25 jaar).

C. Die sinds 21 maanden werkloos zijn (indien 25 jaar of ouder).

Hoe wordt het aantal maanden berekend?

Het aantal maanden werkloosheid wordt berekend door de dagen volledig uitkeringsgerechtigde werkloosheid op te tellen en door 26 te delen.

Opgepast!

• Voor jongeren met wachtuitkeringen worden de dagen die meetelden voor de wachttijd van de jongeren, beschouwd als dagen volledige werkloosheid.

• Elke maand deeltijds werk van minder dan 1/3e tijd met inkomensgarantie-uitkering (aanvullende uitkering werkloosheid) wordt beschouwd als een volledige maand werkloosheid (hetzij 26 uitkeringen).

• Alle werkloosheidsuitkeringen en wachtuitkeringen uit het verleden worden meegeteld.

Wanneer de betrokken werknemer minstens één jaar voltijds gewerkt heeft over een periode van 15 maanden, wordt er echter geen rekening gehouden met de dagen werkloosheid die deze werkhervatting voorafgaan. Wanneer de periode van werkhervatting korter is, dan tellen de dagen werkloosheid ervoor en erna wel mee.

Dit alles geldt niet voor de werklozen die, op de dag dat ze de oproeping ontvangen: • zich bevinden in de periode van de eerste twaalf maanden werkloosheid na een voldoende lange periode van werkhervatting (bijvoorbeeld na een ononderbroken voltijdse werkhervatting van ten minste één jaar) • deeltijds werken met behoud van rechten, ongeacht het aantal gepresteerde uren, met inbegrip van de werknemers die een inkomensgarantie-uitkering krijgen • vrijgesteld zijn van de inschrijving als werkzoekende. De RVA verleent vrijstelling in de volgende gevallen: · om sociale en familiale redenen, · beroepsopleiding erkend door de VDAB, BGDA/ORBEM, of de directeur van de RVA, · opnieuw studeren (dagcursussen), · opleiding ter voorbereiding op een zelfstandig beroep, · personeel tewerkgesteld in scholen in juli en augustus, · jonge ontwikkelingswerker of jongere die deelneemt aan een humanitaire zending in het buitenland • in de afgelopen 6 maanden minstens 180 uur in een PWA gewerkt hebben ; • minstens 33 % blijvend arbeidsongeschikt zijn (vastgesteld door een geneesheer bij het werkloosheidsbureau) ; • voor een periode van 2 jaar minstens 33 % arbeidsongeschikt zijn, vastgesteld door een arbeidsgeneesheer bij het werkloosheidsbureau (deze personen vallen ten vroegste op het einde van de periode van arbeidsongeschiktheid onder de maatregel) ; • een begeleiding krijgen van de VDAB of de BGDA/ORBEM (zij krijgen tijdelijk uitstel van deze maatregel).

V- 10

Opgepast!

Mocht je toch een oproeping van de RVA ontvangen, neem dan onmiddellijk contact op met je gewestelijke ABVV-afdeling om je situatie te laten bekijken en te weten te komen wat je ten aanzien van de RVA moet doen.

LET WEL: JE MOET ALTIJD REAGEREN OP EEN OPROEPING VAN DE RVA!

Het eerste onderhoud Vóór dit onderhoud moet de RVA de betrokken werklozen een verwittigingsbrief sturen.

Rekening houdend met het aantal betrokken werklozen, heeft de RVA besloten het versturen van de brieven te spreiden over een periode van verscheidene maanden.

De werklozen die reeds vóór 1 juli van het jaar waarin de maatregel voor hun leeftijdsgroep van kracht wordt (1 juli 2004 voor wie jonger dan 30 is; 1 juli 2005 voor de groep van 30 tot 39 jaar; 1 juli 2006 voor de groep van 40 tot 49 jaar), de voorwaarde m.b.t. de werkloosheidsduur vervullen, worden door de RVA opgeroepen voor een eerste onderhoud.

Dit heeft plaats op de RVA, minstens drie maanden na het versturen van de verwittigingsbrief (dus in de loop van de maand oktober voor diegenen die hun verwittigingsbrief in juli kregen).

De uitnodiging wordt per gewone brief verstuurd.

Opmerkingen: De werklozen die op 1 juli van het jaar waarin de maatregel voor hun leeftijdsgroep van kracht wordt, de voorwaarde i.v.m. de werkloosheidsduur nog niet vervullen, krijgen de verwittigingsbrief minstens 5 maanden vóór de datum van het onderhoud.

Tips • De werkloze moet op dit gesprek aanwezig zijn, maar hij kan zich wel laten bijstaan door een persoon van zijn keuze (bijv. een vakbondsafgevaardigde).

• Als je voor dit eerste onderhoud met de RVA opgeroepen wordt, neem dan onmiddellijk contact op met je gewestelijke ABVV-kantoor om na te gaan of je wel opgeroepen moet worden.

Waarover gaat het nu precies?

De werkloze wordt verondersteld een balans op te maken van de inspanningen die hij, hoofdzakelijk gedurende de 12 maanden vóór het onderhoud, geleverd heeft om werk te vinden.

De werkloze die opgeroepen wordt, moet dus bepaalde inlichtingen verstrekken waaruit duidelijk zijn goede wil blijkt bij het zoeken naar werk. Hij kan zich hierbij laten bijstaan door een persoon van zijn keuze (bijv. een vakbondsafgevaardigde).

Wie controleert ?

De RVA heeft speciaal ambtenaren aangeworven die belast zijn met het controleren van het actief zoekgedrag van de werklozen. Die ambtenaren, ‘facilitatoren’ genoemd, werden in principe geselecteerd omwille van hun communicatievaardigheid en hun vermogen om de werklozen te motiveren. Deze ‘facilitatoren’ zijn dus belast met het actief opvolgen van de werklozen in hun zoektocht naar werk.

Welk soort inlichtingen kan de werkloze verstrekken?

Zolang de werknemer werkloos is, moet hij de bewijzen van al zijn inspanningen om werk te zoeken bijhouden.

Alle bewijsmiddelen zijn toegelaten, ook een verklaring op eer. Maar….de facilitatoren geven de voorkeur aan schriftelijke elementen : sollicitatiebrieven aan bedrijven, werkgeversattesten afgeleverd n.a.v. een aanwervingsprocedure, persknipsels waarop de werkloze geantwoord heeft, een lijst met adressen waar de werkloze spontaan heeft gesolliciteerd (bedrijven, uitzendkantoren,…), geraadpleegde internetsites, eventueel je CV ‘on line’, contacten met de plaatsingsdienst die nog niet aan de RVA meegedeeld werden,…

Als werkloze moet je ook weten dat de ‘facilitator’ bepaalde gegevens kan natrekken.

V- 11

Beschikt de RVA over andere inlichtingen?

Ja, de bevoegde plaatsingsdiensten (VDAB voor Vlaanderen, BGDA/ORBEM voor Brussel, FOREM voor Wallonië en ADG of Arbeitsamt voor de Duitstaligen) moeten van hun kant bepaalde gegevens aan de RVA doorgeven. Meer bepaald m.b.t. begeleidingsacties, vormingsmodules, evaluatiegesprekken, enz.

Na het eerste gesprek Er zijn twee scenario’s mogelijk :

•

De RVA is van mening dat de werkloze spontaan voldoende inspanningen geleverd heeft om werk te vinden.

De werkloze zal zich ten vroegste na 16 maanden opnieuw voor controle bij de ‘facilitator’ moeten aanbieden. Hiertoe zal hij minstens zes maanden vóór de nieuwe oproeping een verwittigingsbrief ontvangen.

•

De RVA is van mening dat de werkloze onvoldoende inspanningen geleverd heeft.

In dit geval moet de werkloze een contract ondertekenen waarbij hij zich ertoe verbindt om, samen met de gewestelijke plaatsingsdienst, een specifieke actie te ondernemen (bijv. begeleiding en/of aanvullende vorming) en om acties te volgen die de ‘facilitator’ uit een typelijst kiest.

Bijvoorbeeld : werkaanbiedingen opvolgen in minstens twee gewestelijke kranten; solliciteren voor een aantal werkaanbiedingen. De frequentie en de aard van deze inspanningen worden bepaald in functie van de specifieke situatie van de werkzoekende. Na minstens 4 maanden wordt hij opnieuw opgeroepen.

De werkloze kan echter vijftien werkdagen bedenktijd vragen vóór hij dit contract ondertekent. Als hij dan aanvaardt om dit contract te ondertekenen, zal de RVA na minstens 4 maanden de geleverde inspanningen opnieuw evalueren.

Weigert hij echter te ondertekenen, dan verliest hij voor vier maanden (een deel van) zijn werkloosheidsuitkeringen.

•

De werkloze komt niet opdagen.

De RVA zal hem een tweede keer oproepen, nu aangetekend. Antwoordt hij nog steeds niet op de oproeping en rechtvaardigt hij zijn afwezigheid niet, dan wordt de betaling van zijn uitkeringen geschorst.

•

De werkloze kan bewijzen dat hij eigenlijk niet opgeroepen moest worden

Het kan gebeuren dat er een oproeping verstuurd werd naar werklozen die eigenlijk niet onder de toepassingsvoorwaarden van het regeringsplan vallen (Bijvoorbeeld: iemand is al sinds minstens 6 maanden zonder onderbreking aan het werk).

In dit geval zal de RVA die persoon alleen opnieuw oproepen als de voorwaarden effectief vervuld zijn.

Als de werkloze een eerste contract heeft moeten tekenen …

Werklozen die na afloop van het eerste gesprek een contract moesten ondertekenen, worden ten vroegste 4 maanden later voor een nieuwe evaluatie opgeroepen. De RVA kijkt dan of de werkzoekende, sinds de eerste evaluatie, zijn verbintenissen (inhoud van het contract) wel nagekomen is. Hij kan zich hierbij laten bijstaan door een advocaat of een vakbondsvertegenwoordiger, maar hij moet wel zelf aanwezig zijn.

Is de evaluatie positief, dan wordt hij ten vroegste 12 maanden later opnieuw opgeroepen (6 maanden vóór dit nieuwe onderhoud zal hij een brief van de RVA krijgen).

Valt de evaluatie negatief uit, dan wordt de werkloze een nieuw contract voorgesteld. Hij wordt gewaarschuwd : dit is zijn laatste kans om zijn uitkeringen te behouden.

Hij krijgt opnieuw een contract aangeboden waarin hij zich ertoe verbindt belangrijker inspanningen te leveren dan de eerste keer. Als laatste verwittiging zal de samenwonende werkloze in ieder geval gedurende 4 maanden zijn uitkeringen kwijtspelen (bij laag gezinsinkomen gedurende 2 maanden).

V- 12

In het geval van een alleenstaande werkloze of een werkloos gezinshoofd worden de uitkeringen gedurende eenzelfde periode verminderd tot het leefloon (of bestaansminimum).

Jonge werklozen (toelaatbaar op basis van hun studies) spelen hun uitkeringen voor 4 maanden kwijt, ongeacht of ze gezinshoofd, alleenstaande of samenwonende zijn.

Er is daarna een derde onderhoud voorzien, ten vroegste 4 maanden na het tweede.

Weigert de werkloze het contract te ondertekenen, dan wordt hij uitgesloten en zal hij dus geen uitkeringen meer ontvangen (zoals hierna uiteengezet).

Als de werkloze een tweede contract heeft moeten tekenen…

Indien de werkloze bij dit derde en laatste onderhoud voldoening geeft, zal hij gedurende ten minste 12 maanden zeker niet opnieuw opgeroepen worden.

Anders (en ook als hij weigerde het tweede contract te ondertekenen) verliest de samenwonende werkloze onmiddellijk zijn volledige uitkering (in geval van bescheiden gezinsinkomen is er een afwijking: de eerste zes maanden worden de uitkeringen dan verminderd tot 15,27 euro per dag (bedrag op 01/08/2005), waarna de werkloze zijn uitkering volledig kwijtspeelt).

Bij een alleenstaande werkloze of een werkloos gezinshoofd worden de uitkeringen gedurende 6 maanden verlaagd tot het leefloon (het bestaansminimum), waarna zij hun uitkeringen volledig verliezen.

Jonge werklozen (toelaatbaar op basis van hun studies) verliezen daarentegen onmiddellijk hun volledige uitkering, ongeacht of ze alleenstaande, gezinshoofd of samenwonende zijn.

Wat moet je doen als werkzoekende?

Grijp de kansen op begeleiding !

Bij het onderzoek naar je inspanningen, zal de RVA zich baseren op de informatie die ze zelf heeft, op de informatie die ze krijgt van de VDAB en op de informatie die je zelf geeft over jouw inspanningen om werk te vinden.

Stap daarom naar je lokale werkwinkel en vraag een begeleiding of opleiding.

Let wel: eens een traject beëindigd, moet er minstens een jaar verlopen zijn om een nieuw traject aan te vragen.

Doe de nodige inspanningen! Hou alle bewijzen bij!

Solliciteer en hou daar alle bewijsmiddelen goed van bij: je sollicitatiebrieven, attesten van werkgevers waar je je ging aanbieden, krantenadvertenties waar je op reageerde, bedrijfsadressen waar je spontaan werk ging vragen, namen en adressen van interim-kantoren waar je je inschreef, een lijst van websites die je bezocht, …

Hou goed alle kopies van je brieven bij. Vraag werkgevers een bewijs dat je je kwam aanbieden, print de reacties die je kreeg via websites uit…

Reageer altijd als je een oproep krijgt van de RVA of een uitnodiging van de VDAB. Een begeleiding bij de VDAB kan immers de oproeping door de RVA opschorten.

Antwoord altijd (of reageer telefonisch) op een brief of een uitnodiging van de RVA. Ook al ben je ondertussen aan het werk, je valt altijd onder de toepassing van de nieuwe maatregelen zolang je nog geen 12 maanden voltijds hebt gewerkt gedurende een periode van 15 maanden.

Het ABVV is er om je te helpen!

Het ABVV is er voor jou, meer dan ooit.

Aarzel dus niet contact op te nemen met je ABVV-kantoor dat infosessies organiseert en je ook individueel kan helpen bij het samenstellen van je dossier.

En als je het wenst, kan je ook steeds om bijstand vragen voor het onderhoud op de RVA.

V- 13

ABVV-KANTOREN ANTWERPEN Ommeganckstraat 35 • 2018 Antwerpen • Tel: 03/220.66.11 LIMBURG Gouverneur Roppe Singel 55 • 3500 Hasselt • Tel: 011/22.97.77 MECHELEN-KEMPEN Zakstraat 16 • 2800 Mechelen Grote Markt 48 • 2300 Turnhout Tel: 015/29.90.40 - Nadia Charradi SCHELDELAND Vrijdagmarkt 9 • 9000 Gent • Tel. 09/265.52.47 Vermorgenstraat 9 • 9100 St.Niklaas • Tel: 03/760.04.00 Dijkstraat 59 • 9200 Dendermonde • Tel: 052/25.92.59 VLAAMS BRABANT M.Theresiastraat 119/121 • 3000 Leuven • Tel: 016/27.18.88 Mechelsestraat 6 • 1800 Vilvoorde • Tel: 02/251.27.27 WEST–VLAANDEREN Zilverstraat 43 – 8000 Brugge • Tel: 050/44.10.10 Conservatoriumplein 9 - 8500 Kortrijk • Tel: 056/26.82.00 J.Peurquaetstraat 27 – 8400 Oostende • Tel: 059/55.60.50 Zuidstraat 22/22 – 8400 Roeselare • Tel: 051/22.70.00 ZUID-OOST-VLAANDEREN Houtmarkt 1 • 9100 Aalst • Tel: 053/78.78.78 Stationsstraat 21 • 9600 Ronse • Tel: 055/21.19.20

www.abvv.be www.vlaams.abvv.be

V- 14

V- 15

VERSIE VLAANDEREN

■ Voor meer info: ABVV | Hoogstraat 42 | 1000 Brussel Tel: +32 (0)2 506.82.11 | Fax: +32 (0)2 506.82.29 E-mail: infos@abvv.be | Website: www.abvv.be Lay-out: ABVV | Foto’s cover: Reporters © Maart 2006 Volledige of gedeeltelijke overname of reproductie van de tekst uit deze brochure mag alleen met duidelijke bronvermelding.

Verantwoordelijke uitgever: André Mordant

V- 16