se
11
Regio Mechelen Vrijdag 10 mei 2013
ACV-Special
Is dit een arbeider of een bediende?
Zie jij het verschil? André Dardenne, lid van acv metea, werkt bij SABCA in Haren. Het bedrijf ontwerpt en bouwt materialen en technieken voor de luchten ruimtevaart. André is verantwoordelijk voor een freesmachine. Om die te bedienen, schrijft hij mee aan een computerprogramma. Als een arbeider vooral met zijn handen werkt en een bediende vooral met zijn hoofd, dan is André deels arbeider en deels bediende. Toch heeft André het statuut van arbeider. ACV vindt het onderscheid Bas Bogaerts
tussen arbeiders en bedienden achterhaald. In deze Visie lees je waarom de vakbond werk MAAKT van één statuut.
special
2
nieuws
8
nieuws
10
regionieuws
jaargang 69 ¬ visie nummer 11 ¬ afgiftekantoor brussel x ¬ p806000 ¬ volgend nummer op 17 mei 2013
12
2
KADOC
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Historiek
‘Al sinds 1922 worden
bedienden beter beschermd dan arbeiders’ Arbeiders en bedienden in België hebben een verschillend statuut en KRIJGEN dus niet dezelfde sociale bescherming. Om te begrijpen hoe die verschillen ontstaan zijn, neemt Othmar Vanachter, professor emeritus arbeidsrecht aan de KU Leuven, ons mee op een reis doorheen de Belgische sociale geschiedenis.
H
et onderscheid tussen arbeiders en bedienden in België vindt zijn oorsprong in het jaar 1900’, weet professor Vanachter. ‘In die tijd werkten de arbeiders in erbarmelijke omstandigheden. De film Daens is daar een treffende illustratie van. De overheid had toen eigenlijk niet de gewoonte om in te grijpen in de economie. Maar de arbeidersopstand van 1886 dwong haar om actie te ondernemen. Met de wet op de arbeidsovereenkomsten van 10 maart 1900 verkregen de arbeiders een minimale wettelijke bescherming.’
Waarom gold die wet niet voor de bedienden? ‘Voor de bedienden was zo’n wet niet nodig, dacht men. Die stonden voldoende dicht bij hun patron om hun problemen zelf op te lossen. Pas op 7 augustus 1922 kregen de bedienden hun eigen wet op de arbeidsovereenkomsten. Maar die wet bood meer sociale bescherming. De overheid heeft toen nagelaten om een wet voor arbeiders én bedienden te maken. Het verschil in bescherming hebben de arbeiders nooit kunnen bijfietsen. Het is zelfs verergerd. Langsheen de breuklijn arbei-
ders-bedienden groeiden aparte vakorganisaties, aparte paritaire comités, aparte loonbarema’s, aparte sectorfondsen. Kortom, de wetten van 1900 en 1922 waren de basis voor het onderscheid, dat verder uitgediept is door het aparte collectieve overleg.’ Wat is de geschiedenis achter de carensdag? ‘Bedienden hebben sinds 1922 recht op een gewaarborgd maandloon bij ziekte, maar arbeiders kregen vroeger niets. Met de wet van 20 juli 1960 werd hierin verandering gebracht: het gewaarborgd weekloon voor
arbeiders werd ingevoerd. In ruil hiervoor eisten de werkgevers dat zij de maandagkater van hun arbeiders niet moesten betalen. Dat is de oorsprong van de carensdag: de eerste dag ziekte die een arbeider niet betaald krijgt door de werkgever, noch door de ziekenkas.’ Heeft men ooit pogingen ondernomen om de statuten gelijk te schakelen? ‘Op 3 juli 1978 werd de huidige wet op de arbeidsovereenkomsten ingevoerd. Maar hierin zijn simpelweg de oude wetten van 1900 en 1922 opgenomen. De historische verschillen, zoals het ontslagrecht en het gewaarborgd loon bij ziekte, heeft men niet weggewerkt.
In 1900 was het onderscheid tussen arbeiders en bedienden misschien objectief, toen alleen bedienden konden lezen en schrijven. Maar vandaag is het achterhaald. Professor arbeidsrecht Othmar Vanachter
Toch is er ook een titel met algemene bepalingen in opgenomen die zowel voor arbeiders als voor bedienden gelden. Sinds de jaren ’80 probeert de wetgever ook om bij alle nieuwe initiatieven het onder-
D
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
3
De opzegtermijnen zijn een groot knelpunt in de discussie over het eenheidsstatuut. Professor arbeidsrecht Othmar Vanachter: ‘De werkgevers vrezen dat de loonkosten verder zullen stijgen als arbeiders hetzelfde statuut krijgen als bedienden. Lees: hetzelfde ontslagrecht. Een aantal politici treedt hen daarin bij. Arbeid is een kost, zeggen zij. Hoe lager die kost, hoe meer bedrijven en hoe meer jobs er zijn. Maak dus het ontslagrecht flexibeler. Ik ben het daar niet mee eens. Arbeid geeft zekerheid van inkomen aan mensen. Als arbeid niet goed beschermd wordt, zullen mensen hun geld oppotten en niet aan de economie besteden. De uitweg uit de huidige crisis is dus net door arbeid nog beter te beschermen.’
scheid niet meer te maken. Zo komen er tenminste geen nieuwe verschillen bij.’ Waarom is het onderscheid tussen arbeiders en bedienden in strijd met de grondwet? ‘Het Grondwettelijk Hof oordeelde in 1993 dat het onderscheid in strijd is met artikel 10 en 11 van de grondwet. Die stellen dat elk onderscheid dat je maakt, moet gebeuren op basis van een objectief criterium. De wet van 1978 zegt dat een arbeider in hoofdzaak handenarbeid verricht en een bediende in hoofdzaak hoofdarbeid verricht. Dat was misschien in 1900 een objectief criterium, toen alleen bedienden konden lezen en schrijven. Maar vandaag is dat achterhaald. In 2011 heeft het Grondwettelijk Hof de wetgever opgelegd om het onderscheid tussen arbeiders en bedienden weg te werken tegen 8 juli 2013.’
Photo Reportage Belge
Wat als er tegen 8 juli geen oplossing is? ‘Dan kan iedere arbeider zijn opzegtermijn of ontslagvergoeding aanvechten voor de rechtbank en vermoedelijk gelijk krijgen. De werkgever kan de factuur hiervoor doorsturen naar de overheid. Het is een scenario dat de overheid zeker wil vermijden. De bal ligt nu in haar kamp.’ Leen Grevendonck
Pleit u er dan voor dat arbeiders dezelfde opzegtermijnen krijgen als bedienden? ‘Ik wil geen discussie aangaan over opzegtermijnen, wel over het ontslagrecht in zijn geheel. De bedienden denken ten onrechte dat zij een goed ontslagrecht hebben. Maar het is asociaal: wie meer verdient, krijgt een langere opzegtermijn en een hogere ontslagvergoeding. Bovendien biedt het geen echte sociale bescherming. In België kan een werkgever je ontslaan zonder dat hij daarvoor een reden moet opgeven. Dat is bijna nergens zo. Stop met discussiëren over opzegtermijnen en maak een ontslagrecht dat sociaal rechtvaardig is en dat niet discrimineert. Dat mag van mij goedkoper zijn voor de werkgevers, zolang het de werknemer maar echt beschermt.’
Standpunt
‘ACV wil één
globaal, gemeenschappelijk statuut’
‘Ondanks de vele onderhandelingen tussen de sociale partners, is er nog altijd geen oplossing voor één gemeenschappelijk statuut voor arbeiders en bedienden’, zegt Mathieu Verjans, nationaal secretaris van het ACV en toponderhandelaar voor dit dossier in de Nationale Arbeidsraad. ‘De regering zal nu een voorstel doen. Het ACV wil een globale oplossing, en wel nu.’ ‘In 1993 oordeelde het Grondwettelijk Hof dat het onderscheid tussen arbeiders en bedienden ongrondwettig is. Sindsdien werkt het ACV hard aan een oplossing. De sociale partners spraken in het interprofessioneel akkoord van 2001-2002 af om een duurzame oplossing uit te werken. Het ACV zette onmiddellijk een ruime interne consultatie op. Die leidde tot een algemeen standpunt in 2003, dat vorig jaar vernieuwd werd.’
Wat is het standpunt van het ACV?
‘Wij vinden dat werknemers, of ze nu arbeider of bediende zijn, waardig en gelijk
behandeld moeten worden. Wij willen niet enkel een oplossing voor de carensdag en de ontslagregeling, maar een globale oplossing voor alle wettelijke verschillen. Daarnaast zijn er nog verschillen die op het niveau van de sectoren en de ondernemingen opgelost moeten worden. Zo zijn er bijvoorbeeld ongelijkheden op vlak van lonen, groepsverzekeringen en vakantieregelingen.’
De statuten zijn toch al meer naar elkaar toe gegroeid?
‘In veel sectoren zijn de statuten geharmoniseerd door de opzeg van de arbei-
ders te verlengen of door hen meer inkomens- en bestaanszekerheid te garanderen. Ook in het ACV hebben we al heel wat stappen gezet. Bijna alle beroepscentrales hebben arbeiders en bedienden in hun ledenbestand. Het belang van het lid staat voor ons altijd voorop.’
Zijn er ook gevolgen voor de ambtenaren?
‘Ongeveer de helft van de mensen die in de openbare sector werken zijn contractuelen. Zij hebben niet het ambtenarenstatuut, maar zijn arbeider of bediende. Zij zijn dus betrokken partij.’
De werkgevers vrezen dat het eenheidsstatuut hen veel zal kosten.
‘De opzegvergoedingen en -termijnen zijn een moeilijk punt, maar niet onbetaalbaar (in volgende Visie komen we daarop terug, red.). Laat ons niet focussen op de extremen. Een arbeider die ontslagen wordt, heeft een gemiddelde anciënniteit van 2,9 jaar. Voor een bediende is dat 4 jaar. Er is ook enkel een meerkost voor de werkgever als iemand die ontslagen wordt zijn opzegperiode niet uitdoet. Maar dat is meer uitzondering dan regel.’
Een complex dossier waar politici nu snel een oplossing voor uitwerken. Is dat realistisch?
‘Tegen 8 juli moet er een oplossing zijn. De regering zal knopen moeten doorhak-
Wij willen niet enkel een oplossing voor de carensdag en de ontslagregeling, maar een globale oplossing. Mathieu Verjans, nationaal secretaris ACV ken. En de sociale partners op het terrein moeten dit verder uitwerken. Er zullen overgangsmaatregelen nodig zijn. Maar voor ACV moet de overgangsperiode kort zijn. Aan de opgebouwde rechten mag men niet raken. ACV zal de komende weken blijven informeren en actie voeren voor een globaal, gemeenschappelijk statuut voor arbeiders en bediende. Alle werknemers verdienen dat.’
Patrick Wirix
4
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
JEF en Stephane, Bediende en arbeider bij ISS Catering
‘Bedrijven willen
geen pionier zijn in het eenheidsstatuut’
‘De verschillen in het statuut van arbeiders en bedienden zijn onrechtvaardig’, vinden Jef Geboers (52) en Stephane Fossez (32), allebei kok bij ISS Catering. Naast deze mening delen ze een passie voor koken, humor en een sterk karakter. Ze volgden een beroepsopleiding kok en doen gelijkaardig werk tussen de potten en de pannen van hetzelfde cateringbedrijf. Ze zijn ook allebei délégué bij ACV Voeding en Diensten. Alleen is Stephane arbeider en Jef bediende.
T
oen ik zes was, eiste ik thuis al een plaatsje achter het kookvuur op’, verklapt Jef (links op foto). ‘Zoals alle klein mannen droomde ik van een beroep. Ik niet van brandweerman. Ik wilde wel graag met water en vuur spelen, maar dan op een andere manier (lacht).’ ‘Ook ik heb altijd kok willen worden’, vult Stephane (rechts op foto) aan. ‘Ik kreeg het mee van mijn ouders. Bij ons kwam geen pizza uit de diepvriezer op tafel.’ Een toekomst als kok stond voor beide jongens in de sterren geschreven. Vandaag werken ze voor ISS Catering, een bedrijf dat bedrijfskeukens bemant met keukenpersoneel. Welke opleiding hebben jullie gevolgd? Stephane: ‘Ik volgde een beroepsopleiding kok, waarvan drie jaar met een leercontract. Omdat ik de opleiding niet helemaal heb afgemaakt, volgde ik er later in avondschool bedrijfsbeheer bij.’ Jef: ‘Ik heb een middelbaar diploma als kok. Bij de VDAB volgde ik nog een jaar management in de horeca.’
5 BAS BOGAERTS
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Jef: ‘Om te beginnen heb je als arbeider 14 dagen proeftijd. Als bediende draai je zes maanden proef, met mogelijk zes maanden verlenging. Dat is een lange periode van onzekerheid. Als een werkgever in zes maanden tijd nog niet kan zien of je bekwaam bent, dan is er iets mis. Ook de opzegtermijnen bij ontslag verschillen sterk. Als ISS Catering een arbeider ontslaat na één jaar dienst, is er een opzegtermijn van veertig dagen. Bedienden krijgen een opzeg van drie maanden per begonnen schijf van vijf jaar.’ Heeft je statuut een effect op je loon en je vakantiegeld? Stephane: ‘We hebben hetzelfde loon, maar het wordt verschillend uitbetaald. Ik krijg als arbeider een voorschot op de 21ste dag
Ik vind het spijtig dat er nu pas beweging komt in de statuten, maar werkgevers hebben nooit het mes op de keel gevoeld. Stephane, kok en arbeider bij ISS Catering
Waaruit bestaat je werk? Stephane: ‘Ik werk als chef de partie in de keuken van de Europese Raad in Brussel. We hebben er dagelijks ongeveer 2 000 passanten. Ik sta meestal in voor de koude gerechten of voor het dieetmenu.’
Als iemand onrechtvaardig behandeld wordt, zelfs al is het mijn ergste vijand, dan kan ik daar niet tegen. Jef, kok en bediende bij ISS Catering
Jef: ‘Ik ben kok in de keuken van Janssen Pharmaceutica in Geel en doe een beetje van alles. Van broodjes bakken ’s morgens, eten bereiden, de 350 klanten bedienen aan de toog tot de keuken weer doen blinken na de service. Het is heel afwisselend, maar wel zwaar werk. Kok zijn is echt een roeping. Wie het niet heeft, stopt er snel mee.
Werken als een beest tijdens de service. Plezier maken ook, zodat je niet uitgekeken raakt op je collega’s. En vooral mensen blij maken met lekker eten. Dat zijn de ingrediënten die mijn werk kruiden.’ De ene arbeider, de andere bediende: kon je je statuut zelf kiezen? Jef: ‘Toen ik elf jaar geleden bij ISS Catering startte, vroeg en kreeg ik het statuut van bediende. Ik wist dat het arbeidersstatuut minder voordelen gaf. Als bediende kon en kun je bijvoorbeeld een aanvullend pensioen opbouwen, dat kan oplopen tot 5 procent van je jaarloon. Arbeiders kunnen dat volgens onze cao pas vanaf dit jaar, wel maar voor 0,5 procent van hun jaarloon.’ Stephane: ‘Ik ben een jaar geleden door een overname bij ISS Catering begonnen. Ik was arbeider en ik heb mij daar geen vragen bij gesteld. Ik zou het bediendestatuut wellicht ook niet gekregen hebben. Je kunt bij ons pas het bediendestatuut aanvragen vanaf de looncategorie van souschef.’ In welk opzicht verschillen de arbeidsvoorwaarden voor arbeiders en bedienden?
van de maand en een afrekening op de vijfde werkdag van de volgende maand. Jef krijgt als bediende zijn loon steevast op de 25ste van de maand. We zijn dat zo gewoon en op zich is daar geen probleem mee. Wat moeilijker ligt, is dat het loon van een arbeider afhangt van het aantal gewerkte uren in de voorbije maand. Ik nam bijvoorbeeld enkele dagen vrij in februari en had meteen 200 euro minder op mijn loonbriefje. Bedienden krijgen elke maand hetzelfde loon. Arbeiders krijgen wel meer vakantiegeld: voor hen telt de eindejaarspremie mee in de berekening. Arbeiders krijgen het dubbel vakantiegeld ook vooraf, in mei. En als ze later vakantie nemen, verdienen ze die periode geen loon. Dat stelt mensen die hun budget niet goed beheren soms echt voor problemen. Een gelijkschakeling zou een goede zaak zijn.’ Stel, je wordt ziek. Wat dan? Jef: ‘Als bediende ben ik bij ziekte van dag 1 tot dag 30 zeker van het normale loon van mijn werkgever. Stephane krijgt als beginnend arbeider de eerste dag ziekte niet betaald. Ook arbeiders krijgen voor de rest van de eerste maand ziekte een volledig nettoloon, maar dat loon komt deels van de werkgever, deels van de mutualiteit. Een complexe regeling, die veel administratie met zich meebrengt.’ Hebben arbeiders en bedienden evenveel recht op opleiding? Jef: ‘Er zijn bij ons geen verschillen in de vormingskansen. Wel krijgen mensen in hogere functiecategorieën meer vorming,
sommigen tot twintig dagen per jaar. Wij, in de lagere functiecategorieën, krijgen vooral verplichte blitsopleidingen, niet meer dan vijf uur per jaar. Vorige week nog kregen wij een opleiding van drie kwartier over poetsproducten. Dat gebeurt dan haast letterlijk tussen de soep en de patatten. Het verhoogt de werkdruk, want het werk moet tegelijkertijd toch gedaan zijn.’ Stephane: ‘We hebben dat al aangekaart op de ondernemingsraad. We willen dat er meer tijd voor wordt vrijgemaakt, ook voor verrijkende opleidingen, zoals bijvoorbeeld een opleiding in nieuwe kooktechnieken. Onze klanten willen wokgerechten, maar wij hebben nooit een wokcursus gehad. Die opleidingen kunnen wij wel volgen via het Fonds Horeca Vorming Vlaanderen. Maar wij moeten dat vragen aan onze chefgerant of districtsmanager, en die beslist dan over onze vormingsnood.’ Heeft de crisis al tot tijdelijke werkloosheid geleid bij ISS Catering? Stephane: ‘Door de crisis merken we dat er minder mensen komen eten, of dat ze bijvoorbeeld enkel voor een hoofdgerecht kiezen. Dan doet de werkgever een beroep op tijdelijke werkloosheid. We merken dat tijdelijke werkloosheid bij arbeiders makkelijker en vaker wordt toegepast dan bij bedienden.’ Vind je de verschillen tussen arbeiders en bedienden gerechtvaardigd? Jef: ‘Natuurlijk niet. Ik heb een groot rechtvaardigheidsgevoel. Als iemand onrechtvaardig behandeld wordt, zelfs al is het mijn ergste vijand, dan kan ik daar niet tegen.’ Stephane: ‘Als het over de discriminatie tussen arbeiders en bedienden gaat, verschuilen bedrijven zich achter de sector. Ze willen geen pionier zijn voor het eenheidsstatuut en wachten op collectieve regelingen via de cao’s. Eén bedrijf alleen gaat er niets aan veranderen, want dan kan het misschien niet meer zo goed concurreren. Klanten kijken jammer genoeg dikwijls enkel naar de prijs van de dienst, en niet naar de kwaliteit of naar duurzaam ondernemerschap.’ Denk je dat er nu gauw een oplossing komt? Jef: ‘Ik vind het spijtig dat er nu pas beweging komt in de statuten, maar werkgevers hebben nooit het mes op de keel gevoeld. In bedrijven die er al lang mee bezig zijn, werkt het blijkbaar wel. Maar het is sowieso een proces van lange adem. Een eenheidsstatuut zal er niet van vandaag op morgen zijn. Maar hopelijk zijn er tegen juli wel al veel goede intenties.’ Griet Verhoeyen
Meer lezen over de verschillen in statuut? En over het ACV-standpunt? www.beterstatuut.be
6
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Wettelijk erkend statuut ‘tussen arbeider en bediende’
Havenarbeider, een geval apart
Vergeet de discussie over arbeiders en bedienden even: in ons land zijn er een aantal beroepen waarvoor er nóg een apart statuut bestaat. Havenarbeider is één van die beroepen. de havenarbeiders worden verdedigd door ACV-transcom. ‘Eigenlijk zijn wij dagloners’, legt dokwerker Mario Van Rumst uit.
N
iet zomaar eender wie mag havenarbeider worden, onder andere om de veiligheid van het werk in de havens te garanderen. Werken met schepen, containers of stukgoederen is niet zonder gevaar. Wil je aan de slag als dokwerker, dan moet je eerst medisch en psychisch goedgekeurd worden en een opleiding volgen. Pas daarna mag je werken in de haven, met het erkende statuut van havenarbeider.
bas bogaerts
Olifanten Bij containerbehandelaar PSA Antwerp stuurt Mario Van Rumst (40) van op zijn bureau de olifanten aan, kranen die de containers lossen, laden en verplaatsen. Mario werkt al twintig jaar aan de haven. ‘Als je je erkenning hebt, kun je je elke dag aanmelden bij het kot (het aanwervingslokaal, red.). Wij zijn eigenlijk in dienst als dagloners. Maar in de praktijk werken veel havenarbeiders langere tijd voor hetzelfde bedrijf, met een contract.’
Mario werkt zelf al tien jaar voor PSA Antwerp. ‘Ik heb het statuut van havenarbeider en een vast contract als arbeider bij PSA. Maar mijn loon krijg ik wel van Cepa, de werkgeversorganisatie van alle goederenbehandelaars in de haven. PSA garandeert mij vier dagtaken per week. Als er genoeg werk is, kan ik probleemloos vijf taken doen. In ruil ga ik niet voor een andere firma werken.’ 1 300 euro ‘Als men aan mij vraagt: Hoeveel verdien je?, dan antwoord ik: 1 300 euro. Dat kan niet, zegt men mij dan. Maar ik moet ervan uit gaan: dat is het stempelgeld waarop ik zou kunnen terugvallen als er geen werk is. Als men morgen zegt dat ze mij niet nodig hebben, heb ik de korte opzegperiode van een arbeider. Ik moet dan wel niet naar de VDAB of naar interimkantoren, zoals de meeste gewone werknemers. Ik kan terugvallen op de haven. Dan ga ik naar het kot
om te zien of een andere firma mij kan gebruiken.’ Afhankelijk In principe kun je als havenarbeider dus bijna van de ene op de andere dag zonder werk zitten? ‘Ja. Dat gebeurt ook. Wij zijn afhankelijk van schepen, of het druk is in de haven of niet. Op dagen dat er geen werk is, kan er gestempeld worden. Ik heb ook al eens met minder werk gezeten. Door de crisis ging het in 2008 minder goed met de haven. Mijn contract is toen tijdelijk teruggeschroefd tot drie taken per week.’ Back-up Al is de werkzekerheid niet altijd even groot, het aparte statuut voor havenarbeiders heeft ook zijn voordelen. ‘Wij werken voor de Haven van Antwerpen, niet voor één patron’, legt Mario uit. ‘Dat is een voordeel, want het is onze back-up. Het geeft ons een zekere vrijheid. Je aanmelden in het kot is niet verplicht, maar het is een kans om
contact te leggen met verschillende firma’s. De haven is zo verscheiden dat iedereen zijn ding wel vindt. De ene rijdt graag auto’s aan boord, de andere lost kolen. Ik doe al tien jaar dezelfde job, omdat ik die graag doe.’ Mario volgt de discussie over arbeiders en bedienden net zo goed. ‘Een havenarbeider zit eigenlijk tussen arbeiders en bedienden. Iedereen die aan de haven werkt, zou volgens de wet met het statuut van havenarbeider moeten werken. Maar dat is al lang niet meer zo. De discussie gaat voor ons niet over een carensdag of over vakantie. Het gaat om het gebrek aan respect. En men wil het mooiste van die twee statuten wegsnijden. Terwijl men net het beste van de twee zou moeten verenigen. Veel van de rechten en plichten van arbeiders gelden ook voor ons, havenarbeiders. Maar je zou gewoon naar je werk moeten kunnen gaan, zonder je zorgen te moeten maken over je statuut.’ Lieve Van den Bulck
7
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
die kadees in hun vuile overall maak ‘Zonder
bas bogaerts
Iedereen bediende
je geen producten’ In de chemie zijn al heel wat bedrijven afgestapt van het verschil tussen arbeiders en bedienden. Zo ook oliebedrijf Oleon in Evergem. Iedereen heeft er een bediendestatuut. ‘De omschakeling heeft zeven jaar geduurd’, zegt délégué Filip Ridel (46). ‘We verdienen goed onze boterham en er is ook weinig verloop. De ervaring blijft in het bedrijf.’
O
leon bewerkt oliën en vetten voor zalfjes, zepen, waspoeders en voeding. Filip Ridel (46) werkt er 24 jaar. ‘Tussen 2003 en 2010 maakte ik als délégué van op de eerste rij de gelijkschakeling tussen arbeiders en bedienden mee. In Oleon Ertvelde werken nu een kleine 300 werknemers in hetzelfde statuut: dat van bediende.’ Hoofd en handen ‘Ik ben elektricien en storingstechnieker bij Oleon, maar ik startte als operator. In het begin werkte een operator vooral met zijn handen. Maar gaandeweg werd de opdracht complexer. Vandaag denken mijn collega-operatoren mee met het productieproces. Zij doen de helft van de tijd beeldschermwerk in een centrale controlekamer. Zij pompen bijvoorbeeld oliën over van de ene tank naar de andere via een procesinstallatie en sturen bij waar nodig. Daarnaast doen zij buitenwerk, zoals tanks en leidingen op elkaar afstemmen of stalen nemen. Zo sluiten hun kennis en kunde bij elkaar aan. Hoofd en handen gaan samen.’
te vlakken. Het loon van een bediende ging trager omhoog, maar het loon steeg wel verder.
De kleren op de werkvloer maken nog te vaak de man of de vrouw. Filip Ridel, bediende bij Oleon
We deden er zeven jaar over om alle lonen in één looncurve en -classificatie samen te brengen. Wij waakten er ook over dat niemand in loon terugviel. Het loon van een starter ligt nu tussen dat van de vroegere bediende en arbeider. De werkgever kan tijdens de eerste 15 jaar tewerkstelling van arbeiders in een bediendestatuut op hun loon besparen.’ Waardering ‘Eens het verschil in statuut is weggewerkt, kunnen ook de vastgeroeste ideeën uit ons
O
Beter af ‘De werkgever was de drijvende kracht achter de verandering van het statuut. Administratieve vereenvoudiging speelde zeker een rol in een bedrijf met de helft arbeiders en de helft bedienden. Als arbeiders waren wij bij Oleon al beter af dan in andere bedrijven. De carensdag, de onbetaalde eerste dag ziekte voor arbeiders, was al afgeschaft. Ook de ontslagregeling voor arbeiders was met twee maanden in plaats van veertien dagen beter dan elders.’
hoofd verdwijnen. De kleren op de werkvloer maken nog te vaak de man of de vrouw. Wanneer dat uitgeroeid zal raken? We zullen die mensen op handen dragen op het moment dat er veel technisch geschoolde mensen te kort zijn. Zonder die kadees in hun vuile overall kun je geen producten maken.’
werden bij Oleon ook gelijkgeschakeld. Werkgevers gebruiken de kostprijs daarvan als tegenargument voor een gemeenschappelijk statuut. ‘Bij Oleon speelde dat geen rol, omdat er weinig verloop is. We verdienen goed onze boterham en de ervaring blijft in het bedrijf. Met degelijke arbeidsomstandigheden en een correcte verloning willen de mensen graag blijven.’
Tegenargument Opzegtermijnen en ontslagvergoedingen
Griet Verhoeyen
Overgangsregeling
van arbeiders naar bedienden Shell Groep, het moederbedrijf van CRI Catalyst Company Belgium in
Wondelgem, wilde zijn werknemers in 2007-2008 een gunstiger pensioenplan geven. Ook arbeiders zouden een gelijkaardig voordeel krijgen. Maar achteraf bleek dat alleen bedienden konden toetreden.
Zeven jaar ‘In 2003 startten de onderhandelingen voor één bediendestatuut. Vroeger kreeg een startende arbeider bij Oleon een hoger loon dan een startende bediende. Het loon van een arbeider steeg ook sneller, om dan vrij snel af
Johan Quintelier, secretaris bij ACV Bouw, Industrie & Energie (ACV BIE): ‘Met de werkgever en onze achterban hebben we toen gediscussieerd of de ar-
beiders ook konden toetreden tot het bediendestatuut en het pensioenfonds. Na moeilijke onderhandelingen zijn we uiteindelijk tot een nieuwe, gemeenschap-
pelijke cao gekomen. De arbeiders worden ingeschaald in de bediendebarema’s, zonder loonverlies. En er wordt rekening gehouden met de productiegebonden premies. Sommige arbeiders, met een gunstiger petroleumstatuut, konden ervoor kiezen om arbeider te blijven. Enkelen hebben dat ook gedaan. ACV bouw-industrie & energie en bediendevakbond LBC zijn onmiddellijk een doorgedreven samenwerking opgestart tussen de militanten van de arbeiders en de bedienden op het bedrijf.’
FRANK BAHNMüller
8
¬ onze samenleving
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
¬ onze samenleving
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Cohousing, ofwel apart samenleven
Een eigen huis, een
gedeelde plek onder de zon
In je eigen huis wonen en toch volop kansen op ontmoetingen hebben. En daarbovenop zo ecologisch mogelijk bouwen en leven. Dat is de filosofie van de bewoners van HuisElf, een
9
ADVERTENTIE Kompas Vakantiewoningen - Westende
Gratis naar Plopsaland Heb je zin in een keitoffe gezinsvakantie aan zee? Mis dan dit aanbod niet. Wie tussen 12 juli en 16 augustus voor minstens 7 dagen een Kompas Vakantiewoning in Westende boekt, krijgt er een gratis toegangskaart voor Plopsaland De Panne voor elk gezinslid bovenop. De vakantiewoningen zijn ruim en comfortabel ingericht voor 4, 6 of 8 personen. Boek vandaag nog je vakantie aan zee en geniet van een onvergetelijke dag in Plopsaland. 058 22 30 25 www.kompasvakantiewoningen.be
project van cohousing in Lebbeke. ‘Het is belangrijk dat het klikt tussen de bewoners.’
Z
even jaar geleden kocht Bruno Verschaeve (43, links op grote foto) een voormalige hoeve in het landelijke Lebbeke, nabij Dendermonde. Zijn droom was om hier een project voor cohousing te realiseren. Dat is een alternatieve woonvorm die steeds meer ingang vindt in Vlaanderen. Gezinnen leven in aparte privéwoningen, maar delen ook enkele voorzieningen zoals een tuin of een ontspanningsruimte. Cohousing is een antwoord op de vervreemding in de samenleving. Het is een tussenweg tussen leven in een woongemeenschap en individueel wonen. Huis van stro Op een vroege maandagochtend word ik verwacht in HuisElf. De hoeve is gebouwd rondom een centrale koer. Een zongerichte tuin geeft uitzicht op de velden. Bruno, zijn vrouw Helene Erauw (39, rechts op grote foto) en toekomstig bewoner Bert De Smedt (33, midden op grote foto) leiden me met plezier rond. ‘Het project is nog in volle opbouw’, vertelt Bruno. ‘Helene, ons zoontje Simon en ik zijn op dit moment de enige vaste bewoners van HuisElf. Wij wonen in het bestaande woonhuis van de hoeve. Dat wordt later een gemeenschapshuis. Boven komt een dakappartement, waarvan Bert de bewoner wordt. Helene en ik gaan samen met een ander gezin een tweewoonst bouwen op dit terrein. We kiezen daarbij voor duurzame materialen. Het huis wordt opgetrokken in houtskelet en de muren worden gevormd door strobalen. Stro is niet alleen goedkoper en duurzamer om te isoleren. Het is ook beter voor de luchtkwaliteit binnenshuis. We voorzien ook nog een extra tweewoonst. Hiervoor zijn we op zoek naar nieuwe bewoners.’ Ontmoeting De gemeenschappelijke schuur is een belangrijke plaats in HuisElf waar nog volop aan gewerkt wordt. Op de benedenverdieping is er een slaapkamer en badkamer voor gasten. Er komt ook een zithoek, een eetkamer en een wasplaats. De zolder is al volledig afgewerkt. ‘De schuur dient als ontmoetingsruimte’, legt Bert uit. ‘Hier kunnen we vergaderen, samen eten of een film kijken. Maar we stellen ook de deuren open voor andere mensen. HuisElf is immers onze uitvalsbasis om te werken rond transitie, of de overgang naar een duurzame samenleving. Leden van het voedselteam van Lebbeke kunnen hier hun voedselpakket ophalen. We organiseren ook voordrachten en infomomen-
ten, bijvoorbeeld over LETS, een ruilnetwerk voor spullen en diensten.’ Platteland Bruno, Helene en Bert hebben ieder hun eigen reden om in HuisElf te wonen. ‘Wat mij aantrekt aan cohousing, is dat je meer sociale contacten hebt’, verklaart Bruno. ‘Als koppel wil je niet altijd je vrije tijd op dezelfde manier invullen. De ene wil een film kijken, de andere wil een gezelschapsspel spelen. In een samenhuisproject vind je makkelijker iemand die zin heeft in dezelfde activiteit als jij.’ Helene woonde vroeger in de stad, zonder tuin of terras. ‘Ik verlangde ernaar om op het platteland te gaan wonen, maar ik had schrik voor de eenzaamheid. Cohousing was de ideale oplossing. Je hebt privacy, maar er zijn ook altijd mensen in de buurt.’ Bert was niet per se op zoek naar cohousing. ‘Ik wil in HuisElf komen wonen, omwille van de fijne sfeer die er hangt en het gevoel van verbondenheid. Ik vind het tof om samen voor eenzelfde project te gaan.’ Golflengte Op dit moment zijn Bruno en Helene nog de enige eigenaars van HuisElf. ‘Iedere nieuwe bewoner zal zich inkopen’, vertelt Bruno. ‘De grond en de schuur worden een onverdeeldheid. Daarnaast bezit ieder zijn eigen huis en parkeerplaats. We zijn op zoek naar mensen die willen instappen in ons project. Maar we vinden het erg belangrijk dat het klikt. Je leeft niet alleen dichter bij elkaar, je deelt ook een aantal verantwoordelijkheden. Bovendien willen we graag mensen vinden die op dezelfde golflengte zitten. Cohousing is ook een manier om duurzamer te leven. Iemand die met een Hummer rijdt en elke dag de barbecue aansteekt, heb ik liever niet als naaste buur (lacht).’ Leen Grevendonck 18 mei - Open Dag Samenhuizen Ben je benieuwd naar vernieuwende woonvormen zoals cohousing? Op zaterdag 18 mei openen tientallen woongemeenschappen in Vlaanderen en Brussel hun deuren. Bij HuisElf in de Kakemanstraat 11 in Lebbeke ben je welkom tussen 10 en 18 uur. Alle locaties vind je op www.samenhuizen.be.
Ol Fosse d’Outh - Houffalize
Aktiva midweek of week Inbegrepen: 5 dagen (4 nachten) of 8 dagen (7 nachten), ontbijt, middagmaal (bij volpension), avondmaal, dranken tijdens de maaltijd, welkomstdrink, toegang tot waterparadijs Aqua l’O* en fitnesscenter, elke dag animatie (Nordic Walking, ochtendgym, natuurwandelingen…) en daguitstap naar Trier. Midweek: 20-24 mei, 27-31 mei, 3-7 juni, 10-14 juni, 17-21 juni, 24-28 juni, 2-6 september, 9-13 september, 16-20 september, 23-27 september, 4-8 november Week: 3-10 juni, 10-17 juni, 17-24 juni, 24 juni-1 juli, 2-9 september, 9-16 september, 16-23 september, 23-30 september, 4-11 november Prijs per persoon Halfpension: 235 euro (midweek), 355 euro (week) Volpension: 285 euro (midweek), 445 euro (week) 061 28 88 01 reservation@olfossedouth.com www.olfossedouth.com
Sol Cress - Spa
Zomerpromotie Boek tussen 1 juli en 25 augustus en krijg gratis overnachtingen: 3 nachten + 1 gratis of 5 nachten + 2 gratis. Animatie (23 juli tot 18 augustus), geleide wandelingen, kinderclub en barbecue. Prijs per persoon op kamer met volpension Volwassenen: 75,45 euro + 1 euro gemeentetaks Kind 6-14 jaar: 26,25 euro Kind 2-5 jaar: 17,65 euro
Midweken Volpension, welkomstdrankje, geleide wandelingen, bezoek aan kruidentuin en daguitstap naar Malmédy. Data 10 tot 14 juni, 2 tot 6 september, 30 september tot 4 oktober
FRANK BAHNMüller
Prijs 295,50 euro per persoon Gemeentetaks: 1 euro per nacht per volwassene 087 77 23 53 info@solcress.be www.solcress.be
De schuur is een ontmoetingsruimte voor de bewoners en biedt plaats voor vergaderingen, infoavonden en feesten.
Bert snoeit de perenboom. De tuin wordt een voedselbos, met fruitbomen, groenten en kruiden.
10
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Nieuw op de werkvloer
Kiezen
voor
talent loont
Wat je graag doet, doe je beter en hou je langer vol. Dat is niet alleen leuk voor jezelf, maar ook voor je werkgever. ‘En wees gerust, iedereen heeft talenten’, zegt Katia Raman, stafmedewerker Human Resources bij CM.
Hoe herken je talenten? ‘Luk Dewulf zegt dat een talent moet worden wakker gekust. Een talent is pas een talent als ook anderen het zien. Het is iets wat bij jou vanzelf gaat maar waarvan anderen zeggen dat je er goed in bent. Je geniet terwijl je bezig bent en je verliest de tijd uit het oog. Wees gerust, iedereen heeft talenten. Alleen kennen we die niet altijd en werkt niet iedereen in een omgeving waarin talenten tot uiting komen.’ Hoe pas je dat toe op de werkvloer? ‘Je eigen talenten leren kennen, is een eerste stap. Weten waar je goed in bent, werkt motiverend en versterkt je zelfvertrouwen. Pas dan kun je je talenten meer gericht inzetten in je job. Sterktes van collega’s helpen benoemen, bevordert de samenwerking en leert je nog meer wie waar sterk in is. Zo kunnen talenten elkaar versterken. Ben je bijvoorbeeld zelf een nieuwfreak die heel leergierig is en graag nieuwe ideeën aanbrengt, dan heb je veel aan een collega met het talent planmaker die je ideeën in de praktijk kan helpen brengen. En het is verbazend hoe talenten benoemen ook een openheid creëert om het met mensen te hebben over dingen waar ze minder goed in zijn. Want werken volgens je talenten
betekent niet dat er in je takenpakket niets mag zitten dat je minder ligt. De boodschap is dat je daar verantwoordelijk voor blijft zonder dat je er per se zelf sterk in moet worden. Het streefdoel is dat medewerkers en leidinggevenden vanuit sterktes naar elkaar kijken en het grootste deel van de tijd doen waar ze goed in zijn.’
tekenen. Op het nationaal secretariaat van CM zijn al enkele diensten gestart met het verkennen van manieren om het talentenverhaal om te zetten in de dagelijkse werkpraktijk. We hebben al fijne ervaringen gehoord, maar ons verhaal is zeker nog niet af.’
Werkt dat in alle sectoren? ‘Zeker. Overal gaat het erom jezelf en je collega’s beter te leren kennen vanuit hun sterktes. En uit te zoeken hoe je het werk daarop kunt afstemmen. Dat biedt zowel mogelijkheden in een team van secretaresses, directeurs als arbeiders. Een magazijnier in een autobedrijf met het talent nieuwfreak zal spontaan oog hebben voor mogelijke verbeteringen in het magazijn. Wordt zijn talent gezien en worden zijn voorstellen opgepikt, zal hij daar persoonlijk energie uit putten. En het levert ook iets op voor het bedrijf. Elke organisatie moet zelf bekijken wat het talentenverhaal voor haar kan be-
Ook werken bij CM? Kijk op www.cmjobs.be.
Chris Vanhauwaert
Luk Dewulf schreef ‘Ik kies voor mijn talent’, uitg. Lannoo Campus. Op www.plukjegeluk.be/talent vind je meer informatie over de talententournee van Luk Dewulf voor ouders, over de ontwikkeling van talent bij jonge kinderen. Hij loopt tot eind mei. De toolbox junior is tijdens de voorstellingen verkrijgbaar met CMkorting (35 euro i.p.v. 49,99 euro).
Guy Puttemans
Waarom werken met talenten? Katia Raman: ‘Op zijn talententournee door Vlaanderen vraagt pedagoog Luk Dewulf vooral te kijken naar waar kinderen goed in zijn en veel minder naar wat ze niet kunnen. Deze talentgerichte aanpak toepassen in de werksfeer schept voordelen zowel voor de medewerker als voor de organisatie. Wie werkt binnen zijn talenten, doet dat met meer goesting en behaalt makkelijker resultaten. We zullen in de toekomst allemaal langer moeten werken. Het wordt steeds moeilijker om sommige vacatures in te vullen. Werkgevers zullen voor een werkplek moeten zorgen waar mensen met goesting naartoe komen om er het beste van zichzelf te geven.’
W
CM-medewerkers over werken met talenten Een aantal CM-medewerkers kregen een workshop met Luk Dewulf en ontdekten hun talenten. Enkele antwoorden op volgende vragen:
1 2
Wat spreekt je aan in het talentenverhaal?
Welke talent heb je bij jezelf ontdekt?
3
Hoe wend je dat aan in je job?
Wim Michielsen,
leidt de dienst die toepassingen ontwikkelt om de CM-leden vlot terugbetaling te geven 1. Het talentenverhaal laat toe om je medewerkers waardering te geven voor datgene waarin zij uitblinken. In het verleden werd er al te vaak gefocust op de negatieve zaken in het werk van medewerkers, de talentenbenadering vertrekt van het positieve. Je merkt dat heel wat medewerkers zich hierdoor meer gewaardeerd voelen, meer gemotiveerd zijn om uitstekend werk te leveren en met meer goesting naar het werk komen. 2. Ik ben onder meer een kennisspons: ik ben heel graag bezig met nieuwe zaken, zoals het talentenverhaal, en ga actief op zoek naar meer informatie daarover. 3. Dit zorgt er in mijn job voor dat ik me snel kan inwerken in nieuwe materie en deze graag deel met mijn collega’s.
11
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Vertrouweling Mensen vertellen mij altijd meer dan ze zelf willen. Uitblinker als ik dat wil Bij alles wat me interesseert, streef ik naar excellentie. Planmaker Ik ga altijd heel efficiënt op mijn doel af. Kennisspons Ik ben heel weetgierig. Nieuwfreak Ik ben altijd op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen.
R M
Katia Raman (midden): Weten waar je goed in bent, werkt motiverend en versterkt je zelfvertrouwen.
Richard Petroci,
Mieke Loyens, consulent
1. De slogan ‘Iedereen heeft talent’. Iedereen is wel ergens goed in en wanneer een werkgever juist investeert in ieders talent, dan levert dit een win-win-situatie op. Wie zijn werk graag doet en daar goed in is, zal zijn opdracht met veel enthousiasme vervullen en ook veel gemakkelijker resultaten behalen. 2. Bovenaan mijn lijstje staat planmaker. Ik ga altijd efficiënt op mijn doel af. En als ik een doel voor ogen heb, krijg ik energie. 3. In het drukke hedendaagse leven is het zeer belangrijk om alles wat je doet (niet alleen op professioneel vlak maar ook privé) goed te plannen. Zonder een degelijke planning loopt alles in het honderd, vergeet je dingen en kom je vaak in stress-situaties terecht.
1. Ik onthoud vooral dat er in het dagelijkse leven veel te weinig aandacht aan talenten wordt besteed. Ook bij kinderen. Een kind dat niet goed is in sport maar wel ongelooflijk veel inzet toont, moeten we prijzen om zijn inzet. We mogen ons niet blindstaren op de laatste plaats die hij altijd haalt. Dat maakte Luk Dewulf ons duidelijk. 2. Aanvankelijk vond ik het eerst moeilijk om te zeggen welk talent echt bij mij paste. Wel zag ik mezelf meteen als een uitblinker als ik dat wil. Ik vond dit wat eigenwijs klinken, maar het kan blijkbaar positief
consulent
zijn. En inderdaad: als ik ergens in geloof dan zal ik mij 200 procent inzetten. Ik heb blijkbaar ook het talent Vertrouweling. 3. Door op mijn werkplaats een aangename sfeer te creëren probeer ik mijn rol als vertrouwenspersoon maximaal uit te spelen. Of de mensen komen vragen wat ze moeten doen bij de diagnose van een ernstige aandoening, ziekenhuisfacturen laten controleren of de geboorte van hun kindje melden, iedereen moet het gevoel hebben dat ze bij mij terecht kunnen.
16
Visie ¬ vrijdag 10 mei 2013
Kinderen weten welk werk ze willen
je op bezoek komen. Dat lijkt me beter dan constant rond te lopen in een ziekenhuis.’
Zesdejaars over hun
Nog carrièredromen ‘Bioloog, dat lijkt me leuk’, twijfelt Aron. ‘Of spelletjes ontwerpen op de computer, games. Je moet dan wel heel de dag achter de computer zitten. Dat vind ik niet zo erg, maar het is wel slecht voor je ogen.’ Joran ziet zichzelf in de toekomst als dierenarts. ‘Het lijkt me tof om dieren met problemen te helpen. Alleen dieren spuitjes geven om hen te doen inslapen, dat lijkt me niet tof.’
droomjob
Het kunstmatige verschil tussen een arbeider en een bediende, daar zijn de zesdeklassers van basisschool Bisterveld in Kessel nog niet mee bezig. Maar welk beroep ze later willen uitoefenen, of net niet? Daarover denken ze ernstig na.
W
at wil je later worden? De vraag is eenvoudig, maar de mogelijkheden lijken nog eindeloos wanneer je elf of twaalf jaar oud bent. Bjorn steekt zonder aarzelen zijn vinger in de lucht. ‘Ik wil advocaat worden. Ik hou van discussiëren en van mijn gelijk halen. En het verdient ook goed.’ Of hij dat belangrijk vindt? ‘Toch een beetje. Je moet kunnen rondkomen. Misschien wil ik ook kinesist worden. Mijn mama heeft een hernia en soms masseer ik haar nek. Ik help graag mensen.’
Misschien kan Yoran later samenwerken met Hanne, die een job als kinderverzorgster wel ziet zitten. En ook Zoë wil graag met kleuters werken. ‘Of in een bejaarden-
tehuis. Het is voor die mensen moeilijk om de trap op te gaan, om boodschappen te doen of eten te maken. Daar wil ik hen mee helpen.’ Modeontwerpster of dokter Veel sociale toekomstdromen, maar Aagje ziet haar toekomst beslist op een heel andere werkplek: ‘Modeontwerpster, dat wil ik zijn. Dan kan ik creatief zijn en zelf mijn kleren ontwerpen.’ Fien droomt er dan weer van om dokter te worden en heeft al een goed beeld van dat beroep. ‘Ik help en verzorg graag mensen. Ik bewonder dokters ook, omdat ze soms lang werken, tot ‘s avonds laat. Maar ik word liever dokter dan verpleegster, omdat de mensen dan bij
Lieve Van den Bulck
Bas Bogaerts
Iets met kindjes Ushi heeft andere plannen en wil juf worden. ‘Ik ben graag met kindjes bezig. Als
mijn zusje thuis haar huiswerk moet maken, mag ik dat van mijn mama verbeteren. Een nadeel is dat je thuis ook veel moet werken, niet alleen op school.’ En er zijn nog toekomstige leerkrachten in de klas. Yoran droomt van een carrière als kleuterleider. ‘Je moet veel knutselen en je kunt de kleuters dingen aanleren, die ze nog heel hun leven kunnen gebruiken.’ Als nadeel van het beroep vreest Yoran ‘de vele vergaderingen en moeilijke ouders.’
Niet slapen? Nog even testen wat de zesdejaars absoluut nooit willen doen als werk. ‘Politievrouw,’ antwoordt Ushi snel, ‘omdat je dan ‘s nachts moet werken om achter boeven te zitten. En dan kan ik niet slapen.’ Yoran en Aagje zien een carrière als dokter of verpleegkundige niet zitten. ‘Ik kan er niet goed tegen om bloed en wonden te zien.’ Bjorn wil op zijn beurt nooit van z’n leven schoonmaker in riolen worden. ‘Dat stinkt en er zit veel ongedierte!’, vindt hij. En ook bouwvakker staat op niemands verlanglijstje. ‘Ik ben helemaal niet precies’, legt Zoë uit. ‘Ik ben ook niet zo sterk en heb wat hoogtevrees. Als ik een huis zou maken, zou het schots en scheef staan. Ik zou het niet kunnen.’
colofon
Visie is een uitgave van de Koepel van Christelijke Werknemersorganisaties • Verantw. Uitg. nat. pag.: Kris Houthuys • Hoofdredacteur: Griet Verhoeyen • Redactie ACW en ACV: Leen Grevendonck, Lieve Van den Bulck, Patrick Wirix, David Vanbellinghen • redactie CM: Bram Swaerts (coördinatie), Martine Creve, Eric De Maegd, Dieter Herregodts, Chris Van Hauwaert, Nele Verheye • Vormgeving: Bart Gevaert • Redactie Visie: PB 20, 1031 Brussel, tel. 02 246 31 11 • www.acwvisie.be • lezers@visieredactie.be • Druk: Corelio Printing, Keerstraat 10, 9420 Erpe-Mere • Artikels op de regionale bladzijden (12-15) vallen onder de resp. verantw. uitgevers • Visie is ondertekenaar van de Milieubeleidsovereenkomst Papier Vlaanderen en steunt de inspanningen van de Vlaamse regering i.v.m. papierrecuperatie.