Conceptueel Bouwen

Page 1


Conceptueel Bouwen De weg naar een vraaggerichte innovatieve bouwsector



B L W OU EN EE TU EP NC CO PiETEr HUijbrEgTs

De weg naar een vraaggeriChte innovatie veBouwseCtor


Colofon Tekst:

Pieter Huijbregts

Eindredactie: Veronique Huijbregts Vormgeving: Twin Media bv, rimke bartels isbN:

978-90-75365-98-6

Dit boek is mede mogelijk gemaakt door steun van de Aannemersfederatie Nederland bouw en infra.

Æneas, uitgeverij van vakinformatie bv Postbus 101 5280 AC boxtel 0411 65 00 85 www.aeneas.nl © 2009, Æneas uitgeverij van vakinformatie bv Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Auteur en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een zo betrouwbaar mogelijke uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden, van welke aard ook, gebaseerd op de informatie uit deze uitgave.


inhoud Voorwoord 7

4.14 Veranderingen ten opzichte van het traditionele

inleiding 9

bouwproces 57 4.15 De economisch meest voordelige oplossing 58

Deel 1 Wat is conceptueel bouWen? 13

4.16 De relatie tussen waarden en (financiĂŤle)

hoofDstuk 1 naar een andere ontmoeting

4.17 gewenste waarden vertalen in gewenste

middelen 59 van vraag en aanbod 14 1.1

resultaten 60

basisvragen bij de ontmoeting van vraag en

4.18 De projectorganisatie bij conceptueel bouwen 62

aanbod 15

Samenvatting 66

1.2

Oplossingssystemen 17

Eindnoten 68

1.3

Transactiemodellen 21

Deel 2 Werken met een concept 71 hoofDstuk 2 De situatie in de bouwnijverheid 26 2.1

De bouwnijverheid en de vastgoedsector 26

2.2

behoeften en fricties 28

2.3

Oplossingssystemen van de bouw 29

2.4

Transactiemodellen in de bouw 31

hoofDstuk 1 De behoefte van de doelgroep (her)kennen 73 hoofDstuk 2 strategie bepalen 79 2.1

hoofDstuk 3 De toekomst van de bouw 35

Concepten voor gebieden, gebouwen en bouwdelen 81

2.2

Eerst gegevens verzamelen 85

hoofDstuk 4 een nadere kennismaking met conceptueel bouwen 40 4.1

hoofDstuk 3 De keuze van geschikte aanbieders 86

Werken met een eigen, standaard oplossingssysteem (concept) 40

hoofDstuk 4 De beste aanbieding kiezen 93

4.2

Duurzame samenwerking in ketens 42

4.3

Concepten voor gebieden, bouwwerken en

hoofDstuk 5 Contract, oplevering en evaluatie 102

bouwdelen 43

5.1

Een turnkey-contract afsluiten 102

4.4

Conceptueel onderhouden 45

5.2

De periode tot en met de oplevering 103

4.5

Conceptuele dienstverlening 46

5.3

gebruik en evaluatie: de afronding van het

4.6

Kostenvoordelen van conceptueel bouwen 47

4.7

risicoreductie door conceptueel bouwen 50

4.8

De onderscheidende waarden van conceptueel

proces 104 hoofDstuk 6 Conceptueel gebieden ontwikkelen 107

bouwen 51 4.9

Keuzevrijheid per project en de invloed van de

6.1

De benadering van de transactie 107

eindgebruiker 52

6.2

De contactfase 110

4.10 Conceptueel bouwen als maatwerk confectie 54

6.3

Contractfase 115

4.11 Conceptueel bouwen samengevat 55

6.4

Deelplannen per buurt 115

4.12 Welke eisen stelt conceptueel bouwen aan klanten,

Samenvatting 116

aanbieders en gemeenten? 55 4.13 De klant en zijn behoefte 56

Eindnoten 117


Deel 3 een concept ontWikkelen 119

Deel 4 Het veranderproces 155

hoofDstuk 1 het ontwikkelingsproces 121

hoofDstuk 1 De verandering bij professionele klanten 157

hoofDstuk 2 De ontwikkelingsorganisatie 123 2.1

De groep van componentclusters 124

hoofDstuk 2 leiding geven aan het ontwikkelen van concepten 159

hoofDstuk 3 visie en businesscase bepalen 125 3.2

Doel van het waardeprofiel 127

hoofDstuk 3 De omslag van de sector 163

3.3

Het waardeprofiel bepalen 128

3.1

Een lange aanloop 164

3.4

De businesscase opbouwen 131

3.2

Kansen en bedreigingen 165

3.5

Productarchitectuur 132

3.3

De transitieagenda 167

3.6

start van de projectoverstijgende samenwerking 134

hoofDstuk 4 samenwerken aan strategische innovatie 170

hoofDstuk 4 van businesscase tot businessplan 138

hoofDstuk 5 Bouw innovatie Partnership 172

4.1

Enkele basiskeuzes 139

5.1

De innovatiecentrale 173

4.2

strategie en transactiemodel uitwerken 139

5.2

Kennispartners 174

4.3

De verkoopwijze ontwikkelen 140

5.3

Het Transformatorhuis 175

4.4

interfaces en modules 144

4.5

Overeenstemming over de aanpak en verdieping

hoofDstuk 6 investeren in verandering 173

van de samenwerking 145 hoofDstuk 7 netwerk Conceptueel Bouwen 178 hoofDstuk 5 het concept toetsen en de organisatie opzetten 148

Samenvatting 181 Eindnoten 183

5.1

Toetsen en verkoop- en productiewijze 148

5.2

Contract uitwerken en verkoop- en productieorga-

bijlagen

nisatie opzetten 149

bijlage 1

begrippenlijst 185

bijlage 2

Manifest van het bouw innovatie

hoofDstuk 6 verkopen, productie maken en doorontwikkelen 150 6.1

Evalueren en verbeteren 150

Samenvatting 151 Eindnoten 152

Partnership 190 bijlage 3

Trends die innovatie oproepen 192

bijlage 4

Trends en de invloed per markt en op concepten 199

Eindnoten 205


Voorwoord

voorwoord

veranderingsgezind, innoverend, bij deze begrippen denken maar weinig mensen aan de bouwsector. eerder denken ze dan aan geringe productiviteitsgroei en hoge faalkosten. voor zover de bouwsector wel innoveert, zou dat alleen op technisch gebied zijn, niet organisatorisch. toch is er ook in de organisatie van het bouwproces de afgelopen decennia veel veranderd. Door de groeiende complexiteit van het bouwproces zijn er nieuwe rollen en disciplines opgekomen. eén gevolg daarvan is dat de fragmentatie alleen maar is toegenomen. vrijwel alle partijen beschouwen deze fragmentatie als een belangrijke oorzaak van het gebrek aan verandering. verbeterprogramma’s om de negatieve effecten ervan tegen te gaan hebben slechts een beperkt effect gehad. en zo staat de bouw nog steeds als conservatief te boek. aan de basis is de bouw echter wel degelijk aan het vernieuwen geslagen. steeds meer bedrijven passen een strategie toe die breekt met de traditionele werkwijze. niet langer wordt per project een unieke oplossing bedacht, met een team dat elke keer anders is samengesteld. De kern van de vernieuwing ligt in het projectoverstijgend werken met bouwconcepten, toegepast door clusters van bedrijven uit alle bouwdisciplines. De opdrachtgever kiest dan voortaan voor de voorliggende bouwopgave uit meerdere concepten of ‘oplossingen’ in de markt. hij kan daarbij, als hij dat wil, ook de verantwoordelijkheid voor het beheer bij de conceptaanbieder neerleggen. Met deze innovatie horen de belangrijkste knelpunten van de bestaande bouwpraktijk – lange doorlooptijd, bouwfouten, hoge faalkosten, rompslomp en ergernis – tot het verleden. en wat voor de bouw zelf nog belangrijker is, deze aanpak kan de sector 7


Conceptueel Bouwen

weer in een interessante bedrijfstak veranderen, die alle spelers een goed rendement biedt, zowel maatschappelijk als financieel. Dit boek biedt een handreiking voor deze innovatieve en uitdagende manier van werken, die, getuige de vele praktijkvoorbeelden, effectief is en voor alle partijen interessant. De lezers – bouwers, opdrachtgevers, toeleveranciers en andere betrokkenen – vinden er een verzameling aanbevelingen voor deze nieuwe ontmoeting van vraag en aanbod. het boek wil opdrachtgevers handvatten bieden bij het werken met concepten en aanbieders steunen bij het conceptuele ontwikkelproces. in de beschrijvingen ligt het accent op de projectmatige woningbouw. Daar is tot nu toe de meeste ervaring met conceptueel bouwen opgedaan. Maar de aangedragen informatie is met enige aanpassingen en interpretatie breder toepasbaar, voor utiliteitsbouw en zelfs voor wijk- en gebiedsontwikkeling. Juist in een tijd waarin het volume in de bouw sterk onder druk staat, is de reflexmatige neiging groot om als bouwbedrijven massaal voor omzet te gaan en het bestaande werk traditioneel via aanbesteding in de markt te zetten. Maar daarmee zullen de problemen in de bouwsector alleen maar toenemen en lopen de overlevingskansen van de vernieuwers zware klappen op. laten we daarom aan de slag gaan met conceptueel bouwen en de bouwsector transformeren tot een vraaggerichte, innovatieve sector. M.I. Platschorre, voorzitter van het Nederlands Verbond Toelevering Bouw (NVTB)

8


Voorwoord

inleiding

De traditionele wijze van projectontwikkeling, bouwen en beheren, met aanbestedingen per uniek project en werken in wisselende teams, kent veel knelpunten. uit onderzoek blijkt dat conceptueel bouwen hiervoor een oplossing kan bieden. Deze manier van werken betekent een nieuwe manier van ontmoeten van vraag en aanbod voor de bouwsector. opdrachtgevers kiezen hierbij uit oplossingen die de markt hen aanreikt. De oplossing van hun keuze wordt gerealiseerd door een groep bedrijven, die duurzaam samenwerkt bij steeds andere projecten. Deze samenwerking biedt hen de kans hun producten en diensten, ofwel hun concepten, voortdurend te verbeteren. Zo kunnen de meerwaarde voor hun klanten - gebruikers en eigenaren van vastgoed - en hun eigen rendementen blijven groeien. De gewenste meerwaarde kan per project verschillen. voor opdrachtgevers kan deze bestaan uit het concept en zijn beleving, maar ook uit de geboden service, de manier waarop het wordt aangeboden en natuurlijk uit de prijs. Zowel de ontwikkeling als het keuzeproces van concepten begint daarom met het bepalen van de gewenste waarden. Dit waardeprofiel is hĂŠt sturingsmiddel in het verdere proces. tot dusver zijn de ervaringen van opdrachtgevers en aanbieders met conceptueel bouwen nog weinig systematisch beschreven. Dit boek wil in dit tekort voorzien. het verkent en beschrijft de wetmatigheden van deze nieuwe ontmoeting van vraag en aanbod. De geboden informatie heeft tot doel klanten en aanbieders de helpende hand te bieden bij het ontwikkelen van en het werken met concepten. De inhoud richt zich zowel op lezers aan de vraag- als aan de aanbodzijde, al is de informatie in het ene deel noodzakelijkerwijs meer bestemd voor opdrachtgevers, in het andere deel meer voor conceptaanbieders en andere partijen in de bouwsector. Maar de informatie uit 9


Conceptueel Bouwen

alle vier delen kan alle lezers helpen het werken met concepten te optimaliseren. aan het begin van elk deel vindt de lezer de vragen die in dat deel aan de orde komen. De samenvatting aan het einde van elk deel geeft de antwoorden op de behandelde vragen beknopt weer. deel 1 geeft een beeld van wat conceptueel bouwen is en waarom deze aanbodstrategie nuttig en noodzakelijk is. het biedt een introductie tot deze ingrijpende innovatie in de bouw. Dit deel bevat ook een model voor het denken over de markt. het is een leidraad in het verdere boek. het wordt gebruikt om de situatie in en de toekomst van de bouw te analyseren, maar ook om de wetmatigheden van conceptueel bouwen mee bloot te leggen. deel 2 legt uit hoe opdrachtgevers met concepten kunnen werken. in gesprekken en workshops met zowel opdrachtgevers als aanbieders van concepten is duidelijk geworden welke vragen het werken met concepten oproept. Zowel ervaren als minder ervaren opdrachtgevers vinden hierover in dit deel de noodzakelijke informatie. Dit deel gaat vooraf aan het deel over conceptontwikkeling (deel 3), omdat inzicht in de vraag hoe opdrachtgevers/klanten met een project kunnen werken een voorwaarde is voor een geslaagde conceptontwikkeling. deel 3 richt zich op aanbieders van concepten en geeft uitleg over het ontwikkelingsproces van een concept en een strategie om te komen tot conceptontwikkeling. deel 4, het laatst deel, behandelt het proces van verandering van traditioneel naar conceptueel bouwen, zowel bij opdrachtgevers als bij bedrijven die met concepten gaan werken.

ontstaansgesChieDenis Dit boek bouwt voort op eerdere publicaties van mijn

kundigen uit de sector, onder wie deelnemers aan

hand. Eind 2004 verscheen bij sbr het boekje Innovatie

bouwbeter en leden van het Netwerk Conceptueel

in de bouw over de vraag waarom de bouw behoefte

bouwen, in onderzoek bij veertig bedrijven die met

heeft aan nieuwe aanbodstrategieĂŤn. begin 2006

concepten actief zijn en tijdens pilots bij professionele

kwam, opnieuw bij sbr, de uitgave Conceptueel Bou-

opdrachtgevers. De inhoud is voorts gebaseerd op

wen uit, waarin dit fenomeen voor het eerst werd

wetenschappelijke werken en vakliteratuur, waaronder

verkend. Voorjaar 2008 verscheen op initiatief van de

de afstudeerstudie van ir. s. Dijkhuizen aan de Universi-

regieraad bouw en Psibouw de publicatie Bouwen is

teit Twente. Het boek is te beschouwen als spin off van

oplossingen aanbieden.

een promotiestudie bij prof. dr. ir. j.i.M. Halman en

De beschreven logica is ontstaan in mijn advies- en

prof. dr. s.g.L. schruijer.

onderzoekspraktijk, in discussies met bedrijven en des-

10

â–


Inleiding

in de marge van de teksten en in bijlage 1 zijn de belangrijkste gebruikte begrippen toegelicht. Praktijkverhalen in de delen 1, 2 en 3 laten de lezer zien wat er met conceptueel bouwen te bereiken is. De laatste bijlage biedt een overzicht van de belangrijkste maatschappelijke trends. inzicht in deze trends biedt de basis voor conceptontwikkeling. Pieter Huijbregts, directeur Coficient bV

11



Deel 1

wat is conceptueel bouwen?

Dit deel begint met een analyse van de ontmoeting van vraag en aanbod in de bouw en van de noodzaak om tot een verandering in deze ontmoeting te komen. Hierna komt aan de orde wat conceptueel bouwen precies is. De volgenDe vragen worDen beantwoorD wat is een concept en welke functies heeft het? waarom komt conceptueel bouwen op en welke toekomst biedt het de sector? wat is de toegevoegde waarde van het werken met concepten? welke kosten- en risicoreductie levert conceptueel bouwen op? wanneer is werken met concepten zinvol? waarin verschilt conceptueel bouwen van traditioneel bouwen? wat verandert er in het proces en de organisatie van het bouwproces? welke ruimte biedt het gebruik van concepten voor maatwerk per project en eindgebruiker? Hoe ziet de opdrachtgever of klant bij conceptueel bouwen eruit? Hoe bepaalt hij wat de waardevolste (economisch meest voordelige) aanbieding is? Met welke belangen moet hij rekening houden en hoe kan hij zorgen dat er draagvlak ontstaat? Hoe verloopt de vertaling van de gewenste waarden in de gewenste resultaten? Hoe ziet de projectorganisatie bij conceptueel bouwen eruit?


HoofDstuk 1

naar een andere ontmoeting van vraag en aanbod

behoeften Het idee van een

De maatschappij wordt steeds complexer. De diversiteit in de behoeften neemt almaar toe. Klanten vragen al lang naar onderscheidende kwaliteit, maar door de toene-

klant dat het hem

mende welvaart en mondigheid groeit het belang hiervan. als kritische en breed geïn-

aan iets ontbreekt.

formeerde consument wil de klant een oplossing kunnen kiezen die bij hem past. Dat maakt maatwerk steeds belangrijker. De klantvraag wordt ook steeds dynamischer. De snelheid waarmee bedrijven in sommige bedrijfstakken op deze veranderingen moeten reageren, staat op gespannen voet met de tijd die nodig is om tot een oplossing te komen. De snelheid waarmee het nieuwe product of de dienst beschikbaar kan komen gaat voor de klant steeds zwaarder wegen. Klanten hebben het druk. als er geld voor is, verschuiven veel klanten de taak een oplossing voor hun behoeften te zoeken graag naar derden. De prijs/kwaliteitverhouding wordt van groter belang. Het is niet onbelangrijk dat er klanten zijn die problemen hebben met de betaalbaarheid. tal van ontwikkelingen maken klanten onzeker. De risico’s nemen toe en tegelijkertijd lijken er voor de klant minder mogelijkheden om ze te beheersen. Die hecht daarom steeds meer aan zekerheid. bekende oplossingen volstaan daartoe niet meer automatisch. omdat er steeds meer nieuwe technische mogelijkheden op de markt komen, is de klant steeds minder in staat zijn vraag uit te drukken. Die kennis komt steeds dieper in de keten te liggen. gegroeide functiescheidingen worden daarom weer meer geïntegreerd. Deze ontwikkelingen beïnvloeden ook de bouwnijverheid. al langere tijd denkt men daar na over het merkwaardige verschijnsel dat veel klanten ontevreden zijn over de prestaties van bedrijven, terwijl tegelijkertijd ook de bedrijven niet gelukkig zijn met hun situatie. Die onvrede komt verderop aan de orde. Hier is het van

14


HoofDstuk 1 Naar een andere ontmoeting van vraag en aanbod

belang te constateren dat de manieren waarop vraag en aanbod in de bouw elkaar

vraag

ontmoeten door de veranderingen in de maatschappij al lang niet goed meer werken1.

De behoefte van

De bouw is niet de enige sector waarin vraag en aanbod moeilijk bij elkaar komen. In

een doelgroep of

meer markten klagen betrokken partijen over fouten, langdurige processen, uit de

klant die past bij zijn

hand lopende kosten die de bereikbaarheid van een passende woning voor grote

(financiële of ande-

groepen bedreigen en een gebrek aan duurzaamheid. Met name markten waarvan de

re) mogelijkheden.

vraagzijde gekenmerkt wordt door complexe behoeften die per individu verschillen en waar de aanbodzijde gebruik kan maken van een almaar gedifferentieerder pakket

aanbod

aan oplossingsmogelijkheden, kennen deze problemen.

een voorstel voor het bevredigen van

Dit beeld geldt bijvoorbeeld ook voor de verschillende sectoren van de zorg, het

een vraag.

onderwijs, de veiligheid, de mobiliteit, de ICt en de sociale voorzieningen. Per individu de beste oplossing vinden wordt in deze sectoren steeds moeilijker. overal lijken de kosten de pan uit te rijzen. Partijen werken langs elkaar heen en verliezen de klant uit het oog. De bouw is dus niet het ‘sulletje van de klas’ en kan hier wellicht troost uit putten. Maar belangrijker is dat de sectoren over en weer van elkaar kunnen leren. Samenwerking, ketenintegratie, één loket vormen, meer marktwerking en industriële efficiency met gebruik van ICt en internet, zijn oplossingsrichtingen die overal terugkomen. Deze oplossingen hebben veel weg van delen van een puzzel waarvan we het geheel nog moeten ontdekken. Dit boek probeert het hele ‘plaatje’ te vinden, zodat alle stukjes op hun plaats vallen. Daarom introduceren we eerst een algemeen model voor het denken over de ontmoeting van vraag en aanbod.

1.1 basisvragen bij de ontmoeting van vraag en aanbod In een aantal sectoren wordt de vraag dus steeds individueler en het mogelijke aanbod steeds complexer. De hierboven aangestipte oplossingsrichtingen lijken wel te werken, maar bieden onvoldoende soelaas. Ze komen over als puzzelstukken waarvan we niet weten hoe die in elkaar te passen zijn. om het hele plaatje te kunnen zien, gaan we terug naar de basisvragen bij de ontmoeting van vraag en aanbod, antwoorden die (mede) structuur geven aan de markt2: 1 De eerste basisvraag is: hoe te komen tot een product (of dienst) dat (die) past bij de behoefte van een gebruiker of consument? Hier gaat het om het soort oplos-

oplossingssysteem

singssysteem. Dat systeem bepaalt welke oplossingen er bij een behoefte mogelijk

een ruimte waarbin-

zijn. Het geeft antwoord op de volgende vragen:

nen het oplossings-

– Wat is de vraag: wat is er gewenst voor wie?

proces (de ontmoe-

– Hoe te komen tot de oplossing: de productiewijze?

ting van vraag en

– Wie zijn er nodig voor de oplossing, welke betrokken disciplines, leveranciers

aanbod) zich af-

van delen?

speelt.

15


Deel 1 Wat is Conceptueel Bouwen

voor het oplossingssysteem is het antwoord van belang op de vraag wie mag of kan bepalen welk (deel van het) oplossingssysteem wordt gebruikt: de vraag- of de aanbodzijde. bij de in de bouw gebruikelijke scheiding van ontwerp – in opdracht van de klant – en uitvoering bepaalt de klant het systeem. Dat maakt duidelijk dat ook de volgende vragen nog van belang zijn3: 2 Waartoe komt het oplossingssysteem in beweging, wat is de motor in dit systeem? In andere woorden: welk transactiemodel is er voor het oplossingssysteem nodig? Dit bepaalt welke relatie vraag en aanbod met elkaar moeten aangaan. Het gaat hier over de volgende vragen4: – Hoe komen vrager en aanbieder tot het gewenste product: waaruit bestaat de marketing en klantproces in de contactfase? – welke relatie gaan ze daartoe met elkaar aan en hoe vinden ze in de contractfase een acceptabele ruil tussen waarde en prijs: waaruit bestaat de samenwerking in de keten? – Hoe bereiken klanten en producenten dat de verwachte oplossing ook daadwerkelijk wordt geleverd, dus dat partijen zich in de controlefase aan de overeenkomst houden en leren voor het vervolg? bij de ruil wil de klant vooraf zekerheid hebben over wat achteraf, tegen een redelijke prijs, wordt geleverd. Die overeenkomst sluiten wordt bemoeilijkt doordat de klant steeds meer de kennis mist om de gewenste oplossing te omschrijven. Hij heeft daarbij steeds vaker de aanbiedende partijen nodig. organisatie

vanuit een historische analyse en de economische theorie van de industriële organisa-

Wijze waarop een

tie5 is het mogelijk over andere dan in de bouw gebruikelijk oplossingsystemen en

groep van mensen

transactiemodellen na te denken. Dan blijkt dat innovatie zich niet hoeft te beperken

of organen hun pro-

tot het oplossingssysteem, maar zeker ook het transactiemodel kan betreffen. er is een

cessen, verantwoor-

duidelijke wisselwerking tussen die twee. Zo komen verschillende technologische inno-

delijkheden, coördi-

vaties (denk aan domotica of bijzondere energiemaatregelen) niet tot bloei omdat

natie en relaties

daarbij nog geen passend transactiemodel is gevonden.

hebben verdeeld, met als belangrijke aspecten: arbeidsde-

vóór de opkomst van de industrie was het dominante oplossingssysteem ambachtelijk van karakter. Het aantal soorten oplossingen en ambachten was beperkt en de

ling en coördinatie,

beschikbare materialen en gereedschappen waren eenvoudig. Het systeem om tot

eigen rol en samen-

oplossingen te komen was dus nog goed te overzien. vrager en aanbieder stonden

werking met der-

dicht bij elkaar. wie een huis, een tafel of dergelijke wilde, ging naar een ambachts-

den, personeel, cul-

man in de buurt (bouwmeester of schrijnwerker) en samen keken klant en ambachts-

tuur en leiderschap.

man welke oplossing het beste paste en welke vergoeding acceptabel werd geacht. (bij complexe bouwwerken zoals kerken, paleizen of bestuurlijke gebouwen verliep dit proces wat anders, zoals verderop in de paragraaf over geschiedenis van het bouwen wordt beschreven.) Daarna werd met de werkzaamheden begonnen en ontstond na verloop van tijd de gewenste oplossing. In dit klassieke transactiemodel werden partijen eenvoudig verbonden en kwamen zij door samenwerking tot de gewenste overeenkomst. Dit pre-industriële model komt nog steeds voor. De kracht ervan is de flexibiliteit om in te spelen op individuele verlangens, de zwakte is de geringe 16


HoofDstuk 1 Naar een andere ontmoeting van vraag en aanbod

productiviteit vergeleken met industriële productie. omdat bouwen zo’n sterk individueel karakter draagt, werken de meeste segmenten van de bouw nog in een versie van dit klassieke transactiemodel, ook al heeft het oplossingssysteem allang de eenvoud van het ambachtelijke verloren.

product Alles wat onder de

Met de opkomst van de industrie ontstond een oplossingssysteem met nieuwe oplos-

aandacht van de

singen, hoogwaardige technologie, complexe gereedschappen en verregaande

markt kan worden

arbeidsdeling. Zo’n systeem kon pas efficiënt worden door seriematige productie. Die

gebracht of aange-

massale productie kon ontstaan doordat er klanten waren die allemaal met hetzelfde

boden voor aan-

product tevreden waren. anders gezegd: er was niet één klant, er was een doelgroep.

koop, gebruik of ver-

Door af te zien van een unieke oplossing per individu kon de klant de voordelen pluk-

bruik en dat wellicht

ken van de industriële efficiency, zoals lagere prijzen en snellere levering (uit voor-

voorziet in een be-

raad). Hoe massaler de productie hoe groter die voordelen.

hoefte of een wens.

Met de toenemende afstand tussen klant en producent ontstond een ander transactie-

doelgroep

model met meer schakels in de oplossingsketen. Zo ontstond de noodzaak van marke-

Verzameling poten-

ting en van een distributiesysteem met winkels, handel en zo meer. overleg over een

tiële klanten met

redelijke vergoeding veranderde in afstandelijk kopen met strijd over de prijs. De

een vergelijkbare

kracht van dit industriële oplossingssysteem is de grote productiviteit, de zwakte is het

(huisvestings)vraag.

ontbreken van flexibiliteit om in te spelen op individuele verlangens. De industrie is zich bewust van die zwakheid en is daarom al enkele decennia bezig met mass custo-

mass customization

mization.

Massaproductie met

Zowel de pre-industriële als de industriële aanpak loopt tegen zijn grenzen aan. aan

(beperkte) gelegen-

de vraagzijde wordt de klant individueler en machtiger. tegelijkertijd wordt het begrip

heid tot maatwerk.

klant steeds diffuser. achter dit begrip gaat een kluwen van belangen schuil die

er is een glijdende

samenhangt met de sociale netwerken waarvan de klant deel uitmaakt. aan de aan-

schaal van standaar-

bodzijde zijn door de opkomst van ICt en internet totaal nieuwe mogelijkheden ont-

disatie naar maat-

staan. De vraag is dus of er een andere weg is, die het mogelijk maakt beter in te spe-

werk, waarbij het

len op individuele behoeften onder almaar complexere omstandigheden. welk

middenveld steeds

oplossingssysteem en welk transactiemodel maken het combineren van individuele

meer in beeld komt.

oplossingen en industriële efficiency mogelijk? klant De partij die een op-

1.2 oplossingssystemen

dracht geeft, ook wel koper of op-

na deze beknopte historische analyse van oplossingssystemen en transactiemodellen

drachtgever ge-

wordt het tijd deze begrippen nader te definiëren en toe te passen in denkmodellen.

noemd. soms wordt

Deze modellen moeten helpen de logica van conceptueel bouwen te ontrafelen. Ze

voor het begrip

zijn afgeleid van de economische theorie van de industriële organisatie.

markt of doelgroep

Het oplossingssysteem bepaalt welke oplossingen er bij een behoefte mogelijk zijn.

ook wel het woord

Het oplossingssysteem is te beschouwen als een soort ruimte waarbinnen het transac-

klant gebruikt.

tieproces (bedoeld als: het elkaar ontmoeten van vraag en aanbod) zich afspeelt. Het is een ruimte met drie dimensies. De eerste dimensie betreft de behoefte (het wat), de 17


Deel 1 Wat is Conceptueel Bouwen

tweede oplossingsmogelijkheden (het hoe), en de derde de mix van partijen die aanbodstrategie

behoefte en mogelijkheden bij elkaar brengt (het wie). een bedrijf maakt in zijn aan-

samenhangende

bodstrategie keuzes voor de invulling van de drie dimensies van de oplossingsruimte,

strategische keuzes

in combinatie met een bijpassend transactiemodel. een welgekozen aanbodstrategie

van een organisatie

zorgt ervoor dat beide zo samenhangen dat ze de verwachtingen van zowel de klant

die met eigen aan-

als de aanbieder waarmaken.

bod op de markt komt.

De aanbodstrategie kiest voor het soort oplossingssysteem (wat, hoe, wie) én het bijpassende transactiemodel (waartoe)

Oplossingssysteem

Wie

Hoe

Waartoe

Transactiemodel Wat

Figuur 1 Elementen van de aanbodstrategie

Een oplossing voor klanten een oplossingssysteem beoogt oplossingen te leveren voor klanten. De uitdrukking ‘klant’ wordt in de sector in veel betekenissen gebruikt. nu eens wordt over de klant in bedrijfseconomische zin gesproken als ‘de partij die de rekening betaalt’, dan weer wordt het begrip vanuit marketingperspectief gebruikt in de betekenis van ‘doelgroep’. Dat maakt een groot verschil. Het bedenken van een oplossing voor één klant (zoals traditioneel in de bouw gebeurt) of voor een groep potentiële klanten met min of meer gelijke behoeften (zoals in de industrie gebeurt) vraagt om een ander soort bedrijf. Daarop doelen mensen vaak als ze zeggen dat de sector de omslag moet maken van aanbod- naar vraagsturing. De gedachte bestaat dat een projectongebonden aanbod niet vraaggestuurd kan zijn, maar dat klopt niet. niemand zal bijvoorbeeld beweren dat de auto-industrie niet door de vraag wordt gestuurd. De automobielbedrijven moeten wel, anders verkopen ze hun producten niet. De uitwerking van het oplossingssysteem hieronder gebeurt vooral vanuit het fenomeen doelgroep. De ontwikkeling van een oplossingssysteem wordt beschreven in deel 2. Het oplossingssysteem wordt ook gebruikt wanneer er sprake is van een klant voor een bouwwerk. Die situatie wordt verder uitgewerkt in deel 3.

18


HoofDstuk 1 Naar een andere ontmoeting van vraag en aanbod

De eerste dimensie: het wat De zoektocht naar de oplossing voor een doelgroep of klant start vanuit de behoeftedimensie. wat is de vraag en welke oplossing past hier het beste bij? Hier gaat niet alleen om het gewenste bouwwerktype met zijn functie(s), maar ook om de visie op ruimtelijke kwaliteit in relatie tot (de inpassing in) de omgeving, de stijl met de hoofdmaatvoering en eventueel kenmerkende ornamenten en andere details. De basis van een oplossing bestaat behalve uit kennis van de vraag (welke waarden en prestaties vindt de klant of doelgroep belangrijk en wil deze realiseren?) vooral uit een visie op de invulling van de behoefte: klimaat en gevoel van de plek, de te bieden ruimtelijke kwaliteit. welke functionaliteit wordt meegegeven aan welk type oplossing voor het bouwwerk of gebied en past daar het beste bij? Stijl en maat met daarbij kenmerkende details of ornamenten bepalen de verdere invulling van stedenbouw en architectuur. behalve aan bouwwerken kan er natuurlijk ook behoefte zijn aan (bouwwerkgebonden) diensten, bijvoorbeeld op het gebied van onderhoud, financiering of beheer.

diensten

Het klantproces van het industriĂŤle systeem is erop gericht gesloten standaardproduc-

Activiteiten, benefits

ten aan de man te brengen. Het waardeprofiel van een doelgroep is vertaald in een

of behoeftebevredi-

standaardoplossing die nauwelijks ruimte laat voor individueel maatwerk. De klant kan

gingen die te koop

hooguit kiezen uit standaardopties. Het ontwerpproces is gericht op de standaardoplos-

worden aangebo-

sing. In het ambachtelijke systeem wordt een unieke oplossing per klant ontworpen. De

den.

klant kan invloed uitoefenen op alle aspecten van de oplossing. Dat betekent ook dat hij zich de inspanning moet getroosten om zijn vraag of behoefte expliciet te maken.

waardeprofiel Beeld van de klant-

De tweede dimensie: het hoe

waarden waarnaar

Is de oplossing globaal bepaald, dan volgen de uitwerking en de levering. De techni-

men op zoek is of

sche dimensie geeft de vertaling van het totaalontwerp in deelontwerpen voor de

die worden gebo-

constructie en de installaties. Het geheel vraagt om verdere materialisatie en detaille-

den.

ring. Het omvat de constructiemethoden en de soorten installaties, de materialen, productietechnieken en gereedschappen om op die behoefte in te spelen. Hoe meer er

maatwerk

technisch mogelijk is, des te meer oplossingen er te bedenken zijn. De daadwerkelijke

Inspelen op de spe-

constructie of bouw vraagt nog een vertaling naar de uitvoeringsmethode, inclusief de

cifieke behoeften

inzet van het nodige materieel. als diensten onderdeel zijn van de oplossing, is er ook

van een klant.

een verdere uitwerking nodig om deze te kunnen leveren.

De derde dimensie: het wie De derde dimensie spant uiteindelijk de oplossingsruimte op. Deze omvat de disciplines die nodig zijn om oplossingen te bedenken, te produceren, te leveren en te beheren. Het bepaalt uit welke de delen of componenten de oplossing wordt opgebouwd en hoe die te koppelen zijn. De oplossing kan ter plekke of elders in elkaar worden gezet. Zijn er veel of weinig delen die samengevoegd moeten worden? Hoe kleiner de delen, des te meer disciplines erbij betrokken zijn en des te meer afstemming er tussen de te koppelen onderdelen nodig is. als diensten onderdeel zijn van de oplossing vraagt dat om andere betrokkenen: onderhoudsbedrijven, financiers of facility managers.

19


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.