2 minute read
Duurzame Bollenteelt Drenthe
Dit artikel is tot stand gekomen met medewerking van Joris Roskam. (Public & Cooperative Affairs Manager Cebeco)
Telen met minder gewasbeschermingsmiddelen, minder milieu-impact en minder residu. Hierover worden nu al vergaande afspraken gemaakt, waaronder een reductie van gewasbeschermingsmiddelen met 50% in 2030. In Drenthe, in de gemeente Westerveld, is het programma Duurzame Bollenteelt Drenthe in april officieel van start gegaan. Agrifirm-GMN is hierbij nauw betrokken.
Het programma Duurzame Bollenteelt Drenthe is niet toevallig in Westerveld tot stand gekomen. Steeds vaker hebben lelietelers hier te maken met bewoners die problemen hebben met de inzet van gewasbeschermingsmiddelen. Telers worden daarop aangesproken. De opdracht om minder chemie in te zetten, geldt voor de hele branche. Maar in Westerveld ligt er nog meer druk op dan gemiddeld. Uniek aan het project is de brede samenwerking. Met telers, leveranciers van gewasbeschermingsmiddelen (waaronder Agrifirm-GMN), HLB en KAVB. Maar ook de Gemeente Westerveld, LNV (ministerie), omwonenden en de Provincie Drenthe sluiten aan.
Drie speerpunten
Binnen het project zijn drie speerpunten benoemd:
➊Weerbare planten in een weerbaar teeltsysteem Binnen een weerbaar teeltsysteem kan het middelenverbruik worden verminderd.
Nieuw is dat bestaand onderzoek wordt gekoppeld aan nieuw onderzoek door bedrijven actief in de praktijk. Dus ook het Expertisecentrum Bloembollenteelt (Agrifirm-GMN) is hierbij nauw betrokken. Op alle denkbare manieren wordt gezocht naar mogelijkheden voor reductie. Denk aan mechanische oplossingen, biologische middelen, biostimulanten en lage doseringen. Alle onderzoeken staan onder regie van HLB (www.hlbbv.nl).
➋Dialoog tussen telers en omwonenden Telers en omwonenden staan vaker tegenover elkaar. Onderdeel van
dit programma is het wederzijdse begrip te verbeteren. Door in gesprek te gaan met elkaar en door duidelijkheid te bieden over middelen die ook steeds vaker duurzaam zijn. Wat lastig kan zijn, is dat er soms vaker wordt gereden. Bijvoorbeeld met bladvoeding, biostimulanten of lage doseringen. Dat vraagt om een goede uitleg (zie ook pag. 16 en 17).
➌Effectieve middelen
en minder milieubelasting
De bollenteelt is relatief klein in omvang waardoor effectieve middelen, die kunnen helpen bij reductie van de milieuimpact, niet zijn toegelaten. Met bijvoorbeeld proefvrijstellingen kunnen telers experimenteren en bij goede resultaten kan sneller worden toegewerkt naar een toelating.
Arjo van den Berg, Teeltspecialist over ervaringen van telers
In 2021 is gestart met dit project. Door o.a. alternatieven voor mancozeb te gebruiken hebben we al een flinke reductie aan middel weten te behalen. 2022 staat in het teken van verdere reductie. Met dit project gaan we echt verder. Door gebruik te maken van zo groen mogelijke middelen waarvan we hoge verwachtingen hebben. We doen dat teeltbreed, dus zowel vuurbestrijding, onkruidbestrijding en het voorkomen van virusoverdracht komen aan bod. Bij vuurbestrijding kijken we bijvoorbeeld naar mogelijkheden om met lagere doseringen en/of met groenere middelen maximaal effect te sorteren. Waarbij we moeten waken voor resistentie. Mijn ervaring is dat telers enthousiast zijn. Waar dat kan, grijpen ze nieuwe kennis en middelen aan om dit project tot een succes te maken.